INHOUDSOPGAVE 1. 2.
BESTUURLIJKE ZAKEN ONZE SCHOOL - algemeen - schooltijden - aanvang school - lesuren - missie en ambitie - veiligheid - vakanties en vrije dagen - schoolorganisatie - het onderwijs in groep 1-2: algemeen - het onderwijs in groep 3 t/m 8: algemeen - overzicht gebruikte methoden en materialen -onderwijstijd - actief burgerschap en sociale integratie - groepsindeling - bewegingsonderwijs en gymkleding - projecten en buitenschoolse activiteiten - sociaal-emotionele ontwikkeling * de Gouden Weken - de opbrengsten van ons onderwijs - waar gingen onze leerlingen naar toe? - ziekte of afwezigheid - overblijven
3.
ONZE LEERLINGEN - Passend Onderwijs: onze zorg voor leerlingen - onderwijs aan zieke leerlingen - wet bescherming persoonsgegevens - aanmelding nieuwe leerlingen - time-out en verwijdering - gronden voor vrijstelling van onderwijs - leerplicht en verlofregeling
4.
OUDERS - medezeggenschapsraad (MR) - gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) - oudervereniging en ouderraad - ouderhulp - vrijwillige ouderbijdrage - informatievoorziening - ouderavonden - rapporten - informatievoorziening gescheiden ouders
5.
DIVERSEN - klachten en klachtenprocedure - schoolcontactpersoon - vertrouwenspersoon - huiswerk - verjaardagen - schoolverzekering - rookverbod - hoofdluisbeleid - buitenschoolse opvang - sponsoring - internet en internetprotocol - verwijsindex ADRESSEN
6.
2
Voorwoord U leest onze schoolgids voor het schooljaar 2015 – 2016. De gids is bestemd voor de ouders en verzorgers van wie hun kinderen op basisschool Klavertje Vier zitten. En voor hen, die de keuze voor de school overwegen. Deze gids helpt u bij die keuze. U leest erin waar basisschool Klavertje Vier voor staat, wat u van de school kunt verwachten en wat de school van ouders verwacht. In de gids treft u de meest actuele gegevens over onze school zoals schooltijden, roosters, vakanties en belangrijke adressen aan. De verwijzingen naar de uitgebreidere informatie rondom een bepaald onderwerp kunt u via de website van onze school* vinden, of rechtstreeks via www.innovo.nl (ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk). Natuurlijk kunt u alle, in de schoolgids benoemde onderwerpen, rechtstreeks met uw school bespreken. Naast informatie over het onderwijs/ leerpakket willen wij u middels deze schoolgids ook informeren over onze werkwijze, resultaten en verwachtingen. De schoolgids wordt ieder jaar aan ouders uitgereikt. Dit gebeurt digitaal via onze website: www.bs-klavertjevier.nl Indien er suggesties voor verbetering of vragen zijn, kunt u contact opnemen met de schoolleiding. Ook reacties zijn heel erg welkom. Laat het ons horen, of lezen via
[email protected] Gezinnen die de voorkeur geven aan een gedrukte versie kunnen een exemplaar ontvangen. Namens het schoolteam van b.s. Klavertje Vier, John Bruls Directeur
3
1.
BESTUURLIJKE ZAKEN
Onze school valt onder de juridische verantwoordelijkheid van de Stichting INNOVO, een stichting voor katholiek onderwijs. Adresgegevens: Ruys de Beerenbroucklaan 29A 6417 CC Heerlen Postbus 2602 6401 DC Heerlen Telefoonnummer: 045 - 5 44 71 44 In totaal zorgen ongeveer 1.200 INNOVO medewerkers dagelijks voor onderwijs aan ongeveer 11.000 leerlingen, verdeeld over 53 scholen, waarvan 48 voor basisonderwijs. Het verzorgingsgebied van INNOVO strekt zich uit over Zuid- en Midden-Limburg en is verdeeld over 16 verschillende gemeenten. Het bevoegd gezag van de stichting wordt gevormd door het College van Bestuur, de heer Bert Nelissen en mw. Joan van Zomeren. Dhr. Nelissen is de voorzitter van het College. Het College van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht, die een controlerende taak heeft ten aanzien van de vastgestelde doelen. Het College van Bestuur is gevestigd aan de Ruys de Beerenbroucklaan 29A te Heerlen. Hier is ook het stafbureau gevestigd dat ondersteuning biedt aan de scholen en het college. Op het stafbureau zijn deskundigen werkzaam in de disciplines financiën, huisvesting, ICT, administratie, personele, juridische en onderwijskundige zaken. Voor vragen of meer informatie kunt u contact opnemen met het stafbureau. Ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk
2. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad INNOVO heeft een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Deze raad vertegenwoordigt alle scholen, maar niet via een rechtstreeks GMR-lid. In totaal heeft de GMR 14 zetels, gelijk verdeeld tussen de oudergeleding en de personeelsgeleding. Omdat de scholen niet rechtstreeks via een MR-lid vertegenwoordigd zijn, werkt de GMR met een regiostructuur en zijn er regiofunctionarissen. Op www.innovo.nl vindt u meer informatie over de GMR. Ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk
4
3.
ONZE SCHOOL
R.K. Basisschool Klavertje Vier Kanariestraat 1, 6287 BB EYS 043 – 451 15 35 www.bs-klavertjevier.nl
[email protected] Schooltijden: Voor groep 1 t/m 8:
s morgens ’s middags ’s woensdags
08.30 uur – 12.00 uur 13.00 uur – 15.00 uur 08.30 uur – 12.30 uur
De onderbouwgroepen (groepen 3 en groep 4) hebben op vrijdagmiddag geen school. Groep 1 en groep 2 zijn op vrijdag vrij. Om 08.25 uur gaat de schoolbel en verzamelen de kinderen zich per groep op een afgesproken plaats. Om 12.50 uur voegt de toezichthoudende leerkracht zich bij de overblijvende kinderen en is het plein voor alle kinderen open. Om 12.55 uur weer de schoolbel en vanaf verzamelplaats samen naar binnen. Lesuren per jaar Onze leerlingen moeten in acht opeenvolgende schooljaren minsten 7520 uur les krijgen. Wij hebben ervoor gekozen om het verschil in het aantal lesuren tussen boven- en onderbouw te handhaven. We voldoen aan de gestelde eisen met betrekking tot het aantal lesuren gedurende acht schooljaren. Voor de leerjaren 3 tot en met 8 mogen scholen maximaal 7 keer per jaar een vierdaagse schoolweek inroosteren. Dat moeten ze in de schoolgids vermelden, zodat ouders al voor aanvang van een schooljaar hiervan op de hoogte zijn. Er zijn vier studiedagen (rond schoolontwikkelingen passend onderwijs) voor het team gepland, waarop de kinderen vrij hebben: op 30 september, 21 oktober, 22 februari en 17 mei. Missie en ambitie: SAMEN WERKEN AAN GOED ONDERWIJS De missie van onze school sluit aan bij de missie van INNOVO: het bieden van een degelijke basis aan kinderen en jongeren om een leven lang te leren, zodat zij zich voortdurend kunnen ontwikkelen, een aansluiting verwerven met het voortgezet onderwijs en uiteindelijk als actief burger in onze samenleving kunnen functioneren. In het kader van ambitie beoogt onze school het volgende: Onze school realiseert een onderwijsleerproces dat aangepast is aan moderne en gedegen inzichten. Wij bieden onze leerlingen een fysiek leerrijke omgeving aan. Op onze school werken bekwame en tevreden medewerkers. Onze ouders zijn tevreden. We werken samen met tevreden ketenpartners. Op onze school krijgen kinderen onderwijs op maat. Onze school werkt intensief samen met een centrale dienst voor gespecialiseerde zorg. Onze school maakt deel uit van een dekkende infrastructuur van het regionaal netwerk Zuid - Limburg. Onze school realiseert een samenhangend arrangement met de buitenschoolse opvang (BSO). MIK BSO Bijdehand; tel. 043-3517171 Wij werken samen met de peuterspeelzaal aan een doorgaande ontwikkelingslijn voor kinderen van de voorschoolse voorziening en van de groepen 1 en 2. 5
Veiligheid Officieel begint de verantwoordelijkheid van de school voor het kind op het tijdstip dat de school opengaat en eindigt als de school dichtgaat. De school begint wanneer de kinderen naar binnen kunnen. De school gaat dicht aan het eind van de lessen of als de deuren echt worden gesloten. Als de school activiteiten organiseert die behoren bij het schoolplan, zoals voetballen, zwemmen en excursies, is de school verantwoordelijk voor het kind. Wij willen dat alle kinderen door ons onderwijs kansen krijgen en hen aansporen het beste uit zichzelf te halen. Hiervoor is een veilig schoolklimaat een noodzakelijke voorwaarde. Veiligheid krijgt dan structureel aandacht op onze school. 1. Fysieke veiligheid Het schoolgebouw voldoet aan de huisvestingseisen volgens de Arbo-wet en het landelijk bouwbesluit van het Ministerie van VROM. In de Arbo-wet zijn onder andere eisen gericht op een verantwoorde inrichting van het gebouw, omgang met gevaarlijke stoffen, brandveiligheid en algemene veiligheid. Op onze school hebben we een veiligheidscoördinator (preventiemedewerker) Tot de taken van de veiligheidscoördinator behoren onder andere: - Introductie van huisregels, zodat kinderen, personeel, ouders en bezoekers zich veilig gedragen. - Registratie van ongevallen en risico’s, zodat er inzicht is waar en hoe ongelukken (kunnen) gebeuren en er gericht maatregelen worden genomen ter voorkoming. - Organisatie van minimaal een maal per jaar een ontruimingsoefening. Een goed ontruimingsplan is noodzakelijk voor als er toch iets misgaat. Alle aanwezigen op school moeten weten hoe ze moeten handelen bij brand of een andere calamiteit. Onze speeltoestellen voldoen aan de wettelijke regeling ‘Besluit veiligheid van attractie- en speeltoestellen’. Dat besluit stelt onder andere eisen aan het ontwerp, het fabricageproces en aan onderhoudswerkzaamheden. Op grond van de Arbo-wet - voeren wij verzuimbeleid, inclusief verzuimbegeleiding; - stellen we bedrijfshulpverleners aan - zijn we in het bezit van een goedgekeurde risico-inventarisatie en evaluatie - leven we de brandveiligheidsvoorschriften na - melden we ongevallen met ernstig letsel direct aan de arbeidsinspectie. 2. Sociale veiligheid Wij willen een sociaal veilige school zijn, waar leerlingen, personeel en ouders zich thuis voelen. Daarom willen wij geen pestgedrag, agressie, geweld, discriminatie of seksuele intimidatie op onze school. Om een veilig klimaat te waarborgen hebben we twee contactpersonen en is er een klachtenregeling. Acties op school die bijdragen aan het verhogen van de sociale veiligheid kunnen zijn: -leerlingen actief betrekken bij het maken van school- en gedragsregels; -projecten sociale competenties voor leerlingen; -goede contacten van de kinderen, het personeel en de ouders met de wijkagent; -lesmateriaal voor sociaal-emotionele vaardigheden; -het volgen van de ontwikkeling die onder andere het Ministerie van Economische Zaken en de Stichting Kennisnet nemen op het gebied van veilig internet en minderjarigen. -‘lik-op-stuk’ beleid voeren: aangifte doen van mishandeling/bedreiging/vernieling; -bij geweld en agressief gedrag de ouders informeren over het gedrag van hun kind en betrekken bij te treffen sanctiemaatregelen; 6
-begeleiding organiseren via bijvoorbeeld Bureau Jeugdzorg, schoolmaatschappelijk werk, Bureau Halt. 3. Verkeerseducatie VEBO
OP WEG NAAR PRAKTIJKGERICHTE VERKEERSEDUCATIE
KINDEREN IN HET VERKEER Basisschoolleerlingen zijn kwetsbare verkeersdeelnemers. Als ze al kennis hebben van verkeersregels passen ze die kennis nog onvoldoende toe. Ze missen vaak verkeersinzicht en kunnen onvoldoende anticiperen op gevaarlijke situaties; door hun geringe lengte vallen ze vaak niet op in het verkeer en hebben ze zelf slecht zicht; hun gedrag is vaak onvoorspelbaar, zeker wanneer zij spelen. Veel ouders zijn om deze redenen bang om hun kinderen buiten te laten spelen of om ze zelfstandig naar school te laten gaan. Kinderen krijgen daardoor onvoldoende verkeerservaring. Basisschoolleerlingen staan echter nog open voor het aanleren en ontwikkelen van verkeersveilig gedrag. Het is dan ook belangrijk dat juist bij kinderen de kennis over verkeer wordt bevorderd en dat hun praktische vaardigheden in het verkeer worden verbeterd. VEBO aanpak (Verkeerseducatie in het BasisOnderwijs) Verkeersveiligheid is te belangrijk om links te laten liggen. Onze school participeert daarom in een verkeerseducatief scholennetwerk van het ROVL ( Regionaal Overlegorgaan Verkeersveiligheid Limburg – een onderdeel van het provinciebestuur) Het hieruit voortgekomen gemeentelijk netwerk stimuleert projecten die scholen een impuls geven om meer aandacht te besteden aan verkeersveiligheid. Het VEBO programma streeft naar het oplossen van verkeersveiligheidsknelpunten door een resultaatgerichte samenwerking tussen organisaties die te maken hebben met verkeersveiligheid en verkeerseducatie. ACTIVITEITEN OP SCHOOL In de afgelopen jaren zijn op school heel wat activiteiten de revue gepasseerd. In het onderstaande overzicht is een aantal van deze activiteiten opgesomd. Bovenschoolse activiteiten – voortvloeiend uit afspraken in het netwerk: Deelname aan de gemeentelijke verkeersnetwerkbijeenkomsten Gezamenlijke enquête onder leerlingen hun ouders: opsporen verkeersproblemen op de dagelijkse school-thuisroute. Vanuit de enquête in het netwerk oplossingen bespreken: aanpassen verkeerssituatie bij genoemde knelpunten. Samenwerking met de VEVO-scholen (Verkeerseducatie in het Voortgezet Onderwijs) in de gemeente. Samenwerking met wijk- of buurtraad waarbij de verschillende verkeersproblemen in de wijk in kaart worden gebracht. Komen tot één verkeersveiligheidsplan buurt-school.
7
Activiteiten op schoolniveau Enquête onder ouders en leerlingen over de route van school naar huis. Deelname verkeerscampagnes Maken van thematische diaseries of videomateriaal om bij de verkeersmethode in te zetten: Invoeren van een leerlingvolgsysteem Verkeerseducatie. Organisatie van een themadag verkeer, verkeersweek, verkeersspeurtocht, .... Aanleggen van een vast verkeersplein op de speelplaats. Overleg met "adoptie-agent" of wijkagent over het thema "Veilige school". Naast verkeersaspecten spelen ook zaken als vandalisme e.d. een rol
Activiteiten op groepsniveau Realiseren voor onder-, midden-, en bovenbouw van een verkeerswijkspel bij het thema “Schoolomgeving”. “Oversteekroute” door de wijk. Ouderavond i.s.m. VVN in de eerste of tweede schoolweek over het thema Veiligheid. Onderdelen : “Veiligheidsmiddelen voor jonge kinderen” en de campagnes "De scholen zijn weer begonnen " en "Chaos voor de school". Fietsvaardigheidsoefeningen op het speelplein. Deelname aan het project “Doe effe normaal” van de politie. Analyse door leerlingen van groep 8 van de schoolhuisroute naar hun toekomstige school V.O. en het fietsen in kleine groepen van deze route. Project “Verkeer, Milieu en maatschappij”: fileprobleem, openbaar vervoerproject, verkeer- en vervoerproject: “Transport-in-zicht.” Het Limburgs Verkeersveiligheids Label: een kwaliteits-keurmerk.
Onze school is door het extra aandacht geven aan actieve verkeerseducatie, aandacht voor de dagelijkse school-thuisroute van de kinderen en aandacht voor een veilige schoolomgeving in bezit komen van het LVL. Het is een uiterlijke waardering door het ROVL voor een geleverde kwaliteitsverbetering op het gebied van verkeersveiligheid. Onze school laat met het LVL zien dat het ons ernst is met de verkeersveiligheid van onze leerlingen door het toepassen van activerende werkvormen, aandacht voor de school-thuisroute en inrichting van de directe schoolomgeving. SCHOOLORGANISATIE: TEAM groep 1-2
Gertie Houben en Stella Franssen
groep 3-4
Swen Jongen
groep 5-6
Rina Heuts en Gaby Schosser
groep 7-8
Bianca Verheesen
Interne begeleiding
Sanne Bisscheroux
Directie
John Bruls
Administratie Conciërge
Theo ten Berge Leon Grooten
De leerkrachten zijn verantwoordelijk voor de kinderen van hun groep. Daarnaast nemen zij ook nog andere taken op zich die gericht zijn op de hele school; bijvoorbeeld lid van de medezeggenschapsraad. Een aantal leerkrachten is belast met de coördinatie van werkgroepen zoals NME (Natuur en Milieueducatie), vieringen, sportdag, Vebo (verkeerseducatie basisonderwijs), etc. De dagelijkse leiding is in handen van de directeur. Het werk op school wordt ondersteund door de administratief medewerker en de conciërge. Ook zijn er op school regelmatig stagiaires van diverse opleidingen aanwezig. 8
Vakanties en vrije dagen De schooltijden zijn na de zomervakantie niet gewijzigd, dus van 8.30u – 12u en ’s middags van 13u15u. Op woensdag school tot 12.30 uur. Op vrijdag is er voor groep 1.2 geen school. De kinderen in groep 3 en groep 4 hebben, net als dit jaar, op vrijdagMIDDAG vrij. SCHOOLVAKANTIES 2015-2016: Herfst: 26 oktober t/m 30 oktober Carnaval: 8 februari t/m 12 februari Voorjaar: 25 april t/m 6 mei
Kerst: 21 december t/m 1 januari 2016 Pasen: 25 t/m 29 maart (gr. 1.2 en 3.4: hele week) Zomer: 25 juli t/m 2 september
VRIJE DAGEN: Er zijn vier studiedagen (rond schoolontwikkelingen passend onderwijs) voor het team gepland, waarop de kinderen vrij hebben: op 30 september, 21 oktober, 22 februari en 17 mei. Ook Pinkstermaandag 16 mei is er geen school. We vinden het fijn, om de schoolfeesten rond Sint, Kerst, Carnaval met alle kinderen te vieren. Dan zien we op vrijdagochtend ook graag de kleuters uit groep 1.2 op school. Zij hebben op een ander moment in die week dan vrij. Dit zijn de voorlopige data voor de schoolvakanties in schooljaar 2016 – 2017: (handig om in planning rekenening te houden) Soort vakantie
Regio
Vakantieperiode
Herfstvakantie¹ Kerstvakantie
zuid 22 oktober t/m 30 oktober 2016 heel Nederland 24 december 2016 t/m 8 januari 2017
Voorjaarsvakantie¹ Meivakantie
zuid 25 februari t/m 5 maart 2017 heel Nederland 22 april t/m 30 april 2017
Zomervakantie zuid
9
15 juli t/m 27 augustus 2017
Het onderwijs in groep 1 en 2: algemeen Het onderwijzen van jonge kinderen in de kleutergroepen betekent vooral: begeleiden van kinderen in hun ontwikkeling. Daarom zorgt de leerkracht ervoor dat de volgende ontwikkelingsgebieden in het licht van ‘spelend leren ‘ via de methode “Kleuterplein” zoveel mogelijk aan bod komen: Het onderwijs in groep 3 t/m 8: algemeen Vanaf groep 3 maakt het spelend leren geleidelijk plaats voor programmagericht leren, waarbij er volgens een bepaald lesprogramma gewerkt wordt. De methoden voor de diverse vak- en vormingsgebieden zijn hierbij een belangrijk hulpmiddel. Uitgaande van de klassikale leersituatie proberen we met name bij de basisvakken rekenen, taal en lezen het onderwijs gedifferentieerd aan te bieden. Dat betekent, dat we zoveel mogelijk rekening willen houden met de individuele verschillen en capaciteiten van de kinderen. Project:”De Gouden weken” . Evenals in het schooljaar 2014/2015 starten we ook dit schooljaar weer met het project ‘De Gouden Weken’. Deze Gouden Weken worden de eerste zes weken van het schooljaar gehouden met als doel: verbetering van de omgang tussen de leerlingen, om zo van iedere groep een sociaal sterke groep te maken, want immers een goed functionerende groep heeft een positieve invloed op de persoonlijke ontwikkeling van ieder kind afzonderlijk. Prettig omgaan met elkaar is de basis van goed onderwijs. We werken aan een positieve interactie tussen leerkracht en leerlingen en leerlingen onderling, middels groepsvormende activiteiten ( o.a. inzet van energizers) Hierdoor leren de kinderen elkaar beter kennen , waardoor ze meer begrip voor elkaar kunnen opbrengen,als het even wat moeilijker gaat. Samen leren van en met elkaar staat hierbij centraal. Waarbij ‘samen’ eerst komt! In de eerste zes weken van het schooljaar, worden ook de in 2014/2015 in samenspraak met onze leerlingen, positief geformuleerde school-en groepsregels ,weer besproken en indien nodig aangepast. Ben je aardig tegen iedereen, dan heb je veel vrienden om je heen. Ruim je eigen rommel op, dan is de school netjes en tiptop. We laten merken, hoe rustig we kunnen (alleen of samen) werken. Ook blijft dit schooljaar een heel speciale plek ingeruimd voor, de wekelijks terugkerende socio-kring. Daar wordt door de leerlingen gereflecteerd op hun gedrag, inbreng in de groep en gekeken naar wat er goed gaat en wat nog verbeterd kan worden.
10
Overzicht gebruikte methoden en materialen Vakgebied
Methode
Groepen
Nederlands
Kleuterplein Veilig leren lezen Estafette Kidsweek Nieuwsbegrip Schrijfdans Pennestreken Taal Actief –nieuw 2015Take it Easy Bewegingsonderwijs in het speellokaal Methode voor bewegingslessen & Spel (van Gelder) Lessen van Go Active Kleuterplein Pluspunt Kleuterplein Wijzer door de natuur
1 en 2 3 3 t/m 8 5 t/m 8 4 t/m 8 1 en 2 3 t/m 8 4 t/m 8 5 t/m 8 1 en 2
Wijzer door de tijd –nieuw 2015Wijzer door het verkeer Wijzer natuur en techniek –nieuw 2015Wijzer door de wereld –nieuw 2015Moet je doen Reis van je leven Leefstijl
5 t/m 8
Engels Bewegingsonderwijs
Rekenen Oriëntatie op jezelf en de wereld
Kunstzinnige oriëntatie Catechese Sociaal emotionele ontwikkeling
3 t/m 8 3 t/m 8 1 en 2 3 t/m 8 1 en 2 1 t/m 8
5 t/m 8 5 t/m 8 1 t/m 8 1 t/m 8 1 t/m 8
Behalve de bovengenoemde methoden wordt er in de groepen ook gebruik gemaakt van ondersteunende materialen, zoals: computerprogramma’s, Maatwerk, Schooltv-programma’s, Proefexamens Verkeer, gidsen van I.V.N., Blitz, Typeworld for Kids
11
Verdeling van de tijd over de leer- en vormingsgebieden (We werken in de stamgroepen conform deze basis lestabel. Afstemming op de ontwikkeling van groep en individuele kinderen leidt tot afstemming van leertijd, zichtbaar in groepsagenda (logboek), groepsplan en handeligsgerichte aanpak of ontwikkelingsperspectief)
Basis Lestabel Leerjaar
Leerjaar 1
Leerjaar 2
Ontwikkelingsmat.
4:00
4:00
Gymnastiek
2:00
2:00
Spel
3:00
3:00
Taal
3:30
Lezen
Leerjaar 3
Leerjaar 4
Leerjaar 5
Leerjaar 6
Leerjaar 7
8
2:00
2:00
2:00
2:00
2:00
2:00
3:30
4:30
4:30
5:00
5:00
5:00
5:00
0:45
0:45
4:30
4:30
5:00
5:00
4:15
4:15
Schrijven
0:30
0:30
1:00
1:00
0:45
0:45
0:30
0:30
Rekenen
0:45
0:45
4:30
4:30
4:30
4:30
4:30
4:30
1:00
1:00
Engelse taal Aardrijkskunde Gesch./staatsinr. Biologie W.O./studievaard.h
1:15
1:15
3:00
3:00
3:00
3:00
Soc.redz/Leefstijl/Gods
1:00
1:00
1:00
1:00
1:00
1:00
1:00
1:00
Verkeer
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
Culturele vorming
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
0:30
Tekenen
1:00
1:00
1:00
1:00
0:45
0:45
0:45
0:45
Muziek
0:45
0:45
0:45
0:45
0:45
0:45
0:45
0:45
Handv./Techniek
1:00
1:00
1:15
1:15
1:00
1:00
1:00
1:00
Pauze
1:15
1:15
1:15
1:15
1:15
1:15
1:15
1:15
20:30:00
20:30:00
24:00:00
24:00:00
26:00:00
26:00:00
Totaal per leerjaar
26:00:00
26:00:00
Actief burgerschap en sociale integratie Waarom vinden we actief burgerschap en sociale integratie belangrijk? Alleen al door onze leerlingen staat de school midden in de samenleving. Deze is steeds meer gericht op individualisering. Daarmee neemt de sociale binding (ook sociale cohesie genoemd) af. Plichten en rechten die horen bij burgerschap zijn hierdoor op de achtergrond geraakt. Ook zijn veel ouders en kinderen door een allochtone herkomst niet gewend aan de burgerschapstradities en –gebruiken van onze samenleving. Wij hebben de overtuiging dat meer menselijke solidariteit, goede manieren, sociale controle, kortom burgerschapsgedrag, bijdraagt aan de sociale cohesie. Op school verkeren alle kinderen in grote groepen leeftijdgenoten, die allemaal van elkaar verschillen. De kinderen leren met de verschillen om te gaan en leren tevens met anderen op basis van gelijkwaardigheid samen te werken. Op deze wijze worden ze voorbereid om in de maatschappij goed te kunnen functioneren.
12
Leerlingen nemen zelf ook deel aan het maatschappelijk leven in uiteenlopende situaties: op straat, bij sport, in clubjes, bij familie, onder vrienden. Wij benutten die ervaringen en stimuleren kinderen in hun maatschappelijke participatie. Wat beogen we met actief burgerschap en sociale integratie? (doelen/resultaten) In de kerndoelen voor het basisonderwijs is met betrekking tot burgerschap aangegeven: - De leerlingen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger. - De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. - De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met verschillen in opvattingen van mensen. - De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en van anderen. - De leerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht als verkeersdeelnemer. - De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu. Actief burgerschap is een deel van de pedagogische opdracht van de school. Dit betekent dat wij niet volstaan met het aanbieden van traditionele kennis uit de schoolvakken, maar ook door het burgerschap actief te integreren en op deze manier de leerlingen zelf te laten ervaren wat dit begrip werkelijk betekent. - Wij stimuleren de leerlingen om zelf taken aan te pakken waarmee zij bijdragen aan gemeenschapsbelangen op buitenschools terrein en betrekken daar buitenschoolse connecties bij. - Wij zoeken mogelijkheden voor leerlingen om een actievere rol te spelen in de schoolgemeenschap met meer verantwoordelijkheden voor besluitvorming en uitvoering. Wat doen we aan actief burgerschap en sociale integratie? Wij gebruiken hiervoor het vakgebied “Oriëntatie op jezelf en de Wereld”. Wijzer door de Wereld, Wijzer door het verkeer, Wijzer door de tijd en Wijzer door de Natuur. Deze methodes worden gebruikt vanaf groep 5 tot en met groep 8. Verder kunnen wij ook verwijzen naar het jaarlijkse project van de communiegroep (zie projecten en buitenschoolse activiteiten) Ook is er een deelname aan projecten als kinderpostzegelactie en een sponsorloop voor de vastenactie.
Bewegingsonderwijs en gymkleding In de groep 1 en 2 staat bewegingsonderwijs dagelijks op het rooster. De kinderen spelen op het schoolplein of in de speelzaal. In de groepen 3 t/m 8 krijgen de leerlingen twee gymlessen per week, meestal in de gymzaal, maar ook wel op het kermisterrein of de speelplaats. Soms maakt een groep wel eens een wandeling en als er sneeuw ligt, mogen ze af en toe de sleeën mee naar school nemen. Om hygiënische redenen sporten de kinderen in aparte gymkleding. Deze kleren bestaan uit: T-shirt, korte broek en gymschoenen (die niet buiten gedragen mogen worden). In de laagste groepen zijn gymschoenen met een klittenbandsluiting het meest geschikt. De gymkleding wordt elke keer door de kinderen mee naar school en weer mee naar huis genomen. Kinderen die geen gymkleding bij zich hebben kunnen helaas niet meedoen met de gymles. Komt dit vaker voor, dan nemen wij contact met de ouders/verzorgers op. Bij aanvang van het schooljaar ontvangt u een overzicht met vermelding van de gymtijden per groep. Projecten en buitenschoolse activiteiten In school worden elk jaar, in samenwerking met de ouderraad, een aantal vieringen, projecten, of culturele activiteiten georganiseerd: zoals: Kerstviering, Paasviering, carnaval, sportdag, feestelijke opening van de Kinderboekenweek, voorleeswedstrijd, en een bezoek aan een concert, toneel- of filmvoorstelling of museum. Kindern maken kennis met verschillende vormen van cultuur. Deze activiteiten worden voor een belangrijk deel betaald uit de vrijwillige ouderbijdragen. 13
Daarnaast willen we kinderen ook leren, dat zij een bijdrage kunnen leveren aan een betere samenleving door hun inspanningen en door samen te delen. Daarom neemt de school deel aan acties voor leeftijdgenootjes in derde wereldlanden. De communiegroep zoekt elk jaar zélf een goed doel waaraan zij een geldelijke bijdrage levert. Leerlingen van groep 8 gaan in het najaar op pad om kinderpostzegels te verkopen. Voor Pasen is er voor leerlingen uit de hoogste groepen een sponsorloop (het geld dat hierbij wordt opgehaald, is bestemd voor een project van de Vastenactie). Bij voldoende belangstelling en begeleiders, nemen leerlingen van de hoogste groepen in maart/april ook deel aan het KNVB schoolvoetbaltoernooi. (met een jongens- en een meisjeselftal). Sociaal emotionele ontwikkeling Het sociaal-emotionele welbevinden is de basis voor al het leren. Sociaal-emotionele vaardigheden vormen een belangrijk aspect van geestelijke gezondheid. In de methode Leefstijl die op onze school is ingevoerd, wordt veel aandacht besteed aan sociale vaardigheden en vaardigheden die te maken hebben met lichamelijke gezondheid. Soms ben je je van een aantal zaken rondom het groepsgebeuren niet bewust. Ook heb je niet altijd duidelijk in beeld wie daarbij een rol spelen en wat voor invloed het gedrag van de leerkracht daarbij heeft. Daarom is het goed om een en ander in kaart te brengen. We hanteren hiervoor Viseon. Het bestaat uit digitale vragenlijsten. De lijsten worden twee keer per schooljaar ingevuld. Vanaf groep 5 vullen de leerlingen ook een digitale vragenlijst in, naast de lijst van de leerkrachten. Viseon past binnen het Leerlingvolgsysteem. Cohesie en groepsvorming stimuleren wij vanuit de aanpak “Groeps Dynamisch Onderwijs” In de eerste weken van het schooljaar versterken we dat middels groepsvomende activiteiten in de zgn. Gouden Weken. Culturele ontwikkeling Kunst, (volks)cultuur, erfgoed en nieuwe media leveren een bijdragen aan het leren omgaan met kunst: Het zelf leren maken van kunstproducten (actief), het leren kijken en luisteren naar kunstproducten (receptief) en het leren beoordelen van het kunstproduct (reflectief), zowel binnen het regulier onderwijs, als in de buitenschoolse sector. Activiteiten kunnen ook gericht zijn op vergroting van deskundigheid van leraren. Cultuuractiviteiten worden in een context geplaatst. De activiteiten worden geïntegreerd in projecten van de methodieken of methoden. Buitenschoolse cultuureducatie wordt ook aangeboden. Buitenschoolse activiteiten Kunst en Cultuur bieden extra mogelijkheden binnen de culturele loopbaan van een kind. Enerzijds om kinderen de kans te bieden zich verder te ontwikkelen, anderzijds om samen met partners de culturele mogelijkheden in de omgeving te laten zien en te beleven. Eindopbrengsten Eindopbrengsten Uitslagen CITO – Eindtoets Score 2009 501 – 510 0% 511 – 520 5% 521 – 530 10% 531 – 540 45% 541 – 550 40%
gemiddelde standaardscore landelijk gemiddelde standaardscore Klavertje Vier 14
2010 0% 5% 10% 30% 45%
2011 0% 0% 17% 8% 75%
2012 0% 0% 0% 33% 67%
2013 0% 1% 0% 98% 1%
2014 0% 0% 0% 20% 80%
2015 0% 10% 30% 60%
2009 532,1
2010 534,9
2011 535,5
2012 535,2
2013 532.2
2014 532.2
2015 534,9
536,8
538,7
542,1
542.2
532,2
533.8
536,1
Waar gingen onze leerlingen naar toe in de afgelopen jaren? Leerlingenaantallen in procenten
gymnasium vwo havo/ vwo havo vmbo/ havo vmbo vso/so Lwoo praktijkonderwijs anders
2009 10% 40% 15% 15% 20%
2010
2011
2012
2013
2014
15% 25% 15% 5% 40%
25% 9% 16% 25% 25%
45% 11% 0% 11% 33%
3% 33% 30% 23% 10%
20% 10% 50% 20%
2015 10% 40% 20% 20% 10%
Onze school heeft de afgelopen jaren stabiele, hoge eindopbrengsten. Schoolzelfevaluatie: de groep- en trendanalyses worden jaarlijks gemaakt en besproken met het team en indien nodig worden maatregelen genomen. Leerstofaanbod: leerkrachten bieden meer begaafde leerlingen extra stof aan (plustaken) en proberen meer gebruik te maken van de differentiatiemogelijkheden in de methoden. Omgaan met verschillen: leerkrachten maken gebruik van vernieuwde weekplanningen met daarin opgenomen een kolom voor zorgleerlingen. De leerkrachten gebruiken dag-/weektaken. Hierdoor kunnen leerlingen leerstof meer op hun eigen niveau en in hun eigen tempo verwerken. De leerkracht heeft de mogelijkheid om leerlingen extra te begeleiden. Ziekte of afwezigheid Wanneer een kind niet naar school kan komen, omdat het bijvoorbeeld ziek is, dient u de school daarvan zo spoedig mogelijk op de hoogte te brengen. Dat kan mondeling (telefonisch) of schriftelijk middels een briefje. Wij vragen u ziekmeldingen bij voorkeur door te geven tussen 8.15 uur en 8.30 uur, maar uiterlijk voor 9.00 uur. Hebben wij voor 9.00 uur geen bericht over de afwezigheid van uw kind ontvangen, dan zal de leerkracht contact met de ouders opnemen. Wanneer uw kind tijdens de schooluren ziek wordt of gewond raakt, proberen we altijd de ouders te bereiken. Meestal gebeurt dat telefonisch. We vragen u dan uw kind op school te komen ophalen. Als we geen gehoor krijgen, proberen we op het extra telefoonnummer (van buren, grootouders of oppas), dat u ons gegeven hebt, te bellen. Lukt dit ook niet, dan blijft het kind op school. Als uw kind meteen naar een arts of naar het ziekenhuis moet, proberen we uiteraard altijd eerst de ouders te bereiken, zodat u met uw kind kunt meegaan. Dat is prettiger voor uw kind. Als wij u niet kunnen bereiken, zal iemand van het team uw kind begeleiden. Wanneer een leerkracht ziek is of afwezig, regelt de directeur de vervanging. Mocht er geen vervanging gevonden worden, dan wordt intern naar een oplossing gezocht. Lukt dit ook niet, dan zullen de kinderen naar huis gestuurd worden. Dit zal alleen in uiterste nood gebeuren. Ouders worden hiervan 15
de dag ervoor schriftelijk op de hoogte gebracht. In de afgelopen jaren heeft de school overigens nog nooit kinderen naar huis moeten sturen omdat er geen vervanging was of een interne oplossing ontbrak. Overblijven De kinderen kunnen in de middagpauze overblijven. Met ingang van 1 augustus 2006 is het bestuur verantwoordelijk voor het overblijven op alle scholen die onder de Wet Primair Onderwijs (WPO) vallen. Het overblijven moet dan op alle (speciale) basisscholen als faciliteit worden aangeboden. De directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering. Op alle INNOVO-scholen kunnen kinderen in de middagpauze overblijven. Daarmee komen de scholen tegemoet aan het feit dat ouders, om welke redenen dan ook hun kinderen in de middagpauze zelf niet kunnen / willen opvangen. Momenteel regelen de scholen de opvang in deze pauze zelf in overleg met de ouders. Het overblijven op Klavertje Vier wordt door de school geregeld. Op school is een overblijfreglement aanwezig. Het aanmelden om over te blijven gebeurt bij de groepsleerkracht van het kind. 3. ONZE LEERLINGEN Kinderen hebben recht op onderwijs dat zo nauwkeurig mogelijk afgestemd is op hun ontwikkelingsmogelijkheden en verdienen ‘passende’ zorg: zorg – op - maat. De leerkrachten zijn hierbij de eerst verantwoordelijke voor de zorg aan de kinderen in de groep. Zij proberen zo deskundig mogelijk om te gaan met verschillen tussen kinderen. De instructie, interactie en het klassenmanagement leiden tot onderwijs, dat is afgestemd op de behoeften van de kinderen. Voor de kinderen die speciale zorg nodig hebben, stelt de leerkracht in samenwerking met de IB -er een individueel handelings- of een groepsplan op. Een handelingsplan wordt altijd voor een bepaalde periode opgesteld. Aan het eind van de periode wordt bekeken of er een vervolgtraject noodzakelijk is. Uitgangspunt is een doorgaande ontwikkeling bij kinderen. Dit impliceert, dat niet alle kinderen op het eind van een leerjaar hetzelfde niveau behaald hebben. In incidentele gevallen besluiten we na overleg met de ouders, om een kind een jaar langer in een groep te houden. We moeten hier een duidelijke meerwaarde in zien, al kunnen we natuurlijk niet het effect op lange termijn volledig inschatten. De uiteindelijke beslissing wordt door de school vanuit haar (eind)verantwoordelijkheid genomen. Om het bereiken van doelen en leervorderingen te kunnen vaststellen, gebruiken we een leerlingvolgsysteem, methodegebonden toetsen en observaties. Gegevens daaruit kunnen, in samenspraak met de IB-er, leiden naar aangepaste leerwijzen en (protocol) handelingsplannen voor individuele leerlingen en groepjes kinderen met hetzelfde probleem. Deze plannen worden zoveel mogelijk uitgevoerd door de groepsleerkracht. Regelmatig bespreken de directeur en de IB-er de ontwikkelingen met betrekking tot zorgleerlingen of andere relevante zaken ten aanzien van leerlingenzorg. Voor de aanvang van het nieuwe schooljaar dragen de groepsleerkrachten hun leerlingen over. Na iedere toetssessie uit de toetslijn bespreekt de intern begeleider de resultaten met de groepsleerkrachten. Advisering van de leerlingen van groep 8 vindt plaats voor afname van de Eindtoets Basisonderwijs. Samen met de resultaten van de Eindtoets Basisonderwijs wordt het schooladvies met de leerling en de ouders besproken. De leerkracht van groep 8 zorgt voor een ‘warme’ overdracht van de leerlingen aan de scholen voor Voortgezet Onderwijs. Niveaus van zorg Ieder kind verdient vanuit specifieke pedagogisch-didactische behoeften een eigen niveau van zorg. Interne zorg heeft niet alleen betrekking op leerlingen met onderkende problemen, maar op alle leerlingen. Er is dus sprake van integrale leerlingenzorg.
16
Passend Onderwijs Vanaf 1 augustus 2014 is de Wet Passend Onderwijs van kracht. Schoolbesturen krijgen de zorgplicht voor alle leerlingen uit hun regio. Ouders melden hun kind aan bij de school van hun keuze en de school heeft de taak om het kind een passende onderwijsplek te bieden of met de ouders een passende plek te zoeken. Uitgangspunt daarbij is: - Alle kinderen krijgen zo ‘passend mogelijk’ onderwijs, waarbij wordt gekeken naar de onderwijsbehoeften en talenten van de leerlingen. - Kinderen gaan naar reguliere basisscholen en hebben een onderwijsplek nabij huis, tenzij speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs noodzakelijk is. - Alle kinderen verdienen een plek in het onderwijs: geen thuiszitters. Passend onderwijs is er voor alle leerlingen, maar richt zich in de praktijk vooral op leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften. Hoe wordt dit georganiseerd? De school heeft de taak om een passende onderwijsplek te bieden. Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is, op een andere school in het reguliere onderwijs of het (voortgezet) speciaal onderwijs. Iedere school heeft een ondersteuningsprofiel opgesteld. Dit profiel is bedoeld om aan te geven welke ondersteuning een school kan bieden. De school van aanmelding bekijkt of ze het kind een passende plek kan bieden. Kan de school uw kind niet toelaten, dan biedt ze binnen 6 weken een plek aan op een andere school waar het kind wel geplaatst kan worden. De school mag deze termijn 1 keer met maximaal 4 weken verlengen. Daarom is het van belang dat u uw kind minimaal 10 weken van te voren inschrijft bij de nieuwe school, zeker als het een verhuizing betreft. Voor onze school en schoolbestuur wordt gewerkt vanuit het Samenwerkingsverband (SWV) Passend Primair Onderwijs Maastricht en Heuvelland. In het SWV werken schoolbesturen samen met basisscholen in de regio, scholen voor speciaal basisonderwijs en scholen voor speciaal onderwijs. Afstemming en samenwerking met jeugdhulp, peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en het voortgezet onderwijs worden hierbij meegenomen. Passend Onderwijs kijkt vooral naar de mogelijkheden van leerlingen en wat er nodig is om het onderwijs te geven dat daarbij past. Dat kan met extra ondersteuning in de klas of het inrichten van nieuwe voorzieningen, maar kan ook in het speciaal onderwijs plaatsvinden. Onderwijs op maat is nodig om elke leerling tot zijn recht te laten komen. Passend Onderwijs biedt deze ruimte. In het schoolondersteuningsprofiel stelt iedere school vast welke extra ondersteuning de school kan bieden, aanvullend op de basisondersteuning die alle scholen in het samenwerkingsverband bieden. In principe krijgt uw kind de extra onderwijsondersteuning die het nodig heeft onder verantwoordelijkheid van de eigen school. Voor de ouders is de leerkracht en de IB-er op school het eerste aanspreekpunt. Samen met u volgen zij de ontwikkeling van uw kind, en wanneer zich veranderingen voordoen, bespreekt u dit altijd eerst met hen. Pas als de school niet in staat is uw kind aan ondersteuning te bieden wat hij/zij nodig heeft, wordt gekeken naar opties buiten de school. In dat geval vindt allereerst een gesprek plaats met de ouders, waarbij gezamenlijk de mogelijkheden worden besproken. In sommige gevallen zal een andere persoon aansluiten om mee te kijken en een goed besluit te nemen. Deze persoon zal de ouders begeleiden in het plaatsingstraject. Hoe dit traject in zijn werk gaat, kunt U bij de school opvragen. Ontwikkelingsperspectief Scholen zijn verplicht een ontwikkelingsperspectief op te stellen, wanneer kinderen de einddoelen van de basisschool niet halen. In een ontwikkelingsperspectief staat beschreven wat de verwachte uitstroombestemming van de leerling is en de onderbouwing daarvan. In het ontwikkelingsperspectief voor leerlingen in het basisonderwijs wordt ook beschreven welke ondersteuning en begeleiding de leerling nodig heeft en hoe die wordt aangeboden. Het ontwikkelingsperspectief wordt door de leerkracht en de Intern Begeleider opgesteld. Een belangrijke rol is ook weggelegd voor u als ouders/verzorgers: u kunt de school van informatie voorzien over de situatie thuis of eerdere begeleiding op een andere 17
school. Het ontwikkelingsperspectief wordt in overleg met de ouders vastgesteld. Ook daarna wordt er regelmatig (tenminste jaarlijks) overleg gevoerd met ouders en de leerling. Als daar aanleiding voor is wordt het ontwikkelingsperspectief bijgesteld. Voor verdere informatie over Passend Onderwijs kunt u contact opnemen met de IB-er van school. Het samenwerkingsverband Maastricht en Heuvelland heeft een website waarop u specifieke informatie kunt vinden: www.swvpomaastrichtheuvelland.nl. Algemene informatie over Passend Onderwijs kunt u vinden op een speciale site van het ministerie van Onderwijs: www.passendonderwijs.nl. en op www.steunpuntpassendonderwijs.nl, een site speciaal voor ouders. Onderwijs aan zieke leerlingen Wanneer een leerling ziek is, dient dit door de ouders/verzorgers bij de school te worden gemeld. Het is daarbij belangrijk om aan te geven hoe lang de ziekte waarschijnlijk gaat duren. Het is de verantwoordelijkheid van de ouders en de school samen om te zorgen dat de leerling ook tijdens de ziekte het onderwijsproces zoveel mogelijk blijft volgen. Het continueren van het onderwijs, aangepast aan de problematiek, is belangrijk om leerachterstanden zoveel mogelijk te voorkomen en sociale contacten in stand te houden. Bijzondere zorg Soms kan het gebeuren, dat wij samen met ouders tot de conclusie komen, dat de ontwikkeling van het kind het meest gebaat is met het doubleren van een leerjaar. De school beschikt over een protocol doubleren, dat opgenomen is in het algemeen gedeelte van de zorgmap. We maken ook afspraken om kinderen voor een bepaald vak met een aangepast programma te laten werken. Zo’n leerling haalt op dat gebied niet het eindniveau van de basisschool, maar we stellen het aangepaste programma zó op, dat er aansluiting is bij het vervolgonderwijs. Ook dit wordt steeds besproken met de ouders. Er zijn ook kinderen die heel gemakkelijk leerstof opnemen en verwerken. Ook voor hen geldt ook het bovenstaande zorgsysteem. We maken afspraken om deze kinderen voor één of meer vakken met een aangepast programma te laten werken. RAK (regionale aanpak kindermishandeling): implementatie volgend uit de Wet Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan handelen wij zoals beschreven staat in de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling van ons schoolbestuur. Pesten Pesten is een hele vervelende eigenschap. Op school proberen wij er alles aan te doen om pestgedrag te vermijden. Hiervoor heeft INNOVO een pestprotocol ontwikkeld dat op elke school gehanteerd wordt. Gedragscode computergebruik en internetgebruik Op school wordt in steeds toenemende mate gebruik gemaakt van computers bij het onderwijs. Wij leren de leerlingen om zaken zelfstandig op te zoeken. Dit gebeurt meestal in het computerlokaal. Dit lokaal is een stilteruimte. Dat betekent dat de leerlingen hier alleen zachtjes mogen spreken. aan het gebruiken van de computers zijn natuurlijk ook regels gebonden. Zo hebben we op school de afspraak dat wij geen gebruik maken van MSN, dat we niet chatten, geen Hyves gebruiken en geen spelletjes spelen waarin geweld of grof taalgebruik voor komt. Vanzelfsprekend zijn aanstootgevende sites ook verboden, maar voor 99% worden deze al bovenschools geblokkeerd. Indien leerlingen zich niet houden aan deze regels worden zij hierover aangesproken. Bij herhaald verstoten tegen deze regels kunnen leerlingen een bepaalde tijd van computergebruik uitgesloten worden. Cyberpesten Cyberpesten is een onderdeel van traditioneel pesten. Elke school hanteert een pestprotocol. 18
De school kan het pestprotocol eenvoudig aanpassen door elementen van de aanpak van cyberpesten op te nemen. Er zijn vele vormen van cyberpesten: anonieme berichten versturen via MSN en SMS, schelden, roddelen, bedreigen, foto’s van mobieltjes en webcam op internet plaatsen, privégegevens op een site plaatsen, wachtwoorden en credits stelen en misbruiken, haatprofielen aanmaken, virussen sturen, happy slapping, en het versturen van een e-mail bom. De effecten van cyberpesten kunnen erger zijn dan bij traditioneel pesten. Opnames die via de webcam worden gemaakt, worden vastgelegd door een ander. Deze opnames verdwijnen nooit meer. Over de hele wereld kan een foto op een site staan. Foto’s die eenmaal op internet staan zijn soms niet meer te verwijderen. Aanpak Geef steun en luister naar de leerling. Adviseer de leerling bewijslast te verzamelen / berichten te bewaren en op te slaan. Probeer de dader te achterhalen via systeembeheerder en slachtoffer. Bespreek het met de vertrouwenspersoon. Spreek de pesters aan. Voer eventueel een klassengesprek. Neem contact met de ouders op. Probeer de dader op te sporen Soms is de identiteit van de dader te achterhalen door uit te zoeken vanaf welke computer op school het bericht is verzonden. Vanzelfsprekend heb je daar wel (technische) ondersteuning van een ICT-coördinator, systeembeheerder, en/of externe beheerder voor nodig. Ga na wanneer het bericht verstuurd is en welke klas op dat moment gebruik maakte van de computers. De stijl van het bericht en eventuele taalfouten kunnen de dader verraden. De dader kan wellicht ook worden gevonden door in de klas te praten over wat er is gebeurd. Soms is het niet mogelijk een dader te achterhalen en zit er niets anders op dan het effect te minimaliseren. Dat kan het beste door het slachtoffer op het hart te drukken niet te reageren op haatmail of andere ongewenste berichten. Verantwoordelijkheid van de school Soms gebeurt pesten buiten de school. Toch heeft de school er veel last van. Het ruziën en pesten gaat op school door. Schoolresultaten lijden eronder. Er ontstaat een onveilig klimaat. Kinderen kunnen minder goed leren. Pesten heeft effect op het schoolklimaat. Wet bescherming persoonsgegevens Ook als school moeten we voldoen aan de eisen die de Wet Bescherming Persoonsgegevens stelt. Het leerling-dossier bestaat uit twee componenten, de leerlingadministratie en het leerling-dossier. Hierin wordt de informatie bewaard voor de onderwijskundige en algemene begeleiding van de leerling. De gegevens van leerlingen worden voor derden ontoegankelijk bewaard. Leerlingadministratie Met de leerlingadministratie wordt voldaan aan de verplichtingen van artikel 6, lid 1 van het bekostigingsbesluit WPO (wet op het primair onderwijs) tot het voeren van een overzichtelijke administratie van de inschrijving, de uitschrijving en het verzuim van de leerling. De administratie bevat persoonsgegevens, die vallen onder de wet Bescherming Persoonsregistratie (WBP) en onder het Besluit gevoelige gegevens. Dit besluit geeft een aantal regels voor het opnemen van informatie over iemands geloof of levensovertuiging, ras en politieke gezindheid. In de leerling-administratie komen een aantal van deze gegevens voor. Deze gegevens worden slechts met toestemming van de ouder(s) verstrekt aan derden. De bewaartermijn van deze gegevens is vastgelegd in het bekostigingsbesluit WPO en is vastgesteld op vijf jaar. Na deze termijn worden de gegevens vernietigd. Leerlingdossier Het leerlingdossier bevat rapporten, uitslagen van toetsresultaten, gegevens uit het leerlingvolgsysteem, verslagen van gesprekken met ouders en afspraken die er over de leerling zijn gemaakt. De verwerking dient alleen voor de organisatie of het geven van onderwijs en de begeleiding van de leerling. Het onderwijs valt onder het Vrijstellingsbesluit, dat onderdeel uitmaakt van de Wet Bescherming Persoonsregistratie. Hiermee is geregeld dat er meer gegevens dan enkel de persoonsgegevens 19
mogen worden bewaard. Deze gegevens worden op een deugdelijke wijze bewaard. Ook gegevens uit deze administratie worden slechts na toestemming van de ouders aan derden verstrekt. De bewaartermijn van deze gegevens is vastgesteld op twee jaar, met uitzondering van de situatie waarin de leerling is doorverwezen via de PCL naar een school voor Speciaal Onderwijs. Dan is de bewaartermijn drie jaar conform de bepaling WPO. Als uitzondering op deze bewaartermijn geldt het bewaren van adresgegevens van (oud)leerlingen. Dit is toegestaan voor reünies. Ouders hebben recht tot inzage in al deze gegevens. Er wordt binnen de termijn van vier weken voldaan aan dit verzoek. Ook bestaat er kopierecht, dat wil zeggen dat ten behoeve van de ouders kopieën van de gegevens gemaakt mogen worden. De school mag hier overigens een vergoeding voor vragen (maximaal € 4,50). Er bestaat daarnaast nog het recht tot corrigeren van de gegevens en verwijdering van de gegevens. Dit houdt in dat ouders het recht hebben op verbeteren, aanvullen, verwijderen, afschermen of op een andere manier ervoor te zorgen dat onjuiste gegevens niet langer gebruikt worden. Er is alleen een verplichting om dit ook daadwerkelijk te doen als er sprake is van feitelijk onjuiste, onvolledig of niet ter zake doende gegevens of gegevens die in strijd zijn met een voorschrift van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Ouders mogen het leerlingdossier niet meenemen buiten de school. Ten aanzien van collega-scholen worden dezelfde richtlijnen gehanteerd. Zonder toestemming van ouder(s) mag het dossier niet worden ingezien en verstrekt. School, zorgteam en privacy De school respecteert de privacy van leerling en ouders en zorgt ervoor dat persoonlijke gegevens strikt vertrouwelijk blijven, conform de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Indien leerlingen extra zorg en begeleiding nodig hebben, mogen regionaal samenwerkende partijen volgens genoemde wet informatie uitwisselen over een leerling, mits er sprake is van een zorgvuldige aanpak door de school en de andere partij. Belanghebbenden worden geïnformeerd over het gebruik van leerling-gegevens met betrekking tot extra zorg en begeleiding en kunnen hier eventueel bezwaar tegen maken. Indien de school voor een leerling externe hulp moet inschakelen, mag zij ervan uit gaan dat ouders het leerrecht (leerplicht) van hun kind respecteren en hierbij binnen de grenzen van de redelijkheid en billijkheid ondersteuning en begeleiding bieden. College Bescherming Persoonsgegevens In de onderwijssector neemt de informatisering en het verzamelen en gebruiken van leerlinggegevens toe. Er worden veel persoonsgegevens over heel veel personen uitgewisseld. Tussen scholen onderling en tussen scholen en de lokale en centrale overheid. Al dan niet wettelijke voorschriften en algemene en individuele invulling van de onderwijstaak bepalen welke soorten en aantallen persoonsgegevens worden uitgewisseld. In de loop der tijd is de taak van scholen ruimer geworden. Deze beperkt zich niet meer tot kennisoverdracht. Scholen spelen een grote rol in het jeugdbeleid. Andere organisaties willen graag met scholen samenwerken. Bijvoorbeeld gemeenten in het kader van achterstandsbeleid en jeugdbeleid Op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) zijn onderwijsinstellingen verplicht ouders te informeren en uit te leggen welke gegevens van de leerling/student gebruikt worden en aan wie de onderwijsinstelling wanneer welke gegevens wil verstrekken en met welk doel. Aanmelding nieuwe leerlingen Voor aanmelding van nieuwe leerlingen wordt op onze school de volgende procedure gehanteerd: Voorafgaande aan het schooljaar dat Uw kind vier jaar wordt kunt u uw kind laten inschrijven. Dit dient uiterlijk 1 maand vóór het vierde jaar gebeurd te zijn. U kunt telefonisch een afspraak maken met de school om informatie in te winnen, kennis te maken met de school of om uw kind aan te melden. Als kinderen 4 jaar worden, mogen ze naar school. De dag na hun verjaardag komen ze groep 1-2. 20
In de weken voor hun vierde verjaardag mogen kinderen alvast 5 dagdelen (een dagdeel is een morgen of een middag) komen wennen. U kunt kiezen voor 5 dagdelen in een week aaneengesloten of 5 weken lang één dag(deel) per week. Dit wordt in overleg met de leerkracht afgesproken. Kinderen die tussentijds instromen, wegens verhuizing of anderszins, mogen in principe op elke gewenste dag beginnen. Wij nemen altijd contact op met de vorige basisschool. De inschrijving kan pas definitief plaatsvinden, als wij alle belangrijke informatie van de vorige school, zoals het onderwijskundig rapport en de uitschrijvingverklaring ontvangen hebben. Gronden voor vrijstelling van het onderwijs De leerlingen van onze school nemen in principe deel aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten. Op verzoek van de ouders kan een leerling worden vrijgesteld van de volgende onderwijsactiviteiten: Deelname aan godsdienstlessen. Voor leerlingen die niet gelovig zijn of van wie bij aanmelding blijkt dat zij tot een andere geloofsrichting behoren dan R.K., én van wie de ouders aangeven dat zij er moeite mee hebben dat hun kind de godsdienstlessen volgt, wordt tijdens de godsdienstlessen een alternatieve lesstof aangeboden. Bij vieringen in de kerk gaan alle kinderen mee. Indien ouders hier principieel bezwaar tegen hebben, dan kunnen zij dat bij de schoolleiding kenbaar maken. Deelname aan gymnastieklessen op basis van medische indicatie. In een dergelijk geval geldt dat de school in plaats van de gymnastiekles een alternatief lesprogramma aanbiedt. Leerplicht en verlofregeling Leerplicht hangt heel nauw samen met leerrecht, ofwel het recht op onderwijs. Overal ter wereld wordt dit recht als een groot goed beschouwd. Veel landen hechten er zelfs zoveel waarde aan, dat ze de jeugd via een wet verplichten om naar school te gaan. Nederland is één van die landen. In ons land staan de rechten en plichten van ouders, leerlingen en schooldirecteuren precies aangegeven in de leerplichtwet. Deze wet is, kortweg gezegd, een rechtsmiddel waarmee gewaarborgd wordt dat alle jongeren in Nederland aan het onderwijs kunnen en zullen deelnemen. Het doel van de leerplichtwet is dat jongeren zo goed mogelijk worden toegerust met kennis en vaardigheden, die zij nodig hebben om een zelfstandige plek in de samenleving te verwerven. Een afgeronde schoolopleiding is daarvoor een eerste vereiste. Vanaf welke leeftijd is een kind leerplichtig? Bijna alle kinderen beleven hun eerste schooldag op vierjarige leeftijd. Hun moeder of vader laat ze bij de juf van groep één achter. Dit is een spannende en belangrijke dag voor de ouders en het kind. De kleuter is op die leeftijd nog niet leerplichtig, maar het is goed voor zijn ontwikkeling om samen met leeftijdgenootjes al naar school te gaan. De echte leerplicht begint op de eerste dag van de maand, die volgt op de maand dat een kind vijf jaar is geworden. Een kind dat bijvoorbeeld op 10 oktober zijn vijfde verjaardag heeft gevierd, wordt op de eerste schooldag van de maand november leerplichtig. Soms is een volledige schoolweek te lang voor jonge leerlingen. Daarom biedt de leerplichtwet een mogelijkheid tot vrijstelling. Ouders van een vijfjarige leerling mogen, in goed overleg met de schooldirecteur, hun kind maximaal vijf uur per week thuishouden. Mocht dit niet genoeg blijken te zijn, dan mag een directeur daar nog vijf extra uren vrijstelling per week bovenop doen. De mogelijkheid voor vrijstelling is uitsluitend bedoeld om overbelasting van de leerling te voorkomen. Zodra een kind zes jaar is, geldt de overgangsmogelijkheid niet meer. Zesjarige leerlingen moeten allemaal het volledige onderwijsprogramma volgen. Vrijstelling van geregeld schoolbezoek In de leerplichtwet staat omschreven, wanneer een jongere de school niet kan/hoeft te bezoeken. Dit is het geval bij ziekte, schoolsluiting en de vervulling van plichten die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging. Verder kent de leerplichtwet vrijstelling wegens andere gewichtige omstandigheden en zijn de regels voor extra vakantieverlof duidelijk geregeld. De taak van een leerplichtconsulent Het toezicht op de naleving van de leerplichtwet is opgedragen aan Burgemeester en Wethouders. Zij wijzen voor de uitvoering van dit toezicht een of meerdere leerplichtconsulenten aan. Dit klinkt strenger dan het is. Leerplichtconsulenten zijn er niet alleen om overtreders van de leerplichtwet vermanend op de vingers te tikken, maar ze vervullen ook een maatschappelijke zorgtaak. Zij hebben daarvoor een goed inlevingsvermogen, waarmee ze zich verplaatsen in de problemen van de schoolgaande jeugd. 21
Heel soms zijn leerplichtconsulenten genoodzaakt de officier van justitie in te schakelen. Maar zij doen dit alleen als uiterst redmiddel. Het grootste gedeelte van de tijd zijn leerplichtconsulenten actief bezig een oplossing te vinden voor problemen die de schoolloopbaan van een leerling in gevaar kunnen brengen. Hoe weet een leerplichtconsulent dat een leerling met een probleem zit? Spijbelgedrag is vaak een duidelijk signaal dat er iets aan de hand is met een jongere. De school meldt dit soort ongeoorloofd schoolverzuim gewoonlijk aan de leerplichtconsulent, waarna hij gaat uitzoeken of er een ernstige reden achter het verzuim schuilt. Het komt ook vaak voor dat ouders of leerlingen zelf een afspraak met de leerplichtconsulent maken om een oplossing voor een bepaald probleem te zoeken. De leerplichtconsulent werkt nauw samen met allerlei organisaties en instanties die zich bekommeren over het welzijn van de jeugd, zodat hij goed weet wat voor soort oplossingen er zijn. VERLOF (vrijstelling van schoolbezoek) Extra verlof in verband met religieuze verplichtingen Wanneer uw kind plichten moet vervullen die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging, bestaat er recht op verlof. Als richtlijn geldt dat hiervoor één dag per verplichting vrij wordt gegeven. Indien uw kind gebruik maakt van deze vorm van extra verlof, dient u dit minimaal twee dagen van te voren bij de directeur van de school te melden. Op vakantie onder schooltijd Voor vakantie onder schooltijd kan alleen een uitzondering op de hoofdregel gemaakt worden als uw kind tijdens de schoolvakanties niet op vakantie kan gaan door de specifieke aard van het beroep van (één van) de ouders. In dat geval mag de directeur eenmaal per schooljaar uw kind vrij geven, zodat er toch een gezinsvakantie kan plaatshebben. Het betreft de enige gezinsvakantie in dat schooljaar. Bij uw aanvraag moet een werkgeversverklaring worden gevoegd waaruit de specifieke aard van het beroep én de verlofperiode van de betrokken ouder blijken. Verder dient u met de volgende voorwaarden rekening te houden: -in verband met een eventuele bezwaarprocedure moet de aanvraag ten minste acht weken van tevoren bij de directeur worden ingediend, tenzij u kunt aangeven waarom dat niet mogelijk was; -de verlofperiode mag maximaal 10 schooldagen beslaan; -de verlofperiode mag niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. Helaas komt het wel eens voor dat een leerling of een gezinslid tijdens de vakantie ziek wordt, waardoor de leerling pas later op school kan terugkomen. Het is van groot belang om dan een doktersverklaring uit het vakantieland mee te nemen, waaruit de duur, de aard en de ernst van de ziekte blijken. Op die manier voorkomt u mogelijke misverstanden. Verlof in geval van ‘Andere gewichtige omstandigheden’ Onder ‘andere gewichtige omstandigheden’ vallen situaties die buiten de wil van de ouders en/of de leerling liggen. Voor bepaalde omstandigheden kan vrij worden gevraagd. Hierbij moet gedacht worden aan: -een verhuizing van het gezin -het bijwonen van een huwelijk van bloed- of aanverwanten -ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten (het aantal verlofdagen wordt bepaald in overleg met de directeur en/of de leerplichtconsulent) -overlijden van bloed- of aanverwanten -viering van een 25-, 40- of 50-jarig ambtsjubileum en het 12½-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig (huwelijks)jubileum van bloed- of aanverwanten De volgende situaties zijn geen ‘andere gewichtige omstandigheden’: -familiebezoek in het buitenland -vakantie in een goedkope periode of in verband met een speciale aanbieding -vakantie onder schooltijd bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden -een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakantie op vakantie te gaan -eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers)drukte -verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn 22
Verlofaanvragen worden altijd individueel beoordeeld. Een aanvraag voor verlof wegens ‘andere gewichtige omstandigheden’ dient zo spoedig mogelijk bij de directeur te worden ingediend (bij voorkeur minimaal acht weken van tevoren). Hoe dient u een aanvraag in? Aanvraagformulieren voor verlof buiten de schoolvakanties zijn verkrijgbaar bij de directeur van de school. U levert de volledig ingevulde aanvraag, inclusief relevante verklaringen, in bij de directeur van de school. De directeur neemt zelf een besluit over een verlofaanvraag voor een periode van maximaal 10 schooldagen. Als een aanvraag voor verlof vanwege ‘andere gewichtige omstandigheden’ meer dan 10 schooldagen beslaat, wordt de aanvraag doorgestuurd naar de leerplichtconsulent van de gemeente. De leerplichtconsulent neemt vervolgens een besluit, na de mening van de directeur te hebben gehoord. Niet eens met het besluit Wanneer uw verzoek om extra verlof wordt afgewezen en u bent het niet eens met dat besluit, kunt u schriftelijk bezwaar maken. U dient een bezwaarschrift in bij de persoon die het besluit heeft genomen. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en tenminste de volgende gegevens bevatten: naam en adres van belanghebbende de dagtekening (datum) een omschrijving van het besluit dat is genomen argumenten die duidelijk maken waarom u niet akkoord gaat met het besluit wanneer het bezwaar niet door u maar namens u wordt ingediend, moet u een volmacht ondertekenen en bij het bezwaarschrift voegen. U krijgt de gelegenheid om uw bezwaar mondeling toe te lichten. Daarna krijgt u schriftelijk bericht van het besluit dat over uw bezwaarschrift is genomen. Bent u het dan nog niet eens met het besluit dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) binnen zes weken schriftelijk beroep aantekenen bij de Arrondissementsrechtbank, sector Bestuursrecht. Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Wel kan de indiener van een beroepschrift zich wenden tot de President van de bevoegde rechtbank met het verzoek een voorlopige voorziening te treffen. Aan zo’n juridische procedure zijn kosten verbonden: voordat u een beroepschrift indient is het raadzaam juridisch advies in te winnen, bij voorbeeld bij een bureau voor Rechtshulp. Bestrijden verzuim en vroegtijdig schoolverlaten Per 1 januari 2014 is een wijziging van onder meer de Leerplichtwet 1969 (Lpw) in werking getreden. Doel van de wetswijziging is de verbetering van het bestrijden van verzuim en voortijdig schoolverlaten. Er komt een knip in het toezicht. Het toezicht op naleving van de Leerplichtwet door scholen – een goede administratie van het verzuim – wordt belegd bij de Inspectie van het Onderwijs . Deze kan een bestuurlijke boete opleggen. Het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet door ouders en leerlingen blijft bij de gemeenten liggen. Voor gemeenten leidt de wetswijziging niet tot minder middelen in het Gemeentefonds. De Inspectie van het Onderwijs hanteert een risicogericht toezichtkader. Leerplichtambtenaren kunnen signalen doorgeven aan de Inspectie. Vanuit het toezicht op ouders en leerlingen mogen zij de verzuimadministratie van scholen blijven inzien. De verzuimregistratie op onze school voldoet aan de wet- en regelgeving
Identiteitsplicht bij schoolreizen naar het buitenland Eén persoon per paspoort beginsel Vanaf juni 2014 kunnen kinderen niet meer bijgeschreven worden in het paspoort van hun ouder(s). Bijschrijvingen van kinderen in het paspoort van ouder(s) blijven geldig tot 26 juni 2014. Daarna moeten kinderen een eigen reisdocument hebben. Scholen die schoolreizen plannen naar het buitenland, moeten zich bewust te zijn van de aangepaste regelgeving. INNOVO zal schoolreizen naar het buitenland niet verbieden. Schoolreizen naar buitenland 23
Dit betekent wel dat scholen die een schoolreis naar het buitenland plannen, ouders ruimschoots op tijd moeten informeren over de nieuwe regels en ouders moeten verzoeken om tijdig een identiteitsbewijs aan te vragen. Uiterste consequentie in het geval de leerling geen geldig identiteitsbewijs heeft op de dag van de schoolreis, is dat deze leerling dan niet mee kan gaan. OUDERS (GELEDINGEN) Medezeggenschapsraad (MR) Sinds 1982 bestaat de Wet Medezeggenschap Onderwijs. Hierin is geregeld hoe ouders en leerkrachten invloed hebben op de organisatie van de school en de inrichting van het onderwijs. In de MR (Medezeggenschapsraad) zitten zowel vertegenwoordigers van het personeel als van de ouders. De MR van onze school bestaat uit vier personen: twee gekozen uit of door de ouders en twee gekozen uit het personeel. De MR heeft als enig orgaan – via de GMR – het recht om met het schoolbestuur over onderwijszaken te overleggen. Bovendien kan de MR instemmen met, dan wel adviseren over een voorstel van het bestuur. Toehoorders zijn welkom op de vergaderingen van de Medezeggenschapsraad; de vergaderingen zijn immers openbaar. Data van de vergaderingen zullen via het Schoolbulletin / website bekend gemaakt worden. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) INNOVO heeft een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. Deze raad vertegenwoordigt alle scholen, maar niet via een rechtstreeks GMR-lid. In totaal heeft de GMR 14 zetels, gelijk verdeeld tussen de oudergeleding en de personeelsgeleding. Omdat de scholen niet rechtstreeks via een MR-lid vertegenwoordigd zijn, werkt de GMR met een regiostructuur en zijn er regiofunctionarissen. Op www.innovo.nl vindt u meer informatie over de GMR. Ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk. Oudervereniging en ouderraad Binnen de school zijn ouders actief in de Ouderraad. Daarnaast is elke ouder die een of meerdere kinderen op onze school heeft automatisch lid van de oudervereniging. Als bestuur van de oudervereniging fungeert de ouderraad (OR). De OR bestaat uit minimaal 5 en maximaal 9 leden. Uit iedere groep wordt één ouder geacht zitting te nemen in de Ouderraad. Elk lid wordt gekozen voor een periode van 3 jaar en is herkiesbaar zolang hij/zij kinderen op onze school heeft. De OR vergadert op gezette tijden gedurende het schooljaar. De vergaderingen zijn openbaar, en beginnen om 19.30 uur. Op de Internet pagina van de school vindt u onder “Informatie” een link naar de notulen van deze vergaderingen.
Ouderhulp Aan het begin van het schooljaar kunt u zich ook aanmelden om met allerlei activiteiten mee te helpen. U ontvangt hiervoor een aanmeldingsbriefje. Vrijwillige ouderbijdrage Iedere school mag een ouderbijdrage vragen voor extra activiteiten en andere, niet tot het onderwijs behorende zaken. In de wet is bepaald dat een school die een ouderbijdrage wil vragen, daarvoor een schriftelijke overeenkomst met de ouders moet afsluiten. Deze overeenkomst mag pas worden afgesloten nadat de leerling tot de school is toegelaten.* De overeenkomst heeft de geldigheid van één jaar. Er bestaat geen verplichting tot het betalen van ouderbijdrages. Onze school heeft in de overeenkomst opgenomen: de vermelding dat het om een vrijwillige ouderbijdrage gaat; 24
de hoogte van de ouderbijdrage: is afhankelijk van het aantal kinderen dat een gezin op school heeft. Ieder eerste kind betaald € 45,00 voor een tweede respectievelijk derde kind is er een korting van respectievelijk 10% en 15%; een specificatie van de ouderbijdrage, zodat eenieder kan zien welk gedeelte van de ouderbijdrage aan welke activiteit besteed wordt; de vermelding dat na ondertekening de verplichting tot betaling bestaat; de vermelding dat er een mogelijkheid is slechts voor bepaalde voorzieningen te betalen; de vermelding dat er een reductie- en kwijtscheldingsregeling is en wat deze inhoudt. * De toelating van leerlingen: deze mag niet afhankelijk worden gesteld van het betalen van de ouderbijdrage. Uitgebreide informatie van de Inspectie van het Onderwijs (april 2010) over de vrijwillige ouderbijdrage in het primair onderwijs vindt u via de website van onze school of via www.innovo.nl. Ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk. Informatievoorziening Een goed contact tussen school en thuis is van groot belang. De school wil u graag informeren over allerhande gebeurtenissen op school en uiteraard ook over het wel en wee van uw kind. Wij stellen het op prijs wanneer u ons op de hoogte stelt van belangrijke gebeurtenissen thuis. Een goede samenwerking tussen thuis en school bevordert zeker het welbevinden van uw kind. De school stelt ouders op de hoogte door middel van de schoolgids, die jaarlijks geactualiseerd wordt, het schoolnieuws dat geregeld verschijnt, de website van de school
[email protected], brieven aan de ouders; soms voor de hele school, soms voor een enkele groep, ouderavonden en 10 minutengesprekken,rapporten, die drie keer per jaar worden uitgereikt, inloopuurtje, thema-avonden en speciale bijeenkomsten, gesprekken met leerkrachten of directeur (op ons of op uw verzoek) en uiteraard hoort u veel informatie van uw eigen kind.
Ouderavonden en Rapporten Aan het begin van het jaar worden informatieve ouderavonden gehouden. De leerkrachten vertellen ouders over algemene zaken van de school en wat er in het komende jaar in de groep gebeurt. In oktober/november wordt er een ouderavond gehouden voor ouders van leerlingen uit groep 8. Daarin wordt informatie gegeven over de gang van zaken rond schooladvies, de CITO - Eindtoets en het voortgezet onderwijs. In overleg met de pastoor worden er in de loop van het schooljaar ook ouderavonden belegd voor de ouders van communicanten (groep 4) en vormelingen(groep 8). Rapporten Twee keer per jaar krijgt elk kind een rapport Hierop staan in woorden of cijfers de resultaten en vorderingen. Bij elk rapport worden oudergesprekken georganiseerd, dat doen we in begin schooljaar ook zonder rapport. In het eerste oudergesprek staat vooral het welbevinden en de start in de nieuwe groep centraal. Wanneer u een van de leerkrachten wenst te spreken, hoeft u daarmee overigens niet te wachten tot de ouderavonden in de rapportweek. Sponsoring Sponsoring is in het maatschappelijk verkeer een bekend verschijnsel. Ook op scholen kan sponsoring voorkomen. Er is uitsluitend sprake van sponsoring als de sponsor een tegenprestatie verlangt van de school, het personeel of de leerlingen waarmee de leerlingen in schoolverband worden geconfronteerd of als het bestuur, het personeel of leerlingen uit eigen beweging overgaan tot het leveren van een tegenprestatie. Schenkingen, ouderbijdragen en gelden van het ministerie en de gemeente vallen niet het begrip sponsoring. 25
Onze school en haar bestuur zijn van mening dat sponsoring binnen de school is toegestaan, mits voldaan wordt aan enkele voorwaarden. Als een mogelijke sponsor zich bij de school aanmeldt, toetst de directeur of dit verzoek voldoet aan de voorwaarden. Vervolgens wordt er een sponsorovereenkomst opgesteld. Deze sponsorovereenkomst dient door de directeur ter instemming te worden voorgelegd aan de MR. Met sponsoring gemoeide zaken die in hun geldwaarde een bedrag van € 500 te boven gaan, zal de directeur dit voorleggen aan het schoolbestuur. Informatievoorziening gescheiden ouders Het uitgangspunt van de school met betrekking tot de informatievoorziening aan ouders is, dat beide ouders zoveel mogelijk samen naar de ouderavonden komen. Indien dit niet mogelijk of wenselijk is, verwacht de school dat de ene ouder, of de ouder die met het gezag over het kind is belast (verzorger), de andere ouder informeert omtrent de ontwikkeling en vordering van het kind. Helaas is dit niet altijd mogelijk. Om er als school toch voor te zorgen dat beide ouders voorzien worden van informatie over hun kind, bestaat de mogelijkheid een (gespreks)verslag (de mededelingen van de leerkracht) van de formele ouderavond aan te vragen bij de leerkracht van uw kind. Dit gespreksverslag wordt vervolgens ter kennisgeving aan de niet met het gezag belaste ouder gestuurd. Indien u van deze mogelijkheid gebruik wenst te maken, dient u dit zelf vooraf kenbaar te maken bij de leerkracht van uw kind. De school hoeft echter géén informatie te verstrekken indien dit niet in het belang van het kind is (dit dient dan te blijken uit bijvoorbeeld rapporten psychologen of artsen). Brengen en halen van leerlingen Om verkeersoverlast zo veel mogelijk te beperken willen wij ouders vriendelijk vragen om bij het halen en brengen van leerlingen zo veel mogelijk gebruik te maken van het “kermisplein”. Dit in het kader van veiligheid voor de leerlingen. Wij worden met regelmaat van de klok door ouders erop gewezen dat door het parkeren voor de school, vooral bij de onderbouw, er onveilige situaties ontstaan. In het kader van veiligheid voor al onze kinderen vragen wij beleefd om uw medewerking.
5.
DIVERSEN
Klachten en klachtenprocedure Met de regeling wordt een zorgvuldige behandeling van klachten beoogd, waarmee het belang van betrokkenen wordt gediend als ook het belang van de school (een veilig schoolklimaat). Een exemplaar met de volledige tekst van de klachtenregeling is via www.innovo.nl (directe link) te downloaden, of op school te verkrijgen bij de directeur of de schoolcontactpersoon. De klachtenregeling is alleen van toepassing als u met uw klacht niet ergens anders terecht kunt. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen 26
ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld. Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kunt u een beroep doen op deze klachtenregeling. De vertrouwenspersoon Aan INNOVO zijn twee onafhankelijke vertrouwenspersonen verbonden. De vertrouwenspersoon gaat eerst na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt. Mocht de vertrouwenspersoon tot de conclusie komen dat dit niet wenselijk is, dan gaat deze na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht bij de klachtencommissie. Verder begeleidt de vertrouwenspersoon de klager. De klager zelf bepaalt uiteindelijk of deze een klacht al dan niet indient bij de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon verwijst de klager, indien en voor zover noodzakelijk of wenselijk, naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg. De vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding. De vertrouwenspersonen, zijn niet verbonden aan één van onze scholen: Drs. Paul Nijpels Burg. van Laarstraat 22 6267 ET Cadier en Keer Telefoon: 043 - 407 82 82 / 06 – 463 459 16 Email:
[email protected] Bert van Oosterbosch ’t Park 19 6373 AR Landgraaf Telefoon: 045 – 531 29 81 / 06 – 119 270 04 Email:
[email protected]
De landelijke klachtencommissie Stichting INNOVO is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs van de Bond KBO (Bond Katholiek primair Onderwijs). Bureau van de geschillen-, bezwaren- en klachtencommissies voor het katholiek onderwijs Postbus 82324 2508 EH Den Haag Geschillen- en bezwarencommissies: 070 – 3457097 Klachtencommissie : 070 – 3925508 (van 9.00 tot 12.30 uur) e-mailadres :
[email protected] website : www.geschillencies-klachtencies.nl De vertrouwensinspecteur Bij de Inspectie van het Onderwijs werkt een klein team van vertrouwensinspecteurs. Ouders, leerlingen, leerkrachten, directies en besturen kunnen de vertrouwensinspecteur benaderen wanneer zich in en rond de school problemen voor doen op het gebied van: Seksuele intimidatie en seksueel misbruik, lichamelijk geweld, grove pesterijen, extremisme en radicalisering. Ernstige klachten die vallen binnen deze categorieën kunnen voorgelegd worden aan de vertrouwensinspecteur. Deze zal adviseren en informeren. Zo nodig kan de vertrouwensinspecteur ook begeleiden in het traject naar het indienen van een formele klacht of het doen van aangifte. De vertrouwensinspecteur is tijdens kantooruren bereikbaar op 0900-1113111 (lokaal tarief). Vanuit het buitenland kunt u bellen naar +31(0)306706001. Het klachtenformulier treft u op de website van INNOVO aan.
27
Huiswerk en schoolagenda Onder huiswerk verstaan wij een opdracht of taak, die door de leerkracht aan een leerling wordt opgegeven om buiten schooltijd uit te voeren. Huiswerk is er in vele vormen. In de laagste groepen is het bijvoorbeeld het thuis vragen van spullen die bij een in de klas behandeld thema horen. In hogere groepen kan dat zijn: het maken van opdrachten van rekenen of taal, het leren voor een proefwerk van aardrijkskunde of biologie, het voorbereiden van een spreekbeurt of het maken van een werkstuk. Ook het lezen van bibliotheekboekjes of het oefenen van tafeltjes zijn vormen van huiswerk. Het doel van het huiswerk (afhankelijk van de taak en de groep)is: voorbereiding of ondersteuning van de lessen of als extra oefening. Verder helpen de huiswerktaken de leerlingen om de zelfstandigheid te bevorderen en verantwoordelijkheid te leren dragen voor de opgegeven taken én een planning te maken om taken op tijd en op een goede manier uit te voeren. Vanaf groep 5 is het wenselijk dat u voor uw kind een agenda aanschaft. Het gebruik van de agenda vanaf groep 5 helpt mee om het werk te kunnen plannen. Een goede planning van het werk, het kunnen inschatten hoe lang je voor een werkje nodig hebt, het verdelen van een grote taak over meerdere dagen, het maken van een indeling van leer- en maak -werk enz. moet geoefend worden. De leerkrachten helpen daarbij en geven tips en aanwijzingen om daar goed mee om te gaan. We verwachten dat het huiswerk op tijd en netjes gemaakt wordt en dat de boeken en schriften in een schooltas of rugzak (maar minstens een plastic draagtas) meegenomen worden. In het begin van het schooljaar zullen de leerkrachten van de bovenbouwgroepen met de leerlingen afspraken maken over het huiswerk. Tijdens de eerste ouderavond van het schooljaar zullen de ouders hierover verder geïnformeerd worden.
Verjaardagen Het is sinds jaar en dag gebruikelijk, dat de verjaardag van een leerling of van de leerkracht in de groep wordt gevierd. In groep 1 / 2 krijgen de kinderen al voor de verjaardag de “verjaardagskoffer” mee naar huis, dat op de dag van de verjaardag weer meegebracht wordt naar school. (Er is een “handleiding” van de leerkracht bij, waarin staat wat hier verder de bedoeling van is.) De jarige krijgt een kroon, er wordt gezongen en er kan getrakteerd worden. Ook in de hogere groepen wordt gezongen voor de jarige en mag er getrakteerd worden. Ten aanzien van de traktatie (van kinderen en leerkrachten): Beperk de traktatie, geef liever geen chips, vette snacks en blikjes drinken mee. Verjaardagen van leerkrachten worden gevierd met de eigen groep. Het programma van de dag wordt enigszins aangepast. Schoolverzekering Door INNOVO zijn de volgende collectieve verzekeringen afgesloten: Bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering Bestuurders Aansprakelijkheidsverzekering Ongevallenverzekering Reisverzekering Werkgeversaansprakelijkheid motorvoertuigen De bovenstaande verzekeringen zijn afgesloten via onze tussenpersoon, Meeùs Assurantiën te Heerlen. Rookverbod Op school geldt een rookverbod, dat betekent: - dat er nergens in het schoolgebouw gerookt mag worden; 28
- dat roken op het schoolplein, tijdens de lesuren en in het zicht van de kinderen, ook niet toegestaan is. Dit geldt dus ook voor ouders die op school helpen. Hoofdluisbeleid Hoofdluis is een regelmatig terugkerend probleem. De school heeft in samenwerking met de oudervereniging en de GGD een beleid opgesteld. Hoofdluisbestrijding is een verantwoordelijkheid van ouders en school. Wanneer hoofdluis geconstateerd wordt, nemen we een aantal maatregelen om verdere verspreiding te voorkomen. Verder is er een ouderwerkgroep ingesteld, die een aantal keren per jaar de leerlingen op hoofdluis controleert. In de regel gebeurt dit direct na een vakantie. Wanneer er bij een kind hoofdluis geconstateerd, neemt de coördinator van de werkgroep contact met u op.
Verwijsindex Uw kind in de VerwijsIndex Maastricht Heuvelland? Uw zoon of dochter is opgenomen in de VerwijsIndex Maastricht Heuvelland. Wat betekent dit? Waarom is dat? De VerwijsIndex Maastricht Heuvelland is een systeem waarin leerkrachten, hulpverleners en begeleiders die met jongeren werken, registreren wanneer zij zich zorgen maken over een kind. Er kunnen allerlei redenen zijn voor ongerustheid over een kind. Dat kan als er bijvoorbeeld problemen zijn op school of met de gezondheid of persoonlijke ontwikkeling van het kind. Eén probleem hoeft geen probleem te zijn. Maar als er meer problemen tegelijk spelen, bestaat de mogelijkheid dat het de verkeerde kant op gaat met het kind. En dat proberen we te voorkomen. Hoe werkt de VerwijsIndex Maastricht Heuvelland? Een leerkracht van school, een hulpverlener of begeleider is ongerust over uw zoon of dochter. Hij of zij kan uw kind dan registeren of wel aanmelden in de VerwijsIndex Maastricht Heuvelland. Is uw kind jonger dan 16 jaar, dan krijgt u als ouder of verzorger bericht wanneer een registratie wordt gedaan. Alleen algemene gegevens zoals naam, adres en geboortedatum van uw kind, zijn in de verwijsindex bekend. De reden van registratie blijft onbekend. Pas bij een tweede registratie van uw zoon of dochter door een andere persoon of instelling, komen de eerste en tweede melder dit van elkaar te weten. Vanaf dat moment kunnen ze elkaar bellen om te overleggen hoe ze uw kind het beste kunnen helpen. Want dat is belangrijk. Dat alle betrokkenen samenwerken om uw kind de beste zorg en begeleiding te geven en verder te helpen. Bij kinderen jonger dan 16 jaar wordt u daar als ouders zeker bij betrokken. Is het kind tussen 12 en 16 jaar oud, dan wordt ook hij of zij betrokken bij de opzet van het hulptraject. Waarom is er een VerwijsIndex Maastricht Heuvelland? Er zijn in deze regio veel instellingen die zich inzetten voor het welzijn van kinderen. Maar soms weten deze instellingen niet van elkaar wie wat doet. Leerkrachten, hulpverleners en begeleiders moeten in een oogopslag kunnen zien wie contact heeft met uw kind in geval van problemen. Zo kunnen zij snel met elkaar overleggen over uw zoon of dochter. De verwijsindex zorgt ervoor dat mensen van elkaar weten welke hulp een kind krijgt. De verwijsindex zorgt voor vroegtijdige signalering van problemen bij jeugd en dat op tijd hulp aanwezig is. Ook zorgt de verwijsindex voor overzicht, samenwerking en goede afspraken tussen de verschillende instellingen. Samenwerking is nodig omdat dán de problemen van het kind pas echt goed worden aangepakt. Wat zijn uw rechten? Opname in de verwijsindex wordt aan u en/of uw kind gemeld. De persoonsgegevens worden alleen verstrekt aan collega’s van andere organisaties, die een registratie hebben gedaan over uw kind. U kunt bij de instelling die de registratie doet, vragen welke persoonsgegevens zijn opgenomen. Ook kunt u verzoeken om een correctie in de persoonsgegevens. En u kunt altijd bezwaar aantekenen tegen de verwerking van persoonsgegevens in verband met persoonlijke omstandigheden.
29
Op de VerwijsIndex Maastricht Heuvelland is de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) van toepassing. De privacyregels zijn op te vragen via de organisatie van VIP en te vinden op de landelijke website www.verwijsindex.nl.
6.
ADRESSEN
Bevoegd gezag: INNOVO stichting voor katholiek onderwijs Postadres : Postbus 2602 - 6401 DC Heerlen Bezoekadres : Ruys de Beerenbroucklaan 29a, 6417 CC Heerlen Telefoon : 045 - 5447144 Fax : 045 - 5447145 Email :
[email protected] Website : www.innovo.info Medezeggenschapsraad Personeelsgeleding Mw. R. Heuts Mw. G. Houben (secretaris)
Oudergeleding Dhr. Olaf Spruit (voorzitter) Mw. Rachel Leclerc
Ouderraad Klavertje Vier Kanariestraat 1 - 6287 BB Eys Peuterspeelzaal De Blokkendoos Mevr. M. Pasmans - Hodiamont: tel. 06/11177678 Buitenschoolse Opvang MIK “BSO Bijdehand” ‘de Klimpaal’ Scheelenstraat 100 6369 VZ Simpelveld 06-22766025 045-5680094
[email protected] www.mik-kinderopvang.nl GGD Zuid-Limburg afdeling Jeugdgezondheidszorg Postadres : GGD Zuid-Limburg Afd. jeugdgezondheidszorg Postbus 2022 6160 HA Geleen Telefoon : 045/8506230: voor wijzigen van een afspraak 045/8506233: voor vragen aan jeugdarts of verpleegkundige Email :
[email protected] Website : www.ggdzl.nl Bureau Jeugdzorg Heuvelland Bezoekadres : Adelbert v. Scharnlaan 170 - 6224 JX Maastricht Telefoon : 088/0072920 Email :
[email protected] Algemeen Meldpunt Kindermishandeling Zuid-Limburg Bezoekadres : Adelbert v. Scharnlaan 170 - 6224 JX Maastricht Telefoon : 0900/1231230 Email :
[email protected] 30
Kinderen en jongerenrechtswinkel De Bosquetplein 1 - 6211 KJ Maastricht - 043/3501400 Bureau Halt Wilhelminasingel 5 D-E - 6041 CH Roermond - 0475/316245 Inspectie voor onderwijs Email :
[email protected] Website : www.onderwijsinspectie.nl
31