KATHARINA ELEONORE BEHREND (1888-1973) door Carla van der Stap “Es der dritte Oktober des Jahres 1910. Wir fuhren im Dampftram die sonnigen Lande Hollands. Weithin breiteten die grünen Wiesen, durchzogen von unterbrochen von Baumgruppen umd kleinen Wäldern. Uberall Vieh, hier und da malerische braunen Segeln, auf die man schnell einen Boote mit weissen gewinnt, wenn man über eine der zahlreichen Brücken fährt. In den kleinen Dörfern hält den Tram lange und überhaupt fährt er gemütlich, so dass wir mehreren Stunden Leiden erreichen. Dort ist Heut grosses Fest erst zur Feier der Befreiung Leidens von den Spaniern im Unabhängigkeitskrieg der Niederlande. Nachdem wir bei Frau Goekoop ein Tässchen ken wir alle hinaus auf die Festwiese. Die Sonne strahlt und am blauen Himmel fliegen weisse Wölkchen.” Zo beschrijft de Käthe Behrend uit Hannover in haar geschichte” haar aankomst in Nederland. In het gezelschap van enkele vrienden uit Haarlem en Katwijk bezoekt zij het Leidse 3-Octoberfeest. Ze vermaakt zich er uitstekend, zo blijkt uit haar verdere beschrijving; vooral het men boeit haar mateloos. Ze krijgt veel aandacht van Herr Haentjens, een jongeman die deel uitmaakt van het gezelschap en ze geniet ervan: “Na gut, für wenn’s dir spass macht, mir ist das ganz interessier Du angenehm.” Terug in Hannover ontwikkelt Katharina Behrend haar glasplaten waarmee ze in Leiden opnamen maakte: “Da die vom dritten Oktober! jubilieren klopft! Da ist er! . . . Na bijna drie jaar huwt ze (in 1913) Arie Haentjens, ingenieur en directeur van de machinefabriek Monhemius aan de te Leiden. Het paar vestigt zich in de Thorbeckestraat 10 en het kantoor blijft aan de Haven. Achtergrond In haar verlovingsperiode volgde Käthe Behrend, nog bij haar ouders in 191
Hannover wonend, colleges in het machinewezen en in de fysica, omdat ze wilde weten waar haar aanstaande echtgenoot mee bezig was. Ze leerde eveneens snel de Nederlandse taal en verdiepte zich in de geschiedenis van haar nieuwe vaderland. Dit is tekenend voor de ondernemende Käthe rend, die altijd consequent en systematisch te werk ging. Uit een gegoed liberaal milieu afkomstig, vader Robert Behrend was professor in de chemie en moeder Sophia von Tischendorf, stamde ook uit een wetenschappelijk milieu, groeit Käthe op in een sfeer van creativiteit, kunst en cultuur. Katharina kreeg als zeventienjarige Italiaanse conversatieles, bijbelonderricht, colleges kunstgeschiedenis en pianoles. Ze ging regelmatig naar concerten, musiceerde, fotografeerde, deed aan turnen, las de klassieke literatuur en vertoefde veel in de natuur. Het is aannemelijk dat Käthe belangstelling voor fotografie kreeg door leeftijd begon zij haar vader die zeer verdienstelijk fotografeerde. Op zelf, eerst met de 9x12 camera van haar vader. De belangstelling die binnen het gezin Behrend leefde voor de beeldende kunst is ongetwijfeld voedingsbodem geweest voor Katharina’s fotografische werk. Van 1904 tot het einde van haar leven in 1973, hield Käthe een dagboek bij. Nauwgezet noteerde ze hierin de weersgesteldheid en haar bezigheden. Van reizen en uitstapjes maakte ze beschrijvingen en van de foto’s die ze maakte hield ze een notitieboekje bij. Behalve de negatiefnummers en de datum vermeldde ze de afgebeelde personen, de locatie, bijna altijd de sluitertijd en het diafragma. Alles pakte Käthe op rationele wijze aan en ze was zeer streng voor zichzelf en voor anderen. De discipline verborg haar emoties die ze uitleefde in de fotografie, maar vooral de muziek. Vanaf 1922 nam Katharina zelf actief deel aan het culturele leven in Leiden en werd begeleidend pianiste bij de Christelijke Oratoriumvereniging “Con Amore”, onder leiding van de heer Smink. in Leiden Uit de dagboeken blijkt dat Katharina Behrend genoot van het culturele leven in haar woonplaats. De dagboeken zijn als het ware een staalkaart van wat er in Leiden zoal te doen was. Hieronder volgt een keuze uit haar dagboek van 1913, het jaar waarin ze in Leiden komt wonen. festlich belebten Strassen Bram Op 3 oktober schrijft ze: koops Boothaus und mit ihm und Ethel herrlich gerudert bis in die Gegend geplaudert.” von Valkenburg. Hutspot bei Goekoop. Op 22 oktober woonde ze een concert bij van een orkest onder leiding van Mengelberg. “Köstliches genuss.” 192
2.
en
in de
natuur, 1911.
Op 23 oktober was er een voordracht van professor Eerdman over het wezen van de rooms-katholieke kerk. “Klar, und unparteiisch. Kurze Eerdman köstlich überlegen antwortete.” In 1919, waarin de vrouwen voor het eerst mogen stemmen, zal ze op deze Eerdman haar stem uitbrengen bij de gemeenteverkiezingen van Leiden. een lezing in de aula van de Op 24 oktober hield Frederik van universiteit. Vooral zijn ideeën over de maatschappelijke orde spreken haar Gesellschaftsordnung.” aan: “Erregt Op 19 november werd de honderdjarige onafhankelijkheid gevierd met die Stadt gewandelt. Rathaus ist een historische optocht. “Abends Konzert und illuminiert. Grosse Feuer brennen auf der Kornbrücke, Volksmenge.” 193
Afb. 3. 4.
met een stoomketel bij de metaalfabriek de
aan de
1913.
in 6.
huis
1912.
Katwijk, 1911.
195
Op 21 november hield dr. Borgesius een lezing over de fotografie in de wetenschap en de techniek. “Hochinteressant. Vorzügliche Lichtbilder. wellenphotographien, ultraviolette Strahlen, astronomische
In haar jeugd fotografeerde Käthe haar familie, vrienden en een groot scala aan andere onderwerpen. In 1905, ze was toen zeventien jaar, nam ze haar platencamera mee naar Algerije, waar ze op uitnodiging van haar oom Paul die daar consul was, verbleef. Ze maakte gedetailleerde en sfeervolle opnamen van de plaatsen die ze bezocht, zoals te zien op de foto (afb. 1) van een straat met mensen en kamelen. Een interessant onderdeel van haar vroege fotografie vormen de opnamen. Uit 1910 en 1911 dateert een aantal naaktfoto’s die Käthe maakte in de vrije natuur. Het gezin Behrend had affiniteit met de cultus van terug naar de natuur, die eind vorige eeuw ontstond. In die cultus streefde men naar gezonde voeding, natuurgeneeswijzen en de bevrijding van het lichaam, bakermat van deze beweging Freikörperkultur genoemd. in Duitsland De naaktfoto’s die Katharina maakte hebben een idyllisch karakter, doordat de fotografe evenwicht aanbrengt in de compositie tussen het naakt en de natuurlijke omgeving (afb. 2). Tot de lichaamscultus behoorde ook de hervorming van de vrouwenkleding. Reeds in 1904 bezocht de jonge Käthe met haar moeder in Hannover bijeenkomsten over de hervorming van de wenkleding en in 1916 assisteerde ze tijdens de naailessen voor verbeterde vrouwenkleding in het Leidse Volkshuis. Katharina paste haar fotografische benadering aan, aan de onderwerpen die ze fotografeerde. Bij de foto’s die ze van de machines, delen en de fabriek van haar echtgenoot maakte, ging ze zakelijk te werk: helder, scherp en zakelijk registreerde ze deze onderwerpen. De foto’s werden veelal gebruikt als reclame voor de fabriek. Enkele foto’s, op het terrein genomen, laten op de achtergrond wat van Leiden zien, bijvoorbeeld de Zijlsingel. Op een van de foto’s (afb. 3) hebben arbeiders zojuist een zware klus geklaard: ze hebben een stoomketel overgeheveld van de kade op een schip. De arbeiders mochten ook wel poseren bij vervaardigde onderdelen, of op hun werkplek, zoals een arbeider bij zijn draaibank (afb. 4). Deze man straalt zekerheid en trots uit: dit is zijn werkplek, zijn terrein. Thuis nam Katharina met enige regelmaat foto’s van haar personeel. Vanuit Montanus te zien (afb. 7). Ze staat op het plaatsje met de keuken is 196
7.
Montanus in de keuken, 1914.
8. Molen aan
Wetering, 1914.
een emmer in haar hand. Zo te zien wacht er in de keuken nog heel wat werk. Hier is geen zelfverzekerdheid of trots waar te nemen maar eerder terrein een gepaste bescheidenheid. Ze bevindt zich dan ook op het van haar mevrouw, die bovendien niet makkelijk is voor haar personeel. eiste niet alleen veel van zichzelf, maar ook Mevrouw van anderen. Lange wandelingen waren voor haar kinderen verplicht, evenals pianoles van moeder zelf. Ze had een bijna religieuze natuurbeleving en kon intens genieten van grote inspanningen. In haar reisverhalen komen soms paginalange beschrijvingen voor van de natuur waarin ze vertoefde. Een sfeervolle lichtval kon haar eveneens tot verrukking brengen. In haar fotografie fungeerde het landschap meestal als “figurant” in de composities, zoals bij haar groepsfoto’s in de natuur. Katharina maakte echter ook zeer geslaagde landschappen en 197
stadsgezichten zoals die van de Meerburger Wetering in de winter (afb. In haar dagboek schreef ze die dag: “Montag. Kalt. Sonnig. Arie kauft mir mit Arie die Meerburger Wetering friesische doorloopers. lang, Stompwijk und über Zoeterwoude zurück. Prachtvolle Tour! Photo genommen.” In de landschapsfotografie van Katharina speelt de werking van het licht een grote rol en is dan ook sfeerbepalend. Bijvoorbeeld in de opname van het Philosophenpad (Philosophergraben) (afb. 9). Niet alleen speelt het licht hier een grote rol maar ook het uitgekiende perspectief. Opvallend in het gehele oeuvre is de zorgvuldige beeldopbouw. Diagonale lijnen die Katharina altijd ten volle benut, geven de opnamen het levendige karakter. De opnamen van mensen en kinderen zijn nooit saai of stijf. Dit komt omdat Katharina er een voorkeur voor had om ze te fotograferen tijdens hun activiteiten. Een enkele keer maakte ze snap-shots of momentopnamen; liever zette ze het leven een moment stil en voerde een regie uit om een gedegen opname te maken. Door het camerastandpunt, de keuze van het lijnenspel en een goede vlakverdeling hebben de foto’s van mensen en groepen een spontaan en levendig karakter. Dit in tegenstelling tot zowel amateur- als beroepsfotografen uit die tijd. Jan Goekoop staat met zijn bokkenwagen (afb. 5) even stil voor zijn huis, Villa Greta in Katwijk. Zijn moeder en zusje staan op de achtergrond. Een foto die de fotografe zeker ook regisseerde is die van het strandvermaak in Goekoop, Else Behrend en enkele kinderen Katwijk (afb. 6). Mevrouw zitten in een zandautomobiel en het handvat van de schep is het stuur. De foto van haar man en kinderen is ook zo’n foto waarbij de personen op de juiste manier in het vlak gezet zijn. Ondanks het feit dat dochter Liza in een pose op de loopplank staat, achter hun huis aan de Hugo de straat, en dat Arie Haentjens en dochter Hilde op de achtergrond staan, levert de foto geen star beeld op maar geeft eerder een dromerige sfeer (afb. 10). In de jaren na 1922 vormden de gezinsleden voornamelijk het onderwerp van Katharina’s fotografie. De fotografie van Katharina Haentjens-Behrend geeft een interessante kijk op het leven van een vrouw uit een gegoed, liberaal milieu aan het begin van de twintigste eeuw. Haar liefde voor de fotografie, zonder angst voor de techniek en fysiek moeilijke aspecten van dit vak, haar nieuwsgierigheid en zin voor avontuur, roepen onwillekeurig het beeld op van haar bekende “voorgangster” Alexandrine Tinne, een vrouw uit Den Haag die tijdens verre reizen fotografeerde. Wat Katharina Haentjens-Behrends oeuvre 198
9.
in de winter, 1916
10. Man en kinderen van in de in de buurt van hun huis, 1922.
scheidt van dat van de meeste eigentijdse amateurfotografen is de samenhang het is een samenhangend beeldverhaal van het leven van een energieke en de wonderbaarlijk nauwkeurige vrouw met vrije, moderne opvattingen documentatie ervan. Te zamen met de uitvoerige dagboeken die Katharina bijhield heeft het een bijzondere cultuurhistorische waarde. Voor de geschiedenis van de fotografie is bovendien van belang dat na in Nederland na Alexandrine Tinne één van de eerste (vrouwelijke) amateurfotografen is die een interessant en wat onderwerpkeuze betreft, onconventioneel oeuvre nalaat. Vanwege de slechte financiële situatie van de machinefabriek legt Arie tjens zijn functie als directeur neer in 1926 en treedt hij in dienst bij de Internationale Nautische Handelsmaatschappij te Den Haag. De 199
fabriek wordt voortgezet door Monhemius. In hetzelfde jaar verhuist het gezin naar Scheveningen. In 1943 moeten ze wijken voor de aanleg van de Atlantikwall en gaan ze wonen aan de Oude Singel 118 te Leiden. In 1951 trekken ze naar Den Haag en op 29 december 1973, negen dagen na het overlijden van haar man, overlijdt Katharina Haentjens-Behrend in een ziekenhuis te Den Haag. NOTEN Behalve aan het genoemde dagboek en de fotocollectie de Stichting Nederlands Fotoarchief te Rotterdam) zijn gegevens ontleend aan stukken van de gemeentearchieven van Den Haag en Hannover en aan gesprekken met te Enkhuizen en Liza te Loosdrccht. Alle bij dit artikel geplaatste foto’s zijn afkomstig uit de collectie K. Bchrend van het Nederlands Fotoarchief Rotterdam.
200