jr) 2014

Carbon footprint Op basis van de diverse soorten CO2-emissies is de totale CO2-emissie van Den Ouden Groep berekend.

9,8

38,6 Diesel personenwagens Diesel combo's en busjes Hybride personen wagens

51,6

Figuur 2: CO2-emissie 2014 scope 1 en 2

De totale CO2-emissie van Den Ouden Groep in 2014 is gelijk aan 9628,8 ton CO2. Het grootste aandeel, 86,8%, is afkomstig van brandstofverbruik van materieel. Dat is begrijpelijk, want de logistieke bedrijvigheid van Den Ouden is erg groot. In onderstaande tabel is de totale CO2emissie verdeeld in de verschillende soorten uitstoot, afgezet tegen de uitstoot van boekjaar 2010. Activiteit Brandstofverbruik wagenpark Brandstofverbruik transport Brandstofverbruik machines Aardgas Totaal scope 1 Elektriciteitsverbruik Brandstofverbruik zakelijke kilometers met prive auto Vliegverkeer Totaal scope 2 Totaal

CO2 (ton/jr) 2014

% in 2014

CO2 (ton/jr) 2010

% in 2010

645,4 2.435,4 3.605,6 1.562,4

6,7% 25,3% 37,4% 16,3%

607,1 2.623,4 3.685,4 2.167,7

5,4% 23,8% 33,4% 19,6%

8.248,8

85,7%

9.083,6

82,2%

1.351,2

14,0%

1.956,9

17,7%

0,0 28,8

0,0% 0,3%

0,0 5,7

0,0% 0,1%

1.380,0

14,3%

9.628,8

100,0%

1.962,6 11.046,2

17,8% 100,0%

Uit deze gegevens blijkt dat er over de activiteiten bij zowel scope 1 als 2 CO2-uitstoot is verminderd, bij scope 2 is een sterke stijging te zien bij het vliegverkeer. Deze daling wordt deels veroorzaakt door de lagere productie van mest korrels bij Ferm O Feed in 2010 lag de productie op 39.807 ton en in 2014 was de productie slechts 29.482 ton. In de apart uitgevoerde energieanalyse is verder ingegaan op deze verschillen, om daaruit de reductiedoelstellingen te kunnen formuleren.

Directe CO2-emissies (scope 1) De directe CO2-emissies bestaan uit de emissies veroorzaakt door het brandstofverbruik van het materieel, het brandstofverbruik van het wagenpark en het aardgasverbruik. De verdeling van deze uitstoot is zonder het gasverbruik voor de productie van mest korrels bij Ferm O Feed als volgt:

Figuur 3: CO2-emissie scope 1, 2014

De uitstoot van de nulmeting in 2010 was al volgt verdeeld:

Figuur 4: CO2-emissie scope 1, 2010

Het aardgasgasverbruik voor de productie van mestkorrels en het daarbij behorende CO2-emissies zijn als volgt Gasverbruik per jaar Aardgasverbruik productie CO2-emissie Geproduceerde tonnen CO2-emissie per ton productie

Carbon footprint Den Ouden Groep incl FOF 2014

2014 840.237 m3 1.533,4 ton CO2 29.482 ton 52 kg CO2/ton

2010 1.161.059 m3 2.118,9 ton CO2 39.807 ton 55 kg CO2/ton

Pagina 2 van 6

Brandstofverbruik wagenpark De CO2-emissie van het brandstofverbruik van het wagenpark is gelijk aan 645,4 ton CO2. Dit is gelijk aan 9,1 % van de gehele CO2-emissie in 2014. De CO2-emissie wordt veroorzaakt door de dieselauto’s. Brandstofverbruik transport De CO2-emissie van het brandstofverbruik van het transport wordt veroorzaakt door het verbruik van diesel. 34,5% van de totale CO2-emissie wordt veroorzaakt door het brandstofverbruik van de vrachtwagens. Brandstofverbruik machines De CO2-emissie van het brandstofverbruik van de machines wordt voor het grootste deel veroorzaakt door het verbruik van diesel. 51,1% van de totale CO2-emissie wordt veroorzaakt door het brandstofverbruik door de machines. Aardgas verbruik Aardgas wordt gebruikt voor het verwarmen van kantoorgebouwen en werkplaatsen. Het gasverbruik veroorzaakt 29 ton CO2-emissie. Het gasverbruik is bepaald aan de hand van jaarafrekeningen van de gasleverancier. Onderbouwing carbon footprint scope 1 De CO2-emissie van het brandstofverbruik is berekend aan de hand van de volume-eenheden van de verbruikte brandstoffen welke aangeleverd zijn door de brandstofleverancier. Deze methode is inzichtelijk en transparant. Een deel van de bedrijfswagens wordt tevens privé door de werknemers gebruikt. Deze beperking is niet in de inventarisatie doorgevoerd. Bij de CO2-emissieberekening is dus de emissie door privékilometers meegenomen. Binnen de rapportage zijn de CO2-emissie bronnen geïdentificeerd. Geen van de bronnen zijn uitgesloten. Het binden of compenseren van scope 1 emissies heeft niet plaatsgevonden. Indirecte CO2-emissies door energieopwekking (scope 2) De indirecte CO2-emissies bestaan uit de emissies veroorzaakt door het elektriciteitsverbruik, het brandstofverbruik van zakelijke kilometers met privéauto’s en vliegreizen.

Figuur 5: CO2-emissie scope 2014


Pagina 3 van 6

Figuur 6: CO2-emissie scope 2010

Elektriciteitsverbruik Het elektriciteitverbruik van de vestigingen vormt met een CO2-emissie van 318,3 ton, 4,5% van de totale CO2-emissie van de organisatie. Het elektriciteitsverbruik is gebaseerd op de jaarafrekening van de leverancier. Elektriciteitsverbruik productie mestkorrels Bovenstaande emissies zijn berekend zonder het verbruik aan elektriciteit voor de productie van mestkorrels. Het elektriciteitverbruik van de fabriek vormt met een CO2-emissie van 1032.9 ton, een belangrijk deel van de CO2-emissie in scope 2. Het elektriciteitsverbruik is hieronder weergegeven in relatie met de gerealiseerde productie. Elektriciteitsverbruik per jaar Elektriciteitsverbruik productie CO2-emissie Geproduceerde tonnen CO2-emissie per ton productie

2014 2.270.114 kWh 1.032,9 ton CO2 29.482 ton 35 kg CO2/ton

2010 3.440.457 kWh 1.565,4 ton CO2 39.807 ton 39,3 CO2/ton

Brandstofverbruik zakelijke kilometers met prive auto De totale CO2-emissie van het brandstofverbruik zakelijk verkeer privéauto is niet uitgerekend. De gedeclareerde zakelijke kilometers zijn nihil, er worden geen privé auto’s gebruikt voor zakelijke kilometers, hiervoor zijn bedrijfswagens beschikbaar. Vliegverkeer In 2014 vonden 20 zakelijke reizen met behulp van vliegverkeer plaats. Er is naar diverse bestemmingen in het verre oosten, Afrika en Europa gevlogen. Deze reizen vormden een belasting van 29,0 ton CO2-emissie, wat neerkomt op 0,4% van de totale CO2-uitstoot. Onderbouwing carbon footprint Binnen de rapportage zijn de CO2-emissies geïdentificeerd. Geen van de bronnen zijn uitgesloten. Het binden of compenseren van scope 2 emissies heeft niet plaatsgevonden.


Pagina 4 van 6

Overige indirecte CO2-emissies (scope 3) Scope 3 maakt geen onderdeel uit van deze rapportage.

Onzekerheid Carbon Footprint In onderstaande tabel is een inschatting gemaakt van de onzekerheidsfactor van de emissieinventaris. Een en ander is in onderstaande tabel weergegeven: Emissie

Grondslag

Onzekerheid

Significantie

Brandstofverbruik wagenpark

Volume overzichten leverancier brandstoffen

Geen

Geen

Brandstofverbruik materieel

Volume overzichten+ facturen leveranciers brandstoffen, oliën en gassen

Geen

Geen

Aardgas

Jaarafrekening leveranciers

Geen

Geen

Elektriciteitsverbruik

Jaarafrekening leveranciers

Geen

Geen

Brandstofverbruik zakelijke KM met prive auto

KM-declaraties personeel

Het type van de auto is niet bekend en daardoor gekozen voor de algemene conversiefactor.

Verwaarloosbaar

Vliegverkeer

Op basis van de facturen zijn de gevlogen KM bepaald.

Mogelijk afwijking met daadwerkelijk gevlogen route

Verwaarloosbaar

Er zijn geen schattingen verricht dus deze onzekerheidsfactoren zijn betrouwbaar. Een gedegen controle van onze administratie borgt dat er een minimaal risico op het ontbreken van een rekening is. Hiervan een inschatting of berekening maken heeft geen toegevoegde waarde.


Pagina 5 van 6

Conclusie In 2010 is de doelstelling voor 2014 geformuleerd het behalen van 2% CO2-reductie per ton per euro omzet per jaar. Daarbij werd de uitstoor van de productie van Ferm O Feed volledig meegenomen. Volgens deze doelstelling wordt iin 2014 de uitstoot gereduceerd tot 0.000206 ton CO2 per euro per jaar. In onderstaande tabel is zijn de resultaten van 2010 en2014 weergegevens. Hieruit blijkt dat de reductie in de CO2 uitstoot gerealiseerd is. Kanttekening daarbij is dat de productie van mestkorrels nog in een stijgende lijn zit en de reductie dus lager is bij een volledige productie.

CO2 uitstoot (ton/jr) per euro omzet

2010

2014

0,000224

0,000201

Door de algemene strekking van de reductiedoelstellingen is er geen inzicht geweest in de reductie bij de diverse onderdelen. Door de totale emissie te relateren aan de omzet is er geen inzicht in de reducties bij de verschillende onderdelen en de specifieke productie van die onderdelen.

Reductiedoelstellingen 2015 t/m 2020 Voor het opstellen van de reductiedoelstellingen voor de jaren 2015 t/m 2020 wordt een opsplitsing gemaakt naar de verschillende emissies en verbruiken per afgebakende eenheid. Hierdoor worden de reductie doelstellingen beter meetbaar en is er inzicht in de voortgang per onderdeel. De reductiedoelstellingen worden waar mogelijk direct gerelateerd aan de productie-eenheden waarvoor ze gelden, zodat niet de financiële situatie en of markt de cijfers kunnen beïnvloeden. 1. In het algemeen geldt een reductie van het energieverbruik door good housekeeping en bewustwording bij het personeel. Daarnaast de elektriciteitleveringen vergroenen door het aflopende contract voor de levering aan het hoofdkantoor en de vestigingen in termijnen om te zetten naar de levering van groene energie. Dit gaat nog niet op voor Ferm O Feed waar het lopende contract nog enkele jaren doorloopt. 2. Voor het brandstofverbruik is een reductie mogelijk door het continu verjongen van het machinepark, een goede planning en opleiding voor chauffeurs en machinisten. 3. Bij de productie van mestkorrels kan mogelijk overgegaan worden op een alternatieve energiebron voor aardgas waardoor er aan het einde van de termijn een grote reductie mogelijk is. Doelstelling 1: CO2-emissies algemeen: Energieverbruik kantoren/ vestigingen. Reductiedoelstelling: 10% per jaar berekend op CO2-emissie per FTE Doelstelling 2: CO2-emissies brandstofverbruik: Transport/Machines Reductiedoelstelling van 2% per jaar berekend op basis van draaiuren/kilometers. Doelstelling 3: CO2-emissies productie mestkorrels: Gasverbruik Reductiedoelstelling: 25% in 2020 berekend op CO2-emissie per geproduceerde ton korrels


Pagina 6 van 6

jr) 2014

Recommend Documents