VAKBLAD VOOR MANAGERS VAN OPERATIEAFDELINGEN
RENÉ LÖWIK (SINT ANTONIUS ZIEKENHUIS)
‘IN DIT ZIEKENHUIS DOEN WE BIJNA ALLES’
ORDE VAN MEDISCH SPECIALISTEN OVER IGZ-RAPPORT EN NU DIE INBOX LEEG! STELLING: ‘LIEVER GEEN 55+’RS AANNEMEN’ ZIEKENHUISGROEP TWENTE KOPLOPER IN QMT
FOTO: FOTOTEAM-KENM.NL
VOORWOORD
Personeel Het is 08.15 uur. Het is druk op de OK, er is een aantal zieken, er lopen twee leerlingen op vier OK’s rond, de dienst heeft recht op slaapuren en je hebt net gehoord dat er alweer een collega zwanger is. De kar is gisteravond niet goed bijgevuld, en wie heeft eigenlijk klaargezet voor de eerste ingreep? En ja, dát programma, dat halen we nooit. Herkent u dit? Een Nederlandse moderne OK. Je zult maar iedere dag op deze manier moeten werken. Elke dag dezelfde discussies over het programma waarmee niets gedaan wordt, elke dag constateren dat je collega niet goed heeft klaargezet en elke dag blij zijn dat het 16.00 uur is en je weer kunt gaan.
COLOFON OK Management is het vakblad voor het management in de operatiekamer. Het wordt gemaakt in nauwe samenwerking met de NVLO, de Nederlandse Vereniging Leidinggevenden Operatieafdeling en fungeert als forum en platform voor informatieuitwisseling tussen NVLO-leden. OK Management verschijnt vier keer per jaar. OK Management biedt nieuws over het management van de OK in de meest brede zin. 1e jaargang nummer 3-2008 (In 2008 verschijnt OK Managagement drie keer.) Redactieadres Y-Publicaties / OK Management Postbus 10208, 1001 EE Amsterdam Tel: 020-520 60 77 E-mail:
[email protected]
2 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
Onze collega’s van de NVAM, de LVO en de BRV hebben onlangs een persbericht gestuurd aan overheid, dokters, vakbond enzovoort. De strekking van het bericht is dat personeelsschaarste op de operatiekamer en recovery dusdanig is dat de noodklok geluid moet worden. De beroepsverenigingen geven aan dat steeds meer collega’s de OK’s verlaten, omdat ze voor meer euro’s elders gaan werken, omdat ze de werkdruk niet meer aankunnen of omdat ze wat anders willen doen. Ook stellen zij dat de laatste jaren te weinig nieuwe medewerkers zijn opgeleid. Het negatieve beeld van medewerkers op de OK door recente gebeurtenissen in OK-land moet op een positieve manier bestreden worden, zodat schoolverlaters worden gemotiveerd een OK-opleiding te volgen. De beroepsorganisaties staan voor kwalitatief goede patiëntenzorg, verantwoorde zorg en goed en verantwoord opgeleide beroepsbeoefenaars. Herkent u dit ook? Ik wel, maar tegelijkertijd durf ik wel een klein beetje tegengas te geven aan de zeer gewaarde collega’s. Er is naar mijn smaak wel wat subjectiviteit te proeven als het gaat om de problematiek op de OK, zonder deze overigens te bagatelliseren. Want wat is werkdruk nu eigenlijk? Is daar een norm voor? Druk hebben of druk zijn, that’s the question. Kwalita-
tief goede patiëntenzorg? Verantwoorde zorg? Is er dan ook slechte zorg of middelmatige zorg? Kun je desgewenst ook onverantwoorde zorg geven aan patiënten? Is het niet een idee om een standaard te hanteren als het gaat om formatie (bij hoeveel zieken valt een deel van het programma uit?), om een norm te definiëren voor de verhouding tussen vast en extern personeel en om vast te leggen wat je doet als die norm wordt overschreden? Is een goede externe niet beter dan een slechte interne? Ga je altijd maar door, ook als je onverantwoord bezig bent? Wat doe je met collega’s die niet vooruit willen? Wordt er wel voldoende in de spiegel gekeken? Leuke discussies, beste collega’s. Wie doet er mee? Eduard Monteban, voorzitter NVLO
[email protected]
Nederlandse Vereniging Leidinggevenden Operatieafdeling
Uitgever: Ralf Beekveldt Bladmanager: Menno Goosen
[email protected] NVLO-coördinator: Annerieke de Vries
[email protected]
Fotografen: Johannes Abeling, Dirk van Baren, Fototeam-kenm.nl, Jos Heijnen, Robbert Hendriks, Hans Oostrum, Nationale Beeldbank, Stockxpert.com, Henk Veenstra (Henx) en Ivonne Zijp.
Eindredactie: Marloes van Hoorn Tekstcorrectie: Marijn Mostart Beeldredactie: Menno Goosen Vormgeving: Annelies van Turnhout Druk: BalMedia
Advertenties: Cross Advertising Telefoon: 010-4090588 E-mail:
[email protected]
Abonnementen en adreswijzigingen SP Abonneeservice Vaste medewerkers: Corina de Feijter, Postbus 105, 2400 AC Alphen a/d Rijn Cindy Lammers, Linda van Pelt, Leonore Telefoon: 0172-476085 Pulleman, Stan Verhaag, Maartje van E-mail:
[email protected] der Zedde. Toezending van OK Management is voor NVLO-leden gratis onderdeel van hun Coverfoto: Johannes Abeling lidmaatschap.
Voor niet-leden gelden de volgende abonnementsprijzen: Jaarabonnement: € 80 / Losse nummers: € 20 Abonnementen buiten Nederland: € 95 Alle prijzen zijn incl. BTW en verzendkosten. Prijswijzigingen voorbehouden. Opzegging betaalde abonnementen: schriftelijk, uiterlijk twee maanden voor afloop van de abonnementsperiode. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch met een jaar verlengd. © 2008 OK Management Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van boekdruk, foto-offset, microfilm of welke methode dan ook zonder schriftelijke toestemming van de uitgever.
INHOUD
08
10
24
18
27
08 VERSLAG NVLO-JAARCONGRES
18 JE MAILBOX DE BAAS
Op 18 en 19 september hielden NVLO-leden zich bezig met luchtbeheersing op de OK, de veiligheid na de brand in Almelo, de transactionele analyse en het pimpen van je afdeling.
E-mail is voor steeds meer mensen een blok aan het been. Gelukkig bestaan er handige strategieën voor het verwerken van mails, die u veel tijd kunnen besparen.
10 ORDE REAGEERT OP IGZ-RAPPORT
27 QUALITY FOR MEDICAL TECHNOLOGY
‘Met onze leidraad kunnen specialisten hun eigen verantwoordelijkheid nemen voor veiligheid en kwaliteit’, aldus Harry van Hulsteijn van de Orde van Medisch Specialisten.
Ziekenhuisgroep Twente startte vier jaar geleden met de integratie van een veiligheidssysteem op basis van Quality for Medical Technology, een model ontwikkeld door TNO.
EN VERDER: 04 NIEUWS | 14 PORTRET NVLO-LID | 22 DE STELLING | 24 BRANCHEGENOTEN De verschijning van OK Management wordt mede mogelijk gemaakt door de volgende Founding Fathers:
OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 3
NIEUWS
ZIEKENHUIS RIJNSTATE WINT PATIËNTVEILIGHEID AWARD Ziekenhuis Rijnstate van Alysis Zorggroep is de winnaar van de Nationale Patiëntveiligheid Award 2008. Sinds de oprichting van een Spoed Interventie Team in 1997, heeft het ziekenhuis een daling van 25% van het aantal reanimaties gerealiseerd en is daarmee een duidelijk succesvol project. “Het is een erkenning voor het werk dat onze medische en verplegende staf heeft verricht om de patiëntveiligheid te optimaliseren”, aldus Frank Bosch, intensivist van Ziekenhuis Rijnstate. Ziekenhuis Rijnstate mocht de
Award in ontvangst nemen omdat het project voldoet aan alle gestelde criteria. Het is origineel, is over te nemen door andere ziekenhuizen, het heeft concrete resultaten en is volledig geborgd in de dagelijkse praktijk. Het weerspiegelt daarnaast de kern van het veiligheidsmanagement in de ziekenhuizen. Door met het Spoed Interventie Team aan de slag te gaan, wordt het kwaliteitsniveau niet alleen op de afdeling maar in het hele ziekenhuis verbeterd omdat verpleegkundigen en artsen worden getraind
FOTO: PHOTO REPUBLIC
Tekst: Menno Goosen in het signaleren van vitaal bedreigde patiënten. Uit de talrijke inzendingen werd Ziekenhuis Rijnstate geselecteerd door de jury bestaande uit Claudia Zuiderwijk, voorzitter van de Raad van Bestuur van Tergooi Ziekenhuizen en lid van het Zorginnovatieplatform, Pieter Vierhout, lid van de Raad van Bestuur van het Albert Schweitzer Ziekenhuis en oud-voorzitter van de Orde van Medisch Specialisten en Diana Monissen, directeur-generaal Curatieve Zorg Ministerie Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam werd genomineerd voor het project SURPASS: een multidisciplinaire checklist waarmee de patiëntveiligheid – in het operatieve proces - wordt vergroot. Het Medisch Centrum Haaglanden in Den Haag werd genomineerd voor een project gericht op de verbetering van de zorg aan kwetsbare ouderen. Het ziekenhuis slaagde er in het aantal complicaties gerelateerd aan medicatie en voeding zichtbaar te verminderen en boekte resultaten met tijdige signalering en adequate behandeling. De Nationale Patiëntveiligheid Award is een initiatief van het Veiligheidsprogramma ‘Voorkom schade, werk veilig’. Met de Award wil het Veiligheidsprogramma ziekenhuizen motiveren te streven naar een reductie van vermijdbare onbedoelde schade.
NVZ EN ORDE ROEPEN IGZ OP RAPPORTEN TE MATIGEN De NVZ vereniging van ziekenhuizen en de Orde van Medisch Specialisten roepen de Inspectie voor de Gezondheidszorg op het aantal en de toon van haar rapporten te matigen. De teneur van de rapporten dat ziekenhuizen hun zaken matig op orde hebben en op de kortst mogelijke termijn
4 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
verbeterplannen moeten opstellen, werkt averechts: het demotiveert personeel in ziekenhuizen om door te gaan met alle kwaliteitsverbeteringen. Het werkt evenmin motiverend in de richting van mensen die overwegen te kiezen voor een carrière in de zorg. Bovendien valt er op de kwali-
teit van die rapporten nogal wat af te dingen, stellen de Orde en de NVZ. De Inspectie voor de Gezondheidszorg moet vooral doorgaan met het scherp houden van ziekenhuizen en de daar werkzame professionals, maar moet zich niet laten leiden door profileringsdrift.
GROOT TEKORT AAN DARMSPECIALISTEN Ziekenhuizen hebben een groot tekort aan specialisten voor maag-, darm- en leverziekten. Daardoor krijgen patiënten niet de goede behandeling. ‘Wachttijden lopen erg sterk op’, zegt voorzitter Ernst Kuipers van de Nederlandse Vereniging van mdl-artsen NVMDL. ‘Het is aannemelijk dat dit levens kost.’ De vraag is zo groot dat ziekenhuizen al arbeidscontracten sluiten met toekomstige artsen die beginnen aan een mdl-opleiding en
pas over zes jaar afstuderen. Sommige ziekenhuizen vragen hun specialisten zich om te scholen tot mdl-arts. Veel ziekenhuizen zoeken in het buitenland naar mdl-specialisten. Op driehonderd mdl-artsen zijn er zestig vacatures. Vorig jaar waren dat er nog veertig. Mdl-artsen dringen er al jaren bij het ministerie van VWS op aan meer artsen tot de opleiding toe te laten.
LEVV START INTERVENTIES INFECTIEPREVENTIE Het Landelijk Expertisecentrum voor Verpleging & Verzorging (LEVV) is gestart met het project Verpleegkundige Interventies infectiePreventie (VIP). Aanleiding is het rapport ‘Standaardisatie onmisbaar voor risicovermindering in operatief proces’ van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Binnen het VIPproject worden richtlijnen van de Werkgroep Infectiepreventie toegespitst op de dagelijkse praktijk van verpleegkundigen. Deze werkgroep is een samenwerkingsverband van drie wetenschappelijke verenigingen op het gebied van infectiepreventie en ziekenhuishygiëne. Het LEVV wil dat alle verpleegkundigen in de deelnemende dertig ziekenhuizen volgens de richtlijnen gaan werken. Meer informatie is te vinden op www.levv.nl.
ZIEKENHUIZEN SLORDIG MET DOSSIER Ziekenhuizen faxen medische dossiers van patiënten zonder toestemming van de patiënt zelf door. Dat blijkt uit onderzoek van RTV West onder acht ziekenhuizen in de regio Den Haag. Een journalist van de omroep deed zich voor als coassistent en belde naar de ziekenhuizen met de vraag of ze medische dossiers van patiënten naar hem konden faxen. Zes ziekenhuizen vroegen alleen de naam en geboortedatum van de patiënt en faxten de gegevens toe. Daarin stond onder meer de ziektegeschiedenis van de patiënt. Alleen het HagaZiekenhuis en ’t Lange Land Ziekenhuis weigerden dit te doen zonder schriftelijke toestemming van de patiënt. (Bron: Algemeen Dagblad/Zorgpers)
FOTO: STOCKXPERT.COM
GEACTUALISEERDE BASISBOEKEN ANESTHESIOLOGISCHE & OPERATIEVE ZORG
De vierde druk van het Basisboek anesthesiologische zorg en technieken is verschenen. In dit boek worden de specifieke taken en verantwoordelijkheden van de anesthesiemedewerker beschreven.
Er wordt een koppeling gemaakt tussen de anesthesiologie als wetenschap en de praktijk van de anesthesiemedewerker. Het boek is daarmee niet alleen geschikt als basisboek voor de anesthesiemedewerker in opleiding, maar ook bruikbaar als naslagwerk voor mensen die al in de praktijk werken. Voor deze druk zijn alle hoofdstukken geactualiseerd. Vooral die over pijnbestrijding en over reanimatierichtlijnen hebben een grondige aanpassing ondergaan. Auteur: J. Peeters, € 58,25, ISBN 9789035230095.
Ook geactualiseerd is het Basisboek operatieve zorg & technieken. Deel 1 leert de lezer de medische terminologie, de grondbeginselen van de infectieleer en de bouw en inrichting van de werkplek. De delen 2, 3 en 4 beschrijven de patiëntenroute van ontvangst op de operatieafdeling tot terugkeer naar de verpleegafdeling, en behandelen in chronologische volgorde de gang van zaken in de inleidingskamer, de OK en de uitslaapkamer. Auteur: R. de Weert, € 57,50, ISBN 9789035227712. OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 5
NIEUWS Tekst: Menno Goosen
MEPPEL HOUDT APPARATUUR IJSSELMEERZIEKENHUIZEN Het Diaconessenhuis in Meppel heeft beslag gelegd op operatieapparatuur van een vestiging van de IJsselmeerziekenhuizen in Emmeloord. Een woordvoerder van het Meppeler ziekenhuis bevestigde dat het ziekenhuis in Emmeloord een betalingsachterstand van tienduizenden euro’s heeft voor het gebruik van de faciliteiten van het Drentse hospitaal. Artsen uit het ziekenhuis in Emmeloord
waren uitgeweken naar onder meer Meppel, omdat in Emmeloord geen operaties mochten worden uitgevoerd vanwege gebrekkige luchtkwaliteit. De operatiekamers in Emmeloord werden opnieuw in gebruik genomen. Voordat het ziekenhuis zijn werk weer kon doen, moesten de spullen van Meppel naar Emmeloord worden vervoerd. Het Diaconessenhuis weigerde dit te doen. (Bron: De Stentor/Zorgpers)
FOTO: STOCKXPERT.COM
NIEUWE DESINFECTIEMETHODE MRSA Schoonmaakbedrijf Alpheios heeft een nieuwe methode ontwikkeld in de strijd tegen MRSA en andere micro-organismen: het vernevelen van waterstofperoxide. In het Haagse Bronovoziekenhuis werd het nieuwe middel tegen ziekenhuisbacteriën gepresenteerd. Besmette ruimtes kunnen door het vernevelde desinfectiemiddel binnen enkele uren worden schoongemaakt en hoeven niet meer helemaal worden leeggeruimd en nagespoeld. Ook gaat de afdeling niet achter slot en grendel. ‘Met deze techniek hoeft er niet meer een complete schoonmaakploeg de ruimte in’, liet algemeen directeur Roger van Wersch van Alpheios weten. Wanneer het desinfectieproces is voltooid, kan de ruimte direct worden gebruikt. ‘Dat is een enorme kostenbesparing voor de gezondheidszorg’, aldus Van Wersch.
‘MANAGEMENT IN DE GEZONDHEIDSZORG SCHIET TEKORT’ Binnen de zorgsector wordt veel geld verloren door verkeerde managementbeslissingen. Dat zegt 80% van de zorgprofessionals die deelnamen aan een managementenquête van Arts & Auto. De professionals hebben behoorlijke kritiek op het management in de zorg, maar steken daarbij ook de hand in eigen boezem. Gemiddeld besteden zij 24% van hun tijd aan management. Slechts een kwart van de respondenten zegt 6 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
voldoende tijd beschikbaar te hebben om alle managementtaken naar behoren uit te voeren. Bij sommigen gaat het tijdgebrek ten koste van minder belangrijke zorgtaken (31%) of zelfs belangrijke zorgtaken (7%). De zorgprofessionals zijn niet echt tevreden over hun eigen managementkwaliteiten. Gemiddeld geeft men zichzelf een 6,5. 14% vindt de kwaliteit van zorgmanagement in algemene zin ronduit
slecht. Volgens bijna een derde ligt die kwaliteit op de grens van voldoende-onvoldoende. Ruim 90% van de respondenten is van mening dat onderwijs, instructie en het opdoen van praktijkervaring op het gebied van management in de gezondheidszorg te weinig aandacht krijgen binnen de reguliere opleidingsprogramma’s.
OPERATIEKAMERS DICHT DOOR GEBREK AAN PERSONEEL Ziekenhuizen sluiten operatiekamers omdat ze te weinig verpleegkundigen hebben. Dat schrijft de Volkskrant na een rondgang langs twintig ziekenhuizen in het westen en midden van het land. Ziekenhuizen kunnen verpleegkundigen inhuren bij detacheringsbureaus, maar dat is veel duurder en die kunnen ook niet altijd het benodigde personeel leveren. Veel verpleegkundigen en operatieas-
sistenten kiezen ervoor in het bedrijfsleven te gaan werken, of voor een detacheringsbureau. Daar verdienen ze meer, waardoor ze soms minder willen werken en bijvoorbeeld liever ook geen nachtdiensten meer draaien. Door de vergrijzing zijn meer bedden nodig op de intensivecareafdelingen. Ziekenhuizen willen die uitbreiden, maar ook dat is door het personeelstekort vaak onmogelijk.
HEEFT U NIEUWS? Mail dit dan naar
[email protected] Recensie-exemplaren kunnen, voorzien van een persbericht, gestuurd worden naar: OK Management, Postbus 10208, 1001 EE Amsterdam.
NIEUWE ENDOSCOPISCHE OK’S VOOR LUCAS ANDREAS alle apparatuur op pendels geplaatst en zijn alle monitoren bevestigd aan monitorarmen. De chirurgen en OK-assistenten kunnen zo te allen tijde werken in de voor hen meest optimale werkhouding. Met de applicatie Endobase kunnen tijdens de ingreep foto’s, röntgenbeelden en filmpjes worden opgeslagen in het
ziekenhuisinformatiesysteem. Zo kunnen de beelden gebruikt worden voor allerlei doeleinden, zoals evaluaties, onderwijs en presentaties. Videosysteemintegratie maakt het bovendien mogelijk tijdens ingrepen mee te kijken vanuit andere ruimtes, zowel binnen als buiten het ziekenhuis.
FOTO: SINT LUCAS ANDREAS
Het Sint Lucas Andreas Ziekenhuis in Amsterdam heeft twee nieuwe endoscopische OK’s in gebruik genomen. Om tegemoet te komen aan het stijgende aantal minimaal invasieve ingrepen heeft het ziekenhuis de endoscopische OK’s ingericht volgens het Endoalpha concept van Olympus. Deze leverancier heeft een compleet pakket geleverd voor de operatiekamers – van bekabeling tot flexibele endoscopen en bedieningspanelen. De OK’s zijn ingericht met ‘state of the art’ instrumentarium en apparatuur. Deze bestaan onder meer uit een digitale, high definition (HD)-videoprocessor, een HD-camerakop met een ‘chip in de tip’, en een lichtbron met ‘narrow band imaging’. Alle apparatuur kan vooraf worden geprogrammeerd, per specialist en/ of ingreep. Voor iedere ingreep staat zo met een druk op de knop de apparatuur direct volautomatisch ingesteld. Indien nodig, kan een chirurg of OK-assistent de voorgeprogrammeerde instellingen aanpassen via een bedieningsscherm. Ook de omgevingsverlichting, lamellen en indicatielampen zijn via dit scherm te bedienen. Voor goede ergonomische en hygiënische werkomstandigheden is
OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 7
ERGEREN OF PIMPEN Op 18 en 19 september vond het jaarlijkse NVLO-congres plaats in hotel Zuiderduin in Egmond aan Zee. Onderwerpen die ter sprake kwamen, waren luchtbeheersing op de OK, de veiligheid na de brand in het Twenteborg Ziekenhuis, de transactionele analyse en ‘pimp je afdeling’. Tekst: Annerieke de Vries
O
eerste lezing, door Hugo Huiskamp, over het luchtbeheersplan gaan. Een actuele start van het congres.
VOORBEELDPLAN Anita Sieverink van het Twenteborg Ziekenhuis te Almelo vertelt in een prima verhaal hoe haar ziekenhuis verder ging na de brand op de OK in 2006. Alle ziekenhuizen in Nederland stoeien met de eisen die inspectie op vele terreinen stelt. Dit doen zij ook met kwaliteitsnormen, NIAZ, bezoek van MediRisk, enzovoort. In het betoog van Anita Sieverink kwam goed naar voren dat het Twenteborg
Ziekenhuis een meerjarenplan heeft gemaakt om aan álle eisen te voldoen. Verder heeft het ziekenhuis goed nagedacht over een manier waarop het plan in het gehele ziekenhuis (dus bij medewerkers en specialisten) bekend en werkbaar gemaakt kan worden. Het plan van Almelo is een voorbeeld voor alle ziekenhuizen die met losse (vaak niet samenwerkende) werkgroepen werken. Op pagina 18 kunt u meer lezen over het veiligheidssysteem van de Ziekenhuisgroep Twente.
COMMUNICEREN Na de lunch staat ‘Mens erger je niet’ op
FOTO’S: JAN BRONTS
m op de dag van NVLO-jaarcongres niet al te vroeg op te staan, maakten sommige bezoekers gebruik van een (goedkope) voorovernachting in hotel Zuiderduin in Egmond aan Zee. Goede keus; het is prachtig weer. Het is geen straf om bij een perfect restaurant aan de boulevard, met een glas goede rode wijn van de zonsondergang te genieten. Om een uur of tien treffen veel voor-overnachters elkaar in het hotel. Onderwerp van gesprek: de sluiting van het operatiekamercomplex van een collega-ziekenhuis. De luchtbeheersing van die OK is niet in orde. Laat nu de
Prachtige locatie in Egmond aan Zee.
Eduard Monteban bedankt de vrouwen die ‘Actief aan de slag met de transactionele analyse’ verzorgden.
8 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
Anita van de Kooi stelt vragen aan NVLO-lid Sylvia Heemskerk …
… aan NVLO-voorzitter Eduard Monteban …
Anita Sieverink vertelt over de gevolgen van het inspectierapport Almelo.
Luchtbeheersing op de OK: érg actueel!
JAARCONGRES NVLO 2008
het programma. Op een operatieafdeling heeft een leidinggevende met veel verschillende mensen te maken. Ieder mens reageert op zijn eigen manier. Het is de kunst om goed te kunnen inspelen op gedrag van mensen. Het doel: in gesprek komen en blijven, niet ergeren maar communiceren. Anita van de Kooi vertelt over het werken met de communicatievorm transactionele analyse. De groep aanwezigen wordt in vier groepen gesplitst om er verder kennis mee te maken, in de vorm van opdrachten en rollenspellen. Rollenspellen zijn voor velen niet de populairste vorm van onderwijs. Deze middag krijgen veel collega’s weer
… en aan NVLO-lid Dick Nijman.
bagage om het vak als leidinggevende van een operatiekamercomplex beter te kunnen uitvoeren. Het weer werkt prima mee. De locatie aan zee is werkelijk perfect. Om 19 uur worden we verwacht in De Zilte Zoen, een restaurant aan de boulevard. Een uurtje ‘vrij’ om aan zee te genieten van een drankje.
VERANDERING De Zilte Zoen blijkt een sfeervol restaurant en is voor de avond geheel gereserveerd voor de congresgangers. Er wordt een zogenaamd walking diner geserveerd. De hele avond door worden er kleine,
‘Pimp je afdeling’ door Jeroen Busscher.
De heren A. Korndorffer en ir. W. Kuntz (bloemen uitgereikt door bestuurslid Marianne van Dongen).
zeer smaakvolle hapjes geserveerd. Dick Raat zorgt voor de sfeer met zijn zang en gitaar. Een ware entertainer die er een groot feest van maakt! Wie liever met collega’s praat, kan dit doen op het terras. De tweede dag begint met een korte ledenvergadering. Jeroen Busscher pakt vervolgens uit met als onderwerp: pimp je afdeling. Heerlijk om op speelse wijze zo veel handvatten te krijgen om lastige veranderingsprocessen op je afdeling aan te gaan! Als cadeautje het boek van Jeroen: Pimp je afdeling. Tijdens de lunch wordt vooral teruggekeken op een prima congres! ■
Leden Annelies van den Brink en Tineke Wichgers.
Annerieke de Vries (bestuurslid) bedankt Jeroen Busscher voor zijn geweldige optreden.
OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 9
Het IGZ-rapport over de IJsselmeerziekenhuizen heeft de vraag opgeroepen wie verantwoordelijk is voor de apparatuur op een OK. Juridisch gezien is dit de raad van bestuur, maar ook medisch specialisten kunnen de kwaliteit van apparatuur beïnvloeden. Harry van Hulsteijn van de Orde van Medisch Specialisten vertelt hoe. Tekst: Linda van Pelt
‘SPECIALIST MOET EIGEN VERANTWOORDELIJKHEID
ORDE REAGEERT OP IGZ-RAPPORT
NEMEN’ I
n september verscheen een zorgwekkend rapport van de Inspectie voor de Gezondheidszorg over de IJsselmeerziekenhuizen. In een steekproefbezoek was beoordeeld of de ziekenhuizen in Emmeloord en Lelystad voldoen aan de voorwaarden voor het leveren van verantwoorde zorg tijdens het peroperatieve proces. Vooral werd gekeken naar de technische voorzieningen – luchtbeheersing en medische technologie – en de vraag of in de operatiekamers wordt gehandeld conform de richtlijnen voor infectiepreventie en antibioticabeleid. De Inspectie trof mankementen aan in de technische installaties van de OK’s en stelde vast dat op geen van beide locaties van de IJsselmeerziekenhuizen sprake was van een goed functionerend kwaliteitssysteem binnen het operatiecomplex.
KWALIJKE ZAAK Harry van Hulsteijn werd als voorzitter van de Raad WOK van de Orde van Medisch Specialisten geconfronteerd met de conclusies in het rapport. Hij is sinds 1 januari 2004 voorzitter van deze Raad voor Wetenschap, Opleiding en Kwaliteit. Daarnaast is hij internist, gespecialiseerd in hematologische oncologie, in ziekenhuis Bernhoven. Namens de Orde onderschrijft Van Hulsteijn de visie van de IGZ dat de resultaten van het inspectieonderzoek zorgelijk te noemen zijn. ‘Binnen de ziekenhuisorganisatie van de IJsselmeerziekenhuizen was eerder onderzoek verricht naar de luchtkwaliteit in de operatiekamers en was zelfs een plan van aanpak ontwikkeld ter verbetering van de situatie. Toch werd er uiteindelijk geen concrete actie ondernomen. Dat is een kwalijke zaak.’
FOTO’S: VALENTIJN BRANDT
HIPPOCRATES De Orde is het eens met de zienswijze van de Inspectie voor de Gezondheidszorg dat de patiëntveiligheid op de OK goed geregeld moet zijn door de raad van bestuur en de medisch specialisten. ‘Formeel gezien is de raad van bestuur van de IJsselmeerziekenhuizen eindverantwoordelijk voor het scheppen van de noodzakelijke voorwaarden voor veilige patiëntenzorg. OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 11
Naast het bestaan van die juridische verantwoordelijkheid ben je als medisch specialist medeverantwoordelijk’, aldus Harry van Hulsteijn. Hij verwijst hierbij naar de eed van Hippocrates, die de essentie van de plichten van de arts tegenover zijn patiënt vastlegt: zich naar beste oordeel en vermogen inzetten om het belang van de patiënt te dienen. ‘Kwaliteit is het essentiële waarom het in de gezondheidszorg draait’, vervolgt Van Hulsteijn. ‘Dat vergt enerzijds een moraal van life long learning. Voor medisch specialisten is het van groot belang te investeren in kennis om op de hoogte te blijven van de actuele ontwikkelingen. Anderzijds dien je als specialist bepaalde attituden in het werk in acht te nemen. Zo moet je beschikken over adequate kennis over het werken met de medische apparatuur. Maar je dient je er ook van te vergewissen dat er sprake is van adequaat onderhoud en beheer van deze apparaten. Bij twijfel zou een medisch specialist niet alleen moeten besluiten de medische apparatuur niet te gebruiken, maar ook bij de betrokken manager melding moeten maken van achterstallig onderhoud of ondeugdelijk beheer.’
GEEN KLOKKENLUIDERS Van Hulsteijn is van mening dat een specialist erop moet kunnen vertrouwen dat het management goed wordt uitgevoerd door de raad van bestuur. Toch vindt hij het een kwalijke zaak dat medisch specialisten zouden zijn doorgegaan met opereren bij ‘gerede twijfel’ (zoals hij het eufemistisch formuleert) of werd voldaan aan essentiële voorwaarden voor het leveren van verantwoorde en veilige zorg. ‘Toen de IGZ eenmaal ter plaatse was voor een routineuze controle, werd van diverse 12 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
kanten melding gemaakt van misstanden in het ziekenhuis’, constateert hij. ‘Als specialist moet je je eigen verantwoordelijkheid nemen en niet accepteren dat de raad van bestuur op dat vlak steken laat vallen.’
NADERE AANWIJZINGEN De Orde heeft een leidraad ontwikkeld om medisch specialisten extra houvast te geven bij het maken van keiharde afspraken over verantwoordelijkheid en veiligheid rondom onderhoud en beheer van alle medische apparatuur. Dit gebeurde in overleg met de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie (NVA), de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde (NVvH) en de NVZ vereniging van ziekenhuizen. ‘Deze leidraad is bedoeld als tool voor de medisch specialisten’, vertelt Van Hulsteijn. ‘Samen met de NVA, de NVvH en de NVZ acht de Orde het noodzakelijk nadere aanwijzingen te geven betreffende de verantwoordelijkheden van medisch specialisten bij het onderhoud en het beheer van medische apparatuur. Dit betreft ook OK-zuilen, luchtbehandelingssystemen en beademingssystemen. Na goedkeuring van de leidraad door alle wetenschappelijke verenigingen hebben we deze in oktober gestuurd naar al onze leden, naar de wetenschappelijke verenigingen en naar de voorzitters van de medische staven, met de dringende oproep om de aanbevelingen op te volgen.’
KEURMERK In de leidraad staat hoe de medisch specialist, als gebruiker, ervan verzekerd kan zijn dat hij werkt met veilige, goed functionerende apparatuur. ‘Een voorwaarde voor het waarmaken
van de medeverantwoordelijkheid van de medisch specialist is een duidelijke herkenbaarheid van goed beheerde medische apparatuur’, legt Harry van Hulsteijn uit. ‘Voor de specialist moet helder zijn wie verantwoordelijk is voor onderhoud en beheer. En degene die hiervoor de verantwoordelijkheid draagt, moet een kenmerk aanbrengen op de apparatuur, waaraan de onderhoudsstatus kan worden afgelezen. De manier waarop apparatuur wordt geoormerkt als “veilig” wordt bepaald in overleg tussen de raad van bestuur en de medische staf. Bijvoorbeeld door een sticker met vermelding van de identificatiecode van het apparaat en de datum waarop uiterlijk het volgende onderhoud moet plaatsvinden. Zo’n kenmerk waarborgt bovendien dat deze apparatuur voldoet aan de geldende technische eisen.’
INTEGRAAL KWALITEITSSYSTEEM De leidraad van de Orde schrijft voor dat er in ieder ziekenhuis een meldingssysteem voor afwijkingen dient te zijn. ‘Bij geconstateerde afwijkingen moet altijd vervangende apparatuur worden gebruikt’, aldus Harry van Hulsteijn. ‘Met uitzondering van bijzondere omstandigheden waarin – uit een zogeheten risk-benefitafweging – blijkt dat het gebruik van de apparatuur bij een specifieke patiënt verantwoord is.’ De algemene strekking van de leidraad is dat verantwoord beheer en onderhoud van apparatuur en medisch instrumentarium geen losstaand item moet zijn, maar een geïntegreerd onderdeel van het kwaliteits- en veiligheidsbeleid in de Nederlandse ziekenhuizen. Dat betekent onder meer dat het beleid voor onderhoud en beheer zich niet moet beperken tot apparaatniveau. ‘Ieder ziekenhuis dient een beheerssysteem te hebben voor medische apparatuur. Een integraal kwaliteitssysteem, dat onderdeel is van het veiligheidsmanagementsysteem’, vertelt Van Hulsteijn. Deze kwaliteitscyclus, die is ingericht rond onderhoud en beheer van medische apparatuur, moet naar zijn mening structureel aan bod komen in het overleg tussen raad van bestuur en medische staf. ‘Dit is een belangrijk aandachtspunt voor iedere stafvergadering. Daarbij dienen alle raakvlakken de revue te passeren: aanschaf, beheer, onderhoud, bijscholingen, (patiënt)veiligheid en het meldingssysteem voor incidenten.’
PERIODIEKE HERREGISTRATIE Van Hulsteijn houdt van openheid. ‘De gesloten gildestructuur van de medisch specialisten past niet meer in de huidige tijd. Deze had op zich voordelen, zoals collegialiteit, onderlinge solidariteit en vorming van een hechte groep, maar de huidige maatschappij vraagt om transparantie. En terecht!’, zegt hij ferm. ‘Het moet afgelopen zijn met de “eigen vleeskeuring”. We moeten niet terugschrikken voor kritische kwaliteitscontroles, want die zijn onlosmakelijk verbonden met ons beroep. Als medicus heb je in feite een levensgevaarlijk vak. Mensen vertrouwen volledig op je professionaliteit en leggen hun leven in jouw handen.’ De raadvoorzitter beschouwt het dan ook als een goede zaak
dat iedere vakgroep/maatschap om de vijf jaar wordt gevisiteerd. ‘Momenteel wordt iedere medisch specialist voor de herregistratie gecontroleerd op het aantal werkzame uren met de patiënten, het aantal uren geaccrediteerde bijscholing – minimaal 40 uur per jaar – en het deelnemen aan zogeheten kwaliteitsvisitatie. Ik ben ervan overtuigd dat deze criteria op termijn worden uitgebreid. Wat mij betreft zou de medische apparatuur ook een vast onderdeel mogen zijn van de periodieke kwaliteitsvisitatie.’
MINDER VERMIJDBARE FOUTEN De Orde van Medisch Specialisten heeft een aantal jaren terug het initiatief genomen voor een onderzoeksprogramma naar de patiëntveiligheid in ziekenhuizen, ondersteund door het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. In het in april 2007 verschenen eindrapport werd vermeld dat 5,7% van de patiënten in Nederland te maken krijgt met onbedoelde schade (waarvan zeker 40% vermijdbaar is). De percentages van onbedoelde schade in het buitenland liggen over het algemeen hoger (deze variëren tussen 2,9% en 16,6%), dus in die context presteert Nederland bovengemiddeld. ‘Dat is echter geen uitkomst om op onze lauweren te rusten, maar een uitdaging om het beter te gaan doen’, aldus Van Hulsteijn. ‘Daarom hebben we ons ten doel gesteld om van 2007 tot 2012 het aantal vermijdbare fouten terug te dringen met 50%.’
INZICHTELIJKE ZORG De voorzitter van de Raad WOK maakt een nuancering bij het uitvoerig controleren van de kwaliteit van de zorg. ‘We moeten ervoor oppassen dat we de bevolking louter angst aanjagen. Als gevolg van de vele onderzoeken lijkt het alsof er nu meer incidenten zijn dan vroeger, maar dat is een vertekend beeld. Meten is weten, en dit brengt zaken aan het licht die vroeger onverteld bleven’, schetst Van Hulsteijn. Uit oogpunt van een kwaliteitsgedreven, optimale gezondheidszorg vindt hij dat de kwaliteit van de medische zorg inzichtelijk moet zijn voor iedereen. ‘Bijvoorbeeld in de vorm van geleverde prestaties en uitkomstindicatoren, gepubliceerd op een openbare website. Voor verschillende categorieën biedt dit nuttige informatie. Voor de huisartsen en de patiënten is dit een hulpmiddel bij het maken van een keuze voor een bepaald ziekenhuis of zelfs een bepaalde specialist. Voor een ziektekostenverzekering is dit nuttige inkoopinformatie, zodat men zich meer kan richten op kwaliteit in plaats van vooral op prijs. Voor de IGZ vormt dit toezichtinformatie en een richtlijn voor welke ziekenhuizen bezocht dienen te worden bij een steekproef. En voor de medisch specialisten zelf is het een uitdaging om de kwaliteit te verbeteren. Wat goed is, kan altijd beter!’ ■
OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 13
RENÉ LÖWIK: ‘NUMMER 1-POSITIE BEHOUDEN IS MOEILIJK’
PORTRET NVLO-LID Het Sint Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein behoort tot de top van de Nederlandse ziekenhuizen. Volgens het weekblad Elsevier is het zelfs het beste ziekenhuis. René Löwik, teamcoördinator bij chirurgie, is trots dat hij er mag werken. ‘In dit ziekenhuis
FOTO’S: JOHANNES ABELING
doen we bijna alles.’ Tekst: Corina de Feijter
k haal het altijd door elkaar: waren we nu de beste in het lijstje van het Algemeen Dagblad of bij Elsevier? Ik vind het een erkenning voor alle medewerkers van ons ziekenhuis, we doen het immers met elkaar. Ik vind het stoer klinken, ik ben trots op de goede zorg die we leveren en dat ik hier kan en mag leidinggeven. We moeten er hard voor werken maar het lukt. Natuurlijk maken wij ook wel eens missers, maar door de bank genomen doen we het goed, anders eindigen we niet constant zo hoog in die lijstjes. Op nummer 1 staan is leuk, maar die positie behouden is moeilijk. We leggen de lat voor onszelf hoog. Er is altijd wel iets te vinden wat nog beter of doelmatiger kan. Eigenlijk heb ik nog meer respect voor medewerkers van ziekenhuizen die erin slagen om in een korte tijd van bijvoorbeeld de vijftigste naar de twintigste plaats te stijgen. Want dan heb je hard moeten werken! Regelmatig wordt me gevraagd hoe wij bepaalde zaken aanpakken. Ik vind het prima om collega’s te helpen, maar ik geef niet zomaar protocollen weg. Ze moeten er wel wat voor doen, vind ik. Bovendien hebben die protocollen ons ook veel tijd en energie gekost. Ik vertel waarop ze zouden kunnen letten. Op mijn beurt vraag ik ook hoe zij de dingen doen.’
‘I
Uiteindelijk kon ik in maart 1981 beginnen met de inserviceopleiding tot A-verpleegkundige in het Sint Hippolytus Ziekenhuis in Delft, het tegenwoordige Reinier de Graaf Ziekenhuis. Het werken op een OK trok me aan. Ik ben nieuwsgierig en wilde graag nieuwe dingen leren. Ik ben eerst nog in militaire dienst geweest en in september 1986 begon ik met de opleiding tot operatieassistent. Na afronding van deze opleiding heb ik nog een jaar in Delft gewerkt, maar ik wilde nog meer. In Delft werd geen neuro- of hartchirurgie gedaan. Ik ging een dag kijken in het Sint Antonius Ziekenhuis en dat sprak me direct aan: de ontvangst, de werkwijze en het tempo. Alles stond klaar, iedereen wist wat hij moest doen, het maakte een dynamische en efficiënte indruk op me, alsof ik in een gespreid bedje kwam. De mensen waren heel aardig en behulpzaam: wat ik kwam doen, of ik het goed kon zien en waar mijn interesses lagen? Op de dag af heb ik, inclusief militaire dienst, precies tien jaar in Delft gewerkt. In 1991 begon ik in het Sint Antonius Ziekenhuis. Ik heb onder meer intern de cursus cardiopulmonale chirurgie gevolgd, heb twee jaar werkbegeleiding gedaan bij algemene chirurgie en drie jaar bij vaat-longchirurgie.’
KEUZE
TEAMWERK
‘Op mijn zeventiende wist ik definitief dat ik iets in de zorg wilde gaan doen. Dat zit kennelijk gewoon in je. Bij mijn neef, die net gediplomeerd A-verpleegkundige was, zag ik de boekenserie ‘In goede handen’ staan, met spannende plaatjes van ziektebeelden. Dat heeft mijn keuze voor de zorg mede bepaald. Ik woonde toen in Almelo en heb veel sollicitatiebrieven verstuurd. Het viel niet mee om een opleidingsplaats te vinden, in het oosten van het land zat eind 1980, begin 1981 alles tamelijk vast.
‘Tien jaar geleden ben ik teamcoördinator bij chirurgie geworden. Dat was een bewuste keuze en geen sprong in het diepe. In de OK doe je nooit iets alleen, het is absoluut teamwerk. Als we met elkaar die dagelijkse zorg goed voor elkaar hebben gekregen, dan heb ik een voldaan gevoel als ik naar huis rijd. Ik heb het altijd over mijn collega’s en niet over mijn medewerkers. Ik voel me geen baas: ik ben soms de baas. Ik zorg er mede voor dat hun bekwaamheid op peil blijft, OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 15
M e d e c o m a a kt z o r g b e t e r
www.medeco.nl
Medeco B.V. Postbus 1555 | 3260 BB Oud-Beijerland | Alexander Flemingstraat 2 | 3261 MA Oud-Beijerland Telefoon (0186) 63 44 00 | Fax (0186) 61 68 93 |
[email protected] | www.medeco.nl
dat ze goed geschoold zijn. Ik zie dit wel als een gedeelde verantwoordelijkheid. De een moet je meer stimuleren dan de ander. Ik regel klinische lessen of stuur ze naar een congres. Het aansturen doe ik niet alleen. De dagelijkse aansturing doe ik samen met een collega-teamcoördinator, onder supervisie van een hoofd OK. Verder hebben we een aantal specialismedeskundigen, die allerlei specialismegerichte zaken regelen. Ook voor hen ben ik er als ondersteuning of sturing.
ALTIJD ALERT Ik sta niet vaak meer in de OK, een enkele keer spring ik nog wel eens in, bij een spoedgeval, of los ik iemand af. Ik mis het wel. Maar een aantal zaken kan ik niet meer doen, omdat ik er gewoon te weinig vanaf weet. Dat je als operatieassistent allround zou kunnen blijven, is een farce, je kunt niet alles meer beheersen. Daar gaan de ontwikkelingen te snel voor, er is inmiddels zo’n diversiteit aan specialismen. In mijn vak heb ik de opkomst van de laparoscopische chirurgie meegemaakt, allerlei ontwikkelingen binnen de vaatchirurgie, waaronder de endovasculaire chirurgie, en nu neemt de traumatologie een grote vlucht. In dit ziekenhuis doen we eigenlijk alles, behalve complexe neuro- en kinderchirurgische ingrepen. We hebben een bovenregionale functie voor hart-, long- en vaatchirurgie. Het mooie is dat we ook hierbij steeds nieuwe technieken leren. Het is overall geen relaxed vakgebied, je moet altijd alert blijven, er verandert van alles qua apparatuur en techniek. En patiënten stellen ook eisen: ze vragen soms om een bepaalde ingreep. Ik geef af en toe ook les aan studenten verpleegkunde. Mijn vakkennis uitdragen vind ik heerlijk om te doen. Ik vertel wat er op een OK gebeurt, wat we met de patiënten doen en wat ons gezamenlijke belang is. Ik zie het ook als een promotie van ons vak. Onze kennis delen is belangrijk om de zorg op een hoger peil te brengen.’
VEILIG WERKEN ‘Veilig werken heeft bij ons altijd prioriteit. Er kunnen altijd zaken beter. We willen leren van elkaars fouten. Als hier iets niet goed is gegaan, ga ik altijd zo snel mogelijk het gesprek aan. Wat ging er niet goed, hoe kwam dat, is het een incident of gebeurt het vaker? Wij zijn vrij communicatief hier, maar ik vind, mede doordat ik deel uitmaak van de MIP-commissie, dat we nog te weinig MIP-meldingen hebben. We zien bijnaongevallen, situaties waarvan je weet dat het anders of beter had gekund. Eigenlijk moet je die ook melden. Daar moeten we werk van maken, deze bijna-ongevallen moeten we ook zien te voorkomen.’
TEMPO ‘Geen enkele dag is hetzelfde of eentonig. Ik heb me nog nooit moeten afvragen hoe ik de dag doorkom. Ik denk wel dat ik dit tempo niet meer volhoud als ik een bepaalde leeftijd bereik, en ik weet niet welke dat is. Ik heb nu, inclusief mijn reistijd, een twaalfurige werkdag. Deze baan vergt veel energie en gelukkig heb ik die ook. Ik kan slecht stilzitten. Ik sport graag, badmintonnen en wielrennen. Ik rijd elke dag een uur heen en een uur terug op de A2. Onderweg maak ik soms kleine notities, als een geheugensteuntje, maar ook om iets van me af te schrijven. Het is niet zo dat ik zodra ik thuiskom de knop omzet, dat kan ik niet. Daarvoor ben ik te veel betrokken bij mijn werk en dit ziekenhuis. Ik slaap wel eens slecht, als ik me bijvoorbeeld zorgen maak over afdelingszaken of een collega. Maar ik besef ook dat ik niet voor iedereen goed kan zorgen. Ik ben iemand die snel zaken oppakt en goed kan organiseren, soms ben ik iets te snel. Ik kijk rond naar andere banen, maar het moet wel in de buurt zijn van mijn huidige woonplaats Zaltbommel. En het moet een win-winsituatie zijn, ik moet mijn kennis en ervaring erin kwijt kunnen, het moet een uitdaging zijn.’ ■ OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 17
Leidinggevenden van operatieafdelingen kijken niet meer raar op van 70 tot 150 mails per dag. En een inbox met 1500 e-mails waarmee nog wat moet gebeuren is ook geen uitzondering meer. Ondertussen verwerken we onze mail met de strategieën van tien jaar geleden. Waardevolle tips om snel en efficiënt e-mail te verwerken. Tekst: Taco Oosterkamp(*)
EN NU DIE INBOX LEEG! E
-mail is voor steeds meer mensen een blok aan het been. Natuurlijk zien we de voordelen nog steeds, maar elke dag honderd mails wegwerken duurt wel erg lang. Gelukkig bestaan er moderne strategieën voor het verwerken van e-mail, die u veel tijd kunnen besparen. Ik kan me nog goed herinneren hoe ik me voelde toen ik drie jaar geleden voor het eerst elke dag m’n e-mailinbox wel een keer leeg had. Een gevoel van milde paniek (‘Zou m’n computer kapot zijn?’) werd gevolgd door lichte euforie (‘Yes, ik heb weer overzicht over alles!’). Ondertussen weet ik niet beter dan dat ik bijna elke dag wel een keer helemaal ‘bij’ ben.
STRATEGIE Technische hulpmiddelen alleen zijn niet genoeg. Natuurlijk helpt het als je de verschillende knopjes en mogelijkheden van je mailpakket kent, maar het belangrijkste is de strategie achter het verwerken van e-mail. Per slot van rekening is dit een onderdeel van kenniswerk, waarbij je betaald wordt om beslissingen te nemen. Ik ben nog geen betere manier om beslissingen te nemen tegengekomen dan het Getting Things Donesysteem van David Allen: een actiegebaseerde managementmethode die uitgaat van het principe dat iemand niet over zijn taken hoeft blijven nadenken als hij ze vastlegt. Door taken vast te leggen wordt het hoofd vrijgemaakt van het moeten herinneren van alle taken en kan men zich concentreren op het daadwerkelijk uitvoeren ervan. Hoe kunnen we deze denkstrategie doorvertalen naar het managen van de e-mail?
AFGELEID Lees en verwerk je mail niet continu, maar slechts een paar keer per dag. Wanneer je de hele dag door gespitst bent op mail die binnenkomt, laat je jezelf steeds afleiden door nieuwe informatie. Dat kost veel concentratie en productiviteit. Zet die 18 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
meldingen voor nieuwe mails liever uit, begin met mail ophalen na 11.00 uur of probeer het ophalen van mail te beperken tot vaste tijden. Lees zo veel mogelijk e-mails maar één keer. Mails die je markeert als ongelezen of met een vlaggetje moet je vaak nog een keer lezen voordat je er écht wat mee doet. Zo verspil je kostbare lees- en denktijd. Kun je een mail binnen twee minuten beantwoorden? Doe dat dan. En dan bedoel ik niet meteen wanneer het mailtje binnenkomt (want dan zou je weer continu je mail in de gaten moeten houden), maar wanneer je toch al bezig bent om je mail te verwerken. Je bespaart veel organisatie- en herleestijd door even door te bijten en ook meteen mails te beantwoorden waarin je geen zin hebt, maar die weinig tijd kosten.
SNEL EEN LEGE INBOX Dat is even schrikken na dagen van afwezigheid: honderden e-mails in de inbox. Hoe ga je daar efficiënt mee om? In vijf stappen een schone mailbox. 1. Zoek eerst uit hoe je mails kunt sorteren en groeperen. In Outlook kan dat onder andere via het Weergavemenu. 2. Sorteer dan alle e-mails in de inbox op onderwerp. Op die manier wordt veel spammail die niet door de spamfilter is verwijderd alsnog geclusterd. Je kunt dan vrij eenvoudig alle mails die beginnen met cyrillische tekens verwijderen. Ook alle spam met steeds hetzelfde onderwerp herken je zo. 3. Sorteer dan de mails op de geadresseerde. Dat is misschien niet voor iedereen relevant, maar er komt toch nog wel eens
SNELTOETSEN IN OUTLOOK CTRL + SHIFT + M (nieuwe e-mail) CTRL + SHIFT + K (nieuwe taak) CTRL + SHIFT + A (nieuwe afspraak) CTRL + SHIFT + C (nieuwe contactpersoon) CTRL + SHIFT + N (nieuwe notitie) CTRL + 1 (e-mail weergeven) CTRL + 2 (agenda weergeven) CTRL + 3 (contacten weergeven) CTRL + 4 (taken weergeven) CTRL + 5 (notities weergeven) CTRL + 6 (mappenlijst weergeven) CTRL + 7 (snelkoppeling weergeven) CTRL + Y (naar een bepaalde map gaan)
TAKENLIJST Maak een takenlijst waarop je precies bijhoudt wat je eerstvolgende actie is. Als je een mailprogramma hebt waarin je eenvoudig e-mails kunt kopiëren naar taken, werkt dat in je voordeel. Maak ook een lijst voor taken waaraan je deze week niet toekomt maar die je wel wilt doen: de later/misschienlijst. Door die lijst los te maken van de normale takenlijst voorkom je dat je dagelijks aan het werk gaat met een ellenlange takenlijst waarover je totaal
e-mail binnen (vooral spam) die is verstuurd naar een heel ander e-mailadres dan je eigen adres. Op deze manier kun je die mails ook vrij snel verwijderen. 4. Sorteer daarna de overgebleven mails op de afzender en de verzenddatum/tijd. Zo heb je steeds de mails van dezelfde afzender bij elkaar, in de volgorde waarin ze verzonden zijn. Je scant ze dan zelf even snel op volgorde van verzenddatum, de oudste eerst. Maar je stuurt nog geen antwoorden op deze mails. Zo voorkom je dat je reageert op iets wat alweer is veranderd of teruggetrokken in een nieuwer mailtje. 5. Als je alles hebt doorgelezen, ben je in elk geval weer ‘bij’. Je weet welke zaken er spelen, of er heftige problemen zijn en welke mails je als eerste wilt behandelen.
‘HET GEBRUIK VAN DE MUIS IS BIJZONDER SCHADELIJK VOOR JE PRODUCTIVITEIT, OM NOG NIET EENS TE SPREKEN OVER ALLERLEI RSI-KLACHTEN.’
OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 19
Klaar voor de OK? Eerst HiBi.
ProcedurePak® De handige en efficiënte oplossing op maat van uw OK
HiBi® Doeltreffend ontsmetten met langdurig effect
BARRIER® De optimale bescherming voor patiënt en zorgverlener
Biogel® De gouden standaard voor operatiehandschoenen
Mölnlycke Uw betrouwbare partner in de OK
Mölnlycke: expertise in de peri-operatieve zorg.
Mölnlycke Health Care BV, Postbus 3196 NL - 4800 DD Breda – Tel. 076 521 96 63, Fax 076 522 17 82 Mölnlycke Health Care NV, Berchemstadionstraat 72 bus 2 BE - 2600 Berchem – Tel. 03 286 89 50, Fax 03 286 89 52 De Mölnlycke Health Care naam, het Mölnlycke Health Care logo, Biogel®, HiBi®, ProcedurePak® en BARRIER® zijn gedeponeerde handelsmerken van Mölnlycke Health Care. www.molnlycke.com
geen overzicht hebt. Check eens per week of er items op de later/misschienlijst staan die voor de week erna wél naar je normale takenlijst moeten. Als je deze week niet aan een taak toekomt, hoef je er ook niet elke dag kostbare denktijd aan kwijt te raken.
MAPPENSTRUCTUUR Maak een ‘wachten op’-map. In deze map komt een kopietje van elk mailtje waarvoor je zelf geen actie hoeft te ondernemen, maar waarop je alleen maar hoeft te wachten. Door daar een aparte lijst van te maken, hoeft je onderbewuste het niet te onthouden. Je kunt elke week even door die lijst lopen om te zien of er nog dingen zijn waar je achteraan moet. Ook hier is het handig als je eenvoudig mails naar een aparte map kunt kopiëren. Verplaats je mail naar een archiveermap wanneer je er een beslissing over hebt genomen. Zo voorkom je dat je mails die je al hebt verwerkt steeds weer terugziet in je inbox. Dat leidt een stuk minder af.
SNELTOETSEN Omdat je elke dag zo vaak dezelfde handelingen moet uitvoeren voor het verwerken van mails, loont het om de sneltoetsen daarvoor uit je hoofd te leren (zie kader ‘Sneltoetsen in Outlook’). Waarom sneltoetsen gebruiken en niet gewoon de muis? Het gebruik van de muis is bijzonder schadelijk voor
LEZERSAANBIEDING Lezers van OK Management kunnen met maar liefst € 100 korting de eendaagse meereffecttraining van Taco volgen. Leer meer doen in minder tijd; een leeg hoofd hebben om toe te kunnen komen aan creativiteit en privéleven; uw e-mail op orde houden; overzicht hebben over uw werk, zowel de grote projecten als de losse klussen; beter aanvoelen waar uw persoonlijke grenzen liggen, en in staat zijn om die op een goede manier aan te geven aan anderen. Leer productiever en daadkrachtiger te zijn. De aanbieding geldt alleen als u zich aanmeldt via www.meereffect.nl/ok
je productiviteit, om nog niet eens te spreken over allerlei RSI-klachten. Computermuizen zijn handig om een nieuw softwareprogramma te leren kennen. Je kunt met een muis eenvoudig op ontdekkingsreis door de user interface. Maar om productief te werken zul je toch echt betere vrienden moeten worden met je toetsenbord. Het grote probleem met muizen is, dat je er continu je ogen en hersenen bij nodig hebt. Je bewustzijn is actief betrokken bij het verplaatsen van het pijltje over het scherm. Muizen vraagt bovendien veel van je oog-handcoördinatie. Let deze week eens op jezelf. Hoeveel muisbewegingen maak je op een dag? Daar mag je rustig een beetje bang van worden, dat helpt hopelijk bij het aanleren van nieuw, beter gedrag. Allereerst is het dus belangrijk om blind te leren typen. Wanneer je blind typt, houd je je ogen vrij voor belangrijker dingen. Je ogen uitschakelen lukt niet wanneer je een muis gebruikt. Als je niet met hoge snelheid blind kunt typen, doe je jezelf tekort. Het gebrek aan die vaardigheid is in de moderne informatiemaatschappij net zo erg als het rijden zonder rijbewijs.
SPIERGEHEUGEN Je vingers kunnen wel toetsaanslagen onthouden, maar geen muisbewegingen. Dat is belangrijk. Als je alles op de computer met je muis doet, heb je voor iedere opdracht aan je computer je volledige bewustzijn nodig. Dus ook voor het uitvoeren van verder vrij simpele opdrachten. Als je je toetsenbord consequent gebruikt, kunnen je vingers in de loop van de tijd de bewegingen opslaan die je nodig hebt. Een pianiste bedenkt niet bij elke beweging waar zij haar vingers exact moet neerzetten; zo hebben ook onze vingers een ‘spiergeheugen’, en dat kun je trainen. Als ik iemand anders wil uitleggen wat ik doe, moet ik bij sommige toetsencombinaties echt even nadenken welke toetsen ik eigenlijk indruk. Zover is het bij mij intussen al. Als ik een mailtje lees in m’n inbox en dat wil beantwoorden, toetsen mijn vingers automatisch Alt+R en vervolgens kan ik meteen beginnen met het intikken van een reactie. Ik denk dus alleen maar: e-mail terugsturen. Vervolgens doen mijn handen de rest, zonder dat ik er echt over na hoef te denken. En dat scheelt een heleboel tijd! Denktijd, die ik veel beter kan besteden aan de inhoud van de e-mail.
(*) Taco Oosterkamp is oprichter van Meereffect en auteur van het boek Elke dag je hoofd en inbox leeg. Hij schrijft elke twee weken een praktisch artikel op www.meereffect.nl. OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 21
‘LIEVER GEEN MEDEWERKERS Tekst: Linda van Pelt
PIERRE GROTENS: ‘ER ZIJN NAUWELIJKS SOLLICITANTEN’ Voor Pierre Grotens, manager OK van het Sint Lucas Andreas Ziekenhuis in Amsterdam, is continuïteit in het werk een belangrijk aandachtspunt. De beschikbaarheid van geroutineerde medewerkers met jarenlange ervaring is hierbij een positief punt omdat ze allerhande operaties aankunnen. De stijging van het aantal dienstjaren kan echter ook tegen iemand gaan werken. Dat een 55-plusser geen nachtdiensten meer hoeft te draaien, vindt Pierre Grotens een beperkende factor voor de OK-planning. ‘Maar ook de dagelijkse fysieke belasting kan medewerkers op leeftijd behoorlijk parten spelen. De loodschorten voor röntgenfoto’s, de instrumentennetten voor orthopedie en traumatologie en meestal ook de patiënten zijn allemaal zwaar. Mensen blijven over het algemeen langer jong van geest dan vroeger, maar de achteruitgang van lichamelijke kracht is helaas een niet te stuiten proces.’
loven sollicitanten af te wijzen op grond van hun leeftijd.’
IN DE VINGERS SNIJDEN Met een evenwichtiger opbouw van de afdeling zou het eenvoudiger zijn om diensten van elkaar over te nemen en micropauzes in te lassen, erkent Pierre Grotens. Dit zijn korte momenten waarin (oudere) operatieassistenten bijvoorbeeld ontspanningsoefeningen kunnen doen ter verlichting van de werkdruk. ‘Maar met het streven om de menselijke capaciteit tot het uiterste te benutten, snijd ik mezelf lelijk in de vingers. Mensen die voortdurend boven hun fysieke macht moeten werken, lopen meer risico op definitieve uitval.’ Dat is voor Grotens overigens zeker niet de belangrijkste reden om rekening te houden met de hogere leeftijdscategorie. ‘Medewerkers verdienen goede arbeidsomstandigheden, die aansluiten bij hun fysieke kunnen!’
STABIELE OPLOSSING KRAPPE ARBEIDSMARKT Om te voorkomen dat een relatief groot gedeelte van de operatieassistenten in de seniorenleeftijdscategorie valt, zou je preventief een leeftijdsgericht aannamebeleid kunnen voeren. Maar is dat realistisch? Naast het bezwaar dat leeftijdsdiscriminatie officieel niet is toegestaan, noemt OK-manager Pierre Grotens een tweede reden waarom er niet louter jonge medewerkers binnenstromen. ‘Die zijn er simpelweg nauwelijks! Met de krappe arbeidsmarkt van nu ben ik al blij als er nieuwe aanwas is. Om bezettingsredenen kan ik het me niet veroor-
22 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
De explosieve toename van het aantal zzp’ers die zich ten dienste stellen van ziekenhuizen, vindt Grotens betreurenswaardig. ‘Wij huren soms noodgedwongen externe operatieassistenten in om de werkdruk aan te kunnen, maar vanwege de kosten gebeurt dit maar zelden. Bovendien biedt dit slechts tijdelijk soelaas. Acht jaar terug werkten veel operatieassistenten via detacheringsbureaus. Toen de situatie op de arbeidsmarkt verbeterde, verdwenen die bureaus nagenoeg allemaal. Nu er een nieuwe dip op de markt is, trekt het aantal zzp’ers weer aan.’ ‘Voor een stabielere oplossing moeten
ziekenhuizen veel meer investeren in het opleiden van nieuwe operatieassistenten’, vindt de OK-manager. ‘Verder moeten we met z’n allen veel meer de handen ineenslaan voor het aantrekken van gegadigden voor de opleiding. Bijvoorbeeld door actiever en prominenter aanwezig te zijn bij beroepsoriëntatiebijeenkomsten op middelbare scholen.’
DE STELLING
VAN 55-PLUS AANNEMEN’ KATHELIJNE VAN MARKEN: ‘VOOR “WORKABILITY” IS MEER VAN BELANG’ Arbodeskundige Kathelijne van Marken vindt dat niet per definitie gesteld kan worden dat medewerkers boven de 55 minder goed functioneren. ‘Ik heb onlangs een interessant boek gelezen over leeftijdsbewust personeelsbeleid. Hierin werd een originele en steekhoudende suggestie gedaan, namelijk een foto maken van iedere afdeling. Op die manier blijft de opbouw van het personeel niet beperkt tot “anonieme poppetjes”, maar krijgt de afdeling daadwerkelijk een gezicht. Zo kun je, als leidinggevende, van persoon tot persoon precies op maat bekijken wat iemand nodig heeft om op een gezonde manier te functioneren’, brengt ze te berde.
FOTO: JOS HEIJNEN
ONDERSTEUNING OP MAAT Ontkennen dat je op zekere leeftijd in biologisch opzicht wat begint af te takelen, wil Kathelijne van Marken niet. Toch vindt ze het ‘te kort door de bocht’ om alles op te hangen aan leeftijd. ‘Een Finse hoogleraar heeft op basis van verschillende onderzoeken een model geformuleerd van factoren die een rol spelen bij workability. Ik weet voor dat woord niet zo gauw een goed Nederlands equivalent te verzinnen, maar ik bedoel alle criteria die bepalen of iemand al dan niet goed tot zijn recht komt in een baan, zoals fysieke klachten, verzuim, arbeidssatisfactie, relatie met collega’s en leidinggevende. Met de juiste ondersteuning kunnen mensen tot op
hoge leeftijd goed functioneren. De een heeft daarbij behoefte aan een training fysieke belasting, een ander verlangt misschien een professionele aanpak van de psychosociale arbeidsbelasting. Dat is voor iedereen anders.’
ZELF UITMAKEN Wie problemen heeft op het werk, draagt zelf de verantwoordelijkheid om dit bij de leidinggevende aan te kaarten, vindt Kathelijne van Marken. ‘Dat geldt niet voor een bepaalde leeftijdscategorie, maar voor iedereen. Voor medewerkers bij wie maatwerkondersteuning onvoldoende soelaas biedt, is bij- of omscholing wellicht de beste optie. Het is voor mensen ongezond te blijven hangen in een onprettige situatie.’ ‘We moeten er echter voor oppassen dat we niet stigmatiseren en mensen boven een bepaalde leeftijdsgrens alvast een beetje “afschrijven”’, benadrukt Van Marken. ‘Zo in de trant van: jij kunt geen nachtdiensten meer doen. Die mensen zijn oud en wijs genoeg om dat voor zichzelf uit te maken. Wie zich nog vitaal voelt om volwaardig mee te draaien, verdient daarvoor alle ruimte. En de praktijk heeft aangetoond dat in een plezierige werksfeer medewerkers over het algemeen flink wat belasting aankunnen’, eindigt ze haar betoog.
OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 23
(Advertorial)
BRANCHEGENOTEN Meer dan veertigduizend medewerkers van Covidien werken in bijna zestig landen aan innovatieve producten op het gebied van surgical devices, medical devices, respiratory devices, home care products en imaging. Productmanager Natasja de Rooij geeft uitleg over haar productlijnen: de conventionele hechtmaterialen, IntraVaginale Sling en Mesh. Tekst: Leonore Pulleman
STREVEN NAAR MINIMAAL INVASIEVE INGREPEN
R
egelmatig wordt aan Covidien-productmanager Natasja de Rooij gevraagd de introductie van een product in een OK te begeleiden. ‘Eigenlijk is dat de taak van een rayonmanager. Maar als iemand mij wegens drukte vraagt om dit over te nemen, dan ga ik er graag op in. Voor mij vergroot het ook de betrokkenheid bij de producten die ik vertegenwoordig.’ Door bij operaties aanwezig te zijn, ervaart ze het belang van minimaal invasieve ingrepen. ‘Neem onze laparoscopische producten. Via kleine incisies in de huid kunnen steeds grotere operaties worden uitgevoerd. We hebben een product dat in de buurt van de navel via een incisie wordt ingebracht en toegang verleent tot maar liefst drie instrumenten via die ene incisie. Veel prettiger voor het herstel van de patiënt, wat ook weer voordelen heeft voor het ziekenhuis. Bijvoorbeeld financiële voordelen door de kortere operatie- en ligtijd van de patiënt; de ergometrie van de gebruiker verbetert. Bovendien is de patiënt eerder op de been, genezen en tevreden, wat het vertrouwen tussen arts en patiënt verbetert. Daar draagt Covidien graag aan bij.’
FOTO’S: THOMAS DE GRAAF
VINGER AAN DE POLS Covidien is sinds 1 juli 2007 de nieuwe naam voor Tyco Healthcare, voorheen één van de vijf takken van Tyco. De productmanager legt uit dat er een naam gezocht is die nog niet bestond, geen familienaam was en geen belediging vormde in welke taal dan ook. Co komt van het Latijnse ‘samen’, vi komt van het Latijnse ‘leven’ en met dien erachter leverde dat een mooie naam op. Het bedrijfsgebouw in Zaltbommel huisvest alle onderdelen
van het bedrijf, behalve de productie en distributie van zijn producten. Een belangrijke taak voor productmanagers als De Rooij is daarbij de constante samenwerking met de gebruiker, de medische professional en medische organisaties. ‘We houden constant een vinger aan de pols, zodat we weten waaraan behoefte is en wat we kunnen ontwikkelen. Covidien levert diverse productlijnen: medical devices, elektronische apparatuur voor OK’s, producten voor de IC en contrastmiddelen, de nucleaire tak.’
INTRAVAGINALE SLING EN MESH De IntraVaginale Sling, een van de productlijnen van De Rooij, kan worden ingezet bij verzakkingen van de vrouwelijke bekkenbodem. Dit maakt een incisie in de buikwand overbodig en maakt minimaal invasief opereren mogelijk. De verzakte structuren kunnen keurig worden opgehangen en gereconstrueerd, zonder dat er delen worden verwijderd. Mesh is een productlijn van hoogwaardige ondersteunende matjes (meshes). De mesh kan worden gebruikt om de buikwand te verstevigen en adhesie tussen huid en ingewanden te voorkomen, bijvoorbeeld bij een littekenbreuk na een operatie. De meshes kunnen ook ingezet worden bij liesbreuken bij mannen. Het matje herstelt het defect in de buikwand dat leidt tot een uitstulping in de lies en voorkomt dat ingewanden nog kunnen uitpuilen. Een deel van het meshpakket is gemaakt van polyester. Dat biedt voordelen boven polypropyleen, zoals minder kans op krimpen. Daarnaast heeft het pakket diverse matten met een antiadhesielaag. ‘Uniek is onze liesbreukmat, die je niet meer hoeft te hechten’, aldus De Rooij. ‘De mat is zelfklevend. OveOK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 25
rigens hebben we ook oplosbare tackers, om de matten vast te leggen.’
CONVENTIONELE HECHTMATERIALEN Onder de merknaam ‘Syneture’ brengt Covidien een productlijn conventionele hechtmaterialen. ‘Ons aanbod van hechtmaterialen is zeer compleet. We hebben oplosbare en niet oplosbare materialen, combinaties van naald en draad met allerlei soorten naalden.’ In één adem door geeft De Rooij uitleg over de monofiele draad van Covidien. In plaats van uit meerdere in elkaar gevlochten draden (multifilament) bestaat een monofiele draad uit één geheel. Dit zorgt voor een gladder oppervlak. Deze eigenschap geeft een nog kleinere kans op infectie en minder weefselreactie. Bovendien is het hechten hiermee gemakkelijker, omdat de draad soepel door het weefsel glijdt. Voorbeelden zijn Biosyn voor darmweefsel en Maxon voor weefsels die langere wondondersteuning nodig hebben. De R&D-afdeling van Covidien heeft hard gewerkt om de monofiele draden soepel te maken en ervoor te zorgen dat ze minder kringelig uit de verpakking komen en dat de knoopjes goed blijven zitten. Caprosyn is de naam van de snel resorbeerbare versie. Die geeft voldoende lang ondersteuning bij bijvoorbeeld het hechten van de huid en resorbeert binnen de gestelde periode.
CENTER OF EXCELLENCE Wat De Rooij graag wil benadrukken, is het onderdeel training en educatie. In Elancourt is het Europese Center of Excellence gevestigd. ‘Hier worden medewerkers van Covidien opgeleid, van de meeste divisies. Iedere collega van sales of marketing van de betreffende divisies gaat er een aantal weken naartoe
om te worden getraind. Zelf bracht ik er vier weken non-stop door. Heel intensief, maar ook heel effectief.’ Behalve trainingen aan eigen medewerkers worden in Elancourt ook masterclasses gegeven aan chirurgen, urologen en gynaecologen. ‘We geven er OCEH, het Opleidingscollege Endoscopische Heelkunde. Snijdend specialisten uit alle landen trainen we hier. In het complex zijn 22 operatiekamers nagebouwd, inclusief anesthesie enzovoort. Het is gewoon een zeer goed geoutilleerd skills lab en opleidingscentrum.’ In Zaltbommel worden aan operatieassistenten en nurse practicioners onder andere hecht- en knooptrainingen gegeven. ‘Soms trainen we een hele verloskunde- of operatieafdeling. Omdat we het heel belangrijk vinden dat het gebruik van onze producten goed wordt aangeleerd en begeleid.’
CERTIFICAAT VOOR OK-BETREDEN De Rooij wil een lans breken voor scholing aan iedereen die een OK wil betreden. ‘Soms is het erg druk in een OK. Vaak lopen er verschillende testen waar allerlei betrokkenen bij aanwezig zijn. Graag zouden wij met een overkoepelende organisatie als de NVLO afspraken willen maken over een certificering voor mensen die zijn opgeleid voor aanwezigheid in een OK en de spelregels kennen. Zodat het personeel kan zien: kijk, daar komt iemand van Covidien; hij of zij draagt een duidelijk herkenbare badge en is geautoriseerd om hier te zijn. Dit om incidenten te voorkomen.’ De productmanager komt steeds meer in OK’s waar checklisten zijn opgehangen. Dit vindt ze een goede ontwikkeling, omdat gecontroleerd kan worden wie de patiënt is, welke procedure wordt toegepast en aan welke zijde van het lichaam.’ Ook het elektronisch patiëntendossier ziet ze als een goede aanvulling op de papieren dossiers.
OMGEKEERDE WERELD De missie van Covidien is: het leveren van innovatieve oplossingen, ontwikkeld door medische professionals die zowel de leefkwaliteit van patiënten als de resultaten van klanten en aandeelhouders verbeteren. Met aansluitend aan de missie de niet al te bescheiden doelstelling om wereldleider te worden op het gebied van producten voor de gezondheidszorg. Dit houdt in dat productmanagers als De Rooij veel bezig zijn de doelgroep te benaderen. ‘Maar het leuke is dat we ondervinden dat het ook andersom gaat. Wij worden regelmatig in de arm genomen door OK-managers, omdat ze een bepaald product geïntroduceerd willen krijgen binnen hun organisatie. Ze vragen ons dan om voor gebruikers, of de inkoopafdeling de bruikbaarheid daarvan aan te tonen. Op korte termijn zijn veranderingen vervelend, maar hindernissen hoeven niet van lange duur te zijn en kunnen uiteindelijk resulteren in voordelen. Als een product bijvoorbeeld recidieven bij patiënten voorkomt, dan zijn de voordelen op de langere termijn duidelijk genoeg.’ ■
26 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
FOTO’S: THOMAS DE GRAAF
OP DE WERKVLOER
ZIEKENHUISGROEP TWENTE KOPLOPER IN QUALITY FOR MEDICAL TECHNOLOGY Vier jaar geleden, al voor de dramatische OK-brand in 2006, begon Ziekenhuisgroep Twente met de integratie van Quality for Medical Technology (QMT) in de organisatie. Als een van de eerste ziekenhuizen sloeg zij deze weg in. QMT combineert procesgericht kwaliteitsmanagement met veiligheidseisen voor medische technologie. Tekst: Linda van Pelt
D
e lezing over het opzetten van een veiligheidssysteem op basis van Quality for Medical Technology, QMT, kreeg veel belangstelling tijdens het afgelopen NVLOjaarcongres. ‘Begrijpelijk’, stelt Anita Sieverink, die de lezing gaf en per 1 december 2008 begint als projectcoördinator QMT voor beide locaties van Ziekenhuisgroep Twente (Almelo en Hengelo). ‘Veiligheid is immers een hot item in de gezondheidszorg.’ De aanleiding tot de presentatie was een brand in een van de operatiekamers in het Twenteborg Ziekenhuis te Almelo in het najaar van 2006 en de veiligheidsmaatregelen die vervolgens zijn genomen. Naar aanleiding van drie rapporten die na de brand zijn verschenen, versnelde Ziekenhuisgroep Twente
(ZGT) al lopende acties. Het gaat om het rapport van de commissie-Sanders (verschenen in februari 2007), van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (verschenen in mei 2008) en van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid (verschenen in augustus 2008).
KOPLOPER De drie voornaamste aanbevelingen van de rapporten luiden: het installeren van afsluiters per OK voor medische gassen en elektriciteit, het realiseren van een systeem voor onderhoud en het vastleggen van de patiëntveiligheid in een veiligheidsmanagementsysteem voor het gehele ziekenhuis. ‘Deze adviezen worden in praktijk gebracht in het kader van OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 27
ons plan van aanpak “Veilige zorg in de Ziekenhuisgroep Twente”’, vertelt Cor Niens, hoofd Operatiekamers/Verrichtingencentrum. ‘Maar eigenlijk verkeerden we hiermee al in een vergevorderd stadium ver vóór die fatale gebeurtenis op de OK. Wij zijn vier jaar geleden als een van de koplopers gestart met de integratie van de QMT-systematiek in onze organisatie.’
OFFICIËLE KWALITEITSWAARBORG De aanzet tot QMT was het in 2002 door de Inspectie voor de Gezondheidszorg uitgebrachte rapport over veiligheid in de Nederlandse ziekenhuizen. Hierin werd geconcludeerd dat op diverse terreinen in de gezondheidszorg de kwaliteit en toegankelijkheid onvoldoende gewaarborgd zijn. Voor Ziekenhuisgroep Twente een signaal van voldoende betekenis om de handschoen op te pakken, met begeleiding van TNO. Deze organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek ontwikkelde Quality for Medical Technology, een model waarin procesgericht kwaliteitsmanagement gecombineerd wordt met veiligheidseisen voor medische technologie. Hierbij ligt het zwaartepunt op veiligheid van zowel patiënt als gebruiker. ‘Als allereerste ziekenhuis in Nederland behaalden wij in de zomer van 2006 het QMT-deelcertificaat voor patiëntbewakingsmonitoren. Hiermee konden we officieel aantonen de kwaliteitsborging goed geregeld te hebben’, vertelt Anita Sieverink niet zonder trots.
28 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
KWALITEITSWET ZORGINSTELLINGEN Lang kon het ziekenhuis niet genieten van het plezier om de geleverde prestatie, want slechts enkele maanden later brak de brand uit in de anesthesiependel in een van de operatiekamers. De Inspectie voor de Gezondheidszorg zocht de oorzaak in het niet op orde hebben van een sluitend kwaliteits-/veiligheidsysteem rond de patiëntenzorg, in het bijzonder voor medische apparatuur. ‘Heel wrang’, vindt Anita Sieverink, ‘aangezien ons ziekenhuis juist als allereerste in Nederland gecertificeerd was voor de patiëntbewakingsapparatuur.’ De Onderzoeksraad voor Veiligheid (met prof. mr. Pieter van Vollenhoven als voorzitter) verwees specifiek naar het onderhoud aan de anesthesiependel, dat jarenlang was uitbesteed aan de fabrikant. De Onderzoeksraad concludeert dat het ziekenhuis verantwoordelijk is voor het verlenen van verantwoorde zorg, voortvloeiende uit de Kwaliteitswet Zorginstellingen. De raad stelt daarbij de vraag of (gespecialiseerde) organisaties of personen die in opdracht van het ziekenhuis werken ook een eigen verantwoordelijkheid hebben, zodat het gehele ziekenhuis zijn verantwoordelijkheid kan waarmaken.
VIER FASEN In de periode na de calamiteit zijn er binnen ZGT veel stappen gezet om de veiligheid te optimaliseren. ‘Eigenlijk zijn we
voortgegaan op de al ingeslagen weg van QMT’, meldt Anita Sieverink. ‘Die dramatische gebeurtenis heeft onze activiteiten hooguit versneld.’ Het bewustwordingsproces dat hiermee gepaard gaat, omschrijft ze als een vierstappenplan. ‘Eerst waren we onbewust onbekwaam. Toen we ons vijf jaar terug in QMT gingen verdiepen, bereikten we al snel het stadium van bewuste onbekwaamheid. We realiseerden ons dat bepaalde zaken verbeterd konden worden en ondernamen concrete actie. Fase drie was die van bewuste bekwaamheid. In die fase verkeren we nu: we hebben precies op het netvlies staan hoe alles zou moeten verlopen om maximale veiligheid te realiseren. We hebben er vertrouwen in dat we met volharding toegroeien naar fase vier: onbewust bekwaam. In dat stadium is het gemaakte plan van aanpak zo vergroeid met onze organisatie dat het een automatisme is geworden in ieders werkwijze.’
AANSCHAF APPARATUUR ‘Patiëntveiligheid begint bij de aanschaf van medische apparatuur’, stelt Cor Niens. ‘Daarbij heerst altijd een zeker spanningsveld tussen drie aspecten: de functionaliteit van het apparaat, de betrouwbaarheid ervan en de innovatieve wensen van de specialisten die ermee gaan werken. Om een goede balans te vinden tussen deze criteria maken we een gedetailleerd programma van eisen, gebaseerd op een onderlinge afstemming tussen zorg en techniek. Dat gaat als volgt: vanuit de zorgzijde worden de gewenste specificaties geformuleerd, die de technici vervolgens vertalen naar een heldere functiebeschrijving van de beoogde apparatuur. Met deze wensenlijst zoeken we de fabrikant of leverancier die de beste prijs-kwaliteitverhouding biedt en voldoet aan ons wensenpakket.’
ZELF VERANTWOORDELIJK Na de aanschaf van de medische apparatuur volgt het onderhoud. De budgethouder is verantwoordelijk voor het onderhoud van het wagenpark, vervolgt Cor Niens. ‘Maar ook de gebruikers – de specialisten – dragen hiervoor verantwoordelijkheid, uit hoofde van hun beroep.’ Collega Anita Sieverink ondersteunt Niens in zijn visie en trekt de vergelijking met een auto. ‘Voor het behoud is het belangrijk dit voertuig goed te onderhouden. De garage of dealer attendeert klanten erop dat het tijd is voor een grote of kleine beurt of apk-keuring, maar als bestuurder en eigenaar ben je zelf verantwoordelijk voor het al dan niet gehoor geven aan deze oproep.’
KWALITEITSSYSTEEM ‘In de praktijk is het voor een medisch specialist ondoenlijk om, voorafgaand aan iedere operatie, te checken of de benodigde apparatuur gebruiksklaar en gekeurd is’, stelt Cor Niens praktisch. ‘Toch moet het wel! Het zou ook getrapt kunnen. Dan checkt de anesthesiemedewerker bijvoorbeeld alle apparatuur vooraf en checkt de medisch specialist de resultaten van deze check.’ ZGT heeft een systeem ontwikkeld om beheer en onderhoud voor haar complete medische wagenpark te bewaken, omdat
specialisten erop moeten kunnen vertrouwen dat dit door het ziekenhuis goed geregeld is. Op dit moment wordt deze systematiek over het gehele ziekenhuis uitgerold, verdeeld over 23 clusters, te beginnen met de elektrische installaties, medische gassen en infuustechnologie. De totale hiervoor ingeruimde periode loopt naar verwachting van november 2008 tot voorjaar 2010. Anita Sieverink begeleidt dit proces.
PERIODIEKE CHECK Het nieuwe kwaliteitssysteem werkt als volgt. Van ieder apparaat wordt een nauwkeurige risicoanalyse gemaakt in een overleg tussen de gebruikers en de technische dienst. Op basis van de risicoanalyse wordt een onderhoudsprogramma vastgesteld, waarvan Cor Niens (als budgethouder binnen de OK en derhalve formeel eigenaar van de medische apparatuur) ieder kwartaal een actuele rapportage krijgt. Het onderhoud gebeurt dus niet op basis van functionaliteit, maar is 100 procent gepland. Om het gestructureerde verloop van deze werkwijze te kunnen waarborgen, heeft het ziekenhuis geïnvesteerd in de verdere ontwikkeling van een automatiseringssysteem. ‘Helder inzicht in het benodigde onderhoud is niet alleen van belang om ervoor te zorgen dat dit daadwerkelijk plaatsvindt, maar biedt ook waardevolle planningsinformatie’, legt Cor Niens uit. ‘Stel dat er van een specifiek apparaat slechts één exemplaar aanwezig is op een bepaalde afdeling – of zelfs in het gehele ziekenhuis – dan dient herkeuring snel en efficiënt te gebeuren, in overleg met de medisch specialisten. Op die manier is deze medische apparatuur slechts een minimale termijn buiten bedrijf.’ Daarnaast wordt voor de risicovolle apparatuur een risicoanalyse uitgevoerd waarin de risico’s tijdens gebruik zichtbaar worden gemaakt. Vervolgens worden maatregelen afgesproken waarmee de risico’s verminderd kunnen worden.
STICKERS Naast de onderhoudsdatabase, waarin alle medische apparatuur staat geregistreerd, is ook op de apparaten zelf te zien wat de onderhoudsstatus is. ‘Hiervoor gebruiken we zogeheten onderhoudsstickers’, vertelt Anita Sieverink. ‘Deze vermelden tot wanneer het onderhoud gewaarborgd is en op welke datum dit dus uiterlijk opnieuw moet plaatsvinden.’ Verder werkt het ziekenhuis met een officiële storingsmeldingsprocedure (‘Stickers kiek’n’). Het defecte apparaat krijgt dan een rode sticker met daarop expliciet vermeld wat eraan schort. Dit is cruciale informatie voor de technische dienst. Na het verhelpen van het mankement wordt het apparaat voorzien van een groene vrijgavesticker. Ook hierop staat achtergrondinformatie: wat er met het betreffende apparaat is gebeurd en – zo nodig – een instructie voor de handelingen die verricht moeten worden voordat het op nieuw gebruikt kan worden.
GERICHTE SCHOLING ‘Dit systeem biedt tegelijkertijd een uitstekende controle op de wijze waarop met de apparatuur wordt gewerkt’, vervolgt OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008 29
to
v
en nke ga mstgerichte wer stim e kg o o e ek
nwerken altijd ame pa r k ere n geen file n baa
en
le werkomgeving one i info s s e rm f v é i r p i n n o bala e pr rk e ns e w lijke specialist
s ig
zi
e tt pr
er
s
t
Een tweede impuls voor de professionaliteit is het kwaliteitspaspoort, dat begin 2008 voor alle medewerkers van de operatiekamers is opgesteld. Dit geeft inzicht in hun individuele bekwaamheid inzake de voorbehouden handelingen en de omgang met de apparatuur waarmee wordt gewerkt. Cor Niens: ‘Ieders vakmatige bevoegdheid en bekwaamheid is een vast onderdeel van het jaargesprek. Daarnaast worden de praktijkvaardigheden van elke medewerker iedere twee tot drie jaar getoetst. Voor de medisch specialisten geldt binnenkort – op last van de IGZ – een soortgelijk regime. Zij staan overigens zeer welwillend tegenover alle initiatieven ter optimalisering van de veiligheid. Zo hebben ze vorig jaar massaal deelgenomen aan de ontruimingsoefening, een grootschalig evenement waarbij alle tien operatiekamers zijn stilgelegd.’
e r en ule vernieuw d bezig lin jn
INDIVIDUELE BEKWAAMHEID
aandacht voor feer pat s k r iën o ll e ga’s c we n t e v k e r l i rt ok tot leren ontw jheid ikk be en
s je astvrij ziek in uimte g en h r gs feer van vertrouw uis
Anita Sieverink. ‘Stel dat bij een bepaald medisch apparaat frequente gebruikersfouten voorkomen, dan kan dit een indicatie zijn dat gebruikers niet goed weten hoe ze met het betreffende apparaat dienen om te gaan. Dat is dan weer een signaal dat er wellicht extra aandacht besteed moet worden aan gerichte scholing, hetzij verzorgd door onze eigen technische dienst, hetzij door de leverancier. Voor een goede instructie schrijven we zogenoemde handelingsdelen, vaak – gedeeltelijk – gebaseerd op de gebruiksaanwijzing van de leverancier. Dat begint heel pragmatisch met de meest basale praktische zaken, zoals het bedienen van de aan- en uitknop. Zo zijn alle onderdelen van het kwaliteitsbeleid met elkaar verweven en hebben we ook de kwaliteit van menselijke betrokkenheid gewaarborgd.’
CULTUUROMSLAG Anita Sieverink noemt het in gang gezette proces een cultuuromslag. ‘Als medewerker en als specialist moet je tegenwoordig als het ware bewijzen dat je bevoegd en bekwaam bent. Die nieuwe insteek vergt jarenlange gewenning, maar iedereen is doordrongen van nut en noodzaak. We hebben met alle leidinggevenden een veiligheidsronde door het ziekenhuis gemaakt – die enkele keren per jaar herhaald zal worden – zodat iedereen op dit gebied een kijkje in andermans keuken kon nemen. Dat heeft geleid tot nog meer begrip, bijvoorbeeld voor het feit dat ook de huishoudelijke apparatuur – tostiijzers, waterkokers, radio’s – veiligheidsrisico’s met zich meebrengt. Deze apparaten vallen weliswaar niet officieel onder QMT, maar in ons veiligheidssysteem hebben we een aparte procedure ingericht voor dergelijke apparaten. Het veiligheidsregime beperkt zich bij ons niet tot papier, maar wordt daadwerkelijk organisatiebreed in praktijk gebracht. We laten niets aan het toeval over!’ ■
De calamiteit in het ziekenhuis in Almelo was een tragische gebeurtenis waarvan de gehele gezondheidszorg van én moet leren. Daarom is Ziekenhuisgroep Twente graag bereid de opgedane kennis over QMT te delen met collega-ziekenhuizen. 30 OK MANAGEMENT 3, DECEMBER 2008
Het Zaans Medisch Centrum luistert Er is een werkgever in de zorg die naar je luistert. Naar je wensen, naar je toekomstplannen, naar je initiatieven. Die weet wat groeien en vernieuwen inhoudt, omdat de organisatie zelf ook in ontwikkeling is. Die je geen gespreid bedje biedt, maar juist ruimte om te leren… Het Zaans Medisch Centrum ís die werkgever. Een ondernemend ziekenhuis met een gastvrij hart voor de patiënt en een open oor voor de medewerkers. Bij ons werken? Het operatiecomplex zoekt een:
HOOFD ANESTHESIE/RECOVERY m/v Op het operatiecomplex werken de anesthesiemedewerkers, operatieassistenten en recovery-verpleegkundigen nauw met elkaar samen. Als hoofd anesthesie/recovery vorm je samen met de unitvoorzitter, de bedrijfsleider, het hoofd operatieassistenten, de floormanager en de planningsfunctionaris het managementteam. Acquisitie stellen we niet op prijs.
www.werkenbijhet zmc.nl
ADVERTORIAL
RODE DEKSEL PROJECT EN STICKER KLEURENFOTO PROJECT
Biomet komt met eenvoudige oplossingen voor efficiënter werken in de operatiekamer Biomet, één van de wereldwijd leiders op het gebied van orthopedische implantaten, is onlangs gestart met twee projecten om de efficiency in de OK te vergroten. Hoe tijdwinst gemaakt kan worden en kosten kunnen worden bespaard met het ‘Rode Deksel Project’ en ‘Sticker kleurenfoto project’ wordt uitgelegd door Oscar van der Ende, Operations Director van Biomet Nederland in Dordrecht.
Operations director Oscar van der Ende van Biomet staat letterlijk en figuurlijk achter het ‘Rode Deksel Project’. “Simpel en efficiënt” (foto Rinie Boon)
Twee oplossingen voor erkende problemen, te weten hoe onderscheid je een doos met implantaten van een doos met instrumenten en hoe weet je welke artikelen zich in een verpakking bevinden. De door Biomet bedachte oplossing voor het eerste probleem: “De dozen met implantaten zijn vanaf begin oktober voorzien van een rode deksel. Daarom heet het ook het Rode Deksel Project. Daardoor kunnen de implantaten en de instrumenten sneller worden herkend en onderscheiden”, vertelt Oscar van der Ende.Hij vertelt dat Nederland, Europees gezien, strenge voorschriften kent op het gebied van sterilisatie. Die veldnorm wordt bepaald door de overkoepelende vereniging van CSA’s (Centrale Sterilisatie Afdelingen), de CSC, en de DSMH in samenspraak met de industrie. Biomet is voorstander van die normgeving en Oscar van der Ende pleit er zelfs voor om de Nederlandse veldnorm ook internationaal geaccepteerd te krijgen. “Bij de zorg staat de patiënt absoluut centraal. In zijn of haar belang kan niet zorgvuldig genoeg gehandeld worden. De hoogst mogelijke zorg is een must”.
Sterilisatie mandjes Het tweede door Biomet onderkende probleem is, dat vaak onnodig een verpakking met het verkeerde materiaal in de OK wordt opengemaakt, omdat de inhoud niet goed herkenbaar is. De mandjes zijn dichtgeplakt met tape waarop staat geschreven wat de inhoud zou moeten zijn. Vaak is de omschrijving niet duidelijk genoeg waarna op de tast en aan de vorm gevoeld wordt wat de inhoud zou kunnen zijn. “Wij gaan binnenkort beginnen de sterilisatie mandjes te voorzien van een kleurenfoto sticker, waarop duidelijk te zien is wat er in het mandje zit. Vergissingen met het openmaken van de mandjes zijn dan uitgesloten”. Het oogt allemaal heel simpel, maar is het niet. “Door onze veldnorm voor sterilisatie kunnen wij niet, zoals wel in andere landen gedaan wordt, werken met plastic tray’s of zware metalen cassettes. Daarom hanteren wij de metalen draadmanden. Nadat de draadmanden zijn gewassen en gedesinfecteerd in de wasmachine worden ze verpakt om op 134° te worden gesteriliseerd. De verpakking wordt voor het sterilisatieproces dichtgeplakt met de gekleurde foto sticker, waarop de inhoud van het mandje staat afgebeeld. Het vinden van de juiste leveran-
De meegesteriliseerde kleuren fotosticker (boven) weerspiegelt exact de steriele inhoud van het metalen mandje met instrumenten of implantaten, zodat vergissingen op de OK onmogelijk zijn. (foto Rinie Boon)
Biomet Nederland B.V.
T ++ 31 78 629 29 29 F ++ 31 78 610 42 65
Toermalijnring 600 3316 LC Dordrecht
email:
[email protected] www.biomet.nl
cier die in staat was om de gewenste kwaliteit stickers te leveren, was een uitdaging. Oscar van der Ende spreekt van een win-win situatie. “Er hoeft niet meer gezocht te worden in het oerwoud van mandjes op de OK. Er worden geen verkeerde verpakkingen meer geopend, waardoor materiaal ook nog eens opnieuw gesteriliseerd moet worden. Dus tijdwinst en minder kosten”, aldus de Operations Director van Biomet. Leensets Alle leensets van Biomet voldoen inmiddels aan de nieuwste ontwikkelingen. Ziekenhuizen hebben weliswaar veel eigen materiaal maar in bepaalde gevallen kunnen zij niet voorzien in de wensen van de specialist of uit de OK. “Dan vragen ze of ze dat van ons mogen lenen. Wij spelen op die vraag in door een heel arsenaal aan leensets aan te bieden. De leenmarkt is voor Biomet bijzonder belangrijk”, stelt Oscar van der Ende, die de beide projecten recentelijk uitgebreid heeft toegelicht op een symposium van de CSC. Biomet heeft inmiddels ruim 300 leensets op een totaal van meer dan 1.000 netten in de aanbieding en blijft investeren in nog meer leensets. Aan de ene kant loopt de vraag via OK’s, chirurgen en inkoopafdelingen van ziekenhuizen, aan de andere kant loopt de afzet via de afdelingen Verkoop Binnendienst en Verkoop Buitendienst van Biomet. “Bij ieder leenset doen wij naast alle productinformatie standaard een op- en aanmerkingformulier. Ik vind, dat we daar nog te weinig respons op krijgen. Waar wel een reactie komt, gaan we daar zeer zorgvuldig mee om. Er volgt altijd een reactie via onze Manager Communications Judith Rutteman. En in een aantal gevallen hebben wij dankzij die tips aanpassingen kunnen doen. Dat is nog eens kwaliteitbevorderend”. Biomet is trendsetter in de industrie van implantaten en instrumenten voor de orthopedie. “We waren de eerste met handboeken, we zijn sinds kort de eerste met rode deksels en nu ook nog eens baanbrekend met kleurenfoto’s op de draadmanden”, besluit Operations Director Oscar van der Ende, die iedere maandagochtend vanuit zijn kantoor de mobiele instrumentenmaker voor de deur ziet verschijnen om onderhoud te plegen om alle sets up-to-date te houden. Eén ding zit hem nog dwars. “De plastic cassettes en de zware metalen instrumenten containers, die wij van onze leveranciers geleverd krijgen met de instrumenten, hebben geen bestemming meer. Kunnen niet hergebruikt of geretourneerd worden. Ze worden ordinair “weggegooid”. Dat is enerzijds kapitaalvernietiging en anderzijds levert het onnodig veel afval op. Daar wil ik nog een passende oplossing voor verzinnen”.
0ERSOONLIJKE GROEI IN DE ZORG %PWIVZEVIRPIMHMRKKIZIRHIMRHI^SVKFIQIVOXYWXIIHWZEOIVHEXY[SVHXFITIVOXHSSVKVIR^IRXIV[MNP Y[EQFMXMIZIVHIVVIMOX(ERMWLIXXMNHSQIIRWXIKEERTVEXIRQIXHIQIRWIRZER,MKL'EVI-RXIVMQ IREHZMIW&MN,MKL'EVI^MNREPPIMRXIVMQQEREKIVWIREHZMWIYVWMRHMIRWXZIVFERHEERKIWXIPH,MIVHSSV ^MNR[IMRWXEEXIIRTIVWSSRPMNOIVIPEXMISTXIFSY[IR[EEVHSSVSRHIVPMRKIOVYMWFIWXYMZMRKSRXWXEEX 3T HI^I [MN^I [SVHX IV ZSSVXHYVIRH EERHEGLX KIWGLSROIR EER I\TIVXMWI IR O[EPMXIMX (I MR^IX ZER ,MKL'EVI-RXIVMQ %HZMIWWXVIOX^MGLYMXZERSTIVEXMSRIIPXSXWXVEXIKMWGLRMZIEY,IXWTVIIOXZSSV^MGL HEXMRHMIRHEEVXSIFILSIJXIFIWXEEX[MNSSOKVEEKY[SVKERMWEXMIFMNWXEER
1IIV[IXIR#/MNOST[[[LMKLGEVIMRXIVMQRPSJFIP
I nte ri m & A d v i e s
,SSJHOERXSSV6SXXIVHEQ-4SWXFYW-,%6SXXIVHEQ-;IWXIVWMRKIP-0(6SXXIVHEQ