Inhoud • Internationale Dag van de Palliatieve Zorg • Leerbericht: Morfine in combinatie met een slechte nierfunctie • Verpleegkundigen voortaan permanent aanwezig in Hospice Nijkerk • Waar haal jij je kennis over euthanasie vandaan? • Symposium spirituele zorg • Netwerk Op Maat • Netwerk palliatieve zorg Eemland en WDH MN gaan samenwerken • Luisterlijn opgeheven • VTZ Soest-Baarn waarschijnlijk naar Hospice De Luwte • Mentaal welbevinden en levensvragen • Agenda Redactioneel! Netwerk palliatieve zorg Eemland op twitter Na een voorjaar met veel reuring en de eerste Platformbijeenkomst van het netwerk in mei, ligt nu de derde nieuwsbrief van dit jaar voor je. Wil je altijd op de hoogte zijn van de laatste ontwikkelingen op het gebied van de palliatieve zorg? Volg het netwerk dan voortaan ook op twitter via @npzeemland. Een goede zomer gewenst! Greet van der Zweep Coördinator Netwerk Palliatieve Zorg Eemland
Internationale Dag van de Palliatieve Zorg De Internationale Dag van de Palliatieve Zorg (IDPZ) is op zaterdag 13 oktober 2012. Doel van de dag is het vergroten van de kennis over palliatieve zorg bij patiënten en hun naasten. Het thema van de IDPZ 2012 is ‘In gesprek over leven en dood’. In gesprek kan zijn met jezelf, patiënten, lotgenoten, collega’s of mantelzorgers. Door in gesprek te gaan, kun je kennis overdragen, maar ook je beeldvorming aanpassen. Hoe kijk je bijvoorbeeld zelf tegen de dood aan? Praat je erover met je collega’s of met patiënten? Voor het woord ‘dood’ is bewust gekozen. Het thema moet direct duidelijk zijn en we willen geen taboesfeer creëren. Daarnaast heeft een grote groep patiënten aangegeven informatie te willen over afscheid nemen en het stervensproces. Als zorgverlener kun je op je eigen afdeling op 13 oktober aandacht vragen voor dit thema. Op de site van Agora staat een overzicht van mogelijkheden om met iemand in gesprek te gaan over dit onderwerp. http://www.idpz. nl/Portals/2/IDPZ%202012%20In%20gesprek%20over%20leven%20en%20dood_%20middelen%20om%20in%20 gesprek%20te%20gaan.pdf
Leerbericht: Morfine in combinatie met een slechte nierfunctie Een actuele casus van het Palliatieteam Midden Nederland (PTMN), door Miep de Putter, consulent PTMN en verpleegkundige hospice Heuvelrug. Voorgeschiedenis: Meneer is rond de 70 jaar. Hij is thuis, wordt door zijn vrouw en de thuiszorg verpleegd. Hij lijdt aan hartfalen, inmiddels terminaal. Daarbij heeft hij een gestoorde nierfunctie met een klaring van 27 ml/min. De huisarts
schat zijn levensverwachting op een paar weken. Hij kan nog een beetje eten en drinken. Medicatie innemen (cardiale medicatie en antidiuretica) lukt ook nog wel. Meneer haalde zijn kracht in het leven uit de harmonie binnen zijn gezin. Hij heeft een euthanasiewens, maar is daar nu nog niet aan toe. Zijn wens op dit moment is om niet kortademig te zijn. Hij kan nog uit bed komen en in de stoel zitten, maar meer beweging zit er niet meer in. Sinds drie dagen is de kortademigheid flink toegenomen. Hij kreeg daarvoor 12 mcgr Fentanyl pleister opgeplakt en 2 liter zuurstof. Omdat het gewenste effect uitbleef heeft de huisarts 6 dd 2,5 mgr morfine sc. aan de medicatie toegevoegd. Dat helpt voldoende. Directe aanleiding voor dit consult Omdat morfine verlichting van dyspnoe geeft, zou een pomp praktischer zijn voor de thuiszorg. De vraag is dan hoeveel morfine er per 24 uur gegeven moet worden. Werkhypothese Dyspnoe op basis van terminaal hartfalen waarbij morfine effectief is. Gestoorde nierfunctie. Advies Blijf de diuretica als onderhoudsmedicatie geven. Aangetoond is dat diuretica tot in het terminale stadium verlichting van dyspnoe bij hartfalen kunnen geven. Morfine is het meest effectieve middel bij de medicamenteuze behandeling van dyspnoe. Op welke wijze morfine dyspnoe verlicht, is niet duidelijk. Er is geen onderzoek gedaan naar de effectiviteit van andere opioïden (bijvoorbeeld fentanyl, oxycodon, hydromorfon of methadon) bij de behandeling van dyspnoe. Het is aannemelijk maar niet bewezen dat deze middelen ook effectief zijn bijbehandeling van dyspnoe (pagina 281 Palliatieve Zorg, Richtlijnen voor de Praktijk, 2010) http://www.iknl.nl/page.php?id=3146&nav_id=304 . Morfine wordt uitgescheiden door de nieren, Fentanyl niet. Wat dat betreft is Fentanyl hier dus een goede keuze om te proberen. Bij deze meneer blijft het gewenste effect helaas uit. Daarom wordt met de Fentanyl gestopt. Bij elke opioïdrotatie bestaat kans op overdosering. Daarom is het in dit geval aan te raden om in principe terug te gaan tot 75% van de equianalgetische dosis. (voor meer informatie: zie pagina 548 Richtlijnenboek). Meneer krijgt 12 mcgr Fentanyl = 10mgr morfine sc. en 6 dd 2,5 mgr sc. = 15mgr, in totaal 25 morfine equivalent per 24 uur. De berekende hoeveelheid morfine zou dus op 75% van 25 mgr = 18-20 mg/24uur) uitkomen. MAAR… Gezien de gestoorde nierfunctie (onder de 50ml/min moet je oppassen!) is een continue toediening van morfine niet raadzaam. Er bestaat dan een risico op geleidelijke stapeling van de morfine met een verhoogd risico op ontwikkeling van bijwerkingen zoals sufheid en delier. Daarom is het advies om 5 mgr. morfine sc. te geven en te wachten tot er weer benauwdheidklachten optreden voordat de volgende injectie wordt gegeven. De vraag is natuurlijk of dat mogelijk is voor de thuiszorg. Als blijkt dat meneer een paar dagen achter elkaar dezelfde dosis nodig heeft, kan er overgegaan worden naar een pomp met diezelfde 24 uurs dosering. Vervolg Twee dagen later is er nog een consult over deze meneer. Hij krijgt inmiddels 3 tot 4 dd 5 mgr morfine sc., maar is daarbij toch nog benauwd en onrustig. Hij eet niet meer en drinkt minimaal. De arts is ervan overtuigd dat er geen sprake is van een delier. Er is geen urine retentie of obstipatie. De onrust wordt effectief behandeld met 2 dd 2 mgr lorazepam. Meneer is wekbaar, maar reageert niet adequaat. Omdat meneer onrustig is en niet adequaat reageert, is het goed mogelijk dat hij toch een delier aan het ontwikkelen is. Er wordt een DOS (Delirium Observation Screening) schaal http://www.pallialine.nl/richtlijn/bijlage.php?bijlage_ id=1 of http://www.psychiatrienet.nl/oudesite/files/DOS_vragenlijst_en_invulinstructie.doc.pdf gestuurd en een verwijzing naar de richtlijn wel en niet medicamenteus handelen bij delier. Verder wordt geadviseerd te zorgen dat er haldol bij de hand is voor het geval de arts alsnog een delier zou indiceren. Omdat meneer niet meer adequaat reageert en dus de SCEN arts niet te woord kan staan, is euthanasie uitgesloten. De arts wil overgaan op sedatie omdat meneer te benauwd én onrustig is. Omdat de morfine niet verhoogd kan worden, is er sprake van een refractair symptoom en kan er gestart worden met sedatie. Het doel daarvan is niet ‘diep in slaap brengen’, maar de midazolam zo te titreren dat de benauwdheid dragelijk is. Als er toch sprake blijkt te zijn van een delier moet de haldol ook tijdens de sedatie gecontinueerd worden, net als de morfine. Morfine en haldol mogen in één spuit. Het Palliatieteam Midden Nederland is 24/7 bereikbaar op 088-755 5555.
Verpleegkundigen voortaan permanent aanwezig in Hospice Nijkerk De verpleegkundigen in het hospice Nijkerk waren vanaf de opening in december 2008 overdag aanwezig op de zorgmomenten, dat wil zeggen: tijdens de verzorging van de gasten en op de medicatiemomenten. Bij vier gasten waren ze het grootste gedeelte van de dag aanwezig en de rest van de tijd bereikbaar. ’s Nachts was er een wakkere verpleegkundige aanwezig. Het kwam soms voor dat er aanvragen waren van terminale patiënten met een complexe zorgvraag, bij wie 24 uurs aanwezigheid van een verpleegkundige noodzakelijk was. In een enkel geval kon dit gerealiseerd worden, maar steeds voor een beperkte periode van een paar weken, vanwege de belasting op het team verpleegkundigen. In enkele gevallen moesten we de patiënten doorverwijzen naar andere hospices, als 24 uurs inzet niet gerealiseerd kon worden. Daarnaast signaleerden de coördinatoren dat het een aantal gasten en naasten een veiliger gevoel zou geven als er voortdurend een professional in het hospice aanwezig zou zijn. Na besprekingen met Amaris Arkemheen, de werkgever van de verpleegkundigen, is in februari 2012 groen licht gegeven voor 24 uurs inzet! In april zijn twee extra verpleegkundigen in dienst genomen en vanaf 1 mei is gestart met continue aanwezigheid van verpleegkundigen in het hospice. Op deze manier hoeven gasten met een complexe zorgvraag niet doorverwezen te worden naar een ander hospice, wordt de continuïteit van zorg geborgd en is er altijd een professioneel aanspreekpunt voor de gasten en hun naasten in het hospice aanwezig, hetgeen het hun gevoel van veiligheid bevordert.
Waar haal jij je kennis over euthanasie vandaan? Doe mee aan het V&VN-onderzoek http://net.mwm2.nl/go.aspx?vp=7D681491-9B6D-4F7B-8EE3-60F510471263 over de zorg rond het levenseinde en euthanasie. V&VN gebruikt de uitkomsten om de informatievoorziening over dit thema te verbeteren. Uit onderzoek http://www.venvn.nl/Actueel/tabid/1454/ctl/Details/ArticleID/6691/mid/2969/Extra-scholing-rond-levenseindegewenst.aspx blijkt dat verpleegkundigen en verzorgenden behoefte hebben aan informatie over de wet- en regelgeving op het terrein van euthanasie en zelfdoding. De zorg verandert, er komen steeds meer ouderen die vaak complexe zorg nodig hebben. Ook meer en langere zorg rond het levenseinde hoort daarbij. Denk hierbij aan: palliatieve zorg, palliatieve sedatie, wilsverklaringen, euthanasieverzoeken en/of stoppen met eten en drinken. Veel verzorgenden en verpleegkundigen krijgen hiermee te maken. V&VN hoort graag van jou hoe je het liefst geïnformeerd wordt over dit onderwerp en over de rol van verpleegkundigen en verzorgenden. Doe mee met het onderzoek, vul de enquête in! http://net.mwm2.nl/go.aspx?vp=7D681491-9B6D-4F7B-8EE360F510471263 Het invullen van de vragenlijst kost ongeveer 5 minuten.
Symposium spirituele zorg Sinds eind 2010 is een werkgroep actief van de netwerken palliatieve zorg in de regio Utrecht. Deze werkgroep richt zich op de bewustwording van medewerkers in de palliatieve zorg over spiritualiteit als essentieel onderdeel van palliatieve zorg. Het afgelopen jaar heeft de werkgroep het bestaande scholingsaanbod over dit onderwerp in beeld gebracht. Er is nadrukkelijk voor gekozen om geen nieuwe cursussen of materialen te ontwikkelen, omdat er al veel is op dit gebied. Je moet het alleen wel weten te vinden. Daarom heeft de werkgroep de scholingsvarianten verzameld in het boekje Zicht op Zin http://www.netwerkpalliatievezorg.nl/Portals/65/documenten/A5_zicht_op_zin_V3.pdf dat op 12 april tijdens het symposium Zicht op Zin gepresenteerd is. Kijk voor meer informatie, het verslag en de presentaties van het symposium op de website van het netwerk (Rechterkolom) http://www.netwerkpalliatievezorg.nl/eemland/Zorgverleners/Deskundigheidsbevordering.aspx
Netwerkzorg Op Maat Heb je al eens gekeken op www.netwerkzorgopmaat.nl? Dé site waarop alle informatie over palliatieve zorg is gebundeld, gevuld met landelijke en regionale informatie en gekoppeld aan de gevestigde richtlijnen-sites. Inmiddels staat ook onze regionale informatie op de website! Mocht je vanuit je eigen organisatie nog informatie hebben die je op de website wilt zetten, geef dit dan door aan de netwerkcoördinator Greet.vanderzweep@ beweging3.nl. Met elkaar kunnen we Netwerkzorg Op Maat verder uitbouwen.
Netwerk palliatieve zorg Eemland en WDH MN gaan samenwerken Het netwerk palliatieve zorg Eemland en de werkgroep deskundigheidsbevordering huisartsen Midden Nederland (WDH MN) hebben afspraken gemaakt over samenwerking op het gebied van scholing aan huisartsen. Concreet betekent dit dat de werkgroep van de WDH in Eemland en de werkgroep van het netwerk met elkaar in overleg gaan over de thema’s die aan bod moeten komen en de manier waarop daar invulling aan gegeven moet worden. Er vindt inhoudelijke afstemming en samenwerking plaats. De regelen van accreditatie, het versturen van de uitnodigingen en de PR worden beter gestroomlijnd. De grote winst voor beide partijen is dat overlap in het scholingsaanbod wordt voorkomen en kennis uit beide terreinen wordt gebundeld!
Luisterlijn opgeheven Ondanks verwoede pogingen om de Luisterlijn Palliatieve Zorg te behouden, is de Luisterlijn in mei opgeheven. Vanuit het idee dat er bij Universitair Centrum voor Chronische Ziekten Dekkerswald een palliatief centrum zou komen, is destijds de Luisterlijn Palliatieve Zorg naar het UMC St Radboud in Nijmegen gehaald. In maart werd echter bekend dat de realisatie van dit palliatief centrum vanwege de bezuinigingen niet doorgaat. Daarom is het niet meer haalbaar de Luisterlijn in het St. Radboud te behouden. Het onderbrengen van deze voorziening bij een andere organisatie is niet gelukt. Patiënten en naasten die vragen hebben over palliatieve zorg in de brede zin van het woord, kunnen terecht bij zorgverleners of kijken op de website van het netwerk.
VTZ Soest-Baarn waarschijnlijk naar Hospice De Luwte De vrijwillige terminale thuiszorg (VTZ) was in Soest en Baarn sinds jaar en dag ondergebracht bij het Rode Kruis. Al bij de start van Hospice De Luwte was er contact met de coördinator vtz en werd er gesproken over de mogelijkheid de vtz te koppelen aan het hospice. In 2010 nam de coördinator VTZ afscheid en is gezocht naar een nieuwe coördinator. Dit is echter niet gelukt. Intussen waren er gesprekken met het Rode Kruis om te bekijken of deze zorg overgeheveld kon worden naar het hospice. Daar leek het echter nog te vroeg voor. Vanuit het Rode Kruis is nu de vraag gekomen of het hospice deze zorg wil gaan leveren. Enerzijds omdat er geen coördinator is en nog maar vier vrijwilligers, anderzijds omdat men erachter kwam dat ook de vrijwillige terminale thuiszorg aan steeds meer eisen moet voldoen. Bij het hospice is de know how daarvoor al grotendeels aanwezig en geborgd. Het Rode Kruis en De Luwte hebben nu afgesproken dat het hospice de haalbaarheid zal onderzoeken en bij een positieve conclusie de vrijwillige terminale thuiszorg voor de gemeenten Soest en Baarn op zeer korte termijn gaat verzorgen.
Mentaal welbevinden en levensvragen. Vilans heeft een brochure ontwikkeld over mentaal welbevinden en levensvragen. De brochure gaat in op vragen als: wat is mentaal welbevinden, hoe kun je eraan werken en wie zijn daarbij betrokken? De antwoorden staan in de specifieke context van de zorg thuis. Als zorgverlener/-aanbieder ben je immers te gast in het leven en in de omgeving van de cliënt. Werken aan mentaal welbevinden blijkt een startpunt voor innovatie te zijn: het is een kernpunt voor goede zorg en goede samenwerking in de buurt. Visievorming op dit vlak draagt bij aan ondernemerschap en identiteit van de zorgorganisatie: welke rol spelen we in de samenleving, wat kunnen we betekenen voor onze cliënten en voor onze partners, wat ondernemen wij en met wie willen wij ons verbinden? Eens te meer blijkt dat aandacht voor mentaal welbevinden geen extraatje is, maar juist het hart vormt van de zorg. Zorgorganisaties die zich op dit vlak deskundig, geïnspireerd en ondernemend tonen, geven mee vorm aan een waardevolle toekomst van de zorg thuis. http://www.webwinkelvilans.nl/smartsite.dws?id=141596&goback=%2Egde_3286724_member_118245980
Agenda