vwo
1
Intro Op het HML wordt er in de onderbouw gewerkt in een heterogene setting. Dat betekent, dat leerlingen met een mavo-, havo- en vwo-programma bij elkaar in de klas zitten en samenwerken. Geregeld wordt er door ouders gevraagd of de vwo-leerlingen op het HML wel voldoende uitgedaagd worden. In deze brochure schetsen wij een beeld van de vwo-leerling en het vwo-programma op het HML .
Profiel vwo-leerling Het is duidelijk, dat een vwo-leerling op andere wijze omgaat met de leerstof dan zijn/haar medeleerlingen op mavo- en havoniveau. Daarom is een profiel opgesteld met kenmerken van de vwo-leerling. In de extra taken, die vwo-leerlingen moeten maken, wordt uitgegaan van onderstaand profiel. Docenten en mentoren stimuleren en motiveren leerlingen die in grote lijnen voldoen aan het vwo-profiel om op vwo-niveau te werken en te presteren.
2
Leerstof
De leerling... ... is intrinsiek gemotiveerd, wil veel weten ... kan zelf structuur aanbrengen in het leerstofaanbod ... vindt op eigen kracht de essentie van informatie ... is in staat veel informatie in korte tijd te verwerken vanuit eigen overzicht ... is in staat om inzichtvragen te beantwoorden en om te gaan met open opdrachten ... kan vanuit abstracties denken en die vertalen naar concrete situaties
De Leerling... ... werkt adequaat, kan zijn of haar huiswerk plannen ... oefent zelfstandig, met het oog op goede resultaten ... levert op tijd zijn of haar werk in ... benut de les om te werken en tot begrip te komen ... kan zich goed concentreren en heeft een lange spanningsboog
3
Werkhouding
4
Vakken en lessen in de onderbouw De vwo-leerling in de onderbouw werkt gedurende drie jaar in alle vakken aan een eigen programma. Het programma is opgenomen in het jaarboekje. Gedeeltelijk werkt de vwo-leerling uit vwo-boeken, gedeeltelijk uit havo/vwo-boeken. Daarnaast ontwikkelen docenten eigen materiaal en zij plaatsen dit materiaal op het “Atelier” (de elektronische leer omgeving). In de meeste vakken moet de leerling, naast de basisstof uit het boek, extra taken maken. Bij elk vak is omschreven wat er van de vwo-leerling wordt verwacht. Zo moet bij het vak geschiedenis de leerling kunnen omgaan met complexe bronnen en in staat zijn om zelf vragen te formuleren in plaats van vragen te beantwoorden. Bij een vak als aardrijkskunde wordt er verwacht, dat de leerlingen teksten van hoog niveau kunnen lezen en zelfstandig onderzoek kunnen doen. Bij de lessen Nederlands wordt grote nadruk gelegd op de lees- en schrijfvaardigheid. Aan geschreven teksten worden hoge eisen gesteld: ook wordt ervan uitgegaan, dat vwo-leerlingen meer lezen dan hun medeleerlingen. Vwo-leerlingen worden ook ingeschakeld als docent en maken presentaties over moeilijke onderdelen van de lesstof. Bij wiskunde werken de leerlingen weliswaar met een havo/ vwo-methode, maar binnen die methode is het vwo-niveau gewaarborgd door de extra stof en door het niveau van de proeven.
5
Versterkt talenonderwijs Er zijn verschillende initiatieven bij de Moderne Vreemde Talen. In klas 3 en 4 werken de begaafdere leerlingen aan extra leerstof voor Duits om hun diploma te halen bij het Goethe Institut.Voor Frans kunnen de leerlingen examens maken om te voldoen aan de eisen van het Europees Referentiekader (Delf) en behalen zij extra certificaten, die ook toegang kunnen verschaffen na het Voortgezet Onderwijs om in te stromen aan een Franse universiteit. Met Engels nemen we deel aan het Cambridge Traject. De universiteit van Cambridge heeft een afdeling die Engelse taalcursussen en de bijbehorende examens verzorgt (E.S.O.L.= English for Students of Other Languages). Een Cambridge-diploma wordt officieel erkend door vele universiteiten en werkgevers en staat goed op het cv. Het FCE-examen wordt wereldwijd het meest gedaan en is ook minimaal nodig indien het diploma wordt gebruikt om toegelaten te worden aan een Engelse Universiteit.
6
7
8
Kennismaking met klassieke talen Vanaf periode 3 (februari – juli) kunnen vwo-leerlingen, die dit wensen, lessen in de Klassieke Talen (Latijn) volgen. Het betreft een oriëntatie op het vak en de lessen zijn erop gericht leerlingen inzicht te geven in de opleiding tot en met de derde klas onderbouw. Wanneer aan het eind van de eerste klas leerlingen besluiten om het vak te gaan volgen, blijven ze wel deel uitmaken van de stamgroep. Er wordt dus geen aparte klas met klassieke talen gevormd. Behalve het leren van Grieks en Latijn wordt er ook veel aandacht besteed aan de mythologie. De ervaring heeft geleerd, dat de leerlingen met Klassieke Talen zich verbonden met elkaar voelen door de gedeelde interesse in de oudheid. Met buitenschoolse activiteiten, zoals museumbezoek en de Gymnasiumdag, wordt deze verbondenheid versterkt.
“Ik moet extra taken maken voor mijn vwoprogramma, maar dat is prima. Ik leer er meer door en het is handig voor de proeven. Zo moet ik vaak meer lezen bij de talen en extra portfolioopdrachten maken. Ik help mijn medeleerlingen en ik geef vaak extra uitleg. Bij een proef komen ze vaak naar mij toe om hulp. Ik voel mij niet anders dan de havo- of mavo-leerlingen in de klas en ik vind het fijn, dat we bij elkaar in de klas zitten.” Kushi Barua uit 3 vwo
9
De derde klas, determinatie De derde klas is al het ware een “schakeljaar”. Het is het laatste jaar van de onderbouw en de leerlingen moeten de noodzakelijke kennis en vaardigheden opdoen om geslaagd de bovenbouw vwo te kunnen afmaken met een diploma aan het eind in 6 vwo. In de derde klas kiezen leerlingen een stroom, voorbereidend op de uiteindelijk profielkeuze in 4 vwo: de cultureel/ maatschappelijke stroom of de natuur/ technische stroom.
Vwo in de bovenbouw In de vierde klas werken leerlingen nog binnen een breed vakkenpakket. Zij zijn ingedeeld in aparte vwo-klassen. In beginsel werken de vwo-leerlingen bij alle vakken aan een programma dat door het Ministerie van Onderwijs is voorgeschreven. Het HML vindt het van belang dat leerlingen naast de verplichte stof andere (vakoverstijgende) leerervaringen opdoen die passen bij de leeftijdsfase waarin de leerling zich bevindt. Ook moeten excellente leerlingen de kans krijgen meer dan de verplichte stof te doen. In de klassen 4 en 5 vwo zijn er per schooljaar drie projectweken: hieronder volgt een greep uit de projecten.
10
4 vwo • het binnenhaven project: bestemd voor de leerlingen die de voorkeur hebben voor de maatschappelijk / culturele stroom. Het betreft een vergelijking tussen Duisburg (de grootste binnenhaven van Europa) en Amsterdam. Het project is opgezet door de sectie geschiedenis en aardrijkskunde.
11
•
project gas: leerlingen die werken in de stroom natuurkunde /techniek en gezondheid bezoeken bedrijven in Rotterdam en Den Haag en maken op deze manier kennis met Nederland als gasdistributie land (sectie Scheikunde)
•
het poëzieproject: dit project is opgezet door de secties Nederlands en CKV (Culturele Kunstzinnige Vorming). Alle leerlingen maken kennis met een aantal dichters. Uiteraard schrijven leerlingen zelf gedichten die in beeld kunnen worden gebracht onder begeleiding van de CKV-docent.
5 vwo • Buitenlandreizen: er zijn twee buitenlandreizen in 5 vwo op het HML: Sint – Petersburg en Rome. De reizen hebben een verschillend karakter: leerlingen worden in Sint Petersburg diep ondergedompeld in de Russische cultuur. Het betreft een uitwisselingsproject. Al ruim 25 jaar heeft het HML contact met een school in het centrum van de stad. Russische leerlingen verblijven in Nederland in gastgezinnen en onze leerlingen leven een week lang in een Russische gezin. Het doel van de Romereis is om leerlingen in contact te brengen met een unieke cultuur. De reis is georganiseerd door docenten geschiedenis en klassieke talen. Bij beide projecten doen leerlingen een onderzoek ter plaatste en maken een werkstuk dat meetelt voor het examen. • 12
Masterclass: het HML heeft samen met het Maerlant-lyceum, het Dalton Den Haag en het Gymnasium Haganum, een initiatief genomen om leerlingen die dat aankunnen, iets extra’s te bieden. Onder de noemer Excellentie in het onderwijs zijn we vorig jaar gestart met het project Masterclass. Masterclass is een serie lezingen en werkcolleges voor een geselecteerde groep vwo-leerlingen, gegeven door experts van binnen en buiten de school, uit de wereld van politiek, kunsten en wetenschappen. Dit schooljaar zullen we drie Masterclasses organiseren, waarbij de leerlingen uit 5 vwo van de verschillende scholen (ongeveer 20 leerlingen per school) telkens een dag bezig zijn met iedere keer een verschillend onderwerp binnen het domein waar zij voor hebben gekozen: Politics, Science,
Arts of Humanities. Docenten van de deelnemende scholen ontwikkelen samen het programma.Vast onderdeel is dat experts uit het veld worden uitgenodigd als spreker.
•
Debatproject Vrede en Recht: in 5 vwo doen alle leerlingen mee aan het Engelstalige debatproject Vrede en Recht. Hierin worden zij een week lang ondergedompeld in de wereld van het internationale recht, aan de hand van verschillende experts op dit gebied. De leerlingen gaan langs bij één of meer van de grote instituties van het internationaal recht in Den Haag, zoals het Internationale Gerechtshof, het Vredespaleis en het Joegoslavië-tribunaal, en er komen experts van buitenaf naar onze school. Het sluitstuk van de week is een dag waarop alle leerlingen een pleidooi moeten houden – in het Engels - voor een “echte” rechter, over een stelling die ze toegewezen krijgen. Het is elk jaar weer een uitdagend en pittig project voor onze leerlingen.
Kortom: een HML-leerling met een vwo-diploma op zak heeft een rijke opleiding achter de rug en beschikt over alle noodzakelijke kennis en vaardigheden om succesvol te starten met een nieuwe fase in het leven: een studie aan een universiteit of een hoge school.
13
Haags Montessori Lyceum Nassau Bredastraat 5 2596 AK Den Haag T 070 - 324 54 18 F 070 - 324 20 77
[email protected] www.hml.nl
