Bijlage 10: SEMINARIE VECHTSCHEIDING VAN HET VLAAMS FORUM KINDERMISHANDELING (11.12.2012). Presentatie signalen uit de werkgroep hoogconflictueuze scheiding IJH Deinze-Eeklo-Gent en de bezoekruimten. Werktekst ter voorbereiding van het seminarie. Vechtscheiding
Heftige en aanslepende conflicten tussen de ouders. Ouders verdrinken zo in hun ex-partnerpositie dat ze niet meer kunnen zien wat hun kind nodig heeft en niet meer in staat zijn om goed te ouderen. Het kind wordt rechtstreeks of onrechtstreeks betrokken bij het conflict en wordt zo deel van het conflict. Het kind geraakt klem tussen de ouders. Het kind kan niet openlijk loyaal zijn naar beide ouders.
Link met kindermishandeling
psychische verwaarlozing (= passief) : geen aandacht en interesse voor waar kind mee bezig is, noden kind worden niet gezien omdat men zo gefocust is op de strijd,..
psychische mishandeling (=actief): geen kleren meegeven, kind straffen als het de andere ouder verdedigt, geen contact met andere ouder toestaan, zeggen dat kind even slecht is als de andere ouder,..
Effect op het kind Vechtscheiding vormt een risico voor de ontwikkeling van het kind. Dit risico is afhankelijk van de verhouding tussen de risicofactoren en de protectieve factoren, zowel gelegen in het kind zelf als in zijn leefsituatie:
Risicofactoren o o o o o o o
Kindkenmerken: draagkracht, veerkracht, leeftijd, probleemoplossend vermogen, sociale competentie,.. Ernst en duur van het conflict De wijze waarop kinderen worden betrokken in het conflict De mate waarin de verzorgende ouder nog kan functioneren De mate waar in de omgeving mee strijdt De financiële levensomstandigheden …
Protectieve factoren o o o o o
Kindkenmerken: draagkracht, veerkracht, leeftijd, probleemoplossend vermogen, sociale competentie,.. Steunbronnen in de omgeving Minstens één goed functionerende thuiswonende en zorgende ouder Zo weinig mogelijk confrontatie met de conflicten Het gevoel er toe te doen, mee te tellen voor beide ouders
Over welke groep hebben we het De zogenaamde maladaptieve groep uit het IPOS-onderzoek ouders die er ook op langere termijn niet in slagen om hun scheiding goed geregeld te krijgen met een negatief effect op de levenskwaliteit van ouders en kinderen. = 10 à 15% van de scheidingen. Zowel naar deze kinderen als ouders, als naar de volgende generatie is het belangrijk om te blijven zoeken hoe we deze ouders kunnen ondersteunen. Verontrustende signalen uit het werkveld 1.
OUDERS EN KINDEREN
Ouders die heftig strijden hebben vaak te weinig inzicht in het effect van hun strijd op hun kinderen. Deze ouders willen (bijna altijd) oprecht het beste voor hun kind, maar verliezen zich zo in de ex-partnerstrijd dat ze er niet meer in slagen om hun ouderrol op te nemen. Beiden zijn er van overtuigd dat ze strijden voor het belang van hun kind, maar de strijd gaat om de eigen kwetsuren. Het kind komt zo in de schaduw van het gevecht te staan. Enkel informeren heeft bij deze doelgroep geen zin omdat de oorzaak van de strijd in een diepere laag zit: KWETSUREN
Ouders zijn er zo van overtuigd dat zij weten wat het belang van hun kind is, dat ze àlles doen om hun gelijk te krijgen hierin: o
1
Een advocaat kiezen van wie ze weten dat die pal achter hen gaat staan en niet in de confrontatie gaat
o o o o o
Veranderen van advocaat indien nodig Shoppen in de hulpverlening, tot ze iemand vinden die op papier wilt zetten dat het contact met de andere ouder niet in het belang van het kind is Kinderrechtencommissariaat inschakelen Alle juridische procedures uitputten.. Ultiem: klacht seksueel misbruik
Telkens ze hun verhaal brengen, geraken ze meer verstard en zullen ze nog meer hun best doen om gehoord en geloofd te worden. Kinderen worden naar voren geschoven om hun verhaal te bevestigen.
Er blijven hardnekkige clichés bestaan in het maatschappelijk denken, bijvoorbeeld kinderen mogen op 12 jaar kiezen wij welke ouder ze wonen en of ze al dan niet contact met de andere ouder willen.
Klem zitten tussen de ouders en partij worden in hun conflict vormt een groot risico voor de ontwikkeling van een kind (cfr hoger). We zien kinderen die: o o o o
We zien gevolgen op de identiteitsvorming, de emotionele ontwikkeling en op de relationele ontwikkeling van kinderen: o o o o o o o
niet meer toekomen aan de ‘normale’ ontwikkelingstaken voor hun leeftijd. als partner functioneren, de emotionele nood van de ouder proberen op te vullen. Dit is een verantwoordelijkheid nemen die niet aangepast is aan hun leeftijd, waardoor het niet anders kan dan falen. als ouder moeten functioneren en de last van het gezin op hun schouders moeten nemen. niet anders kunnen dan ‘kiezen’ voor één ouder, vanuit een overlevingsinstinct. die een gespleten loyaliteit en/of ondergrondse loyaliteit ontwikkelen.
kinderen die compleet samenvallen met de ouder waarbij ze wonen, die niet meer zelf voelen’, niet meer weten wat ze zelf willen. kameleonkinderen: kinderen die compleet ‘omklikken’ als ze van vader naar moeder en omgekeerd gaan. kinderen die zich niet meer durven hechten. kinderen die niets en niemand meer vertrouwen. kinderen die de werkelijkheid in goed en kwaad zien, in zwart en wit. kinderen die te veel macht krijgen en tegelijk niet gehoord worden. kinderen die op steeds vroegere leeftijd duidelijke signalen geven dat ze van alles wèg willen.
Net omdat de kinderen soms zo samenvallen met één van de ouders is het in hoogconflictueuze scheidingssituaties bijzonder moeilijk om in te schatten waar het belang van het kind het best mee gediend is. o
Zoveel mogelijke betekenissen als een kind zegt ‘ik wil mijn papa niet meer zien’: te veel geïnvesteerd in het verleden en nu bescherming als overlevingsreflex, mijn mama kan dit niet aan, schrik dat mama niet meer van mij zal houden als ik laat zien dat ik contact wil met papa, schrik dat papa boos zal zijn omdat ik weigerde om op bezoek te gaan, schrik dat er dan weer conflicten zullen zijn bij de wissel, mama zegt dat papa mij gaat ontvoeren, ik wil wel hem wel zien maar niet in een ‘gewone’ weekendregeling,…
o
Wat doe je als rechter als een kind absoluut elk contact blijft weigeren en er geen duidelijk aantoonbare grond hiervoor is?
o
Wanneer besluit je dat contact met één ouder op dit moment, in deze context, niet in het belang van het kind is (als er geen sprake is van duidelijk aantoonbare ‘feiten’). Waarop baseer je je? Als ouder je kind ‘loslaten’ om het rust te gunnen is immers een enorm pijnlijke stap. Ook voor een kind is dit soms een erg groot verlies. Als rechters, gerechtsdeskundigen, justitieassistenten en hulpverleners is dit een zeer grote verantwoordelijkheid.
Ook ouders lijden. Ze zijn zo gefocust op de strijd dat ze de andere levensdomeinen verwaarlozen. Hierdoor verarmen ze emotioneel en zien we vaak een schrijnende eenzaamheid. Hun leven is de strijd, de strijd is hun leven.
Zowel bij ouders als bij kinderen zien we veel psychosomatische klachten.
In de bezoekruimte in Gent hebben we de indruk dat er meer dan gemiddeld kinderen en jongeren zijn met ADHD en depressieve stoornissen.
De relatie tussen beide ouders en kinderen wordt onbetrouwbaar en kinderen leren niet wat een betrouwbare relatie is.
2.
HULP- en DIENSTVERLENING BIJ SCHEIDING
Het hulp-en dienstverleningsaanbod is een huis met vele ingangen.
2
Welke ingang men neemt, bepaalt mee welke weg verder zal bewandeld worden. Ouders geraken zo soms (onbedoeld) in een strijdkader.
Niet alle deuren van het huis gaan even snel open Wachtlijsten in hulpverlening, voor maatschappelijk onderzoek. Soms zijn ouders bereid om beroep te doen op hulpverlening, maar door de lange wachtlijsten geraakt de situatie meer en meer verziekt, en lijkt de juridische weg nog de enige oplossing. Daardoor kunnen we als maatschappij niet snel genoeg ingrijpen op het ziekmakend proces: o o o o o
Het aanbod van bemiddeling: o o
ouders leggen vaak ontelbaar veel klachten neer bij politie en parket waar niets echt iets mee gedaan wordt. maatschappelijk onderzoek (justitiehuis) komt te laat in het proces. bezoekruimte wordt in sommige arrondissementen te laat ingeschakeld omdat de rechters omwille van de wachtlijsten enkel die situaties doorverwijzen die al muurvast zitten. door de wachtlijst in de bezoekruimte kan het ziekmakend proces verder zijn gang gaan: haatcampagnes, conflicten aan de deur, pesterijen over en weer.. drijven kind en ouder steeds verder uit elkaar. Als een begeleiding wordt opgeschort in een bezoekruimte omdat men vastgeraakt is en aan de verwijzende rechter wilt vragen om een knoop door te hakken, duurt het in sommige arrondissementen drie maanden voor de zaak op zitting kan komen.
is te weinig gekend en is niet altijd passend voor ouders die in een hoogconflictueuze scheiding verwikkeld zijn. We merken in de bezoekruimte dat ouders na een tijd begeleiding soms wel in staat zijn om via de zogenaamde ‘pendeldiplomatie’ tot samenspraak te komen, maar voor wie samen rond de tafel zitten te hoog gegrepen is.
Het hulp- en dienstverleningsaanbod rond scheiding is nog te veel versnipperd. In de praktijk zien we dat in vechtscheidingssituaties vaak veel verschillende hulpverleners actief zijn, die naast elkaar werken en niet in communicatie gaan met elkaar. o o
Geen integraal aanbod, waarin de hulpverleningsvormen naadloos op elkaar aansluiten en er complementair gewerkt wordt. Ouders shoppen, waardoor hun verhaal en beleving steeds sterker wordt en ze meer en meer kracht gaan zetten om gezien en gehoord te worden. Ouders gaan daarin erg ver: bv. klacht seksueel misbruik.
Intermediairen (hulpverleners, onderwijskrachten,..) die met één ouder werken herkennen vaak niet de symptomen van een naar een vechtscheiding evoluerend scheidingsproces en stappen mee in het verhaal van één ouder.
De dynamiek van strijdende ouders is vaak erg krachtig. Hulpverleners dreigen meegezogen te worden in de strijd. o Geen gepaste interventies o De strijd wordt onbedoeld aangewakkerd o De strijd breidt zich uit naar de hulpverlening en HV geraken volledig gepolariseerd, waardoor hun inbreng conflictverhogend werkt
Ouders moeten beiden hun toestemming geven voor het opstarten van hulpverlening. Ook dat kan onderwerp van strijd zijn: de ene ouder wilt niet dat de andere geïnformeerd wordt, de ene ouder wil geen toestemming geven,..
Decreet rechtspositie minderjarigen o
Als het decreet strikt wordt toegepast, moet men de minderjarige om toestemming vragen voor de begeleiding in bezoekruimten: een jongere die klem zit tussen zijn ouders, zal niet willen naar de bezoekruimte komen. Maar zijn neen kan verschillende betekenissen hebben..
o
Decretale moeilijkheden: justitie federaal/bezoekruimten Vlaamse materie.
Gevaar voor moeheid, burn-out voor wie vaak in vechtscheidingen werkt.
3.
POLITIE en JUSTITIE
Hoorrecht: het is goed dat kinderen een stem krijgen. Maar!! o
3
Als hulpverlener is het moeilijk om kinderen voor te bereiden, gezien elke rechter zelf kan bepalen hoe hij het kind zal horen.
bv. in de Jeugdrechtbank Gent is enkel de rechter aanwezig, in Kort Geding zijn het de rechter, de procureur en de griffier. bv. er wordt verschillend omgegaan met verslaggeving van het gesprek: sommige rechters leggen expliciet uit de ouders de informatie kunnen inkijken via hun advocaat en vraagt wat er in het verslag mag vermeld worden, andere rechters doen dat niet. o
Niet alle rechters beheersen gesprekken met kinderen even goed.
o
Kinderen worden soms te vaak, in verschillende procedures, door verschillende rechters gehoord.
De opsplitsing tussen een burgerlijk en een protectioneel dossier kan verlammend werken in vechtscheidingssituaties. bv. de POS-rechter kan zich niet uitspreken over de verblijfsregeling, wat bij ouderlijke ontvoering voor veel vertraging kan zorgen.
In sommige situaties zitten we met z’n allen met de handen in het haar.. hulpverleners, justitie. o
Ouders blijven op mekaar schieten en blijven verwachten dat de ander verandert.
o
Ouders blijven er van overtuigd dat de verantwoordelijkheid voor het feit dat een kind bv contact weigert bij de andere ouder ligt: in beide richtingen. Verblijfouder is er van overtuigd dat het kind écht geen contact wilt en ziet niet dat de weigering voortkomt uit de conflictueuze context, de bezoekouder is er van overtuigd dat het allemaal opmaak is. Ook als men blijft confronteren en duidelijk stelt dat het probleem eerst op het niveau van de volwassenen dient aangepakt te worden, is men niet in staat om dit te laten binnenkomen en hiervoor verantwoordelijkheid op te nemen.
o
Een ouder die halsstarrig niet constructief kan/wenst mee te werken aan een omgangsregeling, ondanks hulpverlening, vonnissen.. wat doe je dan? Elke dwangmaatregel omtrent het uitvoeren van een omgangsregeling belast het kind. bv. dwangsom: de verblijfouder herhaalt telkens weer dat het kind moet naar de bezoekruimte gaan omdat ze het anders financieel niet meer kunnen redden.. bv. omkeren van de verblijfsregeling: Gardner, een Amerikaans psycholoog die onderzoek heeft verricht rond het door hem benoemde ‘parent aliënation syndrome’ pleit hiervoor, maar zijn onderzoek is erg omstreden. Er bestaat ook nog geen langetermijnonderzoek naar het effect van deze maatregel op kinderen. De vraag is hoe het voor een kind moet zijn om van dag op dag te moeten verblijven bij een ouder die gezien wordt als een ‘monster’..
4.
ONDERWIJS
Scholen worden steeds meer geconfronteerd met hoogconflictueuze scheidingssituaties. De ouders trachten de school te betrekken in de strijd. Scholen weten vaak niet hoe ze daar best mee omgaan. De wetgeving is nog te weinig gekend.Men geeft ook signalen van machteloosheid: hoe uit de strijd blijven? Hoe de school nog tot een plaats houden waar kinderen in alle rust kunnen leren? Signalen die onderwijskrachten signaleerden op een studiedag van de kinderrechtswinkels:
Soms weigert de ene ouder dat de andere ouder geïnformeerd wordt. De school weet niet altijd hoe daar moet mee omgegaan worden. (De werkgroep hoogconflictueuze scheiding onderzoekt op welke manier de school op een correcte manier buiten het conflict kan blijven: ‘beide ouders worden geïnformeerd, tenzij kan aangetoond wordt dat een rechtbank beslist heeft dat één ouder geen recht heeft op informatie’. Een school heeft echter niet het recht om het vonnis integraal op te vragen. Men kan wel die gedeelten opvragen waarin de verblijfsregeling omschreven staat. Probleem: 1. Soms geven ouders een verouderd vonnis door; 2. Het is niet altijd makkelijk om enkel dat deel dat over de verblijfsregeling gaat uit het vonnis te halen.).
Kinderen kunnen niet meer tegelijk in twee scholen worden ingeschreven. Dit heeft voor gevolg dat ze soms maanden niet naar school kunnen omdat er nog geen uitspraak is van de rechtbank.
Scholen worden steeds kwetsbaarder in de strijd tussen ouders, bv. school die gedagvaard werd omdat kind vader die ruitenwasser is op de school sprak tijdens de week dat het bij moeder verblijft. Tegenstelling juridisch correct – belang kind.
Men merkt ook in het onderwijs dat kinderen die klem zitten tussen beide ouders een hoog risico op het niet kunnen volbrengen van hun normale ontwikkelingstaken. Indien het CLB deze kinderen wil begeleiden, gebeurt het vaak dat de ene ouder geen toestemming geeft om de andere te contacteren. Als men dan aangeeft dat dit moet, weigert de ouder bij wie het kind het hoofdverblijf heeft om toestemming te geven voor de hulpverlening.
4
De strijd tussen de ouders breidt zich soms uit tot de speelplaats, waar ouders staan ruzie te maken of op vrijdagavond soms letterlijk staan te trekken aan een kind. De school wil geen partij kiezen, maar kan ook niet aanzien hoe het kind verscheurd wordt.
Soms wil een kind niet mee met de ouder die het komt afhalen.
Men merkt ook in het onderwijs dat kinderen die klem zitten tussen beide ouders een hoog risico op het niet kunnen volbrengen van hun normale ontwikkelingstaken. Indien het CLB deze kinderen wil begeleiden, gebeurt het vaak dat de ene ouder geen toestemming geeft om de andere te contacteren. Als men dan aangeeft dat dit moet, weigert de ouder bij wie het kind het hoofdverblijf heeft om toestemming te geven voor de hulpverlening.
5