INSPECTIERAPPORT. European Liquid Drumming (ELD) Oosterhout nb. Inspectiedag(en) 13 en 14 januari

INSPECTIERAPPORT

European Liquid Drumming (ELD)

Oosterhout nb

Inspectiedag(en) 13 en 14 januari

Datum definitief rapport: 24-01-2014

Samenvatting Op 13 en 14 januari is door toezichthouders van Inspectie SZW, Bevoegd gezag Wet veiligheidsregio's en Bevoegd gezag Wet algemene bepalingen omgevingsrecht bij European Liquid Drumming te Oosterhout nb (in dit rapport kortweg ELD genoemd) een inspectie uitgevoerd. De betrokken toezichthouders inspecteren tijdens deze gezamenlijke inspectie op basis van de toegekende bevoegdheden. Tijdens de inspectie is steekproefsgewijs gecontroleerd of datgene wat in de inrichting aangetroffen is, in overeenstemming is met de eisen die gesteld worden in de algemene regelgeving en de aan het bedrijf verleende vergunningen. De inspectie is uitgevoerd aan de hand van de vooraf toegestuurde agenda. Op 21-01-2014 heeft er op het bedrijf een terugkoppeling van bevindingen plaatsgevonden. De bevindingen, conclusies en overtredingen voortgekomen uit de inspectie, zijn opgenomen in deze rapportage. Op basis hiervan wordt van ELD verwacht dat acties worden ondernomen om overtredingen ongedaan te maken en bevindingen op te volgen. Dit inspectierapport heeft betrekking op de inspectie welke op 13 en 14 januari 2014 plaats vond en is het vervolg van de periodieke BRZO-inspectie 2013. Op 26 november 2013 heeft ook een periodieke BRZOinspectie 2013 plaats gevonden welke is gerapporteerd in een separaat rapport (ID02623). Dit heeft te maken met het feit dat de Operations manager en de SHEQ-manager op 1 dag voor de inspectie, op 25 november 2013, onverwacht voor het inspectieteam door overmacht afwezig waren. De volwaardige BRZOinspectie 2013 is op 13 en 14 januari 2014 alsnog uitgevoerd en was gericht op de VBS-elementen c (de identificatie van de gevaren en beoordeling van risico’s zware ongevallen), d (de beheersing van de uitvoering) en e (de wijze waarop gehandeld wordt bij wijzigingen). Er vindt geen handhaving plaats naar aanleiding van deze BRZO-inspectie. Wel vindt er nog een verificatie in 2014 plaats op implementatie van maatregelen naar aanleiding van de uitgevoerde hazops. De termijnen van implementatie waren ten tijde van de close out nog niet bekend bij ELD in verband met aanvraag offertes, levertijden etc. ELD heeft in 2013 hard gewerkt aan de lopende handhavingstrajecten. ELD heeft een planmatige aanpak en daadwerkelijke uitvoering getoond betreft de 4 lopende handhavingstrajecten: Blootstelling gevaarlijke stoffen, aanleg schuimblusinstallatie, uitvoeren hazops en verbetering veiligheid van de losactiviteiten van toxische en brandbare stoffen. De aanleg van de schuimblusinstallatie is volgens planning op 29 januari 2014 gereed, deze installatie is met ingang van deze datum operationeel. De hazops van de operationele installaties met brandbare/toxische stoffen zijn gereed. De maatregelen, die voortvloeien uit de hazops, zijn opgenomen in een actielijst welke nog niet compleet is. De maatregelen zijn nog niet volledig geïmplementeerd. Met name de drie items lekdetectie, flowdetectie en aardingscontrole-unit dienen binnen de door ELD vastgelegde termijn geïmplementeerd te worden. Naar aanleiding van deze inspectie heeft ELD nu voor alle geïnspecteerde VBS-elementen het oordeel redelijk gekregen omdat nog niet alle zaken compleet zijn en/of geïmplementeerd. ELD heeft wel laten zien dat hun veiligheidsbeheerssysteem nu voldoende vorm heeft gekregen dankzij de zware inspanningen in 2013.

European Liquid Drumming 2014

2 van 17

Inhoudsopgave 1.

Algemene gegevens ............................................................................................................................. 4 1.1. Algemene gegevens van de inrichting ........................................................................................... 4 1.2. Algemene gegevens van de inspectie ........................................................................................... 4 2. Omvang en uitvoering van de inspectie ................................................................................................ 5 3. Resultaten ............................................................................................................................................. 6 3.1. Conclusies ..................................................................................................................................... 6 3.2. Overtredingen ................................................................................................................................ 7 3.3. Beoordeling .................................................................................................................................... 7 3.4. Bevindingen ................................................................................................................................... 7 Bijlage 1: Afkortingen ................................................................................................................................... 16 Bijlage 2: Reviewdocumenten ..................................................................................................................... 17


3 van 17

1.

Algemene gegevens

1.1.

Algemene gegevens van de inrichting

Naam inrichting Bezoekadres Verplichting

European Liquid Drumming Zeilmakerijweg 1 4906CW Oosterhout nb VR-plichtig

Naam drijver Postadres

Hoyer Nederland BV Postbus 4132 4900CC OOSTERHOUT NB

Medezeggenschapsorgaan

Ja

Naam werkgever Medezeggenschapsorgaan

Hoyer Nederland BV Ja

Naam werkgever Medezeggenschapsorgaan

ELD (European Liquid Drumming) B.V. Ja

1.2.

Algemene gegevens van de inspectie

Inspectieteam Naam: Mw. K.T.F. Baselmans [leider inspectieteam] Dhr. A.C.A. Kleijne Mw. O. Verhappen

Namens instantie: Inspectie SZW Bevoegd gezag Wet veiligheidsregio's Bevoegd gezag Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Inspectiegegevens Dossiernummer Soort inspectie Inspectiedag(en)


ID03044 BRZO 13 en 14 januari

4 van 17

2.

Omvang en uitvoering van de inspectie

Voor de inspectie is door de betrokken overheden een inspectieagenda gemaakt en gecommuniceerd met ELD op 19-12-2013. De werkafspraken voor het uitvoeren van inspecties zijn vastgelegd in het kader van het programma Landelijke Aanpak Toezicht Risicobeheersing Bedrijven (Latrb). Meer informatie over dit programma vindt u op de website www.latrb.nl. Tijdens de inspectie zijn de in de agenda aangegeven thema’s en onderwerpen aan de orde geweest. Het thema geeft in algemene termen de aanpak van de genoemde inspectie onderwerpen weer. Er wordt per inspectie onderwerp gerapporteerd. Echter vanwege diverse redenen kan afgeweken zijn van de toegezonden agenda en zijn er thema’s en inspectie onderwerpen komen te vervallen of toegevoegd. In onderstaande tabel zijn alle geïnspecteerde thema’s en inspectie onderwerpen opgenomen. Thema Stoffenlijst

Inspectie onderwerp(en)

VBS element c

• VBS element c (De identificatie van de gevaren en

• Stoffenlijst beoordeling van risico’s van zware ongevallen)

VBS element d

• VBS element d (Beheersing van de uitvoering)

VBS element e

• VBS element e (De wijze waarop wordt gehandeld bij wijzigingen)

Maatregelgerichte benadering

• Gevaren geïdentificeerd

De volgende functionarissen zijn geïnterviewd: Functie: • Managing director • Manager Operations • SHEQ manager ELD • SHEQ Manager Hoyer • Externe adviseur Tijdens de inspectie zijn diverse documenten ingezien. Deze zijn opgenomen in bijlage 2.


5 van 17

3.

Resultaten

3.1.

Conclusies

De conclusies die in dit hoofdstuk worden vermeld betreffen die inspectie onderwerpen, welke zijn aangegeven in hoofdstuk 2, waar naar mening van het inspectieteam een conclusie gerechtvaardigd is. Per conclusie is aangegeven op welke bevindingen (genoemd in paragraaf 3.4) deze mede gebaseerd is. De conclusies zijn door de gezamenlijke overheden getrokken, tenzij anders vermeld. Inspectieonderwerp VBS element c (De identificatie van de gevaren en beoordeling van risico’s van zware ongevallen)

Omschrijving Gedocumenteerd: REDELIJK Er is een procedure voor de identificatie van de gevaren en beoordeling van de risico's. De systematische benadering is aantoonbaar. De wijze waarop ELD de risico's heeft beoordeeld is navolgbaar. ELD heeft de definitieve hazop-actielijst nog niet gereed.

Nr.(s) B-01, B-02, B-03, B-04, B-05, B-06, B-07, B-08 en B-09

Geschikt: REDELIJK ELD past de hazop-methodiek toe (IEC61882). Deze is geschikt en in lijn met de aard en de complexiteit van de risico's bij ELD. Het eigen PBZO-beleid is in de risicomatrix vastgelegd. Hieraan worden de resultaten uit de veiligheidsstudies getoetst. De toets aan de criteria uit de recent aangepaste risicocategorie 'oranje' van de risicomatrix is nog niet compleet.

VBS element d (Beheersing van de uitvoering)

Geïmplementeerd: REDELIJK Maatregelen voortvloeiend uit hazops zijn opgenomen in de hazop-actielijst maar nog niet volledig geïmplementeerd. Lekdetectie, flowdetectie en de actieve aardingscontrole-unit dienen binnen de door ELD vast gelegde termijn geïmplementeerd te worden. De implementatie in het VBS (aanpassen bedrijfsnoodplan, installatiescenario's, onderhoudsmanagementsysteem etc.) moet nog gebeuren. Gedocumenteerd: REDELIJK ELD heeft een systematische aanpak met betrekking tot het onderhoudssysteem. De documentatie is over het algemeen goed leesbaar en actueel. Op onderdelen dienen de procedures aangepast te worden.

B-10, B-11, B-12, B-13, B-14, B-15, B-16 en B-17

Geschikt: REDELIJK De procedures en systemen zijn geschikt voor de inrichting. De procedures dienen zodanig aangepast te worden dat deze ook geschikt zijn voor de bewaking van overdue voor veiligheidskritische apparatuur. Tevens dient geborgd te worden dat de Manager Operations als verantwoordelijke betrokken is bij hoog-risico werkzaamheden.

VBS element e (De wijze waarop European Liquid Drumming 2014

Geïmplementeerd: REDELIJK De beschreven werkwijze wordt grotendeels gevolgd. De tekenbevoegdheid met betrekking tot uitgifte werkvergunning behoeft aandacht. Gedocumenteerd: REDELIJK

B-18, B-19, 6 van 17

Inspectieonderwerp wordt gehandeld bij wijzigingen)

Omschrijving Er is een duidelijk leesbare procedure voor het beheer van wijzigingen. Hierin is echter niet duidelijk verwezen naar de procedure voor de identificatie van de gevaren en de beoordeling van de risico's, waarin beschreven wordt wanneer een veiligheidsstudie uitgevoerd moet worden. Ook zal geborgd moeten worden dat actiepunten die voor ingebruikname van een wijziging noodzakelijk zijn, als zodanig gedefinieerd worden.

Nr.(s) B-20, B-21, B-22, B-23, B-24 en B-25

Geschikt: REDELIJK Het formulier F03 "Wijzigingsmatrix" is een goed instrument om te borgen dat de meest relevante aspecten voor een specifieke wijziging worden beoordeeld. Echter de einddatum voor een tijdelijke wijziging is nog niet geborgd.

Stoffenlijst

3.2.

Geïmplementeerd: REDELIJK Er zijn diverse wijzigingen aantoonbaar conform de procedure opgestart, echter de situatie van het tijdelijk buiten gebruik nemen van een aantal installaties is niet als zodanig herkend. De implementatie zal hierop verbeterd moeten worden. ELD heeft een stoffenlijst die actueel en geschikt is voor hulpdiensten. ELD heeft een back-up systeem waardoor er geborgd is dat er te allen tijde een actuele stoffenlijst beschikbaar is.

B-26, B-27, B-28 en B-29

Overtredingen

Op grond van de resultaten van de inspectie zijn geen overtredingen geconstateerd.

3.3.

Beoordeling

Voor inspecties zoals bedoeld in artikel 24 van het Brzo 1999 wordt daar waar mogelijk een beoordeling gegeven. Deze beoordeling is gebaseerd op de bevindingen van deze inspectie. De beoordeling vindt plaats 1 op een beoordelingsgrondslag met behulp van een 4-punts waarderingschaal (goed, redelijk, matig of slecht). Inspectieonderwerp VBS element c (De identificatie van de gevaren en beoordeling van risico’s van zware ongevallen) VBS element d (Beheersing van de uitvoering)

VBS element e (De wijze waarop wordt gehandeld bij wijzigingen)

3.4.

Beoordelingsgrondslag Gedocumenteerd Geschikt Geïmplementeerd Gedocumenteerd Geschikt Geïmplementeerd Gedocumenteerd Geschikt Geïmplementeerd

Beoordeling redelijk redelijk redelijk redelijk redelijk redelijk redelijk redelijk redelijk

Bevindingen

1

Gedocumenteerd: Er is sprake van een deugdelijke en volledige beschrijving. Geschikt: Technische onderdelen voldoen aan de stand van de techniek, voor zover die redelijkerwijze te verlangen is, en zijn passend voor de aangetroffen situatie. Organisatorische en procedurele onderdelen voldoen aan de stand van de wetenschap en zijn eveneens passend. Geïmplementeerd: Er wordt gewerkt zoals beschreven is en er is sprake van een goed functionerende managementloop. European Liquid Drumming 2014

7 van 17

Op grond van algemene regelgeving en verleende vergunningen dient ELD daar waar nodig actie te ondernemen op de geconstateerde bevindingen. Nr. Onderwerp B-01

Omschrijving VBS element c (De identificatie van de gevaren en beoordeling van risico’s van zware ongevallen) ELD maakt hazops van alle aanwezige installaties op het terrein waarin brandbare en/of giftige stoffen aanwezig zijn. Hierbij is de Hazop-methodiek conform de standaard IEC 61882 toegepast. Naast de gidswoorden zijn de directe oorzaken uit de Rrzo art.5 lid 2 gebruikt. De installatie is in insluitsystemen opgedeeld en de menselijke handelingen zijn ook meegenomen door indeling in processtappen. ELD heeft dit procedureel vastgelegd in procedure A06 (Risicoanalyse procesveiligheid). In deze procedure wordt aangegeven op welke wijze de risicoanalyse plaatsvindt. Er wordt met een multidisciplinair team gewerkt, er vindt periodiek een review plaats, de hazops worden geregistreerd en geautoriseerd. Vastgesteld is dat voldoende inzichtelijk is gemaakt hoe ELD de veiligheidsstudies uitvoert. De wijze waarop ELD de risico's heeft beoordeeld is gestructureerd en navolgbaar. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder c. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd.

B-02

Oordeel: ELD heeft een geschikte procedure voor de systematische identificatie van de ongewenste gebeurtenissen als bedoeld in bijlage II onder c van het besluit Brzo 1999. ELD beschikt over een risicomatrix, deze is opgenomen in het Pbzo-document en de procedure A06 (Risicoanalyse procesveiligheid). In de risicomatrix zijn de definities kans en de ernst in kwalitatieve termen beschreven. De geïdentificeerde risico's kunnen in vier risicocategorieën worden ingedeeld afhankelijk van de risicoscore. Het inspectieteam heeft tijdens de inspectie aangegeven dat bij het hoog risico (ALARA-gebied/oranje) ELD geen heldere criteria heeft vast gelegd waarbinnen beheersmaatregelen genomen moeten worden. Op vrijdag 17 januari 2014 heeft ELD per email aangegeven dat deze criteria zijn aangescherpt waarbij ook termijnen zijn gesteld, er is een nieuwe versie van procedure A06 (Risicoanalyse procesveiligheid) gemaild. Hierdoor is de risicobeoordeling van ELD nu eenduidig en reproduceerbaar. De uitgevoerde hazops moeten hierop nog worden beoordeeld. ELD heeft aangegeven dat de prioriteiten volgens de aangepaste procedure A06 beoordeeld worden en op de hazop-actielijst worden geplaatst. Tevens heeft ELD in de procedure A06 een jaarlijkse herbeoordeling van de hazops vast gelegd op de hoge en belangrijke risico's en op openstaande acties. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 1 en Rrzo 1999 artikel 2. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd en geschikt. Oordeel: ELD heeft de criteria gedocumenteerd die worden toegepast bij de vaststelling van de risico's van zware ongevallen. In de risicomatrix wordt aangegeven welke risiconiveaus wel/niet acceptabel zijn. De definitieve hazop-actielijst is echter nog niet gereed.

B-03

Actie bedrijf: ELD moet de hazops en hazop-actielijst volgens de aangepaste procedure A06 nog beoordelen. De definitieve hazop-actielijst moet nog worden opgesteld. De hazop van het Afvulgebouw 7B lijn 2 en 3 is nader beschouwd. Hierbij zijn de risico's voor en na toepassing van de aanvullende LOD's (Lines of defence) in kaart gebracht. ELD heeft hierbij als voorbeeldstof acrylonitril en hexaan gebruikt, op basis van de stofeigenschappen. Aan de hand van de P&ID zijn nodes benoemd. Aan de hand van gidswoorden zijn systematisch de afwijkingen beschouwd en eventuele maatregelen benoemd. De gidswoorden zijn beschreven evenals de betrokken medewerkers en documenten. De acties die voortkomen uit de hazop zijn vastgelegd met een termijn en er is een verantwoordelijke aangewezen. Hierdoor is geborgd dat acties worden opgevolgd. Norm:


8 van 17

Nr.

B-04

Omschrijving Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder c en Rrzo 1999 artikel 3. Beoordelingsgrondslag: Implementatie. Oordeel: ELD heeft aantoonbaar een systematische veiligheidsstudie geïmplementeerd die in lijn is met de aard en complexiteit van de risico's. De methode is geschikt om vast te stellen welke beheersmaatregelen nodig zijn ter voorkoming van zware ongevallen of de gevolgen te beperken. ELD is bezig om alle acties, die zijn geconstateerd bij de uitvoering van de hazops, te clusteren, veel acties zijn terug te leiden tot een drietal beveiligingssystemen: 1. Installeren van lekdetectie tijdens het verladen van brandbare en/of toxische stoffen. 2. Installeren van flowdetectie in het afzuigsysteem bij brandbare stoffen ihkv. Atex. 3. Installeren van een actief aardingscontrolesysteem in loods 2. Met het installeren van deze voorzieningen wordt een groot aantal acties opgelost, het investeringsbudget hiervoor moet worden aangevraagd. Op basis van de prioritering hebben de items 2 en 3 voorrang, item 1 valt in het gele gebied van de risicomatrix. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 1 en Rrzo 1999 artikel 3. Beoordelingsgrondslag: Geschikt.

B-05

Oordeel: ELD heeft aantoonbaar een veiligheidsstudie uitgevoerd voor de installatie afvulgebouw 7B lijn 2 en 3 en aanvullende beheersmaatregelen vastgesteld. Hiervoor heeft ELD een prioritering op basis van risico vastgesteld. De noodzaak om maatregelen te treffen wordt afgewogen op basis van de risicomatrix. Hiermee heeft ELD een geschikte methodiek voor de uitvoering van veiligheidsstudies en de opvolging van acties is eenduidig geprioriteerd. ELD heeft zes van de negen geplande Hazop-studies afgerond. De installaties die nog beschouwd moeten worden zijn: 1. Lijn 7A Polycan lijn. 2. Loods 2 literflessen afvullijn. 3. Loods 2 verwarmen van tankwagens met glycol-unit. Op de installaties onder ad. 1 en 2 worden geen brandbare of toxische stoffen verwerkt zolang de hazops nog niet zijn uitgevoerd. De activiteit onder ad. 3 is tijdelijk stil gelegd totdat de hazop is uitgevoerd. De acties die voortkomen uit de hazops worden in een actielijst geplaatst, geclusterd en de uitvoering wordt geprioriteerd. Naar aanleiding van deze bevindingen en acties uit de hazops moet het veiligheidsbeheerssysteem aangepast gaan worden, dit betekend het actualiseren van de installatiescenario's, het bedrijfsnoodplan, het oefeningenplan, het onderhoudsmanagementsysteem, werkinstructies etc. Dit moet ELD nog uitvoeren. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder c en Rrzo 1999 artikel 3. Beoordelingsgrondslag: Implementatie.

B-06

Oordeel: ELD is bezig om de bevindingen en acties uit de hazops te clusteren en te implementeren in het veiligheidsbeheerssysteem. Aanpassing van de documenten zoals bijvoorbeeld het bedrijfsnoodplan en installatiescenario’s moet nog plaats gaan vinden. Voor het VBS-element c hanteert ELD twee prestatie indicatoren: 1. Percentage veiligheidsstudies dat uitgevoerd is volgens de planning (nieuwe en voor bestaande een review). 2. Het aantal veiligheidsstudies met een bepaald risiconiveau (het hoogste risiconiveau in de veiligheidsstudie is bepalend voor de gehele studie). In de procedure C01 is de meting en monitoring van de prestatie indicatoren vast gelegd. De doeltreffendheid van het veiligheidsbeheerssysteem wordt door middel van audits gemeten en de resultaten zijn input voor de directiebeoordeling.


9 van 17

Nr.

Omschrijving Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder c NIM-checklist voor VBS-element c Beoordelingsgrondslag: Geïmplementeerd.

B-07

Oordeel: ELD heeft geborgd dat voor VBS-element c evaluatie plaats vindt of gestelde doelen zijn behaald. De interne PDCA-cyclus wordt hiermee gesloten. In de procedure A06 (Risicoanalyse procesveiligheid) van 17 januari 2014 staat de toelichting op de risicomatrix en de onderbouwing hoe wordt om gegaan met de activiteiten welke zich in het oranje gebied bevinden. Dit is beschreven in de toelichting op de risicocategorieën in bijlage 2 van procedure A06. Op deze wijze komt tot uitdrukking hoe ELD omgaat met de belangrijke en de hoge risico's. Tevens is vast gelegd dat jaarlijks de hazops worden gereviewd op de belangrijke en hoge risico's en op de openstaande acties. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 1 en 3 bijlage II onder c Rrzo artikel 2 Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd, geschikt, geïmplementeerd.

B-08

B-09

Oordeel: ELD heeft beleid hoe om te gaan met de belangrijke en de hoge risico's. Zie de handhavingsbrief van de Inspectie SZW met kenmerk 81200223/10 van 14 oktober 2013: Eis 1: - De hazopstudie is geïmplementeerd. - De procedure A06 (risico analyse procesveiligheid) is aangepast. - De uitvoering van veiligheidstudies door ELD zijn gedocumenteerd, zijn systematisch uitgevoerd en hebben voldoende diepgang. - 6 van de 9 installaties zijn gehazopt, activiteiten waarvan nog geen hazop is gemaakt zijn stil gelegd of worden niet gebruikt voor brandbare en/of toxische stoffen. - Acties voortkomend uit de hazops moeten nog in een definitieve hazop-actielijst opgenomen worden. De prioritering en termijn van invoering moet nog op basis van de procedure A06 m.b.v. de risicomatrix worden vast gesteld. - Er is een nieuwe risicomatrix opgesteld met heldere beoordelingscriteria. - Het Pbzo-document is aangepast. - ELD is bezig om naar aanleiding van de hazops de installatiescenario's, bedrijfsnoodplan, oefenplan, onderhoudsmanagementsysteem etc. aan te passen. Oordeel: ELD heeft aan eis 1 voldaan, de handhaving wordt afgesloten. Zie de handhavingsbrief van de Inspectie SZW met kenmerk 81200223/10 van 14 oktober 2013: Eis 2: - De werkinstructie voor de operators is aangepast betreft het toezicht houden op het lossen van brandbare en/of toxische stoffen; operators mogen de werkplek niet verlaten tijdens het afvullen en moeten het proces observeren betreffende het koppelen van de tankwagen aan de afvulinstallatie en het verifiëren van de koppeling. - De technische specificaties van de veiligheidsklep, welke wordt gebruikt bij het koppelen van de tankwagen aan de afvulinstallatie, zijn nader vast gelegd. - De veiligheidsklep bevat een mechanische veer die pneumatisch wordt opengehouden en dicht valt als het afvulproces wordt gestopt of de aardverbinding wordt verbroken of de luchtslang (die aan de veiligheidsklep zit) wordt verbroken of de noodstop (die binnen en buiten het afvulgebouw zit) wordt bediend. - De veiligheidsklep sluit automatisch in geval dat infrarood melders een brand detecteren (de gehele elektrische installatie wordt uitgeschakeld). - De veiligheidsklep sluit automatisch in geval de leveldetectie vloeistof detecteert (trilvork). Dus ook in geval van lekkage zal de veiligheidsklep automatisch gaan sluiten (lekdetectie). ELD heeft een gefundeerde onderbouwing betreffende de aanvaardbaarheid van de risico's van de installatie. De aanvullende technische maatregel lekdetectie wordt binnen een termijn gerealiseerd hetgeen nog nader met ELD moet worden afgesproken en conform de criteria in de eigen risicobeoordeling van ELD.


10 van 17

Nr.

Onderwerp B-10

Omschrijving Oordeel: ELD heeft aan eis 2 voldaan, de handhaving wordt afgesloten. Na installatie van de lekdetectie vindt nog een hercontrole op implementatie plaats. VBS element d (Beheersing van de uitvoering) Het onderhoudsbeleid is vastgelegd in het Pbzo document (6.3 Beheersing van de uitvoering) en nader uitgewerkt in procedure D 02-01 (Onderhoud en keuringen van materieel). ELD heeft in procedure D 02-01 (Onderhoud en keuringen van materieel) o.a. vastgelegd welke onderhoudsstrategie wordt gevoerd, wie verantwoordelijk is voor het onderhoud. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd

B-11

Oordeel: ELD heeft het beleid vastgelegd en heeft een overzichtelijke en goed navolgbare procedure. ELD heeft in de procedure D 02-01 (Onderhoud en keuringen van materieel) beschreven welke (veiligheids)kritische apparatuur is opgenomen in het onderhoudssysteem. De selectie van (veiligheids)kritische apparatuur komt uit de hazop studies. Steekproefsgewijs is gecontroleerd of de (veiligheids)kritische apparatuur is opgenomen in de P&ID (P&ID 20121109_03_PID_7B_afvullijn_2_3.pfd de veiligheidsklep SV2001). Dit was correct opgenomen. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd, geschikt, geïmplementeerd.

B-12

Oordeel: ELD heeft op goede wijze de veiligheidskritische apparatuur geïdentificeerd, opgenomen in de documentatie en in het onderhoudssysteem. In de procedure D 02-01 is beschreven op welke wijze preventief en reactief onderhoud plaatsvindt. Preventief onderhoud is op basis van voorschriften leverancier, geldigheid certificering (ook wettelijke termijnen). De apparatuur en onderhoudstermijnen zijn opgenomen in het geautomatiseerde onderhoudssysteem (onderhoudsplanning equipment). Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd, geschikt, geïmplementeerd.

B-13

Oordeel: De onderhoudsfrequentie is op juiste wijze bepaald en opgenomen in het onderhoudssysteem. Het onderhoudssysteem is passend voor de inrichting. In het onderhoudssysteem wordt met een kleurenbalk aangegeven wat de status van onderhoud is. Groen is: materiaal is gekeurd en/of behoeft nog geen onderhoud. Geel is: onderhoud of keuring is noodzakelijk binnen 14 dagen. Rood is: overschrijding onderhoud en/of keuringstermijn. ELD geeft aan dat er een tolerantie van 7 dagen voor overdue is. Dit is niet in de procedure D 02-01 vastgelegd, maar wordt gesteld in KPI VBS D 03. Indien voor de onderhouds/keuringstermijn de 7 dagen overdue wordt overschreden, mag de apparatuur alleen na toestemming van Manager Operations gebruikt worden. ELD heeft voor de veiligheidskritische componenten (nog) geen specieke procedure vastgelegd voor overdue. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd, geschikt, geïmplementeerd.

B-14

Oordeel: Het onderhoudssysteem is systematisch van opzet en overzichtelijk. ELD dient voor overschrijding van de onderhoudstermijnen voor met name de veiligheidskritische apparatuur de procedure aan te passen. De Manager Operations en de medewerker Maintenance & Repair (medewerker technische dienst) controleren elke week de "onderhoudsplanning equipment". Dit ligt vast in de procedure D 02-01. De "onderhoudsplanning equipment" laat zien dat, voor het grootste deel, het onderhoud tijdig wordt uitgevoerd.


11 van 17

Nr.

Omschrijving Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd, geschikt.

B-15

Oordeel: door deze wekelijkse controle wordt het onderhoud (voor het grootste deel) tijdig uitgevoerd waardoor het systeem geschikt is voor het tijdig uitvoeren van onderhoud. De benaming van de functie "medewerker Maintenance & Repair" dient in de procedure(s) zodanig aangepast te worden dat deze overal hetzelfde is. De procedure "Uitgifte werkvergunning" D 01-03 geeft aan dat de Team Leader Operations verantwoordelijk is voor het aftekenen van de vergunning als "verlener". Ingezien de SCS werkvergunning d.d. 19-11-2013. Deze vergunning is als verantwoordelijke afgetekend door de medewerker technische dienst. ELD maakt in de veiligwerkprocedure geen onderscheid in de type werkzaamheden en de hieraan gerelateerde verantwoordelijkheden met betrekking tot de veiligwerkvergunning. De Manager Operations geeft aan dat hij bij hoog-risico werkzaamheden altijd betrokken is bij vergunninguitgave. Nood- en /of spoedreparaties vinden altijd plaats met een veiligwerkvergunning. In de veiligwerkvergunning is opgenomen dat er een controle plaats moet vinden voor ingebruikname (eindcontrole vóór inbedrijfstelling). Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd, geschikt, geïmplementeerd.

B-16

Oordeel en actie bedrijf: Het onderscheid tussen de verantwoordelijkheid voor de uitgifte van de werkvergunning versus de verantwoordelijkheid tot het uitvoeren van het werk is niet duidelijk vastgelegd in de procedure en de werkvergunning. ELD dient duidelijk vast te leggen wie voor welk onderdeel verantwoordelijk is. Voor hoog-risico werkzaamheden dient procedureel geborgd te worden dat de Manager Operations betrokken is bij de uitgave van de werkvergunning. ELD werkt niet met een systeem met werkopdrachten/bonnen. De medewerker technische dienst maakt op basis van de onderhoudsplanning een werkvoorraadlijst en bepaalt wie, welke werkzaamheden uit gaat voeren. Alle reparaties, keuringen en onderhoud aan installaties, apparatuur, gereedschap of persoonlijke bescherming wordt geregistreerd in het computerbestand waarin ook de planning plaatsvindt. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Geschikt

B-17

Oordeel: Voor de uitvoering van de werkzaamheden heeft ELD een systeem wat geschikt is voor de inrichting. Voor een aantal onderhoudswerkzaamheden zijn werkinstructies opgesteld. Ingezien TD Doc 228 (inspectierapport 7A lijn). Deze werkinstructies zijn middels een hyperlink in de "onderhoudsplanning equipment" op te vragen. Norm: Brzo 1999 artikel 5 lid 3 bijlage II onder d. Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd, geschikt.

Onderwerp B-18

Oordeel: het "onderhoudsplanning equipment" systeem is zodanig opgezet dat de technische dienst op eenvoudige wijze over de nodige documenten kan beschikken. Het document TD Doc 228 is duidelijk van opzet en geschikt voor de uitvoering van werkzaamheden. VBS element e (De wijze waarop wordt gehandeld bij wijzigingen) Er is een procedure voor MOC: Beheer van Wijzigingen (MOC), nummer A03, revisie 2, d.d. november 2013. Hierin is vermeld wat verstaan wordt onder een wijziging, ook een tijdelijke wijziging en noodwijzigingen worden hierin vermeld. In de procedure staan ook de


12 van 17

Nr.

Omschrijving verantwoordelijkheden van de SHEQ manager en de Operations manager. Zo is bijvoorbeeld vermeld dat de Operations manager een noodwijziging mag goedkeuren. In geval van afwezigheid van de Operations Manager is de Managing Director degene die deze goedkeuring mag geven. De vervangingsregeling wordt nog vastgelegd in procedure A08 "Functies taken en verantwoordelijkheden V1". Deze procedure is nog in concept aanwezig. Procedure A03 beschrijft ook dat in principe iedereen een wijziging kan initiëren. In de praktijk is de teamleader vaak degene die het wijzigingsformulier F02 "Aanvraag wijziging" invult als er een wijzigingsvoorstel uit de operatorgroep komt. Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd

B-19

Oordeel: ELD beschikt over een procedure voor het beheer van wijzingen. De verantwoordelijkheden zijn hierin voldoende beschreven. Ook de soorten wijzigingen worden voldoende beschreven. Enkele verwijzingen naar andere formulieren en/of procedures ontbreken nog. Tijdelijke wijzigingen worden ook via formulier F02 "Aanvragen wijziging" aangevraagd. In dit formulier wordt niet aangegeven of het een tijdelijke of permanente wijziging betreft. Dit zal hierin vermeld moeten worden. Verder is niet duidelijk aangegeven wat de einddatum van de tijdelijke wijziging is. Nadat een wijziging is aangevraagd middels formulier F02, wordt beoordeeld door de SHEQ manager en de manager Operations of de wijziging in behandeling wordt genomen. Indien dit het geval is, wordt formulier F03 "Wijzigingsmatrix v2" ingevuld. Op dit formulier staat een groot aantal punten benoemd die beoordeeld moeten worden, zoals of het bedrijfsnoodplan aangepast moet worden, of de wijziging invloed heeft op de vergunningsvoorwaarden, of de operators trainingen nodig hebben, etc. ELD zal in dit formulier een toevoeging doen zodat duidelijk is dat het een tijdelijke wijziging betreft en waarin de einddatum van de tijdelijke wijziging vermeld wordt, zodat deze ook in de gaten gehouden wordt. Deze einddatum wordt overgenomen in de MOC Actiepuntenlijst. Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: Geschikt

B-20

Oordeel en actie bedrijf: ELD zal de einddatum voor een tijdelijke wijziging moeten borgen. Ten tijde van de inspectie was het theoretisch mogelijk dat een tijdelijke wijziging voor langere tijd en zonder tussentijdse beoordeling in gebruik bleef. Dit brengt mogelijk risico's met zich mee. Het formulier F03 "Wijzigingsmatrix" is verder wel een goed instrument om te borgen dat de meest relevante aspecten voor een specifieke wijziging worden beoordeeld. Vanwege het feit dat voor 3 processen nog geen veiligheidsstudies zijn uitgevoerd, zijn deze processen tijdelijk stilgelegd. Dit is een voorbeeld van een tijdelijke wijziging. ELD heeft deze wijziging echter niet als zodanig gezien en heeft ook niet het MOC proces doorlopen. Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: Geïmplementeerd.

B-21

Oordeel en actie bedrijf: De implementatie van het proces voor het beheer van (tijdelijke) wijzigingen behoeft nog enige aandacht van ELD. In de wijzigingsmatrix is aangegeven dat overwogen moet worden of een veiligheidsstudie gedaan moet worden. De criteria hiervoor staan in A06 "Risico analyse (proces veiligheid)" revisie 1, dd november 2013. In de procedure voor MOC wordt hier niet naar verwezen, maar enkel naar de "relevante ELD processen". Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd Oordeel en actie bedrijf: Om procedure A03 "Beheer van wijzigingen" beter navolgbaar te


13 van 17

Nr.

B-22

Omschrijving maken zal een toevoeging worden gedaan zodat duidelijk is dat, indien noodzakelijk, een veiligheidsstudie gedaan moet worden en dat dit blijkt uit de wijzigingsmatrix en de procedure A06 voor de identificatie van de gevaren en de beoordeling van de risico’s. In de wijzigingsmatrix is opgenomen dat beoordeeld moet worden of een wijziging significant is conform art. 6 Brzo en dat dan het bevoegd gezag moet worden geïnformeerd. Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: Geschikt

B-23

Oordeel: Hiermee is geborgd dat de bevoegde gezagen tijdig worden geïnformeerd over een significante wijziging zoals bedoeld in artikel 6 van het Brzo '99. In de MOC actiepuntenlijst worden de acties voortkomend uit de wijzigingsmatrix verzameld. Hieraan is een termijn, actiehouder en status toegekend. Ook is een opmerkingenveld aangebracht om eventuele afwijkingen van de termijn o.i.d. aan te geven. Deze lijst wordt in het managersoverleg besproken en bijgehouden. In de actiepuntenlijst is de nummering van de betreffende wijzigingsmatrix terug te vinden en middels een link is het mogelijk naar het betreffende punt in de wijzigingsmatrix te gaan. Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: gedocumenteerd, geschikt en geïmplementeerd.

B-24

Oordeel: ELD heeft op deze manier vastgelegd en inzichtelijk gemaakt welke actiepunten, door wie en op welke termijn afgehandeld dienen te worden. In de procedure met bijbehorende formulieren (wijzigingsmatrix) en actiepuntenlijst MOC is niet duidelijk geregeld wanneer een installatie of een deel daarvan na een wijziging in gebruik genomen mag worden. Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: Gedocumenteerd en geïmplementeerd.

B-25

Oordeel en actie bedrijf: Er zal geborgd moeten worden dat bekeken wordt welke acties voor ingebruikname uitgevoerd moeten worden en welke acties eventueel later kunnen. In de wijzigingsmatrix zal een kolom worden toegevoegd met daarin aangegeven of een actie voor of na ingebruikname van de wijziging uitgevoerd moet worden. In overleg met de SHEQ en Operations manager moet beoordeeld en vastgelegd worden welke acties dan zeker uitgevoerd moeten worden voor ingebruikname en welke eventueel later gedaan kunnen worden. In de procedure voor het beheer van wijzigingen moet dit geborgd worden. De wijzigingsprocedure wordt pas echt afgerond en afgesloten als alle actiepunten op de MOC Actiepuntenlijst omtrent deze wijziging zijn afgerond. Norm: Brzo '99, artikel 5 lid 3, bijlage II onder e Beoordelingsgrondslag: Geschikt

Onderwerp B-26

Oordeel: De MOC actiepuntenlijst geeft voldoende houvast voor ELD om de openstaande punten te monitoren. Op dit punt is ook een KPI gedefinieerd, namelijk het percentage actiepunten dat is afgerond binnen de gestelde termijn. Hiermee kan ELD ook bijsturen indien nodig. Stoffenlijst Bij ELD is een stoffenlijst beschikbaar op USB stick. Deze ligt in de sleutelbuis en is direct toegankelijk voor de brandweer. De locatie van de stoffenlijst (sleutelbuis) is beschreven op de bereikbaarheidskaart van de brandweer. Normkader: Rrzo’99 artikel 14 Oordeel: ELD heeft geborgd dat de brandweer te allen tijde over een stoffenlijst kan beschikken.


14 van 17

Nr. B-27

Omschrijving De stoffenlijst is een uitdraai van het voorraadsysteem van ELD. Op deze wijze borgt ELD dat alle aanwezige stoffen op de stoffenlijst staan. ELD maakt elke werkdag een update van de stoffenlijst. Normkader: Brzo'99 artikel 21 (Rrzo'99 artikel 13), Rrzo'99 artikel 14

B-28

Oordeel: ELD heeft een actuele stoffenlijst. De stoffenlijst is zodanig opgezet dat er per locatie de stoffeninformatie kan worden getoond. Hiermee is de stoffenlijst geschikt voor hulpdiensten. Elke dag komt er een update van de stoffenlijst op een USB stick in de sleutelkluis. Het computersysteem van ELD heeft een noodstroomvoorziening waardoor de gegevens bij stroomuitval nog enige uren via een PC beschikbaar zijn. De Team Leader Customer Service neemt na werkzaamheden een "Back-up tape" mee naar huis, waardoor ook op deze manier geborgd is dat de stoffenlijst beschikbaar gesteld kan worden. Tevens is het via de IT-afdeling van ELD (Hoyer Hamburg Duitsland) mogelijk om een back-up op te vragen. Normkader: Rrzo'99 artikel 14

B-29

Oordeel: ELD heeft geborgd dat te allen tijde, ook bij stroomuitval, de stoffenlijst beschikbaar is. ELD voldoet hiermee aan de regelgeving. De stoffenlijst welke door ELD gegenereerd wordt is uitgebreid. De stoffenlijst bevat o.a.: De chemische naam of handelsnaam; De actuele aanwezige hoeveelheid; Het VN-nummer; Het GEVI-nummer. Normkader: Rrzo'99 artikel 14 Oordeel: De stoffenlijst is overzichtelijk en geschikt voor de hulpdiensten.


15 van 17

Bijlagen Bijlage 1: Afkortingen B Bg Brw Brzo 1999 Inspectie SZW LAT Rb LOC LOD MOC MRA NIM O Pbzo QRA Rrzo 1999 VBS VR Wabo Wm Wvr Ww

Bevinding Bevoegd gezag Brandweer Besluit risico’s zware ongevallen 1999 Inspectie SZW (waarin de voormalige Arbeidsinspectie is opgegaan) Landelijke Aanpak Toezicht Risicobeheersing bedrijven Loss of Containment Line of Defence Management of change Milieu risico analyse Nieuwe inspectiemethodiek Overtreding Preventiebeleid zware ongevallen Kwantitatieve risico analyse Regeling risico’s zware ongevallen 1999 Veiligheidsbeheerssysteem Veiligheidsrapport Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Wet milieubeheer Wet veiligheidsregio’s Waterwet


16 van 17

Bijlage 2: Reviewdocumenten Tijdens de inspectie zijn de volgende documenten ingezien: Nr 1

Titel Procedure A06 Risicoanalyse procesveiligheid rev.2. dd. 17 januari 2014

2

Procedure C01 Performance indicatoren VBS rev.1 september 2013

3

Procedure C02 PBZO-document januari 2014

4

Beheer van Wijzigingen (MOC), nummer A03, revisie 2, dd november 2013

5

A08 "Functies taken en verantwoordelijkheden V1" concept

6

F02 "Aanvraag wijziging"

7

F03 "Wijzigingsmatrix v2"

8

Procedure D 01-03 Uitgifte werkvergunningen november 2013

9

Procedure D 02-01 Onderhoud en keuringen van materieel Januari 2014

10

Werkvergunning 19-11-2013 (aanpassen besturingskast 7A)

11

BUT-SCS werkinstructie "Werkzaamheden waarvoor een vergunning vereist is" 7-2013

12

Technische specificaties van de veiligheidsklep


17 van 17

INSPECTIERAPPORT. European Liquid Drumming (ELD) Oosterhout nb. Inspectiedag(en) 13 en 14 januari

Recommend Documents