Inhoud Inleiding > 7 Hoofdstuk 1: De heilige Geest en onze identiteit > 15 Hoofdstuk 2: De heilige Geest en onze roeping > 45 Hoofdstuk 3: De heilige Geest en onze ervaring > 77 Hoofdstuk 4: De heilige Geest en onze karaktervorming > 113 Hoofdstuk 5: De heilige Geest en evangelisatie > 139 Hoofdstuk 6: De heilige Geest en de wereld > 167 Hoofdstuk 7: De heilige Geest en de kerk > 199 Conclusie > 228 Bibliografie > 230 Register > 236 Over de Alpha - cursus > 240
Inleiding
Wie zijn we, en waarvoor leven wij? Dit zijn de meest fundamentele vragen die wij onszelf kunnen stellen. In de eenentwintigste eeuw tref je overal in de samenleving verwarde mensen aan, die niet weten wie zij zijn of wat het doel van hun leven is. We worden steeds mobieler – zowel sociaal als geografisch gezien – en dat is een groot goed. Dit biedt immers mogelijkheden waarvan onze grootouders nog niet eens durfden te dromen. Maar veel mensen zijn mede daardoor ontworteld, altijd onderweg, nooit helemaal zeker waar ze thuishoren. Het ontbreekt ons tegenwoordig niet aan uitvindingen die ons werk uit handen nemen, en middelen om ons te amuseren terwijl we de tijd verdrijven met surfen op internet, dvd’s bekijken of eindeloos zappen langs de tientallen tv-zenders die ons ter beschikking staan. We moeten voortdurend vermaakt worden, en tot op zekere hoogte kan dat plezierig zijn, maar het kan ook leiden tot rusteloosheid, oppervlakkige tijdsbesteding en een frustrerend gebrek aan zin of richting. Velen missen zo ieder gevoel van identiteit en laten zich dag aan dag met de stroom meevoeren, terwijl ze er geen idee van hebben waarvoor ze hier op aarde zijn. Zo worstelen zij zich door een leven van vervlakking en vervreemding, of zelfs van permanente depressie. Terwijl aan de andere kant het kennen van je eigen identiteit en je taak in het leven een enorme stap in de richting van een zinvol en bevredigend leven kan betekenen. De zekerheid dat je weet wie je bent, waar je wortels liggen en bij wie je hoort, < 7 >
een geest van overvloed
samen met de vaste overtuiging dat je leven een doel heeft, en dat je weet welk doel dat is, geeft een stabiliteit en zekerheid om jaloers op te zijn. In dit boek proberen we op deze vragen van identiteit en zin in te gaan vanuit een belangrijk christelijk idee: de theologie van de heilige Geest, oftewel de pneumatologie. Dat is een theologie die we in de eenentwintigste eeuw hard nodig hebben. De huidige samenleving heeft grote behoefte aan samenhang en een diep beleefde gezamenlijkheid en doelgerichtheid. Het uiteenvallen van het voormalige Oostblok in de jaren negentig, de religieuze conflicten die de veiligheid in de wereld sinds de opkomst van de militante islam op zijn grondvesten heeft doen schudden, de al maar toenemende kloof tussen arm en rijk, dat alles maakt dat wij ons pijnlijk bewust zijn van verdeeldheid en gebrek aan harmonie. Dit alles resulteert niet alleen in een zoektocht naar gezamenlijke waarden en normen (die in een onomkeerbaar pluralistische samenleving waarschijnlijk onmogelijk te vinden zijn), maar ook naar een diepere gezamenlijke spiritualiteit, een gevoel van zachtmoedigheid, vrede, geduld en mildheid jegens elkaar. Het zal duidelijk zijn dat we hiermee bij de klassieke christelijke gaven van de Geest uitkomen. Voor een christen is de heilige Geest de bron van alle gemeenschap en samenhang. Er gaat bijna geen kerkdienst voorbij of de gelovigen bidden niet alleen om de genade van onze Heer Jezus Christus en de liefde van God, maar ook om de ‘eenheid met de heilige Geest’. In het Nieuwe Testament zien we duidelijk dat het een werk van de Geest is om dat wat anders een verbrokkelde chaos zou zijn tot een ‘eenheid in verscheidenheid’ te maken. De eenheid van de Geest betekent geen uniformiteit, maar een harmonie waarbij de verschillen naast elkaar bestaan – precies wat onze verdeelde wereld en kerk nodig hebben. < 8 >
inleiding
Bovendien hebben we met een ecologische crisis te maken. De bekende Engelse natuurfilmer David Attenborough zei laatst: ‘Ik ben niet meer sceptisch. Ik twijfel er helemaal niet meer aan. Ik geloof dat klimaatverandering de grootste uitdaging is waarvoor de wereld van vandaag staat.’ Een van de centrale thema’s in de bijbelse pneumatologie is dat van de Geest die ‘over het water zweeft’ (Genesis 1:2) en ‘de aarde een nieuw gelaat geeft’ (Psalm 104:30). De ervaring van de Geest is een voorproefje, een waarborg of een eerste vrucht in het hier en nu van de nieuwe schepping die er op een dag zal zijn. Het christelijk geloof belijdt in alle vrijmoedigheid dat de heilige Geest de hoop voor de toekomst van de aarde is – dat we niet zonder hulp hoeven te proberen onze planeet te redden. We mogen samenwerken met de Geest van God die het leven en de kracht geeft die nodig zijn om onze beschadigde aarde te vernieuwen. Tegelijkertijd heeft de kerk, zeker die in West-Europa, grote behoefte aan een nieuwe start. Oog in oog met schandalen, ethische en theologische ruzies en getalsmatige achteruitgang, heeft de kerk een nieuwe golf van de Geest nodig om kans te maken om te overleven en zich te vernieuwen. Dat zal echter wel een beweging moeten zijn die breder inzet dan een charismatisch elan dat de verschillende tradities van de kerk opnieuw bezielt. Het is zoals de Anglicaanse aartsbisschop Rowan Williams onlangs zei: ‘Het is het werk van de Geest dat het lichaam van Christus geneest, niet de plannen of verklaringen van welke groep of persoon of middel tot eenheid dan ook.’ De kerk heeft sterk behoefte aan een frisse wind van de Geest die alles nieuw maakt. Ook de theologie heeft de Geest nodig. We weten allemaal hoe droog en saai de theologische studie kan zijn, en tot hoeveel onenigheid die kan leiden. Een theologie in de Geest, zoals die bijvoorbeeld de Griekse kerkvaders (uit de eerste eeuwen van de kerk) voor ogen stond, is anders. Daar is de Geest niet zozeer < 9 >
een geest van overvloed
onderwerp van theologisch onderzoek, maar juist degene die een betrokken, eerbiedig theologisch onderzoek mogelijk maakt. Immers, Hij is het die een relatie tot stand brengt met de God over wie wij met ons verstand nadenken. Met andere woorden: willen wij de theologie van de Geest werkelijk serieus nemen, dan zal die ons onmiddellijk op het terrein van de ontmoeting brengen – de intieme nabijheid van het leven en de liefde die het hart van de drie-enige God vormen, en dat niet alleen in theorie, maar ook in de praktijk en in onze ervaring. Dan heeft onze theologie de kans om levend te worden binnen die ervaring, en niet erbuiten. Een theologie van de Geest dient niet alleen een zaak van het verstand, maar ook van het hart te zijn. De overvloedige Geest De gedachte achter de titel van dit boek behoeft enige uitleg. De oorspronkelijke, Engelse titel luidt: ‘The Prodigal Spirit’. Dat is een variant op de gebruikelijke Engelse benaming van de gelijkenis van Jezus die wij als ‘de verloren zoon’ kennen: ‘The Prodigal Son’, de ‘overvloedige’ (of in dit geval ‘verkwistende’) zoon. Het verhaal zal bekend zijn. Een zoon verlaat het huis van zijn vader en gaat naar een ver land. Nadat hij zijn deel van de erfenis verspeeld heeft, keert hij berooid naar zijn vader terug, die hem warm welkom heet en omarmt. Het kan wat merkwaardig overkomen om over de ‘verkwistende’ Geest te spreken, maar we zullen nog zien dat er allerlei dwarsverbanden zijn tussen dit verhaal en de theologie van de Geest. Ook de Geest gaat uit van de Vader naar een ver land in een wereld die zijn goddelijke Vader de rug heeft toegekeerd. Ook de Geest deelt overvloedig uit van wat Hij heeft, al is het niet op een roekeloze manier, maar enkel vrijgevig; Hij geeft in ruime mate van de goede dingen die Hij van de aanwezigheid van de Vader krijgt. Ook Hij keert terug naar de liefdevolle ‘omarming’ die uit < 10 >
inleiding
het hart van de Vader opkomt. Een ander, dieper, verband tussen de Geest en het verhaal van de verloren zoon en zijn vader wordt later in dit boek zelf besproken, maar wat we hier hebben gezegd is al genoeg om van een positieve ‘verkwisting’ als kenmerk van het werk van de Geest te spreken. De heilige Geest trekt ons en de hele schepping tot de kennis van de liefde van God, die bestaat in de liefde tussen de Vader en de Zoon. De Geest verenigt ons met Christus, zodat wij zelf iets van de liefde van de Vader voor de Zoon kunnen proeven. Het leven van een christen, het leven in de Geest, betekent dan ook leven in deze liefde, van dag tot dag leven in het rijk van de liefde van God. Wanneer we voor het eerst in die ruimte gaan leven, dan vinden we een nieuwe identiteit als mensen die in Christus door de Vader geliefd zijn. Ook vinden we een nieuw doel voor ons leven: ons klaarmaken voor de nieuwe schepping, die Jezus door zijn woorden en daden aangekondigd en geïnitieerd heeft, en waarvan de heilige Geest een voorproefje en een vooruitblik is. Alleen door een goed inzicht in en ervaring van de liefde van God in Christus door de Geest, kunnen we het juiste besef van identiteit en roeping terugvinden. Voor dit boek heb ik veel gehad aan de opmerkingen en bespiegelingen van de vele mensen met wie ik er in de afgelopen jaren over gesproken heb. Ik dank met name Pete Bellenger, Tom Weinandy, David Ford, Charles Foster, Mark Knight, Rob McDonald, James Orr, Ken Costa en Nicky Gumbel. Ook mijn collega’s aan het St Paul’s Theological Centre, bij Holy Trinity Brompton en aan het St Mellitus College hebben gezorgd voor een fantastisch stimulerende omgeving om aan theologie te doen. Ik ben in het bijzonder Jane Williams (van wie het idee voor de titel komt), Michael Lloyd, David Hilborn, Andrew Emerton, Stephen Backhouse, Ann Coleman en Lincoln Harvey dankbaar voor hun vriend< 11 >
een geest van overvloed
schap en bemoediging. Mede dankzij hen beleef ik veel plezier aan de theologie en aan mijn werk. Mijn speciale dank gaat ook uit naar Hector en Caroline Sants; het is in hun ruime en comfortabele bibliotheek dat een groot deel van dit boek geschreven is. Hun voortdurende gulheid, gastvrijheid en vriendschap betekent veel voor Janet en mij. Een deel van mijn werk houdt nauw verband met een plaatselijke kerk, die van Holy Trinity Brompton, een gemeente met de energie en dynamiek die ontstaan wanneer een hele stroom mensen, onder wie vele jongeren, Christus vinden en aangeraakt worden door de Geest door de Alpha-cursus die daar ontwikkeld is. Ik ben mij steeds bewust geweest van het grote voordeel om theologie te mogen beoefenen in een omgeving die nauw verbonden is met het leven van de gemeente. Dat helpt om de theologie eerlijk te houden, doordat het voortdurend dwingt om te vragen naar de samenhang met de verhalen van hen die ontdekken en beleven wat het is om met de Geest te leven, en naar de relevantie en de bruikbaarheid voor het kerkelijke leven. Dit boek is in ieder geval mede ontstaan te midden van en vanuit het zien en ervaren van het werk van de heilige Geest binnen Holy Trinity Brompton en het wereldwijde Alpha-netwerk. Het is geen officiële ‘Alpha-theologie’, maar eerder een reeks theologische bespiegelingen die opgekomen zijn door de betrokkenheid bij deze bijzondere kerk en dit bijzondere werk. Op het moment van schrijven hebben zo’n 15 miljoen mensen de cursus gevolgd en hebben meer dan 50.000 kerken hem gegeven, in alle mogelijke vormen en kerkgenootschappen. Wat we vandaag de dag nodig hebben, is misschien niet alleen een theologie van de heilige Geest, maar ook een theologie die in de heilige Geest beoefend wordt. Theologie in de Geest zal een theologie zijn die beoefend wordt heel dicht bij de gemeenschap van de Geest, de tempel van God, het lichaam van Christus waarin de Geest verkiest om Christus bekend te maken. < 12 >
inleiding
Het is een voorrecht om in een dergelijke omgeving te mogen studeren, werken en bidden, en ik dank God daarvoor. Het gebed ‘kom, heilige Geest’ is een van de oudste gebeden van de kerk. Het is ook een gebed dat bij Holy Trinity Brompton vaak en met veel verwachting gebeden wordt, evenals in veel vergelijkbare kerken en bij de Alpha-cursus overal op de wereld. In zeker opzicht is dit boek een uitleg van wat we mogen verwachten wanneer we dit gebed oprecht en serieus bidden. Wanneer u dit boek leest, is het mijn gebed dat de Geest inderdaad mag komen, zodat u zult begrijpen wat er staat op punten die juist zijn, maar ook zodat u het weer snel zult vergeten wanneer ik ernaast zit. Tot slot hoop ik dat de Geest u een nieuw besef van identiteit en zin zal geven, die groeien waar we de liefde van God leren kennen die ons en de hele schepping transformeert tot dat waartoe wij altijd al bestemd waren.
< 13 >