Inspectierapport KDV Leijpark (KDV) Professor van Buchemlaan 10 5022KB Tilburg Registratienummer 782393986
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Hart voor Brabant Tilburg 28-10-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 06-11-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 6 Inspectie-items ................................................................................................................... 8 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 10 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 11
2 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing Kinderdagverblijf Leijpark is gelegen naast het Elizabeth ziekenhuis te Tilburg. Een aantal ouders van kinderen die gebruik maken van kdv Leijpark zijn werkzaam in dit ziekenhuis. Het aantal flexplekken is daardoor relatief hoog. Momenteel worden de kinderen opgevangen in 3 verticale groepen. Inspectiegeschiedenis: Tijdens de inspectie van 10 augustus 2012 stelt de toezichthouder vast dat er overtredingen zijn binnen het domein veiligheid en gezondheid. Tijdens het nader onderzoek van 1 november 2012 blijkt dat de overtredingen nog niet te zijn opgelost. Onveilige sluitingen op keukenkastjes en schoonmaakmiddel binnen handbereik van de kinderen. Op 18 maart 2013 stelt de toezichthouder vast dat aan het veiligheidsbeleid wordt voldaan. Gemist wordt de publicatie van het inspectierapport op de website. Dit is binnen een week opgelost. Tijdens de inspectie van 1 december 2014 stelt de toezichthouder een overtreding vast binnen het domein beroepskracht-kindratio. Tijdens het nader onderzoek van 24 maart 2015 stelt de toezichthouder vast dat de overtreding van 1 december 2014 is opgelost. Tijdens de huidige inspectie uitgevoerd op 28 oktober 2015 stelt de toezichthouder vast dat alle getoetste voorwaarden voldoen aan de wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk maakt de inspecteur gebruik van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Onderstaande beschrijvingen zijn aan dat instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd tijdens het observeren op de groep. Na de beschrijving uit het veldinstrument (cursief gedrukt opgenomen in het rapport) volgt eventueel een voorbeeld uit de waargenomen praktijk. De observatie en de beschrijving van de pedagogische praktijk richten zich op de doelen zoals vastgelegd in de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen: 1. Het bieden van een gevoel van emotionele veiligheid. 2. De mogelijkheid bieden tot de ontwikkeling van persoonlijke competenties. 3. De ruimte bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties. 4. De mogelijkheid geven om normen en waarden eigen te maken Pedagogische praktijk Uitvoering pedagogisch beleidsplan De beroepskrachten bespreken hun ervaringen met de leidinggevende; de leidinggevende vertaalt het naar verbeteringen in het beleidsplan. Emotionele veiligheid De beroepskrachten gedragen zich sensitief en responsief naar de kinderen. Zij laten actief merken dat zij het kind begrijpen en reageren daar adequaat op. Praktijk Op tafel staat een bak met herfstmaterialen: eikeltjes, blaadjes, takjes etc. Een kind zit aan tafel, hij pakt wat eikeltjes uit de bak en legt deze op tafel. De beroepskracht ziet het en loopt naar de tafel. Ze zegt:" kom we doen de spulletjes weer terug in de bak, ik zie wel dat jij fijn aan het ontdekken bent, help je mee"? De beroepskrachten reageren op signalen van de baby door zelf ook geluidjes te maken, aan te raken en emoties te laten zien. Zij lokken dit contact ook uit bij baby's. Er zijn gedragsregels voor het omgaan met overmatig huilen. Praktijk Een kind wordt in bed gelegd, het kind huilt. De beroepskracht blijft even bij het kind en loopt dan de slaapkamer uit. Het kind blijft huilen. De twee beroepskrachten overleggen met elkaar, een andere beroepskracht wordt gebeld met de vraag of het huilen herkenbaar is. Een beroepskracht geeft aan dat het kind zich altijd in slaap huilt, dit is een patroon ook thuis. Vervolgens houdt een beroepskracht de tijd in de gaten, na 4 minuten is het stil in de slaapkamer. De beroepskracht kijkt door het raam en ziet dat het kind slaapt. Er wordt een aantekening gemaakt. Tijdens contactmomenten zijn de beroepskrachten meer dan de helft van de tijd gericht op de baby. Handelingen sluiten aan op de interactie van de baby. Conclusie Op kinderdagverblijf Leijpark wordt de emotionele veiligheid voldoende gewaarborgd. Persoonlijke competentie De beroepskrachten geven passend steun bij het ontdekken en verrijken van spelmogelijkheden. Zij verwoorden wat er gebeurt en bieden nieuwe kansen voor vervolgspel. Zij maken soms even deel uit van de spelsituatie, waarbij de regie bij de kinderen blijft. De beroepskrachten geven de kinderen passende uitleg, aanwijzingen en correcties. Zij geven het kind daarbij autonomie om zelf te kiezen of mee te denken.
4 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Praktijk De beroepskracht zegt dat ze de jassen gaat pakken omdat alle kinderen buiten gaan spelen. Een kind zit met 2 andere kinderen op de grond, het kind "leest" aan de andere kinderen voor. De beroepskracht vraagt aan het kind of zij haar boekje op wil ruimen. Het kind zegt:"eerst nog even het boekje uitlezen". De beroepskracht zegt:"dat is goed, lees maar rustig verder, dan pak ik vast de jassen". Het kind leest verder, de andere 2 kinderen blijven luisteren. Als het kind klaar is met voorlezen geeft de beroepskracht de jassen aan. De meeste kinderen zijn het grootste deel van de tijd bezig met een bepaalde activiteit. Momenten van betrokkenheid wisselen af met rondlopen of kortdurend en oppervlakkig spel. Kinderen zijn trots op wat zij hebben gedaan of gemaakt. Conclusie Op kinderdagverblijf Leijpark wordt de persoonlijke competentie voldoende gewaarborgd. Sociale competentie De beroepskrachten zetten gerichte activiteiten en materialen in om kinderen te laten samenspelen. Op passende wijze wijzen zij kinderen op elkaar mogelijkheden. De groep als geheel wordt benut voor gezamenlijke ervaringen. De beroepskrachten moedigen interactie tussen leeftijds- en/of groepsgenootjes aan. Zij helpen de kinderen contact met elkaar te maken. Zij bieden spel aan dat aanzet tot overleg, afstemmen, elkaar helpen, emoties delen. De beroepskrachten laten veel initiatief voor samenspel over aan de kinderen, maar grijpen in als kinderen niet mee mogen of kunnen doen. Zij helpen kinderen om er samen weer uit te komen. Conclusie Op kinderdagverblijf Leijpark wordt de sociale competentie voldoende gewaarborgd. Overdracht van normen en waarden Beroepskrachten laten respect zien voor ieder kind. Kinderen mogen zijn wie ze zijn. Kinderen krijgen uitleg en begeleiding om met elkaars verschillen om te gaan. Kinderen worden aangesproken op hun omgang met elkaar en de beroepskrachten bij het aangaan en uitvoeren van activiteiten. Kinderen worden aangezet tot sociaal gedrag (bv elkaar helpen, op je beurt wachten, anderen laten uitpraten). Conclusie Op kinderdagverblijf Leijpark wordt de overdracht van normen en waarden voldoende gewaarborgd. Gebruikte bronnen: Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Observaties Website Huisregels/groepsregels
5 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag In verband met de continue screening zijn de verklaringen omtrent het gedrag (VOG) beoordeeld. De beroepskrachten die worden ingezet beschikken over een recente VOG en zijn opgenomen in de continue screening. Ook de directeur beschikt over een recente VOG en is daarmee opgenomen in de continue screening. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten die worden ingezet beschikken over een passend diploma. Opvang in groepen Er is sprake van 3 verticale stamgroepen: De
kabouters, in deze groep worden maximaal 13 kinderen opgevangen draken, in deze groep worden maximaal 13 kinderen opgevangen dwergen, in deze groep worden maximaal 12 kinderen opgevangen groep elfjes is momenteel niet in gebruik.
Op deze locatie worden relatief veel kinderen met flexibele uren opgevangen. Deze kinderen kunnen niet altijd in de eigen stamgroep opgevangen worden en gaan dan naar een andere groep. De betreffende ouders hebben schriftelijk toestemming gegeven om kinderen in een nadere groep op te vangen. Van het totale aantal kinderen met flexibele uren is een overzichtslijst aanwezig op locatie. Er worden vaste beroepskrachten ingezet. Conclusie De getoetste voorwaarden met betrekking tot opvang in groepen voldoen aan de wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Beroepskracht-kindratio Uit de presentielijsten en het rooster van week 42 en 43 blijkt dat er voldoende beroepskrachten worden ingezet ten opzichte van het aantal aanwezige kinderen. Op het moment van inspectie werden er ook voldoende beroepskrachten ingezet ten opzichte van het aantal aanwezige kinderen. Conclusie De getoetste voorwaarden met betrekking tot de beroepskracht-kindratio voldoen aan de wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Gebruikte bronnen: Interview anderen (aanwezige beroepskrachten) Observaties Website Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Presentielijsten (week 42 en 43) 6 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Personeelsrooster (week 42 en 43) Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch werkplan
7 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger, is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9, art 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Kinderen worden alleen met vooraf gegeven schriftelijke toestemming van de ouders in een overeengekomen periode in één andere stamgroep opgevangen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 13 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 en 6 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: : : :
KDV Leijpark http://www.sterrekinderopvang.nl 60 Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : :
KC Leijpark B.V. Piushaven 6 5017AN Tilburg 62857738
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Hart voor Brabant Postbus 3024 5003DA TILBURG 073-6404515 A van Lokven
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Tilburg : Postbus 90155 : 5000LH TILBURG
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
28-10-2015 02-11-2015 Niet van toepassing 06-11-2015 06-11-2015 06-11-2015
: 27-11-2015
10 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.
11 van 11 Definitief inspectierapport dagopvang jaarlijks onderzoek 28-10-2015 KDV Leijpark te Tilburg