Inspectierapport
Prinsjeshof (KDV) Overakkerstraat 188 4834XP BREDA Registratienummer 221617206
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport: KZ IVT ID 150807
GGD West-Brabant Breda 09-02-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 24-02-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................5 Inspectie-items................................................................................................................7 Gegevens voorziening..................................................................................................... 10 Gegevens toezicht.......................................................................................................... 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 11
2 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie. Na feiten over dit kindercentrum en de inspectie geschiedenis volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport per domein verder uitgewerkt. Feiten over kindercentrum Kinderdagverblijf Prinsjeshof is een kindercentrum gelegen in Breda. Het kinderdagverblijf bestaat uit groepen. Op de groepen worden maximaal 16 kinderen opgevangen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar. Het kinderdagverblijf maakt gebruik van 7 ruimtes. Ridderzaal: heeft inclusief de speelhal een bruto speeloppervlak van 60m², dit is voldoende voor 16 kinderen. Parkzicht : heeft een bruto speeloppervlak van 32m², dit is voldoende voor 9 kinderen. Schatkamer: heeft een bruto speeloppervlak van 50m², dit is voldoende voor 14 kinderen. Loge: heeft een bruto speeloppervlak van 58m², dit is voldoende voor 16 kinderen. Troonzaal: heeft een bruto speeloppervlak van 59m², dit is voldoende voor 16 kinderen. Salon: heeft een bruto speeloppervlak van 60m², dit is voldoende voor 16 kinderen. Torenkamer: heeft een bruto speeloppervlak van 60m², dit is voldoende voor 16 kinderen. Inspectiegeschiedenis Op 01-01-2011 is kinderdagverblijf Prinsenhof in exploitatie gegaan. Op 03-03-2011 heeft er een inspectie 3 maanden na exploitatie plaats gevonden, er is aan alle beoordeelde voorwaarden voldaan. Op 10-05-2012 heeft er volledig toezicht plaats gevonden, er is aan alle beoordeelde voorwaarden voldaan. Op 17-01-2013 heeft er een verkort toezicht plaats gevonden, er is aan alle beoordeelde voorwaarden voldaan. 08-07-2014 heeft er een verkort toezicht plaats gevonden, er is aan alle beoordeelde voorwaarden voldaan. Bevindingen op hoofdlijnen Tijdens dit jaarlijks onderzoek zijn op de beoordeelde items overtredingen geconstateerd op domein 'personeel en groepen', item 'passende beroepskwalificatie' en 'opvang in groepen'. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Bij de observatie van de pedagogische praktijk is gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum van GGD-GHOR Nederland, versie januari 2014. De beschrijvingen die cursief zijn weergegeven zijn aan dit instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. In het veldinstrument staan specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd met betrekking tot: emotionele veiligheid; persoonlijke competentie; sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Pedagogische praktijk Tijdens het onderzoek is gebleken dat de houder zorg draagt voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan en dat beroepskrachten op de hoogte zijn van het beleidsplan. Ter verduidelijking van de beoordeelde pedagogische praktijk volgen enkele voorbeelden van observaties die door de toezichthouder op locatie zijn waargenomen. De pedagogisch zitten in de babygroep met de baby's op de grond. Er wordt gereageerd op de behoefte van de baby's. Op verschillende groepen wordt er gewerkt aan de puk activiteit. Het welbevinden van alle aanwezige kinderen is goed. De kinderen zijn ondernemend, energiek en vol aandacht en hebben plezier met elkaar. Conclusie: Op basis van de observatie is gebleken op dit kinderdagverblijf/buitenschoolse opvang de emotionele veiligheid, persoonlijke competentie, sociale competentie en de overdracht van waarden en normen voldoende is gewaarborgd. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Observaties
4 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Personeel en groepen Binnen het domein Personeel en groepen zijn de medewerkers gecontroleerd op: een geldige verklaring omtrent het gedrag die voldoet aan de eisen van de Wet Kinderopvang en Kwaliteitseisen Peuterspeelzalen (WKO) een passende beroepskwalificatie De beroepskracht-kindratio en de stamgroepen zijn beoordeeld door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten. Beoordeeld is of de praktijk met de theorie overeenkomt. Verklaring omtrent het gedrag Tijdens de inspectie zijn de verklaringen omtrent het gedrag (VOG’s) steekproefsgewijs ingezien van de beroepskrachten. Deze VOG’s voldoen aan de gestelde voorwaarden. Passende beroepskwalificatie Ten tijde van de inspectie bleek er een beroepskracht niet te beschikken over een passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen Uit de administratie is gebleken dat er eind januari en begin februari meer dan 16 kinderen van 0 tot 4 jaar in de torenkamer verbleven. Voorbeeld: Dinsdag 03-02-2015 waren er 17 kinderen donderdag 05-02-2015 waren er 20 kinderen De kinderen die teveel bij de torenkamer waren geplaatst, werden in een andere stamgroep geplaatst. Er is vooraf geen schriftelijke toestemming van de ouders in een overeengekomen periode gegeven. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
5 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Kinderen worden alleen met vooraf gegeven schriftelijke toestemming van de ouders in een overeengekomen periode in één andere stamgroep opgevangen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 13 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten Personeelsrooster
6 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Voorschoolse educatie Voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie. OF De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op. (art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
7 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt dat op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling.
(art 1.50b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en art 3.8g lid 3 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Kinderen worden alleen met vooraf gegeven schriftelijke toestemming van de ouders in een overeengekomen periode in één andere stamgroep opgevangen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 13 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
Prinsjeshof http://www.prinsjeshof.nl 117 Ja
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : :
Prinsjeshof Overakkerstraat 188 4834XP BREDA 50725726
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD West-Brabant Postbus 3024 5003DA TILBURG 076-5282000 I. van Troost
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Breda : Postbus 90156 : 4800RH BREDA
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
09-02-2015 19-02-2015 23-02-2015 24-02-2015 25-02-2015
: 25-02-2015 : 17-03-2015
10 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Zienswijze Prinsjeshof: Gedurende de recentelijke inspectie door de inspectrice van de GGD zijn 2 punten nader in het rapport gespecificeerd en wij geven u daarop onderstaand graag onze zienswijze: 1. De kwalificaties van het Team Bij Prinsjeshof staat een Team van professioneel getrainde en uitermate gemotiveerde pedagogisch medewerkers voor u klaar waardoor u verzekerd bent van kwalitatief hoogwaardige zorg voor uw kind. Alle dames zijn minimaal SPW3 geschoold en het Team bestaat naast MBO gecertificeerde dames ook uit HBO en universitair geschoolde dames. Helaas geeft de universitaire studie orthopedagogiek, een specialisatie binnen de studie Pedagogiek, geen recht om te werken als pedagogisch medewerker in de kinderopvang. Helaas, omdat wij graag de expertise van deze dame aan ons team hadden toegevoegd om ouders ook op dit vlak uitgebreid van dienst te kunnen zijn. Overigens delen wij u graag mede dat u binnen ons Team mag rekenen op een Pedagogisch Advies Team waar u met alle vragen rondom opvoeding en ontwikkeling terecht kunt. Dit Team bestaat o.a. uit enkele pedagogen en een kinderpsycholoog. Ook een verpleegkundige maakt deel uit van het Team van Prinsjeshof. 2. Het aantal kinderen op de stamgroep Gedurende enkele weken zijn er meer kinderen op de "Torenkamer"-groep aanwezig/aanwezig geweest. De Torenkamer is een 3+ groep waar met 2 leidsters maximaal 16 kinderen in deze leeftijd mogen verblijven. Tijdelijk waren er 17 tot 20 kinderen aanwezig waardoor de aangrenzende ruimte, bestemd voor 3+ kinderopvang ook werd benut. Daardoor is tijdelijk een extra stamgroep geopend met een extra leidster. De reden van het aantal kinderen ligt in het feit dat op aanvraag van en in overleg met ouders besloten werd om enkele kinderen vanwege hun cognitieve ontwikkeling reeds "door te laten stromen" naar de 3+ groep. Belangrijk te weten is dat de kinderen dus verblijven in de aangrenzende ruimte met een extra leidster. Betreffende ouders en kinderen zijn zeer tevreden over deze oplossing omdat duidelijk gekeken wordt naar de behoeften van de kinderen en hierdoor alle ontwikkelingskansen ten volle worden geboden. Per onmiddellijke ingang hebben ouders overigens ook hun schriftelijke toestemming hiervoor gegeven waar de inspectrice van de GGD om heeft gevraagd. Mocht u na het lezen van deze zienswijze nog verdere vragen of opmerkingen hebben dan horen wij dat graag. U kunt ten alle tijde daarvoor contact opnemen met onze locatie-manager Thessa Wetzel. Zij is bereikbaar op 076 56 12 985. Met vriendelijke groet, Karen Oostwouder Prinsjeshof Kinderopvang | BSO | Nanny service W www.prinsjeshof.nl T 076 - 5612985
11 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 09-02-2015 Prinsjeshof te BREDA