INTRODUCTIE ‘Zie, ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand naar mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnenkomen en maaltijd met hem houden en hij met Mij’. Openbaringen 3:20 Met deze uitspraak heeft Jezus ons ervan verzekerd dat Hij werkelijk ons leven is binnengekomen als wij Hem daar om hebben gevraagd en dat Hij graag maaltijd met ons wil houden. Ook op andere plaatsen in de bijbel bevestigt Jezus deze waarheid. In Johannes 1:12 belooft God: ‘Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden…’ Wat een zekerheid: Als je Jezus als jouw Verlosser hebt aanvaard dan woont Hij in je hart en ben je een kind van God geworden! Dit is een feit en staat los van ons gevoel, van onze gedachten, van onze daden en/of werken. Toch maken veel mensen de grote fout de zekerheid van hun redding, verlossing en vergeving af te meten aan hun gevoel, gedachten, af te meten aan hun daden/werken. Hierdoor ervaren ze de ene keer zekerheid. De andere keer weten ze het niet meer zo goed en worden ze heen en weer geslingerd door twijfel. Maar ons gevoel en onze gedachten zijn afhankelijk van stemmingen, lichamelijke gesteldheid en vele andere natuurlijke wisselvalligheden. In deze studies willen we nader in gaan op een aantal beloften uit de bijbel, omdat God beloftes geeft waar we ons vertrouwen op mogen stellen, en waar we ons aan mogen vasthouden. Beloftes die we keer op keer mogen belijden om weerstand te kunnen bieden tegen de geestelijke strijd die zich vaak voornamelijk afspeelt in onze gedachten. (Ef. 6: 10-18 en 2 Kor. 10:3-5.)
Veel zegen gewenst ! Sander Ris Joost van Heusden en Henneline van Eijk – van Diermen
1. DE BELOFTE VAN VERLOSSING
VOORBEREIDING THUIS Lees 1 Joh 5: 1-13 In dit tekstgedeelte deelt Johannes verschillende gedachten met ons. Hij rijgt deze verschillende gedachten aaneen in 13 verzen. Lees deze 13 verzen nauwkeurig en zet op een rijtje welke verschillende gedachten, welke thema’s, welke stellingen Johannes hier op volgorde poneert.
VERWERKING TIJDENS DE KRINGAVOND De belofte dat we verlost zijn doordat we de Here Jezus hebben aanvaard als redder en onze Heer wordt over het algemeen niet meteen verbonden met de belofte dat we in Jezus het eeuwige leven hebben ontvangen. Vanavond willen we met jullie deze belofte uit I Johannes 5:11-13 bespreken, om daarmee samen te ontdekken wat voor een schat we in het geloof eigenlijk hebben! Lees met elkaar 1 Joh. 5: 1-13 In de voorbereiding thuis heb je de verschillende gedachten van Johannes ordelijk op een rijtje gezet. En we willen je vragen aan te geven welke gedachten je als een ‘belofte’ ziet. -
Welke beloften geven je moed? Waarom?
-
Johannes spreekt drie keer over ‘God liefhebben’. Wat doe je volgens Johannes in de praktijk als je ’God liefhebt’?
-
Johannes spreekt geruime tijd over het ‘getuigenis’. Wie getuigt er? Door welke zaken (in de NBG: door welke zaken én door welke personen?) wordt getuigenis afgelegd? Hoe overtuigend is dit getuigenis (voor jou)?
------------------------Hopelijk zie je met ons de volgende rode lijn in Johannes’ betoog: geloven in de Zoon – geboren worden uit God – God liefhebben – de anderen die uit God geboren zijn liefhebben – Gods geboden uitvoeren – overwinnen in de Zoon – geloven, door het getuigenis van God over zijn Zoon aan te nemen – het getuigenis = eeuwig leven in de Zoon. Let erop dat deze lijn een versimpeling is (en, naar we hopen, ook een verduidelijking) van de dertien verzen die we gelezen hebben. Ook is deze rode lijn geen chronologisch stappenplan: ‘geloven’ bijvoorbeeld, staat aan het begin en aan het eind. ‘Liefde’ komt ook meerdere malen op de rode lijn terug. Door deze rode lijn zie je dat ‘eeuwig leven’ niet op zichzelf staat. Het eeuwige leven, dat wij in Jezus hebben ontvangen, heeft alles te maken met geloven in Jezus, met geboren zijn uit God, met liefhebben (zowel God als je naaste), met je houden aan Gods geboden, met het maken van een keuze om Gods getuigenis rondom zijn Zoon te aanvaarden en Hem niet als een leugenaar af te doen. Het eeuwige leven is echter niet afhankelijk van al deze verschillende dingen. Door de wedergeboorte, gaat de Heilige Geest in samenwerking met ons, bewerken dat we God en onze naaste gaan liefhebben en met vallen en opstaan gaan leren om Gods geboden te onderhouden, te overwinnen in Jezus etc. Maar dit alles is in de Zoon. Haal de
woorden ‘Jezus’, ‘Christus’, ‘Zoon van God’ weg, en I Johannes 5:1-13 en haar boodschap verdwijnt in het niet. Met Jezus staat alles, zonder Jezus valt alles. -----------------------------
Als je kijkt naar de verschillende thema’s die verbonden zijn met ‘eeuwig leven’, welke thema’s vallen je dan op? Welke thema’s had je nog nooit gekoppeld aan het eeuwige leven?
Kernverzen Vers 11-13: “En dit is het getuigenis: God heeft ons eeuwig leven gegeven en dit leven is in zijn Zoon. Wie de Zoon heeft, heeft het leven; wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet. Dit heb ik u geschreven, die gelooft in de naam van de Zoon Gods, opdat gij weet, dat gij eeuwig leven hebt” -
Wat betekent voor jouw eeuwig leven hebben? Weet jij of je eeuwig leven hebt? Zo ja, hoe beïnvloedt deze zekerheid jou geloofsleven? Zo nee, waarom niet? Wat zou je kunnen doen om hier zekerheid over te krijgen?
TOEPASSING Wat is voor jou belangrijk uit deze studie? Wijst God je ergens op? Wat wil je hiermee gaan doen de komende twee weken en hoe ga je dat aanpakken?
2a. DE BELOFTE VAN VERHORING
Deel 1: De naam van Jezus VOORBEREIDING THUIS Lees Johannes 16:16-24 -
In welke situatie bevinden Jezus en zijn discipelen zich hier? (Om een idee van de context van deze verzen te krijgen, kun je het beste de volgende teksten lezen Joh. 13: 1-30 en Joh. 17 + 18: 1-11. De verzen bevinden zich ongeveer in het midden van Joh. 13 en Joh. 18.)
VERWERKING TIJDENS DE KRINGAVOND ‘Bidden en verhoring’ is één van de spannendste beloften van ons geloof in de Here Jezus. Er wordt in de Bijbel veel gesproken over ‘bidden en verhoring’. We zullen dus niet alles wat de Bijbel hierover leert kunnen behandelen in deze studie. We zijn ons er van bewust dat het onderwerp ‘bidden en verhoring’ bij velen van ons naast positieve ook negatieve herinneringen zal oproepen. Herinneringen van onvervulde verlangens, of herinneringen van gebeden die je smekend naar de Vader hebt gezonden zonder dat je antwoord kreeg. We leven in een gebroken wereld waar ziekte is, waar materiële en geestelijke armoede is, waar dood(sheid) is. En onze gebeden en smekingen lijken soms niet verder omhoog te komen dan het plafond. En toch, en juist daarom wagen we het om met vallen en opstaan te geloven in de beloften die we in de Bijbel lezen over ‘bidden en verhoring’. Simpelweg en alleen omdat Jezus erover gesproken heeft. We hopen en bidden dat onze gevoelens en (positieve / negatieve) ervaringen ons niet in de weg zullen staan om gewoon naar Jezus te luisteren, want ‘Hij was een man van smarten en vertrouwd met ziekte’ (Jesaja 53:3). Als er iemand is die weet wat zorgen zijn, die weet wat pijn is - dan is Hij het. Lees met elkaar nogmaals Joh. 16:16-27 -
Wat bedoelt Jezus met ‘Nog een korte tijd en gij ziet mij niet en nogmaals een korte tijd en gij zult mij zien’? Wat bedoelt Jezus met ‘Gij zult u bedroeven, maar uw droefheid zal tot blijdschap worden’? Wat is het kenmerk van deze blijdschap?
In dit tekstgedeelte komen we tegenstellingen tegen. ‘niet zien’ …………… ‘zien’ ‘droefheid’ …………. ’blijdschap’ ‘niet gebeden in mijn naam’ ………… ‘bidt in mijn naam’ -
Welke gebeurtenis zou je op de stippellijn plaatsen?
---------------------Het gaat in ons tekstgedeelte over Jezus’ sterven en nog meer over zijn opstanding. Over de droefheid en blijdschap die daarmee gepaard gaan. Jezus geeft hier aan dat zijn opstanding verandering gaat brengen in alles. Eén van de gevolgen van de opstanding van de Here Jezus is dat Hij boven alles en iedereen is komen te staan. Dit komt het meest tot uitdrukking in de Hemelvaart van de Here Jezus, die na Zijn opstanding plaatsvindt: Jezus neemt zijn rechtmatige plaats in, in de hemel aan de rechterhand van God. Daar troont Hij. Daar is Hij Koning. Als verhoogde Koning heeft Jezus’ Naam een autoriteit gekregen die zijn weerga niet kent. (Math. 28:18: ‘Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde’) Dat is de reden dat wanneer wij, na Jezus’ opstanding, bidden in zijn naam, alles wijkt. Want wanneer de Vader de Naam van zijn Zoon hoort, geeft Hij en daarnaast heeft de Vader ons zelf lief. (Joh.16:27) ----------------------Lees met elkaar Handelingen 3:1-16. -
Wat vertelt dit verhaal ons over de Naam van Jezus?
Lees met elkaar Fillipenzen 2:5-9 -
Waarom heeft Jezus de Naam boven alle namen ontvangen? Hoe gebruik jij de Naam van de Here Jezus in je gebed? Hoe vaak en in welke situaties gebruik jij zijn Naam? Hoe kijk je n.a.v. deze studie tegen de belofte van verhoring aan? Hoe ziet jouw gebedsleven eruit? Ben je daar tevreden over? Is er meer mogelijk? Zo ja, hoe?
EXTRA Romeinen 8:32: ‘Hoe zal Hij, die zelfs zijn eigen Zoon niet gespaard maar voor ons allen overgegeven heeft, ons met Hem ook niet alle dingen schenken?’ Matteüs 7:9-11: ‘Is er iemand onder jullie die zijn kind, als het om een brood vraagt, een steen zou geven? Of een slang, als het om een vis vraagt? Als jullie dus, ook al zijn jullie slecht, je kinderen goede gaven schenken, hoeveel te meer zal jullie Vader in de hemel dan het goede geven aan wie hem daarom vragen?’ ---------------------------De Vader heeft alles voor ons over. Dat heeft Hij bewezen door zijn geschenk aan ons: zijn Zoon Jezus. Jezus is voor ons tot in de dood gegaan. Na onze gebrokenheid en zonden te hebben gedragen tot in de dood (Jesaja 53: 3-5) is Hij opgestaan en heeft Hij de Naam boven alle namen ontvangen (Filippenzen 2:9) “In Jezus’ Naam” opent deuren die normaal gesproken potdicht zouden blijven. En als gelovigen mogen wij deze Naam gebruiken: Markus 16:17,18. - Wij zijn gered door Jezus’ Naam. Door te gaan geloven in de Here Jezus zijn we geestelijk levend geworden. De naam ‘Jezus’ betekent dan ook ‘redder’ en ‘verlosser’. Johannes 20:31. - Wij hebben door Jezus (’ Naam) toegang tot de Vader. Johannes 14:6 en Johannes 16:23. - Wij ontvangen de dingen die wij in Jezus’ Naam vragen aan de Vader of aan de Here Jezus. Johannes 14:12-14 en Johannes 16:24
- Wij hebben Jezus’ Naam als een autoriteit gekregen. Door Jezus’ Naam hebben wij in Hem autoriteit over machten die tegen Jezus en zijn werk ingaan. Markus 16:17,18 en Lukas 10:19. TOEPASSING Wat is voor jou belangrijk uit deze studie? Wijst God je ergens op? Wat wil je hiermee gaan doen de komende twee weken en hoe ga je dat aanpakken?
2b. DE BELOFTE VAN VERHORING
Deel 2: God wérkt. En Hij werkt in een gebroken wereld. VOORBEREIDING THUIS Een aantal losse bijbelteksten, die ingaan op de fouten die wij als mens kunnen maken in ons bidden en wachten op verhoring. A. Wat kan maken dat gebeden niet verhoord worden? - Jacobus 4: 2-4 - Psalm 66:18 -Jesaja 59:1,2 - Math. 6:14-15 - 1 Joh. 3:21+22 B. Welke voorwaarden voor verhoring van je gebed worden er in de Bijbel genoemd? - Jesaja 59:1,2 - Mattheüs 18:9 - Mattheüs 21:22 - Johannes 15:7 - Johannes 16:24 - Jakobus 4:6-8 - Jacobus 5:16 - 1 Johannes 5:14,15 VERWERKING TIJDENS DE KRINGAVOND Lees met elkaar Romeinen 8:17-32. We vallen midden in een betoog van Paulus. Paulus heeft zojuist gesproken over het feit dat wij door Jezus als Heer te aanvaarden de Geest van Jezus hebben ontvangen. Iedereen die zich laat leiden door de Geest is een kind van God (8:14). vers 17-19: Hoe vaak denk jij aan ‘de heerlijkheid die geopenbaard gaat worden’. Helpt de hoop op de toekomst jou om vervelende zaken in het hier en nu te kunnen dragen? ‘Delen in het lijden van Christus om te delen in zijn verheerlijking’. Delen in het lijden van Jezus: wat betekent dat in de praktijk? Delen in zijn verheerlijking: wat zal dat betekenen in de praktijk? vers 19-23: De schepping zal bevrijd worden van 1) de onderwerping aan de vruchteloosheid en 2) de dienstbaarheid aan de vergankelijkheid. Wat betekenen 1) en 2)? Wanneer zal de schepping hiervan bevrijd worden? In dit bijbelgedeelte staat ook dat wij, als kinderen van God, zuchten bij onszelf in de verwachting van ons kindschap (zoon –of dochterschap): de verlossing van ons lichaam.
vers 24-25: Waarom laat God ons nu niet meteen alles zien? Waartoe leidt hoop? vers 26 – 28: Wie komt ons te hulp en hoe? vers 29-30: Je bent: gekend – bestemd tot gelijkvormigheid van het beeld van Jezus – geroepen – gerechtvaardigd – verheerlijkt. In hoeverre geeft dit jou bescherming? Voel je je hierdoor veilig? vers 31-32 Als God voor ons is, wie zal dan tegen jou zijn? -------------------Jezus is gestorven. Hij is opgestaan. Hij is verheerlijkt en zit aan de rechterhand van de Vader ‘voorts afwachtende, totdat zijn vijanden gemaakt worden tot een voetbank voor zijn voeten’ (Hebreeën 10:12). Hij zit daar niet niks te doen. (Ef. 1) Integendeel: door zijn Geest is Hij bij ons en werkt Hij in ons midden, maar nog niet alle vijanden van Christus zijn onderworpen. De schepping is nog steeds in barensnood. Wij, als kinderen van de Here Jezus, zuchten ook nog steeds. Wanneer komt onze Heer terug? Wanneer zijn alle vijanden vollédig onderworpen? In de bijbel zie je deze spanning terug en ook in ons eigen leven, zien we dit. Aan de ene kant weten we dat Jezus alles al overwonnen heeft, aan de andere kant wachten we nog op het moment dat Jezus verschijnt en ons helemaal zal verlossen.Tot die tijd is het: volharden. De doodslag is uitgedeeld aan de vijand. Jezus heeft aan het kruis al getriomfeerd over alle machten. Maar de genadeslag moet nog vallen. Waarom de Vader die genadeslag nog niet heeft laten uitdelen begrijpen we vaak niet. Uit de Bijbel blijkt dat de Vader het elastiek nog meer oprekt. Hij stelt de komst van de Here Jezus uit zodat écht iedereen van zijn Zoon kan horen en uit vrije wil tot inkeer kan komen. (2.Petr.3:9) In deze tijd van nog-niet, nog-net-niet!, vormt Hij ons, zodat we zichtbaar zullen zijn in deze gebroken wereld als een levende hoop, een getuigenis van Gods verlossende kracht en liefde voor een ieder die op zoek is naar hulp. Hij leert ons volharden. Hij leert ons de Here Jezus te volgen, zelfs tot in zijn lijden. Hij leert ons in zijn armen te vallen met ons verdriet en onze frustraties, zodat we steeds meer het evenbeeld worden van zijn Zoon. God wérkt, maar Hij werkt in een gebroken wereld. In deze situatie bidden wij. Met de hoogste verwachting, want de Geest helpt ons, en de kracht van de Geest (de kracht die Jezus deed opstaan uit de dood!) doet wonderen in ons en door ons heen. En dit maakt bidden tot de allergrootste uitdaging. Is er zekerheid? Nee, er is geen ‘zekerheid’ zoals de wereld die je wil ‘geven’. “Als je deze verzekering afsluit: wat je overkomt, het komt goed! Als je maar genoeg geld op de rekening hebt staan, zit je gebakken. Heb je een goede studie: nou, dan kom je goed terecht.” Nee, die zekerheid is het in het geloof niet. En daar moeten we aan wennen. Wij vertrouwen niet op zaken, niet op dingen, niet op onszelf. Wij vertrouwen op een Persoon. De Man die onze harten heeft veroverd en ons heeft laten zien wat Liefde is, wat geliefd zijn is.
-------------------------------Wat is zekerheid? Waar haal jij jouw zekerheid vandaan? ------------------------------Het is soms ondoenlijk om je gebed te beginnen met de hartsgesteldheid ‘Vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan. Want wie vraagt ontvangt, en wie zoekt vindt, en voor wie klopt zal worden opengedaan.’ (Lukas 11:9,10) Wanneer het je niet lukt deze houding van vertrouwen aan te nemen, zoek dan broers en zussen in het geloof op. Samen is het een stuk beter te doen. Eénparig gebed is een zegen. En: blijf Gods woorden (op)lezen. Zijn woorden hebben de kracht (de Geest) dat ze geloof in je opwekken. ------------------------------TOEPASSING Wat is voor jou belangrijk uit deze studie? Wijst God je ergens op? Wat wil je hiermee gaan doen de komende twee weken en hoe ga je dat aanpakken?
3. DE BELOFTE VAN OVERWINNING
VOORBEREIDING THUIS Deze studie gaat over de belofte van overwinning tijdens beproevingen. Maar wat zijn beproevingen en wat is het verschil met verzoekingen? Beproevingen komen van God: Genesis 22 (God stelt Abraham op de proef. tested) Johannes 6:1-13 (Jezus stelt Fillipus op de proef. tested) Verzoekingen komen van de duivel, verzoekingen komen voort uit de mens zelf: Matteüs 4 (Jezus wordt door de duivel verzocht. tempted) Jakobus 1:13-14 (God brengt niemand in verzoeking: tempted verzoeking komt voort uit de begeerten van de mens.) I Tessalonicenzen 3:5 (‘…of de verzoeker u misschien verzocht had…’ tempted) De schuingedrukte woorden zijn de engelse vertaling (NIV) van ‘beproeving’ (tests) en ‘verzoeking’ (temptations). De reden dat we deze erbij zetten is dat er in het Nederlands niet veel verschil is op te merken tussen de begrippen ‘beproeving’ en verzoeking’. In het Engels is het verschil wel te horen: ‘tempted’ en ‘tested’. Hoewel; dit verschil is moeilijk onder woorden te brengen. Het is niet makkelijk om een antwoord te geven op de vraag: komen beproevingen / verzoekingen nu van God of van satan? Want al komen verzoekingen van satan, dan nog laat God ze toe in zijn macht. Dit heeft ook te maken met het feit dat satan door de zondeval, via de menselijke vrije wil, speelruimte heeft gekregen in onze wereld (door ons -de mens- is de zonde in de wereld gekomen en met de zonde de verzoeking). Deze speelruimte heeft satan nog steeds waar mensen hem in vrije wil toelaten. Gods macht stopt over het algemeen bij de menselijke vrije wil. Helaas wordt satan in onze omgeving, in de maatschappij de ruimte nog volop gegund. En daar lijden wij ook onder, ook al hebben wij hem de deur gewezen. God maakt van de verzoeking gebruik om ons te beproeven. Dit klinkt cru: maar zijn plan met ons is Liefdevol. Hij wil door het kwade (verzoeking) het goede (beproeving) bewerken. Hij wil ons vormen tot gelovigen die rein, zuiver en onberispelijk zijn. Gelovigen die een echt geloof aan de dag leggen. Daarnaast is er nog iets aan Gods werkwijze dat ons angst kan aanjagen. Hij kiest er soms bewust voor om ons te testen. Het voorbeeld van Abraham uit Genesis 22 spreekt daarvan. Ook het boek Job gaat daarover. We mogen weten dat God dit doet met een reden. Een goede reden. En daarbij gaat God nooit over onze grenzen heen. Wij kunnen vaak niet onderscheiden of we nu getest, beproefd of verzocht worden of wat van wie komt. En dat hoeft ook niet, gelukkig. De Bijbel spoort ons niet aan om te onderscheiden wat er nu precies aan de hand is (beproeving of verzoeking?). De Vader weet wat er aan de hand is en dat is genoeg. De Bijbel spoort ons wel aan te vertrouwen op God en te volharden in het goede. Hij is getrouw. Moeilijke situaties kunnen twee dingen in ons leven bewerken: “They can make you bitter of better” Of we worden bitter of we worden beter. Welke van de twee het wordt hang af van de manier waarop we reageren. Je vertrouwen stellen in God en in Zijn goedheid en gehoorzaamheid aan Zijn wil zijn de twee sleutels die zullen zorgen voor de juiste vruchten, wat de bron van moeite ook is.
VERWERKING TIJDENS DE KRINGAVOND Lees met elkaar I Korinthiërs 10:1-14 Omdat onze Oud Testamentische kennis meestal niet al te groot is zullen de eerste verzen ons tekstgedeelte misschien verwarrend overkomen. Paulus haalt in vers 1-11 de lotgevallen van het volk Israël in de woestijn aan. Er zijn daar in de woestijn heel wat voorvallen geweest waarin Israël enorm machtige wonderen van God te zien kreeg (vers 1-4). Het volk was dan een tijdje verwonderd en onder de indruk van God. Regelmatig sleet die verwondering snel af en ging het volk vrolijk zijn eigen gang (7-10). God kon daar enorm verbolgen (kwaad/gekwetst) door worden. Hij liet zijn volk in de steek wat resulteerde in de ondergang van het volk (vers 5). Op andere momenten strafte God zijn volk (vers 10). vers 1-4 vers 5 vers 6 vers 7-10 vers 11-12 vers 13 vers 14
-
de zegeningen die het volk ontving van God. tegenstelling: toch wees God de meesten af…. verklaring daarvan: …zij waren uit op het kwade. En vermaning: wij moeten niet hetzelfde doen als zij. de fouten die het volk Israël maakte. herhaling van de vermaning: wat hun overkomen is moet ons tot voorbeeld strekken: pas op dat je niet valt. Verzekering dat God ons helpt om niet te vallen. Vermaning.
Wat zijn de fouten die de Israëlieten maakten? Herken je deze fouten ook onze tijd (en in jouw geloofsleven)?
Lees Deuteronomium 8:2 -
Welke twee doelen had God met de woestijnreis van Israël? Blijkbaar vind de echte test van gehoorzaamheid en daarmee wat er in je leeft plaats in moeilijke omstandigheden. Is dit herkenbaar en zo ja, hoe ga je daarmee om?
I Petrus 1:6-7: Verheugt u daarin [in de zegeningen van God: vers 3-5] ook al wordt gij thans, indien het moet zijn, voor korte tijd door allerlei verzoekingen beproefd, opdat de echtheid van uw geloof, kostbaarder dan vergankelijke goud dat door vuur beproefd wordt, tot lof, eer en heerlijkheid blijke te zijn bij de openbaring van Jezus Christus. -
Welk doel heeft God als je door verzoekingen beproefd wordt?
We keren terug naar I Korinthiërs 10:12- 3 -
Waarom worden we gewaarschuwd voor verzoekingen? Welke zekerheid geeft God als we verzocht worden? Wat wordt er verwacht van ons in tijden van verzoeking?
TOEPASSING Wat is voor jou belangrijk uit deze studie? Wijst God je ergens op? Wat wil je hiermee gaan doen de komende twee weken en hoe ga je dat aanpakken?
4. DE BELOFTE VAN VERGEVING
De zekerheid van vergeving VOORBEREIDING THUIS We lezen uit de eerste brief van Johannes 1:5-2:2. vers 5 - Wat betekent ‘God is licht en er is in Hem geen spoor van duisternis?’ (NBV) - Waarom, denk je, begint Johannes met deze kern van het Evangelie (de verkondiging) ‘God is licht en er is in Hem geen spoor van duisternis?’ (NBV). Lees:
Jesaja 6:3-7
Zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament wordt God gezien als de Heilige. Hij is vol van heiligheid. Hij is de bron van heiligheid. - Wat is Jesaja’s reactie op Gods heiligheid? - Wat is de hemelse reactie op Jesaja’s weeklacht? Lees:
Leviticus 11:44-45 en I Petrus 1:14-16 (I Petr. 2:9)
Gods heiligheid blijft niet op zichzelf. Op het moment dat wij ons zelf binden aan God worden wij als het ware opgenomen in Zijn heiligheid. Dat kán niet zonder gevolgen gaan voor onze levenswijze. - Wat betekent het voor jou dat je geroepen bent door Hem die heilig is? Lees:
I Korinthiërs 6:11
- Want vind je ervan dat Paulus zegt: je bent geheiligd? Paulus noemt ons gelovigen in zijn brieven ‘heiligen’: Romeinen 1:7, 15:25, I Korinthe 1:2, II Korinthe 1:1, Efeze 1:1, Fillipenzen 1:1 enz. Op onszelf zijn wij zondig, onvolmaakt en beperkt. Maar in verbondenheid met God (en in de verbondenheid met elkaar als gemeente / kerk!) zijn we heiligen. Onze heiligheid is dus geen natuurlijk gegeven. Alleen doordat God heeft ingegrepen en de Here Jezus voor onze zondigheid heeft geleden hebben we nu deel aan Gods heiligheid. In Openbaringen 22:11 lezen we: ‘Wie goed doet zal nog meer goed doen en wie heilig is zal nog heiliger worden’ (NBV; NBG leest: ‘wie heilig is, worde nog meer geheiligd’). ‘Heilig zijn’ is dus geen statisch gegeven: het is in beweging, het wordt groter.
VERWERKING TIJDENS DE KRINGAVOND We lezen uit de eerste brief van Johannes 1:5-2:2. vers 5 - Wat betekent ‘God is licht en er is in Hem geen spoor van duisternis?’ (NBV) - Waarom, denk je, begint Johannes met deze kern van het Evangelie (de verkondiging) ‘God is licht en er is in Hem geen spoor van duisternis?’ (NBV). vers 6 - Herken je in je eigen leven soms de dubbelheid (hypocrisie) die dit vers illustreert? - Waarom zou iemand zeggen met God verbonden te zijn als dit niet waar is? vers 7 - Wat is in dit vers de voorwaarde om verbonden te zijn met God? - Wat betekent ‘onze weg in het licht gaan’? of omgekeerd: - Wat betekent onze weg in de duisternis gaan? (NB: dit is niet hetzelfde als zondigen, want als wij in het licht wandelen worden we gereinigd van de zonde die we doen. Dus het betekent iets anders) De ‘Amplified Bible’, een wetenschappelijk, Engelse bijbelvertaling leest: ‘But if we really are living and walking in the Light, as He Himself is in the Light, we have true unbroken fellowship with one another, and the blood of Jesus Christ His Son cleanses (removes) us from all sin and guilt.’ - Wat stelt deze vertaling? vers 8 Tijdens onze wandeling met de Heer door het leven heen worden we besmet. Ondanks het feit dat we heiligen zijn door onze verbondenheid met de Heilige lukt het ons niet altijd om ook heilig te doen. - Waarom benadrukt Johannes dit zo stellig (we ‘misleiden onszelf’ als we zeggen de zonde niet te kennen, de ‘waarheid is dan niet in ons’)? Zie ook vers 10. vers 9 - Wat is belijden? - Waarom zou Johannes in diet vers beginnen met het benoemen van Gods karakter? - Wat betekent het in deze context dat God trouw en rechtvaardig is om te vergeven? In het Grieks staat er letterlijk in vers 9b: ‘…en ons continue reinigen van alle kwaad’. Zekerheid van vergeving - Hoe geef je belijden vorm in jouw levenswandel met de Heer? (Neem je bijv. momenten dat je specifiek je zonden van de afgelopen dag, week, maand, jaren aan de Heer hardop belijdt. Doe je dit met anderen of alleen) ? - Waarom wel of niet? Wat is hiermee je ervaring?
Psalm 32:3-5 Zolang ik zweeg teerden mijn botten weg, kreunend leed ik, heel de dag. Zwaar drukte uw hand op mij, dag en nacht, mijn kracht smolt weg als in de zomerhitte. Toen beleed ik u mijn zonde, Ik dekte mijn schuld niet toe, ik zei: ‘Ik beken de Heer mijn ontrouw’ en u vergaf mij mijn zonde, mijn schuld.
- Ben je er zeker van dat al je zonden zijn vergeven? - Als je je zonde belijdt, lukt het je dan ook om in geloof Gods vergeving te ontvangen, je te laten reinigen door Jezus bloed en vandaaruit vergeven verder te wandelen? (En dus niet zelf de zonden weer op te gaan vissen of vergeving te blijven vragen voor een bepaalde zonde…) - Zo niet, wil je uitwisselen voor welke zonden je je nog schaamt? Naast dat God ons vergeeft en reinigt als wij onze zonden belijden, of dat andere mensen ons vergeven is het ook belangrijk dat wij ons zelf vergeven. - Zou het kunnen dat de zonden waar je je nog over schaamt dat je daarover al wel vergeving hebt ontvangen van God, maar nog niet jezelf hebt vergeven? Geloof betekent heel eenvoudig dat je God vertrouwt op Zijn woord. Als Hij zegt dat Jezus werk aan het Kruis voldoende is voor onze totale vergeving en wij alleen hoeven belijden, dan moeten wij kiezen of we dit geloven of dat we bijv. blijven luisteren naar onze gevoelens, gedachten, herinneringen die ons aanklagen. Je belijdt 1 keer een bepaalde zonde en als je er weer aan moet denken en je schuldig voelt dan mag je God danken voor Zijn trouw en rechtvaardigheid en voor het feit dat je volledig vergeven bent en mag je Hem vragen om je te helpen ook jezelf te vergeven. Lees: Jakobus 5:16 -
Heb je ervaring met de kracht van het belijden van zonde aan iemand anders behalve aan God? Heb je vrienden, een mentor, familie of andere mensen bij wie je je vertrouwd voelt aan elkaar zonden te belijden?
TOEPASSING Zijn er nog dingen die mensen moeten belijden? Of zijn er nog dingen waarover mensen ook zichzelf moeten vergeven? Bidt voor elkaar en spreek vergeving uit in Jezus naam
5. DE BELOFTE VAN LEIDING
VOORBEREIDING THUIS Leiding van God N.B. Er zijn veel verschillende wegen waarop God ons leven leidt. In deze bijbelstudie hebben we ervoor gekozen om één weg onder de loep te nemen. -
Ervaar jij leiding van God? Hoe ervaar je leiding van Hem? Welke bijbelteksten of bijbelse verhalen die vertellen over de leiding van God in het alledaagse leven van gelovigen ken je?
Lees de volgende verhalen. Geef uit elk verhaal twee kenmerken over de leiding die God wil geven aan gelovigen. 1. Handelingen 11:1-15 2. Handelingen 13:1-5 3. Handelingen 16:6-10 4. Jesaja 50:4-9 5. I Johannes 2:27 Christenen werden vroeger direct na de doop gezalfd met olie als teken dat zij de Heilige Geest hadden ontvangen. De GrootNieuws vertaling heeft er ook voor gekozen dit vers te vertalen met: ‘De Heilige Geest die u ontvangen hebt, is blijvend u hebt geen leraar nodig.’ VERWERKING TIJDENS DE KRINGAVOND We lezen Spreuken 3:1-8 Spreuken 3:5,6
(NBG) Vertrouw op de Heer met uw ganse hart en steun op uw eigen inzicht niet. Ken Hem in al uw wegen, Dan zal Hij uw paden rechtmaken. (NBV) Vertrouw op de Heer met heel je hart, steun niet op eigen inzicht Denk aan hem bij alles wat je doet, dan baant hij voor jou de weg
vers 1-6 -
Wie spreekt hier (tot de zoon, vers 1)? Waarom ligt de nadruk op het hart?
‘houd in je hart mijn richtlijnen vast’ (vers 1). ‘schrijf ze in je hart’ (vers 3). ‘vertrouw op de Heer met heel je hart’ (vers 5). We lezen
Spreuken 4:23 Mattheus 15:17,18 (hier legt Jezus uit waarom het niet nodig is je aan allerlei reinheidtradities te houden –zoals het handen wassen voor het eten, of het niet eten van bepaalde diersoorten zolang je innerlijk zuiver is: Mattheus 15:1-20) Lukas 6:45 Romeinen 10:10
- wat wordt in deze verzen gezegd over het hart? Spr. 4:23: … Mat.15:17,18: … Lk. 6:45: … Rom. 10:10: … We lezen: -
Wat houdt het in de Here God lief te hebben met heel je hart? Hoe vervul je dit gebod?
We lezen: -
Deuteronomium 6:5
I Kronieken 28:9, Jeremia 17:10 en Jes.29:13
God vindt het blijkbaar ontzettend belangrijk wat er in je hart leeft en niet in de eerste plaats wat je doet. Wat vind je hiervan?
We gaan terug naar Spreuken 3. vers 1-6 Wat staat er nu in deze verzen over ons hart en ons eigen inzicht? Wat betekent God kennen in al je wegen? Hoe kun je God kennen in al je wegen? We lezen Kolossenzen 3:1-4 in de Engelse vertaling (NIV) Since then, you have been raised with Christ set your hearts on things above where Christ is seated at the right hand of the Father. Set your minds on things above, not on earthly things. For you died and your life is now hidden with Christ in God. -
Hoe vervul je de aansporing zowel je hart als gedachten (verstand, gevoel, inzicht, kennis) te richten op de Heer? Hoe zie je het voor je dat je ‘met Christus uit de dood bent opgewekt’ en dat ‘je leven met Christus verborgen ligt in God’? Heeft dit gevolgen voor je houding ten opzichte van de wereld: ‘not on earthly things.’
vers 6 ‘dan baant hij voor jou de weg’ (NBV) of ‘ dan zal Hij uw paden recht maken’ (NBG). -
denk eens na over het voegwoord ‘dan’. Wat is het gevolg van dit voegwoord voor je interpretatie van vers 5,6?
vers 7 - Waar wordt hiervoor gewaarschuwd? - Herken je dit in je eigen leven? Vers 8 - Wat is het gevolg als je niet wijs bent in eigen ogen maar de Here vreest en wijkt van het kwaad? - Herken je dit uit ervaring? Zekerheid van leiding - Kun je na deze bijbelstudie een koppeling leggen tussen hart, eigen inzicht, God kennen in al je wegen en Zijn leiding ontvangen? - Hoe moet het met ons hart gesteld zijn, willen we Gods leiding ervaren en toepassen? TOEPASSING Wat is voor jou belangrijk uit deze studie? Wijst God je ergens op? Wat wil je hiermee gaan doen de komende twee weken en hoe ga je dat aanpakken?