jekino stelt voor
8 www.jekino.be/simplesimon
SIMPLE SIMON
Zweedse speelfilm van Anders Öhman. Scenario: Andreas Öhman & Jonathan Sjöberg. 2010. 85’. Met o.a. Bill Skarsgård (Simon), Martin Wallström (Sam) en Cecilia Forss (Jennifer). Originele versie met Nederlandstalige ondertitels. Aanbevolen vanaf 12 jaar.
“Iedereen autist?” blokletterde een Vlaamse krant onlangs. Het begrip ‘Asperger’ (en het hele autismespectrum) raakte de voorbije jaren ingeburgerd en elke school telt vandaag wel enkele leerlingen die dit etiket dragen. Nic Balthazar zette het syndroom met BEN X in Vlaanderen op de kaart, maar de Zweedse film SIMPLE SIMON slaagt er veel beter in om de ziel van Asperger te vatten en bevattelijk te maken voor een breed en jong publiek. SIMPLE SIMON is een heerlijke film met een warm gevoel voor humor. Simon houdt van rond, niet van scherp. Simon houdt er niet van om aangeraakt te worden. Simon vindt houvast in schema’s en tabellen. Simon houdt van astronomie want “in de ruimte zijn er geen gevoelens”. Simon vindt gevoelens ontzettend complex. Hij kijkt liever voor de 20ste keer naar A SPACE ODYSSEY dan één keer naar een romantische komedie met Hugh Grant. Alleen zijn broer Sam kan Simon wegwijs maken in de dagelijkse werkelijkheid. Sam helpt hem door alle dagelijkse activiteiten in schema’s te gieten. “Dinsdag eten we pannenkoeken, woensdag kaasbroodjes, donderdag rösti’s”. Geen verrassingen – Simon houdt van voorspelbaarheid. “Ik wil dat alles blijft zoals het is. Ik hou niet van verandering.” Wanneer Sams liefje (“Je moet kiezen: je broer of ik?”) de benen neemt, voelt Simon zich schuldig. Hij gaat op zoek naar een meisje dat perfect bij zijn broer past. Maar ook het mysterie van de liefde probeert hij te vatten in wiskundige vergelijkingen. Simon heeft een wetenschappelijk onderbouwd plan…
Ketchup of mosterd?
Wie lijdt aan de stoornis van Asperger heeft vaak moeite om emoties correct in te schatten. Mensen zeggen in hun dagelijkse gesprekken niet altijd exact wat ze bedoelen; ze generiek 107 3/2011 september
Andreas Öhman
gebruiken metaforen of overdrijvingen. Maar Simon vat elk woord letterlijk op. Zegswijzen begrijpt hij niet. “Tijd is geen geld. Tijd is tijd, en geld is geld.” Dat bemoeilijkt een vlot sociaal contact en maakt zijn zoektocht naar een meisje voor Sam ronduit hilarisch. Ongegeneerd spreekt hij meisjes aan op straat: “Mag ik je enkele vragen stellen? Ketchup of mosterd? Romantische komedies of sciencefiction? Maak je geluid tijdens het vrijen?”
Onder druk
Regisseur Andreas Öhman slaagt er bijzonder goed in om Simons denkpatronen op een visuele manier te vatten. Soms (niet vaak – het wordt nooit een gimmick) komen de schema’s in beeld die Simon in zijn hoofd hanteert. De cirkellijn die loopt via liefde en haat, de druk van een tikkende klok, een register van menselijke gelaatsuitdrukkingen,… Aandoenlijk zijn Simons pogingen om de alledaagse werkelijkheid in logische schema’s te vatten. “Basketbal is gemakkelijk omdat de bal slechts 96,5 % van de omtrek van de ring bedraagt. Je moet alleen de snelheid, de massa en de hoek berekenen.” Simon is een kei in vrijworpen! Öhman: “Dit personage wou ik dolgraag op het scherm tot leven wekken. Het verhaal geeft me de kans om een extreem visueel universum te combineren met een bijzondere figuur: simpel, komisch maar ook heel complex. Dit is een film over Simon. Niet over de broer die voor hem zorgt. Niet over ouders die hem niet begrijpen. Ik toon de wereld vanuit zijn perspectief. Asperger maakt hem tot een bijzonder iemand. Ik hoop dat je van hem houdt, net zoals ik van hem houdt.” En dat is niet moeilijk: Simon is argeloos en onschuldig, hij is niet stiekem en heeft geen verborgen agenda. Hij heeft geen behoefte aan vrienden (“Ik hoef geen vrienden; gevoelens veroorzaken problemen”) zo lang Sam er is om voor hem te zorgen. Toch is Simon niet zielig; hij wordt niet in de slachtofferrol gedwongen. De film geeft wel aan hoezeer Simon zijn omgeving onder druk kan zetten. Sams liefje kan de druk niet aan, net zo min als Simons ouders. In moeders ogen laait de paniek op wanneer Simon ‘zijn kuren heeft’. Daar kan ook vader – die gul met centen zwaait om Simons goede wil af te kopen – niets aan verhelpen.
Visuele flair
Toen Andreas Öhman op 16-jarige leeftijd MAGNOLIA zag, wist hij dat hij filmmaker wou worden. Nu heeft hij met zijn eerste langspeler die droom ook waargemaakt. Anders dan MAGNOLIA is SIMPLE SIMON geen caleidoscopisch verhaal, maar hij deelt met zijn grote voorbeeld wel de verbazing over het groteske van alledaags menselijk gedrag. Dat zorgde voor een kassucces in Zweden, waar de film ook werd ingestuurd voor de Oscars. Toch hoort SIMPLE SIMON niet thuis in het rijtje “ziekte-van-de-week” films. De vormgeving is heel direct en uitgesproken; in felle kleuren en met veel ronde vormen wordt de wereld met visuele flair in beeld gebracht (check de frisse, speelse generiek). De buitenwereld is voor Simon chaotisch, maar niet bedreigend. Simon heeft geen hekel aan zichzelf, geen hekel aan het leven. Hij vindt het alleen moeilijk te bevatten, en dat is dan weer iets waarmee elke kijker zich kan identificeren. Wanneer Simon een meisje ontmoet dat hij wil koppelen aan Sam, wordt hij gedwongen om een band te ontwikkelen die zijn vertrouwde wereld overstijgt. Een moeizaam proces. Maar het resultaat is een overwinning van jewelste, die vervat zit in een subtiel en ontroerend slotbeeld. De apotheose van een accurate rondleiding in de denk- en leefwereld van een jongen, op zoek naar orde in de chaos. Gert Hermans
generiek 107 3/2011 september
Annemie Mertens is deeltijds educatief medewerkster bij Autisme Centraal, een kenniscentrum dat instaat voor vorming en informatieverspreiding over autisme en de ondersteuning van autismevriendelijke projecten. Ze heeft meer dan 10 jaar ervaring met leerlingen met autisme in het buitengewoon basisonderwijs. Sinds een aantal jaren coördineert ze in MPI De Mast, een Kempense school voor buitengewoon onderwijs, zowel de autismewerking binnen de school als de GON-begeleiding van leerlingen met autisme in het gewoon onderwijs. Daarnaast is ze medezaakvoerder van Jobinzicht BVBA, een tewerkstellingsproject voor werknemers met een autismespectrumstoornis.
ANNEMIE MERTENS (AUTISME CENTRAAL) OVER SIMPLE SIMON We legden SIMPLE SIMON voor aan Annemie Mertens, medewerkster van het kenniscentrum Autisme Centraal. Zij toetst het realiteitsgehalte van de film en geeft voorzichtig advies over hoe SIMPLE SIMON kan helpen om autisme bespreekbaar te maken bij een jong publiek. Simon laat geen twijfel bestaan over zijn diagnose. Hij draagt ze – fier bijna – op een badge op zijn borst: “Ik heb Asperger!” In de diagnostische praktijk heeft de term Asperger inmiddels plaats geruimd voor ‘autismespectrumstoornis’, de grote koepel waaronder ook de stoornis van Asperger thuishoort. Het is immers niet altijd mogelijk om een onderscheid te maken tussen Asperger en andere vormen van autisme met een normale intelligentie. SIMPLE SIMON kan uitstekend gebruikt worden ter illustratie van het hele autismespectrum, waarbinnen Asperger het meest gekende voorbeeld is.
Stereotiepen
In onze ‘held’ Simon vinden we een aantal herkenbare, soms stereotiepe eigenschappen terug die passen binnen het algemeen verspreide beeld van autisme: het weigeren van lichamelijk contact en ook van persoonlijk contact (bvb opsluiten in een metalen vat), Simons hekel aan veranderingen, het berekenen van tijd in een klokvast leven, zijn houterige motoriek, zijn opkomende driftbui bij onmacht of moeilijkheden en de manier waarop hij alle emoties beredeneert. Deze eigenschappen zijn van toepassing op een deel van de mensen met een autismespectrumstoornis, maar niet op alle personen en zeker niet altijd in dezelfde mate of gradatie.
Anderzijds komen er een aantal zaken aan bod die minder algemeen gekend zijn, maar vaak evenzeer aanwezig in het dagelijkse leven van personen met autisme. Denk maar aan Simons bewonderenswaardige doorzettingsvermogen. De film toont dat zijn volharding positieve gevolgen kan hebben, maar ook kan leiden tot frustraties bij zijn omgeving, bvb wanneer hij perse op zoek wil naar een nieuwe vriendin voor zijn broer. Zulke scènes helpen om het gedrag van mensen met autisme te kaderen: ze vertrekken vaak vanuit goede intenties, hoewel dit door hun omgeving niet altijd zo begrepen wordt. Dat verwijt krijgen mensen met autisme vaak te horen. Bij het nastreven van hun doel primeren vaak andere parameters (bvb logica) dan het sociale aspect, dat doorgaans de drijfveer is voor mensen zonder autisme. Daarom wordt hun volharding niet altijd goed begrepen.
generiek 107 3/2011 september
In wil graag aangeven dat Simons karaktertrekken allemaal mogelijke eigenschappen zijn van autisme, maar dat deze in werkelijkheid niet altijd in dezelfde persoon verenigd zijn, en zeker niet altijd in dezelfde gradatie. Omwille van het filmische aspect worden een aantal gedragingen al te zeer uitvergroot. Zich opsluiten in een ton is zeker geen typisch gedrag voor de meeste personen met een autismespectrumstoornis. Maar via de film kan je wel de link leggen naar meer realistische vormen waarop mensen met autisme zich onttrekken aan sociaal contact, bvb door tijdens de speeltijd liever alleen te kuieren dan aan spelletjes mee te doen, of door op een verjaardagsfeestje “asociaal” alleen te spelen. Dat zijn elementen die een jong publiek beter kan herkennen dan een kind dat zich opsluit in een ton.
Egocentrisch
Wat in de film goed tot uiting komt is de tegenstrijdigheid in het menselijk contact. Simons contact met zijn omgeving wordt gestuurd door zijn egocentrisme (NIET egoïsme!): de wereld draait vanuit hem, vanuit zijn intenties, zonder rekening te houden met de gevoelens van andere mensen. De film toont veel van zulke situaties, bvb het kiezen van de film waar ze die avond naar kijken. Simon kan zich niet neerleggen bij de keuze van zijn huisgenoten. Zoiets wekt bij de omgeving, bvb bij medeleerlingen, vaak wrevel op. Het is moeilijk om egocentrisme niet te verwarren met egoïsme. Hoe kan je aan jongeren duidelijk maken dat het gedrag van hun klasgenoot niet vertrekt vanuit dezelfde intenties als hun eigen gedrag? Tegelijk toont de film dat mensen met autisme niet altijd egocentrisch zijn. Ze kunnen ook het beste voorhebben met hun omgeving en op hun eigen manier mensen graag zien en waarderen.
Zeer realistisch is de scène van broer Sam die zich op een bepaald moment ‘overvraagd’ voelt en rust zoekt bij zijn ouders. Zonder dat ze het beseffen, kunnen mensen met autisme een enorme belasting zijn voor hun directe omgeving… al geldt dat natuurlijk ook weer niet voor elke individuele persoon. Deze scène kan volgens mij perfect gebruikt worden om de thematiek verder door te praten met klasgenoten e.d. In heel wat scholen wordt er een ‘buddy-systeem’ gehanteerd maar worden sommige buddies door hun medeleerling met autisme werkelijk overvraagd en krijgen ze te weinig steun. Ze hebben nu en dan een adempauze nodig. Uit deze scène blijkt dat je beter op voorhand een aantal knelpunten voorbereidt of preventief rust inbouwt. Zo niet dreigt de situatie – net zoals in de film – te escaleren, waardoor er minstens 2 personen het slachtoffer worden: de persoon met autisme en de buddy die hem moet begeleiden.
generiek 107 3/2011 september
Wat ook erg leuk is, en geen cliché, is dat Simon een job heeft. Weliswaar in een niet alledaagse setting. Ook bij het uitvoeren van die job laat hij zich leiden door de logische intenties die zo kenmerkend zijn voor de manier waarop hij door het leven gaat. Er bestaat dus een toekomst voor mensen met autismespectrumstoornis. Die toekomst kan alle kanten op, rekening houdend met de werkomgeving waarin zo’n persoon kan belanden. Het loont de moeite om na de film de beroepsmogelijkheden en de werksituatie van Simon (of van andere mensen met een autismespectrumstoornis) met een jong publiek verder door te praten.
Eventjes geen autist meer
Wat mij voor de persoon Simon het meest onwaarschijnlijk lijkt, is het laatste deel van de film: Simon neemt plots de touwtjes in handen en gaat allerlei zaken organiseren om zijn broer Sam een romantisch diner met zijn dreamdate te bezorgen. Hieruit kan je besluiten dat een gedreven motivatie er ook bij mensen met autisme (net zoals bij ons allemaal) voor kan zorgen dat ze een extra inspanning (die hen niet eigen is) willen leveren en dat ze zichzelf op die manier kunnen overstijgen. Maar ze kunnen er niet nietautistisch door worden. Het is niet iets dat je “met veel goede wil kan genezen”… Evenmin kan vaders geld Simon overtuigen om eventjes ‘geen autist meer te zijn’. Bovendien kampen mensen met autisme vanwege hun contextblindheid met organisatieproblemen. Die worden in SIMPLE SIMON net iets te makkelijk opgelost. Maar het vervolg op deze situatie is dan weer wel heel typerend: wanneer Simons plan niet uitkomt, raakt hij enorm gefrustreerd. Dat zien we vaak bij mensen met autisme: ze hebben één plan in hun hoofd, houden geen rekening met mogelijke alternatieven en ook hier wint de logica het steeds van sociale of emotionele argumenten.
Breed en realistisch
SIMPLE SIMON kan volgens mij kinderen vanaf een vrij jonge leeftijd laten kennis maken met het beeld van autismespectrumstoornis (met de nadruk op ‘spectrum’). In de figuur van Simon zitten immers veel eigenschappen en gedragskenmerken gebundeld (soms wat uitvergroot) die we terugvinden bij diverse vormen binnen het autismespectrum. Maar deze gelegenheid moet wel aangegrepen worden om duidelijk te maken dat er nog andere, soms minder uitgesproken uitingen bestaan. Op die manier hou je het beeld van autisme zo breed en realistisch mogelijk. SIMPLE SIMON bevat heel veel materiaal om verder rond autisme te werken, als je de valkuilen van de stereotiepen kan ontwijken. Annemie Mertens
generiek 107 3/2011 september