I N D I E N ST D E R G E N E Z I N G
|
J U N I 2 0 15
Goed fout! WWW.CMF-NEDERLAND.NL
INHOUD G I N D I E N ST D E R G E N E Z I N
IN DIENST DER GENEZING
|
Q
NUMMER 2 2015
04 ’Medische missers’
J U N I 2 0 15
bezien door de bril van een letselschadeadvocaat Mr. A.H. (Harry) Blok
08 Op het scherpst van de snede
omgaan met medische missers Jolanda Nooteboom en Paul Donders
Goed fout!
12 Vier anonieme verhalen Anoniem
WWW.CMF-NEDERLAND.NL
,''*PDJBLQGG
Colofon Tijdschrift van de Christian Medical Fellowship Nederland Jaargang 44, nummer 2 Kwartaaluitgave in oplage van 650 exemplaren ISSN 1382-0656 Redactie Willemien Smelt-Westerhuis - hoofdredacteur Rianne Wisse-Roest - eindredacteur Caroline Hildering - tweede eindredacteur Caroline van den Berg, Barend Florijn, Joanne Hogendoorn, Dianne Nolen - redactie Jeroen Krijnsen - fotoredactie Overige medewerkers Esmé Wiegman-van Meppelen Scheppink columnist Manon van Ingen - columnist Tabitha Kieviet-van Immerzeel - Dokter in Dakar Sluitingdata kopij Septembernummer: 15 juli Decembernummer: 15 oktober
Kopij en opgave advertenties Willemien Smelt-Westerhuis E-mail:
[email protected] Richtlijnen voor het inzenden van kopij Aantal woorden per artikel maximaal 1500. Verwijzingen en noten aan het eind van het artikel plaatsen. Aanleveren bij voorkeur als Wordbestand per e-mail; afbreekfunctie uit. De redactie behoudt zich te allen tijde het recht voor om ingezonden artikelen te redigeren c.q. in te korten. Foto’s Voorpagina: Roland Meinecke; Pag. 6: James Heilman; Pag.9: Albert Kok; Pag.12: James Heilman, Mark Hamilton; Pag.27: Flo Holzinger Vormgeving & druk First Concept Communications Telefoon: (0183) 623284 Contact CMF-Nederland CMF-Nederland secretariaat Faustdreef 181, 3561 LG Utrecht Telefoon: (030) 263 08 43 Fax: (030) 262 20 50 E-mail:
[email protected] Internet: www.cmf-nederland.nl
CMF-Nederland financiëel Informatie over lidmaatschap via het secretariaat. Giro 472146 t.n.v. CMF-Nederland te Utrecht Opzeggingen voor het volgende jaar dienen uiterlijk 30 november van het lopende kalenderjaar bij het secretariaat binnen te zijn. Losse nummers In Dienst Der Genezing € 7,50 Grondslag, visie en missie van CMF-Nederland De grondslag van de vereniging is Gods openbaring in Christus, zoals deze in de Bijbel tot ons komt. De visie van de vereniging is, dat het geloof in Jezus Christus inspiratiebron is voor de persoon en het werk van de arts. De missie van de vereniging is haar leden door middel van onderlinge ontmoeting, bezinning en verdieping toe te rusten om zowel in hun beroep als daarbuiten aan haar visie inhoud te geven. De vereniging ziet het ook als haar missie om te participeren in de internationale christelijke medische gemeenschap. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie.
15 De drijfveren van… Sadete Noka
19 Meditatie CMF Engeland Doctor’s Life Support 24 Boekrecensie Lof der Onvolmaaktheid Paul Lieverse
24 Boekrecensie Voorkomen is beter & Dit nooit meer Caroline van den Berg
26 Boekrecensie Komt een filosoof bij de dokter
columns
17 Column Een bijzondere troost Manon van Ingen
18 Dokter in Dakar Over zure melk en buiktyfus, op bezoek bij dokter Soh Tabitha Kieviet-van Immerzeel
22 Column Kwaliteit van zorg Esmé Wiegman van Meppelen Scheppink
Dianne Nolen
nieuws 14 Van de bestuurstafel Paul Lieverse
16 Verslag CMF Studentencongres 2015 Who’s in control? Jonathan Plende
20 Studentikoos Co-schap Tropengeneeskunde in Ekwendeni, Malawi Corine Lustig
23 Buitenlandse Zaken ICMDA – zo wijd de wereld strekt! Rick Paul
29 Agenda
Van de redactie WILLEMIEN SMELT-WESTERHUIS
‘primum non nocere’
Voor u ligt echter een themanummer over ‘fouten’. Een moeilijk onderwerp van een heel andere orde.
Of het maakt bang. Wat zal er allemaal nog gebeuren in de toekomst? Het onderwerp is nog steeds een taboe, ondanks het ‘veilig melden’ van incidenten in de ziekenhuizen en de aandacht die er is in de medische tijdschriften. Hoe moeilijk het ook kan zijn, we mogen weten dat de genade van God alles overheerst!
‘Een arts die geen fouten maakt, werkt niet’, las ik ergens. Het kan dichtbij komen en herinneringen oproepen aan fouten die we zelf maakten. Maar ook kan het onderwerp nog ver van ons af staan. “Dat gebeurt mij niet!’.
We hebben geprobeerd de verschillende aspecten van dit onderwerp te belichten. Een letselschadeadvocaat schreef over de kant van de patient. We vroegen enkele CMF’ers te schrijven over een fout die zij maak-
Als redactie zijn we niet bang om moeilijke thema’s aan te snijden. Vaak gaat het om medisch ethische thema’s waar we ons, als christenarts, een mening over willen vormen.
ten; kwetsbare verhalen van betrokken dokters. En we zochten naar handvatten vanuit de professionele kant: hoe kunnen we nu het beste omgaan met de fouten die we maken. Voor het septembernummer zoeken we naar ‘kunstenaars’. We lichten alvast klein tipje van de sluier op: het wordt een nummer vol kunst en we zijn op zoek naar uw kunstzinnige bijdrage(n). Hoe geeft u uw vak vorm? Voor een nadere detaillering van het verzoek kijkt u even op pagina 26.
Thema HARRY BLOK
’Medische missers’ bezien door de bril van een letselschadeadvocaat
IDDG Q JUNI 2015
“Je kunt het ook nooit goed doen...”, verzuchtte de neuroloog die ik bij stond in een tuchtprocedure bij het Regionaal Tuchtcollege Den Haag. De tegen hem gerichte klacht waarbij hij een beginnende CVA niet had ontdekt, werd ongegrond verklaard. Maar voor de wijze waarop hij tot een andere diagnose was gekomen (de ‘DD’) en het negeren van bepaalde anamnestische informatie kreeg hij alsnog een waarschuwing. Een maatregel die de verweten gedraging niet het karakter van ‘laakbaarheid’ geeft; maar door deze arts wel als zodanig werd ervaren.
4
“Ze beloven transparantie, maar ze doen in werkelijkheid alles om je met een kluitje in het riet te sturen”. Bij een complexe rugoperatie bij een 40-jarige man, vader van 4 kinderen, doen zich na afloop van de operatie meerdere complicaties voor, waarbij mede in verband met een hartinfarct ernstige cerebrale schade ontstaat. Hij raakt in vegetatieve toestand en overlijdt een half jaar later in een verpleeghuis, zonder nog te zijn bijgekomen. In het eerste gesprek tussen de familie en de behandelend artsen wordt volledige transparantie beloofd, ook voor het in verband met deze calamiteit gestarte interne onderzoekstraject. De familie wil allereerst weten wat er op de operatiekamer is gebeurd en wat er precies is gedaan. Of op enig moment andere keuzes hadden kunnen worden gemaakt en of dat het beloop zou hebben veranderd, is voor hen vers twee. Het onderzoekstraject gaat van start, de familie hoort wekenlang niets meer en pas na een maandenlang schaakspel en een interventie van de Inspectie voor de Gezondheidszorg ontvangt de familie een geanonimiseerde versie van het rapport.
Medische missers Het probleem van de iatrogene schade, in de volksmond naar het bekende televisieprogramma ´medische missers´ genoemd, is in menselijk, emotioneel en juridisch opzicht complex. Die complexiteit is door mr. Torrenga, oud-voorzitter van het Centraal Tuchtcollege prachtig als volgt samengevat. Er zijn vier mogelijkheden: Het is goed gegaan en goed gedaan: de ´normale situatie´, die tegelijk de gewenste situatie is en daarmee ook de normatieve situatie, zeker voor de patiënt. In termen van het hedendaagse levensgevoel: een ziekte of blessure is een ongewenste inbreuk op het gewenste en bij voorkeur (bijna) eeuwigdurend Zwitser Leven. De pech moet zo snel mogelijk weg. Als dat niet lukt, begint de zoektocht naar een schuldige.
Q
Mr. A.H. (Harry) Blok (1974) studeerde rechten in Leiden en Göttingen (Duitsland) en is advocaat bij Bouwman Van Dommelen advocaten, vestiging Veenendaal. Hij is onder meer lid van de Vereniging van Letselschadeadvocaten (LSA) en de Vereniging Advocaten Slachtoffers Personenschade (ASP). Vanuit laatstgenoemde vereniging heeft hij tevens zitting in de Commissie Medische Zaken en Medische Aansprakelijkheid.
Het is goed gegaan, maar fout gedaan: er is een fout gemaakt tijdens de behandeling, maar met een kromme stok is uiteindelijk een rechte slag geslagen. De patiënt heeft van de fout geen schade ondervonden, er kon tijdig worden gecorrigeerd of op wonderlijke wijze leidde een verkeerde behandeling toch tot het gehoopte herstel.
Het is fout gegaan, maar goed gedaan: het lichaam is geen machine. Op een zorgvuldige uitgevoerde ingreep volgde een bekende, of onbekende, maar niet te vermijden complicatie of serie van complicaties. Er bleek sprake van een onverwachte allergie of andersoortige onderliggende of bijkomende aandoening. Ook kan de onverwachte reactie van lichaam of geest volstrekt onverklaarbaar blijven, hoe ernstig de gevolgen ook zijn. Omdat een dergelijke complicatie het beoogde herstel in de weg staat, wordt deze situatie vaak ook als medische misser beschouwd. Echter: als ergens niet van een zogenaamde resultaatsverbintenis kan worden uitgegaan en/of het resultaat niet kan worden gegarandeerd, is dat wel op het terrein van de medische behandeling. Het is fout gegaan, én ook fout gedaan: het gehoopte herstel is niet ingetreden. Integendeel: er is (extra) gezondheidsschade ontstaan en er is tevens sprake geweest van foutief of onzorgvuldig medisch handelen. Dat betekent dat in dit geval in juridische zin de aansprakelijkheid gegeven is. Vaker komt die pas vast te staan na, in het slechtste geval, langdurig debat tussen de patiënt en zijn advocaat enerzijds en het ziekenhuis en de arts en hun verzekeraar anderzijds en vaak meerdere deskundigenrapporten van hooggeleerde heren. In de woorden van een oud-kantoorgenoot: “Na de aansprakelijkheid hebben we altijd het causaal verband nog”. Met andere woorden: bestaat een oorzakelijk verband tussen de fout en het letsel en zo ja, in hoeverre? Was beter herstel, de fout weggedacht, redelijkerwijs te verwachten en wie moet dat bewijzen? Tot welke beperkingen heeft het letsel geleid en wat is de daaraan toe te rekenen schade in financiële zin? In veel gevallen een voor de patiënt steeds moeilijker te accepteren uitputtingsslag.
Emoties De eerste 10 jaar van mijn advocatenbestaan werkte ik bij het advocatenkantoor dat in medische zaken uitsluitend (de verzekeraars van) artsen en ziekenhuis bij staat. Daar merkte ik dat artsen, afhankelijk van hun persoonlijkheid en karakter én van de context waarin zij werkzaam waren, heel verschillend
reageerden op een hen (mogelijk) treffend verwijt. De emoties varieerden van boos, verongelijkt of beledigd tot diepe schuldgevoelens en oprecht verdriet. In de loop van vele tucht- en civielrechtelijke procedures bleek mij dat die emoties lang niet altijd spoorden met de uiteindelijke afloop. De (vaak jongere) ´dokter´ die zich zo schuldig voelde, had echt alles gedaan
>>
IDDG Q JUNI 2015
De emoties varieerden van boos, verongelijkt of beledigd tot diepe schuldgevoelens en oprecht verdriet.
5
is, alleen al voor hun verwerking, van groot belang dat de mogelijkheid bestaat om ´het eigen verhaal´ te vertellen en te merken dat daar echt naar wordt geluisterd, opdat (wat voor veel patiënten ook heel belangrijk is) de betreffende situatie zich niet zal herhalen en een ander niet hetzelfde overkomt. Als sprake is van (mogelijke) fouten, willen patiënten dat die fout onomwonden wordt erkend, in die zin dat de arts daarvoor zijn verantwoordelijkheid neemt en niet wegduikt om mogelijke publicitaire, carrièretechnische of financiële belangen. Iedere mogelijke suggestie van het tegendeel leidt tot een situatie waarin de veelal reeds sluimerende achterdocht over de integriteit van arts, maar vaker de instelling en/ of diens verzekeraar, groeit. De patiënt groeit dan toe naar een scenario waarin de zogenaamde ´onderste steen boven moet komen´.
Patiënten of nabestaanden zijn allereerst op zoek naar de waarheid
IDDG Q JUNI 2015
wat hij kon, maar kon aan de verkeerde afloop echt niets doen. De (vaak oudere) specialist die hoogst gebelgd reageerde dat de klacht ´volstrekte onzin´ was, had soms een serieus probleem. En alles wat daar tussen in zat. Het soms hooglopende debat in de processtukken en de rechtszaal leidde in veel gevallen tot een verharding van de wederzijdse standpunten, waarbij van een werkelijk gesprek, laat staan van iets van verzoening geen sprake was. Heel soms wel. Dat waren, ook voor mij als advocaat, gouden momenten.
6
Erkenning Inmiddels ben ik ruim vijf jaar werkzaam aan de slachtofferkant van de letselschade. Daar zijn de emoties niet minder. Patiënten of nabestaanden (de in menselijk opzicht, meest ernstige gevallen) zijn allereerst op zoek naar de waarheid. Zij willen weten wat er is gebeurd. Als blijkt dat, al dan niet met de wetenschap van achteraf, andere keuzes gemaakt hadden kunnen worden, hebben zij behoefte aan erkenning van het verdriet dat en de verlieservaring die zij een plaats moeten geven. Het
Risico De emotionele verwerking en juridische afhandeling van (letsel door) medische fouten kent om meerdere redenen een hoog ´afbreukrisico´. Het eerste risico is gelegen in de fundamenteel ongelijkwaardige positie van arts en patiënt. De patiënt is ziek en moet in een voor hem soms volstrekte onbekende situatie van ziekte zijn lot in handen leggen van een voor hem vaak onbekende arts. Met die arts bouwt hij in veel gevallen niet of nauwelijks een vertrouwensband op, omdat sprake is van diensten, opleidingssituaties, waarneming, enzovoort. Het soms kwetsbare vertrouwen kan daarbij averij oplopen. Als er echt iets mis gaat, wordt sluimerende achterdocht als het ware bewezen en wordt een goede verwerking nog moeilijker. Ondanks alle fora op internet en de mythe van de zogenaamde mondige patiënt is er een grote mate van ongelijkheid in kennis. De arts heeft er voor doorgeleerd, de patiënt is een (vaak goed, soms kwaadwillende) leek. Tenslotte is er voor de patiënt een informatieachterstand. De arts weet (beter) wat er is gebeurd, hij weet ook wat hij daarvan noteert of dicteert, of dat het dictaat tussentijds ‘per ongeluk’ wordt gewist (werkelijk gebeurd). Daarbij is hem of haar niets menselijks vreemd. Was het glas half vol of half leeg? De arts kan het beeld bijstellen, voordat de patiënt uit de narcose is bijgekomen. Net mensen Meer dan 15 jaar advocatuur heeft mij geleerd dat er hoogst integere artsen zijn, maar ook hoogst onbetrouwbare. En, het zijn net mensen, alles wat daar tussen zit. Met advocaten is het niet anders. En met patiënten ook niet. Het recht probeert de patiënten te helpen in hun, ten opzichte van de arts en instelling, ongelijke
positie. De arts is verplicht op eerste aanvraag een kopie van het volledige medische dossier te verstrekken. Dat gebeurt veelal niet. Heel vaak ontbreekt bepaalde, niet toevallig cruciale, informatie. De Hoge Raad staat de arts toe om die informatie, desnoods mondeling, in de loop van de procedure alsnog in te brengen, hoezeer de patiënt, zijn advocaat en zelfs hooggeleerde deskundigen daardoor soms jarenlang op het verkeerde been zijn gezet. Het bewijsrechtelijke voordeel dat de patiënt in geval van twijfel juridisch is verleend, wordt daarmee feitelijk ongedaan gemaakt. Datzelfde geldt voor het feitenonderzoek en de conclusies in het voor de patiënt afgeschermde veilig-meldencircuit. Voor de patiënt is het onbestaanbaar dat na een mogelijke medische fout, allerlei onderzoeken worden gedaan, interviews worden afgenomen, maar juist hij of zij zelf daar buiten staat. Dat is, alle goede bedoelingen met veilig melden, anno 2015, zeker bij ernstiger calamiteiten, niet vol te houden.
rechtsgebied van de medische aansprakelijkheid een bron van rechtsvorming genoemd binnen het aansprakelijkheidsrecht in het algemeen. Daarmee zijn twee dingen gezegd: a. De medische aansprakelijkheid is complex, maar zij heeft geen status aparte en de arts mag al helemaal geen feitelijke of processuele voorrechten of voordelen claimen; b. De rechtsvorming is nooit af, maar zeker niet wat betreft medische aansprakelijkheid: de positie van de patiënt behoeft verdere verbetering, waarbij met name valt te denken aan een omkering van de bewijslast bij het optreden van iatrogene schade2.
Expert-shopping De medische wereld is een klein wereldje en met collega’s onder elkaar praat het nu eenmaal makkelijker. Nog steeds komt het voor dat een zogenaamde onafhankelijk deskundige wordt benaderd door (een vertegenwoordiger van) de aangesproken arts, zonder dat de patiënt en zijn advocaat daarvan weten, in een poging de zaak naar eigen hand te zetten. En als die deskundige zich ten nadele van de arts uitspreekt, heeft de verzekeraar bovendien onbeperkte middelen dat oordeel onderuit te halen met rapporten van weer andere deskundigen (expert-shopping). In theorie heeft de patiënt die middelen ook (en ook ik doe soms aan expert-shopping) maar in meer algemene zin legt de patiënt het in een ‘battle of experts’ om financiële redenen en omdat hij over een in medisch opzicht minder uitgebreid netwerk beschikt, uiteindelijk af.
Tips Van het recht, naar de praktijk. Drie tips van een christen-advocaat voor een christen-arts: a. Waar mensen werken, worden fouten gemaakt. Het erkennen van fouten (of meer theologisch: belijden van schuld) doet altijd pijn, maar baant de weg naar verzoening. b. Waar de ´schuldvraag´ complex(er) ligt en mede het handelen van collega´s betreft, staat dat een menselijk gesprek niet in de weg. Het vertellen van de feiten kan op grond van de wet nimmer leiden tot verval van dekking en mag, formeel noch informeel, geen repercussies hebben. Daarbij kan ook horen: vertellen wat je niet weet of niet kunt verklaren. Deel ruimhartig informatie en wijs de patiënt de mogelijke wegen: overbrug de kloof. c. Blijf integer, hoe groot de druk ook is. Er zijn christen-artsen die, recent nog, groot respect verdienen voor de hoge prijs die zij daarvoor hebben moeten betalen. Zoek bijstand wanneer sprake is van oneigenlijke druk, in welke vorm dan ook. Vertel de eindverantwoordelijken binnen het ziekenhuis, de medisch adviseur van de verzekeraar en eventuele deskundigen het volledige verhaal, inclusief de persoonlijke afweging en evaluatie achteraf. Zorg dat je geen verklaringen of duidingen worden toegeschreven die misschien wel goed uitkomen, maar daarmee niet overeenkomen. Q
Aansprakelijkheid Professor Hartlief heeft in zijn preadvies voor de Vereniging voor Gezondheidsrecht in 20071 het 1 T. Hartlief, De staat van het privaatrechtelijke gezondheidsrecht in: C. Ippel, T. Hartlief en P.A.M. Mevis, Gezondheidsrecht: betekenis en positie, Vereniging voor Gezondheidsrecht, SDU, 2007.
2 Aldus: R.P. Wijne, Aansprakelijkheid voor zorggerelateerde schade, diss. EUR, Boom, 2013.
IDDG Q JUNI 2015
Het erkennen van fouten doet altijd pijn, maar baant de weg naar verzoening
Blijf integer, hoe groot de druk ook is
7
Thema JOLANDA NOOTEBOOM EN PAUL DONDERS
Werken in de gezondheidszorg vraagt extra alertheid en behoedzaamheid, want missers kunnen ernstige gevolgen hebben voor de patiënt. Dat besef houdt je scherp. Het kan ook onzekerheid of stress veroorzaken, waardoor medische fouten juist op de loer liggen. Continu onder hoge druk presteren zonder fouten te maken is onmogelijk, ook voor artsen.
Op het scherpst van de snede
IDDG Q JUNI 2015
omgaan met medische missers
8
Fouten als leermeester De redactie vroeg ons: “Kunnen jullie een artikel schrijven vanuit een professioneel oogpunt over hoe we als artsen en studenten het best zouden kunnen omgaan met de fouten die we maken?” Het woord ‘fouten’ bleef in mijn hoofd rondzingen. Nu is het woord ‘fout’ in zichzelf al een trigger. Het appelleert aan de overtuiging: ‘ik mag geen fouten maken’. Als ik een fout maak, dan… Het woord ‘fout’ roept dan vaak schuld of angst op. Deze wijze van denken belemmert ons. Want als er een fout wordt gemaakt, moet iemand boeten. Ikzelf of een ander.
Uit onderzoek blijkt dat 67% van de medische fouten voorkomen kan worden (bron: Joint Commission Health Care). Deze fouten hebben veelal te maken met communicatie, overdracht en ‘missing info’. De overige 33% is onvermijdbaar. Deze fouten kunnen we makkelijker van ons afschudden, omdat ze niet terug te voeren zijn op ons eigen functioneren of handelen. Daar waar dit wel het geval is, is het belangrijk om te weten of het gaat om individuele fouten, die te maken hebben met mijn persoonlijke functioneren, of dat het gaat om systeemfouten waarbij ik slechts deels ‘schuld’ heb.
Zonder fouten kunnen wij niet groeien en ontwikkelen
Fouten kunnen een belangrijke leermeester voor ons zijn. Door fouten gaan we vragen stellen: had ik deze fout kunnen voorkomen, wat als ik wel of niet…? Waar in de communicatie ging het mis? Hoe kunnen we in de toekomst…? Wanneer we fouten met open vizier tegemoet treden, zonder angst, levert het ons scherpe vragen op. Vragen die ons helpen creatiever te worden, onze kwaliteit van zorg te verbeteren en ons richten op de essentie van ons werk. Soms bevragen ze ook de status quo: is de huidige methode van behandeling wel effectief? De vraag is, wat doe ik met de antwoorden. Beangstigen ze mij of treed ik ze met open vizier tegemoet? Durf ik op het scherpst van de snede te blijven? Daar gaan we wel vanuit, want u bent immers een professional die excellente zorg wil leveren. Aan de hand van een aantal (reflecterende) vragen nemen we u mee om eens bewust stil te staan. Een moment van ‘professionele zelfreflectie’. Hoe ontstaan medische missers? De belangrijkste redenen voor medische missers zijn de hoge werkdruk maar ook de werkprocessen. Het gaat om menselijke fouten, zoals verkeerde diagnoses, verkeerde behandelingen. Maar ook om organisatorische fouten, zoals het niet samenwerken op een afdeling. Soms spelen technische fouten een rol, bijvoorbeeld het gebruik van onjuiste materialen of een technisch mankement. In het laatste geval is er geen sprake van een medische fout.
In zijn ‘gatenkaasmodel’ verklaart psycholoog James Reason (1990) hoe in organisaties fouten kunnen ontstaan. Reason onderscheidt vier niveaus van falen: invloeden vanuit de organisatie, ontoereikend toezicht, voorwaarden voor onveilig handelen en de onveilige handelingen van individuen zelf. Het systeem in zijn geheel faalt als in elke plak een zwakke plek zit, het zogenaamde ‘gat’. Hierdoor wordt het risico op ongelukken verhoogd. Incidenten zijn dus zelden het gevolg van op zichzelf staande acties.
We laten ons overheersen door negatieve emoties en gevoelens en raken de grip op de situatie kwijt Wat is mijn houding als het gaat om fouten maken? Wanneer wij (mensen) fouten maken, hebben we de neiging die in eerste instantie bij de ander neer te leggen. Op zoek naar een schuldige. Als dat niet lukt, steken we onze kop in het zand, ontkennen we fouten, moffelen ze weg of kruipen in een slachtofferrol. We laten ons overheersen door negatieve emoties en gevoelens en raken de grip op de situatie kwijt. In plaats van zelf deel te zijn van de oplossing, leggen we het probleem en de oplossing bij de ander neer. Onze re-
>>
IDDG Q JUNI 2015
Bij persoonlijk leiderschap geldt een ander paradigma. Het maken van fouten is onderdeel van persoonlijke groei. Zonder fouten kunnen wij niet groeien en ontwikkelen. Zonder fouten en missers had de medische wetenschap zich niet kunnen ontwikkelen tot het niveau waar zij nu staat. Het leren omgaan met medische fouten, begint dus hier. Het accepteren dat wij fouten mogen maken.
9
actie op hoe wij met de situatie omgaan, bepaalt voor een groot deel hoe we ons voelen. Wij kunnen ons laten leiden door de situatie of het leed dat ons wordt aangedaan of we kunnen het gebruiken voor groei en ontwikkeling door betekenis en waarden aan deze ervaringen te verbinden.
IDDG Q JUNI 2015
Psychiater Viktor Frankl heeft dat als geen ander begrepen. In zijn zeer inspirerende boek ‘De zin van het bestaan’ schrijft hij dat de kracht om te overleven in het concentratiekamp voortkwam uit zijn persoonlijke missie en waarden. Hierdoor kon hij dag in, dag uit betekenis geven aan zijn bestaan. Hij stapte niet in de slachtofferrol. In plaats van zijn gevoelens van angst, machteloosheid en ontreddering leidend te laten zijn, was hij in staat telkens voor het goede te kiezen. Dit door zich bewust af te vragen: wat is in deze situatie mijn rol van betekenis? Welke waarde ligt hierin verborgen?
10
Q
instantie lijden, het doet pijn. Je kunt zo’n proces niet met grote stappen doorlopen. Het kost tijd.
Paul Donders (1957) is algemeen directeur van xpand Nederland en voorzitter van de Board xpand Internationaal, senior consultant en spreker. Sinds 1997 is hij bovendien de auteur van 13 boeken, waarvan verschillende inmiddels in meerdere landen zijn uitgegeven.
In de medische wereld zijn artsen en zorginstellingen vanuit beleid en visie voorzichtig met aanbieden van excuses. Een excuus zou gelijkstaan aan schuld bekennen en kan dus de weg vrijmaken naar officiële klachten of schadeclaims. Maar je kunt heel goed je spijt betuigen over een vervelende gang van zaken of over de gevolgen van iets wat is misgegaan, zonder dat je schuld bekent. De ene patiënt raakt zijn woede kwijt als hij ziet dat ook jij bent geraakt door een voorval; een ander is blij met je medeleven. Houd daarbij in elk geval altijd oog voor de gevoelens van de patiënt en ga daarover in gesprek. Het is belangrijk voor de patiënt, maar óók voor jezelf, om contact te blijven zoeken als er iets is misgegaan en de communicatie open te houden. Ook als een patiënt denkt dat jij een fout hebt gemaakt en jij bent het daar niet mee eens. Discussiëren helpt dan niet. Het serieus omgaan met de klacht en open houden van de communicatie wel.
Durf ik verantwoordelijkheid te nemen voor de fouten die ik maak? Bij persoonlijk leiderschap hoort verHoe bouw ik mijn veerkracht op antwoordelijkheid nemen. Het is opvalom constructief met mijn fouten lend dat de patiënt bij medische fouten om te gaan? meestal geen rechtszaak aanspant alleen Uiteindelijk blijft het omgaan met het vanwege de fout zelf. Wie de patiënt maken van fouten een uitdaging en iets hoort, bemerkt dat het gaat over de wat ons ook energie kost. manier waarop met de fout is omgeVeerkracht is daarom een noodzakelijke gaan. Daar zit voor de patiënt de pijn. levens- en werkcompetentie voor een ieAls iemand het gevoel heeft dat de arts Q Jolanda Nooteboom zijn verantwoordelijkheid ontkent, als der die in de gezondheidszorg werkt. Niet (1970) studeerde Arbeids- en er geen werkelijk gesprek en ontmoevoor niets scoren professionals in de zorg organisatiepsychologie, het hoogst op de schaal van burn-out ting ontstaat, voelt de patiënt zich in de is senior trainer/coach door stress op de werkvloer. Het opboukou staan. Dat leidt tot verharding. De en partner van xpand tegenpool van vergeven. Wanneer de wen van veerkracht is dan ook één van de Nederland. fout wordt toegegeven en er oprechte hoogste prioriteiten in onze gezondheidsspijt wordt betuigd, kan er eerder worden vergeven. zorg anno 2015. Dan ontstaat toenadering en kun je in gezamenlijkheid het incident dragen. Vergeven heeft niet te maken met Wat we bedoelen met veerkracht, is: vergeten en verdringen, het is juist bewust doorleven ‘De vaardigheid en capaciteit om op een productieve en en verantwoordelijkheid dragen voor jezelf. De ander gezonde manier om te gaan met: loslaten. Of als je jezelf moet vergeven, de schuld losla• Stress • Angst ten. Belangrijk daarbij is dat je weet wat jouw aandeel • Teleurstelling is in de fouten die zijn gemaakt. Je kan jezelf alleen • Kritiek vergeven voor vermijdbare fouten waaraan je hebt • Veranderingen’ bijgedragen en die concreet van aard zijn. Anderen en jezelf vergeven begint dan ook met onderzoeken: wat Aaron Antonovski geeft in zijn boek ‘Salutogenese’ was mijn rol, wat was mijn bijdrage in het geheel en aan, dat veerkracht een set vaardigheden omvat, maar wat wil en kan ik persoonlijk uit deze situatie leren. dat daarnaast de veerkrachtige mens ook de juiste Dit is geen eenvoudige opgave. Het doet je in eerste
Veerkracht vaardigheden • Een verzoend verleden • Realistisch optimisme • Probleem oplossingsgerichtheid • Werken met je talenten • Discipline in de omgang met jezelf • Passie en zelfbewustzijn • Sociale vaardigheid Sociale resources • Een positieve vriendenkring • Een cultuur van waardering in het gezinsleven • Mentoren en raadgevers Structurele resources • Werk waar ik mijn talenten kan inzetten • Uitdagingen om te blijven groeien • Gezonde financiën In ons boek ‘Veerkracht, gezonder leven en beter presteren’ nemen we je mee door al deze elementen en vind je een veerkracht scan om te ontdekken waar je op dit moment staat. Hoe creëer ik een open werkcultuur, waar we leren van onze fouten? In de medische sector dringt het belang steeds meer door van een open cultuur, waarin fouten worden besproken en erkend. In het verleden was vaak sprake van een cultuur van zwijgen en ontkennen. In deze gesloten cultuur spelen statusverschil, de kloof tussen oude en jonge generatie (specialist vs.a(n)ios), een rol die vaak leidt tot angst om zich uit te spreken.
Je kunt jezelf alleen vergeven voor vermijdbare fouten waaraan je hebt bijgedragen en die concreet van aard zijn Tijdens een workshop over veerkracht bij een congres van zorgprofessionals, vroeg ik: “Wie praat er wekelijks open over fouten en evalueert ze op de afdeling?” Het resultaat was slechts één vinger. Verbazingwekkend! Want juist een open teamcultuur waarin mensen elkaar kennen en waarderen, open staan voor kritiek en waar sprake is van een open, lerende houding, daar groeit vertrouwen. En vertrouwen is de basis voor goede teamprestaties. Hoe kun je dit bevorderen? Door tijd te investeren in jezelf en je team te kennen: wat zijn onze talenten, waar versterken we elkaar als team, waar liggen onze valkuilen, wat missen we in ons team? Hoe goed zijn onze communicatievaardigheden als het gaat om dialoog bouwen en feedback geven? Hoe kunnen wij onszelf hierin trainen? Investeren in een open cultuur bouwen, loont: een betere samenwerking en communicatie leidt tot minder missers. Q Voor meer info: www.xpand.eu / E:
[email protected] / T.: 0183-589192
Bronnen: - Antonovski, dr. Aaron - Salutogenese - Donders, Paul, Ch. – Veerkracht, gezonder leven en beter presteren (verschijnt april, 2015) - Frankl, Victor,E. - De zin van het bestaan - wikipedia/gatenkaasmodel
IDDG Q JUNI 2015
resources nodig heeft, namelijk sociale en structurele resources. Onderstaand een overzicht van de vaardigheden en de resources die samen het pakket ‘veerkracht’ vormen:
11
Thema ANONIEM
Vier anonieme verhalen Een neonaat met convulsies Kindergeneeskunde Aan het begin van de avond wordt een vier dagen oude neonaat opgenomen die waarschijnlijk thuis al een aantal dagen convulsies had. Ondanks de maximale dosering continue midazolam, bleven zowel klinisch als op de CFM (cerebrale functie monitor) convulsies zichtbaar. Ik besloot deze neonaat te intuberen en te starten met lidocaine i.v. volgens protocol. Onder de IC-dagafsprakenlijst schreef ik de juiste oplaad- en onderhoudsdosering lidocaine, respectievelijk 8 mg en 22 mg/uur. Direct na het starten van de lidocaine werden geen convulsies meer gezien. Na een uur begon de bloeddruk langzaam te dalen en was er plots sprake van een asystolie. Er werd gestart met reanimatie. De verpleegkundige zette alle infuuspompen uit en ontdekte dat zij niet 22 mg/uur van de lidocaine gaf, maar 22 ml/uur. De tienvoudige dosering. Meest waarschijnlijk de oorzaak van de
asystolie. Gelukkig was er na een paar minuten reanimeren weer goede output en waren er (ook later) geen aanwijzingen voor hypoxische schade. Hoewel ik niet direct fout was, heb ik me wel vaak afgevraagd of dit incident ook gebeurd zou zijn wanneer ik de medicatieopdracht op een andere manier zou hebben opgeschreven of digitaal zou hebben voorgeschreven. Naast de dosering in mg, had ik er namelijk een toedieningssnelheid bij kunnen zetten.
IDDG Q JUNI 2015
Vrijdagmiddag Huisartsgeneeskunde
12
Een vrijdagmiddag in de huisartsenpraktijk. Ik ben nog in opleiding tot huisarts en heb een zelfstandige week. Dat betekent dat ik die week de praktijk alleen doe zonder supervisie van mijn opleider. De laatste patiënt is een vrouw van 76. Ze is niet lekker en voelt zich zweterig. Ze zegt nog altijd opvliegers te hebben na de overgang, maar wat ze nu heeft is veel erger dan anders. Ik probeer er achter te komen wat de reden van de klachten is, maar de anamnese en het lichamelijk onderzoek brengen mij niet op een spoor. Ik laat urine nakijken om uit te sluiten dat het om een urineweginfectie gaat. Dit blijkt ook niet het geval. Ik weet niet goed wat de reden van haar klachten is, maar zie op dat moment ook geen reden om haar in te sturen. Ik besluit, in overleg
met haar, af te wachten. Dat weekend wordt mevrouw opgenomen, omdat ze ineens blauwe plekken op de buik krijgt. Ze blijkt acute leukemie te hebben. Als ik dit na het weekend te horen krijg, schrik ik enorm. Hoe kan ik acute leukemie gemist hebben? Samen met mijn opleider bezoek ik het echtpaar. Gelukkig zijn er geen verwijten richting mij. De behandelingen die in het ziekenhuis worden ingezet, mogen helaas niet baten, en enkele weken later overlijdt mevrouw. Het blijft een heel naar gevoel geven om een diagnose te hebben gemist, ook al is de patiënt of nabestaande niet boos. Ik heb gemerkt dat het altijd goed is, voor zowel mijzelf als voor de patiënt, om in zo’n situatie contact op te nemen en het gesprek aan te gaan.
Nachtdienst Huisartsgeneeskunde Nachtdienst op de huisartsenpost. De assistente verbindt een telefoontje door: een vrouw belt over haar echtgenoot, die al een week griep heeft. Hij heeft sinds een week koorts en moet veel hoesten. Hij wordt meer kortademig. Ik spreek mijnheer zelf. Hij heeft de volgende ochtend een afspraak staan bij de huisarts. Ik bespeur geen alarmverschijnselen, stel hem gerust en adviseer morgen met de huisarts te overleggen. De familie lijkt tevreden en de dokter gaat verder met zijn werk. De eigen huisarts wordt ’s morgens gebeld voor een visite. Aan het einde van de morgen bezoekt zij hem. Ze vindt hem erg ziek en laat hem opnemen. Een aantal uren later ligt de heer op de IC. Hij komt aan de beademing en het wordt heel kritisch, met een legionella-achtig ziektebeeld. Gelukkig herstelt hij. Een paar weken later een boze brief, de patiënt voelde zich die nacht niet genoeg serieus genomen, vindt dat de zorg tekort heeft
geschoten. Ik lees nog eens wat de HAP assistente heeft opgeschreven: veertigjarige man, nooit ziek, nu al een week hoge koorts, benauwd, uitgeput, bezorgd… en bij mij gingen geen belletjes rinkelen. Kwam het door het nachtelijk tijdstip… 4.30 uur? Een tijdje later een gesprek met de familie, heel confronterend. Een vader van twee jonge kinderen, die door het oog van de naald ging en maanden moest aansterken en revalideren. En als het niet goed was gegaan? Natuurlijk geen was er dan geen garantie geweest dat een nachtelijke opname dat had kunnen voorkomen. Maar in de beleving van de familie en van de dokter was dat natuurlijk een groot thema geworden! Het was een goed gesprek. De patiënt bedankte voor de open en integere manier waarop ik met de klacht was omgegaan. Dat was ook wel weer mooi: een inschattingsfout, een boze brief, met een compliment als slot!
Buikpijn Interne Geneeskunde Dit beloop kwam voor mij erg onverwacht, maar voor de familie kwam het als donderslag uit de heldere hemel en zij schrijven een klachtenbrief. Deze hele situatie heeft heel veel indruk op mij gemaakt. Ik weet niet of we deze mevrouw hadden kunnen redden wanneer we sneller gehandeld hadden, maar de communicatie richting familie heeft zeker tekort geschoten. Sindsdien ben ik altijd veel uitgebreider in mijn uitleg… Q
IDDG Q JUNI 2015
Een patiënte van 80 jaar wordt door de huisarts aangekondigd vanwege buikpijn die sinds een paar dagen bestaat. Ik ben net afgestudeerd en werk als arts-assistent. Bij aankomst op de SEH blijkt de patiente ook een verminderd bewustzijn te hebben, min of meer begonnen tijdens de ambulancerit. Haar vitale functies zijn stabiel. Na uitgebreid (aanvullend) onderzoek van zowel de buikpijn als de stoornis in het bewustzijn, komen we tot de conclusie dat er waarschijnlijk een infectie van de galwegen speelt en dat we niet goed weten waarom ze nu verward en minder goed aanspreekbaar is. Mogelijk is er sprake van een beroerte. Omdat de vitale functies stabiel zijn, krijgt ze antibiotica en wordt ze opgenomen op de afdeling. Het is druk en het duurt lang voor ze de behandeling krijgt. Ik vind het moeilijk om aan de familie uit te leggen wat er precies aan de hand is en wat de prognose is, maar doe een poging. De volgende dag zullen we verder kijken. Nog voor ze de SEH verlaat, daalt de bloeddruk en stijgt de pols, ze verslechtert acuut en belandt op de IC. Diezelfde nacht overlijdt zij aan de gevolgen van een fulminante infectie bij de galwegen.
13
Van de bestuurstafel PAUL LIEVERSE, voorzitter CMF-nederland
Versterking van bestuur welkom Eén van de allerleukste aspecten van bestuurslid zijn van het landelijk bestuur of van het studentenbestuur is het volgende. Er gebeurt heel wat in Nederland en daar hoor je als bestuurslid veel sneller over, vaak omdat daarover je advies of je mening wordt gevraagd. Een paar voorbeelden van de afgelopen periode: • Een apotheker met bedenkingen rondom de nieuwe abortuspil (mifepriston, nu ook buiten abortuskliniek om voorgeschreven)
blad.) Maar daarnaast missen we als bestuur vooral de man-vrouw-kracht. Het vertrek van twee actieve bestuursleden is nog steeds niet gecompenseerd. De werksfeer is uitstekend, de ideeën zijn ruim aanwezig, maar… bij gebrek aan ‘arbeiders’ moet helaas te vaak ‘nee’ verkocht worden bij uitnodigingen of creatieve ideeën. Graag zouden we een staflid aanstellen voor een dag in de week voor sommige van deze taken, net zoals we voor het studentenwerk een medewerker (Ytina) hebben aangesteld.
Studenten • De commissie ‘Voltooid leven’ nodigt CMF uit om iemand af te vaardigen voor een hoorzitting. • Met enige regelmaat komen er verzoeken om een spreekbeurt voor kerkgemeente of patiëntenvereniging te verzorgen over allerhande thema’s (NIPT, vergoedingenstelsel). • Sporadische uitnodiging voor tv (programma Arena) en radio (Dit is de dag, Groot Nieuws Radio). • Spreker gezocht voor conferentie over ziekte en genezing, toegespitst op samenwerking van arts en pastoraal werker. • Jonge artsen die bij een specialisatie tegen zaken aanlopen, vragen om een keer met een meer ervaren arts uit het vakgebied vertrouwelijk te mogen sparren. • Zo af en toe een vraag van Tweede Kamer fractiemedewerkers om advies over medisch thema’s (zaak-Tuitjenhorn, kwestie rond psychiater met veroordeling in verleden).
IDDG Q JUNI 2015
• Een bijeenkomst van het platform ‘Zorg om leven’, om eigentijdse antwoorden te vinden op issues rondom euthanasie en hulp bij zelfdoding.
14
Soms voelen we ons als bestuur en staf wat overvraagd, vooral als we niet direct iemand weten die voor de gevraagde kwestie expertise heeft. De cursus Medische ethiek die dit najaar start, zal een hulp kunnen zijn op dit gebied. (Zie aankondiging achterop dit
Mede dankzij de enthousiaste en creatieve inzet van deze studentenwerker en het vier man-vrouw-sterke studentenbestuur kon er naast het studentencongres weer een aantal thema-avonden gehouden worden. Goed om te zien dat juist onder studenten er weer nieuwe leden bij gekomen zijn. Goed, niet zozeer voor onze vereniging, maar omdat we hopen dat het hen helpt al snel zicht te krijgen op mogelijkheden hoe zich als christenarts voor patiënt en samenleving in te zetten.
Arts-assistenten Een nieuwe ontwikkeling is ingezet door het eerste arts-assistentenweekend dat begin dit jaar werd gehouden. Met 55 deelnemers geheel volgeboekt! Een nieuwe commissie gaat aan het werk en denkt na over de te varen koers: een nieuw weekend zoals deze keer of het verbreden naar een internationale doelgroep van jonge artsen uit heel Europa. Voor beide zijn argumenten aan te dragen maar vooralsnog zullen we moeten kiezen.
Huisartsen Eerder is al het idee geopperd om de voor huisartsen verplichte intervisie te combineren met een CMFartsenkring. Hiermee is al ervaring opgedaan met enkele groepen, zoals op de Voorjaarsconferentie werd verteld. Bert Nanninga en enkele van deze huisartsen willen hun expertise aanbieden aan nieuwe groepen die hiermee ervaring willen opdoen. En zijn sommige gesprekken die Jezus Christus met zijn discipelen had ook niet krachtige lessen in ‘intervisie’? Zoals het indringende gesprek over dienen en leiding geven in Markus 10:35-45. Q
De drijfveren van...
Sadete Noka
Sadete Noka is kinderarts in Engeland en komt oorspronkelijk uit Albanië
2) Belangrijke leermeesters? Er waren er verschillende tijdens mijn studie en daarna. Eén daarvan is de professor kinderchirurgie Prof. Dr. H. Heta. Zijn discipline en organisatievaardigheden in zowel werk als menselijke relaties zijn zeldzaam. Hij is altijd degene die als eerste komt en als laatste vertrekt uit het ziekenhuis. Alles wat hij doet, doet hij met liefde. Een ander inspirerend rolmodel is Dr. E. Turkeshi, mijn oudere collega en vriendin tijdens twee jaar van mijn opleiding in een christelijk ziekenhuis in Albanië. Ze heeft hetzelfde karakter en dezelfde waarden als de eerstgenoemde professor, echter daarnaast doet ze alles in naam van God en om Hem te eren. Ze inspireerde mij om te excelleren en naar perfectie te streven. Door dat te doen leerde ik dat de belangrijkste leraar van allemaal Jezus is. De volgende quote van moeder Theresa blijft mijn favoriet: “The greatest disease in the West today is not TB or leprosy; it is being unwanted, unloved, and uncared for. We can cure physical diseases with medicine, but the only cure for loneliness, despair, and hopelessness is love. There are many in the world who are dying for a piece of bread but there are many more dying for a little love. The poverty in the West is a different kind of poverty -- it is not only a poverty of loneliness but also of spirituality. There’s a hunger for love, as there is a hunger for God.” 3) Wat voor arts wil je zijn? Ik wil graag een dokter zijn die compassie als één van de belangrijkste principes van het vak ziet. Ik geloof erin, wanneer we compassie centraal stellen in de
patiëntenzorg, dat alle andere waarden, zoals competenties, betrouwbaarheid, kennis, en alle andere kenmerken van een goede dokter, automatisch zullen volgen. Jezus was de grootste medicus aller tijden en Hij is het soort dokter dat ik ook zou willen zijn. 4) Hoe betrek je geloof in je werk? Toen ik in een christelijk ziekenhuis werkte, baden we voor onze patiënten in het algemeen en voor specifieke gevallen. Dit deden we tijdens onze ochtendoverdracht. Soms bad ook mijn supervisor met de patiënt, maar dat was alleen in specifieke gevallen, waarbij rekening werd gehouden met de geloofsovertuiging en verwachtingen van de patiënt zelf. Momenteel werk ik in de NHS (National Health System, UK), waar het moeilijker is zo open te zijn over religie. Maar sinds ik recent de jaarlijkse Prime conferentie bezocht heb, ben ik meer gemotiveerd geraakt. Ik houd van zinnen in de anamnese die een dokter kan gebruiken, zoals: “Waar haalt u kracht uit in deze situatie? Dit is niet schadelijk en patiënten kunnen daardoor mogelijk gaan denken aan religieuze aspecten of aan God. Vandaag nog zag ik een moeder met een kind dat ongeneeslijk ziek is en ze vertelde me dat de ziekte helaas progressief is. Ik zei haar dat ik voor haar en haar zoon zou bidden en daar was ze dankbaar voor. 5) Hoe vind je een goede balans tussen werk en privé? Hmm, dat is een lastige vraag. Ik werk eraan. Het is moeilijk omdat er vandaag de dag zoveel bureaucratische aspecten bij ons vak horen, naast het klinische werk. Ik doe mijn best naar de kerk te gaan, te sporten, mijn vrienden te ontmoeten en mijn moeder in Albanië een paar keer per jaar te bezoeken. 6) Wat zou je anderen willen leren? God heeft ons in de perfecte positie geplaatst om het goede nieuws te verspreiden. Maak gebruik van deze mogelijkheid. 7) Heb je een speciale boodschap voor christenartsen in Nederland? “Give encouragement to each other and keep strengthening one another.” Vertrouw op de Heer met je hele hart en ziel en laat Hem je lasten dragen. Alleen door dat te doen kunnen we staande blijven en door moeilijke situaties in ons leven heen komen. Q
IDDG Q JUNI 2015
1) Waarom werd je arts? Ik koos voor een carrière in de geneeskunde om verschillende redenen. Dit zijn de belangrijkste: A – Ik groeide op met ouders die beiden een complexe medische ziekte hadden. Als kind geloofde ik dat ik hen kon genezen door zelf dokter te worden. B – Ik wilde altijd graag werken met en voor mensen; ik zag mezelf niet achter een bureau zitten. Het dokter zijn geeft me voldoening door mensen te helpen en hun lijden te verlichten. Hun dankbaarheid is het mooiste wat je daarvoor terug kunt krijgen. C – Ik houd van uitdagingen en ook dat biedt de geneeskunde; ik word intellectueel gezien constant bezig gehouden.
15
Verslag CMF Studentencongres 2015 JONATHAN PLENDER
Who’s in control?
Are we taking control or taking God’s role? Na veel voorbereidingen door de congres-cie en een toeleven naar het weekend door studentenbestuur en deelnemers, was het eindelijk zover. Het weekend, met een bomvol programma, ging op vrijdag van start in de Betteld te Amerongen. Koffieen theemomenten waren er voldoende, waarmee zelfs de ziel wellicht wat verkwikt werd door de bijkomende gesprekken.
IDDG Q JUNI MAART 2015 2015
De aftrap over het onderwerp ‘beheersbaarheid van zorg in maatschappelijk perspectief’ werd gegeven door drs. Wiegman. Ze gaf een mooie verbredende blik op het medisch werk. Dankbaar ben ik voor de daarop volgende bijbeluitleg van drs. Wulffraat en zijn persoonlijke ervaring over moeiten in het geloof en geloofsvertrouwen. Hij gaf het beeld van een schip dat tijdens de storm veilig de haven in vaart aan een anker. Dit anker is de haven al ingebracht door bemanning in de sloep. Dit geeft een mooie vergelijking: ons geloofsanker is immers ook vooruit gebracht door Christus en biedt een behouden aankomst.
16
Op zaterdag was er een onderzoekspresentatie over ‘vaccineren, vertrouwen, en/of…?’ door dhr. Spaan. Het was goed om uitleg over de overwegingen omtrent niet-vaccineren te ontvangen. Het biedt een onderbouwd tegenwicht aan medisch handelen dat in het grootste deel van Nederland niet ter discussie staat en waar vaccineren de
gangbare medische praktijk is. Een inzicht over ‘beheersbaar of beheersing’ werd verzorgd door mw. I van Galen, psychiater. Ze verklapte dat het haar sprekers-primeur was bij CMF en het was fijn om haar te verwelkomen! Op zondag presenteerde dhr. D Kruijthof plannen om, net als in Parijs, een commissie in het leven te roepen voor medisch onverklaarde genezingen zoals hij die in eigen praktijk heeft meegemaakt. De avondprogramma’s werden verzorgd door het studentenbestuur, met de nodige studentikoziteit zoals ‘cross the border’, waarbij gekozen moest worden voor/tegen een stelling en een wedstrijdje hints ‘uitbeelden van medische termen met 3 personen’. De creatieve uitbeeldingen door een studentengroep hadden toch echt een onovertroffen duidelijkheid en schoonheid. Concluderend zijn we er trots op dat het weekend door aanbidding, lezingen, gesprek en ontspanning een positief weekend is geweest tot eer van Hem. Are we taking God’s role? Hoewel ons medisch denken, spreken en handelen levendige gevolgen kan hebben blijft het leven ons gegeven. Dienen en belijden van Jezus’ naam mag dan een dankbare opdracht zijn ten behoeve van patiënt en medemens. Zoals het programma heeft laten zien: Everyone has a role, but God is in control. Q
Column MANON VAN INGEN
Een bijzondere troost… Binnenkort op de CMF voorjaarsconferentie zal het gaan over troost, onder andere over troost voor dokters die geconfronteerd worden met de gebrokenheid van het leven. Als dokters (in spé) vermijden we liever het gevoel van machteloosheid. De medische technologie lijkt ons daarin steeds meer te ondersteunen. Echter er zijn situaties waarin we uit handen moeten leren geven, als de grens van onze kennis en vaardigheden is bereikt. Zo overviel mij een tijdje geleden dat eigenaardige gevoel van machteloosheid… Zo’n anderhalf uur geleden is mijn dienst bij de dokterswacht begonnen en zijn de huisarts en ik met spoed door Bureau Jeugdzorg bij een psychotische vrouw geroepen. Drie jaar lang is de situatie stabiel gebleven onder medicatie, maar nu lijken de psychotische wanen weer op te spelen. De buren van patiënte zouden haar voortdurend leed aandoen en patiënte vertoont bij de wanen agressief gedrag richting haar omgeving. Haar twee kinderen van zeven en elf jaar oud zijn in huis. Het gezin is al langer bekend bij Jeugdzorg en het derde kind van patiënte is al eerder uit huis geplaatst. Patiënte wil Jeugdzorg niet binnen laten, panisch dat deze ook haar twee andere kinderen van haar af zal nemen. Met een huisarts wil zij wel praten en zodoende zijn wij erbij geroepen met de vraag of we een inschatting kunnen maken van de situatie en of haar twee thuiswonende kinderen nu veilig zijn voor de nacht.
Machteloosheid vind ik maar een naar gevoel als dokter in spé. Het is niet de eerste en ook zeker niet te laatste keer dat dit soort situaties zullen voorkomen. Alleen al als ik denk aan alle terminale jonge en oude patiënten in de praktijk. Het is niet makkelijk om de gebrokenheid van ieder mensenleven onder ogen te zien. En toch... als christenen bezitten we zo’n mooi perspectief en rijke troost! Het zou niet gezond zijn om iedere dag onze patiënten mee naar huis te nemen, maar misschien is het juist wel heel gezond, troostvol en rustgevend om ze in de handen van onze Heere God te leggen! Q
Mijn naam is Manon van Ingen, 23 jaar jong en 6e jaars Geneeskundestudente in het Erasmus MC te Rotterdam. Momenteel loop ik mijn coschap Dermatologie. Mijn medische droom is huisarts worden! -
IDDG Q JUNI 2015
Staand in het donker van de nacht vraag ik me af wat er zich op dat moment achter de gesloten gordijnen afspeelt. De moeder horen we buiten schreeuwen tegen de kinderen, maar ze lijkt ten diepste alleen maar heel erg bang. De deur gaat helaas niet open, alleen een kort gesprek via de brievenbus is mogelijk. We komen niet verder en omdat politie de zaak mogelijk alleen maar verder zal escaleren, wordt de verantwoordelijkheid weer bij Bureau Jeugdzorg gelegd. We rijden weg en ik vraag me af hoe het op dit moment met beide kinderen is. Zijn ze bang? Groeien ze gelukkig op met alle kansen die ze verdienen? Wat komt er terecht van hun wereldbeeld na instantie zus en instantie zo?
17
Dokter in Dakar TABITHA KIEVIET-VAN IMMERZEEL is tropenarts in Dakar (Senegal)
Over zure melk en buiktyfus,
op bezoek bij dokter Soh Soulee is een jonge herder in het noorden van Senegal waar het nomadenvolk de Foulani woont. Het is er snikheet en door de droogte lijkt het landschap op een woestijn. Soulee heeft zijn omslagdoek helemaal om zijn hoofd en mond gebonden tegen de warmte en het stof. Deze zondag komt hij naar Dahra voor de grootste veemarkt van de regio. Hij wil zijn koeien verkopen voordat ze sterven van zwakte. De Foulani kijken uit naar de regens, die nog zeker drie maanden op zich zullen laten wachten.
IDDG Q JUNI 2015
Soulee voelt zich al een week niet goed. Hij heeft koorts en een beker verse melk helpt dit keer niet om zijn buik tot rust te brengen. Hij heeft gehoord dat een dokter van zijn eigen stam een kliniek heeft in Dahra. Het gaat om dokter Soh, die we dit weekend bezoeken in het noorden van Senegal. Soulee blijkt buiktyfus te hebben, een ziekte die hier veel voorkomt. Vaak komt het door de melk die niet gepasteuriseerd wordt en te lang bewaard. Een bijzonder vervelende ziekte, maar met de goede behandeling is hij met een week weer beter.
18
Het is een altijd een leuke ervaring om spreekuur te doen in een kliniek bij dokter Soh. Dokter Soh heeft gestudeerd in Libië maar voelde zich door God geroepen om onder zijn eigen volk te gaan werken. Hij heeft nu een kleine gezondheidspost, maar droomt van een ziekenhuis. Inmiddels is de bouw hiervan begonnen, vlakbij de veemarkt in Dahra. Medische zorg is hier hard nodig. Vanwege hun nomadisch bestaan hebben de Foulani nauwelijks toegang tot gezondheidszorg, hoewel ze een rijk volk zijn. Dit ziekenhuis kan impact hebben op het hele noordelijke deel van Senegal, en ver daarbuiten, omdat de handelaren zelfs vanuit Mali, Mauritanië en
Burkina Faso komen. Dokter Soh is een inspirerend voorbeeld voor me en het was bijzonder dat hij afgelopen zomer in Nederland was voor de ICMDA conferentie. Hij laat me zien hoe je als arts een unieke positie hebt om Jezus’ liefde te tonen. Bij zijn eigen familie, zijn dorpsgenoten en volksgenoten staat hij bekend om zijn goede zorg en toewijding. Regelmatig komen mensen met vragen en dat geeft hem de kans te getuigen of een boek of bijbel te geven. Het leven van de Foulani bestaat volledig uit het zorgen voor het vee en Psalm 23 komt voor mij tot leven in dit gebied. Het leven van dokter Soh is er helemaal op gericht mensen te wijzen op de Goede Herder, die ons leidt naar grazige weiden. Aan het eind van de dag neemt dokter Soh me mee op huisbezoek bij een oudere chronisch zieke patiënt. We worden hartelijk ontvangen en dokter Soh behandelt de ziekte en adviseert. Als dank geeft de familie ons een emmertje verse melk mee. Met de ervaring van Soulee nog vers in mijn geheugen, drink ik deze keer toch liever niet mee... Zie ook de website van de familie Kievit: www.kieviet.org/en Q
Meditatie CMF Engeland The Doctor’s Life Support is een (Engelstalig) Bijbels dagboek speciaal voor dokters. Het is geschreven door leden van ICMDA uit verschillende landen. In IDDG zullen we een aantal keer een overdenking uit dit dagboek plaatsen. Op de website van CMF kunt u, als u dat wilt, elke dag het stuk van die dag lezen. Ook is het mogelijk het dagboek via het CMF-kantoor te kopen. Met de link www.cmf.org.uk/doctors/devotion.asp komt u op de meditatie voor vandaag. De overdenkingen zijn ook dagelijks als podcast te beluisteren via www.cmf.org.uk/media/ en worden door CMF-leden wereldwijd voorgelezen.
The Doctor’s Life Support Frail Children of Dust ‘...he knows our frame; he remembers that we are dust. Psalm 103:14 Every doctor knows the frailty of the human body and mind, even while acknowledging that we are fearfully and wonderfully made (Ps 139). Perhaps more than most, the casualty surgeon knows how easily the body can be broken, and the psychiatrist knows how the mind can be thrown into chaos. We know it is true of ourselves as well as of patients. This earthly tent that we live in, as Paul calls it (2 Cor 5:1), is very vulnerable and has a limited life. Meantime the doctor’s task is to look after it to the best of his or her ability. What we too often neglect, however, is the spiritual being who lives in this tent, this temporal home. We live and think and work very much in the ‘now’ of life, forgetting the eternity that not only is to be but already surrounds us. Thank God his vision of things is not so limited. He knows our frame. He remembers that we are dust. ‘Our days are like grass’, says the Psalmist. ‘But the steadfast love of the Lord is from everlasting to everlasting upon those who fear him’. While being grateful always for God’s steadfast love towards us personally, we can also see here a pattern for a right attitude in medical practice. It is not for the doctor to play God, though that accusation is sometimes made as a jibe. But patients do trust their doctor, and he or she can scarcely do less than follow the Lord’s example of showing tenderness and faithfulness towards those who trust him. Frail children of dust, and feeble as frail, In thee do we trust, nor find thee to fail: Thy mercies how tender, how firm to the end, Our Maker, Defender, Redeemer and Friend. Q
IDDG Q JUNI 2015
Further reading: Ps 103
19
Studentikoos CORINE LUSTIG
Co-schap Tropengeneeskunde Een co-schap in het buitenland: veel studenten dromen ervan. CMF biedt aan studentleden de mogelijkheid om in contact te komen met artsen werkzaam in het buitenland om zo een co-schapperiode bij hen te kunnen lopen. Via CMF heb ik, samen met een bevriende medestudent, in januari en februari 2015 in het Ekwendeni Mission Hospital in Malawi een co-schap Tropengeneeskunde gelopen. Hieronder een korte impressie.
IDDG Q JUNI 2015
In de maanden januari en februari verbleef ik in het noorden van Malawi, in Ekwendeni. In het zuiden waren er op dat moment overstromingen vanwege het heftige regenseizoen; er waren zelfs hulporganisaties vanuit Nederland in die regio. Ekwendeni is van oorsprong een Schotse missiepost en sinds het einde van de 19e eeuw is daar al een ziekenhuis. In dat ziekenhuis is Anneke van den Boogaart-Snoep, lid van CMF, sinds een aantal jaar werkzaam als tropenarts. Daarnaast werken er andere vrijwilligers uit Nederland, en soms uit andere Westerse landen, hand in hand met Malawiaans personeel. Het Ekwendeni Mission Hospital is een redelijk groot ziekenhuis met verschillende afdelingen, operatiekamers, polikliniek en een goed opgezette apotheek.
20
Al sinds ik met mijn studie geneeskunde begon, wilde ik naar Afrika om daar als co-assistent mijn geleerde kennis en vaardigheden te kunnen inzetten en
gebruiken. Het co-schap Tropengeneeskunde (in mijn vrije keuzeruimte) heb ik als zeer waardevol en bijzonder ervaren. Een ervaring die misschien wel elke geneeskunde student zou moeten hebben. De gezondheidszorg is in het buitenland volledig anders georganiseerd dan in Nederland. Het is goed om dat te ervaren, waarbij het niet uitmaakt of je in Nederland of in het buitenland wil werken later. Zorg is zorg, maar toegankelijkheid van zorg is een heel ander issue. Malawi is een van de armste landen van de wereld en door armoede is de toegankelijkheid van zorg ook veel minder. Patiënten komen veelal te voet naar het ziekenhuis, soms lopen ze uren om zorg te kunnen krijgen. Ook voor chronisch zieke patiënten is dat een probleem. Of denk aan wekelijkse chemotherapie. Toegankelijkheid van zorg hangt in Afrika dus af van meerdere factoren, waaronder de weersomstandigheden, vervoersmogelijkheden en financiën. Wat mij daarnaast ook trof, is dat
in Ekwendeni, Malawi
Tijdens mijn co-schap periode heb ik voornamelijk gewerkt op de moeder- en kind afdeling, maar ook op de interne afdeling en kinderafdeling. Soms was het erg rustig, maar soms lagen de afdelingen voller dan vol. Op de kinderafdeling lagen veel kinderen met malaria en sepsis. Op een gegeven moment lagen er ongeveer 50 kinderen opgenomen, van wie waarschijnlijk 95% de diagnose malaria had, naast een eventuele andere diagnose. Op de gynaecologie en verloskunde afdeling hadden we te maken met malaria in de zwangerschap, (pre-)eclampsie, uteriene infectie, obstetrische voorgeschiedenis en prematuriteit. Op de interne afdelingen werden diagnoses gesteld als gastro-enteritis, pneumonie, cerebrovasculaire aandoeningen, diabetes mellitus, hypertensie en HIV/aids-gerelateerde aandoeningen. In het ziekenhuis was een goed functionerende HIVkliniek, waar patiënten eens per drie maanden gecontroleerd werden en medicatie meekregen. Ook was er een Chronic Care Clinic, waar mensen met chronische ziekten als hypertensie en diabetes mellitus goed in de gaten gehouden werden. Als co-assistent was er voldoende ruimte om onder supervisie zelfstandig te werken, wat ook een heel goede ervaring was. Ook waren de outreaches erg mooi om bij aanwezig te zijn. Een groot verschil met Nederland was vooral de christelijke identiteit van het ziekenhuis. Driemaal per week was er ‘morning prayer’, er werd gebeden met patiënten en voor elke operatie werd een gebed uitgesproken.
Er was veel meer afhankelijkheid van en geloof in God, vergeleken met een willekeurig Nederlands ziekenhuis. God is de grote Geneesheer: in Nederland vergeten we Hem er wel eens bij te betrekken. Concluderend heb ik een heel mooie tijd in het Ekwendeni Mission Hospital gehad, waar ik veel heb beleefd, gehandeld en geleerd van medisch handelen en werken in een andere cultuur. Een ervaring die ik niet snel zal of wil vergeten. Q
Het CMF studentenbestuur houdt een lijst bij van artsen werkzaam in het buitenland die bereid zijn om coassistenten te ontvangen en begeleiden. Bent u/jij als arts werkzaam in het buitenland en zou u het leuk vinden om coassistenten voor een korte of langere periode te begeleiden, mailt u gerust naar
[email protected]. Wij kunnen u dan in contact brengen met coassistenten die graag een coschap in het buitenland willen lopen. Ook als u tips voor ons heeft, is dat van harte welkom. Ben jij een coassistent/geneeskundestudent die graag een coschap in het buitenland zou willen lopen, maar niet weet waar en hoe te beginnen? Mail dan ook naar
[email protected]. Misschien kunnen wij je op weg helpen!
IDDG Q JUNI 2015
er veel wisselingen in emoties zijn. Mooie en moeilijke momenten, ziekte en gezondheid, leven en dood wisselen zich in snel tempo af.
21
Column
ESMÉ WIEGMAN-VAN MEPPELEN SCHEPPINK IS DIRECTEUR VAN NPV-ZORG VOOR HET LEVEN
Kwaliteit van zorg
IDDG Q JUNI 2015
Minister Schippers heeft recent plannen uitgewerkt rondom de kwaliteit en betaalbaarheid van zorg. Tweede Kamerleden van de vaste Kamercommissie VWS wilden graag weten wat mensen ‘uit het veld’ van deze plannen vonden. Daarvoor is de vorm van een rondetafelgesprek gekozen, waar verzekeraars, patiëntenorganisaties, wetenschappers en vertegenwoordigers van artsenorganisaties aanschoven. Centraal stond de vraag: Op welke wijze draagt het kabinetsplan ‘Kwaliteit loont’ bij aan de toegankelijkheid, kwaliteit, betaalbaarheid en transparantie van de zorg?
22
Het Kabinet zet in op de verbetering van de zorg en op duurzame betaalbaarheid van de zorg. Kortweg gezegd: meer kwaliteit voor minder geld. De verhouding tussen samenleving, markt en overheid verschuift. Iedereen wordt ingezet in de participatiesamenleving. Een mooi streven, maar hoe zorg je ervoor dat de patiënt – om wie het uiteindelijk gaat in de zorg – ook écht baat heeft bij de door het Kabinet ingeslagen weg? We moeten ervoor waken dat ‘waarde-volle zorg’ niet ondergeschikt wordt aan de waarde ‘geld’. Gezondheidszorg is meer dan ‘zorg voor de gezondheid’. Het is belangrijk dat de zorg haar eigen karakter behoudt. Waarden zoals aandacht, betrokkenheid, verantwoordelijkheid, deskundigheid en liefde zijn kenmerkend voor deze sector. De afgelopen jaren is er sterk ingezet op het ontwikkelen van standaarden en richtlijnen om de kwaliteit van zorg inzichtelijk te maken. Zonder af te doen aan
het belang van goede en toegankelijke kwaliteitsinformatie moeten we toegeven dat kwaliteit lang niet altijd te meten is aan de hand van harde, objectief meetbare indicatoren. Dat blijk wel uit het feit dat een zorgverlener door verschillende personen een ander kwaliteitsoordeel krijgt toegekend. De zorgrelatie tussen een zorgverlener en patiënt speelt hierbij een belangrijke rol. Deze zorgrelatie is gebaat bij gelijkwaardigheid en vertrouwen tussen arts en patiënt. Patiënten moeten door de arts betrokken worden bij beslissingen over hun eigen zorgtraject. Samen moeten ze komen tot gepaste zorg. Niet iedere patiënt is echter in staat om deel te nemen aan het proces van gezamenlijke besluitvorming. Kwetsbare patiënten vinden het moeilijk of zijn zelf niet in staat om eigen zorg te organiseren of een beroep te doen op hun ‘netwerk’, áls van zo’n netwerk al sprake is. Daarom: niet alleen kwaliteit loont, maar ook solidariteit en zorgzaamheid! Q
Buitenlandse Zaken RICK PAUL
ICMDA - zo wijd de wereld strekt! Rick Paul maakte afgelopen zomer deel uit van het organiserend comité van het ICMDA 2014 wereldcongres. Aansluitend aan het congres werd hij regionaal secretaris voor de Eurasia regio. Door parttime te gaan werken in de VU kwam er tijd vrij voor dit secretariaat. De komende vier jaar hoopt hij u op de hoogte te houden van het reilen en zeilen van onze ”internationale familieleden”.
Het begon allemaal in 1963 toen persoonlijke contacten tussen christenartsen uit een tiental landen resulteerden in een eerste gezamenlijke bijeenkomst in Amsterdam. Op de tweede bijeenkomst in Oxford, enkele jaren later, werd besloten tot de oprichting van een internationale vereniging: de ‘International College of Christian Physicians’ (ICCP). De Nederlandse ProtestantsChristelijke Artsen Organistatie (PCAO), voorloper van het huidige CMF Nederland, was één van de ‘founding fathers’. De ICCP groeide uit van een organisatie die elke drie of vier jaar een conferentie hield, tot een Internationale Associatie die ook in de tussenliggende jaren zich actief inzette voor christenartsen en tandartsen in allerlei landen. Deze verbreding en verdieping van de taken resulteerde op het wereldcongres te Calcun (1986) in de nieuwe naam ICMDA. In 2001 werd de ICMDA vanwege de sterke groei ingedeeld in regio’s. Momenteel zijn er 12 regio’s waarvan Eurasia (Europa, Rusland, de Kaukasus en de Centraal Aziatische republieken) de grootste is. Iedere regio heeft een bestuur, een ‘Regional Committee’, dat via de secretaris het contact met de nationale groeperingen onderhoudt. Door de politieke ontwikkelingen in de laatste decennia is het aantal zelfstandige landen in de Eurasia
regio toegenomen. In 27 landen is er thans een nationale CMF. In veel andere landen zijn er individuele contacten. De sterke groei, de mogelijkheden in de voormalige Oostbloklanden en de vele individuele contacten hebben ertoe geleid dat ICMDA Eurasia geleidelijk is gaan functioneren als een separate, internationale CMF. Het doel hiervan is het organiseren van conferenties en het helpen bij het opzetten van nieuwe nationale groepen. Hoewel dit werk wordt gezegend, is het volgens de Eurasia Committee wenselijk dat de banden met de bestaande CMF’s worden aangehaald zodat ICMDA Eurasia weer als een ontmoetingsplaats gaat functioneren. Een mogelijke stap hiertoe zou kunnen zijn om alle 27 leden te vragen een gemandateerde afgevaardigde te sturen naar de jaarlijkse vergadering van de Eurasia Committee. Op die wijze blijven alle leden volledig geïnformeerd over de ICMDA en hebben zij ook zeggenschap over strategie en beleid. Een dergelijke opzet vergemakkelijkt ook onderlinge hulp tussen leden. Een voorbeeld van dit laatste is de hulp die KLF (Kristelig Lægeforening Danmark), de Deense CMF, aan de CMF van Servië geeft. Omdat een conferentie voor heel Eurasia zo’n twee tot drie jaar voorbereidingstijd vergt, zal er de komende jaren geen ‘pan-Eurasia conference’ worden gehouden, omdat de datum dan te dicht bij die van het volgende Wereldcongres komt (augustus 2018 in Hydrabad, India). In plaats daarvan komt er een aantal ‘sub-regional conferences’, waarvan de meeting voor de Centraal Aziatische Republieken in Kirgizië (16 tot 19 juli aanstaande), de eerste is. Later dit jaar (8 tot 11 oktober) is in Lissabon een regio-overstijgend Portugeestalig congres. Q
IDDG Q JUNI 2015
Het motto van het Nederlands Korps der Mariniers (‘Qua patet orbis’ – zo wijd de wereld strekt) zou ook prima passen bij de ‘International Christian Medical and Dental Association’ (ICMDA). Want met groepen artsen en tandartsen in zo’n zeventig landen is er sprake van een wereldwijd netwerk.
23
Boekrecensie PAUL LIEVERSE
Lof der onvolmaaktheid Van de journalist Gerbert van Loenen – bekend van ‘Hij had beter dood kunnen zijn’ (2009) – kwam begin dit jaar een tweede boek uit. Ook hierin gaat hij in op thema’s rondom beslissen over kwaliteit van leven en andere factoren die iemand kunnen brengen tot het oordeel dat het leven van iemand anders of van zichzelf beëindigd zou kunnen worden.
Hoe rationeel zijn we als we ziek zijn? In het eerste boek spitste Van Loenen dat toe op hoe anderen oordelen over het leven van met name gehandicapten en wilsonbekwame patiënten. In dit nieuwe boek gaat Van Loenen meer filosofisch in op de vraag of begrippen als ongemak en tegenspoed – tot en met meer heftige thema’s als chronisch depressief of terminaal ziek zijn – zo vanzelfsprekend de gedachte aan hulp bij zelfdoding en euthanasie moeten oproepen als in onze cultuur gebeurt. Daarbij kijkt de schrijver ook kritisch naar het begrip ‘zelfbeschikking’. Hoe rationeel zijn we als we ziek zijn? In welke mate worden we beïnvloed door onze omgeving, hoe goedbedoeld adviezen en bezorgde hulp ook zijn? Sterk is Van Loenen opnieuw in het analyseren van argumentatie, zoals hoe van de ene ontwikkeling zich
een nieuwe aandient, terwijl die nieuwe daarvoor nog ondenkbaar leek. Wie nog twijfelt aan het hellend vlak rond levensbeëindiging wordt in dit boek voldoende bediend van antwoorden en voorbeelden. Het boek is sympathiek door de vele en ook persoonlijke voorbeelden die de auteur beschrijft: de zelfdding van zijn ernstig depressieve zus (zelf gebruikt de auteur bewust de term ‘zelfmoord’, want “voor een akelig ding gebruik ik graag akelige woorden”) en de belevenissen rond de jarenlange zorg voor zijn partner die verlamd raakte na een operatie van een hersentumor en later aan een recidief overleed, maar die tot het eind toe volop leefde (“zo lag hij op zijn sterfbed nog vriendschap te sluiten”). Een aanrader, ook al heb ik zelf een voorkeur voor het eerste boek vanwege de sterke, soms ronduit komische analyse van de argumentatie die vaak ook artsen hanteren om hun oordelen en handelen goed te praten. Lof der onvolmaaktheid. Gerbert van Loenen. Uitgeverij Ten Have, februari 2015 / 160 pagina’s / ISBN 9025904270 / € 17,50 Q
Boekrecensies
IDDG Q JUNI 2015
CAROLINE VAN DEN BERG
24
‘Voorkomen is beter’ en ‘Dit nooit meer’ Wat leren wij als artsen van calamiteiten? Wat als het dichtbij komt? Als we zelf de oorzaak van de calamiteit zijn, omdat we een fatale fout hebben gemaakt. Wat doen we om dit te voorkomen?
De casus die mij persoonlijk het meeste aanspreekt, werd beschreven in hoofdstuk 5. De titel luidt: “Speak up!” Een KNO-arts in opleiding mist een hersenabces bij een jongeman, die een dag later overlijdt. Het wrange van dit verhaal is dat deze arts juist wél een ‘niet-pluis-gevoel’ heeft. Echter, zijn twijfel kan hij niet goed overbrengen naar zijn supervisor. Hij voelt schroom te overleggen en wanneer hij dit doet, stoort hij zijn supervisor tijdens een operatie waardoor deze geïrriteerd reageert. Is twijfel niet iets dat we allemaal herkennen? Delen we onze twijfel voldoende met collega’s en opleiders? Als dokter neem je per dag tientallen beslissingen als het gaat om diagnostiek en behandeling. Je wordt geacht de juiste beslissing te nemen op basis van beschikbare kennis, maar soms ook op basis van intuïtie of een onderscheid tussen ‘pluis’ en ‘niet-pluis’. De auteur belicht bij deze casus het perspectief van de zender: “Als je twijfelt over de patiëntveiligheid, heeft dat een reden. Onthoud: jij bent niet gek. Je kunt ernaast zitten, maar je bent niet gek. Dus jouw twijfel is altijd waard om gehoord te worden.” Daarnaast beschrijft hij hoe de supervisor hierin zou moeten staan: “Het is niet gaaf om ontoegankelijk te zijn als supervisor, het is letterlijk levensgevaarlijk.” Na elk hoofdstuk worden twee vragen gesteld: “Wat kan ik hier morgen mee?” en “Hoe kan ik mijn patiënten hierbij betrekken?” Kortom: een eerlijk en praktisch boek dat vlot leest. Het boek doet denken aan een ander boekje wat zo’n zes jaar geleden werd uitgebracht, ook in samenwerking met Ian Leistikow. De titel van dit boek luidt: Dit nooit meer. Hierin worden, in tegenstelling tot in het voorgaande boek, geen
fictieve, maar waargebeurde incidenten verteld. Het boekje kreeg ik tijdens mijn studie in het UMC Utrecht uitgereikt. Ik zette net de eerste stappen in de kliniek als coassistent en herinner me dat ik het heel moedig vond dat artsen dit durfden. Ik was destijds verbaasd dat er ook bekende namen als Ben Crul en Bert Keizer aan het woord kwamen in het boekje. Zij gingen met de billen bloot over soms fatale fouten.
Als dokter neem je per dag tientallen beslissingen als het gaat om diagnostiek en behandeling Na het lezen en na mijn eerste ervaringen in de kliniek kon ik me echter beter inleven in hun situaties en vond ik hun handelen in veel gevallen te begrijpen. Door in het hoofd van iemand anders te kruipen, herken en begrijp je iemands overwegingen. Daarnaast gaven de schrijvers er blijk van zich er niet bij neer te leggen, maar juist geleerd te hebben van hun fouten voor de rest van hun carrière. Terugkijkend besef ik dat de dokters die mijn rolmodel werden, altijd degenen waren die eerlijk vertelden over hun eigen kunnen en falen. Dit delen en doorgeven aan collega’s die er lessen uit kunnen trekken, levert naar mijn mening al een grote bijdrage aan de patiëntveiligheid. Juist als christenartsen is het een uitdaging onze fouten onder ogen te zien en open te zijn naar zowel collega’s als patiënten. De aspecten schuld belijden en genadig zijn, bieden hoop voor heel moeilijke situaties waarin wij terecht kunnen komen door medische missers. Voorkomen is beter. Leren van calamiteiten in de zorg. Ian Leistikow, Diagnosis Uitgevers, december 2014 / 204 pagina’s / ISBN 9789491969010 / € 20,Dit nooit meer. Artsen vertellen over hun incident. Ian Leistikow, Harry Molendijk, Heleen Tijnk (red.) CBO, november 2009 / 56 pagina’s / ISBN 9789069102481 / € 6,95 Q
>>
IDDG Q JUNI 2015
Dr. Ian Leistikow houdt zich al langere tijd bezig met het thema patiëntveiligheid. Recent schreef hij het boek: Voorkomen is beter – Leren van calamiteiten in de zorg. In dit boek worden vijftien fictieve casus beschreven, die allen herkenbaar zijn. Afwisselend wordt het arts- en patiëntperspectief belicht. Tussen de regels door worden theoretische en praktische onderbouwingen gegeven die illustreren hoe menselijk handelen in het medische systeem soms leidt tot ernstige calamiteiten. En nog belangrijker: hoe dit voorkomen kan worden.
25
Boekrecensie DIANNE NOLEN
Komt een f ilosoof bij de dokter Wanneer ben je ziek en wanneer niet? Leidt de nieuwe versie van de DSM tot een ongewenste medicalisering? Welke invloed heeft marktwerking op de zorg? Deze vragen kunnen zomaar bij u op komen. Daarvoor hoeft u geen filosoof te zijn. De filosofie kan echter wel helpen om deze vragen te beantwoorden. Het boek ‘Komt een filosoof bij de dokter’ doet daar dan ook een poging toe. Naar mijn mening een geslaagde.
IDDG Q JUNI 2015
Het boek is een bundel met essays over de aannames, vragen en ontwikkelingen achter de Geneeskunde en is ingedeeld in drie thema’s: ‘lichaam en geest’, ‘ziek en gezond’ en ‘zorg en samenleving’. Vanuit diverse deelgebieden van de filosofie, zoals de ethiek en de fenomenologie, wordt een nieuw licht geworpen op medische vraagstukken. Aan deze bundel werkten diverse auteurs mee, zoals Bert Keizer, Gerrit Glas en Maartje Schermer (eveneens redacteur van dit boek en hoogleraar filosofie van de geneeskunde aan de EUR).
26
De essays bieden een frisse blik vanuit een ander discipline op onze gezondheidszorg. Het blijkt dat er vanuit de filosofie ook veel niet-morele vragen te stellen zijn over de geneeskunde. Zelf was ik onder de indruk over het scala van vragen die huidige ontwikkelingen in de maatschappij oproepen, en nog meer over de perspectieven die de filosofie kan bieden op bepaalde vraagstukken. Zo wordt de casus beschreven van een patiënte die een borstamputatie onderging, waarbij naderhand haar lichaamsperceptie veranderde. Het lichaam kan opgevat worden als object – het lichaam als buiten-onszelf-staand – en als subject – een gelokaliseerde ervaring, waarbij een gevoeld en belichaamd ‘ik’ gecreëerd wordt. Met name de ervaring van het lichaam als object veranderde bij deze patiënte: ze schrok van zichzelf, als ze in de spiegel keek. Daarnaast was de patiënte geschokt dat ze verwezen werd naar een lingeriezaak voor het aanmeten van een borstprothese. Hierin valt het verschil op met bijvoorbeeld een beenprothese, waarbij naar een gespecialiseerde prothesemaker wordt verwezen. Bij een beenprothese staat veeleer de functionaliteit voorop, terwijl een borst meer als ‘versiering’ van het lichaam wordt gezien. Dit in tegenstelling tot de ervaring van de(ze) patiënte. De variëteit in dit boek is plezierig: er wordt een scala aan onderwerpen behandeld en de diepgang van de
artikelen is divers. Met andere woorden: er is voor elk wat wils. Tevens sluit het boek goed aan op de praktijk; veel casussen passeren de revue en er worden praktische adviezen gegeven. Voor de lezer die zich graag nog meer wil verdiepen in een bepaald onderwerp, worden er aan het eind van elk hoofdstuk ook enkele leessuggesties genoemd. Mogelijk beschouwen sommigen van u filosofie als droog en stoffig – in dit boek is daar in elk geval geen sprake van. Daarom kan ik u dit boek ook zeker aan raden. Met dit boek zijn zeker niet de antwoorden gegeven op complexe vragen, maar het daagt u wel uit om verder na te denken over uw handelen. Het feit dat dit boek door met name niet-christelijke auteurs is geschreven, maakt het mijns inziens ook interessant. Wellicht kunnen wij deze algemene wetenschappelijke kennis ook goed gebruiken in het debat rondom christelijke zorg. Komt een filosoof bij de dokter. Maartje Schermer (red.) Uitgeverij Boom, november 2013 / 332 pagina’s / ISBN 9789461053350 / € 32,90 Q
Oproep fotowedstrijd ‘geneesKUNST’ We hebben een prachtig vak! We dagen u als lezer uit om uw (medische) werk op een originele manier weer te geven in een foto. Laat u inspireren door uw patiënt (de privacy daarbij in acht nemend), door uw stethoscoop of andere medische hulpmiddelen, door uw eigen praktijk of ziekenhuis... Stuur uw mooiste of meest kunstzinnige foto voor 15 juli 2015 naar
[email protected]. Als redactie zullen we de winnende foto op groot formaat afdrukken, zodat het als wandversiering kan dienen op uw werkplek!
Agenda 6 juni 2015
27 juni – 2 juli 2015
21-26 september 2015
Voorjaarsconferentie CMF
Zomerconferentie Nederlandse Lucasorde
HCFI Global Prayer Summit
Thema: Troosten altijd Locatie: Driebergen Informatie: www.cmf-nederland.nl
Thema: Geloof dat er toe doet Locatie: Helvoirt Informatie: www.lucasorde.nl
Oratie Theo Boer
17-20 augustus 2015
Locatie: Bovenkerk Kampen Informatie: www.cmf-nederland.nl
Summer Seminar Abraham Kuyper Center for Science and Religion
18 juni 2015
Thema: Science and religion Locatie: Vrije Universiteit Amsterdam Informatie: www.forumc.nl
Thema: Uitzending naar het buitenland Locatie: Driebergen Informatie: www.interserve.nl
2 oktober 2015
Congres Geloof in zorg
8 juni 2015
Interserve informatieavond
Locatie: Dinas Powys (Wales) Informatie: www.hcfnederland.nl
3 september 2015
Thema: volgt Locatie: volgt Informatie: www.geloofinzorg.nl 22-25 oktober 2015
CWN najaarsconventie Thema: volgt Locatie: Delden Informatie: www.cwn-cwj.nl
Start cursus medische ethiek 19 juni 2015
CBMC en IMPACT Vrouwennetwerk themamiddag
Thema: Medische ethiek Locatie: Amersfoort Informatie: www.cmf-nederland.nl
www.cmf-nederland.nl
Thema: Geloof en overheid & familie Locatie: Tweede Kamer, Den Haag Informatie: www.impactnetwerk.nl
11-13 september 2015
19-21 juni 2015
Thema: Read it! Locatie: Delden Informatie: www.ifes.nl
IFES studentenconferentie
Voor meer informatie of activiteiten in Nederland, zie:
IFES studentenconferentie
Voor overige internationale conferenties, zie: www.icmda.net
Thema: Lead it! Locatie: Driebergen Informatie: www.ifes.nl
Aankondiging Om het persoonlijke ook in de praktijk uit te leven gaan we voorafgaand aan de studiedagen drie dagen op stap met elkaar. De gastheer/vrouw van het land waar we zijn heeft mooie routes en bezienswaardigheden uitgezocht. Dit jaar maken we een boottocht door Berlijn, bezoeken we het Stasi museum en verkennen we het kasteel Sanssouci in Potsdam. Voor wie: Wanneer:
Artsen en partners (ook kinderen zijn welkom) 16 – 19 augustus (Berlijn en omgeving verkennen); € 380 19 – 22 augustus (studiedagen); € 330 Waar: Begegnungs und Bildungszentrum, Woltersdorf, Berlin Informatie: www.medecinedelapersonne.org
IDDG Q JUNI 2015
Van 19 t/m 22 augustus wordt voor de 67ste keer de International Meeting of Medicine of the Person gehouden. Drie studiedagen over onderwerpen die je niet zo snel op een ander medisch congres zult tegenkomen. Dit jaar is het onderwerp ‘Creativiteit in de zorg’. Het bijzondere van deze congressen is dat de persoon van de patiënt en dokter centraal staat in de lezingen en dat er persoonlijke aandacht voor de deelnemers is, zoals in de gespreksgroepen en in de presentaties van levensverhalen van deelnemers. Voor Christen dokters is dit congres van belang, omdat persoonlijke relaties hier centraal staan, tussen zowel mensen onderling, als tussen God en de mens; zowel in de voordrachten als in de Bijbelstudies en gespreksgroepen. Om tegemoet te komen aan de variëteit aan achtergronden is het congres drietalig: Engels, Frans en Duits.
27
ie een willekeurige krant openslaat, de TV aanzet of zijn medische literatuur bijhoudt, komt tot de ontdekking dat ethiek een belangrijk onderdeel is van ons vak. Maar ook in de spreekkamer worden we er vaak mee geconfronteerd. Is de patiënt wilsbekwaam genoeg om een bepaalde behandeling te weigeren? Zijn onze richtlijnen niet te veel gefocust op kosten-baten analyses? Zijn er niet nog andere overwegingen die richting kunnen geven aan wat de beste behandeling is voor deze patiënt?
PRAKTISCHE
INFORMATIE
Voor wie:
Artsen
Waar:
Locatie centraal in het land (wordt nog bekend gemaakt)
Wanneer:
3 september 17 september 1 oktober
Hoe lang:
Een collegeavond van 19.00- 22.00 uur, per avond +/-3 uur voorbereiding
Kosten:
+/- 200 euro per deelnemer
15 oktober 29 oktober
eel artsen zijn zich daar terdege van bewust en laten ook andere overwegingen meespelen in hun beslissingen. Tegelijkertijd realiseren velen zich hoe weinig ze getraind zijn in het nadenken over ethische vraagstukken.
Met deze cursus willen wij u daar graag in ondersteunen. anuit een samenwerkingsverband tussen CMF-Nederland en het Lindeboom Instituut zullen we najaar 2015 een cursus Medische Ethiek aanbieden. Docent is prof. dr. Theo Boer, Lindeboom hoogleraar Ethiek van de zorg en met jarenlange ervaring in de bio-ethiek. Aan de hand van colleges en zelfstudie zult u in vijf avonden een inleiding krijgen in algemene ethiek en enkele grote vraagstukken binnen de huidige medische ethiek: ethiek bij begin en einde van het leven, gehandicapt leven, autonomie en voorspellende geneeskunde. Daarbij zal de inhoud zijn toegespitst op praktiserende artsen. Behalve voor basisvragen is er veel aandacht voor casuïstiek en is er veel ruimte voor discussie. De cursus heeft een postacademisch niveau.
Geïnteresseerd geraakt? Ga naar www.cmf-nederland.nl/cursus-ethiek