dinsdag 16 december 2014 - jaargang 17 nummer 10 | Energie Actueel verschijnt 10 keer per jaar | Oplage 3.000 | Abonneren via www.energieactueel.nl
‘Het is nu wachten op een Europese Commissie met daadkracht en lef’
3
Bas Eickhout, Europarlementariër GroenLinks
Special over 1 jaar Energieakkoord
Moffenmaken Twee leerling-elektromonteurs van netbedrijf Liander, Rik Sluiter en Alex van Lieshout van het ROC Leiden, zijn doorgedrongen tot de finale van van de Skills vakwedstrijd ‘Moffenmaken 2015’. Een jury van ervaren monteurs beoordeelde de deelnemers op hun vakkennis en –vaardigheid bij het maken van een aftakmof in een stroomkabel. Op 9 januari is de landelijke finale in Rotterdam.
4-5
2
Splitsing E.On: wie betaalt de kernkosten?
6
Succes lokale energiecoöperaties staat of valt met goede samenwerking
Juncker: ‘Meningsverschillen met Moskou over South Stream overbrugbaar’ DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL
Er bestaat nog steeds een redelijke kans dat South Stream, de 3.600 kilometer lange gaspijpleiding, die Russisch gas via de Kaspische Zee naar Bulgarije en andere landen in Midden- en ZuidOost-Europa moest brengen, maar onlangs door president Poetin werd geschrapt, toch zal worden aangelegd. Dat is de overtuiging van Jean-Claude Juncker, voorzitter van de Europese
Energie Actueel is ook digitaal beschikbaar:
Commissie. Volgens Juncker is de Commissie bereid hierover met Rusland verder te onderhandelen. Hij noemt de meningsverschillen met Rusland “overbrugbaar.” Juncker: “De bal ligt in het Russische kamp. Om een tango te dansen, moet je wel met twee zijn.” Chantagepolitiek
De Commissie werkt in eerste instantie samen aan een oplossing met het financieel zwakke Bulgarije, dat al fors
Nieuwe interconnectie Frankrijk-Spanje voor hele EU van belang De Europese Commissie is tevreden over het onlangs door Frankrijk en Spanje bereikte akkoord om nieuwe grensoverschrijdende elektriciteitsverbindingen (interconnectoren) tussen beide landen aan te leggen. Het gaat om een mede door ‘Brussel’ gefinancierd prioritair energieproject, waarvan niet alleen beide landen profiteren, maar dat ook van belang is voor het hele Europese elektriciteitsnet.
energieactueel.nl
heeft geïnvesteerd in de gaspijpleiding. Ook het Franse EDF, het Italiaanse Eni en BASF, die zakelijk bij de aanleg van de South Stream betrokken zijn, oefenen druk uit op de Commissie om de Russen tot inkeer te brengen. In verband met het dreigement van Poetin om de Russische gasleveranties te zullen verplaatsen richting Turkije via de nooit verwezenlijkte Blue Stream-pijpleiding met dat land, maande Juncker Moskou aan met zijn chantagepolitiek te stoppen.
Met het akkoord, dat bereikt werd met behulp van een bemiddelaar van de Europese Commissie, wordt het mogelijk om aanzienlijk meer zonnestroom vanuit Spanje naar Frankrijk (en eventueel naar andere EU-landen) te exporteren. De twee landen willen de grensoverschrijdende elektriciteitscapaciteit tegen 2020 verhoogd hebben naar 10% van de jaarlijkse Spaanse stroomproductie. Momenteel is dat nog maar 3%. Daardoor kon Spanje zijn overschot aan zonne-energie niet exporteren. Met de verhoging naar 10% van de Spaanse stroomproductie wordt voldaan aan de energie- en klimaatdoelstellingen van de EU voor het jaar 2020.
Energie-eilanden
Behalve voor Spanje moet dat streefcijfer tegen 2020 ook behaald worden door andere geïsoleerde ‘energie-eilanden’ als de drie Baltische landen, Portugal, Griekenland, Malta en Cyprus, waar de interconnecties te wensen overlaten. In het EU-energiepakket voor 2030, dat de lidstaten afgelopen oktober aanvaardden, werd de interconnectiedoelstelling facultatief verhoogd naar 15%. Tot ongenoegen van Portugal en Spanje gaat het (vooralsnog) niet om een bindende doelstelling. Voor deze landen is aansluiting op het Europese elektriciteitsnet van cruciaal belang. Even dreigden ze met een veto. Ze beschuldigden Frankrijk ervan geen interconnectoren te willen aanleggen of de aanleg ervan te willen vertragen, uit vrees dat goedkope Iberische zonnestroom een geduchte concurrent zou worden voor de Franse kernenergie. Door het onlangs gesloten akkoord werden de plooien glad gestreken. Begin volgend jaar al zal er een nieuwe 2800 MW-interconnector in gebruik genomen worden die over de Pyreneeën loopt. Voor nieuwe projecten wordt gedacht aan andere oversteken over het gebergte en een kabel onder zee.
Poetin dreigde ook de gasleveringen aan Bulgarije, dat bijna helemaal afhankelijk is van Russisch gas, en aan andere EU-lidstaten te verminderen. Concurrentieregels
Volgens de Russische president hebben de strenge en ongefundeerde concurrentieregels op het gebied van de Europese energiepolitiek het 32 miljard euro kostende South Stream-project onmogelijk gemaakt. Daarbij doelde Poetin op het
feit, dat de EU niet aanvaardt dat het Russische staatsbedrijf Gazprom, dat al 10 miljard euro in het South Stream-project investeerde, zowel de bouw van de pijpleiding als het transport en de levering van het gas voor zijn rekening zou nemen. Het was de bedoeling om met deze gaspijpleiding het instabiele Oekraïne, waar in het verleden regelmatig Russisch gas met bestemming Europa werd afgetapt, links te laten liggen.
Zweedse duurzame ambities hoger ten koste van kernenergie DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN
De klimaatambities in Zweden worden opgekrikt. De ruim twee maanden geleden aangetreden nieuwe, maar inmiddels al wel weer gestruikelde minderheidsregering onder leiding van de sociaaldemocraten en de groenen stelt zich namelijk ten doel dat in 2020 geen 25 TWh per jaar aan duurzame elektriciteit kan worden geproduceerd, maar 30 TWh. Dat komt neer op een slordige 20% van de totale Zweedse stroomconsumptie. Energieconcern Vattenfall, eigendom van de Zweedse Staat, moet eraan bijdragen dat het doel wordt gehaald. Met het oog daarop is een door vier ministers bezette stuurgroep ingesteld, die erop gaat toezien wat het concern bij de transitie presteert. Volgens de toelichting bij dit initiatief dient Vattenfall een leidende rol te spelen bij de transitie. Kernactiviteit
Als de demissionaire regering, die voor maart nieuwe verkiezingen heeft uitgeschreven, geen doorstart kan maken en de opgeschroefde ambities mogelijk weer
in de ijskast gaan, zal dat voor de duurzaamheidsstrategie van Vattenfall nauwelijks consequenties hebben. Directievoorzitter Magnus Hall heeft in ieder geval in oktober al onderstreept dat duurzame energie de kernactiviteit wordt van het bedrijf. Dat het concern daarbij primair inzet op windenergie blijkt uit het feit dat het concern te land en ter zee nu al tegen de duizend turbines beheert. Als ook de regeringsambities overeind blijven onder het electorale geweld zal dat echter wel gevolgen hebben voor de kernenergieproductie. De capaciteit daarvan kan dan worden beperkt met 1.500 tot 2.000 MW. Vattenfall heeft ook kernenergiecapaciteit in de portfolio en topman Hall erkent dat de rentabiliteit daarvan door de grotere productie van vernieuwbare energie in het gedrang kan komen. Sluiting van kernreactoren heeft echter ook tot gevolg dat de voorzieningszekerheid op de Scandinavische markt verder terugloopt. Dat is iets waar met name het voor een groot deel van windkracht afhankelijke buurland Denemarken tegenaan zit te hikken, zo blijkt althans uit een reactie van brancheorganisatie DE.
2 ECONOMIE markt & bedrijven Energie Actueel | jaargang 17, nummer 10 | dinsdag 16 december 2014
Splitsing E.On: wie betaalt de kernkosten? al gekscherend. Gevreesd wordt dat er geen belangstelling voor bestaat en dat het bedrijf failliet zal gaan. Energieminister Sigmar Gabriel (SPD) vreest dat E.On de kosten voor de sluiting van zeven atoomcentrales en het beheer van atoomafval in dat geval zal verhalen op de Staat, en dus op de belastingbetaler. Vanaf 2022 moeten in Duitsland alle kerncentrales zijn gesloten. Mogelijk zullen andere energiebedrijven dan dit voorbeeld van E.On volgen, vreest Gabriel. De energiereuzen hebben al compensatie geëist voor de hoge kosten van de ‘Atomausstieg’. Gemoederen
E.On-topman Johannes Teyssen: “Het huidige bedrijfsmodel heeft geen toekomst meer.” DOOR WIERD DUK, BERLIJN
Wie gaat de ontmanteling van de kerncentrales van energiereus E.On betalen, nu de onderneming uit Düsseldorf het bedrijf wil splitsen? De Duitse regering maakt zich zorgen over die vraag; E.On-topman Teyssen ziet voor die vrees geen grond.
E.On besloot om de niet-duurzame onderdelen – kolen-, gas- en kerncentrales, waterkracht, exploratie en productie – af te splitsen en onder te brengen in een aparte onderneming om aan de beurs te worden verkocht. ‘Eoff’, noemde de Süddeutsche Zeitung die nieuwe divisie
Ook Groenen-woordvoerder Barbel Höhn wees op de mogelijkheid dat E.On de kosten voor de ontmanteling van zijn atoomcomplexen op de burgers zal afwentelen. Höhn vertrouwt er niet op dat E.On, dat een schuldenlast meetorst van 31 miljard euro, voldoende geld in kas zal houden om de atoomafwikkeling te betalen. E.On-bestuursvoorzitter Johannes Teyssen probeerde de gemoederen te bedaren door erop te wijzen dat het concern al 14,5 miljard euro heeft gereserveerd voor deze taak. Bovendien is, volgens Teyssen, het ‘oude, fossiele’ E.On wel degelijk levensvatbaar als nieuw bedrijf, omdat traditionele centrales altijd nodig blijven als backup voor duurzame – maar instabiele – zonne- en wind-energie.
Zachte weer spelbreker voor RWE en GDF Suez
DOOR PETER WESTHOF RWE presenteerde half november een forse winstdaling over de eerste negen maanden van
dit jaar. Een voortdurend afnemende vraag naar energie was hier onder meer verantwoordelijk voor. Analisten waren ook ontevreden over de outlook voor volgend jaar. Ook GDF Suez kwam met de resultaten over de eerste drie kwartalen van 2014 naar buiten. Analisten waren hier eveneens ontevreden over de vooruitzichten voor 2015. RWE rapporteerde een winstdaling van 60% van 1,9 miljard naar 763 miljoen euro. Ook de operationele winst ging onderuit. De omzet van het moederbedrijf van Essent daalde 8,8% tot 35,3 miljard euro. De winst was lager dan de gemiddelde schatting van analisten van 779,3 miljoen euro. Het Duitse energieconcern handhaafde zijn winstverwachting voor 2015 van 1,2 tot 1,4 miljard euro. Analisten vonden dit echter een heel mager vooruitzicht. Het milde weer in Europa schaadde de resultaten van RWE. Door de zachte weersomstandigheden verbruikten klanten duidelijk veel minder elektriciteit en gas. De elektriciteitsproductie nam in totaal met 5,9% af naar 151,2 miljard kWh. Ook de lage prijzen op de groothandelselektriciteitsmarkt, als gevolg van de tegenvallende economische groei in Europa, drukten hun stempel. De prijzen staan verder onder druk door het beleid van de Duitse regering. Meer gesubsidieerde hernieuwbare energiebronnen en sluiting van kerncentrales staan hierin centraal.
Afblazen verkoop
Een andere tegenslag is het mogelijke af blazen van de verkoop van de olieen gasdochter DEA aan de Russische miljardair Mikhail Fridman. De crisis rond Oekraïne gooit mogelijk roet in het eten bij deze transactie, die al in maart is aangekondigd. De verkoop zou RWE 5,1 miljard euro opleveren, maar er zijn twijfels gerezen bij de veertien landen, waarin DEA actief is. Al deze veertien landen moeten de verkoop goedkeuren. Met name Groot-Brittannië meent dat de gas- en oliedochter van RWE onder de huidige politieke omstandigheden beter niet in Russische handen kan belanden. RWE wil de verkoop daarentegen graag doorzetten. “We zijn druk in gesprek om de transactie te voltooien”, zei CFO Bernhard Günther tijdens de presentatie van de resultaten over de eerste negen maanden van 2014. “Maar het is niet zeker of deze gesprekken nog voor het eind van het jaar iets opleveren.” In reactie op deze tegenvallende berichten sloot het aandeel van RWE
op de Duitse beurs f link lager. Het ging ruim 7% omlaag. Teleurstellend
Het Franse concern GDF Suez boekte eveneens teleurstellende resultaten over de eerste negen maanden van 2014. De nettowinst ging met 15,4% omlaag naar 8,9 miljard euro, terwijl de omzet afnam met 7,5% naar 54,5 miljard euro. De elektriciteitsproductie zakte met 7%. Ook hier speelde het zachte weer in Europa een belangrijke rol. Daarnaast had GDF Suez last van de sluiting van zijn kerncentrales in België. Overigens verwacht GDF Suez dat deze drie centrales begin volgend jaar weer zullen worden opgestart. Teleurstellend was ook dat de verwachtingen voor volgend jaar naar beneden werden bijgesteld. Eerder ging het bedrijf voor de nettowinst uit van een range van 3,3 miljard euro tot 3,7 miljard euro. Nu denkt GDF Suez dat deze winst eerder zal uitkomen tussen de 3,1 miljard euro en 3,5 miljard euro.
Glashelder
De energiebedrijven zijn wettelijk verplicht om de afbouw van hun Atomkraftwerke (AKW) te bekostigen, zoals in de ‘Energiewende’ – de overgang naar de productie en gebruik van groene stroom – is overeengekomen. Dit benadrukte minister Gabriel tegen Bild Zeitung: “Daarvoor bestaan glasheldere regels.” De Duitse politiek argumenteert dat de energieconcerns jarenlang miljardenwinsten hebben gemaakt met hun kerncentrales, en dat zij daarom aan de samenleving schatplichtig zouden zijn. Ook de conservatieve Beierse CSU – de regeringspartij die in het algemeen vriendelijk is voor ondernemers – wijst erop dat het geen pas geeft “als winsten worden geprivatiseerd en lasten worden verhaald op de burgers.” Geld verdienen
Omdat met conventionele kolen- en gascentrales door de geïmplodeerde stroomprijs op de zakelijke markt nauwelijks geld meer is te verdienen en omdat kerncentrales in Duitsland worden gesloten, wil E.On zich volledig concentreren op hernieuwbare energieprojecten – op windmolens en zonnepanelen, maar ook op onderzoek naar de opslag van duurzame energie en naar efficiëntere energiedistributie. Met het afstoten van de fossiele energie- en atoom-centrales wordt eenmalig 4,5 miljard euro afgeschreven. De splitsing van het bedrijf moet in 2016 zijn beslag krijgen. Alleen op deze manier kan, volgens E.On, worden voldaan aan de eisen van de Energiewende. Revolutionair
Het veelbesproken besluit geldt als revolutionair en als een signaal dat het ‘oude denken’ over energie heeft afgedaan.
“Het huidige bedrijfsmodel heeft geen toekomst meer”, zei topman Teyssen. E.On, dat 122 miljard euro omzet – niet alleen in Europa, maar ook in de Verenigde Staten, Rusland en Turkije – verloor sinds 2008 bijna 70% van zijn beurswaarde. Voor de andere energiereuzen in Duitsland – RWE (eigenaar van Essent), EnBW en het Zweedse staatsbedrijf Vattenfall (eigenaar van Nuon) – geldt dezelfde problematiek. Ook hun beurswaarde kelderde. Eerder schreef Vattenfall 3 miljard euro af op de ‘ouderwetse’ energietak. Deze bedrijven zien door de opkomst van groene subsidiestroom – waar de Duitse consument een opslag op de stroomrekening voor betaalt – zware druk ontstaan op hun bedrijfsmodel. En ook zij moeten miljarden euro’s vrij maken voor de afbouw van hun kerncentrales. Schril contrast
De traditionele energieopwekking staat in schril contrast met – in Duitsland op steeds grotere schaal georganiseerde – nieuwe, kleine projecten waarin particulieren, wijken of gemeenten voorzien in de eigen energievoorziening. Bedrijven als E.On willen op die ontwikkeling inspelen. Maar zelfs voor de Duitse regering, die formeel de Energiewende promoot, moet die omslag ook weer niet al te snel gaan. Dat blijkt uit het verzoek van Sigmar Gabriel aan de Zweedse regering om invloed uit te oefenen op Vattenfall. Dat wil zich terugtrekken uit kolenprojecten in Duitsland. Maar dit zou banenverlies betekenen. Op die momenten is de Energiewende nog steeds een goed idee, maar politiek gaat ook over het winnen van verkiezingen en over het behoud van werkgelegenheid. Dus keek Gabriel in dit geval even een andere kant op.
Best en slechtst presterende beursfondsen Periode 3 november t/m 8 december 2014 best presterende
E.On
11,04%
Veolia Env
8,62%
GdF Suez/International Power
6,43%
Scottish & Southern
6,37%
Iberdrola
5,00%
minst presterende
EVN
1,76%
National Grid Group
1,16%
Gasnatural - Union Fenosa
-0,84%
Enel
-1,01%
Centrica
-4,73%
Lichtpuntje
Een lichtpuntje was de mededeling van CEO Gerard Mestrallet dat het bedrijf druk bezig is met het betreden van de markt van een aantal opkomende landen. “We hebben elektriciteitscentrales in Portugal en Australië verkocht en hebben onze intrede gedaan in Mongolië, Vietnam, Uruguay en
Zuid-Afrika. Deze transacties passen binnen de strategie van GDF Suez om haar aanwezigheid in ‘volwassen’ markten te reduceren en te investeren in snelgroeiende markten”, aldus Mestrallet. Analisten zijn zeer content met deze strategie van GDF Suez. Mogelijk was dit ook een verklaring voor de stijging van het aandeel op de Franse beurs.
3 INTERVIEWeuropa Energie Actueel | jaargang 17, nummer 10 | dinsdag 16 december 2014
Bas Eickhout, Europarlementariër GroenLinks
Europarlementslid Bas Eickhout: “Ik hoop dat er na 2020 fundamenteler wordt nagedacht over de verduurzaming van de Nederlandse energiesector.”
‘Het is nu wachten op een Europese Commissie met daadkracht en lef’ DOOR ALEXANDER HAJE De onderhandelingen van 28 regeringsleiders hebben tijdens de eurotop eind oktober niets voor het klimaat opgeleverd, zegt Bas Eickhout, Europarlementariër voor GroenLinks in Brussel. “Polen en het Verenigd Koninkrijk wisten elke aspiratie op het gebied van CO2-reductie en energiebesparing te elimineren. En dat allemaal onder een tevreden toeziend oog van onze premier Mark Rutte. Want hoe minder Europa des te beter, vindt de VVD.”
GroenLinks is een betere bondgenoot van het bedrijfsleven dan de VVD, zegt Eickhout. “Wij pleiten al lang voor een EnergieUnie. En voor één Europese energiemarkt en lagere energieprijzen. Bij de liberalen zegeviert het populisme van ‘minder Europa’. Zij buigen zich niet over hoge energietarieven en een competitiever Europa.” Bas Eickhout is een jong en strijdlustig politicus, met een duidelijke mening. Dit jaar werd hij verkozen tot nummer 1 van de duurzame 100 van Trouw en sinds 2009 vertegenwoordigt hij de Groenen in Brussel.
‘Wij zijn een betere bondgenoot van het bedrijfsleven dan de VVD’ - U vond de eurotop een mislukking? Eickhout: “De eurotop heeft niet het resultaat opgeleverd waar ik op hoopte. Het was een toonbeeld van gebrek aan leiderschap bij de Europese regeringsleiders om tot een besluit over klimaatbeleid te komen. En dat terwijl klimaat en energiebeleid juist onderwerpen zijn die door de Europese Commissie en het Europees Parlement geregeld moeten worden. Als je dat overlaat aan de regeringsleiders van 28 lidstaten
staan nationale belangen voorop en komt er niets van de grond.” - U vindt dat de Europese Commissie heeft gefaald? “De Europese Commissie heeft nagelaten zelf het initiatief te nemen. Wat er nu is gebeurd, is dat de regeringsleiders het initiatief naar zich toe hebben getrokken. Elk land kan zo conclusies blokkeren. Je krijgt daardoor de laagste gemene deler. Het traagste land Polen bepaalt nu het tempo. En dat is dodelijk.” Erfenis
- Hoe is dit te voorkomen? “Dat is alleen te voorkomen als we een veel daadkrachtigere Europese Commissie krijgen. Daar is nu het wachten op. Dit is nog een erfenis van voormalig commissievoorzitter Barroso die niet durfde door te pakken op dit onderwerp. Er zijn eind oktober richtinggevende uitspraken gedaan. De wetsvoorstellen moeten nog worden gemaakt door de nieuwe Commissie Juncker. Zij heeft in principe alle vrijheid om daar zelf richting aan te geven. De commissie kan nog steeds verdergaan dan wat de regeringsleiders in hun conclusies hebben geschreven. Maar de vraag is of deze commissie dat gaat doen. Durft ze dat? Het interessante is dat zowel Juncker als Frans Timmermans heeft gezegd dat zij een ‘politiekere’ Europese Commissie willen. Ik daag de
commissie uit om dat lef dan ook te tonen. Als dat niet gebeurt, dan zal ik het Europees Parlement bewegen om de huidige voorstellen aan te scherpen.” - Welk gewicht kunt u daarvoor in de schaal leggen? “Ik ben nu bezig ben om de verschillende fracties in het Europees Parlement op scherp te krijgen. Ik zet op een aantal thema’s in. Een daarvan is energiebesparing. Dat is nog steeds de goedkoopste manier om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Een aantal landen is echter terughoudend om dat aan Brussel over te laten. Dat is niet alleen Polen, maar ook het Verenigd Koninkrijk en Nederland. Mijn verwachting is dat het Europees Parlement flink gaat pushen voor een ambitieuzer doel op besparing en zich flink zal verzetten tegen het indicatieve doel dat regeringsleiders op dit punt hebben gesteld.” - U noemt het Verenigd Koninkrijk. Cameron verzet zich hevig tegen Europese inmenging. “Tot de verkiezingen komend voorjaar zullen de Britten zich blijven verzetten, denk ik. Daarna kan dat weer veranderen. Met hen verwacht ik vooral een discussie over duurzame energie. Er komt nu wel een Europees doel voor duurzame energie, maar er staat expliciet in de conclusies – en dat is een Britse overwinning – dat er expliciet geen vertaling naar nationale
‘D en Haag staat niet te trappelen voor meer Europa op energiegebied’ Eickhout: “Het is uiteindelijk een politieke vraag of we het energiebeleid Europees moeten maken. De hoge energieprijzen worden enerzijds veroorzaakt door de hoge energiebelasting, anderzijds door een versnipperde energiemarkt. Brussel is voor een eenwording van die markt, maar de gevoeligheid ligt op nationaal niveau. Ook Den Haag staat niet te trappelen voor meer Europa op energiegebied. En dan refereer ik maar even aan Mark Rutte toen die naar de eurotop ging en werd gevraagd naar de EnergieUnie. Hij nam daar afstand van.” Ook het bedrijfsleven wil dat energie net als klimaat een Europese competentie wordt, zegt Eickhout. “Maar als je de goedkope retoriek van Rutte hoort, dan zijn we helaas nog ver daarvan verwijderd. Het bedrijfsleven zou veel feller van leer moeten trekken tegen de VVD. Die partij noemt zich partner van het Nederlandse bedrijfsleven, maar is in haar anti-EU retoriek feitelijk een tegenstander. Als het gaat om energiepolitiek zou een veel hardere houding logischer zijn.”
doelstellingen komt. En dat is heel raar. Want uiteindelijk wordt duurzame energie gemaakt door de lidstaten en niet door Brussel. Daar zal ook het Europees Parlement tegen in opstand moeten komen. Dit is geen ‘better regulation’ om met Timmermans’ woorden te spreken.”
‘Ik ben voor een uitstootlimiet van alle kolencentrales in Europa’ - En Polen, Roemenië en Bulgarije? “Naast besparing en duurzame energie is broeikasgasreductie een discussiepunt. Daarmee komen we vooral in gevecht met Oost-Europa. Ook daarvoor geldt dat het compromis van de regeringsleiders aan alle kanten rammelt. Polen heeft dat slim uitonderhandeld. De tien armste landen van de EU, ook Polen, krijgen het recht om hun energiecentrales tot 2030 gratis emissierechten te geven. Dat is absurd. Ik zal daarom vechten voor een hele nauwe definitie van welke energiecentrales dat zullen zijn. En wat mij betreft zijn dat nooit kolencentrales. Dat zal Polen zeker op de achterste benen brengen en wordt nog een interessant gevecht. Gelukkig worden we nu geholpen door de VS en China. Beide landen hebben aangekondigd dat zij hun kolencentrales gaan aanpakken.” Uitstootlimiet
- Het emissiehandelssysteem ETS werkt niet. Hoogste tijd voor iets anders? Een CO2-importheffing bijvoorbeeld? “Als we nu stoppen met de emissiehandel zitten we toch met een groot probleem. Want een CO2-belasting valt onder nationale competentie. Zouden we tot één CO2-tarief komen in Europa op basis van een belastingtarief, dan heb je geheid een veto van alle landen. Bij emissiehandel is daar geen sprake van. Die valt onder EUcompetentie. Ik denk dat binnen het emissiehandelssysteem nog niet alle facetten
Als we nu alles dichttimmeren, worden we een lachertje in Parijs’ Eickhout: “Er liggen volgend jaar december tijdens de klimaattop in Parijs twee grote uitdagingen voor Europa. Wil het daar een rol kunnen spelen, dan zal Europa flexibiliteit moeten tonen tijdens de onderhandelingen. Als we nu alles dichttimmeren, worden we straks een lachertje in Parijs. Het kan toch niet zijn dat we eerst alle 28 regeringsleiders moeten bellen om tot afspraken te komen? Twee is het Klimaatfonds. Dat moet er in 2020 zijn en daarin moet jaarlijks 100 miljard dollar vloeien. De armste landen moeten daaruit kunnen putten. Tot op de dag van vandaag is daar nog geen serieus antwoord op. Dat zal nog een heel heftig debat worden in Parijs.”
zijn opgezocht. Mijn voorstel is daarom dat energiebedrijven een CO2-uitstootlimiet krijgen. Ik ben klaar met de argumentatie dat emissiehandel aan de markt overgelaten moet worden. Dat werkt gewoon niet. Als je aan alle kolencentrales in Europa een uitstootlimiet oplegt, dan wordt gas ineens weer veel aantrekkelijker dan kolen. Je moet additionele maatregelen nemen om kolencentrales uit te faseren. Dat kan, als daar een politieke meerderheid voor is, binnen het emissiehandelssysteem.” - U noemt de kolencentrales. In Nederland krijgen die voorlopig nog ruimte in het Energieakkoord. “GroenLinks is altijd al kritisch geweest over het Energieakkoord, omdat het niets aan CO2-beprijzing doet. Het akkoord is niets meer dan een sprintje trekken naar 2020. Wat daarna gebeurt, weten we niet. Wel goed is dat er in het akkoord nu wat specifieker is gekeken naar het probleem van de kolencentrales. Maar het Energieakkoord blijft een typisch Hollands compromis. Ik hoop wel dat er na 2020 fundamenteler wordt nagedacht over de verduurzaming van de Nederlandse energiesector. En dan zul je toch echt van die kolen af moeten.”
‘Baten emissiehandel inzetten voor innovatie van de energie-intensieve industrie’ - En de energie-intensieve industrie? “Die moet veel meer emissierechten gaan kopen. Maar de opbrengsten van die emissiehandel moet wat mij betreft terugvloeien naar innovatie van de energie-intensieve industrie om haar CO2-uitstoot te verlagen. Dat is natuurlijk vloeken in de kerk van de ministers van Financiën, want nu gaan die opbrengsten naar de lidstaten. Maar ik denk dat de industrie daar zeker voor voelt. Sterker: de energie-intensieve industrie kan zomaar eens de kant van GroenLinks kiezen in dit debat.”
4 THEMA energieakkoord Energie Actueel | jaargang 17, nummer 10 | dinsdag 16 december 2014
Eén jaar Energieakkoord DOOR ALEXANDER HAJE EN SANDER SCHILDERS
Het Energieakkoord werd ruim een jaar geleden bekrachtigd. Wat is er nu al tot stand gekomen en wat staat er het komende jaar te gebeuren? Ed Nijpels, voorzitter van de Borgingscommissie, Hans Alders, voorzitter van Energie-Nederland, Els Bos van FNV vakcentrale en Frits de Groot van werkgeversvereniging VNO-NCW blikken terug en vooruit.
Hans Alders, voorzitter Energie-Nederland
‘In 2020 hebben we de Duitsers ingehaald’ Onzichtbaar
Neem wind op zee, zegt de voorzitter van de brancheorganisatie van energiebedrijven. “Daarvoor moet eerst een stopcontact op zee ontworpen worden. Vervolgens moet je vergunningen afgeven en er moet een aanbestedingssysteem worden gemaakt. Allemaal zaken die tamelijk onzichtbaar zijn voor de buitenwacht, maar bitter noodzakelijk om windmolens op zee neer te kunnen zetten. Een ander voorbeeld: biomassa. Hans Alders, voorzitter van Energie-Nederland en een van de ondertekenaars van Om dat grootschalig bij te kunnen stoken het Energieakkoord, is optimistisch. “Let op”, zegt hij, “in 2020 hebben we de Duitsers in kolencentrales zullen er eerst scherp ingehaald. Maar voordat resultaten ook echt zichtbaar zijn, moeten er nog veel dingen geformuleerde duurzaamheidscriteria voor gebeuren om alles goed georganiseerd te krijgen. Dat gaat niet vanzelf.” biomassa moeten zijn. Ook daar wordt al enige tijd hard aan gewerkt.” dus lijkt het alsof er tot nog toe geen progresAlders: “Wat is de situatie? We hebben het Energieakkoord gemaakt en door laten Kwetsbaar sie is geboekt. Maar laten we ons hierdoor rekenen. Maar probleem daarbij is dat het nu vooral niet op het verkeerde been zetten Zeker, er zijn ook kwetsbare delen in het doorrekenen alleen kan op basis van conEnergieakkoord, erkent Alders. Hij noemt en in paniek raken. Er moet gewoon eerst heel veel voorbereidend werk worden gedaan de industrie. “Daar zien we maatregelen die crete maatregelen. En die ontbreken nu nog op sommige delen van het akkoord. Toen ik voordat de volgende stap kan worden gezet. op zichzelf rendabel zijn maar onvoldoende Tegen de critici en sceptici van het Energie- tot resultaat leiden. Kijk bijvoorbeeld naar de eerste doorrekening onder ogen kreeg, dacht ik: dat klopt, want dat stond ook in de akkoord zou ik willen zeggen: dit is een de chemische sector. Die ligt momenteel een doorrekening die wij vorig jaar maakten. En operatie vergelijkbaar aan de Deltawerken.” beetje stil en daardoor vinden investeringen
niet plaats. We boeken dus niet veel voortgang op dat onderdeel. Op het onderdeel energiebesparing op de consumentenmarkt boeken we wel vooruitgang. Maar daarvoor geldt dat we meer zouden kunnen doen. Iedereen weet dat en toch blijft dit een lastig onderwerp.” Overtuigd
Alders gelooft niet alleen in de haalbaarheid van het Energieakkoord, hij is ervan overtuigd dat we in 2020 de Duitsers zullen inhalen. “Mensen roepen: ‘kijk die Duitsers eens, daar moet je wel een voorbeeld aan nemen’. Onze ambitie met het Energieakkoord is om ze straks te passeren. Als we het voorbereidende werk hebben verricht, gaan we daadwerkelijk grote duurzame stappen zetten. We mogen de Duitsers dankbaar zijn dat we hebben kunnen kijken naar hoe zij het hebben gedaan.”
‘Verduurzaming met focus op concurrentiepositie van onze industrie’
Frits de Groot (VNO-NCW): “Ondanks problemen die wind op land en wind op zee met zich meebrengen, zit er wel degelijk progressie in die dossiers.”
Het Energieakkoord is een goed resultaat van lange gesprekken en onderhandelingen die vorig jaar zijn gevoerd, zegt Frits de Groot, teammanager energie en milieu van VNO-NCW. “Voor ons is het belangrijk dat de verduurzamingsslag wordt ingezet met tegelijkertijd een stevige focus op het behoud van de concurrentiepositie van de internationale industrie.”
Progressie
De Groot: “Wat we zien, is dat het akkoord echt leeft in het land. Er zijn talloze ontwikkelingen met het bekrachtigen van het akkoord in gang gezet. En daaruit vloeien op decentraal niveau weer allerlei nieuwe inspiraties voort. Ondanks problemen die wind op land en wind op zee met zich meebrengen, zit er wel degelijk progressie
in die dossiers. Natuurlijk zijn er hobbels. Het getuigt van naïviteit als je zou denken dat iedereen zich zonder meer conformeert aan de plaatsing van windmolens op land. Maar het totaalbeeld is dat er hard wordt gewerkt aan alle voorbereidingen om plannen daadwerkelijk nu te gaan uitvoeren. Dat is heel positief. Een ander punt is het verduurzamen en energie-efficiënter-maken van de gebouwde omgeving. Ook daaruit blijkt dat er heel veel nieuwe initiatieven zijn. En dat is nog niet eerder op zo’n grote schaal gepresteerd in Nederland.” Goed resultaat
Er gebeuren goede dingen die betrekking hebben op het bewaken van de concurrentiepositie van de industrie, zegt De Groot. “Ik ben content hoe dit wordt opgepakt.” De grote industrie valt onder het MEE (meerjarenafspraken energie-efficiency ETS-ondernemingen)-convenant, legt hij uit. De middelgrote industrie onder het MJA3 (meerjarenafspraak energie-efficiency 2001-2020)-convenant. De Groot: “Onlangs vond er een debat in de Tweede Kamer plaats
De eerste echte resultaten van het Energieakkoord zullen in 2015 zichtbaar worden, verzekert Alders. “Dan zal de SDE-regeling een biomassaparagraaf hebben. En dan gaan we de eerste windprojecten op land zien. In 2015, begin 2016 zullen de eerste vergunningen en eerste subsidies voor wind op zee afgegeven worden.” Lachend: “Als je zo ambitieus bent om de Duitsers voorbij te willen, dan zul je wel tempo moeten maken.”
Collectieve wil
Alders: “We bevinden ons in een leerproces. Partijen moeten het met elkaar in de praktijk ook kunnen vinden. We moeten het samen doen. Inherent daaraan zijn er natuurlijk ook verschillen van inzicht tussen partijen, de ondertekenaars van het akkoord. Op een aantal onderdelen hebben we regelmatig een zeer intensieve discussie. En er zijn zeker ook momenten dat ik denk hoe komen we hier uit? Maar er is wel iets gebeurd bij het tot stand komen van het Energieakkoord. De collectieve wil om resultaten te boeken
Frits de Groot, VNO-NCW
Nederland heeft zich met het Energieakkoord unaniem uitgesproken voor de verduurzaming van de economie, zegt De Groot. “Dat akkoord wordt door alle lagen van de samenleving gedragen. Belangrijk voor VNO-NCW is dat het een Energieakkoord is voor duurzame groei, waarbij die verduurzaming voor alle partijen betaalbaar is en betaalbaar blijft. En dat we onze internationaal opererende topindustrie kunnen behouden en met innovaties en de energietransitie door kunnen gaan. Dat is afgesproken en daaraan hebben alle partijen zich gecommitteerd. Voor mij is dat het belangrijkste resultaat van het Energieakkoord.”
is er. Die is heel belangrijk. Dat dwingt ons om heel alert en scherp te blijven. Als we elke dag zouden roepen dat het niets wordt, dan wordt dat een self-fulfilling prophecy.”
over de prestaties van beide sectoren ten aanzien van energie-efficiencyverbetering in het afgelopen jaar. Minister Kamp van Economische Zaken deed daar verslag van. Beide sectoren scoorden meer dan 2% efficiencyverbetering in een jaar tijd. Dat is een goed resultaat. Daarnaast is voor de ETSbedrijven afgesproken dat gekeken wordt of er bovenop het huidige MEE-convenant er nog één-op-één afspraken gemaakt kunnen worden, waardoor het voor bedrijven ook haalbaar wordt om te investeren in maatregelen met langere terugverdientijden. Dat is niet alleen goed voor die bedrijven, maar ook voor het investeringsklimaat in Nederland. Het trekt tevens investeringen aan van buitenlandse partijen.” Chemie
Maar er is ook zorg, zegt De Groot. “De chemie, die gasintensief is, heeft het heel zwaar op dit moment. Bedrijven verleggen daardoor hun focus naar buiten Europa waar de gasprijzen aanzienlijk lager liggen. Want als een bedrijf exportproducten maakt waar de gasprijs 40 tot 50% van de product-
Hans Alders (Energie-Nederland): “Er is wel iets gebeurd bij het tot stand komen van het Energieakkoord. De collectieve wil om resultaten te boeken is er.”
prijs uitmaakt, dan is het moeilijk voor een bedrijf om hier in Nederland gevestigd te blijven. Toch doet Nederland er alles aan om het voor bedrijven aantrekkelijk te maken om hier groen te investeren en ze hier te houden. Dat leidt er nu in toenemende mate toe dat de chemie kijkt waar ze haar gasintensieve producten kan vergroenen. Zo’n proces vraagt natuurlijk tijd. Maar we zien gelukkig dat een aantal koplopende bedrijven daar concreet mee bezig is.” NEV
De Groot deelt de kritiek die naar aanleiding van de Nationale Energieverkenning 2014 (NEV) is losgekomen niet, zegt hij. “De NEV is niets meer en niets minder dan een eerste outlook op het gebied van klimaat en energie voor Nederland. Het zou een vergissing zijn om op basis hiervan nu al conclusies te trekken over de uitvoering van het Energieakkoord. Laten we vooral voortgaan op de weg die is ingeslagen. En ons daarop volledig concentreren. Dan komen de resultaten vanzelf. Voor de energie-intensieve industrie geldt feitelijk hetzelfde. Afspraken die nu zijn gemaakt leveren nog niet direct meetbare effecten op. Deze ‘vertaalslag’ maken we nu en die werkt door naar de doelstellingen voor 2020.”
5 THEMA energieakkoord Energie Actueel | jaargang 17, nummer 10 | dinsdag 16 december 2014
Ed Nijpels, Voorzitter Borgingscommissie Energieakkoord
‘Laten we vooral nuchter blijven en naar de feiten kijken’ 2015 zal vooral het jaar van de uitvoering zijn, zegt Ed Nijpels, voorzitter van de Borgingscommissie die toeziet op de realisatie van het Energieakkoord. “Van de 159 afspraken zijn er nu al 139 in werking getreden. Daarover zijn afspraken gemaakt, daarmee zijn partijen aan de slag gegaan en volgend jaar leidt dat tot concrete resultaten.”
De Borgingscommissie heeft extra tijd nodig om de uitvoeringsagenda voor 2015 vast te stellen, zegt Nijpels. “Samen met de planbureaus die in oktober de Nationale Energieverkenning 2014 (NEV, red.) hebben uitgebracht, willen we eerst goed doornemen waar we nu precies staan.” Hij legt uit dat er eerst expliciet naar een aantal maatregelen moet worden gekeken, voordat die meegewogen kunnen worden in een berekening. “Daarnaast zijn er nog een paar witte vlekken in het Energieakkoord: automobiliteit, glastuinbouw en de warmtevisie van het kabinet. Ook is er nog een grote restcategorie in het akkoord (186 petajoule) die nog verder moet worden geëxploreerd. En we gaan de komende maanden kijken naar alle afspraken waarmee het tussentijdse ‘ijkpunt’ voor energiebesparing in 2016 (35 petajoule ) binnen bereik komt. Half februari maken we de uitvoeringsagenda bekend.” Hierop vooruitlopend, zegt Nijpels, is het allerbelangrijkste dat de milieubeweging, het kabinet en werkgevers en werknemers het volste vertrouwen hebben dat de doelstellingen van 2020 en 2023 worden gehaald.
- Wat vond u van de kritiek op de haalbaarheid van het Energieakkoord toen de NEV in oktober verscheen? Nijpels: “Mijn taak is om alle partners van het Energieakkoord bij de les te houden en ervoor te zorgen dat zij hun huiswerk doen. Maar ook om nuchter te zijn en te oordelen op basis van feiten. De feiten zijn dat als we alle maatregelen uit het akkoord effectueren maximaal 12,4 van de 14% gaan halen. Nu al is dus 88% van dat doel binnen handbereik. We hebben nog zes jaar de tijd om dat tekort van 1,6% in te lopen. Dat is 0,2% per jaar. Met andere woorden: laten we nu vooral kalm blijven en de feiten scherp in het oog houden.” - Geen paniek dus. “Het doel van 14% duurzame energie in 2020 en 16% in 2023 staat als een huis. En dat geldt ook voor de doelen op het gebied van energiebesparing, werkgelegenheid en groene groei. Daar mag geen discussie over zijn. Alle partijen van het Energieakkoord hebben het volste vertrouwen dat we dat gaan halen. Maar laten we nu niet vergeten dat een derde van de maatregelen nog niet door de planbureaus is doorberekend. En dat er nog vier witte vlekken zijn die nog moeten worden ingevuld. Met andere
woorden: De cijfers uit de NEV wijken niet of nauwelijks af van de cijfers toen het Energieakkoord werd getekend.”
Onder de indruk
- De NEV bood dus feitelijk niet veel nieuws. “Ik vind dat de discussie niet alleen moet gaan over de cijfers, maar veel meer over de maatregelen die we nemen en de effecten op de einddoelen. Daarop moeten partijen worden afgerekend. Er wordt nu overal hard gewerkt om zaken op tijd voor elkaar te krijgen. Zoals op de departementen die bezig zijn om wind op land en wind op zee voor elkaar te krijgen. Ik ben daar diep van onder de indruk.” - U gaf vorig jaar aan dat wind op zee nog wel eens voor een flinke hobbel kon gaan zorgen. Hoe kijkt u daar nu tegenaan? “De wetsontwerpen liggen bij de Tweede Kamer. De enige hobbel zou nog kunnen zijn dat die onvoldoende snel door de Kamer worden behandeld. Belangrijk is dus dat die zijn werk doet.”
goed verloopt. Ook dit vraagt, net als de wetsontwerpen voor wind op zee, van departementen, provincies en gemeenten een zeer strakke regie. Dat loopt overigens voortreffelijk.”
Veel overleg
De voorzitter van de Borgingscommissie heeft inmiddels wel gemerkt dat de klus veel meer tijd vraagt dan de ene dag per week die hij ervoor had gereserveerd. Dat zijn er inmiddels vier geworden, zegt hij. “Wat extra aandacht opeist is bijvoorbeeld de bijstook van biomassa in kolencentrales. De vraag hoe biomassa gecertificeerd moet zijn, is geen eenvoudige discussie. Iets anders is automobiliteit. Daarbij zijn meer dan 120 organisaties betrokken. Ook dat vraagt heel veel overleg.” Hij noemt nog een project uit het Energie-
Ed Nijpels: “Ik vind dat de discussie niet alleen moet gaan over de cijfers, maar veel meer over de maatregelen die we nemen en de effecten op de einddoelen.”
akkoord dat hem persoonlijk erg aanspreekt: ‘Stroomversnelling’. “Daarbij worden woningen getransformeerd naar een ‘nul op de meterwoning’. Twee miljoen woningen in de huursector en twee miljoen in de koopsector. Met dit project wordt het Energieakkoord voor de burger heel goed zichtbaar. De minister, de corporaties en gemeenten kunnen hun vingers af likken bij dit prachtige initiatief. Het is revolutionair.”
- En wind op land? “De precieze stand van zaken is dat op 1 januari alle gebieden voor wind op land worden aangewezen. Dan is helder waar de windparken komen. Er ligt een gedragscode voor wind op land. Daarnaast wordt de participatie vastgelegd in de Omgevingswet. Dat betekent dat bewoners worden betrokken in de planvorming van windparken. Ik heb er alle vertrouwen in dat dit hele proces
Els Bos, FNV vakcentrale
‘Groei van extra werkgelegenheid verzilveren’ Bij de onderhandelingen was het voor de vakbeweging het belangrijkste doel om de groei van werkgelegenheid als gevolg van energiebesparing en duurzame energieopwekking te verzilveren. Dat zegt Els Bos van FNV vakcentrale. “We hebben daarbij meteen ingezet op een stevige resultaatverplichting die ook is terug te vinden in het Energieakkoord. En daarover zijn we tevreden.” 15.000 nieuwe banen per jaar maal zes jaar maakt 90.000 arbeidsjaren extra werkgelegenheid, rekent Bos voor. “Dat moet het Energieakkoord aan extra werkgelegenheid opleveren. Met het tekenen van het Energieakkoord zijn wij vooral blij dat het voor het eerst is gelukt dat alle andere partijen zich committeren aan die afspraak. Daarnaast is het niet alleen van belang dat het zomaar banen zijn, maar dat die ook
kwalitatief goed zijn. In vakbondstermen noemen we dat ‘goed werk banen’.” - En is Nederland in het eerste jaar van het Energieakkoord ook inderdaad 15.000 banen rijker geworden? Bos: “Het is heel lastig om de aanwas van werkgelegenheid te meten. Als je vraagt ‘is het iets geworden met die banen in dat eerste jaar?’, dan weet ik dat niet precies. Er zijn wel cijfers beschikbaar over werkgelegenheidseffecten in algemene termen, maar wat daarvan toegerekend kan worden als effect van het Energieakkoord is nu nog niet duidelijk. Dat kan nu nog heel slecht worden gemeten. We kunnen het nu dan ook niet hard krijgen. Ik hoop dat we dat volgend jaar wel kunnen en dat de Nationale Energieverkenning daar dan inzicht in gaat geven.”
- Waarom is dat lastig? “Een lastige bijkomstigheid is dat er pas werk ontstaat op het moment dat er concrete projecten zijn, of wanneer er geïnvesteerd wordt in nieuwe projecten. Het tempo waarin dat nu gebeurt is onvoldoende. Wij vinden als vakcentrale dat daar een schepje bovenop moet. In dit tempo halen we de doelstellingen wellicht niet. En dat maakt ons wel een beetje nerveus.” Opstarttijd
- Uw medeondertekenaars van het akkoord zeggen ‘geef het even tijd’. Je zult eerst moeten zaaien om te kunnen oogsten. “Ook ik begrijp dat we eerst moeten wachten totdat projecten in uitvoering komen. Dan pas kun je iets zeggen over hoeveel en welk soort werkgelegenheid dat oplevert. Natuurlijk is er een opstarttijd nodig. Maar zo
langzamerhand zou je toch ook effecten voor de werkgelegenheid moeten kunnen gaan zien. In de bouw is dat nog niet aan de orde, hoor ik van collega’s. Wat we nu proberen is om op een andere manier de werkgelegenheidseffecten van lopende projecten in beeld te krijgen Ook heel praktisch door goed om je heen te kijken en te laten zien dat er wordt gewerkt in de buurt. Staan er busjes in de straat en is er enige dynamiek te bespeuren? Op die manier verzamelen we een aantal cases en maken die informatie via een soort ‘digitale brochure’ toegankelijk. Dat neemt overigens onze zorgen niet weg. Wij blijven erop hameren dat de afspraken die zijn gemaakt en het tempo waarin projecten worden uitgevoerd zo hoog mogelijk is.” - Maar u blijft geloven dat de doelen uit het Energieakkoord binnen het
uitgestippelde tijdsbestek worden gehaald? “Ja, wij geloven nog steeds dat die extra 90.000 banen in zes jaar tijd gehaald kunnen worden. Maar dat kan alleen met een uiterste inspanning om alle afspraken ook zo snel mogelijk ten uitvoer te brengen. We blijven dus kritisch. Gelukkig blijven alle partijen achter de doelstellingen dus ook de 15.000 banen staan. Daar ligt het niet aan. Maar de uitvoering in de praktijk is soms grillig. Je kunt zaken wel afspreken, maar het effectueren van maatregelen stuit desondanks nog wel eens op problemen. Denk aan wetgevingstrajecten die tegen zitten. Sommige maatregelen zijn toch minder eenvoudig te nemen dan ze op het eerste gezicht lijken. Er komt van alles op je weg. Dat is een proces. En daar praten we dus ook over met elkaar.”
6 ENERGIE analyse Energie Actueel | jaargang 17, nummer 10 | dinsdag 16 december 2014
Onderzoek TNO:
Succes lokale energiecoöperaties staat of valt met goede samenwerking ontwikkeling, maar het blijkt ook dat deze energietransitie van onderaf in toenemende mate tegen knelpunten aanloopt.” Overheid
Hij noemt onder meer de samenwerking met gemeenten, provincies en Rijk. “Lokale energiecoöperaties hebben een sterke behoefte aan een coherent en consistent overheidsbeleid. De wil en ambitie bij de overheid om samen te werken is er wel, maar het ontbreekt nog te vaak aan lokale uitvoeringsagenda’s. Gemeenten en andere overheden zijn dikwijls zoekende naar de invulling van hun eigen rol. Hoe kunnen lokale duurzame energieelkaars belangen en handelingsperspectief, Wet- en regelgeving ten aanzien van energieinitiatieven de transitie naar een duurzame en onvoldoende wil tot samenwerking vor- coöperaties en hun activiteiten ontbreekt naNederlandse energiehuishouding versnel- men dikwijls behoorlijke obstakels. Dit blijkt genoeg, is sterk verkokerd, of is niet effectief.” len? Over die vraag boog onderzoeksinstel- uit de onlangs gepubliceerde tussenresulta- Dit komt omdat de verschillende betrokken ling TNO zich. Ze kwam tot de conclusie ten van het onderzoek ‘De energietransitie ministeries – Economische Zaken, Binnendat die versnelling er niet zomaar komt en van onderaf’ van TNO, dat werd uitgevoerd landse Zaken, Financiën en Infrastructuur is. En dat bottom-up ontwikkelingen lang binnen het programma ‘Samenwerken & Milieu – elk een eigen perspectief hebben niet altijd uitgroeien tot een succes. “Goede Topsector Energie en Maatschappij’. Aan op LEC’s, zegt de TNO-projectleider. samenwerking is onontbeerlijk.” het onderzoek werkten Netbeheer Nederland, Energie-Nederland, Eneco, Essent, GDF Suez, Verdienmodel Om de energietransitie van onderaf te Nuon, de Verenigde Energie Coöperaties Lokale energiecoöperaties beschikken doorNoord-Brabant en de Rabobank mee. kunnen realiseren, is samenwerking nodig. gaans zelf nog niet over goede verdienmodelLokale energiecoöperaties (LEC’s) kunnen len en professionaliteit om een effectieve rol die samenwerking zoeken met energie- en te spelen in de transitie naar een duurzaam Knelpunten netbedrijven. Maar ook met ontwikkelaars energiesysteem, aldus Rijken. “Met name De nationale en Europese doelstellingen daar valt nog veel te verbeteren. Overkoepeop het gebied van duurzame energie zijn van zonne- en windparken en niet in de laatste plaats met de overheid. “Dat is van ambitieus. Burgers spelen een belangrijke rol lende organisaties als brancheorganisaties groot belang om te slagen in hun missie”, in de realisatie van deze doelen, zegt Rijken. maar ook adviesbureaus kunnen daarbij zegt Marijn Rijken, projectleider bij TNO. “We zien het aantal duurzame, lokale energie- helpen met concepten voor producten en diensten, en blauwdrukken voor verdien“Maar in de praktijk is dat niet zo eenvouinitiatieven in hoog tempo overal in het dig.” Wantrouwen, onvoldoende inzicht in land toenemen. Op zich is dat een positieve modellen en lokale energieakkoorden. Ook
Column
De grote buitenwereld en het Nederlandse energiebeleid
Wat gaat 2015 ons brengen op energiegebied? Om die vraag te beantwoorden is het het beste om van buiten naar binnen te kijken. Laten we dat doen aan de hand van de onlangs verschenen World Energy Outlook van het Internationaal Energie Agentschap. Aan de hand van de hoofdthema´s van de WEO leid ik enkele mogelijke aandachtspunten voor het Energierapport 2015 van Economische Zaken af. De 748 bladzijdes van de WEO bevatten drie hoofdboodschappen: we moeten ons niet in slaap laten sussen door de huidige lage olieprijzen; Europese gaszekerheid is niet gegarandeerd; we hebben een laatste kans voor succesvol klimaatbeleid.
De mondiale olievraag neemt nog enigszins toe doordat de groei in de niet-OESO-landen groter is dan de afname in de OESO-landen. Tot 2020 is dat niet zo´n probleem omdat de huidige ontwikkeling met stijgende productie in de Verenigde Staten zich voortzet. Maar alle producenten buiten het Midden Oosten kunnen slechts maximaal 5 miljoen vaten per dag van de benodigde 14 miljoen tot 2040 leveren; de rest moet uit het Midden-Oosten komen. Geopolitieke onzekerheid blijft onverminderd op de agenda, daar doen de huidige lage olieprijzen niets aan af. Dat geldt op andere wijze voor gas. Overal ter wereld, behalve in Europa, stijgt de gasvraag. Het aantal aanbieders van LNG stijgt nog flink, maar dat gas zal niet goedkoop zijn. Het is dus vooral een kostenplaatje en Europa is echt niet tot Rusland veroordeeld.
Het lastigst is het klimaatprobleem. Fatih Birol van het IEA noemde het akkoord tussen China en de VS historisch, maar dat is meer doordat het tot stand kwam dan door de inhoud. De groei van de uitstoot in China nam vorig jaar 60% van de mondiale uitstoottoename voor zijn rekening, die in de Verenigde Staten nog eens 15%. Het Amerikaanse deel van de afspraak houdt een temperatuurstijging van 2 graden in het vizier. Bij het Chinese deel is dat ook denkbaar, maar duidelijkheid daarover zal nog veel gesprekken vergen. Daarnaast: beleid werkt echt. De jaarlijkse toename van
het mondiale energieverbruik loopt terug van 2% naar 1%. De groei van de CO2-uitstoot is nu echt minder dan in de jaren 2000-10. Er zijn echter nog maar enkele jaren om echt de omslag richting temperatuurstijging van 2 graden te maken. Al vele jaren wordt gezegd dat de volgende klimaatconferentie (nu 2015 in Parijs) “de laatste kans” is, maar nu begint dat echt waar te worden. Hiermee lijken me de contouren van de beleidsagenda voor 2015 voor de hand te liggen. Een eigen oliebeleid kan Nederland niet voeren. Gas- en klimaat-
kunnen zij faciliteren in het uitwisselen van kennis en ervaring.” Daarnaast ontbreekt het LEC’s aan voldoende realisatiekracht, zegt hij. “Dit wordt onder andere veroorzaakt door de postcoderoosregeling die aan veel kritiek onderhevig is. Maar ook het gebrek aan expertise en een lange adem, in combinatie met gebrek aan draagvlak voor windenergie, dragen daartoe bij.” Draagvlak en inzicht
Om lokale, duurzame energieopwekking daadwerkelijk goed van de grond te krijgen, moeten overheid, bedrijfsleven én burger constructief samenwerken, aldus Rijken. Dat gebeurt nog onvoldoende. Hij noemt expliciet de samenwerking met grotere energiebedrijven, netbedrijven en ontwikkelaars van zon- en windparken. “Die hebben zelf ook baat bij het draagvlak van burgers en het inzicht in de lokale dynamiek dat lokale energiecoöperaties hebben, en kunnen energiecoöperaties van expertise en realisatiekracht voorzien. Door mede risico te dragen zijn externe financiers en andere partners eerder geneigd mee te doen.” Kansen voor proposities aan coöperaties liggen op het gebied van levering en administratie, slimme diensten op het gebied van besparing en vraagsturing, legt hij uit. “En in de toekomst wellicht ook op het terrein van energieopslag en het balanceren van vraag en aanbod.” Afwachtend
Rijken: “Veel energiebedrijven nemen nu
beleid zeker wel. Aan het eind van het jaar verschijnt het Energierapport. Er wordt nu hard nagedacht over de hoofdthema´s ervan. Ik heb drie suggesties. Ten eerste is het zinvol globale gedachten te ontwikkelen over de brandstofmix. Dit is geen vrijblijvende zaak omdat de netbedrijven nu niet weten waarin ze moeten investeren. Als de elektriciteitsvoorziening veel kolencentrales met CCS omvat, ziet het net er echt anders uit dan wanneer het voor de helft uit zonnepanelen bestaat. ‘De markt’ lost dit niet op, want de mix wordt vrijwel volledig bepaald door het overheidsbeleid. Dan kan de overheid er beter ook zelf iets van vinden. Dat kan het best in overleg met omringende landen. Kolen zonder CCS passen niet in een duurzame mix. Concrete voorstellen voor een beter emissiehandelssysteem zijn nodig en als we daar niet in geloven, zijn er alternatieven zoals regelgeving of minimumprijzen. Ten tweede zou de brandstofmix moeten passen in robuust klimaatbeleid. Of de wereld tot goede klimaatafspraken komt, weten we niet. We kennen wel de Europese doelen voor 2030, dus die kunnen we concreet invullen. We weten ook dat veel opties die je hoe dan ook nodig zult hebben (wind op zee, CCS, duurzame biomassa ) nog forse innovatieinspanningen vragen. Daarop inzetten is altijd zinvol. Dit zou ook passen bij een iets evenwichtiger verhouding tussen overheidsuitgaven voor uitrol van hernieuwbare energie en energieinnovatie. Geld voor innovatie neemt af en geld voor uitrol neemt toe. Een jaar
nog te vaak een afwachtende houding aan ten aanzien van lokale energiecoöperaties. Ze wachten op veranderende wetgeving, op de gevolgen en de snelheid van de energietransitie en de mate waarin burgers actief zullen worden.” Naast wederzijdse onbekendheid en onbegrip en grote verschillen in organisatievorm heerst er vaak nog een groot wantrouwen tussen lokale energiecoöperaties en gevestigde grote partijen, zegt Rijken. “Ook op die terreinen is dus nog heel wat te winnen. De eerste samenwerkingen die momenteel lopen, hebben vooral als doel van elkaar te leren.”
Marijn Rijken (TNO): “De wil en ambitie bij de overheid om samen te werken is er wel, maar het ontbreekt nog te vaak aan lokale uitvoeringsagenda’s.”
of vijf geleden was dat ordegrootte 3:1, binnenkort 30:1. De wetenschap is er niet uit wat een optimale verhouding is voor een energietransitie, maar ik denk niet deze. Ten derde de vraag welke positie gas in die transitie krijgt. Over 10-15 jaar zijn we netto-importeur. Dat gas ‘de ideale overbrugging naar een duurzaam systeem’ is, is te simpel. Als gas duurder wordt en de elektriciteitsvoorziening schoner, is er meer ruimte voor warmtenetten en elektrificatie. Nederland zal geen Denemarken worden met overal duurzame stadsverwarming of Frankrijk met overal elektrische verwarming, maar we zullen meer regionale verschillen krijgen. Over 15 jaar hoeft gas niet meer de vanzelfsprekende ‘standaard’ voor verwarming te zijn. Zowel qua uitvoering als strategie kan 2015 een mooi jaar worden. Maar verrassingen zijn nooit uitgesloten.
Pieter Boot is verbonden aan het Planbureau voor de Leefomgeving.
7 BUITENLAND achtergrond Energie Actueel | jaargang 17, nummer 10 | dinsdag 16 december 2014
Chemiebedrijf wil spil worden in Britse schaliegassector DOOR ARJAN SCHIPPERS, LONDEN
De oprichter van INEOS, het grootste Britse chemiebedrijf, wil 800 miljoen investeren om een schaliegasrevolutie op te starten in Groot-Brittannië. Het bedrijf belooft landeigenaren en plaatselijke gemeenschappen mee te laten delen in de miljoenen die er te verdienen zijn. Het is op zijn minst opmerkelijk dat een grote speler in de ene sector (chemie) ook een hoofdrol wil gaan vervullen in een andere sector (energie). Maar dat is precies wat Jim Ratcliffe van plan is. Volgens de miljardair is de winning van schaliegas van essentieel belang om de energieprijzen in Groot-Brittannië in de hand te houden. Consumenten en fabrikanten betalen volgens Ratcliffe teveel voor hun energie. Om een verdere teloorgang van de Britse industrie te voorkomen is verlaging van de energieprijzen noodzakelijk, aldus Ratcliffe, die zegt dat INEOS’ petro-chemische fabriek in Runcorn in Cheshire (1.600 werknemers) op termijn zal moeten sluiten als de energieprijzen niet dalen. Schaliegas
kan een revolutie teweeg brengen voor de Britse industrie, zegt Ratcliffe, die het Amerikaanse voorbeeld wil volgen. Expertise inhuren
INEOS heeft geen enkele ervaring met boringen en hydraulisch fracken, en heeft daarom Amerikaanse expertise ingehuurd. INEOS bezit twee exploratievergunningen in Schotland en heeft aanvragen gedaan voor nog meer vergunningen in Schotland en in noordwest-Engeland. Het bedrijf hoopt dat zijn expertise in grote petrochemische complexen bij de beoordeling van die aanvragen in zijn voordeel zal spreken. Als al die aanvragen zouden worden gehonoreerd, zou INEOS in één klap de grootste speler in de Britse schaliegassector worden. Zover is het nog lang niet, maar het is duidelijk dat het INEOS menens is. Naast plannen voor Brits schaliegas heeft INEOS ook een terminal in aanbouw bij Grangemouth in Schotland om Amerikaans schaliegas te importeren. Dat gas is hoofdzakelijk bedoeld als input voor de eigen productieprocessen.
Schaliegas omstreden kwestie in VK
Royale opbrengsten
Om het verzet tegen schaliegasboringen te breken, belooft Ratcliffe dat 6% van de opbrengsten zal terugvloeien naar de bevolking in de gebieden waar geboord en gefrackt wordt: 4% naar landeigenaren en 2% naar de plaatselijke gemeenschappen. Hij schat dat hij op die manier de komende tien tot vijftien jaar mogelijk 3 miljard zal uitbetalen; geld dat volgens hem een transformerende uitwerking kan hebben op sommige gebieden. Het aanbod van Ratcliffe is veel royaler dan de regeringsvoorstellen, waarin 1% van de opbrengsten in de kas van de lagere overheden gaat. De Britse regering heeft uiteraard instemmend gereageerd op de investeringsplannen van INEOS. Londen heeft behoorlijk zijn zinnen gezet op schaliegas om lagere energieprijzen tot stand te brengen en de voorzieningszekerheid te waarborgen. Milieugroeperingen denken daar anders over; Greenpeace reageerde op de plannen met te zeggen dat het business plan van INEOS meer gebaseerd is op fraaie PR-brochures dan op wetenschappelijke rapporten.
Schaliegas blijft in Groot-Brittannië een omstreden kwestie. De regering wil ‘voluit gaan’ voor schaliegas, en ook oppositiepartij Labour is in principe voorstander. Belastingvoordelen, vereenvoudiging van vergunningsprocedures, controversiële wetswijzigingen om het mogelijk te maken te boren zonder toestemming van grondeigenaren; de regering haalt alles uit de kast. Maar de tegenstand onder de bevolking in potentiële boorlocaties is groot. INEOS zelf heeft recentelijk een opinieonderzoek laten uitvoeren en daaruit bleek dat zelfs met de riante vergoedingen die het bedrijf in het vooruitzicht stelt, slechts 43% van de ondervraagden in Schotland voorstander is van schaliegas. In Engeland ligt dat percentage iets hoger, op 50%. Andere onderzoeken wijzen in dezelfde richting. Steun voor schaliegas is ondanks alle juichende verklaringen van de regering aan het af brokkelen. In juli 2012 was ruim 58% van de ondervraagden in een YouGov-onderzoek nog voorstander van proefboringen in het VK. Ruim een jaar later, na een zomer van grote protesten, kwam dezelfde onderzoeksorganisatie uit op 54%. En in mei dit jaar daalde de steun voor het eerst tot onder de 50%. Blind geloof
Niet alleen protestgroeperingen hebben hun twijfels over schaliegas. Een kortgeleden uitgebracht rapport van het UK Energy Research Centre – The UK’s Global Gas Challenge – waarschuwt voor een blind geloof dat schaliegas alle problemen zal oplossen. In het rapport wordt betwijfeld of schaliegas de gewenste prijsverlagingen en importonaf hankelijkheid zal brengen als wordt voorgespiegeld door regering en industrie. Research Director van UKERC en mede-auteur van het rapport prof. Jim Watson spreekt zelfs van een hype. Hij is de laatste in een lange rij van deskundigen die de hooggespannen verwachtingen proberen te temperen.
Groene stroom en energiebesparing het meest Zweeds onderzoek: gesubsidieerd in de EU Vraagflexibiliteit DOOR JAN SCHILS, BRUSSEL
Uit het eerste onderzoek ooit van de Europese Commissie naar de subsidies voor alle vormen van energie in de 28 EU-lidstaten blijkt dat Duitsland het meest royaal is met deze steun. Dit land geeft jaarlijks 317 euro uit per inwoner. Nederland staat op de elfde plaats met 164 euro. Het EU-gemiddelde bedraagt 242 euro per persoon per jaar. Kroatië bengelt helemaal onderaan de lijst. Dit land ‘subsidieert’ zijn burgers elk met 7 euro per jaar. Opmerkelijk is ook dat – terwijl Zweden en Denemarken met respectievelijk 284 euro en 217 euro per persoon de vierde en zevende plaats innemen op de subsidieranglijst – een derde milieubewust Scandinavisch land als Finland pas op de 23ste plaats staat met 56 euro subsidie per jaar per inwoner. Volgens het onderzoek (dat slaat op het jaar 2012) sturen de EU en de lidstaten met de subsidies hun energiebeleid wel degelijk in een bepaalde richting. Het eerste doel bestaat er algemeen in om minder schade toe te brengen aan het milieu. Daarvoor wordt de productie van groene stroom jaarlijks met een bedrag van om en nabij de 40 miljard euro ondersteund. Meer dan de helft daarvan gaat naar winden zonne-energie. Verder vloeit er een bedrag van 27,4 miljard euro aan subsidies naar energiebesparing, onder andere voor huishoudens.
Goedkoop
De overheden in de EU willen energie wel zo goedkoop mogelijk houden, maar in de praktijk blijkt dat lang niet altijd te lukken. In het kader van de strijd tegen de klimaatopwarming ging voor een bedrag van 13,7 miljard euro aan gratis CO2-uitstootrechten naar het bedrijfsleven. Het verzekeren van de energievoorziening, ook op piekmomenten, is een ander doel. Daartoe vloeide er in 2012 voor een bedrag van 5,2 miljard euro aan subsidies naar gascentrales en werd de nucleaire sector ondersteund met 7 miljard euro. De steenkolenproductie in de EU werd met 10 miljard euro aan subsidies bedacht, vooral in Duitsland. Uit het onderzoek van de Commissie blijkt ook dat heel wat lidstaten hun energie-afhankelijkheid van aardgas en olie uit Rusland en de Arabische wereld willen verminderen door kerncentrales bij te bouwen, ze langer open te houden ofwel door oude steenkolencentrales weer in productie te nemen. Het onderzoek van de Commissie besteedde ook aandacht aan de vraag welke kosten niet in de energieprijs zijn verrekend. Deze externe kosten schatten de onderzoekers op 200 miljard euro, waarvan 100 miljard euro voor rekening van de klimaatopwarming komt, 44 miljard euro voor rekening van uitputting van energiebronnen en 30 miljard euro door fijnstof.
stroomconsument wordt overschat’
DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN De consument is maar in heel beperkte mate bereid om zijn stroomverbruik aan te passen aan prijsfluctuaties op de spotmarkt. De beleidsmakers die bij de overschakeling op duurzame energie hun hoop stellen op de prijsflexibiliteit van de met slimme meters uitgeruste huishoudens doen er daarom goed aan de verwachtingen niet te hoog te spannen.
Dat is de aanbeveling die uit de bus is gerold bij een in opdracht van de energiemarkttoezichthouder (EI) door de universiteit van Umeå uitgevoerd onderzoek in Zweden. Flexibiliteit aan de vraagkant is belangrijk om de met wind- en zonne-energie samenhangende schommelingen in het beschikbare aanbod op te kunnen vangen, zo luidt de vrijwel alom aanvaarde gedachte. Zodra de wind hard waait en/of de zon volop schijnt, is de stroomprijs laag en kan de consument daarvan profiteren. Het probleem is echter dat de prijs mogelijk laag is als de huishoudens nauwelijks of geen elektriciteit nodig hebben, tenzij ze bereid dan wel in staat zijn hun vraag te verschuiven door bijvoorbeeld de wasmachine in de late avonduren of ’s nachts te laten draaien. Die bereidheid moet dus niet worden overschat, concluderen de rapporteurs. Hun analyse van de ondervragingen
waaraan de huishoudens zijn onderworpen, duiden er vooral op dat het aan de nodige financiële stimulans ontbreekt om op incourante uren te gaan stofzuigen of het licht aan of uit te doen. “Onze berekeningen laten zien dat huishoudens die hun stroomverbruik drastisch omleggen minder dan 1 kroon (circa 10 eurocent –red.) per dag besparen, uitgaande van de prijsvariaties op de spotmarkt van vandaag”, concluderen de onderzoekers. Een ander aspect is dat de consument uiteindelijk maar heel weinig blijkt te weten van de gang van zaken op de markt en de daarmee verbonden stroomprijzen. De informatie, die er overigens wel degelijk is, wordt niet waar- en/of opgenomen. Als de beleidsmakers daarom meer vraagflexibiliteit wensen, doen ze er goed aan de financiële compensatie daarvoor fors te verbeteren, aldus het rapport.
8 OPINIE energie Energie Actueel | jaargang 17, nummer 10 | dinsdag 16 december 2014
Column
Druk op de ketel
Bladblazer Het bericht dat E.On zichzelf gaat opdelen in een ‘grijs’ en een ‘schoon’ bedrijf heeft verschillende reacties opgeroepen. De voorstanders van een zo snel mogelijke overgang naar duurzame energie kraaiden victorie, anderen maken zich zorgen over de consequenties voor de voorzieningszekerheid, mocht blijken dat er geen investeerders te vinden zijn voor het ‘grijze’ bedrijf. Overheden kunnen voor een duivels dilemma komen te staan als de nieuwe onderneming niet door de ‘markt’ gedragen kan worden en de capaciteit hard nodig blijkt in een energiesysteem met veel variabel aanbod. Transitie klonk altijd zo positief en op de toekomst gericht (wie wil er nu geen transitie?), maar de praktijk van transitie doen blijkt weerbarstiger dan transitie denken. Te veel, te weinig, te traag, te snel en veel minder geleidelijk dan op papier. Paden banen
In het verleden hebben overheden vaker een rol gespeeld in het zetten van nieuwe randvoorwaarden voor energiemarkten en werden zo ook
nieuwe energietechnologieën in de markt geholpen. Tot zover niets nieuws. Transitie is namelijk van alle tijden. Sommige transities verlopen sneller dan andere, vaak geholpen door de introductie van betere technologie en lagere kosten in het verlenen van de (nieuwe) energiedienst. De overheid zorgde ervoor dat economie en technologie na de introductie hun beloop kregen. In het huidige proces lijkt het er op dat de overheid economie en technologie voorbij is gestevend en nu in verwondering omkijkt waar de sector is gebleven. Een artikel in Die Zeit van 4 december jongstleden – ‘Smerige vergissing’ van Frank Drieschner – gaat in op de gemengde resultaten van het Duitse energiebeleid. In de afgelopen jaren is door menigeen de loftrompet gezwaaid over het voortvarende Duitse beleid. Het NOSJournaal weet bijvoorbeeld altijd wel een bijzin in een bericht te fietsen over de beste en slechtste in de klas op het gebied van energiebeleid, evenals onze politici. Ook zij zouden het artikel eens moeten lezen.
E.On: Grün, Grün blüht der Enzian
De Energiewende in Duitsland was een aanpassing van het energiebeleid in Duitsland met grote financiële en energieproductiegevolgen. De definitieve Ausstieg uit kernenergie was een politiek gedreven, zeer stevige stap van de regering-Merkel. De ommezwaai van E.On begin december is radicaal. Het bedrijf wordt rigoureus in tweeën gehakt en nuances lijken te ontbreken. nance, de politiek, financiering, energietransitie en bedrijfsvoering. Allereerst de geopolitiek. Wie is geïnteresseerd in de af te stoten activiteiten? Volgens de filosofie van de Europese bedrijven is niemand happig op nog meer centrales en trade die niet meer nodig zijn. Hooguit Gazprom. Stel dat de beurswaarde echt laag is in 2016, dan zou het toch nog kunnen zijn dat Gazprom dit alles voor een prikkie koopt. Willen we dat? Ook gezien de komende jaren nog noodzakelijkheid van deze centrales? Poetins energiemacht reikt dan tot ver voorbij de Oekraïne.
E.On gaat door als modern, groen bedrijf dat allerlei samenwerkingen met veelsoortige klantengroepen optuigt. De rest, bijna alles, kern-, kolen-, gas- en waterkrachtcentrales, trade en exploratie, gaat in een apart vehikel in 2016 naar de beurs. Deze stap heeft impact en raakt alle relevante energiedomeinen: de geopolitiek, de gover-
In beweging
Verandert er dan niets? Tuurlijk zijn er allerlei veranderingen. De onbetwist geachte alleenheerschappij van olie in de transportsector wordt door gas en elektriciteit steeds meer uitgedaagd, terwijl ook de ontwikkelingen in biofuels doorgaan. De jacht is geopend op de superieure economische rente van energie voor mobiliteit. Daarbij speelt de moeizame rol van brandstoffen in andere delen van de energiewaardeketen absoluut een rol. Gas voor de
opwekking van stroom is in Europa in de tang terecht gekomen door een combinatie van beleid en markt. De recente geopolitieke ontwikkelingen helpen niet om een betere pleitbezorging voor gas te maken. De veel gunstigere ratio van hoeveelheid energie per uitgestoten CO2 wordt zwaar ondergewaardeerd door markt en beleid, terwijl de f lexibiliteit van gascentrales veel beter past bij variabele duurzame bronnen. Anders dan in Azië, waar gas wordt gewaardeerd om luchtvervuiling in steden aan te pakken en energieefficiëntie te bevorderen, komt gas er dus veel bekaaider af in Europa. De vergelijking met de NoordAmerikaanse markt kan al helemaal niet gemaakt worden. De vraag is of dat zo blijft nu het gekozen transitiemodel onder druk komt te staan. Toerental
De Duitse regering maakt zich nu, in navolging van de kosten, eindelijk zorgen om het niet behalen van de CO2-doelstellingen. Sluiting van enkele kolencentrales, zoals pas werd aangekondigd, moet soelaas bieden en kan wellicht meteen ook wat lucht geven aan de benarde traditionele producenten in de Duitse markt. Het zal echter het weinig klimaatvriendelijke trio (zon, wind en kolen) nog te weinig
Coby van der Linde is hoofd van het Clingendael International Energy Programme en hoogleraar Geopolitiek en Energiemanagement aan de Rijksuniversiteit Groningen. in de weg kunnen leggen. Daarvoor is meer nodig. De Duitse regering heeft nog een jaar bedenktijd hoe het de bladblazer op een nieuw toerental kan krijgen en de inspanningen op het gebied van duurzaam, betaalbaar, betrouwbaar beter met elkaar in overeenstemming te brengen. Maar ook omwille van de klimaat-bestendigheid moet het verhaal van ‘alle ballen op duurzaam’ nodig worden bijgesteld. De internationale markt kan daarbij helpen, maar kan ook zo maar, in deze onzekere geopolitieke tijden, roet in het eten gooien.
Colofon
Column
Frank van den Heuvel is directeur Public Affairs bij TNO
Kosten noch moeite werden in Duitsland gespaard om duurzame energie ‘in de markt’ te zetten. De oplopende kosten van het beleid voor de energieconsument zijn al meermalen aan de orde geweest. Nu komt daar de zorg over voorzieningszekerheid bij als investeerders geen interesse hebben in het langdurig in de min blijven door een bedrijfsmodel dat niet kan werken in de huidige beleidsomgeving. Het Duitse beleid heeft dus meer weg gehad van een te sterke bladblazer, die alles overhoop heeft geblazen. De aankondiging van E.On zet de boel op scherp; nog een jaar en dan valt er een beslissing, linksom of rechtsom. Andere ondernemingen hebben ook zo hun voorzieningen getroffen en wachten op een verandering.
Nek omdraaien
De governance is eveneens interessant. Welke partijen stappen in E.On (-Groen) en hoe gaat zo’n beursgang van E.On-Oud? Wat de laatstgenoemde betreft: zijn dit aandelen voor slechte mensen die nog van kolen houden? Speculanten? Private equity? Worden de aandelen en daarmee de assets speelbal? Hoe reageert de politiek? Evenals RWE kijkt E.On naar Berlijn voor steun, want de politiek
stimuleerde de bedrijven altijd te investeren in nucleair, kolen en gas en nu moeten deze activiteiten ineens weg of afgebouwd. Ook doen de bedrijven nu wat politiek correct en wenselijk is. En dan de financiering. De forse schuld (35 miljard euro) gaat niet mee met de oude hap, maar komt als last bij E.On(-Groen). Dat belemmert deze nieuwe, frisse speler meteen, want de noodzakelijke investeringen zullen geremd worden door de middelen die naar de banken moeten als aflossing. Op de vijfde plaats is de stap van E.On een volgende, noodzakelijke stap in de energietransitie, waarbij echter een belangrijk voordeel meteen de nek omgedraaid wordt: financiering van de nieuwe activiteiten uit de opbrengst van de oude activiteiten, zodat geleidelijk een nieuw bedrijf gebouwd wordt met nieuwe producten. Zoals Philips de R&D voor led-verlichting financierde met de opbrengst van de gloeilamp. Tot slot de bedrijfsvoering: een klassiek energiebedrijf, in al zijn vezels, moet in korte tijd een ICT-achtig bedrijf met zonnecellen en windmolens worden. Waarbij je je nog kunt afvragen of de windmolens, eveneens kapitaalintensief en niet altijd gewild, niet meer passen bij E.On-Oud. Radicale stap
Vragen genoeg. Zijn er vergelijkbare voorbeelden? Weinig. RWE heeft enkele weken geleden aangegeven zich te transformeren van klassiek energiebedrijf met centrales en top down energie-aanbod naar een ICT-bedrijf dat direct schakelt met klantengroepen en zich toelegt op ontzorgen. Meer de geleidelijke weg dus. Philips kondigde eerder dit jaar aan het bedrijf in tweeën te splitsen, omdat de activiteiten, Licht en Medisch / Consumentenoplossingen, weinig synergie hadden. Beide zijn direct levensvatbaar en hebben reeds een
stevige positie in de wereld. Het Gasgebouw in Nederland. Minister Kamp wil de constructie met GasTerra, NAM (Exxon/ Shell) en EBN fors herzien. Dit lijkt echter meer een governance-verhaal, waarbij de minister meer greep wil hebben op de winning van aardgas. Mogelijk ook ingegeven door de diverse issues in Groningen: van aardbevingen tot winningsplannen. DSM is in de afgelopen jaren een voorbeeld van een geslaagde transitie waar RWE op hoopt: van kolenwinning via chemie naar fijnchemie naar voeding. De radicale stap van E.On is hooguit eerder gezien bij faillissementen, maar dan ging de schuld mee. Bad bank
Waar moeten we nu in beleggen? In het bedrijf dat alles heeft dat nodig is of in een bedrijf dat prachtige plannen heeft, aansluit bij de tijdgeest, maar ook een forse schuld en veel onzekerheden in een toch al grillige energiewereld? Of in de cash cow E.On-Oud zonder schuld? Jaren geleden schreef ik een stuk onder de titel ‘Stroom & Saldo’, de vergelijkingen tussen banken en energiebedrijven. Hoe beide sectoren en hun spelers een zelfde traject af lopen van arrogante oligopolist naar organisatie dichter bij mensen, waarbij vraag en aanbod van geld/ stroom verandert, ICT-oplossingen leidend worden en nieuwe organisatiemodellen ontstaan. Zelden ging de vergelijking zo pregnant op als nu. Ondanks glasharde ontkenningen, heeft E.On-Oud veel kenmerken van een zogenaamde ‘bad bank’, waarin de ongewilde delen zitten. Echter, zonder de enorme schuld. De echte vraag voor de Duitse, en mogelijk zelfs Europese politiek bij navolging, is of deze ‘bad bank’ ook een systeembank is. Wanneer dat het geval is, krijgt de Eurocrisis een verlenging, waarbij de Duitsers dit keer de eerste zijn die gered moeten worden.
Energie Actueel is een uitgave van de Vereniging Energie-Nederland. Energie Actueel biedt achtergronden en opinies uit de wereld van energie en klimaat. De krant verschijnt 10 keer per jaar. Daarnaast is Energie Actueel digitaal beschikbaar, met binnen- en buitenlands nieuws en een scala aan columnisten: energieactueel.nl Redactieadres Energie-Nederland, Lange Houtstraat 2 2511 CW Den Haag T: 070 311 4350 E:
[email protected] Hoofdredactie Anne Sypkens Smit Bladmanagement & eindredactie PACT Public Affairs, Den Haag Redactie Frank Kools, Sjoerd Marbus, Sander Schilders Medewerkers Alexander Haje, Paul Hazebroek, Peter Westhof Columnisten Pieter Boot, Aad Correljé, Frank van den Heuvel, Coby van der Linde, Han Slootweg, Ad van Wijk Correspondenten Wierd Duk (Duitsland), Frank Kools (Noord-Amerika), Jan Schils (Europese Unie, België), Arjan Schippers (Groot-Brittannië), Dorine Vaessen (Duitsland), Wim Verseput (Scandinavië), Marcel Vink (China) Vormgeving & opmaak Aandagt reclame & marketing, Almelo Druk & distributie Senefelder Misset Grafisch Bedrijf, Doetinchem Abonnementen Energie Actueel wordt kosteloos toegezonden aan personen in dienst van bedrijven die lid zijn van Energie-Nederland, in dienst van de rijksoverheid of een hoger onderwijsinstelling. Zij en overige geïnteresseerden kunnen zich abonneren via de website energieactueel.nl. Daar kunnen ook abonnementen worden opgezegd. Een betaald jaarabonnement kost € 75,-. Abonnementsgelden worden namens de uitgever geïnd door Abonnementenland, Heemskerk. Adreswijzigingen
[email protected] Opzeggingen - Per post: Energie-Nederland / Energie Actueel Antwoordnummer 24603, 2490 WB Den Haag - Of per email:
[email protected] Advertentie-exploitatie Recent André van Beveren, Postbus 17229 1001 JE Amsterdam T: 020 330 8998 F: 020 420 4005 E:
[email protected] Overname van artikelen uitsluitend toegestaan na toestemming van de hoofdredactie. ISSN 2211-6230