NUMMER
MEBIN
ENCI
INHOUD
2 EDITORIAAL Boodschap van B. DONCEEL
3 VISIE 2008 Veiligheid is topprioriteit
3 AGGREGATEN Gralex. Nieuwe grote machines in Quenast Philippe César neemt de leiding van Carrières LEMAY PAES. Ombouw installatie Kieswerk Maas-Roeloffs
5 BETON INTER-BETON. Safety Award voor de centrale in Tessenderlo T&T systeem bij MEBIN en INTER-BETON IINTER-BETON / CBR. Vernieuwing van een waterproductiecentrum
8 BETON PRODUCTIEPROCES 10 B EROEP
Laborant
12 RUBRIEK VEILIGHEID 14 C EMENT
Lixhe. De oudere operators geven de fakkel door Functiewissels bij Maastricht Antoing. Twintig jaar in het teken van alternatieve materialen Harmignies. De modernisering verloopt voorspoedig Klant. Lareco
LEMAY
PAES
RECYFUEL
3
JULI - augustus 2006
H E T I N T E R N E M A G A Z I N E VA N H E I D E L B E R G C E M E N T B E N E L U X
CBR
GRALEX
COLUMN
Veiligheid kent geen tijd ! Ik was een jaar of tien en om de andere zondag ging ik met mijn vader naar de thuiswedstrijd van onze voetbalclub kijken. Als onze club had gewonnen vloog ik van de tribune, klom over een muurtje van 80 cm, rende het veld op en probeerde net zoals al die andere kleine supporters één van mijn voetbalhelden bij wijze van felicitatie een schouderklop te geven. Onze club speelde nota bene in de eredivisie (red. de hoogste klasse van de nationale competitie), er waren geen hekken, geen hooligans en de veiligheid werd gegarandeerd door een stuk of tien suppoosten. Als u morgen in uw auto stapt, doet u uw veiligheidsgordel om, en uw airbag staat meteen voor u op springen. Onderweg naar uw werk rijdt u langs talrijke veiligheidsaffiches en wordt u door veiligheidscamera’s geregistreerd. Op het werk zelf is het al niet veel anders, veiligheidshelm, veiligheidsbril, veiligheidsschoenen, veiligheidsvoorschriften om niet te spreken van veiligheidsfunctionarissen. Was het vroeger dan zoveel veiliger? Verre van. Elke periode heeft zowat haar eigen visie op veiligheid. En vandaag… is dat niet anders voor HeidelbergCement Benelux! Beste lezers en collega’s, In eerste instantie bent uzelf verantwoordelijk voor uw eigen veiligheid. Stel dus alles in het werk om uw dagtaak in de grootste veiligheid te kunnen uitvoeren. Want veiligheid is inderdaad ieders zaak! Dynamike
Cement. Toegevoegde waarde creëren voor onze klanten U heeft misschien al gehoord over het project “Customer Value Added (CVA)” dat geïnitieerd is en ondersteund wordt door Daniel Gauthier vanuit de Vorstand van HeidelbergCement. Dit project is een upgrade van de com merciële en marketingstrategie die erop gericht is de marge van het bedrijf te optimaliseren door het creëren van toegevoegde waarde voor de klant.
H
eidelbergCement Benelux heeft als pilotregio de taak om als eerste binnen de Groep concepten uit te werken als basis voor de strategie voor haar cementactiviteiten.
Met dit opbouwende project willen wij onze bijdrage leveren om weer een positieve drive te geven aan HeidelbergCement Benelux. Het project ligt ook diep in de organisatie en wordt uitgevoerd door een brede vertegenwoordiging van de commerciële afdeling. Het zal de positie en het imago van CBR en ENCI op de markt verbeteren en geeft een sterk signaal na de periode van herstructurering die in heel wat Europese landen heeft plaatsgevonden. Sinds januari bestuderen wij, met de hulp van de Boston Consulting Group (BCG), enerzijds de marktsituatie en anderzijds de belangrijkste behoeften van onze klanten in de Benelux. Door deze tweeledige analyse moeten we onze commerciële positie kunnen verstevigen, of het nu om producten, prijzen of diensten gaat. We werken op drie niveaus: op klantenniveau met account plans (gebaseerd op klantenbehoeftes en onze belangen), op segment niveau met segmentplannen (analyse van tendensen van een klantengroep en het bepalen van een aangepaste strategie), en met een overkoepelende marktstrategie. Tevens worden nieuwe tools ontwikkeld, zoals een Customer Relation Management (CRM), een geïnformatiseerd systeem om deze processen te implementeren en de doorvertaling naar de praktijk te ondersteunen.
SSC Finance: daar gaan we! In het Shared Service Center Finance werken medewerkers die uit de cement- en betonsector komen en hebben gewerkt in de vestigingen en centrales van de oude Western Europe-organisatie. Een deel van het team is gevestigd in Brussel, een ander deel in Den Bosch. Om de teamgeest te verstevigen, die dé sleutel tot succes is voor het welslagen van de afdeling, werden op 31 mei en 1 juni jongstleden ontmoetingsdagen georganiseerd tussen collega’s van hetzelfde gebouw. In Brussel werd een cursus jembe georganiseerd terwijl in Den Bosch een partij boerengolf werd gespeeld.
Aan dit nummer hebben meegewerkt: Brigitte Albers (Mebin), Pierre Daemen (Paes), Georgy Eggermont (Inter-Beton/Mebin), Sara Lemestré (Benelux), Jean-Pierre Martin (Gralex), Cécile Moreau (Benelux), Nicole Rokx (Benelux), Pascale Wauters (Benelux) Verantwoordelijke uitgever: Pascale Wauters - Terhulpsesteenweg 185 - 1170 Brussel Tel.: 0032.2.678.33.53 - Fax: 0032.2.678.33.55 - pascale.wauters@heide bergcement.com Coördinatie: Sara Lemestré Layout en realisatie: CHRIS - Communication Agency
Ook het hoofstuk organisatie krijgt de nodige aandacht. Hierbij gaat het niet over de organisatiestructuur, maar wel over taakverdelingen die worden aangepast aan de importantie van de klant en het segment. Het uitwerken van de concepten gaat gepaard met onmiddellijke implementatie van wat reeds klaar is, zo zijn er reeds achttien accountplans uitgewerkt en geïmplementeerd, en drie segmentenplannen zo goed als klaar. Hiermee voorkomen we dat het een boekjesverhaal wordt, zonder praktische waarde. Saillant detail: het CVA-project was een agendapunt van de laatste Vorstandsmeeting en is tevens door Daniel Gauthier gepresenteerd op de recente Senior Management Meeting van HeidelbergCement. De conclusie is dat, waar mogelijk, dezelfde aanpak zal worden doorgevoerd.
Boudewijn Donceel Director Sales Cement Operations
De nieuwe Visie 2008 benadrukt het belang van veiligheid. Onze prestaties op veiligheidsgebied optimaliseren, betekent in eerste instantie dat wij de gezondheid van onze werknemers beter moeten beschermen. “Na periodes van herstructureringen en veranderingen, werd het voor de HC Benelux organisatie noodzakelijk om nieuwe doelstellingen en prioriteiten vast te leggen”, legt de General Manager Heidelberg Cement Benelux, André Jacquemart, uit. “Met dit doel voor ogen, heeft het Management Team grondig nagedacht over de te volgen strategie die vervolgens werd vertaald in de Visie 2008.”
De Visie 2008 rust op vijf pijlers Integratie Medewerkers Leadership Veiligheid Continue verbetering
“In deze Visie geven we topprioriteit aan veiligheid”, benadrukt André Jacquemart. “Als we goede prestaties leveren op het gebied van veiligheid, beperken we de risico’s op het werk en kunnen we de gezondheid van onze medewerkers in de cementbedrijven, betoncentrales en groeves beter beschermen. We hebben hier nog een lange weg af te leggen.”
Drie hoofdlijnen Wij willen dat de Benelux op het gebied van veiligheid DÉ referentie wordt binnen onze industrie. Om dit te verwezenlijken, zullen er actieplannen worden uitgewerkt rondom drie hoofdlijnen. Allereerst onze installaties en het productieapparaat. Ten tweede onze beheerssystemen op het gebied van veiligheid. En als laatste bewustwording en gedrag. In de verschillende activiteiten gaan we een veiligheidsbewuste mindset en hierbij passend veilig gedrag actief promoten. “Mijn boodschap is zeer duidelijk”, onderstreept André Jacquemart. “Het Management Team zal zeer veel aandacht besteden aan de prestaties op veiligheidsgebied. Om de doelstellingen te realiseren, zullen de nodige middelen natuurlijk per geval worden geanalyseerd. Wij rekenen op de medewerking van het management en de medewerkers in de operaties om betere resultaten te boeken. Hierbij is de inzet van iedereen van essentieel belang.” In dit nummer vindt u een sticker ter illustratie van onze Visie 2008 en haar 5 pijlers.
Gralex vervangt de vrachtwagens waarmee in de groeve wordt gewerkt, normaal gesproken wanneer ze er 20.000 werkuren op hebben zitten. De dumpers die in de groeve van van de laders zullen daarom ook Quenast in gebruik zijn en begin minder hoog zijn; jaren negentig op de occasionmarkt • Omdat dumpers met een werden gekocht, hebben deze capaciteit van 60 ton frequenter limiet overschreden. Hoogste tijd voorkomen, zijn de vervangingsdus om deze dumpers te dumpen. onderdelen makkelijker en tegen een lagere prijs beschikbaar. Gralex heeft van de gelegenheid “De vijf dumpers werden tussen 1 en gebruikgemaakt om de capaciteit 30 april in bedrijf genomen”, legt ons van deze toestellen aan te pasde operator, Marc Delfosse, uit. “Wij sen aan de huidige productiehoehebben er een uitgebreide opleiveelheid van de groeve: 10.000 ding voor gevolgd zodat wij deze ton/dag. Daarom werd de voorkeur toestellen veilig kunnen besturen. De gegeven aan toestellen met een besturing van deze machines is veel capaciteit van 60 ton in plaats van soepeler. Om nog maar te zwijgen 80 ton. De andere factoren die over hun comfort! Het zijn heel hebben gewerkt in het voordeel betrouwbare toestellen waarover we van dumpers van 60 T, waren de erg tevreden zijn.” volgende:
AGGREGATEN
VISIE 2008 Veiligheid is topprioriteit
Gralex. Nieuwe grote machines in Quenast
• Het investeringsbedrag (2,5 miljoen euro) is minder hoog; • De toekomstige investeringen die nodig zijn voor de vervanging
Philippe César neemt de leiding van Carrières Lemay Philippe César, 48 jaar oud en vader van vier kinderen, is burgerlijk ingenieur, die in 1981 zijn diploma behaalde aan de “Faculté Polytechnique de Mons”. Hij werd afgelopen mei benoemd tot afgevaardigd bestuurder van Carrières Lemay. Zijn voorganger, Michel Lemay, die dit familiebedrijf in 1982 aan CBR verkocht maar het bedrijf sindsdien wel verder bleef besturen, wordt voorzitter van de Raad van Bestuur. Philippe César begon zijn carrière bij CBR in 1992 en had tot eind 2003 de leiding over de cementfabrieken
van Mons, Harmignies, Gent en Antoing. Hierna ontfermde hij zich over de strategie en vervolgens over de inkoop en investeringen van CEM-BENE. Zijn functie bij Carrières Lemay is voor hem een uitdaging. “Ik werk met zeer gemotiveerde kaderleden en ploegbazen. Alle medewerkers zijn zeer loyaal aan het bedrijf”, zegt Philippe trots.
Paes. Ombouw installatie Kieswerk Maas-Roeloffs In december 2005 was de exploitatie Mühlenfeld volledig uitgebaggerd waardoor Paes genoodzaakt was om de oude afgraving Birgelfeld weer in gebruik te nemen en de transportbandinstallatie met scheprad en dragline te verplaatsen.
AGGREGATEN
Bij de ombouw moesten de volgende installaties worden verplaatst van Mühlenfeld naar Birgelfeld (een afstand van circa 2 kilometer):
De ombouw verliep volgens plan van 13 januari tot 16 februari 2006. Voor de demontage en de montage werden vijf externe medewerkers ingehuurd. Voor het verladen van het materieel waren een 250-tons en een 60-tons kranen nodig.
1. De zuiger met een gewicht van 40 ton 2. Het complete scheprad met een gewicht van 58 ton 3. T wee transportbandinstallaties met een totale lengte van 250 meter 4. Drukleidingen met een totale lengte van 400 meter 5. E en 10 KV transformatorhuis Voor het transport moest er een nieuwe weg van 300 meter langs het bedrijfsterrein worden aangelegd, evenals drie betonfundamenten voor de transportbandinstallaties en het scheprad. De nieuwe weg werd al in de winter/voorjaar 2005 aangelegd en de medewerkers van Paes maakten medio 2005 nieuwe betonfundamenten. De nieuwe stroom- en stuurkabels van de elektrische installatie werden door de elektricien van het bedrijf in de herfst van 2005 gelegd.
Stenen uit onze groeves voor de Belgische luchthavens Grote werkzaamheden zijn momenteel aan de gang in de luchthavens van Gosselies en Bierset. Gralex levert er aanzienlijke hoeveelheden granulaten. Laten we wat dieper ingaan op deze niet-alledaagse werken die een hoge productiecapaciteit en leveringstempo vereisen.
Gosselies
NUM. 3 - JULI-AUGUSTUS 2006
Beschrijving van de werkzaamheden • Bouw van een luchthaventerminal die 3 miljoen passagiers kan verwelkomen • Infrastructurele werkzaamheden: aanleg van een parking voor vliegtuigen (twaalf plaatsen voor de Boeing 747) en toegangswegen tot de landingsbanen • Aanleg van een parking voor 5.000 auto’s en aanleg van verbindingswegen met de omliggende rijkswegen
Soorten granulaten en geleverde hoeveelheden • 130.000 ton kalksteen, geleverd door de groeves van Monceau en Soignies • 45.000 ton porfier, afkomstig van de vestiging van Quenast
Planning De ingebruikname is voorzien in juli 2007.
Bijzonderheid De uitvoering van de werkzaamheden is niet echt gecompliceerd. Maar de aard van het terrein waar de werkzaamheden uitgevoerd moeten worden, is niet bepaald van goede kwaliteit. Zo bevindt er zich een ondergronds waterbekken waardoor de grond eerst bekalkt moet worden voordat het afwateringssysteem en de bouw van de opvangput (capaciteit: 100.000 m³) kan worden uitgevoerd.
Bierset Beschrijving van de werkzaamheden • Herstel- en aanpassingswerkzaamheden aan de hoofdbaan voor aansluiting van de A380 • Aanleg van de toegangswegen tot de landingsbanen • Aanleg van een vliegtuigparking van 10 hectaren • Uitbreiding van de luchthaven (bouw van een nieuwe inkomhall)
Soorten granulaten en geleverde hoeveelheden • 90.000 ton kalksteen, geleverd door de groeves van Hermallesous-Huy en Beez • 55.000 ton porfier vanuit Quenast
Planning De werkzaamheden zijn medio 2005 gestart en moeten binnen twee jaar zijn afgerond.
Bijzonderheid Tijdens de werkzaamheden aan de hoofdlandingsbaan werd de luchthaven niet gesloten. Het verkeer werd omgeleid naar de secundaire baan. De uitvoeringstermijn was daarom bijzonder kort. Aannemers en leveranciers hebben zich gedurende één maand dag en nacht uitgesloofd. Er werd een mobiele betoncentrale op de werf geplaatst zodat er continu kon worden geleverd.
“Porfier is het ideale gesteente voor de uitvoering van landingsbanen”, sluit Jan Horemans, technical marketing manager bij Gralex, af. “Porfier is bijzonder slijtvast en drukvast wat een vereiste is voor de duurzaamheid. Porfier wordt onder meer ook gebruikt als ballast voor spoorwegen, met inbegrip van de HSL-lijnen. Het is trouwens het enige gesteente dat beschikt over de benodigde technische eigenschappen voor dit soort toepassingen.”
Het Sint-Augustinus Ziekenhuis in Wilrijk (Antwerp) is onlangs gestart met de bouw van een nieuwe afdeling nucleaire geneeskunde. De bunker die de nucleaire stralingen van de bestralingstoestellen moet tegenhouden, vereist een speciaal, zwaar beton. De keuze is daarbij gevallen op barietbeton, geleverd door de betoncentrale Coeck uit Niel. Voor de bouw van start kon gaan, is er veel onderzoek gebeurd. Want het is geen alledaagse operatie. En er waren extra uitdagingen. De wanden van de bunker variëren in dikte van 80 centimeter tot 1,80 meter en er moet een betonnen dekplaat op komen. Goed voor samen 1200 m³ beton. Bovendien werd het bariet- beton gestort via een pompinstallatie.
Pidpa, een van de grootste waterbedrijven in de provincie Antwerpen, vernieuwt in zijn waterproductiecentrum in Grobbendonk de verluchters, de decantoren en de filters en bouwt er een nieuwe filterinstallatie. Omdat het beton moet dienen om drinkbaar water te kanaliseren, zijn er specifieke vereisten. Zo mag er geen uitloging zijn tussen het gebruikte materiaal en het drinkwater.
op basis van hoogovencement in combinatie met Tixo-superplastificeerder mag worden gebruikt voor reservoirs die langdurig in contact komen met drinkwater. Naar aanleiding van deze opdracht is in samenspraak met CBR beslist om als eerste in België het betontype te laten certificeren bij Belgaqua.
BETON
Nucleaire genees kunde in het ziekenhuis te Wilrijk
Pidpa vernieuwt water productiecentrum in Grobbendonk
De betoncentrale van Superheist leverde de 960 m³ beton.
In samenspraak met de ingenieurs van Pidpa, CBR en Inter-Beton is beslist om beton op basis van hoogovencement te gebruiken. Daarvoor zijn er enkele goede redenen. Een hoogovencement is minder basisch dan het vaak gebruikte portlandcement. Zo kan het beton in contact zijn met drinkwater. Onderzoek door de universiteit van Luik leert overigens dat beton
De Al Maktoum moskee: een niet-alledaags project In december 2005 werd aan Mebin-Rotterdam advies gevraagd om een beton samen te stellen voor een bijzondere constructie. Het betrof hier het storten van koepels (twee kleine en één grote) voor de Al Maktoum moskee in Rotterdam-Zuid. Het bijzondere was dat de betonmortel in het werk gebracht moest worden met een betonpomp en dat de bovenzijde (buitenzijde) van de koepel niet bekist zou worden.
onder forse helling kan worden gestort. Bij het samenstellen van deze betonmortel werd naast de invulling van de gebruikelijke sterkte en duurzaamheideigenschappen specifiek ontworpen op stabiliteit. Op deze wijze werd een “boetseer”-beton bij de klant aangeboden waarmee deze een fraai resultaat wist te behalen. De koepels worden (helaas!) op een later tijdstip aan de buitenzijde afgewerkt met metalen reliëfpanelen.
Het advies van Mebin-Rotterdam was dat dit uitstekend met Mebin Fibercrete (k)® uitgevoerd kon worden. De kunststof vezel geeft aan een goed samengesteld beton een zeer hoge stabiliteit waarmee beton
De doorsnede van de kleine koepels bedraagt ca. 5,50 m en een hoogte van 2,75 m. De grote koepel heeft een diameter van ca. 13,00 m en een hoogte van 6,60 m.
50 jaar Mebin! Mebin werd in november 1956 opgericht door de Nederlandse cementfabrikanten om hun betonmortelactiviteiten te bundelen.
BETON
De eerste betonmortelcentrales van de Mebin-organisatie waren van Befaro te rotterdam met een capaciteit van circa 100 m³ per uur, 23 “truckmixers” en ruim 30 medewerkers.
Safety Award voor de centrale in Tessenderlo
Geleidelijk werden de betonmortelbelangen van Mebin uitgebreid. Inmiddels zijn er 23 “eigen” centrales, met een capaciteit tot wel 220 m³ per uur, circa 200 truckmixers en ruim 400 medewerkers. In november bestaat Mebin 50 jaar! Dat zullen we niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Op zaterdag 25 november zal voor alle medewerkers een jubileumfeest worden georganiseerd.
poriment heet voortaan Isocrete Interbeton en Mebin zijn in de benelux de exclusieve leve ranciers van Isocrete, een licht isolerende uitvulmortel op basis van geëxpandeerd polystyreen (eps). Isocrete kan worden omschreven als isolatiebeton van de derde generatie, na Argex en Celmix.
De betoncentrale in Tessenderlo kreeg op 27 juni de Safety Award 2005. Het voorbije jaar heeft er zich geen enkel arbeidsongeval of verkeersongeval voorgedaan.
NUM. 3 - JULI-aUGUSTUS 2006
“We zijn zeer blij met deze award”, zegt plantmanager Guy Roeymans. “Elk jaar eindigen we hoog, maar het is de eerste keer dat we deze trofee winnen. Ook dit jaar is de betoncentrale in Tessenderlo een veilige werkplek.
We hechten veel belang aan de veiligheid en de gezondheid van onze werknemers. Daarom benadrukken we het belang van een nette en opgeruimde centrale. Want slordigheid veroorzaakt ongevallen.”
Ook kan het ver en hoog worden gepompt.
Andere voordelen van het product zijn: een eenvoudige en De ATG-keuring is aangevraagd snelle plaatsing, onbrandbaar, en de naam is gedeponeerd in ongediertebestendig, een snelle de Benelux. Het grote voordeel toegankelijkheid, milieuvriendevan Isocrete is dat het een lijk en het kan niet rotten. ultralicht (0 kg per m) isoleDe ultralichte uitvulmortel is bijrend product is met een geringe zonder geschikt voor isolerende belasting van de constructie. ondervloeren, uitvlakkinslagen, hellingsbeton en zelfs als dakuitvulling.
Een vol opleidingsjaar Nog enkele weken, en het opleidingsjaar september 2005 – augustus 2006 zit erop. En wat voor een opleidingsjaar! Ongeveer 6.000 opleidingsuren zullen voor de arbeiders van Inter-Beton georganiseerd worden. Dit betekent gemiddeld meer dan twee dagen per arbeider per jaar. Dit is 30% meer dan vorig opleidingsjaar.
wie?
Hoeveel medewerkers? welke opleiding?
Laboranten, mengmeesters en transportleiders 67 Laboranten en hulplaboranten 21 Chauffeurs 250 Laboranten Arbeiders Laboranten Chauf Chauffeurs Chauffeurs Arbeiders
16 7 14 43 10 4
Nieuwe Norm (door het FSBP georganiseerd) Toepassing van de nieuwe norm bij Inter-Beton Koken met Inter-Beton (uitleg over betonkwaliteit en diens vermelding op de leveringsbon) Train the trainer (opgeleid om de opleiding Koken met Inter-Beton te geven) Betontechnologie (bij de Belgische Beton Groepering) ITT (doorvoeren van testen in de context van de nieuwe norm EN206-1) Chauffeursopleiding Rijbewijs CE Opleiding om met de Isocretepomp aan de slag te gaan als pompmixerschauf pompmixerschauffer of als monteur
Toolbox-meeting in de betoncentrale van Roeselare
Flowcrete® voor chromosomen-patroon in schoon beton Duizenden stippen in reliëf. Ze sieren de buitenwanden van de collegezaal van de nieuwe medische faculteit van de universiteit Groningen die is ontworpen door Rau + Partners. Baukje Trenning is gevraagd een ontwerp te maken voor deze wanden van beton. De beelden die zij koos, verwijzen naar chromosomen en celdeling. Uitgevoerd in een subtiel reliëf variërend van 1 tot 5 millimeter zijn het beelden die er om vragen aangeraakt te worden.
Veiligheid en welzijn staan hoog aangeschreven, ook in de betoncentrale van Roeselare. Daarom zijn ze gestart met toolbox-meetings. Tijdens zo’n vergadering krijgen alle medewerkers informatie over veiligheid, gezondheid en milieu. Het onderwerp van de eerste toolbox-meeting was: hoe kun je gasflessen veilig opslaan en manipuleren? Bovendien kregen alle medewerkers een informatieblad over cement.
“De toolbox-meeting hebben we gestart op verzoek van de mede werkers”, zegt plantmanager Danny Lesage. De bedoeling is om regelmatig en na een arbeidsongeval een toolbox-meeting te organiseren. De eerstvolgende is gepland voor het najaar.
Mebin-Groningen leverde Flowcrete® voor dit project. Kijkend vanuit de hal naar de ingang van de collegezaal is een abstracte weergave van vrij zwevende celvormen te zien zoals je die door een microscoop waarneemt. Om de wanden goed te kunnen waarnemen als het gebouw straks in gebruik is, is een juiste verlichting noodzakelijk. Strijklicht laat het reliëf het mooiste uitkomen. De uitvoering van het betonreliëf was een hele klus, dat het vroor tijdens de uitvoering in januari 2006 hielp niet mee. De keuze van het juiste betonmengsel en het lossen van de enorme bekistingplaten met ingefreesde patronen van doorlopende horizontale lijnen luisterde erg nauw. In twee proefstorten is uitgevonden wat de juiste methode was.
T&T systeem bij Mebin en Inter-Beton Bij Mebin en Inter-Beton wordt op dit moment hard gewerkt om een systeem van “Tracking en Tracing” (T&T) in te voeren. Wat is T&T, hoe werkt het, wat zijn de beoogde voordelen en hoe verloopt het implementatietraject van het systeem?
Wat is T&T en hoe werkt het?
T&T is een geautomatiseerd systeem waarmee alle voertuigen gevolgd (tracking) en opgespoord (tracing) kunnen worden. Hierbij wordt gebruikgemaakt van GPS (Global Positioning System) om de exacte positie van elke truckmixer te bepalen.
Wat zijn de beoogde voordelen?
Het systeem is eerst en vooral een hulpmiddel om de transportmiddelen optimaal in te zetten: • Klanten kunnen exact geïnformeerd worden over het tijdstip dat de truckmixer op het bouwwerk arriveert; • Vertraging op de bouwplaats wordt ondubbelzinnig geregistreerd; • Het produceren van mengsels kan alvast worden gestart als zichtbaar is dat de truckmixer zich in de omgeving van de centrale bevindt; • Truckmixers kunnen via een routeplanner of via de centrale omgeleid worden als sprake is van filevorming of ongevallen; • Truckmixer en chauffeur kunnen eenvoudig gelokaliseerd worden in geval van een ongeval of andere noodsituaties; • Rijtijden en routes kunnen ondubbelzinnig gevolgd worden op afstand.
bij een aantal additionele functionaliteiten worden uitgetest die wenselijk bleken na het opdoen van de eerste ervaringen in Nederland. Het is de bedoeling om ook in België de implementatie af te ronden voor het einde van 2006.
Tot slot
Om de transportkosten te verlagen en te beheersen, is T&T van groot belang voor zowel Mebin als Inter-Beton. De introductie van T&T binnen Mebin en Inter-Beton heeft en zal nog veel inspanning vergen op verschillende plaatsen binnen de organisatie, maar zal uiteindelijk zeker leiden tot een nog efficiënter logistiek proces.
Het systeem is een hulpmiddel om de transportmiddelen optimaal in te zetten
Implementatie
Zowel binnen Mebin als Inter-Beton wordt hetzelfde systeem toegepast. In de tweede helft van 2005 zijn alle truckmixers van de vestigingen in Noord- en Zuid-Holland en Utrecht voorzien van het nieuwe systeem. De implementatie van het systeem bij de over ige vestigingen van Mebin zal in augustus 2006 zijn afgerond. Inter-Beton zal binnenkort opstarten met een test in Namen. In combinatie met een aantal specifieke zaken die voor het transport en de werkwijze in België van belang zijn, zullen hier-
PrODUCTIEPrOCES VaN BETON
NUM. 3 - JULI-aUGUSTUS 2006
BETON
n e m e n e t t i U
1. Uit rentabiliteitsover-
wegingen, om het milieu te beschermen en uit respect voor de omwonenden, worden de betoncentrales, waar mogelijk, langs waterwegen gevestigd. Bijgevolg wordt voor de aanlevering van de grondstoffen (zand en grind) voorrang gegeven aan het transport per schip. 2. Zand, granulaten, cement en water zijn de grondstoffen die nodig zijn voor de samenstelling van beton. afhankelijk van de behoeften van de klant, kunnen sommige hulpstoffen eveneens deel uitmaken van het recept.
3. Via de doseertrech-
ters, waarvan het aantal kan variëren naargelang de centrale, worden de grondstoffen in het productieproces ingezet.
3
1. 2.
6a. De grondstoffen worden in de menginstallatie gebracht, waar ze gemengd worden alvorens in de kuip van de mixerwagen gestort te worden. De mengtijd van de grondstoffen in de menginstallatie bedraagt een twintigtal seconden.
3.
5.
4. 6.
6a
7. 6b. Voor sommige betonsamenstellingen wordt het grind niet in de mengin-
6b
1-2
stallatie gebracht maar rechtstreeks via een by-pass systeem in de mixerwagen gedoseerd. Door deze techniek kan de productiecapaciteit worden verhoogd en ontstaat er minder slijtage aan de menginstallatie. Het water, dat voor de productie gebruikt wordt, is merendeels water dat gerecupereerd wordt uit de bezinkingsputten en gewonnen wordt op de gebetonneerde vloeren (regenwater of spoelwater van de vrachtwagens).
4. De transportband
brengt zand en grind naar de weeg- en menginstallaties. 5. In verschillende silo’s kunnen meerdere cementsoorten van verschillende kwaliteiten worden opgeslagen.
10.
4 9. afhankelijk van de
12.
11. 9.
8.
oppervlakte van de centrale en de topografie van het terrein, is de opstelling van de productie-installaties horizontaal of verticaal. 10. Ter bescherming van het leefmilieu worden alle installaties overdekt. 11. De capaciteit van de mixerwagens varieert van 6 tot 11 m³ in België en kan 13,5 m³ in Nederland bereiken. 12. Uit respect voor de omwonenden, wordt de geluidsoverlast en stofemissie maximaal beperkt. Daarom worden de transportbanden hetzij omkast, hetzij ondergronds aangelegd.
12
8 7. Het betonmortel wordt in 8. De behandeling van de
7
de truckmixers gedoseerd via een kleine trechter die zich aan de achterkan van de mixerkuip bevindt. De rotatiesnelheid van de kuip wordt verhoogd om het betonmortel naar binnen te laten lopen. Via spiralen wordt de mortel binnenin de mixerkuip gebracht. Tijdens de levering op de werf wordt de rotatierichting gewijzigd. Op de terugweg blijft de kuip in lege toestand draaien zodat het restbeton niet kan verharden. De mixerwagen wordt dagelijks gereinigd: de mixerkuip wordt regelmatig gespoeld.
grondstoffen brengt onvermijdelijk enige stofvorming met zich mee. Om eventueel grondstoffenverlies zo veel mogelijk te beperken, worden de opslagvakken van zand en grind afgescheiden door hoge wanden zodat de grondstoffen niet kunnen wegwaaien door de wind.
CBR Willy Minne, 48 jaar, werd in 1993 in dienst genomen bij CBR
NUM. 3 - JULI-AUGUSTUS 2006
10
LABORANT
BEROEP
Gent als rolbrug- en reserve kraanman.
Alomtegenwoordig in ons bedrijf, staan de laboranten garant voor de kwaliteit van onze producten. Zij zijn de laatste schakel tussen het productieproces en de klant. Zij voeren de fysische en/of scheikundige proeven uit, de drukproeven en granulometrische analyses. Niets ontsnapt aan hun alziend oog.
Na een interne sollicitatie kon hij in 2001 aan de slag als fysisch laborant in het laboratorium. “In het lab, dat in 2002 werd vernieuwd met de bouw van Molen B2, werken momenteel vijf personen”, zegt Willy. “Joris Schoon, verantwoordelijk voor de laboratoria van Gent en Antoing, Tony van Kenhove (chemisch lab), Jeffrey Casteels, Walter van de Woestijne en ikzelf (fysisch lab). In het labo zorgen we voor de dagelijkse analyses van de interne en externe kwaliteitsproeven die volgens vastgestelde CE- en Benornormen moeten worden uitgevoerd.
Nauwkeurigheid, precisie, orde, netheid, interne en externe klantvriendelijkheid, een oog voor veiligheid en stressbestendigheid zijn volgens mij de belangrijkste kwaliteiten van een laborant. Mijn functie is waarde vol: als laborant kunnen we continu bouwen aan een steeds betere kwaliteit van ons product en dus ook aan de tevredenheid van onze klanten.”
ENCI Rahfaed Abdul Hamid werkt sinds 1991 als laborant bij ENCI Rotterdam. Samen met Tjitrandjan Bisesar (“Bis” voor collega’s) is hij verantwoordelijk voor de mechanische en fysische proeven aan het cement van Rotterdam én IJmuiden. één keer per dienst neemt de Productie van elke molen een monster van het geproduceerde cement. Van die monsters bepalen Rahfaed en Bis de fijnheid, bindtijd en sterkte. “Om de bindtijd te bepalen maken we eerst een pasta van cement en water. Om de vijf minuten prikt een apparaat hier een gaatje in, totdat de pasta hard wordt. Zo kun je de bindtijd vaststellen. Ook moet elk cement op een bepaald moment een bepaalde sterkte hebben om aan de norm te voldoen. Elk cementmonster mengen we daarom met zand en water en we maken er vervolgens een mortelprisma (een blokje) van. Een aantal prisma’s wordt 24 uur bewaard en vervolgens gebroken. Zo bepaal je de eendaagse sterkte. Van de overige prisma’s wordt na 2, 7 of 28 dagen de sterkte bepaald. Een computer berekent de druksterkte van het cement aan de hand van de kracht die nodig is om het prisma te breken. Wanneer we afwijkingen signaleren in de streefwaarde van het cement, geven we dat direct door aan de chef. Dat betekent immers dat er afwijkingen in het cement zitten en dat kan weer leiden tot aanpassingen in het proces.”
CARRIÈRES LEMAY
David De Graeve, 29 jaar oud, is laborant bij Carrières Lemay. Hij controleert of granulaten voldoen aan de Europese normen die sinds twee jaar van kracht zijn. “Kwaliteitscontrole is van fundamenteel belang, want wanneer producten niet voldoen aan de Europese normen, mogen zij niet verkocht worden. Granulaten worden tweemaal gecontroleerd: tijdens de productiefase en bij het laden. Funderingsbreukstenen (dikke stenen die voor hydraulische werken bestemd zijn) worden alleen gecontroleerd bij het laden. Sinds de invoering van de Europese normen, is het analyse- en laboratoriumwerk er specialistischer op geworden. Wij voeren verschillende soorten fysische analyses uit. Zo analyseren we de afmeting, vorm en zuiverheid van de stenen. Meer complexe analyses, met name de chemische analyses, worden door externe laboratoria uitgevoerd. In 1999 werd ik laborant nadat ik daarvoor een interne opleiding had gevolgd. Samen met mijn twee collega’s voeren wij zo’n tien à vijftien analyses uit per dag. Het zijn voornamelijk korrelverdeling analyses door middel van een zeef om de afmeting van de granulaten te bepalen. Het is wel enigszins routinematig werk, maar het bevalt me omdat ik echt kan controleren wat er precies aan de klanten wordt geleverd.”
INTER-BETON in de centrale van Sint-Pieters-Leeuw. Al 15 jaar lang maakt hij de verschillende belangrijke ontwikkelingen mee in de wereld van het beton in het algemeen en Inter-Beton in het bijzonder. Bijvoorbeeld: de invoering in 1993 van de nieuwe Europese Benor norm, de oprichting in 2003 van de showroom in Sint-Pieters-Leeuw of de lancering van de esthetische betontypes zoals Colorcrete of Marmix. En meer recent, de invoering van de nieuwe EN206‑1 norm.
Maar bovenal is zijn beroep zijn passie en houdt hij van nauwkeurig en goed uitgevoerd werk. “Het werk van een laborant is een belangrijke job”, vertelt hij ons en voegt eraan toe dat hij verantwoordelijk is voor de kwaliteit van de producten die de groeve verlaten. René voert voornamelijk drie soorten controles uit: de korrelverdeling analyses, de zuiverheidscontroles en de afplattingscoëfficiënt. Soms voert hij ook de equivalentiecontroles van zand, de controles van breuksteen en andere gerichte controles voor specifieke klanten uit. Gelukkig voor hem gebeurt dit niet al te vaak.
Hij is kalm en kent zijn vak door en door. Zijn kwaliteiten ontwikkelen zich door te werken aan de rotsen, maar niet alleen met de rotsen van de groeve. René heeft namelijk een passie voor allerlei voet- en bergtochten. Hij heeft al een aantal vermaarde bergen beklommen: de Mont-Blanc en andere Alpen toppen, de Kilimanjaro, … en hij droomt al van Ecuador met zijn meer dan 6.000 meter hoge toppen! Wij wensen hem veel geluk toe!
“Volgens mij moet een laborant vorral zelfstandig kunnen werken en niet bang zijn om initiatieven te nemen”, zegt Erik. “Wanneer er problemen zijn op de bouwlocatie, krijgt de laborant te maken met de klachten. Het komt soms zelfs voor dat onze klanten op een aggresieve manier reageren. Af en toe vragen wij ons dan ook wel af wat de waarde is van ons werk. Toch doen wij er alles aan om iedereen zo goed mogelijk te helpen. Met mijn collega’s heb ik goede relatie. Bij een moeilijk uit te voeren betonsamenstelling kan ik altijd een beroep op hen doen, bijvoorbeeld. En in onze functie is het uitwisselen van ervaringen en ideeën belangrijk. En op mijn collega’s te kunnen rekenen is waardevol.”
neem ik een aantal monsters uit de truckmixers. Daarvan meet ik de druksterkte, duurzaamheid en verwerkbaarheid. Maar ik controleer bijvoorbeeld ook of het aangeleverde zand en grind wel voldoet aan de eisen van de norm. En ik kijk ook of de juiste hoeveelheden Sinds vijf jaar werkt hulpstoffen wel in de juiste tank worden Mohamed el Bouchaïbi als gevuld.” betonlaborant bij de MebinOf zo’n solofunctie niet eenzaam is? centrale Amsterdam-Zuid. “Nee hoor”, lacht Mohamed. “Ik heb “Alle centrales van Mebin hebben een contact met veel mensen. Zo spreek ik betonlaborant of een betontechnoloog dagelijks met de chauffeurs wanneer in dienst”, vertelt ons Mohamed el ik monsters neem. En als een klant Bouchaïbi. “Mijn dag begint met het bijvoorbeeld een bijzondere betonsainplannen van mijn werkzaamheden. menstelling wil hebben, neem ik contact Afhankelijk van de geplande productie, op met de betontechnoloog. Hij geeft
René Praile is 49 jaar oud, heeft 27 jaren dienstjaren en is een echte rotsfanaat.
“Andere, meer complexe analyses worden uitgevoerd in het centrale laboratorium van Quenast omdat wijzelf niet over de benodigde uitrusting beschikken. In Quenast worden de intrinsieke eigenschappen van het gesteente gemeten … en wordt ons werk gecontroleerd.”
Erik Engels, 36 jaar oud, is sinds 1991 laborant
MEBIN
Gralex
dan aan hoe ik de beste samenstelling kan berekenen. Met de fabriekschef heb ik contact als een klant in zijn proces problemen heeft met ons beton. Dan zoek ik naar een oplossing. Gelukkig heb ik een goed contact met de betontechnologen en betonlaboranten van de andere centrales. Niemand kan of weet immers alles en van elkaar kunnen we leren. Gelukkig is de sfeer en onderlinge samenwerking hier heel goed. Dat is belangrijk want dat bepaalt mede de kwaliteit van ons product. Ik wil iedereen daarvoor dan ook hartelijk danken!”
11
INTEr-BETON VEILIGHEID IS prIorITEIT!
MEBIN - VCa*
VEILIGHEID
rUBrIEK
HET nUT En DE nooDZAAk! In het vorige nummer van Dynamix werd de geschiedenis van het VCa-certificaat verteld. Het VCa-certificaat is een makkelijke manier om, aan de hand van vragen, bedrijven door te lichten op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Voldoet een organisatie aan de gestelde eisen, dan kan een VCa-certificaat worden behaald en dat is bijzonder handig!
NUM. 3 - JULI-aUGUSTUS 2006
Op 18 en 19 mei werd de veiligheid met alle plantmanagers van de verschillende districten besproken. De dagen daarna was dit in alle centrales te merken. Wat zijn de acties? • Helmdraagplicht op de centrale; • Elk ongeval moet grondig worden geanalyseerd; • Op een levensgrote tekening van een medewerker in de centrale moet de plaats van het letsel worden aangeduid; • Elke centrale vermeldt bij de ingang zijn statistieken: aantal dagen zonder arbeids- en verkeersongevallen;
VCa is niet alleen bedoeld om de medewerkers een veilige werkplek aan te bieden. Op deze manier kan aan de opdrachtgevers ook makkelijk worden aangetoond dat Mebin op een groot aantal punten voldoet aan eisen op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu. Zo wordt dus voorkomen dat Mebin allerlei acties moet ondernemen om veiligheid, gezondheid en milieu in haar proces te waarborgen. Dat is immers al geregeld.
• Elke maand dient de veiligheidsposter opgehangen en besproken te worden;
Uit het nut van het certificaat is tevens de noodzaak van het “hebben” geboren. Vanwege het gemak, stellen opdrachtgevers eenvoudigweg het beschikken over het VCacertificaat als voorwaarde voor een contract. Ook de arbeidsinspectie stelt een VCa-certificaat op prijs omdat op deze manier de meeste verplichtingen vanuit de arbo-wet goed geregeld zijn.
Het doel voor 2006 is een daling van de frequentiegraad met 10% ten opzichte van 2005. Dat kan nog worden gerealiseerd.
*VCA: Veiligheids- Checklijst Aannemers.
1
De veiligheid van de medewerkers mag op geen enkele manier in het gedrang komen. De informatieavonden die eind vorig jaar in elke centrale werden gehouden, waren een eerste stap. Maar hiermee ga je niet plotseling veiliger werken.
Beez heeft net een periode van 400 dagen achter de rug waarin geen enkel ongeval te betreuren viel
• Elke werknemer moet zijn persoonlijke beschermingsmiddelen krijgen en tekenen voor ontvangst van deze beschermingsmiddelen en de bijgevoegde instructies; • Duidelijke informatie verschaffen over veel voorkomende ongevallen.
GraLEx x VEILIGHEID GEZIEn Door DE brIL VAn DE CHEf VAn EEn VESTIGInG: EEn AnDErE kIJk op één VAn DE prIorITEITEn VAn GrALEx Jean-Michel Van Peteghem, chef van de vestiging in Beez, vertrouwt ons toe dat het begrip “veiligheid” in de loop der jaren erg is veranderd. “25 jaren geleden moesten we alleen maar produceren”, zegt hij. “In de loop der jaren, is het bedrijf zich bewust geworden van de beroepsrisico’s en hebben we een preventiebeleid ingevoerd. De resultaten van de frequentie en ernstgraad verbeterden zienderogen. Wij zijn erin geslaagd de directe arbeids- ongevallen sterk te verminderen. Wij constateren de laatste tijd echter een lichte achteruitgang in de statistieken. Maar de ongevallen die vandaag de dag gebeuren, worden met name veroorzaakt door verkeerd gedrag. Zij zijn het moeilijkst op te lossen omdat gewerkt moet worden aan de houding en het gedrag van de medewerkers.
En dat is niet makkelijk te veranderen. We moeten er permanent aan werken om veiligheid een integraal onderdeel van het dagelijks werk te laten zijn, maar ik geloof erin. Beez heeft net een periode van 400 dagen achter de rug waarin geen enkel ongeval te betreuren viel. Dit is wel het duidelijkste bewijs dat werken aan veiligheid zijn vruchten afwerpt. Ik wil trouwens de leiding en kadermedewerkers van de groeve hartelijk danken omdat zij zich iedere dag opnieuw inspannen om meer veiligheid te creëren.”
ENCI
“Safety first” is al jarenlang het devies bij ENCI. Ook tijdens een ovenrevisie want de medewerVEILIGHEID kers die hieraan werken, moeten aan het einde TopprIorITEIT bIJ van de dag natuurlijk allemaal weer veilig en oVEnrEVISIES gezond naar huis kunnen gaan. “Één van de manieren om een ovenrevisie veilig te laten verlopen, is het dagelijks lopen van veiligheidsrondgangen door een veiligheidskundige, ENCI- en firmamedewerker. Hierbij letten ze nadrukkelijk op het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen, beveiliging van de installaties en orde en netheid,...” voegt Tom Dijkstra, verantwoordelijk voor het project in Maastricht toe. “Bij onveilig gedrag van (firma)medewerkers, kunnen de werkzaamheden worden stilgelegd. Bij grote stops stelt ENCI ook een Veiligheids- & Gezondheidsplan op. Die zijn overigens ook te vinden in de intranetapplicatie PI-@ttenci. De firma moet een akkoordverklaring tekenen voor dit V & G-plan waardoor zij zich dus hieraan conformeert.” Ook ná de ovenrevisie evalueert ENCI hoe met veiligheid is omgegaan. Zo krijgen de firma’s die aan de revisie hebben meegewerkt, een score ten aanzien van veilig werken. Scoren ze onvoldoende, dan komen ze wellicht niet meer in aanmerking voor werkzaamheden bij een volgende revisie.
PaES
roDE HAAn krAAIT AAn boorD bAGGErMoLEn bEATrIx
Een tijdje geleden was de baggermolen Beatrix-Nelly het decor voor een hulpverleningsoefening. Doel van de oefening was om de brandweer en het Rode Kruis ervaring te laten opdoen met het werken aan boord van baggermolens bij calamiteiten. Het scenario van deze oefening hield in dat er tijdens reparatiewerkzaamheden in de machinekamer een ontploffing had plaatsgevonden. Hierbij waren helaas een aantal personen gewond en vermist en was er felle brand ontstaan. 19.00 uur: begin van de oefening. Drie kwartier later was de calamiteit onder controle en waren alle slachtoffers gered en afgevoerd naar ziekenhuizen in de omgeving. Na afloop van de oefening vond er nog een korte evaluatie plaats in de brandweerkazerne in Maaseik waarbij met name de problemen bij het werken op een baggermolen onderwerp van gesprek waren. Hoe brengen we snel al onze materialen aan boord, hoe werken we in een
machinekamer met al zijn obstakels onder de vorm van bijvoorbeeld steile trappen, hoe halen we gewonden op een brancard van boord? Alle deelnemers waren van mening dat het een zeer nuttige oefening was geweest en zeker voor herhaling vatbaar is.
CBr CBR maakt van de veiligheid van haar werknemers één van de pijlers van haar strategie. Om betrouwbare, individuele veiligheidsuitrustingen ter beschikking te stellen van de medewerkers, worden de “traditionele” katoenen vesten en broeken die tot nu toe in Antoing* werden gedragen, vervangen door kledingstukken in Nomex. Dit is een onbrandbare stof waarvan onder meer de werkpakken van brandweermannen of autocoureurs zijn gemaakt. Deze specifiek beschermende kledingstukken worden in gebruik genomen in vestigingen met een oven. Daarom wordt in Gent de kleding in brandvrije katoen bijvoorbeeld niet vervangen**. Iedere werknemer die regelmatig in contact komt met een warmtebron, heeft zijn nieuwe uitrusting inmiddels gekregen. Vanzelfsprekend blijft ook het dragen van de andere individuele beschermingsmiddelen, zoals helmen, brillen en laarzen verplicht! *Harmignies beschikt hierover al vanaf begin 2003. **In de vestigingen Lixhe hierover en Gent wordt de beschermingskleding gemaakt van Probant. Dit is eveneens een katoenen stof die onbrandbaar is.
rECYFUEL
Zoals in het vorige nummer van Dynamix al werd aangekondigd, heeft recyfuel onlangs een veiligheidscampagne gelanceerd op haar locatie. Dit gebeurde aan de hand van thema’s die met posters werden geïllustreerd. “Om de medewerkers al nieuwsgierig te maken bij de start van de campagne”, zegt preventieconsulent Guy Mouton, “hebben we op verschillende plekken in de fabriek posters opgehangen met daarop een groot vraagteken. Deze posters werden ook naar het thuisadres van de medewerkers gestuurd. In april werd het eerste thema aangesneden. Het accent werd eens temeer gelegd op het belang van preventie waarbij vermeld moet worden dat ergens in de wereld iedere minuut één dodelijk arbeidsongeval te betreuren valt. Toch wel iets om bij stil te staan! De poster werd gedurende één maand aan de muren opgehangen. Begin mei werd hij vervangen door de volgende poster van de campagne. Die ging over het vermijden van vallen: “Let op waar je je voeten plaatst”. Volgens de statistieken is één op de drie ongevallen te wijten aan een val. Sommige zijn zelfs dodelijk. Belangrijk is dat deze campagne zich niet beperkt tot beelden en slogans. De aangeboorde thema’s zijn natuurlijk het onderwerp van vele discussies en toelichtingen, voornamelijk tijdens het “kwartiertje veiligheid” dat maandelijks wordt georganiseerd.”
1
Bedrijven West: Succesvol jubileumfeest
CEMENT
ENCI rotterdam en Eneco Energie realiseren windturbine In de zomer zal op het ENCI-terrein in Rotterdam worden gestart met de bouw van een windturbine die zorgt voor een energieproductie van 5 miljoen kWh per jaar. Dat komt overeen met 15% van het jaarlijkse energieverbruik van ENCI-Rotterdam ofwel het jaarlijkse energieverbruik van 1.500 huishoudens. ENCI realiseert deze windturbine samen met elektriciteitsleverancier Eneco Energie die zal zorgdragen voor de bouw, exploitatie en het beheer van de turbine. Daarnaast benadrukt de samenwerking met Eneco natuurlijk ook het groene imago van de fabriek in Rotterdam.
De festiviteiten rondom de viering van het 75-jarig jubileum van IJmuiden en het 40-jarige bestaan van rotterdam zijn achter de rug. De organisatie kan met trots terugblikken op een mooi jubileum. Mei stond in het teken van het personeelsfeest, een seminar voor de klanten met als centraal thema “Tweede Maasvlakte” en natuurlijk de zesde editie van de HeidelbergCement Jubileum run. In het kader van het jubileumfeest werd ten slotte nog een mooi jubileumboek uitgegeven waarin 75 jaar IJmuiden en 40 jaar rotterdam in woord en beeld werden vastgelegd. Felicitaties voor iedereen die op wat voor manier dan ook een steentje heeft bijgedragen aan het welslagen van deze viering!
Bij aankomst in Rotterdam valt het grote bord op met daarop de aankondiging van de bouw van de windturbine
Op 17 juni laatstleden vierde Maastricht zijn 80ste verjaardag. Alle medewerkers konden deelnemen aan de verschillende activiteiten die te dezer gelegenheid georganiseerd werden. De zon was eveneens van de partij zodat de dag in alle gezelligheid verlopen is, tot eenieders grootste genoegdoening.
De oudere operators geven de fakkel door
In de bedieningsruimtes van Lixhe bereiden de nieuwe operators zich voor op de opvolging van hun oudere collega’s. De oud-gedienden geven hun kennis en ervaring door.
NUM. 3 - JULI-aUGUSTUS 2006
Wij bevinden ons in het hart van de vestiging van Lixhe: het verloop van het hele cementproductieproces, van de winning van de grondstoffen tot en met het vertrek van de geladen vrachtwagens, bevindt zich rechtstreeks op grote schermen. Verschillende operators wisselen elkaar dag en nacht af in de twee bedieningsruimtes: in de ene wordt de klinkerproductie bestuurd, in de andere de cementproductie.
1
de bedieningsruimte werken. “De oven was anders. Wij beschikten over heel wat minder informatie en moesten meer vertrouwen op onze collega’s op de werkvloer. De aanpassing van de oven in 2001 heeft de besturing ervan niet alleen gemakkelijker en sneller gemaakt, maar ook gevoeliger. In oktober 2005, ben ik met de opleiding begonnen van de opvolgers, want eind november vertrek ik met brugpensioen. Ik geef “Zeven operators die door de hun mijn ervaring, overwegingen en herstructurering worden getroffen, kennis door. Een carrière beëindigen verlaten ons bedrijf tussen janumet het opleiden van de opvolgers is ari 2006 en december 2007. Hun heel positief. Door het doorgeven van vervanging moet worden geregeld en de nieuwkomers moeten worden kennis wordt het voortbestaan van opgeleid, zegt François Perez, sinds het bedrijf verzekerd. Tot in november blijf ik werken in de bedieningsjanuari 2006 verantwoordelijk voor ruimte maar ik zal niet meer constant de operators.” in de vuurlijn staan.” Er werd een oproep voor kandidaten Francis Blaffart, 35 jaar oud, begon gedaan en Francis Blaffart heeft eind 1989 bij de vestiging in Lixhe. zich hiervoor aangemeld. Samen als allrounder, begon hij met het met vijf andere kandidaten werd hij gedurende zes maanden opgeleid toezicht op de installaties: “als stoker door de “oud-gedienden”, waarvan keken de operators als het ware Jean-Marc Donnay deel uitmaakt. door mijn ogen. Ik waakte over de goede temperatuur van de oven. Jean-Marc Donnay, 51 jaar oud, Ik ben wel geen elektricien, maar ben begon bij CBr Lixhe in 1975. Deze erin geslaagd de installatie grondig elektricien, die eerst bij de onderhoudsdienst werkte, ging in 1999 in te leren kennen.”
In oktober 2005 slaagt hij voor het examen en ging hij werken in de bedieningsruimte. “Ik heb ontzettend veel dingen moeten leren. Ik heb gedurende vijftien dagen een elektrotechnische cursus gevolgd. Tijdens de vier eerste maanden kwam ik iedere dag naar Lixhe, zelfs in het weekend. Het was een uitdaging, temeer omdat je in deze functie niets van de productie ziet. Hier is het werk abstracter en het vereist feeling. Het geeft ook meer verantwoordelijkheden en dat bevalt me!” Jean-Christophe Hecq, chef van de Dienst Fabricage, eindigt als volgt:
Jean-Marc Donnay en Francis Blaffart
“De uitdaging die we hier aangaan, is groot. We zijn blij dat we goede kandidaten hebben gevonden voor deze functies. Maar het werk is nog lang niet klaar; we maken een zeer intensieve periode door. Ik wil dan ook al mijn medewerkers danken voor de persoonlijke inzet waarvan iedereen blijk geeft, of het nu de “ouderen” betreft die de rol van coach vervullen, of de “nieuwkomers” die er alles aan doen om een goede opvolger te zijn.”
ENCI kiest voor rebuild Caterpillars in groeve ENCI Functiewissels bij Maastricht De hiërarchische ladder bij ENCI Maastricht is na de reorganisatie van vorig jaar flink ingekort. In de praktijk betekent dit voor velen een functiewijziging tot teamleider of tot groepsleider.
De machines in de groeve van ENCI zijn circa tien tot twaalf jaar oud. Ze zaten allemaal aan 25.000 draaiuren wat vervanging noodzakelijk maakte; een kostbare oefening. Daarom koos ENCI ervoor om haar groevematerieel niet te vervangen maar te “rebuilden”, ofwel een totale metamorfose te laten ondergaan. Zo’n rebuild kost immers maar ongeveer de helft van de aanschaf van een geheel nieu machine.
Bij het rebuilden worden de machines gestript tot op het frame; niets wordt overgeslagen. In totaal gaat het om zo’n 8.000 onderdelen die worden vervangen of gereviseerd. Dat varieert van het chassis en de motor tot het opnieuw bekleden van de cabine. Na afloop worden de machines weer als nieuw gecertificeerd en zit er weer garantie op, net als bij een nieuwe machine.
Bij “Pon Equipment” in Valke waard (de dealer van Caterpillar Nederland) worden de machin helemaal uit elkaar gehaald en o nieuw opgebouwd. Hierdoor o staat er in feite een nieuwe machi
Van links tot rechts: Theo Kicken - Rob Willems - Guido Emonds
Guido Emonds werkt sinds 1997 in Maastricht en is teamleider verpakt cement. Voorheen was hij teamcoördinator expeditie noord. “Mijn team is niet alleen groter geworden, er zijn ook een aantal administratieve taken bijgekomen. In de nieuwe organisatie is samenwerken het sleutelwoord. Dat betekent dus meer informeren en communiceren, dan wel via e-mail of via de telefoon. Een van de uitdagingen van mijn nieuwe functie is het bepalen van de prioriteiten en het opstellen van een goed en haalbaar werkproces. Mijn team is niet alleen groter geworden maar werkt bovendien ook nog eens op verschillende locaties binnen de fabriek. Hierdoor is het op sommige momenten niet mogelijk om bij iedereen van het team even langs te gaan.
Het komt er dus belangrijk mijn tijd goed in te delen. Gelukkig hebben de teamleden daar begrip voor. Als ze me een keer niet zien, weten ze dat ik met andere werkzaamheden bezig ben.” Rob Willems werkt sinds 1979 bij Maastricht en is groepsleider van de laboratoria. Voordien was hij chef van het bedrijfslaboratorium. “Mijn actieterrein is flink uitgebreid. Dit betekent dat ik niet alleen verantwoordelijk ben voor de laboratoria, maar ook voor de kwaliteitsaspecten. Dit brengt extra werk met zich mee. Nu en dan is het moeilijk om prioriteiten te stellen en het dagelijkse contact met de vloer te behouden. Als gevolg van de reorganisatie
moeten de medewerkers meer werkzaamheden uitvoeren, maar ook meer werk uitvoeren. Dit maakt het werk dan ook boeiender en gevarieerder. We zijn nu met minder team- en groepsleiders, dit betekent kortere lijnen en dus meer daadkracht en snelheid in de uitvoering.” Theo Kicken werkt sinds 1985 bij Maastricht en is teamleider groeve. Daarvoor was hij teamcoördinator van de afdeling grondstoffen. “Er zijn heel wat taken bijgekomen, bovendien is er geen chef meer op wie je kunt terugvallen bij problemen. Nu moeten we moeilijkheden zelf oplossen. Vooral de werkplanning is geen sinecure. Het team is afgeslankt van veertien naar tien
mensen en de nachtploeg valt nu ook onder mijn verantwoordelijkheid. Maar het werkhoeveelheid is hetzelfde gebleven. Gelukkig zijn we goed voorbereid op onze nieuwe taak. Acht middagen lang hebben we een zeer praktijk gerichte opleiding gekregen over onder meer, leidinggeven, omgaan met macht en de nieuwe arbeidsorganisatie. Daar heb ik veel van opgestoken.”
Antoing: twintig jaar in het teken van alternatieve materialen In juni viert de vestiging van Antoing haar twintigjarig bestaan. In de loop der jaren werden alternatieve grond- en brandstoffen ingezet en milieu-investeringen gedaan. Rudy Dieu en Mireille Winberg weten een heleboel af van de geschiedenis van Antoing, waar ze allebei in 1985 aan de slag gingen. Rudy als “reliability maintenance manager” en Mireille als directiesecretaresse. “Bij de start produceerde deze vestiging zo’n 750.000 ton”, zegt Rudy Dieu. “Na een periode van aanpassingen en verbeteringen, werd de capaciteit al gauw opgevoerd naar 1 miljoen ton.”
Afvalbehandeling Na vijf en een half jaar werd een aantal investeringen goedgekeurd voor de inzet van alternatieve brandstoffen om de kosten te drukken. “We zijn begonnen met een injectiesysteem van rubber. Het betrof oude banden die geschredderd werden. Daarna volgde de hout-, papier- en kartonfase (BPC) die niet heeft voldaan aan de verwachtingen maar wel de deur opende voor andere alternatieve brandstoffen waaronder diermeel. Voortaan verbranden wij plastic, verscheurd tapijt en sinds kort ook slib van waterzuiveringsinstallaties (STEP).” Parallel daaraan, zet Antoing ook alternatieve materialen in als grondstof.
“Groene” investeringen Rudy Dieu en Mireille Winberg
Er werd tevens aanzienlijk geïnvesteerd in de bescherming van het milieu. Zo werd in 1999 vijf miljoen euro besteed aan de installatie van een doekenfilter.
15
Harmignies De modernisering verloopt voorspoedig Wat is de stand van zaken van de modernisering van de vestiging in Harmignies? Pierre Koch, directeur, geeft een toelichting.
CEMENT
In de vestiging in Harmignies wordt voor 17,3 miljoen euro geïnvesteerd. De werkzaamheden gaan goed vooruit. De bouw van de twee klinkersilo’s is klaar. Twintig dagen (en nachten) waren nodig om de twee torens te bouwen waarin samen zo’n 1.600 m3 beton en 300 ton wapening werden verwerkt. De silo’s moeten nu nog voorzien worden van een dak en mechanische uitrusting voor de aanvoer en uittrekking van klinker.
Timing gerespecteerd
Pierre Koch
“De tweede fase van de modernisering, namelijk de volledige automatisering van de vestiging, is veel complexer en minder zichtbaar”, vervolgt Pierre. “Het functioneren van de hele fabriek moet worden aangepast zodat de gehele aansturing straks vanuit de bedieningsruimte kan plaatsvinden. Dit project bestaat uit drie delen. Voor het eerste deel, namelijk de bouw van de bedieningsruimte, gebruiken wij het gebouw van het oude betonlaboratorium. Deze werkzaamheden zijn al aan de gang. Het tweede deel behelst de monstername in de fabriek en een geautomatiseerd laboratorium. De machines werden reeds geleverd en het gebouw wordt momenteel aangepast. Het derde deel betreft de eigenlijke automatisering: dit houdt de analyse in van de functionele principes en doorvoering van de commando’s in de systemen.
Wij respecteren de planning voor deze fase maar blijven heel voorzichtig want de automatisering is de moeilijkste fase: we zullen in de laatste zes maanden van het jaar maximale inspanningen moeten leveren.” Dan resteert de derde fase: de opslag- en doseringsruimte van de toeslagstoffen voor het maalbedrijf. “Samengevat: op dit moment is er geen enkele technische reden waarom we de installatie op 31 december 2006 niet zouden kunnen opstarten”, verzekert Pierre ons.
22.000 uren opleiding
De modernisering van de vestiging heeft gevolgen voor de medewerkers. Om ontslagen omwille van herstructurering te voorkomen, heeft de directie zich geëngageerd voor een ambitieus opleidingsplan van 22.000 uren: 100 medewerkers nemen hieraan deel in 2006 en 2007. “Wij hebben wel enige problemen met de organisatie van het werk”, erkent Pierre. “Maar dit is een noodzakelijk kwaad waar we doorheen moeten om onze vestiging moderner en competitiever te maken.”
Een ambitieus opleidingsplan van 22.000 uren wordt uitgevoerd
NUM. 3 - JULI-AUGUSTUS 2006
Lareco. Zand met cement stabiliseren
16
Klant van CBR en van ENCI, Lareco is een aannemersbedrijf voor grondwerken, water- en wegenbouw. Het bedrijf is sinds 1969 actief in Nederland en de rest van Europa. In België heeft het een vestiging in Bornem. Een van de specialiteiten van Lareco is de stabilisatie van zand met behulp van cement. “Het grote voordeel van deze techniek is dat we gebruikmaken van het zand ter plaatse”, vertelt Michiel J. Smid, directeur Lareco-Bornem. “We vullen dit verder aan met cement, zodat een volwaardige fundering ontstaat die veel sterker is dan een steenslagfundering (foto). Dat drukt niet alleen de kosten, maar is ook
milieuvriendelijk. De asfalt-, klinker- of betonverharding kan onmiddellijk worden aangebracht. Het bouwproces versnelt daardoor aanzienlijk.” Lareco verfijnt deze techniek al sinds 1956 en heeft tot op vandaag meer dan 20 miljoen vierkante meter zand-cementstabilisatie aangelegd. Het beschikt bovendien over zeer modern materieel om de werkzaamheden uit te voeren.