column column
2
6
11
Hoge verwachtingen nieuwe NEN
We hebben meer groen dan we dachten
Mooiland heeft energielabeling op tijd gereed
“Weet u waar het brandt?”
agenda 12-13 oktober 2011 Dag van de Openbare Ruimte. Expo Houten,
Ing. J.M. (Martijn) Buitenhuis Senior Consultant
www.dagvandeopenruimte2011.nl
O o g
v o o r
k w a l i t e i t
o k t o b e r
2 0 1 1
nieuwsbrief
16
Om u op weg helpen de stand van zaken
Woningcorporaties.
willige Brandweer in Beekbergen.
r ondom het beheer van uw areaal inzichtelijk
NBC Nieuwegein,
te maken hebben wij DeBeheerCheck.nl
www.symposiumwoningcorporaties.nl
Daarvoor is het belangrijk dat ik me bij
een inzet 100% fit voel door regelmatig te
o ntwikkeld.
15 november 2011
oefenen en te sporten. Naast je gezondheid moeten ook gereedschap en hulpmiddelen
U kunt een online test invullen via
Themabijeenkomst GeoBusiness
in goede staat verkeren. Ons brandweer
www.DeBeheerCheck.nl. Aan de hand van een
Nederland .
voertuig en de inhoud daarvan worden
aantal eenvoudige vragen over de situatie bij
www.geobusiness.nl
daarom elke week gecontroleerd, en waar
uw o rganisatie, krijgt u aan het eind van de test
nodig worden onderdelen gerepareerd of
direct een beknopt advies op maat. U ziet op
7 december 2011
vervangen. Niet voor niets natuurlijk. Jij
welke punten u goed presteert en op welke
Nationaal Openbare Ruimte Congres 2011.
zelf, maar ook de mensen die je hulp biedt,
p unten minder. Ook wordt inzichtelijk gemaakt
www.CROW.nl
moeten er op kunnen vertrouwen dat je
hoe uw organisatie ‘presteert’ ten aanzien van
snel, effectief en efficiënt hulp kunt verle
andere organisaties die de test hebben ingevuld.
8, 9 en 10 februari 2012 Infra Relatiedagen Hardenberg,
nen wanneer het nodig is. Indien u dat wenst bespreken we daarna met u
Hardenberg, www.evenementenhal.nl
Net als bij de brandweer gaat het er bij beheer
en/of uw collega’s de uitslag in een gratis
en onderhoud van infrastructuur, openbare ruim-
gesprek van 4 uur. Op basis van onze ervaringen
Colofon
te en gebouwen om dat je goed weet wat je
op het gebied van inventarisatie, inspectie en
inFOspectrum
hebt, hoe het er (met je) bijstaat, wat je moet
beheer- en onderhoudsbeleid, geven we de
Eindredactie: Elles de Jong
doen om verbetering door te voeren en wat dat
a andachtspunten en mogelijkheden aan voor uw
Teksten: Daan Appels
dan kost (aan inspanning en in euro’s). Het gaat
beheerorganisatie. We zullen u ook vertellen hoe
(Appels Communicatie, Velp)
om eigen veiligheid en dat van de ander….je
een goed beheerbeleid uw organisatie veel geld
Fotografie: Marc Pluim, Velp
moet daar verantwoording voor durven nemen.
kan besparen.
Cartoon: Erna Westrup
Hoe staat het daarmee met het door u te
Vul in, laat u zich ontzorgen, slaap lekker(der),
b eheren areaal? Zijn er bezuinigingen op komst
het ga u goed!
Vormgeving/drukwerk: OBS Vormgeving en drukwerk
en weet u niet óf en waarop u kunt bezuinigen?
inspectrum BV
Kunt u een veilige woon- en leefomgeving nog
Florijnweg 11c
garanderen? Geven deze vragen u een
Postbus 11, 6880 AA Velp
o ngemakkelijk gevoel? Slaapt u daar nog lekker
Telefoon: 026 38 40 560
door?
Fax: 026 38 40 569 E-mail:
[email protected]
Snel naar www. DeBeheerCheck.nl
www.inspectrum.nl
juni 2011
I
11de Nationaal Symposium n mijn vrije tijd ben ik lid van de vrij
1 nieuwsbrief
oktober 2011
12-13 oktober 2011
Jolien van Lokven:
‘Transparante, uniforme en objectieve manier om onderhoudsniveau te bepalen’
Hoge verwachtingen van nieuwe infrastructurele NEN 2767-4-norm
juni 2011
NEN is ook betrokken bij het vaststellen van Europese (NEN-EN) en mondiale normen (bijvoorbeeld ISO 9001). Een aansprekend voorbeeld is de afmeting van papier. Waar ter wereld je ook een A4-tje koopt, de afmetingen zijn overal gelijk. Hetzelfde geldt voor het formaat van een baksteen. Een voorbeeld van een minder bekende norm is die waarin de exacte kleuren van de Nederlandse vlag zijn vastgelegd. In totaal beheert NEN 30.000 normen, waarvan ongeveer 1.500 nationale.
conditiemeting van de infrastructuur: NEN 2767-4. Normalisatieadviseur Jolien van Lokven van NEN Bouw in Delft is nauw betrokken geweest bij de totstandkoming.
D
e nieuwe norm NEN 2767-4 ‘Conditiemeting van Infrastruc-
werd gezet in september 2006 met de introductie van de NEN-norm
tuur’ bevat de methodiek om de conditie van infrastructuur
2767-1. De norm omvat een methode om de conditie van bouw- en
op objectieve en eenduidige wijze te bepalen. De eerste
installatiedelen op objectieve en eenduidige wijze vast te leggen.
toepassingen van de norm tonen aan dat NEN 2767-4
praktisch toepasbaar is bij het in beeld brengen van een actuele
Twee jaar na NEN 2767-1 verscheen de aanvullende NEN 2767-2, een
onderhoudsituatie. Ook bij het plannen, budgetteren en prioriteren van
norm specifiek gericht op gebreken die kunnen voorkomen in bouwkun-
onderhoud en bij conditiesturing, bijvoorbeeld in het geval van
dige en gebouwgebonden installatietechnische elementen. Een tweede
prestatiecontracten, heeft de norm zich inmiddels bewezen.
aanvulling volgde in 2009 met NEN 2767-3. Dit deel 3 bevat rekenregels
Jolien van Lokven: “In deze tijd wordt van wegbeheerders verwacht dat
om op basis van de conditiescores die met de delen 1 en 2 zijn berekend
ze hun zaakjes op orde hebben. Als gevolg van bezuinigingen komen
te komen tot een Technische Index. Deze zogenaamde aggregatiescore
onderhoudsbudgetten in het gedrang en tegelijkertijd wordt de
geeft een compleet beeld van de technische staat en maakt een
onderhoudsbehoefte groter omdat situaties verslechteren. Partijen die
vergelijking tussen bouwwerken en complexen onderling mogelijk.
financiële middelen willen inzetten waar deze het meest nodig zijn, zijn
Jolien van Lokven: “NEN-normen zijn de afgelopen jaren op tal van
gebaat bij transparante, uniforme en objectieve informatievoorziening.
gebieden dé geldende norm geworden. De kracht van de normen is dat
Daarin past de NEN 2767-4-norm. De norm is bij uitstek geschikt om het
ze worden vastgesteld door vertegenwoordigers van betrokken partijen
onderhoudsniveau van het aanwezige areaal te bepalen. Onze verwach-
in samenspraak met mensen met specifieke deskundigheid over het
ting is dat NEN 2767-4 een nieuwe werkwijze gaat inluiden.”
betreffende onderwerp. Dat werkt heel goed. De praktijk leert dat ze
nieuwsbrief
samen vrij snel tot overeenstemming komen.” NEN 2767-4 is sectorbreed opgezet, waarbij onderscheid is gemaakt tussen een aantal vakdisciplines: natte en droge civiele kunstwerken,
Levend instrument
waterbouwkunde, wegenbouwkunde, elektrotechniek en werktuigbouw-
Met de totstandkoming van NEN 2767-4 kent de infrastructuur nu haar
kunde, en cultuur en groenvoorzieningen. NEN 2767-4 bestaat uit twee
eigen norm. Maar dat betekent niet dat een eindsituatie is bereikt. Jolien
delen. De inspectiemethodiek is omschreven in NEN 2767-4-1. NEN
van Lokven: “Van NEN 2767-4-1 komt voor de zomer een definitieve
2767-4-2 bevat de decompositie en gebrekenlijsten. De 4-2-versie wordt
versie, maar de database van NEN 2767-4-2 zal voorlopig ieder kwartaal
vanwege de omvang uitgegeven in de vorm van een online database.
worden geüpdate. Omdat de reacties blijven binnenkomen en als gevolg van voortschrijdend inzicht. Het is een levend instrument.”
Bij een conditiemeting worden alle gebreken in kaart gebracht. Hierbij draait het kort gezegd
Een andere wens is om alle NEN 2767-normen voor gebouwen en
om drie dingen: het
infrastructuur samen te voegen. “In de loop van dit jaar willen we dat
gebouwen en infrastructuur
belang van het gebrek,
oppakken. Veel inspectiebureaus en beheerders doen alles en dan is het
samenvoegen
de intensiteit van het
handig alles samen te hebben in één database. Bovendien wordt het
gebrek en de omvang
makkelijker resultaten te vergelijken als iedereen over de hele breedte
ervan. Het resultaat
gebruik maakt van dezelfde methode. Gelukkig gaat het steeds meer die
nen wil alle 2767-normen
van iedere conditiemeting is een conditiescore die wordt aangegeven op
kant op.”
een zespuntsschaal, variërend van ‘zo goed als nieuw’ tot ‘rijp voor de sloop’.
Dan is er, in een wereld waarin grenzen steeds meer vervagen, nog de internationale kant van de zaak. Nederlandse normen worden overruled
Verwachting is dat NEN-2767-4 een nieuwe werkwijze gaat inluiden
Engeland
door Europese en soms door mondiale normen en daarom is NEN er veel
De bakermat van de conditiemetingen ligt in Engeland. Al bijna vijftig jaar
aan gelegen onze norm voor conditiemetingen te verheffen tot
geleden werd daar een inspectiemethodiek ontwikkeld om de kwaliteit
internationale standaard.
van woningen eenduidig vast te leggen. In de jaren zeventig waaide de
Jolien van Lokven: “Omdat we internationaal vooroplopen met conditie-
methode over naar ons land, al duurde het tot 1985 voor de Rijksgebou-
metingen verwacht ik ook dat dat gaat gebeuren, te beginnen in Europa.
wendienst opdracht gaf de conditiemeting uit te werken tot een onder-
Vooral het vasthouden aan de zespuntsschaal waar wij mee werken is
houdsnormeringsysteem voor alle gebouwen. Een belangrijke vervolgstap
van groot belang. Dan zijn straks alle gebouwen en kunstwerken in dit deel van de wereld met elkaar vergelijkbaar.”
oktober 2011
NEN staat voor NEderlandse Norm. Op verzoek van de markt of de overheid neemt NEN het voortouw bij de ontwikkeling van normen. Normen zijn afspraken die marktpartijen met elkaar maken over de kwaliteit en veiligheid van hun producten, diensten en processen. NEN-normen kunnen worden vastgesteld op zeer diverse gebieden, zoals de bouw, gezondheidszorg, industrie, milieu en consumentenzaken.
Na NEN-normen voor conditiemetingen van gebouwen en installaties is er nu ook een norm voor de
3 nieuwsbrief
NEN
infospectrum
Binnenmilieuprofiel aanvulling op
EPA Goed energieadvies
oktober 2011
is alleen mogelijk als binnenmilieu in
‘Partijen die bewonersbelangen vertegenwoordigen moeten zich hard gaan 5 maken voor richtlijn’
beoordeling is meegenomen
nieuwsbrief
4 Kennisinstituut ISSO stelt richtlijn op om gevaarlijke situaties te signaleren De richtlijnen van kennisinstituut ISSO in Rotterdam zijn al 35 jaar dé norm in installatieland. De jongste richtlijn, die eind
Z
oals alle richtlijnen kwam het profiel niet zonder slag of stoot tot
binnenmilieu daar zeker ook op van invloed is. Denk aan de mogelijkhe-
Probleem echter blijft vooralsnog dat adviseurs niet verplicht zijn de
stand. Het ISSO gaat zeer zorgvuldig te werk en betrekt zoveel
den om te ventileren, die rechtstreeks raken aan de vochthuishouding.
richtlijn toe te passen.
mogelijk partijen bij haar werk. Niet vaak echter was er zoveel
Van Bergen: “Goed adviseren over energiebesparende maatregelen is
Rob van Bergen: “De reacties die we krijgen zijn heel positief.
discussie.
goed beschouwd alleen mogelijk als het binnenmilieu in de beoordeling
Gemeenten, woningbouwverenigingen en de landelijke overheid,
is meegenomen. Met het nieuwe profiel dat wij hebben opgesteld kan
allemaal zien ze dat het een methode is waar je iets mee kan. Het
dat op een eenvoudige wijze.”
wettelijk vastleggen van een verplichting om de richtlijn te gebruiken
Rob van Bergen: “We hebben het over een preventieve richtlijn. Een
vorig jaar verscheen, is een publicatie over het binnenmilieu. Dit zogenaamde binnenmilieuprofiel kan worden gezien als een aanvulling op het energie-prestatieadvies (EPA). Rob van Bergen is directeur van het
deze regering de administratieve lastendruk juist wil verminderen.”
gastoestellen, te signaleren. Op zich is het dan niet zo vreemd dat er
Als het gaat om de kwaliteit van het binnenmilieu onderscheidt Rob van
discussie ontstaat over de vraag: wat is een gevaarlijke situatie? Bovendien
Bergen verschillende niveaus. De wettelijke eisen zijn het bodemniveau.
hebben we het over meerdere kwalen: lucht, licht en vocht om er een
Daarboven zit het ‘algemeen geaccepteerde’ kwaliteitsniveau en
Geaccepteerd
paar te noemen.”
daarboven het ‘extra, aanvullende’ kwaliteitsniveau. Voor EPA-adviseurs
De hoop van Rob van Bergen is niettemin dat het binnenmilieuprofiel
“Het viel niet mee om op een eenduidige manier te bepalen wanneer het
bestaat inmiddels een instructie over het binnenmilieuprofiel, ook al is de
langzaam maar zeker geaccepteerd gaat worden en mogelijk te zijner
licht nu op oranje of op rood zou moeten staan. Maar gelukkig zijn we er
richtlijn nog niet opgenomen in de erkenningsregeling.
tijd ook gesanctioneerd. “Bij het Energielabel heeft het ook tijd gekost
op een goede manier uitgekomen, onder meer door specialisten in te
Van Bergen: “Wat ons betreft zou dat wel moeten. Het is in ieders belang
voor er sancties kwamen te staan op het niet toepassen. Zo kan het
schakelen. Er ligt nu een goede signaleringssystematiek voor het
als er nadrukkelijker gekeken gaat worden naar de situatie in huis.
met het binnenmilieuprofiel ook gaan. Zaak is nu dat partijen die
binnenmilieu, waarmee de sector zijn voordeel kan doen.”
Niemand is gebaat bij energieadviezen en -maatregelen die slecht zijn
bewonersbelangen vertegenwoordigen zich er hard voor gaan maken.
voor het binnenmilieu.”
Om de simpele reden dat er problemen mee kunnen worden
ISSO. Hij legt het hoe en waarom uit van het binnenmilieuprofiel.
zou het mooiste zijn, maar ik vrees dat het zover niet komt. Omdat
gestandaardiseerde methode om gevaarlijke situaties, bijvoorbeeld met
Technische staat
voorkomen. Het profiel is de standaard. We moeten toe naar een
De reden voor het opstellen van het binnenmilieuprofiel is dat er bij het
Stichting Meer met Minder
geven van maatwerk-energieadviezen voor bestaande bouw vooral wordt
ISSO is blij met de ondersteuning van onder meer de Stichting Meer met
gekeken naar de technische staat van een huis of gebouw. Terwijl het
Minder, die ook het belang van een gezond binnenmilieu onderstreept.
situatie waarin je wat hebt uit te leggen als je daar niets mee doet.”
groenbeheer in opmars Steeds meer gemeenten willen betrouwbare informatie om openbare ruimte te kunnen beheren
D
riekwart jaar na het verstrekken van de opdracht kijken Michel Suiding en Tjeerd Jonker van de gemeente Woudenberg (respectievelijk Beleidsmedewerker Groen en Toezichthouder Buitendienst) en Jan van Dijk (Hoofd Omgevingsbeheer van Renswoude) terug op een soepel
proces. De groensituatie is in een overzichtelijke database in beeld gebracht en de eerste stappen in het vervolgtraject zijn gezet. Tjeerd Jonker: “We hebben zelfs meer groen dan we dachten. In totaal ruim 150 hectare. Een deel daarvan is particulier terrein, maar het is exclusief de land goederen, waarvan we er in Woudenberg nogal wat hebben.” Michel Suiding heeft meer cijfers paraat. Welgeteld 13.248 bomen controleerden de medewerkers van Inspectrum. Inclusief het buitengebied, maar exclusief de landgoederen. “Een feit is dat we heel weinig in kaart hadden. De inventarisatie die nu is gedaan zien we dan ook als een nulmeting. Inspectrum heeft veel informatie verzameld en daar gaan we mee aan het werk. In samenspraak met oktober 2011
een bureau voor tuin en landschap zijn we bezig met het maken van een groenbeleidsplan voor zowel de bebouwde kom als het buitengebied. Dit plan vormt de basis voor het bestek waarmee we straks de markt op gaan.”
Planmatiger Net als in Woudenberg werd het groenbeheer in Renswoude jarenlang geken-
6
merkt door ad hoc-activiteiten. Jan van Dijk: “Omdat we ervaren medewerkers hebben liep dat best goed, maar toch is het besluit genomen om planmatiger te
nieuwsbrief
gaan werken. De eerste stap is dan om te inventariseren wat je precies beheert. En als je zo’n inventarisatie laat maken kun je het maar beter ook gelijk goed doen. Inspectrum heeft voor ons tot op detailniveau al het groen in de gemeente in kaart gebracht.” Inmiddels is in een groenbeleidsplan vastgelegd welk kwaliteitsniveau wordt
‘We hebben meer groen dan we dachten’
nagestreefd. Voor de zichtlocaties in Renswoude, zoals het gemeentehuis en de begraafplaats, is dat niveau A, voor het gebied daar omheen niveau B en voor het buitengebied C. Jan van Dijk: “De bulkwerkzaamheden besteden we uit. Die aanbesteding loopt op dit moment. Het enige probleem is dat de gemeente nog geen keuze heeft gemaakt voor een beheerpakket. Daarover wordt overleg gevoerd met Woudenberg. Natuurlijk hopen we dat die keuze er snel komt, zodat we ook de beheergegevens actueel kunnen houden.” Ook in Woudenberg is een begin gemaakt met het groenonderhoud. Michel Suiding: “Het is heel anders werken als je alles in kaart hebt. Er zijn nu
Er is het nodige kaartmateriaal en studenten ‘deden ooit iets’. Maar verder zat de kennis van het groen in de
bijvoorbeeld 80 bomen benoemd als ‘monumentaal’. Die zijn met foto en al gedocumenteerd. Die bomen krijgen uiteraard een speciale behandeling. Uit de
gemeenten Woudenberg en Renswoude tot voor kort vooral in de hoofden van de medewerkers en niet in
inventarisatie bleek ook dat 70 bomen dood waren. Die zijn inmiddels allemaal weggehaald. Ook een deel van het achterstallig onderhoud dat aan het licht is
databases of beheersystemen. Alle reden voor een grondige inventarisatie en VTA-inspectie van bomen en
gekomen is al gedaan. Vooral waar het bomen betrof die een gevaar opleverden voor de veiligheid. Risicobomen noem we die, terwijl er ook een aparte categorie
groenvlakken. Een klus die Inspectrum klaarde.
aandachtsbomen is.” Lees verder op pag. 10 u
Inventarisatie is een nulmeting
Steeds meer gemeenten willen het groen in hun gebied helder in kaart hebben. Ze zijn op zoek naar betrouwbare beheerinformatie om de openbare ruimte te kunnen beheren. Geregeld komen gemeenten uit bij Inspectrum. Zo deed het Velpse bedrijf recent VTAinspecties in Woudenberg, Renswoude, Sluis en Margraten. Op de pagina’s 8, 9 en 10 vertellen groenmedewerkers van drie van die vier gemeenten hun verhaal.
groenbeheer in opmars
Inspectrum sterk voorstander van verduurzamen vastgoedbeheer In april is ook de Eerste Kamer
Vervolg van pag. 9 u
akkoord gegaan met het opnemen van energielabels in het
Herstelplan De inspectie heeft tevens een overzicht opgeleverd van het aantal
Woningwaarderingstelsel (WWS).
houtwallen in het buitengebied en de exacte plaats. Veel van die wallen zijn in de loop der jaren verdwenen, maar samen met de agrariërs in het
De aanpassing is op 1 juli van dit
gebied wordt nu een herstelplan gemaakt. Michel Suiding: “Onze eigen landschapscoördinator is daarmee bezig. We willen de ecologische waarde van het gebied in stand houden.”
jaar ingegaan. De wetswijziging kan
In Renswoude gaat na de inventarisatie ook weinig meer zoals voorheen.
worden gezien als een grote stap
Op basis van de beheergegevens en het groenbeleidsplan is een
richting meer duurzaam
beeldbestek opgesteld. Jan van Dijk: “Groenbedrijven die voor ons werken krijgen niet meer de opdracht om bijvoorbeeld zeven keer per jaar te
oktober 2011
we alleen of daaraan wordt voldaan. Of dat met drie of zeven keer schoffelen wordt gerealiseerd, zal ons verder een zorg zijn.”
nieuwsbrief
8 Herindeling? Woudenberg (12.000 inwoners), Renswoude (5.000) en Scherpenzeel (10.000) zijn drie kleine gemeenten precies in het centrum van ons land. Woudenberg en Scherpenzeel hebben enkele jaren geleden bij de provincies Utrecht en Gelderland een herindelingsverzoek ingediend. Samen met Renswoude willen de gemeenten een nieuwe Valleigemeente vormen. Hoewel Renswoude liever zelfstandig wil blijven, stonden alle seinen begin vorig jaar op groen. De bedoeling was dat de fusie op 1 januari 2011 z’n beslag zou krijgen. Na de val echter van het kabinet Balkenende 4 in februari 2010 werd het herindelingdossier controver sieel verklaard en de besluitvorming uitgesteld. Inmiddels heeft de nieuwe minister van Binnenlandse Zaken, Donner, gesprekken gevoerd met de gemeentebesturen van Woudenberg, Renswoude en Scherpenzeel en is het wachten op het voorstel dat hij indient bij de Ministerraad. De verwachting is dat dit nog voor de zomer zal gebeuren.
‘Ecologische waarde van gebied moet in stand worden gehouden’
‘Als je onderzoek doet, doe het dan slim’
D
e bouwkundige situatie van een woning, de staat van de
dat niet ten koste gaat van het binnenmilieu. Tegelijkertijd heb je te
technische installaties en die van het binnenmilieu, en de
maken met het energieverbruik en de onvermijdelijke CO2-uitstoot.
energetische omstandigheden. Allemaal factoren die
Uiteindelijk hangt het allemaal met elkaar samen.”
meegenomen zouden moeten worden als gevraagd wordt
naar een ‘compleet plaatje’ van een woning.
Inspectrum beschikt over een aantal specialisten die zijn opgeleid om met al dit soort factoren rekening te houden. Zij adviseren corporaties
“Onze stelling is: als je onderzoek doet, doe het dan slim. Kies voor de
over de beste aanpak en zorgen dat de noodzakelijke onderzoeken
meest efficiënte aanpak van dataverzameling. Dat wil helemaal niet
worden uitgevoerd. Ten aanzien van het binnenmilieu zijn de luchtkwali-
zeggen dat je altijd alles moet inspecteren. Bepaalde informatie is vaak al
teit en vochtproblemen (schimmelvorming) één van de belangrijkste
bekend. De vraag moet zijn: wat moet nog gedaan worden om een
aandachtspunten.
compleet beeld te krijgen? Vaak kan dat heel goed steekproefsgewijs.”
Zorgwekkend Bij steeds meer corporaties krijgt Inspectrum de kans in het besluitvor-
Peter Rabou: “Een recent onderzoek van VROM-Inspectie heeft geleerd
mingstraject rond inspecties mee te praten. Het zoeken is dan naar de
dat de naleving van de regels voor ventilatie bij de nieuwbouw van
aanpak met het maximale rendement. Rob de Jong: “Dan heb je het
woningen, scholen en kinderdagverblijven zorgwekkend is. In meer dan
automatisch over het combineren van inspecties. Dat is ook prettig voor
de helft van de gevallen blijkt de ventilatiecapaciteit onvoldoende. Ook
de bewoners, omdat ze dan maar één keer worden gestoord.”
de eisen die worden gesteld aan energiebesparing worden vaak niet gehaald. Er blijkt onvoldoende aandacht bij de opdrachtverlening, de
Nieuwe binnenmilieurichtlijn
vergunningverlening, de uitvoering en het toezicht. Terwijl onvoldoende
Inspectrum juicht alle ontwikkelingen die leiden tot een duurzaam
ventilatie vergaande gevolgen kan hebben. Met name op het gebied van
vastgoed beheer toe. Het opnemen van energielabels in het Woning-
de gezondheid en het verlies van comfort.”
waarderingstelsel (WWS) is een goed voorbeeld, maar ook de nieuwe ISSO-richtlijn voor het binnenmilieu (zie ook elders in deze uitgave) is hier
Rob de Jong: “Een deskundig en integraal onderzoek door Inspectrum
een mooi voorbeeld van.
levert veel informatie. We hebben tevens de middelen al die informatie optimaal te verwerken. Het resultaat is een totaalplaatje dat een volledig
“Om de simpele reden dat ook het binnenmilieu van invloed is op
inzicht geeft in de actuele situatie. Op basis hiervan kan vastgoedbeheer
maatwerk-energieadviezen”, zegt Peter Rabou. “Als je gaat isoleren
eenvoudig worden ingevuld. Bovendien doen we onze onderzoeken in
wordt het binnenklimaat anders. Dan moet je met installaties zorgen dat
één keer goed. Dat is ook wat waard.”
9 nieuwsbrief
het kwaliteitsniveau dat is bepaald 20 procent onkruid is toegestaan, kijken
oktober 2011
vastgoedbeheer.
schoffelen. We beoordelen ze voortaan op basis van het beeld. Als volgens
energiebeleid wooncompagnie
waanzinnig mooi
‘Van meet af aan zijn we gegaan voor kwaliteit’
De medewerkers van Inspectrum begonnen met het verzamelen van informatie op de burelen van Mooiland Vitalis, waarna ruim 300 wooncomplexen van de corporatie verspreid over het hele land werden bezocht. De totale verslaglegging nam, zoals afgesproken, ongeveer een half jaar in beslag. Mark Dijsselbloem: “Een heel prettig proces. De samenwerking tussen ons, Inspectrum en BuildDesk liep perfect. Het prettige van Inspectrum is dat ze kwaliteit keihard garanderen. Van de 12.000 woningen konden we er ruim 11.000 in één keer afmelden bij
nieuwsbrief
10
Woningcorporatie Mooiland Vitalis heeft energielabeling precies op tijd gereed
‘Overheid pakt nu door’
De resterende 1.000 woningen betroffen bijzondere projecten of woningen die op de nominatie staan om te worden gesloopt.”
Uitkomsten De uitkomsten van de inspectie leidden niet tot schrikreacties bij Mooiland Vitalis. Ongeveer 10% van de woningen kreeg een B-label, 40% een C-label, 40% een D-label en 10% een E-, F- of G-label. Beleidsuitgangspunt van Mooiland Vitalis is dat elke woning minimaal een C-label moet hebben. De bedoeling is de woningen die lager scoren (de helft van het totaal dus) binnen tien jaar naar het C-niveau of hoger te tillen. Mark Dijsselbloem: “Dat doen we in de beheerfase waarin we nu zijn beland. Samen met Inspectrum en BuildDesk bekijken we hoe we dat precies opzetten. De samenwerking met deze partijen is ons goed bevallen en die zetten we graag voort.” Mark Dijsselbloem is ook benieuwd wat de uitkomsten gaan doen in het woningwaarderingssysteem (WWS). De Tweede Kamer heeft in maart besloten in te stemmen met het wetsvoorstel op basis waarvan het energielabel meetelt in de woningwaardering. Als de Eerste Kamer het wetsvoorstel snel behandelt, is de verwachting dat de regeling op 1 juli van dit jaar ingaat. Dijsselbloem: “Ik krijg de indruk dat de overheid nu doorpakt. Energieprestaties van woningen gaan keihard vertaald worden in de
Halverwege 2009 besloot woningcorporatie Mooiland Vitalis abrupt te stoppen met de voorbereidingen op de
duidelijk gesteld dat we gingen voor kwaliteit, maar desondanks
energielabeling. Een pilot leverde niet het gewenste resultaat op en de verantwoordelijke mensen vonden de
kwamen ze niet verder dan een zesje.”
regelgeving te onduidelijk. Een half jaar later werd het labelingtraject weer opgepakt, onder meer met Inspectrum,
het op naar een zeven. Voor ons was dat niet genoeg. Omdat we ook
en in sneltreinvaart met succes doorlopen en afgerond. “Het is heel goed uitgepakt”,zegt Mark Dijsselbloem,
verschillend kon worden geïnterpreteerd, zijn we er mee gestopt. Een
destijds als Vastgoedmanager verantwoordelijk voor het technisch beheer van de woningen van Mooiland Vitalis.
speeld. Want vergis je niet in wat zo’n traject kost.”
Sinds begin dit jaar is hij Hoofd Verhuur en Woonservice.
Te veel mogelijk
“We hebben de pilot verlengd en met veel gedoe eromheen krikten ze steeds vaker aan liepen tegen het gegeven dat de regelgeving
duidelijkheid die we graag willen krijgen we nu waarschijnlijk snel. Het hele verhaal is in gang gezet om de sector aan te sporen energiebesparende maatregelen te nemen. Dat gaat nu werken en dat is prima. Duurzaam omgaan met energie, daar kan niemand tegen zijn.”
besluit waarbij ook de financiële kant van het verhaal heeft meege-
Een steun in de rug in die tijd, medio 2009, was dat ook het toenmalige
I
ministerie van VROM inzag dat er binnen de marges van de regels te n 2008, het eerste bestaansjaar ook van fusiebedrijf Mooiland Vitalis,
veel mogelijk was. Eind 2009 kwamen er vanuit Den Haag nieuwe
liep de woningcorporatie niet echt warm voor de aangekondigde
spelregels en betere softwareversies, en voor Mooiland Vitalis was dat
energielabeling. De ontwikkelingen werden gevolgd, maar dat was
reden de energielabeling opnieuw ter hand te nemen. Dit keer met
het wel zo’n beetje. Om later niet achter de feiten aan te hoeven lopen,
Inspectrum als inspectiebedrijf en BuildDesk als adviseur. Een jaar later is
Energieprestaties van
werd begin 2009 toch een pilot opgestart.
Mark Dijsselbloem lovend.
woningen gaan vertaald
Mark Dijsselbloem: “Dat hebben we gedaan met een andere organisatie
moeten hebben. In de uitvoering zijn de verwachtingen die toen zijn
dan Inspectrum. Omdat de materie best ingewikkeld is, hadden we aan
gevormd volledig waargemaakt. Uit de pilot waarmee we begonnen
dat bedrijf een externe adviseur gekoppeld. Van meet af aan hebben we
rolde al gelijk een acht. Later is dat zelfs nog iets verder opgekrikt.”
worden in de huurprijzen
huurprijzen. Dat betekent voor ons dat we net op tijd klaar zijn. De
“Bij de kennismaking had ik al zoiets van: dit zijn de partijen die we
Het prettige van Inspectrum is dat ze kwaliteit keihard garanderen
oktober 2011
juni 2011
Mooiland is een landelijk opererende woningcorporatie met ongeveer 27.000 woningen in portefeuille. Onder de holding vallen de werkmaatschappijen Mooiland Vitalis en Mooiland Maasland. Vitalis heeft ruim 12.000 woningen (veel gestapelde bouw met voornamelijk senioren als bewoners) in beheer in heel Nederland met uitzondering van Zeeland. Het woningbezit van Maasland (14.000) is geconcentreerd in Noordoost-Brabant en Noord-Limburg. Onder de Mooiland Holding valt ook Mooiland Vastgoed, een vastgoed- en ontwikkelings BV die voor beide corporaties nieuwbouw- en herstructureringsprojecten realiseert.
SenterNovem. Alle zaken rond het energielabel waren prima in orde.
11 nieuwsbrief
Mooiland
groenbeheer in opmars Steeds meer gemeenten willen betrouwbare informatie om openbare ruimte te kunnen beheren
‘Bestand is boom voor boom bekeken’ 276 hectare groen met circa 15.000 solitaire bomen heeft de gemeente Sluis in beheer. Alle 15.000 zijn keurig opgeslagen in een digitaal bestand. Maar hoe staat het met de veiligheid van de bomen? Een door
nieuwsbrief
12
oktober 2011
Tree Assessment) maakte veel duidelijk.
M
artin de Poorter is als adviseur openbare werken onder meer verantwoordelijk voor het groenbeheer in de uit 17 kernen (en 56 buurtschappen) bestaande fusiegemeente
Sluis. Onderhoudswerk wordt voorbereid en vervolgens ‘in de markt’ gezet. Maar ook het bijhouden van wijzigingen (kap of aanplant) en het afhandelen van klachten nemen hij en zijn naaste collega Martin de Kok voor hun rekening. Martin de Poorter: “We doen het beheer met de applicatie ‘dg DIALOG’ van Advies- en ingenieursbureau Grontmij. Dat is een prima systeem om alle groendata bij te houden, maar het geeft geen sluitend inzicht in de veiligheid van het bomenbestand. Vandaar dat we Inspectrum hebben ingeschakeld voor een VTA-inspectie. Twee inspecteurs hebben het bestand boom voor boom bekeken, waarna het inspectierapport is ingelezen in ons systeem”.
Redelijk goede kwaliteit De uitkomst van de inspectie was niet verontrustend. Het bomenbestand in Sluis is van redelijk goede kwaliteit. Wel is er een aantal risico- en attentiebomen in beeld gebracht. Martin de Poorter: “Bomen bijvoorbeeld met dood hout in de kroon. Met ons rooi- en snoeibeleid gaan we daar rekening mee houden. We bundelen deze onderhoudswerkzaamheden in een groot bestek, dat wordt aanbe-
Over de kwaliteit van het door Inspectrum verrichtte werk is de gemeente Sluis tevreden. Martin de Poorter: “De inspectie is conform de vooraf gemaakte afspraken uitgevoerd. De inspecteurs waren VTA-gecertificeerd en hadden bovendien aanvullende opleidingen gevolgd. Dat zag je terug in het geleverde werk. Het onderlinge contact gedurende de inspectie was ook prettig en de inspecteurs stonden open voor suggesties en opmerkingen van onze kant.” Sluis is voornemens voortaan iedere drie jaar een VTA-inspectie te laten uitvoeren. De risico- en attentiebomen worden in de tussenliggende periode door medewerkers van de gemeente Sluis extra in de gaten gehouden. Op dit moment gebeurt dat in eigen beheer. Of dit zo blijft wordt nader bekeken. De kans bestaat dat dit in de nabije toekomst verandert, afhankelijk van de financiële consequenties en het beschikbare aantal uren.
Extra middelen Martin de Poorter: “Veel, maar niet alles wat wij als gemeentelijke groenbeheerders graag zouden willen binnen ons vakgebied, is mogelijk. We snoeien nu bijvoorbeeld puur gericht op de veiligheid. Dan moet je denken aan het weghalen van overhang ende takken die een risico vormen voor bewoners. Met extra financiële middelen zouden we door een andere manier van snoeien de verschillende bomen wel beter tot ontwikkeling kunnen laten komen. Uiteindelijk voorkom je daarmee extra onderhoud in de toekomst, maar die mogelijkheid hebben we nog niet. We beschouwen deze VTA-inspectie door een gespecialiseerd bedrijf al als een stap in de goede richting. Het inzicht in het gemeentelijke bomenbestand is er aanmerkelijk door verbeterd.”
steed. Als alles volgens planning verloopt zijn de rooi- en snoeiwerken eind dit jaar aanbesteed en in uitvoering.”
Contact met de inspecteurs was prettig
13 nieuwsbrief
oktober 2011
Inspectrum uitgevoerde VTA-inspectie (Visual
De buitenruimte in kaart met GeoVisia Inspectrum kiest voor geavanceerd pakket van DataQuint Wie de buitenruimte goed in kaart wil brengen moet kunnen
automatiseringshoek. Daar hebben wij verstand van, niet van inspecteren. Uiteraard zijn wel de wensen en ervaringen van
beschikken over een softwarepakket zonder beperkingen. Om die
inspecteurs meegenomen. Omdat de software logisch in elkaar zit en gebruikersvriendelijk is, leren mensen er snel
reden stapte Inspectrum onlangs over op GeoVisia, een pakket
mee werken. Daar hoef je geen techneut voor te zijn.”
van DataQuint uit Capelle aan den IJssel. De redactie van dit blad
Kennisintensief product DataQuint levert niet alleen software, maar werkt ook
ging op bezoek bij de makers en sprak met medeoprichter en
voortdurend aan het verder ontwikkelen van het pakket. Jan-Peter Reumerman: “Het is een heel kennisintensief
nieuwsbrief
14
product. Eigenlijk ben je er nooit klaar mee. Naast de verkoop en het ontwikkeltraject heb je de projectondersteuning in
eoVisia staat bij DataQuint garant voor een
juni 2011
G
combinatie met een helpdesk. Met dat ontzorgen van klanten zijn inmiddels vier mensen fulltime bezig.”
gestage ontwikkeling van het bedrijf. Elf man zijn er inmiddels in Capelle aan den IJssel aan
Plannen voor de toekomst zijn er wel, maar wanneer
het werk en de groei lijkt er nog lang niet uit.
daadwerkelijk de invulling ter hand wordt genomen durft Jan-Peter Reumerman niet te zeggen. “Voorlopig gaat onze
Jan-Peter Reumerman: “Het loopt goed en alle elf geloven
aandacht helemaal uit naar GeoVisia. De voorsprong die we
we in het product dat we maken. GeoVisia 5 is nu op de
hebben op andere leveranciers willen we vasthouden. Een
markt en met deze versie weten we ons verder te
eerste vervolgstap wordt waarschijnlijk het realiseren van
onderscheiden van concurrenten. Steeds meer gemeenten,
andere toepassingen, ook met mobiele apparatuur. Maar
aannemers en bedrijven als Inspectrum ontdekken de
gezien de drukte moet ik daar nu nog even niet aan denken.”
15 nieuwsbrief
oktober 2011
consultant Jan-Peter Reumerman.
voordelen van ons pakket. We hebben nu ongeveer honderd klanten, waaronder steeds meer grote bedrijven, bijvoorbeeld ingenieursbureau Oranjewoud. Omdat we een product leveren dat werkt, verkoopt het zich als het ware vanzelf. Er zijn al gemeenten die opdrachtgevers voor schrijven dat er met GeoVisia gewerkt moet worden.”
Er zijn al gemeenten die voorschrijven dat er met GeoVisia gewerkt moet worden
Dynamiek en onafhankelijkheid Logische vraag aan Jan-Peter Reumerman wat GeoVisia onderscheidt van andere pakketten die zijn gemaakt om te inspecteren, inventariseren en analyseren. “Het verschil zit in de dynamiek en de
onafhankelijkheid. De basis is een kaart van een gebied en daar kan van alle elementen in de buitenruimte informatie aan worden toegevoegd. Het vastleggen van de gegevens gebeurt in wat wij ‘paspoorten’ noemen. De gebruiker kan ieder paspoort heel gemakkelijk zelf ontwerpen en invullen.” Volgens de DataQuint-consultant zijn de mogelijkheden oneindig. “Het programma is helemaal gemaakt vanuit de
Drie versies Van GeoVisia zijn drie suites verkrijgbaar: Field, Office en Online. Office is het meest uitgebreide pakket en bij uitstek geschikt voor projectontwerp, analyse en rapportage. Field is iets ‘kaler’ (inspectie, inventarisatie en monitoring), terwijl Online kan worden gezien als een kenniscentrum dat expliciet is toegerust voor online projectbeheer. Inspectrum werkt met alle versies van GeoVisia. Jan-Peter Reumerman: “Inspectrum heeft een pilotproject gedaan met onze software en de reactie was dat dit precies de pakketten zijn waar ze behoefte aan hebben. Mede vanwege het transparante karakter. GeoVisia is inzichtelijk, waardoor de voortgang van een project eenvoudig is te volgen, en je kunt er precies uithalen wat je wilt. Bomen, verkeersborden, speeltoestellen en kunstwerken, maar bijvoorbeeld ook de vorstschade aan wegen. Omdat paspoorten oneindig zijn uit te breiden, loop je nooit tegen grenzen aan.”
‘Wij hebben verstand van automatiseren, niet van inspecteren’