Investeren in jeugdgezondheidszorg loont!
Meer gelukkige en gezonde kinderen
Meer gelukkige en gezonde kinderen is het hart van het werkveld van de jgz-organisatie1. Een goed ontwikkelde, op preventie gerichte jeugdgezondheidszorg in iedere gemeente, uitgevoerd door een jgz-organisatie, draagt bij aan de gezondheid en het geluk van kinderen. Hoe? Dat leggen wij hier graag uit.
De jgz-organisatie is een brede generalistische organisatie voor alle kinderen en ouders en richt zich op: • het gewone dagelijkse leven van kinderen • het normaliseren van problemen • het versterken van de zelfredzaamheid en het vergroten van het zelfoplossend vermogen van ouders op het gebied van gezondheid, ontwikkeling, opgroeien en opvoeden
De jgz-organisatie is geworteld in wijken, buurten en dorpen, waardoor deze: • naast de ouders staat en hen in eigen kracht versterkt • alle kinderen ziet, alle gezinnen thuis bezoekt • contact heeft met alle partijen in de zorg en het welzijn voor kinderen
Daarbij heeft de jgz-organisatie: • een goede samenwerking met de eerste en tweede lijn, maar ook met voorzieningen als peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en scholen • inzicht in de cultuurspecifieke aspecten en structuren van de wijken waar de gezinnen wonen • inzicht in de belevingswereld en de leefomstandigheden van ouders en kinderen • inzicht in veranderende opvoedgewoontes
De jgz-organisatie is om al die redenen de kern van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). De infrastructuur van de jgz-organisatie biedt een belangrijke meerwaarde voor het CJG, want de doelgroep (ouders en kinderen) is al bekend met het consultatiebureau als een plek voor vragen, als inlooppunt, maar ook als ontmoetingsplaats met andere ouders. De positie die de jgz-organisatie al heeft in de samenleving is een belangrijk gegeven, zeker gezien de ontwikkeling van de overheveling van de gespecialiseerde zorg-voor-jeugd naar het gemeentelijk domein. Kansen liggen er vooral op het gebied van preventie. Gezond en gelukkig opgroeien is daarbij cruciaal en is tevens het hart van het werkveld van de jgz-organisatie. Gezondheidswinst valt tevens te behalen door collectief in te zetten op preventie aan de opvoedkundige kant van de jeugdgezondheidszorg. Versterking van de jeugdgezondheidszorg – aan de preventieve kant van de zorg – zorgt blijvend voor een grotere groep gezonde en gelukkige kinderen. Dat vraagt investeringen vooraf, terwijl het effect pas later zijn vruchten afwerpt. De instroom in zwaardere vormen van zorg-voor-jeugd neemt af, hoewel pas na een aantal jaren. Investeren in preventieve jeugdgezondheidszorg loont! In dit document is de volgende indeling gemaakt om meer inzicht te bieden in het werkveld van de jgz-organisatie en wat zij kan bijdragen aan het vergroten van de groep gezonde en gelukkige kinderen.
1. Gezond en veilig opgroeien 2. Positief opvoeden 3. Bijsturen 4. Interveniëren 5. Feiten en cijfers
1 De jgz-organisatie kan ook gelezen worden als consultatiebureau. In Nederland wordt deze vorm van jeugdgezondheidszorg geleverd door (thuis-)zorgorganisaties, zelfstandige organisaties en GGD-en. In deze brochure bedoelen wij steeds het aanbod van (thuis-)zorgorganisaties die jeugdgezondheidszorg leveren en bij ActiZ zijn aangesloten.
1. Gezond en veilig opgroeien
2. Positief opvoeden
Met de grootste groep kinderen gaat het goed. Zij krijgen van hun ouders steun, liefde, aandacht, voeding en verzorging. Een goede hechting en adequate basiszorg zijn essentieel voor een gezonde start van het opgroeien en zorgt dat kinderen zich ontwikkelen tot gezonde, zelfstandige en participerende volwassenen.
Opvoeden gaat meestal vanzelf goed, maar soms is er meer nodig. Zeker nu de pedagogische samenhang in wijken en buurten is afgenomen. Dat buurtbewoners elkaar kennen is geen vanzelfsprekendheid meer. Ouders hebben allereerst vooral behoefte, zo blijkt uit diverse onderzoeken, aan een luisterend oor, aan een steunende schouder, aan iemand die bevestigd dat ze het eigenlijk best goed doen en dat het heel normaal is om onzeker te zijn over opvoedzaken. Die informele steun van collega-ouders zoeken bijna alle moeders en vaders. De jgz-organisatie staat naast ouders en gaat met hen de uitdaging aan om hun eigen kracht te mobiliseren, zodat zij (weer) in staat zijn de opvoeding zo goed mogelijk en op eigen kracht te doen. Deze pedagogische preventie is de public health aanpak van de jeugdgezondheidszorg en is bedoeld voor alle kinderen en hun ouders en andere opvoeders en is gericht op het gewone dagelijkse opvoeden.
Toch hebben de meeste ouders vragen of twijfels over de juiste aanpak. De belangrijkste liggen op het terrein van: gezondheid, groei, ontwikkeling, verzorging, voeding, beweging, verwennen, veiligheid, slaappatronen, taalontwikkeling, spelen, vaccinaties en gedrag. Ouders komen met deze vragen vaak terecht bij artsen en verpleegkundigen van het consultatiebureau, familieleden/vrienden en hun huisarts. Op vaste leeftijden houden de jeugdarts en/of de jeugdverpleegkundige de gezondheid, groei en ontwikkeling van kinderen bij en bespreekt dit met de ouder. Op de transitiemomenten in het leven van een kind gebeurt dat intensief: bij de geboorte, overgang van zuigeling/baby naar peuter, overgang naar de basisschool, begin van de puberteit. De jgz-organisatie geeft op maat voorlichting over de onderwerpen waar ouders vragen over hebben. De insteek is het versterken van het zelfoplossend vermogen en de zelfredzaamheid van ouders. Ouders krijgen op het consultatiebureau ook bevestiging en worden in hun kracht gezet. Het advies op maat sluit aan bij het desbetreffende gezin en hun specifieke omstandigheden.
Pedagogische preventie kent verschillende lagen:
A. de onderlinge steun van ouders: open huis, ontmoeting, peergroups van ouders Ouders kunnen voor andere ouders een zeer bruikbare bron van informatie en steun zijn. De jgz-organisatie kan de ontmoeting op allerlei manieren helpen organiseren, bijvoorbeeld door: inloopochtenden, borstvoedingscafés, opvoedcafés, themabesprekingen, babymassage, Homestart, digitale platforms (chatgroepen, Yammergroepen, twitter, internet), yoga voor zwangeren, omacomités, mama-powergroepen, wijkvaders, inzet van vrijwilligers et cetera. Iedereen is nodig om kinderen goed op te voeden, beaamt ook de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling, die hierbij de term ‘civil society’ hanteert.
B. algemene opvoedinformatie Vanuit de wetenschap weten we wat werkt en wat niet werkt in de normale opvoeding en vooral wat er voor nodig is. Opvoedingsnormen zijn cultuur- en tijdgebonden. Daarom is het aangaan van de dialoog met ouders het belangrijkste instrument om in gezamenlijk vertrouwen te komen tot een conclusie, vervolg, probleemstelling of vraag. De jgz-organisaties hebben de drie R’s van Rust Reinheid en Regelmaat, waarmee hele generaties groot zijn geworden, ingeruild voor het principe van de drie S’ sen: Steunen, Stimuleren, Sturen. • Steunen: biedt steun en veiligheid, herken en benoem gevoelens, volg je kind • Stimuleren: prijs je kind, laat je kind het zelf doen, laat je kind leren • Sturen: bied je kind duidelijkheid, stel heldere regels, kies positieve oplossingen
3. Bijsturen In dialoog met ouders versterkt pedagogische preventie de (opvoed-)capaciteiten van ouders en ontwikkelt wat nog niet of minder aanwezig is. Opvoeden kent vele factoren, waarbij niet alleen ouders een rol spelen, maar ook andere volwassenen rondom het kind. Ook kinderen zelf zijn een factor van invloed en kunnen het onderwerp van gesprek zijn. De jgz-organisatie biedt zelf preventieve programma’s en leidt ouders door naar deze programma’s. Het Nederlands Jeugd Instituut (NJI) biedt een uitgebreid overzicht van alle preventieve pedagogische programma’s op www.nji.nl.
De zorgorganisatie die jeugdgezondheidszorg aanbiedt, kan onder andere de volgende preventieve programma’s bieden en – op verzoek van de gemeente – ook uitbreiden met lichte hulpprogramma’s: • Triple P, positief opvoeden, vergroot het zelfvertrouwen en de eigen kracht van ouders • Stevig Ouderschap richt zich op het voorkomen van kindermishandeling • VoorZorg, voor tienermoeders • Samen Starten voorkomt psychosociale problemen • Video Interactie Begeleiding laat ouders zien hoe zij hun kind (weer) positief kunnen ondersteunen
Afleren ongezonde gewoontes Tijdens de zwangerschap en direct na de geboorte, zijn ouders vaak bereid om ongezonde gewoontes af te leren in het belang van de gezondheid van hun kind. Het programma ‘Roken? Niet waar de kleine bij is’, speelt daar op in. Ook preventie van overgewicht heeft op dat moment de meeste kans van slagen.
Signaleren en oplossingen zoeken Niet elk kind start met dezelfde kansen. Opgroeien in een gezin met financiële problemen, slechte huisvesting, werkeloosheid, chronische ziekte, of sociaal emotionele problemen, betekent een grotere kans om later zelf problemen te krijgen. Het is dan ook cruciaal deze problemen vroeg te signaleren en samen met de ouders naar een oplossing te zoeken. Er zijn diverse programma’s die de jgz-organisatie kan inzetten om psychische problemen, emotionele stoornissen en gedragsstoornissen te voorkomen.
Taalachterstand en -ontwikkeling Wat betreft het stimuleren van de taalontwikkeling bij kinderen kan de jgz-organisatie advies geven en daarbij gebruik maken van ‘Boekstart’ en ‘Boekenpret’. ‘Taalkracht voor consultatiebureaus’ ondersteunt medewerkers binnen de jeugdgezondheidszorg bij de aanpak van laaggeletterdheid, onder andere door het herkennen van laaggeletterde ouders en de invloed van taal op de ontwikkeling van het jonge kind.
Advies op maat Als de jeugdarts en/of de jeugdverpleegkundige bij de diverse controles van de groei en ontwikkeling van kinderen iets opvalt, geeft zij advies op maat om de gesignaleerde afwijkingen om te buigen of de ontwikkeling te stimuleren. Dit wordt besproken met de ouders zodat ook hun mening, vragen en zorgen aan de orde komen. Bijvoorbeeld: • Ouders van excessief huilende baby’s krijgen ondersteuning in het aanbrengen van rust en regelmaat, eventueel gecombineerd met inbakeren. • Ouders van kinderen met dreigende scheefgroei van de schedel, krijgen advies over de juiste aanpak daarvan. Als het kind jong is, kan de schedel nog vervormen en daarmee problemen op latere leeftijd worden voorkomen.
4. Interveniëren
5. Feiten en cijfers
Ook op het gebied van interveniëren speelt de jgz-organisatie een grote rol. Ook hier weer gericht op preventie en het voorkomen van erger. Daarbij vinden jgz-organisaties het inzetten van andere vormen van hulp of advies door samenwerking of doorverwijzing essentieel. Enkele voorbeelden:
Bezoek aan consultatiebureaus
Op vaste momenten worden alle kinderen door de jgz-organisatie gescreend op verschillend afwijkingen: hoorproblemen, hart-, heup- of oogafwijkingen, genetisch bepaalde ziekten et cetera. Als uit de screening blijkt dat het kind mogelijk iets mankeert, wordt het doorverwezen naar de juiste hulpverlener.
Als uit de monitoring van de groei en ontwikkeling bij kinderen op vaste leeftijden door de jeugdarts en/of de jeugdverpleegkundige blijkt dat een kind achterblijft, dan kan advies of doorverwijzing naar een medisch specialist of andere hulpverlener erger voorkomen.
Als ouders, een jeugdarts en/of jeugdverpleegkundige of andere hulpverleners zich zorgen maken over een kind, zullen ze samen een risicoafweging maken, zo nodig advies inwinnen, hulp bieden of hulp inzetten van andere disciplines en zo nodig ‘bemoeizorg’, ‘thuisbegeleiding’ schuldhulpverlening of andere extra hulp. “Nooit loslaten zolang het gezin niet op eigen benen staat of anderen de zorg of begeleiding hebben opgepakt”, is het motto dat de jgz-organisatie hanteert.
leeftijd 0 jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar
2008 in % 100,0 98,6 94,5 93,3 80,6
2008 in aantallen 184.634 182.410 174.825 172.605 149.110
2009 in % 100,0 99,5 94,0 89,1 84,1
2009 in aantallen 184.915 183.710 173.900 164.835 155.585
Bron: CBS
Het versterken van de voorkant van de jeugdgezondheidszorg De 5% kinderen met zware vormen van hulp groeit onrustbarend, tonen de meest recente cijfers. Er is maar één manier om dat tegen te gaan, de basis vergroten. Dat vraagt investeringen vooraf, terwijl het effect pas later zijn vruchten afwerpt. Investeren in preventieve jeugdgezondheidszorg loont!
De getallen en percentages • 3,5 miljoen kinderen in Nederland van 0-19 jaar • 185.000 geboortes per jaar • 4% jeugdzorg • 2,9% jeugd- en opvoedhulp • 7,5% jeugd GGZ • 0,4% jeugd LVG
van achteruitwerken en winst berekenen
Als een jeugdarts of jeugdverpleegkundige vermoedens van kindermishandeling heeft, zal ze advies vragen aan het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en zo nodig een melding doen.
5% 15%
Om al deze zaken goed te kunnen vormgeven kent de jgz-organisatie de sociale kaart, is zij bekend in de wijk en buurt en werkt zij samen met de ketenpartners binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin en daarbuiten, zoals huisarts, paramedici, curatieve zorg, maatschappelijk werk, kinderdagverblijf, peuterspeelzaal, school, welzijnswerk, GGZ, Bureau jeugdzorg, AMK en vele anderen.
80%
Bron: Nederlands Jeugd Instituut
nu versterken voorkant & public health
ActiZ, organisatie van zorgondernemers Postbus 8258 3503 RG Utrecht www.actiz.nl Contactpersonen Inge Steinbuch, beleidsmedewerker
[email protected] Telefoon (030) 273 93 77 Jacqueline de Vries, beleidsmedewerker
[email protected] Telefoon (030) 273 93 65 Opmaak - hollandse meesters, Utrecht Druk - Libertas, Bunnik
© ActiZ, juni 2011 Het is leden van ActiZ toegestaan (delen van) deze brochure binnen de eigen organisatie te verveelvoudigen en openbaar te maken, in welke vorm of op welke wijze dan ook. Zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van ActiZ, is het derden niet toegestaan (delen van) deze brochure te verveelvoudigen, op te slaan (in een gegevensbestand), te wijzigen of openbaar te maken, in welke vorm of op welke wijze dan ook. Deze uitgave is met grote zorgvuldigheid tot stand gekomen. Het is evenwel niet geheel uitgesloten dat de informatie in deze uitgave onjuistheden en/of onvolkomenheden bevat. ActiZ aanvaardt geen aansprakelijkheid voor directe of indirecte schade ontstaan door eventuele onjuistheden en/of onvolkomenheden. Aan de inhoud van deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend.