Installatie- en bedieningshandleiding

Installatie- en bedieningshandleiding Installatieen bedieningshandleiding MAN0934_V1_1515001_Rev. F_08-12 Fire Sentry FS7-2173-2RP Branddetector

Fire Sentry FS7-2173-2RP Branddetector Standalone, lekkagebestendig, digitaal, elektro-optisch, met pigtail-kabel van 6 meter

1

Fire Sentry FS7-2173-2RP Branddetector Installatie- en bedieningshandleiding MAN0934_V1_1515001_Rev. F_08-12

2


INHOUDSOPGAVE PAGINA GOEDKEURINGEN ...................................................................................................................................................... 4 DEEL 1:

INLEIDING .................................................................................................................................................. 4 1.1 Overzicht van de FS7-2173-2RP .......................................................................................................... 4 1.2 Elektro-optische branddetector ............................................................................................................. 4 1.2.1 FirePicTM .................................................................................................................................... 4 1.2.2 Gebeurtenissenlog ..................................................................................................................... 4 Figuur 1:

DEEL 2:

Afmetingen van de detectorbehuizing ........................................................................................ 5

INSTALLATIE ............................................................................................................................................. 5 2.1 Aansluitingsvereisten............................................................................................................................ 5 2.2 De detector installeren .......................................................................................................................... 6

DEEL 3:

WERKING VAN DE DETECTOR ................................................................................................................. 6 3.1 Werking van de detector ...................................................................................................................... 6 3.1.1 Normale werking......................................................................................................................... 6 3.1.2 Storingtoestand .......................................................................................................................... 6 3.1.3 Detectorzelftest .......................................................................................................................... 7 3.1.4 Handmatige detectortest ............................................................................................................. 7

DEEL 4:

ONDERHOUD EN VERVANGING ............................................................................................................... 8 4.1 Detectorstoringen ................................................................................................................................. 8 4.2 Routinematig onderhoud en kalibratie................................................................................................... 8 4.3 De detector vervangen ......................................................................................................................... 8 4.4 Aanhaalmomenten voor bevestiging van de behuizing ......................................................................... 9 Tabel 1:

Pigtail-bedrading........................................................................................................................10

DEEL 5:

DETECTORBEDRADING ...........................................................................................................................10

DEEL 6:

BESTELGEGEVENS .................................................................................................................................11

INDEX ..........................................................................................................................................................................12

3


GOEDKEURINGEN Het FS Systeem 7 wordt geproduceerd conform de vereisten van ISO-9001 en zijn goedgekeurd door:  Factory Mutual (FM)  Voldoet aan de CE-normen

DEEL 1: INLEIDING 1.1 Overzicht van de FS7-2173-2RP De lekkagebestendige, standalone, digitale elektro-optische FS7-2173-2RP branddetector met pigtail-kabel is speciaal bedoeld voor installaties in natte banken en andere apparatuur met brandbaar materiaal in 'clean room' omgevingen voor de productie van halfgeleiders. De waarschuwingscriteria zijn geprogrammeerd voor brandend vloeibaar polypropyleen van 3 kW, en de alarmcriteria voor eenzelfde brand van 13 kW. De detectorbehuizing heeft een beveiligingsklasse van IP67 en is dus stof- en waterbestendig tot 1 meter.

1.2 Elektro-optische branddetector De FS7-2173-2RP-detector heeft een multispectrum-sensorrij die bestaat uit Wide Band IRTM, Near Band IRTM en Visible BandTM-sensors De detector is ontworpen voor de detectie van alle soorten koolwaterstofgas- en niet-koolwaterstofgasbranden, inclusief polypropyleen- en IPAbranden. De detector kan een heptaanbrand van 0,3 x 0,3 m met de helft van de opgegeven gevoeligheid opmerken, als de brand zich 60 graden buiten de as bevindt. De microcomputer van de detector met signaalverwerkende algoritmen, controleert de circuits van de detector voortdurend en monitort de juiste werking. Zodra een brand wordt opgemerkt, wordt het waarschuwingsrelais geactiveerd bij brandend vloeibaar polypropyleen van 3 kW, en een alarmrelais bij 13 kW. De detector heeft een niet-vergrendelend relais en reset de brandsignaalrelais automatisch na 5 seconden, zodra de brand vanzelf is geblust of is ontladen. De elektronische printplaat van de detector bevindt zich in een water-, zuur- en lekkagebestendige, hitte-afgedichte polypropyleenbehuizing.

1.2.1

FirePicTM FirePicTM levert digitale spectrumgegevens waarmee de waarschijnlijke oorzaak van de brand achterhaald kan worden. Deze functie kan worden gebruikt om een volgende, mogelijk schadelijke brand te voorkomen. FirePic slaat 6 brandgebeurtenissen op in het niet-vluchtige digitale geheugen, samen met 8 seconden voorafgaand aan de brand, de eigenlijke spectrumgegevens van de detectorsensor en de tijd en datum van elke gebeurtenis. De opgeslagen gegevens omvatten een grafisch display van de relatieve spectrumintensiteiten, vergeleken met de tijd voorafgaand aan en tijdens de brand. N.B.: Gebruik de optionele FS7-interface unit en de juiste pc-software om alle FirePic's te verkrijgen.

1.2.2

Gebeurtenissenlog De FS-2173-2RP-detector houdt een intern logboek bij (gebeurtenissenlog) met maximaal 200 gebeurtenissen (branden, storingen, resets, enz.). Toegang tot het

4


gebeurtenissenlog gebeurt via een FS7-interface unit en minimaal een 486-pc en de juiste pc-software.

Figuur 1: Afmetingen van de detectorbehuizing

DEEL 2: INSTALLATIE 2.1 Aansluitingsvereisten De netstroom is is 24 V dc bij 50 mA. Raadpleeg deel 5, tabel 1 voor meer informatie over de aansluiting.

Waarschuwing: voor de stroomvoorziening aan de detector mag ALLEEN 24 V dc +/- 20% worden gebruikt

5


2.2 De detector installeren 2.2.1 LOCATIE VAN DE MONTAGEBEUGEL a.

b.

d.

De FS7-2173-branddetector heeft een conisch gezichtsveld van 120 graden (gezichtshoek). Aangeraden wordt de detector te plaatsen binnen de primaire brandbeveiligingslocatie, langs de as van het gezichtsveld van de detector. Aangezien de detector de branden moet kunnen 'zien' om ze te detecteren, moet de detector worden gemonteerd in hoeken en aan plafonds, om te voorkomen dat het gezichtsveld geblokkeerd is. Kies een bevestigingsmethode waarmee de detector goed aan het materiaal van de behuizingslocatie wordt bevestigd. Er kunnen bijvoorbeeld speciale gaten in de bevestigingsbeugel worden geboord, zodat de beugel met schroeven, nagels, enz. bevestigd kan worden. Als het oppervlak van polypropyleen is gemaakt, kan de beugel vastgelast worden. Schuif de behuizing van de detector op de montagebeugel, totdat hij vast zit.

2.2.2 DETECTORBEDRADING Verbind elke pigtail-kabel van de detector aan de juiste aansluiting van de externe apparatuur. Raadpleeg deel 6, tabel 1 voor meer informatie over de aansluiting.

OPPASSEN: Volg de procedures voor bescherming tegen statische ontlading tijdens de aansluiting van de pigtail-kabels van de detector. Een geaarde polsriem helpt productbeschadiging te voorkomen.

DEEL 3: WERKING VAN DE DETECTOR 3.1 Werking van de detector 3.1.1 Normale werking De FS7-2173-2RP-brandmelder is gebruiksklaar binnen 10 tot 15 seconden nadat de 24 V dc netstroom is ingeschakeld. De interne LED knippert om de 10 seconden om aan te geven dat de detector op de normale stand staat. In deze stand kan de detector storingen melden, mochten die zich voordoen. (Zie deel 4.2 voor de informatie over storingcodes.) N.B.: De LED knippert tweemaal wanneer er met een pc of regelpaneel wordt gecommuniceerd.

3.1.2 Storingtoestand Tijdens een storingtoestand doet de detector als volgt: • Om de 10 seconden wordt een knipperende storingcode weergegeven. Raadpleeg deel 4.1. • De storing wordt in het Gebeurtenissenlog vastgelegd. • Het storingrelais wordt gedeactiveerd (de relaiscontacten worden geopend). Zo mogelijk, stelt de storing zichzelf terug. Dit betekent dat als de oorzaak van de 6


storing is verholpen, de controller niet langer een storing meldt en weer op de normale stand gaat staan.

3.1.3 Detectorzelftest De detector voert automatisch om de 10 minuten een interne zelftest uit om de werking te controleren. De detector functioneert gedurende de zelftesten normaal en kan een waarschuwing of alarm activeren als er een brand of storing wordt opgemerkt.

3.1.4 Handmatige detectortest WAARSCHUWING: SCHAKEL DE RESPONS OP DE RELAISUITVOEREN VAN DE DETECTOR UIT OM TE VOORKOMEN DAT EXTERNE ALARMEN WORDEN GEACTIVEERD EN/OF OM HET SYSTEEM TIJDENS DE HANDMATIGE TEST TE ONDERDRUKKEN. De detector kan in zijn geheel worden getest met een FSC externe handheld testlamp. N.B.: Gebruik testlamp FT-S7 (kort bereik) of FS-746 (lang bereik) voor de brandsimulatie. Raadpleeg deel 6 voor de bestelinformatie.

7


DEEL 4: ONDERHOUD EN VERVANGING 4.1 Detectorstoringen Actie

Storing Power Fault

LED is uit. Er wordt geen stroom aan de detector geleverd. Controleer de bedrading op doorgesneden of geplette kabels of losse aansluitingen.

Self-Test Fault

De LED van de detector knippert om de 10 seconden 3 maal. Mislukte test van de 'sensorintegriteit' van een vlamdetector. Deze reparatie kan niet door de gebruiker worden uitgevoerd. Retourneer de Fire Sentry voor reparatie. De LED van de detector knippert om de 10 seconden 4 maal. De oorzaak van deze storing is een lekkage in de detectorbehuizing. Retourneer de Fire Sentry voor reparatie.

Leak Detection Fault

High Temperature Fault Memory Corruption

De LED van de detector knippert om de 10 seconden 5 maal. Retourneer de Fire Sentry voor reparatie. De LED van de detector knippert om de 10 seconden 6 maal. Retourneer de Fire Sentry voor reparatie.

4.2 Routinematig onderhoud en kalibratie De detector hoeft niet gekalibreerd te worden en heeft geen opties voor veldkalibratie. Aanbevolen wordt de detector volgens het schema te testen. Indien gebruikt in een 'clean room' omgeving, zal het venster naar verwachting schoon blijven. Dit wordt gecontroleerd als onderdeel van een routinematige test met een handheld Fire Sentrytestlamp. Als het venster moet worden schoongemaakt, veegt u het kijkglas van de detector met isopropylalcohol schoon.

4.3 De detector vervangen 1. 2. 3. 3. 4.

Schakel de stroom van 24 V dc naar de detector uit. Ontkoppel de pigtail-kabels van de detector. Zorg ervoor dat er voldoende kabellengte is om de detector te verwijderen. Schuif de detector voorzichtig van de bevestigingsbeugel af. Installeer een nieuwe detector door deze stappen in omgekeerde volgorde uit te voeren.

8


ER ZIJN GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER ONDERHOUDEN MOETEN WORDEN. BEWIJS VAN GEKNOEI AAN HET TOESTEL VAN WELKE AARD DAN OOK NIET-FABRIEKSPERSONEEL, ZOALS HET OPENWRIKKEN VAN DE DETECTOBEHUIZING, OF GEPOOGDE REPARATIES, DOET DE GARANTIES VERVALLEN.

Een detector moet worden geretourneerd in materiaal dat bescherming biedt tegen statische ontladingen. Indien dit materiaal niet voorhanden is, wikkelt u de detector en het harnas voorzichtig in aluminiumfolie. Voordat u de detector aan de fabriek retourneert, neemt u contact op met de klantenservice van FSC om een verplicht Return Material Authorization (RMA)-nummer te verkrijgen.

4.4 Aanhaalmomenten voor bevestiging van de behuizing Het juiste aanhaalmoment voor bevestiging van de Teflon-slang waarborgt dat de behuizing lekkagebestendig blijft. Als de onderdelen om wat voor reden dan ook los komen te zitten, zet u ze weer vast met het aanhaalmoment weergegeven in Figuur 2. Figuur 2 Fitting van behuizing 1 35 Nm +2 / -1 Ferrulemoer 0,9 Nm +2 / -1

de

O-ringafdichting (verwijzing)

9


DEEL 5: DETECTORBEDRADING Tabel 1: Pigtail-bedrading Draad

Draadkleur

Beschrijving

Nummer 1

ZWART

24 V retour (-) stroomvoorziening

4

ROOD

2

GROEN

FireBus RS-485 digitale data A-signaal

3

WIT

FireBus RS-485 digitale data B-signaal

5

GRIJS

Storingsrelais aansluitpunt A, contact naar B tijdens normale werking

6

PAARS

Storingsrelais aansluitpunt B, contact naar A tijdens normale werking

7

BRUIN

Alarmrelais aansluitpunt A

9

BLAUW

Alarmrelais aansluitpunt B

8

BRUIN /

Alarmrelais aansluitpunt A doorlooplus

10

WIT BLAUW / WIT

Alarmrelais aansluitpunt B doorlooplus

11

GEEL

Waarschuwingsrelais aansluitpunt A

13

ORANJE

Waarschuwingsrelais aansluitpunt B

12

GEEL / ZWART

Waarschuwingsrelais aansluitpunt A doorlooplus

14

ORANJE / ZWART

Waarschuwingsrelais aansluitpunt B doorlooplus

Geen

Nietgeïsoleerde draad

+24 V dc stroomvoorziening

Kabelafscherming - moet worden aangesloten op de chassis-aardverbinding van het brandalarmpaneel.

N.B.: De doorloopluscontacten van de alarmen waarschuwingsrelais kunnen worden gebruikt voor eindelijnweerstanden voor controle van de contactbedrading.

Garantie Het regelpaneel heeft een garantie van twee jaar voor materiaal- en vakmanschapsdefecten.

10


DEEL 6: BESTELGEGEVENS BESCHRIJVING

ONDERDEELNUMMER

FS7-2173-2RP Branddetector: De standalone FS7 elektro-

FS7-2173-2RP

optische branddetector voor natte banken met een breedband infrarode spectrum-sensorrij; het bedrijfstemperatuurbereik is 0 tot +70ºC. De standaardkabellengte is 3 meter. Kabellengtes tot maximaal 30 meter zijn apart verkrijgbaar in stukken van 1,5 meter.

Testlamp met groot bereik voor de FS7-2173detector: Handheld testlamp op batterijen voor controle van de

FS-746

end-to-end conditie van de FS7-2173-2RP-detector, zonder testbranden. Gebruik deze testlamp voor het testen van FS7detectors op een afstand van 3 meter.

Testlamp met klein bereik voor de FS7-2173detector: Kleine, handheld testlamp op batterijen voor controle

FT-S7

van de end-to-end conditie van de FS7-2173-2RP-detector, zonder testbranden. Een ac/dc-wandtransformator wordt voor het opladen meegeleverd. Gebruik deze testlamp voor het testen van FS7-detectors op een afstand van 60 cm.

FS7-2173-2RP Interfacekit: Compleet met RS 485/RS-232-

FS7-interface

interfacebox, kabel, pc-software en lader. Ontwikkeld voor toegang tot FirePic en het Gebeurtnissenlog.

11


INDEX Detector Intern probleem .................................... 8

Problemen oplossen.................................. 7 Relais

Detectortest .............................................. 7

Storing .................................................. 6

FirePic ...................................................... 4

Storing ...................................................... 6

Kalibratie .................................................. 8

Relais ................................................... 6

Nominaal vermogen.................................. 4

Through the Lens Fault ............................. 7

Normale werking ....................................... 6

Vervangen

Onderhoud ................................................ 7

Detector ................................................ 8

12


www.honeywellanalytics.com Neem contact op met Honeywell Analytics: Europa, Midden-Oosten, Afrika, India Life Safety Distribution AG Javastrasse 2 8604 Hegnau Zwitserland Tel: +41 (0)44 943 4300 Fax: +41 (0)44 943 439 India Tel: +91 124 4752700 [email protected] Noord- en Zuid-Amerika Honeywell Analytics Inc. 405 Barclay Blvd. Lincolnshire, IL 60069 V.S. Tel: +1 847 955 8200 Gratis nummer: +1 800 538 0363 Fax: +1 847 955 8210 [email protected] Azië/ Pacific Honeywell Analytics Asia Pacific #508, Kolon Science Valley (I) 187-10 Guro-Dong, Guro-Gu Seoel, 152-050 Korea Tel: +82 (0)2 6909 0300 Fax: +82 (0)2 2025 0329 [email protected]

N.B. Er is alles aan gedaan om de betrouwbaarheid van deze publicatie te waarborgen. Toch wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor eventuele fouten of weglatingen. Gegevens, maar ook regels en voorschriften kunnen veranderen. Zorg er dus voor dat u altijd de nieuwste versies van regels, normen en richtlijnen bij de hand hebt. Deze publicatie is niet bedoeld als basis voor een contract.

Technische ondersteuning EMEAI: [email protected] VS: [email protected] AP: [email protected] Uitgave 1_1515001_Rev. F_08/2012 H_MAN0934_NL © 2012 Honeywell Analytics

13115

www.honeywell.com

13

Installatie- en bedieningshandleiding

Recommend Documents