Jaarverslag
2012 De pvp en dwang
1
AFKORTINGEN pvp: patiëntenvertrouwenspersoon. paaz; psychiatrische afdeling academisch ziekenhuis ggz: geestelijke gezondheidszorg vg: verstandelijk gehandicapten Bopz: Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen
PATIËNT OF CLIËNT? De term patiëntenvertrouwenspersoon stamt uit de tijd dat de Stichting PVP werd opgericht (1981). Tegenwoordig spreken we liever van cliënten dan van patiënten. Daarom hebben we het niet meer over patiëntenvertrouwenspersonen maar over vertrouwenspersonen. De afkorting pvp blijven we wel gebruiken, want die is na meer dan dertig jaar vertrouwenswerk een begrip geworden.
Jaarverslag 2012
De pvp en dwang
Inhoudsopgave blz. Voorwoord: De pvp en dwang
7
Bericht van de raad van toezicht: Organisatie en positionering
8
Jaaroverzicht 2012 in cijfers
9
De cliënt en dwang: Verslag van een separatie
14
De pvp en dwang: Ondersteunen van een klacht
16
Artikel 38c uit de Bopz 17 De pvp en dwang: Leren van klachten van cliënten
18
Toestingskader: Een gesepareerde cliënt laat je nooit alleen
20
Bezuinigingen: Een pleidooi voor de nuance
22
Projecten en gebeurtenissen in 2012
24
Bijlagen
5
• Verslag van het cliëntenpanel
28
• Verslag van de klachtencommissie
29
• Verslag van de ondernemingsraad
31
• Medewerkers
32
• Publicaties, interviews en presentaties
34
• Financieel verslag
35
• Jaarrekening
36
• Bestuur en toezicht
37
5
6
6
Voorwoord van de bestuurder
De pvp en dwang ‘Een klein kamertje, helemaal wit, zonder vloerbedekking en met een zware, dikke deur. Je kunt het vergelijken met een koelcel. Kaal en kil, zonder enige afleiding.’ Zo beschrijft een cliënt de separeerruimte waar ze ooit drie maanden verbleef. Even later zegt ze: ‘Ik werd alleen maar ongelukkiger. Het voelde als een straf.’ De Stichting PVP vindt dat dwang alleen mag worden ingezet als uiterste redmiddel, als het echt niet anders kan. Dwangbehandeling wordt door alle cliënten als heel ingrijpend en belastend ervaren. Wij maken ons er hard voor dat cliënten hun rechtspositie kunnen realiseren. Zij moeten minstens de mogelijkheid hebben om invloed uit te oefenen op hun situatie. Om aan te geven dat ze het niet eens zijn met de separatie of dat ze geen medicatie willen. Pvp’en kunnen hen daarbij ondersteunen. Dit jaarverslag gaat over de pvp en dwang. Wat zijn de ervaringen van de pvp met ondersteuning van cliënten bij klachten over dwang en drang? Wat komt hij tegen? Wat vindt hij daarvan? Hoe pakt hij het aan? Valt er al wat te zeggen over de gevolgen van de bezuinigingen? U kunt lezen hoe een cliënt separatie ervaart, hoe een pvp een klacht over dwangmedicatie ondersteunt en waarom er over dwang nooit te veel geklaagd kan worden. Nu er in het kader van het terugdringen van separatie meer met kamerprogramma’s wordt gewerkt, is de grote vraag of dat als verbetering wordt ervaren. Ook daarover laten we een pvp en cliënt aan het woord. Allemaal boeiende observaties en verhalen, maar ook in de bijlagen valt veel interessants te lezen; verslagen van wat het cliëntenpanel, de ondernemingsraad en de klachtencommissie in 2012 hebben bereikt. Tussendoor geven wij u een klein kijkje in de overige projecten en gebeurtenissen in 2012, zoals de aanvaarding door de Tweede Kamer van een motie om het vertrouwenswerk in de nieuwe Jeugdwet goed te regelen. Mijn dank gaat uit naar de twee pvp’en en de cliënt die hun ervaringen zo openhartig met ons delen in dit jaarverslag. Ik hoop dat u het van a tot z leest. Vrijwillig. H.H.J. Flim MCM bestuurder
7
7
Bericht van de raad van toezicht
Organisatie en positionering Voor u ligt het jaarverslag 2012 van de Stichting PVP, vertrouwenspersonen in de zorg. Het zal u niet ontgaan dat het jaarverslag is opgemaakt in de nieuwe huisstijl. Met het nieuwe logo wil de stichting uitdragen dat zij een op de toekomst gerichte organisatie is. Een organisatie die zich mee-ontwikkelt met de veranderingen in het veld, zonder de kern van haar werk te verliezen: het ondersteunen van ggz-cliënten bij het handhaven van hun rechten.
TOEZICHT EN ADVIES Als raad van toezicht bewaken wij dat de activiteiten van de Stichting PVP volgens plan worden uitgevoerd. We houden toezicht op de algemene gang van zaken in de organisatie en adviseren de bestuurder bij belangrijke beleidsbeslissingen. In 2012 vergaderden we vier keer. Ook nam een lid van de raad van toezicht deel aan een overlegvergadering van de bestuurder met de ondernemingsraad. Wij gaven onze goedkeuring aan het jaarverslag en de jaarrekening van 2011 en aan het werkplan en de begroting voor 2013. Daarbij deden we de aanbeveling om in de beleidscyclus het cliëntenpanel te betrekken bij het formuleren van een meerjarenstrategie voor de stichting. Ook adviseerden we de bestuurder om het reglement van de klachtencommissie te herzien. Als raad van toezicht hebben wij in 2012, conform de Governance Code uit 2010, ons eigen functioneren geëvalueerd. Tevens heeft er een functioneringsgesprek plaatsgevonden met de bestuurder. SAMEN VOOR DE JEUGD Het indienen van de motie om het vertrouwenswerk in de nieuwe Jeugdwet te regelen, hebben wij van harte ondersteund. Ook zijn wij voorstander van samenwerking met de andere vertrouwensorganisaties binnen de jeugdzorg. De motie heeft inmiddels geleid tot een extern onderzoek naar hoe het vertrouwenswerk moet worden ingericht in de nieuwe constellatie. Wij adviseerden de bestuurder van de Stichting PVP om de uitkomsten van dat onderzoek af te wachten. Pas dan wordt duidelijk of het nieuwe jeugdstelsel consequenties heeft voor de organisatie en de positionering van de stichting. DE PVP EN DWANG Sinds 2011 monitort de Stichting PVP bij wijze van proef de omstandigheden op gesloten opname afdelingen. Uit een tussenrapportage kwam naar voren dat de pvp de goede en minder goede punten van een afdeling snel in beeld heeft en die ook bespreekbaar kan maken op de afdeling. De vraag blijft wie er de verantwoordelijk neemt om de knelpunten aan te pakken. Wij hopen dat de eindrapportage (2013) handvatten zal bieden. drs. G.J. van Nuland voorzitter
8
Cijfers
Jaaroverzicht 2012 in cijfers MINDER VRAGEN EN KLACHTEN In 2012 hadden 9.259 cliënten contact met de pvp. Zij legden in totaal 24.682 vragen en klachten voor. Er werden veel vragen gesteld over behandeling en zorg (23%) en de rechtspositie van de cliënt (13%). Bij de klachten ging het vooral om behandeling en zorg (26%) en bejegening (12%). Van alle vragen en klachten werd 13% afgehandeld via de helpdesk en 87% via de pvp op locatie in de instelling. De website werd 17.326 keer bezocht. Er werden in 2012 minder vragen en klachten met de pvp besproken dan in 2011 (26.518) en in 2010 (26.459). De precieze oorzaak van deze daling is lastig aan te geven. Het vermoeden bestaat dat de ambulantisering hier een rol in speelt. Ambulante cliënten weten de weg naar de pvp (nog) niet altijd goed te vinden. Daarnaast is er een nieuw registratiesysteem ingevoerd, in de overgangsfase zijn niet alle klachten en vragen geregistreerd. Daarnaast merkt de pvp dat de aard van het contact met de cliënt aan het veranderen is. Het aantal klachten dat naar de klachtencommissie gaat, neemt de afgelopen jaren toe. In 2012 waren het er 1329, tegen 1129 in 2011 en 1003 in 2010. De pvp blijft overigens proberen de klacht eerst op een zo laag mogelijk niveau op te lossen. Toch kiezen cliënten steeds vaker voor de gang naar de klachtencommissie. Het ondersteunen van een cliënt bij de klachtencommissies is arbeidsintensief voor de pvp. Al met al blijven wij hetzelfde werk doen, wij zijn echter afhankelijk van wat de cliënt aan ondersteuning van ons vraagt. DWANG EN DRANG Van alle vragen en klachten ging 15% over onderwerpen die direct met dwang en drang in de instelling te maken hebben. Daarbij kan het gaan om dwangtoepassing volgens het behandelplan, zoals separatie, medicatie, afzondering, fixatie of vocht- en voedseltoediening bij wijze van dwangbehandeling, of om middelen en maatregelen buiten het behandelplan om. Een andere categorie is vrijheidsbeperking, bijvoorbeeld beperking van de bewegingsvrijheid, het bezoek of de telefoon, of controle van de post. Tot slot onderscheidt de pvp een restcategorie ‘overige dwang en drang’, waaronder zaken vallen als fouilleren, inbeslagname van eigendommen en dreigen met dwangtoepassing. Binnen de categorie dwang en drang gaan de meeste vragen en klachten over vrijheidsbeperking (44%), gevolgd door dwangtoepassing volgens het behandelplan (27%). Binnen die laatste categorie ging het opvallend vaak over medicatie (68%). De vrijheidsbeperking waar het meest over werd gevraagd en geklaagd is beperking van de bewegingsvrijheid (76%). MEER SIGNALEN EN MELDINGEN De pvp brengt situaties die structureel afbreuk doen aan de rechten van cliënten onder de aandacht van de instelling. Dat gebeurt via een melding of, in ernstiger gevallen, via een schriftelijk signaal. In 2012 werden 161 meldingen en 56 signalen afgegeven, een totaal van 217. Dat is meer dan in 2011 (173) en 2010 (179). Ten opzichte van 2011 steeg het aantal meldingen en signalen met 25%.
9
In 2012 is de Stichting PVP meer aandacht gaan besteden aan de taak signaleren en melden. Onder andere is er een plan van aanpak gemaakt om thematisch te gaan signaleren. Dit plan van aanpak heeft een looptijd van drie jaar. In 2012 was het thema Middelen en Maatregelen (M&M)(artikel 39 Bopz). De meeste meldingen en signalen gingen over gebouw en hotelfunctie (24%), behandeling en zorg (22%) en bejegening (15%). Van de meldingen en signalen ging 9% over dwang en drang. Bij alle meldingen en signalen over dwang is de tekortkoming weggenomen door de instelling. Er is geen signaal over dwang doorgestuurd naar de Inspectie voor de Gezondheidszorg. MEER UITSPRAKEN VAN DE KLACHTENCOMMISSIE In 2012 werden 1.329 klachten ingediend bij een klachtencommissie met ondersteuning van de pvp. In 2011 en 2010 waren dat er respectievelijk 1.129 en 1.003. Er werd het meest geklaagd over de onderwerpen dwangtoepassing volgens het behandelplan (26%) en behandeling en zorg (20%). Van alle klachten werd 18% gegrond en 44% ongegrond verklaard. Van alle klachten bij de klachtencommissie ging 45% over één van de dwangcategorieën. Van die klachten werd 17% gegrond en 54% ongegrond verklaard. •
Onderwerp van vragen en klachten in percentages
Behandeling/zorg, overleg en uitvoer Bejegening Dossier/geheimhouding/info van instelling Dwangtoepassing buiten beh.plan/M&M Dwangtoepassing volgens behandelplan Externe rechtspositie Gebouw en hotelfunctie Geen onderwerp ingegeven Geldbeheer en algemene rechtsvragen Overig Overige dwang/drang PVP Tegen overplaatsing/verlof/ontslag Vrijheidsbeperking Wens tot overplaatsing/verlof/ontslag Zelfbinding 0
5
10
vraag/vertrouwelijk gesprek
10
15
20 klacht
25
30
Aantal vragen en klachten 2010-2012
30000 25000 20000 Aantal vragen en klachten 2010-2012 15000 30000 10000 25000 5000 20000 0 15000
2010
2011
2012
vragen en klachten
10000
5000 Aantal klachten naar de klachtencommissie 2010-2012 14000 2010
2011
2012
1200 vragen en klachten 1000
Aantal 800 klachten naar de klachtencommissie 2010-2012 600 1400 400 1200 200 1000 0 800 2010
2011
2012
600 klachten naar klachtencommissie 400 200 0 2010
2011
2012
klachten naar klachtencommissie
11
Onderwerpcategorieën van vragen en klachten over dwang in percentages van totaal aantal vragen en klachten over dwang 2010-2012
Vrijheidsbeperking
Overige dwang/drang
Dwangtoepassing volgens behandelplan
Dwangtoepassing buiten beh.plan/M&M
0
5
2012
10 2011
15
20
25
30
2010
Aantal signalen en meldingen 2010-2012
250 200 150 100 50 0 2010
2011 signalen
12
meldingen
2012
35
40
45
50
13
De cliënt en dwang
Verslag van een separatie Gelukkig Nieuwjaar, Carlijn Ik ben langdurig gesepareerd geweest, in totaal drie maanden. De eerste maand zat ik 24 uur per dag in de separeer. Een klein kamertje, helemaal wit, zonder vloerbedekking en met een zware, dikke deur. Je kunt het vergelijken met een koelcel. Kaal en kil, zonder enige afleiding. Met een beetje geluk heb je een klok met een secondewijzer, dan gebeurt er tenminste nog iets. Heel af en toe kreeg ik een tijdschrift waar de nietjes uit waren gehaald zodat ik mezelf niet kon beschadigen. Er was een radio met één zender. Ik werd gesepareerd in de periode voor oud en nieuw en heb de hele top-2000 gehoord, van begin tot eind. En toen het 1 januari 2007 werd, heb ik tegen mezelf gezegd: ‘Gelukkig Nieuwjaar, Carlijn.’ Ik werd opgenomen omdat ik depressief was en de separatie heeft niets opgelost. Ze zeggen dat je een cliënt die een gevaar voor zichzelf is, niet alleen moet laten, dat je in contact moet blijven. Door iemand te separeren, ga je juist uit het contact. Ik werd in de separeer alleen maar ongelukkiger. Het voelde als een straf. Ik had geen enkele zeggenschap meer, alles werd voor me beslist. Er werd niet gevraagd wat ik op mijn brood wilde, het werd gewoon voorgeschoteld. Als je helemaal niets meer te zeggen hebt, wat ben je dan nog? Ik voelde me waardeloos, nog minder dan een hond. Een hond wordt tenminste nog drie keer per dag uitgelaten en krijgt liefde en aandacht. Hulpverleners zouden eens stil moeten staan bij de gevolgen op langere termijn, want de uitwerking van een separatie kan best traumatisch zijn. Je loopt een flinke deuk op in je zelfvertrouwen. Achteraf gezien heb ik veel te lang in de separeer gezeten. Ik kwam er pas uit toen ik van de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis werd overgeplaatst naar een ggz instelling. Ik had geen idee wat mijn rechten en plichten waren. Ik weet dat een pvp in de paaz zijn verhaal heeft gedaan, maar dat is bij mij echt niet binnengekomen. Je moet wat verder zijn voor het blijft hangen. Je bent voor de eerste keer opgenomen, je beseft niet waar het verhaal over gaat. Ik heb wel eens tegen de verpleging gezegd: ik wil hier uit, maar zij zeiden: dat mag niet. En ik dacht: als zij dat zeggen, zal het wel zo zijn. Tegenwoordig weet ik beter. Ik ben als ervaringswerker actief in Het roer om, een werkgroep binnen het landelijke project om dwang en drang terug te dringen. We werken nauw samen met de pvp. We hebben bijvoorbeeld een evaluatieformulier ontwikkeld voor cliënten die gesepareerd zijn geweest. Cliënten geven daarin aan wat er vanuit hun beleving goed is gegaan en wat anders zou moeten, zodat we verbeterpunten kunnen meegeven aan de afdeling. Maandelijks is er een terugkoppeling met het team. Een gevoelig punt bij de evaluaties is privacy. Wij zijn vrijwilligers en mogen officieel niet weten dat iemand gesepareerd is geweest. Eigenlijk zou de cliënt zelf ons moeten benaderen met het verzoek om een evaluatie af te nemen. Over dit soort vragen overleggen we met de pvp.
14
Het landelijke project Dwang en Drang loopt af dit jaar, maar er is al veel verbeterd. We hebben op het terrein nu een high care unit. De separeercellen hebben een touch screen waarmee de cliënt de sfeer in de ruimte kan bepalen. Hij kan licht en geluid instellen en foto’s van landschappen of dierbaren projecteren. Een cliënt komt zo al veel rustiger binnen. Hij heeft ook veel meer zeggenschap. Hij kan spelletjes doen en radio luisteren. Er wordt ook zo lang mogelijk gewacht met separeren. De cliënt komt eerst in een supportruimte, een soort begeleide afzondering. Pas als het echt niet anders kan, wordt hij gesepareerd. De zorg is echt verbeterd. Ik ben bij Het roer om gegaan om ervoor te zorgen dat cliënten niet hoeven mee te maken wat ik heb meegemaakt. Om de bejegening en de faciliteiten van de separeer te verbeteren. We hebben al veel bereikt, maar zijn absoluut nog niet klaar. Op afdelingen zonder separeer hoor ik verhalen van mensen die op hun eigen kamer gesepareerd worden. Ik wijs die mensen altijd op de pvp. Je hoeft niet meteen naar een klachtencommissie als je naar een pvp gaat. Je hoeft ook niet bang te zijn dat je meteen in conflict komt met je hulpverlener. Je kunt gewoon advies vragen: stel dat dit gebeurt, wat zijn mijn rechten en plichten dan? Die vraag had ik graag gesteld toen ik in de separeer zat. • Carlijn van der Linden is cliënt bij GGzE en vrijwilliger bij het cliëntenbelangenbureau
15
De pvp en dwang
Ondersteunen van een klacht over dwangmedicatie Wanneer start een dwangbehandeling? Tegen je wil behandeld worden is een forse inbreuk op je lichamelijke integriteit. Het schendt je zelfbeschikkingsrecht en kent daarom strenge regels. Dat hoort ook zo, die regels zijn er niet voor niets. Door die regels mogen cliënten erop vertrouwen dat ze voldoende rechtsbescherming hebben. Dat er niet zomaar een dokter iets kan beslissen omdat hij dat het beste vindt. Cliënten denken vaak inhoudelijk anders over de noodzaak van dwangbehandeling en willen dit graag voor het voetlicht brengen. De pvp ondersteunt ze hierbij. Maar ook als een cliënt twijfels heeft of alle regels en procedures wel juist zijn gevolgd, bestaat er de mogelijkheid om dit te laten toetsen door een klachtencommissie. Hij laat dan toetsen of de dwangbehandeling rechtmatig is. In 2012 heb ik als pvp een cliënt ondersteund die een klacht indiende tegen dwangbehandeling en het onder dwang medicatie toegediend krijgen. De cliënt had een eerste periode van dwangbehandeling er bijna opzitten en hem was duidelijk gemaakt dat de dwangbehandeling voortgezet zou gaan worden. Een beslissing tot dwangbehandeling is namelijk in sommige gevallen maximaal drie maanden geldig en kan dan alleen worden verlengd door de geneesheer-directeur als daar een gegronde reden voor is. Die reden is in de eerste plaats natuurlijk inhoudelijk, maar ook het juist opvolgen van de procedure wordt hierin meegenomen. In de specifieke casus van deze cliënt speelde de vraag “wanneer start nu eigenlijk een dwangbehandeling?” Hier was verwarring over. Gaan de drie maanden lopen op de dag dat de beslissing wordt genomen en de dwangbehandeling wordt aangezegd, of op de dag dat de eerste injectie wordt gezet? Ook in de rest van het land was deze discussie actueel. Want als iemand een klacht indient bij de klachtencommissie, kan de start van de behandeling zomaar een aantal weken worden opgeschort. Er was een aantal uitspraken van rechters, maar de een hanteerde de dag van de beslissing en de andere die van de eerste dwangbehandeling. Een hele onduidelijke situatie. In 2011 gaf een collega-pvp hierover al een signaal af aan de inspectie, dat is een van de taken die je als pvp hebt. De inspectie oordeelde uiteindelijk dat de dag waarop de beslissing wordt genomen geldt als start van de dwangbehandeling, omdat het zo in de wet staat. Door dit oordeel van de inspectie ontstaat voor alle partijen de meeste rechtszekerheid, en zeker voor de cliënt. Die weet precies wanneer de dwangbehandeling begint en eindigt. Daar bestaat vanaf nu geen misverstand meer over. En op basis van deze uitspraak werd het procedurele kader getoetst. Overigens zag de geneesheer-directeur op inhoudelijke gronden geen reden om de dwangbehandeling te verlengen.• Henk van Dijk is patiëntenvertrouwenspersoon
16
Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Bopz), artikel 38c lid 1. Indien niet wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 38b, onderdelen b en c [vrijwillige behandeling], kan niettemin behandeling plaatsvinden: a. voor zover aannemelijk is dat zonder die behandeling het gevaar dat de stoornis van de geestvermogens betrokkene doet veroorzaken niet binnen een redelijke termijn kan worden weggenomen, of b. voor zover dit volstrekt noodzakelijk is om het gevaar dat de stoornis van de geestvermogens betrokkene binnen de inrichting doet veroorzaken, af te wenden. lid 2. Behandeling overeenkomstig het eerste lid vindt plaats krachtens een schriftelijke beslissing van de behandelaar. Bij een behandeling overeenkomstig het eerste lid, onderdeel a, wordt daarin vermeld voor welke termijn zij geldt. De termijn is zo kort mogelijk maar niet langer dan drie maanden, gerekend vanaf de dag waarop de beslissing tot stand komt. De behandelaar doet een afschrift van de beslissing aan de geneesheer-directeur toekomen. lid 3. Indien binnen zes maanden na afloop van de termijn, bedoeld in het tweede lid, voortzetting van de behandeling of opnieuw een behandeling overeenkomstig het eerste lid, onderdeel a, nodig is, geschiedt dit slechts krachtens een schriftelijke beslissing van de geneesheer-directeur. De geneesheer-directeur geeft in zijn beslissing aan waarom van een behandeling alsnog het beoogde effect wordt verwacht. Op zodanige beslissingen is het tweede lid, tweede volzin van toepassing.
17
De pvp en dwang
Leren van klachten van cliënten Het kan ook anders Als pvp heb ik veel te maken met klachten over dwang en drang. Meestal gaat het over separatie, dwangmedicatie en vrijheidsbeperking in kamerprogramma’s. Zo had ik ooit een klachtzaak die erg veel indruk op me maakte. Een cliënt werd urenlang naakt gesepareerd. Zonder scheurhemd, zonder deken, zonder matras, zonder kussen. Achter slot en grendel, in een ruimte die volkomen kaal is, met niets om zichzelf te beschermen. Hij kon zich niet verstoppen. Mensonwaardig vond ik dat. De klachtencommissie verklaarde de klacht over deze separatie ongegrond. Gezien wat eraan voorafging – dreigementen en pogingen tot suïcide – vond de commissie dat de behandelaar voldoende zorgvuldig was geweest bij het nemen van de beslissing tot separatie. Voor mijn gevoel was de klacht gegrond. In de gebruikte separeerruimte hing geen camera en de verpleegkundige moest een gang en meerdere deuren door om de cliënt te bereiken. Er zijn op het terrein ook separeerruimtes waar het toezicht beter geregeld is. Waarom is niet bekeken of daar gebruik van kon worden gemaakt? Sommige cliënten klagen veel en gaan vaak naar de klachtencommissie. Maar het heeft altijd nut om te klagen, zeker als het over dwang gaat. In klachten over dwang zit een groot bejegeningsaspect. Ik denk dat cliënten pas klagen als het voor hen te oneerlijk, te moeilijk of te heftig is geweest. Er wordt over een grens heen gegaan, dat hoor je er altijd in terug. Ze zeggen dan: doe het op een andere manier, dan wil ik best doen wat je vraagt. De instelling kan daar iets van leren. Een klacht kan ertoe leiden dat cliënten in het vervolg anders worden bejegend. En het kan ook gebeuren dat het een uitspraak van de rechtbank oplevert, waardoor cliënten weer meer houvast hebben in hun rechten. Daar doe je het voor als pvp. • Sieke van Boxtel is patiëntenvertrouwenspersoon
18
19
Zes jaar terugdringen dwang en drang
Toetsingskader IGZ Een gesepareerde cliënt laat je nooit alleen Er wordt in Nederland nog steeds meer gesepareerd dan in de omringende landen. Ook duren separaties te lang. Separeren is voor cliënten vaak zeer traumatiserend. Cliënten worden vaak urenlang alleen gelaten. De inspectie vindt dat dit moet veranderen: een gesepareerde cliënt laat je nooit alleen. ZES JAAR TERUGDRINGEN DWANG EN DRANG In 2008 stelde het ministerie van VWS subsidie beschikbaar voor het terugdringen van dwang en drang. De ggz-instellingen legden zichzelf de norm op om het aantal separaties elk jaar met tien procent te verminderen, zowel in aantal als in duur. Er is sindsdien hard gewerkt aan minder en korter separeren, maar de norm werd alleen gehaald in het eerste jaar. Voor de inspectie aanleiding om eind 2012 te komen met het ‘Toetsingskader terugdringen separeren 2012-2013’. GEEN EENZAME OPSLUITING MEER In het toetsingskader staat waar instellingen zich van de inspectie aan moeten houden bij separatie. Ze moeten er alles aan doen om separatie te voorkomen en duidelijk registreren wat er is gedaan om de separatie te stoppen. Ook is er verplichte interne of externe consultatie, afhankelijk van de separatieduur. Separatie mag geen eenzame opsluiting meer zijn. Minimaal vijf minuten per uur moet er een hulpverlener fysiek in dezelfde ruimte zijn als de gesepareerde cliënt. Veel vaker nog moet er contact zijn met de cliënt via luik of camera. Separatie mag alleen nog met 24-uurs toezicht. En een camera is hooguit een hulpmiddel, geen vervanging voor persoonlijk contact met de cliënt.
SIEKE VAN BOXTEL Een cliënt in de separeer liet mij eens zijn dagprogramma zien. Volgens het protocol zijn er minimaal negen contactmomenten, waarvan drie voor het eten, één voor het douchen, koffie, thee enzovoort. Maar op zijn programma stond ‘luik, luik, luik’. Alleen om drie uur ’s middags kwam de verpleging naar binnen, want dan wisselde het team en waren er genoeg mensen aanwezig. ‘Luik’ betekent dat iemand je eten naar binnen schuift en even een praatje maakt. Is dat een contactmoment? Er staat in de wet nergens hoe het moet, separeren. Hoe gaan ze het toetsingskader waarmaken? Met de teams op de afdelingen vraag ik me af of het uitvoerbaar is. Alleen als fysiek contact echt niet kan, omdat het bijvoorbeeld te gevaarlijk is, mag hiervan worden afgeweken. Maar dat moet dan wel worden geregistreerd. Jammer genoeg wordt er niet gezegd wat voldoende argumenten zijn om niet naar binnen te gaan. Onvoldoende personeel, is dat voldoende argument?
20
Als pvp heb ik hier melding van gemaakt bij de raad van bestuur. Hoe gaan we het toetsingskader waarmaken? Met de huidige teams op de afdelingen is het niet uitvoerbaar. Ik vind persoonlijk dat als er iemand in de separeer zit waar de verpleging met minimaal vier personen naar binnen wil omdat men zich anders niet veilig voelt, dat ze dat dan moeten doen. Personeelstekort mag geen reden zijn om het contactmoment te beperken tot het luik en dan te registreren dat fysiek contact niet mogelijk was. Als er vier mensen nodig zijn om naar binnen te kunnen, dan moeten die gewoon aanwezig zijn. De cliënt heeft er recht op.
CARLIJN VAN DER LINDEN Waar we ons, binnen cliëntenorganisaties, zorgen om maken is dat op afdelingen waar geen separeer is, cliënten worden afgezonderd in gewone kamers. Een kamer staat leeg, ze halen de stoel eruit en doen de badruimte en de klerenkast op slot. Dan heb je eigenlijk ook een separeer. Maar formeel hoeft de verpleging zich niet aan het protocol te houden van zoveel verzorgingsmomenten, contactmomenten en controles, want het is geen separeer. Er hangt geen briefje: u mag de pvp bellen. De ruimte hoeft ook niet voldoen aan de veiligheidsrichtlijnen. Een separeer wordt helemaal gekeurd, maar bij een kamer hoeft dat niet. Het is dus onveilig. Wat nou als het een keer echt mis gaat? Ik hoor ook verhalen van mensen die op hun eigen kamer worden opgesloten. Je eigen kamer zou een plek moeten zijn waar je je veilig voelt. Als je er opgesloten wordt, dan verdwijnt dat gevoel al snel.
SIEKE VAN BOXTEL Of het terugdringen van separatie ertoe heeft geleid dat het aantal kamerprogramma’s is toegenomen, weet ik niet. Ik weet alleen dat er veel met kamerprogramma’s wordt gewerkt en dat ik daar als pvp een groot deel van mijn tijd mee bezig ben. Soms worden mensen heel kort gesepareerd en aansluitend in een kamerprogramma gezet. Er wordt veel over geklaagd. Cliënten vinden het een vorm van separatie. Ze zitten in een lege kamer, zonder persoonlijke spullen, met de deur op slot, en zijn volledig afhankelijk van de verpleging voor eten, drinken, roken en contact. Wanneer je meer dan twintig uur op je kamer moet zitten, is dat eigenlijk dwangbehandeling. Dan is het te ingrijpend om te spreken over beperking van de bewegingsvrijheid. Twintig uur is veel, hoor. Ik heb een cliënt die graag mijn voicemail inspreekt. Dan zegt hij: 23,5 uur op mijn kamer, en een paar weken later: 23 uur op mijn kamer, en weer een paar weken later: 22,5 uur op mijn kamer. Een andere cliënt zei tegen mij: ze doen wel eens een spelletje met mij, maar dat is dan een half uur. Ik zit hier 24 uur per dag, dus dat half uurtje biedt zo weinig soelaas…
Sieke van Boxtel is patiëntenvertrouwenspersoon Carlijn van der Linden is cliënt bij GGzE en vrijwilliger bij het cliëntenbelangenbureau
21
Bezuinigingen
Pleidooi voor de nuance In 2012 is veel bezuinigd in de geestelijke gezondheidszorg. Er zijn minder opnameplekken in psychiatrische ziekenhuizen, dus worden er meer cliënten ambulant behandeld. Wat merkt de pvp in de instelling van de bezuinigingen? Wat zijn de risico’s voor de rechtspositie van de cliënt?
SIEKE VAN BOXTEL:
Ik merk dat er afdelingen worden gesloten. Dit zijn vooral de ‘tussenafdelingen’ waar cliënten kunnen wennen aan een overgang, zoals de open vervolgafdeling tussen de crisisafdeling en ambulante behandeling. Overal vallen de tussenstappen weg. Cliënten gaan van een gesloten afdeling linea recta naar huis. Het werkt ook andersom. Door het sluiten van de tussenafdelingen ligt het punt waarop cliënten worden opgenomen verder in de tijd. Het moet echt goed mis zijn, wil iemand opgenomen worden.
HENK VAN DIJK:
Wat misschien een gevolg is van de bezuinigingen, is dat er minder tijd is voor cliënten. Veel cliëntencontacten worden gedaan door psychiaters in opleidingen en dan mis je toch de ervaring van een afgestudeerde psychiater. Cliënten hebben soms minder vertrouwen in een psychiater in opleiding en het gesprek over de behandeling verloopt niet altijd lekker. De cliënt voelt zich onder druk gezet, er wordt alleen maar over medicatie gepraat en de cliënt voelt zich onvoldoende gehoord. Ik neem in deze gevallen contact op met de afdelingspsychiater. Die heeft wat meer afstand en komt eens rustig praten met de cliënt. Het is in een half jaar tijd al twee keer gebeurd dat de dwangbehandeling niet uitgevoerd werd en er op vrijwillige basis verder werd behandeld. De ene keer met een net iets ander middel, de andere keer met een aangepaste dosering. Dat bedoel ik met ervaring. Het lukt een afdelingspsychiater soms veel beter om met de cliënt de nuance te vinden, waardoor het toch vrijwillig gebeurt. En die vrijwilligheid is voor de cliënt essentieel. Ik heb ook een cliënt ondersteund waarbij de beslissing tot het toedienen van dwangmedicatie was genomen door een verpleegkundig specialist. Die had wel een akkoord van een psychiater, maar is zelf niet opgeleid tot het nemen van zulke beslissingen. Ik heb als pvp betoogd dat dwang een zodanig serieuze zaak is, dat de beslissing door een deskundige genomen moet worden. De klachtencommissie was het daarmee eens: de psychiater is de enige die een beslissing tot dwangbehandeling mag nemen. Zo hoort het ook.
Sieke van Boxtel en Henk van Dijk zijn patiëntenvertrouwenspersoon
22
23
Projecten en gebeurtenissen in 2012 MOTIE AANVAARD Op 5 juli 2012 nam de Tweede Kamer de motie Dijsselbloem c.s. (31839, nr.222) over de onafhankelijke vertrouwenspersoon aan binnen de Stelselherziening Jeugdzorg. De Stichting PVP en het Advies-en Klachtenbureau Jeugdzorg (AKJ) hebben voor deze motie gelobbyd. De motie roept op om een onafhankelijke en deskundige vertrouwenspersoon te garanderen voor alle cliënten in binnen de nieuwe Jeugdwet.
Motie DE KAMER, gehoord de beraadslaging, overwegende, dat de onafhankelijke vertrouwenspersonen in de jeugdzorg en de (jeugd) ggz een wezenlijke bijdrage leveren aan de bescherming van rechten van de cliënt/patiënt en familieleden, overwegende dat de onafhankelijke vertrouwenspersoon, door bijstand te leveren bij vragen en klachten, problemen vroegtijdig kan helpen oplossen, waarmee juridische procedures worden voorkomen en (structurele) tekortkomingen worden gesignaleerd en gemeld, van oordeel, dat onafhankelijke vertrouwenspersonen werkzaam zijn bij een onafhankelijk rechtspersoon die, onafhankelijk van het bestuur en/of personen van de toeleiders naar of aanbieders van zorg cliënten en patiënten op hun verzoek bijstaan, en de overheid daartoe subsidie verstrekt aan de door hen aangewezen rechtspersoon (conform huidige wet- en regelgeving en praktijk in de Wet op de Jeugdzorg en Wet BOPZ (straks in Wet Verplichte GGZ en de Wet zorg en dwang), verzoekt de regering de onafhankelijkheid, deskundigheid en beschikbaarheid van de onafhankelijke vertrouwenspersoon voor alle cliënten in het wetsvoorstel Zorg voor jeugd te regelen en zeker te stellen, en gaat over tot de orde van de dag. Dijsselbloem Kooijman Dibi
24
WETSVOORSTELLEN De Juridische sectie heeft in 2012 o.a. overleg gevoerd met de Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdzorg. De sectie nam deel aan de expertmeeting van de thematische wetsevaluatie over zelfbeschikking. Verder is er gereageerd op het conceptvoorstel van de nieuwe Jeugdwet. De Stichting PVP heeft vorig jaar tevens een brief gestuurd aan de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Sport en aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. In deze brief geeft de Stichting PVP haar reactie op de voorstel nota van de wijziging wetsvoorstel Wet verplichte ggz. In het kort kwam de reactie hier op neer dat de Stichting PVP het wetsvoorstel op belangrijke punten een verbetering vindt, maar dat niet alle problemen hiermee worden opgelost. De nieuwe rol die de geneesheer-directeur binnen de nieuwe wet gaat spelen vraagt om aanvullende eisen in de sfeer van onafhankelijkheid en/of toezicht. Ook de rol van de inspectie zal moeten worden aangescherpt. Daarnaast moet er meer duidelijkheid komen rondom dwangcriteria. De Stichting PVP is ook bezorgd over de privacy van cliënten en de geheimhoudingsplicht binnen het nieuwe wetsvoorstel. PVP VOOR VERSTANDELIJK GEHANDICAPTEN In 2012 is er met een grotere instelling voor verstandelijk gehandicapten (VG) een contract afgesloten voor het leveren van vertrouwenswerk. De stichting PVP levert wekelijks een vast aantal uren vertrouwenswerk, daarnaast liepen op verschillende afdelingen korte pilots om te onderzoeken hoe we de verschillende doelgroepen binnen de VG zo goed en zo efficiënt mogelijk kunnen bereiken. In 2012 is tevens gestart met een klankbordgroep onder leiding van een ethica van VUMC voor het verder ontwikkelen van de methodiek voor vertrouwenswerk in de VG-sector. Dit project sluit aan bij de ambities van de Stichting PVP om ook vertrouwenswerk te leveren buiten de GGZ en dan met name in de VG-zorg en de ouderenzorg. INVENTARISATIE CAMERA TOEZICHT Cameratoezicht op afdelingen (anders dan in de separeer) kan bij cliënten enerzijds een gevoel van veiligheid verschaffen. Anderzijds kunnen cliënten ook het gevoel krijgen voortdurend, bekeken te worden. Reden voor de Stichting PVP om te onderzoeken óf er in instellingen veel gebruik gemaakt wordt van cameratoezicht en zo ja, wat dat voor uitwerking heeft op de cliënten. In het voorjaar van 2012 is er door pvp’en geïnventariseerd in hoeverre instellingen gebruik maken van toezicht op afdelingen via camera’s. Uit dit voorbereidend onderzoek bleek dat van de 59 afdelingen er 29 cameratoezicht gebruiken (49%) en van vier afdelingen wordt gemeld dat er plannen zijn om cameratoezicht in te voeren op de afdeling. Camera’s blijken vooral in de gang van afdelingen te zijn geplaatst. Deze uitkomst was genoeg reden om in 2013 een vervolgonderzoek aan dit onderwerp te gaan wijden. VOORLICHTINGSFILM KINDEREN EN JONGEREN Samen met het AKJ heeft de Stichting PVP een tweetal voorlichtingsfilms ontwikkeld. Eén voor kinderen en één voor jongeren die, vrijwillig of gedwongen, verblijven in een jeugd- of ggz-instelling. In de film vertellen kinderen en jongeren welke onderwerpen je allemaal kunt bespreken, wat zij aan de vertrouwenspersoon hebben gehad en waarom het zo fijn is dat er een onafhankelijk persoon is die je geheel kunt vertrouwen. De Stichting PVP heeft bij het maken van de voorlichtingsfilm bewust samenwerking gezocht met het AKJ, omdat zij beiden zochten naar een goede manier om aan kinderen en jongeren uit te leggen wat een vertrouwenspersoon precies doet. De film wordt door de vertrouwenspersonen van beide partijen getoond in de instellingen waar de kinderen en jongeren verblijven. De film is ook te bekijken via www.pvp.nl
25
AFSCHEID VAN DE BOOGJES In 2012 is de Stichting PVP gestart met het vernieuwen van de huisstijl. Na een interne inventarisatie van kenmerken die de identiteit van de organisatie vormen, is aan een aantal vormgevers de opdracht gegeven om deze identiteit te verbeelden. Daarbij werd meegegeven dat de unieke, speciaal voor de Stichting PVP ontworpen letters van voorgaande logo’s niet verloren mochten gaan. Van de rode boogjes mocht wel afscheid worden genomen. Het uiteindelijke resultaat, van qiks grafische vormgeving, ziet u hieronder.
In 2012 is begonnen met het doorvoeren van de nieuwe huisstijl, in 2013 wordt deze verder uitgerold.
26
27
Bijlage 1
Verslag van het cliëntenpanel Het cliëntenpanel van de Stichting PVP geeft advies over zaken die direct te maken hebben met het vertrouwenswerk. Het cliëntenpanel laat zich daarbij leiden door waar de cliënt zich geholpen mee voelt. Het toetst het beleid van de Stichting PVP vanuit cliëntenperspectief. MEER NAAMSBEKENDHEID PVP De Stichting PVP vroeg het cliëntenpanel om adviezen over het jaarplan 2013, het registratieprogramma RAPP en het in 2013 te houden cliënttevredenheidsonderzoek. Ook werd het communicatieplan besproken. Het cliëntenpanel vroeg aandacht voor het vergroten van de naamsbekendheid van de pvp, vooral bij ambulante cliënten. Een belangrijk instrument daarvoor is een goed functionerende website. Ook is er op het gebied van social media nog veel te winnen voor de stichting. LAAGDREMPELIGE TOEGANG Het cliëntenpanel blijft aandacht vragen voor de kosten van het bellen van de helpdesk. Dit kan een drempel vormen voor cliënten om hulp te zoeken bij de Stichting PVP. In verband met de subsidievoorwaarden is hiervoor niet meteen een oplossing voorhanden. Ook werd gesproken over de klachtenrichtlijn. Cliënten met een klacht over de pvp kunnen terecht bij het hoofd pvp of rechtstreeks contact opnemen met de externe klachtencommissie. Het zou mooi zijn als cliënten kunnen worden geholpen bij het opstellen van hun klacht. CLIËNTENPERSPECTIEF Twee leden van het cliëntenpanel werkten mee aan een speciale uitgave van het tijdschrift ‘Deviant’. Twee andere leden werkten mee aan een gastcollege voor artsen in opleiding aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen. Zij belichtten daarin het cliëntenperspectief. NIEUWE LEDEN In 2012 kwam het cliëntenpanel vier keer bijeen. Het panel werd uitgebreid met twee nieuwe leden. Eén lid nam afscheid. Dat brengt het ledenaantal op dertien. De zittingsduur van de leden werd verleng van vier jaar (twee maal twee jaar) naar acht jaar (twee maal vier jaar).
28
Bijlage 2
Verslag van de klachtencommissie Cliënten die een klacht hebben over de pvp, kunnen zich wenden tot een externe klachtencommissie. De Klachtencommissie Patiëntenvertrouwenspersonen doet een uitspraak over de gegrondheid van klachten en bespreekt de klachten en uitspraken elk jaar met de bestuurder van de Stichting PVP. Ook doet de klachtencommissie aanbevelingen om de dienstverlening van de pvp te verbeteren. AARD VAN DE KLACHTEN In 2012 zijn drie klachten in behandeling genomen. Bij twee klachten is een uitspraak gedaan; de derde klacht was aan het eind van het jaar nog in behandeling. De twee klachten waarover is beslist, bevatten in totaal vijf klachtonderdelen die betrekking hadden op het handelen van een pvp. Het betrof in alle gevallen onvoldoende ondersteuning en het niet nakomen van afspraken door de pvp. Alle klachtonderdelen zijn door de klachtencommissie ongegrond verklaard. De klachtencommissie heeft ook geen aanleiding gezien om aanbevelingen aan de Stichting PVP te doen. Vergeleken met voorgaande jaren is sprake van een lichte stijging van het aantal klagers, van gemiddeld dertig naar veertig per jaar. Het aantal ontvankelijke klachten dat daadwerkelijk heeft geleid tot een uitspraak van de klachtencommissie is in lijn met de voorgaande jaren: twee uitspraken in 2009, één uitspraak in 2010 en vier uitspraken in 2011. TERMIJNEN Het blijft lastig om de in het reglement opgenomen termijnen te halen. In de praktijk blijkt de totale periode van ontvangst van de klacht tot de datum van uitspraak ongeveer twaalf weken te beslaan. VERGADERINGEN De klachtencommissie hield op 26 maart 2012 haar jaarvergadering. Op 17 april 2012 vond het jaarlijkse overleg met de bestuurder van de Stichting PVP plaats. Tijdens dit overleg is onder meer gesproken over de kosten van het ambtelijk secretariaat, het drukken van de folder over de Klachtencommissie en de in voorgaande jaren gedane aanbevelingen. SAMENSTELLING VAN DE KLACHTENCOMMISSIE De klachtencommissie bestond in 2012 uit: - de heer mr. P.O.H. Gevaerts, onafhankelijk voorzitter - de heer drs. H.A.P. Beijers en mevrouw mr. dr. B.J.M. Frederiks, lid namens de cliëntenorganisaties - de heer drs. E.S. van der Haar en de heer drs. H. van den Berg, lid namens de ggz-instellingen. Het ambtelijk secretariaat werd verzorgd door mr. N. van den Burg van KBS Advocaten N.V. te Utrecht.
29
30
Bijlage 3
Verslag van de ondernemingsraad De ondernemingsraad van de Stichting PVP bestaat uit vijf leden en een ambtelijk secretaris. Eén zetel is tijdelijk ingevuld. In 2013 worden er nieuwe verkiezingen georganiseerd. De ondernemingsraad vergaderde in het afgelopen jaar elf keer, waarvan zes keer met de bestuurder. OVERLEG MET DE BESTUURDER De ondernemingsraad heeft de bestuurder gevraagd om schriftelijk uit te leggen waarom de functie senior-pvp niet wordt ingevoerd. Naar aanleiding van de managementrapportages stelde de ondernemingsraad vragen over de ontwikkeling van de helpdesk, de kennisontwikkeling van de juridische afdeling en de toegenomen kosten van mobiele telefonie. Deze zaken hebben de aandacht van de bestuurder. BEZUINIGING Aan de ondernemingsraad is gevraagd om op het eigen budget te bezuinigen. Aangezien er in 2013 verkiezingen plaatsvinden en de nieuwe leden ook een OR-scholing moeten volgen, ziet de ondernemingsraad daar geen kans toe. De ondernemingsraad zegt toe om de kosten voor de locatie scherp in de gaten te houden en waar mogelijk te onderhandelen over de prijs. INSTEMMING De ondernemingsraad heeft ingestemd met de nieuwe procedure arbobeleid, inclusief het protocol ziekteverzuim en re-integratie, en met de vernieuwde reiskostenregeling. De ondernemingsraad dringt aan op een functieomschrijving met een passende reiskostenregeling voor pvp-vervangers. De ondernemingsraad ging akkoord met de regeling voor reistijd die medewerkers maken voor bijzondere activiteiten, zoals een studiedag of een OR-dag. Medewerkers kunnen hun eerder ten onrechte niet-geboekte uren alsnog opvoeren. CONTACT MET DE ACHTERBAN Het OR-kwartiertje waarin medewerkers zaken met de ondernemingsraad kunnen bespreken zonder dat de hoofden aanwezig zijn, is gehandhaafd in 2012. Voor de leden van het managementteam is een apart OR-kwartiertje ingesteld. De jaarlijkse OR-dag was op 17 april 2012.
31
Bijlage 4
Medewerkers Op 31 december 2012 waren er 70 medewerkers (62,25 fte) in dienst bij de Stichting PVP. Dit waren 24 mannen (34%) en 46 vrouwen (66%). Meer dan de helft van de personeelsleden (58%) is tussen de 50 en 60 jaar oud. 17% jonger is dan 40 jaar, 15% is 40 tot 50 jaar oud en 10% is ouder dan 60 jaar. Er zijn in 2012 drie nieuwe medewerkers in dienst gekomen en er is één medewerker uitgestroomd.
Externe klachten-
Raad van toezicht
commissie
Directeur/bestuurder
Ondernemingsraad
Nannie Flim Officemanagement Secretariaat P&O
Cliëntenpanel
Senior jurist T.P. Widdershoven
Juristen
Communicatie
Hoofd pvp André de Mol
Hoofd pvp Hans Hiltemann
Hoofd pvp Nelly de Hoog
Mariska
F&C
Team W1
Team W2
Team N
Team M
Team Z
Team O
O&R
32
Controller Costeris
In dienst op 31 december 2012 PVP’EN De heer J. Arwert Mevrouw E.L.J. Bernsen De heer J. Boersma
Mevrouw M. Rosing
De heer J.A.W. Bogers
De heer J.T. van Veldhuizen
Mevrouw J.M.E.C. Boomaerts
Mevrouw A. Verlinde
Mevrouw C. van den Bos
Mevrouw T. Vermeulen
Mevrouw L.F.M. Boxtel
Mevrouw E.A.A.M. de Vries
Mevrouw D.D. den Broeder
De heer G.W. Wiersema
Mevrouw G. Bulstra
Mevrouw A.S. Wijkniet
Mevrouw W. Bult Mevrouw A. Deen
PVP-VERVANGERS
De heer H.S. van Dijk
De heer R.H de Koster
Mevrouw H.W.I.M. Dirks
Mevrouw C. van Muijen
De heer J.W. van Drunick
Mevrouw C.F.M. Noordam
Mevrouw H.W. Ellen
Mevrouw M.M. van Wiggen
De heer N. El Farougui De heer J. Floor
MANAGEMENTTEAM
De heer M.D. Frankevyle
Mevrouw H.H.J. Flim, directeur/bestuurder
De heer P.J.J. Geurts
De heer T.P.J.C Widdershoven, jurist senior
Mevrouw A.A. de Geus
De heer H.H.J Hiltemann, hoofd vertrouwenspersoon
De heer E.M.C. van Gool
Mevrouw N.M. de Hoog Kleijwegt,
Mevrouw E.M. Grin
hoofd vertrouwenspersoon
Mevrouw T.E Hoekstra
De heer A.A. de Mol, hoofd vertrouwenspersoon
De heer B. Hofma
Mevrouw M.H. Costeris, controller
De heer R.C.J. Hofstee Mevrouw F.R.S. Hruska
STAFMEDEWERKERS
De heer B.J.P. Hulsman
Mevrouw W.A. Schut, office manager
De heer H. IJzerman
Mevrouw H. Köhler, communicatie adviseur
Mevrouw S.G. Jonkers
Mevrouw H. van Koeven,
Mevrouw M.E.A. Koning
medewerker onderzoek & registratie
Mevrouw H. van der Laan Mevrouw J.A. van der Leij
JURIDISCHE AFDELING
Mevrouw G.W. van Leussen
De heer S.P.K. Welie - jurist
Mevrouw E.M. Nieuwenhuis
Mevrouw A. Blok - jurist
De heer A.TH.M. Nijhof Mevrouw A.J. Oldenburg
SECRETARIAAT EN ADMINISTRATIE
Mevrouw L. Paay
Mevrouw Y. Anbeek, secretaresse
Mevrouw R. Perquin
Mevrouw S. Peek - secretaresse/medewerker P&O
Mevrouw I.P. Peters
Mevrouw H. van Koppen - ambtelijk secretaris OR/
Mevrouw M.F.T.G. Peters
projectondersteuning
De heer W.T.D.M. Raaphorst
Mevrouw T.J. Brunekreef -
De heer E.M.F.M. Raymann
financieel administratief medewerker
Mevrouw I.L. de Ronde Mevrouw S. de Rooij
33
Bijlage 5 Publicaties, interviews en presentaties T.P. Widdershoven, ‘Juridische aspecten van nieuwsvoorziening bij dwangopneming in de psychiatrie’, Tijdschrift voor Gezondheidsrecht 2012 (36) 1, p. 24 - 31. R. van Leussen, artikel over gedwongen ontslag, Diverce, blad voor en door cliënten van Dimence. I. de Ronde, ‘Afschaffing Tolkenvergoeding’, Diverce september 2012, blad voor en door cliënten van Dimence. Bijdrage door een aantal pvp’en aan het Meinummer van MGv: themanummer over Seksueel Misbruik binnen verschillende sectoren van de gezondheidszorg. Op 21 mei bracht een delegatie (3 personen) van de Turkse organisatie “Rusihak” (Mensenrechten in de Geestelijke Gezondheidszorg Initiatief) uit Istanbul een bezoek aan de Stichting PVP. Twee leden van het cliëntenpanel werkten mee aan een themanummer van het tijdschrift ‘Deviant’ over inclusieve psychiatrie, december 2012. Zij lieten zich interviewen over hoe slecht mensen met een fysieke beperking terechtkunnen in de ggz. Twee leden van het cliëntenpanel werkten mee aan een gastcollege voor artsen in opleiding aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen. PVP-krant – 22e jaargang nummer 1, lente 2012 Overal recht op nieuws, ook in de separeer Gesepareerde cliënten beperkt toegang tot televisie; IGZ wil geen separaties meer; jurisprudentie huisregels en vrijheid van meningsuiting; column over eigen bijdrage in de ggz; recensie voorstelling ‘Hamlet’ van het Noord Nederlands Toneel; interview met Noraly Beyer over research voor ‘Hamlet’ op een gesloten afdeling; de klachtencommissie over dwangbehandeling; de pvp en monitoring; verhaal cliënt over hulpverleners die slecht luisteren. PVP-krant - 22e jaargang nummer 2, zomer 2012 Zin en onzin van de diagnostiek Themanummer over DSM: vragen en klachten over diagnose; inhoud DSM, het grote diagnoseboek; wat doet het CIZ?; interview met Malou van Hintum, auteur van het boek ‘Doe eens normaal’; interview met hoogleraar psychiatrische epidemiologie Jim van Os; DSM en niet-westerse cliënten; uitspraak klachtencommissie over ongewenst contact; samenvatting jaarverslag 2011; einde griffierechten Bopz-zaken; verhaal cliënt over diagnose. PVP-krant - 22e jaargang nummer 3, winter 2012/2013 De rechter komt… maar laat zijn toga thuis Themanummer over de praktijk van rechtszittingen in de psychiatrie: niks misdaan, maar wel voor de rechter; interviews met hoogleraar rechtsgeleerdheid Pieter Ippel; interview met Bopz-rechter Eric van Engelen; interview met opnamepsychiater Rob van Ojen; hoe kom ik van een rm af?; interview met advocaat Eva Huineman Lindt; wat is dwangbehandeling?; procedure voorlopige rechterlijke machtiging; de pvp en de cliënt met een klacht over de rechter.
34
Bijlage 6 Financieel verslag In 2012 maakten wij een overstap naar een nieuw, professioneler administratiesysteem. In dit nieuwe systeem kunnen wij financiële gegevens in meer detail registeren en is het eenvoudiger om rapportages te maken voor de interne sturing en de verslaglegging. Wij steven ernaar met deze nieuwe informatie tot een nog efficiëntere inzet van onze middelen te komen. RESULTAAT 2012 In 2012 zijn de baten (inkomsten) van de stichting € 5.117.490,-. Deze inkomsten komen grotendeels uit subsidies van het Ministerie van VWS. Daarnaast hadden wij inkomsten uit dienstverlening aan VWS voor het project ´Dwang in de zorg’, uit dienstverlening door het landelijk bureau aan de Landelijke Stichting Familievertrouwenspersonen en vertrouwenswerk voor cliënten in andere zorgsectoren. De lasten bedragen € 5.085.737,- Het jaarresultaat is hierdoor € 31.753,- positief. Dit bedrag verdelen wij over de egalisatiereserve en de algemene reserve, het eigen vermogen van de stichting. Aan personeelskosten is € 4.417.039,- betaald, circa 87% van de totale uitgaven van de stichting. De personeelskosten daalden met 2% ten opzichte van 2011, doordat in 2012 tijdelijk ingehuurd personeel is vervangen door vast personeel. KOSTEN BESTUUR EN TOEZICHT Het salaris van de bestuurder is afgeleid van het salariëringsysteem van de Nederlandse Vereniging voor Zorgdirecteuren en bedraagt in 2012 € 70.059,- bruto per jaar (exclusief werkgeverslasten). Het betreft een functie van 77,8 fte. Het salaris wordt elk jaar trendmatig aangepast. Dit ligt vast in het beoordelings- en beloningssysteem voor de bestuurder dat de raad van toezicht in 2007 heeft vastgesteld. De honorering van de raad van toezicht is in 2011 vastgesteld op € 3.844,- voor de voorzitter en € 2.196,- voor de leden. Deze bedragen worden elk jaar geïndexeerd. Daarnaast ontvangen zij een kilometervergoeding volgens de standaardregeling van de stichting en een vergoeding voor zakelijke kosten op basis van declaraties. Zij ontvangen geen vergoeding voor telefoon, fax, porto en dergelijke. De gezamenlijke bezoldiging van de leden van de raad van toezicht bedraagt in 2012 € 10.680,-. Meer informatie over de honorering en het financieel resultaat is te vinden in het separate financieel verslag 2012 van de Stichting PVP. U kunt dit bij ons opvragen. VOORUITBLIK 2013 In 2012 hebben wij vorderingen gemaakt met het inrichten van ons kwaliteitssysteem. Een intern auditteam heeft in 2012 diverse processen onderzocht en gecontroleerd. In 2013 zullen wij een externe audit aanvragen.
35
Jaarrekening 2012 BATEN subsidies
5.024.774
overige baten totaal baten
92.716 5.117.490
LASTEN personeelskosten
4.417.039
huisvestingskosten 87.921 bureaukosten
283.045
reis- en verblijfkosten
108.926
algemene kosten
145.702
afschrijvingskosten 43.104 totaal lasten
5.085.737
Exploitatieresultaat
36
€
31.753
Bijlage 7 Bestuur en toezicht op 31 december 2012 HET BESTUUR Mevrouw H.H.J. Flim MCM, directeur/bestuurder 54 jaar, benoemd 1-3-2006 Nevenfuncties: - Lid raad van bestuur Landelijke Stichting Familievertrouwenspersonen RAAD VAN TOEZICHT De heer drs. G.J. van Nuland, voorzitter 57 jaar, benoemd 1-10-2006, herbenoeming 1-10-2010, aftreden 1-10-2014 Nevenfuncties: - Statutair directeur Brabant Water NV - Voorzitter raad van toezicht Stichting De Zorgboog - Voorzitter raad van toezicht Stichting Ouderenhuisvesting Ruijschenbergh - Arbiter van het Nederlands Arbitrage Instituut Mevrouw drs. J.M. Teeuwisse, vicevoorzitter 55 jaar, benoemd 1-5-2007, herbenoeming 1-5-2011, aftreden 1-5-2015 Nevenfuncties: - Kinder- en jeugdpsychiater/manager behandelzaken Centrum Verstandelijke Beperking en Psychiatrie Assen - Lid cliëntenadviesraad Het Behouden Huys Haren Mevrouw mr. E.E. Aberson 56 jaar, benoemd 1-7-2009, herbenoeming 1-7-2013, aftreden 1-7-2017 Nevenfuncties: - Lid bestuur (vicevoorzitter/secretaris) Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen - Lid Commissie van Advies Stichting Toetsing Verzekeraars - Lid Geschillencommissie Kinderopvang De heer drs. J.F. de Beer 62 jaar, benoemd 1-3-2011, herbenoeming 1-3-2015, aftreden 1-3-2019 Nevenfuncties: - Directeur van de NVZD, vereniging van bestuurders in de zorg - Geassocieerd partner bij Twynstra Gudde - Voorzitter raad van toezicht CIZ - Voorzitter raad van toezicht Stichting Specialistisch Behandelcentrum Zandheuvelweg - Lid raad van toezicht Carante Groep - Lid van de raad van toezicht van Stichting De Zorgboog - Lid raad van toezicht Stichting Ouderenhuisvesting Ruijschenbergh - Voorzitter van de raad van toezicht van Amerpoort - Lid van de raad van commissarissen van Castle Craig Nederland - Lid van de Toetsingscommissie RVVZ - Voorzitter van de raad van toezicht van Herstellingsoord Dennenheuvel 37
COLOFON Redactie Hellen Köhler Tekst Irene van Hooren, Klare Taal® Vormgeving Karin Vermeer, qiks grafische vormgeving Foto’s Stockoto’s (Dreamstime) Stichting PVP Maliebaan 87 3581 CG Utrecht 030 271 83 53
[email protected] pvp@stichtingpvp www.pvp.nl Mei 2013
Maliebaan 87 3581 CG Utrecht T 030 271 83 53 E
[email protected] I www.pvp.nl