Inspectierapport
Huize Zeldenrust (BSO) Venrayseweg 19 5961AC HORST Registratienummer 179169993
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Limburg-Noord HORST AAN DE MAAS 13-08-2014 Regulier onderzoek Definitief 27-08-2014
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................5 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................5 Personeel en groepen....................................................................................................6 Veiligheid en gezondheid ...............................................................................................8 Accommodatie en inrichting ...........................................................................................9 Ouderrecht................................................................................................................ 10 Inspectie-items.............................................................................................................. 11 Gegevens voorziening..................................................................................................... 15 Gegevens toezicht.......................................................................................................... 15 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 16
2 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek. Beschouwing BSO Huize Zeldenrust is gevestigd achter het woonhuis van de houder. De BSO bestaat uit vooralsnog één basisgroep gevestigd in "de blokhut" waar tevens gebruik kan worden gemaakt van het (passend ingerichte) kantoor en de hal. In totaal is er momenteel sprake van 13 kindplaatsen. Er is tevens door de houder een mutatie ingediend bij de gemeente met het verzoek om het aantal kindplaatsen van 13 aan te passen naar 23 omdat peutergroep 2 wegvalt en de ruimte van deze groep aan de BSO zal worden toegevoegd. N.a.v. de metingen van de inspecteur heeft de gemeente samen met de houder besloten om het aantal kindplaatsen te wijzigen naar 22 omdat er op de BSO maar plaats is voor maximaal 22 kinderen. De groene kamer biedt met 27,6 vierkante meter ruimte aan maximaal 7 kinderen. De inspecteur meet in totaal een oppervlakte van 77,7 vierkante meter, hetgeen opvang aan maximaal 22 kinderen toestaat. Ten tijde van de inspectie is er een pedagogisch/administratief medewerker aanwezig die de inspecteur te woord staat. Ze stelt zich zeer behulpzaam en coöperatief op en zorgt in de ogen van de inspecteur voor een prettig verloop van de inspectie. De aanwezige pedagogisch medewerkers komen erg betrokken en pedagogisch onderlegd over. De locatie biedt een palet aan mogelijkheden en prikkelt zintuigen van de kinderen tot het uiterste. Tijdens het onderzoek komen er enkele tekortkomingen aan het licht: - De inhoud van het pedagogisch beleidsplan is nog niet volledig; - De sociale kaart van de meldcode ontbreekt nog; - Het GGD inspectierapport is niet via de website inzichtelijk. De geconstateerde tekortkomingen zijn klein van aard en goed oplosbaar door de houder. Over het algemeen gezien komt Huize Zeldenrust over als een prettige opvang waar de ontwikkeling van het kind centraal staat. Opmerking: Er is op 15-08-2014 een vragenlijst aan de oudercommissie verstuurd met het verzoek om deze ingevuld te retourneren vóór 21-08-2014. De inspecteur heeft de vragenlijst niet meer retour mogen ontvangen. Inspectiegeschiendenis: April 2013: - er zijn niet voldoende vierkante meters voor 14 kindplaatsen; - de binnenspeelruimte van het kantoor is niet passend ingericht; - het beleidsplan voldoet niet aan de voorwaarde 'wennen'. Nader Onderzoek juni 2013 - Er zijn nog steeds niet voldoende vierkante meters voor 14 kindplaatsen. De houder kan maar maximaal 13 kinderen opvangen. Dit moet in het register en de praktijk gewijzigd worden; - De binnenspeelruimte van het kantoor is nu beter (passend) ingericht; - Het beleidsplan voldoet nu wel aan de voorwaarde. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. Handhaven op de volgende domeinen: 1. Pedagogisch klimaat; 2. Veiligheid en gezondheid; 3 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
3. Ouderrecht. De houder mag het aantal kindplaatsen wijzigen van 13 naar 22.
4 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat De toezichthouder toetst naast de pedagogische praktijk, het pedagogisch beleidsplan van de kinderopvangorganisatie op volledigheid. Pedagogisch beleid In het pedagogisch beleidsplan wordt het volgende onderdeel niet beschreven, dat wel wordt vereist:
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen.
Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Pedagogische praktijk Tijdens het onderzoek zijn er geen BSO-kinderen aanwezig. Een observatie van de pedagogische praktijk is derhalve niet mogelijk. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Pedagogisch/administratief medewerker) Observaties (Groepen, buitenruimte) Pedagogisch beleidsplan
5 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Personeel en groepen Tijdens het onderzoek bekijkt de toezichthouder of medewerkers van de kinderopvangorganisatie in het bezit zijn van een geldige Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) en beroepskwalificatie. Daarnaast wordt beoordeeld of er sprake is van basisgroepen en of de beroepskracht-kindratio niet wordt overtreden. Verklaring omtrent het gedrag De inspecteur heeft steekproefsgewijs op dit item getoetst. In dit geval is gekeken of er personeel in dienst is gekomen na de vorige inspectie van 22-11-2013. Dit heeft geresulteerd in een steekproef onder één nieuwe pedagogisch medewerker. Deze medewerker is in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag, afgegeven onder de continue secreening in de kinderopvang op 1004-2014. De verklaring omtrent het gedrag is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie De inspecteur heeft steekproefsgewijs op dit item getoetst. In dit geval is gekeken of er personeel in dienst is gekomen na de vorige inspectie van 22-11-2013. Dit heeft geresulteerd in een steekproef onder één nieuwe pedagogisch medewerker. Deze medewerker is in het bezit van een passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen, te weten Sociaal Pedagogisch Werk, niveau 4. Opvang in groepen Er is momenteel maar één basisgroep bestaande uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. In het pedagogisch beleidsplan staat de volgende passage: "Op bepaalde dagen, wanneer er meer dan 13 kinderen zijn, zullen een aantal kinderen in de leeftijd van 4 t/m 5 jaar met toestemming van ouders opgevangen worden in de BSO dagopvanggroep. Deze groep zal gebruikmaken van een dagopvangruimte." Dit duidt op het feit dat er geschoven wordt uit bezettingsoptiek, zonder dat hier een goed onderbouwde pedagogische reden aan ten grondslag ligt. Omdat de houder een aanvraag heeft ingedient om van 13 naar 23 kindplaatsen te gaan (en er 22 worden toegekend) is dit vooralsnog niet meer aan de orde. De houder dient echter wel te zorgen dat er niet met kinderen wordt geschoven omdat groepen te vol zitten. De houder levert op 18-08-2014 per e-mail een format aan voor een te gebruiken toestemmingsverklaring voor het samenvoegen van BSO-kinderen met KDV-kinderen in de "Groene kamer". Beroepskracht-kindratio Tijdens het steekproefsgewijze onderzoek worden er geen overtredingen op de beroepskrachtkindratio geconstateerd. Er wordt volgens de houder niet afgeweken van de beroepskracht-kindratio (artikel 3 van de beleidsregels kwaliteit kinderopvang). Het pedagogisch beleidsplan zegt hier het volgende over: "De pedagogisch medewerkers staan vóór 8:15 uur en na 17:00 uur gewoon ingepland zoals de rest van de dag (en dus niet minder qua leidster-kind-ratio, zoals wel zou mogen rond deze tijden), omdat wij het belangrijk vinden dat ook bij het starten en sluiten van de dag voldoende pedagogisch medewerkers aanwezig zijn om ouders en kinderen te ontvangen, overdracht te doen en tevens genoeg oog te kunnen hebben voor de kinderen die op de groep verblijven. Er gaat aan 6 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
het eind van de dag steeds een pedagogisch medewerker pas naar huis als er ook voldoende kinderen naar huis zijn om de leidster-kind-ratio gewaarborgd te houden." Gebruikte bronnen: Interview anderen (Pedagogisch/administratief medewerker) Observaties (Groepen, buitenruimte) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten Personeelsrooster
7 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Veiligheid en gezondheid Tijdens het onderzoek toetst de toezichthouder of de kinderopvangorganisatie werkt volgens de landelijke meldcode Kindermishandeling (minimaal de versie juli 2013). Tevens kijkt de toezichthouder of er per locatie een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid met bijbehorend plan van aanpak is opgesteld. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder voert een zeer actief preventiebeleid op het gebied van veiligheid en gezondheid. De aanwezige risico-inventarisaties veiligheid (RIV) en gezondheid (RIG) zijn zeer uitgebreid en volledig en gedateerd op 30-01-2014. Ook het plan van aanpak geeft helder aan welke acties worden genomen of genomen moeten worden. De houder werkt tevens met een veiligheids- en gezondheidsverslag.
Meldcode kindermishandeling De houder beschikt over de juiste versie van de meldcode maar de sociale kaart ontbreekt nog. De pedagogisch/administratief medewerker geeft aan dat men hier mee bezig is. Tijdens teamoverleggen komt de meldcode uitgebreid aan bod en er zijn het afgelopen jaar geen vermoedens of signalen geweest van kindermishandeling. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.
(art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen: Interview anderen (Pedagogisch/administratief medewerker) Observaties (Groepen, buitenruimte) Risico-inventarisatie veiligheid Risico-inventarisatie gezondheid Actieplan veiligheid Actieplan gezondheid Veiligheidsverslag Gezondheidsverslag
8 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Accommodatie en inrichting De toezichthouder beoordeelt de binnen- en/of buitenruimte van de kinderopvanglocatie en toetst deze aan de wettelijke eisen en geldende regelgeving. Binnenruimte De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. De houder heeft een aanvraag bij de gemeente ingedient om het aantal kindplaatsen op de BSO uit te kunnen breiden van 13 naar 23 kinderen. Dit wil men realiseren door de "groene kamer" van de op te heffen peutergroep 2 bij de BSO te trekken. Op basis van een meting van de toezichthouder en een plattegrond die reeds in het bezit is van de GGD blijkt het volgende: Ruimte Hal Blokhut Kantoor Groene kamer Totaal
Beschikbaar oppervlak in vierkante meters 7,12 29,5 13,5 27,6 77,72
Uit de meting blijkt dat er 77,72 vierkante meter beschikbaar is. Dit betekent dat er maar hoogstens 22 kindplaatsen kunnen worden toegekend. Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk, vast beschikbaar voor de BSO en passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Gebruikte bronnen: Observaties (Groepen, buitenruimte) Plattegrond
9 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Ouderrecht In het onderzoek wordt beoordeeld of er een oudercommissie is ingesteld en of er over het voorgaande jaar klachten zijn ontvangen via de externe klachtencommissie. Daarnaast wordt gekeken of het inspectierapport op de website van de houder staat. Informatie De houder informeert ouders o.a. via de website, foldermateriaal, nieuwsbrieven en middels intakegesprekken. De houder heeft de inspectierapporten van de GGD op kantoor inzichtelijk voor ouders en personeel. De wet vereist echter dat wanneer de houder over een website beschikt, het meest recente inspectierapport via de website wordt gepubliceerd. Het inspectierapport mag ook gepubliceerd worden d.m.v. het plaatsen van een directe link naar het inspectierapport op de website van het LRKP. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld. Klachten De houder heeft het klachtenjaarverslag ouders en oudercommissie tijdig naar de GGD LimburgNoord opgestuurd. Er zijn over 2013 geen klachten ingediend bij de externe klachtencommissie. Beide jaarverslagen bevatten (inhoudelijk) de wettelijk vereiste onderdelen. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Pedagogisch/administratief medewerker) Website Jaarverslag Wet klachtrecht cliënten zorgsector (Over het jaar 2013) Jaarverslag klachtenregeling oudercommissie (Over het jaar 2013)
10 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
11 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3, 4, 5 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
12 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting Binnenruimte De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is vast beschikbaar voor de buitenschoolse opvang. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. (art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
13 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld.
(art 1.58 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Klachten De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van ouders wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven. (art 2 lid 7 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD. (art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
14 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen
: Huize Zeldenrust : http://www.huizezeldenrust.nl : 13
Gegevens houder Naam houder Website KvK nummer
: Adriana Wilhelmina Francisca Maria Heijmans : www.huizezeldenrust.nl : 12064872
Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: HORST AAN DE MAAS : Postbus 6005 : 5960AA HORST
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
GGD Limburg-Noord Postbus 1150 5900BD VENLO 088-1191200 JP Brizzi
13-08-2014 25-08-2014 27-08-2014 27-08-2014 27-08-2014
: 27-08-2014 : 03-09-2014
15 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. ZIENSWIJZE HOUDER HUIZE ZELDENRUST BETREFT: BEVINDINGEN INSPECTIE BSO D.D. 13-8-2014 De inhoud van het pedagogisch beleidsplan zal worden aangepast naar de volledigheid. Er wordt opgenomen in het beleidsplan op welke wijze de beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. De beroepskrachten kunnen indien nodig ondersteund worden bij hun werkzaamheden door directrice en/of assistent leidinggevende. Situaties waarin deze volwassenen kunnen ondersteunen zijn: Toezicht houden tijdens het buitenspelen; Ondersteuning bieden bij eetmomenten; Indien nodig BSO kinderen wegbrengen/ophalen van school. De sociale kaart van de meldcode wordt toegevoegd aan de meldcode Kindermishandeling. Tenslotte zal de website van Huize Zeldenrust aangepast worden, zodat de laatste GGD inspectierapporten van zowel BSO als KDV toegevoegd worden onder een link op de website.
16 van 16 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 13-08-2014 Huize Zeldenrust te HORST