Tijdschrift Kindermishandeling Juni 2014 Kindcheck
Kinderen van psychisch zieke of verslaafde ouders in beeld krijgen 8 tips voor een oudergesprek Psychische en verslavingsproblemen hebben invloed op het sociale, emotionele en cognitieve functioneren van mensen. Het beïnvloedt werk, studie, financiën, relaties en niet in de laatste plaats, de kwaliteit en beleving van het ouderschap. De vraag is niet òf de problemen van de ouder die je begeleidt invloed hebben op zijn of haar kind(eren). De juiste vraag luidt: in hoeverre beïnvloeden de problemen dit specifieke kind? TKM geeft je acht tips om met jouw cliënt, die tevens ouder is, in gesprek te gaan over hun ouderrol. 1: Ken de cijfers Sinds de jaren tachtig is er veel onderzoek gedaan naar de gevolgen van het opgroeien bij een psychisch zieke ouder voor kinderen. Uit deze onderzoeken blijkt dat een derde deel van deze kinderen, op korte en lange termijn, gezond blijft. Een even grote groep kinderen krijgt tijdelijke (aanpassings)problemen en een derde deel ontwikkelt zelf ernstige psychische problematiek. Dat maakt dat kinderen van ouders met psychisch problemen - afgekort tot 'kopp of koppers' - een risicogroep vormen. Afhankelijk Uit loyaliteit, overlevingsmechanismen, schaamte en soms uit gehoorzaamheid vragen deze kinderen geen aandacht voor hun eigen problematiek. Vaak draait alles thuis om de verslaving of problemen van de ouder. Om die redenen zijn deze kinderen afhankelijk van oplettende (informele) steungevers die bereid zijn het welzijn van de kinderen te onderzoeken en hier een uitspraak over te doen. Als je deze confronterende cijfers kent, hoef je als hulpverlener niet te schromen om de Kindcheck uit te voeren. Je kunt de cijfers ook benoemen in je gesprek met de ouder. Download hier de factsheet KOPP/KVO van het Trimbos-instituut http://www.trimbos.nl/webwinkel/productoverzicht-webwinkel/psychischegezondheid/af/af1178-factsheet-kopp_kvo Bron: Goossens, F.X. & Zanden, A.P. van der (2012). Factsheet KOPP/KVO. Kinderen van ouders met psychische problemen. Kinderen van verslaafde ouders. Utrecht: Trimbos Instituut 2: Ken de beïnvloedende factoren Uit onderzoek is duidelijk geworden dat er verschillende factoren zijn die de kans voor het kind om zelf klachten te ontwikkelen vergroten dan wel verkleinen. We noemen ze beïnvloedende factoren en ze zijn in te delen in risicofactoren en beschermende factoren. Hoe meer risicofactoren er aanwezig zijn, des te groter het risico voor het kind.
Dit artikel is verschenen in Tijdschrift Kindermishandeling: www.tkmnieuws.nl Artikelen mogen worden overgenomen met toestemming van de redactie.
Tijdschrift Kindermishandeling Juni 2014 Kindcheck
Risicofactoren zijn: vanuit de ouder: ernstige en chronische ouderlijke ziekte vanuit de gezinssituatie: afwezigheid gezonde ouder, beperkte draagkracht van de gezonde ouder, slechte relatie tussen de ouders en disfunctionele ouder-kind interactie vanuit het kind: erfelijke factoren, jonge leeftijd als de ouder ziek wordt Beschermende factoren zijn: vanuit de ouder: goede relatie met het kind, bieden van goede (emotionele) ondersteuning door de gezonde ouder vanuit de gezinssituatie: sociale steun, aanwezigheid van een sociaal netwerk vanuit het kind: heldere kijk op zichzelf, heldere kijk op ouderlijke problematiek De laatste twee factoren gaan over het kind. Begrijpt het kind dat het geen schuld heeft aan het ontstaan of voortbestaan van de klachten van de ouder? En begrijpt het kind dat de ouder ziek is? Het kind moet als het ware worden ontschuldigd omdat het geneigd is te denken dat stout gedrag of slecht presteren op school voor de sombere stemming bij de ouder zorgt. Aan sommige factoren, zoals de leeftijd van het kind als de ouder ziek wordt, kan niets veranderd worden. Maar er zijn ook factoren die beïnvloedbaar zijn. Je kunt deze kennis met je cliënt delen en factoren nalopen waar hulp voor kan worden ingezet. Hier kun je een motiverende rol spelen waarbij je uitlegt dat het doel is om problemen bij de kinderen te verminderen of te voorkomen. Benadruk dat dit een uiting is van goed ouderschap. Overweeg een gesprek met de gezonde ouder aan te gaan om de draagkracht te bespreken en te beoordelen. Het functioneren van het gezin kan dan vanuit een ander standpunt worden belicht. Bron: Goossens, F.X. & Zanden, A.P. van der (2012). Factsheet KOPP/KVO. Kinderen van ouders met psychische problemen. Kinderen van verslaafde ouders. Utrecht: Trimbos Instituut 3: Durf te vragen Recent onderzoek door de Hanzehogeschool Groningen maakt duidelijk dat het voor hulpverleners belangrijk is om de ouderrol van een cliënt ter sprake te brengen. Alle ouders uit het onderzoek rapporteren problemen met het ouderschap. De onderzoekers spreken van kwetsbare ouders. In de praktijk is het vaak zo dat cliënten vragen hebben over de (gezondheid van) de kinderen, het ouderschap in combinatie met psychische problematiek en opvoeding. Er is schroom om deze onderwerpen zelf ter sprake te brengen door schaamte of angst dat het negatieve gevolgen zal hebben zoals een uithuisplaatsing. Het feit dat de ouder niets vraagt, wil niet zeggen dat er geen vragen of problemen spelen.
Dit artikel is verschenen in Tijdschrift Kindermishandeling: www.tkmnieuws.nl Artikelen mogen worden overgenomen met toestemming van de redactie.
Tijdschrift Kindermishandeling Juni 2014 Kindcheck
Download hier een samenvatting van het onderzoeksrapport ‘Kracht en steun voor ouderschap van ouders met psychische aandoeningen https://www.hanze.nl/NL/Onderzoek/kennisportal/kenniscentra/kenniscentrumcares/lectoraten/rehabilitatie/actueel/Documents/SamenvattingKrachtensteunouderschap.pdf Vraag altijd naar ouderschap Als ouders zelf zijn opgegroeid bij onmachtige ouders kan de angst dit patroon te gaan herhalen erg groot zijn. Het kan voor de ouder een opluchting zijn als u als betrokkene dit onderwerp aan de orde stelt. Onzekerheid over opvoedkwaliteiten geeft een ouder alleen maar meer stress en kan het gevoel versterken er alleen voor te staan. Uiteindelijk wil iedere ouder dat het met zijn kinderen goed gaat. Neem jezelf voor het ouderschap standaard aan te kaarten. Vertel dat je (vanuit uw deskundigheid) weet dat het onderwerp bij veel ouders speelt, maar dat ze het moeilijk vinden om erover te praten. Wees ook open over de angst die erachter kan zitten; om negatief beoordeeld te worden of te maken te krijgen met instanties als Jeugdzorg of een uithuisplaatsing. Spreek af dat het welzijn van de kinderen altijd het doel van het gesprek zal zijn. Bronnen: P.C. van der Ende, E.L. Korevaar en H. Oosterbaan (2012). Kracht en steun voor ouderschap van ouders met psychische aandoeningen. Lectoraat Rehabilitatie, Sociale Studies, Hanzehogeschool Groningen. Goossens, F.X. & Zanden, A.P. van der (2012). Factsheet KOPP/KVO. Kinderen van ouders met psychische problemen. Kinderen van verslaafde ouders. Utrecht: Trimbos Instituut 4: Start goed en kies de communicatiestijl die bij u past De NIVEA laat u thuis, dus je gaat Niet Invullen Voor Een Ander. Het is goed mogelijk dat het met de kinderen van deze ouder goed gaat en dat de ouder de zorg- en opvoedtaken ondanks een bipolaire stoornis goed (genoeg) uitvoert. De startpositie is dat ouders met psychische problemen niet per definitie slechte ouders zijn. Het zijn ouders die mogelijk wat meer hulp van buitenaf nodig hebben om te zorgen dat hun kinderen zich ontwikkelen tot gezonde volwassenen. Soms hebben zij die hulp van buitenaf al zelf ingeschakeld en is de veiligheid voor de kinderen daarmee afdoende geborgd. Het doel is om dit te achterhalen. De juiste vragen stellen Vanuit een oprechte belangstelling voor het ouderschap en het welzijn van de kinderen stelt u open vragen die bij uw eigen communicatiestijl passen. Oefen hier gerust van te voren mee. Benoem bij eventuele weerstand of terughoudendheid wat je ziet en vraag naar de reden achter dit gedrag. Je wilt antwoord op de volgende vragen: 1. Zijn er kinderen in het gezin? Eigen kinderen en/of stiefkinderen? Leeftijden? (Plannen voor) Gezinsuitbreiding? Bijzonderheden, bijvoorbeeld op het gebied van de gezondheid van de kinderen? 2. Welke personen dragen de zorg voor deze kinderen? Hoe ziet de exacte samenstelling van dit gezin eruit? Dit artikel is verschenen in Tijdschrift Kindermishandeling: www.tkmnieuws.nl Artikelen mogen worden overgenomen met toestemming van de redactie.
Tijdschrift Kindermishandeling Juni 2014 Kindcheck
3. Hoe ziet een gemiddelde dag van deze kinderen eruit (opvang, scholing, daginvulling)? Vervolgens wil je graag weten hoe het concreet met de ouderrol en de kinderen gaat. Zoek hierin de formulering die bij jou past. Enkele voorbeelden: ‘Merken de kinderen iets van uw problemen, denkt u?’en zo ja: ‘Wat merken ze?’ Bij een ontkennend antwoord, legt u uit dat kinderen altijd wel voelen dat er iets aan de hand is. Misschien herinnert de ouder zich nog wel een voorbeeld van de eigen jeugd? ‘Het ouderschap is soms best een pittige opgave, zelfs voor iemand die gezond is. Hoe is dat voor u in combinatie met uw klachten?’ Vraag door over dagelijkse taken zoals huishouden, eten koken maar ook aandacht besteden aan de kinderen en beschikbaar voor ze zijn. Moet het kind vaak helpen? ‘Maakt u zich weleens zorgen over uw kinderen?’‘Praat u thuis over uw problemen? Zo ja, wat weten uw kinderen?’ Geef aan dat het niet goed is als een kind uitgebreid wordt verteld wat de ouder voelt en ervaart. Maar dat het wel goed zou zijn als er door alle gezinsleden openlijk gesproken kan worden over gevoelens en emoties rondom de situatie thuis. Hulpmiddelen Het is ook wenselijk om het kind op zijn eigen niveau te vertellen wat de ouder mankeert. Hier zijn goede hulpmiddelen voor in de vorm van folders o.a. bij het Trimbos http://www.trimbos.nl/webwinkel/productoverzicht-webwinkel?bestellijsten={EE03505E75AB-4D39-A770-E618C5F93E51} ) of leeftijdsspecifieke boeken (zie ook de literatuurlijst op kopp-lotgenootje.nl) http://kopp.lotgenootje.nl/kids/?page_id=115 5: Breng het gezinsklimaat in beeld De beïnvloedende factoren en de Kindcheck gaan om meer dan alleen de ouder met psychische problemen. Pas als je het gezin in zijn geheel in beeld hebt, kun je taxeren of een kind thuis veilig is en ontvangt wat het nodig heeft om zich goed te kunnen ontwikkelen. Sociale kaart Is er sprake van een open of gesloten klimaat? Gestructureerd, ongestructureerd of chaotisch? Als er een gezonde ouder in het gezin aanwezig is, dan wilt u graag weten hoe belastbaar deze ouder nog is. Hoe is het evenwicht tussen draaglast en draagkracht van de partner? Hoe is de sociale kaart van het gezin en hoever reikt eventuele hulp van buitenaf? Misschien zijn er betrokken grootouders of familieleden die de dagelijkse zorgtaken van de ouder hebben overgenomen waardoor het kind toch krijgt wat het nodig heeft. Houd er wel rekening mee dat zo'n situatie ook kan veranderen. De beïnvloedende factoren uit tip 2 loop je standaard na. Het risico voor een kind om zelf klachten te ontwikkelen groeit naarmate er meer risicofactoren van toepassing zijn. Het risico op mishandeling is groter als er sprake is van relationeel geweld. Let ook op communicatie en begripsniveau van het gezin. Begrijpen de ouders dat de klachten invloed hebben op het kind? En is er sprake van gepaste openheid zodat het kind vragen kan stellen maar geen vertrouwenspersoon hoeft te zijn? Dit artikel is verschenen in Tijdschrift Kindermishandeling: www.tkmnieuws.nl Artikelen mogen worden overgenomen met toestemming van de redactie.
Tijdschrift Kindermishandeling Juni 2014 Kindcheck
Een sociale kaart maken Je kunt samen een sociale kaart maken en zo het sociale systeem visueel weergeven. In de sociale kaart plaats je de gezinsleden centraal in het midden met allerlei verwijzingen naar relaties naar buiten. Huidige hechte relaties worden dichtbij het centrum van het gezin geplaatst. Wat meer afstandelijke relaties uit het netwerk staan ook zodanig op afstand. Ga na welke afstandelijke relaties een meer prominente rol zouden kunnen krijgen met het oog op de kinderen. Denk aan vrienden, familieleden, ouders van vriendjes van de kinderen, kennissen vanuit een geloofsgemeenschap, leiders van sportclubs en dergelijke. Wat ervoor nodig is om relaties te verdiepen kan dan onderwerp van gesprek worden. Het organiseren van een eigen kracht-conferentie kan een optie zijn om het netwerk voor het gezin te vergroten. De sociale kaart kan ook als thuiswerk mee gegeven worden als gezinsopdracht. Wellicht hebben de kinderen relaties opgebouwd waar de ouders zich niet van bewust zijn. Of geven de kinderen aan een hechte relatie van de ouder(s) zelf als onplezierig te ervaren. 6: Breng de ouderschapsvaardigheden in kaart Op de vraag wat men als kind van een ouder met psychische problemen het meest gemist heeft, gaf 33 procent van de volwassen respondenten het antwoord: 'aandacht en belangstelling' en 22 procent schreef: 'een echte ouder' en een op de vijf: ´liefde´ (Sandra van Gameren, 2006). Wat mogen we verwachten van iemand die kinderen groot brengt?
Zorg dat u zicht krijgt op de af- of aanwezigheid van de volgende factoren die gaan over de invulling van het ouderschap: is er sprake van liefdevolle omgang tussen de ouder en het kind? Is er sprake van emotionele betrokkenheid tussen de ouder en het kind? Beschikt de ouder over invoelend vermogen? Biedt de ouder voldoende structuur in de dag? Is de ouder voorspelbaar in zijn of haar gedrag? Is de ouder voldoende beschikbaarheid voor de baby / het kind? Heeft de ouder belangstelling voor de leefwereld van het kind? Heeft de ouder begrip voor leeftijdsgebonden mogelijkheden of beperkingen en lichamelijke verzorging?
Bron: Van Gameren, S. (2006) Leven met een psychisch zieke ouder, Bohn Stafleu van Loghum 7: Welke antwoorden bieden ruimte voor interventie? Wellicht concludeer je dat bepaalde antwoorden uit de Kindcheck vragen om een interventie. Mocht er sprake zijn van relatieproblemen of een afwezig sociaal netwerk, dan kun je met de ouder nagaan of hier deskundige begeleiding voor kan worden ingeschakeld. Misschien besluit je ziekte-inzicht als aandachtspunt in de begeleiding te houden. Of misschien is het nodig om aan de ouders voorlichting te (laten) geven over het belang van beschermende factoren of het hebben van een vertrouwenspersoon. Mogelijk acht je het van belang gezinsgesprekken te stimuleren of te organiseren via een preventie-afdeling van de GGZ. Is er thuiszorg, opvoedondersteuning of naschoolse opvang nodig? Dit artikel is verschenen in Tijdschrift Kindermishandeling: www.tkmnieuws.nl Artikelen mogen worden overgenomen met toestemming van de redactie.
Tijdschrift Kindermishandeling Juni 2014 Kindcheck
8: Schroom niet voor stap 3 van de Meldcode Door het gesprek met de ouder krijg je een beperkt beeld van het kind. Heeft de ouder voldoende openheid van zaken gegeven? Hoe gaat het werkelijk met het kind? Heeft het kind steungevers? Een vertrouwenspersoon? Heeft het kind ruimte voor vrijetijdsbesteding of het is zo druk met mantelzorgen dat er van spelen geen sprake is? Kan het kind zich regelmatig ontspannen? Speelt het kind regelmatig met leeftijdsgenootjes? Heeft het kind trauma's opgelopen door wat het thuis heeft gezien en gehoord? Is er sprake van angst, somberheid, gedragsverandering of psychosomatische klachten? Doorvragen Een gedegen Kindcheck gaat verder dan de startvraag of de volwassene met psychische problemen ook een ouder is. Bij zorg of onbeantwoorde vragen is nader onderzoek naar het welzijn van het kind noodzakelijk . Als stappen 1 en 2 uit de Kindcheck je onvoldoende duidelijkheid hebben verschaft of aanleiding zijn tot zorg om de veiligheid en het welzijn van kinderen, dan doorloop je de volgende stappen van de Meldcode. Voor stap 3 van de Meldcode zou jij, of een gespecialiseerde collega, een gesprek kunnen voeren met het kind. Dit zal kostbare informatie opleveren, mits het kind openlijk toestemming krijgt van de ouder om te praten en dus niet disloyaal hoeft te zijn. Ook hier geldt: schroom niet. Opdat deze generatie koppers de vorige generatie niet na hoeft te zeggen met de veel gehoorde uitspraak: 'Nooit vroeg iemand eens hoe het met mìj ging'.
Dit artikel is verschenen in Tijdschrift Kindermishandeling: www.tkmnieuws.nl Artikelen mogen worden overgenomen met toestemming van de redactie.