Jaarprogramma 2015
Mobiliteit
1
INHOUDSTAFEL
1. VOORWOORD ............................................................................................................. 4
2. INLEIDING ................................................................................................................. 5
2.1 Beleidscontext en -accenten ........................................................................................ 5
2.1.1 Bestuursakkoord provincie Antwerpen 2013–2019 .................................................. 5
2.1.2 Actieplannen voor het beleidsthema mobiliteit ........................................................ 6
2.2 Provinciale mobiliteitsthema’s ...................................................................................... 6
3. THEMA FIETSBELEID .................................................................................................. 7
3.1 Investeren en subsidiëren ........................................................................................... 7
3.1.1 Aanleggen van fietsinfrastructuur 2015 .................................................................. 7
3.1.2 Fietspadsubsidies voor gemeenten ........................................................................ 9
3.1.3 Provinciale Fietsbarometer ................................................................................. 10
3.1.4 Budget BFF 2015 .............................................................................................. 12
3.2 Ondersteunen en adviseren bij het voeren van een fietsbeleid ....................................... 12
3.3 Communiceren over fietsbeleid via het Steunpunt Fiets................................................. 13
3.3.1 Opdracht van het Steunpunt Fiets ....................................................................... 13
3.3.2 Planning Steunpunt Fiets 2015............................................................................ 13
3.3.3 Budget Steunpunt Fiets 2015.............................................................................. 14
4. THEMA MOBILITEITSPLANNING............................................................................... 15
4.1 Mobiliteitsstudies en procesmanagement ..................................................................... 15
4.1.1 Verkeers- en vervoersstructuur van het ruimtelijk structuurplan provincie Antwerpen
(RSPA) ...................................................................................................................... 15
4.1.2 Mobiliteitsstudie Noorderkempen......................................................................... 15
4.1.3 Coördinatie uitvoering protocol N118 (Geel – Retie) .............................................. 16
4.1.4 Mobiliteitsstudie Midden-Kempen ........................................................................ 16
4.1.5 Budget mobiliteitsstudies en procesmanagement 2015 .......................................... 16
4.2 Adviezen aan interne diensten ................................................................................... 16
4.2.1 Provinciale ruimtelijke planningsprocessen ........................................................... 16
4.2.2 Budget formuleren van advies aan interne diensten 2015....................................... 17
4.3 Adviezen aan externe partners................................................................................... 17
4.3.1 Mobiliteitsplannen en –projecten ......................................................................... 17
4.3.2 Budget formuleren van advies aan externe partners 2015 ...................................... 17
5. THEMA MOBILITEITSMANAGEMENT ......................................................................... 18
5.1 Provinciaal mobiliteitspunt (PMP)................................................................................ 18
5.1.1 Planning PMP 2015 ............................................................................................ 18
5.1.2 Budget PMP provincie Antwerpen 2015 ................................................................ 19
6. THEMA VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE EN –SENSIBILISATIE...................... 20
6.1 Label10op10 voor verkeersactieve basisscholen ........................................................... 21
6.1.1 Planning label 10op10 2015................................................................................ 21
6.1.2 Budget label 10op10 2015.................................................................................. 24
6.2 Uitleendienst educatief materiaal................................................................................ 24
6.2.1 Planning uitleendienst educatief materiaal 2015.................................................... 24
6.2.2 Budget uitleendienst educatief materiaal 2015 ...................................................... 24
6.3 Veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse havengebied................................................ 24
6.3.1 Planning veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse havengebied 2015 .................... 24
6.3.2 Budget veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse havengebied 2015 ...................... 24
7. CARTOGRAFISCHE WEERGAVE VAN DE ACTIES ........................................................ 25
8. THEMATISCHE INDELING VAN DE ACTIES ................................................................ 26
9. VERKLARENDE WOORDENLIJST (INCLUSIEF AFKORTINGEN) .................................. 30
2
Kaart 1: zones permanente tellocaties van de Provinciale Fietsbarometer ................................... 11
Kaart 2: geografische situering van de acties .......................................................................... 25
Tabel Tabel Tabel Tabel
1: 2: 3: 4:
acties acties acties acties
mobiliteitsplanning ......................................................................................... fietsbeleid ..................................................................................................... verkeers- en mobiliteitseducatie en -sensibilisatie .............................................. mobiliteitsmanagement ..................................................................................
26
26
28
29
Figuur 1: de 5 E's van verkeersgedragsbeïnvloeding ................................................................ 20
3
1.VOORWOORD Beste lezer Het gaat de dienst Mobiliteit voor de wind. Het voorbije jaar werden er verschillende nieuwe stukken van de fietsostrades Antwerpen-Essen en Antwerpen-Mechelen geopend, telkens onder grote publieke belangstelling. We zijn vastbesloten om op deze weg verder te gaan. In 2015 ronden we de fietsostrade Antwerpen-Mechelen volledig af. Onderzoek wees al uit dat vele duizenden mensen gebruik maken van dit traject en we zijn er van overtuigd dat dit de komende jaren nog zal toenemen. Daarom gaan we in 2015 van start met de provinciale fietsbarometer, een grootschalig onderzoek naar fietsers in onze provincie die ons het nodige cijfermateriaal zal geven voor toekomstige investeringen. De fietsostrades kregen het voorbije jaar ook steun uit Vlaanderen. De minister van mobiliteit verklaarde mee te willen investeren in bovenlokale fietswegen. De provincie Antwerpen is uiteraard bereid om haar ervaring mee ter beschikking te stellen, omdat bewezen is dat investeren in fietsinfrastructuur loont. We blijven zelf ook investeren, in 2015 kunnen we hopelijk van start gaan met de werken aan het traject Herentals-Geel-Balen-Mol, die in volle voorbereiding zijn. Naast de fietsostrades blijft het 10op10-project bijzonder succesvol. De vernieuwing van het logo en het concept zijn enthousiast onthaald en het aantal kinderen dat dankzij 10op10 een goede verkeerseducatie krijgen blijft toenemen. Ook het Provinciaal Mobiliteitspunt wint aan bekendheid. Ik zei het al, het gaat de dienst Mobiliteit voor de wind! Veel leesplezier,
Luk Lemmens Gedeputeerde voor Mobiliteit
4
2.INLEIDING In dit jaarprogramma geeft de dienst Mobiliteit (DMOB) een concreet overzicht van de taken en acties die hij zal uitvoeren in 2015. Uiteraard zijn de reguliere taken (en de acties van de vorige jaren die nog verder uitlopen) niet limitatief opgesomd. In dit jaarprogramma krijgt u een globaal overzicht van die thema’s die we extra willen benadrukken. In de inleiding overlopen we de beleidscontext en beleidsaccenten en de provinciale thema’s. In de delen zeven en acht geven we bijkomende relevante informatie in kaart- en tabelvorm en in het laatste hoofdstuk kunt u een verklarende woordenlijst terugvinden.
2.1 Beleidscontext en -accenten 2.1.1
Bestuursakkoord provincie Antwerpen 2013–2019
In het bestuursakkoord 1 2012-2019 besteedt de provincieraad een apart hoofdstuk aan mobiliteit. [Het fietsbeleid blijft een speerpunt in het mobiliteitsbeleid van de provincie. De provincie wil het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk verder helpen uitbouwen en ontwikkelen. Met een actief subsidiëringsbeleid stimuleren we de gemeenten en de stadsdistricten om de gemeentelijke fietspaden te verbeteren. De provincie zal hierbij als steunpunt voor de gemeenten optreden. We zullen met onze expertise en terreinkennis het gemeentelijk fietsbeleid begeleiden. Maar de provincie wil zich zelf ook inzetten voor realisaties op het terrein. De realisatie van de fietsostrades helpen we in het bijzonder voort door op strategische plekken mee de kunstwerken (tunnels, fietsbruggen, …) aan te leggen. We werken de volgende fietsverbindingen verder af: fietsostrade Antwerpen - Essen, fietsostrade Antwerpen - Mechelen, fietsostrade Herentals - Balen en de verbinding havengebied - noordoosten Antwerpen. Verder zet de provincie in op de aanleg van nieuwe bijkomende fietsverbindingen tegen 2018. De provincie neemt een rol op in het project ‘veilig fietsen’ in de haven en neemt zo deel aan het centraal netwerk voor de verdere ontwikkeling van de Antwerpse haven. De provincie moedigt het gebruik van het openbaar vervoer aan en heeft hierbij bijzondere aandacht voor veilige fietsstallingen rond stations. De provincie zal zich opstellen als kwaliteitsbewaker voor het fietsbeleid en het openbaar vervoer in de gemeentelijke en andere begeleidingscommissies. Er is een gebiedsgerichte aanpak van de mobiliteitsproblemen in de provincie Antwerpen nodig. De provincie Antwerpen wil samenwerking stimuleren tussen overheden om zo oplossingen voor mobiliteit te creëren. De provincie moedigt de intergemeentelijke samenwerking aan binnen het convenantenbeleid. Als het van de provincie verlangd wordt, dan zorgt ze voor overleg over de mobiliteitsdossiers rondom Antwerpen en ondersteunt ze dat overleg ook. De provincie engageert zich om de acties van de mobiliteitsstudie Noorderkempen verder uit te werken, samen met de gemeenten. Er wordt deze bestuursperiode ruimte gemaakt voor een analoge studie in een andere regio. De provincie wil meedenken over de uitbouw van voorstedelijk (openbaar) vervoer rond Antwerpen, Mechelen en Turnhout. De Lightrailnetwerken krijgen daarbij de nodige aandacht. In al deze acties zal de provincie nauw samenwerken met de vervoersmaatschappijen De Lijn en NMBS.
1
Provincie Antwerpen, Bestuursakkoord 2013-2018 De provincie werkt voor u!, p.28-29
5
De provincie wil bedrijven in de provincie Antwerpen blijven aanmoedigen om duurzaam woon werkverkeer te ontwikkelen. Het provinciaal mobiliteitspunt zal deze bedrijven met raad en daad bijstaan. Het mobiliteitspunt wil ook ontwikkelaars van bedrijventerreinen ondersteunen bij de inrichting van een bedrijventerrein in functie van duurzaam woon-werkverkeer. De provincie wil een rol spelen in mobiliteitseducatie en -sensibilisatie. Met het project ‘Label10op10’ bieden we zowel de scholen als de gemeenten en de stadsdistricten de nodige ondersteuning in hun lespakketten rond mobiliteit en verkeersveiligheid.]
2.1.2
Actieplannen voor het beleidsthema mobiliteit
De koppeling van de beleidscyclus aan de financiële cyclus heeft tot gevolg dat DMOB de actieplannen die zijn opgesteld voor het beleidsdomein mobiliteit jaarlijks vertaalt in acties. DMOB stelt voor om de volgende acties uit te werken in 2015: • We werken mee aan een betere verkeersveiligheid in de provincie Antwerpen: o We ondersteunen gemeenten, districten en basisscholen bij het verkeersveiliger maken van de (school)omgeving. o We ondersteunen gemeenten, bedrijven en andere actoren om het havengebied verkeersveiliger te maken. • We stimuleren het fietsen in de provincie Antwerpen door het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk te realiseren en het fietsen te promoten: o We realiseren het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk voor 74% in 2015. o We informeren onze klanten (bedrijven, gemeenten, scholen en inwoners) over alle aspecten van fietsbeleid via het Steunpunt Fiets. • We werken mee aan een betere mobiliteit in de provincie Antwerpen: o We ondersteunen bedrijven bij het verduurzamen van hun woon-werk- en zakelijk verkeer via het provinciaal mobiliteitspunt (PMP). o We coördineren en monitoren de uitvoering van de mobiliteitsstudie voor de Noorderkempen (regio tussen de E19 en E34) tegen 2019. o We werken aan een mobiliteitsstudie voor het gebied Midden-Kempen (regio tussen de E313 en E34) tegen 2018. o We adviseren de lokale overheden en de Vlaamse overheid op een kwaliteitsvolle manier over mobiliteitsplannen, -studies en -projecten binnen de vastgestelde termijn.
2.2 Provinciale mobiliteitsthema’s De provincie Antwerpen werkt rond vier grote thema’s: • fietsbeleid • mobiliteitsplanning • mobiliteitsmanagement • verkeers- en mobiliteitseducatie en –sensibilisatie
6
3.THEMA FIETSBELEID De provincie Antwerpen heeft – net als de andere Vlaamse provincies – ingezet op het thema fietsbeleid. De provincie Antwerpen wil zich profileren als het fietsbestuur bij uitstek. Daardoor is fietsbeleid de core business van de dienst Mobiliteit (DMOB). De provincie Antwerpen wil voor haar fietsbeleid een driesporenbeleid volgen: • investeren en subsidiëren (op het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk, BFF)
• ondersteunen en adviseren bij het voeren van een fietsbeleid
• communiceren over fietsbeleid (via het Steunpunt Fiets) In dit hoofdstuk geven we een overzicht van deze drie aspecten.
3.1 Investeren en subsidiëren Het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk (BFF) is in 2011 bij de partiële herziening opgenomen in het richtinggevend gedeelte van het RSPA. Om van het wensbeeld van het BFF ook een realiteit te maken, heeft de provincie Antwerpen verschillende instrumenten: • uitvoeren van audits van het BFF • aanleggen van fietsinfrastructuur op het BFF • stimuleren van de gemeentebesturen om fietspaden aan te leggen op het BFF via subsidies De provincie Antwerpen zal vanaf 2015 ook extra inzetten op de implementatie van de Provinciale Fietsbarometer.
3.1.1
Aanleggen van fietsinfrastructuur 2015
Eén van de speerpunten van het fietsbeleid van de provincie Antwerpen is het (her)aanleggen van fietspaden en kunstwerken (zoals bruggen en tunnels) met eigen investeringen. Hiervoor selecteren we jaarlijks een aantal ontbrekende schakels uit het BFF. Het zijn meestal grotere projecten die de middelen van een gemeentebestuur overstijgen. De provincie Antwerpen hecht veel belang aan de fietsostrades. De provincie Antwerpen neemt de volledige investering voor de geselecteerde fietsostrades voor haar rekening. Dit houdt de volgende elementen in: • het begeleiden van het hele realisatieproces (inclusief administratieve opvolging en
communicatie)
• het ontwerpen van de fietsinfrastructuur, de verlichting en de bewegwijzering • het verwerven van de noodzakelijke terreinen voor de realisatie van de fietsinfrastructuur • het begeleiden en controleren van de werken Via samenwerkingsovereenkomsten met de betrokken gemeentebesturen draagt de provincie Antwerpen de gerealiseerde fietsinfrastructuur over, zodat de gemeenten nadien het onderhoud voor hun rekening kunnen nemen. De provincieraad keurde goed dat tijdens de legislatuur 2013-2018 de nadruk vooral ligt op de realisatie van de fietsostrades in de richting van de stad Antwerpen, gezien hier in het kader van de implementatie van het masterplan mobiliteit een specifieke mobiliteitsproblematiek zal optreden. De
7
fietsostrades langs spoorlijn 12 (Antwerpen - Essen) en langs spoorlijn 25/27 (Antwerpen Mechelen) zijn de routes met de hoogste potenties aan gebruikers. Deze routes zullen bij uitstek een alternatief bieden voor een vlotte mobiliteit van en naar de gemeenten, die de gevolgen (zullen) voelen van de hogergenoemde infrastructuurwerken. Van beide fietsostrades zijn reeds een aantal gedeelten gerealiseerd door de stad, de gemeenten of de provincie. De laatste ontbrekende schakels die een 100 % effectieve benutting van de routes in de weg staan, zijn in uitvoering. In de Kempen is het grootste fietspotentieel te vinden in de verbinding langs de spoorlijn 15 tussen Herentals en Balen. De provincie Antwerpen zal in 2015 de eerste delen hiervan aanleggen (onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen). Vanaf 2015 zal de provincie Antwerpen bijkomend onderzoeken welke stappen zij kan zetten om tot een snellere realisatie van de overige fietsostrades in de provincie Antwerpen te komen. De provincie Antwerpen zal in 2015 de volgende concrete projecten (investeringen) begeleiden: • fietsostrade Antwerpen – Essen (langs spoorlijn 12): o onderzoeken van de wenselijkheid en haalbaarheid van de volgende projecten in het kader van de geplande projecten van de Oosterweelverbinding: Antwerpen: van Argentiniëlaan tot Groenendaallaan Antwerpen: van Groenendaallaan tot aansluiting op fietsnetwerk van de stad Antwerpen
o opvolgen van de uitvoering (bouw) van de volgende projecten:
Essen: van Paviljoenweg tot Kalmthoutsesteenweg Kalmthout: van station Kijkuit tot station Heide Kapellen en Antwerpen: van Vloeiende (Kapellen) tot Schriek (Ekeren) •
fietsostrade Antwerpen – Mechelen (langs spoorlijn 25/27): o opvolgen van de bouw van de fietsbrug over de Singel in Berchem o opvolgen van de aanpassing van de fietsinfrastructuur op de Posthofbrug in Berchem o opvolgen van de uitvoering (bouw) van de volgende projecten: Sint-Katelijne-Waver en Mechelen: van station Sint-Katelijne-Waver tot Vrouwvliet Mechelen: van Vrouwvliet tot Caputsteenstraat Mechelen: van Caputsteenstraat tot station Nekkerspoel
•
fietsostrade Herentals - Balen (langs spoorlijn 15):
o opvolgen van de (voor)ontwerpen in Herentals, Olen en Balen
o voorbereiden van de grondverwervingen en aanbesteding van de projecten in Herentals, Mol en Balen: Herentals: van station tot Lichtaartseweg Herentals: van Lichtaartseweg tot Sint-Jobstraat Herentals-Olen: van Sint-Jobstraat tot Doffen Mol-Balen: van Rozenberg tot Langvennen Balen: van Langvennen tot Vaartstraat
o opvolgen van de uitvoering van:
Olen: Doffen tot Langstraat (Meiren) Geel: Langstraat tot Keersvennen Geel: Buitensteinde tot Rauwelkoven Geel: Rauwelkoven (Larum) tot Rauwelkoven (Westelijke Ring) Geel: Groenhuis tot station
8
Geel: Heistraat tot Hadschot Geel: Galven tot gemeentegrens Mol Mol: gemeentegrens Geel tot Hessie
•
bijkomende fietsostrades: o onderzoeken welke stappen de provincie Antwerpen kan zetten om tot een snellere realisatie van de overige fietsostrades in de provincie Antwerpen te komen
•
fietsinfrastructuur in het havengebied: o onderzoeken van de haalbaarheid van een verbinding tussen de haven van Antwerpen en de gemeenten ten noordoosten van het havengebied
3.1.2
Fietspadsubsidies voor gemeenten
Om gemeenten te stimuleren fietspaden op gemeentewegen aan te leggen geeft de provincie sinds 1976 subsidies voor de aanleg en de verbetering van fietspaden. Ook dit is een belangrijk instrument voor de realisatie van het BFF. Op 1 februari 2012 keurde het Vlaams parlement een nieuw mobiliteitsdecreet goed (BS 20 maart 2012). Dit decreet wijzigt het decreet van 20 maart 2009 betreffende het mobiliteitsbeleid en heft het decreet op van 20 april 2001 betreffende de mobiliteitsconvenants. Naar aanleiding van het nieuwe mobiliteitsdecreet werd ook de provinciale subsidieregeling aangepast en afgestemd om de nieuwe regeling rond het Fietsfonds. Op 28 februari 2013 keurde de provincieraad het nieuwe provinciale subsidiereglement goed. Dossiers ingediend vanaf 1 maart 2013 volgen het nieuwe reglement. Het provinciale fietspadsubsidiereglement voorziet in een subsidiëring van 80% binnen het Fietsfonds voor de aanleg van een fietspad op een gemeenteweg dat deel uitmaakt van het BFF. Van deze subsidie nemen de Vlaamse overheid en de provincie Antwerpen elk de helft voor hun rekening, waarbij de provincie Antwerpen het deel van de Vlaamse overheid voorfinanciert en later terug vordert. De provincie Antwerpen zal in 2015 het subsidiereglement voor toeristische fietspaden afschaffen om zich vooral toe te spitsen op functioneel fietsgebruik.
9
3.1.3
Provinciale Fietsbarometer
In 2015 zal de provincie Antwerpen haar nieuwe product Provinciale Fietsbarometer uitrollen. De Provinciale Fietsbarometer bestaat uit drie elementen: • fietstellingen • audits van het BFF • enquêtes
De provincie Antwerpen tekende een strategisch meetnet voor fietsers op provinciaal niveau uit. Dit meetnet geeft een antwoord op het gebrek aan gegevens, het beheer en de ontsluiting. Een strategisch meetnet bestaat uit een aantal permanente telpunten en een aantal tijdelijke telpunten. De permanente telpunten zijn plaatsen waar de provincie Antwerpen 24/24u en 7/7 dagen fietsers zal tellen. Deze vaste telpunten liggen gespreid over de verschillende regio’s in de provincie Antwerpen. De verzamelde gegevens van deze vaste telpunten geven het aantal fietsers over de uren, de dagen en de seizoenen weer. De evolutie in het fietsgebruik in de provincie Antwerpen en in de verschillende regio’s wordt hiermee in kaart gebracht (ook over de verschillende jaren heen). Deze gegevens zijn een belangrijk instrument om het (boven)lokale fietsbeleid te evalueren en waar nodig bij te sturen. Tijdelijke tellingen vullen de permanente tellingen aan. Deze tellingen gebeuren op strategische plaatsen op het bovenlokaal functioneel en recreatief fietsroutenetwerk. Voor het bepalen van de geschikte locaties doen we een beroep op Toerisme Provincie Antwerpen en de verschillende gemeenten. De provincie Antwerpen speelt hier haar rol als regisseur van het bovenlokale fietsbeleid, waarbij zij de gemeenten ondersteunt bij hun lokale fietsbeleid.
10
Kaart 1: zones permanente tellocaties van de Provinciale Fietsbarometer In 2015 zal de provincie Antwerpen voor het eerst over accurate gegevens over het fietsgebruik kunnen beschikken. DMOB zal jaarlijks de verzamelde gegevens analyseren en over de resultaten communiceren. Aanvullend kan een vierjaarlijkse enquête peilen naar het gebruik van de fiets als vervoermiddel, herkomst en bestemming, de routekeuze en meer. Dit kwalitatief onderzoeksinstrument kan de verzamelde fietsintensiteiten aanvullen. Samen kunnen ze een globaal beeld geven van het fietsgebruik in de provincie Antwerpen. De provincie Antwerpen gaat een samenwerking aan met leverancier FLOW voor het opzetten van het digitale platform. Een tweede onderdeel van de Provinciale Fietsbarometer zijn de audits. Hiermee geven we de concrete stand van zaken van het BFF per gemeente in combinatie met de kwaliteitsmeting van de bestaande fietsinfrastructuur. In nauw overleg met de gemeente bepaalt de provincie Antwerpen de knelpunten en de prioriteiten van het BFF. Dat leidt tot een actief en sturend beleid: • bepalen van de ontbrekende schakels • adviseren over de aanpak van knelpunten (ontbrekende schakels, bestaande
fietsinfrastructuur, ….)
• adviseren over de prioriteiten van het gemeentelijk fietsbeleid Dit betekent dat de audit de volgende elementen zal bevatten: • kwaliteitsmetingen van de bovenlokale fietsinfrastructuur (uitgevoerd door de Fietsersbond) • fietstellingen • fietsgerelateerde ongevallenstatistieken
11
De provincie Antwerpen coördineert het geheel, presenteert het rapport met de aanbevelingen aan de lokale overheid en volgt jaarlijks de evolutie op. In 2015 wil de provincie Antwerpen een audit uitvoeren in de volgende gemeenten: o gemeenten van de Antwerpse Zuidrand o gemeenten van de Rupelstreek De provincie Antwerpen wenst een samenwerkingsverband met de Fietsersbond aan te gaan voor het uitvoeren van kwaliteitsmetingen met de meetfiets. De Provinciale Fietsbarometer kan bijdragen aan: • een betere besteding van de investerings- en subsidiëringsmiddelen (basis voor maatschappelijke kosten-batenanalyses) • het uitwerken van lichtenregelingen in functie van intensiteiten met als resultaat het verhogen verkeersveiligheid • het voeren van een doeltreffend ongevallenpreventiebeleid • het verbeterd profileren van de provincie Antwerpen als regionale koploper in Europa als het gaat over fietsen
3.1.4
Budget BFF 2015
Het investeringsbudget voor 2015 bedraagt 4.500.000 EUR. In december 2014 besliste de provincieraad om 2.300.000 EUR van de subsidiepot toe te voegen, zodat het totaal investeringsbudget op 6.800.000 EUR. Voor fietspadsubsidies is in 2015 in totaal 3.709.700 EUR voorzien. Als exploitatiekosten is 60.000 EUR gebudgetteerd. Hier tegenover staat 2.384.059 EUR als inkomsten (voornamelijk Fietsfonds van de Vlaamse overheid).
3.2 Ondersteunen en adviseren bij het voeren van een fietsbeleid De provincie Antwerpen profileert zich als een partner voor alle organisaties die een fietsbeleid willen voeren. Dit komt tot uiting in de officiële advisering naar de Vlaamse overheid en de gemeenten. De provincie Antwerpen gaat echter verder en ontwikkelt zelf input voor een breder fietsbeleid. In 2015 zal de provincie Antwerpen (mee)werken aan de volgende concrete beleidselementen: • fietsplan voor de Noorderkempen (zie 4.1.2) • actualisatie van het BFF • concept signalisatie fietsostrades • deelaspect fietsen in het kaderplan voor het Albertkanaal (getrokken door DRP) • deelnemen aan de programmaraad van het Vlaams Fietsberaad • opstellen en uitvoeren van een Fietsplan voor de Kempen in samenwerking met de Intercommunale voor de Ontwikkeling van de Kempen (IOK) en RESOC Kempen (zie 4.1.2) Als exploitatiekosten is 50.000 EUR gebudgetteerd.
12
3.3 Communiceren over fietsbeleid via het Steunpunt Fiets 3.3.1
Opdracht van het Steunpunt Fiets
Steunpunt Fiets legt zich toe op de communicatie van het fietsbeleid van de provincie, sensibilisatie naar functioneel fietsgebruik en aanleg van fietspaden door gemeenten. Dit vertaalt zich in communicatie naar de gemeenten in functie van de provinciale fietspadsubsidies en het Fietsfonds. Daarnaast heeft het Steunpunt zich via de website en een elektronische nieuwsbrief geprofileerd als aanspreekpunt voor inwoners voor alle fietsgerelateerde vragen. Met het e-zine Antwerpen Fietsprovincie bereikt het Steunpunt tegelijk de doelgroepen gemeenten en bedrijven. Ook voor het sensibiliseren van het eigen provinciepersoneel zorgt het Steunpunt voor een aantal sensibiliserende en communicatieve acties.
3.3.2
Planning Steunpunt Fiets 2015
Het Steunpunt Fiets zal in 2015 de volgende acties ondernemen: • stimuleren van de gemeenten om gebruik te maken van de provinciale fietspadsubsidies en het Fietsfonds: o organiseren van een studiedag over kwaliteitsvolle fietsinfrastructuur
o organiseren van gebiedsgerichte netwerkmeetings met de gemeenten
o gemeenten proactief en concreet adviseren over fietsbeleid in hun mobiliteitsplan op basis van de uitgevoerde audits • adviseren en stimuleren van een fietsvriendelijk beleid voor het eigen personeel: o voorstellen van fietsvriendelijke maatregelen en de uitwerking ervan adviseren o profileren als aanspreekpunt voor het eigen personeel (onder meer via gerichte communicatie naar het personeel over alle fietsvriendelijke maatregelen die de provincie neemt voor haar personeel in samenwerking met het Provinciaal Mobiliteitspunt PMP) • profileren als aanspreekpunt over fietsen en fietsbeleid voor inwoners: aansporen van
inwoners om met alle vragen rond fietsen bij de provincie aan te kloppen via:
o de website o het e-zine Antwerpen Fietsprovincie o sociale media (facebookpagina Antwerpen Fietsprovincie, …) o andere kanalen (promotie via evenementen) • sensibiliseren en informeren van bedrijven door het beantwoorden van alle vragen over het fietsgebruik binnen het woon-werkverkeer die bij het PMP (en via eventuele andere kanalen) zijn binnengekomen • sensibiliseren en aanbieden van educatie aan scholen (via het label 10op10) • organiseren van infovergaderingen voor de inwoners van gemeenten waar de provincie werkt aan de aanleg van de fietsostrades • communiceren over eigen projecten, aanleg fietsostrades, stand van zaken met als doelstelling het functionele fietsverkeer te stimuleren, de bekendheid van Steunpunt Fiets te verhogen en Antwerpen als fietsprovincie te profileren Voor al deze acties zal Steunpunt Fiets de volgende communicatiemiddelen gebruiken: • • • •
actueel houden van het deel fietsen op de provinciale website www.provincieantwerpen.be communiceren van fietsgerelateerd nieuws of informatie aan gemeenten, bewoners en
bedrijven via het e-zine Antwerpen Fietsprovincie, sociale media en print
organiseren van persmomenten
organiseren van en deelnemen aan publieksgerichte evenementen
13
3.3.3
Budget Steunpunt Fiets 2015
In het budget 2015 zijn 34.500 EUR exploitatiekosten ingeschreven. Bij de inkomsten begroten we 40.000 EUR als inkomsten voor het Steunpunt Fiets vanuit de Vlaamse overheid (subsidies in het kader van de uitvoering van het mobiliteitscharter).
14
4.THEMA MOBILITEITSPLANNING De provincie Antwerpen houdt zich bezig met twee verschillende processen: • het adviseren van gemeenten en de Vlaamse overheid • het uitvoeren van mobiliteitsstudies (en hun procesmanagement) In het richtinggevend gedeelte van de partiële herziening van het RSPA is de studie “quick scan van de gewestplantracés” van DMOB vermeld als leidraad voor de provinciale werking.
4.1 Mobiliteitsstudies en procesmanagement 4.1.1 Verkeers- en vervoersstructuur van het ruimtelijk
structuurplan provincie Antwerpen (RSPA)
DMOB zal actief meewerken aan het uitwerken van een provinciale ruimtelijke visie in het kader van de lange-termijnherziening van het ruimtelijk structuurplan van de provincie Antwerpen (RSPA). De dienst Ruimtelijke Planning (DRP) is trekker voor deze die zal resulteren in de Nota Ruimte.
4.1.2
Mobiliteitsstudie Noorderkempen
De mobiliteitsstudie Noorderkempen bestaat uit: • het opmaken van een startnota of oriëntatienota met context, gericht onderzoek, analyse van knelpunten en formuleren van doelstellingen • het opmaken van een conceptnota met de gebiedsgerichte visie • het opmaken van een gebiedsgericht actieplan en plan van aanpak (voor het uitvoeren van de visie) De studie is beëindigd in juli 2012 en goedgekeurd door de deputatie en de gemeentebesturen. Bij het begin van de nieuwe bestuursperiode hebben alle gemeentebesturen de visie en het hieraan gekoppelde actieplan goedgekeurd. DMOB neemt de programmacoördinatie op zich. Dit vertaalt zich in het afstemmen, opvolgen en monitoren van de acties uit het actieplan met de betrokken actoren. In het actieplan zijn 16 strategische acties opgenomen. DMOB voert zelf ook een aantal acties zelf uit. Concreet gaat het om: • het verder invullen van de processtructuur zoals opgenomen in de
samenwerkingsovereenkomst (actie 1.0)
• het aanpassen van de lange-termijnvisie in het Ruimtelijk Structuurplan provincie Antwerpen (actie 3.0 – zie ook 4.1.1.) • het afwerken van een plan-MER voor de opwaardering van de N14 (actie 5a.0) • het opmaken van de verschillende tracéstudies voor de omleidingswegen Malle, Rijkevorsel, Houtelweg (actie 5b.0) • het opstellen van een projectdefinitie voor de open ruimte in de Noorderkempen (actie 6.0) op basis van een pilootproject in de gemeenten Arendonk, Ravels en Oud-Turnhout • het afwerken van het haalbaarheidsonderzoek voor de ontsluiting van de IOK-site en BeerseOost (actie 15.0) • het afwerken van het fietsplan voor de Noorderkempen (actie 16.0, zie ook 3.2)
15
4.1.3
Coördinatie uitvoering protocol N118 (Geel – Retie)
In 2015 zal de provincie Antwerpen overleg organiseren voor de opvolging van het protocol dat de provincie Antwerpen afsloot met de gemeenten Dessel, Geel, Mol, Retie en de IOK. DMOB zal een haalbaarheidsonderzoek uitvoeren voor een wegverbinding vanaf Goormansdijk in Dessel tot de Gravenstraat in Dessel op het grondgebied van Mol-Donk.
4.1.4
Mobiliteitsstudie Midden-Kempen
Naar analogie van de mobiliteitsstudie Noorderkempen zal DMOB een studie opstarten met de gemeenten ten zuiden van de E34. DMOB zal in 2015 op basis van een intern afgetoetste visie op het projectgebied de betrokken actoren in kaart brengen en de eerste aanzet geven tot visievorming.
4.1.5
Budget mobiliteitsstudies en procesmanagement 2015
In het budget 2015 is 106.000 EUR ingeschreven voor het uitvoeren van mobiliteitsstudies (exploitatiebudget).
4.2 Adviezen aan interne diensten 4.2.1
Provinciale ruimtelijke planningsprocessen
In 2015 zal de provincie Antwerpen de afbakeningsprocessen van de volgende kleinstedelijke gebieden verder opvolgen: • Geel en Mol (de studie N118 vormt hierbij een belangrijk uitgangspunt – zie 4.1.3.) • Heist-op-den-Berg • Herentals • Boom Ter ondersteuning kan DMOB bovenlokale mobiliteitsstudies en/of voorontwerpstudies opstarten die belangrijk zijn voor het procesverloop (bijvoorbeeld een tracéstudie/voorontwerp voor de verbinding N18/N118 Goormansdijk). Verder volgt DMOB de volgende planningsprocessen op: • ontsluitingsaspecten van het economisch knooppunt Malle (bedrijventerrein De SchaafDelften) in relatie met de plan-MER voor de N14 DMOB verleent ook medewerking aan de volgende gebiedsgerichte strategische projecten onder coördinatie van de Dienst Gebiedsgericht Beleid (DGB) of DRP: • Kempense Meren • Rupelstreek • fortengordel • bebouwd perifeer landschap • kaderplan Albertkanaal (zie ook 3.2) • De Merode
16
4.2.2
Budget formuleren van advies aan interne diensten 2015
In 2015 is geen specifiek budget voorzien, enkel personeels- en overheadkosten.
4.3 Adviezen aan externe partners 4.3.1
Mobiliteitsplannen en –projecten
DMOB is variabel lid van alle gemeentelijke begeleidingscommissies (GBC) en vast lid in de regionale mobiliteitscommissie (RMC). DMOB adviseert de volgende plannen en projecten: • gemeentelijke mobiliteitsplannen en –projecten • intergemeentelijke mobiliteitsplannen en -projecten • gewestelijke mobiliteitsplannen en –projecten DMOB • • •
legt hierbij vooral het accent op: de relatie met het ruimtelijk structuurplan van de provincie Antwerpen (RSPA) het eigen mobiliteitsbeleid (studies, fietsbeleid, …) de consistentie met andere planprocessen en projecten in de provincie Antwerpen
Voor de bovengemeentelijke studies en projecten nemen vooral de Vlaamse overheid of soms de provincie het initiatief.
4.3.2
Budget formuleren van advies aan externe partners 2015
In 2015 is geen specifiek budget voorzien, enkel personeels- en overheadkosten.
17
5.THEMA MOBILITEITSMANAGEMENT Het thema mobiliteitsmanagement is het “jongste” mobiliteitsthema waaraan de provincie Antwerpen aandacht besteedt. Mobiliteitsmanagement kunnen we definiëren als het leveren van inspanningen om de mobiliteitskeuzes van individuen te beïnvloeden. De Nederlandse overheden 2 definiëren mobiliteitsmanagement als het organiseren van slim reizen, waarbij drie aspecten aan bod komen: • organiseren: samen met anderen effectieve oplossingen realiseren • slim zijn: integrale oplossingen op maat ontwikkelen, die iedereen voordelen bieden (zowel reizigers als aanbieders) • reizen: verplaatsingen van mensen omwille van specifieke reismotieven met diverse
vervoerswijzen
5.1 Provinciaal mobiliteitspunt (PMP) 5.1.1
Planning PMP 2015
Het provinciaal mobiliteitspunt (PMP) van de provincie Antwerpen wil het eerste aanspreekpunt zijn van bedrijven die informatie, advies of begeleiding zoeken in het kader van duurzaam woon werkverkeer. De provincie Antwerpen kan als overheid op dat vlak een voorbeeldfunctie uitoefenen. Dit houdt in dat de provincie als werkgever ook zelf de nodige maatregelen moet nemen voor een duurzamer woon-werkverkeer. Dit vertaalt zich in de volgende opdrachten voor 2015: • • • • • •
het PMP breder bekendmaken en verder in de markt plaatsen de werking van het PMP verder uitbouwen en afstemmen op de verwachtingen van
werkgevers
het Pendelfonds van de Vlaamse overheid promoten bedrijven binnen de provincie Antwerpen met een Pendelfondsdossier begeleiden samenwerken met lokale actoren bij de uitwerking en implementatie van gebiedsgerichte initiatieven die het duurzaam woon-werkverkeer beogen de voorbeeldfunctie van de provincie verder uitbouwen
Om deze opdrachten te realiseren, zal het PMP in 2015 verscheidene acties ondernemen, die we onderverdelen in drie clusters: •
wervende acties: o voor minimaal 4 werkgevers met meer dan 400 werknemers een mobiliteitsadvies opmaken o minimaal 110 werkgevers in de provincie Antwerpen begeleiden
•
ondersteunende acties: o knowhow van het bedrijvenloket verder uitbreiden via vorming en netwerking o verspreiden van een periodieke nieuwsbrief over specifieke thema’s van duurzaam woon-werkverkeer
2 Kennisplatform Verkeer en Vervoer, Mobiliteitsmanagement: helder en praktisch!, Rotterdam, april 2007, p.6
18
opnemen van een voorbeeldfunctie door het uitvoeren van de maatregelen voor het bedrijfsvervoersplan van de campus provinciehuis: opvolgen van de uitvoering van het bedrijfsvervoerplan voor de campus provinciehuis adviseren over mobiliteitsproblematiek in het kader van het renovatieproject provinciehuis (inclusief de tijdelijke huisvesting op het Provinciehuis aan de Singel, PaS) adviseren in het kader van het renovatieproject provinciehuis met specifieke aandacht voor de locatiegebonden mobiliteitsproblematiek: • parkeermanagement • informeren van het betrokken personeel over de bestaande alternatieven voor de eigen wagen • ondersteunen van sensibilisatiecampagnes • project leasefietsen o ontwikkelen en uitvoeren van een fietsplan voor de Kempen (zie ook 4.1.2). Het PMP focust daarbij op de ondersteuning van lokale werkgevers. o
•
evaluerende acties: o evaluatie opvolging actiepunten van het bedrijfsvervoerplan met het oog op een optimalisatie van de huidige manier van werken (= coördinatie vanuit DMOB, met overleg met andere diensten) o evaluatie van de lopende samenwerkingsovereenkomsten (vorm en inhoud) met de andere PMP’s
5.1.2
Budget PMP provincie Antwerpen 2015
In het budget 2015 zijn 85.000 EUR exploitatiekosten voorzien. Bij de inkomsten begroten we 70.000 EUR als inkomsten voor het Provinciaal Mobiliteitspunt vanuit de Vlaamse overheid (subsidies in het kader van de uitvoering van het mobiliteitscharter).
19
6.THEMA VERKEERS- EN MOBILITEITSEDUCATIE EN – SENSIBILISATIE De provincie Antwerpen zet educatie en sensibilisatie in om verkeersgedrag te beïnvloeden en zo het aantal verkeersongevallen terug te dringen. Dit houdt in dat we vaardigheden, gedrag, kennis en attituden in relatie tot verkeer en mobiliteit veranderen. Deze educatieen sensibilisatieprogramma’s zien we niet los van de andere middelen om verkeersgedrag te beïnvloeden: engineering, enforcement, encouragement en engagement. Deze Engelse termen vormen samen met education een gekend model in de verkeerskunde (de 5 E’s).
Figuur 1: de 5 E's van verkeersgedragsbeïnvloeding Educatie: • •
label 10op10 voor verkeersactieve basisscholen (doelgroepen: basisscholen, gemeentebesturen en politiezones) uitleendienst educatief materiaal (doelgroep: scholen, gemeenten, politiezones)
Sensibilisatie: •
veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse havengebied (doelgroep: werknemers havenbedrijven)
20
6.1 Label10op10 voor verkeersactieve basisscholen 6.1.1
Planning label 10op10 2015
Tijdens het schooljaar 2013-2014 werkte DMOB voor het eerst volgens een nieuwe aanpak, waarbij scholen in 3 fasen het 10op10-label kunnen behalen. Na elke fase behaalt de school een deellabel en kan ze een 10op10-subsidie aanvragen. De school werkt in elke fase aan een aantal werkpunten op verschillende, niet los van elkaar staande, vlakken: het draagvlak, praktijklessen verkeer, een veilige schoolomgeving en de ouderbetrokkenheid. Na het behalen van het 3e deellabel hoeven scholen geen activiteitendossier meer in te dienen. Ze blijven wel genieten van de gratis 10op10-ondersteuning met uitzondering van de subsidies. DMOB blijft in 2015 maatwerk leveren en differentiëren naargelang het palmares van de scholen en hun specifieke noden: • plaatsbezoeken Wat zijn de prioriteiten van de school en hoe gaan ze er concreet mee aan de slag? De plaatsbezoeker vertrekt vanuit de werking van de school en geeft concrete tips uit ervaring met andere scholen. Samen bespreken ze ook het aanbod en interessant educatief materiaal dat hun werking kan versterken. In 2015 plant DMOB de plaatsbezoeken als volgt: o o o o
geen label: 2 plaatsbezoeken 1ste deellabel: 2 plaatsbezoeken 2de deellabel: 1 plaatsbezoek 3de deellabel: geen plaatsbezoeken meer
Om het aantal plaatsbezoeken te verkleinen, organiseert DMOB in 2015 weer een 4-tal infomomenten voor nieuwe scholen. De geïnteresseerden uit verschillende scholen maken samen kennis met het 10op10-project. • nieuwsbrief De 10op10-nieuwsbrief blijft een belangrijke bron van informatie voor deelnemende scholen en gemeenten. Hiermee blijven scholen onder andere op de hoogte van nieuwe vormingen en materialen rond verkeer en mobiliteit. Sinds oktober 2014 verschijnt de nieuwsbrief digitaal in plaats van op papier. In 2015 zal deze een 6-tal keer verschijnen in plaats van de gebruikelijke 4 omdat de digitale versie flexibeler kan inspelen op de actualiteit. Via monitoring krijgt DMOB voor het eerst een zicht op het lezersgedrag: wie leest de nieuwsbrief, welke artikels boeken het meeste succes, … In 2015 gebruiken we deze gegevens om de nieuwsbrief te optimaliseren. Omdat een digitale nieuwsbrief geschikt is voor korte en actuele nieuwtjes, maar minder voor uitgebreide themapagina’s werken we in 2015 een inspiratiebrochure uit voor de deelnemende scholen. • sociale media DMOB wil via een facebookgroep snelle interactie met de deelnemende scholen en andere geïnteresseerden opbouwen. We delen verkeerseducatieve projecten van verschillende organisaties, geven tips voor het uitwerken van acties of lessen en houden de doelgroep op de hoogte van het eigen 10op10-aanbod. De facebookgroep 10op10 voor een verkeersactieve school is opgestart in oktober 2014. In 2015 bouwen we deze verder uit met behulp van een publicatieschema op jaarbasis voor eigen 10op10-nieuws en input van externe mobiliteitsorganisaties. Het 10op10-team
21
post minstens een keer per week een bericht in de Facebookgroep. We blijven actief leden werven via de nieuwsbrief, plaatsbezoeken, vormingen, netwerkmomenten zoals de labeluitreiking en mail. • activiteitendossier Scholen die het 1e, 2e of 3e deellabel willen behalen, dienen een 10op10-activiteitendossier in. Dit dossier bevat bewijzen van de activiteiten en lessen die de school organiseerde tijdens het schooljaar waarvoor de school een deellabel wil behalen. In februari 2015 starten we in samenwerking met het departement ICT met de voorbereidingen om het indienen van het dossier te digitaliseren. • lesfiches Met heel de klas oefenen op de speelplaats en daarna in het echte verkeer? Dat lukt zonder veel voorbereidingen door de map met praktijkgerichte lesfiches op maat van elk leerjaar. Deze map bevat 48 lesfiches: 4 voor elke kleuterklas, 5 voor elke klas van de lagere school en 6 om klasoverschrijdend te gebruiken. De fiches zijn gebaseerd op een praktijkgerichte leerlijn. We bepalen door de leerlijn welke vaardigheden en oefeningen jaarlijks in elk leerjaar aan bod komen. Met de lesfiches stijgt de moeilijkheidsgraad trapsgewijs en zorgt een school voor continuïteit. Kinderen evolueren met de lesfiches van begeleid en beschermd oefenen naar zelfstandig en bewust deelnemen aan het verkeer. In 2015 vullen we de map aan met een extra lesfiche staptraining voor de 5-jarigen en twee klasoverschrijdende lesfiches rond fietscontrole en zichtbaarheid. • vormingen DMOB organiseert een 4-tal gratis vormingen per schooljaar. Door leerkrachten, directeurs, verkeersouders, gemeenten en politiezones te vormen, werkt de provincie aan een langetermijnvisie. Meerdere generaties leerlingen genieten van de opgedane kennis. In 2015 organiseert DMOB volgende vormingen: o 27 en 28 januari: ouders betrekken bij het verkeersproject op school o 3 en 4 maart: brevettenwerking in de kleuterschool o 24 en 25 maart: hoe krijg je het hele team gemotiveerd voor verkeer op school o oktober: leerlijn verkeer In ons streven naar kwaliteit en klantentevredenheid streven we naar 85% van de deelnemers die in de enquête de scores Akkoord en Helemaal Akkoord geven bij de onderdelen algemeen en inhoud.
22
• website De 10op10-website biedt algemene en praktische informatie over het 10op10-project. Ook goede initiatieven van andere scholen en gemeenten komen aan bod en kunnen inspiratie bieden. Via de nieuwe provinciale website die in juli 2014 gelanceerd werd, kunnen we het bezoekersgedrag beter meten in 2015. Op basis van de cijfers herformuleren we elk kwartaal de pagina’s die de bezoekers het minst bekijken. • meetinstrument vervoerswijzekeuze Een school die deelneemt aan het 10op10-project meet voor het behalen van het 1e en het 3e deellabel de vervoerskeuze van hun leerlingen. De resultaten geven een goed beeld van de verkeersveiligheid rond de school. Zo duiden veel fietsverplaatsingen op een situatie die verkeersveiliger is dan veel autoverplaatsingen. De cijfers helpen om het verkeersbeleid van de school vorm te geven, acties te ontwikkelen, ouders te informeren … In 2015 onderzoekt DMOB met behulp van deze cijfers of deelname aan het project de duurzame verplaatsingen van leerlingen en leerkrachten vergroot. • netwerkvorming Gemeenten en politiezones zijn een belangrijke schakel in het mobiliteitsverhaal. Hun ondersteuning helpt om schoolkinderen op een veilige en duurzame manier naar en van school te laten gaan. Om ook hen te stimuleren verkeers- en mobiliteitseducatie op de agenda te plaatsen, organiseert DMOB in 2015 een overleg tussen verschillende politiezones en gemeentebesturen om een homogeen aanbod te bekomen. We streven hierbij niet naar het geven van verkeerslessen in de klas, maar naar een overkoepelend aanbod waarvoor de scholen niet alleen kunnen instaan: fietsexamen, verkeerseducatieve routes, dode hoektraining, mobiel verkeerspark of andere materialen om aan de scholen uit te lenen. • labeluitreiking Op de jaarlijkse labeluitreiking in oktober ontvangen de scholen hun deellabel. Alle aanwezigen kunnen hun blik verruimen tijdens diverse inspiratiemomenten zoals verkeersbrevetten, verkeerseducatieve routes, … Ook het netwerken tussen de scholen, gemeenten en politiezones krijgt een plaats tijdens dit evenement. We onderzoeken de mogelijkheid om in 2015 een materialenmarkt te organiseren tijdens de labeluitreiking. Met het 10-jarig bestaan in 2010 organiseerden we voor het eerst zo’n materialenmarkt. De reacties van scholen waren positief. Na vijf jaar is de markt zo geëvolueerd dat een toonmoment voor nieuwe materialen en leveranciers inspiratie aan de 10op10-scholen kan bieden. • subsidies Het reglement van de ondersteunende 10op10-subsidies is in 2013 herschreven in het kader van de 10op10-hervorming. DMOB richt zich in dit kader bewust naar scholen die nog niet beschikken over de nodige materialen om een goed verkeersproject uit te werken op school. Ook de gemeenten blijven een belangrijke doelgroep voor de 10op10-subsidies. Ze kunnen een 10op10-subsidie aanvragen voor verkeersmaterialen die ze uitlenen aan de scholen of voor infrastructuurwerken die de veiligheid in schoolomgevingen van 10op10-scholen verbeteren. • mascotte Millo Millo, de duizendpoot, is de opvallende mascotte van het 10op10-project. Zijn digitale afbeeldingen, affiches en de loop- en handpoppen geven verkeer en mobiliteit een herkenbaar gezicht. In 2015 bieden we aan de deelnemende scholen een lightversie van de Millo-looppop: minder zwaar, minder groot en makkelijker te gebruiken. Voor de kleuterscholen ontwikkelen we een klaspop van Millo. Kleuters leren door mee te doen en te imiteren en dat is net de kracht van een klaspop. Het is belangrijk voor een kleuter dat de klaspop Millo soms ook niet weet hoe het moet: oversteken in 7 tellen, hesjes dragen om gezien te worden, … want dat maakt het makkelijker om samen met de juf te leren.
23
6.1.2
Budget label 10op10 2015
In het budget 2015 is 40.000 EUR aan exploitatiekosten voorzien en 150.000 EUR voor de subsidiëring van verkeersveilige initiatieven.
6.2 Uitleendienst educatief materiaal 6.2.1
Planning uitleendienst educatief materiaal 2015
DMOB zal in 2015 een visie op een uitleendienst voor educatieve verkeersmaterialen ontwikkelen. We bekijken of de materialen van 10op10 in een algemene provinciale uitleendienst passen. Concreet ontleent de dienst nu al de looppop Millo, parcourselementen, lesmateriaal rond de dode hoek en een fietstechniekkoffer.
6.2.2
Budget uitleendienst educatief materiaal 2015
In het budget 2015 is 5.000 EUR voor exploitatiekosten voorzien.
6.3 Veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse havengebied 6.3.1 Planning veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse
havengebied 2015
Eind 2012 ondertekenden het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen (GHA) en acht andere partijen, waaronder de provincie Antwerpen, een intentieverklaring ‘veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse havengebied’. Het doel van deze intentieverklaring is om de veiligheid van het woon werkverkeer in het Antwerpse havengebied te verbeteren. DMOB werkt mee aan de realisatie van de 8 actiepunten die hierin opgenomen zijn, dankzij onze expertise rond veilig woon-werkverkeer in bedrijven, veilige fietsinfrastructuur en sensibilisatie. In 2015 start een campagne om de fietsers van de verschillende havenbedrijven aan te zetten zich veilig te verplaatsen naar en van hun werk. DMOB werkt mee aan het ontwikkelen van een interactieve App Ongehavend. De App houdt de reisweg van de fietser bij van huisdeur tot bedrijfspoort en omgekeerd. Met de App willen we fietsers stimuleren om veiliger hun woon werkroute af te leggen. Na de rit kan de fietser zijn gereden route bekijken op een dynamisch kaartje en krijgt hij statistieken zoals de gemiddelde snelheid, afgelegde kilometers, knelpunten, wegenwerken, …
6.3.2 Budget veilig woon-werkverkeer in het Antwerpse
havengebied 2015
In 2015 zijn voor het project verkeersveiligheid havengebied geen exploitatiekosten voorzien, enkel personeels- en overheadkosten.
24
7.CARTOGRAFISCHE WEERGAVE VAN DE ACTIES Op kaart 1 kunt u een situering van alle specifieke aan een bepaalde regio toe te wijzen acties uit dit jaarprogramma terugvinden. De andere acties zijn gericht op de ganse provincie. De nummering op de onderstaande kaart verwijst naar de actietabellen in hoofdstuk acht.
Kaart 2: geografische situering van de acties
25
8.THEMATISCHE INDELING VAN DE ACTIES Hieronder kunt u alle nieuwe acties terugvinden, gerangschikt per thema. We geven ook telkens aan welk proces we hiervoor aanbieden en of het gaat om inspannings- dan wel om een resultaatsverbintenis. De concrete uitwerking kunt u opvolgen via de website www.provincieantwerpen.be. Tabel 1: acties mobiliteitsplanning NR 1 2 3 4
5 6 7 8
PROJECT opstarten studie verkeers- en vervoersstructuur in functie van herziening RSPA afwerken van een plan-MER voor de opwaardering van de N14 opmaken van de tracéstudies voor de omleidingswegen Malle, Rijkevorsel en Houtelweg opstellen van een projectdefinitie voor de open ruimte in de Noorderkempen op basis van een pilootproject in de gemeenten Arendonk, Ravels en Oud-Turnhout afwerken van de haalbaarheidsonderzoek voor de ontsluiting van de IOK-site en Beerse-Oost afwerken van een fietsplan voor de Noorderkempen organiseren van overleg over het protocol N118 opstarten van een studie voor de Midden-Kempen
PROCES uitvoeren van studies uitvoeren van studies uitvoeren van studies uitvoeren van studies
uitvoeren van studies uitvoeren van studies uitvoeren van studies uitvoeren van studies
Tabel 2: acties fietsbeleid NR 9 10
11
12
13
14
15
16
PROJECT implementeren van de Provinciale Fietsbarometer
PROCES opmaken van plannen en informeren van klanten uitvoeren audit BFF BFF in de gemeenten van de Antwerpse opmaken van plannen en Zuidrand kaarten en informeren van klanten uitvoeren audit BFF BFF in de gemeenten van de opmaken van plannen en Rupelstreek kaarten en informeren van klanten fietsostrade Antwerpen-Essen: onderzoeken van de aanleggen van wenselijkheid en haalbaarheid van de fietsinfrastructuur van fietsinfrastructuur Argentiniëlaan tot Groenendaallaan (Antwerpen) fietsostrade Antwerpen-Essen: onderzoeken van de aanleggen van fietsinfrastructuur fietsinfrastructuur van Groenendaallaan tot aansluiting op het fietsnetwerk van de stad Antwerpen (Antwerpen) fietsostrade Antwerpen-Essen: opvolgen van de uitvoering aanleggen van fietsinfrastructuur (bouw) van het fietspad van Paviljoenweg tot Kalmthoutsesteenweg (Essen) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Antwerpen-Essen: opvolgen van de uitvoering aanleggen van (bouw) van het fietspad van station Kijkuit tot station Heide fietsinfrastructuur (Kalmthout) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Antwerpen-Essen: opvolgen van de uitvoering aanleggen van fietsinfrastructuur (bouw) van het fietspad van Vloeiende (Kapellen) tot Schriek (Antwerpen-Ekeren) onder voorbehoud van de
26
17
18
19
20
21
22 23
24
25
26
27
28
29
30
afronding van de grondverwervingen fietsostrade Antwerpen-Mechelen: opvolgen van het ontwerp en de bouw van de fietsbrug over de Singel (Antwerpen-Berchem) fietsostrade Antwerpen-Mechelen: opvolgen van het ontwerp en de bouw van de aanpassing van de fietsinfrastructuur op de Posthofbrug (Antwerpen-Berchem) fietsostrade Antwerpen-Mechelen: opvolgen van de uitvoering (bouw) van de fietsweg van station Sint Katelijne-Waver tot Vrouwvliet (Sint-Katelijne-Waver & Mechelen) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Antwerpen-Mechelen: opvolgen van de uitvoering (bouw) van de fietsweg van Vrouwvliet tot Caputsteenstraat (Mechelen) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Antwerpen-Mechelen: opvolgen van de uitvoering (bouw) van de fietsweg van Caputsteenstraat tot station Nekkerspoel (Mechelen) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de (voor)ontwerpen in Herentals, Olen en Balen fietsostrade Herentals-Balen: voorbereiden van de aanbesteding en grondverwervingen van de fietsinfrastructuur van station Herentals tot Lichtaartseweg (Herentals) fietsostrade Herentals-Balen: voorbereiden van de aanbesteding en grondverwervingen van de fietsinfrastructuur van Lichtaartseweg tot Sint-Jobstraat (Herentals) fietsostrade Herentals-Balen: voorbereiden van de aanbesteding en grondverwervingen van de fietsinfrastructuur van Sint-Jobstraat (Herentals) tot Doffen (Olen) fietsostrade Herentals-Balen: voorbereiden van de aanbesteding en grondverwervingen van de fietsinfrastructuur van Rozenberg (Mol) tot Langvennen (Balen) fietsostrade Herentals-Balen: voorbereiden van de aanbesteding en grondverwervingen van de fietsinfrastructuur van Langvennen tot Vaartstraat (Balen) fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van Doffen tot Meiren (Olen) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van Langstraat tot Keersvennen (Geel) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van Buitensteinde tot Rauwelkoven (Geel) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen
27
aanleggen van fietsinfrastructuur aanleggen van fietsinfrastructuur aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
31
36
fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van Rauwelkoven, Larum tot Rauwelkoven, Westelijke Ring (Geel) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van Groenhuis tot station (Geel) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van Heistraat tot Hadschot (Geel) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van Galven (Geel) tot gemeentegrens (Mol) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen fietsostrade Herentals-Balen: opvolgen van de werken (bouw) van de fietsinfrastructuur van gemeentegrens (Geel) tot Hessie (Mol) onder voorbehoud van de afronding van de grondverwervingen bijkomende fietsostrades: snellere realisatie onderzoeken
37
havengebied: haalbaarheid fietsverbinding onderzoeken
38 39 40
afwerken van de actualisatie van het BFF meewerken aan een conceptstudie signalisatie fietsostrades opstellen en uitvoeren van een Fietsplan voor de Noorderkempen organiseren van een studiedag over fietsbeleid
32
33
34
35
41
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur
aanleggen van fietsinfrastructuur aanleggen van fietsinfrastructuur uitvoeren van studies uitvoeren van studies uitvoeren van studies informeren van klanten
Tabel 3: acties verkeers- en mobiliteitseducatie en -sensibilisatie NR 42 43 44 45 46 47 48
49 50
PROJECT uitwerken van een 10op10-inspiratiebrochure voor deelnemende scholen opbouwen van een publicatieschema voor de Facebookgroep van het 10op10-project ontwikkelen van een digitaal 10op10-activiteitendossier ism DICT ontwikkelen van 10op10-lesfiches voor 5-jarigen en klasoverschrijdende lesfiches organiseren van 4 10op10-vormingen herformuleren van de 10op10-webpagina’s op basis van de gebruikersgegevens onderzoeken met het 10op10-meetinstrument of deelname aan het 10op10-project de duurzame verplaatsingen van leerlingen en leerkrachten stimuleert organiseren van een netwerkmoment verkeerseducatie voor politiezones en gemeentebesturen ontwikkelen van een visie op een uitleendienst voor educatieve verkeersmaterialen
28
PROCES voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes voeren van promotiecampagnes
51
meewerken aan de ontwikkeling van een App voor veilig fietsen voeren van in het Antwerpse havengebied promotiecampagnes
Tabel 4: acties mobiliteitsmanagement NR 52 53 54
PROJECT voor minimaal 4 vestigingen met meer dan 400 werknemers een mobiliteitsadvies opmaken begeleiden van minimaal 110 werkgevers verspreiden van een periodieke nieuwsbrief over specifieke thema’s van duurzaam woon-werkverkeer
29
PROCES informeren van klanten informeren van klanten informeren van klanten
9.VERKLARENDE WOORDENLIJST (INCLUSIEF AFKORTINGEN) • • • • • • • • • • • • • •
BFF: Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk DMOB: dienst Mobiliteit van de provincie Antwerpen fietsostrade: langeafstandfietsroute GBC: gemeentelijke begeleidingscommissie GHA: Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen GRS: gemeentelijke ruimtelijke structuurplan GRUP: gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan IGBC: intergemeentelijke begeleidingscommissie missing links: ontbrekende schakels PaS: Provinciehuis aan de Singel PRUP: provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan RMC: regionale mobiliteitscommissie RSPA: ruimtelijk structuurplan van de provincie Antwerpen tracé: verloop van een (spoor-, water-)weg
Uitgegeven door de deputatie van de provincie Antwerpen Voorzitter Leden
Provinciegriffier
Cathy Berx, gouverneur Luk Lemmens Ludwig Caluwé Inga Verhaert Bruno Peeters Peter Bellens Rik Röttger Danny Toelen
Verantwoordelijke uitgever Wim Lux, departementshoofd departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit (DROM) Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen
30