MIGRATIE
INFO
• Ervaringen van migranten • Focus op voor zelfstandig vertrek • Rol kerken, overheid en wetenschap
NUMMER 2 14e JAARGANG JULI 2008
thema
Vreemdelingenbewaring
IOM Internationale Organisatie voor Migratie
Migratie Info is een uitgave van de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) Nederland en bevat nieuws en achtergrondinformatie over migratie vraagstukken rond drie thema’s: terugkeer, overkomst naar Nederland en migratie & ontwikkeling. Het blad verschijnt één keer per kwartaal en wordt toegestuurd aan relaties van IOM en aan overige geïnteresseerden. Migratie Info wordt mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van het Ministerie van Justitie en het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
IOM Nederland
IOM-kantoren
Postbus 10796 2501 HT Den Haag T 070 - 31 81 500 Telefax: 070 - 33 85 454
Postbus 1002 8001 BA Zwolle T 0900 - 74 64 466 (t 0,05 p/m)
www.iom-nederland.nl
2
Het onderwerp migratie wordt vanuit diverse invalshoeken belicht. Aan bod komen onder meer: terugkeerprogramma’s, gezinshereniging, uitgenodigde vluchtelingen, procedures, overheidsbeleid, achtergronden, praktijk ervaringen en (internationale) ontwikke lingen.
IOM Logistieke Unit Brede Haven 25 5211 TL Den Bosch T 0900 - 74 64 466 (t 0,05 p/m)
Sluisstraat 65 1075 TD Amsterdam T 0900 - 74 64 466 (t 0,05 p/m)
Vertrekpassage West Transportstraat 267 1118 AW Schiphol
Inhoud
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
VOORWOORD De situatie van vreemdelingen in bewaring is een ‘hot item’ in het nieuws. Nederland wordt goed in de gaten gehouden als het gaat om de leefsituatie van vreemdelingen op locaties, maar ook als het gaat om realistische toekomstperspectieven. IOM vindt het belangrijk dat er aandacht is voor deze migranten. Zeker nu ook het Europees Parlement de regelgeving rond detentie van illegale vreemdelingen wil aanscherpen. In dit nummer van Migratie Info laat IOM personen aan het woord die een betrokkenheid hebben bij vreemdelingen in bewaring – ieder vanuit eigen invulling. Met deze uitgave wil IOM bijdragen aan de discussie over vreemdelingenbewaring. De in Nederland gevoerde discussie nemen we mee in de Europese uitwisseling van ervaringen over terugkeer vanuit bewaring die door IOM wordt georganiseerd in het najaar 2008. Toezichthouders van DJI, regievoerders van DT&V, pastorale verzorgers, leden van de raad van toezicht, academici, belangenbehartigers en ook IOM hebben een ieder een eigen verantwoordelijkheid te dragen als het gaat om het werken met vreemdelingen in bewaring. Een humaan beleid in overeenstemming met de door Nederland getekende internationale overeenkomsten en een verantwoordelijke uitvoering van dit beleid zijn de uitgangspunten van iedereen die met deze complexe materie in aanraking komt. De redactie
Inhoudsopgave Hoogleraar strafrecht en vreemdelingenrecht “Vreemdelingenbewaring is niet humaan en heeft niet het gewenste effect,”stelt prof.dr. Anton van Kalmthout. Pagina 2, 3 en 4
Ervaringen uit de praktijk: Isaäc uit Tanzania Pagina 5
Vreemdelingenpolitie Piet Waltheer van de Vreemdelingenpolitie noemt het vreemdelingenbeleid ‘helder en humaan, hard als het moet.’ Pagina 6 en 7
IOM-project AVRD IOM biedt vreemdelingen in bewaring ondersteuning als ze zelf besluiten om terug te keren naar hun land van herkomst. Pagina 8 en 9
Ervaringen uit de praktijk: Donata uit Mongolië Pagina 18
Ervaringen uit de praktijk: Zulfiqar uit Irak
IOM Londen Ervaringen met vreemdelingenbewaring in het Verenigd Koninkrijk
DJI detentieplatform Zaandam De praktijk van vreemdelingenbewaring.
Ervaringen uit de praktijk: Santiago uit de Dominicaanse Republiek
Justitiepastoraat wil mensen in vreemdelingenbewaring meer perspectief bieden.
Burgemeester van Dordrecht over de detentieboot in zijn gemeente.
Ervaringen uit de praktijk: Ravic uit Egypte.
Ervaringen uit de praktijk: Daniël uit de Oekraïne
Pagina 10
Pagina 11, 12 en 13
Pagina 14 en 15
Pagina 16
Pagina 19
Pagina 20
Pagina 21
Pagina 22
IOM Brussel IOM over vreemdelingenbewaring in België Pagina 17
1
Interview: “Illegalen betalen de prijs voor een soepel asielbeleid”
Prof.dr. Anton van Kalmthout, hoogleraar strafrecht en vreemdelingenrecht Universiteit van Tilburg
Vreemdelingenbewaring heeft geen enkel resultaat “Vreemdelingenbewaring is niet humaan en heeft niet het gewenste effect. Het is onterecht om iemand als crimineel te bejegenen omdat hij of zij de ellende ontvlucht en elders werk wil zoeken. Ik adviseer om te werken aan zelfstandige terugkeer en aan een ruimhartiger beleid voor arbeidsmigranten. Want het huidige vreemdelingenbeleid werkt illegaliteit juist in de hand.” Dit stelt professor dr. Anton van Kalmthout, als hoogleraar strafrecht en vreemdelingenrecht verbonden aan de Universiteit van Tilburg. Als voorzitter van de Raad van Toezicht van de eerste gevangenis voor illegalen in Tilburg zag hij het begin van de vreemdelingenbewaring rond 1994. Tot dan toe werden jaarlijks slechts enkele honderden vreemdelingen in een huis van bewaring of politiecel geplaatst, meestal vanwege een strafbaar feit. “In de jaren negentig is dat drastisch veranderd. Toen werden nietlegale vreemdelingen benaderd alsof zij een erge misdaad hadden begaan. Bovendien is de detentiesituatie voor verdachten en veroordeelden in Nederland sindsdien sterk versoberd. Automatisch betekende dat ook een verslechtering voor de illegale vreemdelingen. Hun situatie was zelfs vaak slechter dan van mensen die in het kader van het strafrecht in detentie werden geplaatst. Veel mensen denken dat de capaciteitsuitbreidingen van de Nederlandse gevangenissen nodig waren voor het langer en meer straffen. Ze vergissen zich. Het is ook gebeurd met het oog op vreemdelingenbewaring. Onder de noemer openbare orde en veiligheid wordt al snel voor in bewaringstelling geko-
2
zen. Iedere vreemdeling kan zo maar van de straat worden geplukt.” Van Kalmthout rekent voor dat twintig procent, ofwel 3.000 van de circa 16.000 detentieplaatsen, bestemd zijn voor illegale vreemdelingen. “Aangezien de verblijfsduur gemiddeld korter is dan die van een gewone gevangene, worden jaarlijks tussen de 15.000 en 20.000 mensen in vreemdelingenbewaring geplaatst. Het komt er op neer dat een op de drie gedetineerden in de gevangenis zit in het kader van vreemdelingenrecht en niet vanwege strafrecht.”
“In vergelijking met het buitenland wordt in Nederland het hardst opgetreden tegen illegaal verblijf” Binnen de illegale vreemdelingen onderscheidt Van Kalmthout drie groepen. “Er zijn mensen die je nooit tegenkomt en die zich voortdurend moeten verstoppen. Ze leven in de schemer van de samenleving. Ze moeten soms wel naar voren komen vanwege ziekte, honger of kou. In een strenge winter zie je hen bij de dak- en thuislozenvoorzieningen. Maar verder weet niemand waar ze zijn.” Daarnaast zijn er illegale vreemdelingen die bekend raken vanwege lichte overtredingen die voortkomen uit die illegaliteit, zoals winkeldiefstal en door overlevingscriminaliteit en valsheid in geschrifte. Dan is er een derde groep, waar ook Van Kalmthout weinig compassie mee heeft, namelijk de ‘echte,
zware criminelen’. “Dan moet het strafrecht wel optreden en daarna is uitzetting uiteraard op zijn plaats.” Nederland steekt ongunstig af Van Kalmthout is slecht te spreken over dit overheidsbeleid. Hij constateert dat de samenleving en de media er kennelijk vrede mee hebben want er wordt weinig aandacht aan deze in bewaringstelling besteed. “In vergelijking met het buitenland wordt in Nederland het hardst opgetreden tegen illegaal verblijf. In geen ander land wordt zoveel gebruik gemaakt van opsluiting als middel om mensen het land uit te krijgen.” Oneerlijk vind hij ook het feit dat er geen redelijke termijn is gesteld waarbinnen de rechter de rechtmatigheid van de in bewaringstelling moet toetsen, zoals wel is verplicht bij de strafrechtelijke detentie. Het kan soms wel zes weken duren voordat die toetsing plaatsvindt. Het is Van Kalmthout ook een doorn in het oog dat steeds meer illegalen voor het minste of geringste al ‘ongewenst’ worden verklaard. “Dat stempel moet je pas krijgen als je echt grote misdaad hebt begaan.” Er is ook geen limiet gesteld aan de vreemdelingenbewaring. “De enige grens die we stellen is die van het Europees verdrag, namelijk dat je iemand mag vasthouden zolang er zicht is op uitzetting. Als die optie wegvalt, mag men betrokkene niet meer vasthouden. Dat duurt soms wel twintig maanden. Ik vind dat de rechters nogal makkelijk aannemen dat er wel zicht op uitzetting is.”
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
Van Kalmthout geeft met tegenzin toe dat hij af en toe in gedachten meegaat in de ideeën van rechtse partijen om illegaliteit strafbaar te stellen. “De redenen onderschrijf ik absoluut niet, want het is geen strafrechtelijk verwijtbaar gedrag. Maar ik neig er soms wel toe om het strafbaar te laten stellen omdat het voor de rechtspositie van de vreemdeling een aanzienlijke verbetering zal betekenen. Dan wordt de plaatsing binnen drie dagen door de rechter getoetst en weet hij hoeveel straf hij krijgt en welke rechten hij heeft.” Illegaal is synoniem voor crimineel en ongewenst Op de vraag waarom deze harde aanpak antwoordt Van Kalmthout: “De Nederlandse samenleving wil niet in vreemdelingen investeren. Dat wordt gevoed door de beeldvorming. Als ik een lezing houd en vraag wie er nu precies in vreemdelingenbewaring zitten, is altijd het antwoord ‘criminele asielzoekers’. Dat is wat mensen denken en horen. Je zag het toen in Zaandam een paar mensen ontsnapten. De media meldden dat er gedetineerde illegalen waren ontsnapt en dat een helikopter, honden en een boot werden ingezet om hen te zoeken. Nou, dan wordt de burger wel bang en moeten het wel grote boeven zijn. Illegaal wordt ervaren als ongewild en onaangepast. Het gaat echter om mensen met als enige tekort dat zij geen verblijfsvergunning hebben, dat zij niet over de vereiste papieren daarvoor beschikken. Vandaar de vriendelijkere term “Sans Papiers” of “Ongedocumenteerden”, die men in het buitenland gebruikt. Het lijkt alsof deze illegalen de prijs moeten betalen
Anton van Kalmthout: “Het lijkt alsof deze illegalen de prijs moeten betalen voor een soepel asielbeleid en het generaal pardon.”
voor een soepel asielbeleid en het generaal pardon. Want dat was de belofte: Bij een generaal pardon zullen we de illegalen harder aanpakken, want hij is ongewenst en overlastgevend. Dat betekent het woord ‘illegaal’ in 2008, terwijl het in de Tweede Wereldoorlog een geuzennaam was! Er is een uitsluiting ontstaan van mensen die niet legaal zijn.” Naast uitsluiting heeft de illegale vreemdeling last van uitbuiting. “Er zijn mensen die er van profiteren. Het zijn kwetsbare goedkope arbeidskrachten die alle bescherming van de arbeidswetgeving moeten ontberen. De werkgevers en huisjesmelkers worden wel sterker gevolgd, maar niet vanwege
uitbuiting. Het gaat er om illegalen te kunnen pakken. Daarnaast is er ‘overlast’ als gevolg de uitbuiting door huisvesters.” Negatieve uitwerking De vraag rijst of de doelen van vreemdelingenbewaring worden gerealiseerd, namelijk mensen het land uit te zetten en uitstralen dat Nederland voor nieuwe illegalen onaantrekkelijk wordt. Volgens Van Kalmthout is aangetoond dat het aantal illegalen de afgelopen vijf jaar niet is afgenomen. “Toenmalig minister Verdonk riep wel dat er geen waren bijgekomen, maar van afname was geen sprake. Bovendien is het aantal ‘bronlanden’
3
IOM in Nederland
verminderd omdat Oost-Europese landen lid van de EU zijn geworden. Er is dus geen sprake van een zichtbare daling. Niet in de laatste plaats is er het gegeven dat hooguit eenderde van het aantal mensen daadwerkelijk het land wordt uitgezet. Bovendien komt een deel ervan weer terug naar Nederland, want mensen hebben hier netwerken en verbanden, sommigen hebben zelfs kinderen hier.” Naast het niet bereiken van de beoogde resultaten, heeft vreemdelingenbewaring een negatieve uitwerking op de vreemdelingen. “Het roept veel spanning en woede op omdat ze zo lang als criminelen worden behandeld. Het gevolg is zelfs nog meer verzet en weerstand om mee te werken. Bovendien is gebleken dat men als niet-crimineel de gevangenis in gaat en er als crimineel uit komt. Want het doel om geld te verdienen is niet gehaald. Ze ontmoeten maatjes in de bajes die hen vertellen waar ze wel geld kunnen verdienen.” Wat nu? Het wordt tijd om via een parlementair onderzoek na te gaan wat dit opmerkelijke beleid kost en met welke effecten, en goed na te gaan of er geen andere wijze is om met dit vraagstuk om te gaan, vindt Van Kalmthout. Het verbaast hem dat er geen alternatieven zijn zoals een meldplicht of plaatsing in open inrichtingen waar aan terugkeer wordt gewerkt. “Pas als iemand niet meewerkt, zou je hem of haar in een gesloten inrichting kunnen plaatsen. Vreemdelingenbewaring
4
zou pas als laatste middel mogen worden toegepast.” Van Kalmthout is blij dat IOM betrokken is bij vrijwillige terugkeer, ook vanuit de detentiecentra. “Natuurlijk kan niet iedereen die naar Nederland komt er blijven. De vraag is hoe je daar mee om gaat. Kies je voor repressief uitzetbeleid of voor effectief terugkeerbeleid rekening houdend met persoonlijke factoren om die terugkeer te doen slagen. Dat moet op de voorgrond staan! Daar speelt IOM een rol bij. Je kunt je geld beter daarin investeren dan in uitzetting. Detentie kost gemiddeld 150 euro per dag aan de dagelijkse kosten van de gevangenis. Bedenk dan dat er gemiddeld 20.000 mensen per jaar gemiddeld 80 dagen in detentie zitten! Waarvan dus eenderde daadwerkelijk wordt uitgezet.” Al jaren pleit Van Kalmthout voor vrijwillige terugkeer in plaats van uitzetting, vooral vrijwillige terugkeer met het wegnemen van de belemmeringen en met perspectief in het land van herkomst. “Nu een aantal organisaties daar op bescheiden wijze in samenwerken, zoals IOM met het justitiepastoraat en organisaties in het herkomstland, dan steun ik dat van harte! Mijn advies is dat IOM meer speelruimte en geld krijgt om te investeren in terugkeerprojecten en wellicht andere vormen dan detentiecentra te realiseren om de terugkeer voor te bereiden, kansen te benutten en bedreigingen het hoofd te bieden.” Een andere aanbeveling is om illegale vreemdelingen die vanwege een strafbaar feit in detentie zijn geplaatst, tijdens dat verblijf
voor te bereiden op de periode na detentie. “Zowel met het oog op terugkeer naar het herkomstland als terugkeer in de Nederlandse samenleving, want tweederde komt op straat te staan”, aldus Van Kalmthout. Samenvattend concludeert hij: “Mijn grootste wens is dat het denken over het vreemdelingenvraagstuk een andere kant op gaat en minder insteekt op de jacht op illegale vreemdelingen.” -
Anton van Kalmthout heeft diverse boeken gepubliceerd over het onderwerp vreemdelingen in bewaring, onder andere: Ook de illegaal heeft een verhaal A.M. van Kalmthout Wolf Legal Publishers, Nijmegen (2006) ISBN: 9058502031 Foreigners in European Prisons A.M. van Kalmthout, F.B.A.M. Hofsteevan der Meulen en F. Dunkel Wolf Legal Publishers, Nijmegen (2006) ISBN: 9789058502759
Praktijkervaringen: eerste casus
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
uIt tanZanIa oP Zoek naaR ZIjn VaDeR
De 22-jarige Isaäc komt uit Tanzania en is in januari 2008 op weg naar Engeland om daar zijn vader te zoeken. Op Schiphol maakt hij een transitstop en daar wordt hij aangehouden. Zijn papieren blijken vals en hij wordt veroordeeld tot twee maanden straf. Daarna wordt hij in vreemdelingenbewaring gesteld. Project officer Trees Moon van IOM: “Al snel laat hij via zijn regievoerder van de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) weten met ons te willen spreken. Isaäc wil niets liever dan terug naar Tanzania. Hij heeft het helemaal gehad in Europa, en zeker in Nederland. Andere celgenoten adviseren hem om asiel aan te vragen, maar daar wil hij niet van weten. Hij wil gewoon graag terug naar Afrika.” Stiekem hoopt hij liever vandaag dan morgen nog met kopieën van documenten via IOM terug te kunnen. Dat kan niet, dus moeten er zaken worden geregeld. Bij het in behandeling van zijn aanvraag blijkt dat zijn informatie anders dan die van IOM. “Hij zegt met de consul te hebben afgesproken dat de familie moet zorgen dat zijn papieren op het consulaat komen. Wij van IOM daarentegen krijgen van het consulaat te horen dat de man niet bekend is en dat hij een laissezpasser-aanvraag moet indienen bij het consulaat. Isaäc baalt, dat duurt dan al gauw een week en dat is lang als je in detentie zit en besloten hebt zelfstandig terug te keren. Als ik het door hem ingevulde aanvraagformulier wil ophalen, krijg ik het bericht dat hij de dag ervoor opheffing van bewaring heeft gekregen. Isaäc is vrij.”
twee maanden straf en toen in vreemdelingenbewaring. Hij was aangeslagen en ontdaan, hij werd als crimineel behandeld. Ik zie dat vaker, vooral mensen die kort in Nederland zijn kunnen die onverwachte opsluiting niet aan, ze voelen een grote druk en worden heel nerveus. Ook omdat ze in die tijd zelf weinig kunnen doen.” –
De vraag of zijn terugkeerwens nog wil realiseren blijft niet lang onbeantwoord. “Hij had mijn mobiele nummer en heeft me gebeld. Hij wilde nog steeds heel graag terug. Hij verbleef in Amsterdam en ik heb hem verwezen naar een collega daar. Dezelfde middag is hij er geweest en heeft IOM een treinkaartje naar het consulaat in Brussel geregeld. Vermoedelijk kan hij nog deze week terugkeren.” Wat Trees Moon opvalt in het verhaal is dat de man totaal verrast was door zijn aanhouding en detentie wegens een vals document. “Isaäc wilde gewoon zijn vader opzoeken en had volgens mij echt geen verkeerde bedoelingen. Het pakte heel anders uit,
(De namen in de praktijkvoorbeelden zijn om privacyredenen gefingeerd.)
5
Interview: Vreemdelingenpolitie
Interview met Piet Waltheer, hoofd Vreemdelingenpolitie Zuid-Holland en lid van de landelijke Strategische Beleids Groep Vreemdelingen
“Humaan als het kan, hard als het moet” De Vreemdelingenpolitie bestrijdt de onrechtmatige instroom van vreemdelingen en illegaal verblijf in Nederland. De politie concentreert zich in deze bestrijding in de eerste plaats op criminele en overlastgevende illegale vreemdelingen. Dit gebeurt door vreemdelingen staande te houden en hen aan te houden in het kader van het strafrecht of hen op grond van het vreemdelingenrecht in bewaring te stellen. “Zelfstandig vertrek heeft de voorkeur, maar als die medewerking volledig ontbreekt moet je een streep trekken en overgaan op in bewaringstelling”, aldus Piet Waltheer, hoofd Vreemdelingenpolitie Zuid-Holland-Zuid en lid van de landelijke Strategische Beleidsgroep Vreemdelingen. De Vreemdelingenpolitie was tot voor enkele jaren vooral administratief betrokken bij de uitvoering van het vreemdelingenbeleid. Dit veranderde bij de komst van de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) en de herverdeling van taken van de Immigratieen Naturalisatiedienst (IND) en gemeenten. Toen kreeg de Vreemdelingenpolitie een nadrukkelijker rol bij de uitvoering van het vreemdelingenbeleid gericht op handhaving en opsporing. Handhaving betekent toezicht houden, opsporen betekent mensen staande houden in het kader van het vreemdelingen recht en/of het strafrecht. “We hebben de opdracht van de overheid om het toezicht op vreemdelingen fors te intensiveren. Dat is de grote omslag in de afgelopen twee jaar. De Vreemdelingenpolitie zet de focus op illegaal verblijf al dan niet in combinatie met strafbare feiten, maar ook personen die documenten vervalsen, huisjesmelkers en werkgevers die vreemdelingen misbruiken
6
als goedkope arbeidskrachten en andere vormen van uitbuiting.” Toezicht houden In de toezichttaak, uitgevoerd in samen werking met de Koninklijke Marechaussee (KMAR) is er toezicht op vreemdelingen en alles wat hier mee samenhangt. “Op uiteen lopende momenten en plaatsen treffen we vreemdelingen aan die illegaal in het land verblijven. Ze worden staande gehouden en in de meeste gevallen in bewaring gesteld vanwege hun illegale verblijf. Als er bovendien verdenking is van een strafbaar feit, wordt de vreemdelingenbewaring voorafgegaan door een strafrechtelijk traject”, vertelt Waltheer. In de toezicht- en handhavingstaak werkt de Vreemdelingenpolitie samen met bijvoor beeld de Arbeidsinspectie, de Belasting dienst, de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) en gemeenten. De Vreemdelingenpolitie kan iemand staande houden, vragen zich te identificeren en nagaan of er sprake is van rechtmatig verblijf. Als dat niet zo is wordt bij de IND gecheckt of eventueel recente wijzigingen zijn opgetreden. Blijkt iemand illegaal te verblijven, dan volgt in bewaringstelling met het doel hem het land te laten verlaten. Na de in bewaringstelling wordt de vreemdeling binnen enkele dagen overgedragen aan de Directie Bewaring van DT&V om het vertrek te realiseren. Het Bureau Coördinatie Vreemdelingen binnen de Dienst Justitiële Inrichtingen bepaalt in welk detentiecentrum iemand wordt geplaatst.
In verlengde van de asielprocedure Een ander zogeheten ‘proces voorbereiden vertrek’ ligt in het verlengde van de asiel procedure. Daarbij gaat het om asielzoekers die niet onder het generaal pardon vallen of die een negatieve beschikking hebben gekregen op het asielverzoek. Voor hen moet een vertrekproces worden gestart. Hierin werkt de Vreemdelingenpolitie samen met het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) en DT&V. “Samen bepalen we de strategie die uiteindelijk leidt tot het vertrek. Primaire insteek is zelfstandig vertrek, waarbij ook IOM een belangrijke rol kan spelen. Als betrokkene echter niet meewerkt aan het identiteitsonderzoek, geen documenten overlegt en niet de intentie heeft het land zelf te verlaten of op een andere wijze het vertrek frustreert, kunnen we besluiten tot een in bewaringstelling.” Ook dan volgt de overdracht aan DT&V voor het realiseren van het dan gedwongen vertrek. Vreemdeling in de strafrechtketen VRIS Niet-legale vreemdelingen die worden aangehouden en veroordeeld worden vanwege een delict vallen eerst onder het strafrecht. Als de straf is uitgezeten blijft men vervolgens in detentie in het kader van het vreemdelingenrecht. Daartoe is het zogenoemde VRIS-protocol opgesteld, wat staat voor Vreemdeling in de strafrechtketen. Dit protocol regelt dat al tijdens de detentie in het kader van strafrecht wordt gestart met het vertrektraject. “Deze mensen gaan vier maanden voor afloop van de straf naar een speciale afdeling in het detentiecentrum
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
Piet Waltheer: “We hebben de opdracht van de overheid om het toezicht op vreemdelingen fors te intensiveren.”
Alphen aan de Rijn. Daar starten de activiteiten om hen in het kader van vreemdelingenwetgeving het land te laten verlaten.” Het protocol kent ook regelingen om te beoordelen of een ongewenstverklaring nodig is. Waltheer: “Bij elke vreemdeling die we staande houden wordt gecheckt of er eerder justitiecontact is geweest en of op grond daarvan een ‘ongewenstverklaring’ mogelijk is. De politie doet dan een voorstel aan de IND waarna deze dienst een beschikking tot ‘ongewenstverklaring’ kan opleggen. Voor het feit dat een ongewenst verklaarde vreemdeling in Nederland verblijft kan een straf worden opgelegd van maximaal zes maanden.” Focus op veiligheid en leefbaarheid Niemand weet hoeveel vreemdelingen illegaal in Nederland verblijven. Over aantallen wil Waltheer dan ook niet praten. “Het gaat mij veel meer om de inhoud en zaken als veiligheid en leefbaarheid. Dat zijn belangrijke aspecten. We zijn niet zozeer op jacht naar illegalen maar voeren onze toezicht functie uit. Dat doen we door onderzoek in bepaalde sectoren en controles in bedrijven met goedkope arbeid, zoals de horeca, de schoonmaak en prostitutie. Ook richten we ons op overlastpanden met concentraties van vreemdelingen en werken we met tips via ‘meld misdaad anoniem’ en van organisaties die werken met vreemdelingen.”
vreemdelingenbeleid. Waltheer is blij dat ook IOM zich bij de keten heeft aangesloten. “IOM is van belang voor vrijwillig, zelfstandig vertrek en heeft veel te bieden, niet alleen voorafgaand aan terugkeer. Door het wereldwijde netwerk kan de organisatie ook ondersteuning bieden in herkomstlanden. Dat kan het vertrekproces van mensen die geen status krijgen of niet gewenst zijn positief beïnvloeden.” Ook de Vreemdelingenpolitie ziet het liefst zelfstandig vertrek. “In bewaring stellen is een zware vrijheidsbenemende maatregel. Als we ons kunnen richten op zelfstandig vertrek dan faciliteren we dat op alle manieren. Samen met COA, DT&V, IOM, gemeenten en allerlei instanties hebben we een goed netwerk om dat vertrek te organiseren.” Waltheer vindt het vreemdelingenbeleid helder en humaan, hard als het moet. “Je moet uitgaan van de eerlijkheid van iemand die asiel aanvraagt. Die verdient respect. Als je echter met elkaar vaststelt dat er bijvoorbeeld met valse documenten wordt gewerkt of met valse voorwendselen een status wordt gevraagd, dan moet je maatregelen treffen.” –
De Vreemdelingenpolitie in Nederland telt circa 1.500 medewerkers en is ingedeeld in 25 regio’s. Elke regio heeft een Hoofd
Vreemdelingenpolitie. Een aantal van hen
maakt deel uit van de strategische beleids Groep Vreemdelingen, waaronder Piet
Waltheer als hoofd VP Zuid-Holland-Zuid met de portefeuille Ketensamenwerking.
Bij voorkeur zelfstandig vertrek De samenwerking in de vreemdelingenketen leidt tot een goede uitvoering van het
7
Project Assisted Voluntary Return from Detention
Interview met Daniëlle Rap, projectleider AVRD
“Zelfstandig vertrek uit vreemdelingenbewaring” Elke vreemdeling heeft de mogelijkheid om te besluiten: ik ga terug! Vanuit die optiek biedt IOM vreemdelingen in bewaring in Nederland de mogelijkheid van ondersteuning bij terugkeer. Sinds november 2007 gebeurt dat in het kader van het project Assisted Voluntary Return from Detention (AVRD). Het AVRD-team bestaat uit acht medewerkers, waarvan er zes in detentiecentra werken ten behoeve van in bewaring gestelde vreemdelingen. Projectmanager Daniëlle Rap licht het project toe. Elders in deze uitgave van Migratie Info geven de teamleden diverse praktijkvoorbeelden. In het kader van het AVRD-project geeft IOM op vijf locaties voorlichting aan in bewaring gestelde vreemdelingen. De algemene doelstelling van het project is een breder bereik van de IOM-ondersteuning, het bevorderen van de kwaliteit van de dienstverlening en het optimaliseren van IOM-bemiddeling bij het verkrijgen van reisdocumenten voor mensen in detentie. Onderdeel van het project is ook internationale uitwisseling van ‘good practices’ ten aanzien van terugkeer vanuit vreemdelingenbewaring in België, het Verenigd Koninkrijk en Nederland. Het AVRD-project is onderdeel van het IOM-programma REAN ‘Return and Emigration of Aliens from the Netherlands’. De criteria voor ondersteuning in het kader van REAN gelden ook voor terugkeer uit vreemdelingenbewaring. Het werk van IOM wordt in de detentiecentra bekendgemaakt via informatiesheets en groepsvoorlichting door IOM-medewerkers aan de bewoners. Ook de samenwerkingspartners vertellen
8
over IOM en wijzen bewoners op de spreekuren. Bovendien wordt het door de bewoners zelf aan elkaar verteld.
en weten vrij snel nadat ze horen over de dienstverlening van het IOM of ze hun eigen terugkeer willen organiseren of niet.”
Effect op mensen In bewaring betekent weinig bewegingsruimte en verblijven in een cel. De mogelijkheden voor ontspanning en dergelijke verschillen per locatie. Anders dan bijvoorbeeld in een asielcentrum kunnen mensen niet vrij naar het IOM-spreekuur gaan. Op verzoek van de IOM-medewerker worden ze door bewakers opgehaald. “Verblijf in vreemdelingenbewaring heeft een enorme impact op het leven van mensen”, aldus Rap. “Zeker als je bedenkt dat het opsluiten van mensen in principe een straf is voor misdadigers en andere overtreders van de wet. Je bent niet meer vrij om te beslissen waar je wilt gaan en staan. Je bent afhankelijk van overheidspersoneel om in je basisbehoefte te voorzien. Daarnaast komen mensen psychisch onder spanning te staan. Je kunt nergens heen, hebt weinig te doen, geen vrienden en/of familie om je heen. Die druk levert spanning op die mensen op hele verschillende manieren uiten, van apathie tot hyperactief, van verdrietig tot boos. Anderen zijn moedeloos of raken in paniek vanwege de uitzichtloosheid.”
Als iemand op grond van de informatie en ondersteunende gesprekken kiest voor zelfstandige terugkeer biedt IOM assistentie bij het verkrijgen van reisdocumenten, het organiseren van de reis, zo mogelijk een kleine financiële bijdrage en vertrek- en aankomstassistentie op de luchthavens. “Voor specifieke kwetsbare groepen, zoals mensen met medische problemen kunnen we de terugkeer iets verlichten door bijvoorbeeld de overgang naar lokale gezondheidszorg voor te bereiden en medicijnen mee te geven. Een extra bijkomstigheid is dat IOM de reis faciliteert tot de plaats van bestemming, zelfs als dat honderden kilometers buiten de luchthaven is.”
Het feit dat mensen in vreemdelingen bewaring niet weten hoe lang ze opgesloten zitten, versterkt de druk. Er is nauwelijks te ontsnappen aan de harde realiteit. “Dat merken we als we met mensen praten. Mensen zijn vrij open en direct over hun afwegingen ten aanzien van hun toekomst
Juist de manier waarop IOM biedt migranten die in vreemdelingen bewaring zitten de mogelijkheid om invloed te hebben op deze wending in hun leven. Rap: “Ze kunnen de situatie keren met de keus: Ik ga terug! Dan is er een verschil in de manier waarop zij terugkeren. Dat kan betekenen dat ze eerder en dankzij IOM op humane wijze de vreemdelingenbewaring en Nederland verlaten dan wanneer ze de volledige procedure van uitzetting doorlopen.” Een aantal dagen voor het daadwerkelijk vertrek worden de mensen overgeplaatst naar het uitzetcentrum op Schiphol. “Als medewerkers van IOM mensen ophalen bij de marechaussee op Schiphol zien ze vaak de opluchting: ze lopen rond als elke
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
Assisted Voluntary Return from Detention IOM is eind 2005 begonnen in Rotterdam met voorlichting over de mogelijkheden
voor zelfstandig vertrek aan migranten die
in vreemdelingenbewaring terecht kwamen. In 2005 heeft IOM 223 vertrekkers gehad, in 2006 waren er het 410.
Gezien deze resultaten is op 1 november
2007 het project Assisted Voluntary Return
from Detention van start gegaan. IOM heeft voor dit project financiering ontvangen van
het EU Return Fund (Prepatory Actions). Het project loopt tot en met april 2009.
In Rotterdam, Dordrecht, Zaandam, Alphen aan de Rijn en Zeist zijn de medewerkers Het AVRD-team van IOM; v.l.n.r.: Trees Moon-Warris, Euphrem Yamuremye, Jitka Horakova, Eric van den Boom, Daniëlle Rap, Olivier Spree, Ard Venhuizen, Henk Koops.
van IOM op vaste dagen aanwezig.
Telefonisch zijn ze tijdens kantooruren op
het algemene informatienummer van IOM,
andere reiziger, als vrij mens. Bovendien is voor niemand zichtbaar dat er een periode van vreemdelingenbewaring aan vooraf is gegaan. Daarmee voorkom je de kans dat iemand als ‘crimineel’ wordt bejegend.” Meerwaarde van IOM IOM is voortdurend in gesprek met maatschappelijke partijen en overheidsinstellingen over terugkeer en de mogelijkheden tot ondersteuning. Een belangrijk speler in de discussie rondom terugkeer en vreemdelingenbewaring is Anton van Kalmthout. In het kader van het project werkt het IOM samen met hem aan het ontwikkelen van de kwaliteit van haar werkwijze. Zo heeft Van Kalmthout
een serie studiebijeenkomsten verzorgd voor het AVRD-team en is hij betrokken bij de evaluatie van de werkwijze. Met de mogelijkheid voor zelfstandige terugkeer uit vreemdelingenbewaring blijkt de onafhankelijke en unieke positie van IOM. Rap: “Zoals ik al zei, biedt IOM deze mensen de gelegenheid om toch nog invloed te hebben op deze wending in hun leven. Mensen kunnen het heft in eigen hand nemen en onze expertise gebruiken om het vertrek te organiseren.” –
(0900) 746 44 66, bereikbaar voor vragen en voor het maken van afspraken.
9
Praktijkervaringen: tweede casus
teVeRgeeFs VeRtRokken uIt IRak, DankZIj Iom WeeR tHuIs De arme, hardwerkende automonteur Zulfiqar vluchtte uit Irak met het oog op een veiliger en betere toekomst voor zijn vrouw en twee dochtertjes. Hij besluit vooruit te reizen en een veilige plek te zoeken. Hij reist op valse documenten en smokkelaars bepalen de route. Daardoor komt hij in Slowakije terecht. Hij vraagt asiel aan maar merkt al snel dat het lang gaat duren met weinig kans op snelle gezinshereniging. Hij besluit naar Zweden te gaan, daar heeft zijn broer een verblijfsstatus. Dan speelt het Dublin-akkoord hem parten. Daarin is namelijk bepaald dat iemand niet in een tweede Europees land asiel mag aanvragen. Met zijn broer komt Zulfiqar tot de conclusie dat hij het beste naar een ‘niet-Dublin’ land kan gaan en de keuze valt op Canada. Hij regelt valse documenten en vertrekt. Hij komt niet verder dan Schiphol. Hij valt door de mand en krijgt twee maanden gevangenisstraf vanwege de valse documenten en hij wordt ongewenst verklaard. Veel keuzes zijn er niet meer. Uitzetten naar Baghdad kan niet en terug naar Slowakije is geen optie want dat geeft onvoldoende perspectief op hereniging op vrouw en kinderen. Zulfiqar wil naar huis.
helpen terug te keren naar Baghdad. Blij dat er een eind kwam aan zijn avontuur. De bureaucratie in Europa bracht hem terug naar de hel in Baghdad. Daar was hij nog blij om ook. Ik had een dubbel gevoel: enerzijds tevredenheid over zijn vlotte terugkeer, anderzijds ook schaamte, vanwege dit vluchtelingenbeleid, waardoor oprechte asielzoekers tot dergelijke keuzes gedwongen worden.” –
In de laatste weken van zijn straf zoekt hij in contact met IOM. Volgens project officer Eric van de Boom van IOM had de man goede intenties. “Het was een rustige, bijna naïeve man die met oprechte gevoelens hier kwam om het voor zijn gezin beter te krijgen. Hij had geen enkel idee dat dit hem kon overkomen; twee maanden cel vanwege valse papieren. Toen ik hem ontmoette was hij de fase van verbijstering voorbij en had hij alleen nog de wens ‘ik wil terug naar huis’.” Van de Boom kon niet geloven hoe blij Zulfiqar was dat er een mogelijkheid was om terug te gaan naar zijn vrouw en kinderen. “Ik heb zaken in gang gezet waardoor hij na afloop van zijn straf snel kon vertrekken. Zijn broer heeft zijn Irakese ID-kaart vanuit Zweden opgestuurd. Zodra hij werd overgedragen aan de vreemdelingenbewaring in Alphen aan de Rijn hebben we hem gepresenteerd aan de ambassade. Hij kreeg een laisser-passez en ging terug naar Baghdad. Helaas kon ik geen financiële bijdrage meegeven omdat hij ongewenst was verklaard. Hij was heel dankbaar dat IOM kon
10
(De namen in de praktijkvoorbeelden zijn om privacyredenen gefingeerd.)
Interview: DJI detentieplatform in Zaandam
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
De praktijk van vreemdelingenbewaring
Zorgvuldig, waardig, tijdig en humaan: het zijn de kenmerken van de wijze waarop de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) werkt aan de uitzetting van illegale vreemdelingen. Bij illegaal verblijf worden deze mensen in bewaring gesteld in speciale detentiecentra van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) van het ministerie van Justitie. Alles wordt in het werk gesteld om van daaruit de identiteit vast te stellen en uitzetting te realiseren. Richard Pieterse is afdelingsmanager van de Directie Bewaring binnen de DT&V en Jantien Leegwater is plaatsvervangend locatiedirecteur van het DJI detentieplatform Zaandam. Ze schetsen de gang van zaken.
Jantien Leegwater en Richard Pieterse voor het detentieplatform in Zaandam
Nederland kent in grote lijnen drie soorten bewaringslocaties voor vreemdelingen bewaring met een totale capaciteit van 2.500 tot 3.000 plaatsen. Er zijn de Huizen van Bewaring ten behoeve van de reguliere vreemdelingenbewaring, zoals in Zaandam, Dordrecht, Rotterdam en Zeist. De locatie Alphen aan de Rijn heeft bovendien een zogenoemde VRIS-afdeling. Daar worden vreemdelingen die vanuit het strafrecht in detentie zijn, vier maanden voor afloop van de straf geplaatst met het oog op terugkeer of uitzetting naar het land van herkomst. Op Schiphol en Rotterdam Airport zijn bovendien uitzetcentra gevestigd waar uitgeprocedeerde vreemdelingen vlak voor hun vertrek uit Nederland worden overgeplaatst. Ook daar zijn gespecialiseerde teams van DT&Vmedewerkers gevestigd. De plaatsing in al deze locaties is in handen van het Bureau Coördinatie Vreemdelingen (BCV) van DJI. BCV krijgt de aanmelding van
11
de Vreemdelingenpolitie en kijkt vervolgens waar iemand past en of er plaats is. In Zaandam bijvoorbeeld verblijven alleen mannen en is met de gemeente afgesproken dat er geen mensen met een asielverleden of ‘afvallers’ uit de pardonregeling en minderjarigen mogen worden geplaatst. Naast illegale vreemdelingen kunnen ook uitgeprocedeerde asielzoekers die niet meewerken aan hun vertrek binnen de gestelde termijnen, in vreemdelingen bewaring worden gesteld. Binnen DT&V vind dit plaats door medewerkers die werkzaam zijn in de diverse asielzoekerscentra in het land. Juiste identiteit vaststellen DT&V is als uitvoeringsorganisatie verantwoordelijk voor het voorbereiden, bevorderen en organiseren van het daadwerkelijk vertrek uit Nederland. DT&V is casemanager vanaf het moment dat het overdrachtsdossier van de Vreemdelingenpolitie binnen is. Meestal gebeurt dat enkele dagen na plaatsing van de vreemdeling in de bewaringslocatie. Dan start de ‘regievoerder vertrek’ met zijn werkzaamheden. Hij voert onder meer vertrekgesprekken, stelt een vertrekplan op en zorgt voor de laissezpasser-aanvragen. Ook zorgt hij voor voort gangsinformatie voor de rechtbank en onderhoudt hij contacten met ketenpartners, hulpverleningsorganisaties en advocatuur. Pieterse: “Zodra het dossier er is wordt bekeken welke taal de man spreekt, wordt een tolk gepland en voert de regievoerder het eerste gesprek. We gaan – in samen werking met de politie of Koninklijke Mare-
12
chaussee - met alle zaken die in het dossier staan en informatie uit bijvoorbeeld bagage of kleding aan de slag om de juiste identiteit vast te kunnen stellen.” Belangrijke informatie komt meestal uit de zogenoemde taal analyse. “Vaak noemen mensen een ander land dan waar ze daadwerkelijk vandaan komen. Marokkanen zeggen soms bijvoorbeeld dat ze uit Algerije komen. In een taalanalyse wordt een algemeen gesprek opgenomen en naar taaldeskundigen van het Gemeenschappelijk Centrum Kennis, Advies en Ontwikkeling van de IND gestuurd. Vrijwel altijd wordt met de taalanalyse exact bepaald waar iemand vandaan komt. Het is belangrijke informatie voor de identificatie van een vreemdeling.” Naast het gesprek met de regievoerder is er na aankomst ook een gesprek met de terugkeerfunctionaris van DJI en met een medewerker van IOM. De terugkeerfunctionaris van DJI is er voor sociaalmaatschappelijke vragen van de bewoners en het regelen van bepaalde zaken. Leegwater: “De mensen komen van het ene op het andere moment in detentie. Dan zijn er altijd nog zaken buiten die geregeld moeten worden of mensen die geïnformeerd moeten worden. De terugkeerfunctionaris is als dienstverlener beschikbaar zolang de vreemdeling hier verblijft.” Rechter toetst inspanningen DT&V is gehouden om binnen twee weken een aanvraag voor een laissez-passer bij de betreffende ambassade in te dienen. De ambassade gaat aan de hand van de
verstrekte gegevens onderzoeken wie betrokkene is en of voor die persoon een reisdocument kan worden afgegeven. Gemiddeld duurt het vier tot vijf maanden voordat uitzetting plaats kan vinden. Soms duurt het aanzienlijk langer voordat de identiteit vastgesteld kan worden. “Alles wordt geprobeerd om er achter te komen. Dat doen we samen met de politie. Laatst vond de politie in de kleding van een man een toegangsbewijs voor het casino in Scheveningen. Omdat iedere casinobezoeker zich moet legitimeren kon achterhaald worden met welke legitimatie de man daar binnen was gekomen. Elk stukje van de puzzel, op welke manier dan ook naar voren gekomen, draagt bij aan de identificatie”, aldus Pieterse. De medewerking van de in bewaring gestelde vreemdeling is meestal gering. “Soms kan het maanden of zelfs wel een half jaar duren voordat je verder komt. Vooral mensen die weten dat heel moeilijk zal zijn om teruggestuurd te worden, werken niet mee. Ze hopen weer te worden vrijgelaten.” Ook in de tijd dat de ambassade onderzoek doet, moet DT&V actief bezig blijven en voortgang boeken. Maandelijks toetst de rechter tijdens een zitting of de overheid zich voldoende inspant. “Vreemdelingenbewaring is immers een zware maatregel. Als de rechter oordeelt dat er te weinig voortgang wordt geboekt, kan hij beslissen dat de vreemdelingenbewaring wordt opgeheven.” DT&V houdt ook zelf na zes maanden een toets, de zogenoemde ‘belangenafweging’. “Dan wordt bekeken of het in bewaring
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
houden van de man of vrouw nog zin heeft in relatie tot de voortgang die we boeken. Soms heffen we het dan op omdat er geen perspectief is.”
Het verschil met ‘gewone detentie’ is vooral de onzekerheid over de duur ervan. Dagprogramma Het verschil met ‘gewone detentie’ is vooral de onzekerheid over de duur ervan. Leegwater: “Bij een strafbaar feit heeft de rechter een straf opgelegd en weet iemand hoe lang de detentie duurt. Voor de vreemdelingen is dat echter niet bekend en hangt het er vanaf wanneer uitzetting gerealiseerd kan worden.” Vanuit DJI wordt veel gedaan om de mensen door deze periode heen te helpen. “We praten dan ook niet over gedetineerden maar over bewoners. Ze zitten immers niet vast in het kader van strafrecht. Van ’s morgens acht tot ’s middags vijf uur zijn de deuren van de cellen open. Mensen kunnen sporten, aan creativiteit deelnemen, naar de bibliotheek er is een filmzaal. Ook is er gelegenheid voor gesprekken met een geestelijk verzorger, men kan naar het vrijdagmiddaggebed of naar de kerkdiensten op zaterdag. Op de vraag naar het gedrag en reactie van de bewoners vertelt Leegwater: “Het is heel verschillend. Sommigen leggen zich er bij neer en dragen het gelaten,
anderen zijn gefrustreerd of verdrietig omdat de migratie anders is verlopen dan gedacht. Ons personeel is geïnstrueerd om daar op te letten en met de mensen in gesprek te gaan.” Extra aandacht is er ook voor de gezondheid van de mensen. Illegale vreemdelingen hebben in Nederland geen toegang tot de medische zorg. Daarom is er bij aankomst een medisch onderzoek en is er psychische zorg als dat nodig is. Succesvol Als de identiteit is vastgesteld en een laissezpasser is afgegeven wordt betrokkene overgebracht naar het uitzetcentrum in Rotterdam of naar Schiphol. Daar blijft men een aantal dagen en wordt het feitelijke vertrek voorbereid. Ook worden eventuele specifieke zaken geregeld, zoals medicijnen die mee moeten of het informeren van een eventueel opvangadres in herkomstland. Doel van de vreemdelingenbewaring is om zo snel, efficiënt en menswaardig mogelijk mensen uit te zetten en te laten terugkeren naar het land van herkomst. Dat lukt volgens Pieterse boven verwachting. “Na de introductie van DT&V per 1 januari 2007 lukt het beter dan voorheen. Toen waren diverse ketenpartners zoals IND, KMAR en de Vreemdelingendienst met uitzetting bezig en duurde het gemiddelde verblijf in vreemdelingenbewaring langer. Nu ligt het op viereneenhalve maand, omdat de diverse ketenpartners intensiever met elkaar samenwerken. De in bewaringstelling en uitzetting zijn beter georganiseerd en we boeken meer resultaat. Bovendien blijkt
dat mensen vaker kiezen voor zelfstandig vertrek.” Dat laatste is volgens hem te danken aan de inzet van IOM op de locaties. “Dat is wat we het liefste zien. Zodra wij een indicatie hebben dat iemand vrijwillig terug wil, zoeken we contact met IOM. De samenwerking is prima. Twee dagen in de≈week houden ze spreekuur, elke vreemdeling heeft een gesprek met IOM, op eigen verzoek of op aanraden van de regievoerder. Het is goed op dezelfde locatie te werken en elkaar te kennen.” Tot slot benadrukt Leegwater de bijzondere sfeer in Zaandam. “We proberen humaan te zijn. Het is niet prettig om in detentie te worden geplaatst. We zijn verantwoordelijk voor rust en veiligheid voor zowel de bewoners als het personeel en daarom is het een vrij humane inrichting. Het is een bijzondere doelgroep die aan onze zorg is toevertrouwd. Die zorg proberen we zo goed mogelijk te geven en rekening te houden met iedereen, en de achtergronden. Het klinkt gek, het is vaak heel gezellig, mensen sporten of koken samen en hebben ook veel steun aan elkaar.” –
13
Interview: Justitiepastoraat
‘Meer perspectief in vreemdelingenbewaring’
Nederland telt circa 800.000 christen migranten afkomstig uit de hele wereld. Kerken vormen een wereldwijd verband en die kerkelijke gemeenschappen in de wereld kun je betrekken bij de terugkeer van de vreemdelingen. Vanuit dit besef hebben de justitiepredikanten en de rooms-katholieke justitiepastores de ervaringen gebundeld en gekeken naar de toekomst van mensen in vreemdelingenbewaring. Een breed samen gestelde werkgroep werkt aan concrete plannen voor terugkeer met perspectief. Voorzitter van de werkgroep is drs. Jan Eerbeek. Eerbeek werkte eerder als gevangenispredikant en is nu hoofdpredikant bij het Protestants Justitiepastoraat, onderdeel van de Dienst Geestelijke Verzorging van het Ministerie van Justitie. In die functie is hij verantwoordelijk voor terugkoppeling tussen kerken en het ministerie, voor de beleidsontwikkeling van het justitiepastoraat en geeft hij leiding aan zestig justitiepredikanten. In Nederland is wettelijk bepaald dat elke gedetineerde het recht heeft zijn geloofs- of levensovertuiging vrij en in gemeenschap met anderen te beleven. Het justitiepastoraat is in alle detentiecentra aanwezig en biedt individueel en groepspastoraat en organiseert kerkdiensten. Ook heeft het justitiepastoraat een adviserende rol ten aanzien van de humaniteit in de inrichting. Binnen de Dienst Geestelijke Verzorging zijn diverse godsdiensten en levens beschouwingen vertegenwoordigd, namelijk de rooms-katholieke, protestants-christelijke, humanistische, orthodoxe, joodse, islamitische, hindoeïstische en boeddhistische.
14
Op die manier kunnen gedetineerden hun eigen geloof beleven. Hoop en wanhoop Ook in detentiecentra waar mensen vanwege niet-legaal verblijf in Nederland in bewaring zijn gesteld, is het justitiepastoraat aanwezig. Wat Eerbeek opvalt is de grote concentraties van mensen uit de hele wereld en hun geloofsbeleving. “De mensen hebben een vitaal geloof. Ik hoor van onze predikanten dat de mensen, terwijl ze zo kwetsbaar zijn in hun maatschappelijke positie, mentaal heel sterk zijn. Ze hebben geleerd om te overleven met een sterke geloofsovertuiging. Ze hebben ons vanuit dat vitale geloof veel te geven.” De vreemdelingenbewaring is een vrijheids ontneming zonder perspectief. Eerbeek weet hoezeer mensen er onder lijden. “Naast het geloofsvertrouwen zien we ook veel wanhoop, zeker als mensen terug moeten naar een situatie die ze als onveilig beschouwen.” Gemis van perspectief Het werken als justitiepastores en predikan ten in de vreemdelingendetentie kent een spagaat. “Je viert in de dienst de ontmoeting met elkaar als medegelovigen en tegelijkertijd is er het besef dat deze mensen het land moeten verlaten. Aan de ene kant wil je als pastor voor de mensen van betekenis zijn en tegelijkertijd worstel je met hun perspectief en met vragen van gerechtigheid en humaniteit.” Deze ervaringen zijn regelmatig besproken in het rooms-katholieke en protestantse
justitiepastoraat. Het was de basis voor de enkele jaren geleden gepresenteerde nota ‘Meer perspectief in de vreemdelingenbewaring’ van de Hoofdaalmoezenier en de Hoofdpredikant. Eerbeek: “De nota is een pleidooi om alles wat speelt rondom de vreemdelingendetentie meer in het teken van perspectief te plaatsen. Enerzijds betreft dat de invulling van de vreemdelingendetentie zelf. Zo kan worden gedacht aan versterkende activiteiten om mensen in hun levenskracht overeind te houden. Zo hebben we vanuit het protestants justitiepastoraat in samenwerking met Kerk in Actie een project ‘Empowerment’ ontwikkeld, dat we binnenkort willen gaan implementeren. Maar ook als het gaat om terugkeer van mensen kan ingezet worden op meer perspectief. De rol en mogelijkheden van de kerken zijn daarbij van grote waarde. Kerken vormen een wereldwijd verband en die kerkelijke gemeenschappen in de wereld kun je betrekken bij de terugkeer van de vreemdelingen. Een deel van hen wil terugkeer overwegen als er een perspectief is en blokkades worden opgeheven. Want voor wie niet mag blijven is het doel van de migratie, namelijk een beter bestaan te vinden, niet gehaald. Het kan leiden tot psychische problemen en een leven in illegaliteit. Ons voorstel is om voor die mensen een terugkeerbeleid te ontwikkelen, met medewerking van het wereldwijde netwerk van de kerken. De werkgroep stelt voor een locatie in te richten waar ongeveer vijftig personen vanuit de vreemdelingenbewaring terechtkunnen. Het is bedoeld voor mensen die willen terugkeren maar daar om welke reden dan
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
Jan Eerbeek: “We pleiten ervoor om alles rond de vreemdelingendetentie meer in het teken van perspectief te plaatsen.”
ook niet in slagen. Op die locatie kunnen ze zich met steun van deze organisaties voorbereiden op terugkeer. Belemmeringen kunnen zo mogelijk weggenomen worden, er moeten papieren worden geregeld en voorbereidingen getroffen worden voor de hervestiging in herkomstland. Alles is er op gericht de kans van slagen na terugkeer te vergroten. Hopelijk kan dit project voor hen ook als alternatief voor de vreemdelingendetentie dienen.
De werkgroep krijgt positieve reacties op de plannen. Ook professor Van Kalmthout, aanwezig op een bijeenkomst van roomskatholieke en protestantse pastores in de vreemdelingendetentie, suggereerde om een dergelijk project op te zetten. Gezocht wordt naar cofinanciering van kerken en Europese fondsen. Gewerkt wordt aan uitwerking van de intake-criteria, de vormgeving en de personele bezet ting. Dan is het wachten op politieke ondersteuning.
Ons voorstel is om voor die mensen een terugkeerbeleid te ontwikkelen, met medewerking van het wereldwijde netwerk van de kerken.
Kerken in herkomstlanden De belangstelling vanuit de kerken in Nederland en hun contacten wereldwijd groeit. “Inmiddels blijkt dat we op deze manier ook iets kunnen betekenen voor de omgeving waar mensen naar terugkeren. Er zijn al kerken die teruggekeerde mensen ondersteunen in een project om de man of vrouw grond onder de voeten te geven.” Eerbeek herinnert zich de Italiaanse man die in de Scheveningse gevangenis zat. Elke zondag na de dienst zong hij een Italiaans lied, met tranen van heimwee. “Toen hij uiteindelijk na jarenlange straf vrij kwam vreesden we dat hij niet in Italië zou aankomen vanwege de verleidingen onderweg. We hadden een kerkelijk vrijwilligster die vloeiend Italiaans sprak en zij was bereid om met hem de treinreis te maken. Ze kon er na aankomst ook een poosje blijven om de contacten met de familie wat te begeleiden. Het is een voorbeeld van mogelijke ondersteuning bij terugkeer.”
De ideeën hebben een breed draagvlak. Naast het justitiepastoraat nemen ook IOM, Kerk in Actie, Inlia (Internationaal Netwerk van Lokale Initiatieven ten behoeve van Asielzoekers en ICCO (organisatie voor ontwikkelingssamenwerking) deel aan de verdere uitwerking. “Het is een bijzonder samenwerkingsverband van organisaties die vanuit een bepaalde optiek aan deze problematiek werken en elkaar nu versterken. IOM heeft ervaring in het veld van terugkeer en schat in dat er een substantiële groep is die bij meer ondersteuning wel degelijk nieuw perspectief ziet in terugkeer.”
Eerbeek benadrukt dat terugkeer in een samenleving voor iemand die vastgezeten heeft altijd al een intensief proces is. “Er zijn allerlei factoren die het slagen ervan beïnvloeden. Ook de vreemdelingenbewaring kent zo’n gesloten situatie en een steuntje in de rug is dan belangrijk. We hopen dat het vreemdelingenbeleid meer uit de polarisatie getrokken kan worden en er plaats komt voor een meer perspectiefvolle benadering.” Deze samenwerking rondom het vreemde lingenbeleid is bijzonder. Volgens Eerbeek is het niet eerder op deze manier gebeurd. “Het was onze nadrukkelijke wens om verbreding te zoeken, zowel nationaal als internationaal. We hebben dat gezien bij het nazorgproject Exodus. De kracht is de integrale aanpak, waarin je voor mensen na detentie probeert samen te werken als huisvesters, werkgevers, gemeentelijke overheid, zorgverleners en noem maar op. Het kan alleen als er perspectief is. Wat heb je aan een beroepstraining of sociale vaardigheden als je niet weet waar je het kunt gebruiken? We willen bereiken dat voor mensen die in de illegaliteit terecht gekomen zijn, het leven weer een dag van morgen heeft. –
Meer informatie over het werk van het protestants justitiepastoraat: www.gevangenispredikant.nl
15
Praktijkervaringen: derde casus
EEn ROOdhARIGE VREEMdElInG
In vreemdelingenbewaring kom je als medewerker van het IOM vaak in gesprek met mensen die nog maar heel kort in detentie zitten en dat voor de eerste keer. Het spreekt vanzelf dat zoiets grote indruk maakt. Plotseling wordt je vrijheid je ontnomen en moet je de hele dag strikte aanwijzingen opvolgen van het personeel. Deuren zijn op slot, alles is afgeteld en afgemeten. Mijn ervaring is dat mensen dan in eerste instantie aan me vragen: ‘Hoe kom ik hier zo snel mogelijk uit?’, vertelt Ard Venhuizen, project officer bij IOM.
weer aan de slag te gaan en besluit niet zelfstandig terug te keren naar zijn land. Ravic blijft in detentie en hoopt/gokt er op dat de ambassade geen laissez-passer voor hem zal afgeven en dat hij op een goed moment weer op vrije voeten gesteld wordt. De tijd zal het leren.
Dit was bijvoorbeeld het geval met deze sympathieke Egyptenaar Ravic. De man kwam twintig jaar geleden naar Nederland. Hij had in Egypte armoede gekend en wilde een beter leven, een hogere levensstandaard. De gehele tijd in Nederland had hij nooit problemen gehad met de politie. Ravic werkte, hield zich rustig en vertelde me: “Ik zie er niet uit als een buitenlander.” Dat was een voordeel. Deze Arabier was namelijk uitgedost met een weelderige bos peenrood haar en dito snor. Illegalen hebben geen rood haar. De eerste jaren in Nederland werd hij uitgebuit, werkte voor een hongerloontje, maar zo vertelde hij: “Ik lette goed op en leerde een vak.” Na vier jaar kon hij alle voorkomende werkzaamheden in de bouw uitvoeren. Hij gaf daarop zijn baas te kennen niet meer te komen en begon voor zichzelf. Aan werk geen gebrek. Na een aantal jaren hard werken, begon het zware leven zijn sporen achter te laten. De conditie nam af, Ravic raakte vermoeid, had veel last van tandpijn, maar hield het vol alle twintig lange jaren niet naar dokter of tandarts te gaan. Door een stom toeval (verkeerscontrole) wordt Ravic aangehouden en komt hij in vreemdelingenbewaring terecht. Zoals gezegd is hij in eerste instantie onaangenaam onder de indruk. Hij zou zijn paspoort laten bezorgen, zijn kleren laten brengen door bezoek. Na enkele weken echter van rust (want dat kan detentie ook zijn) begint Ravic op te knappen, aan te sterken. Ik nodig hem nog eens uit op mijn spreekuur. Hij geeft te kennen te twijfelen aan terugkeer. Hij mist in vrienden, zijn huis en ja, ook zijn werk in Nederland. Hij heeft zin om
16
(De namen in de praktijkvoorbeelden zijn om privacyredenen gefingeerd.)
IOM in Europa
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
Vreemdelingenbewaring in België
ondersteuning van IOM De Belgische wetgeving maakt het mogelijk om niet-legale migranten of migranten zonder documentatie in tijdelijke bewaring te stellen voor een periode van twee maanden met een mogelijke verlenging van twee maanden. Doel van deze detentie is de identiteit van betrokkene te onderzoeken en uitzetting voor te bereiden. België beschikt over vijf gesloten centra met in totaal 598 plaatsen voor migranten voorafgaand aan uitzetting. “Thans vindt er een publiek debat plaats over het plaatsen van kinderen in deze gesloten centra. In afwachting van een antwoord op deze controversiële situatie wordt binnenkort een centrum voor gezinnen en kinderen geopend”, vertelt Pascal Reyntjens, coördinator van het programma Return and Emigration fo Asylum Seekers ex Belgium REAB.
terugkeer. Deze partners bieden counselling aan de geïnteresseerde migranten over de mogelijke ondersteuning van het REAB programma. Ook gaan ze na of de migrant voor het programma in aanmerking komt en treffen ze de voorbereidingen voor de aanvraag voor de IOM ondersteuning. IOM in Brussel ondersteunt deze activiteiten met trainingen aan de diverse partners. De deelnemers krijgen achtergrondinformatie over migratietrends, de Belgische wetgeving, het concept van vrijwillige terugkeer en technieken om migranten te benaderen. Ook geeft IOM via individuele counselling in de gesloten centra de migranten informatie over vrijwillige terugkeer en herintegratie mogelijkheden in het kader van REAB.
In de 25 jaar dat het REAB-programma bestaat heeft de betreffende afdeling van IOM Brussel een breed netwerk van partners ontwikkeld. Dit netwerk is in twee belangrijke groepen in te delen. De eerste is een breed netwerk in regio’s in België waar migranten verblijven. Het bestaat uit niet-gouvernementele organisaties, Fedasil (Federal organisatie voor opvang van asielzoekers), de asielzoekerscentra van het Rode Kruis, diverse politiediensten, sociale afdelingen binnen ziekenhuizen, opvangcentra voor slachtoffers van mensenhandel, vertegenwoordigers van religieuze organisaties, buitenlandse ambassades en consulaten in Brussel en gemeentelijke sociale diensten. Al deze partners ontvangen regelmatig actuele informatie over IOM, die zij verspreiden onder de migranten. De informatie wordt ook verspreid via dagbladen, informatiebijeenkomsten, websites en bestaat uit een breed scala van informatiemateriaal zoals 21 folders in 21 talen, posters en gedetailleerde brochures.
Verzoek vanuit detentie Migranten in een gesloten centrum zijn geplaatst kunnen via de sociale afdeling aldaar een verzoek indienen voor vrijwillige terugkeer met het REAB-programma. Reyntjes: “Maar dat geldt niet voor iedereen. De overeenkomst tussen IOM en de Belgische Immigratiedienst bepaalt dat kandidaten niet tot het programma worden toegelaten als ze een strafblad hebben in België. Hetzelfde geldt voor migranten die bij de grens zijn aangewezen als ontoelaatbare personen en wiens terugkeer wordt betaald door de luchtvaartmaatschappij. Deze kandidaten moeten eerst toestemming vragen aan de Immigratiedienst voordat ze een verzoek tot ondersteuning bij vrijwillige terugkeer kunnen indienen.”
Het tweede netwerk bestaat uit partners die registreren welke migranten belangstelling hebben voor het programma voor vrijwillige
IOM ondersteuning aan vreemdelingen in bewaring Migranten die een verzoek indienen voor het vrijwillige terugkeer krijgen dezelfde ondersteuning als alle andere migranten die een beroep op REAB. Het programma voorziet in ondersteuning voor vertrek, bewustwording, vervoer, herintegratiebijdrage, aankomstassistentie en ondersteuning bij herintegratie, inclusief medische assistentie en speciale
zorg voor kwetsbare personen zoals alleenstaande minderjarigen en slachtoffers van mensenhandel. De herintegratiesteun kan ook worden gebruikt voor extra bagage, tijdelijke opvang, rechtsbijstand, materiaal, training en hulp bij het vinden van werk, professionele uitrusting of voor het starten van kleinschalige bedrijven. Kwetsbare migranten zoals alleenstaande moeders of mensen die medische zorg nodig hebben krijgen een aanvullende toelage. De resultaten In 2006 kozen 259 personen die in de gesloten centra verbleven voor zelfstandige terugkeer met steun van REAB. Zij vormden 9,2 procent van het totale aantal terugkeerders via IOM in 2006, namelijk 2811. In 2007 waren het 215 personen ofwel 8,3 procent van het totaal aantal vertrekkers. In de eerste vier maanden van 2008 vertrokken 60 personen. Deze IOM-dienstverlening aan vreemdelingen in bewaring is volgens Reyntjens een vanzelfsprekende taak voor IOM. “IOM heeft zich verbonden aan het principe van ondersteuning aan migranten en overheden bij het vinden van oplossingen op het gebied van migratie. Daarom zijn er ook programma’s ter assistentie van vrijwillige terugkeer van mensen in nood in combinatie met oplossingen van overheidswege. Het bestaan van verschillende EU-instrumenten, zoals het Europees Vluchtelingenfonds, onderstrepen de noodzaak van assistentie bij vrijwillige terugkeer van migranten in een niet-legale situatie”, aldus Reyntjens. Hij benadrukt dat het mandaat van IOM niet toelaat dat de organisatie betrokken is bij onvrijwillige geforceerde terugkeer. “Kern voor IOM is dat de migranten objectieve informatie krijgen en een goed geïnformeerde afweging kunnen maken over hun mogelijke vrijwillige terugkeer.” –
17
Praktijkervaringen: vierde casus
Iom als RegIsseuR
Na drie jaar in Nederland te zijn geweest spreekt en verstaat de jonge Mongoolse vrouw Donate geen woord Nederlands. Evenmin als haar illegale vriend, met wie ze tijdens haar verblijf in Nederland een kind kreeg. Het asielverzoek van Donata is niet toegekend en onlangs is ze in vreemdelingenbewaring gesteld. Het kind verblijft bij de vader. Via een Mongoolse contactpersoon in Nederland krijgt IOM het verzoek om contact met haar op te nemen.
opgehaald. Dat de vader het kind kwam brengen is vooral te danken aan de contactpersoon. Het is haar gelukt om goed uit te leggen wat IOM kan en doet.” Deze situatie illustreert hoe afhankelijk mensen van anderen zijn als ze in vreemdelingenbewaring zijn geplaatst. “Zelf kunnen ze niets. IOM is in feite regisseur van alles wat buiten de muren moet gebeuren.”
Als projectofficer Henk Koops van IOM contact zoekt met Donata, blijkt het communicatieprobleem. De slechts enkele Mongoolse tolken in Nederland zitten overvol en zijn dus niet beschikbaar. Koops doet een beroep op de contactpersoon die naar IOM heeft verwezen. De wens wordt duidelijk: Donate wil met haar kind zo snel mogelijk terug naar Mongolië. De man wil in Nederland blijven. De door IOM gestarte aanvraag voor een laissez-passer loopt nog als de man onverwachts belt vanuit de Mongoolse ambassade in Brussel. “Hij vraagt of we willen bevestigen dat we voor zijn vrouw en hun kind het vertrektraject zullen realiseren. Dat blijkt makkelijker gezegd dan gedaan. Ondanks allerlei pogingen lukt het ons niet om contact te komen met de ambassade. De man gaat terug naar huis.” Later blijkt dat zijn reis naar Brussel niet voor niets is geweest. De ambassade kende nu de situatie en heeft snel daarna de laissezpasser’s afgegeven voor de vrouw en het kind. Om het daadwerkelijk vertrek te regelen is het zaak dat alle ketenpartners goed zijn geïnformeerd en dat de hereniging tussen moeder en kind op Schiphol goed verloopt. “Dat betekent dat ik de terugkeerfunctionaris van de dienst Justitiële Inrichtingen, de regievoerder van de Dienst Terugkeer & Vertrek van het detentiecentrum Zeist, de medewerkers van het Uitzetcentrum, van de KMAR en van IOM op Schiphol op de hoogte moest stellen.” De rol van de contactpersoon is van groot belang. Koops heeft de boekingsbrief naar zowel de vader van het kind als naar haar gestuurd. Zij was de enige die de vader kon uitleggen waar en hoe laat hij op Schiphol moet zijn. “Mede daardoor is het goed verlopen. Mijn collega’s op Schiphol hebben het kindje van de vader overgenomen en langs de douane gebracht, terwijl een andere collega Donate bij het bureau verwijdering van KMAR heeft
18
(De namen in de praktijkvoorbeelden zijn om privacyredenen gefingeerd.)
IOM in Europa
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
Vreemdelingenbeleid in het Verenigd Koninkrijk
In bewaringstelling bij niet legaal verblijf Het vreemdelingenbeleid in het Verenigd Koninkrijk bepaalt dat asielzoekers van wie de aanvraag en het beroep voor asiel zijn afgewezen, een bepaalde periode krijgen om het land zelfstandig te kunnen verlaten. Wanneer die termijn is verstreken en mensen verblijven niet legaal in het land, kan de overheid hen in bewaring stellen met het oog op gedwongen vertrek. Ook niet-legale migranten, mensen wiens visumtermijn is verstreken en mensen die via mensenhandelaren in het land zijn gekomen, kunnen op dezelfde manier gedetineerd worden. Er zijn tien uitzendcentra. De meeste mensen die er verblijven zijn alleenstaande mannen, maar ook alleenstaande ouders en gezinnen kunnen in bewaring worden gesteld. Marek Effendowicz, hoofd communicatie bij IOM Londen, vertelt over de ondersteuning door IOM bij vrijwillige terugkeer. Diasporagroepen kennen Sinds 1999 heeft IOM UK meer dan 24.000 mensen geassisteerd bij hun vrijwillige terugkeer naar 130 landen. De ondersteuning bij terugkeer naar het herkomstland is beschikbaar voor iedere asielzoeker, toegestaan, afgewezen of nog in procedure die terug wil keren naar het herkomstland. Die ondersteuning bestaat uit hulp bij het verkrijgen van reisdocumenten, tickets en vervoer van huisraad in gast- en herkomstland. Daarnaast wordt voorzien in herintegratieondersteuning met het oog op het slagen van de terugkeer. In het algemeen komt IOM in contact met migranten door informatiemateriaal zoals folders, posters en dvd’s over de twee programma’s voor assistentie bij vrijwillige
terugkeer, VARRP (Voluntary Assisted Return and Reintegration Programme) voor asielzoekers en AVRIM (Assisted Voluntary Return for Irregular Migrants) voor niet-legale migranten. De IOM-informatie is verkrijgbaar bij ontvangst- en informatiecentra van de overheid en is breed beschikbaar via ngo’s, vluchtelingenorganisaties, advocatuur en dergelijke. Door te achterhalen waar concentraties van diasporagemeenschappen in het Verenigd Koninkrijk zich bevinden én wat zij lezen, naar kijken en naar luisteren wordt duidelijk in welke taal zij communiceren en wie de leiders zijn. Op basis daarvan organiseert IOM bijeenkomsten en presentaties en wordt geadverteerd op relevante televisieen radiozenders, websites en in relevante kranten en bladen. Contact met vreemdelingen in bewaring Voor Marek Effendowicz staat vast dat ondersteuning bij vrijwillige terugkeer beschikbaar moet zijn voor elke migrant, los van het feit of men wel of niet legaal verblijft en wel of niet in bewaring is gesteld. De twee programma’s voor vrijwillige terugkeer staan dan ook open voor vreemdelingen in detentie. “Voor deze gedetineerden is het echter moeilijker om contact te leggen met IOM dan migranten die niet in bewaring zijn gesteld. Daarom heeft IOM UK twee speciale telefoonlijnen beschikbaar waarmee mensen direct in contact komen met het IOM-kantoor in Londen. Ook houden caseworkers van IOM wekelijks spreekuur voor vreemdelingen op de detentiecentra en voorziet IOM de
stafleden van de centra van posters en regelmatige briefings. Tot oktober 2007 hebben circa 280 mensen gekozen voor zelfstandige vertrek uit de in bewaringstelling met ondersteuning van IOM. Duidelijk is dat sinds de start dit aantal toeneemt. Individueel terugkeerplan Naast de ondersteuning bij vrijwillige terugkeer, heeft IOM UK recent gekozen voor een meer persoonlijke benadering met de focus op een succesvolle terugkeer met hervatting van het dagelijks leven en het oplossen van korte termijn problemen. “Voortaan willen we samen met iedereen die wil terugkeren een gedetailleerd plan voor herintegratie-ondersteuning opstellen, hetzij op individueel niveau of in familieverband”, vertelt Effendowicz. Dit individueel terugkeer plan wordt opgesteld op grond van de gesprekken tussen individuele terugkeerders en IOM-medewerkers. “De ondersteuning kan bestaan uit hulp bij het starten van een bedrijfje, taaltraining, scholing of het vinden van werk. Ook onderwijs voor kinderen en (voorlopige) huisvesting wordt hierbij betrokken. Op die manier werken we aan bestendige terugkeer.” –
19
Praktijkervaringen: vijfde casus
Dj uIt PaRIjs
Niet zelden gaat het in kaart brengen van iemands situatie verder dan het louter verzamelen van noodzakelijke informatie. Naast een beroepsmatig motief komt vaak ook een persoonlijk motief om de hoek kijken. Dat is vooral het geval bij mensen waaraan je jezelf kan relateren, vertelt IOM project officer Olivier Spree. “Bij mij wekt bijvoorbeeld iemand van mijn eigen leeftijd extra nieuwsgierigheid op. In gedachte dringen zich al snel vragen op als: Hoe zag zijn jeugd eruit? Welke school of studie heeft hij gedaan? Wat is zijn wereldbeeld? En de onvermijdelijke vragen: Hoe komt hij hier terecht en wat zijn de plannen voor de nabije en verre toekomst? Voor deze laatste twee vragen is gelukkig altijd wel ruimte, omdat ze beroepshalve ook relevant zijn.” Zoals bij Santiago, de Cubaanse jongen uit Parijs, die op een dag besloot naar Nederland te gaan om zijn carrière als DJ naar een hoger plan te tillen.
De verleiding is simpelweg te groot. En het zal uiteindelijk toch allemaal wel loslopen. Maar dat doet het niet. Al kort na het passeren van de BelgischNederlandse grens wordt hem gevraagd naar zijn treinkaartje en identiteit. De dag die zo zonnig begon eindigt in een politiecel in Roosendaal. Naarmate de weken in verschillende detentiecentra verstrijken begint de omvang van zijn stommiteit steeds meer tot hem door te dringen. Het blijft maar rondspoken in zijn hoofd: ‘Had ik maar nooit …’ Zes maanden na zijn aanhouding spreekt Olivier Spree met Santiago over de mogelijkheid terug te keren naar de Dominicaanse Republiek. Omdat hij een Cubaanse nationaliteit heeft, ligt het meest voor de hand dat hij eerst naar Cuba gaat en van daaruit een visumaanvraag doet voor de Dominicaanse Republiek. Hij gaat er over nadenken.
Zoals velen heeft Santiago op jonge leeftijd het land waar hij opgroeide, de Dominicaanse Republiek, verruild voor een beter bestaan in Europa. Frankrijk wordt voor hem het beloofde land. Hier leert hij al snel wat mensen kennen en is niet kieskeurig in het aannemen van baantjes. Hij begint echt zijn draai te vinden als hij zijn liefde voor de muziek kan laten spreken. Plaatjes draaien deed hij thuis al graag, maar hier wordt zijn DJ-talent echt opgemerkt. Hij wordt steeds vaker gevraagd om de muziek te verzorgen bij vrienden thuis, later in cafés en kleine disco’s. Door de muziek leert hij ook zijn vriendin kennen, waar hij bij intrekt. Ze zijn van plan te trouwen, dan kan hij ook aan een verblijfsvergunning komen. Want hoewel hij nooit echt de hete adem van de police des étrangers voelt, weet hij dat zijn vrijheid als illegaal behoorlijk beperkt is. Op een ochtend wordt hij gebeld door een vriend met de vraag te komen draaien op een feest in Den Haag. Dit wordt zijn grote kans. Draaien in het buitenland zou geweldig staan op zijn CV. Zijn dagdromen worden regelmatig doorkruist door de realiteit: loop ik als illegaal geen risico? Hoe groot is de kans dat ik in België of Nederland opgepakt wordt? Maar zijn vrienden halen hem over.
20
(De namen in de praktijkvoorbeelden zijn om privacyredenen gefingeerd.)
Interview: burgemeester van Dordrecht
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
Burgemeester Ronald Bandell
Stadsbestuur Dordrecht biedt plaats aan detentieboot Op 4 mei 2006 besloot het College B&W van Dordrecht medewerking te verlenen aan het afmeren van een detentieboot voor een periode van maximaal vijf jaar. “Met dit besluit wilde het college een bijdrage leveren aan het tijdelijk landelijk tekort aan opvangcapaciteit voor mensen die geen rechtmatig verblijf in Nederland hebben en in bewaring worden gesteld ten behoeve van uitzetting”, aldus burgemeester Ronald Bandell van Dordrecht.
Burgermeester Ronald Bandell
De boot heeft een capaciteit van 496 plaatsen en is bestemd voor de opvang van mannelijke illegale vreemdelingen van wie de identiteit nog niet is vastgesteld. Er verblijven geen uitgeprocedeerde asielzoekers, vrouwen of kinderen op de boot. “Het is niet aan de gemeente om te bepalen wie er wel of niet geplaatst worden”, legt Bandell uit. “Het destijds door de Dienst Justitiële Inrichtingen van het ministerie van Justitie ingediende verzoek betrof uitsluitend het huisvesten van volwassen mannen. Daarbij is tevens expliciet door aanvrager aangegeven dat de boot niet zou worden gebruikt voor uitgeprocedeerde asielzoekers, niet voor vrouwen en niet voor kinderen. Voor de opvang van vrouwen en kinderen was elders in Nederland een specifieke voorziening beschikbaar.” De boot wordt voor een periode van vijf jaar gebruikt voor de in bewaringstelling van illegale vreemdelingen. Voor deze periode is gekozen omdat het Rijk op verschillende locaties in Nederland nieuwe permanente cellencomplexen bouwt. De voorbereidingen daarvoor, zoals het verkrijgen van vergun ningen en het ontwikkelen van bouwplannen, waren destijds al gestart. Vooruitlopend op de oplevering van deze complexen bestond behoefte aan extra tijdelijke opvangcapaciteit. Om te voorzien in deze tijdelijke behoefte heeft het Ministerie van Justitie de gemeente Dordrecht gevraagd of een detentieboot mag worden afgemeerd. Overeenkomstig het verzoek van Justitie heeft de gemeente Dordrecht door toepassing art. 17 WRO (tijdelijke vrijstelling, maximaal vijf jaar) medewerking verleend.
Voordat de detentieboot in gebruik genomen kon worden, moest worden aan alle relevante eisen die voortvloeien uit de geldende wetgeving. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om een bouwvergunning, een bestemmingsplanprocedure, een vergunning op grond van de Wet beheer rijkswaterstaatswerken of een gebruiksvergunning. In april 2007 was aan alle voorwaarden voldaan en kon de boot aanmeren in de Tweede Merwedehaven. Op de vraag of de gemeente inspraak of invloed heeft op het detentieregiem op de boot, antwoordt Bandell: “Nee, een gemeente heeft geen formele bevoegdheid zich te mengen in zaken die onder de verantwoordelijkheid vallen van het Ministerie van Justitie, in casu de Dienst Justitiële Inrichtingen. In die zin is de detentieboot niet anders dan de Penitentiaire Inrichting de Dordtse Poorten.” Wel hebben volgens Bandell de vreemde lingen een redelijke mate van bewegings vrijheid binnen de eigen afdeling. “Zij kunnen deelnemen aan diverse activiteiten, waar onder per dag minimaal een uur verblijven in de buitenlucht. Ook is er in het programma onder andere gelegenheid voor sport of spel en het ontvangen van relatiebezoek. Voor het recht op deze en andere activiteiten is landelijke wetgeving van toepassing en vindt toezicht plaats.” –
21
Praktijkervaringen: zesde casus
oP Het laatste moment
Het leek allemaal zo mooi. Van mensen uit Polen hoorde Daniël in de Oekraïne dat hij in Polen meer kon verdienen dan de 120 dollar per maand die hij nu kreeg. Hij besluit vrouw en kind thuis te laten en vindt inderdaad werk in Polen. Na drie maanden wordt hem duidelijk dat hij in Nederland nog meer kan verdienen en niets weerhoudt hem. Hij kan meerijden naar Nederland. Hij vindt werk bij een Marokkaanse werkgever die tevens kamers verhuurt. Het is duur dat wel, want vijfhonderd euro per maand in een gedeelde kamer met andere illgalen hakt er in. Maar Daniël weet te sparen. Onder het vloerkleed bewaart hij het spaargeld. Daar ligt na verloop van acht maanden zo’n vijfduizend euro als hij door de politie wordt aangehouden. Hij heeft geen documenten en wordt in vreemdelingenbewaring geplaatst. Project officer Euphrem Yamuremye van IOM krijgt al snel te horen dat Daniël er zit. “Eerder werkte ik bij IOM als native counsellor voor Russisch sprekende mensen en mensen uit Afrika. Daardoor ben ik bekend onder de Russische sprekende migranten. Ik werd gebeld door een vriend van Daniël uit Den Haag die vertelde dat de man vast zat. Toen ik op het detentiecentrum kwam lag er ook al een verzoek van hemzelf voor een gesprek. Tijdens het eerste gesprek bleek zijn wanhoop en verdriet. Hij zag geen oplossing. Hij durfde absoluut niet te vertellen waar hij had gewoond, uit vrees voor de dreigementen van de verhuurder dat hij nooit aan iemand mocht vertellen waar hij woonde. Het geld kon hij dus wel vergeten.” De maandag daarop eind van de middag had Yamuremye opnieuw een gesprek. “We hebben toen gebeld met zijn vrouw want hij was bang om met lege handen terug te keren. Zijn vrouw tilde daar niet aan en zag liever dat hij veilig terugkwam. Dat deed hem goed en hij besloot een aanvraag voor zelfstandig vertrek via IOM te doen. Ik zou het woensdag, de eerstvolgende dag dat ik er weer was, verder bespreken, de regievoerder informeren en een laissez-passer aanvragen. Zover is het niet gekomen. Op woensdag hoorde ik dat Daniël was overgebracht naar het uitzetcentrum op Schiphol en binnenkort uitgezet zou worden.” Gelukkig lukt het Yamuremye om contact met hem te krijgen. Hij geeft aan zo snel mogelijk naar huis te willen en het liefst met IOM. Dat is in overleg met de regievoerder alsnog gelukt.
22
(De namen in de praktijkvoorbeelden zijn om privacyredenen gefingeerd.)
Kort nieuws
Migratie Info 14e jaargang, nummer 2
REACHING OUT TO THE UNKNOWN
De start van MIDA GhanaHealth III, in aanwezigheid van de Minister en de Deputy Minister of Health van Ghana en vertegenwoordigers van de Nederlandse ambassade.
IOM International Organization for Migration
de vier grote steden wonen. Het rapport bevat
In juni is de derde fase gestart van het IOM-
counselling beter te bereiken.
Accra, Ghana door de Minister of Health, majoor
Courage Quashigah (retd). Het project duurt vier jaar en wordt gefinancierd door de Nederlandse ambassade in Ghana. IOM Nederland voert het project MIDA Ghana III uit, in nauwe
samenwerking met het Ghanese Ministry of Health en diverse betrokken organisaties.
Het MIDA Ghana Health brain gain project
verzorgt de tijdelijke uitzending van Ghanese professionals die werken in de Nederlandse
gezondheidszorg. Doel van hun uitzending is het
voorstellen om deze doelgroepen door middel van
brengt een zeer brede internationale ervaring
situatie in Nederland te veranderen. Samen met betrokken Nederlandse organisaties biedt IOM hulp aan deze groepen mensen in d vier grote steden Den Haag, Rotterdam Amsterdam en
Utrecht. Doel van het project Randstad Return
Initiative (RRI) is om informatie te verstrekken aan de doelgroepen over hun toekomstperspectief
en om de opties terugkeer en herintegratie in het land van herkomst bespreekbaar te maken.
betreffende landen van herkomst. De counsellors
van de Nederlandse ambassade en de Chief of Mission van IOM Accra, Davide Terzi. Tevens
werd een Memorandum of Understanding (MoU) ondertekend tussen IOM en Ministry of Health. _
native counsellors die zelf afkomstig zijn uit de blijken goed in staat te zijn om de migranten
te bereiken: ze leggen persoonlijke contacten en bieden hulp en informatie die aansluit op
complexe multilaterale vraagstukken in een
productieve samenwerking met buitenlandse regeringen, Verenigde Naties en andere
intergouvernementele organisaties tot stand te kunnen brengen. Gedurende een lange
diplomatieke loopbaan voor het Amerikaanse Ministerie van Buitenlandse Zaken was de
heer Swing zes maal ambassadeur. Hij was
verantwoordelijk voor enkele grote diplomatieke posten met buitenlandse ontwikkelings- en noodhulpprogramma’s. _
Op 1 juni is de website van IOM geheel
organisaties en hun cliënten.
_
praktijk succesvol te zijn. De werkwijze van het
RRI-project is inmiddels overgenomen door IOM in Oostenrijk en Duitsland.
process of irregular immigrants and rejected
IOM benoemt nieuwe DG
rapport wil IOM de kennis vergroten over
Ambassadeur William Lacy Swing van de
uitgeprocedeerde en dakloze migranten die in
noodzakelijke capaciteiten te beschikken om
brugfunctie tussen de verschillende betrokken
IOM heeft een rapport gepubliceerd over native
asylum seekers on voluntary return’. Met het
met zich mee. Hij heeft bewezen over alle
Website IOM vernieuwd
bevindt. De native counsellors hebben een
Migranten beter bereiken via native counselling
Native counselling and the decision making
was voor de post als Directeur-generaal,
de situatie waarin de individuele migrant zich
Het werk van de native counsellors blijkt in de
counselling: ‘Reaching out to the unknown’ -
Organisatie voor Migratie
met onvoldoende perspectief om iets aan hun
derde fase van het project werden toespraken mevrouw Gladys Ashitey, dr. Marius de Jong
Directeur-generaal van de Internationale
William Lacy Swing, die de officiële VS-kandidaat
bevinden zich vaak in moeilijke omstandigheden,
Om de doelgroepen te bereiken heeft IOM
gehouden door de Deputy Minister of Health,
IOM International Organization for Migration
Uitgeprocedeerde en dakloze vreemdelingen
versterken van de gezondheidszorg in Ghana. Tijdens de officiële startbijeenkomst van de
Native counselling and the decision making process of irregular migrants and rejected asylum seekers on voluntary return
IOM P.O. Box 10796 2501 HT The Hague The Netherlands
Start nieuw project MIDA Ghana project MIDA Ghana Health III. Dit gebeurde in
REACHING OUT TO THE UNKNOWN
vernieuwd. De vormgeving is aangepast aan de
nieuwe huisstijl en de informatie over de projecten en programma’s die IOM uitvoert is overzichtelijk ingedeeld en toegankelijker gemaakt. De site
wordt voortaan intern beheerd en dat betekent dat alle informatie voortdurend kan worden
geactualiseerd en van nieuws wordt voorzien.
De komende tijd wordt de site inhoudelijk verder verfijnd en aangepast.
Zie: ww.iom-nederland.nl _
Verenigde Staten is verkozen als nieuwe
23
Internationale publicaties
Indigenous Routes: A Framework for
Migrant community health workers gather much needed health information for labour migrants in Thailand (Photo: © Thierry Falise/IOM 2006/MTH0108)
IOM and Labour Migration
Understanding
IOM is committed to the principle that humane and orderly migration benefits migrants and society. As an intergovernmental body, IOM acts with its partners in the international community to: assist in meeting the operational challenges of migration, advance understanding of migration issues, encourage social and economic development through migration, and work towards effective respect of the human dignity and well-being of migrants.
Indigenous Migration
Labour migration is defined as the movement of persons from their home State to another State for the purpose of employment. Today, an estimated 86 million persons are working in a country other than their country of birth. Despite the efforts made to ensure the protection of migrant workers, many migrants continue to experience numerous problems particularly more vulnerable groups, such as female domestic workers, entertainers and lower skilled workers. Organized and well managed labour migration has enormous potential for Governments, communities, migrants, employers and other stakeholders in countries of origin and destination. While job creation at home is the first best option, an increasing number of countries see international labour migration as an integral part of national development and employment strategies by taking advantage of global
42_08
Indigenous Routes: A Framework for Understanding Indigenous Migration
Assessing the Costs and Impacts of Migration Policy: An International Comparison
As migration has not commonly been considered
The impact and costs of migration policy
prevalent view of indigenous communities tends
indicators may be very rudimentary. Several
as part of the indigenous experience, the
to portray them as static groups, deeply rooted in their territories and customs. Increasingly,
however, indigenous peoples are leaving their
long-held territories as part of the phenomenon of global migration beyond the customary seasonal and cultural movements of particular groups. Diverse examples of indigenous peoples’
measures are often unknown, and performance studies, especially in the United States, have tried to measure the costs and benefits of immigration. However, there have been few cross-national
attempts to assess how countries evaluate their migration policies and programmes and what
procedures and mechanisms they use to conduct those evaluations.
Labour Migration has moved to the top of the
policy agenda of many countries of origin and
destination. Both public and private stakeholders
are increasingly turning to IOM for expert support and facilitation of regulated labour migration and direct assistance to the migrants. Governments at both ends of the migration spectrum are
developing regulatory mechanisms to manage labour mobility to their individual and mutual
benefit, and that of the migrant. IOM’s approach
to labour migration is to foster synergies between labour migration and development and to
promote legal avenues of labour migration as an alternative to irregular migration. Language: English
report, and show that more research and data on
evidence-based and accountable policies in the
Language : English
this topic are necessary to better inform policies
on migration and other phenomena that have an impact on indigenous peoples’ lives. Year : 2008
ISBN / ISSN: 978-92-9068-441-1 Price : USD 21.00 –
field of migration and asylum. Edited by Solon
Ardittis and Frank Laczko, with contributions from Brunson McKinley, Antonio Vitorino, Joanne van Selm, Richard Lewis, Amir Naqvi, Holger Bonin,
Number of Pages : 4 Format : Hardcover Year : 2008 –
Rowan Roberts, and Klaus F. Zimmermann. Language : English Year : 2008
ISBN / ISSN: 978-92-9068-419-0 Price : USD 32.00 –
Meer informatie: www.iom.int/Publications 24
To protect migrant workers and to optimize the benefits of labour migration for both the country of origin and destination as well as for the migrants themselves, clearly formulated labour migration policies, legislation and effective strategies are required.
IOM and Labour Migration
This book provides a range of recommendations for improving the design and implementation of
In countries of origin labour migration can relieve pressure on unemployment and can contribute to development through the channeling of remittances, transfer of know-how, and the creation of business and trade networks. In countries of destination facing labour shortages, orderly and well-managed labour migration can lighten labour scarcity, facilitate mobility, and add to the human capital stock.
17 Route de Morillons, CH- 1211 Geneva 19, Switzerland Tel: +41 22 717 91 11 | Fax: +41 22 798 61 50 E-mail:
[email protected] | Internet: http://www.iom.int
migration, its distinctive features and
commonalities are highlighted throughout this
employment opportunities and bringing in foreign exchange.
Uitgave IOM Nederland Redactie Joost van der Aalst Noortje Jansen Mijke Klerks Marian Lenshoek Liesbeth van Dalen (Koopmans & Van Dalen bv) Redactieades IOM Nederland Redactie Migratie Info Postbus 10796 2501 HT Den Haag T 070 - 318 15 00 E
[email protected] I www.iom-nederland.nl Vormgeving basisontwerp Vorm Vijf, Den Haag Fotografie Beeldredaktie Gemeente Dordrecht Koopmans & Van Dalen bv Politie Zuid-Holland-Zuid Universiteit van Tilburg Vormgeving en druk Drukwerk Artoos Nederland bv, Rijswijk Oplage 2.000 ex.
Abonnementen Migratie Info wordt kosteloos verstrekt. Aanvraag of opzegging van een abonnement kan via e-mail:
[email protected] Aan de inhoud van deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend. Publicatie van artikelen betekent niet dat de daarin vervatte meningen het inzicht van IOM weergeven. Overname van artikelen is in vele gevallen mogelijk na overleg met de redactie en met bronvermelding. Presentexemplaren worden op prijs gesteld. © IOM juni 2008
25
IOM WERKT WERELDWIJD De koppen vormen een selectie uit persberichten die twee keer per week worden uitgegeven door het hoofdkantoor van IOM in Genève. Voor actuele berichten, kijk op www.iom.int
MYANMAR
IOM biedt hulp IOM gaat samenwerken met de VN, ASEAN en de regering van Myanmar over de gevolgen van de cycloon Nargis.
ZUID-AFRIKA
Toenemende nood ontheemde migranten Tweeduizend migranten maken zich zorgen over hun persoonlijke veiligheid. Ze hebben hulp gevraagd aan IOM om terug te keren naar hun landen van herkomst.
SOEDAN
Humanitaire hulp IOM biedt logistieke ondersteuning en hulp aan organisaties en internationale ngo’s die zo’n 12.000 gezinnen helpen die zijn gevlucht na de recente gevechten in de betwiste olierijke regio Abyei.
IOM Internationale Organisatie voor Migratie
IOM Nederland Postbus 10796 2501 HT Den Haag
26 Ned 0/2/419 T 2008
EGYPTE
Training voor wetshandhavers Egyptische wetshandhavers hebben een training gevolgd om hen te helpen de mensenhandel in het land beter aan te pakken en slachtoffers van mensenhandel bij te staan.
IRAK
Terugkeer binnenlandse ontheemden De laatste Beoordeling Behoeften van Teruggekeerden, uitgevoerd in coördinatie met het Irakese Ministerie van Ontheemden en Migratie (MoDM), bevestigt dat veel gezinnen die ontheemd zijn als gevolg van sektarisch geweld en militaire operaties, nu terugkeren naar de delen van de hoofdstad waar de veiligheid de afgelopen maanden is verbeterd.