IMWO Instituut voor Maatschappij Wetenschappelijk Onderzoek Faculteit der Maatschappij Wetenschappen
Onderzoeksrapport
Jongeren en Ondernemerschap Een onderzoek naar de haalbaarheid van ondernemerstrainingen voor jongeren
Opdrachtgever: Afdeling Coöperatieve Jongeren (Produktie) Projekten van het Direktoraat Jeugdzaken
Paramaribo, juli 2004
Inhoudsopgave Samenvatting Lijst van tabellen en figuren 1. Inleiding 2 Methodologie 3. Onderzoeksresultaten 3.1 Frequentie potentiële ondernemers 3.2 Profiel van de potentiële ondernemers 3.3 Ondernemerschap 3.4 Ondernemerstrainingen 3.5 Diverse opmerkingen van de respondenten
6 8 11 14 18
Conclusies Aanbevelingen Bijlage 1: Extra tabellen Bijlage 2: Vragenlijst
19 20 21 24
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
1 2 3 4
Samenvatting In opdracht van de Afdeling Coöperatieve Jongeren (Productie) Projecten van het Directoraat Jeugdzaken heeft het Instituut voor Maatschappij Wetenschappelijk Onderzoek (IMWO) een onderzoek verricht onder jongeren van verschillende beroepsopleidingen. Het doel van dit onderzoek was inzicht te verkrijgen in de behoefte aan ondernemerstrainingen onder jongeren die na het afronden van een beroepsopleiding de intentie hebben om een onderneming op te richten. Voor dit onderzoek zijn jongeren (15 tot en met 30 jaar) in de examenklassen van verschillende beroepsopleidingen op secundair niveau in de districten Paramaribo en Nickerie benaderd. Frequentie potentiële ondernemers Van de 1631 leerlingen in de examen klassen van de onderzochte scholen heeft 32% wel de intentie om in de toekomst een eigen onderneming op te richten. Profiel van de respondenten Indien er vergeleken wordt binnen de verschillende opleidingscategorieën was de belangstelling voor het ondernemerschap relatief groot onder respondenten afkomstig van de studierichtingen Administratieve economie (80%), Elektrotechniek (32%) en Kinderzorg (29%). Het grootste deel van de respondenten van de Technische opleidingen was van het mannelijk geslacht (90%), in tegenstelling tot de respondenten van de Nijverheidsopleidingen, die allen van het vrouwelijk geslacht waren. Meer dan 80% van de respondenten is 19 jaar of ouder en de gemiddelde leeftijd is 20 jaar. Ondernemerschap Het is gebleken dat de meeste leerlingen van zowel de Technische (262) -, Administratief / economische (84) - als de Nijverheidsopleidingen (40) voor het ondernemerschap kiezen, omdat zij in de toekomst graag hun eigen baas willen zijn. De bedrijfstak waar de meeste respondenten (32%) belangstelling voor hebben is de bedrijfstak “Gemeenschap, sociale en of persoonlijke diensten”. Daarnaast heeft 27% belangstelling voor de bedrijfstak “Constructie (brug en bouwkundige werken)”. Ondernemerstrainingen Van de 523 respondenten heeft 98% wel behoefte aan ondernemerstrainingen. De meeste respondenten kozen voor trainingen op het gebied van bedrijfsmanagement (92%), financieel management (84%) en verkooptechnieken (74%). Opmerkingen van de respondenten Over het algemeen waren de respondenten enthousiast over het vooruitzicht dat er ondernemerstrainingen zullen worden georganiseerd voor jongeren in de nabije toekomst. De respondenten stelden het zeer op prijs dat dit onderzoek is uitgevoerd.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
1
Lijst van tabellen en figuren Pagina Tabel 1: Tabel 2:
Aantal leerlingen die de intentie hebben om in de toekomst een eigen onderneming op te richten Respondenten verdeeld naar opleidingscategorie en studierichting
Figuur 1: Figuur 2: Figuur 3: Figuur 4: Figuur 5: Figuur 6: Figuur 7: Figuur 8: Figuur 9:
Respondenten verdeeld naar opleidingscategorie en geslacht Leeftijdsverdeling respondenten Etniciteit respondenten Beweegredenen van de respondenten naar opleidingscategorie Respondenten verdeeld naar bedrijfstakken Behoefte aan ondernemerstrainingen onder respondenten Trainingen die de respondenten wensen te volgen Geschikte trainingsdagen voor de respondenten Tijdstip trainingen naar soort opleiding
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
6 8 9 10 10 11 12 14 15 16 17
2
1.
Inleiding
De ontwikkeling van ons land hangt voor een groot deel af van het succes (zowel in kwantitatieve als in kwalitatieve zin) van jonge ondernemers. In Suriname zijn er helaas geen ondernemersopleidingen waar jongeren zich specifieke ondernemersvaardigheden kunnen eigen maken. De Afdeling Coöperatieve Jongeren (Productie) Projecten van het Directoraat Jeugdzaken, heeft om die reden ervoor gekozen om jongeren doelbewust te gaan stimuleren in het ondernemerschap. Naar aanleiding van het bovenstaande heeft het Instituut voor Maatschappij Wetenschappelijk Onderzoek (IMWO) in opdracht van de Afdeling Coöperatieve Jongeren (Productie) Projecten van het Directoraat Jeugdzaken een onderzoek gedaan onder leerlingen van verschillende beroepsopleidingen in de districten Paramaribo en Nickerie. Het doel van dit onderzoek was inzicht te verkrijgen in de behoefte aan ondernemerstrainingen onder jongeren in de districten Paramaribo en Nickerie, die na het afronden van een beroepsopleiding de intentie hebben om een onderneming op te richten. De centrale vraag in dit onderzoek luidt als volgt: “In hoeverre hebben leerlingen uit de examenklassen van de beroepsopleidingen op secundair niveau de intentie om in de toekomst zelfstandig een onderneming op te richten?” De onderzoeksvragen zijn als volgt geformuleerd: - Hoeveel jongeren hebben de intentie om in de toekomst een eigen onderneming op te richten? - Bestaat er onder jongeren behoefte aan ondernemerstrainingen? - Naar wat voor soort ondernemerstrainingen is er een behoefte onder jongeren? In de onderzoeksresultaten is allereerst het profiel van de jongeren vervat, gevolgd door het ondernemerschap. Tenslotte wordt de behoefte aan verschillende ondernemerstrainingen behandeld. Het geheel wordt afgesloten met conclusies en aanbevelingen.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
3
2
Methodologie
Dit onderzoek is beschrijvend van aard. Er is in kaart gebracht hoeveel jongeren de intentie hebben om in de toekomst hun eigen onderneming op te richten en in hoeverre zij behoefte hebben aan aanvullende trainingen op dit gebied. Oorspronkelijk waren in totaal 13 beroepsopleidingen (incl. NATIN) benaderd voor dit onderzoek. Maar het NATIN is als gevolg van organisatorische problemen helaas niet meer in het onderzoek opgenomen. Om die reden heeft het onderzoek plaatsgevonden bij 12 scholen in de districten Paramaribo en Nickerie. Hiervoor werden alle leerlingen in de leeftijdscategorie 15 tot en met 30 jaar van de examenklassen benaderd. De dataverzameling heeft door middel van een gestructureerde vragenlijst plaatsgevonden. Voor de toetsing van het enquêteformulier is er een pretest gedaan. De vragenlijst bestaat voornamelijk uit gesloten vragen. Vóór het invullen van de vragenlijst heeft er een selectie plaatsgevonden van leerlingen die de intentie hebben om in de toekomst een onderneming op te richten. Het enquêteformulier is zelf door de respondenten ingevuld. Op elke school heeft de opdrachtgever een supervisor aangewezen die de supervisie heeft gehad over de klassen waar de enquêtes zijn afgenomen. Het IMWO heeft voor desbetreffende supervisors een speciale teach-in verzorgd. Er is gebruik gemaakt van frequentie- en kruistabellen. Alle statistische analyses werden uitgevoerd met het softwarepakket “Statistical Package for the Social Sciences (SPSS) 8.0”. De gehanteerde begrippen zijn als volgt gedefinieerd: -
Beroepsopleiding: Een opleiding waar leerlingen primair worden opgeleid met het doel een bepaald beroep te kunnen uitoefenen.
-
Onderneming: Een zelfstandig bedrijf waarbij kapitaal en arbeid worden ingezet met het doel winst te maken.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
4
-
Ondernemerstrainingen: Trainingen waarbij algemene ondernemersvaardigheden worden bijgebracht, zoals: - Bedrijfsmanagement - Boekhouden - Financieel management - Het schrijven van een ondernemingsplan - Kostprijsberekening - Logistiek management - Marketing - Onderhandelingstechnieken - Verkooptechnieken
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
5
3.
Onderzoeksresultaten
3.1
Frequentie potentiële ondernemers
Van de 12 scholen met in totaal 1631 leerlingen hebben 523 leerlingen (32%) de intentie om in de toekomst een eigen onderneming op te richten. De scholen met de grootste populatie (in de examenklassen) waren de LTS I en het IMEAO I. Op basis van tabel I kan gesteld worden dat leerlingen van Nijverheidsopleidingen (53%) relatief de meeste belangstelling tonen voor het ondernemerschap. Opvallend is de relatief kleine groep leerlingen van Administratief / economische opleidingen (23%), die belangstelling heeft voor het ondernemerschap. (zie tabel 1) Tabel 1: Aantal leerlingen die de intentie hebben om in de toekomst een eigen onderneming op te richten % v/d School Populatie Response populatie Nijverheids Opleidingen: 1 Openbare Nijverheidsschool 56 21 38 2 A.L. Waaldijkschool 35 27 77 Totaal 91 48 53 Technische Opleidingen: 3 LTS I 394 145 37 4 LTS II 159 47 30 5 LTS III 110 33 30 6 LTS IV 110 49 45 7 LTS Nickerie 59 23 39 8 SATS 98 29 30 9 AMTO 63 23 37 Totaal 993 349 35 Administratief / Economische Opleidingen: 10 IMEAO 1 405 66 16 11 IMEAO 2 82 22 27 12 MHAS 60 38 63 Totaal 547 126 23 Bron: IMWO
Opgemerkt dient te worden dat er van de avondscholen (AMTO, SATS en MHAS) 9 respondenten ouder dan 30 jaar de intentie hadden om een eigen onderneming op te richten. Deze resultaten zijn niet meegenomen in dit onderzoek vanwege het feit dat het onderzoek alleen jongeren betreft van 15 tot en met 30 jaar. De scholen die deel genomen hebben aan het onderzoek zijn op basis van het niveau van de beroepsopleidingen te onderscheiden in Lagere Beroeps Opleidingen (LBO) en Middelbare Beroeps Opleidingen (LBO).
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
6
Van de 12 scholen die hebben meegedaan aan dit onderzoek zijn alle scholen van de Administratief / economische opleidingen op MBO niveau, van de Technische opleidingen is alleen het AMTO op MBO niveau en van de Nijverheidsscholen zijn zowel de A.L. Waaldijkschool als de Openbare Nijverheidsschool op LBO niveau.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
7
3.2
Profiel van de potentiële ondernemers
Voor dit onderzoek zijn de verschillende beroepsopleidingen op de volgende manier gecategoriseerd: - Administratief - economische opleidingen - Technische opleidingen - Nijverheidsopleidingen Tabel 2: respondenten verdeeld naar opleidingscategorie en studierichting Frequentie Administratief / Economische Opleidingen: 1 Administratief Economisch 102 2 Secretarieel Economisch 14 3 Statistiek 10 Totaal 126
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Technische Opleidingen: Agrarisch Bouwkunde Elektrotechniek Elektronica (Informatica) Werktuigbouwkunde Voertuigentechniek Gas, Water en Sanitair Bankwerken Schakel Totaal
Nijverheids Opleidingen: Kinderverzorging Bejaardenverzorging Inrichtingsassistent Modinette Kinder- en Jeugdassistent Dienstverlening Totaal Bron: IMWO 1 2 3 4 5 6
% 80 12 8 100
1 53 112 8 60 31 3 3 78 349
15 32 2 17 9 1 1 22 100
14 5 6 8 2 13 48
29 10 13 17 4 27 100
Aan de hand van de resultaten van tabel 2 is te bemerken dat de belangstelling voor het ondernemerschap op de Administratief Economische opleidingen relatief groot is onder leerlingen van de Administratief Economische richting (80%). Leerlingen van de studierichting Elektrotechniek (32%), welke valt onder de Technische opleidingen, hebben een relatief grote belangstelling voor het ondernemerschap vergeleken met de andere studierichtingen binnen deze categorie. Bij de Nijverheidsopleidingen geldt dat voor leerlingen van de studierichting Kinderzorg (29%) en Dienstverlening (27%).
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
8
Geslacht Op de vraag van welk geslacht de respondent is, hebben 3 personen geen antwoord gegeven. De resultaten in de onderstaande figuur zijn daarom gebaseerd op het totaal aantal respondenten dat wel antwoord heeft gegeven, namelijk 520. Van de 520 respondenten bleek 70% van het mannelijk en 30% van het vrouwelijk geslacht. Opvallend is dat er binnen de groep respondenten van de Nijverheidsopleiding geen mannelijke respondenten waren (zie figuur 1). Voor de Technische opleiding gold daarentegen dat het grootste deel van de respondenten uit mannen bestond (90%), terwijl het verschil in de verhouding tussen het aantal mannen (42%) en vrouwen (58%) binnen de groep respondenten van de Administratief / economische opleidingen niet groot was. Zie ook bijlage 1; tabel 1 voor nadere informatie. opleidingscategorieen en geslacht
100% 100%
90%
58%
percentage
50%
42%
10% 0% 0% techn
admin/econ
nijverh
opleidingscategorieen
man
vrouw
Figuur 1: respondenten verdeeld naar opleidingscategorie en geslacht
Bron: IMWO
Leeftijd Van de 523 respondenten hebben 2 niet aangegeven wat hun leeftijd is. Vandaar dat in figuur 2 de resultaten gebaseerd zijn op 521 respondenten die de vraag wel hebben beantwoord. De respondenten lagen in de leeftijdcategorie 15 tot en met 30 jaar. Van de 523 respondenten is 83% 19 jaar of ouder. De gemiddelde leeftijd van de respondenten is 20 jaar en de modale leeftijd is 19 jaar. De jongste respondent was 15 jaar en de oudste 30 jaar. Zie bijlage 1; tabel 2 voor nadere informatie.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
9
le eftijd res p o n d e n te n 49 % 5 0%
percentage
4 0%
34 %
3 0%
2 0%
1 4%
1 0% 3% 0% 15 - 1 8 ja a r
1 9 - 2 2 jaa r
2 3 - 26 ja ar
27 - 3 0 ja a r
le e ftijd s c a teg o rie e n
Figuur 2: leeftijdverdeling respondenten
Bron: IMWO
Etniciteit In totaal hebben 2 respondenten geen antwoord gegeven op de vraag van welke etnische afkomst zij zijn. Onderstaande figuur geeft het relatief aantal respondenten weer naar etnische afkomst op grond van n = 521. (zie ook bijlage 1: tabel 3) etniciteit respondenten
percentage
25%
24%
23% 20%
20%
15%
15%
14%
10% 5%
re de an
en
n m
ge
ol
di aa
in
1%
bo
sl a
nd
cr
eo
es in e ch
va a
n
n ja
st
aa
ol cr eo
nd oe
hi
gd
2%
1%
0%
etniciteit
Figuur 3: etniciteit respondenten
Bron: IMWO
Opgemerkt dient te worden dat er voor dit onderzoek geen gegevens zijn verzameld over de etnische samenstelling van de totale populatie op de scholen. Vandaar dat er geen uitspraak kan worden gedaan of bovenstaande figuur wel of niet een afspiegeling is van de etnische samenstelling op de onderzochte scholen. IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
10
3.3
Ondernemerschap
Redenen waarom jongeren kiezen voor het ondernemerschap Om inzicht te krijgen in hetgeen de respondenten van plan zijn te doen in de toekomst is nagegaan waarom zij kiezen voor het ondernemerschap, naar welke bedrijfstak(ken) hun interesse uitgaat en of zij behoefte hebben aan ondernemerstrainingen. b e w e e g re d e n e n v a n d e re s p o n d e n te n
aantal respondenten
300 262
250 200 150
153
100 50
84 49
40 22
27
13
26
14
0 w il m e e r w il e ig e n b a a s w il f a m ilie b e d r ijf ve r d ie n e n d a n in z ijn o ve r n e m e n lo o n d ie n s t
1
an d ers
b e w e e g re d e n e n te c h n i o p l
adm / ec on op l
n ijve r h o p l
Figuur 4: beweegredenen van de respondenten naar opleidingscategorie
Bron: IMWO
De vraag wat de redenen zijn waarom de respondent kiest voor het ondernemerschap is een meerkeuze vraag geweest. Van de 523 respondenten hebben 7 geen antwoord gegeven. De gegevens zijn om die reden gebaseerd op n = 516. Uit figuur 4 blijkt dat de meeste leerlingen van zowel de Technische (262) -, Administratief / economische (84) - als de Nijverheidsopleidingen (40) voor het ondernemerschap kiezen, omdat zij in de toekomst graag hun eigen baas willen zijn. De financiële zijde en wel het meer willen verdienen dan in loondienst is de tweede belangrijke reden voor de respondenten om een eigen onderneming op te richten in de toekomst. Voor nadere informatie zie bijlage 1; tabel 4. Een andere reden die de respondenten aangaven was dat zij een bijverdienste wilden hebben naast het werk in loondienst. Het is ook gebleken dat enkele respondenten (2) al bezig waren met het opzetten van een zelfstandige onderneming.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
11
Bedrijfstakken Op de vraag wat voor soort onderneming de respondenten willen oprichten in de toekomst hebben 4 personen geen antwoord gegeven en 8 hebben aangegeven nog niet te weten wat voor soort onderneming zij in de toekomst zullen oprichten. De resultaten zijn om die reden gebaseerd op een totaal van n = 511 respondenten. Bij de verwerking zijn de verschillende activiteiten die de respondenten willen ondernemen onderverdeeld in 9 bedrijfstakken. Deze zijn de bedrijfstakken zoals die worden gebruikt door het Algemeen Bureau voor de Statistiek (ABS) in Suriname. In figuur 5 zijn de bedrijfstakken genummerd van 1 tot met 9, deze zijn als volgt omschreven: 1. Landbouw, bosbouw, jacht en visserij 2. Mijnbouw en steengroeven 3. Fabricage 4. Elektriciteit, gas en water 5. Constructie (brug, bouwkundige werken) 6. Groot en kleinhandel, restaurants en hotels 7. Transport, opslag en communicatie 8. Financiering, verzekering, makelarij, in onroerende goederen 9. Gemeenschap, sociale en persoonlijke diensten 0. Anders / niet adequaat omschreven activiteiten
r e s p o n d e n te n v e r d e e ld n a a r g e k o z e n b e d r ijfs ta k k e n 180 160
0
aantal respondenten
140
42
6
120
23
6 100 80
52
4 60
132
25 98
0
40
0 20
5 14
44
0 0 0
0
51
0
16
9
0 8 10
23
7
8
0 6 6
0 1
2
3
4
5
6
9
0
b e d r ijf s t a k k e n te c h n
a d m in / e c o n
Figuur 5: respondenten verdeeld naar bedrijfstakken
n ij v e r h
Bron: IMWO
Uit figuur 5 blijkt dat 32% van de respondenten die antwoord hebben gegeven op deze vraag, een onderneming willen oprichten die gemeenschap, sociale en of persoonlijke IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
12
diensten zal verlenen (bedrijfstak no.9). Evenals de respondenten van de Nijverheidsopleidingen kiezen de meeste respondenten van de Technische opleidingen voor deze bedrijfstak. De meeste van deze respondenten hebben belangstelling voor het opzetten van ondernemingen zoals een auto-reparatiebedrijf, een kapsalon, beauty- of barbershop, kindercrèche of cateringbedrijf. Een ander opvallend gegeven in figuur 5 is dat 138 respondenten (27%) belangstelling hebben voor Constructie, (brug, bouwkundige werken) (bedrijfstak no.5). Van deze groep respondenten wil een groot deel een technisch installatie-, aannemers –maar vooral constructiebedrijf oprichten. De bedrijfstak Groot- en kleinhandel, restaurants en hotels (bedrijfstak no.6) is de derde bedrijfstak met een hoge frequentie (109) oftewel 21% van de respondenten. Respondenten van de Administratief – Economische opleidingen kiezen het meest voor deze bedrijfstak. Het grootste deel van deze respondenten wil een handelszaak oprichten (bijv. kledingzaak).
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
13
3.4
Ondernemerstrainingen
Behoefte aan trainingen Om een onderneming op een adequate wijze te kunnen oprichten en (dagelijks) beheren zullen jongeren die kiezen voor het ondernemerschap, moeten beschikken over bepaalde vaardigheden en kennis. Deze kennis en vaardigheden kunnen slechts door middel van scholing en training eigen gemaakt worden. Vandaar dat in dit onderzoek onder de groep jongeren die belangstelling heeft voor het ondernemerschap, is nagegaan of er behoefte bestaat aan dergelijke trainingen.
percentage respondenten
behoefte aan ondernemerstrainingen
100%
67%
50%
24% 9% 0% techn
admin/econ
nijverh
opleidingscategorieen
Figuur 6: behoefte aan ondernemerstrainingen onder respondenten
Bron: IMWO
Uitgaande van figuur 6 bestaat er een duidelijke behoefte aan ondernemerstrainingen onder de respondenten. Van de 523 respondenten hebben slechts 13 personen aangegeven geen behoefte te hebben aan ondernemerstrainingen. Van deze 13 respondenten komen 8 van een Technische-, 2 van een Administratief - Economischeen 3 van een Nijverheidsopleiding. (zie ook bijlage 1: tabel 6)
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
14
Gewenste trainingen De respondenten werden voor de keus gesteld te kiezen voor de volgende ondernemerstrainingen: 1. Bedrijfsmanagement 2. Boekhouden 3. Financieel management 4. Het schrijven van een ondernemingsplan 5. Kostprijsberekening 6. Logistiek management 7. Marketing 8. Onderhandelingstechnieken 9. Verkooptechnieken 10. Andere training(en)
g e w e n s te tra in in g e n 500
33 aantal respondenten
400
24
116 9
300
105
88
16
13
77
69
255
263
16
17
73
94
280
267
13
11 74
96
200
319
301
237
100
234
238
4 9 22
0 1
3
5
7
9
tra in in g e n tec h n
ad m in /ec on
n ijverh
Figuur 7: trainingen die de respondenten wensen te volgen
Bron: IMWO
Figuur 7 (zie ook bijlage 1: tabel 7) laat zien dat meeste respondenten (468) hebben gekozen voor de training bedrijfsmanagement. Daarnaast kozen 430 respondenten voor de training financieel management. De training verkooptechnieken heeft de derde hoge frequentie (378). Bepaalde respondenten hadden interesse in andere trainingen waaronder training in vreemde talen (Spaans, Frans), Human Resource Management, Handelsrecht, computertrainingen.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
15
Trainingsdagen en tijdstippen Voor het opzetten van trainingen ten behoeve van de groep jongeren die belangstelling heeft voor het ondernemerschap is het van belang te weten welke dagen en tijdstip hen het beste uitkomt. Van de 510 respondenten die wel behoefte hebben aan ondernemerstrainingen weten 3 nog niet welke dagen geschikt zullen zijn om de trainingen te volgen. De resultaten in onderstaande figuur (zie ook bijlage 1: tabel 8) zijn gebaseerd op n= 507.
trainingsdagen 290
300
aantal respondenten
259
200
138
130
124
126
100
ag
ag
rd Za te
de D on
Vr ijd
rd ag
g da
g W oe ns
sd a D in
M aa
nd
ag
0
dagen
Figuur 8: geschikte trainingsdagen voor de respondenten
Bron: IMWO
Zoals blijkt uit figuur 8 zijn de vrijdag (290) en de zaterdag (109) de meest geschikte dagen voor een groot deel van de respondenten om de trainingen te volgen.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
16
Twee respondenten hebben geen antwoord gegeven op de vraag welk tijdstip voor hun geschikt is om de trainingen te volgen (dus n=508). Uit figuur 9 blijkt dat de middag (273) en avonduren (163) voor de respondenten van zowel de dag- als avondopleidingen, geschikt zijn. (zie ook bijlage 1: tabel 9)
tijdstip trainingen
aantal respondenten
300 28
250 200 150
245
100
29
50
80
35 128
0 s'morgens
s'middags
s'avonds
tijdstip dagopl
avondopl
Figuur 9: tijdstip trainingen naar soort opleiding Bron: IMWO
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
17
3.5
Diverse opmerkingen van de respondenten
De respondenten werden aan het eind in de gelegenheid gesteld om hun opmerkingen ten aanzien van dit onderzoek op te schrijven. Zij hadden de volgende opmerkingen: De respondenten vinden het heel goed dat dit onderzoek wordt gedaan. Zodoende komt men achter de mening van jongeren. Deze trainingen kunnen de kansen van jongeren in de toekomst vergroten. Zij zijn enthousiast dat aan jongeren de mogelijkheid geboden wordt om trainingen te kunnen volgen in de toekomst. Zij spreken de hoop uit dat men daadwerkelijk van plan is ondernemerstrainingen te organiseren voor jongeren. De kosten voor de trainingen moeten laag gehouden worden. Zij willen weten wanneer men van start gaat met de trainingen, hoe lang deze zullen duren en wat ze zullen kosten. Zij willen op tijd op de hoogte gebracht worden van de startdatum en de inschrijvingen etc.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
18
Conclusies Het doel van dit onderzoek was inzicht te verkrijgen in de behoefte aan ondernemerstrainingen onder jongeren in de districten Paramaribo en Nickerie. Door middel van dit onderzoek moest allereerst worden nagegaan hoe groot de groep jongeren (tussen 15 en 30 jaar) is die de intentie heeft om in de toekomst een eigen onderneming op te richten, vervolgens de bedrijfstakken waar hun interesse naar uitgaat. Tenslotte moest gemeten worden of er een behoefte bestaat onder deze groep jongeren aan ondernemerstrainingen. Aan de hand van de resultaten kan het volgende geconcludeerd worden: -
Dit onderzoek heeft geïndiceerd dat het aantal jongeren dat de intentie heeft om in de toekomst zelfstandig een onderneming op te richten gelijk is aan 523. Dat is 32% van het totaal aantal jongeren in de examenklassen van de beroepsopleidingen die hebben meegedaan aan dit onderzoek.
-
De Technische opleidingen bestaan merendeels uit mannen in tegenstelling tot de Nijverheidsschool die vrijwel geheel uit vrouwen bestaat.
-
De meeste respondenten kiezen voor het ondernemerschap, omdat zij in de toekomst hun eigen baas willen zijn.
-
De top drie van de bedrijfstakken waar de interesse van de respondenten naar uitgaat, is als volgt: 1. Gemeenschap, sociale en persoonlijke diensten 2. Constructie, brug en bouwwerken 3. Groot- en kleinhandel, restaurants en hotels
-
Er bestaat onder de respondenten een grote interesse voor ondernemerstrainingen. Van de 9 verschillende trainingen is er een top drie samen te stellen namelijk trainingen betreffende: 1. Bedrijfsmanagement 2. Financieel management 3. Verkooptechnieken
-
Voor een groot deel van de respondenten, zijn de vrijdag en de zaterdag geschikte dagen om de trainingen te volgen, en dat liefst in de middag- en of avonduren.
-
Gelet op de opmerkingen van de respondenten, heerst er enthousiasme onder deze jongeren voor de te houden ondernemerstrainingen.
-
Tevens is het kostenaspect zeer belangrijk voor de respondenten.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
19
Aanbevelingen Dit onderzoek heeft de vraag doen rijzen of jongeren een duidelijk begrip hebben van het ondernemerschap. Om het bewustzijn onder jongeren over het ondernemerschap te bevorderen, is het volgende aan te bevelen: -
Schoolgaande jongeren dienen voldoende geïnformeerd te worden over het ondernemerschap als beroepskeuze, de oprichtingsprocedure en het beheren van een bedrijf. Dit zou men onder andere bereiken door: 1. Informatiedagen te organiseren met het doel informatie te verschaffen over de diensten van onder andere de Kamer van Koophandel en Fabrieken en het Ministerie van Handel en Industrie. 2. Bedrijfsbezoeken te organiseren voor schoolgaande jongeren. 3. Bestaande succesvolle ondernemers hun ervaringen te laten delen met schoolgaande jongeren.
-
Na de schoolgaande jongeren geïnformeerd te hebben, zou er opnieuw een onderzoek moeten worden verricht om na te gaan of er een verandering / verschuiving heeft plaats gevonden, in het aantal jongeren dat belangstelling heeft voor het ondernemerschap en hun behoefte aan ondernemerstrainingen.
-
Tenslotte zou in overweging moeten worden genomen een opleiding in Algemene Ondernemersvaardigheden (AOV opleiding) op te zetten in Suriname. Op de AOVopleiding zouden startende ondernemers de basisvaardigheden moeten worden bijgebracht om een bedrijf adequaat te kunnen beheren. Deze basisvaardigheden zijn: - operationeel management - personeel en organisatie - financieel administratie - marketing - financieel management - opstellen van een ondernemingsplan
-
Het Ministerie van Handel en Industrie zou zo een AOV diploma als basiseis kunnen stellen voor startende ondernemers die een vergunning nodig hebben.
-
Gelet op de nationale en internationale trend waarbij vrouwen worden gestimuleerd om te kiezen voor een technische opleiding en of beroep, zou er in Suriname ook ernaar gestreefd moeten worden om mannen te interesseren voor nijverheidsopleidingen / beroepen. Dit zou een scheefgroei binnen de verschillende opleidingen en beroepen kunnen verhelpen.
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
20
Bijlage I: Extra tabellen Tabel 1: respondenten naar geslacht en opleidingscategorie Geslacht Opleidingscategorieën Techn. opl Adm. / eco. opl Nijverh. opl Man 311 (90%) 53 (42%) Vrouw 36 (10%) Totaal 347 (100%) Bron: IMWO
72 (58%) 125 (100%)
Tabel 2: leeftijdsverdeling respondenten Leeftijdscategorie Frequentie % 15 –18 jaar 19 – 22 jaar 23 – 26 jaar 27 – 30 jaar Totaal Bron: IMWO
176 258 73 14 521
34 49 14 3 100
Tabel 3: etniciteit respondenten Etniciteit Frequentie Creool 128 Hindostaan 107 Javaan 78 Chinees 2 Boslandcreool 74 Indiaan 12 Gemengd 119 Andere 1 Totaal 521 Bron: IMWO
48 (100%) 48 (100%)
Totaal 364 156 520
Cum. Freq 34 83 97 100
% 24 20 15 1 14 2 23 1 100
Tabel 4: beweegredenen respondenten naar opleidingscategorie Opleidingswil meer verdienen wil eigen baas zijn wil familiebedrijf anders categorie dan in loondienst overnemen Techn opl 153 262 27 26 Adm / econ opl 49 84 13 14 Nijverh opl 22 40 1 Totaal 224 386 40 41 Bron: IMWO
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
21
Tabel 5: respondenten verdeeld naar de verschillende bedrijfstakken en opleidingscategorie Opleidingscategorieën (n = 511) Totaal Techn Adm/ Nijverh. Bedrijfstakken (%) Opl. Eco Opl. Opl. Landbouw, Bosbouw, Jacht en Visserij 14 5 0 19 (4%) Mijnbouw en Steengroeven 0 0 0 0 (0%) Fabricage 44 25 4 73 (14%) Elektriciteit, Gas en Water 16 0 0 16 (3%) Constructie (Brug, Bouwkundige werken) 132 6 0 138 (27%) Groot en Kleinhandel, Restaurants en Hotels 51 52 6 109 (21%) Transport, Opslag en Communicatie 10 8 0 18 (4%) Financiering, Verzekering, Makelarij in 23 9 0 32 (6%) Onroerende Goederen en Commerciële Diensten Gemeenschap, Sociale en Persoonlijke Diensten 98 23 42 163 (32%) Anders / Niet adequaat omschreven activiteiten 6 6 0 12 (2%) Bron: IMWO Tabel 6: behoefte aan ondernemerstrainingen naar opleidingscategorie Opleidingscategorieën Behoefte Techn Admin/ Nijverh. Totaal aan Opl Econopl Opl (%) ondernemerstrainngen Ja 341 (67%) 124 (24%) 45 (9%) 510 (100%) Neen 8 (62%) 2 (15%) 3 (23%) 13 (100%) Totaal 349 (67%) 126 (24%) 48 (9%) 523 (100%) Bron: IMWO Tabel 7: trainingen die de respondenten wensen te volgen naar opleidingscategorie Opleidingscategorieën (n= 510) Totaal Techn. Admin / Nijverh. Trainingen (%) Opl. Econ.opl. Opl Bedrijfsmanagement 319 116 33 468 (92%) Boekhouden 237 88 9 334 (65%) Financieel Management 301 105 24 430 (84%) Schrijven van een Ondernemersplan 255 77 16 348 (68%) Kostprijsberekening 263 69 13 345 (68%) Logistiek Management 234 74 11 319 (63%) Marketing 238 96 13 347 (68%) Onderhandelingstechnieken 280 73 16 369 (72%) Verkooptechnieken 267 94 17 378 (74%) Andere Trainingen 22 9 4 35 (7%) Bron: IMWO
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
22
Tabel 8: trainingsdagen Dagen N = 507 Totaal (%) Maandag 138 (27%) Dinsdag 130 (26%) Woensdag 124 (25%) Donderdag 126 (25%) Vrijdag 290 (57%) Zaterdag 259 (51%) Bron: IMWO Tabel 9: soort opleiding en tijdstip Soort opleidingen N = 508 Dagopl. Avondopl Totaal Tijdstip (%) ‘s morgens 80 29 109 (22%) ‘s middags 245 28 273 (54%) ‘s avonds 128 35 163 (32%) Bron: IMWO
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
23
Bijlage 2: Vragenlijst IMWO onderzoek Jongeren en Ondernemerschap Geachte leerling, Het Instituut voor Maatschappij Wetenschappelijk Onderzoek (IMWO) voert in opdracht van de Afdeling Coöperatieve Jongeren (Productie) Projecten van het MINOV een onderzoek uit naar de belangstelling van jongeren voor het ondernemerschap. Het doel van het onderzoek is om aan de hand van de onderzoeksresultaten trainingen aan te bieden aan deze jongeren. Wij vragen jouw medewerking door deze enquête naar waarheid in te vullen. Bij voorbaat dank.
Algemeen Resp. no. (niet invullen) 1. School :…………………………………………………………………. 2. Studierichting :…………………………………………………………………. 3. Klas :……………… 4. Geslacht: 1. man 2. vrouw 5. Leeftijd :……jaar 6. Etniciteit: 1. Creool 2. Hindoestaan 3. Javaan 4. Chinees 5. Boslandcreool 6. Indiaan 7. Gemengd 8. Andere t.w……
Ondernemerschap 7. Waarom wil je een eigen bedrijf oprichten? (meerdere antwoorden mogelijk) 1. Omdat ik met mijn eigen bedrijf meer ga verdienen dan in loondienst. 2. Omdat ik graag mijn eigen baas wil zijn. 3. Omdat mijn familie een bedrijf heeft dat ik te zijner tijd zal overnemen. 4. Andere t.w………………… 8. Wat voor soort bedrijf wens je op te zetten? (geef in het kort aan wat het bedrijf gaat produceren / aanbieden) ………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………… …………………………
IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
24
Trainingen 9. Als ondernemer moet je over bepaalde vaardigheden beschikken om een bedrijf
te kunnen leiden en besturen. Heb je behoefte aan trainingen in deze vaardigheden? 1. Ja 2. Neen (stop met het invullen van de enquête)
10. In welke van de volgende vaardigheden wil je getraind worden? 1
Soort training Training Bedrijfsmanagement: Betreft de planning, organisatie, leidinggeven en evaluatie van een bedrijf.
2
Boekhouden:
3
Betreft het administratief verwerken van de financiële gegevens van een bedrijf. Training Financieel Management: Betreft al hetgeen dat nodig is om een bedrijf financieel op de juiste manier te beheren.
4
Training in het schrijven van een ondernemingsplan:
JA
NEE
Betreft het schrijven van een plan waarin wordt aangegeven hoe de organisatie en uitvoering van een bedrijf eruit zal zien. 5
Training Kostprijsberekening: Berekening van de totale kosten voor het produceren van een bepaald product of dienst.
6
Training Logistiek Management: Betreft alle handelingen die te maken hebben met de uitrusting en bevoorrading van een bedrijf.
7
Training Marketing: Alle handelingen waarbij het product van de producent tot de consument wordt gebracht.
8
Training Onderhandelingstechnieken: Betreft de vaardigheden om door middel van het effectief voeren van gesprekken te komen tot een overeenkomst.
9
Training Verkooptechnieken:
10
Betreft de technieken die gehanteerd worden om de verkopen te bevorderen. Andere, t.w. …………………………………………………………
11. A. De trainingen zullen 2 dagen in de week worden georganiseerd. Kruis aan op welke twee dagen je de trainingen zou willen volgen: Ma Di Wo Do Vrij Za
B. Welk tijdstip schikt je het best? 1. ‘s Morgens 2. ‘s Middags 3. ‘s Avonds 12. Jouw opmerkingen die betrekking hebben op dit onderzoek: ………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………… IMWO Onderzoek “Jongeren en Ondernemerschap”, juli 2004
25