ONDERWIJSVISITATIE
informatiemanagement en support Een onderzoek naar de kwaliteit van de één-cyclus-opleiding informatiemanagement en support aan de Vlaamse hogescholen
Vlaamse Hogescholenraad
20 december 2004
voorwoord
In dit rapport brengt de visitatiecommissie hout verslag uit over haar bevindingen, conclusies en aanbevelingen die resulteren uit het onderzoek dat zij in het najaar van 2004 heeft verricht naar de kwaliteit van de één-cyclus-opleiding Informatiemanagement en Support in Vlaanderen. De opleiding is een unieke opleiding in Vlaanderen.
Dit initiatief kadert in de werkzaamheden van de hogescholen en van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA) met betrekking tot de kwaliteitszorg van het hoges cholenonderwijs, zoals voorzien in artikel 58bis van het hogescholendecreet van 1994.
Het rapport is in de eerste plaats bedoeld voor de hogeschool die de opleiding aanbiedt. Op basis van de bevindingen van het rapport kan de hogeschool actie nemen om de kwaliteit van het onderwijs in de opleiding te handhaven en verder te verbeteren. Daarnaast wordt met dit rapport de bredere samenleving ingelicht over de wijze waarop de hogeschool en meer bepaald de betrokken opleiding omgaat met de kwaliteit van haar onderwijs. De lezer moet zich echter terdege realiseren dat het rapport slechts een momentopname biedt van het onderwijs in de opleiding en dat de rapportering van de visitatiecommissie slechts één fase is in het proces van kwaliteitszorg.
Tot slot dankt VLHORA allen die meegewerkt hebben aan het proces van zelfevaluatie en visitatie. De visitatie was niet mogelijk geweest zonder de inzet van al diegenen die binnen de hogeschool betrokken waren bij de voorbereiding en de uitvoering ervan. Daarnaast is VLHORA bijzondere dank verschuldigd aan de voorzitter en de leden van de visitatiecommissie voor hun betrokkenheid en deskundige inzet waarmee zij hun opdracht hebben uitgevoerd.
Luc Van de Velde secretaris -generaal
Roland Vermeesch voorzitter
inhoudsopgave de visitatie informatiemanagement en support.........................................................................................................4 1
inleiding...........................................................................................................................................................4
2
de visitatiecommissie ....................................................................................................................................4
2.1 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2 2.3.3
samenstelling..................................................................................................................................................4 taakomschrijving............................................................................................................................................5 werkwijze.........................................................................................................................................................5 voorbereiding..................................................................................................................................................5 bezoek aan de instelling...............................................................................................................................5 rapportering....................................................................................................................................................6
bevindingen en aanbevelingen....................................................................................................................................7 1
bespreking van de thema’s ..........................................................................................................................7
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 1.12 1.13 1.14 1.15
inleiding...........................................................................................................................................................7 beleid en kwaliteitszorg van de opleiding..................................................................................................7 concretisering van de kwaliteitszorg in de opleiding................................................................................8 personeel........................................................................................................................................................9 materiële en financiële randvoorwaarden................................................................................................10 onderwijsdoelstellingen...............................................................................................................................11 opleidingsprogramma: opbouw en inhoud...............................................................................................11 afstudeerwerk en/of werkveldervaring.....................................................................................................12 internationale dimensie...............................................................................................................................13 leersituatie: onderwijsvormen en leermiddelen.......................................................................................14 toetsing en evaluatie...................................................................................................................................15 studie- en studentenbegeleiding: studenteninstroom, studie- en studentenbegeleiding.................15 studeerbaarheid en studierendement.......................................................................................................17 afgestudeerden ............................................................................................................................................17 maatschappelijke dienstverlening en onderzoek....................................................................................18
2
samenvatting van de belangrijkste sterken punten en aandachtspunten...........................................20
bijlagen ........................................................................................................................................................................22 curriculum vitae van de visitatieleden.......................................................................................................................22 thema’s van het zelfevaluatierapport........................................................................................................................23 bezoekschema.............................................................................................................................................................29
de visitatie informatiemanagement en support 1
inleiding
In dit rapport brengt de visitatiecommissie verslag uit van haar bevindingen over de onderwijskwaliteit van de opleiding informatiemanagement en support, die zij in 2004 in opdracht van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA) heeft onderzocht. De opleiding is een unieke één-cyclus -opleiding die aangeboden wordt door de Katholieke Hogeschool Mechelen. Dit initiatief kadert in de werkzaamheden van de hogescholen en van VLHORA met betrekking tot de kwaliteitszorg van het hogescholenonderwijs, zoals voorzien in artikel 58bis van het hogescholendecreet van 1994.
2
de visitatiecommissie
2.1
samenstelling
De visitatiecommissie is samengesteld door de Raad van Beheer van VLHORA in haar vergadering van 06 februari 2004. De commissie is als volgt samengesteld: voorzitter -
Guido Cuyvers
secretaris -
Marc Van De Velde
leden -
Joris Everaert Stefaan Hoflack Stef Knaepkens
Voor een kort curriculum vitae van de commissieleden, zie bijlage 1.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
4
2.2
taakomschrijving
De visitatiecommissie heeft als taak - op basis van het zelfevaluatierapport door de hogeschool opgesteld is en door middel van ter plaatse te voeren gesprekken - na te gaan in hoeverre de kwaliteit van de onderwijsprocessen van de opleiding, geconcretiseerd in 15 thema’s, beheerst wordt en aanbevelingen te formuleren om te komen tot kwaliteitsverbetering binnen de betrokken opleiding. Voor de thema’s van de zelfevaluatie, zie bijlage 2.
2.3
werkwijze
2.3.1
voorbereiding
De visitatiecommissie is geïnstalleerd op 24 mei 2004. Tijdens deze vergadering werd de handleiding van het visitatieproces toegelicht. Tevens werden op deze vergadering de bezoekdagen vastgelegd, het bezoekschema opgesteld en de wijze van voorbereiding van het bezoek besproken. De commissie analyseerde het zelfevaluatierapport en de bijlagen om zich een beeld te vormen van de opleiding en van de kwaliteitszorg in de opleiding. Individuele bevindingen, commentaar en punten van verdere bevraging werden besproken op de voorbereidende vergadering van 13 oktober 2004.
2.3.2
bezoek aan de instelling
Tijdens het bezoek heeft de commissie gesprekken gevoerd met alle geledingen die betrokken zijn bij het onderwijs in de opleiding. De gesprekken zijn een goede aanvulling geweest op het zelfevaluatierapport en zijn door de commissie als open ervaren. Tijdens het bezoek werd de mogelijkheid tot bijkomende gesprekken voorzien. Deze mogelijkheid kon gebruikt worden zowel op verzoek van personen uit de bezochte instelling als op verzoek van de visitatiecommissie. Verder heeft de commissie kennis genomen van bijkomende informatie, zoals verslagen, cursussen, voorbeelden van examenvragen, van afstudeerwerken en van stagewerken. Tevens werd een bezoek gebracht aan de gebouwen en de infrastructuur. Het bezoek werd afgesloten met een mondelinge rapportering aan de beleidsverantwoordelijken, waarin de commissie haar eerste bevindingen van de visitatie weergaf. Voor het bezoekschema, zie bijlage 3.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
5
2.3.3
rapportering
Als laatste stap in het visitatieproces legt de commissie haar bevindingen en aanbevelingen vast in een terugmeldingsrapport per bezochte instelling en in een globaal openbaar rapport voor de ganse opleiding in Vlaanderen. Aangezien het een unieke opleiding betreft, heeft de commissie één rapport opgemaakt, dat geldt als terugmeldingsrapport en als openbaar rapport. Dit rapport werd door de voltallige commissie besproken en gefinaliseerd in december 2004. De opleiding heeft de gelegenheid gekregen om op dit rapport te reageren. Voor zover de commissie zich kon terugvinden in de opmerkingen van de hogeschool, werden deze verwerkt in het rapport. De commissie heeft de opleiding op de hoogte gebracht van haar beslissing ter zake.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
6
bevindingen en aanbevelingen 1
bespreking van de thema’s
1.1
inleiding
De visitatiecommissie wenst de hogeschool en het departement vooraf te danken voor het creëren van gunstige randvoorwaarden, waardoor ze haar werkzaamheden op een efficiënte en aangename manier heeft kunnen uitvoeren: er werd zonder probleem ingegaan op de vraag naar bijkomende documentatie; alle deelnemers toonden tijdens de gesprekken een opvallende openheid; de faciliteiten ter plaatse waren uitstekend en het verblijf was perfect geregeld; het zelfevaluatierapport was verzorgd en duidelijk leesbaar, het gaf een eerlijke weergave van de realiteit, getuigde van een kritische zelfreflectie en er was een duidelijke PDCA-structuur in te herkennen.
situering De Katholieke Hogeschool Mechelen ontstond in 1995 uit de fusie van De Ham Hogeschool met het Hoger Instituut Coloma, het Hoger Instituut voor Verpleegkunde Sint-Norbertus en het IHKPO – OLV-Waver. Elke school werd op dat moment een departement in de nieuwe hogeschool. Het departement Handelswetenschappen en Bedrijfskunde, dat na een herschikking in 1998 ontstond, omvat vijf basisopleidingen: Bedrijfsbeheer, Communicatiebeheer, Secretariaatsbeheer, Informatiemanagement & Support en Beheer, Toerisme & Recreatie. De opleiding kende sinds haar oprichting (tot 2003-2004) een sterke groei. In 2002-2003 telde ze 457 studenten, waarvan 236 eerstejaars.
1.2
beleid en kwaliteitszorg van de opleiding
De hogeschool, de departementen en de opleidingen werken vanuit een gestructureerd en uitgeschreven beleid. Het beleid baseert zich op een opdrachtverklaring die geconcretiseerd wordt in een visietekst. Van daaruit werden 15 strategische doelen geformuleerd, die corresponderen met de vijf domeinen van de missie. Het departement, dat ook zijn eigen missietekst opstelde, leidde daaruit tien prioriteiten af. De kwaliteitszorg wil enerzijds synergie tussen opleidingen stimuleren en anderzijds de opleidingen een maximale responsabilisering en autonomie toewijzen. Het kwaliteitszorgsysteem vertrekt vanuit de missie van de hogeschool. De kwaliteitszorg wordt uitgewerkt op opleidingsniveau. In het opleidingsplan stippelt de opleiding haar strategie uit voor een periode van vier jaar. Het departement stelt daarvoor de grote krachtlijnen ter beschikking. Het opleidingsplan bestaat uit vijf delen: project & evaluatieplan, samenwerkingsplan, navormingsplan, kritische succesfactoren en randvoorwaarden. De eindevaluatie van het eerste opleidingsplan vond plaats op het einde van het academiejaar 2003-2004.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
7
sterke punten Er zijn duidelijk samenhangende en weldoordachte beleidsplannen opgesteld, zowel op het niveau van de hogeschool en van het departement als van de opleiding. De hogeschool schept een duidelijk kader voor kwaliteitszorg. Er is aandacht voor evaluatie in de beleidsplanning. Het departement gebruikt kwaliteitszorg op een zinvolle manier als beleidsinstrument. De missie en het beleid van de hogeschool worden op het niveau van het departement consequent vertaald naar de praktijk. In het beleid krijgt studentenbegeleiding een centrale plaats. Uit de ges prekken blijkt dat de opleiding haar strategische doelen bereikt.
aandachtspunten Het is noodzakelijk om consequent aandacht te blijven besteden aan de betrokkenheid van iedereen, bijvoorbeeld bij de verwerking van de SWOT-analyse en bij de beleidsplanning. Er moet nog meer aandacht geschonken worden aan de systematische opvolging van de metingen die worden uitgevoerd. Het ontbreken van een organogram op hogeschoolniveau leidt tot onduidelijkheid. Het personeel is vragende partij voor een transparante organisatie. Door de dynamiek in de beroepswereld zal IMS ervoor moeten zorgen de unieke profilering van de opleiding te behouden.
1.3
concretisering van de kwaliteitszorg in de opleiding
Het departement opteerde voor een confederale netwerkorganisatie, gesteund op subsidiariteit en solidariteit. Het beleid van de verschillende opleidingen wordt op dat van het departement afgestemd in de stafvergadering, waaraan naast de departementsdirecteur, het diensthoofd Planning en de verantwoordelijke Onderwijszorg en –vernieuwing ook alle opleidingshoofden deelnemen. De kwaliteitszorg in de opleiding wordt gedragen door het opleidingsteam en de opleidingsraad. Ze geven het beleid concrete vorm en waken over de uitvoering van het opleidingsplan. Bij het opstellen van het opleidingsplan wordt vertrokken van een SWOT-analyse tegen de achtergrond van de departementale prioriteiten. Daarbij wordt gebruik gemaakt van het PROZA-instrument. Het beleid wordt ondersteund door het onderzoeken van de uitgangspunten, de stand van zaken en/of de resultaten. De dienst onderwijszorg en –vernieuwing speelt hierbij een begeleidende rol. De resultaten van de onderzoeken worden in verschillende organen en fora besproken.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
8
sterke punten Kwaliteit is geïntegreerd in het algemeen beleid. Er is een groot kwaliteitsbewustzijn bij het personeel, wat blijkt uit de permanente zorg om bijsturing van de verschillende onderdelen van de opleiding. Uit het ZER en de gesprekken blijkt dat PCDA-gericht werken een realiteit is. De dienst Onderwijszorg en -vernieuwing heeft een ondersteunende rol, die als een belangrijke hulp wordt ervaren.
aandachtspunten De onderzoeksgegevens kunnen nog beter gebruikt worden als input voor bijsturingen. De lectoren ervaren de formele kwaliteitswerking als een bijkomende last bovenop een al zware taakbelasting.
1.4
personeel
Het departement stemt zijn personeelsbeleid af op dat van de hogeschool (dat nog in opbouw is), maar wil ook eigen accenten leggen. De opleiding krijgt daarbij maximale inspraak. Het departement zoekt een evenwicht tussen generalisten en specialisten, bij de aanwezige competenties tussen mannen en vrouwen, voltijdse en deeltijdse personeelsleden, … Bij de taakstelling wordt geëvolueerd naar een holistisch personeelsmanagement, waarbij gebruik wordt gemaakt van een gestandaardiseerde functieomschrijving, functionerings - en evaluatiegesprekken. De lectoren krijgen in het kader van de ontwikkeling van een loopbaanperspectief de mogelijkheid om hun gewenste taakinvulling te omschrijven. Het opleidingshoofd en het opleidingsteam leiden samen met de opleidingsraad de opleiding. Er is vakgroepen vakoverleg. De professionalisering moet vanuit de zorg voor kwaliteit vertrekken, daarbij wordt een veeleer individualistische benadering doorbroken.
sterke punten Het personeel geeft blijk van een grote dynamiek en vakkennis, is sterk gemotiveerd en zeer studentgericht en bereikbaar. Deze kwaliteiten worden ten zeerste gewaardeerd door de studenten en oud-studenten. Het departement evolueert van een traditionele taakstelling naar een holistisch performantiemanagement. De commissie vindt die evolutie terug in de opleiding, bijvoorbeeld in het nieuwe systeem van taakbelasting. Er is een degelijke vak- en vakgroepwerking. Er is een goede visie op professionalisering in het onderwijs.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
9
aandachtspunten De werkdruk moet worden bewaakt. Het nieuwe taakbelastingssysteem kan daarbij als instrument gehanteerd worden. Het navormingsprogramma voor lectoren spitst zich onder andere toe op de rol van de lector binnen het geheel van de opleiding. Door de snelle evoluties in het vakgebied en de permanente behoefte aan vaktechnische vorming is bijgevolg ook op dit vlak een beleidsplan noodzakelijk. De commissie adviseert het hogeschoolbestuur dan ook hier voldoende middelen ter beschikking voor te stellen. Ondanks de geleverde inspanningen blijven er klachten over de communicatiedoorstroming, zowel onder het personeel als naar de studenten.
1.5
materiële en financiële randvoorwaarden
In het kader van een werking als confederale netwerkorganisatie heeft elke basisopleiding een bouwkundige eenheid toegewezen gekregen. Doordat het hogeschoolbestuur de prioriteit geeft aan nieuwbouw, bleven de aanpassingen aan het Kruidtuingebouw beperkt. Zoeken naar een nieuwe geschikte locatie is prioritair. Er is een goed uitgebouwde centrale mediatheek. De computerinfrastructuur moet, gezien de aard van de opleiding, aan hoge eisen voldoen. Er werden dan ook ernstige inspanningen geleverd, voor een deel in samenwerking met externen. De verdeling van de werkingsmiddelen blijft een pijnpunt. Er zijn heel wat faciliteiten voor personeel en studenten, met ruime openingsuren van de lokalen.
sterke punten De commissie vindt de recente verfraaiingwerken erg geslaagd, want ze getuigen van een duidelijke visie op het onderwijs. Er is een professionele benadering bij de omgang met en de actualisering van de computerinfrastructuur. De openingstijden van de mediatheek en de openstelling van computerlokalen na kantooruren en tijdens sluitingsperiodes bieden de studenten voldoende comfort. Voor de uitrusting van de bibliotheek werd effectief gebruik gemaakt van de resultaten van een gebruikersenquête. De commissie waardeert de aandacht van de hogeschool voor de milieuproblematiek, onder andere via de werkgroep ‘Groene School’.
aandachtspunten De opleiding kampt met een blijvende onzekerheid omtrent de huisvesting. De helpdesk moet verder geprofessionaliseerd worden, eventueel met input vanuit de opleiding.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
10
1.6
onderwijsdoelstellingen
De opleiding onderschrijft de departementale onderwijsvisie die is neergeschreven in ‘Verandering in evolutie’. Omdat ze kiest voor een sociaal-constructivistische visie op leren, doorbreekt de opleiding de afhankelijkheidspositie van de studenten zodat die zelf sturing kunnen geven aan hun leerproces. Ze reikt de studenten daarom diverse onderwijsvormen en –methodieken aan. Naast cognitieve aspecten besteedt ze ook aandacht aan metacognitieve aspecten van leren en aan attitudes. Via vakgroepen, raden en gestructureerde contacten met het beroepenveld besteedt de opleiding aandacht aan het actueel houden van haar programma en aan de afstemming ervan op het beroepenveld. Uitgangspunt daarbij is het beroepsprofiel van de VLOR. Een adviescommissie dient de opleiding tot klankbord bijvoorbeeld bij programma- of curriculumwijzigingen en bij het zoeken naar innovatieve samenwerking met het beroepenveld. De afgestudeerden en het werkveld werden bevraagd over het aspect professionele inzetbaarheid. De opleiding wil een volledig programma uitbouwen inzake levenslang leren. Daarom ontwikkelt ze partnerschappen en posthogeschoolvorming.
sterke punten De opleiding hanteert een eigen en helder omschreven onderwijsconcept. Door de oprichting van een adviescommissie toont de IMS-opleiding aan dat het haar ernst is met de afstemming van de onderwijsdoelstellingen van de opleiding op het werkveld. De opleiding levert bijzondere inspanningen om actueel te blijven. Er is een duidelijk beleid om competentiegericht te werken. Dit wordt versterkt door de zowel impliciete als expliciete oriëntatie van de onderwijsdoelstellingen naar het beroepenveld. De aanwezigheid van lectoren met praktijkervaring is een begunstigende factor voor deze aanpak. Onder andere het gevoerde leerstijlenonderzoek getuigt van zin voor onderwijsinnovatie.
aandachtspunten Er moeten blijvend inspanningen worden geleverd om de aansluiting bij het beroepenveld te blijven garanderen. Het is aan te bevelen dat de opleiding aandacht besteedt aan de explicitering van procedures om de resultaten van evaluaties en onderzoek gerichter terug te koppelen naar de belanghebbenden en dat ze duidelijk maakt hoe ze die resultaten gebruikt voor bijsturing.
1.7
opleidingsprogramma: opbouw en inhoud
De opleiding wil theoretisch onderbouwd én praktijkgericht zijn. Het unieke karakter van de opleiding ligt in het streven naar een ideale mix van algemene bedrijfskundige vorming, ICT-kennis en communicatieve vaardigheden.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
11
In het opleidingsplan worden een reeks doelstellingen geformuleerd, die samenhangen met op departementaal niveau vastgelegde prioriteiten inzake curriculumzorg, bevordering van zelfwerkzaamheid en leergierigheid van de student, afstemming van het curriculum op het beroepenveld en integratie van verschillende opleidingsonderdelen. Het opleidingsprogramma wordt omgevormd tot een competentiegericht curriculum. De werkgroep Competenties besteedt veel aandacht aan vaardigheden die het maatschappelijk en beroepsmatig functioneren ondersteunen. Hoewel dat soms veel inspanning kost, worden allerlei initiatieven genomen om flexibele leerwegen aan te bieden.
sterke punten Het programma getuigt van een consequente generalistische benadering. De mix tussen ICT, bedrijfskunde en communicatie oefent een grote aantrekkingskracht uit, ook op studenten van buiten de regio. De commissie stelt op basis van inzage in de cursussen vast dat het programma actueel is. De samenwerking met externen (Cisco, Cognos, …) is positief: ze helpt om de kennis van de beroepswereld actueel te houden. De consistentie van het programma en van de afzonderlijke onderdelen wordt degelijk bewaakt. Er wordt bij het opstellen en aanpassen van het opleidingsprogramma gebruik gemaakt van alle mogelijke input, onder andere van de evaluaties door studenten. De vernieuwing werd grondig voorbereid.
1.8
afstudeerwerk en/of werkveldervaring
Zowel voor de werkveldervaring als voor het afstudeerwerk heeft de opleiding IMS een visie ontwikkeld, die erop gericht is om junior professionals af te leveren die onmiddellijk inzetbaar zijn in het beroepenveld. Beide onderdelen zijn aan elkaar gekoppeld en vormen zodoende een solide basis als eerste (formele) kennismaking van de student met het beroepenveld. Voor de werkveldervaring heeft het departement een scenario opgesteld, dat een efficiënt middel is om alle aspecten die tijdens deze stage aan bod dienen te komen ook effectief te behandelen. Dit past in de permanente zorg voor kwaliteit door consequent gebruik te maken van de PDCA-cyclus, zowel voor de studenten, de stagebegeleiders als de stagementoren. Er wordt ook gestreefd naar een combinatie van werkbegeleiding en leerbegeleiding, vraaggestuurde vorming van beroepscompetenties, zelfevaluatie, … In het afstudeerwerk moet de student kunnen aantonen dat hij de vooropgestelde competentievereisten bezit. Het afstudeerwerk behandelt immers de verschillende lagen van competenties (algemeen, algemeen beroeps en beroepsspecifiek), besteedt aandacht aan de vereiste ‘soft-skills’ van de junior professionals (communicatievaardigheden) en toetst ook de toepassing van specifieke beroepskennis. Er is voorzien in
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
12
zowel een inhoudelijke sturing door de externe promotor als in een processturing door een lector van de opleiding. Het beroepenveld speelt ook een belangrijke rol bij de evaluatie van het afstudeerwerk. De opleiding kiest ervoor om studenten in duo stage te laten lopen. Ze kunnen ook werkveldervaring opdoen door te participeren aan het nieuwe Small Business Project.
sterke punten Er bestaat een duidelijke visie op de objectieven van en het concept inzake werkveldervaring. Ze wordt geconcretiseerd in de stagebrochure, die meer gedetailleerde informatie geeft over de ideeën en uitgangspunten, de doelstellingen en de criteria (gebruik makend van de PDCA-cyclus), een scenario beschrijft, de rollen en verantwoordelijkheden van de verschillende personen vastlegt en ook de noodzakelijke middelen behandelt. De werkveldervaring steunt op ervaringsleren en heeft zowel aandacht voor werk- als leerbegeleiding, met aandacht voor de leerstijl van de student. Het werkveld waardeert de flexibiliteit, inzetbaarheid en zelfwerkzaamheid van de studenten tijdens de stage. Het apprecieert eveneens het evenwicht tussen de begeleiding door de opleiding en de individuele vrijheid van de student. Er wordt voldoende aandacht besteed aan de relevantie van het afstudeerwerk binnen het beroepenveld; ook wordt aandacht gegeven aan verschillende vormen van competenties waarvan de student de assimilatie dient aan te tonen. Er is voldoende aandacht voor individuele leerbehoeften van de studenten.
aandachtspunten Er moet worden gezocht naar een compensatie voor de extra inspanning die van studenten gevraagd wordt die een 13 weken durende Leonardo-stage in het buitenland lopen. Het werkveld formuleert de wens dat alle eindwerken zouden tegemoetkomen aan de specificiteit van de opleiding en niet te eenzijdig technisch georiënteerd worden.
1.9
internationale dimensie
De hogeschool beschouwt internationalisering als meer dan ‘studenten- en docentenmobiliteit’. Internationalisering wordt op twee manieren in de opleiding ingebed: enerzijds worden studenten en lectoren in Mechelen geconfronteerd met aspecten van internationalisering en interculturaliteit, anderzijds wordt aandacht geschonken aan m obiliteit (inkomend en uitgaand). De opleiding kan een beroep doen op de structuren van de hogeschool en het departement om internationalisering inhoudelijk en administratief te omkaderen.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
13
De hogeschool organiseert facultatieve Engelstalige modules die openstaan voor buitenlandse en interne studenten en staf. Derdejaarsstudenten kunnen deelnemen aan internationale programma’s, waaronder het Europese Socrates -programma. De participatiegraad ligt laag : zowel persoonlijke als professionele (lagere kans op tewerkstelling) redenen worden hiervoor als verklaring aangehaald. De opleiding heeft internationalisering tijdens de opstartjaren niet als prioritair beschouwd. In de toekomst zou hier verandering in komen. De mobiliteit van lectoren omvat het participeren in Europese overlegorganen, onderwijsopdrachten bij partnerscholen en het opzetten van studentenmobiliteit. Lectoren hadden de mogelijkheid een lezingencyclus inzake interculturaliteit bij te wonen. Andere initiatieven konden niet gerealiseerd worden door een gebrek aan financiën. De deelname van lectoren aan internationale projecten blijft beperkt.
sterke punten Er is een visie op en een beleid inzake internationalisering, die een brede invulling krijgt en verbreed wordt tot interculturaliteit. Er is een voldoende aanbod aan internationale mogelijkheden. Er is een goede informatieverstrekking voor geïnteresseerden, en de studenten die naar het buitenland gaan, worden degelijk voorbereid. Mobiliteit is één aspect van internationalisering. Studenten die om welke reden dan ook niet de mogelijkheid hebben/willen gebruiken om in het buitenland te verblijven, krijgen toch verschillende vormen van internationalisering ‘at home’ (onder andere een Engelstalige module).
aandachtspunten Interactie met Franstalige partners is vrijwel onbestaande. Op basis van de voorliggende gegevens is de participatiegraad van studenten zeer laag. Het is wenselijk een beleidsplan voor mobiliteit van de lectoren uit te werken. Er is een evaluatie nodig van de integratie van internationalisering in de curricula via PDCA. De commissie zou waarderen dat de interculturele dimensie van internationalisering gerevitaliseerd wordt.
1.10
leersituatie: onderwijsvormen en leermiddelen
De beroepscompetenties vormen de grondslag voor de organisatie van de leeromgeving. Op basis van een sociaal-constructivistische visie op leren enerzijds en de aandacht voor leerstijlen anderzijds biedt de opleiding de studenten kansen om verschillende leerstrategieën te ontwikkelen en te integreren. Daartoe biedt ze een brede waaier van werkvormen aan, gaande van docentgestuurd naar studentgestuurd leren, met zowel hoorcolleges en onderwijsleergesprekken als zelfstudiepakketten, met een afwisseling van instructieve en interactieve werkvormen. Ze doet daarbij een beroep op multimediale middelen. De eerste stappen op het domein van e-learning zijn gezet.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
14
De lectoren worden op die vernieuwing voorbereid en begeleid via interne en externe navorming. Ook in de inhoud streeft de opleiding een geleidelijke opbouw na, gaande van het leggen van een basis in het eerste jaar tot verbreding en verdieping in de volgende jaren. De lectoren nemen deel aan vakoverschrijdende samenwerking, bijvoorbeeld in het realiseren van casestudies en integrale opdrachten. Die samenwerking zit ook ingebed in het curriculum.
sterke punten De onderwijsvernieuwing past in een visie. De commissie stelt vast dat de evolutie van docent- naar studentgestuurd onderwijs zich in de dagelijkse praktijk manifesteert. De opleiding hanteert een grote verscheidenheid in leervormen (ook open leerpakketten en vakoverschrijdende samenwerking). Deze verscheidenheid wordt door de studenten ten zeerste geapprecieerd. Het personeel krijgt navorming in verband met nieuwe werkvormen.
1.11
toetsing en evaluatie
Toetsing en evaluatie zijn onlosmakelijk verbonden met de gehanteerde leervormen en leermiddelen. Het personeel kan navorming volgen in verband met aangepaste evaluatievormen. De aanwezige ICT-expertise wordt ingezet bij computerexamens en onderzoek van deliberatiecriteria. Het onderzoek naar de facto deliberatiecriteria leidde tot een efficiëntere werkmethode. Er wordt gepoogd om toetsing en evaluatie natuurlijker te integreren in het leerproces als hulpmiddel voor sturing van het studietraject van de student. Er wordt veel aandacht besteed aan de informatie over en de organisatie van de examens. Na de proclamatie wordt voor de studenten een inkijkdag georganiseerd.
sterke punten De opleiding spant zich in om een modern en transparant evaluatiesysteem te hanteren. Dat blijkt onder meer uit de navorming ter zake, de oprichting van een werkgroep evaluatie, het gebruik van de computer (Question Mark) en het deliberatiesysteem. De examens die de commissie kon inkijken, tonen aan dat er bij de evaluatie aandacht is voor verschillende soorten (cognitieve) vaardigheden.
1.12
studie- en studentenbegeleiding: studenteninstroom, studie- en studentenbegeleiding
Er wordt een duidelijk instroombeleid gevoerd, via een intakegesprek door een daartoe opgeleid team. Abituriënten worden via verschillende kanalen geïnformeerd; daarbij wordt rekening gehouden met het verloop van hun studiekeuzeproces.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
15
De gerichte inspanningen leiden tot een beperkte drop-out in het eerste jaar. Er is een zeer grote aandacht voor studenten- en studiebegeleiding, met tal van aangepaste instrumenten. Die worden bovendien jaarlijks geëvalueerd door de studenten. Bij de communicatie naar de student (onder andere in verband met onderwijsdoelstellingen en examenregeling) wordt een evenwicht gezocht tussen informatie en responsabilisering van de student. De psychosociale begeleiding ressorteert onder StuVo (Studentenvoorzieningen). Bij de studentenparticipatie functioneert het systeem van GAF’s (groepsafgevaardigden) beter dan dat van de vertegenwoordiging in de officiële organen. De ombudsfunctie werd om besparingsredenen beperkt tot de examenperiode.
sterke punten De commissie waardeert de sterke aandacht voor de begeleiding van de studenten en stelt vast dat de studenten dat zelf ook bijzonder positief vinden. Het is duidelijk dat een en ander berust op een goed doordacht beleid. De opleiding neemt een veelheid aan initiatieven op dit vlak (bijvoorbeeld intakegesprek als scharnier tussen studiekeuzeproblematiek en start van studie- en studentenbegeleiding, deelname aan SOHO-overlegplatform, poging tot uitbouw van studentenvolgsysteem, eerstejaarsbegeleider, studiesuccestest, zelfevaluatiechecklist als middelen om de student te responsabiliseren, grote zorg voor curriculumdocumenten). De samenwerking met de dienst StuVo, die ook op de campus ingebed is, biedt tevens veel mogelijkheden.
aandachtspunten De dienst studiebegeleiding is bij het begin van het academiejaar te beperkt bereikbaar in relatie tot de piekbelasting. De opleiding en haar specificiteit is onvoldoende bekend in de buitenwereld en bij toekomstige studenten. De commissie beveelt aan extra inspanningen te leveren om de bekendheid en het imago van de opleiding te versterken. In het kader van een competentiegericht onderwijs is een analyse van de instroom noodzakelijk om een beter zicht te krijgen op de aanvangscompetenties. Daarbij moet in het bijzonder de evolutie in de instroom nader geanalyseerd worden. Aan de grote verschillen in voorkennis tussen bijvoorbeeld ASO-leerlingen en TSO-leerlingen uit richtingen zoals boekhouden-informatica zou bij de begeleiding voor sommige onderdelen meer aandacht kunnen worden besteed. De studenten zijn van oordeel dat de communicatie voor verbetering vatbaar is. De commissie adviseert de opleiding te onderzoeken hoe ze die communicatie kan optimaliseren. Er moet een beleid ontwikkeld worden voor studentenparticipatie en –bewustmaking op het daartoe geëigende niveau.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
16
1.13
studeerbaarheid en studierendement
De opleiding wil bewus t de student centraal stellen en een studiebevorderende omgeving scheppen. Ze streeft op dat vlak ook naar samenwerking met externe actoren. Studietijdmeting wordt gezien als een kwaliteitsindicator die aanleiding kan geven tot kwaliteitsverbetering.
sterke punten De opleiding troost zich heel wat inspanningen om een studiebevorderend klimaat te scheppen. Het departement neemt studietijdmeting serieus. Dit blijkt uit het uitproberen van verschillende meetmethodes.
aandachtspunten De slaagpercentages in het eerste en tweede jaar zijn onvoldoende verklaard. De toepassing van de PDCA-cirkel kan de kwaliteit van de slaagcijfers verhogen. De ouderejaarsstudenten en afgestudeerden percipiëren de studiebelasting in het eerste jaar als te licht.
1.14
afgestudeerden
De opleiding wil ervoor zorgen dat haar afgestudeerden direct inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt. Ze stemt haar programma daarop af en neemt een aantal concrete initiatieven om haar studenten op de overstap voor te bereiden (zoals de jobinfobeurs). De opleiding is nog zeer jong: ze beoogt op dit ogenblik geen klassieke alumniwerking, maar wil de contacten met de afgestudeerden onderhouden via posthogeschoolvorming en (job)informatie(services) via een website. De adviescommissie helpt bij de afstemming van het curriculum op de arbeidsmarkt. Een enquête bij het beroepenveld gaf inzicht in de tevredenheid over de opleidingscompetenties. De afgestudeerden werden bevraagd over hun tevredenheid over de opleiding.
sterke punten De oud-studenten en het werkveld beoordelen de opleiding spontaan als zeer positief en waarderen in het bijzonder haar generalistisch karakter. Ook de band met lectoren en medestudenten en de persoonlijke aanpak van de lectoren worden als erg positief beschouwd. De jobinfobeurs is een goed initiatief. Er is informatie beschikbaar over de tevredenheid van afgestudeerden en werkveld.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
17
1.15
maatschappelijke dienstverlening en onderzoek
dienstverlening Het departement heeft een uitgewerkte visie op de plaats van maatschappelijke dienstverlening. Sinds 2002 ontplooit het via Memori een hele reeks activiteiten. Door de samenwerking met Cisco wordt geprobeerd de beleidsaccenten te realiseren en de infrastructuur te rentabiliseren.
sterke punten Memori heeft een duidelijke visie op maatschappelijke dienstverlening. Er wordt een brede waaier aan activiteiten ontplooid. Er wordt een ernstige inspanning geleverd om een band tussen Memori en de opleiding tot stand te brengen. Als Regional Academy biedt de opleiding het Cisco Network Academy Program en Cisco Certified Network Professional aan.
aandachtspunten Een incentivebeleid vanuit de hogeschool kan de daadkracht van de maatschappelijke dienstverlening versterken. Initiatieven moeten gevaloriseerd worden.
onderzoek Reeds sinds 1997 startte het departement met onderzoek, dat ook voor een deel aansloot bij de opleiding IMS. Sinds begin 2000 draagt de onderzoeksgroep de naam Memori. Er is steeds gestreefd naar een band met het onderwijs (via leeropdrachten van de onderzoekers). Het projectwerk wordt gefinancierd met projectgelden en eigen inkomsten. Memori wil zijn werking in de diepte en in de breedte uitwerken, een eigen positie innemen tegenover universitaire onderzoeksgroepen en haar acquisitiewerking verstevigen.
sterke punten Memori heeft een beleid met principes voor onderzoek uitgewerkt. De kwaliteit en de kwaliteitszorg in verband met onderzoek worden bewaakt. Memori spant zich in om steeds duidelijker een eigen positie in het onderzoeksveld te verwerven. Er is ook aandacht voor een band met het onderwijs.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
18
aandachtspunten Het is belangrijk alle lectoren van de opleiding bij het onderzoek te betrekken, minstens door het gebruik van onderzoeksresultaten in het onderwijs. Aan de sociale positie van de onderzoekers moet de nodige aandacht worden besteed.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
19
2
samenvatting van de belangrijkste sterken punten en aandachtspunten sterke punten
Er zijn duidelijk samenhangende en weldoordachte beleidsplannen opgesteld, zowel op het niveau van de hogeschool en van het departement als van de opleiding. De hogeschool schept een duidelijk kader voor kwaliteitszorg. Uit de gesprekken blijkt dat de opleiding haar strategische doelen bereikt. Er is een groot kwaliteitsbewustzijn bij het personeel, wat blijkt uit de permanente zorg om bijsturing van de verschillende onderdelen van de opleiding. Uit het ZER en de gesprekken blijkt dat PCDA-gericht werken een realiteit is. Het personeel geeft blijk van een grote dynamiek en vakkennis, is sterk gemotiveerd en zeer studentgericht en bereikbaar. Er is een degelijke vak- en vakgroepwerking. De commissie vindt de recente verfraaiingwerken erg geslaagd, want ze getuigen van een duidelijke visie op het onderwijs. Er is een professionele benadering bij de omgang met en de actualisering van de computerinfrastructuur. De hogeschool heeft veel oog voor de milieuproblematiek, onder andere via de werkgroep ‘Groene School’. De opleiding hanteert een eigen en helder omschreven onderwijsconcept. Er is een duidelijk beleid om competentiegericht te werken. Het programma getuigt van een consequente generalistische benadering. De consistentie van het programma en van de afzonderlijke onderdelen wordt degelijk bewaakt. Er bestaat een duidelijke visie op de objectieven van en het concept inzake werkveldervaring. De werkveldervaring steunt op ervaringsleren en heeft zowel aandacht voor werk- als leerbegeleiding, waarbij zorg wordt besteed aan de leerstijl van de student. Er is een visie op en een beleid inzake internationalisering, die een brede invulling krijgt en verbreed wordt tot interculturaliteit. De evolutie van docent- naar studentgestuurd onderwijs manifesteert zich in de dagelijkse praktijk. De opleiding hanteert een grote verscheidenheid in leervormen, wat de studenten ten zeerste appreciëren. De opleiding spant zich in om een modern en transparant evaluatiesysteem te hanteren. De commissie waardeert de sterke aandacht voor de begeleiding van de studenten en stelt vast dat de studenten dat zelf ook bijzonder positief vinden. Het departement neemt studietijdmeting serieus. Dit blijkt uit het uitproberen van verschillende meetmethodes. De oud-studenten en het werkveld beoordelen de opleiding spontaan als zeer positief en waarderen in het bijzonder haar generalistisch karakter. Er is informatie beschikbaar over de tevredenheid van afgestudeerden en werkveld. Er wordt op het vlak van maatschappelijke dienstverlening een brede waaier aan activiteiten ontplooid. De kwaliteit en de kwaliteitszorg in verband met onderzoek worden bewaakt. Er is aandacht voor een band van het onderzoek met het onderwijs.
aandachtspunten Het ontbreken van een organogram op hogeschoolniveau leidt tot onduidelijkheid. Het personeel is vragende partij voor een transparante organisatie. Door de dynamiek in de beroepswereld zal IMS er moeten voor zorgen de unieke profilering van de opleiding te behouden. Onderzoeksgegevens kunnen nog beter gebruikt worden als input voor bijsturingen.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
20
De lectoren ervaren de formele kwaliteitswerking als een bijkomende last bovenop een al zware taakbelasting. De werkdruk moet bewaakt worden. Het nieuwe taakbelastingssysteem kan daarbij als instrument gebruikt worden. Door de snelle evoluties in het vakgebied en bijgevolg de permanente behoefte aan vaktechnische vorming is een beleidsplan op dit gebied noodzakelijk. Ondanks de geleverde inspanningen blijven er klachten over de communicatiedoorstroming, zowel onder het personeel als naar de studenten. De opleiding kampt met een blijvende onzekerheid inzake de huisvesting. Er moeten inspanningen geleverd worden om de aansluiting bij het beroepenveld te blijven garanderen. Het werkveld formuleert de wens dat de eindwerken meer zouden tegemoetkomen aan de specificiteit van de opleiding en niet te eenzijdig technisch georiënteerd worden. Op basis van de voorliggende gegevens is de participatiegraad van studenten zeer laag. Het is wenselijk een beleidsplan voor mobiliteit van de lectoren uit te werken. De dienst studentenbegeleiding is bij het begin van het academiejaar te beperkt bereikbaar in verhouding tot de piekbelasting. De opleiding en haar specificiteit zijn onvoldoende bekend. De commissie beveelt aan hier extra inspanningen voor te leveren. De slaagpercentages in het eerste en tweede jaar zijn onvoldoende verklaard. Een incentivebeleid vanuit de hogeschool kan de daadkracht van de maatschappelijke dienstverlening versterken. Het is belangrijk alle lectoren van de opleiding bij het onderzoek te betrekken, minstens door het gebruik van onderzoeksresultaten in het onderwijs.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
21
bijlagen
bijlage 1 curriculum vitae van de visitatieleden Guido Cuyvers is doctor in de criminologie en tewerkgesteld bij de Katholieke Hogeschool Kempen (KHK) en de Katholieke Universiteit Leuven. Naast docent psychologie is hij coördinator onderwijsontwikkeling aan de KHK en kwaliteits coördinator van het departement Sociaal Agogisch Werk binnen deze hogeschool.
Joris Everaert is van opleiding gegradueerde Handelswetenschappen en Bedrijfskunde. Hij heeft onderwijservaring als lesgever en als ICT-verantwoordelijke. Sinds 2001 werkt hij als consultant bij Telindus in verschillende functies. Op dit moment is hij werkzaam voor Telindus als ICTarchitect bij het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.
Stefaan Hoflack is van opleiding industrieel ingenieur electronica en heeft een bijzondere licentie in informatica. Hij heeft een ruime bedrijfservaring als verantwoordelijke voor communicatie- en informatiesystemen. Sinds 2000 werkt hij bij Telindus waar hij verantwoordelijk was en is voor diverse projecten. Hij heeft onderwijservaring als docent informatica bij onder andere het CMO Leuven. Stef Knaepkens is van opleiding ingenieur electrotechniek. Hij is managing director Benelux van Quint Wellington Red wood , een internationaal adviesbureau gespecialiseerd in management en organisatie van vraagstukken rond ICT. Hij heeft meer dan vijftien jaar ervaring in het werkveld van IT beheer en management en is vertrouwd met kwaliteitssystemen zoals ISO-9000/2000, EFQM, EFBQ. Hij heeft onderwijservaring als docent projectmanagement bij het VLEKHO.
Marc Van de Velde is hoogleraar Duits aan de hogeschool Gent. Naast doceren heeft hij binnen de hogeschool ook ervaring in een leidinggevende functie als departementshoofd en van daaruit is hij betrokken geweest met kwaliteitszorg. Hij is vertrouwd met de visitatieprocedure van VLHORA. Hij was secretaris van de commissie bedrijfsbeheer en lid van de visitatiecommissie facilitaire dienstverlening.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen
bijlage 2 thema’s van het zelfevaluatierapport 0
beschrijving van beleid en kwaliteitszorg van de opleiding •
voorstelling van de opleiding;
•
beschrijving
van
het
beleid,
algemene
strategie
en/of
doelstellingen
inzake
onderwijs,
internationalisering, maatschappelijke dienstverlening, onderzoek, … •
1
beschrijving van het kwaliteitsbeleid en van het systeem van interne kwaliteitszorg.
thema concretisering kwaliteitszorg in de opleiding •
concrete uitwerking kwaliteitszorg in de opleiding (enquêtes, consensusvergaderingen, evaluatie, relaties met werkveld, …);
•
meetresultaten van de opleiding vanuit het interne kwaliteitsinstrument;
•
verbeterdoelen en acties vanuit de kwaliteitszorg in de opleiding;
•
opvolging van de verbeterdoelen en acties vanuit de kwaliteitszorg in de opleiding;
•
kwaliteitscoördinator in de opleiding (verantwoordelijkheid, draagvlak, functioneren); thema kwaliteitszorg in het opleidingsteam.
bijlage: overzicht scores, formulieren, (opvolgings)verslagen vanuit de kwaliteitszorg in de opleiding
2
thema personeel •
human Resources Management (o.a. aanstelling en/of aanwerving, allocatie, bevordering, functionering en evaluatie);
•
betrokkenheid van personeel (commitment en empowerment);
•
werking van het opleidingsteam (coördinatie, teamverantwoordelijkheid, draagkracht, ….);
•
professionalisering van het personeel buiten de technische deskundigheid (ook o.a. navorming);
•
technische deskundigheid van het onderwijzend personeel (vakinhoudelijk, onderwijskundig en didactisch) (ook hoe gaan wij daarmee om?, navorming, …);
•
onderzoeksdeskundigheid en/of deskundigheid in de beoefening en de ontwikkeling van de kunsten (indien van toepassing);
•
technische, administratieve en organisatorische deskundigheid (ATP, ondersteunende diensten) (ook o.a. navorming).
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen
bijlage: omvang, cijfermateriaal, samenstelling personeel (diploma, categorie, functieomschrijvingen, opdrachten), overzicht navorming personeel
3
thema materiële en financiële randvoorwaarden •
onderwijsruimten (incl. laboratoria, practica- en werkgroepruimten, ateliers, ….);
•
mediatheek;
•
computerfaciliteiten;
•
beschikbare werkingsmiddelen;
•
studenten- en docentenfaciliteiten.
bijlage: cijfermateriaal
4
thema onderwijsdoelstellingen •
onderwijsvisie van de opleiding;
•
afstemming van de onderwijsdoelstellingen van de opleiding op het hoger onderwijs;
•
afstemming van de onderwijsdoelstellingen van de opleiding op het werkveld.
bijlage: beroeps - en/of opleidingsprofiel, onderwijsvisie en/of onderwijsdoelstellingen
5
thema opleidingsprogramma: opbouw en inhoud •
concretisering van de onderwijsdoelstellingen in het opleidingsprogramma;
•
de aandacht in het opleidingsprogramma voor de vaardigheden die het maatschappelijk en beroepsmatig functioneren ondersteunen;
•
actualiteitsgehalte van het opleidingsprogramma;
•
sequentiële opbouw en coherentie van het opleidingsprogramma;
•
aandacht voor de karakteristieken van de studenteninstroom;
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen
•
aanbod en structuur van flexibele leerwegen in het opleidingsprogramma;
•
het niveau en de inhoud van de opleidingsonderdelen.
bijlage: opleidingsprogramma en studiegids van de opleiding
6
thema afstudeerwerk en/of werkveldervaring •
opvatting(concept), inhoud en niveau;
•
begeleiding (o.a. duidelijkheid regelingen en voorzieningen);
•
beoordeling (gehanteerde criteria en wijze van beoordeling);
•
relatief gewicht in de opleiding.
bijlage: stagecontract, stagebeoordelingfiche, lijst van stageplaatsen, gebruikte handleiding en/of afspraken bij begeleiding en beoordeling van afstudeerwerken
7
thema internationale dimensie •
integratie van de doelstellingen van het internationaliseringbeleid in de opleiding;
•
de internationale dimensie in de opleiding;
•
participatiegraad van de studenten aan internationale programma's;
•
internationale contacten van het personeel met terugkoppeling naar het onderwijs;
•
samenwerking met buitenlandse instellingen.
bijlage: cijfergegevens internationalisering (studenten, personeel, take-up rate, begroting, uitgaven, ….) internationalisering
8
thema leersituatie
8.1
onderwijsvormen •
de verschillende onderwijsvormen (hoorcollege, werkgroepen, projectwerk, practica, zelfstudie, ….) (concept, geschiktheid in relatie tot doelstellingen, didactisch niveau);
•
innovatieve onderwijsvormen;
•
proportie contacturen-zelfstudie-andere onderwijsactiviteiten.
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen
8.2
leermiddelen •
de verschillende onderwijsmiddelen (syllabi, handleidingen, cursussen, didactische hulpmiddelen, …) (in relatie tot doelstellingen en kwaliteit);
•
inschakeling van innovatieve leermiddelen in de opleiding (o.a. ICT).
bijlage: proportie contacturen-zelfstudie-andere onderwijsactiviteiten, onderwijsreglement en/of -regeling en/of -procedure wijziging onderwijsvormen en leermiddelen
9
thema toetsing en evaluatie •
de verschillende evaluatievormen (concept, in relatie tot de doelstellingen van de opleidingsonderdelen en de opleiding als geheel, gerichtheid van de evaluatie op het toetsen van kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes, moeilijkheidsgraad);
•
criteria en wijze van beoordeling door de evaluatoren;
•
criteria en wijze van beoordeling van de examencommissie;
•
organisatie van toetsen en examens;
•
transparantie van de evaluatie.
bijlage: examenreglement en/of regeling
10
thema studie- en studentenbegeleiding
10.1
studenteninstroom •
instroomprofiel (ook zijdelings);
•
instroombegeleiding;
•
voorlichting aan abituriënten/aspirant-studenten;
•
activiteiten ten aanzien van de aansluiting secundair - hoger onderwijs.
10.2
studiebegeleiding en studentenbegeleiding •
studiebegeleiding tijdens het eerste jaar;
•
studiebegeleiding/advies tijdens het vervolg van de opleiding;
•
communicatie van de onderwijsdoelstellingen, onderwijs - en examenreglement/ regeling;
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen
•
psychosociale begeleiding;
•
studentenparticipatie;
•
ombudsfunctie.
bijlage: cijfergegevens instroomprofiel en instroombegeleiding, folders en cijfergegevens studie- en studentenbegeleiding, decretaal rapport studiebegeleiding eerstejaars
11
thema studeerbaarheid en studierendement •
studierendement en studiebelemmerende of studiebevorderende factoren en maatregelen (per studiejaar/startmodules en voor de hele opleiding);
•
studietijd (verdeling over en binnen de opleiding, wijze en opvolging studietijdmeting, overeenstemming begrote en reële studietijd).
bijlage: slaagcijfers alle studiejaren/modules en gemiddelde studieduur, cijfergegevens begrote en reële studietijd
12
thema afgestudeerden •
voorbereiding van de afgestudeerde op de instap in het werkveld (uitstroombegeleiding inbegrepen);
•
contacten tussen de opleiding en de afgestudeerden (o.a. alumniwerking);
•
waardering voor de afgestudeerden door het werkveld;
•
tevredenheid van de afgestudeerden over de opleiding.
bijlage: materiaal uitstroombegeleiding en alumniwerking, rapport tevredenheidmeting bij afgestudeerden
13
thema maatschappelijke dienstverlening •
maatschappelijke dienstverlening verweven met de opleiding (concept, beleidsdoelstellingen, bijdrage tot beleidsdoelstellingen, verwevenheid met onderwijs, kwaliteitszorg maatschappelijke dienstverlening);
•
organisatie, middelen en ondersteuning van de opleidingsgebonden maatschappelijke dienstverlening.
bijlage: visie en/of beleidsdoelstellingen maatschappelijke dienstverlening, overzicht maatschappelijke dienstverlening, begroting projecten maatschappelijke dienstverlening, resultaten uit kwaliteitszorg
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen
14
thema onderzoek •
onderzoek verweven met de opleiding (concept, beleidsdoelstellingen, bijdrage tot beleidsdoelstellingen, verwevenheid met onderwijs o.a. via actieve deelname studenten, kwaliteitszorg onderzoeksprojecten);
•
organisatie, middelen en ondersteuning opleidingsgebonden onderzoek.
bijlage: overzicht onderzoeksprojecten, begroting onderzoek (personeel/taakbelasting, uitrusting, werking), tussentijdse en/of eindverslagen, gebruikerscommissies, resultaten uit kwaliteitszorg)
15
thema beoefening en ontwikkeling van de kunsten (indien van toepassing) •
de beoefening en ontwikkeling van de kunsten in de opleiding (beleidsdoelstellingen, bijdrage tot de realisatie van de doelstellingen, verwevenheid met onderwijs, kwaliteitszorg beoefening en ontwikkeling kunsten);
•
organisatie, middelen en ondersteuning van de beoefening en ontwikkeling van de kunsten.
bijlage: overzicht beoefening en ontwikkeling kunsten in de opleiding, resultaten uit kwaliteitszorg
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen
bijlage 3 bezoekschema
dag 1 – 14 oktober 2004 09.00 – 09.45 uur 09.45 – 11.00 uur 11.00 – 11.15 uur 11.15 – 12.30 uur 12.30 – 13.30 uur 13.30 – 14.30 uur 14.30 – 15.15 uur 15.15 – 15.30 uur 15.30 – 16.30 uur 16.30 – 17.30 uur 17.30 – 18.15 uur 18.15 – 19.00 uur 19.00 – 20.00 uur 20.00 uur
algemeen directeur, kwaliteitscoördinator, directeur onderwijs (indien van toepassing), departementshoofd en verantwoordelijke personeelsbeleid kwaliteitscoördinator van de opleiding (indien van toepassing) en opleidingscoördinator intern overleg rondleiding lichte lunch in besloten kring studenten: 3 tot 5 uit het eerste jaar en 3 tot 5 uit het tweede jaar (verschillende instroom, M/V, studentenvertegenwoordigers of jaarverantwoordelijken, generatie en niet-generatie studenten) studenten: 5 tot 7 uit het derde jaar intern overleg - pauze verantwoordelijke studiebegeleiding/SOVO, ombudsdienst en verantwoordelijke internationalisering inzage werkdocumenten 5 tot 7 afgestudeerden van de voorbije jaren (verschillende functies, sectoren en werkterreinen) 5 tot 7 vertegenwoordigers van het beroepenveld (die afgestudeerden in dienst hebben of stagiaires aannemen) hapje en drankje met aanwezigen avondmaal voor de commissie, intern overleg en overnachting
dag 2 – 15 oktober 2004 09.00 – 10.00 uur
10.00 – 11.00 uur 11.00 - 11.15 uur 11.15 – 12.00 uur 12.00 – 12.30 uur 12.30 – 13.30 uur 13.30 – 14.15 uur 14.15 – 14.45 uur 14.45 – 17.00 uur 17.00 – 17.30 uur
5 tot 10 docenten algemene vakken (verschillende anciënniteit, representatief voor verschillende vakgroepen, inclusief verantwoordelijke maatschappelijke dienstverlening/onderzoek 5 tot 10 docenten specialisatievakken (verschillende anciënniteit, representatief voor verschillende vakgroepen, inclusief stageverantwoordelijke) intern overleg – pauze ATP-medewerkers (secretariaat, verantwoordelijke infrastructuur, bibliothecaris) intern overleg lichte werklunch voor de commissie in besloten kring departementshoofd, opleidingscoördinator en kwaliteitscoördinator van de opleiding (indien van toepassing) vrij spreekuur intern overleg mondelinge rapportering
de onderwijsvisitatie van de opleiding informatiemanagement en support
bijlagen