Inspectierapport
Kwestfactory (BSO) Dijkstraat 45 2675AV HONSELERSDIJK Registratienummer 610209553
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Haaglanden WESTLAND 24-07-2014 Regulier onderzoek Definitief 07-08-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................6 Veiligheid en gezondheid ...............................................................................................7 Inspectie-items................................................................................................................8 Gegevens voorziening..................................................................................................... 10 Gegevens toezicht.......................................................................................................... 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 11
2 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Het rapport dat voor u ligt is tot stand gekomen aan de hand van onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht. Om meer maatwerk bij het toezicht in de kinderopvang mogelijk te maken werken de GGD'en in Nederland bij de inspectie volgens een model voor risicogestuurd toezicht. Dat betekent dat er intensiever geïnspecteerd zal worden waar nodig en minder intensief waar gebleken is dat dit kan. Bij risicogestuurd toezicht ligt de nadruk vooral op die zaken die het meest direct bijdragen aan de kwaliteit van de kinderopvang. Het risicogestuurd toezicht houdt derhalve in dat er een onderzoek plaatsvindt naar kernzaken. Dit onderzoek zal echter worden uitgebreid indien er tijdens de vorige inspectie sprake was van overtredingen, of indien hier aanleiding toe is, bijvoorbeeld bij een signaal. Indien deze overtredingen, die niet al onder de kernzaken vallen, gedragsgerelateerd van karakter zijn, zullen deze in het risicogestuurde onderzoek ook beoordeeld worden. Binnen het raamwerk van het risicogestuurd toezicht, geeft het rapport per geïnspecteerd onderdeel een omschrijving van de observaties en bevindingen tijdens het inspectiebezoek. Indien een onderdeel uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterzalen niet voldeed, dan wordt dit onderdeel specifiek bij het betreffende inspectiedomein genoemd. Op de laatste pagina’s van het rapport staat een overzicht van alle inspectieonderdelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen die door toezichthouder zijn meegenomen in dit inspectiebezoek. Beschouwing BSO Kwestfactory is onderdeel van Kinderopvangorganisatie Kwest en biedt opvang aan maximaal 90 kinderen in de leeftijd van 4-12 jaar die in basisgroepen worden opgevangen. Het team van deze BSO is stabiel en tijdens de inspectie was de sfeer positief en ontspannen. BSO Kwestfactory heeft ruime groepsruimtes die mogelijkheden bieden voor veel verschillend spelen ontwikkelingsaanbod. Per 1 september zal de groepsruimte van de groep geel in de ochtenden gebruikt gaan worden door Peuteropvang Peuterhof van Stichting Kwest. Ook zal vanaf 1 september, in de groepsruimte van groep blauw, voorschoolse opvang geboden worden. Inspectiegeschiedenis: In 2012 en 2013 zijn er geen overtredingen geconstateerd. Inspectie 2014: De onaangekondigde inspectie vindt plaats op een donderdagochtend tijdens de zomervakantie. De toezichthouder verricht observaties op de aanwezige basisgroepen en interviewt de beroepskrachten. Daarna is er een kort documentenonderzoek. De locatiemanager is afwezig ivm vakantie. Uit de inspectie blijkt dat de BSO bijna voldoet aan de beoordeelde voorwaarden. Er is één overtreding geconstateerd op het item verklaringen omtrent gedrag. Binnen de termijn van de concept-fase heeft houder de nieuwe VOG opgestuurd. Deze VOG voldoet aan de gestelde voorwaarden.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk Het oordeel van de toezichthouder is tot stand gekomen door een veelheid aan waarnemingen tijdens de observatie. Tijdens deze observatie van de pedagogische praktijk maakt de inspecteur gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum (opgesteld door GGD Nederland, versie oktober 2013). Onderstaande beschrijvingen, die cursief zijn weergegeven, zijn aan dit instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Bij het beoordelen van de observaties is uitgegaan van 4 basiscompetenties vanuit de Wet Kinderopvang, waaraan de pedagogische praktijk minimaal moet voldoen, namelijk emotionele veiligheid, persoonlijke competentie, sociale competentie en overdracht van normen en waarden. Ter illustratie van het oordeel worden door toezichthouder minimaal twee van deze competenties toegelicht met een voorbeeld. Basiscompetentie emotionele veiligheid De kinderen zoeken actief contact met de beroepskrachten. Tijdens het buiten spelen is een groepje kinderen in de schaduw creatief bezig met gekleurde elastiekjes (loomen). Ze zijn erg enthousiast en roepen met regelmaat:"juf, kijk eens". Het welbevinden van de kinderen is goed. De meeste kinderen zijn ondernemend, energiek en vol aandacht. Zij genieten van de dingen die gebeuren en die zijzelf kunnen. Zij zijn ingespannen met iets bezig. In beide groepen zijn alle kinderen aan het spelen in kleinere groepjes en is de sfeer ontspannen en actief. De kinderen zijn gericht bezig met spel en laten zich niet snel afleiden. Ze maken samen plezier, bijvoorbeeld een groepje jongens dat samen voetbalt, een groepje kinderen dat samen een hut bouwt. In de jongere groep spelen de kinderen ook in groepjes met blokken en een garage, het poppenhuis en tekenen aan tafel. Basiscompetentie persoonlijke competentie Er is een evenwichtig/gebalanceerd programma met zowel vrij spel als gestructureerde activiteiten. Beide onderdelen maken een substantieel deel van het dagprogramma uit. De inspectie vindt plaats tijdens de eerste week van de zomervakantie. Op de gang hangt het overzicht van de geplande activiteiten van alle dagen in de zomervakantie. Per dag worden een aantal activiteiten georganiseerd, waarbij de kinderen meestal een keuze hebben om wel/ niet mee te doen. Naast de geplande activiteiten is er voldoende tijd en ruimte voor vrij spel voor alle kinderen. Op de dag van de inspectie staan er drie activiteiten gepland: huttenbouwen, een gezonde lunch en waterspelletjes. Het thema is "buitenspeeldag". Uit observatie blijkt dat de activiteiten uitgevoerd worden en de kinderen inderdaad de keuze hebben om mee te doen met hutten bouwen. Beroepskrachten geven passende steun bij het ontdekken en verrijken van spelmogelijkheden. Zij verwoorden wat er gebeurt en bieden nieuwe kansen voor vervolgspel. Zij maken soms even deel uit van de spelsituatie, waarbij de regie bij de kinderen blijft. De beroepskrachten starten het hutten bouwen samen op met de kinderen. Ze gaan in op het idee van een kind om op een bepaalde plek de hut te bouwen, en zeggen bijvoorbeeld:"hier, bedenk jij maar een mooi plekje om dit op te hangen. Ik zal de knijpers aangeven". Even later, als een kind omhoog klimt, zegt ze:"Lukt het? Goed zo, goed vasthouden, he." Als een van de kinderen met een kartonnen doos een klein huisje in de hut maakt, zegt de beroepskracht:"is dat jouw hond in een hok?" Daarop gaan de kinderen een fantasiespel spelen als hond en baasje en breiden dit spel uit met andere kinderen erbij. Een kind zegt:"ja, we gaan het huis inrichten. Wie gaat helpen?" De beroepskracht zegt een tijdje later:"heb je de hond al uitgelaten?" 4 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Gebruikte bronnen: Interview anderen Observaties Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch werkplan
5 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Toezichthouder heeft de VOG’s beoordeeld van de locatiemanager en van alle beroepskrachten die werkzaam zijn op deze BSO. Tien van de elf beoordeelde VOG’s voldoen aan de gestelde voorwaarden. Eén VOG, van de beroepskracht die op alleen vrijdag op de groep wordt ingezet, voldoet niet omdat deze VOG niet is gescreend op functieaspect 84 (belast met de zorg voor minderjarigen). Houder heeft direct voor deze beroepskracht een nieuwe VOG aangevraagd. Deze VOG is op 25 juli 2014 afgegeven en voldoet aan de gestelde eisen. Passende beroepskwalificatie De beroepskwalificaties van alle beroepskrachten werkzaam bij deze BSO zijn beoordeeld en voldoen aan de gestelde voorwaarden. Opvang in groepen BSO Kwestfactory heeft op verschillende dagen een verschillend aantal basis-groepen, afhankelijk van het aantal kinderen. De groepen geel en blauw zijn bestemd voor de kinderen van 4 en 5 jaar en bieden beiden plaats aan maximaal 20 kinderen per groep. De kinderen zijn op vaste dagen ingedeeld in een groep met vaste beroepskrachten op deze dagen. De andere groepen zijn voor kinderen vanaf 6 jaar. Dit zijn basisgroepen van maximaal 10 kinderen met één vaste beroepskracht per groep. Ook deze groepen hebben een vaste indeling, die bij ouders en kinderen bekend is. Op maandag zijn er 4 basisgroepen op dinsdag zijn er 3 basisgroepen Op donderdag zijn er 3 basisgroepen Op vrijdag zijn er 2 basisgroepen. Beroepskracht-kindratio Op basis van de aanwezigheidslijsten, het personeelsrooster en de observatie tijdens het inspectiebezoek heeft toezichthouder geconstateerd dat er wordt voldaan aan de beroepskrachtkindratio. Tijdens de inspectie is het schoolvakantie en is de locatie geopend vanaf 7.30 tot 18.00. Gedurende deze vrije dag duurt de afwijking van inzet van de beroepskrachten in afwijking van de beroepskracht-kind-ratio in totaal niet langer dan 3 uur. Uit interview blijkt dat de afwijking plaatsvindt voor 9.30, tijdens de lunchpauze van de beroepskrachten en na 16.30. Twee van de vier vereiste beroepskrachten worden ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken. Hiermee wordt voldaan aan de gestelde eisen. Gebruikte bronnen: Interview anderen Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten 6 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Veiligheid en gezondheid Meldcode kindermishandeling De houder gebruikt een op de locatie toegespitste meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld, op basis van het landelijk model versie JSO juli 2013, in opdracht van de Brancheorganisatie Kinderopvang. De beroepskrachten worden op de hoogte gehouden van deze meldcode door middel van een teamvergadering. De meldcode is in te zien via intranet op de locatie. Gebruikte bronnen: Interview anderen Meldcode kindermishandeling (Januari 2014, versie 06)
7 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
9 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen
: Kwestfactory : http://www.stichtingkwest.nl : 90
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
Stichting Kwest Druivenstraat 30 2671SK NAALDWIJK www.stichtingkwest.nl 27256203
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Haaglanden Postbus 16130 2500BC 'S-GRAVENHAGE 070-3537224 M.C.T. Lommelaars
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: WESTLAND : Postbus 150 : 2670AD NAALDWIJK
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
24-07-2014 28-07-2014 05-08-2014 07-08-2014 11-08-2014
: 11-08-2014 : 11-08-2014
10 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Constatering: Eén VOG van een beroepskracht voldoet niet omdat screening op functieaspect 84 ontbreekt. Uitgangspunt / Overtuiging Bij Kwest hanteren wij het uitgangspunt dat alle medewerkers in het bezit moeten zijn van een geldige VOG. Dit is opgenomen in het pedagogisch beleid. Onze zienswijze t.a.v. de constatering De betreffende beroepskracht heeft een geldige VOG voor haar functie als bemiddelingsmedewerkster bij gastouderbureau Kwest. Ze werkt tijdelijk een aantal uur als assistent leidinggevende op de betreffende locatie. Aangezien dit een tijdelijke functieverandering betrof, is er geen nieuwe VOG uitgezet met functieaspect 84 bij start van de werkzaamheden op de BSO. Directe oplossing: Er is direct een nieuwe VOG aangevraagd met functie aspect 84, welke binnen de gestelde termijn is toegestuurd aan de GGD. Duurzame oplossing: Alle huidige medewerkers van Kwest hebben een VOG waarbij is gescreend op functieaspect 84. Alle nieuwe medewerkers van Kwest, ook degenen die in hun functie niet belast zijn met de zorg voor minderjarigen, worden standaard gescreend op het betreffende functie aspect 84. Namens stichting Kwest, Mirjam van Lint, beleidsmedewerker
11 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 24-07-2014 Kwestfactory te HONSELERSDIJK