Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijk afvalbeheer Datum: 20 mei 2010
Colofon Dit document voor duurzaam inkopen is ontwikkeld door NL Milieu en Leefomgeving in opdracht van het Ministerie van VROM. Meer informatie tel. 088 602 93 00,
[email protected] en www.agentschapnl.nl/duurzaaminkopen.
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
Inhoudsopgave 1
Inleiding.................................................................................................................................................... 2 1.1
Afbakening van de productgroep .............................................................................. 2
1.2
Beleid en markt ..................................................................................................... 3
2
Duurzaamheid en inkoop ...................................................................................................................... 7 2.1
Duurzaamheidsaspecten ......................................................................................... 7
2.2
Duurzaamheid in het inkoopproces ........................................................................... 9
2.3
Bronnen en relevante informatie ............................................................................ 11
BIJLAGE 1: Overzicht verwerkingstechnieken per afvalstof .................................................................. 12
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
1
1 Inleiding Let op!: Dit document wordt niet geactualiseerd. Het document is gebaseerd op onderzoek uitgevoerd in de periode 2007-2008 en kan verouderde informatie bevatten. Dit document bevat achtergrondinformatie voor het verduurzamen van een inkoop die valt binnen de productgroep Huishoudelijke afvalbeheer. Benutting van deze informatie is niet vereist voor het streven naar een bepaald percentage duurzaam inkopen, die de (semi-) overheden zichzelf hebben opgelegd. Het ministerie van VROM heeft voor deze productgroep geen milieucriteria vastgesteld voor duurzaam inkopen. De reden hiervoor is dat andere instrumenten geschikter zijn om de duurzaamheid in deze sector te verhogen. Hier is het Landelijk Afvalbeheerplan voor opgesteld (LAP2). Sociale criteria zijn wel van toepassing op deze productgroep. Informatie hierover is niet opgenomen in dit document. Daarvoor kunt u terecht op de website van VROM, www.vrom.nl/duurzaaminkopen.
1.1 Afbakening van de productgroep De productgroep Huishoudelijk afvalbeheer omvat de volgende subgroepen: 1.
2.
Systeemontwerp afvalbeheer: het ontwerp van de totale keten van afvalbeheer voor elke huishoudelijke afvalsoort (De volledige verwerkingsketen: inzamelmiddelen, inzamelsysteem, inzameling, overslag en transport, bewerking en verwerking). Inzameling van de verschillende afvalfracties (de dienst): a. huishoudelijk restafval b. groente- fruit- en tuinafval (gft-afval) c.
groenafval
d. oud papier en karton (OPK) e. glas f.
kleding en textiel
g. klein chemisch afval (KCA) h. afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) i.
verpakkingen
j.
grof huishoudelijk restafval
k. milieustraten met daarbij gebruikte middelen en apparatuur 3.
Overslag en transport: de opbulking en het transport voor bewerking en/of verwijdering.
4.
Verwerking: inkoop van capaciteit voor verwerking van de onder 2 genoemde afvalfracties.
Betrokken overheden die (onderdelen uit) deze productgroep aanbesteden zijn gemeenten en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. CPV-codes Om het de aanbestedende dienst gemakkelijker te maken wordt een selectie van CPV-codes gegeven die van toepassing kunnen zijn op deze productgroep. Deze selectie is niet uitputtend of compleet. Het blijft de verantwoordelijkheid van de aanbestedende dienst om zelf de juiste set van CPV-codes te verzamelen, aansluitend bij de betreffende aanbesteding.
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
2
De volgende CPV-codes zijn op deze productgroep van toepassing: CPV code
Omschrijving
90500000-2
Diensten op het gebied van vuilnis en afval
90510000-5
Afvalverzameling en –verwerking
90511000-2
Diensten voor ophalen van vuilnis
90511100-3
Ophalen van vast stadsafval
90511200-4
Ophalen van huisvuil
90511400-6
Diensten voor het verzamelen van oud papier
90512000-9
Diensten voor afvalvervoer
90513000-6
Diensten voor het verwerken en storten van ongevaarlijk afval en vuilnis
90513100-7
Verwijderen van huisvuil
90513100-7
Verwijderen van huisvuil
90513200-8
Verwijderen van vast stadsafval
90513300-9
Diensten voor afvalverbranding
90514000-3
Diensten voor afvalrecycling
Gerelateerde onderwerpen De productgroep Huishoudelijk afvalbeheer is onder andere gerelateerd aan de volgende onderwerpen en/of productgroepen: −
Inzamel- en transportvoertuigen en transport, met name zware motorvoertuigen
−
Reiniging Openbare ruimte
−
Afvalinzamelmiddelen (minicontainers, verzamelcontainers, rolcontainers e.a.)
−
Ondergrondse en bovengrondse verzamelcontainers
Kijk voor meer informatie over productgroep(en) op www.agentschapnl.nl/duurzaaminkopen. Dit document wordt niet geactualiseerd en kan dus andere namen bevatten dan de op de website genoemde productgroepen.
1.2 Beleid en markt Wetgeving en beleid De Kaderrichtlijn Afvalstoffen vormt het hoogste niveau van Europese afvalstoffenwetgeving. Daarnaast zijn er regels voor storten en verbranden evenals richtlijnen betreffende producentenverantwoordelijkheid. Op nationaal niveau is de kern van de afvalstoffenwetgeving vastgelegd in de Wet Milieubeheer. Hierin is onder andere de gemeentelijke zorgplicht voor huishoudelijk afval vastgelegd en de verplichting voor gemeenten om diverse fracties gescheiden in te zamelen. Ook Arbo-wetgeving is in de afvalsector relevant. De gemeenten organiseren en betalen de inzameling van huishoudelijk afval. Zij kunnen zelf binnen de kaders van wetgeving en het LAP (zie volgende paragraaf) bepalen hoe ze de inzameling regelen. Zij zijn verplicht restafval en gescheiden gft-afval in te zamelen, maar kunnen bepaalde delen van hun grondgebied gemotiveerd uitsluiten. Gemeenten kunnen ook besluiten andere stromen uit het huishoudelijk afval gescheiden in te zamelen.
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
3
In augustus 2007 zijn in het verpakkingsakkoord tussen VROM, VNG en het bedrijfsleven afspraken gemaakt over een nieuw systeem voor inzameling en verwerking van verpakkingsafval. In het kader hiervan hebben een aantal gemeentes gekozen voor inzamelsystemen (“zak aan de straat”), terwijl anderen juist voor brengsystemen hebben gekozen (“container in de buurt”). Landelijk Afvalbeheerplan Volgens de Wet milieubeheer is de Minister van VROM verplicht om ten minste eenmaal in de vier jaar een afvalbeheerplan vast te stellen. Het Landelijk Afvalbeheerplan 2 (LAP2) is de invulling van deze verplichting en bevat het beleid voor het afvalbeheer in Nederland. Het tweede LAP is in december 2009 in werking getreden en heeft een geldingsduur van zes jaar. Het LAP is het belangrijkste beleidskader voor alle soorten afval in Nederland. Hierin zijn onder meer de landelijke doelstellingen voor gescheiden inzameling, de uitwerking van het beleidskader voor specifieke categorieën van afvalstoffen in sectorplannen en algemene uitgangspunten voor instrumenten als vergunningverlening en handhaving vastgelegd. In de sectorplannen wordt per categorie van afvalstoffen aangegeven, wat de minimumstandaard is voor de verwerking. De minimumstandaard geeft aan, wat milieuhygiënisch gezien de gewenste wijze van verwerken is. Ander methoden van verwerken zijn eveneens toegestaan, mits deze in milieuhygiënisch opzicht gelijkwaardig aan of beter dan de minimumstandaard zijn. Alle overheden moeten rekening houden met het LAP. Deze verplichting vloeit voort uit artikel 10.14 van de Wet milieubeheer. Dat lagere overheden zijn 'gebonden' aan een plan dat de Minister vaststelt. Voor het Rijk is bij het opstellen van beleidsplannen die betrekking hebben op afvalbeheer het LAP het referentiekader. De teksten van het LAP zijn te vinden op www.LAP2.nl. Op deze site vindt u ook informatie over de uitvoering van het LAP, voorgenomen wijzigingen van het LAP eventueel oudere teksten (zoals het eerste LAP en ontwerp-teksten).
Marktschets Nederland heeft een goede afvalbeheerinfrastructuur. De marktpartijen in Nederland en de omliggende landen hebben voldoende mogelijkheden om aan duurzaamheidseisen te voldoen. Er komt in Nederland jaarlijks ruim 9 miljoen ton afval vrij uit huishoudens. Grote deelstromen van het huishoudelijk afval zijn huishoudelijk restafval (3,9 Mton), grof huishoudelijk restafval (0,8 Mton), gft-afval (1,4 Mton) en papier en karton (1,0 Mton). Het Nederlands huishoudelijk restafval bestond in 2007 voor ruim driekwart uit de componenten gft-afval (34%), papier en karton (25%) en kunststoffen (20%). Gemeenten besteden voor het beheer van huishoudelijk afval bijna 1,8 miljard euro per jaar in 2006. Dit komt neer op een bedrag van circa 250 euro per huishouden. Hiervoor kopen gemeenten onder andere diensten en producten met betrekking tot inzamelmiddelen, inzameling en verwerking van huishoudelijk afval. Figuur 1 laat zien dat 50% van de afvalbeheerkosten naar de verwerking van afvalstromen gaat, waarvan tweederde voor de verwerking van huishoudelijk restafval en eenderde naar de overige stromen zoals gft-afval, papier, glas, KCA en grof huishoudelijk afval. Van de totale kosten voor de afvalverwerking wordt ongeveer 40% besteed aan de inzameling .
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
4
Overige kosten (communicatie, inning heffing etc.) 10% Verwijdering huishoudelijk restafval 33%
Inzameling (alle afvalstromen) 40%
Verwijdering overige afvalstromen 17%
Figuur 1. Jaarlijkse uitgaven aan huishoudelijk afvalbeheer. Praktijk van aanbesteden Wanneer een gemeente de inzameling en of verwerking aanbesteedt zal dit in het algemeen via een (Europese) aanbesteding op basis van de Richtlijn diensten gebeuren. Aanbesteden gebeurt op verschillende niveaus in de afvalketen. In de huidige situatie worden door gemeenten veel en kleinere onderdelen (subgroepen) uit het totale afvalbeheer apart aanbesteed (bijvoorbeeld glasinzameling of verbranding van restafval) op basis van een bestek. Gemeenten hebben de contractering voor het verwerken van huishoudelijk afval in het algemeen via gemeenschappelijke regelingen, sturingsorganisaties of samenwerkingsverbanden geregeld. Deze sluiten namens de gemeenten contracten af met de bewerkers (behandelen voor nuttige toepassing en/of voorbereiding voor de verwijdering) en de verwijderaars (in Nederland afvalverbrandingsinstallaties of stortplaatsen). Dit heeft tot gevolg dat het aantal contracten dat er in Nederland voor de verwerking van huishoudelijk afval is, beperkt is. De verwijdering van huishoudelijk restafval wordt vaak langjarig gecontracteerd. Een groot aantal contracten loopt tot ver na 2010. Tot januari 2013 lopen voor de helft van de inwoners de huidige contracten voor huishoudelijk afval af. Twintig procent van het huishoudelijk afval ligt zeer lang (tot 2030) tot oneindig vast bij dezelfde verwerker. Inzameling Gemeenten hebben op grond van artikel 10.21 van de Wet Milieubeheer de zorgplicht voor de inzameling van huishoudelijk afval bij huishoudens. Gemeenten hebben de vrijheid deze zelf te verzorgen of uit te besteden. In het verleden hebben de gemeenten de inzameling over het algemeen zelf opgepakt. Daarom wordt de inzameling van huishoudelijk afval nog altijd voor het grootste deel door overheidsgedomineerde bedrijven verricht. Voornamelijk de grote gemeenten hebben een eigen gemeentelijke dienst. Private bedrijven zamelen vooral bij de kleinere gemeenten in. Voor deze gemeenten is het over het algemeen niet effectief en efficiënt om een eigen reinigingsdienst te hebben. Zij missen voldoende schaalgrootte. In 2006 zamelt in 61% van de gemeenten een overheidsgedomineerd bedrijf in. In de resterende 39% is dit een privaat bedrijf.
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
5
Verwerking Er zijn deelmarkten voor de verwerking van restafval, gft-afval, papier, glas en textiel en dergelijke. Voor de verwijdering van huishoudelijk (rest)afval door verbranding van huishoudelijk restafval zijn 11 afvalverbrandingsinstallaties (AVI’s) actief in Nederland. Van de AVI’s zijn er 7 in handen van gemeenschappelijke regelingen (formele samenwerkingsverbanden van gemeenten) en nemen 63% van de capaciteit in beslag. Voor de verwijdering door storten zijn er 22 stortplaatsen in exploitatie (31 januari 2006). Eén stortplaats is tijdelijk gesloten maar beschikt nog over capaciteit. Het overgrote deel van de stortplaatsen (84%) is in handen van de overheid. In 2006 is nog 575 kton (grof) huishoudelijk afval gestort. In Nederland geldt een stortverbod voor brandbaar afval. Alleen wanneer het brandbare afval niet kan worden hergebruikt en er onvoldoende verbrandingscapaciteit is, kan het worden gestort. In dat geval verleent het ministerie van VROM hiervoor ontheffing. Een gedeelte van het integraal ingezamelde (grof) huishoudelijk restafval wordt nagescheiden, hiervoor zijn in Nederland 13 scheidingsinstallaties actief. Van het nagescheiden afval wordt ongeveer 33% nuttig toegepast door materiaalhergebruik of door verbranding in een elektriciteitsinstallatie of cementoven. Er waren in 2006 23 installaties (13 bedrijven) actief die gft-afval verwerken via composteren of vergisten..
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
6
2 Duurzaamheid en inkoop In dit hoofdstuk vindt u de inhoudelijke afwegingen voor duurzaamheid bij de productgroep Huishoudelijke afvalbeheer en algemene informatie om duurzaamheid in het inkoopproces mee te nemen.
2.1 Duurzaamheidsaspecten De belangrijkste duurzaamheidaspecten van huishoudelijk afvalbeheer zijn per fase van de afvalbeheerketen samengevat in tabel 1.
Duurzaam materiaalgebruik
+
+
o
Energie en klimaatverandering
+
o
o
Bevorderen luchtkwaliteit
+
+
+
Hinderbeperking omgeving
+
+
+
+
+
werkgelegenheid
+
Service niveau
+
verwerking
Planet
transport
Ambities afvalbeheer
inzameling
Thema's
systeemontwerp
Tabel 1: overzicht duurzaamheidaspecten huishoudelijk afvalbeheer
o
Toelichting op basis van LAP
+
op basis van LAP
+
schoner/minder transport
o
verkeershinder en geluid
o
o
Arbo en veiligheid
+
+
+
+
o
o
Arbeidsvoorwaarden en welzijn People
van medewerkers Arbeidsparticipatie /
+ betekent dat er in potentie winst te halen is o betekent dat geen of beperkte winst te halen is Eventuele profit aspecten (niet nader onderzocht): Vergroten van inzamelgebieden, verdere automatisering van inzameling (dan wel minder werkgelegenheid voor niet/minder geschoolden), bevorderen (inter)nationale concurrentie, bevorderen van grootschaliger maken van / toelaten van grotere bewerkingsinrichtingen (Merk op, dat storten, conform de daarvoor geldende regels m.b.t. de bescherming van het milieu, de goedkoopste verwijderingtechniek is. . . )
Duurzaam materiaalgebruik en Energie en klimaatverandering De belangrijkste duurzaamheidaspecten van het huishoudelijk afvalbeheer, hergebruik van materialen en terugwinning van energie uit afvalstoffen, zijn vastgelegd in de wet Milieubeheer en vertaald naar beleid. Het beleid voor het afvalbeheer in Nederland is verwoord in het Landelijk afvalbeheerplan (LAP, zie ook paragraaf 1.2). Op grond van de Wet milieubeheer moeten alle overheden rekening houden met dit plan. De belangrijkste doelen van het LAP zijn: -
Bevordering preventie.
-
Meer nuttige toepassing (hergebruik van materialen, energiewinning uit afvalstromen).
-
Minder afval storten (gecontroleerd).
-
Verdere liberalisering van de afvalmarkt.
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
7
De doelstellingen met betrekking tot nuttige toepassing van afval en minder afval storten (waarbij zoveel mogelijk materiaal en energie wordt teruggewonnen), kunnen worden gerealiseerd door het zoveel mogelijk scheiden van monostromen. Het beleid is daarom sterk gericht op afvalscheiding en een streven naar zo hoog mogelijke scheidingspercentages. Voor de verwerking stimuleert het LAP een zo hoogwaardig mogelijke verwerking. Hiertoe zijn minimumstandaards gedefinieerd. Anders dan deze standaard mag ook, maar een minimaal vergelijkbare milieukwaliteit moet dan aangetoond worden door de verwerker aan het bevoegd gezag. Beter scheiden van afval Het invoeren van een containermanagement systeem (CMS) - waarbij chips worden aangebracht op de minicontainers voor rest- en/of gft-afval - geeft ook optimaliseringmogelijkheden. De chips op de containers zijn geregistreerd per huishouden en kunnen gegevens over het aanbiedgedrag registreren. Dit systeem zorgt ervoor dat er geen “illegale” containers in omloop komen: bedrijven kunnen hun afval niet meer aanbieden bij het huishoudelijke afval en de container kan in één inzamelronde niet meerdere malen worden aangeboden. Bovendien scheelt deze automatiseringslag administratieve handelingen en krijgt men meer inzicht in het aanbiedgedrag van de bewoners. Daarnaast biedt dit systeem goede mogelijkheden om routeoptimalisatie voor het inzamelgebied uit te voeren. Het invoeren van CMS wordt vaak als opzet gezien naar de invoering van diftar. Luchtkwaliteit Voor het verbeteren van de luchtkwaliteit kan worden ingezet op minder en schoner transport (zie hiervoor de productgroepen mbt transport) en een optimale verwerking (zoals het gebruik van Afval verwerkingsinstallaities met een hoog rendement) en hoogwaardige rookgasreiniging dragen bij aan verbetering van de luchtkwaliteit. Het brandstofverbruik van de inzamelvoertuigen kan worden beperkt door de route te optimaliseren, bijvoorbeeld met behulp van navigatiesoftware. De uitvoerder dient er uiteraard op toe te zien dat de gebruikte software en kaarten actueel zijn voor het betreffende gebied. Dit kan eventueel ook in de aanbesteding worden opgenomen. Hinder leefomgeving Transporten van afval bij inzameling en verwerking veroorzaken geluid- en verkeershinder. Vooral bij de inzameling kan door het gebruik van venstertijden in bijvoorbeeld centrumgebieden en het gebruik van stillere vrachtwagens deze hinder verminderen. Ook bij transport kunnen stillere vrachtwagens een bijdrage aan de vermindering van hinder leveren. Bij het brengen van afval naar milieustraten is de verkeersafwikkeling vaak een probleem. Door een ruime opzet van de inrichting van de milieustraten en de keuze voor ruime openingstijden is deze hinder te beperken. Hiermee wordt veelal ook het serviceniveau voor de burgers verhoogd en de afvalscheiding geoptimaliseerd. Arbeidsvoorwaarden en welzijn van medewerkers De arbeidsomstandigheden bij afvalinzameling zijn de laatste jaren sterk verbeterd door steeds meer gebruik te maken van gemechaniseerde systemen en schonere voertuigen. Op het gebied ARBO-eisen voor inzameling van afval geldt de P90-norm 1. Deze norm dient gehanteerd en gehandhaafd te worden.
1
De P90-norm wil zeggen dat bij een gemiddelde populatie 90% van de mensen de werkzaamheden zonder een verhoogd risico op schadelijke gevolgen kan uitvoeren. De norm stelt eisen ten aanzien van beladingmaxima in tonnen en colli per belader. Hierbij wordt gekeken naar maximale hoeveelheden in gewicht, naar leeftijd van de belader en naar het type inzameling. Voor meer informatie zie http://www.arbocatalogus.net/afval/inzamelen/inzamelen%20huishoudelijk%20afval/fysieke-belasting/p-90-norm
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
8
Serviceniveau Een gebruiksvriendelijk systeem met een goede service is nodig om ervoor te zorgen dat de gebruikers hun afval goed scheiden en dat er geen zwerfafval ontstaat. Voldoende verzamelcontainers in de nabije omgeving (bijvoorbeeld voor glas), een voldoende hoge inzamelfrequentie en handige, duurzame (mini)containers dragen bij aan een gebruiksvriendelijk systeem. Overige aspecten Preventie kan een belangrijke bijdrage leveren aan verduurzaming van afvalbeheer. De meeste mogelijkheden tot preventie in huishoudelijk afvalbeheer liggen bij de producenten die beslissen over levensduur van producten, wijze van verpakken et cetera. Natuurlijk speelt ook het inkoopgedrag van burgers een rol (niet meer kopen dan nodig). Innovatiemogelijkheden Er zijn verschillende mogelijkheden voor innovatie bij huishoudelijk afvalbeheer. Deze liggen vooral op het terrein van: −
Verbetering van scheidingsmogelijkheden (bronscheiding of nascheiding).
−
Mechanisatie van inzamelmethoden.
−
Schone voertuigtechnieken.
−
Vernieuwende en/of geoptimaliseerde recyclingtechnieken.
−
Een hoger energierendement uit afval (op dit moment door vergisting of verbranding).
In de nieuwe systemen voor verwijdering van autowrakken, batterijen en wit- en bruingoed die zijn ontstaan als gevolg van de invoering van producentenverantwoordelijkheid, zijn voorbeelden te vinden van innovaties die deze ketens verbeterd hebben. Voor de implementatie van producentverantwoordelijkheid voor verpakkingsafval zijn beheerafspraken gemaakt tussen de overheid, de gemeenten en het bedrijfsleven. Dit systeem daagt uit tot innovatie, bijvoorbeeld voor de inzameling en verwerking van kunststof verpakkingsmateriaal.
2.2 Duurzaamheid in het inkoopproces Duurzaamheid begint met het inventariseren van de behoefte van de (interne) klant. Vervolgens speelt duurzaamheid in elke inkoopfase een rol van meer of mindere betekenis. Meer informatie over hoe duurzaamheid in het inkoopproces kan worden meegenomen is te vinden in de handleiding duurzaam inkopen www.agentschapnl.nl/duurzaaminkopen. Duurzame aspecten die in het inkoopproces bij de productgroep Huishoudelijke afvalbeheer kunnen worden meegenomen zijn: Communicatie met de markt Voor complexe opdrachten kan een aanbestedende dienst ervoor kiezen om in de voorbereidingsfase in gesprek te gaan met de markt. Op die manier kunt u meer inzicht krijgen op de haalbaarheid van de ambities en mogelijke oplossingsrichtingen. Duurzaamheid kan daar ook aan de orde komen (bijvoorbeeld het opnemen van outputgerichte milieudoelen, zoals beschreven in paragraaf 3.2). Hierbij kan gedacht worden aan marktconsultaties of een concurrentiegerichte dialoog. Preventie en afvalscheiding De belangrijkste kans op verduurzaming in afvalbeheer ligt in de afvalstroom zelf: minimaliseren van afvalproductie, maximaliseren van hergebruik en recycling op een zo hoog mogelijk niveau. Als dat niet mogelijk is dan met een zo hoog mogelijk rendement energie winnen uit het overige afval, gevolgd door scheiding van bruikbare componenten en onbruikbare restmaterialen. Tenslotte dient de geminimaliseerde reststroom gecontroleerd gestort te worden.
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
9
Dit principe staat bekend als ‘de ladder van Lansink’ en is de internationaal erkende aanpak om milieubelasting van afval te minimaliseren. De eerste en meest vrije keuzes die hierbij bepalend zijn worden gemaakt in de planfase: de systeemkeuze en de wijze van aanbesteding.De keuzes vinden vaak hun neerslag in een gemeentelijk afvalbeheerplan of afvalstoffenplan. In de verdere stappen in de afvalbeheerketen nemen de mogelijkheden tot sturing door gemeenten af. Dit betekent dat duurzaamheidswinst is te boeken als: 1) duurzaamheid al in de beleids/planfase al wordt meegenomen en 2) de uitvoerders/marktpartijen vroeg in het proces van inkoop worden betrokken. Duurzaam afvalbeheer in de aanbesteding Het verbeteren van het scheidingsresultaat en afvalpreventie kan de gemeente vastleggen in het afvalbeleid. In een ‘gewone’ aanbesteding kunnen de milieudoelen niet zomaar worden meegenomen omdat de verantwoordelijkheid voor het behalen van de doelstellingen met betrekking tot scheidingsresultaat bij de gemeente ligt. Er wordt in het algemeen geen afvalscheiding of afvalreductie ingekocht, maar een dienst voor de transport en de logistiek Nascheiding wordt soms wel apart ingekocht. De gemeente kan er ook voor kiezen om milieudoel en de uitwerking daarvan over te laten aan de markt. Zo kan de kennis en ervaring van de marktpartijen worden benut en wordt ruimte geboden aan innovatie. Inzamel- en verwerkingsbedrijven geven aan dat ze dit willen en kunnen. In dat geval dient te worden gekeken naar ‘innovatieve’ aanbestedingsvormen. Indien hier nog weinig ervaring mee is, verdient het de aanbeveling hier meer informatie over in te winnen bij andere gemeenten, opdrachtgevers en ondersteunende instanties, zoals PianOo en CROW. Een voorbeeld van een mogelijkheid is dat de gemeente een offerte aanvraagt bij bedrijven die een product (in de vorm van de (totale) inzameling, eventueel gecombineerd met verwerking en de opzet en organisatie daarvan) offreren waarmee dat doel wordt bereikt. Daarbij gaat het om het definiëren van een prestatie die in dit geval een direct gevolg heeft voor het milieu. Exploitatie van een milieustraat In geval dat sprake is van de exploitatie van een milieustraat (al dan niet in eigen beheer, al dan niet na nieuwbouw) kan de gemeente overwegen om prestatie-eisen te stellen aan de de milieustraat. Zo kunnen eisen worden gesteld aan de wachttijd van een bezoeker aan de poort van de milieustraat, het aantal verschillende afvalfracties dat kan worden aangeboden en de toegankelijkheid voor de burgers (bv. hoeveel uur of wanneer de milieustraat open is) In de rapportage “Onderzoek kostprijsberekening milieustraten van de NVRD” staat omschreven hoe een milieustraat kan worden ingericht om een goede scheiding en weinig hinder te realiseren. Belangrijk hierbij is dat er voldoende mogelijkheid is om de fracties aan te bieden en dat er een optimale doorlooptijd is. De rapportage is op te vragen bij de Nederlandse Vereniging voor Afval en Reinigingsmanagement (NVRD). Bewerking- en verwerkingstechnieken huishoudelijke afvalstoffen In geval dat er sprake is van bewerking en/of verwerking van huishoudelijke afvalstoffen kan de gemeente eventueel eisen stellen aan de technieken. In bijlage 1 is een overzicht gegeven van de technieken. Deze zijn is gebaseerd op de minimumstandaarden zoals genoemd in het Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP). In het Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP) is voor elke afvalstroom een minimumstandaard voor verwerking gedefinieerd. Deze minimumstandaard geeft het laagste niveau aan waarop een afvalstof mag worden be- of verwerkt. De gemeente kan per afvalstroom een minimum stellen met als ondergrens de minimumstandaard (bv. kolom A of B) en/of een uitdaging door kolom C of nog beter te waarderen in een gunning. Rendement van verbranding huishoudelijk restafval Indien er sprake is van verbranding van huishoudelijk restafval kan worden geëist dat het huishoudelijk restafval verbrand wordt in een afvalverbrandingsinstallatie (AVI) met een
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
10
minimaal energetisch rendement. Het gemiddelde elektrische rendement van Nederlandse AVI’s was in (2008) rond de 22 à 23%. Let op dat bij het eisen van een rendement duidelijk moet zijn hoe dit wordt berekend..
2.3 Bronnen en relevante informatie −
www.agentschapnl.nl/uitvoeringafvalbeheer
−
www.lap2.nl
−
www.nvrd.nl
−
www.va.nl
−
www.kici.nl
−
http://www.arbocatalogus.net/afval/
−
http://www.agentschapnl.nl/sde/
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
11
BIJLAGE 1: Overzicht verwerkingstechnieken per afvalstof Afvalstof Huishoudelijk restafval
Gescheiden ingezameld gftafval
Gescheiden ingezameld groenafval
KOLOM A
KOLOM B
KOLOM C
Minimale verwerkingstechniek Huishoudelijk restafval wordt verbrand in een afvalverbrandingsinstallatie (AVI). Voor het verbranden in een avi is eis P3 van toepassing
Verwerkingstechniek Nascheiding* waarbij de gescheiden stromen ten minste worden verwerkt conform de verwerkingsmethode aangegeven in deze tabel of volgens de minimumstandaard van het Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP).
Verwerkingstechniek
Gescheiden ingezameld gft-afval wordt gecomposteerd of vergist gevolgd door nacomposteren, met het oog op materiaalhergebruik, dit is de werkwijze conform de minimumstandaard van het Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP). Dit document is te downloaden van de site www.senternovem.nl/uitvoeringafvalbeheer of op te vragen bij Uitvoering Afvalbeheer van SenterNovem.
Gescheiden ingezameld groenafval wordt gecomposteerd of vergist, gevolgd door nacomposteren, met het oog op materiaalhergebruik. OF De gescheiden ingezameld houtfractie wordt nuttig toegepast met brandstof als hoofdgebruik
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
Als overkoepelende eis bij deze verwerkingstechniek geldt dat moet worden aangetoond dat van het afval aan het eind van de verwerking van alle componenten maximaal 5 gewichtprocent wordt gestort. Gescheiden ingezameld gft-afval wordt vergast en daarna wordt dit gas bijgestookt in een elektriciteitscentrale
Gescheiden ingezameld groenafval wordt vergast en daarna wordt dit gas bijgestookt in een elektriciteitscentrale
Gescheiden ingezameld gft-afval wordt verwerkt conform een verwerkingstechniek die een aantoonbaar lagere milieudruk veroorzaakt dan composteren of vergisten gevolgd door nacomposteren met het oog op materiaalhergebruik Het aantonen dat de verwerkingstechniek een lagere milieudruk veroorzaakt dient inschrijver te hebben gedaan bij het bevoegd gezag. De wijze waarop dat moet gebeuren, is afhankelijk van de wijze waarop de minimumstandaard voor het verwerken van de afvalstof is vastgesteld. Deze wijze staat beschreven in hoofdstuk 10.3.1 van deel 1 van het Beleidskader LAP, gewijzigde versie van april 2004. Het bevoegd gezag toetst de wijze waarop dit is gedaan en geeft indien akkoord bevonden een vergunning af. Gescheiden ingezameld groenafval wordt verwerkt conform een verwerkingstechniek die een aantoonbaar lagere milieudruk veroorzaakt dan composteren of vergisten gevolgd door nacomposteren met het ook op materiaalhergebruik of door nuttige toepassing van de houtfractie met hoofdgebruik als brandstof. Het aantonen dat de verwerkingstechniek een lagere milieudruk veroorzaakt dient inschrijver te hebben gedaan bij het bevoegd gezag. De wijze waarop dat moet gebeuren, is afhankelijk van de wijze waarop de minimumstandaard voor het verwerken van de afvalstof is vastgesteld. Deze wijze staat beschreven in hoofdstuk 10.3.1 van deel 1 van het Beleidskader LAP,
12
gewijzigde versie van april 2004. Het bevoegd gezag toetst de wijze waarop dit is gedaan en geeft indien akkoord bevonden een vergunning af. Gescheiden ingezameld oud papier en karton Gescheiden ingezamelde kleding en textiel, geschikt voor hergebruik Gescheiden ingezameld KCA
Gescheiden ingezamelde Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur mo (AEEA) Gescheiden ingezameld verpakkingsafval Grof huishoudelijk restafval
Gescheiden ingezameld oud papier en karton wordt nuttig toepast in de vorm van materiaalhergebruikt. Gescheiden ingezamelde kleding en textiel wordt nuttig toegepast in de vorm van materiaalhergebruik.
Gescheiden ingezamelde kleding en textiel wordt nuttige toegepast in de vorm van producthergebruik.
Aangezien KCA geen monostroom is maar uit een grote diversiteit aan afvalstoffen bestaat is er geen minimumstandaard voor deze stroom. De gescheiden stromen worden verwerkt conform de minimumstandaard van het vigerende Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP) te worden verwerkt. Dit document is te downloaden van de site www.senternovem.nl/uitvoeringafvalbeheer of op te vragen bij Uitvoering Afvalbeheer van SenterNovem. Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) wordt verwerkt volgens de specifieke verwerkingseisen in Richtlijn (EG) 2002/96 en/of de Leidraad bij bijlage II en artikel 6.1 van de Richtlijn (EG) 2002/96 worden verwerkt. Deze richtlijn is te vinden op http://eur-lex.europa.eu/ Gescheiden ingezameld verpakkingsafval wordt nuttig toegepast als materiaal hergebruik.
Grof huishoudelijk afval wordt verbrand in een Afvalverwijderingsinstallatie (AVI) waarbij selectie eis P3 van toepassing is.
Grof huishoudelijk restafval wordt nagescheiden waarbij de gescheiden stromen worden verwerkt conform de minimumstandaard van het vigerende Landelijk Afvalbeheer Plan (LAP). Het LAP is te downloaden van de site www.senternovem.nl/uitvoeringafvalbeheer of op te vragen bij Uitvoering Afvalbeheer van SenterNovem. Als overkoepelende eis bij deze verwerkingstechniek geldt dat moet worden aangetoond dat van het afval aan het eind van de verwerking van alle componenten maximaal 5 gewichtprocent wordt gestort.
* Nascheiden = Handmatig of mechanisch afzonderen van componenten uit afvalstoffen uit een behandelde stroom.
Informatie voor duurzaam inkopen van Huishoudelijke afvalbeheer Datum publicatie: 20 mei 2010
13