Injectie in het oog bij macula oedeem Oogheelkunde
Inhoudsopgave Pagina 1. Inleiding
3
2. Oorzaken
3
3. Behandeling
3
Gebruik van geneesmiddel Avastin
3
Risico’s behandeling
3
4. Vooronderzoek
4
Injectie
4
5. Behandeling
4
Ingreep
4
6. Na de behandeling
4
Nazorg
4
Herbehandeling
5
Alternatief
5
Behandeling stoppen
5
7. Bereikbaarheid
5
6202i OOG.033/0714
2
1
Inleiding De oogarts heeft macula oedeem geconstateerd. Dit is een vochtophoping in het centrale gedeelte van uw netvlies. Uit oogheelkundig onderzoek, een netvliesscan (OCT) en een vaatfoto (FAG) blijkt dat u in aanmerking komt voor een injectie in het oog met Avastin.
2
Oorzaken Ophoping van vocht in het centrale gedeelte van het netvlies (de macula) kan verschillende oorzaken hebben: •
Macula degeneratie: Door het verouderingsproces (slijtage) kunnen er bloedvaatjes in en onder het netvlies ontstaan. Deze zijn van slechte kwaliteit, waardoor ze gemakkelijk bloed en vocht lekken. Het vocht hoopt op in het centrale gedeelte van het netvlies. Dit leidt tot een directe verstoring van het zien (minder scherpte en of vervorming). Op langere termijn ontstaat een onomkeerbare vermindering van de gezichtsscherpte door littekenvorming.
•
Diabetische retinopathie: Suikerziekte kan leiden tot afwijkingen in de bloedvaten van het netvlies. Vaten kunnen poreus worden, of verwijden. Hierdoor kan er vocht uit de bloedvaten lekken. Als het vocht in het centrale gedeelte van het netvlies zit (macula), heet dat macula oedeem. De vochtophoping kan de gezichtsscherpte verminderen.
•
Vaatafsluiting (trombose): Als een van de afvoerende vaten van het netvlies afsluit, knappen in het ergste geval alle vaten die daar op uitkomen. Dit veroorzaakt bloedingen in het netvlies en beschadiging van de bloedvaten. Hierdoor kan vocht lekken. Als het vocht midden in het netvlies zit, heet dat maculaoedeem. De gezichtsscherpte vermindert hierdoor. De vochtophoping is door middel van de behandeling te beïnvloeden.
3
Behandeling Er is vochtlekkage geconstateerd in het centrale gedeelte van het netvlies. Hierdoor is uw (centrale) zicht afgenomen, of het is zeer waarschijnlijk dat uw gezichtsvermogen in de nabije toekomst afneemt. De arts heeft u een behandeling met Avastin geadviseerd. Gebruik van geneesmiddel Avastin Het middel Avastin is ontwikkeld voor de behandeling van aandoeningen die gepaard gaan met vorming van nieuwe bloedvaten elders in het lichaam. Het geneesmiddel remt vaatnieuwvorming en vaatlekkage door het blokkeren van een belangrijke groeifactor: VEGF (Vascular Endothelial Growth Factor). Deze processen spelen ook bij verschillende oogziekten een belangrijke rol. Onderzoek heeft uitgewezen dat bij behandeling met VEGF-remmers vaatnieuwvorming en vaatlekkage in het oog afnemen. Bij veel patiënten leidt dit zelfs tot een verbetering van de gezichtsscherpte. Risico’s behandeling? Er zijn enkele risico’s bij het gebruik van Avastin: •
Het meest ernstig is een ontsteking in het oog (endophthalmitis). Bij minder dan een op de duizend injecties zijn de complicaties zodanig dat verlies van het oog voorkomt. Dit komt dus uiterst zelden voor. Uiteraard opereert de arts onder adequate steriele omstandigheden.
•
Allergie voor Avastin. Dit openbaart zich als een niet ernstige ontstekingsreactie in het oog.
•
Een bloeding in het oog, dit is niet ernstig en de bloeding lost vanzelf weer op.
6202i OOG.033/0714
3
4
Vooronderzoek Voor u aan deze behandeling met Avastin kunt deelnemen onderzoekt de arts uw ogen en maakt een FAG (vaatfoto) en een OCT-scan (netvliesscan). Hiermee krijgt de arts een beeld van de vaatnieuwvorming en de lekkage van vocht in het netvlies. Ook vindt beoordeling plaats of het oog gunstig zal reageren op de behandeling. Injectie De arts dient het middel Avastin (na verdoving) toe via een injectie in het oog. Dit gaat als volgt: •
U ontvangt in ieder geval drie injecties, met een minimale tussenpoos van vier weken.
•
Daarna vindt – afhankelijk van de situatie – herhaling plaats. Er is geen maximum aan het aantal behandelingen.
•
Aan de hand van een netvlies scan (OCT), en soms van een foto (FAG) kijkt de arts of nog een injectie plaatsvindt. Als er geen lekkage meer is te zien, dan is geen nieuwe injectie meer nodig. U heeft altijd een controleafspraak.
5
Behandelingsdag U meldt zich op het poliklinisch behandelcentrum. U hoort de afspraaktijd minimaal een week van tevoren. Let op: de afspraaktijd is niet gelijk aan de behandelingstijd, het oog wordt vooraf gedruppeld. Ingreep De oogarts verricht de behandeling onder goede steriele omstandigheden op het poliklinische behandelcentrum. Na enkele druppels in het oog (verdoving), wordt de huid ontsmet met betadinejodium. U krijgt een doekje over het gezicht en door het aanbrengen van een ooglidspreider blijven de oogleden tijdens de behandeling open. De arts plaatst de Avastin injectie in het oog. Dit is niet pijnlijk, u voelt alleen wat druk aan het begin van de injectie. Daarna krijgt u gel in het oog en u mag uw eigen bril opzetten ter bescherming of de arts dekt het af met een doorzichtig kapje. Dit beschermt het oog in de buitenlucht zolang het is verdoofd. Thuis mag u het eventuele kapje verwijderen.
6
Na de behandeling Het advies is om niet zelf auto te rijden of te fietsen op de injectiedag, omdat u mogelijk minder zicht hebt. Uw oog kan de eerste 24 uur branderig aanvoelen. Soms is er na de injectie een bloeding (rode vlek) te zien op het oogwit. Dit kan geen kwaad en trekt na een aantal dagen weg. In de volgende gevallen neemt u direct (ook tijdens weekeinden of vakanties) contact met de (dienstdoende) oogarts op via het centrale nummer van het Amphia Ziekenhuis: (076) 595 50 00: •
als het oog pijn doet;
•
als het oog rood wordt;
•
als het zien wezenlijk verslechtert.
Nazorg De dag van de injectie kunt u het beste rustig aan doen. In de dagen daarna zijn er geen beperkingen. U kunt gewoon bukken, tillen en sporten. Als de behandeling aanslaat, ziet u effect na twee tot drie weken. U heeft na de injectie altijd een nieuwe afspraak met uw oogarts, ofwel voor een vervolginjectie na vier tot zes weken, of voor een controle afspraak na ongeveer drie tot vier weken op de polikliniek.
6202i OOG.033/0714
4
Herbehandeling Het geneesmiddel Avastin blijft meestal nog vier weken na de injectie in het oog aanwezig. Vaak vindt nogmaals behandeling plaats, in overleg met de oogarts. Alternatief Er zijn nog een aantal andere (anti-VEGF) medicijnen op de markt voor deze oogheelkundige toepassing. Op medische indicatie kan overgegaan worden op een ander middel. Behandeling stoppen U beslist zelf of u deze behandeling wilt ondergaan. Als u besluit de behandeling te stoppen, dan blijft u uiteraard onder controle van uw eigen oogarts. 7
Bereikbaarheid Heeft u – nu of op enig ander moment – vragen of zorgen over de behandeling, neem dan contact op met uw oogarts, of zijn/haar medewerkers. Oogartsen, Amphia Ziekenhuis Breda/Oosterhout •
Locatie Langendijk:
(076) 595 1077
•
Locatie Pasteurlaan:
(0162) 32 74 46
6202i OOG.033/0714
5