de wereld wacht Deze adventskalender heeft de vorm van een wereldbol. Want Jezus is de Redder voor de hele wereld. De meeste voorouders van Jezus kwamen uit het joodse volk. Een aantal van deze namen gaan we invullen op de wereldbol. Maar er komen ook namen bij van mensen uit andere volken. Nadat Jezus gekomen is worden dat er nog veel meer. Iedere dag schrijf je in één vakje een naam. Een enkele keer is het geen naam, maar een ander woord. Op de volgende bladzijden lees je waar je de naam kunt vinden. Je ziet ook enkele wolken boven de aarde zweven en één ster. Ze horen bij bepaalde dagen en op die dagen is er een uitgebreidere opdracht, speciaal voor de iets oudere kinderen. © Steunpunt Liturgie GKv
Kalender voor Advent en Kerst 2013
Kom tot ons,
1 januari 31
25
30
7
2 jan 24 14
21
29 3 jan 6
23 13
20
28 5
22 12
19
4
4 januari
27 11
18
3
5 januari
26
10
17
9
16
2
1 8
© Steunpunt Liturgie GKv
15
1 december
Twaalf apostelen Jezus is de Redder voor de hele wereld. Daarom werd hij geboren. Als Hij, na zijn leven op aarde, naar de hemel gaat, stuurt hij zijn leerlingen de wereld in (Matteüs 28:19). Het bijbelboek dat na de vier evangeliën komt vertelt daarover. Het boek heet De Handelingen van de Apostelen. Dit zijn de 12 apostelen: Simon Petrus, Andreas, Jakobus, Johannes, Filippus, Bartolomeüs (of Natanaël), Tomas, Matteüs (of Levi), Jakobus de zoon van Alfeüs, Taddeüs, Simon de IJveraar en Judas Iskariot.
Wordt in Handelingen over alle apostelen verteld wat er na Pinksteren met hen gebeurd, of waar ze heen gaan om het evangelie door te geven? Blader het Bijbelboek door en kijk naar de titel boven de bijbelgedeeltes. Van hoeveel apostelen wordt hier de naam genoemd? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Het grootste deel van het bijbelboek Handelingen gaat over iemand die niet bij de 12 leerlingen van Jezus hoorde. Je komt hem voor het eerst tegen in Handelingen 7: 58 en vanaf hoofdstuk 13 speelt hij in vrijwel alle verhalen een belangrijke rol. Hij maakt lange reizen en vertelt onderweg over het evangelie van Jezus Christus. Wie is hij ?................................................... Naar welke landen gaat hij om het evangelie bekend te maken? Kijk in je bijbel of er een kaart van zijn reizen in staat (in heel veel bijbels vind je zo’n kaart). Heb je pech, zoek dan op google/afbeeldingen of kijk hier: http://vroegekerk.nl/content.php?type=maps Handelingen vertelt dus niet over alle apostelen. Maar uit andere boeken en brieven uit de eerste eeuwen van de kerk is toch wel iets over hen bekend. In deze Adventskalender komen we van enkele apostelen iets meer te weten, net als over de plaatsen waar zij over Jezus vertelden.
Zondag 1 december
God beloofde hem dat heel veel mensen gezegend zouden worden? (Genesis 12:3)
Maandag 2 december
Aan welke vrouw belooft God heel veel nakomelingen? (Genesis 17:15,16)
Dinsdag 3 december
De opa van Juda was de zoon van de man van zondag en de vrouw van gisteren. Hoe is zijn naam? (Genesis 21:103)
Woensdag 4 december
De man van gisteren kreeg twee zonen. Hoe heette de jongste? (Genesis 25:24-26)
Donderdag 5 december
De vrouw met wie de zoon van Juda trouwde (Genesis 38:6)
Vrijdag 6 december
De vierde zoon van Jakob (Genesis 29:31-35)
Zaterdag 7 december
Zijn naam betekent doorbreker (Genesis 38:29)
© Steunpunt Liturgie GKv
8 december
Zondag 8 december
Hij werd in Egypte geboren, de oudste zoon van Peres (1 Kronieken 2:5)
Maandag 9 december
De man van gisteren kreeg in Egypte ook zelf drie zonen. Hoe heette de middelste? (Kronieken 2:9)
Dinsdag 10 december
Zijn vader was de man van gisteren en zijn dochter trouwde met de priester Aäron (Exodus 6:22)
Woensdag 11 december
De zoon van de man van gisteren was de leider van de stam Juda (Numeri 10:4)
Donderdag 12 december
Vrijdag 13 december
De vrouw in Jericho die de verwoesting
Petrus is de eerste apostel die het evangelie verkondigt aan iemand die niet Joods was. In Handelingen 10 wordt dat uitgebreid beschreven. Petrus vertelt die hele geschiedenis aan de andere christenen. Dat lees je in Handelingen 11: 1-18.
Wat ontdekken Petrus en de apostelen en alle andere volgelingen van Jezus hier? Het staat in de tweede helft van vers 18: ……………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………… Petrus woonde en werkte eerst in Jeruzalem. Maar later gaat hij ook op reis.
Wie ging altijd met hem mee? [1 Korinthe 9:5] ……………………………………………………………………………………………………………… Petrus reist naar Antiochië en naar Rome. In de laatste stad sterft hij. Hij wordt daar gekruisigd, met zijn hoofd naar beneden… Dat was ongeveer in het jaar 66 of 67.
overleefde (Jozua 6:25)
Wie was er toen keizer van het Romeinse Rijk? Zie:
De zoon van de man van woensdag trouwde
http://nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_Romeinse_keizers
eergisteren waren zijn vader en moeder
Petrus werd in Rome begraven. Later werd boven zijn graf een kerk gebouwd. In de loop van de eeuwen werd die kerk steeds groter en groter en mooier en mooier. Hoe heet die kerk en waarom is het zo’n belangrijk gebouw? …………………………………………………………………………..
(Matteüs 1:5)
………………………………………………………………………………………………………………
met de vrouw van gisteren (Matteüs 1:5) Zaterdag 14 december
Petrus
De man van gisteren en de vrouw van
Op internet kun je zien hoe het graf er uitziet: http://www.vatican.va/various/basiliche/necropoli/scavi_english.html Kijk samen met iemand die Engels kan lezen.
© Steunpunt Liturgie GKv
15 december Zondag 15 december
Een familielid van de man van gisteren (Ruth 2:3)
Maandag 16 december
Ze leefde in de tijd van de rechters en was getrouwd met de man van gisteren (Ruth 1:1,2)
Dinsdag 17 december
Hij kwam uit Bethlehem en was de eerste zoon van de man en de vrouw van gisteren en eergisteren (Ruth 1:2)
Woensdag 18 december
De broer van de man van gisteren (Ruth 1:2)
Donderdag 19 december
De vrouw van de man van gisteren (Ruth 4:10)
Vrijdag 20 december
De zoon van de vrouw van gisteren zat bij zijn oma op schoot en de buurvrouwen gaven hem zijn naam. Welke naam? (Ruth 4:16,17)
Zaterdag 21 december
Deze zoon van de man van gisteren zou een beroemde nakomeling krijgen (Jesaja 11:1)
Verkeersles: hoe heten verkeerstekens? Het schuine kruis is naar een van de apostelen vernoemd. Hij was eerst leerling van Johannes de Doper (Joh. 1: 35 en 40), Petrus was zijn broer (Joh. 1: 40) en hij kwam uit Bethsaïda (Joh. 1: 44). En waarschijnlijk had hij, samen met zijn broer, een huis in Kafarnaüm (Marc. 1: 21 en 29).
Wie is hij? …………………………………………………………… Maar waarom is dat kruis naar hem genoemd? Deze apostel ging, zo vertelt een kerkgeschiedenisschrijver uit de vroege 4de eeuw, naar Griekenland, Turkije, en naar het tegenwoordige Bulgarije en Oekraïne. Maar ook hij werd uiteindelijk gedood. Dat gebeurde, net als bij zijn broer Petrus, ten tijde van keizer Nero. En net als Petrus werd hij gekruisigd. Er werd verteld dat de balken van dat kruis schuin stonden. Vandaar. Zie je in oude kerken of op schilderijen een man met een schuin kruis, dan weet je voortaan wie het is!
© Steunpunt Liturgie GKv
Bartolomeüs
Wat weet je over de apostel Bartolomeüs?
………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Heb je veel opgeschreven? Bartolomeüs wordt in de Bijbel maar vier keer bij naam genoemd. We weten dus eigenlijk niets van hem, behalve dan dat hij een van Jezus’ leerlingen was. In een van de allereerste kerkgeschiedenisboeken, uit de 4de eeuw, wordt verteld dat hij na Pinksteren naar India ging om daar het evangelie te verkondigen. Ook wordt verteld dat hij naar Armenië ging, én naar Mesopotamië, het tegenwoordige Irak (en stukjes van Syrië en Iran).
Tomas
22 december
Waar denk je aan als het over Tomas gaat? [Joh. 20: 24-29]
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Ook Tomas ging naar India, misschien zelfs wel naar het noorden van India, in de richting van de Himalaya. Tomas ging naar joodse gemeenschappen in India, om hen over Jezus te vertellen. Er wordt zelfs verteld dat hij, onderweg, de Wijzen uit het Oosten heeft ontmoet. Stel je voor, jij bent Tomas en je ontmoet de Wijzen. Wat zou je hen hebben verteld? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat zou je hen hebben gevraagd? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….........
Als de apostel Tomas wordt afgebeeld, zie je er vaak een speer bij. Dat komt omdat hij met een speer gedood is, door iemand uit India die niets van het christelijke geloof wilde weten.
Zondag 22 december
Deze mooie vrouw was getrouwd met de Hethiet Uria (2 Samuël 11:2,3)
Maandag 23 december
De zoon van de man van zaterdag en de buurman van de vrouw van gisteren nam haar bij zich in huis. Hoe heette hij? (2 Samuël 11:26)
© Steunpunt Liturgie GKv
Dinsdag 24 december
De zoon van de mensen van gisteren en eergisteren (Matteüs 1:6)
Woensdag 25 december
Zijn naam betekent bevrijder (Matteüs 1:21)
Donderdag 26 december
Over welk gebied zal de Man van gisteren koning zijn? (Openbaring 11:15)
Vrijdag 27 december:
Het volk waar God van houdt (Lucas 1:54)
Zaterdag 28 december
De stad waar de herders op kraambezoek kwamen (Lucas 2:4)
Apostel
25 december
Apostel – dat is een woord dat bij de Bijbel hoort. Er zijn 12 apostelen. Eerst worden ze discipelen of leerlingen genoemd. Maar als Jezus Christus naar de hemel is gegaan, heetten ze apostelen. Waarom eigenlijk? Wat ben je, als je apostel bent? Apostel komt van een Grieks woord (Grieks is de taal van het Nieuwe Testament). In het Grieks ziet dat woord er zo uit: ἀπόστολος. Kun je het lezen? [π = p, σ en ς = s, λ = l]. Een apóstolos is iemand die gezonden wordt om een boodschap over te brengen. Vanaf het moment dat Jezus niet meer op aarde was, waren de 12 discipelen niet langer leerling. Ze moesten nu zelf leraar worden. Ze moeten nu zelf de boodschap van het evangelie overbrengen. Dat is precies wat er in Matteüs 28: 19 en 20 staat. Schrijf hieronder twee Bijbelteksten op. Gebruik je allermooiste handschrift voor de allermooiste boodschap.
Matteüs 28: 19
Johannes
3: 16
© Steunpunt Liturgie GKv
Zondag 29 december
De stad waar Simeon een baby bezong die de Redder voor de volken zou worden (Lucas 2:22)
Maandag 30 december
Samen met de moeder kwamen ze Jezus ophalen (Matteüs 12:46)
Dinsdag 31 december
Op wie is deze vrouw jaloers (Lucas 11:27,28)
Woensdag 1 januari
Jezus werd acht dagen na zijn geboorte besneden. Wie gaf hem zijn naam? (Matteüs 1:25)
Donderdag 2 januari
De stad waar Jezus opgroeide (Matteüs 2:23)
Vrijdag 3 januari
De mensen van dit volk hebben allerlei wetten over eten en drinken (Marcus 7:3)
Zaterdag 4 januari
Zij moeten leerlingen van Jezus worden (Matteüs 28:19)
Zondag 5 januari
Ze komen met rijkdom en aanbidding bij Jezus (Matteüs 2:1)
29 december 12 of meer?
Zijn alleen de 12 apostelen apostel? Lees de volgende bijbelverzen en schrijf op wie hier apostel wordt genoemd:
Romeinen 1: 1 ………………………………………………………… Hoe noemt deze apostel zich zelf in Romeinen 11: 13 ……………………………………………………………….
Romeinen 16: 7 ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Hebreeën 3: 1 ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Zijn er plaatsen op de wereld waar het evangelie nog nooit is verteld? Denk eerst goed over deze vraag na, en kijk dan hier: http://commons.wikimedia.org/wiki/File:Christian_percentage_by_country.png.
Als het evangelie overal op de wereld is verteld, kun je dan stoppen?
Kom tot ons, de wereld wacht © Steunpunt Liturgie GKv