JAARVERSLAG 2012
Stichting Onderwijsgroep Galilei
BEVOEGD GEZAG: Onderwijsgroep Galilei (41594) Postbus 121 3200 AC Spijkenisse
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
Inhoudsopgave blz.
A
Bestuursverslag
1
B
Jaarrekening
23
B1
Grondslagen
25
B2
Balans per 31 december
28
B3
Exploitatierekening
29
B4
Kasstroomoverzicht
30
B5
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
31
B6
Niet in balans opgenomen rechten en verplichtingen
41
B7
Overzicht verbonden partijen (Model E)
42
B8
Toelichting op de onderscheiden posten van de exploitatierekening
43
B9
Model G overzicht geoormerkte doelsubsidies OCW
49
C1
Controleverklaring
50
C2
Gebeurtenissen na balansdatum
52
C3
Voorstel bestemming exploitatieresultaat
53
D1
Gegevens rechtspersoon
54
Model F
WOPT
55
Model H
Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders
56
Vaststelling jaarverslag 2012
57
Voorwoord Dit jaar werd bestuurlijk gezien gekenmerkt door twee belangrijke trajecten, de ontwikkeling en vaststelling van het strategisch beleidsplan 2012-2016 op bestuursniveau en de daarin afgesproken overgang van activiteitgericht werken naar resultaatgericht werken. Dit tweede strategisch beleidsplan in de geschiedenis van de onderwijsgroep toont een veel grotere homogeniteit in doelstellingen voor alle scholen op het terrein van de ontwikkeling van het onderwijs en de professionalisering van het personeel dan het eerste plan. Toch is dit geen wijziging in de bestaande bestuursfilosofie waarin veel ruimte aan de scholen gelaten wordt. Ruimte om de goede dingen te doen en, voor alle duidelijkheid, niet de ruimte om dat te laten. Ruimte, opdat individuele schoolleiders en medewerkers zich optimaal verantwoordelijk blijven voelen voor de ontwikkeling en het wel en wee van de eigen school. De homogeniteit in doelstellingen is ontstaan vanuit een gedeelde visie op de ontwikkeling van onderwijs in deze maatschappij en de daarbij noodzakelijke professionalisering van het personeel. De opvatting wordt gedeeld dat de belangrijkste vraagstukken in de komende jaren direct binnen onze kerntaak, het geven van onderwijs, liggen. Het is de impact van enerzijds maatregelen vanuit de overheid waarmee hogere meetbare onderwijsresultaten worden geëist - gekoppeld aan oordelen van zeer zwak tot excellent - en anderzijds een steeds gedifferentieerder leerlingenpopulatie. Een differentiatie van leerlingen met minder/andere (culturele) bagage van huis uit, met meer gedragsproblemen, die anders leren (met ICT) en ook buiten schooltijd minder tijd voor schoolwerk (over) hebben. Deze vraagstukken, en de antwoorden daarop, raken iedereen in de school. Met die vraagstukken transparant aan de slag gaan, vraagt ook concretere resultaatafspraken. Afspraken over de onderwijsresultaten en over de noodzakelijke ontwikkeling van het personeel, die passen bij een succesvolle aanpak die een school binnen de bestuurlijke kaders kiest. Activiteiten werden al in jaarplannen beschreven, maar nu dienen ook de beoogde resultaten op elk niveau binnen de schoolorganisatie heel duidelijk te zijn. Zo dient een beleidsrijke planning & control cyclus op alle niveaus binnen de scholen te ontstaan. In dit jaar zijn managementcontracten met deze concrete resultaatdoelstellingen geformuleerd. Dat geeft nog meer richting en het biedt bestuur en Raad van Toezicht meer mogelijkheden om de realisatie van doelstellingen te kunnen volgen Los van deze trajecten kenmerkte dit jaar zich ook door goede onderwijsresultaten en groeiende inschrijvingen van nieuwe leerlingen. Voor de bijdrage aan al die ontwikkelingen binnen het openbaar voortgezet onderwijs wil ik alle personeelsleden van onze onderwijsgroep, ook vanaf deze plek, hartelijk danken! Henk den Haan, bestuurder Onderwijsgroep Galilei
Jaarverslag Raad van Toezicht 2012 Inleiding Met dit jaarverslag 2012 van de Raad van Toezicht wordt invulling gegeven aan de Code Goed onderwijsbestuur van de VO-raad. In deze code hebben leden van de VO-raad uitgangspunten voor handelen opgenomen. De code is kortgeleden aangescherpt en geldt per 1 augustus 2011. In de code staan afspraken over (horizontale) verantwoording, openheid over beleid, integriteit en verantwoordelijkheden (strikte scheiding taken bestuur en toezichthouder). De code is geen vrijblijvende intentieverklaring. Als uitgangspunt bij de naleving is gekozen voor het principe dat wie de code niet (volledig) toepast, uitlegt waarom daarvoor gekozen is. Op die manier wordt de ruimte geboden om af te wijken van de code, maar wordt ook op een transparante wijze aan belanghebbenden uitgelegd waarom niet aan de betreffende bepalingen is voldaan. Samenstelling Raad van Toezicht De Raad van Toezicht kent de volgende samenstelling. Ieder lid maakt tevens deel uit van een van de commissies van de raad: auditcommissie, remuneratiecommissie en onderwijscommissie. mevrouw A. Latenstein van Voorst – Woldringh, voorzitter en lid remuneratiecommissie, mevrouw drs. H.C. Onnekink, vice-voorzitter en lid onderwijscommissie, de heer A.J. van Gorsel en lid onderwijscommissie, de heer ir. P.A.H. Kortekaas en lid remuneratiecommissie, de heer mr. drs. P.R Slier en lid remuneratiecommissie, de heer M. Trouwborst en lid auditcommissie, de heer N.A. Zevenbergen en lid auditcommissie. Vergaderingen Onderwijsgroep Galilei kent sinds 1 augustus 2011 een Raad van Toezicht. De raad heeft in dit jaar, zesmaal vergaderd. De volgende onderwerpen zijn daarbij aan de orde gekomen. Werkwijze van de raad De procedures met betrekking tot de zelfevaluatie van de raad en de beoordeling van de bestuurder zijn bepaald. Strategisch en algemeen beleid De evaluatie van het strategisch beleid 2007-2011 en het strategisch beleidsplan 2012-2016 zijn besproken en goedgekeurd. Dat geldt ook voor de evaluatie van de bestuursfilosofie, het reglement maatschappelijke adviesraden, de positie van De Eilanden en het beleid met betrekking tot prestatieen opbrengstgericht werken. In overleg met de bestuurder zijn de dashboardrapportages aan de raad uitgewerkt op basis van de managementcontracten. Financiën en materiele zaken De jaarrekening 2011 en de begroting 2013 met meerjarenbegroting zijn goedgekeurd. Verder zijn het accountantsverslag bij de jaarrekening 2011 en de kwartaalrapportages besproken. Voorafgaande aan de bespreking in de raad zijn deze onderwerpen uitvoerig in de auditcommissie aan de orde gekomen. Onderwijs De eerste prognoses van het bestuur van het opbrengstenoordeel Inspectie van het Onderwijs 2013 zijn besproken aan de hand van de onderwijsresultaten schooljaar 2011-2012, ook hierbij na een uitvoerige bespreking in de commissie onderwijs. Personeel Het Arbo-jaarverslag 2010-2011 is besproken. Overige activiteiten Aan een aantal vergaderingen van de raad gingen presentaties van de scholen over verbeteringen en vernieuwingen vooraf. 1
1.
Algemeen
1.1
Bevoegd gezag Onderwijsgroep Galilei is het bevoegd gezag van zes scholen voor openbaar voortgezet onderwijs: Maerlant(VWO, HAVO, VMBO) en het Praktijk College in Brielle; Helinium (VWO, HAVO, VMBO) in Hellevoetsluis en De Ring van Putten (VWO, HAVO, MAVO), de Eilanden (VMBO) en het Praktijk College te Spijkenisse.
1.2
De missie van onderwijsgroep Galilei Onze onderwijsgroep biedt openbaar voortgezet onderwijs aan in de regio VoornePutten/Rozenburg en ziet haar scholen als ontmoetingsplaatsen voor verschillende gezindten en culturen. Onze openbare identiteit is met de drie onderstaande pijlers actueel beschreven. 1. Respect voor elkaar met als basis transparantie, rust, orde en fatsoen. 2. Verdraagzaamheid met aandacht voor verscheidenheid in levensbeschouwelijke aspecten. 3. Binding in de samenleving: uitdragen, zonder voorbehoud, wat ons bindt en niet wat ons scheidt. Dat duidelijk maken en daarmee respect, verdraagzaamheid en binding bewerkstelligen in de samenleving is een belangrijk onderdeel van onze missie. De scholen vormen een veilige en stimulerende leer- en werkomgeving, bieden hun leerlingen een opleiding op maat en besteden ruime aandacht aan de vorming in bredere zin.
1.3
Onze visie De Onderwijsgroep Galilei formuleert haar visie vanuit vier perspectieven. Het perspectief van leren en groeien De organisatie kent een breed, samenhangend aanbod van onderwijs; de scholen bieden hun leerlingen brede ontplooiingsmogelijkheden; leerlingen worden intellectueel, sociaal en emotioneel uitgedaagd. de scholen hebben oog voor kwaliteitsborging en –verbetering; innovaties worden gestimuleerd. Het perspectief van de leerlingen en ouders De scholen zijn leerling-gericht; leerlingen en ouders krijgen persoonlijk aandacht; leerlingen en ouders ervaren de scholen als veilig, het schoolklimaat als ordelijk; de scholen hanteren hoge fatsoensnormen; de communicatie met ouders en leerlingen verloopt goed; ouders en leerlingen tonen zich tevreden over het functioneren van de scholen. Het perspectief van financiën en materiële zaken De financiële basis van de organisatie en de scholen is gezond; het financieel beleid is transparant; de scholen zijn goed gehuisvest, de inrichting voldoet aan de eisen van de tijd; de scholen zien er verzorgd uit. Het perspectief van de bedrijfsprocessen (inclusief personeel en organisatie) De medewerkers ervaren de stichting openbaar voortgezet onderwijs als een goede werkgever; directies en medewerkers werken resultaatgericht met elkaar samen op basis van vertrouwen en openheid; prestaties worden gewaardeerd, groeimogelijkheden worden geboden; de medewerkers zijn betrokken bij de eigen school; de medewerkers ervaren dat de organisatie goed functioneert en leveren daar ook hun eigen bijdrage aan. 2
1.4
Evaluatie bestuursfilosofie Bij de start van de onderwijsgroep is in dit kader vastgesteld dat het bestuur zich een organisatie voor stelt waarin zoveel mogelijk verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie worden gelegd. Het bestuur staat géén centralistische benadering voor. De individuele schoolleiders en de medewerkers dienen zich verantwoordelijk te blijven voelen voor de ontwikkeling en het wel en wee van de eigen school. De individuele schoolleiders zijn dan ook integraal verantwoordelijk voor en aanspreekbaar op de ontwikkeling van de eigen organisatie, gegeven de algemene kaders zoals vastgesteld door het bestuur. In dit jaar is deze bestuursfilosofie geëvalueerd met schoolleiders en leden van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad en de medezeggenschapsraden van de verschillende scholen. Geconstateerd werd dat de bestuursfilosofie nog steeds voldoende draagvlak heeft bij betrokkenen. Tegelijkertijd zijn er aandachtspunten voor nadere samenwerking en is waakzaamheid geboden dat met het argument ‘de eigenheid van de school’ elke discussie verder stil gelegd wordt. Uiteindelijk is besloten om bij de volgende onderwerpen die in de discussie genoemd zijn, meer centraal beleid te formuleren: a. Benutten van de schaalgrootte bij verdere aanbestedingen b. Meer gezamenlijk aangestuurd beleid om tot uitwisseling van deskundigheid te komen c. De mogelijkheden nagaan om tot een actiever mobiliteitsbeleid te komen
1.5
Ontwikkeling strategisch beleidsplan 2012-2016 In het najaar van 2011 is een start gemaakt met de ontwikkeling van het nieuwe strategisch beleidsplan. We maakten daarbij gebruik van een aanbod van het Algemeen Pedagogisch Studiecentrum om deel te nemen aan een project dat het APS in opdracht van en gesubsidieerd door het ministerie van OCW in het komende jaar met een aantal onderwijsorganisaties uitvoert. In dit project is de verwachting dat het werken met toekomstscenario’s (en bijv. niet SWOTanalyses) een methodiek is die het mogelijk maakt om op een goed doordachte wijze tot strategisch beleid te komen dat bovendien betere opbrengsten genereert. Er is zodanig gewerkt dat de vertaling van scenario’s naar strategie door bestuur en schoolleiding met veel meer betrokkenheid van het personeel is ingevuld. Startvragen in dit traject waren: Wat delen de afzonderlijke scholen van Onderwijsgroep Galilei? Hoe kun je ervoor zorgen dat centrale afspraken op ieder niveau in de scholen terugkomen? Wat zijn de vraagstukken? Waar liggen de grootste onzekerheden? Waar liggen je zorgen? De werkwijze was er vervolgens op gericht de laatst genoemde vragen eerst op schoolniveau te verkennen en vervolgens het gemeenschappelijke daarin gezamenlijk. Vanuit de twee sterkste kernonzekerheden zijn vervolgens scenario’s gebouwd om zicht te krijgen op ontwikkelingsrichtingen die daaruit voort kunnen komen en op de bouwstenen die daarbij van belang zijn. Kernonzekerheden kernmerken zich door een aanzienlijke onvoorspelbaarheid en een relatief sterke impact op de scholen.
1.5.1
‘In 2016 tot de beste scholen van VPR behoren’ Dat is de titel van ons strategisch beleidsplan 2012-2016. De twee sterkste kernonzekerheden in de komende vijf jaar liggen direct binnen onze kerntaak, het geven van onderwijs. Daarmee zijn het ook onderwerpen die iedereen in de school raken. Het is de impact van enerzijds maatregelen vanuit de overheid waarmee hogere meetbare onderwijsresultaten worden geëist - gekoppeld aan oordelen van zeer zwak tot excellent - en anderzijds een steeds gedifferentieerder leerlingenpopulatie. Een differentiatie van leerlingen met minder/andere (culturele) bagage van huis uit, met meer gedragsproblemen, die anders leren (met ICT) en ook buiten schooltijd minder tijd voor schoolwerk (over) hebben. De scenario’s die daaruit voortkomen, hebben de ontwikkelingsrichting en de bouwstenen geleverd voor dit strategisch beleidsplan 2012-2016. 3
1.5.2
Beschrijving gekozen ontwikkelingsscenario als streefbeeld voor 2016 Iedere school motiveert en is resultaatgericht, zowel op formele leerresultaten als op andere strategische profielpunten van de school (talent ontwikkeling). Het ontwikkelingsproces van leerlingen krijgt veel aandacht en wordt resultaatgericht gevolgd en gefaciliteerd. Overleg en afstemming komen veelvuldig voor. Management, middenmanagement, docenten en leerlingen zijn ieder in hun eigen rol ’in control’. Het klimaat is professioneel. Leren, ontwikkelen, resultaten verzilveren en elkaar uitdagen nog beter te worden, staan centraal voor leerlingen en personeel. Schooluitval speelt geen rol van betekenis. Management en leerkrachten zijn vitaal, inspirerend en beheersen een uitgebreid arsenaal aan vaardigheden op het gebied van pedagogiek, didactiek en ICT. Zij gebruiken deze in hun onderwijsprogramma’s en weten daarmee de intrinsieke motivatie van alle leerlingen aan te wakkeren. Scholing, uitwisseling, experimenteren, leren op de werkvloer, feedback geven en ontvangen zijn belangrijke activiteiten voor iedereen binnen de school. Financiën worden optimaal ingezet voor het primaire proces, overhead heeft altijd aantoonbare meerwaarde. De school gaat slim om met het budget en de bedrijfsvoering is op orde. Interieur en exterieur van de school stralen het ambitieniveau uit. Ouders en leerlingen zijn tevreden over de communicatie met de school.
1.5.3
Van activiteitgericht naar resultaatgericht werken Werkenderwijs zal elke school op basis van dit streefbeeld zelf zijn visie op het beste onderwijsproces dat leerlingen motiveert en betrokken houdt, moeten formuleren, aanpassen en aanvullen. Dat is de kernopdracht aan elke school. Concreter dan hetgeen hierboven beschreven is, gaat het bestuur met betrekking tot het onderwijsproces niet. Wel worden concrete resultaatafspraken gemaakt die op hoofdlijnen gaan over de onderwijsresultaten en de noodzakelijke ontwikkeling van het personeel, met name docenten en schoolleiding, die passen bij een succesvolle aanpak. Dat is ook een groot verschil met het vorige strategisch beleidsplan. In de periode 20072012 is de aandacht met name gericht geweest op het meer planmatig werken, in de zin van het werken met schooljaarplannen. Jaarplannen die gericht waren op activiteiten om strategische doelstellingen uit het meerjarige schoolplan te realiseren. Nu is een volgende fase aangebroken waarin de resultaten concreet beschreven zijn en met de scholen jaarlijks tussendoelen bepaald worden in managementcontracten.
1.6
Samenstelling Raad van Toezicht met ingang van 1 augustus 2011 De Raad van Toezicht kende in dit jaar de volgende samenstelling: mevrouw A. Latenstein van Voorst – Woldringh, voorzitter, de heer A.J. van Gorsel, de heer ir. P.A.H. Kortekaas, mevrouw drs. H.C. Onnekink, de heer mr. drs. P.R Slier, de heer M. Trouwborst, de heer N.A. Zevenbergen. De Raad van Toezicht is in dit jaar zes maal bijeen geweest.
1.6.1
Toezicht houden als versterkt aandachtspunt binnen de gehele organisatie Vanaf de start van de formalisering van het raad van toezichtmodel is gewerkt vanuit de visie dat de invoering van dit model invloed heeft op de gehele organisatie en niet alleen veranderingen te weeg brengt in de interne bestuurlijke verhoudingen. Vanuit die opvatting zijn vroegtijdig, als eerste met de schoolleiders, mogelijke of reeds reële interne en externe veranderingen als gevolg van de invoering van dit model verkend. Een intern effect is bijvoorbeeld de onder 1.4.3 beschreven overgang van activiteitgericht werken naar resultaatgericht werken op alle niveaus. Niet alleen moeten de bestuurder aan de Raad van Toezicht en de rector/directeur aan het bestuur aan kunnen geven ‘in control’ te
4
zijn. Het geldt voor ieder personeelslid aan zijn leidinggevende. Dat vraagt een beleidsrijke planning&controlcyclus op alle niveaus. In dit jaar zijn managementcontracten met concrete resultaatdoelstellingen geformuleerd en dashboardrapportages bestuur en Raad van Toezicht om de realisering van die doelstellingen op een handzame manier te kunnen volgen. 1.7
Samenstelling directeurenberaad De bestuurder, de heer H. den Haan, is voorzitter van het directeurenberaad. Het directeurenberaad bestond verder uit: de heer M. van Oudenaarden, als vervanger van mevrouw T. Pel, directeur o.s.g. De Eilanden wegens langdurige arbeidsongeschiktheid, de heer drs. D. Bijdevaate, rector Helinium, de heer drs. R.A. Bosman, rector o.s.g. De Ring van Putten, de heer drs. H. Rogge, rector Maerlant, de heer L. Lemmens, directeur Praktijk College Brielle en Spijkenisse. Het directeurenberaad is achttien maal bijeen geweest voor een reguliere vergadering. In september is een tweedaagse bijeenkomst georganiseerd om een aantal agendapunten van het directeurenberaad intensiever te kunnen bespreken. Daarnaast zijn er in januari/februari twee bijeenkomst geweest in het kader van de formulering van het strategisch beleidsplan 2012-2016.
1.8
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad De GMR is in 2012 elf maal bij elkaar geweest in de volgende samenstelling: mevrouw J. Kats-Verbeek, PMR De Eilanden, voorzitter; de heer L. Zuidmulder, penningmeester, OMR De Eilanden; mevrouw L. Kieviet, PMR Helinium; de heer D. Nagelhout, PMR Maerlant; de heer G. Simjouw, OMR Maerlant t/m 6 februari 2012; de heer B. van Woensel, OMR Maerlant met ingang van 19 maart 2012; mevrouw M. Breedveld, PMR De Ring van Putten; de heer R. Bernat, OMR De Ring van Putten; de heer W. Buutfeld, PMR Praktijk College vanaf 12 september 2011; de heer S. Concetion, OMR Praktijk College
1.9
Overleg met gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Spijkenisse Hoewel in het fusiedocument het waarborgen van de onafhankelijke positionering van de nieuwe organisatie ten opzichte van de gemeenten benadrukt is, vooronderstelt de Grondwet dat het openbaar funderend onderwijs van overheidswege wordt gegeven. Dat betekent dat ook bij de keuze voor de stichtingsvorm als bestuursvorm de gemeenteraden een toezichthoudende functie behouden. Zo dienen de gemeenten ieder voor zich toezicht te houden op het openbaar karakter van het onderwijs, de bestuursleden te benoemen, de begroting en de jaarrekening van de stichting goed te keuren, voorstellen tot statutenwijziging goed te keuren en in te grijpen bij ernstige taakverwaarlozing door het bestuur van de stichting.
1.9.1
Periodiek overleg Op 19 januari en 29 juni 2012 heeft het overleg in dit kader tussen het bestuur en de wethouders van onderwijs van de gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Spijkenisse plaats gevonden. In dit overleg is gesproken over respectievelijk de begroting 2012 en het jaarverslag 2011. Daarnaast zijn de wethouders geïnformeerd over de actuele ontwikkelingen binnen en buiten de onderwijsgroep: het strategisch (huisvestings)beleid, de stichting TPH in Hellevoetsluis, de stand van zaken met betrekking tot de verbetering onderwijsresultaten op de verschillende scholen, de ontwikkeling van het aantal leerlingen, voortijdig schoolverlaten, het overleg over doordecentralisatie van huisvestingsmiddelen in Spijkenisse.
5
1.10
Samenwerking met Openbaar Primair Onderwijs in de regio Reeds enkele jaren bestaat er een intensieve samenwerking met de besturen voor openbaar primair onderwijs op Voorne-Putten/Rozenburg, Hoogvliet en Albrandswaard ten behoeve van de versterking van de positie van het openbaar onderwijs in deze regio. De warme overdracht van leerlingen naar het voortgezet onderwijs is hierbij de belangrijkste doelstelling. In dit jaar is de aandacht met name gericht geweest op de contacten met het openbaar onderwijs in Hoogvliet. Het project Buiten de Grenzen binnen het PO en VO op Voorne is nu volledig geïmplementeerd. Helinium biedt de excellente leerlingen van groep 8 een uitdagend programma aan. De pijlers zijn het programma Pre-Tech (wiskunde, science) en Pr-Plus (Engels, business).
1.11
Maatschappelijke adviesraad In dit jaar is, na overleg met de gemeenten, een reglement voor de maatschappelijke adviesraad vastgesteld. De dialoog met de samenleving - horizontale verantwoording of meervoudig publieke verantwoording - is voor onze onderwijsgroep statutair geregeld via de instelling van een maatschappelijke adviesraad per gemeente waarin één of meer scholen van de onderwijsgroep zijn gevestigd. Deze maatschappelijke adviesraden zijn bedoeld om de onderwijsgroep stevig in de lokale samenlevingen te verankeren. Essentieel bij die dialoog is dat het wederzijds is en dat elke school laat zien wat er met de input wordt gedaan. De samenleving mag ook verwachten dat de school verantwoording aflegt over wat er met de suggesties is gedaan. De invoering van de maatschappelijke adviesraad is een van de middelen daartoe. Daarnaast zullen onze scholen ook op andere wijzen de verbinding met de maatschappelijke omgeving blijven zoeken.
1.12
Kwaliteitsbeleid De kern van ons kwaliteitsbeleid wordt bepaald door het volgen van de kwaliteitscirkel, de P(lan)D(o)C(heck)A(pt)-cyclus op verschillende niveaus. Het betreft een voortdurend herhalend cyclisch proces met de volgende fasering: beleidsvoorbereiding, beleidsvaststelling, beleidsimplementatie en beleidsevaluatie. De (tussentijdse) beleidsevaluatie komt tot stand door middel van kwartaalrapportages, jaarverslagen op school- en bestuursniveau en de jaarlijkse gesprekkencyclus met elk personeelslid. In dit jaar is nader invulling gegeven aan veranderingen binnen de praktische kwaliteitszorg op onze scholen door het gebruik van het managementvenster van Vensters voor Verantwoording. Ieder die geïnteresseerd is in onze openbare scholen kan op de site van de betreffende school de link naar Vensters voor Verantwoording vinden. In dit venster is heel veel informatie over de school te vinden. De scholen gebruiken het managementvenster om hun resultaten te kunnen vergelijken met andere scholen. De introductie van dit managementvenster heeft ertoe geleid dat de kwaliteitsmedewerkers hun werkzaamheden konden verschuiven en in dit jaar meer verdiepende en aanvullende informatie over het afgelopen schooljaar meteen na de zomervakantie beschikbaar hebben gesteld. Het gaat dan om informatie die vensters niet levert, maar die wel relevantie heeft voor nadere analyses. Hierbij kan gedacht worden aan de relatie tussen CITO-scores, adviezen basisscholen en de uiteindelijke onderwijsresultaten op verschillende niveaus binnen de scholen.
1.13
RPO Onderwijs Voorne-Putten/Rozenburg/Hoogvliet/Albrandswaard/Hoekse Waard Het regionaal plan onderwijs Verbonden besturen is door alle betrokken schoolbesturen van voorgezet- en middelbaar beroepsonderwijs èn de betreffende gemeentebesturen, inclusief de gemeente Oud-Beijerland, in 2011 goedgekeurd. Daarmee is ingestemd met het samenvloeien van dit RPO met het RPO Hoekse Waard om een nevenvestiging van Praktijk College Spijkenisse in Oud-Beijerland mogelijk te maken. De nevenvestiging is op 12 mei 2012 gestart.
6
1.14
Inschrijving nieuwe brugklassers De inschrijving wordt hieronder aangegeven als percentage van de basisgeneratie op Voorne-Putten/Rozenburg. School
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
Maerlant Helinium De Schakel/PC Brielle De Sluis/PC Spijkenisse De Ring van Putten De Eilanden
12.6% 14% 1.1% 2.6% 10.8% 4.6%
14.6% 15.4% 0.6% 2% 10.9% 4.6%
16.8% 17.5% 1% 2.2% 11.6% 5%
12.5% 14% 0.8% 1.3% 12.7% 4.1%
12.9% 15.2% 0.8% 1.8% 14.8% 3.4%
12.2% 14.6% 0.6% 1.3% 19.1% 4.3%
15.0% 13.7% 0.9% 1.5% 16.6% 3.3%
Totaal
45.6% 42%
48.1% 45.5%
54% 50.8%
45.3% 43.3%
48.8% 46.2%
52.2% 50.2%
51.1% 48.7%
Tot. excl. praktijkonderwijs
Het totaal percentage van de basisgeneratie op Voorne-Putten/Rozenburg dat in 2012 op onze scholen is toegelaten is gedaald met ruim 1%. Een achteruitgang die overigens wel in het juiste perspectief moet worden geplaatst. Door ruimtegebrek op De Ring van Putten konden er 116 leerlingen niet worden geplaatst. Als dat wel had gekund zou ons marktaandeel met rond 5% zijn toegenomen naar respectievelijk 57,2% met en 54,8% zonder praktijkonderwijs. Een ander belangrijk gegeven is dat de toelating tot het openbaar voortgezet onderwijs op Voorne in vergelijking met het jaar ervoor nu met 3% in 2012 is toegenomen. Het is bij deze en bij de onderstaande tabel van belang met name naar de laatste rij percentages te kijken, omdat het praktijkonderwijs grotendeels afhankelijk is van het aantal leerlingen dat een beschikking krijgt voor deze specifieke doelgroep. 1.15
Totaal aantal leerlingen per 1 oktober Totaal aantal leerlingen per 1 oktober School
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
Maerlant Helinium De Schakel/PC Brielle De Sluis/PC Spijkenisse De Ring van Putten De Eilanden
1197 1714 121 281 1350 442
1192 1585 105 292 1278 395
1260 1619 77 282 1230 381
1358 1594 66 254 1185 391
1377 1529 71 208 1190 374
1341 1467 61 185 1246 359
1296 1422 85 143 1387 330
1272 1367 100 160 1426 294
Totaal
5105 4703
4847 4450
4849 4490
4848 4528
4749 4470
4680 4413
4663 4435
4619 4359
Tot. excl. praktijkonderwijs
De beperkte afname van het aantal leerlingen exclusief het praktijkonderwijs, 2%, in de periode na de fusie in 2006 is bijzonder gezien de veel hogere terugloop van de basisgeneratie op Voorne-Putten/Rozenburg in deze periode met 5,5%. 1.16
Klachtenafhandeling In 2007 is het kaderbeleid interne klachtbehandeling Onderwijsgroep Galilei vastgesteld. De scholen binnen de Onderwijsgroep hebben hun interne klachtenreglement opgesteld conform de gestelde kaders.
7
2.
Onderwijs
2.1
Onderwijs in ontwikkeling Het onderwijs van de scholen verbeteren, vernieuwen en aantrekkelijker maken voor leerlingen is een belangrijke doelstelling van het bestuur. Alle scholen hebben zich daar ook dit jaar weer voor ingezet. Binnen het Maerlant heeft de aandacht zich gericht op de verder verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. Daartoe lopen de 60-dagen plannen voor alle secties als een rode draad door het schooljaar. Hiermee is grip op de beoogde onderwijskundige verbeteringen. Daarnaast is gestart met het project De Ideale Maerlant-les dat aandacht geeft aan het omgaan met verschillen en aan activerende didaktiek In 2012 is de implementatie van het Technasium op Helinium volbracht. Na twee pilot projecten is de school in het schooljaar 2012-2013 in de betreffende brugklassen daadwerkelijk gestart met het vak Onderzoeken & Ontwerpen (O&O). De twee opdrachtgevers die de school ondersteunen bij de eerste twee kennismakingsprojecten zijn Staatsbosbeheer (het ontwerpen van een uitkijktoren met geïntegreerd weerstation in het duingebied bij Rockanje) en Stena Line Ferries (een innovatie project om het energie verbruik op de Hollandica te reduceren). De eerste prognoses met betrekking tot het aantal leerlingen voor dit nieuwe vak zijn hoopgevend. De beide Praktijk Colleges hebben inhoudelijk een start gemaakt met de AKA opleiding (arbeidsmarkt gekwalificeerd assistent) en de zorgopleiding niveau 1. Beide opleidingen zijn gestart in samenwerking met ROC Zadkine. Tevens is de nazorg coördinator aangesteld. Deze coördinator informeert bij de leerling en/of de ouders hoe het de oud-leerling vergaat en gaat na of de school nog iets kan betekenen. Als er problemen of vragen zijn, wordt er meegedacht over mogelijke oplossingen, worden de oud-leerling en de ouders op het juiste spoor gezet, worden afspraken gemaakt en worden zij zo nodig in contact gebracht met UWV en ROC. De Ring van Putten heeft de samenwerking met scholen uit andere landen – in de onderbouw – in dit jaar structureel beter geregeld. De samenwerking met de school uit zusterstad Hürth heeft uitwisselingsprojecten opgeleverd in 2tto en in de bovenbouw. Daarnaast is er ook een Comeniusproject gestart waaraan zowel leerlingen uit 2 tto als uit reguliere tweede klassen van De Ring van Putten deelnemen. Via dit project is een uitwisseling gerealiseerd met scholen uit Slowakije en Italië. Een docentenuitwisseling met een school in Engeland zal uiteindelijk gaan uitmonden in een uitwisselingsproject voor 3 of 4 tto, misschien nog in schooljaar 2012-2013. Verder werd aan het einde van het schooljaar duidelijk dat ook de subsidieaanvraag voor het organiseren van een tweede Comeniusproject is goedgekeurd. Tijdens dat project zal een uitwisseling met scholen uit Duitsland en Zweden worden opgezet. Op De Eilanden is in dit jaar gewerkt aan een profiel in de bovenbouw dat meer samenhang kent en onderscheidend is. Het aantal programma’s wordt kleiner, doordat de theoretische leerweg in de bovenbouw verdwijnt en het smalle programma bouwtechniek is afgebouwd. De programma’s worden breder van karakter en hebben ook een meer maatschappelijke component met de ondertitel Voor ondernemerschap, vakmanschap en dienstverlening. Globaal betekent dit in de toekomst een aanbod van Consumptief, met elementen van ondernemerschap, Techniek met elementen van dienstverlening of ondernemerschap, Zorg & Welzijn en Sport, Dienstverlening en Veiligheid.
8
2.2.
Maatschappelijke stages Alle scholen werkten tot dit jaar succesvol met maatschappelijke stages. De toekomst is echter onzeker geworden door de afspraak in het regeerakkoord dat de stage in 2015/2016 niet meer verplicht zal worden gesteld.
2.3
Bestuursakkoord VO In het Bestuursakkoord VO staan afspraken tussen het ministerie van OCW en de VO-raad over de prestatiedoelen van scholen voor 2015 en de financiering die OCW hiervoor beschikbaar stelt. De doelen van het bestuursakkoord zijn: hogere prestaties van leerlingen, verbetering van de onderwijskwaliteit en vergroting van de kwaliteit van leraren en schoolleiders. De afspraken sluiten aan bij wat er in onze scholen al gebeurt aan kwaliteitsverbetering en professionalisering. Het ministerie stelt extra financiering beschikbaar voor de uitvoering van de afspraken in het bestuursakkoord. Deze middelen worden op basis van een bedrag per leerling aan de scholen beschikbaar gesteld via een prestatiebox. De scholen rapporteren via een apart onderdeel van Vensters voor Verantwoording.
2.4
Bezoek Inspectie van het Onderwijs aan het bestuur Op basis van dit overleg is er nog slechts bij enkele scholen sprake van aangepast toezicht door de inspectie. Het betreft de VWO-afdeling van Helinium en van Maerlant de HAVOafdeling en de Kaderberoepsgerichte leerweg. Alle overige afdelingen van onze scholen hebben een basisarrangement. De verwachting is, op basis van de huidige resultaten, dat in ieder geval de VWO-afdeling van Helinium in het komende jaar ook weer onder het basisarrangement valt.
2.4.1
Bezoek Inspectie aan het praktijkonderwijs Bij dit themabezoek in het voorjaar constateerde de inspecteur opnieuw dat de school de hoogste kwalificatie, voldoende, verdient. Belangrijk daarbij is dat in de afgelopen twee schooljaren 90% van de leerlingen is geplaatst in een reguliere of beschermde arbeidsplaats, een vervolgopleiding of een dagopleiding. Alle leerlingen hebben een individueel ontwikkelingsplan (IOP) met individuele leer- en ontwikkelingslijnen en stromen uit op een niveau dat bij de indicatiestelling is vastgesteld.
2.4.2
Maatregelen ter verbetering van de onderwijsresultaten Elke school werkt hieraan op basis van een verbeterplan. Gezien de voortdurend aanscherpende eisen van de Inspectie van het Onderwijs wordt nu reeds bij de eerste indicatie van verslechtering van onderwijsresultaten een verbeterplan door de school opgesteld. Het bestuur heeft hierbij ook een checklist ontwikkeld met maatregelen op korteen middellange termijn. Een en ander wordt vervolgens intensief gevolgd door het bestuur. Daarnaast is bij Maerlant externe ondersteuning ingeschakeld. Beide scholen maken gebruik van een verbetertraject van APS.
2.4.2.1
Pilot prognose onderbouwrendement tijdens het schooljaar De prognose van het onderbouwrendement is een van de vier indicatoren ( met het verschil Centraal Examen landelijk en school, verschil Centraal Examen-School Examen en het bovenbouwrendement) waarmee de inspectie een risicoanalyse maakt. Het is de lastigste indicator om tijdens een lopend schooljaar te berekenen op basis van prognoses van het eindresultaat van leerlingen. De prognose van het onderbouwrendement is zo lastig, omdat met een specifieke berekening van elke leerling de uiteindelijk afdeling in het derde leerjaar afgezet moet worden tegen het advies van de basisschool. Het vraagt daarmee meer dan bijvoorbeeld alleen maar een totaal aantal leerlingen dat waarschijnlijk bevorderd wordt. Toch is zo’n prognose wel van belang omdat alleen tijdens het schooljaar nog iets bijgestuurd kan worden. In dit schooljaar is hiertoe een kleinschalige pilot gestart op De Eilanden om ervaring op te doen en daarmee de invoering op alle scholen goed voor te bereiden. 9
2.5
Examenresultaten 2012 In het algemeen was dit een goed jaar waarbij op veel plekken resultaten verbeterd werden. De scholen hebben de resultaten onder de 85% als specifiek aandachtspunt in hun schooljaarplan opgenomen voor nadere analyse en verbetering conform het bij 2.4.2 gestelde. Definitieve examenuitslag
School
VWO
HAVO
Landelijk
89%
93%
Maerlant College
2010 2011 2012 2010 2011 2012 2010 2011 94%A 66%A 73%A 100%G 100%G 100%G 79% 80% 80% 96% 92%
Helinium
86%
83%
86%
88%
78%
83%
99%
De Ring van Putten 94%
88%
92%
84%
75%
85%
96% 83%
100% 100% 88%
89%
86%
85%
85%
86%
De Eilanden
Basis
Kader
VMBObb
94%
89%
94%
94%
93%
96%
95%
95%
2012
2010 2011
2012
2010
2011
2012
91%
96%
84%
100% 90%
83%
100%
97%
91%
98%
98%
94%
96%
93% 100% 96%
100% 100% 100%
96%
3 1
6,2 6,7
3 ½
6,3 6,6
3 1
6,1 6,7
3 1
6,1 2 6,6 1
6,8 6,9
2
6,4
½
6,6
2
6,4
2
6,3 3
6,6
2 1
6,2 6,3
Centraal Examen-resultaten 2008 2009 2010 2011 2012 6,2 6,1 6,3 5,6 1 6,3 2 6,1 2 6,0 1/2 6,0 3 5,9 1/2 6,2 1 6,3 3 5,9 3 5,7 3
3
6,1
1
2007
G/T 2007
landelijk Maerlant 1 6,7 Helinium 3/4 6,1 De Ring van Putten 2 6,4 De Eilanden 3/4 6,1 HAVO 2007
landelijk Maerlant Helinium De Ring van Putten De Eilanden
VMBOkb
98%
100%
Centraal Examen-resultaten met rangorde scholen 2007 2008 2009 2010 2011 2012 6,5 6,3 6,6
landelijk Maerlant 1 6,7 Helinium 2/3 6,4 De Ring van Putten De Eilanden 2/3 6,4
landelijk Maerlant Helinium De Ring van Putten De Eilanden
MAVO/VMBOgt
2 3 1
6,2 6,0 6,5
6,3
1
6,4 1/2
6,0 1/2
6,2 1
Centraal Examen-resultaten 2008 2009 2010 2011 6.3 6.1 6,6 2 6,3 2 6,5 1 6,6 1 6 3 6,3 2/3 6,3 1 6,4 3 6,1 1 6,6 2 6,4 2/3 6,3 4 5,7 3 6,2 4
6,3
2012 6,3 2 6,4 3 6,3 3 6,3 1 6,5
Centraal Examen-resultaten 2008 2009 2010 2011 2012 6,2 6,2 6,3 6,0 1/3 6,0 2 6,2 2 6,3 2/3 5,9 3 6,1 1/3 6,0 1 6,3 3 5,8 2/3 5,9 2 6,2 1/3 6,0 2 6,2 1 6,4 1 6,4 1
VWO
Centraal Examen-resultaten 2008 2009 2010 2011 2012 landelijk 6,3 6,2 6.4 Maerlant 6,3 1 6,1 1 6,3 1/3 6,4 2/3 6,1 2 6,2 2 Helinium 6,1 3 5,9 1 6,3 1/3 6,4 2/3 6,1 3 6,0 3 De Ring van Putten 1/3 6,4 1 6,6 1 6,4 1 6,4 2 6,0 1 6,3 2007
De Eilanden
10
2.6
Resultaten praktijkonderwijs 2012 Het praktijkonderwijs leidt leerlingen niet op voor een van de reguliere examens in het voortgezet onderwijs. Het praktijkonderwijs heeft de opdracht jongeren voor te bereiden op werken, wonen, vrije tijd en burgerschap. De kwaliteit van het onderwijs wordt afgemeten door de prognose van het eindstroomniveau dat bij de start in het praktijkonderwijs bepaald is te vergelijken met het feitelijk uitstroomniveau. Uit de onderstaande tabellen is op te maken dat de leerlingen van Praktijk College Brielle en Praktijk College Spijkenisse overwegend op of boven het instroomniveau zijn uitgestroomd.
Uitstroom resultaten Spijkenisse: in relatie tot prognose bij binnenkomst schooljaar 2011-2012 100% werk en vervolgopleiding
80% 60% werk
40% 20%
sociale werkplaats/ werk met wajong uitkering
0% dagverblijf
sociale werkplaats/ werk met wajong uitkering
werk
werk en vervolgopleiding
dagverblijf
Om leerlingen een zo goed mogelijke startpositie te bieden bij het vinden van werk zijn de Praktijk Colleges in contact getreden met branches in het bedrijfsleven. Iedere branche kent certificaten toe in het kader van interne opleidingen en in het overleg is nagegaan welke certificaten/diploma’s haalbaar zijn voor leerlingen van het praktijkonderwijs. Dit aanbod aan leerlingen heeft een sterke ontwikkeling doorgemaakt zowel wat betreft het aantal verschillende certificaten als het aantal leerlingen dat een of meerdere certificaten behaald. De doelstelling, het aantal certificaten te handhaven ondanks de daling van het aantal leerlingen, is gehaald.
11
BEHAALDE CERTIFICATEN / DIPLOMA’S Praktijk College aantal geslaagden voor een certificaat 04/05
05/06
06/07
07/08
08/09
09/10
10/11
11/12
PrC B
PrC S
PrC B
PrC S
PrC B
PrC S
PrC B
PrC S
PrC B
PrC S
PrC B
PrC S
PrC B
PrC S
PrC B
PrC S
bromfietsbewijs
-
11
-
14
-
7
-
8
-
3
-
-
-
-
-
-
goederenverwerking
-
7
-
9
-
-
-
8
-
-
-
-
-
-
-
-
HACCP deelname certificaat
-
13
-
10
-
12
10
14
5
7
-
8
3
6
2
6
SvS schoonmaak groothuishouden
-
-
-
12
-
12
-
13
-
19
5
17
3
12
8
2
Lassen KNIL 1 diploma
-
6
-
7
-
1
1
10
2
7
1
7
-
7
1
2
lassen KNIL 1certificaat praktijk
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
2
1
1
4
VCA certificaat
-
5
-
6
-
15
2
19
3
10
7
22
3
14
6
9
Ass. Installatietechniek
-
-
-
5
-
6
-
10
-
3
-
-
2
4
-
-
ass. Schilder
-
-
-
-
-
-
-
10
-
3
2
3
-
3
3
2
Ass. Groene ruimte
-
-
-
-
-
-
-
4
1
3
1
4
1
-
-
3
Vorkheftruck
-
-
-
-
-
-
-
4
3
10
5
11
4
22
6
10
Tractor rijbewijs
-
-
-
-
-
-
-
1
-
1
-
-
-
-
-
-
KCH Winkelmedewerker
-
-
-
-
-
-
-
-
1
9
-
8
1
2
3
2
werken in keuken
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
5
4
9
2
5
werken in zorg
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
8
-
8
1
-
CE 100
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
10
-
-
1
4
SVOB certificaat
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
1
4
2
7
5
3
SVOB diploma
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
1
4
-
-
AKA
4
-
horeca ass. Deelcertificaat niveau 1
1
-
Zorghulp niveau 1
Totaal
0
42
0
63
0
53
13
101
15
75
23
111
25
95
1
2
39
52
2.7
Samenwerking De Ring van Putten en De Eilanden In dit overleg wordt de wederzijdse overstap tussen de scholen versoepeld. Leerlingen die na het eerste leerjaar van De Eilanden overstappen naar De Ring van Putten en leerlingen die na het eerste leerjaar van De Ring van Putten overstappen naar De Eilanden moeten daar zo min mogelijk hinder van ondervinden.
2.8
Samenwerkingsverband VO Voorne-Putten/Rozenburg Onderwijsgroep Galilei participeert actief in dit samenwerkingsverband van alle schoolbesturen voor VO dat zich richt op de zorgleerlingen in onze regio. Een belangrijk onderwerp is het beleid van het ministerie van OCW met betrekking tot Passend onderwijs. Met Passend onderwijs beoogt het ministerie de toegankelijkheid van het reguliere onderwijs voor leerlingen met een handicap te bevorderen.
2.8.1
Beleidsuitgangspunten invoering Passend Onderwijs Het bestuur van het Samenwerkingsverband heeft gezamenlijke uitgangspunten vastgelegd in het kader van de invoering van Passend onderwijs. Het gaat daarbij om de intensieve samenwerking met het speciaal onderwijs, een evenredige draaglast aan zorgleerlingen voor alle scholen, de deskundigheidsbevordering van docenten en de ontwikkeling van een expertisegroep waarvan onderwijsopvangvoorziening Rochade en de Praktijk Colleges Brielle en Spijkenisse onderdeel van uitmaken. De zorg en hulpverlening aan kinderen zal zoveel mogelijk afgestemd moeten worden met hetgeen gemeenten doen om tot een effectieve en efficiënte inzet van middelen te komen.
2.8.2
Voorbereiding toetreden besturen V(oortgezet) S(peciaal) O(nderwijs) In het kader van de invoering van Passend Onderwijs wordt het huidige bestuur van het samenwerkingsverband VO, uiterlijk per 1 november 2013, uitgebreid met de
12
schoolbesturen van VSO. Ter voorbereiding daarop nemen deze schoolbesturen sinds het begin van dit jaar deel aan de bestuursvergaderingen. Daarnaast zijn tijdens een aparte dag in dit jaar de gezamenlijke visie op Passend Onderwijs, de nieuwe bestuursstructuur, de nieuwe werkzaamheden, de structuur van de nieuwe organisatie, de verdeling van middelen op hoofdlijnen en het overleg met de gemeenten in dit kader besproken. 2.8.3
Overleg zwevende leerlingen In de afgelopen jaren neemt het aantal leerlingen vanuit het PO dat bij de overgang naar het VO tussen wal en schip dreigt te vallen toe. Enkele jaren geleden is ons samenwerkingsverband VO VPR in dit proces een rol gaan spelen. Dat heeft nu geresulteerd in een structureel overleg dat reeds voor de zomervakantie, half mei, start. De meeste scholen op het eiland participeren in dit overleg. Tevens schuiven de coördinatoren van de samenwerkingsverbanden WSNS, de coördinerend leerplichtambtenaar vanuit de gemeente Spijkenisse en de coördinator van onderwijsopvangvoorziening Rochade hierbij aan.
2.8.4
Ontwikkeling Regionale Educatieve Agenda Het is al jaren een wens van de schoolbesturen op Voorne-Putten/Rozenburg, verenigd in het Samenwerkingsverband VO VPR, om naast de verplichte Lokale Educatieve Agenda (LEA) per gemeente ook een Regionale Educatieve Agenda (REA) voor VoornePutten/Rozenburg te formuleren. Verschillende onderwerpen binnen de LEA kunnen effectiever en efficiënter opgepakt worden als schoolbesturen en gemeentebesturen ook regionaal samenwerken. Voor de schoolbesturen is het samenwerkingsverband dan hun vertegenwoordiger in het overleg. Een belangrijke stap in die richting is 2011 gezet toen de gemeenten op Voorne-Putten aangaven ook de bespreking te willen aangaan. De gemeente Spijkenisse vervult de voortrekkersrol. In dit jaar is een startnotitie opgesteld die hopelijk in het komende jaar zal worden vastgesteld. Mede met het oog op de invoering van Passend Onderwijs is het te hopen dat een en ander nu voortvarend zal worden opgepakt.
2.8.4.1
Convenant Koppeling Zorg Onderwijs – Publieke Jeugdzorg Aan het einde van dit jaar is dit convenant getekend door alle wethouders op Voorne-Putten en de voorzitters van de samenwerkingsverbanden PO (3) en VO. In dit document zijn een aantal afspraken vastgelegd met betrekking tot de onderwijsoverstijgende zorg aan leerlingen. Het zwaartepunt voor de leerlingbesprekingen blijft in het ZAT van de scholen liggen. In het kader van de koppeling CJG-ZAT is het samenwerkingsverband, met instemming van de gemeenten, in dit jaar een project gestart met het doel tot een betere verbinding tussen de centra voor Jeugd en Gezin en de zorgadviesteams van de scholen te komen. Dit project is voor gemeenten en het samenwerkingsverband van groot belang. Helaas is de verwachte cofinanciering door de gemeenten tot nu toe uitgebleven.
3.
Personeel
3.1
Meerjarig integraal personeelsbeleid Vanuit de strategische doelstellingen zijn de speerpunten van ons personeelsbeleid geformuleerd. Op onderdelen vond ook in 2012 een nadere uitwerking plaats.
3.1.1
Kaderbeleid actieplan leerkracht Bij de uitvoering van het landelijke Actieplan Leerkracht - een functie in het onderwijs zo aantrekkelijk mogelijk maken - gaat het om maatregelen met betrekking tot het realiseren van kortere salarislijnen, van meer loopbaanmogelijkheden en van een betere beloning door middel van een gevarieerder functiebouwwerk van docenten. Naast de basis LB-functie voor docenten ontstaat voor alle docenten tijdens hun onderwijscarrière de mogelijkheid verschillende malen vanuit de basisfunctie promotie te maken naar hoger betaalde 13
docentenfuncties, de LC- en LD-functies. De resultaten worden landelijk gemonitord door het Ministerie van OCW en de sociale partners. Alle scholen werken nu in de richting van de streefcijfers die landelijk voor oktober 2014 zijn afgesproken. Functiemix per school Maerlant
85,8
Helinium
85,9
PC Brielle
7,1
PC Spijkenisse
3.1.2
Te Totaal vervullen fte. docentendocenten functies
20,3
De Ring van Putten
84,4
De Eilanden
27,2
Nulmeting 2008
Meting 2012
Afspraak met OCW voor
fte
%
fte.
%
2011
2014 59,60%
LC
17,2
20,60%
28,4
33,10%
49,60%
LD
19,8
23,70%
24,9
29,02%
24,70%
34,70%
LC
24,4
23,10%
26,5
30,85%
52,10%
62,10%
LD
26,6
25,20%
34,7
40,40%
26,20%
36,20%
LC
0
0,00%
2,1
29,58%
29,00%
39,00%
LD
0
0,00%
1,0
14,08%
1,00%
11,00%
LC
2,4
8,50%
9,6
47,29%
37,50%
47,50%
LD
0
0,00%
3,0
14,78%
1,00%
11,00%
LC
14,1
19,90%
35,8
42,42%
48,90%
56,50%
LD
22,2
31,30%
27,3
32,35%
32,30%
43,50%
LC
7,4
19,70%
11,8
43,38%
48,70%
58,70%
LD
0
0,00%
2,0
7,35%
1,00%
11,00%
Opleidingsschool Voorne-Putten/Rozenburg, duaal opleiden op Voorne-Putten/Rozenburg Onze openbare scholen voor voortgezet onderwijs, het Wellant College, het Penta College en het Instituut voor Lerarenopleiding van de Hogeschool Rotterdam werken intensief samen om zoveel mogelijk goede studenten/docenten, 1e en 2e graad bevoegd, voor het voortgezet onderwijs in deze regio te behouden. De duale opleidingen van de scholen – werken en leren - zijn in 2011 volledig op elkaar afgestemd onder de naam Opleidingsschool Voorne-Putten/Rozenburg en er is nu sprake van een gezamenlijk aansturing van dit traject. Op 25 april jl. heeft vervolgens een externe audit ten behoeve van het keurmerk Opleidingsschool IvL Rotterdam plaats gevonden. Naast de toegezonden schriftelijke informatie heeft de commissie gesproken met alle betrokkenen: directieleden, projectleiding, opleidingscoördinatoren binnen de scholen, vakcoaches en studenten. De algemene indruk van de commissie is dat Opleidingsschool VPR, in tegenstelling tot wat vaak voorkomt, nu juist in de praktijk alle zaken prima op orde heeft, maar een aantal zaken nog schriftelijk vast moet leggen. De commissie heeft het bestuur van de lerarenopleiding geadviseerd Opleidingsschool VPR als eerste in de regio het kwaliteitskeurmerk toe te kennen. Dat besluit is ook zo genomen en vervolgens is eind december tijdens een feestelijke bijeenkomst het keurmerk uitgereikt.
3.1.2.1
Stadsregionale samenwerking ten behoeve van de werving van docenten Ook dit jaar hebben Penta College en Onderwijsgroep Galilei intensief samengewerkt in de regiegroep van Platform Onderwijs Arbeidsmarkt Rijnmond. Het programma van dit platform dat gesubsidieerd wordt door het Ministerie van OCW bestaat uit verschillende deelprojecten. Die projecten zijn gericht op uitbreiding van de deeltijdfactor van parttimers, opleiden in eigen school, coaching van nieuwe docenten, stimulering van 2e graad docenten tot het behalen van een 1e graad bevoegdheid en het creëren van nieuwe onderwijsfuncties. Het project is in 2012 afgerond en heeft aansprekende resultaten opgeleverd. In het duale traject – werken en leren – zijn in totaal ongeveer 50 oud-leerlingen werkzaam. Gezamenlijk met de lerarenopleiding zijn rond 135 leraren geschoold in het coachen van nieuwe docenten
14
en 25 tweedegraads docenten zijn, gefaciliteerd door het Platform, in twee tranches gestart met hun educatieve masteropleiding die in de meeste gevallen driejarig is. In de tweede tranche is het volledig gegaan om opleidingen in de tekortvakken. Mede dankzij deze resultaten, is de medewerking verkregen van het Ministerie van OCW om in 2013 tot een doorstart te komen. In het nieuwe project zal de aandacht liggen op docenten voor het vmbo en het praktijkonderwijs, versterken digitale didactiek, meer gepromoveerden voor de klas en het realiseren van een combitraject academische 1e graad bevoegdheid én de vakmaster. 3.2
Ziekteverzuimbeleid In 2012 hebben wij ons uitgesproken over een verlenging van het contract met onze bedrijfsgezondheidsdienst Tredin tot 1 juli 2013. Kenmerkend voor Tredin is de intensieve samenwerking met de schoolorganisatie. De arbeidsdeskundige is in plaats van de bedrijfsarts in de eerste lijn geplaatst en begeleidt de leidinggevenden binnen de school in het steeds zelfstandiger uitvoeren van het ziekteverzuimbeleid. Zij gaan met de betreffende personeelsleden regelmatig in gesprek, waarbij het uitgangspunt is wat de betrokken collega nog wel kan. De samenwerking met Tredin heeft de uitvoering van het ziekteverzuimbeleid ontegenzeggelijk een kwaliteitsimpuls gegeven in de afgelopen jaren.
3.2.1
Voorbereiding aanbesteding bedrijfsgezondheidszorg in 2013 In overleg met de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad zijn in het najaar de kaders bepaald voor de aan het einde van dit jaar te starten aanbesteding bedrijfsgezondheidszorg. De aanbesteding wordt begeleid door een werkgroep bestaande uit een schoolleider, een medewerker personeelszaken van een van de scholen, een lid van de (P)GMR en de stafmedewerker personeel en organisatie van het bestuurskantoor. De werkgroep wordt hierbij door een externe organisatie ondersteund.
3.2.1.1
Ziekteverzuim schooljaar
Maerlant
Helinium
P C Brielle
PC Spijkenisse
De Ring van Putten
De Eilanden
%
zmf
%
zmf
%
zmf
%
zmf
%
zmf
%
zmf
2007/2008
3,4%
1,73
6,4%
2,34
10,1%
3,26
7,1%
2,05
2,2%
1,54
7,7%
2,19
2008/2009
6,2%
1,57
6,8%
2,13
12,7%
1,5
7,2%
1,65
3,5%
1,96
7,9%
2,35
2009/2010
6,8%
1,45
7,3%
2,05
29,1%
1,66
7,4%
1,49
5,4%
1,71
5,1%
2,02
2010/2011
7,3%
1,74
6,8%
2,08
11,5%
1,35
4,2%
1,45
6,7%
2,02
2011/2012
7,5%
1.37
6,1%
1.70
6.2%
1,58
4,1%
1,49
11,3%
2,50
De cijfers van Helinium, de Praktijk Colleges en De Ring van Putten tonen een positieve ontwikkeling. Maerlant toont met betrekking tot ziekteverzuim en De Eilanden met betrekking tot ziekteverzuim en ziekmeldingsfrequente een omgekeerd beeld. Stijging van percentages is niet los te zien van trajecten waar de scholen mee te maken hebben in het kader van betrekken van nieuwbouw (Maerlant) maar vooral de verbetering van onderwijsresultaten en pedagogisch-didactisch handelen. Landelijk was voor het voortgezet onderwijs in deze periode sprake van 5,3% ziekteverzuim en een ziekmeldingfrequentie van 1,57. 3.3
Strategisch beleidsplan 2012-2016 en meerjaren personeelsbeleid In het nieuwe strategische beleidsplan staat de ontwikkeling van ons personeel centraal in de richting van het onder 1.5.2 beschreven streefbeeld. Concreet betekent dit dat faciliteren en stimuleren van de volgende resultaatdoelstellingen richtinggevend is voor ons personeelsbeleid in de komende jaren. Elk personeelslid a.
krijgt in elk even jaar, voor het eerst volledig in 2014, een beoordelingsgesprek; 15
b. c.
neemt met betrekking tot opbrengstgericht werken in elk jaar nieuwe activiteiten en vorderingen in het (digitaal) portfolio op; neemt met betrekking tot omgaan met verschillen tussen leerlingen in elk jaar nieuwe activiteiten en vorderingen in het (digitaal) portfolio op.
Elke schoolleider d. e. f.
neemt in elk jaar deel aan het bovenschools uitwisselingsproject voor schoolleiders en neemt zijn bevindingen op in zijn digitaal portfolio; brengt aandachtspunten voor de eigen ontwikkeling in beeld. Het bestuur biedt de mogelijkheid dit te doen aan de hand van een ontwikkelassessment; elke startende leidinggevende volgt de basisopleiding voor schoolleiders.
Daarnaast zal het bestuur in 2013 een actief mobiliteitsbeleid formuleren dat personeel eveneens mogelijkheden tot leren en ontwikkeling biedt. 3.4
Beleid inzake de beheersing van uitkeringen na ontslag Vanaf 2010 worden de uitbetaalde uitkeringen twee maal per jaar opgevraagd en opgenomen als financiële verplichting in de jaarrekening. Hiermee loopt de Onderwijsgroep vooruit op de inhoudingen die door DUO veelal pas twee jaar later worden verwerkt op de bekostiging. In het tweede halfjaar van 2011 is het aantal uitkeringen sterk toegenomen. In dit jaar is besloten de 2e spoor reintegratie door een externe organisatie te laten begeleiden.
3.5
Beëindiging aanstelling directeur De Eilanden De aanstelling van mevrouw T. Pel-Langenberg is per 1 oktober beeindigd. Mevrouw Pel is na 2 jaar ziekte door UWV volledig en duurzaam arbeidsongeschikt verklaard.
4.
Financieel en materieel
4.1
Nieuwbouw Maerlant en Praktijk College in Brielle De oplevering van de nieuwbouw van Maerlant en het Praktijk College vond plaats op de geplande datum, begin juli 2012. Dat gold ook voor de inhuizing en daarna de in gebruik neming met ingang van het nieuwe schooljaar. Achteraf gezien, kijkend naar de uitvoering van werkzaamheden tot op dat laatstgenoemde moment en ook nog daarna, was het verstandiger geweest dit advies niet te volgen. Een inhuizing op een latere datum had veel problemen voor personeel en leerlingen kunnen voorkomen.
4.2
Overdracht juridisch eigendom schoolgebouw èn sportvoorziening Maerlant Oorspronkelijk was de insteek van het bestuur dat alleen van het schoolgebouw het juridisch eigendom zou worden overgedragen. Beheer en exploitatie wilde het bestuur bij de gemeente Brielle laten gezien de risico’s met betrekking tot de uitbreiding van het complex ten behoeve van primair onderwijs en avondgebruik door sportverenigingen. Dat laatste blijft ons standpunt maar de overdracht van het juridisch eigendom naar Onderwijsgroep Galilei maakt het terugvorderen door de gemeente Brielle van ruim € 2.000.000 BTW in het kader van dit project mogelijk. Een en ander op basis van een uitspraak van de Hoge Raad ten gunste van de gemeente Albrandswaard in een soortgelijke situatie. Het bestuur heeft zijn medewerking aan deze constructie gegeven onder de schriftelijk vastgelegde voorwaarde dat een en ander de besprekingen over het beheer en exploitatie van de sporthal op geen enkele wijze zal beïnvloeden. De overdracht heeft vervolgens in de zomervakantie plaats gevonden. Naar verwachting zullen de besprekingen over beheer en exploitatie van de sporthal in 2013 worden afgerond.
16
4.3
Strategisch huisvestingsplan 2012 en doordecentralisatie huisvestingsmiddelen In 2010 zijn de besprekingen over de doordecentralisatie van huisvestingsmiddelen in Spijkenisse gestart. In 2011 heeft een nadere verkenning plaats gevonden met de financiëleen huisvestingsdeskundigen van de verschillende schoolbesturen. Na raadpleging van de commissie onderwijs van de gemeente Spijkenisse is het traject gezamenlijk – schoolbesturen en gemeente – voortgezet. Vervolgens heeft in 2012 geen voortgang plaats gevonden. Het wachten is op een nader standpunt van de gemeente Spijkenisse in deze. De besprekingen met betrekking tot het strategisch huisvestingsplan van onze onderwijsgroep zijn in dit jaar afgerond. Het plan is voor de zomervakantie vastgesteld.
4.3.1
Uitwerking strategisch huisvestingsbeleid met betrekking tot Helinium In dit kader zijn de doelen vanuit ons strategisch huisvestingsplan met de gemeente Hellevoetsluis besproken. Het betreft hierbij vooral de inbreng van de verschillende partners in het bestuur van de stichting TPH (Helinium, Jacob van Liesveldt en ROC Albeda), het bepalen en het realiseren van het noodzakelijke ruimtebeslag door Helinium, het benutten van die ruimte door Jacob van Liesveldt, de positie van ROC Albeda en de rol van de gemeente Hellevoetsluis in deze. Kortom het aanspreken van de verschillende partners op de gezamenlijk verantwoordelijkheid in deze zoals die in de statuten is verwoord.
4.4
Europese aanbesteding In dit jaar waren (Europese) aanbestedingen aan de orde met betrekking tot de inrichting van Maerlant. Alle procedures werden begeleid door externen.
4.5
Sluipende bezuinigingen Hoewel het huidige kabinet geen bezuinigingen in het voortgezet onderwijs heeft aangekondigd voor deze periode, is er in deze jaren wel sprake van bezuinigingen van voorgaande kabinetten en lastenverhogingen die niet of niet volledig gecompenseerd worden door het kabinet. In dit kader gaat het om het niet indexeren van de materiele bekostiging, het niet (volledig) compenseren van verhogingen van sociale premies en pensioenpremies en het niet compenseren van de BTW verhoging per 1 oktober. Met de structurele bezuinigingen uit eerdere jaren beginnen we nu de 2 miljoen euro te naderen op een exploitatie van 36 miljoen.
17
5.
Financiële situatie op de balansdatum
5.1
Balans Weerstandsvermogen Signaleringsgrens weerstandsvermogen
12,8%
We passen hierbij de berekening toe die recht doet aan het begrip weerstandsvermogen. Het privaat vermogen en de bestemmingsreserve spaarbapo blijven hierbij buiten beschouwing. Op basis van het huidige risicoprofiel van de stichting wordt een weerstandsvermogen beoogd van tussen de 10 en de 15% . Op basis van de meest recente meerjarenbegroting lijkt dit doel ook binnen de komende 4 jaar te behalen. Financieel beoordelingskader Ministerie van OCW Voor de Onderwijsgroep Galilei ziet het beoordelingskader er als volgt uit: kengetal
2012
2011 Norm
Vermogensbeheer Solvabiliteit Kapitalisatiefactor
49,9% 26,0%
46,8% 31,6%
0,58 1,3%
0,97 -1,4%
>20% <=35%
Budgetbeheer Liquiditeit Rentabiliteit
tussen 0,5 en 1,5 tussen 0% en 5%
Overwegend blijft de onderwijsgroep binnen de gestelde financiële kaders. De onderwijsgroep heeft haar P&C cyclus dusdanig ingericht dat gedurende het jaar binnen redelijke kaders op het financiële resultaat gestuurd kan worden. Zo was voor 2012 tot begin oktober een klein positief resultaat voorzien. Medio oktober is door het Rijk extra geld beschikbaar gesteld ter grootte van € 376.000,-. Gezien het late tijdstip in het jaar, het verrassende karakter en de beperkte tijd om de middelen in te zetten, heeft dit het resultaat positief beïnvloed. Hieronder zijn de posten opgesomd die het resultaat over 2012 in zekere mate hebben beïnvloed. Omschrijving Rijksbijdrage OCW Personele lumpsum: kabinetsbijdrage geen CAO verhoging lonen en salarissen (2,25%) Stijging sociale lasten en pensioenen 2012 minus kabinetsbijdrage 2012 Materiële lumpsum: prijscompensatie 2011 prijscompensatie 2012 verhoging leermiddelen 2011 verhoging leermiddelen 2012 toekenning VSV extra Lasten Personele lasten: hogere inzet formatie voorziening personele verplichtingen WW- uitkeringen stijging aantal leerlingen per 1-8 Ov.instellingslasten: Extra inzet PR en marketing
Bedragen x € 1.000,Structureel Incidenteel
N 679 N 271 V 110 V 109 V 39 V 39 V 79
N 148 N 57 N 84 N 63
In de planning en control cyclus is al geanticipeerd op de eerste twee posten en is er in de begroting en het formatieplan rekening mee gehouden.
18
5.2
Exploitatie Een toelichting op de verschillen met de begroting 2012 is hieronder weer gegeven. Toelichting op het resultaat (bedragen x € 1.000,- / N=Nadelig V=Voordelig ten opzichte van de begroting)
Resultaat begroting
+ 269
Begrotingswijzigingen bij 1e kwartaalrapportage: -verhoging personeelslasten a.g.v. stijging sociale lasten en pensioenpremie -verhoging materiele lasten a.g.v. btw-verhoging per 1-10-2012
- 372 - 30
Begrotingswijzigingen bij 3e kwartaalrapportage: -verhoging personele lumpsum (wijziging GPL oktober 2012) -verhoging materiele lumpsum 2012 en 2011 (circulaire oktober 2012) -verhoging lumpsum leermiddelen 2012 en 2011 ((circulaire oktober 2012) -toekenning Prestatiebox en VSVextra
+ + + +
101 219 78 624
Resultaat begroting na begrotingswijzigingen
+
889
Rubriek BATEN Rijksbijdrage
Omschrijving 3.1.1
3.1.2
3.1.2 3.1.2
Overige bijdragen Overige baten
Lumpsum : hoger aantal leerlingen en lager gemiddeld bedrag als gevolg van andere samenstelling -/- kabinetsbijdrage sociale lasten Doelsubsidies: hogere vrijval a.g.v. toename gebruik in activiteiten (hogere kosten in rubriek 4.1 en 4.4)
V
17
V
127
Doelsubsidies: functiemix (hogere kosten rubriek 4.1) Vrijval egalisatierekening: hogere vrijval a.g.v. versnelde afschrijving investeringen (hogere kosten in rubriek 4.2) Lagere subsidie Platform en gemeenten
V
367
V
87
N
71
Hogere inkomsten vergoeding personeel (hogere kosten 4.1) Hogere inkomsten vergoeding materieel (hogere kosten 4.4.2 en 4.4.4) i.v.m. activiteiten en projecten Baten voorgaande jaren Overige bijdragen derden Overige
V
353
V
399
Totaal baten LASTEN Personeelslasten
Bedrag
Hogere inzet formatie Hogere inzet formatie gedekt vanuit doelsubsidies en overige bijdragen en baten Hogere inzet formatie i.v.m hogere aantal leerlingen per 1-8 Hogere kosten a.g.v. functiemix Hogere WW-en wachtgeld kosten
V 24 V 72 V 37 V 1.412
N N
148 488
N
84
N N
367 57
Afschrijvingen
Versnelde afschrijving gebouwen en inventaris Maerlant
N
128
Huisvestingslasten
Hogere kosten schoonmaak (verkeerd begroot) Lagere kosten energie en water
N V
123 66
19
Rubriek
Omschrijving
Huisvestingslasten Ov. instellingslasten
Extra kosten nieuwbouw en uit – en verhuizing Externe deskundigen nieuwbouw, organisatiestructuur en juridische ondersteuning personeel Overige posten
N N
54 74
V
19
ICT implementatie nieuwbouw
N
32
Lagere kosten leermiddelen Overige posten
V N
33 3
Schoolreisjes en activiteiten (zie ook Overige baten ) Hogere inzet PR en marketing projecten en ov. onderwijskosten (oa. activiteiten gedekt door doelsubsidies en ov baten , onder Baten 3.1.2 en 3.5.8) Kosten ten laste van bestemmingsfonds RvP via resultaatbestemming Kosten voorgaande jaren en afboeken vorderingen/subsidies Overige posten
N N N
241 63 98
N
51
N
23
V
25
Adm. en beheer
Inventaris, apparatuur en leermiddelen
Overige
Bedrag
Totaal lasten FINANCIELE BATEN EN LASTEN Fin. Baten en lasten
Resultaat volgens jaarrekening
5.3
N 1.891
Hoger rentepercentage dan geraamd en hoger gemiddeld saldo door later uitgevoerde investeringen
V
+
99
509
Vavo – regeling Over het schooljaar 2012-2013 is er in het kader van de Vavo regeling een samenwerkingsovereenkomst met het Zadkine-college en het Albeda college aangegaan. In totaal hebben er 32 leerlingen van deze regeling gebruik gemaakt. Financieel zal dit pas in de bekostiging en de jaarrekening van 2013 tot uitdrukking komen.
20
5.4
Begroting 2013 Goedgekeurd door de Raad van toezicht op 17 december 2012. (bedragen x € 1.000,-) 2013 € 3 3.1 3.2 3.5
Baten Rijksbijdragen OCenW Overige overheidsbijdragen Overige baten
36.664 181 1.274
Totaal baten 4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten
38.119
30.180 1.821 2.718 3.654
Totaal lasten
38.373
Saldo baten en lasten 5 5.1 5.2
Financiële baten en lasten Financiële baten Financiële lasten Saldo financiële baten en lasten Resultaat uit gewone bedrijfsvoering
-254
67 15 52 -202
In deze begroting is de korting op de personele lumpsum opgenomen ter grootte van circa 300.000,-. Het betreft hier de kasschuif van 2010 die in oktober 2012 , verstopt in de nieuwe cirulaire, alsnog in mindering is gebracht op de bekostiging ondanks andere toezeggingen vanuit het vorige kabinet. Begin 2013 is een bezuinigingstaakstelling afgesproken voor het bedrag van € 202.000,- , wat gedurende het lopende jaar gerealiseerd moet worden.
21
5.5
Treasury beleid In 2007 is het Beleggings- en financieringsstatuut van de Onderwijsgroep Galilei door het bestuur vastgesteld. Het hierin vastgestelde treasurybeleid vindt plaats binnen de kaders van de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 16 september 2009, nr. FEZ/CC2009/150185, houdende regels over het beleggen en belenen van publieke middelen (Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek). De doelstellingen behelzen het volgende : a. het zorgdragen voor de tijdige beschikbaarheid van de benodigde geldmiddelen tegen acceptabele condities (beschikbaarheid); b. het minimaliseren van de kosten van leningen (kostenminimalisatie); c. het optimaliseren van het rendement van de overtollige liquide middelen binnen de kaders van het treasurystatuut (rentemaximalisatie); d. het beheersen en bewaken van financiële risico’s die aan de financiële posities en geldstromen van de instelling zijn verbonden (risicominimalisatie); e. het bestuur treedt niet als bankier op Beschikbaarheid Alle spaar- en betaalrekeningen zijn afgesloten bij de Rabobank. De middelen zijn te aller tijde vrij beschikbaar zonder boete. Kostenminimalisatie Met het oog op de investeringen in de nieuwbouw van Brielle is er een kredietovereenkomst afgesloten met de Rabobank. Deze overeenkomst dient slechts als vangnet. De meest recente liquiditeitsplanningen laten ook zien dat er op korte termijn geen beroep op hoeft te worden gedaan. Rentemaximalisatie De bandbreedte tussen de totale liquide positie en het saldo op de spaarrekeningen is vrij beperkt, met uitzondering van de pieken, die plaats vinden rond de uitbetaling van de bekostiging (de 23ste van de maand). Dit betekent dat er gedurende het jaar goed gestuurd is op het efficiënt wegzetten van de overtollige liquide middelen. Risicominimalisatie De risico’s zijn onder te verdelen in 3 categorieën: Debiteurenrisico Tijdens de verslagperiode zijn de bestaande middelen ondergebracht bij onze huisbankier de Rabobank en Robeco (100% dochter Rabobank) . De Rabobank heeft een AA2-rating. De mogelijkheid om de overtollige middelen over meer banken te spreiden is zeer beperkt. Het treasury statuut vereist dat een bank waar wij middelen onderbrengen een minimale rating heeft van AA. Naast de Rabobank voldeden de volgende nederlandse banken hieraan: •Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) AAA •ABN Amro A2 •ING A2 De ABN Amro en de ING zijn gezakt onder de vereiste AA-rating en voldoen daarmee niet meer aan de voorwaarden van het Treasurystatuut. Renterisico De vergoeding is over 2012 gedaald van 2,5 % naar 2,2%. De middelen zijn te allen tijde boetevrij beschikbaar.
22
Interne liquiditeitenrisico Voor de nieuwbouw in Brielle, welke volgens planning in 2012 opgeleverd is, zijn in 2011 en 2012 een aantal financieringsopties onderzocht. Dit betreft: •Financiering door huisbankier Rabobank (gerealiseerd) •Outsourcen WKO-installatie bij Eneco (realisatie mei 2013) •Leasing ICT-apparatuur (gerealiseerd) Prognose van de financieringsbehoefte op middellange termijn In de begrotingscyclus wordt vanaf 2009 standaard een meerjaren liquiditeitsbegroting opgesteld. Uit de begroting 2013 blijkt vooralsnog niet dat er behoefte is aan externe financiering. Niettemin is er, in het kader van de investeringen in de nieuwbouw van Brielle, een kredietovereenkomst afgesloten met de Rabobank. Deze heeft de functie als vangnet en zal niet direct nodig zijn.
23
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B. Jaarrekening
24
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B1
Grondslagen Grondslagen voor de jaarrekening Bij het opstellen van de jaarrekening zijn de inrichtingsvereisten van boek 2, titel 9 van het Burgerlijk Wetboek en de adviezen van de Raad voor de Jaarverslaggeving, die worden gepubliceerd in de zogeheten RJ-bundel, toegepast. Hierbij zijn de specifieke bepalingen en modellen voor onderwijsinstellingen (RJ 660) leidend. Waardering van de activa en passiva De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs minus afschrijvingen. De overige activa en passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij anders is vermeld. Resultaatbepaling De baten en lasten zijn toegekend aan het boekjaar waarop deze betrekking hebben. Op materiële vaste activa wordt afgeschreven op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur. Materiële vaste activa Het schoolbestuur is juridisch eigenaar van de schoolgebouwen terwijl het economische eigendom daarentegen per 1 januari 1997 van de rijksoverheid naar de lokale overheid is overgegaan. De waardering van de gebouwen waarover het schoolbestuur niet vrijelijk kan beschikken, leidt niet tot een toename van het eigen vermogen van het instituut en wordt dan ook als nihil opgenomen. De activa die onder "Gebouwen en terreinen" zijn opgenomen betreffen dan ook grotendeels verstrekte middelen t.b.v. het onderhoud c.q. renovatie van de gebouwen. Het betreft hier middelen waarvoor rijksgeld in de sfeer van de exploitatie in vorige dienstjaren is gereserveerd.
25
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B1
Grondslagen Voor de activeringsgrenzen worden de volgende regels gehanteerd: Verbouwingen: hiervan is sprake indien er nieuwe ruimten aan het gebouw worden toegevoegd. Interne verbouwingen: hiervan is sprake indien er intern herschikking van ruimten plaatsvindt, dan wel ingrijpende wijzigingen aan bestaande ruimten worden uitgevoerd. Hierbij blijft het uitgangspunt dat verbouwingen een duurzame waardevermeerdering van de gebouwen tot stand moeten brengen. In andere gevallen dienen verbouwingen ten laste van de onderhoudsvoorziening te worden gebracht. Overige: ondergrens voor activering € 500. Soort actief Terreinen Gebouwen Verbouwingen Interne verbouwing Machines en installaties Schoolmeubilair Stoffering
Duurzame apparatuur Leermiddelen Boeken
Audio-visuele middelen Overige inventaris ICT
Afschrijvingstermijn Geen 40 jaar 30 jaar 15 jaar 10 jaar 15 jaar 10 jaar 10 jaar 5 jaar 4 jaar 5 jaar 5 jaar 5 jaar
Voorraden De bedragen zijn opgenomen tegen inkoopprijs. Eigen vermogen Bestemmingsreserves Bestemmingsreserves worden gevormd voor toekomstige uitgaven die uit de huidige beschikbare middelen gedekt moeten worden. Voor de besteding van deze gelden zijn door het bestuur beperkingen opgelegd. Bestemmingsfondsen Bestemmingsreserves worden gevormd voor toekomstige uitgaven die uit de huidige beschikbare middelen gedekt moeten worden. Voor de besteding van deze gelden zijn door derden beperkingen opgelegd. Voorzieningen Op de balans worden voorzieningen opgenomen tegen naar hun aard duidelijk omschreven verplichtingen die op de balansdatum als waarschijnlijk of als vaststaand worden beschouwd, maar waarvan niet bekend is in welke omvang of wanneer zij zullen ontstaan. Tevens kunnen voorzieningen worden opgenomen tegen uitgaven die in een volgend boekjaar zullen worden gedaan, voor zover het doen van die uitgaven zijn oorsprong mede vindt voor het einde van het boekjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal boekjaren. Onderhoudsvoorzieningen De onderhoudsvoorziening is bepaald en berekend op basis van de uitgangspunten zoals opgenomen in de diverse meerjarenonderhoudsplannen.
26
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B1
Grondslagen Personele voorziening De personele voorziening is opgebouwd uit gespaarde en verlofuren. De voorziening Jubilea is vastgesteld voor personeel met een vast dienstverband in dienst op 31-12-2012. De toekomstige verplichtingen zijn berekend en contant gemaakt tegen 4%. De voorziening personele verplichtingen heeft betrekking op WW-verplichtingen, welke op individuele basis zijn vastgesteld. Hierbij is per ex-werknemer een waarschijnlijkheidspercentage opgenomen. Daarnaast zijn hierin de kosten opgenomen welke hoogstwaarschijnlijk voortvloeien uit een lopend arbeidsconflict. Kortlopende schulden Overlopende passiva Hieronder zijn opgenomen de geoormerkte en niet-geoormerkte subsidies van het ministerie van OCenW. Vrijval vindt plaats afhankelijk van de activiteiten en besteding in het verslagjaar. Het nog niet bestede saldo is opgenomen onder deze post. Dit geldt voor niet-geoormerkte subsidies alleen waarbij een causaal verband bestaat tussen de beschikbaar gestelde subsidie en de besteding. Op grond van RJ 640.415 en RJ 274.108 worden deze subsidies als exploitatiesubsidies aangemerkt. Niet-geoormerkte subsidies die niet aan deze eisen voldoen komen in het jaar van ontvangst geheel ten gunste van de exploitatie en worden in de regel beschouwd als aanvulling op de lumpsum. Daarnaast zijn onder deze post de reserveringen voor nog uit te betalen vakantiegeld opgenomen. Tevens is er met ingang van 2009 een verplichting opgenomen voor de opgebouwde rechten met betrekking tot de bindingstoelage. Valuta Alle vermelde bedragen zijn in Euro.
27
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B2
Balans per 31-12-2012
1
Activa
na bestemming resultaat 2 31-12-2012 €
31-12-2012 €
Vaste activa 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.5 1.3
1.4 1.4.1
Materiële vaste activa Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Leermiddelen Niet aan het proces dienstbare materiele vaste activa
5.334.415 5.128.244 846.402
3.437.616 3.363.605 847.592
5.396
1.7
7.656.178 0
Totaal vaste activa
11.314.457
7.656.178
0
1.918
549.446 0 0 0 0 0 567.250
1.918 288.461 0 0 0 0 0 541.992
1.116.696
830.453
Liquide middelen
3.362.360
7.318.007
Totaal vlottende activa
4.479.056
8.150.378
15.793.513
15.806.556
Totaal activa
3.719.355 1.922.252 36.060
Totaal vermogen
Financiële vaste activa
Vorderingen Debiteuren Kortlopende vorderingen op OCenW Groepsmaatschappijen Deelnemers / cursisten Overige overheden Overige vorderingen Overlopende activa
Eigen vermogen Algemene reserve Bestemmingsreserve Bestemmingsfonds privaat
31-12-2011 € 3.317.367 1.763.990 87.035
5.677.667
5.168.392
7.365
0 1.5 1.5.1 1.5.2 1.5.3 1.5.5 1.5.6 1.5.7 1.5.8
2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.5
11.314.457 0
Vlottende activa Voorraden Gebruiksgoederen
Passiva
31-12-2011 €
2.3 2.3.1 2.3.3
Voorzieningen Personeelsvoorzieningen Overige voorzieningen
2.4
Langlopende schulden
2.5 2.5.3 2.5.4 2.5.7 2.5.8 2.5.9 2.5.10
Kortlopende schulden Crediteuren OCW/EZ Belastingen en premies sociale verzekeringen Schulden terzake pensioenen Overige kortlopende schulden Overlopende passiva
Totaal passiva
430.927 1.766.605
569.158 1.661.680 2.197.532
2.230.838
153.542
0
561.799 151.692 1.510.361 454.085 932.898 4.153.937
493.341 151.692 1.782.161 404.935 838.897 4.736.300 7.764.772
8.407.326
15.793.513
15.806.556
28
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B3
Exploitatierekening 2012 2012 €
3 3.1 3.2 3.5
Baten Rijksbijdragen OCenW Overige overheidsbijdragen Overige baten
38.084.417 85.463 1.951.292
Totaal baten 4 4.1 4.2 4.3 4.4
Lasten Personele lasten Afschrijvingen Huisvestingslasten Overige instellingslasten
31.298.462 1.827.355 2.500.257 4.127.371
Saldo baten en lasten
Financiële baten en lasten Financiële baten Financiële lasten Saldo financiële baten en lasten
6 6.1 6.2
Buitengewone baten en lasten Buitengewone baten Buitengewone lasten Result.uit buitengewone bedrijfsvoering Exploitatieresultaat
Resultaatbestemming Toevoeging Algemene reserve Toevoeging reserve personeel Onttrekking spaarbapo Toevoeging reserve prestatiebox Onttrekking bestemmingsfonds
37.040.666 288.919 1.702.730 38.709.263
30.154.144 1.698.660 2.389.285 3.620.578
39.032.315
31.727.608 1.630.084 2.421.770 3.971.097
39.753.445
37.862.667
39.750.559
367.727
846.596
-718.244
154.605 13.057
Result.uit gewone bedrijfsvoering
2011 €
37.487.813 156.375 1.065.075 40.121.172
Totaal lasten
5 5.1 5.2
Begroting 2012 €
55.199 12.902
176.133 19.895
141.548
42.297
156.238
509.275
888.893
-562.006
0 0
0 0
0 0
0
0
0
509.275
888.893
-562.006
401.988 101.700 -208.814 265.376 -50.975
1.012.410 0 -123.517 0 0
-381.158 0 -119.801 0 -61.047
29
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B4
Kasstroomoverzicht 2012 2012 € Kasstroom uit operationele activiteiten Saldo baten en lasten
2011 €
367.727
-718.244 367.727
Aanpassingen voor: -Afschrijvingen -Mutaties voorzieningen
1.827.355 -33.306
-718.244 1.630.084 266.439
1.794.049 Veranderingen in vlottende middelen: -Voorraden -Vorderingen -Kortlopende schulden
1.918 -286.243 -642.553
Kasstroom uit bedrijfsoperaties Ontvangen interest Betaalde interest Buitengewoon resultaat
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa
-926.878
-324.527
1.234.898
853.752 176.133 -19.895 0
141.548
156.238
1.376.446
1.009.990
0 -5.485.635 0
Totale kasstroom uit investeringsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen Aflossing langlopende schulden
0 -1.558.265 0 -5.485.635
226.818 -73.276
Totale kasstroom uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen
Beginstand liquide middelen Mutatie liquide middelen
990 142.098 -467.615
154.605 -13.057 0
Totale kasstroom uit operationele activiteiten
-1.558.265
0 0 153.542
0
-3.955.647
-548.275
7.318.007 -3.955.647
Eindstand liquide middelen
1.896.523
7.866.282 -548.275 3.362.360
7.318.007
Dit overzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.
30
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
1
activa
1.2
Materiële vaste activa
1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.2.4 1.2.5
Gebouwen en terreinen Inventaris en apparatuur Andere vaste bedrijfsmiddelen (leermiddelen) In uitvoering en vooruitbetalingen Niet aan het proces dienstbare materiele vaste activa Totaal materiële vaste activa
Aanpassing Aanpassing Cumulatieve Cumulatieve Investering Aanschafprijs afschrijvingen 2012 2012 2012 € € €
Aanschafprijs t/m 31-12-2011 €
Cumulatieve afschrijvingen t/m 31-12-2011 €
5.686.321 8.753.056
2.248.705 5.389.451
3.437.616 3.363.605
2.375.819 2.713.940
1.220.228 1.157.590
1.220.228 1.157.590
479.020 949.301
6.841.912 10.309.406
1.507.497 5.181.162
5.334.415 5.128.244
1.824.459 0
976.867 0
847.592 0
395.874 0
369.388 0
369.388 0
397.064 0
1.850.945 0
1.004.543 0
846.402 0
24.282 16.288.118
16.917 8.631.940
7.365 7.656.178
0 5.485.633
13.327 2.760.533
13.327 2.760.533
1.969 1.827.354
10.955 19.013.218
5.559 7.698.761
5.396 11.314.457
Boekwaarde 31-12 2011 €
Boekwaarde 31-12-2011 €
1.3
Financiële vaste activa
1.3.5
Vorderingen op OCW
Investeringen en verstrekte leningen € 0 0
Totaal Financiële vaste activa
0
0
Desinvesteringen en afgeloste leningen € 0
0
Cumulatieve Afschrijving Aanschafprijs afschrijvingen Boekwaarde 2012 31-12-2012 31-12-2012 31-12-2012 € € € €
Resultaat Boekwaarde Deelnemingen 31-12-2012 € € 0 0
0
0
Toelichting: Voor de gebouwen in juridisch en economisch eigendom is de economische waarde volgens de WOZ-beschikking per 1-1-2012 vastgesteld op € 132.000 en bedraagt de boekwaarde op 31-12-2012 € 181.560,- . Op 1 school is versneld afgeschreven op de investeringen in de verlaten schoolgebouwen in verband de realisatie van nieuwbouw in 2012. Op 22 juli 2012 is de nieuwbouw in Brielle opgeleverd. Het totale budget van het project bedroeg 4,6 miljoen. De realisatie bedraagt uiteindelijk ook 4,6 miljoen. Naast nieuwe inventaris en apparatuur is er voor gekozen om ook te investeren in duurzaamheid, zoals de realisatie van een warmte-koude opslag (WKO). Er is verder voornamelijk geïnvesteerd in het vervangen en uitbreiden van inventaris en (ICT)apparatuur.
31
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
1
activa Vlottende activa
1.4
Voorraden
1.4.1
Gebruiksgoederen Drukwerk Lesmateriaal Kantinevoorraad
2012 €
2011 €
0 0 0
0 1.918 0
Totaal gebruiksgoederen
0
1.918
Totaal voorraden
0
1.918
1.5
Vorderingen
1.5.1 1.5.2
Debiteuren Kortlopende vorderingen op OCenW
1.5.3
Groepsmaatschappijen Rekening courant bestuurskantoor Verbonden partijen
1.5.5
Deelnemers / cursisten
1.5.6
Overige overheden Belastingdienst Gemeente Brielle Gemeente Spijkenisse Gemeente Hellevoetsluis
1.5.7
Overige vorderingen
1.5.8
Overlopende activa Nog te ontvangen div. vergoedingen Samenwerkingsverband VoPuRo Nog te ontvangen restitutie WAO/WGA Rek.courant Stichting TPH Voorschotten Vooruitbetaald Nog te ontvangen rente Overige Totaal overlopende activa Totaal vorderingen
2012 €
2011 € 549.446
288.461 0
0 0
0 0 0
0
0
0
0 0 0 0
0 0 0 0
0
0
0
84.284 1.000
84.284 1.000
27.120 18.470 6.240 307.226 77.000 45.910
0 18.470 4.854 250.792 150.765 31.827 567.250
541.992
1.116.696
830.453
Toelichting: In het eerste kwartaal van 2013 zijn de meeste overlopende vorderingen ontvangen. De vorderingen hebben een looptijd korter dan 1 jaar. Op de debiteuren is een voorziening voor oninbaarheid in mindering gebraht ter grootte van € 23.082,-
32
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
1 1.7
activa Liquide middelen
1.7.1 1.7.2 1.7.3
Kasmiddelen Bank- en girorekeningen Deposito's
11.336 182.904 3.168.120
14.817 503.994 6.799.196
Totaal liquide middelen
3.362.360
7.318.007
2012 €
2011 €
Toelichting: Over 2012 is een totaal bedrag van € 154.000 aan rentebaten ontvangen. Op een gemiddeld saldo van € 7,0 miljoen is er rendement van 2,2% behaald (2011: 2,3%).
33
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5 2 2.1
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans Passiva Eigen vermogen Saldo 31-12-2011 €
2.1.1
2.1.2
2.1.5
Mutaties Bestemming Overige resultaat 2012 mutaties 2012 € €
Saldo 31-12-2012 €
Algemene reserve Algemene reserve
3.317.367
401.988
0
3.719.355
Totaal algemene reserve
3.317.367
401.988
0
3.719.355
Reserve personeel Reserve spaarbapo Reserve prestatiebox
1.069.522 694.468
101.700 -208.814 265.376
0 0
1.171.222 485.654 265.376
Totaal bestemmingsreserves
1.763.990
158.262
0
1.922.252
87.035
-50.975
0
36.060
5.168.392
509.275
0
5.677.667
Bestemmingsreserve publiek
Bestemmingsfondsen privaat Bestemmingsfonds RvP Totaal eigen vermogen
Toelichting: Algemene reserve 1. weerstandvermogen (excl. spaarbapo en privaat vermogen) Ultimo 2012 bedraagt dit percentage 12,8% (5155953) / (40121172 + 154605) (eigen vermogen uitgedrukt in een percentage van alle baten in een jaar inclusief de financiële baten en exclusief de buitengewone baten)
2. risicoprofiel Het risicoprofiel is in het voorjaar 2013 geactualiseerd en heeft geresulteerd in de volgende inventarisatie: Onderdeel Risico's Personeel Hoge gemiddelde leeftijd Ziekteverzuim/WGA Verloop Leerlingen Ontwikkeling basisgeneratie Concurrentiepositie Onzekere financieringsstromen Materieel Organisatieontwikkeling en overig Kwaliteit van het onderwijs Gebouwen en inventaris Politiek
Totaal benodigd
Benodigde dekking 2.000.000
1.216.000
2.697.500
5.913.500
In de komende begrotingscyclus is er in de meerjarenbegroting een doelstelling vastgelegd die tot doel heeft om binnen 4 jaar de algemene reserve (weerstandsvermogen) op een peil te hebben van tussen de 10 en de 15%. Daarnaast zal het doorvoeren van verbeteringen en implementeren van nieuwe beheersmaatregelen de financiële gevolgen van de risico's moeten dempen.
34
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5 2
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans Passiva
Bestemmingsreserve Reserve personeel Voor het vaststellen van de uitgangspunten zijn de volgende beleidsdocumenten als basis gehanteerd: Weerstandsvermogen, bovenschoolse reserves en bapo-voorzieningen d.d. 6 november 2007 Mobiliteitsbeleid d.d. 8 januari 2007 Sociaal statuut d.d. 25 mei 2006 Vanuit de beleidsdocumenten hebben we de onderdelen geselecteerd waaruit kosten met enig materieel belang zouden kunnen volgen. Doel hierbij is met name de bovenmatige risico's met betrekking tot personeel op te vangen en deze kosten gezamenlijk als schoolbestuur te dragen. 1. juridische ondersteuning voor personele vraagstukken Hierbij gaat het om de kosten van juridische adviseurs en van gerechtelijke procedures die vanuit het bestuurskantoor begeleid worden of door de bestuursmanager als zodanig zijn toegestaan. 2. personele frictie (tijdelijk) In beginsel worden tijdelijke fricties tussen personele baten en lasten door iedere school vanuit het eigen vermogen opgevangen. In dit kader gaat het om personeel dat – buiten directe invloed van de betreffende school – niet meer binnen de formatie van de overige scholen kan worden opgenomen. 3. sociaal statuut en mobiliteitsbeleid a. loonkosten boventalligheid In dit kader gaat het om personeel dat – buiten directe invloed van de betreffende school – niet meer binnen de formatie van de overige scholen kan worden opgenomen. b. scholing c. loopbaanadvies d. Outplacement e. Kwijtschelding studiekosten f. Vertrekpremie g. Onbetaald verlof met behoud van pensioenpremie h. Overig 4. nieuwe wachtgeldverplichtingen Voortkomend uit verminderde werkgelegenheid binnen het bestuur. 5. interim management Het gaat hierbij om de meerkosten van interim-management ten behoeve van de waarneming van de functie van directeur/rector.
35
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5 2
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans Passiva
Reserve spaarbapo
Reserve spaarbapo
Bestemd door
Verwachte besteding
bevoegd gezag
afloop nader te bepalen
De baten en lasten van deze regeling BAPO zullen met ingang van het verslagjaar 2010 via de staat van baten en lasten (exploitatierekening) gaan lopen. Onderwijsinstellingen en schoolbesturen die reeds een voorziening voor de toekomstige lasten vanuit de BAPO- regeling hebben gevormd, zijn op basis van deze regeling genoodzaakt de voorziening vrij te laten vallen ten gunste van het eigen vermogen (stelselwijziging). Op basis van alinea 208 van hoofdstuk 660 Onderwijsinstellingen bestaat voor het bestuur c.q. het bevoegd gezag van een onderwijsinstelling overigens de mogelijkheid om de toekomstige bestedingsmogelijkheid van het eigen vermogen te beperken en op grond daarvan een bestemmingsreserve (publiek) voor de BAPO te vormen. Toevoegingen en onttrekkingen worden vastgesteld via dezelfde rekenregels als voorheen bij de voorziening spaarbapo. De BAPO uren worden voor het netto aantal opgenomen (OP 65%; OOP 75%) en vermenigvuldigd met het voor dat jaar- en schoolsoort geldende GPL-bedrag. In de vaststelling wordt uitgegaan van een realisatiepercentage van 60%.
Reserve prestatiebox
Reserve prestatiebox
Bestemd door
Verwachte besteding
bevoegd gezag
afloop nader te bepalen
In het voorjaar van 2012 is de regeling Regeling Prestatiebox Voortgezet Onderwijs gepubliceerd. Uitbetaling van de eerste jaarschijf 2012 heeft in mei plaats gevonden. De uitwerking van de plannen is bij veel scholen pas na de zomervakantie opgepakt en zal bij de meeste pas eind 2012 , of zelfs begin 2013 uitgerold worden en dus tot (extra) uitgaven leiden. Basis van het uit te voeren beleid ligt in de plannen van aanpak van de scholen. In een meerjarenoverzicht worden de uitgaven afgezet tegen de inkomsten vanuit de prestatiebox. Dit vormt de rekenkundige basis voor de dotatie. Op dit moment heeft alleen het Helinium op deze wijze de middelen toegewezen. Bestemmingsfonds privaat
Bestemmingsfonds RvP
Bestemd door
Verwachte besteding
Steunstichting RvP
afloop t/m 2013
Het bestuur van de steunstichting Ring van Putten heeft in de buitengewone bestuursvergadering van 3 december 2009 besloten te streven naar opheffing. Het in de stichting opgebouwde vermogen zal conform de statuten worden aangewend ten goede van de leerlingen. Vooruitlopend aan de opheffing is in 2009 een bedrag van € 300.000 overgedragen aan de school de Ring van Putten. De school moet de gelden aanwenden voor de door de steunstichting aangegeven doelen.
36
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5 2
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans Passiva Verloop 2012 Saldo 1-1-2012 Ontvangen 2012
87.035 0 (via Overige baten)
Uitgaven:
-50.975 (via Overige instellingslasten) Saldo 31-12-2012
36.060
37
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5 2 2.3
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans Passiva Voorzieningen Saldo 31-12-2011 €
2.3.1
Vrijval 2012 €
Saldo 31-12-2012 €
Onderverdeling saldo 2012 < 1 jaar 1-5 jaar > 5 jaar €
€
€
Personeelsvoorzieningen Voorziening Jubilea Voorziening personele verplichtingen
2.3.3
Mutaties Onttrekkingen 2012 €
Dotaties 2012 €
269.393 299.765
886 70.106
0 111.630
53.167 44.426
217.112 213.815
36.030 106.145
128.131 107.670
52.951 0
Onderhoud
1.661.680
429.950
325.025
0
1.766.605
451.635
912.975
401.995
Totaal voorzieningen
2.230.838
500.942
436.655
97.593
2.197.532
593.810
1.148.776
454.946
Toelichting: Voor de nieuwbouw in Brielle zal vanaf 2013 een voorziening onderhoud worden gevormd op basis van het dan opgeleverde meerjarenonderhoudsplan. De voorziening personele verplichtingen bestaat uit toegekende wettelijke en bovenwettelijke ww uitkeringen welke voor 25% ten laste vande stichting worden gebracht. 2.4
Langlopende schulden
Mutaties Aangegane leningen 2012 €
Saldo 31-12-2011 € 2.4.5
Aflossingen 2012 €
Renteper centage Saldo 31-12-2012 € %
Leasecontract ICT -wireless Brielle
0
226.818
73.276
153.542
Totaal langlopende schulden
0
226.818
73.276
153.542
0,00
Reste rende looptijd <1 jaar in jaren € 2
1-5 jaar €
76.771
76.771
76.771
76.771
Het betreft hier een financial leasecontract met de Lage Landen. Hierbij gelden o.a. de volgende voorwaarden: Met betrekking tot de verzekering geldt dat de Stichting de apparatuur zal doen verzekeren Na betaling van de laatste termijn gaat de eigendom van de apparatuur over op de Stichting zonder dat daartoe een bijzondere leveringshandeling is vereist. 38
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5 2 2.5
2.5.3 2.5.4 2.5.5
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans Passiva Kortlopende schulden
31-12-2012 € €
Crediteuren OCW/EZ Schulden aan groepsmaatschappijen Rekening courant bestuurskantoor
2.5.7
Belastingen en premies sociale verzekeringen
2.5.8
Schulden terzake pensioenen
2.5.9
Overige kortlopende schulden Kruisposten Nog te betalen kosten Borg leerlingen/ouders Gemeente Hellevoetsluis Gemeente Brielle Rek.courant Stichting TPH Nog te betalen salariskosten Overige
31-12-2011 €
€
561.799 151.692
493.341 151.692
0
0
1.510.361
1.782.161
454.085
404.935
-4.397 752.840 24.030 0 92.240 26.490 -5.532 47.227
15.000 549.802 67.412 0 75.240 53.651 6.194 71.598 932.898
2.5.10
Overlopende passiva Geoormerkte subsidies OC en W Niet-geoormerkte subsidies OC en W Vooruitontvangen investeringssubsidies Vooruitontvangen bedragen Vakantiegeld / Bindingstoelage
Totaal kortlopende schulden
22.451 1.096.195 1.712.295 221.354 1.101.642
838.897
24.333 1.326.145 2.102.812 163.206 1.119.804 4.153.937
4.736.300
7.764.772
8.407.326
Toelichting: 2.5.3 De crediteuren zijn vrijwel geheel in het eerste kwartaal van 2013 voldaan. 2.5.7 en 2.5.8 Het betreft hier de afdrachten aan de Belastingdienst en het ABP over december 2012. Conform de betaaltermijn zijn deze bedragen eind januari 2013 betaald. Daarnaast hebben we een bedrag opgenomen voor een verplichting die volgt uit een herziene beschikking gedifferentieerde WGA-premie over 2006 t/m 2010. Het merendeel van deze verplichtingen is inmiddels voldaan. 2.5.9 De nog te betalen kosten zijn grotendeels in het eerste kwartaal van 2013 voldaan. Borg leerlingen/ouders Dit betreft de borgstelling voor de kluisjes. Aan het einde van de schoolcarrière wordt dit bedrag geretourneerd.
39
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B5
Toelichting op de onderscheiden posten van de balans
2 Passiva 2.5.10 Geoormerkte subsidies: De investeringssubsidie voor Binnenmilieu is afgewikkeld en het terug te betalen bedrag is nu onder rubriek 2.5.4 onder gebracht. 2.5.10 Vooruitontvangen investeringssubsidies Saldo 31-12-2011 €
Ontvangen Investeringssubsidies €
Toegerekende subsidies -/-
Saldo 31-12-2012
€
€
2.102.812
0
390.517
1.712.295
2.102.812
0
390.517
1.712.295
Het betreft hier (semi)overheids investeringssubsidies welke, in een zelfde tempo als de afschrijvingen, vrijvallen ten gunste van de exploitatie. Zie rubriek 3.1.2 van de baten. Bovenstaand saldo bevat een bedrag van 1,4 miljoen met een langlopend karakter.
40
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B6
Niet in balans opgenomen rechten en verplichtingen
Soort verplichting Huur Huur Huur Huur contract contract contract
Krediet
Betreft
Duur
Ricoh kopieermachines Ricoh kopieermachines Ricoh kopieermachines Ricoh kopieermachines CSU schoonmaak gebouwen Tredin arbodienst WGA eigen risicodrager vanaf 1-1-2011
6 jaar 6 jaar 4 jaar 4 jaar 3 jaar 3 jaar 4 jaar
Omvang Einddatum per jaar 62.000 2013 12.381 2013 40.790 2014 40.000 2013 620.000 31-12-2014 76.500 31-7-2013 275.000 31-12-2015
Kredietfaciliteit Rabobank 1.500.000 Verstrekte zekerheden / voorwaarden: -Negative pledge en pari passu - Solvabiliteitsratio van minimaal 20% - Rentabiliteitsratio groter dan 0%. Indien in enig jaar sprake is van een negatief resultaat dient afgedekt te kunnen worden uit de gestalde liquiditeit. - Een maal per jaar , maar uiterlijk voor 30 juni ontvangt de bank de balans en winst- en verliesrekening met toelichting.
Pensioen / ABP Naar de stand van ultimo december 2012 is de dekkingsgraad van het pensioenfonds ABP 96% (bron website www.abp.nl ). In 2014 dient het pensioenfonds een dekkingsgraad van ten minste 105% te hebben. Het pensioenfonds verwacht hieraan te kunnen voldoen en voorziet geen noodzaak voor de aangesloten onderwijsinstellingen om extra stortingen te verrichten of om bijzondere premieverhogingen door te voeren (bron: website www.abp.nl ). De stichting heeft geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bedragen in geval van een tekort bij het pensioenfonds, anders dan het effect van hogere toekomstige premies. De stichting heeft daarom alleen de verschuldigde premies tot en met het einde van het boekjaar in de jaarrekening verantwoord. Soort recht vordering
OCW
2.205.200
Door invoering van de vereenvoudiging bekostiging voortgezet onderwijs wordt de rijksbijdrage vanaf 2006 berekend over kalenderjaren en niet meer over schooljaren. Hierdoor is de basis vervallen van het betaalritmeverschil en dus de vordering. Door het ministerie van OC en W is in de regeling "onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging bekostiging voortgezet onderwijs" toegestaan de vordering jaarlijks vast te stellen op 7,5 % van het personele gedeelte van de lumpsum. De vordering kan pas geïnd worden op het moment dat de school wordt opgeheven (en er is geen sprake van samenvoeging) op een andere datum dan 1 augustus. Onze stichting streeft continuiteit na en de kans dat de vordering tot uitkering leidt is vrijwel nihil.
41
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B7 Model E
Overzicht verbonden partijen
Brin
12RB
Naam
Stichting Technisch Paviljoen Hellevoetsluis
Juridische
Statutaire
Code
Eigen
Resultaat
Art.
vorm
zetel
activiteiten
vermogen
2012
2:403
€
€
BW
stichting
Hellevoetsluis
3
Totaal 31-12-2012
Nee
0
Deelname %
Consolidatie %
68%
0%
0
Toelichting Stichting Technisch Paviljoen Hellevoetsluis
De activiteiten van de Stichting bestaan voornamelijk uit het exploiteren en beheren van het registergoed Het Technisch Paviljoen 1 en 2 te Hellevoetsluis. De panden zijn eigendom van Sportfondsen H'sluis B.V. Deze vennootschap verhuurt de panden aan gemeente Hellevoetsluis. Gemeente Hellevoetsluis stelt de panden weer ter beschikking aan de Onderwijsgroep Galilei, waarvan o.a. participant Helinium deel uitmaakt. De zeggenschap binnen de Stichting is gelijk verdeeld over de drie partners: Albeda college, Jacob van Liesveldt en het Helinium. Er is dus geen overheersende zeggenschap. Per 1.1.2008 is het beheer en de financiële administratie overgenomen door Helinium. Afspraken tussen partijen worden vastgelegd in een service level agreement en jaarlijks geëvalueerd.
42
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B8
Toelichting op de onderscheiden posten van de exploitatierekening
3
Baten
3.1
Rijksbijdragen OCenW 2012 €
3.1.1
Normatieve Rijksbijdrage (VO) Rijksbijdrage personele lasten Rijksbijdrage materiële lasten
29.402.276 5.883.158
Totaal norm. Rijksbijdr. OCenW 3.1.2
3.2
Overige subsidies OC & W (Niet-)geoormerkte subsidies Toegerekende subsidies egalisatierekening
Begroting 2012 €
29.388.376 5.880.301 35.285.434
2.408.466 390.517
35.268.677
34.882.122
1.822.009 336.535
Totaal overige subsidies
2.798.983
2.219.136
2.158.544
Totaal rijksbijdragen
38.084.417
37.487.813
37.040.666
Overige overheidsbijdragen
Gemeentelijke bijdragen Fusiebijdrage gemeenten
Overige Totaal Overige Totaal overige overheidsbijdragen
Begroting 2012 €
36.673 0
Totaal Gemeentelijke bijdragen 3.2.2
29.267.758 5.614.364
1.915.420 303.716
2012 € 3.2.1
2011 €
43.700 0 36.673
48.790
51.250 0 43.700
112.675 48.790 85.463
2011 €
51.250 237.669
112.675 156.375
237.669 288.919
Toelichting: 3.1.1 Normatieve rijksbijdrage (VO) De bekostiging over 2012 is gebaseerd op het leerlingenaantal van 4.665 (begroot:4.653 2011 :4.680). Ondanks de kabinetsbijdrage en de verhoging van de materiele lumpsum is het gemiddelde bedrag per leerling gedaald t.o.v. 2011. Dit wordt veroorzaakt door het dalen van het aandeel PRO en LWOO leerlingen binnen de Onderwijsgroep.
3.1.2 (Niet-)geoormerkte subsidies In de begroting zijn alleen bedragen opgenomen voor de op dat moment bekende besteding van de doelsubsidies. Na het vaststellen van de begroting zijn nieuwe subsidies beschikbaar gekomen en is duidelijk geworden hoe bepaalde subsidies in 2012 besteed zullen gaan worden. Zo zijn in 2012 forse bedragen besteed voor de functiemix, VSV, VMBO-MBO2 , studieverlof docenten, prestatiebox en doorontwikkeling praktijkonderwijs. 3.2.2 Overige overheidsbijdragen In 2012 is er vergoeding ontvangen via het project Platform Onderwijsarbeidsmarkt.
43
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B8 3 3.5
Toelichting op de onderscheiden posten van de exploitatierekening Baten Overige baten 2012 €
3.5.1 3.5.5 3.5.6
Verhuur onroerende zaken Ouderbijdragen Overige baten Bijdragen derden TPH Overige vergoedingen personeel Boeken Kantine bijdragen derden Overige vergoedingen materieel Baten voorgaande jaren Overige
Begroting 2012 € 119.750 259.431
263.668 494.518 0 98.265 75.483 450.489 24.173 165.515
2011 €
135.000 190.489 220.000 142.029 0 88.800 2.800 196.757 0 89.200
129.175 230.057 238.320 336.434 0 97.304 61.233 412.851 56.605 140.751
Totaal overige baten
1.572.111
739.586
1.343.498
Totaal overige baten
1.951.292
1.065.075
1.702.730
Toelichting: Overige baten De vergoedingen onder Overige vergoedingen materieel zijn grotendeels voor schoolreisjes en activiteiten, welke niet in de begroting zijn opgenomen. Dit geldt evenzo voor de hieraan gekoppelde lasten onder de overige instellingslasten. Deelname aan deze activiteiten geschiedt op vrijwillige basis. Onder de Overige baten zijn de vergoedingen opgenomen voor projecten en plusklassen. Onder de overige instellingslasten zijn onder Projecten en ov.onderwijskosten de hieraan gekoppelde lasten terug te vinden.
44
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B8 4 4.1
Toelichting op de onderscheiden posten van de exploitatierekening Lasten Personele lasten 2012 €
4.1.1
Lonen en salarissen Brutolonen en salarissen Sociale lasten Pensioenpremies
Begroting 2012 €
23.757.008 2.659.494 3.560.624
29.215.510 0 0 29.977.126
4.1.2
Overige Dotatie personele voorzieningen Personeel niet in loondienst WGA e/r Nascholing Bedrijfsgezondheidszorg Overige
-26.602 380.217 269.171 207.846 104.297 541.439
4.1.3
29.215.510
30.215.409
195.470 422.197 277.493 288.433 97.070 324.780
1.476.368
948.634
1.605.443
-155.032
-10.000
-93.244
31.298.462
30.154.144
31.727.608
Uitkeringen (-/-) Totaal personele lasten
24.497.846 2.458.475 3.259.088
-67.786 95.000 278.000 264.700 93.050 285.670
Totaal overige personele lasten
2011 €
Toelichting: De gemiddelde formatie bedroeg over 2012 455 fte's (2011:475 fte's). Over 2012 zijn de totale kosten voor ziektevervanging gedaald ten opzichte van 2011 tot ruim € 586.000,- (2011: € 782.000 begroot: 582.000). Het hiermee samenhangende ziekteverzuimpercentage bedroeg over 2012 6,50% (2011: 8,11%). Over 2011 bedroeg het ziekteverzuimpercentage voor de sector VO 5,2% (2010:4,9%). Met ingang van 1 januari 2011 is de Onderwijsgroep Galilei eigen risicodrager voor de WGA. Het risico is nu ondergebracht bij een verzekeraar. Hiervoor wordt jaarlijks de premie betaald. 4.2
Afschrijvingen 2012 €
4.2.2 4.2.3 4.2.4 4.2.5
Begroting 2012 €
2011 €
Gebouwen Inventaris en apparatuur Vervoermiddelen Boeken/leermethoden
410.492 1.017.829 1.970 397.064
302.271 991.857 0 404.532
404.629 892.728 1.970 330.757
Totaal afschrijvingen
1.827.355
1.698.660
1.630.084
45
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B8 4 4.3
Toelichting op de onderscheiden posten van de exploitatierekening Lasten Huisvestingslasten 2012 €
4.3.1 4.3.2 4.3.3
4.3.4 4.3.5 4.3.6 4.3.7
Huur Verzekeringen Onderhoud Dotatie voorziening onderhoud Klein onderhoud en exploitatie Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Overige huisvestingslasten Tuinonderhoud Bewaking / beveiliging Huur containers en overige
151.961 0 429.950 162.695
404.390 188.180 592.645 725.854 790.753 30.001
17.304 57.699 134.040
Totaal overige huisvestingslasten Totaal huisvestingslasten
4.4
Administratie- en beheerslasten Administratie en beheer Accountantskosten controle jaarrekening en bekostiging Accountantskosten fiscale adviezen Telefoon- en portokosten e.d. Salarisverwerking Drukwerk Externe deskundigen Overige
Inventaris, apparatuur en leermiddelen Inventaris Apparatuur Leermiddelen Bibliotheek/mediatheek Overige: ICT kosten beheer & software Reproductie Abonnementen - tijdschriften Overige Totaal overige
592.570 792.250 668.000 53.670
657.965 824.539 613.171 39.125 19.450 34.346 89.839
209.043
151.125
143.635
2.500.257
2.389.285
2.421.770
Begroting 2012 €
2011 €
47.729
57.275
67.221
35.965 802 129.602 80.705 42.100 230.422 7.479
34.000
51.847
121.598 77.417 36.960 155.802 36.266
130.762 82.940 45.232 284.970 7.530
574.804
519.318
670.502
45.333 42.826 1.150.524 6.452
45.900 111.152 1.183.499 6.675
63.394 39.037 1.159.072 6.716
432.712 276.320 23.804 15.329
332.000 277.055 16.314 18.415
383.287 261.860 24.433 8.337
748.165
643.784
677.917
1.993.300
1.991.010
1.946.136
Dotatie overige voorzieningen
23.082
0
0
Totaal 4.4.3
23.082
0
0
Totaal 4.4.2 4.4.3
143.335 0
Overige instellingslasten
Totaal 4.4.1 4.4.2
2011 €
493.374 164.591
21.725 40.025 89.375
2012 € 4.4.1
Begroting 2012 € 131.670 0
46
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B8 4 4.4.4
Toelichting op de onderscheiden posten van de exploitatierekening Lasten 2012 € PR en marketing Representatiekosten Kantinekosten Excursies / werkweek / sportdagen Testen en Toetsen Medezeggenschapsraad Verzekeringen Contributies bestuurlijke organisaties Studiedagen en conferenties Projecten en ov. Onderwijskosten Overige
Begroting 2012 €
180.040 8.694 116.287 403.229 109.001 13.183 15.728 85.585 6.895 465.805 131.738
116.725 9.005 129.620 161.565 115.200 25.120 17.014 85.041 0 367.960 83.000
2011 € 106.730 9.103 129.609 321.242 111.538 19.528 15.277 86.373 6.960 410.524 137.575
Totaal 4.4.4
1.536.185
1.110.250
1.354.459
Totaal overige instellingslasten
4.127.371
3.620.578
3.971.097
47
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B8 5
Toelichting op de onderscheiden posten van de exploitatierekening Financiële baten en lasten 2012 €
5.1 5.1.1 5.1.2
Financiële baten Rentebaten Overige financiele baten
5.2 5.2.1 5.2.2
Financiële lasten Rentelasten Bankkosten
Begroting 2012 €
154.605 0
55.199 0 154.605
1.075 11.982
Saldo financiële baten en lasten
6
55.199
176.133 6.493 13.402
13.057
12.902
19.895
141.548
42.297
156.238
Buitengewone baten en lasten Begroting 2012 €
2011 €
Buitengewone baten 0
0 0
6.2
176.133 0
2.500 10.402
2012 € 6.1
2011 €
Buitengewone lasten Afboeking vordering OC en W
Saldo buitengewone baten en lasten
0
0 0
0
0 0
0
0
0
0
0
0
48
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
B 9 Model G Geoormerkte subsidies OCW G1 Omschrijving subsidieproject
Omschrijving
Datum en kenmerk
Totaalbedrag toewijzing
Ontvangen t/m: 2012 €
De prestatie is ultimo 2012 verslagjaar conform de subsidiebeschikking geheel uitgevoerd en nog niet geheel afgerond afgerond
G2 Omschrijving subsidieproject
A
Ontvangen
Besteed
€
€
t/m 31-12-2012
Saldo (2.5.10) €
Besteed t.b.v Besteed t.b.v Ontvangen exploitatie investeringen (3.1.2) (2.5.10) € € €
Te verrekenen (2.5.10) €
Geoormerkt en aflopend op 31-12-2012 Omschrijving Zij-instroom Doorontwikkeling PRO Doorontwikkeling PRO
Datum en kenmerk 369178 12-7-2011 486567 7-11-2012 486599 7-11-2012
Totaal B
t/m 31-12-2011
Totaalbedrag toewijzing 19.000 9.100 12.100
19.000
40.200
19.000
112.220 19.000 19.000 150.220
7.917
11.083 0 0
9.100 12.100
11.083 9.100 12.100
7.917
11.083
21.200
32.283
50.220 0 19.000
50.220 0 5.750
0 0 13.250
33.000 19.000
33.000 8.261 1.538
69.220
55.970
13.250
52.000
42.799
0 0 0
0
0
Geoormerkt en doorlopend na 2012 Omschrijving Leerlingen voor leerlingen Zij-instroom Zij-instroom Totaal
Datum en kenmerk BEK-10/98926 13-1-2011 468556 31-5-2012 386558 4-10-2011
0 10.739 11.712 0
22.451
49
50
51
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
C2
Gebeurtenissen na balansdatum
Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum
52
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
C3
Voorstel bestemming exploitatiesaldo
Het exploitatiesaldo over 2012 is volgens onderstaande verdeling aan de betreffende reserves toegevoegd danwel onttrokken. 2012 € Toevoeging Algemene reserve Toevoeging reserve personeel Onttrekking spaarbapo Toevoeging reserve prestatiebox Onttrekking bestemmingsfonds
401.988 101.700 -208.814 265.376 -50.975
509.275
53
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
D1
Gegevens over de rechtspersoon
Bestuursnummer Naam instelling
41594 Stichting Onderwijsgroep Galilei
Adres Postadres Postcode / Plaats Telefoon Fax E-mail Internet-site
Theemsweg 61 Postbus 121 3200 AC / Spijkenisse 0181-650955 0181-611303
Bestuurder Contactpersoon Telefoon Fax E-mail
H. den Haan dhr. G. Stam 0181-650954 0181-611303
[email protected]
Brinnummers
11ZH, 12RB, 14AP, 18VA, 19DH, 23AP
Fusiedatum
www.onderwijsgroepgalilei.nl
1-3-2006
54
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
Model F Wet Openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde Topinkomens WOPT
Functie
Duur dienstverband in het verslagjaar
Belastbaar loon
Voorzieningen tbv beloningen Uitkeringen in verband betaalbaar op termijn met beeindiging van het dienstverband (EUR) (EUR)
(EUR) In dienst van .. Tot .. 2012 2011 In 2012 en in 2011 zijn er geen werknemers in dienst die de drempels van de WOPT te boven gaan.
Totaal
(EUR) 2012
55
2011
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
Model H Bezoldiging van bestuurders en toezichthouders Is er een bezoldiging van de bestuurders J / N Is er een bezoldiging van de toezichthouders J / N Duur arbeidsovereenkomst/ Ingangs- datum werkzaamheden dienst- verband
Vanaf Bestuurders H. den Haan H. den Haan Totaal Toezichthouders A.J. van Gorsel P.A.H. Kortekaas H.C. Onnekink M. Trouwborst
1-8-2011 1-1-2013
1-8-2011 1-8-2011 1-8-2011 1-8-2011 A. Latenstein van Voorst-Woldringh 1-8-2011 N.A. Zevenbergen 1-8-2011 P.Slier 1-8-2011 Totaal
Tot
1-12-2012
1-8-2011
1-8-2011 1-8-2011 1-8-2011 1-8-2011 1-8-2011 1-8-2011 1-8-2011
1
Taakomvang
Dienstbetrekking (D) of op Interimbasis (I)
Periodiek betaalde beloningen*
Fte
D of I
2012 EUR
D
D D D D D D D
Bonusbetalingen/ gratificaties
Ontvangen Uitkeringen pensioenbijdrage wegens n/ beëindiging v/h beloningen dienstverband betaalbaar op termijn 2012 2012 EUR EUR
2012 EUR
123.955
0
19.886
0
123.955
0
19.886
0
4.475 4.475 5.500 4.475 7.925 4.475 4.475 35.800
0 0 0 0 0 0 0 0
0
0
56
Stichting Onderwijsgroep Galilei 41594- jaarverslag 2012
Vaststelling Jaarverslag 2012 Op 24 mei 2013 is het jaarverslag 2012 van de Stichting Onderwijsgroep Galilei vastgesteld.
H.den Haan Bestuurder Stichting Onderwijsgroep Galilei Op 27 mei 2013 is het jaarverslag 2012 van de Stichting Onderwijsgroep Galilei goedgekeurd.
A. Latenstein van Voorst-Woldringh voorzitter Raad van Toezicht
H.C. Onnekink vice-voorzitter Raad van Toezicht
A.J. van Gorsel lid Raad van Toezicht
P.A.H. Kortekaas lid Raad van Toezicht
M. Trouwborst lid Raad van Toezicht
N.A. Zevenbergen lid Raad van Toezicht
P.Slier lid Raad van Toezicht
57