Jaarverslag NCJ 2012
1
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1
3
3 4
5
5 6 7
Innovatie IT 1 Ouders en kinderen Centraal Extra contactmoment adolescenten I2 Herpositionering van de JGZ I3 Versterking van de JGZ in het CJG I4 Inzet van nieuwe (sociale) media
13
8 9 10 11
14 17 19
22 24 25 26
31
27 28
33
Inleiding
Actuele ontwikkelingen Leeswijzer
Hoofdstuk 2 De programmalijnen
Verbinding JGZ V1 Netwerken JGZ-‐organisaties V2 Netwerken stakeholders NCJ V3 Profilering binnen de JGZ
Kennis K1 Kennisinfrastructuur K2 Kwaliteitsbevordering K3 Actuele kennisthema’s
Informatisering Inf 1 Regie op informatisering Inf 2 Beheer Basisdataset JGZ Inf 3 Ontwikkeling en beheer Jeugd in Beeld (JIB) Inf 4 Verkenning Jeugdgezondheid
Additionele projecten Project K4 Uniforme vroegsignalering van taalstoornissen in de jeugdgezondheidszorg. Project K5 6190 Landelijke implementatie richtlijnen in de jeugdgezondheidszorg Project 6100 Blauwdruk Jeugd in Beeld (JIB). ESF project Van buiten, naar binnen, naar buiten
32
Bijlage Samenstelling (advies)commissies Kennis
2
Informatisering
34
3
Hoofdstuk 1
Inleiding De jeugdgezondheidszorg (JGZ) heeft een unieke positie in Nederland. De JGZ heeft een hoog bereik, heeft bijna alle kinderen in beeld, zeker in de jonge leeftijdscategorie, en een laagdrempelige toegang. Het NCJ richt zich als Innovatie-‐ en Kenniscentrum voor de JGZ op zowel de ondersteuning van JGZ-‐organisaties als op de context waarbinnen de JGZ opereert. Deze context wordt, gezien de actuele landelijke ontwikkelingen steeds belangrijker, waarbij de JGZ ervoor moet zorgen de meerwaarde van de JGZ te behouden en de zorg op kwalitatieve hoogwaardige wijze te blijven aanbieden.
Het is de missie van het NCJ om de fysieke, psychische en sociale gezondheid van kinderen in Nederland te bevorderen door het optimaliseren van de publieke zorg voor de jeugd. In 2012 is aan deze missie gewerkt binnen vier verschillende programmalijnen, Verbinding JGZ, Innovatie, Kennis en Informatisering. Daarbij heeft het NCJ ingespeeld op een aantal landelijke ontwikkelingen, de verbinding met JGZ-‐organisaties gezocht en zich gericht op het creëren van een optimale context waarbinnen de JGZ-‐organisaties hun werk doen.
Actuele ontwikkelingen Transitie De stelselherziening jeugd vraagt niet alleen van de jeugdzorg een transitie, maar heeft ook gevolgen voor de JGZ. Dit betekent onder andere dat de JGZ zich verder moet oriënteren op de rol en positie die zij inneemt in de CJG’s. Om JGZ-‐organisaties en gemeenten te ondersteunen bij de discussie over de rol van de JGZ heeft het NCJ in 2012 een notitie, Scenario’s voor de ontwikkeling JGZ-‐CJG, uitgebracht, waarin verschillende scenario’s over de positie van de JGZ in het CJG worden geschetst, rekening houdend met het krachtenveld in een gemeente. In het visiedocument Betrokken en Nabij schetst het NCJ de contouren van een toekomstvisie op de publieke zorg voor jeugd (PJZ). Gericht op normaliseren, het centraal stellen van jeugdigen en ouders, aansluiten bij de leefwereld van gezinnen en met een brede blik kijken naar veilig en gezond opgroeien. Betrokken en Nabij is besproken met stakeholders en onderwerp geweest tijdens een toogbijeenkomst met managers van JGZ-‐ organisaties. Verder heeft het NCJ een factsheet opgesteld over de meerwaarde van de JGZ dat JGZ-‐organisaties kunnen gebruiken in, onder meer, hun gesprekken met gemeenten.
Basisaanbod Preventie In 2012 heeft het ministerie van VWS de commissie de Winter ingesteld om het Basistakenpakket JGZ te evalueren en VWS te adviseren over een nieuw Basisaanbod Preventie (BAP) voor de JGZ. Daarop vooruitlopend, hebben op initiatief van het NCJ, ActiZ, GGD Nederland, AJN, V&VN en NVDA een standpunt ingenomen over het Basisaanbod Preventie en dit in november aangeboden aan de staatssecretaris van VWS. In dit standpunt wordt gepleit voor een breed basisaanbod waarin concrete steun en preventieve (voorlichtings-‐) activiteiten zijn opgenomen. Net als de andere partners in het Kennisprogramma Jeugd, is het NCJ gevraagd de commissie De Winter te ondersteunen; daartoe heeft het NCJ, samen met TNO en het NJi, het huidige basistakenpakket geëvalueerd op basis van de stand van de wetenschap en relevante maatschappelijke ontwikkelingen. Ook heeft het NCJ een aantal inhoudelijke vragen van de commissie beantwoord.
4
Passend Onderwijs Het wetsvoorstel Passend onderwijs verplicht scholen in een samenwerkingsverband een ondersteuningsplan op te stellen. Onderdeel hiervan is de samenwerking met zorg, waaronder jeugdgezondheidszorg. In de praktijk wordt dit al vormgegeven in de Zorg-‐ en Adviesteams. Over passend onderwijs en de rol die de JGZ daarbij kan innemen heeft het NCJ een factsheet uitgebracht.
Klantgerichtheid De trend is de eigen kracht van ouders en kinderen en jongeren te versterken. Hier heeft het NCJ al in 2011 met de handreiking Ouders centraal op ingespeeld. In 2012 is de focus gericht op jongeren, wat heeft geresulteerd in de handreiking Het vertrouwen krijgen van jongeren. Deze is aan alle congresdeelnemers van het Jaarcongres JGZ 2012 uitgereikt, samen met een waaier met overzicht van good practices op het gebied van werken met jongeren. Dit paste ook goed bij het congres thema Kansen door verandering. Eind 2012 heeft het NCJ een klantenpanel opgericht met vertegenwoordigers van ouder-‐ en kind-‐organisaties. Dit panel zal vanaf 2013 gevraagd worden aan diverse projecten hun inbreng te leveren, zodat het NCJ in haar projecten het perspectief van ouders en jongeren mee kan nemen.
DD-‐JGZ en LSP Het LSP (Landelijke Schakelpunt) is een beveiligde infrastructuur en schakelpunt om gestructureerde informatie over te dragen van de ene naar de andere zorgverlener. Het LSP is een centrale opslag van medische gegevens. In november 2012 is een convenant gesloten tussen zorgaanbieders, patiënten en zorgverzekeraars over het gebruik en de financiering van het LSP van 2013 tot 2016. ActiZ en GGD Nederland zijn overeengekomen met de Vereniging van Zorgaanbieders Voor Zorgcommunicatie (www.vzvz.nl) dat de JGZ haar dossiers kan uitwisselen via het LSP. Het NCJ heeft deze ontwikkeling ondersteund door de JGZ-‐organisaties te informeren over het nut en de noodzaak van het LSP door middel van een factsheet [link]. Tevens is samen met ActiZ en GGD Nederland een toogbijeenkomst (discussiebijeenkomst rond een thema) voor het management van JGZ-‐ organisaties georganiseerd.
Contacten met JGZ-‐organisaties Om steeds beter te kunnen aansluiten bij de behoeften van JGZ-‐organisaties heeft het NCJ in 2012 hard gewerkt aan het onderhouden van contacten met JGZ-‐organisaties. In 2012 zijn daartoe toogbijeenkomsten georganiseerd voor directeuren en hoofden JGZ om rond een actueel inhoudelijk thema van gedachten te wisselen. In de uitvoering van de projecten betrekt het NCJ in grote mate het JGZ-‐veld. In diverse adviescommissie of projectcommissies participeren dan ook vertegenwoordigers van het JGZ-‐veld, naast vertegenwoordigers van diverse stakeholders op het terrein van de zorg voor jeugd. Binnen het interne project ESF is een pilot uitgevoerd met accounthouderschap (zie paragraaf 2.5) om in de praktijk uit te testen of een één op één-‐relatie met de JGZ-‐organisaties op prijs wordt gesteld en van meerwaarde is. In 2012 is een stakeholdersonderzoek onder JGZ-‐organisaties en landelijke stakeholders uitgevoerd om inzicht te krijgen van beeld dat zij hebben van het NCJ en welke verwachtingen er leven over de invullen van rol en taken van het NCJ.
Leeswijzer In dit jaarverslag wordt eerst per programmalijn een korte inleiding gegeven, waarin de ambitie van de programmalijn is verwoord. Vervolgens wordt per project uit de programmalijn toegelicht welke resultaten zijn behaald en welke activiteiten hiervoor zijn ingezet.
5
Hoofdstuk 2 De programmalijnen In 2012 is aan de projecten gewerkt onder 4 programmalijnen, Verbinding JGZ, Innovatie, Kennis en Informatisering. Per programmalijn worden de project beschreven, de resultaten en de activiteiten toegelicht.
Verbinding JGZ Het doel van het programma Verbinding JGZ was het positioneren en versterken van de JGZ. Binnen deze lijn heeft het NCJ projecten uitgevoerd die bij hebben gedragen aan het versterken van de netwerken van JGZ-‐ organisaties en van andere partijen in de JGZ. Daarnaast heeft het NCJ binnen deze programmalijn gedeelde visies over actuele thema’s in de JGZ uitgedragen. Tot slot heeft de programmalijn Verbinding bijgedragen aan het versterken van de band tussen de JGZ-‐organisaties en het NCJ. Door deze versterkte band kan het NCJ in de toekomst nog beter met haar projecten aansluiten bij de JGZ-‐praktijk. Onder de programmalijn Verbinding JGZ vielen de projecten: V1 Netwerken JGZ-‐organisaties, V2 Netwerken stakeholders NCJ , V3 Profilering binnen de JGZ . In totaal zijn in deze programmalijn 1.366 uur ingezet, 101 uur meer dan begroot..
V1 Netwerken JGZ-‐organisaties Het doel van dit project was om JGZ-‐organisaties onderling te verbinden door het opzetten van een netwerk. Een tweede doel was om via dit netwerk urgente thema’s en knelpunten in de JGZ beter en sneller te signaleren.
Doelgroep Managers en hoofden JGZ.
Beoogde resultaten van het project · Het ontwikkelen van een door de managers gedragen structuur waarbinnen JGZ-‐managers met elkaar en het NCJ bijdragen aan een verbetering van de kwaliteit van de JGZ. · Het opbouwen van een persoonlijke relatie met het hoofd JGZ / de JGZ-‐manager van iedere JGZ-‐ organisatie in Nederland.
Resultaten In 2012 zijn drie toogmiddagen voor hoofden en managers JGZ georganiseerd; één in februari (verdeeld over drie locaties op 7,9, en 14 februari), één op 26 juni en één op 30 oktober. In de eerste toogbijeenkomst zijn de actuele ontwikkelingen rond en in de JGZ aan de orde geweest. In de tweede toogbijeenkomst is gesproken over de meerwaarde van de JGZ en over de visie op publieke zorg voor jeugd. De derde bijeenkomst is in samenwerking met ActiZ en GGD Nederland georganiseerd en had als onderwerp het LSP (Landelijke Schakelpunt). Via deze toogmiddagen heeft het NCJ niet alleen de banden aangehaald met de beoogde doelgroep, ook zijn hiermee de onderlinge banden tussen de organisaties versterkt. Daarnaast leverden de middagen veel informatie op over actuele thema’s die leven binnen de organisaties. Bijna tweederde van de managers heeft één of meer middagen bezocht en de feedback was positief. Na de eerste toogmiddag heeft het NCJ een kleine klankbordgroep samengesteld, waarvan een viertal hoofden en managers deel uitmaakt, dat mee heeft gedacht over de verdere invulling van de overige bijeenkomsten. Vanwege de positieve reactie uit het veld en
6
de waardevolle contacten die het NCJ heeft opgedaan, is besloten ook in 2013 het concept toogmiddag in zetten op de diverse projecten.
V2 Netwerken stakeholders NCJ Het doel van dit project was verschillende voor de JGZ relevante stakeholders op het terrein van beleid, wetenschap, onderwijs, onderzoek en uitvoeringspraktijk te verbinden door het onderhouden van een netwerk.
Doelgroep Stakeholders van het NCJ.
Beoogde resultaten van het project
· ·
Onderhouden, en waar nodig, uitbreiden van het netwerk van stakeholders binnen de JGZ-‐context. Het vormen van een NCJ-‐Klantenpanel waarin ouder-‐ en kind-‐organisaties zitting hebben.
Resultaten In het kader van het versterken van het netwerk met stakeholders heeft het NCJ aan verschillende (reguliere en ad hoc) overleggen binnen het veld deelgenomen. Doel hiervan was naast afstemming en het inbrengen van advies, het gevoel houden bij nieuwe ontwikkelingen en het veld informeren over ontwikkelingen in de JGZ. De deelname door het NCJ in het netwerk van stakeholders in de JGZ is een project dat het hele jaar door loopt. Binnen dit project vond ook het overleg plaats met ActiZ, GGD NL, AJN, V&VN en NVDA over het standpunt ten aanzien van het Basisaanbod Preventie JGZ dat het NCJ heeft geïnitieerd. Het NCJ voert periodieke overleggen met een aantal relevante stakeholders/relaties: ministerie van VWS (beleidsinhoudelijk en accountoverleg), ActiZ, GGD Nederland, VNG, IGZ, Beroepsverenigingen, Centra RIVM, NJI, Kenniscentrum Kinder-‐ en Jeugdpsychiatrie, Kenniscentrum LVB en met de NSPOH en TNO. Het NCJ participeert verder in het Kennisprogramma Jeugd, het traject Toekomst Verkenning JGZ (onder verantwoordelijkheid van VWS), het CJG-‐traject (onder verantwoordelijkheid van VNG) en is betrokken bij het overleg en consultatietraject van de stelselherziening Jeugd. Daarnaast zijn geregeld overleggen met andere relevante partners op het terrein van jeugd en jeugdgezondheid en participeert het NCJ in diverse overleggen. Met de partners in het kennisprogramma Jeugd van het ministerie van VWS, RIVM, ZonMw, TNO en NJi, is een aantal keer per jaar afstemming in het zogenaamde uitvoeringsoverleg en vindt directeurenoverleg plaats onder voorzitterschap van het ministerie van VWS. In 2012 zijn voor de samenwerking in het kennisprogramma Jeugd drie speerpunten vastgesteld voor de periode 2013 -‐ 2017: ● Bevorderen van effectief werken in de jeugdsector. ● Kennis over jeugd, zorgbehoefte en zorggebruik. ● Professionalisering ‘een leven lang leren en innoveren’.
In het vierde kwartaal is gestart met de samenstelling van een NCJ Klantenpanel. In het klantenpanel zitten vertegenwoordigers van ouder-‐ en jongeren-‐organisaties. Deelnemers zijn vertegenwoordigers van Ouders Online, Ouder Netwerk, NJR, Family Factory, Vaderkenniscentrum en Portes. Het panel zal geconsulteerd worden over het ouder-‐ en jongerenperspectief in relevante projecten.
Aan het eind van 2012 is door een extern marktonderzoekbureau, CustomEyes, een stakeholderonderzoek uitgevoerd onder 31 stakeholders van het NCJ. Met dit onderzoek heeft het NCJ een goed beeld gekregen van de wijze waarop de stakeholders vinden dat het NCJ haar rol invult, wat daarin gewaardeerd wordt, waar
7
mogelijke verbeterpunten liggen en welke verwachtingen er leven. Met de uitkomsten van het onderzoek gaat het NCJ in 2013 aan de slag.
V3 Profilering binnen de JGZ Het doel van dit project is visievorming en de profilering van de JGZ te verbeteren door het NCJ in te zetten als verbindende schakel. Een van de manieren waarop het NCJ een verbindende schakel wil zijn, is door het innemen van een heldere positie in de debatten rond belangrijke thema’s in de JGZ.
Doelgroep Managers en hoofden JGZ, stafmedewerkers JGZ, stakeholders NCJ
Beoogde resultaten van het project · Ontwikkelen van vier Visiedocumenten.
·
Uitvoeren van een meting naar de positie en het profiel van het NCJ.
Resultaten In plaats van vier visiedocumenten, heeft het NCJ twee visiedocumenten geschreven en verspreid en, in samenwerking met de ActiZ, GGD Nederland, AJN, V&VN en NVDA standpunt opgesteld over het Basisaanbod Preventie. Het eerste visiedocument heeft de vorm van een factsheet over de meerwaarde van de JGZ gekregen. Aanleiding voor deze keuze was de vraag hiernaar die sterk naar voren kwam tijdens de contacten met het JGZ-‐ veld, onder andere tijdens de eerste toogmiddag. Het tweede visiedocument had als onderwerp het landelijk schakelpunt (LSP). Ook dit was een actueel thema waarover in het veld de behoefte aan een visie bestond. De activiteiten rond het Basisaanbod Preventie hebben relatief veel tijd in beslag genomen waardoor een vierde visiedocument niet haalbaar bleek.
8
Innovatie De ambitie van het programma Innovatie is om een bijdrage te leveren aan daadwerkelijke vernieuwingen in de Jeugdgezondheidszorg en daarmee mogelijk ook in de aanpalende sectoren. Het NCJ heeft daartoe mensen bij elkaar gebracht en samenwerking op het gebied van innovatie gestimuleerd. Het NCJ is op bezoek gegaan bij JGZ-‐organisaties en organisaties die grote betrokkenheid hebben met de JGZ om hen te inspireren en informatie uit te wisselen. Daarnaast heeft het NCJ “best practices” geïnventariseerd en verspreid. Voor het uitvoeren van deze activiteiten zijn 2950 uren gereserveerd die zijn verdeeld onder de projecten die onder de lijn Innovatie vallen: I1 Ouders en Kinderen Centraal , I2 Herpositionering van de JGZ , I3 Versterking van de JGZ in het CJG en I4 Inzet van (nieuwe) sociale media. In totaal zijn 3005 uren aan deze programmalijn besteed, 94 uren minder dan begroot. Dit houdt verband met het feit dat binnen de programmalijn één van de projectleiders langdurig ziek is geweest. In deze programmalijn zijn ook de activiteiten uitgevoerd in het kader van het additionele project “Extra contactmoment adolescenten”. Aan dit project zijn 290 uur besteed. Deze beide aspecten hebben erin geresulteerd dat niet alle beoogde resultaten zijn behaald. Dit is in de tekst aangegeven. Verder vond in de programmalijn Innovatie ook de regie plaats op het Project “Van buiten naar binnen, naar buiten”. Met subsidie van het Europees Sociaal Fonds (ESF) is in het kader van Sociale Innovatie gewerkt aan het optimaliseren van de kennisprocessen binnen het NCJ. Zie hiervoor paragraaf 2.5.
IT 1 Ouders en kinderen Centraal Het doel van het project Ouders en Kinderen Centraal is de JGZ ondersteunen om de eigen kracht van de ouder en jeugdige te versterken. In 2011 is in het project Ouders Centraal een handreiking opgesteld en zijn verschillende uitvoeringsscenario’s ontwikkeld. In 2012 vond de verspreiding en implementatie van deze handreiking en scenario’s plaats. Naast de implementatie-‐activiteiten van de producten uit 2011 richt het NCJ zich – nadat de aandacht in 2011 vooral op ouders was gericht – in 2012 vooral op kinderen en jongeren. Ook bij kinderen en jongeren is zorg effectief als zij centraal gesteld worden; als er uitgegaan wordt van de eigen kracht en mogelijkheden en als zij betrokken worden bij de vormgeving van de zorg. Dit vraagt vaak van de JGZ-‐ professional dat zij op een andere manier gaan werken. Aan deze vraag heeft het NCJ invulling gegeven door een inventarisatie van reeds bestaande initiatieven en het organiseren van werkbijeenkomsten, waarin ook de jongeren zelf worden betrokken.
Doelgroep Het project richt zich op JGZ-‐organisaties.
Beoogde resultaten van het project 1. Implementeren van de producten uit 2011. 2. Ontwikkelen van een handreiking Kinderen en jongeren Centraal waarin een breed gedragen visie, concepten en scenario’s beschreven staan. 3. Opzetten en begeleiden van pilots waarbij de jongere centraal staat en waarin onder regie van het NCJ scenario’s doorontwikkeld en beproefd worden.
Resultaten De handreiking Ouders Centraal en de samenvatting is verspreid onder belangstellende JGZ organisaties en relevante samenwerkingspartners. Er is een presentatie gegeven naar aanleiding van de handreiking aan het managementteam van CJG Rijnmond. Er is tevens intensief contact onderhouden met Zuidzorg, waarbij er vanuit het NCJ deelname is geweest aan een werkbijeenkomst over vraaggericht werken. Ook heeft het NCJ in het najaar een workshop verzorgd rond de betreffende handreiking op het Symposium AKIB (Alle Kinderen In Beeld). In het tijdschrift Ouderschapskennis is in het najaar een artikel verschenen gerelateerd aan de handreiking. Ook heeft het NCJ in samenwerking met gespecialiseerde professionals op dit thema een
9
workshop verzorgd op het Internationale congres Think Parents, waarin specifieke aandacht werd gevraagd voor preventie.
Er is een werkgroep samengesteld van professionals van zowel binnen als buiten de JGZ die het project gevoed hebben en van kritisch commentaar voorzien. Deze werkgroep bestond uit een ouder, voorzitters van jongerenorganisaties, gezondheidsbevorderaars, jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, CJG-‐coördinator, schoolmaatschappelijk werker en een adviseur op het terrein van jongerencommunicatie. Hieruit is een handreiking ontstaan, waarin een theoretische achtergrond wordt geschetst ten aanzien van het bevorderen van gezondheid bij jongeren. Er wordt tevens ingegaan op de manier hoe de JGZ daar op kan reageren. Om te komen tot de handreiking is een aantal activiteiten uitgezet die onder andere ook in I4 (inzet (nieuwe) sociale media) worden uitgewerkt. Een onderdeel is ook geweest om een digitale vragenlijst uit te zetten onder professionals. Hierin is op het gebied van kennis en vaardigheden gevraagd naar de behoefte aan deskundigheidsbevordering rond dit thema. De uitkomsten zijn verwerkt in de handreiking Het vertrouwen krijgen van jongeren.
Het oorspronkelijke idee was om pilots op te zetten en te begeleiden, waarbij de jongere centraal staat. Dit onderdeel heeft in de praktijk anders vorm gekregen. Er is een werkgroep gestart met daarin vertegenwoordigers van verschillende jongerenorganisaties die het project gevoed hebben en van kritisch commentaar voorzien. Vervolgens zijn allerlei goede voorbeelden in het land verzameld, waarin jongeren een actieve rol hebben gespeeld of die op een vernieuwende wijze jongeren aanspreken om gezondheid te bevorderen. Dit heeft geleid tot een overzicht van good practices die in een waaier beschikbaar is gesteld en breed verspreid, onder meer op het jaarcongres JGZ. Lessen uit deze goede voorbeelden hebben onder meer inbreng geleverd voor deze handreiking.
Extra contactmoment adolescenten GGD Nederland is door het ministerie van VWS gevraagd om in samenwerking met ActiZ en het NCJ landelijk sturing te geven aan de impuls voor het extra contactmoment adolescenten. De impuls van € 15 miljoen die jaarlijks aan gemeenten beschikbaar wordt gesteld is expliciet bedoeld voor het intensiveren van het contact tussen adolescenten en JGZ. Het NCJ is gevraagd een handreiking op te stellen, waarin staat beschreven hoe op een eigentijdse wijze invulling en vorm te geven aan het contactmoment. De keuze moet jongeren aanspreken en er moet plaats zijn voor de (digitale) mogelijkheden van deze tijd.
Doelgroep JGZ-‐organisaties, gemeenten en Voortgezet Onderwijs en MBO scholen.
Beoogde resultaten van het project Handreiking contactmoment adolescenten.
Resultaten Handreiking Extra contactmoment Om gebruik te maken van de expertise en ervaring uit de praktijk zijn allereerst alle relevante JGZ-‐organisaties (GGD’ en, Rivas, Careyn, Stichting JGZ Zuid Holland West en CJG Rijnmond) door het NCJ benaderd met het verzoek om de opgedane ervaringen met een contactmoment voor adolescenten en adviezen over het contactmoment aan het NCJ mee te geven. De lessen, tips en ervaringen zijn na analyse ervan meegenomen bij het opstellen van een concept-‐handreiking. Vervolgens is er een werkgroep samengesteld, waarmee actief in verschillende bijeenkomsten en op basis van ervaringen, invulling is gegeven aan het contact tussen adolescenten en JGZ. Ten slotte is een klankbordgroep bestaande uit vertegenwoordigers van de landelijke thema-‐instituten, beroepsverenigingen, landelijke
10
expertise centra en jongerenorganisaties samengesteld, om de verbinding te kunnen leggen met bestaande interventies, ontwikkelingen en initiatieven. De concepthandreiking is voorgelegd aan VWS, VNG, ActiZ, GGD NL, de VO-‐raad, de beroepsverenigingen (AJN, V&VN en NVDA), een aantal hoofden JGZ, de Nationale Jeugdraad en Centrum Gezond Leven (Gezonde School), waarna de handreiking op onderdelen verduidelijkt, geconcretiseerd en aangescherpt is. In de concept-‐handreiking zijn de contouren aangebracht om het contact tussen adolescenten en JGZ te vormen en tevens lokaal inkleuring te kunnen geven. Het concept van de handreiking was eind 2012 gereed en is begin 2013 uitgebracht met als titel De JGZ in beeld bij adolescenten. De handreiking is bedoeld om JGZ organisaties te inspireren om op een eigentijdse en creatieve wijze ruimte geven om optimaal tot de invulling van het contact tussen adolescenten en JGZ te komen. In de handreiking zijn bouwstenen en modules benoemd die in combinatie een pakket kunnen vormen passend bij de lokale invulling. In de handreiking is er voor gekozen om de omgeving van de jongeren zodanig te versterken dat zij op verschillende niveaus in aanraking komen met de gezonde boodschap. Dat er op school -‐ waar zij veel tijd doorbrengen -‐ in samenhang gericht aandacht is voor leefstijlthema’s, zij weten waar zij met vragen terecht kunnen als het gaat om gezondheid en zij hun vraag op elk moment ook kunnen stellen. Dit alles uiteindelijk met het doel om de gezondheid van adolescenten te bevorderen.
I2 Herpositionering van de JGZ Het doel van dit project was om een breed ondersteunde visie uit te dragen op hoe de JGZ een bijdrage levert en kan leveren aan de Publieke Gezondheidszorg voor de Jeugd. Daarnaast was het doel richting en visie te geven in het debat rond de publieke zorg voor jeugd. De visie op hoe de JGZ een bijdrage kan leveren aan de Publieke Zorg voor de Jeugd, die in 2011 is ontwikkeld en in 2012 is uitgebracht, moest draagvlak krijgen. Niet alleen in de JGZ sector maar ook bij de ketenpartners. Daarbij zou rekening worden gehouden met diverse ontwikkelingen zoals de stelselherziening jeugd, de CJG-‐ontwikkeling (zie ook project I3 (Versterking van de JGZ in het CJG) en de ontwikkeling Passend Onderwijs.
Doelgroep JGZ organisaties en alle organisaties die direct dan wel indirect bij de publieke zorg voor jeugd betrokken zijn.
Beoogde resultaten van het project 1. Brede bekendheid van het document ‘Betrokken en Nabij, Contouren van een visie op Publieke Zorg voor Jeugd en de rol van de zorgverleners daarin’. 2. Nadere concretisering van de visie op Publieke Gezondheid voor Jeugd. 3. Tools om JGZ-‐organisaties te ondersteunen. 4. Beschrijving van de praktijkuitwerking van onderdelen van het gedachtegoed van de visie. 5. Een meerjarenplan voor de doorontwikkeling van de visie.
Resultaten Bekendheid “Betrokken en Nabij” In het eerste kwartaal van 2012 is de afronding van het traject uit 2011 ter hand genomen. In mei is de notitie “Betrokken en Nabij, Contouren van een visie op Publieke Zorg voor Jeugd” uitgebracht. Daarna is aandacht besteed aan het uitdragen van de visie onder het JGZ-‐veld en relevante stakeholders. De visie is onderwerp van gesprek geweest in bijeenkomsten met de commissie JGZ van ActiZ, de programmaraad van GGD NL, de wetenschappelijke commissie van het NCJ, op een toogdag van het NCJ met directeuren en hoofden van JGZ-‐ organisaties en met de beroepsverenigingen AJN, V&VN, NVDA en de KNMG, . Ook is de visie besproken met verschillende individuele JGZ-‐organisaties, op het nationaal congres JGZ (SBO), in de opleiding van jeugdartsen bij de NSPOH en met het NJi. Daarnaast is er een artikel verschenen in het Tijdschrift voor
11
Gezondheidswetenschappen en op Jeugdkennis.nl.
Ondersteuningstools De visie werd door diverse JGZ-‐organisaties omarmd en gezien als bron van inspiratie. Maar er bleek ook een behoefte te bestaan om duidelijk te krijgen wat de concrete effecten van deze visie voor de JGZ zouden zijn. Daarom is besloten om 2 van de 5 transities, die genoemd worden in Betrokken en nabij, vorm te geven enuit te werken en aan de hand van goede voorbeelden uit de praktijk toe te lichten. Als tools om JGZ-‐organisaties te ondersteunen. Het betreft de transities: a. Verbinden van de PZJ (JGZ)-‐ zorgverlener met de leefwereld van gezinnen b. Verbinden van de rechten van het kind met die van de ouder (morele oordeelsvorming) Voor de eerste transitie is een filmpje gemaakt waarin duidelijk wordt gemaakt hoe in de praktijk een verpleegkundige in een wijk in Almere aansluit bij de leefwereld van gezinnen. In een bijbehorende factsheet is bovendien aangegeven welke elementen van groot belang zijn om dat aansluiten zo goed mogelijk vorm te geven. Het filmpje had zijn première op het NCJ jaarcongres en deze transitie was onderwerp van een workshop. Voor de tweede transitie zijn voorbereiding getroffen om eveneens een filmpje en een factsheet te produceren. Hierover zijn met CJG Rijnmond contacten gelegd. Door logistieke problemen is de productie uitgesteld tot begin 2013. Door ziekte van de projectleider zijn de overige twee transities niet meer in 2012 uitgewerkt: (1) Verbinden van de preventie met de curatie en (2) het onderling verbinden van preventieve kerntaken van de JGZ.
Concretisering en meerjarenplan “Betrokken en Nabij” Door ziekte van de projectleider zijn deze resultaten niet behaald.
I3 Versterking van de JGZ in het CJG Het doel van het project was om het functioneren van de JGZ binnen de CJG’s te versterken en haar positie te verstevigen, mede in het licht van de stelselherziening jeugd. Het project “Positionering van de JGZ ten aanzien van het CJG” hing nauw samen met het project “Positionering van de JGZ ten aanzien van Publieke Gezondheid voor Jeugd”. Het document Scenario’s voor de ontwikkeling JGZ-‐CJG moest dan ook afgestemd worden met het project “Positionering van de JGZ ten aanzien van Publieke Gezondheid voor Jeugd”. De beschreven scenario’s zijn aan het eind van het eerste kwartaal verspreid. Er bleek veel behoefte te bestaan bij JGZ-‐organisaties om in (de ontwikkeling van) het CJG en de stelselherziening jeugd de JGZ te profileren en de meerwaarde van de JGZ duidelijk te maken. Dit kreeg zijn beslag in 4 deelprojecten: 1. Het ondersteunen van JGZ organisaties ten aanzien van de CJG ontwikkeling in contact met de gemeenten 2. Het doorontwikkelen van de basisset van de CJG-‐indicatoren met aandacht voor het perspectief van de JGZ 3. Professionaliseren van de CJG-‐medewerkers met aandacht voor de JGZ-‐professionals 4. Inzicht bieden in de manier waarop de relatie tussen JGZ en het onderwijs kan worden versterkt.
Doelgroep Het project richt zich op de JGZ-‐organisaties en is gericht op JGZ-‐managers, staf en beleidsmedewerkers JGZ en JGZ-‐professionals.
Resultaten in 2012 Ondersteuning JGZ-‐organisaties. Er is een factsheet Passend Onderwijs opgesteld. Daarbij is aangegeven wat de JGZ in deze ontwikkeling kan betekenen. Het concept is besproken met JGZ-‐professionals en deskundigen. Het factsheet is breed beschikbaar gesteld.
12
Verder is een factsheet over de meerwaarde van de JGZ opgesteld. Het concept is besproken met vertegenwoordigers uit het JGZ-‐veld en op een toogmiddag met directeuren en hoofden en managers JGZ. Ook dit factsheet is breed beschikbaar gesteld. In overleg met de NSPOH is de module lobbyen en netwerken, toegesneden op de JGZ en is bij wijze van proef aangeboden aan een aantal leidinggevenden en beleidsmedewerkers in JGZ. Doel daarbij was om de leidinggevenden en de beleidsmedewerkers van de JGZ-‐organisaties te ondersteunen om de JGZ gerichter en effectiever voor het voetlicht te zetten. De eerste reacties zijn zeer positief. In 2013 zal deze module geëvalueerd worden. Op grond daarvan zal de NSPOH besluiten de module in het curriculum op te nemen.
Basisset CJG-‐indicatoren In samenwerking met het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) is aandacht besteed aan de basisset CJG-‐indicatoren. Vooralsnog is een beperkte set indicatoren opgenomen in de basisset met het perspectief van de JGZ.
Professionalisering van CJG medewerkers Aan de coördinatiegroep ‘Professionalisering van het CJG’ nemen de beroepsverenigingen van de disciplines werkzaam in het CJG, de betrokken branche-‐ organisaties en de VNG deel. NJi en NCJ ondersteunen de coördinatiegroep. De groep heeft als doel relevante ontwikkelingen in en om het CJG uit te wisselen en professionaliseringstrajecten te faciliteren. In 2011 is een subsidieaanvraag voor een dergelijk traject door VWS gehonoreerd. De uitvoering heeft in 2011 – 2012 plaatsgevonden. De workshops zijn prima bezocht en hebben een goed verloop gekend. In het najaar van 2012 is de voorbereiding gestart voor het vervolg in 2013. Daarnaast zijn er twee bijeenkomsten geweest met opleidingsinstituten van de disciplines werkzaam in het CJG, waarin aandacht besteed is aan discipline-‐overstijgende aspecten van het werken in een CJG en interdisciplinair werken. Deze bijeenkomsten zijn erop gericht om deze aspecten expliciet in de opleiding mee te nemen. Over de bevindingen van de eerste drie bijeenkomsten is een rapportage opgesteld: ‘Opleiden voor het CJG’). Tenslotte zijn er twee bijeenkomsten geweest met de desbetreffende accrediterende organisaties met als doel de accreditatieprocedure te harmoniseren voor het discipline overstijgend aanbod van deskundigheidsbevordering.
Good practices samenwerking tussen JGZ en onderwijs De oproep, onder meer via diverse LinkedIn-‐groepen, met de vraag naar good practices met betrekking tot de samenwerking tussen JGZ en het onderwijs, heeft weinig respons opgeleverd. Besloten is om dit onderwerp mee te nemen in de uitwerking van het project Extra contactmoment adolescenten.
13
I4 Inzet van nieuwe (sociale) media Het doel van dit project is het JGZ-‐werkveld ondersteunen in het gebruik van (sociale) media en daarmee het bereik onder en de zorg voor jongeren te optimaliseren. Het project Inzet van nieuwe (sociale)media heeft in 2011 een handreiking opgeleverd, waarin scenario’s en randvoorwaarden beschreven staan. In 2012 vond de verspreiding en implementatie van deze scenario’s plaats. In 2012 is daarnaast de aandacht vooral gericht op de ondersteuning van de JGZ-‐organisaties om jeugd door het gebruik van (sociale) media beter te bereiken en goed aan te laten sluiten bij de behoefte en gewoonten van de jongeren. Er zijn best practices geïnventariseerd en er is aandacht besteed aan de wijze waarop JGZ-‐organisaties ouders kunnen ondersteunen bij het mediagebruik en de opvoeding van hun kinderen.
Doelgroep Het project richt zich op JGZ-‐organisaties, met daarbij de focus op jongeren van 13 tot 19/24 jaar.
Beoogde resultaten van het project 1. Verspreiden en ondersteunen van de implementatie van in 2011 ontwikkelde scenario’s voor de inzet van nieuwe (sociale) media. 2. Ontwikkelen van een instrument voor de JGZ-‐organisaties om de ouders bij de opvoeding van hun kinderen te ondersteunen.
Resultaten Implementatie scenario’s inzet sociale media Via verschillende bijeenkomsten is er aandacht geschonken aan de handreiking Social media, zoals bij het Nederlands Congres Volksgezondheid, het Congres actualiteit JGZ (VU Amsterdam), TNO, en de KNMG. Het filmpje van Jong Florence dat in het kader van de JGZ Innovatieprijs is ontwikkeld, is gepresenteerd op het congres Nationaal Congres JGZ/ SGBO, via allerlei kanalen verspreid en deels op het JGZ jaarcongres 2012 getoond.
Er is een verkenning uitgevoerd door Diversion en Klooster Onderzoek en Advies naar de wensen en behoefte van jongeren op het gebied van preventieve gezondheid. Hierin is specifiek gevraagd naar de wijze waarop zij contact zouden willen, waarbij social media is voorgelegd als optie. Belangrijke conclusie was dat jongeren social media in eerste instantie niet koppelen aan gezondheid. Dit vraagt van JGZ-‐organisaties creativiteit om toch op vernieuwende digitale wijze aan te sluiten bij jongeren. Binnen de best practices die verzameld zijn in project I1 is ook expliciet gekeken naar voorbeelden rond het gebruik van innovatieve digitale en sociale media.
Instrument voor JGZ-‐organisaties om ouders bij de opvoeding te ondersteunen Allereerst is een verkenning gedaan naar feiten en informatie gebaseerd op ervaringen, onderzoeken en websites rond het thema media-‐opvoeding. Hierbij is direct een praktische insteek gekozen en die informatie verzameld die van belang is voor professionals om ouders bij vragen goed te kunnen ondersteunen. Vervolgens was het idee om de informatie dusdanig te rubriceren dat het een dossier op de NCJ website zou vormen. Aangezien er op dit thema naast kennisvergroting ook gewerkt moet worden aan bewustwording over het thema en de discussie gevoerd moet worden over ideeën, waarden en normen rond het gebruik van social media, is afgezien van dit idee. Vervolgens is de informatie verwerkt tot een soort tipsheets aan de hand van vragen van ouders (leeftijdsgebonden). Belangrijkste bron voor deze inhoud was afkomstig van mediawijzer, mijnkindonline en oudersonline. Inmiddels is met deze verschillende partijen (in afstemming met het NJi) overlegd om gezamenlijk tot een praktisch product te komen. Door de extra activiteiten voor het project Extra contactmoment adolescenten is dit is in 2012 niet meer gerealiseerd.
14
Kennis Het NCJ-‐beleidsprogramma ‘Vanuit Kennis Verbinden’ benadrukt het belang van de kennisondersteuning voor de JGZ door het NCJ. Door op te treden als kennisschakelpunt verbindt het NCJ verschillende spelers met elkaar in het JGZ-‐veld en in de JGZ context. Het NCJ fungeert zo als kenniscentrum, waar partijen elkaar vinden om kennis te halen, te brengen en te delen.
Het doel van de programmalijn Kennis is het verbeteren van de kwaliteit en uniformiteit van de JGZ. Er zijn drie projecten: K1 kennisinfrastructuur, K2 kwaliteitsbevordering en K3 actuele kennisthema’s met in totaal 10 deelprojecten gefinancierd vanuit de instellingssubsidie. Daarnaast zijn er binnen de programmalijn Kennis twee additioneel gefinancierde projecten. Zie hiervoor paragraaf 2.5.
Een aantal activiteiten van de beoogde actuele kennisthema’s (armoede en moeilijk bereikbare groepen) is doorgeschoven naar 2013 vanwege additionele opdrachten van het ministerie van VWS. Deze opdrachten hebben betrekking op twee actuele thema’s, (1) Shaken baby syndroom en (2) Gebruik van vragenlijsten in de JGZ en op de ondersteunende activiteiten ten behoeve van de Commissie De Winter. De Commissie De Winter is door de staatssecretaris van het ministerie van VWS in het leven geroepen om het bestaande Basistakenpakket JGZ te evalueren en op basis daarvan een advies uit te brengen over een nieuw Basisaanbod Preventie. Het NCJ is, samen met de overige kennisinstituten, door het ministerie van VWS verzocht de Commissie te ondersteunen bij de beantwoording van hun vragen. Verwacht wordt dat de Commissie De Winter het advies over het Basisaanbod Preventie begin 2013 aanbiedt. ActiZ, GGD Nederland, AJN, V&VN, V&VN en NCJ hebben een standpunt ingenomen over het Basisaanbod Preventie en dit in november aangeboden aan de staatssecretaris van VWS. In dit standpunt wordt gepleit voor een breed basisaanbod waarin concrete steun en preventieve (voorlichtings-‐) activiteiten zijn opgenomen.
Voor het programma Kennis was in het werkplan 3500 uur begroot, voor Project K1Kennisinfrastructuur, K2 Kwaliteitsbevordering en K3 Actuele kennisthema’s. In totaal zijn 4900 uren besteed, 590 meer dan begroot.
K1 Kennisinfrastructuur Doel van het project is het verbeteren van de kwaliteit van de JGZ door kennisuitwisseling. Het NCJ verbindt als kennismakelaar expertise en kennis van relevante partijen binnen de JGZ en zal voortdurend nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap, die betrekking hebben op de gezonde ontwikkeling van de jeugd, monitoren, duiden, verspreiden en stimuleren. Dit doet het NCJ onder meer via de website, de nieuwsflitsen en het jaarcongres. Daarnaast worden expertmeetings georganiseerd op kennisthema’s die nadere verdieping behoeven. Als kennismakelaar heeft het NCJ zicht op specifieke expertise van organisaties/ professionals in de JGZ en beantwoordt zij vragen van JGZ-‐organisaties.
Doelgroep Alle medewerkers van bij de JGZ betrokken organisaties.
Beoogde resultaten van het project 1 Vernieuwen van de NCJ website. 2 Verspreiden van 6 Nieuwsflitsen. 3 Organiseren van 2 expertmeetings. 4 Organiseren van het Jaarcongres 2012. 5 Inrichten en uitvoeren van de kennismakelaarsfunctie.
15
Resultaten Een aantal onderdelen betreft doorlopende activiteiten, zoals de vraagbaakfunctie en participatie in werkgroepen en begeleidingscommissies die relevant zijn voor (de werkzaamheden van) het NCJ. Ten aanzien van de vraagbaakfunctie is sinds januari actief bijgehouden of bepaalde vragen frequent aan het NCJ worden gesteld om daarover een FAQ te maken op de website. Gebleken is dat dit niet het geval is; de meeste vragen gaan over het bestellen van richtlijnen en over het aan-‐ en afmelden voor de Nieuwsflits. Verder zijn bijdragen geleverd aan de opleidingen voor jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen en artsen M&G. Daarbij zijn de Thema’s, ontwikkelingen in de jeugdgezondheidszorg, transitie en transformatie behandeld, en is bij elke presentatie iets verteld over het NCJ.
Vernieuwen van de website De nieuwe website is in juni opgeleverd en heringericht met behulp van extern ingehuurde expertise; voor een deel betreft het een andere weergave van bestaande informatie; deze worden in “Themadossiers” weergegeven en voor een deel zijn het nieuwe teksten. De vulling en actualisatie van de themadossiers is afgerond. Wat betreft de informatie in de themadossiers wordt goed afgestemd met het NJi; er zijn afspraken gemaakt over het delen van informatie en het updaten ervan. Er is juridisch advies ingewonnen over het cookiebeleid, het privacybeleid en de algemene voorwaarden van het NCJ. Zie www.ncj.nl
Verspreiden van 6 Nieuwsflitsen Er zijn in totaal 7 Nieuwsflitsen gemaakt en verspreid. Deze digitale nieuwsbrief informeert geïnteresseerden die een gratis abonnement hebben, over de activiteiten van het NCJ(www.ncj.nl/visionmail/148)
Organiseren van 2 expertmeetings Het NCJ heeft in maart 2012 samen met het UMC Groningen en TNO Kwaliteit van Leven een expertmeeting over Psychosociale problematiek en jeugdgezondheidszorg georganiseerd. Deskundigen uit de praktijk en het onderzoek in de JGZ hebben met elkaar gediscussieerd over het signaleren door de JGZ. Hun algemene conclusie was dat er nog veel te verbeteren valt en bevelen aan regelmatig aandacht aan scholing te besteden. In maart 2012 heeft het NCJ samen met het Trimbos en het NJi een expertmeeting over depressie bij jeugdigen georganiseerd voor experts uit het brede veld van Zorg voor jeugd. De aanwezigen kwamen tot de conclusie dat depressie een onderbelicht probleem is en extra aandacht verdient in alle sectoren in Zorg voor jeugd. Zij bevolen aan een Partnership Depressie op te richten. Deze aanbeveling is gestrand omdat het niet mogelijk bleek een startsubsidie te verwerven. Uiteindelijk is dit voor de JGZ van een mindere noodzaak gebleken, omdat depressie hoog op de lijst van te maken richtlijnen staat.
Organiseren van het Jaarcongres Op 13 december 2012 heeft het Jaarcongres JGZ plaatsgevonden in de Reehorst te Ede. Thema van het congres was ‘Kansen door verandering’, waarbij is ingezoomd op alle ontwikkelingen die gaande zijn in het stelsel voor jeugd en welke kansen dit biedt voor de JGZ. Met inbreng van de congrescommissie, bestaand uit deelnemers afkomstig van ActiZ, GGD Nederland, VNG, NVDA, V&VN, AJN, NIP, NVO, RIVM, NJi, TNO en ZonMw, is er een gevarieerd programma geboden met ruimte voor verdieping, debat en ontmoetingen. Het actuele thema sprak de deelnemers aan. Het congres is door zo’n 440 deelnemers bezocht en gewaardeerd met een 7,6. Na een welkomstwoord van Nico Plug, aankomend voorzitter van het bestuur van het NCJ waren, onder leiding van dagvoorzitter Ferdinand Strijthagen, drie plenaire sprekers. Annemarie Jorritsma sprak als voorzitter van de VNG, Tom van Yperen liet zijn licht schijnen op de ontwikkelingen die gaande zijn in de zorg voor jeugd en Annemieke van der Zijden vertelde namens de regio West Brabant hoe zij omgaan met veranderingen en innovaties. Naast deze plenaire presentaties waren er 22 deelsessies. Deze deelsessies zijn goed beoordeeld. Gedurende de dag had de Family Factory een prominente rol en dit werd zeer gewaardeerd. De ouders namen deel aan een aantal deelsessies en gaven hun perspectief op het onderwerp. Daarnaast hadden bezoekers tijdens de pauzes de mogelijkheid om te speeddaten met de ouders en vragen te stellen. De Family Factory
16
sprak met een presentje voor alle bezoekers haar dank en vertrouwen uit aan alle professionals die dagelijks met ouders en kinderen werken in het JGZ veld. Ook dit jaar was er wederom een gevarieerde informatiemarkt en de academische werkplaatsen presenteerde projecten op de posters. Your Health van CJG Rijnmond heeft de JGZ innovatieprijs 2012 gewonnen. Niet het hebben van problemen staat in dit project centraal, maar het wegnemen van de beperkingen/ belemmeringen. Door het samenbrengen van professionals en het opzetten van een zorgstructuur ontstaat een betere signalering van problemen op het MBO en wordt er makkelijker verbonden met de noodzakelijke zorg. Aan de prijs is een implementatiecheque verbonden voor een brede uitrol of bekendmaking van het project in de hele jeugdgezondheidszorg (JGZ). Als afsluitende act gaf Willem Stortelder een energieke en inspirerende presentatie over omgaan met veranderingen en ieders verantwoordelijkheid zelf deze kansen te zoeken en met beide handen aan te grijpen. Dit werd met enthousiasme ontvangen in de zaal.
Inrichten en uitvoeren van de kennismakelaarsfunctie Het was de bedoeling om in 2012 de mogelijkheden voor een kennismakelaarsfunctie te verkennen, waarbij kennisbehoefte en kennisbeschikbaarheid kunnen worden gekoppeld. Dit onderdeel is meegenomen in het ESF-‐project (zie paragraaf 2.5), dat in het laatste kwartaal is afgerond en wordt in 2013 als onderdeel van het accounthouderschap verder vormgegeven.
Overig
Wetenschappelijke Advies Commissie NCJ De Wetenschappelijke Advies Commissie van het NCJ is tweemaal bijeen geweest en heeft geadviseerd over het Basisaanbod Preventie, het gebruik van vragenlijsten en de invoering van een wetenschappelijk model en de International Classification of Functioning for Children and Youth (ICF CY). Zie de bijlage voor de samenstelling van de wetenschappelijke commissie.
Bijdragen aan opleidingen Er zijn bijdragen geleverd aan de opleidingen voor jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen en artsen M&G. Thema’s, die behandeld zijn: ontwikkelingen in de jeugdgezondheidszorg, transitie en transformatie, en altijd daarbij over het NCJ.
Het congres Jeugd in Onderzoek Het thema van het Congres Jeugd in Onderzoek in 2012 was Praktijk, onderzoek en beleid: meer dan de som der delen. De vele veranderingen in de jeugdsector maken samenwerking extra belangrijk. Een krachtig samenspel kan de zorg voor jeugd verbeteren. Het programma bestond uit lezingen van Paul Schnabel (directeur SCP), Michael Lambert (hoogleraar psychologie, Brigham Young University, Utah) en een toespraak van de staatssecretaris van VWS mevrouw Veldhuijzen van Zanten. Daarnaast waren er diverse interactieve workshops en posterpresentaties waarin vragen aan de orde kwamen als: hoe kunnen beroepskrachten onderzoek benutten om hun resultaten te verbeteren? Hoe kunnen beleidsmakers het jeugdbeleid op grond van onderzoek effectiever maken? Maar ook andersom: hoe kunnen onderzoekers aansluiten bij vragen van beroepskrachten en beleidsmakers. En: welke soorten onderzoek passen bij welke vragen van beroepskrachten en beleidsmakers? Uit de evaluatie bleek dat de congresgangers erg tevreden waren over het programma.
Daarnaast heeft het NCJ bijgedragen aan de organisatie van twee externe congressen:
e
4 Nationaal Congres Opvoedingsondersteuning e Het 4 nationale congres Opvoedingsondersteuning, dat plaatsvond op 1 juni, ging over de vele gezichten van ouderschap. Onder het dagvoorzitterschap van Ferdinand Strijthagen werden er plenaire lezingen verzorgd
17
door Lieve Cottyn (Interactie Academie Antwerpen) en Katie Lee Weille (Hoge school Leiden). In ruim 20 workshops werd dieper ingegaan op de diverse aspecten van ouderschap en opvoeding. Zo kwam aan de orde hoe kennis over ouderschap gebruikt kan worden in de opvoedondersteuning. Voor het eerst werd de Bert Prinsenprijs uitgereikt aan Kelly de Vries voor haar aanpak ‘mijn doelen stellen’; deze ondersteunt mensen bij het zetten van stappen in het bereiken van hun doelen.
Het CJG congres Het CJG Congres, dat plaatsvond op 20 september, richtte zich op professionalisering, aansturing en kwaliteit. Marianne Donker (Ministerie van VWS), Ferdinand Strijthagen (NCJ), Tom van Yperen (NJi) en voornaam. Melhuish (Birkbeck University, London) belichtten in het plenaire gedeelte relevante ontwikkelingen voor het CJG. In 12 workshops werd verder gediscussieerd over de plenaire lezingen en werden andere relevante onderwerpen besproken, zoals dossiervorming en digitalisering in het CJG, de toegang en toeleiding naar zorg en hulp en ondersteuning vanuit het CJG.
K2 Kwaliteitsbevordering Het project kwaliteitsbevordering heeft als doel de kwaliteit en uniformiteit van de JGZ te bevorderen. Het NCJ stimuleert en regisseert hiertoe het gebruik van diverse instrumenten die de kwaliteit en uniformiteit in de JGZ bevorderen en ondersteunen. Hierbij moet gedacht worden aan richtlijnen, interventies en handreikingen en het ondersteunen van de invoering en borging van deze instrumenten in JGZ-‐organisaties.
Doelgroep JGZ professionals op management, beleids-‐ en uitvoerend niveau. Ontwikkelaar, indieners en gebruikers van interventies.
Beoogde resultaten van het project 1. Publiceren en implementeren van 4 richtlijnen. 2. Monitoring bestaande richtlijnen. 3. Beoordeling van 20 interventies. 4. Valideren content voor opvoeden.nl. 5. Opstellen van een plan van aanpak voor handreikingen.. 6. Monitoring van flexibilisering in de JGZ.
Resultaten Alle beoogde projectresultaten zijn behaald en binnen het beschikbare budget uitgevoerd.
Richtlijnen, publicatie en implementatie. In 2012 zijn veel activiteiten ontplooid om de regierol van NCJ verder vorm te geven en te verbeteren. In maart is gestart met het werken volgens de nieuwe notitie Richtlijnen Jeugdgezondheidszorg, procedures rond ontwikkeling, implementatie en onderhoud van richtlijnen jeugdgezondheidszorg. Deze notitie is in maart 2012 met instemming van de beroepsverenigingen in de JGZ (AJN, V&VN, NVDA), ActiZ, GGD Nederland en de VNG door het NCJ vastgesteld. De vaste leden hebben nu ook een autoriserende taak gekregen. In januari is de Richtlijnadviescommissie in oude samenstelling nog één keer bijeengeweest. Op 26 maart is de nieuw samengestelde Richtlijnadvies en autorisatiecommissie van start gegaan met de eerste van de drie bijeenkomsten in 2012. Daarnaast zijn de vaste leden (afgevaardigden van de beroepsverenigingen in de JGZ en afgevaardigden van ActiZ en GGD Nederland) vijf keer bijeengeweest. In de hele RAC zijn vooral beleidsachtige zaken rond richtlijnen besproken, zoals het vernieuwde autorisatieproces. In het vaste leden deel van de RAC zijn in 2012 acht verschillende richtlijnen inhoudelijk besproken, daarbij zijn twee richtlijnen twee keer voorgelegd. Hiervoor is in samenwerking met de RAC een nieuwe autorisatieprocedure vastgesteld en in gebruik genomen. In 2012 heeft de RAC drie JGZ-‐richtlijnen geaccordeerd. Deze zijn in 2012 gepubliceerd
18
(Overgewicht, huidafwijkingen en Voorkeurshouding/schedelvervorming). Twee richtlijnen zijn volgens de nieuwe procedure in een RAC bijeenkomst geautoriseerd (Niet Scrotale testis en Excessief Huilen), deze worden begin 2013 gepubliceerd. Daarnaast zijn in januari de JGZ-‐richtlijnen Astma en Zindelijkheid gepubliceerd, waardoor in 2012 in totaal vijf JGZ-‐richtlijnen zijn gepubliceerd. In 2012 is gestart met het ondersteunen van JGZ-‐organisaties bij de implementatie van richtlijnen (zie hiervoor het project K5, Landelijke implementatie van richtlijnen in de JGZ). Alle gepubliceerde richtlijnen zijn te vinden op de NCJ website
Monitoring bestaande richtlijnen Het gebruik van de negen richtlijnen die voor 2012 zijn gepubliceerd, is onderzocht door TNO. Het onderzoek vond plaats in opdracht van en in samenwerking met het NCJ en richtte zich op 24 JGZ-‐organisaties. Het onderzoek geeft inzicht in het gebruik van de onderzochte richtlijnen door artsen, verpleegkundigen en doktersassistenten in de JGZ, de knelpunten die JGZ-‐professionals ervaren bij het gebruik en levert aanbevelingen op voor de implementatieactiviteiten en borging van richtlijnen. In 2013 wordt gewerkt aan de mogelijkheid het gebruik van richtlijnen structureel te monitoren.
Beoordeling van 20 interventies De Erkenningscommissie Interventies, een samenwerkingsverband van NCJ, RIVM en NJi, beoordeelt in vier deelcommissies jeugd-‐ en gezondheidsbevorderende interventies. Het NCJ voert samen met het RIVM/ Centrum Gezond Leven het secretariaat van deelcommissie 2 (jeugdgezondheid, preventie en gezondheidsbevordering jeugd). In 2012 zijn door deze commissie 34 interventies beoordeeld. Daarvan zijn 14 interventies erkend als Theoretisch Goed Onderbouwd, acht interventies niet erkend en hebben de overige een erkenning onder voorbehoud gekregen of is het oordeel uitgesteld. Met betrekking tot de beoordeling van interventies, is in 2012 een verandertraject ingezet. Dit heeft in samenwerking tussen NJI, NCJ, RIVM/CGL, Movisie en het NISB, geleid tot vernieuwde criteria voor erkenning. Ook hebben alle vijf de partijen samengewerkt aan het ontwikkelen van een nieuw werkblad en een bijbehorende handleiding voor het indienen van interventies. De vernieuwde criteria en werkblad met handleiding zijn in een bijeenkomst voorgelegd aan indieners, gebruikers en beleidsmedewerkers uit het werkveld van de vijf partijen. Deze vernieuwde producten zullen in 2013 uitgetest gaan worden.
Valideren content voor opvoeden.nl De ondersteuning van de Stichting Opvoeden.nl is een reguliere activiteit van het NCJ binnen het project Kwaliteitsbevordering. Ook in 2012 zijn diverse teksten over verschillende thema’s voor opvoeden.nl uitgewerkt en gevalideerd door het NCJ. Het NCJ participeert in de landelijke redactiecommissie en in de werkgroep ten behoeve van uitwerking van de rubriek ‘uitgelicht’.
Opstellen van een plan van aanpak voor handreikingen Omdat het NCJ naast handreikingen ook andere producten ontwikkelt ter ondersteuning van de uitvoering van de JGZ is bij de uitwerking van deze activiteit gekozen voor een verbreding naar een leidraad die NCJ medewerkers ondersteunt bij het ontwikkelen van een NCJ-‐product, zoals een handleiding, een factsheet, een visiedocument. De leidraad NCJ producten draagt bij aan een herkenbaar eindproduct, dat tot stand is gekomen in samenwerking met relevante partijen, dat volgens de juiste procedure is vastgesteld en aan vastgestelde kwaliteitseisen voldoet. Onderdeel van de leidraad is het vaststellen van de definities van de verschillende NCJ-‐producten.
Monitoring van flexibilisering in de JGZ Begin 2012 is de handreiking Scenario’s voor Flexibilisering in de JGZ gepubliceerd, waarin drie scenario’s om de contactmomenten te flexibiliseren zijn beschreven. Vervolgens is gestart met het inrichten van drie pilotregio’s waar de flexibiliseringsscenario’s worden gemonitord in de praktijk. De monitoring is op 1 juni van start gegaan in drie pilotregio’s Rotterdam, Kennemerland / Brabant en Eindhoven). In deze regio’s’ worden de scenario’s
19
2 (differentiatie van aantal contactmomenten) en 3 (zowel individuele als groepscontactmomenten) beproefd e en werkt één regio als controle regio mee aan de monitoring. De 4 pilot (scenario 1) is geannuleerd, vanwege het besluit van het ministerie om een extra contactmoment adolescenten in te voeren. In de monitoring wordt gekeken naar de werkzaamheid van de scenario’s in de praktijk, of in de scenario’s de zorg aan kinderen en hun ouders adequaat is en of ze genoeg professionele ruimte bieden voor zorg aan kinderen en ouders die meer aandacht nodig hebben. Ter ondersteuning van de monitoring is een begeleidingscommissie samengesteld en zijn bijeenkomsten voor pilotregisseurs (de lokale trekkers van de pilots) en afstemmingsbijeenkomsten georganiseerd. De activiteiten lopen door in 2013. Dan zullen ook mogelijk elders lopende flexibiliseringsexperimenten worden geïnventariseerd om een volledig beeld te krijgen van de varianten in de uitvoering. De resultaten van de monitoring worden eind 2013 verwacht. In 2013 worden betrokkenen en geïnteresseerden met voortgangsrapportages geïnformeerd over de stand van zaken.
K3 Actuele kennisthema’s Het doel van het project is het bevorderen van kwaliteit en uniformiteit en de ontwikkeling van de uitvoeringspraktijk in de JGZ door actuele kennis beschikbaar te stellen. Het NCJ ondersteunt en verbindt organisaties in het werkveld van de JGZ door het beschikbaar en toegankelijk maken van kennis, best practices en instrumenten. Binnen dit project speelt het NCJ ook in op actuele thema’s die relevant zijn voor het werkveld van de JGZ.
Doelgroep JGZ-‐ professionals.
Beoogde resultaten van het project Het uitwerken van 6-‐8 actuele kennisthema’s.
Resultaten Gegevensoverdracht van kraamzorg en verloskunde naar de JGZ én vanuit het ziekenhuis naar de JGZ Het standpunt ‘Gegevensoverdracht kraamzorg en verloskunde naar de JGZ’ is in een aantal pilots in de JGZ-‐ praktijk uitgetest en verbeterd. De pilots voor de gegevensoverdracht van kraamzorg en verloskunde naar de JGZ zijn in het eerste kwartaal voorbereid in een begeleidingscommissie, in samenwerking met de regisseurs van de pilots. De begeleidingscommissie bestond uit deelnemers van ActiZ, KNOV, BTN, AJN, V&VN, GG&GD Utrecht, GGD Zeeland en Zuidzorg Eindhoven. De pilots zijn gestart in april. In principe was een synchrone implementatie voorzien van zowel het bovengenoemde genoemde standpunt als de handreiking ‘Gegevensoverdracht kraamzorg en verloskunde naar de JGZ’, maar de (deels dezelfde) pilotgebieden gaven er de voorkeur aan de pilots voor de gegevensoverdracht van ziekenhuizen naar de JGZ in een later stadium te laten starten. Het doel van de pilot was om na te gaan in hoeverre het standpunt werkbaar is in de praktijk en of hier nog wijzigingen of aanvullingen op moeten komen. Daarnaast was de pilot erop gericht ervaringen en lessen op te doen ten aanzien van het uitwisselen van gegevens. Daarbij ging het zowel om zaken die goed lopen, als om zaken die minder goed uit de verf komen. De pilot moest ook een bruikbare gegevensset opleveren voor de overdracht van kraamzorg en verloskundige naar de JGZ, die landelijk en uniform geïmplementeerd kan worden als voorloper op de digitale overdracht. De pilot is geëvalueerd aan de hand van drie instrumenten (digitale vragenlijst, analyse en focusgroep). Alle overdrachtsformulieren zijn nauwkeurig bekeken, om er achter te komen of er specifieke items systematisch niet ingevuld werden of dat er andere opvallende zaken waren. Een digitale vragenlijst is afgenomen onder deelnemende professionals en als laatste is er in elke pilotregio een focusgroep-‐interview gehouden met professionals om dieper op bevindingen uit de vragenlijst en overdrachtsformulieren in te kunnen gaan. De conceptrapportage wordt begin 2013 met de begeleidingscommissie besproken. De pilot levert een nieuw overdrachtsformulier op en aanbevelingen voor het vervolgtraject en de implementatie.
20
Opvoedondersteuningsprogramma’s Een aantal JGZ-‐ organisaties heeft het NCJ gevraagd het beheer van het opvoedondersteuningsprogramma Samen Starten op zich te nemen (kwaliteitsborging, eigenaarschap, certificering, doorontwikkeling, . Hiervoor is in 2012 een plan van aanpak opgesteld en de uitvoering van een aantal onderdelen gestart. Er is een bijeenkomst geweest met de briefschrijvers en met de uitvoerders van Samen Starten. Op basis daarvan zijn veranderingsvoorstellen geformuleerd die in het laatste kwartaal zijn uitgewerkt.
Ontwikkelingsonderzoek Het NCJ ondersteunt de JGZ in de uitvoering van het ontwikkelingsonderzoek. De nieuwe Adviescommissie Ontwikkelingsonderzoek is van start gegaan en heeft al een aantal adviezen uitgebracht aan het NCJ (over de landelijke werkgroep en over hercertificering van instructeurs). Vervolgens is door de adviescommissie de werkgroep Landelijke Instructeurs ingesteld. Zij verzorgen de scholingen en geven antwoord op praktische vragen uit het veld. Er vindt overleg plaats met de NSPOH en met TNO over samenwerking op dit gebied. Met de NSPOH wordt de korte Praktijkbeoordeling verder uitgewerkt. TNO heeft de theoretische cursus voor nieuwe instructeurs georganiseerd. De landelijke instructeurs hebben dit jaar 7 trainingen on the job gegeven en 10 inhoudelijke vragen uit het veld beantwoord. In november en december zijn twee als goed geëvalueerde bijeenkomsten voor instructeurs in de JGZ-‐organisaties gehouden over diverse onderwerpen op het gebied van ontwikkelingsonderzoek.
Tijdig Opsporen Visuele Stoornissen Het NCJ ondersteunt de JGZ in de tijdige opsporing van visuele stoornissen. Het NCJ heeft daartoe de inhoudelijke taken van de Stichting TOV overgenomen. Om het NCJ daarin te adviseren, is een Adviescommissie Opsporing Visuele Stoornissen ingesteld.
Pilot beweegstimulering De pilot beweegstimulering is in samenwerking met Pharos opgepakt; in het eerste kwartaal is een plan van aanpak opgesteld. In het tweede kwartaal is de werving van drie pilotregio’s gestart, alsook de voorbereiding van de implementatie. De opbrengst van de werving viel in eerste instantie tegen maar na een hernieuwde poging in samenwerking met het NISB en gesprekken met JGZ organisaties zullen naar verwachting vier JGZ-‐ organisaties deelnemen. Een eerste bijeenkomst van de pilot-‐ organisaties is in december geweest. De pilot wordt in 2013 uitgevoerd.
Thema Vroege signalering van kinderen met een Licht Verstandelijke Beperking (LVB) De activiteiten rond kinderen met LVB heeft wat vertraging opgelopen omdat de landelijke stuurgroep eerst met een meer algemeen document aandacht vraagt voor het onderwerp. Het conceptplan van aanpak voor vroegsignalering van LVB was in het laatste kwartaal gereed en wordt begin 2013 besproken in het Netwerk Gewoon Meedoen. De ontwikkeling van de producten en het trainingsaanbod is voor 2013 gepland en de implementatie voor 2014.
Thema Zeldzame of chronische ziekten Voor het thema kinderen met een zeldzame of chronische ziekte zijn gesprekken gevoerd met initiatiefnemers op dit gebied en met een door hen in het leven geroepen begeleidingscommissie. Er ligt inmiddels een concreet plan. Het NCJ is gevraagd, bij het beschikbaar komen van financiële middelen, de vroegsignalering door de JGZ op te pakken.
Aangehouden en additionele thema’s Een aantal activiteiten van de actuele kennisthema’s (armoede en moeilijk bereikbare groepen) is aangehouden en niet meer uitgevoerd vanwege additionele verzoeken van het ministerie van VWS. De additionele verzoeken zijn:
21
1. Shaken baby syndroom: samen met TNO en het kenniscentrum kraamzorg. Doel is de ontwikkelde film landelijk te implementeren voor kraamzorg en JGZ (daar waar kraamzorg niet betrokken was). De begeleidingscommissie is inmiddels twee keer bijeen gekomen. 2. Gebruik van vragenlijsten in de JGZ: het ministerie van VWS heeft het NCJ verzocht op korte termijn suggesties te doen ter verbetering van het gebruik van vragenlijsten in de JGZ, vooruitlopend op de resultaten uit het ZonMw programma daarover. In juni is gestart met deskresearch, dat wil zeggen het verzamelen van documenten en informatie via het netwerk. Op basis daarvan is een conceptdocument opgesteld en voorgelegd aan deskundigen die hadden deelgenomen aan de expertmeeting Psychosociale problemen. Daarna is het bijgestelde document voorgelegd aan de wetenschappelijke adviescommissie van het NCJ en breed in de JGZ uitgezet voor commentaar. Ook is met diverse betrokken partijen overleg over de inhoud gevoerd. De reacties zijn verwerkt en de handreiking is in concept-‐gereed en zal begin 2013 verschijnen.
22
Informatisering Door het gebruik van het DD JGZ leert de JGZ steeds beter de mogelijkheden en onmogelijkheden van informatisering kennen. Enerzijds wordt de ambitie steeds groter door meer en betere digitale ondersteuning zoals bij elektronische berichtuitwisseling. Anderzijds groeit het besef dat tijd genomen moet worden voor goede kwaliteit van registratie, zodat het DD JGZ gebruikt kan worden als bron van informatie. Het NCJ heeft de JGZ met name ondersteund in het: ● uitwerken van nieuwe digitale werkwijze door middel van gegevensrichtlijnen; ● verschaffen van informatie om goede keuzes te kunnen maken door middel van themadossiers en bijeenkomsten; ● voorbereiden van een nieuwe versie van de Basisdataset (BDS) JGZ; ● afstemmen en voorbereiden Jeugd in Beeld (JIB) zodat het aansluit bij de verschillende ambities.
Binnen de lijn informatisering zijn drie projecten uitgevoerd: Inf 1: Regie op informatisering, Inf 2: Beheer Basisdataset JGZ, Inf 3: Ontwikkeling en beheer Jeugd in Beeld (JIB)). In de programmalijn zijn 2674 uur besteed, 715 uren minder dan begroot.
Inf 1 Regie op informatisering Het doel van het project is het begeleiden en ondersteunen van de JGZ bij de verdere invoering van het DD JGZ. De informatisering van de JGZ neemt toe, maar is geen doel op zich. Het is ondersteunend aan bestaande processen en wordt toegepast om verschillende redenen, bijvoorbeeld ter verhoging van de kwaliteit en efficiency. In 2011 en daarvoor zijn standaarden ontwikkeld voor digitale gegevensuitwisseling. In 2012 lag de focus met name op implementatie van ontwikkelingen van de voorgaande jaren zoals digitale dossieruitwisseling en uitwisseling van vaccinatiegegevens met het RIVM/RCP. Nieuwe vormen van gegevensuitwisseling zullen in 2013 worden voorbereid.
Doelgroep JGZ-‐organisaties, ketenpartners, DD JGZ-‐leveranciers.
Beoogde resultaten van het project 1. Participeren in en initiëren van overlegstructuren over informatisering van de JGZ. 2. Opstellen visiedocument op ondersteuning van innovatie in de JGZ door informatisering. 3. Bijstellen gegevensrichtlijnen voor digitale gegevensuitwisseling op basis van praktijkervaring. 4. Opstellen twee nieuwe gegevensrichtlijnen voor digitale gegevensuitwisseling in samenwerking met ketenpartners.
Resultaten Participeren in en initiëren van overlegstructuren over informatisering van de JGZ. Dit is breed opgepakt in verschillende activiteiten:
De makelaarsfunctie van het NCJ tussen JGZ-‐organisaties en leveranciers voor actuele onderwerpen is beschreven. Er is tot nu toe beperkt gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. De tekst van de website DD JGZ, www.ddjgz.nl, is geactualiseerd en juridisch getoetst en geanalyseerd door een vertegenwoordiger van een ouderorganisatie. Er zijn 40 vragen uit het veld en van ouders over het DD JGZ (onder andere via de website ddjgz.nl) en de informatisering van de JGZ beantwoord.
23
Er is, samen met de Redactieraad van de BDS JGZ, een begin gemaakt met het beschrijven van de functionaliteit van het DD JGZ die gerelateerd is aan de BDS JGZ. Hierdoor worden de verschillen tussen BDS en functionaliteit van het DD JGZ steeds meer duidelijk. Verdere stappen worden nu geïnventariseerd en in 2013 verder uitgewerkt.
Het NCJ heeft periodiek overleg: ● met ActiZ, GGD Nederland en Nictiz over informatisering; ● intervisiebijeenkomsten met JGZ-‐organisaties over het DD JGZ c.q. berichtuitwisseling; ● de projectadviescommissie van het project digitale uitwisseling JGZ-‐RCP (uitwisseling van RVP-‐ en NHS-‐ gegevens) over de voortgang van het project; ● met de IGZ, koepels en het ministerie VWS over verantwoording aan de IGZ. Naar aanleiding van een gesprek tussen de IGZ en de koepelorganisaties GGD Nederland en ActiZ, is het NCJ begonnen werkbare definities en afspraken met JGZ-‐organisaties te maken om gegevens aan de IGZ aan te kunnen leveren.
Het jaar 2012 heeft vooral in het teken gestaan van de mogelijke aansluiting van de JGZ aan het LSP. Ten dienste van de JGZ-‐organisatie is in 2012 een kwartiermaker aangesteld en is, samen met ActiZ en GGD Nederland een toogbijeenkomst op 30 oktober georganiseerd voor de directeuren en hoofden van de JGZ-‐ organisaties. JGZ-‐organisaties konden bij de kwartiermaker terecht met vragen over onder andere het LSP. Op de bijeenkomst is informatie gegeven over het communicatiemodel van de JGZ en zijn meningen uitgewisseld over de aansluiting van de JGZ op het LSP. Aansluiting op het LSP is niet de meest makkelijke weg voor de JGZ, maar wel de meest veilige weg met de benodigde functionaliteit.
Opstellen visiedocument op ondersteuning van innovatie in de JGZ door informatisering. Dit resultaat is opgepakt door het opstellen van drie verschillende themadossiers over actuele onderwerpen in relatie tot informatisering: ● een factsheet over het LSP. ● een factsheet over het thema ‘Informatisering in het CJG’. ● een notitie met knelpuntenanalyse en aanbevelingen over registratieprotocollen in relatie tot richtlijnen en DD JGZ. De factsheets en de notitie zijn te vinden op www.ncj.nl Over het onderwerp Informatisering in het CJG zijn twee presentaties gegeven op congressen: het CJG-‐congres op 20 september en het NCJ Jaarcongres JGZ op 13 december.
Bijstellen gegevensrichtlijnen voor digitale gegevensuitwisseling op basis van praktijkervaring. De gegevensrichtlijnen voor de gegevensuitwisseling van de hielprikscreening en het rijksvaccinatieprogramma zijn aangepast en uitgebreid. De bijstelling van de gegevensuitwisseling van de gehoorscreening zal in 2013 plaatsvinden op initiatief van het RIVM/CvB en de NVK.
Opstellen twee nieuwe gegevensrichtlijnen voor digitale gegevensuitwisseling in samenwerking met ketenpartners. De twee beoogde gegevensrichtlijnen: uitwisseling MOA-‐JGZ en verloskundige-‐JGZ zijn niet gerealiseerd. Voor de digitale gegevensuitwisseling tussen MOA en JGZ zijn gesprekken gevoerd met GGD Nederland. Dit jaar was het echter nog niet mogelijk daar concrete afspraken over te maken met de MOA. Financiële aspecten spelen daarbij een rol. De gegevensrichtlijn voor uitwisseling van verloskundige naar JGZ is niet in de prioritering van 2012 van het PWD-‐programma gekomen. Het streven van zowel de JGZ (NCJ en koepels) is de gegevensrichtlijn wel voor
24
2013 in het programma op te nemen.
Inf 2 Beheer Basisdataset JGZ Het doel van het project is het verhogen van de kwaliteit van de JGZ door het beheer en doorontwikkeling van de BDS. De BDS JGZ vormt de basis van het DD JGZ. Het beheer van de BDS JGZ is een doorlopende activiteit van het NCJ. Elk jaar wordt een nieuwe versie van de BDS JGZ gemaakt. Het gebruik van de BDS JGZ neemt toe en daarmee ook de ervaring in het veld met de BDS JGZ en de toepassing in het DD JGZ. De wijzigingsverzoeken worden complexer en vereisen een goede begeleiding en analyse. Ook door de introductie van digitale uitwisseling met ketenpartners wordt het beheer complexer. Deze ketenpartners gaan meepraten en – besluiten over (onderdelen van) de BDS JGZ. Anderzijds neemt de ervaring met het beheer toe. Het beheer wordt steeds verder geprofessionaliseerd en ondersteund door automatisering.
Doelgroep Professionals in de JGZ, ketenpartners, leveranciers.
Beoogde resultaten van het project 1. Beheren van de BDS JGZ inclusief het faciliteren van de Redactieraad en de Accorderingscommissie van de BDS JGZ. 2. Opleveren van een nieuwe versie van de BDS JGZ. 3. Creëren nieuwe versie van de themawebsite basisdataset.ncj.nl waarin de functionaliteit is uitgebreid. 4. Afspraken maken met ketenpartners over het beheer van de gegevensset voor de uitwisselberichten. 5. Oprichten van een groep van stafmedewerkers en applicatiebeheerders DD JGZ die meepraten over de ontwikkeling van de BDS JGZ en over de op de BDS JGZ gebaseerde producten. 6. Opstellen van een training BDS JGZ met accreditatie voor JGZ-‐professionals. 7. Leveren van een bijdrage minimaal twee keer per jaar aan de beroepsopleidingen voor de JGZ over de Basisdataset JGZ en informatisering in de JGZ.
Resultaten Beheren van de BDS JGZ inclusief het faciliteren van de Redactieraad en de Accorderingscommissie van de BDS JGZ. De redactieraad is zes keer bij elkaar geweest en heeft 45 wijzigingsvoorstellen beoordeeld in 2012. Daarvan kregen 23 wijzigingsvoorstellen een positief advies. De accorderingscommissie is één keer bij elkaar geweest en heeft de adviezen van de Redactieraad bevestigd. Zie ook http://basisdataset.ncj.nl
Opleveren van een nieuwe versie van de BDS JGZ. BDS versie 3.2 is formeel vastgesteld maar niet gepubliceerd vanwege extra wijzigingen en aanvullingen die nodig zijn voor de komende berichtenuitwisseling met het RIVM RCP in het kader van het Rijksvaccinatieprogramma en de Neonatale hielprikscreening. De verwachte publicatiedatum is februari 2013.
Creëren nieuwe versie van de themawebsite basisdataset.ncj.nl waarin de functionaliteit is uitgebreid. De website basisdataset.ncj.nl heeft een nieuwe lay-‐out gekregen die aansluit bij de lay-‐out van de website van het NCJ. De klankbordgroep heeft de mogelijkheid gekregen om actief mee te denken met de wijzigingsvoorstellen. Op een forum kan men reageren op de wijzigingsverzoeken en vragen stellen aan andere deelnemers van de klankbordgroep. De klankbordgroep heeft meer inzicht in de wijzigingsverzoeken dan op de algemene website: lezen van de analyse van het NCJ, adviezen van de redactieraad en de accorderingscommissie, inzicht in de ontwikkelversie van de BDS en in de technische documentatie horend bij de versie die op dat moment gebruikt wordt.
Afspraken maken met ketenpartners over het beheer van de gegevensset voor de uitwisselberichten.
25
Het gaat hierbij enerzijds om de onderliggende dataset (voor zover die overlapt met onze ketenpartners) en anderzijds om de samenstelling van de berichten. Beiden kunnen wijzigen en daar moeten procedureafspraken voor gemaakt worden en uitvoering aan gegeven worden. Deze afspraken zijn nog niet tot stand gekomen omdat de berichten nog in ontwikkeling zijn en onder de projectverantwoordelijkheid van Nictiz vallen. Met de redactieraad BDS JGZ is al wel de afspraak gemaakt dat zij ook een rol krijgt in het beheer van de berichten.
Oprichten van een groep van stafmedewerkers en applicatiebeheerders DD JGZ die meepraten over de ontwikkeling van de BDS JGZ en over de op de BDS JGZ gebaseerde producten. De klankbordgroep voor de BDS is opgericht om mee te denken met de Redactieraad BDS JGZ over nieuwe wijzigingsvoorstellen, wensen van de eigen organisatie door te geven en omgekeerd van landelijk naar de eigen organisatie. Ongeveer de helft van de JGZ-‐organisaties is momenteel vertegenwoordigd. De andere organisaties zullen nogmaals benaderd worden. De Klankbordgroep maakt gebruik van de nieuwe mogelijkheden van de website.
Opstellen van een training BDS JGZ met accreditatie voor JGZ-‐professionals. In november en december zijn twee bijeenkomsten georganiseerd voor stafmedewerkers en applicatiebeheerders om hen op de hoogte te brengen van de BDS, JIB en de ontwikkelingen rond het LSP. De bijeenkomsten zijn goed bezocht en de beoordelingen waren positief.
Minimaal twee keer per jaar een een bijdrage leveren aan de beroepsopleidingen voor de JGZ over de Basisdataset JGZ en informatisering in de JGZ. Er is een bijdrage geleverd door middel van presentaties, discussies en opdrachten aan de beroepsopleidingen Post-‐HBO voor jeugdverpleegkundigen (Hogeschool Utrecht), over de Basisdataset JGZ en informatisering in de JGZ. De NSPOH modules Verantwoording en Rapportage zijn niet aangeboden in 2012 (wel eind 2011 en begin 2013).
Inf 3 Ontwikkeling en beheer Jeugd in Beeld (JIB) Het doel is JGZ-‐organisaties inzicht bieden in hun registraties, voor eigen gebruik en ter vergelijking met andere organisaties. Jeugd in Beeld (JIB) ontsluit de registratie in het DD JGZ op specifieke onderwerpen voor JGZ-‐ organisaties en in de toekomst voor gemeenten en overheid. In dit project wordt de aansluiting van organisaties en de vulling van JIB gerealiseerd en vindt het beheer plaats. De beschrijving en de ontwikkeling vallen onder het additionele project 6100 Blauwdruk JIB dat afzonderlijk van de instellingssubsidie door het ministerie van VWS wordt gefinancierd.
Doelgroep JGZ-‐organisaties, stafmedewerkers, epidemiologen.
Beoogde resultaten van het project 1. Creëren themawebsite jeugdinbeeld.ncj.nl. 2. Opstellen tiental inhoudelijke rapportages voor JIB. 3. Oprichten van een commissie samengesteld uit vertegenwoordigers van zorgorganisaties, GGD’en en gemeenten die de doorontwikkeling van JIB begeleidt. 4. Stimuleren van JGZ-‐organisaties zodanig dat eind 2012 de helft van de JGZ-‐organisaties gebruik maakt van JIB.
26
Resultaten Creëren themawebsite jeugdinbeeld.ncj.nl Besloten is Jeugd in beeld te integreren in de nieuwe NCJ website. Jeugd in beeld heeft op de NCJ website een geschikte plaats gekregen en kan daar naar wens verder worden uitgewerkt. Dit biedt voorlopig voldoende mogelijkheden.
Opstellen tiental inhoudelijke rapportages voor JIB Er is in eerste instantie een 15-‐tal onderwerpen uitgewerkt en voorgelegd aan de het veld. Op verzoek van het veld is besloten om met Jeugd in Beeld te starten met een aantal van de onderwerpen die overeenkomen met de indicatoren van de inspectie. Dit kan voor organisaties ook een motivatie zijn om aan te sluiten bij Jeugd in Beeld. Om deelname aan JIB laagdrempelig en behapbaar te houden zijn er nu vijf onderwerpen uitgewerkt te weten: overgewicht, kindermishandeling, psychosociale problemen, vrouwelijke genitale verminking en visus. Drie DD JGZ-‐leveranciers hebben in nauw overleg met het NCJ een vijftal queries ingebouwd voor de gevraagde onderwerpen. Deze queries zijn gereed en momenteel voor de JGZ-‐organisaties, kosteloos, beschikbaar.
Oprichten van een commissie samengesteld uit vertegenwoordigers van GGD’en , zorgorganisaties en gemeenten die de doorontwikkeling van JIB begeleidt. Er is besloten een adviescommissie in te stellen. De adviescommissie adviseert het NCJ over de inhoud/onderwerpen voor JIB maar ook over de kwaliteit van de gegevens en de doorontwikkeling van JIB. De Adviescommissie bestaat uit een onafhankelijke voorzitter en zes leden en wordt door het bestuur van het NCJ voor een periode van 2 jaar benoemd. In november heeft het NCJ bestuur ingestemd met het instellingsbesluit voor de adviescommissie jeugd in beeld. De adviescommissie zal in 2013 worden geïnstalleerd.
Stimuleren van JGZ-‐organisaties zodanig dat eind 2012 de helft van de JGZ-‐organisaties gebruik maakt van JIB. Een aantal JGZ-‐organisatie heeft aangegeven graag te willen aansluiten op Jeugd in Beeld. Deze organisaties zijn bezocht en worden op de hoogte gehouden van het verloop en de stand van zaken met betrekking tot de aansluiting. Omdat de voorbereidingen van Jeugd in Beeld, met name het vaststellen van de juiste onderwerpen, het laten maken van de queries door leveranciers en het opstellen van een reglement en overeenkomst enige tijd nodig hadden is het niet gelukt om in 2012 JGZ-‐organisaties te laten aansluiten op Jeugd in Beeld. Naar verwachting kunnen de eerste JGZ-‐organisaties in de eerste helft van 2013 aansluiten.
Inf 4 Verkenning Jeugdgezondheid Het doel van de ‘Verkenning jeugdgezondheid’ is om periodiek een beeld te geven van de gezondheid van kinderen en jongeren als inbreng voor zowel gemeentelijke als landelijke beleidsontwikkeling. Het RIVM zal de Verkenning gaan uitvoeren en het NCJ zal de taak op zich nemen draagvlak voor het project te versterken en de verbinding van de Verkenning naar het JGZ veld vorm te geven.
Doelgroep Primaire doelgroepen van het project zijn management en beleid/stafmedewerkers van JGZ-‐organisaties. Afgeleide doelgroepen zijn beleidsmedewerkers van gemeenten en beleidsmedewerkers van de landelijke overheid.
Beoogde resultaten van het project In 2013 krijgen JGZ-‐organisaties inzicht in wat momenteel de belangrijkste gezondheidsproblemen van kinderen en jongeren in Nederland zijn en wat de opbrengsten zijn van de jeugdgezondheidszorg in relatie tot de gezondheid van kinderen en jongeren in Nederland. Verder zal een infrastructuur voor periodieke overzichten worden opgebouwd en komt er een rapport dat als inbreng kan dienen voor de VTV 2014.
27
Resultaten Het project is eind 2012 opgestart met een projectteam. Er zijn drie begeleidingscommissies ingesteld: de Beleidsadviesgroep, de Klankbordgroep en een Wetenschappelijke Adviescommissie. Eind 2012 zijn de JGZ-‐organisaties geïnformeerd over het doel en de opzet van het project.
Additionele projecten Project K4 Uniforme vroegsignalering van taalstoornissen in de jeugdgezondheidszorg. Het doel van het project is het uitvoeren van de aanbeveling de uniforme signalering taalproblemen door de jeugdgezondheidszorg te verbeteren door het ontwikkelen en voorbereiden van de implementatie van een verrijkt van Wiechenonderzoek. Dit betekent het aanpassen van het onderdeel “Communicatie” van het Ontwikkelingsonderzoek JGZ met items uit de veelbelovende taalspraaksignaleringsinstrumenten VTO-‐taal 2-‐ jarigen en G-‐MS/SNEL, het dienovereenkomstig aanpassen van de BDS JGZ en het voorbereiden van de implementatie. Dit project wordt afzonderlijk van de instellingssubsidie door het ministerie van VWS additioneel gefinancierd. Het project eindigt eind 2012.
Doelgroep Professionals en organisaties in de JGZ, ketenpartners op het terrein van taal
Beoogde resultaten van het project Aangepast onderdeel “Communicatie” van het Ontwikkelingsonderzoek JGZ met items uit de veelbelovende taalspraaksignaleringsinstrumenten VTO-‐taal 2-‐jarigen en G-‐MS/SNEL, het dienovereenkomstig aanpassen van de BDS JGZ en het voorbereiden de implementatie.
Resultaten De pilot. De pilot heeft binnen 5 organisaties plaatsgevonden: Verian, Jong Florence, GGD Hart van Brabant, Thuiszorg West-‐Brabant en JGZ Kennemerland en liep tot eind mei. De dataverzameling in deze organisatie verliep wisselend. De registratie in de verschillende DD JGZ’s lukte wel, maar sommige organisaties hadden problemen de gewenste collectieve informatie uit hun DD JGZ te halen.
Evaluatie: Drie masterstudenten van de Vrije Universiteit Amsterdam hebben de pilot geëvalueerd op de volgende elementen: Verwijzing naar het Audiologisch Centrum, Begeleiding door de jeugdverpleegkundige en Knelpunten inventarisatie voor implementatie bij de JGZ-‐organisaties. Evaluatie van de pilot heeft in mei en juni 2012 plaatsgevonden, onder andere door middel van interviews en focusgroepen bij de deelnemende organisaties. De volgende onderwerpen kwamen hierbij aan bod: de begeleiding van niet verwezen maar wel slecht scorende kinderen op basis van begeleidingstraject, de tijdsinvestering aan het onderzoek zelf, medewerkerstevredenheid, het vervolgtraject en trends in de verwijzingen (aantal en aard van de aandoening; verloop van de verwijzing).
28
Analyse en rapportage Analyse en rapportage van de definitieve gegevens was grotendeels mogelijk, maar over enkele gegevens (verwijzingen) kon slechts gedeeltelijk gerapporteerd worden doordat niet alle organisaties gegevens konden leveren uit hun DD JGZ.
Invitational conference Op 28 september is een invitational conference georganiseerd met ketenpartners, beroepsgroepen en koepels om verslag te doen van de stand van zaken en plannen voor de implementatie voor te bespreken.
Beschrijven en rapporteren van de pilot Voor verantwoording naar de financier is een rapportage opgesteld.
Opstellen van een implementatieplan november /december 2012 Het implementatieplan en de inhoud van de toolkit is op hoofdlijnen vastgesteld. Een handreiking voor het JGZ-‐ veld is voorbereid.
Registratie Voor de Basisdataset JGZ zijn wijzigingsvoorstellen opgesteld en ingediend bij de redactiecommissie BDS.
Communicatie. In het kader van de pilot zijn 5 presentaties gegeven, 2 artikelen geschreven en informatie op de website van het NCJ geplaatst.
Project K5 6190 Landelijke implementatie richtlijnen in de jeugdgezondheidszorg Richtlijnen leveren een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit van het professioneel handelen in de jeugdgezondheidszorg (JGZ). Het daadwerkelijke gebruik van ontwikkelde richtlijnen vraagt om structurele implementatieactiviteiten. Tot 2012 werden richtlijnen niet op landelijk niveau systematisch geïmplementeerd. Op verzoek van ZonMw heeft het NCJ eind 2011 een plan opgesteld voor de aanpak van de implementatie van JGZ-‐richtlijnen. Voor de uitvoering van dit plan heeft het NCJ subsidie verkregen voor 2012 tot en met 2014. Dit project sluit naadloos aan op de regie die het NCJ voert op de hele richtlijncyclus voor de. De activiteiten richten zich op het ondersteunen van JGZ-‐organisaties bij het invoeren van richtlijnen in de eigen organisatie. Dit doet het NCJ door het faciliteren van een netwerk implementatie, organiseren van regioscholing, ontwikkeling van e-‐learning en overleg met opleidingsinstituten en aanpalende sectoren over samenwerking met betrekking tot richtlijnen.
Doelgroep JGZ-‐organisaties.
Beoogde resultaten van het project 1. Ontwikkelen formats implementatietoolkit 2. Start Netwerk implementatiefunctionarissen 3. Regionale scholingsbijeenkomsten: 1e voorjaar, 2e najaar 4. Virtueel platform inrichten 5. Nieuwsbrief richtlijnen
29
6. 7. 8. 9.
Activiteiten rondom ontwikkeling eerste e-‐learningmodules Overleg aanpalende beroepsgroepen Overleg opleidingsinstituten Tussenevaluatie: eind 2012
Resultaten In 2012 is begonnen met het opzetten van de implementatiestructuur. Hiervoor zijn verschillende activiteiten uitgevoerd.
Ontwikkelen formats implementatietoolkit Bij alle richtlijnen die na 2012 zijn gepubliceerd is in 2012 een implementatietoolkit gemaakt. Voor alle toolkit-‐ producten zijn formats ontwikkeld die in samenwerking met de richtlijnontwikkelaar worden uitgewerkt tot implementatietoolkitproduct. In de implementatietoolkit zit een PowerPoint (voor de verspreiding van een richtlijn in JGZ-‐organisaties), een factsheet (bedoeld voor managers en gemeenten met korte informatie over de richtlijn), een overzicht van randvoorwaarden voor invoering. Bij een aantal richtlijnen is een folder voor ouders gemaakt. JGZ-‐organisaties kunnen deze folders desgewenst digitaal op hun website zetten of bij het NCJ een bestand opvragen dat geschikt is om zelf te laten drukken. Alle toolkitmaterialen, een toelichting op en een overzicht van de beschikbare toolkitmaterialen per richtlijn zijn te vinden op de NCJ website. Kijk voor meer informatie op www.ncj.nl/onderwerpen/192/ondersteuning-‐bij-‐implementatie.
Start Netwerk implementatie richtlijnen In het voorjaar zijn JGZ-‐organisaties uitgenodigd om deel te nemen aan het netwerk implementatie richtlijnen. Dit heeft geresulteerd in één of meerdere netwerkdeelnemers uit iedere JGZ-‐organisatie. Medio 2012 participeren bijna alle JGZ-‐organisaties, sinds eind december nemen alle JGZ-‐organisaties deel aan het netwerk. Het NCJ organiseert voor deelnemers aan het netwerk scholing over verander-‐ en implementatiekunde, faciliteert ervaringsuitwisseling in de netwerkbijeenkomsten en via de besloten LinkedIn groep en communiceert met de netwerkdeelnemers over de (planning van) richtlijnen voor de JGZ. Ter ondersteuning bij het maken van een implementatieplan op maat voor de eigen organisatie is een Leidraad implementatie richtlijnen ontwikkeld in samenwerking met de implementatieadviseur die bij dit project is betrokken.
Regionale bijeenkomsten In 2012 vonden in het voorjaar en in het najaar de eerste en de tweede netwerk-‐ en scholingsbijeenkomsten plaats. Deze werden georganiseerd in twee regio’s.. Daarbij werd scholing voor specifieke richtlijnen gecombineerd met de bijeenkomsten van het Netwerk implementatie richtlijnen. Voor deze combinatie is gekozen vanwege het streven naar een minimale (reis)-‐belasting van JGZ-‐organisaties. Aan bod kwamen de richtlijnen Astma, Zindelijkheid, Kleine Lengte en Visuele Stoornissen (voorjaar) en Huidafwijkingen, Overgewicht en Voorkeurshouding en Schedelvervorming (najaar). Aan de bijeenkomsten in het voorjaar hebben 52 personen deelgenomen uit 35 JGZ-‐organisaties, in het najaar waren dat 57 netwerkdeelnemers uit 44 JGZ-‐organisaties. Alle netwerkdeelnemers, ook degene die niet aanwezig waren hebben via de nieuwsbrief Netwerk implementatie alle informatie ontvangen.
Virtueel platform inrichten Voor de realisatie van een virtueel platform om ervaringen te kunnen uitwisselen en vragen te kunnen stellen aan mede netwerkdeelnemers, is ervoor gekozen gebruik te maken van LinkedIn. De besloten LinkedIn groep Netwerk Implementatie Richtlijnen is toegankelijk voor alle deelnemers aan het netwerk. Hier wordt nog weinig gebruik van gemaakt.
Nieuwsbrief richtlijnen In september is de eerste nieuwsbrief voor de deelnemers aan het Netwerk implementatie verstuurd. In
30
november de tweede. De nieuwsbrief biedt informatie aan de netwerkdeelnemers over (de planning van) richtlijnen, de geplande netwerk-‐ en scholingsbijeenkomsten, de JGZ-‐academie en e-‐learning.
Activiteiten rondom ontwikkeling eerste e-‐learning modules In 2012 is de JGZ-‐academie gebouwd. Hier kunnen JGZ-‐professionals online en zelfstandig e-‐learning modules volgen. Alle JGZ-‐organisaties zijn uitgenodigd om deel te nemen aan de JGZ-‐academie en een zogenoemde superuser namens hun organisatie aan te stellen. De superuser coördineert de e-‐learning voor de eigen organisatie en heeft inzicht in het gebruik van de e-‐learning door de eigen JGZ-‐medewerkers. Eind 2012 hebben 49 JGZ-‐organisaties één of meerdere superusers aangesteld, de overige twee organisaties willen dit op korte termijn doen. Eind 2012 staan 1217 mensen ingeschreven in de JGZ-‐academie. De JGZ-‐academie is in juni van start gegaan met de eerste e-‐learning module: Zindelijkheid. Daarna volgden de modules Huidafwijkingen en de eerder door TNO ontwikkelde e-‐learning modules Opsporing aangeboren hartafwijkingen en Kleine lichaamslengte. De e-‐learning Kleine lichaamslengte heeft eerst een update ondergaan naar aanleiding van de resultaten uit de laatste groeistudie. Verder is in 2012 gestart met de ontwikkeling van de e-‐learning motiverende gespreksvoering. Deze komt begin 2013 beschikbaar. In deze e-‐ learning wordt gewerkt met casuïstiek uit de richtlijnen Overgewicht, Excessief Huilen en Opvoedingsondersteuning. Na het volgen van een e-‐learning module en het behalen van de bijbehorende toets krijgen professionals een accreditatiepunt en een certificaat. Knelpunt bij dit onderdeel is dat de manier waarop de accreditatie op dit moment moet worden aangevraagd tijdrovend en kostbaar is. In 2013 zal de JGZ-‐academie naast de JGZ-‐richtlijnmodules ook plaats bieden aan andere JGZ-‐e-‐learning modules, mits die aan de kwaliteitseisen voldoen.
Overleg aanpalende beroepsgroepen Het streven is met diverse aanpalende beroepsgroepen (Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK), V&VN/Kinderverpleegkundigen, NJi/stuurgroep richtlijnen jeugdzorg, NHG, KNOV) te komen tot samenwerking en afstemming rondom richtlijnen. Met de NVK en de projectleider richtlijnen jeugdzorg is in 2012 frequent overleg geweest over richtlijnen. Er zijn afspraken gemaakt met de NVK. Deze zijn beschreven in een samenwerkingsnotitie. Tevens is een samenwerkingsnotitie met de stuurgroep richtlijnen jeugdzorg/NJi opgesteld. De Richtlijnadvies-‐ en autorisatiecommissie heeft positief geadviseerd over de samenwerking, geadviseerd over de prioritering voor het maken van samenwerkingsafspraken en gevraagd ook met de jeugd GGZ af te stemmen.
Overleg opleidingsinstituten De samenwerking rondom richtlijnen is besproken in een gezamenlijke bijeenkomst met opleiders van opleidingsinstituten die een postinitiële opleidingen voor jeugdartsen dan wel voor jeugdverpleegkundigen aanbieden. Er zijn concrete afspraken gemaakt over de samenwerking en de wijze waarop het NCJ de opleiders informeert over richtlijnen. Ook zullen de opleiders toegang krijgen tot de JGZ-‐academie zodat zij gebruik kunnen maken van de e-‐learning modules in hun onderwijs. Dit overleg wordt in 2013 gecontinueerd.
Tussenevaluatie: eind 2012 Eind 2012 is de tussenevaluatie in gang gezet, zodat waar nodig actiepunten voor aanpassing van planning en activiteiten vastgesteld kunnen worden. Voor de tussenevaluatie is een digitale vragenlijst gemaakt in een versie voor de deelnemers aan het netwerk implementatie en een versie voor de managers. Uit de evaluatie blijkt dat zowel de managers als de deelnemers aan het netwerk implementatie over het geheel genomen positief zijn. De meeste respondenten (zowel de managers als de netwerkdeelnemers) vinden dat zij door het NCJ voldoende geïnformeerd worden over richtlijnen, alle netwerkdeelnemers geven aan te weten waar nieuwe richtlijnen en bijbehorende ondersteunende materialen te vinden zijn. De algemene tendens is dat de ondersteunende activiteiten van het NCJ in voldoende mate ondersteuning bieden bij de invoering van richtlijnen en dat voortzetting van de ondersteuning wenselijk is. In 2013 worden de resultaten verder
31
geanalyseerd en wordt besloten over eventuele aanpassing in de planning en activiteiten.
32
Project 6100 Blauwdruk Jeugd in Beeld (JIB). Het doel is het instrument Jeugd in Beeld te ontwikkelen. Jeugd in Beeld (JIB) ontsluit de registratie in het DD JGZ op specifieke onderwerpen voor JGZ-‐organisaties en in de toekomst voor gemeenten en overheid. In dit project wordt JIB zodanig beschreven en ontwikkelt dat het in gebruik genomen kan worden. De aansluiting van organisaties, de vulling en het beheer vallen onder het project INF 3 Ontwikkeling en beheer Jeugd in Beeld (JIB).
Doelgroep JGZ-‐organisaties, stafmedewerkers, epidemiologen.
Beoogde resultaten van het project 1. Ontwikkelen JIB, zodanig dat het in 2012 beschikbaar komt voor alle JGZ-‐organisaties. 2. Opstellen van een blauwdruk/visiedocument Jeugd in Beeld. 3. Opstellen van een reglement en overeenkomst tussen JGZ-‐organisaties en NCJ om de aanlevering van de gegevens uit het DD JGZ, de bewerking van de gegevens tot indicatoren, de presentatie van de indicatoren en het toegang van de JGZ-‐organisaties tot de indicatoren te reguleren.
Resultaten In 2012 zijn grote stappen gezet in de realisatie van JIB. De werkzaamheden zijn echter nog niet afgerond en organisaties konden in 2012 nog niet aansluiten. De redenen hiervoor zijn: ● Er is veel overleg gevoerd met ActiZ en GGD Nederland om draagvlak te creëren voor JIB en over de invulling van JIB. ● JIB heeft een belangrijke rol gespeeld in de gesprekken dit jaar van de JGZ met de IGZ over het thematisch toezicht. Met JIB kan de JGZ zelf de regie nemen en houden over haar eigen informatie en meer sturend zijn in de indicatoren die zij van belang vindt. De JGZ en de IGZ hebben de potentieel belangrijke rol van JIB hierin erkend. De gegevens uit het DD JGZ moet echter wel geschikt zijn om te dienen als basis voor indicatoren. Om die reden zal JIB zich in de eerste fase met name gaan focussen op de kwaliteit (uniformiteit) van de indicatoren. Om die reden is eind 2012 is aan het ministerie van VWS uitstel van de projectperiode gevraagd tot eind 2013. Het gevraagde uitstel is inmiddels door het ministerie van VWS toegekend. De focus in de eerste fase op kwaliteit van de indicatoren is in de tweede helft van 2012 verwerkt in het visiedocument en het reglement.
Ontwikkelen JIB, zodanig dat het in 2012 beschikbaar komt voor alle JGZ-‐organisaties. De licentie-‐overeenkomst van softwarepakket Swing is ondertekend. De onderwerpen en gegevenssets zijn bepaald en daarvoor zijn standaardrapportages gebouwd door de leveranciers waar de JGZ-‐organisaties gebruik van kunnen maken. Zodra de deelnameovereenkomst en het reglement definitief zijn, kunnen JGZ-‐ organisaties deelnemen en gegevens aanleveren.
Opstellen van een blauwdruk/visiedocument Jeugd in Beeld. Om een blauwdruk/visiedocument op te stellen dient helder te zijn waar we naar toe willen met Jeugd in Beeld. Deze richting is mede bepaald door de gesprekken met ActiZ en GGD Nederland en de IGZ in de loop van 2012 en is verwerkt in het visiedocument.
Opstellen van een reglement en overeenkomst tussen JGZ-‐organisaties en NCJ om de aanlevering van de gegevens uit het DD JGZ, de bewerking van de gegevens tot indicatoren, de presentatie van de indicatoren en
33
het toegang van de JGZ-‐organisaties tot de indicatoren te reguleren. Samen met een jurist gespecialiseerd in het DD JGZ is een conceptversie opgesteld voor de deelnameovereenkomst en het reglement voor JIB. Deze conceptversies worden begin 2013 voorgelegd aan ActiZ en GGD Nederland.
ESF project Van buiten, naar binnen, naar buiten Doel van het project is het opstellen en (deels) uitvoeren van een verbeterplan gericht op het optimaliseren van de kennisprocessen bij het NCJ. Het project is met additionele financiering door het ESF uitgevoerd en ondersteund door adviesbureau Alares.
Doelgroep Directeur en medewerkers van het NCJ.
Beoogde resultaten van het project 1. Concrete verbetervoorstellen 2. Pilots van gekozen verbetervoorstellen
Resultaten 2012 De visiedocumenten en procesbeschrijvingen van het NCJ en gesprekken met de medewerkers zijn inbreng geweest voor een inspiratiesessie. In deze sessie heeft Alares kort aan het NCJ hun visie op een goede kennisomgeving gepresenteerd. Langs de lijnen organisatie, cultuur, competenties en systemen werd zichtbaar wat er nodig is om de (kennis-‐) doelstellingen van het NCJ te bereiken. In een interactieve sessie zijn de medewerkers over sociale en technische innovatie geïnformeerd. De focus in de bijeenkomst lag op gedragsverandering en cultuur. Na de inspiratiesessie zijn er drie werkgroepen gevormd. De werkgroepen hebben zich verdiept in: 1. Het delen van kennis binnen het NCJ, vooral door gebruik te maken van digitale mogelijkheden en sociale media; 2. Het delen van kennis met JGZ-‐organisaties; 3. De overlegstructuur binnen het NCJ. Elke werkgroep heeft verbetervoorstellen opgesteld die in pilots een aantal zijn beproefd. Werkgroep 1 heeft een nieuwe opzet van de gezamenlijke directories ontwikkeld, Yammer (een applicatie om kort informatie te delen) ingevoerd en een pilot uitgevoerd om het gebruik van iPhone en iPad te beproeven. Werkgroep 2 heeft een digitaal basisbestand ontwikkeld waardoor gegevens van alle contacten beter toegankelijk zijn voor alle medewerkers. Daarnaast is een opzet gemaakt waarmee het voor elkaar duidelijk is wanneer en met wie een medewerker van het NCJ contact heeft binnen een JGZ-‐organisatie of een andere stakeholder. Daarnaast is de pilot Accounthouder JGZ-‐organisaties uitgevoerd. Deze pilot laat zien dat er wederzijds veel behoefte is om elkaar te informeren over ontwikkelingen in de jeugdgezondheidszorg. Werkgroep 3 heeft een nieuwe overleg-‐ en afstemmingsstructuur ontwikkeld waardoor de lijnen korter worden en de afstemming, besluitvorming, strategische sturing en projectbewaking efficiënter en effectiever kan plaats vinden.
34
Bijlage 1 Samenstelling (advies)commissies.
Programmalijn Kennis De Wetenschappelijke Advies Commissie NCJ Voorzitter prof. dr. F. Feron (Maastricht University) Leden, dr. A. van Montfoort (Hogeschool Leiden), dr. C. Renders (Hogeschool Windesheim), prof.dr. H. Raat (Erasmus Medisch Centrum), drs, I. Staal (V&VN), prof.dr. Smit (Universiteit Utrecht), drs. J. Heetman (AJN), prof.dr. K. Hoppenbrouwers (Katholieke Universiteit Leuven), dr. K. Verhaar (Pro Education), prof.dr. S.A. Reijneveld (Universitair Medisch Centrum Groningen), prof.dr. R. HiraSing (VU Medisch Centrum), dr. S. Dettmar (TNO Child Health), prof.dr. H. van Oers (Tilburg University), dr. M. Boer-‐Boonekamp (Universiteit Twente), Vacature (ZonMW), (Vacature, NJi)
Richtlijnadvies en autorisatiecommissie Voorzitter, ir. T.A. van Barneveld (Orde van Medisch Specialisten) Vaste leden (afgevaardigde van): drs. C. Wensing (AJN), drs. L. Doggers (AJN tot 24-‐09-‐12)), M. Johannes (AJN, vanaf 24-‐09-‐12), B. Bakker (V&VN), Msc, J. Rutten (V&VN), MANP, Y. van Straten (NVDA), E. Visser (NVDA), J. de Vries (ActiZ) en drs. A. van Rinsum (GGD Nederland). Adviseurs: L. Venmans (richtlijnontwikkeling), drs. R. de Jong (implementatie), dr. C. Rots (wetenschap). Waarnemers: drs. V. Verschoor (ZonMw), S. Potting (VWS), dr. F. van Leerdam (IGZ), drs. G. van Driesten (VNG). Secretaris, T. Dunnink, Mzo, plaatsvervangend secretaris, drs. M. Timmermans (vanaf 01-‐05-‐12).
Erkenningscommissie Interventies deelcommissie 2 Voorzitter: prof. dr. G. Kok Commissieleden: N. Maas, MANP, dr. P. van Empelen, prof. dr. ir. J. Schuit, dr. M. Boere-‐Boonekamp, prof. dr. F. Feron, H. Keizer, dr. P. Kocken, drs. I. Staal, dr. S. Onrust, dr. M. Bos-‐Pronk.
Adviescommissie Ontwikkelingsonderzoek Voorzitter, de heer prof. dr. H. Raat (UMC Rotterdam) Leden: drs. E. Stam-‐van den Doel (arts M&G), D. van Wensveen (MANP), drs. N. Uilenburg, dr. M. Rijken (kinderarts-‐neonatoloog), drs. H. Gorter (kinderfysiotherapeut), de heer dr. N.P.J. Kousemaker (psycholoog), de heer dr. P. Verkerk (onderzoeker). Werkgroep van Landelijke Instructeurs: drs. C.Graat-‐Wolff (jeugdarts KNMG), drs. C. Portman, (jeugdarts KNMG), drs. H. Romeijn (jeugdarts KNMG), drs. H. Bots (arts M&G), drs. I. Moorman (jeugdarts KNMG), drs. J. Bijlsma (arts M&G).
Adviescommissie Opsporing Visuele Stoornissen Voorzitter, drs. H.W.M. van Velzen – Mol (arts M&G) Leden: drs. E.J.C. Coenen-‐van Vroonhoven (jeugdarts KNMG), drs. H.M. van Minderhout (orthoptist/wetenschapper), drs. M.J. de Vries (revalidatie)oogarts), T. Sjoerdsma (orthoptist), drs. V. Iyer (arts M&G), S.Y. Luijer (stafverpleegkundige).
35
Programmalijn Informatisering Redactieraad Basisdataset JGZ Voorzitter: B. Carmiggelt (NCJ) Leden: J. Bijlsma (AJN), H. (V&VN), E. van Driessen (NVDA), O. Engelse (Secretaris, NCJ), G. de Haan (Vitras), S. den Heijer (CJG Rijnmond), A. Henket (Nictiz), M. Johannes (AJN), A. Looman (Zuwe Zorg), R. Rip (JGZ Kennemerland), C. Schuiling (Gelderland-‐Midden), L. Smit (AJN), J. de Wilde (AJN).
Accorderingscommissie S. Boeker (GGD Nederland), B. Carmiggelt (NCJ), I. Steinbuch (ActiZ).
36