INFOBROCHURE Betoelaging van toeristische tewerkstellingsprojecten Een subsidieaanvraag indienen? Deze brochure wijst je de weg!
Me i 2 0 0 7
INHOUD INLEIDING............................................................................................................................................................... 1 1 BETOELAGING VAN TOERISTISCHE TEWERKSTELLINGSPROJECTEN................................................. 2 1.1 Waaraan moet het tewerkstellingsproject voldoen?.................................................................................. 2 1.2 Welke verenigingen komen in aanmerking? ............................................................................................. 3 1.3 Hoe dien je een subsidieaanvraag in? ...................................................................................................... 3 1.4 Betoelaging ............................................................................................................................................... 4 1.4.1 Berekening van de toelage .............................................................................................................. 4 1.4.2 Uitbetaling van de toelage ............................................................................................................... 6 1.5 Vervangingen ............................................................................................................................................ 7 1.5.1 Tijdelijke vervangingen .................................................................................................................... 7 1.5.2 Definitieve vervangingen ................................................................................................................. 7 2 HANDLEIDING BIJ HET INVULLEN VAN HET AANVRAAGFORMULIER.................................................... 8 2.1 Algemeen .................................................................................................................................................. 8 2.2 Aanvrager subsidie ................................................................................................................................... 8 2.3 Contactpersoon......................................................................................................................................... 8 2.4 Doelstelling organisatie ............................................................................................................................. 9 2.5 Beschrijving tewerkstellingsproject............................................................................................................ 9 2.6 Duur totale project..................................................................................................................................... 9 2.7 Gegevens tewerkstellingsproject............................................................................................................... 9 2.8 Overzicht bijlagen bij aanvraagformulier ................................................................................................... 9 2.9 Verklaring ................................................................................................................................................ 10 2.10 Bijlage: personeelsfiche...................................................................................................................... 10 3 CONTACTPERSONEN ................................................................................................................................ 11 4 BIJLAGEN .................................................................................................................................................... 12 4.1 Bijlage 1 .................................................................................................................................................. 12 4.2 Bijlage 2 .................................................................................................................................................. 16
1
INLEIDING Toerisme Vlaanderen heeft niet alleen de taak om Vlaanderen als vakantiebestemming te promoten maar helpt ook graag mee aan de uitbouw van waardevolle toeristisch-recreatieve projecten onder meer door financiële ondersteuning te bieden bij toeristisch-recreatieve tewerkstellingsprojecten. Toerisme Vlaanderen beschikt immers over een subsidiebudget om toeristische tewerkstellingsprojecten te betoelagen. In het Belgisch Staatsblad van 29 augustus 2004 werd het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 houdende de toekenning van subsidies aan toeristische verenigingen voor de tewerkstelling van personeelsleden goedgekeurd. Enerzijds zorgde dit besluit voor de regularisering van de DAC’ers en anderzijds werden via dit besluit ‘toeristische’ tewerkstellingsprojecten ondersteund en een aantal bestaande overeenkomsten geregulariseerd. Na twee jaar met dit besluit te hebben gewerkt, bleek dat het besluit om bijsturing vroeg en dat een verdere uitwerking van richtlijnen de absolute prioriteit diende te vormen. Dit resulteerde in een gewijzigd besluit van de Vlaamse Regering en een Ministerieel Besluit van de Vlaamse minister voor Toerisme goedgekeurd op respectievelijk 30 maart 2007 en 4 april 2007. Het gewijzigde besluit bepaalt dat de minister bevoegd voor het toerisme subsidies kan toekennen voor toeristische tewerkstelling. Het Ministerieel Besluit legt criteria vast waaraan het project moet voldoen om voor subsidiëring in aanmerking te komen. De subsidieaanvraag wordt administratief behandeld door het agentschap Toerisme Vlaanderen dat de aanvraag toetst aan de vooropgestelde criteria. Bij nieuwe tewerkstellingsprojecten sluit Toerisme Vlaanderen, op basis van de goedkeuring van de minister, met de gesubsidieerde vereniging een samenwerkingsovereenkomst af waarin onder meer de toeristisch-recreatieve taakstelling van de betoelaagde tewerkstelling en de evaluatiecriteria worden opgenomen. Deze infobrochure vormt een vertaling van het gewijzigd besluit van de Vlaamse Regering en het Ministerieel Besluit en telt twee hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk biedt de nodige informatie over het subsidiëren van tewerkstellingsprojecten en de subsidieaanvraag. Het tweede hoofdstuk vormt een handleiding bij het invullen van het aanvraagformulier en het indienen van de nodige bijlagen. Indien je een aanvraag tot betoelaging van een toeristisch tewerkstellingsproject wenst in te dienen, aarzel dan niet om contact op te nemen met de medewerkers van tewerkstellingsprojecten.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
1
2
1
BETOELAGING VAN TOERISTISCHE TEWERKSTELLINGSPROJECTEN
De minister bevoegd voor toerisme kan subsidies toekennen voor toeristische tewerkstelling. Er zijn drie types tewerkstellingsprojecten die hier voor in aanmerking komen: Ex-DAC-projecten: in deze projecten worden personeelsleden in gewezen DAC-statuut tewerkgesteld. De subsidiëring mag niet tot ontslag leiden en kan enkel bij uitdiensttreding van ex-DAC’ers worden stopgezet. Indien de ex-DAC’er wordt vervangen en men een tewerkstellingssubsidie wenst te ontvangen, dient men een nieuwe subsidieaanvraag in te dienen. De vervanging van een uitdienstgetreden ex-DAC’er wordt met andere woorden als een nieuw tewerkstellingsproject (= 3e tewerkstellingsprojecttype) aanzien. Projecten waarbij de vereniging reeds voor de inwerkingtreding van de wijziging van het besluit een samenwerkingsovereenkomst met Toerisme Vlaanderen heeft afgesloten in het kader van financiële ondersteuning van personeel: bij deze projecten gaat het om bestaande overeenkomsten die geregulariseerd worden via het besluit. Nieuwe tewerkstellingsprojecten: dit zijn projecten die niet tot de twee andere types behoren. Deze tewerkstellingsprojecten dienen te kaderen binnen de vastgestelde richtlijnen (zie verder). Toerisme Vlaanderen zal, op basis van de goedkeuring van de minister, met de gesubsidieerde vereniging een samenwerkingsovereenkomst afsluiten waarin onder meer de toeristisch-recreatieve taakstelling van de betoelaagde tewerkstelling en de evaluatiecriteria worden opgenomen. Verder in deze infobrochure wordt informatie gegeven over aanvragen tot betoelaging van nieuwe tewerkstellingsprojecten.
1.1
Waaraan moet het tewerkstellingsproject voldoen?
In het Ministerieel Besluit van 4 april 2007 wordt een toetsingskader met een aantal criteria bepaald. De vereniging moet aan de hand van het subsidieaanvraagdossier aantonen dat aan de volgende criteria wordt voldaan: Het tewerkstellingsproject moet een directe meerwaarde voor het toerisme in Vlaanderen bieden en aansluiten bij het beleid van de Vlaamse minister, bevoegd voor toerisme, of van de Vlaamse Regering kaderen. Het project moet bij voorkeur op Vlaams of regionaal niveau van belang zijn en de nodige ondersteuning bieden voor meer kwaliteit in het toeristische beleid. Ook is het wenselijk dat het project kadert binnen een door Toerisme Vlaanderen erkend strategisch plan of een toeristisch actieplan op Vlaams niveau. De functie van het personeelslid moet bovendien passen in één van de volgende lijnen: tewerkstelling in projecten die netwerking tussen de diverse toeristische actoren tot stand brengen of verder verzekeren; tewerkstelling in projecten ter bevordering van de duurzaamheid of de toegankelijkheid van het toeristisch product; tewerkstelling in projecten ter bevordering van het fiets- of wandelproduct en in het bijzonder de coördinatie van deze projecten; tewerkstelling in het kader van evenementen met toeristisch belang of internationale uitstraling; tewerkstelling in kenniscentra; tewerkstelling in het kader van een kwalitatief toeristisch onthaal;
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
2
3 tewerkstelling in innovatieve en vernieuwende projecten met een tijdelijk karakter die een impuls geven aan toerisme en recreatie in Vlaanderen. De subsidie heeft als doelstelling om de opstartfase succesvol af te ronden.
Het is de bedoeling dat de meerwaarde voor toerisme in Vlaanderen duidelijk in het subsidieaanvraagdossier wordt weergegeven. Zo kan Toerisme Vlaanderen met de vereniging, op basis van de toekenning van de minister, een samenwerkingsovereenkomst sluiten. Daarin worden onder meer de toeristisch-recreatieve taakstelling van de personeelsleden waarvoor subsidies worden toegekend en de evaluatiecriteria van de overeenkomst verduidelijkt. De looptijd van de samenwerkingsovereenkomst bedraagt maximaal drie jaar. Die periode kan na evaluatie en binnen de budgettaire middelen verlengd worden met periodes van maximaal drie jaar.
1.2
Welke verenigingen komen in aanmerking?
Volgende verenigingen komen voor tewerkstellingssubsidie in aanmerking: verenigingen zonder winstoogmerk; vennootschappen met sociaal oogmerk; autonome gemeentebedrijven; autonome provinciebedrijven; intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid. De vereniging dient met de tewerkstelling toeristisch-recreatieve doelstellingen na te streven en bij te dragen tot de instandhouding, uitbreiding, verbetering of toegankelijkheid van het toeristische aanbod van een gemeente, streek, provincie of van Vlaanderen. Ook moet de vereniging over voldoende middelen beschikken en een degelijk beheer kunnen bewijzen.
1.3
Hoe dien je een subsidieaanvraag in?
Een subsidieaanvraag kan op ieder ogenblik worden ingediend. Het subsidieaanvraagdossier (het volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier, de ingevulde personeelsfiche(s) en de vereiste bijlagen) wordt per aangetekende brief, per fax of elektronisch (op voorwaarde dat een ontvangstbewijs wordt verkregen) bezorgd aan: Toerisme Vlaanderen dienst toeristisch-recreatieve projecten tewerkstellingsprojecten Grasmarkt 61 1000 BRUSSEL Graag wensen we het subsidieaanvraagdossier in twee exemplaren te ontvangen.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
3
4 We vragen u – in functie van een verdere vlotte administratieve verwerking – zoveel als mogelijk uw dossier integraal elektronisch te bezorgen. Dit kan met een e-mailbericht aan:
[email protected] Verdere instructies vindt u in hoofdstuk 2 ‘Handleiding bij het invullen van het aanvraagformulier’. Van zodra Toerisme Vlaanderen het subsidiedossier heeft ontvangen, wordt een ontvangstmelding opgemaakt. Vervolgens bezorgt Toerisme Vlaanderen de aanvraag, aangevuld met een beoordelingsverslag (na eventuele inspectie), aan de minister die de eindbeslissing neemt.
1.4
Betoelaging
1.4.1
Berekening van de toelage
Op basis van het gewijzigd besluit bedraagt de subsidie voor nieuwe dossiers van toeristische tewerkstelling 80% van de loonkosten en dit binnen de perken van de begrotingskredieten die, jaar na jaar, binnen de begroting van de Vlaamse overheid aan Toerisme Vlaanderen zijn toegewezen. De subsidie voor die loonkosten mag niet meer bedragen dan het brutojaarloon x 1,53. De coëfficiënt van 1,53 wordt als volgt opgesplitst: een loontoelage (voor de loonkosten); een omkaderingstoelage (voor de aanvullende kosten). De subsidie bedraagt 80% van ‘loontoelage + omkaderingstoelage’ a) De loontoelage bedraagt maximaal 150% van het brutojaarloon en is beperkt tot de werkelijke uitgaven (te verantwoorden aan de hand van bewijsstukken) die het project heeft gemaakt ter betaling van: het brutojaarloon; de werkgeversbijdrage voor de RSZ; het wettelijke enkel en dubbel vakantiegeld; de eindejaarspremie. b) De omkaderingstoelage wordt forfaitair berekend en bedraagt maximaal 3% van het brutojaarloon (exclusief vakantiegeld, eindejaarspremie en RSZ). Concreet is dit voor: bedienden: 3% van de loonkosten (zijnde: brutojaarloon) arbeiders: 3% van de loonkosten (zijnde: brutojaarloon) x 12 / 11,08 waarvan 11,08 = ((365-28)/365) x 12. De omkaderingstoelage is bedoeld voor de uitgaven ter betaling van: de bijdrage voor het woon-werkverkeer (begrensd tot de algemene wettelijke voorzieningen); de arbeidsongevallenverzekering; de kosten voor de arbeidsgeneeskundige dienst; de kosten voor het sociaal secretariaat.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
4
5 Het brutoloon dat voor subsidie in aanmerking komt, wordt berekend op basis van de loonbarema’s zoals vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in het paritair comité waaronder de organisatie valt. Indien de organisatie een hoger loon dan het geldende loonbarema binnen het paritair comité betaalt, is het verschil tussen beiden ten laste van de organisatie. De loonbarema’s die voor subsidie in aanmerking worden genomen, zijn deze van paritair comité 329, 302 of van provinciale en lokale besturen. Indien de organisatie onder een ander paritair comité valt, kan Toerisme Vlaanderen in samenspraak met de vereniging de loonbarema’s van een ander paritair comité als basis nemen voor de berekening van het brutoloon dat voor subsidie in aanmerking wordt genomen. De subsidie voor de loontoelage wordt steeds als volgt geplafonneerd: wat betreft de loonbarema’s: a) bij paritair comité 329.01 (de socio-culturele sector en de subsector socio-cultureel werk) worden enkel volgende loonbarema’s in rekening gebracht: L1: voor universitair en master-niveau of gelijkgesteld; B1c: voor bachelor-niveau of gelijkgesteld; A2: voor administratieve functies, HSO-niveau of gelijkgesteld; L4: voor arbeidersfuncties. b) bij paritair comité 302 (hotels en horeca) worden enkel de volgende barema’s in rekening gebracht: categorie IV: voor arbeiders; categorie VI: voor bedienden. c) bij overheid (lokale en provinciale besturen) worden enkel de volgende barema’s in rekening gebracht: A111: voor universitair en master-niveau of gelijkgesteld; B111: voor bachelor-niveau of gelijkgesteld; C111: voor HSO-niveau of gelijkgesteld. de startanciënniteit kan maximaal vijf jaar bedragen en dit op basis van relevante ervaring; de geldelijke anciënniteit kan na indiensttreding niet worden opgebouwd; er wordt een koppeling gemaakt met de index- en loonsverhogingen binnen het paritair comité. Opmerkingen: Het maximumbedrag wordt bij uitdiensttreding met het wettelijk vakantiegeld bij uitdiensttreding vermeerderd. Elk jaar bezorgt Toerisme Vlaanderen aan de toeristische verenigingen, die een subsidie van Toerisme Vlaanderen ontvangen, een document betreffende de berekening van de loontoelage. Indien het personeelslid slechts gedeeltelijk tewerkgesteld is, of indien het personeelslid door de vereniging niet gedurende een volledig kalenderjaar wordt tewerkgesteld, wordt het bedrag van de subsidie overeenkomstig aangepast. De loonkost mag niet al geheel of gedeeltelijk subsidieerbaar zijn op grond van een andere wet, decreet of besluit.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
5
6 1.4.2
Uitbetaling van de toelage
In het besluit werd een bevoorschottingsritme voor de uitbetaling van het subsidiebedrag bepaald: Eerste kwartaal van het kalenderjaar: uitbetaling eerste voorschot (= 40% van de maximale subsidietoelage); Derde kwartaal van het kalenderjaar: uitbetaling tweede voorschot (= 40% van de maximale subsidietoelage); Enkel op voorwaarde dat vooraf de volledige bewijsvoering van de effectieve tewerkstelling van voorgaand kalenderjaar én een overzicht van de betaalde loonkosten door de organisatie werden ingediend. November: uitbetaling derde voorschot (= 20% van de maximale subsidietoelage); Enkel op voorwaarde dat Toerisme Vlaanderen eerst de verantwoording van de bewijsstukken van de eindafrekening van vorig kalenderjaar heeft goedgekeurd. Voor 1 april van het jaar dat volgt op het jaar dat in aanmerking genomen wordt voor subsidiëring, bezorgt de vereniging aan Toerisme Vlaanderen de bewijsvoering van de effectieve tewerkstelling van de gesubsidieerde personeelsleden en een overzicht van de reëel betaalde loonkosten. Van zodra Toerisme Vlaanderen de bewijsvoering heeft goedgekeurd, berekent men het definitieve subsidiebedrag en kent men het bedrag aan de vereniging toe. Voor 1 november van het jaar dat volgt op het jaar dat in aanmerking genomen wordt voor betoelaging brengt Toerisme Vlaanderen de vereniging op de hoogte van het definitieve subsidiebedrag. Opmerkingen: Indien de vereniging meer voorschotten dan het definitieve subsidiebedrag heeft ontvangen, vordert Toerisme Vlaanderen het verschil terug of brengt het verschil in mindering van het eerstvolgende voorschot. Indien de vereniging minder voorschotten dan het definitieve subsidiebedrag heeft ontvangen, betaalt Toerisme Vlaanderen dit verschil samen met de uitbetaling van het eerstvolgende voorschot uit. Indien de eerste subsidies in de loop van het kalenderjaar worden toegekend, bepaalt Toerisme Vlaanderen een betalingskalender voor de voorschotten tot het einde van het eerste kalenderjaar en deelt dit aan de begunstigde vereniging mee. Indien de samenwerkingsovereenkomst in de loop van het kalenderjaar afloopt, bepaalt Toerisme Vlaanderen in het begin van het kalenderjaar, in samenspraak met de begunstigde organisatie, de timing voor de voorschotregeling en eindafrekening. Indien de begunstigde niet meer aan de vooropgestelde bepalingen voldoet, kan de minister de verdere uitbetaling van de subsidie schorsen of stopzetten en desgevallend aan Toerisme Vlaanderen de opdracht geven de reeds aan de vereniging toegekende en uitbetaalde subsidies geheel of gedeeltelijk terug te vorderen.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
6
7
1.5
Vervangingen
De organisatie dient elke vervanging aan Toerisme Vlaanderen door te geven via de hiertoe bestemde formulieren. Je kunt deze steeds opvragen via de medewerkers van de tewerkstellingsprojecten. Er wordt betreffende subsidiëring een onderscheid gemaakt tussen tijdelijke en definitieve vervangingen. 1.5.1
Tijdelijke vervangingen
Nadat het gewaarborgde loon is opgebruikt, kan een betoelaagd personeelslid vervangen worden bij schorsingsperiodes zoals: ziekte; moederschapsverlof; loopbaanonderbreking; arbeidsongeval. De functieomschrijving van de vervanger dient dezelfde te zijn als deze van de titularis van de functie. Elke wijziging in de functieomschrijving van de vervanger wordt als een nieuwe subsidieaanvraag beschouwd. In dit laatste geval dient de aanvraag ook binnen de richtlijnen en de begrotingskredieten te passen. De subsidie voor de vervanger wordt behandeld en berekend volgens hetzelfde subsidiebarema als de titularis van de functie. De startanciënniteit van de vervanger wordt vastgelegd op nul zonder opbouw van geldelijke anciënniteit na indiensttreding. Bij een tijdelijke vervanging van het personeelslid worden de voorschotten berekend op basis van de titularis. Bij de berekening van het definitieve subsidiebedrag worden de reële prestaties van titularis en vervanger verrekend. 1.5.2
Definitieve vervangingen
Binnen een lopende samenwerkingsovereenkomst kan een definitieve vervanging gebeuren mits het invullen van de nodige formulieren. Elke wijziging in de functieomschrijving van de vervanger wordt beschouwd als een nieuwe aanvraag tot subsidiëring. Indien ex-DAC’ers uit dienst treden, moet een nieuwe aanvraag worden ingediend. Het gaat om een nieuw tewerkstellingsproject dat aan de vooropgestelde criteria wordt getoetst en binnen de begrotingskredieten dient te passen.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
7
8
2 2.1
HANDLEIDING BIJ HET INVULLEN VAN HET AANVRAAGFORMULIER Algemeen
Het aanvraagformulier kan je bekomen via:
[email protected]
Gelieve het aanvraagformulier volledig in te vullen. Het subsidieaanvraagdossier (het volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier, de ingevulde personeelsfiche(s) en de vereiste bijlagen) wordt per aangetekende brief, per fax of elektronisch (op voorwaarde dat een ontvangstbewijs wordt verkregen) in twee exemplaren bezorgd aan: Toerisme Vlaanderen tewerkstellingsprojecten dienst toeristisch-recreatieve projecten Grasmarkt 61 1000 BRUSSEL
[email protected] Bij voorkeur ontvangen wij, in functie van een vlotte administratieve verwerking, het ingevuld subsidieaanvraagformulier ook digitaal via een e-mailbericht aan bovenvermeld e-mailadres. Een aanvraag is pas officieel als Toerisme Vlaanderen het dossier (ondertekend aanvraagformulier met nodige bijlagen) heeft ontvangen.
2.2
Aanvrager subsidie
a. Deze gegevens hebben betrekking op de organisatie die de subsidie aanvraagt en de verantwoordelijke ervan. De officiële briefwisseling met betrekking tot het tewerkstellingsproject wordt aan deze persoon en dit adres gericht. Het identificatienummer en ondernemingsnummer dienen enkel te worden ingevuld indien dit van toepassing is. Recent opgerichte organisaties hebben bijvoorbeeld geen identificatienummer. b. Hier duid je aan welke rechtsvorm uw organisatie heeft aangenomen. Enkel organisaties met één van de opgesomde rechtsvormen komen voor subsidiëring in aanmerking.
2.3
Contactpersoon
a. Deze gegevens hebben betrekking op de contactpersoon binnen de organisatie voor het tewerkstellingsproject. Praktische vragen met betrekking tot het project worden rechtstreeks aan deze persoon gericht.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
8
9
2.4
Doelstelling organisatie
a. Hier geef je een beknopte omschrijving van de doelstelling die uw organisatie nastreeft.
2.5
Beschrijving tewerkstellingsproject
a. Hier duid je aan binnen welke lijn het tewerkstellingsproject kadert. b. Hier omschrijf je het tewerkstellingsproject beknopt: gaat het om de opstart van het project, een nieuw project, een reguliere taak, een persoon die daar al werkt,... Ook formuleer je de concrete doelstellingen en, indien mogelijk, geef je aan wat de meerwaarde is ten opzichte van uw huidige activiteiten. c. Hier motiveer je het belang van de tewerkstelling voor toerisme op regionaal of Vlaams niveau, de meerwaarde voor de kwaliteit in het toeristisch beleid en hoe het tewerkstellingsproject bij een door Toerisme Vlaanderen erkend strategisch plan of toeristisch actieplan op Vlaams niveau aansluit. d. Hier geef je, indien van toepassing, de andere betrokken partners aan en welk subsidiebedrag werd voorgesteld.
2.6
Duur totale project
a. Hier geef je de duur van het totale project weer, namelijk wanneer het begin en einde van het tewerkstellingsproject worden verwacht.
2.7
Gegevens tewerkstellingsproject
a. Deze gegevens hebben betrekking op het tewerkstellingsproject. Je dient hier per personeelslid volgende gegevens in te vullen: Functieprofiel: dit is een korte omschrijving van de uit te oefenen taak, terug te vinden op de arbeidsovereenkomst. Arbeidsregime: dit toont aan volgens welk regime het personeelslid werkt. Indien het om een ander dan de vermelde regimes gaat, moet men dit in een percentage uitdrukken. Loonbarema: het barema legt de loonminima in elke sector vast. De barema’s die hier van toepassing zijn, zijn deze van PC 329 Vlaamse socio-culturele sector, PC 302 Horeca en de overheidsbarema’s. Brutomaandloon (met 0 jaar anciënniteit).
2.8
Overzicht bijlagen bij aanvraagformulier
Hieronder geven we een overzicht van de bijlagen die met het ondertekend aanvraagformulier naar ‘Toerisme Vlaanderen – dienst Toeristisch-Recreatieve Projecten – tewerkstellingsprojecten’ moeten worden verstuurd. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen algemene documenten (betreffende de organisatie) en documenten specifiek van toepassing op het personeelslid. Indien het tewerkstellingsproject om meerdere personeelsleden gaat, dienen deze specifieke documenten per personeelslid als bijlage te worden toegevoegd. Documenten met betrekking tot de organisatie: arbeidsreglement van de organisatie, aanwijzing van het sociaal secretariaat met coördinaten, Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
9
10
laatste statuten uit het Belgisch Staatsblad, laatst opgemaakt jaarverslag, laatst opgemaakte resultatenrekening, laatst opgemaakte balans, laatst opgemaakte begroting.
Documenten met betrekking tot het personeelslid: functieomschrijving van de tewerkstelling met loonkostberekening, beschrijving van de selectie- en aanwervingsprocedure → op te sturen van zodra deze procedure is vastgelegd, arbeidsovereenkomst tussen het personeelslid en de vereniging → op te sturen van zodra dit is opgesteld en door beide partijen is ondertekend, ingevulde personeelsfiche en kopie van het hoogst behaalde diploma → op te sturen van zodra het personeelslid in dienst is, bewijs anciënniteit: de voor subsidiëring in aanmerking te nemen anciënniteit van de werknemer wordt bewezen aan de hand van een bewijs van het sociaal secretariaat van vorige werkgever(s) en een korte beschrijving van de vorige functie(s) → op te sturen van zodra men erover beschikt, antwoord RvA m.b.t. activa-aanvraag en kopie werkkaart: bij een nieuwe aanvraag dient men, binnen de 30 dagen van de indiensttreding van het personeelslid, een aanvraag voor activa bij de Rijksdienst voor Arbeidsbemiddeling te doen → van zodra antwoord RvA ontvangen gelieve kopie ervan op te sturen + indien een positief antwoord van RvA gelieve een kopie van werkkaart op te sturen.
2.9
Verklaring
De geprinte versie van het ingevulde aanvraagformulier dient ondertekend terugbezorgd te worden aan ‘Toerisme Vlaanderen – dienst toeristisch-recreatieve projecten – tewerkstellingsprojecten’, samen met de vereiste bijlagen.
2.10 Bijlage: personeelsfiche De personeelsfiche dient per personeelslid te worden ingevuld en opgestuurd van zodra het personeelslid in dienst is. Je dient volgende gegevens in te vullen: aanvrager subsidie: hier worden de gegevens met betrekking tot de aanvrager van de subsidie vermeld (enkel in te vullen indien de personeelsfiche later wordt opgestuurd); naam personeelslid; adres; geboortedatum en leeftijd; arbeidsovereenkomst: indien een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur vermeld je enkel de datum van ondertekening van de arbeidsovereenkomst. Indien een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur vermeld je zowel de begin- als einddatum van de arbeidsovereenkomst; startanciënniteit (relevante ervaring); functie; verklaring: er dient per personeelslid een ingevulde en ondertekende personeelsfiche te worden bezorgd aan ‘Toerisme Vlaanderen – dienst toeristisch-recreatieve projecten – tewerkstellingsprojecten’. Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
10
11
3
CONTACTPERSONEN
Voor alle aanvragen in verband met tewerkstellingsprojecten neem je contact op met de dienst toeristischrecreatieve projecten, tewerkstellingsprojecten:
Afdelingshoofd: Luc Gobin Tel: 02 504 03 18 E-mail:
[email protected]
Medewerkers: Sylvie Lejour Tel: 02 504 04 72 E-mail:
[email protected] Christel De Bleeckere Tel: 02 504 04 20 E-mail:
[email protected] Kristel Beké Tel: 02 504 04 72 E-mail:
[email protected]
Informatie kan je ook opvragen via:
[email protected]
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
11
12
4 4.1
BIJLAGEN Bijlage 1
Gecoördineerde tekst van de wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 houdende de toekenning van subsidies aan toeristische verenigingen voor de tewerkstelling van personeelsleden HOOFDSTUK I. - Definities Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° Toerisme Vlaanderen: Toerisme Vlaanderen, opgericht bij het decreet van 19 maart 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap “Toerisme Vlaanderen”; 2° de minister: de Vlaamse minister bevoegd voor het Toerisme HOOFDSTUK II. – Subsidiëring van de tewerkstelling van personeelsleden Art. 2. Binnen de begrotingskredieten kan de minister subsidies toekennen voor de tewerkstelling van personeelsleden aan de volgende verenigingen: 1° verenigingen zonder winstoogmerk; 2° vennootschappen met sociaal oogmerk; 3° autonome gemeente- en provinciebedrijven; 4° intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid. Onverminderd het eerste lid moet: 1° de tewerkstelling toeristisch-recreatieve doelstellingen nastreven en bijdragen tot de instandhouding, uitbreiding, verbetering of toegankelijkheid van het toeristische aanbod van een gemeente, streek, provincie of van Vlaanderen; 2° de vereniging over voldoende middelen beschikken en een degelijk beheer kunnen bewijzen. Art. 2bis. De minister stelt op basis van de bepalingen van dit besluit richtlijnen op. De vereniging moet in haar aanvraag voor een subsidie aantonen dat ze aan die richtlijnen voldoet. Art. 3. Voor de volgende personeelsleden kan een subsidie worden toegekend: 1° een personeelslid in gewezen DAC-statuut; 2° een personeelslid van een vereniging die voor de inwerkingtreding van dit besluit met Toerisme Vlaanderen een samenwerkingsovereenkomst heeft gesloten; 3° een personeelslid dat door de vereniging wordt aangeworven voor een functie die past binnen de richtlijnen, vermeld in artikel 2bis, en waarvoor een samenwerkingsovereenkomst wordt gesloten als vermeld in artikel 7bis. Art. 4. § 1. Als personeelslid in gewezen DAC-statuut kan worden beschouwd: 1° een personeelslid dat op de dag van inwerkingtreding van dit besluit met een arbeidsovereenkomst verbonden is met de vereniging en tewerkgesteld is in het “Derde Arbeidscircuit” of; 2° een personeelslid dat overeenkomstig de door Toerisme Vlaanderen bepaalde modaliteiten een in 1° bedoelde persoon vervangt die voor de inwerkingtreding van dit besluit uit dienst trad. De aanwerving van dit nieuw personeelslid moet gerealiseerd zijn binnen een termijn van 6 maanden te rekenen vanaf de dag van de maand die volgt op de uitdiensttreding. Art. 5. Wanneer het personeelslid waarvoor de subsidie wordt toegekend, een personeelslid in gewezen DACstatuut is, dan moet de verwijzing naar het derde arbeidscircuit in zijn arbeidsovereenkomst geschrapt worden. Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
12
13 De minister bepaalt de nadere modaliteiten met betrekking tot de aanpassing van deze arbeidsovereenkomst Art. 6. De subsidie voor een personeelslid als vermeld in artikel 3, 1°, mag niet leiden tot of oorzaak zijn van het ontslag van een personeelslid van de vereniging. Art. 7. §1. De subsidie moet met een ter post aangetekende brief, een fax of elektronisch worden aangevraagd, op voorwaarde dat de aanvrager van de geadresseerde een ontvangstbewijs krijgt. De aanvraag moet worden gericht aan Toerisme Vlaanderen, en bevat de volgende documenten: 1° een ingevuld inlichtingenblad, dat door Toerisme Vlaanderen ter beschikking wordt gesteld; 2° in voorkomend geval, de arbeidsovereenkomst tussen het personeelslid en de vereniging of een beschrijving van de selectie- en aanwervingsprocedure; 3° het arbeidsreglement van de vereniging; 4° de aanwijzing van het sociaal secretariaat; 5° een functieomschrijving van de tewerkstelling; 6° als de vereniging voor haar tewerkstelling overheidssubsidies van een andere instelling dan Toerisme Vlaanderen ontvangt, de vermelding van die andere subsidiërende overheidsinstelling of overheidsinstellingen, alsook de subsidiebedragen die de instellingen toekennen. §2. Zodra de aanvraag volledig is, bezorgt Toerisme Vlaanderen de aanvraag samen met een voorstel van samenwerkingsovereenkomst aan de minister. Art. 7bis. Toerisme Vlaanderen sluit met de vereniging, op basis van de toekenning van de minister, een samenwerkingsovereenkomst. Daarin worden onder meer de toeristisch-recreatieve taakstelling van de personeelsleden waarvoor subsidies worden toegekend en de evaluatiecriteria van de overeenkomst gespecificeerd. De looptijd van de samenwerkingsovereenkomst bedraagt maximaal drie jaar. Die periode kan na evaluatie en binnen de budgettaire middelen verlengd worden met periodes van maximaal drie jaar. Art. 8. De subsidie wordt verleend voor de loonkosten van het personeelslid dat effectief door de vereniging is tewerkgesteld. Voor de personeelsleden als vermeld in artikel 3, 1° en 2°, bedraagt het subsidiepercentage 100% van de loonkosten. Voor de personeelsleden als vermeld in artikel 3, 3°, bedraagt de subsidie 80% van de loonkosten. Die loonkosten kunnen de volgende kosten omvatten: 1° het brutoloon; 2° de werkgeversbijdrage; 3° de bijdrage voor het woon-werkverkeer, begrensd tot de algemene wettelijke voorzieningen; 4° het wettelijke enkel en dubbel vakantiegeld; 5° het wettelijke vakantiegeld bij uitdiensttreding; 6° de eindejaarspremie; 7° de arbeidsongevallenverzekering; 8° de kosten voor de arbeidsgeneeskundige dienst; 9° de kosten voor het sociaal secretariaat. De subsidie voor die loonkosten kan per jaar niet meer bedragen dan het brutojaarloon x 1,53. In geval van uitdiensttreding wordt dat maximumbedrag vermeerderd met het wettelijk vakantiegeld bij uitdiensttreding. Het brutoloon dat voor subsidie in aanmerking wordt genomen, wordt berekend op basis van de loonbarema's zoals vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in het desbetreffende paritair comité, en rekening houdend met de beschikbare begrotingskredieten. Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
13
14 Bij het ontbreken van loonbarema’s zoals vastgesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst, die in het desbetreffende paritair comité zijn gesloten, kan Toerisme Vlaanderen de loonbarema’s van een ander paritair comité als basis nemen voor de berekening van het brutoloon dat voor subsidie in aanmerking wordt genomen. De loonkost mag niet al geheel of gedeeltelijk subsidieerbaar zijn op grond van een andere wet of een ander decreet of besluit. Art. 9. Wanneer het personeelslid slechts deeltijds tewerkgesteld is, of wanneer het personeelslid door de vereniging niet gedurende een geheel kalenderjaar tewerkgesteld wordt, wordt het bedrag van de subsidie overeenkomstig aangepast. HOOFDSTUK III. – Uitbetaling Art. 10. §1. Het eerste kwartaal van het kalenderjaar keert Toerisme Vlaanderen een voorschot uit ten belope van 40% van het subsidiebedrag. Het derde kwartaal van het kalenderjaar keert Toerisme Vlaanderen een tweede voorschot uit ten belope van 40% van het subsidiebedrag, voor zover een volledige bewijsvoering van de effectieve tewerkstelling van het voorgaande kalenderjaar en een overzicht van de betaalde loonkosten is ingediend. Het saldo van 20% wordt betaald in november, nadat Toerisme Vlaanderen de verantwoording van de bewijsstukken van de eindafrekening van het vorige kalenderjaar heeft goedgekeurd. Voor 1 april van het jaar dat volgt op het jaar dat in aanmerking genomen wordt voor subsidiëring, bezorgt de vereniging aan Toerisme Vlaanderen de bewijsvoering van de effectieve tewerkstelling van de gesubsidieerde personeelsleden en een overzicht van de reëel betaalde loonkosten. Zodra Toerisme Vlaanderen de bewijsvoering heeft goedgekeurd, berekent het definitieve subsidiebedrag en kent het dat bedrag toe aan de vereniging. Voor 1 november van het jaar dat volgt op het jaar dat in aanmerking genomen wordt voor subsidiëring, brengt Toerisme Vlaanderen de vereniging op de hoogte van het definitieve subsidiebedrag. §2. Voor subsidies die worden toegekend in de loop van het kalenderjaar, bepaalt Toerisme Vlaanderen een betalingskalender voor de voorschotten tot het einde van het eerste kalenderjaar en deelt die aan de begunstigde vereniging mee. Als de samenwerkingsovereenkomst in de loop van het kalenderjaar afloopt, bepaalt Toerisme Vlaanderen in het begin van het kalenderjaar in samenspraak met de begunstigde organisatie de timing voor de voorschotregeling en eindafrekening. Art. 11. Wanneer de vereniging meer voorschotten heeft ontvangen dan het definitieve subsidiebedrag, dan vordert Toerisme Vlaanderen het verschil terug of brengt het verschil in mindering van het eerstvolgende voorschot. Wanneer de vereniging minder voorschotten heeft ontvangen dan het definitief subsidiebedrag, dan betaalt Toerisme Vlaanderen dit verschil uit samen met de uitbetaling van het eerstvolgende voorschot. Art. 12. Als de begunstigde niet meer voldoet aan de bepalingen van dit besluit, kan de minister de verdere uitbetaling van de subsidie schorsen of stopzetten en in voorkomend geval aan Toerisme Vlaanderen de opdracht geven om de al uitbetaalde subsidies geheel of gedeeltelijk terug te vorderen. Art. 12bis. Overeenkomstig artikel 4 van het decreet van 19 december 2003 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004, stemt de aanvrager door een subsidieaanvraag in te dienen ermee in dat Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
14
15 Toerisme Vlaanderen aanvullende informatie en documenten met betrekking tot de werking van de vereniging kan opvragen en ter plaatse inspecties uitvoert om zich ervan te vergewissen dat de bepalingen van dit besluit nageleefd worden. HOOFDSTUK IV. – Slotbepalingen Art. 13. Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad. Art. 14. De Vlaamse minister, bevoegd voor het toerisme, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
15
16
4.2
Bijlage 2
4 APRIL 2007. - Ministerieel besluit tot bepaling van de richtlijnen op basis van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 houdende de toekenning van subsidies aan toeristische verenigingen voor de tewerkstelling van personeelsleden (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 21 mei 2007) De Vlaamse minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme, Gelet op het decreet van 19 december 2003 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004, inzonderheid op artikel 4, vervangen bij het decreet van 22 december 2006; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 houdende de toekenning van subsidies aan toeristische verenigingen voor de tewerkstelling van personeelsleden, inzonderheid op artikel 2bis, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2007; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juli 2004 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2004, 23 december 2005, 19 mei 2006 en 30 juni 2006 en 1 september 2006; Gelet op het advies GSM/MVW/07/0156 van de Inspectie van Financiën, gegeven op 20 maart 2007, BESLUIT: Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder het besluit van de Vlaamse Regering : het besluit van de Vlaamse Regering van 4 juni 2004 houdende de toekenning van subsidies aan toeristische verenigingen voor de tewerkstelling van personeelsleden. Art. 2. § 1. Bij uitdiensttreding van het personeelslid in gewezen DAC-statuut wordt de subsidie, vermeld in artikel 3, 1°, van het besluit van de Vlaamse Regering, stopgezet. Een subsidie voor dezelfde tewerkstelling moet opnieuw worden aangevraagd en moet passen in de richtlijnen, vermeld in artikel 3, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering. § 2. De functie van het personeelslid, vermeld in artikel 3, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering, moet passen binnen tewerkstelling in projecten met een directe meerwaarde voor het toerisme in Vlaanderen, die aansluiten bij het beleid van de Vlaamse minister, bevoegd voor het toerisme, of van de Vlaamse Regering. Het project moet bij voorkeur van belang zijn op Vlaams of regionaal niveau en zo zorgen voor een breder draagvlak voor meer kwaliteit in het toeristische beleid. Ook de inbedding van het tewerkstellingsproject in een door Toerisme Vlaanderen erkend strategisch plan of een toeristisch actieplan op Vlaams niveau is wenselijk. Met behoud van de toepassing van het eerste lid moet de functie van het personeelslid passen in : 1° tewerkstelling in projecten om de netwerking tussen de diverse toeristische actoren tot stand te brengen of verder te verzekeren; 2° tewerkstelling in projecten ter bevordering van de duurzaamheid of de toegankelijkheid van het toeristische product; Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
16
17 3° tewerkstelling in projecten ter bevordering van het fiets- of wandelproduct en in het bijzonder de coördinatie van die projecten; 4° tewerkstelling in het kader van evenementen met toeristisch belang of internationale uitstraling; 5° tewerkstelling in innovatieve en vernieuwende projecten met een tijdelijk karakter die een impuls geven aan toerisme en recreatie in Vlaanderen. De subsidie heeft als doelstelling om de opstartfase succesvol af te ronden; 6° tewerkstelling in kenniscentra; 7° tewerkstelling in het kader van een kwalitatief toeristisch onthaal. Art. 3. § 1. Overeenkomstig artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering, wordt het brutoloon dat voor subsidie in aanmerking wordt genomen, berekend op basis van de barema's, vermeld in de collectieve arbeidsovereenkomst die gesloten is in het desbetreffende paritair comité. Als de vereniging in een hoger loon voorziet voor het personeelslid, is het verschil ten laste van de vereniging. Overeenkomstig artikel 8, zesde lid, van het besluit van de Vlaamse Regering kan Toerisme Vlaanderen, in samenspraak met de vereniging, de barema's van Paritair Comité 302 en 329 of de overheidsbarema's van provinciale en lokale besturen als basis nemen voor de berekening van het brutoloon dat voor subsidie in aanmerking wordt genomen. Toerisme Vlaanderen bepaalt, afhankelijk van de aard van de tewerkstelling, welke barema's gehanteerd worden. § 2. Voor personeelsleden als vermeld in artikel 3, 1° en 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering, zijn de volgende barema's van toepassing : 1° de barema's van Paritair Comité 329 voor de Vlaamse socioculturele sector; 2° de barema's van Paritair Comité 302 voor de horeca; 3° de overheidsbarema's van provinciale en lokale besturen. § 3. Voor personeelsleden als vermeld in artikel 3, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering, wordt de subsidie voor de loontoelage als volgt geplafonneerd : 1° voor de barema's in : a) Paritair Comité 329.01 (de socioculturele sector en de subsector sociocultureel werk) : 1) L1 voor universitair, masterniveau of gelijkgesteld; 2) B1c voor bachelorniveau of gelijkgesteld; 3) A2 voor administratieve functies, HSO-niveau of gelijkgesteld; 4) L4 voor arbeidersfuncties; b) Paritair Comité 302 (hotels en horeca) : 1) categorie IV voor arbeiders; 2) categorie VI voor bedienden; c) overheid (lokale en provinciale besturen) : 1) A111 voor universitair, masterniveau of gelijkgesteld; 2) B111 voor bachelorniveau of gelijkgesteld; 3) C111 voor HSO-niveau of gelijkgesteld; 2° een startanciënniteit van maximaal vijf jaar op basis van relevante ervaring; 3° geen opbouw van de geldelijke anciënniteit na de indiensttreding; 4° koppeling aan de index- en loonsverhogingen binnen het paritair comité. Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
17
18 Art. 4. § 1. De subsidie, vermeld in artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering, is de som van de loontoelage en de omkaderingstoelage. § 2. De loontoelage bedraagt maximaal 150 % van het brutojaarloon en is beperkt tot de werkelijke uitgaven ter betaling van : 1° het brutojaarloon; 2° de werkgeversbijdrage voor de RSZ; 3° het wettelijke enkele en dubbele vakantiegeld; 4° de eindejaarspremie. Werkuitkeringen worden in mindering gebracht. § 3. De omkaderingstoelage wordt forfaitair berekend, bedraagt 3 % van het brutojaarloon, en is bedoeld voor de uitgaven ter betaling van : 1° de bijdrage voor het woon-werkverkeer, begrensd tot de algemene wettelijke voorzieningen; 2° de arbeidsongevallenverzekering; 3° de kosten voor de arbeidsgeneeskundige dienst; 4° de kosten voor het sociaal secretariaat. Art. 5. Met behoud van de toepassing van de bepalingen in artikel 1 kan een personeelslid vervangen worden bij schorsingsperiodes, zoals ziekte, moederschapsverlof, loopbaanonderbreking of een arbeidsongeval, nadat het gewaarborgde loon opgebruikt is. De subsidie voor de vervanger wordt behandeld als en berekend volgens hetzelfde subsidiebarema als het barema dat geldt voor de titularis van de functie. De startanciënniteit van de vervanger wordt bepaald op 0 zonder de opbouw van de geldelijke anciënniteit na de indiensttreding. De functieomschrijving van de vervanger moet dezelfde zijn als die van de titularis van de functie. Elke wijziging in de functieomschrijving van de vervanger wordt beschouwd als een nieuwe aanvraag tot subsidie die moet passen binnen de richtlijnen die van toepassing zijn op een personeelslid als vermeld in artikel 3, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering. Art. 6. Bij vervanging van het personeelslid worden de voorschotten, vermeld in artikel 10 van het besluit van de Vlaamse Regering, berekend op basis van de titularis, tenzij er sprake is van een langdurige vervanging. Bij de berekening van het definitieve subsidiebedrag worden de reële prestaties van de titularis en de vervanger verrekend. Brussel, 4 april 2007.
G. BOURGEOIS
Infobrochure tewerkstellingsprojecten Toerisme Vlaanderen
18