In deze brief reageer ik op uw verzoek van 15 januari jl. waarin u ten behoeve van uw cliënt, , allerlei informatie van mij vraagt

Ministerie van Financiën

> Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag

Directoraat-Generaal Belastingdienst Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag wetwrijksoverheid.n1 Inlichtingen

Datum Betreft

FEB.2915

Ons kenmerk

Geachte heer/mevrouw, In deze brief reageer ik op uw verzoek van 15 januari jl. waarin u ten behoeve van , allerlei informatie van mij vraagt. uw cliënt, In uw brief refereert u in het geheel niet aan de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Ook de aard van de vragen vormde voor mij geen aanleiding uw brief als een Wob-verzoek te beschouwen. Op 13 februari jl. stuurde u mij een brief waarin u aangeeft dat uw brief van 15 januari een Wob-verzoek is en dat de reactietermijn voor dit verzoek is verstreken. Op 17 februari heb ik de ontvangst van uw brief van 13 februari bevestigd en aangegeven dat ik uw brief van 15 januari als Wob-verzoek ga behandelen, maar dat de reactietermijn voor dit verzoek pas is Ingegaan op 16 februari, omdat op dat moment pas duidelijk was dat uw brief van 15 januari als een Wob-verzoek moet worden beschouwd. Wettelijk kader Uitgangspunt van de Wob is dat - in het belang van een goede en democratische bestuursvoering - documenten op verzoek openbaar worden gemaakt. Dit uitgangspunt geldt niet als een specifieke geheimhoudingsplicht zich ertegen verzet of als één of meer uitzonderingsgronden van de Wob van toepassing zijn. Het verzoek moet betrekking hebben op documenten die feitelijk beschikbaar zijn en niet al openbaar gemaakt zijn. Uw verzoek In uw verzoek stelt u diverse vragen over de interne E-opleiding en de ADACopleiding. Gemakshalve volg ik de nummering van uw verzoek in de beoordeling van uw verzoek.

Pagina 1 van 3

Beoordeling 1 Studiegids E-opleiding. Ik maak deze studiegids openbaar (bijlage 1 en bijlage 2). 2 a Tijdsduur interne opleiding: ongeveer 15 maanden fulltime (afhankelijk van de richting, kantoortoets, veldtoets, etc.) b Verlenging: in principe niet, er waren twee toetskansen. Alleen in zwaarwegende omstandigheden (ziekte etc.) kon het management van de betreffende medewerker bepalen dat de persoon later nog een keer de opleiding kon doen. c Vakkenpakket: staat in de studiegids. d Tentamenmogelijkheden: staat in de studiegids. e Waardering: MBO+, op basis van de E-opleiding werden vrijstellingen verleend voor de H802 (AD/AC) opleiding. f Studiefaciliteiten: het was het een fulltime-opleiding, meestal op 1 lesdag 1 dag studieverlof. g Tijdsbesteding: hoewel de opleiding fulltime in werktijd was, werd aan de cursisten aangegeven dat het een gemiddelde was. Er waren cursisten die daarnaast in eigen tijd moesten studeren, maar er waren ook cursisten die ruim de tijd hadden. Ii Verhouding werken/studeren: véér 2006 was het voornamelijk studeren. Er zaten wel stageperiodes in, bijvoorbeeld tijdens de campagne tulp bij aangifte'. Na 2006 zaten er tussen de blokken stageperiodes, maar het was een fulltime opleiding, dus het werken had ook betrekking op de opleiding. i Zie hiervoor. 3-6 Er zijn geen documenten beschikbaar waarin de gedetailleerde informatie waarop uw verzoek betrekking heeft is vastgelegd. Deze informatie is alleen op individueel niveau beschikbaar in de personeelsdossiers. De Wob verplicht niet tot het aanmaken van een document. Ik ga daarom niet aan deze informatieverzoeken voldoen. Er is wel een algemeen document voorhanden, nl. het memo 'Evaluatie studiedecanaat'. Deze evaluatie gaat in algemene zin ook in op de onderwerpen die u noemt uw verzoek. Dit document maak ik openbaar (bijlage 3). Ik heb de namen van de medewerkers van de Belastingdienst die daarin voorkomen onleesbaar gemaakt, gelet op art. 10, lid 2, onder e, van de Wob (eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer). 7 Er is een vergelijking gemaakt. Voor de E-opleiding zonder AD/AC is al het lesmateriaal overgedragen aan de Hogeschool Utrecht die zorgde voor de uitvoering. Er is geen document voorhanden dat betrekking heeft op de vergelijking die toen is gemaakt. 8 De Hogeschool Utrecht heeft het programma overgenomen en ook de roostering. Vanaf 2013 is aangesloten bij de deeltijdopleidingen van het reguliere onderwijs en is besloten dat medewerkers 16 uur per week voor het volgen van lessen en voorbereiding krijgen. Een document dat hierop betrekking heeft is niet voorhanden. In 2013 is gekeken welke opleidingen een accreditatie hadden voor deze 9 opleiding. Hoe vaak dit gecontroleerd wordt is mij niet bekend. Dat is een taak van de onderwijsinspectie. Een document dat hierop betrekking heeft is niet voorhanden.

Directoraat-Generaat Belastingdienst Ons kenmerk DGBP/2015/295 U

Pagina 2 van 3

Besluit Gelet op wat ik hiervoor heb overwogen wijs ik uw verzoek grotendeels toe voor zover er documenten bestaan waarop uw verzoek betrekking heeft. Voor een klein deel wijs ik het af voor zover het gaat om de namen van medewerkers van de Belastingdienst die in de documenten zijn opgenomen, die maak ik niet openbaar.

Directoraat-Generaal Belastingdienst Ons kenmerk °GBP/ 2015/295 U

Hoogachtend, de Staatssecretaris van Financiën, namens deze,

Mr. J, de Blieck, lid van het Managementteam Belastingdienst Voor de goede orde wijs ik u erop dat u tegen mijn besluit in het kader van de Wob op grond van afdeling 6.2 van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na dagtekening van dit besluit een bezwaarschrift kunt indienen bij de staatssecretaris van Financiën, kamer KV 2,52, postbus 20201, 2500 EE Den Haag, Het bezwaarschrift moet door de indiener zijn ondertekend en bevat ten minste zijn naam en adres, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden waarop liet bezwaar rust.

Pagina 3 van 3

Bijlage 1

Voorlopig overzicht van de fiscale en juridische modules van de E- opleiding per februari 2010

Burgerlijk Recht 14 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Blok 1 - Inleiding Onderwerpen die in dit blok onder meer ter sprake komen zijn, indelingen in het recht, rechtsbronnen, en de rechtspraak. Tevens wordt naar de opbouw en terminologie van het Burgerlijk Wetboek gekeken. Blok 2 - Personen-, familie- en erfrecht In het tweede blok staat de natuurlijke persoon centraal. Onderwerpen daarbij zijn bijvoorbeeld handelingsonbekwaamheid van minderjarigen en het huwelijk. Bij het erfrecht leert u onder meer een erfenis te verdelen. Blok 3 - Samenwerkingsvormen In dit blok worden samenwerkingsvormen van met name ondernemingen behandeld. Daarbij gaat het om rechtspersonen, zoals de BV en de vereniging, en om contractuele samenwerkingsvormen. Een voorbeeld van die laatste groep is de Vennootschap onder firma (Vof). Blok 4 - Rechtshandeling en verbintenis Dit blok gaat over twee kernbegrippen van het burgerlijk recht: de rechtshandeling en de verbintenis. Ook worden twee belangrijke bronnen van verbintenissen behandeld: de overeenkomst en de onrechtmatige daad. Blok 5 - Goederenrecht In het vijfde blok bekijken we onderwerpen als: de overdracht van een goed, houderschap, bezit en eigendom. Ook worden de beperkte rechten besproken. Een voorbeeld van een beperkt recht is het hypotheekrecht. Blok 6 - Faillissementrecht Het laatste blok behandelt het faillissement. Daarbij wordt tevens aandacht geschonken aan surseance van betaling en de schuldsanering van natuurlijke personen.

Inkomstenbelasting niet winst Deel 1:16 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Deel 2: 10 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Deel 1 1. Raamwerk Wet IB 2001 2. Partnerregeling 3. Loon 4. Eigen woning 5. Kapitaalverzekering eigen woning 6. Persoonsgebonden aftrek 7. Sparen en beleggen 8. Berekening belasting en Heffingskortingen 9. Herhalen lesstof en Voorbeeldtentamen

Het cursusmateriaal voor IBNW 1 bestaat uit: - Pocket belastingwetten Leerboek: De Wet inkomstenbelasting 2001, Editie 2008, door dr. Mr. R.E.C.M. Niessen en mr. L.J.A. Peterse, Sdu Fiscale & Financiële Uitgevers Werkboek IBNW 1 Extra materiaal op sharepoint Deel 2 1. Resultaat uit overige werkzaamheden 2. Periodieke uitkeringen 3. Uitgaven voor inkomensvoorzieningen 4. Aanmerkelijk belang 5. Herhalen lesstof en Voorbeeldtentamen Het cursusmateriaal is hetzelfde als voor deel 1, plus een werkboek IBNW 2. Loonbelasting 14 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwerpen zijn onder andere: Wet LB, Uitvoeringsbesluit LB 1965, Uitvoeringsregeling LB 2001 Begrippen werknemer en inhoudingsplichtige - Loonbegrip - Aanspraken - Vrijstellingen - Vrije vergoedingen en verstrekkingen - Cafetaria- en inruilsystemen - Reiskostenvergoedingen - Eindheffing - Afdrachtverminderingen - Tarief en wijze van heffing Spaarloonregeleingen - Financiering sociale verzekeringen - Zorgverzekeringswet Basiskennis Boekhouden 18 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwerpen zijn onder andere: - Grootboek - Kolommenbalans - Journaliseren - Subadministraties - Permanence in de voorraad Brutowinst Ontvangst / afgifte van goederen op verschillende tijdstippen Intrestkosten - Afschrijvingen - Voorzieningen - Oninbare vorderingen Aandelenkapitaal, winstverdeling, reserves Vreemd vermogen. Lesmateriaal: Fuchs: Boekhouden geboekstaafd 1

Formeel Recht 14 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwerpen: Algemene inleiding 1. Algemene bepalingen 2. Aangifte 3. Heffing bij wege van aanslag 4. Heffing bij wege van voldoening of afdracht op aangifte 5. Bezwaar en beroep 6. Heffingsrente 7. Bevorderen van de richtige heffing 8. Bepalingen van interregionaal en van internationaal recht 9. Bijzondere bepalingen 10. Bestuurlijke boeten 11. Strafrechtelijke bepalingen 12. Overgangs en slotbepaling 13. Bijzondere onderwerpen

Inkomstenbelasting Winst 26 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwemen: 1. Onderneming en ondernemerschap 2. Vermogensetikettering en winstberekening 3. Winstberekening en vermogensvergelijking 4. Fiscale balans activa 5. Fiscale balans passiva 6. Ondernemingsfaciliteiten en ondernemersfaciliteiten 7. Staking van een onderneming 8. Inbreng in een B.V. en terugkeer uit B.V. 9. Samenwerkingsverbanden 10 Bedrijfsopvolging Het lesmateriaal bestaat naast belastingwetten, een werkboek en extra materiaal op Sharepoint uit het leerboek: Wegwijs in de belastingheffing van ondernemingen, achtste druk, door prof.mr.drs. H.P.A.M. van Arendonk (eindredactie), Sdu Fiscale & Financiële Uitgevers.

Omzetbelasting 20 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwerpen: 1. Inleiding en oriëntatie, het stelsel van heffing 2. De ondernemer 3. Belastbare feiten: Leveringen van goederen 4. Belastbare feiten: Diensten 5. Plaats van de levering Intracommunautaire transacties (ICT) 6. ICT (vervolg), invoer en uitvoer 7. Plaats van de dienst en verlegging 8. Maatstaf van heffing en tarief 9. Vrijstellingen 10 Levering en verhuur van onroerende zaken

11. Aftrek van voorbelasting 12. Verschuldigdheid en aangifte, verlegging en aansprakelijkheid, facturering en boekhouding 13. Kleine ondernemersregeling, de overgang van een onderneming, bijzondere teruggaven 14. De margeregeling voor gebruikte goederen 15. Landbouwregeling Het lesmateriaal bestaat naast belastingwetten, een werkboek en extra materiaal op Sharepoint uit het leerboek: Wegwijs in de BTW, tiende druk, door Ettema, Hulshof en Van Slooten, Sdu Fiscale & Financiële Uitgevers. Vennootschapsbelasting (VPB) 12 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwerpen: 1. Besloten Vennootschap, vennootschapsbelasting, Belastingplicht 2. Object van heffing, Verliesverrekening 3. Kapitaal en uitdeling 4. Deelnemingsvrijstelling 5. Fiscale eenheid Het lesmateriaal bestaat, naast belastingwetten, een syllabus, een werkboek en extra materiaal op Sharepoint uit het leerboek: Wegwijs in de belastingheffing van ondernemingen, achtste druk, door prof.mr.drs. H.P.A.M. van Arendonk (eindredactie), Sdu Fiscale & Financiële Uitgevers.

Controletechniek 16 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwerpen: 1. Controlemedewerker en boekenonderzoeken/ Controlebegrippen 2. Voorbereiding op het boekenonderzoek 3. Veldtoetsing en inning 4. Aansluitingen OB 5. Controleverbanden / Onderzoek van de boekhouding 6. Onderzoek van de goederenbeweging 7. Onderzoek van de kasadministratie 8. Slot van het boekenonderzoek Vermogensvergelijking 10 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Onderwerpen: 1. Kapitaalsformules 2. Kapitaalsvergelijking 3. Standaardmodel vermogensvergelijking 4. Kasstroomoverzicht / kasopstelling 5. Correctieposten verwerken binnen / buiten vermogensvergelijking Invordering 6 dagdelen contacttijd, schriftelijke toets van 3 uur. Beginselen van Invordering.

Overige onderdelen Het totale programma bestaat verder uit korte modules op het gebied van Fiscale Standpuntbepaling en Entiteitenvorming en uit modules communicatieve vaardigheden. In het kader van het behalen van de Associate Degree Accountancy wordt dit programma op nader te bepalen wijze aangevuld met bedrijfsadministratieve en financiële onderwerpen. Aan deze beschrijving kunnen geen rechten ontleend worden.

Bijlage 2 Voorwoord

Inhoudsopgave Startopleiding E

Voorwoord 2

Februari 2006

1.

Inleiding 3

2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5. 2.6.

Algemeen 4 Algemeen doel en uitgangspunten 4 Nadere doelstellingen en basiseisen 4 Structuur van de opleiding 5 Mentor en leermeester in de stage 5 HUBA-campagne 6 Na de startopleiding 6

3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5

Het opleidingsprogramma 8 Algemeen 8 Leermiddelen 8 Gebruik van een ppc 8 Overzicht van het opleidingsprogramma 8 Modulebeschrijvingen 9

4 4.1

Toetsen 26 Communicatieve vaardigheden 26 4.1.1 Vaststellen eindcijfer 26 4.1.2 Brieven schrijven als heffer 26 4.1.3 Persoonlijk ontwikkelplan en eindverslag 27 4.1.4 Sociale effectiviteit 2 27 4.1.5 Hertoets 28

5 5.1 5.2 5.3 5.4

Lesrooster, —tijden en —locaties 29 Lesrooster 29 Roostervrije perioden 29 Lestijden 29 Leslocaties 30

1

Voorwoord

Voorwoord

Welkom op de startopleiding E klantbehandeling ondernemingen. Uw deelname aan deze opleiding betekent voor u een belangrijke fase in uw loopbaan bij de Belastingdienst. U hebt het vooruitzicht dat u na afloop van de opleiding op het kantoor waar u bent geplaatst daadwerkelijk als E-functionaris aan de slag gaat. Uiteraard is daarbij het uitgangspunt dat u alle modules met goed gevolg hebt afgerond. Ik heb er alle vertrouwen in dat u geen ander doel hebt dan dat te bereiken. Van mijn kant zal ik u daarbij zo goed mogelijk organisatorisch en logistiek ondersteunen. Welke aandachtspunten, randvoorwaarden en regels daarbij gelden, kunt u voor een deel lezen in de 'Algemene studiegids startopleidingen' die u hebt gekregen. De opleidingsspecifieke zaken vindt u in deze 'Studiegids startopleiding E klantbehandeling ondernemingen'.

Ik wens u een succesvolle en prettige studietijd toe.

Opleidingscoördinator Startopleiding E klantbehandeling

Februari 2006

2

1. Inleiding

1.

Inleiding

U ontvangt deze studiegids om u te informeren over de onderwerpen en aspecten die specifiek van belang zijn voor cursisten die de startopleiding E klantbehandeling ondernemingen volgen. Het gaat daarbij vooral om de opzet en inhoud van de opleiding en de randvoorwaarden en regels. De studiegids is als volgt opgebouwd: • • • •

Februari 2006

In hoofdstuk 2 zijn de doelen, uitgangspunten en algemene aspecten van de opleiding beschreven. In hoofdstuk 3 is een overzicht van het opleidingsprogramma en zijn de modulebeschrijvingen opgenomen. In hoofdstuk 4 krijgt u nadere informatie over toetsen. In hoofdstuk 5 vindt u algemene informatie over het lesrooster en de lesdagen, -tijden en -locaties.

3

2. Algemeen

2.

Algemeen

2.1

Algemeen doel en uitgangspunten

4

Het algemene doel van de startopleiding is om kandidaten voor de E-functie op een zodanig niveau te brengen dat zij inzicht hebben in het takencomplex, dat verbonden is aan klantbehandeling en dat zij de onderscheiden taken kunnen verrichten. De fiscale elementen en de vaardigheids- en houdingsaspecten worden, voor zover mogelijk, vanuit het oogpunt van klantbehandeling benaderd en behandeld. De volgende uitgangspunten worden daarbij in acht genomen: • Kennis van meerdere middelen op het niveau van de klantbehandelaar in de groepsfunctie E; • Integratie van processen en werkterreinen; • Koppeling tussen theorie en praktijk; • Functiegerichte accenten.

2.2

Nadere doelstellingen en basiseisen

Om inzicht te verkrijgen in het takencomplex, verbonden aan de geïntegreerde klantbehandeling binnen de groepsfunctie E, worden de volgende doelstellingen aan de opleiding en basiseisen aan de kandidaat gesteld: • Het hebben van adequate vakkennis en het kunnen toepassen ervan Dit komt terug in de modules, waarin de verschillende middelen en processen behandeld worden. Voor de E-functionaris wordt ervan uitgegaan dat hij een werkpakket krijgt met voornamelijk tweemiddelentiteiten: Inkomstenbelasting/Omzetbelasting (113/0B). Daarom wordt binnen de opleiding ruim aandacht besteed aan deze middelen. Daarnaast komen de overige middelen op signaleringsniveau aan de orde, waarbij ervan uitgegaan wordt dat een klantbehandelaar 80 % van het werk aan de posten zelfstandig kan afdoen.

Februari 2006

•

Het hebben van inzicht in voorkomende werkstromen en daarnaar kunnen handelen De medewerker moet functioneren binnen een breed werkveld en zal een aanzienlijk deel van de werkzaamheden binnen het pakket zelfstandig afhandelen. De medewerker moet echter zijn beperkingen leren kennen en waar nodig een beroep doen op deskundigen.

•

Het hebben van een juiste beroepshouding De medewerker moet kunnen handelen overeenkomstig de bedrijfs- en besturingsfilosofie van de Belastingdienst. Hierbij moet hij zeker oog hebben voor het spanningsveld tussen aandacht voor fiscaliteit en de relatie met de klant, waarbij hij moet weten wat er van hem verwacht wordt in het kader van ambtelijke integriteit.

2. Algemeen

•

Het hebben van goede communicatieve vaardigheden De cursisten krijgen begeleiding in schriftelijke en in mondelinge communicatieve vaardigheden. Het is belangrijk voor een goede klantrelatie dat aan deze vaardigheden aandacht wordt besteed.

•

Het hebben van zicht op de klant/branche Voor een goede klantbehandeling is een goede kennis van de bedrijfsprocessen van de klant/branche onontbeerlijk. Verder is het nodig dat de klantbehandelaar een goede inschatting kan maken van de mate van aandacht die een klant nodig heeft. Om deze kennis op te doen krijgt u in de opleiding verschillende instrumenten aangereikt (zoals segmenteren, risicoanalyse, behandelplannen) en leert u ermee om te gaan.

2.3

Structuur van de opleiding

De opleiding is modulair opgebouwd en bestaat uit: • Fiscale modules; • Modules communicatieve vaardigheden (comva); • Integratiemodules; • Stage. De fiscale modules zijn middelgericht, dat wil zeggen dat daarin één belastingwet wordt behandeld, bijvoorbeeld vennootschapsbelasting, inkomstenbelasting, loonbelasting of omzetbelasting. Bij de comvamodules worden de schriftelijke en mondelinge vaardigheden behandeld en geoefend. Bij de integratiemodules wordt het geleerde rond de middelen, processen en vaardigheden geïntegreerd. De opleiding is praktijkgericht van opzet. Dat komt vooral tot uitdrukking in het stageblok, dat onderdeel uitmaakt van het opleidingsprogramma. Verder wordt bij het ontwikkelen en actualiseren van de modules gebruik gemaakt van medewerkers uit de Belastingdienst. Zij toetsen het materiaal aan de praktijk.

2.4

Mentor en leermeester in de stage

Aan het einde van uw opleiding krijgt u een vierweekse stage. Tijdens deze periode wordt u begeleid door een mentor en/of een leermeester van uw kantoor. Onder begeleiding van de mentor en/of de leermeester brengt u het in theorie geleerde in de praktijk en leert u specifieke vaardigheden. De mentor is verantwoordelijk voor de begeleiding in zijn geheel en hij: • coördineert de opvang van de cursisten op hun kantoor; • verdeelt de cursisten over de leermeesters van hun kantoor; • is klankbord voor de cursisten; • volgt de activiteiten en ontwikkeling van de cursisten, • onderhoudt de contacten met B/CKC; • zorgt voor kennisoverdracht van algemene belastingdienstonderwerpen. De leermeester is verantwoordelijk voor de daadwerkelijke begeleiding bij het uitvoeren van de stageopdrachten.

Februari 2006

5

2. Algemeen

2.5. HUBA-campagne Rond 1 april van elk jaar moeten veel belastingplichtigen een aangiftebiljet voor de inkomstenbelasting invullen. Een behoorlijk aantal van hen doet daarbij een beroep op de Belastingdienst tijdens de 'Hulp-bijaangiftecampagne', de HUBA. Elk belastingkantoor zet vooral in de maanden maart, april en mei een aantal medewerkers in om de belastingplichtigen bij het invullen te helpen. Omdat de HUBA-campagne een goede gelegenheid voor cursisten is om hun theoretische kennis in praktijk te brengen, is vastgesteld, dat de HUBA onderdeel uitmaakt van de E- en F-opleidingen. In de maanden februari en maart kunnen cursisten worden ingezet voor deze campagne. Per startmoment van de opleidingen stellen we vast voor welke cursisten dit geldt.

2.6.

Na de startopleiding

Nadat u met voldoende studieresultaat de startopleiding hebt afgerond, gaat u op uw kantoor werken als E-functionaris binnen het concept van klantbehandeling. U hebt dan het niveau bereikt van een beginnend klantbehandelaar kantoortoetsing op E-niveau. Om u verder te specialiseren zijn er verschillende verdiepingsmogelijkheden in verschillende richtingen. In het schema hierna kunt u zien welke dat zijn. In overleg met uw kantoor kunt u een of meer verdiepingstrajecten volgen, afhankelijk van de functie die u gaat verrichten. Meer informatie over deze trajecten kunt u bij de opleidingscoördinator van uw kantoor krijgen.

Februari 2005

6

2. Algemeen

7

Startopleiding E klantbehandeling ondernemingen i•Ur.

41

Veldtoetsing

Kantoortoetsing

Verdieping CT Niveau 1 • Verdieping boekhouden (PD-niveau) • Controletechniek • Vermogensvergelijking • Audit-File/Clair • Integratiecasus New Wave • Communicatieve vaardigheden

Invordering

Verdieping IB

OB

VpB

LB

Invordering

E-niveau

E-niveau

E-niveau

E-niveau

E-niveau

• Bestaande verdiepingstrajecten



• Bestaande • Bestaande verdiepingsverdiepingstrajecten trajecten

4} Veldtoetser eenvoudige veldtoets

Niveau 2 • Controletechniek/-proces • Administratieve organisatie • AWR • Communicatieve vaardigheden • Casus kapper • Casus kassa • Casus meubel • Excel • Standaard boekhoudpakketten

41 Veldtoetsspecialist

Februari 2006

41 Kantoortoetser I Middelspecialist

41 Specialist invordering

3. Het opleidingsprogramma

3.

Het opleidingsprogramma

3.1

Algemeen

In het vorige hoofdstuk zijn de doelen, uitgangspunten en algemene aspecten aan de orde gekomen. In dit hoofdstuk is de uitwerking van de opleiding opgenomen. De startopleiding is voltijds en duurt ongeveer 15 maanden, exclusief de roostervrije perioden. De exacte tijdsduur staat niet vast omdat het soms voorkomt dat modules bijgesteld en verbeterd worden, waardoor kleine wijzigingen in het lesrooster nodig zijn. Naast de regelmaat van de normale les- en studiedagen vindt een aantal onderdelen van de opleiding in een conferentieoord plaats.

3.2

Leermiddelen

De leermiddelen worden verzorgd en beschikbaar gesteld door het Belastingdienst/Centrum voor kennis en communicatie (B/CKC). De verstrekte leermiddelen worden uw eigendom, tenzij bij het verstrekken van dit materiaal anders wordt vermeld.

3.3

Gebruik van een ppc

Bij sommige onderdelen aan het eind van de opleiding hebt u een portable pc (ppc) nodig. Die ppc moet door uw kantoor beschikbaar worden gesteld. Uw kantoor is van dit beleid op de hoogte. Ruim voor de periode dat u een ppc nodig hebt herinneren we uw kantoor in een brief aan het ter beschikking stellen daarvan en aan de (eventueel gewijzigde) specificaties waaraan de ppc en de benodigde software moeten voldoen. U krijgt een afschrift van die brief. Mede voor een vlotte gang van zaken is het van belang dat u over dit onderwerp tijdig contact opneemt met uw kantoor en dat u zorgt dat zij door een afschrift van uw lesrooster weten wanneer u een ppc nodig hebt.

3.4

Overzicht van het opleidingsprogramma

In deze paragraaf wordt een overzicht gegeven van de modules die samen het opleidingsprogramma vormen. Daarbij is per module het aantal dagdelen aangegeven en of een module wordt afgesloten met een toets.

Februari 2006

8


Modulenaam

9

Aantal dagdelen

Toets

1 la 2 3 4 5 6

Startdag Introductiestage Sociale effectiviteit 1 Corporate Identity Startconferentie Studievaardigheden Interculturele professionaliteit

2 26 2 10 5 1 2

nvt nvt nvt nvt nvt nvt nvt

7 8 9 10

Formeel recht Burgerlijk recht Boekhouden basiskennis Inkomstenbelasting niet-winst

14 14 18 24

ja ja ja ja

11 12

Loonbelasting + Kansspelbelasting Inkomstenbelasting winst uit onderneming

14 26

ja ja

13 14 15

Omzetbelasting Vennootschapsbelasting Invordering

20 12 6

ja ja nvt

16. 17 18 19 20

Fiscale standpuntbepaling Ambtelijke integriteit Informatiesystemen en beveiliging Belastingnet Entiteitvorming-competentie

2 4 1 1 2

nvt nvt nvt nvt nvt

21 22 23 24 25 26

Communicatie - startdag Effectief communiceren Onderhandelen Brieven schrijven als heffer Workshop aanspreken Conflictmanagement

2 4 4 6 2 4

nvt nvt nvt ja nvt nvt

27 28 29 30

IBS Excel 1997 RBPro Zicht op toezicht

2 2 2 24

nvt nvt nvt

31 32 33 34

Integratiecasus Sociale effectiviteit 2 Communicatie (terugkomdag) Stage

4 2 2 40

nvt ja nvt nvt

3.5

Modulebeschrijvingen

In dit onderdeel krijgt u nadere informatie over het doel en de inhoud van elke module. Hierbij is dezelfde volgorde aangehouden als in het overzicht van paragraaf 3.4. Deze volgorde sluit - zoveel mogelijk - aan bij de volgorde van de modules in het lesrooster. Module 1

Startdag

Modulecode:

V3351

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen •

•

Februari 2006

De cursisten maken kennis met elkaar, met de opleidingscoördinator en de comvatrainer van hun lesgroep. De cursisten krijgen informatie over B/CKC, het opleidingsprogramma en de onderdelen


10

communicatieve vaardigheden Programma:

De volgende onderwerpen komen tijdens de startdag aan de orde: algemeen/welkom; voorlichting (B/CKC, opleiding, toetsreglement e.d.); kennismaking; praktische zaken; - introductie van het onderdeel communicatieve vaardigheden

Beschrijving:

Tijdens de ochtend is er een gezamenlijk programma dat vooral gewijd is aan de opzet en de organisatie van het opleidingsprogramma. Tijdens het middagdeel maakt u in uw eigen lesgroep nader kennis met elkaar en met uw trainer communicatieve vaardigheden. Hij bespreekt de onderdelen communicatieve vaardigheden in de startopleiding. De volgende onderwerpen komen aan de orde: doel, programma en werkwijze van het leertraject communicatieve vaardigheden; - doel en werkwijze van het video-assessment.

Module la

Introductiestage

Modulecode:

V3370

Tijd:

26 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen: De cursist krijgt zicht op de activiteiten van de Belastingdienst en op de plaats van de toekomstige werkzaamheden binnen het eigen kantoor.

Februari 2006

Module 2

Sociale effectiviteit 1

Modulecode:

V3363

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

Aan het begin van de opleiding krijgt de cursist inzicht in de ontwikkelpunten voor zijn/haar sociale effectiviteit als klantbebehandelaar in veel voorkomende situaties.

Beschnjving:

Het inzicht wordt verkregen door een videotest, die een instrument is voor het in kaart brengen en het beoordelen van sociale effectiviteit in werksituaties van klantbehandelaars. De cursist krijgt een aantal


11

klantcontactsituaties gepresenteerd. Na elke situatie kan de cursist reageren. De cursist wordt getest aan de hand van de volgende contributiecriteria: stressbestendigheid; - flexibiliteit; effectieve presentatie; - tact/sensitiviteit; overtuigingskracht. Aan de hand van de video-opnamen van het gedrag van de cursist bespreekt de trainer/observator met de cursist de punten die tijdens de opleiding door de cursist verder ontwikkeld kunnen worden. Het betreft ontwikkelpunten die voor de functie van de klantbehandelaar relevant zijn. Gedurende de opleiding krijgt de cursist trainingen aangeboden, zodat hij zich in de communicatieve aspecten van de functie kan bekwamen. Zie ook 4.1.4

Module 3

Corporate identity

Modulecode:

V 3367

Tijd:

10 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen: •

•

• •

Leerstofkeuze: -

Februari 2006

De cursist heeft na afloop van de module een beeld van de gewenste corporate identity van de Belastingdienst. De cursist heeft een idee over de manier waarop hij zichzelf niet de gewenste corporate identity kan verbinden. De cursist heeft een idee over de manier waarop hij de corporate identity kan vertalen in houding en in gedrag. De cursist weet welke normen en waarden bij zijn specifieke takenpakket horen. identiteit van een organisatie identiteit van de Belastingdienst welk beeld willen we uitstralen rol van de medewerkers daarbij welke professionele aspecten spelen een rol welke communicatieve uitingen bepalen (mede) de identiteit van de Belastingdienst?

Module 4

Startconferentie

Modulecode:

V3365

Tijd:

5 dagdelen

Toets:

Geen


Doelstellingen: • • • •

•

•

Beschrijving:

12

Na afloop van de conferentie is er sprake van een samenwerkende groep cursisten; De cursist maakt nader kennis met contributiecriteria en bijbehorende vaardigheden; De cursist kan feedback geven en ontvangen; De cursist kent en begrijpt de aspecten die een rol spelen bij het samenwerken aan een opdracht en weet welk gedrag effectief en minder effectief is in samenwerkingssituaties; De cursist heeft een duidelijk beeld van de effectiviteit van zijn eigen gedrag in contacten met interne en externe klanten en brengt sterke en minder sterke punten in kaart; De cursist kan leerpunten van de introductiestage, de conferentie en het video-assessment omzetten in aandachtspunten en actiepunten voor het vervolg van de opleiding.

In de conferentie staat de zoektocht centraal naar kwaliteiten die nodig zijn voor het uitoefenen van de toekomstige functie. Aandacht wordt besteed aan: samenwerken (positie kiezen in samenwerkingsverbanden); - initiatief nemen; besluiten nemen; zelfmanagement; verantwoordelijkheid nemen voor het eigen leerproces. Een effect waar impliciet op wordt aangestuurd is een positieve beïnvloeding van het leerproces voor de verdere opleiding door een betere groepsvorming. De startconferentie vindt plaats in een conferentieoord. Daarbij is één overnachting opgenomen.

Module 5

Studievaardigheden

Modulecode:

V3373

Tijd:

1 dagdeel

Toets:

Geen

Doelstellingen •

•

Februari 2006

Na afloop van de module moet de cursist: in eigen woorden kunnen beschrijven waarom het belangrijk is om effectieve studievaardigheden te hebben; in eigen woorden een schets op hoofdlijnen kunnen geven welke studievaardigheden van belang zijn voor een succesvol leerresultaat; kunnen beschrijven waar persoonlijke sterke en zwakke punten liggen bij het studeren; een persoonlijk studievoortgangsinstrument correct kunnen invullen met daarin beschreven een plan


13

voor een succesvolle studie. Beschnjving:

Tijdens deze module komen de volgende vijf hoofdonderwerpen aan bod: 1. Leren en leren leren; 2. Zelf managen van het leren (thuis leren, gecontroleerd leren, plannen); 3 Uitvoeren van leesactiviteiten en toepassen van leeractiviteiten; 4 Leren bij de groepsbijeenkomsten en 5 omgaan met toetsen.

Module 6

Interculturele communicatie

Modulecode:

V3371

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen

Februari 2006

Beschrijving:

De cursist: • is zich bewust van de eigen culturele achtergrond en van de daarmee samenhangende waarden, normen en gedragscodes; • heeft inzicht in overeenkomsten en verschillen tussen culturen; • heeft inzicht in factoren die de communicatie beïnvloeden met belastingplichtigen en collega's met een andere culturele achtergrond; • begrijpt (de achtergrond van) communicatieverschillen en heeft handvatten gekregen om daar op een professionele wijze mee om te gaan. Tijdens de cursus wordt via diverse werkvormen onder meer aandacht besteed aan: - aspecten van de eigen cultuur en van de verschillende culturen die in Nederland aanwezig zijn; - verschillen tussen de eerste, tweede en derde generatie "nieuwe Nederlanders"; de invloed van (als vanzelfsprekend ervaren) waarden, normen en gedragscodes op waarneming en beoordeling van eigen en andermans houding en gedrag; interculturele aspecten van communicatie, met name verschillen in communicatiestijl; - handvatten voor effectieve (interculturele) communicatie.

Module 7

Formeel Recht

Moduiecode:

V3352


Tijd:

14 dagdelen

Toets:

1 dagdeel

14

Doelstellingen: De cursist krijgt kennis van en inzicht in de toepassing van het formele recht bij de belastingheffing. De cursist kan: • de wettelijke bepalingen van de Algemene Wet inzake rijksbelastingen toepassen voorzover deze relevant zijn voor de kantoortoetsing; • het verschil aangeven tussen de Algemene Wet inzake rijksbelastingen en de verschillende heffingswetten; • bij een gegeven casuspositie bepalen hoe in dat geval de formele relatie is tussen de belastingplichtige en de inspecteur. Leerstofkeuze:

-

-

algemene begrippen/werkingsgebied; voorschrift administratieve boeten; heffingsrente en revisierente; rechten en plichten; woon- en vestigingsplaats; heffingstechnieken; aangifte- en aanslagbelastingen; bezwaar en beroep; navordering; bepalingen van interregionaal en internationaal recht; strafrechtelijke bepalingen; vertegenwoordiging; overgangs- en slotbepalingen; rechten en plichten bij waarnemingen ter plaatse; wet identificatieplicht; geheimhouding/informatieverstrekking; sfeerovergang.

Module 8

Burgerlijk Recht

Modulecode:

V3353

Tijd:

14 dagdelen

Toets:

1 dagdeel

Doelstellingen: De cursist heeft: • globaal inzicht in de opbouw van het Nederlands recht; • elementair inzicht in de begrippen en rechtsverhoudingen uit het Burgerlijk Recht; • voldoende kennis van het Burgerlijk Recht om de meest voorkomende werkzaamheden binnen het takenpakket van de klantbehandelaar te kunnen uitvoeren.

Februari 2006


Leerstofkeuze:

-

Module 9

15

algemene inleiding; wetgeving en andere rechtsbronnen; de rechterlijke organisatie; natuurlijke personen en rechtspersonen; ondernemingen en ondernemingsvormen; zakenrecht; verbintenissenrecht; erfrecht; huwelijksgoederenrecht; faillissement en surséance van betaling.

Boekhouden basiskennis

Modulecode: V0100 Tijd:

18 dagdelen

Toets:

1 dagdeel

Doelstelling:

De cursist heeft na afloop van deze module basiskennis van boekhouden.

Leerstofkeuze: -

balans; dagboeken en grootboek; het decimale rekeningstelsel en het journaal; hulprekeningen van het Eigen Vermogen; kolommenbalans

Module 10

Inkomstenbelasting, niet-winst

Modulecode:

V3354

Tijd:

24 dagdelen

Toets:

1 dagdeel

Doelstellingen: De cursist: • is op de hoogte van de wettelijke bepalingen van de Inkomstenbelasting met uitzondering van het onderdeel Winst uit onderneming; • kan relevante feiten (met betrekking tot de behandelde onderwerpen) corrigeren op de aangifte en een aanslag opleggen.

Februari 2006


Leerstofkeuze:

-

Loon Resultaat overige werkzaamheden; Verklaring arbeidsrelatie; Uitgaven kinderopvang; Eigen woning; Periodieke uitkeringen; Overgangsrecht termijnen; Heffingskortingen; Berekening belasting; Inkomen uit sparen en beleggen; Aanmerkelijk belang; Persoonsgebonden aftrekposten.

Module 11

Loonbelasting en Kansspelbelasting

Modulecode:

V3358

Tijd:

veertien dagdelen

Toets:

1 dagdeel

Doelstellingen: • •

Leerstofkeuze:

Kennis van de Loonbelasting in hoofdlijnen Het kunnen onderkennen van de aspecten van de kansspelbelasting in de praktijk van het dagelijks werk en daardoor de goede afwegingen kunnen maken.

Loonbelasting deel 1 loonbelasting in het algemeen; werknemer en het begrip dienstbetrekking; - fictieve dienstbetrekkingen; de inhoudingsplichtige binnen het Rijk wonend of gevestigd; loon uit dienstbetrekking; aanspraken en uitkeringen; aftrekbare kosten; wijze van heffing en inhouding; sociale zekerheid; premieheffing volksverzekeringen. Kansspelbelasting toepassing AWR; - belastingplichtige; - binnenlands- en buitenlands kansspel; - heffingsgrondslag en wijze van heffen; objectieve vrijstellingen; tarief; verplichtingen en vergunningen.

Februari 2006

Module 12

Inkomstenbelasting, winst uit onderneming

Modulecode

V3355

Tijd.

26 dagdelen

16


Toets:

2 dagdelen

Doelstellingen: •

•

De cursist kent de wettelijke bepalingen van de Wet Inkomstenbelasting voorzover die betrekking hebben op het onderdeel Winst uit onderneming en relevant zijn voor een klantbehandelaar op E-niveau. De cursist kan het geleerde toepassen in de praktijk.

Leerstofkeuze

De module is opgedeeld in de volgende zes thema's: 1. Onderneming, ondernemerschap en vermogensetikettering; 2. Winstbegrip, jaarwinst en inbreuken op de winst; 3. Balans, reserves en voorzieningen; 4. Staken en stakingsfaciliteiten; 5. Samenwerkingsverbanden; 6. Ondernemingsfaciliteiten en varia.

Module 13

Omzetbelasting

Modulecode

V3357

Tijd:

20 dagdelen

Toets:

1 dagdeel

Doelstellingen: • •

Leerstofkeuze: -

Februari 2006

17

De cursisten vertrouwd maken met het systeem van de OB en de belangrijkste wettelijke bepalingen. De cursisten hulpmiddelen bieden voor een geïntegreerde klantbehandeling en om het werken in multidisciplinaire teams te bevorderen. het stelstel van heffing; vrijstellingen; leveringen en diensten; plaats van de prestatie; maatstaf van heffing en tarief; aftrek van voorbelasting; invoer/uitvoer; intracommunautaire transacties; werken in de actualiteit; balanspost OB; verband jaarstukken/aangiften; maximale positie voorbelasting; jaaroverzicht, vergunningen, overschrijding van de aangiftenorm.

Module 14

Vennootschapsbelasting

Modulecode:

V3360

Tijd:

12 dagdelen


Toets:

1 dagdeel

Doelstellingen: •

•

Leerstofkeuze

Het verkrijgen van kennis van de Vennootschapsbelasting die nodig is voor de uitoefening van de taak als klantbehandelaar (deel 1); Kennis van het administratieve proces voorzover van belang voor de E-functionaris met de taak van klantbehandelaar ten behoeve van de heffing Vennootschapsbelasting. Inzicht krijgen in het KA-Vpb systeem (deel 2).

Deel 1 - Belastingplicht- en object; - totaal- en jaarwinst; - verschil tussen commercieel en fiscaal; - tarief; - verliesverrekening; deelnemingsvrijstelling; pensioen- en VUT-voorziening; directeur-grootaandeelhouder; - vermogensvergelijking Vpb. Deel 2 - administratieve processen rond de heffing vennootschapsbelasting. KA-Vpb systeem: Achtergrondinformatie KA-Vpb Inloggen in KA-Vpb Stroomschema KA-Vpb - Schermbeschrijvingen.

Module 15

Invordering

Modulecode:

V3359

Tijd:

6 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen • •

•

Leerstofkeuze -

Februari 2006

18

Het leren kennen van het invorderingsproces op hoofdlijnen. De cursist is na het volgen van deze module in staat om invorderingsaspecten te herkennen en te signaleren. Tevens kan hij/zij gericht advies vragen aan de invorderingsspecialist en de geautomatiseerde ontvangers administratie (GOA) raadplegen. raadplegen GOA; invordering algemeen; aanmaning en dwangbevel; uitstel van betaling; verrekening en cessie/(stil) pandrecht; bijzondere invorderingsmaatregelen;


kwijtschelding/sanering en oninbaar lijden; aansprakelijkheid; informatieverplichtingen; invorderingsrente; invordering en klantbehandeling.

Module 16

Fiscale standpuntbepaling

Modulecode:

V3361D

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

De cursist heeft na afloop van deze module inzicht in de aspecten, die van belang zijn voor het innemen van een fiscaal standpunt.

Module 17

Ambtelijke integriteit

Modulecode:

V3362

Tijd:

4 dagdelen

Toets:

Geen

Leerstofkeuze: -

Module 18

Informatiesystemen en beveiliging

Modulecode:

V3366E

Tijd:

1 dagdeel

Toets:

Geen

Doelstelling:

• •

Februari 2006

beroepshouding; (basis)waarden en normen; ambtelijke integriteit in de organisatie van de Belastingdienst; (analyseren van) morele dilemma's en vraagstukken; invloed van omstandigheden en ontwikkelingen op houding en gedrag.

De cursist leert welke informatiesystemen hem ter beschikking staan in zijn dagelijkse werk. De cursist kent de richtlijnen die gelden rondom beveiliging.

Module 19

Belastingnet

Modulecode:

V3366A

Tijd:

1 dagdeel

19


Toets:

Geen

Doelstelling:

De cursist weet om te gaan met Belastingnet en weet welke informatie via dit medium ter beschikking wordt gesteld.

Module 20

Entiteitvorming-competentie

Modulecode:

V3366B

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

De cursist kent de richtlijnen die gelden ten aanzien van entiteitvorming en kent de competentieregeling.

Module 21

Communicatie — startdag

Modulecode:

V3366G

Tijd:

2 dagdelen

Doelstellingen

Deze startdag geeft de cursist inzicht in de verschillende onderdelen van het (schriftelijke en mondelinge) communicatieonderwijs.

Toets:

Geen

Module 22

Effectief communiceren

Modulecode:

V 3361A

Tijd:

4 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen

• • • •

De cursist kan overeenkomstig de huisstijl de telefoon opnemen; De cursist heeft geoefend in het voeren van de volgende telefoongesprekken: informatie verzamelend gesprek; informatie gevend gesprek; slecht nieuws gesprek; omgaan met klachten

-

huisstijl en telefoon; informatie verzamelen; informatie geven; slecht nieuws gesprek; behandeling van klachten.

•

Leerstofkeuze:

Februari 2006

20


21

Module 23

Onderhandelen

Modulecode:

V3361E

Tijd:

4 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen:

De cursist: herkent onderhandelingsgedrag; is zich bewust van de dilemma's in het onderhandelen en kent het onderhandelingsprofiel; is zich bewust van zijn onderhandelingsstijl; werkt aan verbetering van zijn leerpunten; onderhandelt vanuit de notie van een continue relatie; onderhandelt toekomstgericht.

Leerstofkeuze

1. onderhandelen; 2. dilemma's bij onderhandelen; 3. onderhandelingsstijlen;

Module 24

Brieven schrijven als heffer (leertaak)

Modulecode:

V3361C

Tijd:

12 dagdelen

Doelstellingen: Algemeen De cursist is in staat doelen lezersgerichte brieven te schrijven die voldoen aan de communicatieve eisen die de Belastingdienst aan brieven stelt. Specifiek - De cursist kent de communicatieve eisen voor de correspondentie van de Belastingdienst; - De cursist kan toegankelijk opgebouwde brieven schrijven; - De cursist kan standpunten, beslissingen en verzoeken om informatie helder motiveren; - De cursist weet de factoren te vermijden die de leesbaarheid negatief beïnvloeden; - De cursist weet in brieven de juiste toon te treffen; - De cursist kan de regels voor de presentatie en de verzorging van brieven toepassen. Leerstofkeuze: -

Februari 2006

Belastingdienst en (schriftelijke) communicatie; doelen lezersgericht schrijven; vijf communicatieve aspecten: inleiding en slot; alinea's; argumentatie; formulering en toon; regels voor de presentatie.


Toelichting:

-

Februari 2006

Deze leertaak wordt niet behulp van de leermethode B-learning onderwezen. Er is een diagnostische toets (vooraf aan deze leertaak) en een eindtoets voor deze leertaak. Cursisten leren zelfstandig onder leiding van een begeleider (docent) op afstand. 1 dagdeel: afleggen diagnostische toets. 6 dagdelen: bestuderen van de lesstof. 1 dagdeel: uitvoeren van de leertaakcasus. 2 dagdelen: bijwonen van de contactdag. 1 dagdeel: voorbereiden op de eindtoets. 1 dagdeel: afleggen van de eindtoets.

Module 25

Workshop aanspreken

Modulecode:

N.n.b

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

•

Module 26

Conflictmanagement

Modulecode:

N.n.b

Tijd:

4 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

•

Module 27

IBS

Modulecode:

V3366C

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

De cursist leert om te gaan met IBS.

De cursist heeft na afloop van deze workshop inzicht tussen de begrippen uitspreken, bespreken, afspreken en aanspreken en in de vaardigheden die daarbij een rol spelen.

De cursist maakt na afloop van deze training effectiever gebruik van zijn persoonlijke voorkeursstijl in (conflictueuze) werkrelaties.

22


Module 28

Excel

Modulecode:

V3361J

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

De cursist heeft na afloop van deze module basiskennis van Excel.

Middelen:

Voor het volgen van deze module is een PPC van kantoor noodzakelijk.

Module 29

RBPro

Modulecode:

V3361L

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstelling:

De cursist leert omgaan met RBPro.

Middelen:

Voor het volgen van deze module is een PPC van kantoor noodzakelijk.

Module 30

Zicht op toezicht (leertaak)

Modulecode:

V3374

Tijd:

20 dagdelen

Toets:

Geen

Doelstellingen •

Opmerking:

Februari 2006

23

De cursist kent de volgende taken van een klantbehandelaar in de kantoortoetsing: - selecteren van aangiften; - afdoen van aangiften; - afdoen van bezwaarschriften. • De cursist kent de relatie tussen de kantoortoetser en het controleproces. Deze leertaak wordt aangeboden volgens het 13-learningconcept. Dit betekent ondermeer dat de cursist de leertaak voor een groot deel volgt vanaf zijn werkplek op kantoor. Te zijner tijd worden de cursisten en de kantoren nader geïnformeerd.


Module 31

Integratiecasus

Modulecode:

V3375

Tijd:

4 dagdelen

Toets:

Geen

24

Doelstellingen: De cursist behandelt een praktijkcasus vanuit zijn toekomstige functie als kantoortoetser Leerinhoud:

In deze casus worden klantbehandeling, fiscaliteit en communicatie geïntegreerd.

Module 32


Modulecode:

V3368

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

De bevindingen worden gerapporteerd en verwerkt in een persoonlijk advies voor de cursisten en in een cijfer.

Doelstelling:

Aan het eind van de opleiding krijgt de cursist inzicht in het resultaat van de ontwikkelpunten voor zijn/haar sociale effectiviteit als behandelfunctionaris in voorkomende situaties.

Beschrijving

De videotest is een instrument voor het in kaart brengen en het beoordelen van sociale effectiviteit in werksituaties van behandelfunctionarissen. De cursist krijgt een groot aantal klantcontactsituaties gepresenteerd. Na elke situatie kan de cursist reageren. De cursist wordt getest aan de hand van de volgende contributiecriteria: - stressbestendigheid; - flexibiliteit; - effectieve presentatie; - tact/sensitiviteit; - overtuigingskracht.

Februari 2006

Module 33

Communicatie (terugkomdag)

Modulecode:

V3366G

Tijd:

2 dagdelen

Toets:

De cursist maakt een verslag van zijn leerervaringen tijdens de opleiding en van zijn ontwikkelpunten. Dit verslag wordt beoordeeld en maakt onderdeel uit van het cijfer communicatieve vaardigheden.


Februari 2006

Module 34

Stage op kantoor

Modulecode:

V3350

Tijd:

40 dagdelen

Doelstelling:

De cursist - maakt nader kennis met zijn kantoor - brengt, hetgeen hij in de opleiding geleerd heeft, in praktijk.

Leerinhoud:

Voor deze stage is een handleiding beschikbaar met een aantal stageopdrachten. Op basis van de handleiding stelt het kantoor in overleg met de cursist het stageprogramma vast.

25

4. Toetsen

4

26

Toetsen

In hoofdstuk 3 van de 'Algemene studiegids startopleidingen' is het toetsregelement voor startopleidingen opgenomen. In aanvulling daarop volgt hieronder een toelichting voor de startopleiding E klantbehandeling ondernemingen op: • de toetsen en hertoetsmogelijkheden voor Communicatieve vaardigheden.

4.1

Communicatieve vaardigheden

4.1.1

Vaststellen eindcijfer

Voor Communicatieve vaardigheden worden drie onderdelen afzonderlijk getoetst: Brieven schrijven als heffer", POP verslag en sociale effectiviteit 2. Aan elk van deze onderdelen wordt een deelcijfer toegekend, afgerond op een heel getal. De drie deelcijfers worden gemiddeld ((1 + 1 + 1) : 3) tot één eindcijfer, afgerond op een heel getal. Voor het afronden gelden de volgende regels: •

Bij een gemiddeld cijfer van 'x,41 of lager wordt het cijfer naar beneden afgerond, bijvoorbeeld (7 + 6 + 6) : 3 = 6,3 = 6.

Bij een gemiddeld cijfer van sx,5' of hoger wordt het cijfer naar boven afgerond, bijvoorbeeld (7 + 7 + 6) : 3 = 6,6 = 7.

Voor Brieven schrijven als heffer geldt, dat naast een 'voldoendes-score, ook minimaal 55% van de punten voor het aspect 'Formulering en toon' behaald moet zijn. 4.1.2 Brieven schrijven als heffer De toets Brieven schrijven als heffer, die plenair wordt afgenomen, bestaat uit de opdracht een brief te schrijven aan een fictieve belastingplichtige. De brief wordt op de computer gemaakt met behulp van het briefsjabloon. De brief wordt aan de hand van vaste criteria beoordeeld op onder andere doelen lezersgericht schrijven. De criteria zijn in overeenstemming met de richtlijnen voor de Belastingdienstbrede verbetering van de correspondentie. Bij sommige modules van de startopleidingen wordt gewerkt met het tekstverwerkingsprogramma Microsoft Word. Dit geldt met name voor de module schriftelijke communicatie en de daarbij behorende toets. Onder meer wordt gewerkt met het sjabloon "Brief' in Word. Het is voor deze module dus erg belangrijk dat u voldoende ervaring hebt met het werken met Microsoft Word en bij voorkeur de versie die binnen de Belastingdienst wordt gebruikt. Omdat werken met een PC en tekstverwerken binnen de Belastingdienst als basisvaardigheden worden beschouwd, zijn hiervoor geen lessen opgenomen binnen de startopleidingen. Zonodig moet u zich die vaardigheden zelf eigen maken.

Februari 2006

4. Toetsen

27

Om u op weg te helpen geven we u de volgende suggestie: Op uw kantoor kunt u op uw Belastingdienst PC onder andere de zelfstudiecursussen Windows NT, Microsoft Office 97, Microsoft Word 97. Deze cursussen start u op via: Start tb Programma's b,> Opleidingen Cursusplanner U kunt dit bijvoorbeeld doen in een van de roostervrije periodes. De hertoets voor dit onderdeel bestaat uit het opnieuw maken van een toets na gerichte adviezen van de docent schriftelijke communicatie. 4.1.3

Persoonlijk ontwikkelplan en eindverslag

Het persoonlijk ontwikkelplan (POP) is een gestructureerd werkboek waarin de cursist gedurende de opleiding aantekeningen bijhoudt. Hij maakt inzichtelijk hoe hij aan zijn eigen ontwikkelpunten heeft gewerkt die hij naar aanleiding van Sociale effectiviteit 1 en de trainingen geformuleerd heeft. Op basis van het POP maakt de cursist aan het eind van de opleiding een eindverslag dat wordt beoordeeld door de trainer communicatieve vaardigheden. Bij deze beoordeling wordt gelet op leervermogen, zelfkritische houding en resultaat gericht werken. Niet het resultaat staat hier centraal, maar de manier waarop dat resultaat is behaald. De hertoets voor dit onderdeel bestaat uit het uitvoeren van een vervangende opdracht en het schrijven van een verslag hierover. 4.1.4


Sociale effectiviteit 2 bestaat uit een aantal videofragmenten uit de praktijk van de klantbehandelaar. Midden in een scène stopt de band; de cursist krijgt de gelegenheid te reageren alsof hijzelf in het fragment zit. De reactie van de cursist wordt opgenomen op band en beoordeeld aan de hand van een lijst van criteria en observatieformulieren. Gelet wordt daarnaast op de wijze waarop de cursist een ontvangstbevestiging geeft, een reactie formuleert en een concrete actie voorstelt. De beoordeling van sociale effectiviteit 2 wordt gedaan door een trainerassessor (niet de vaste trainer van de cursist) en een teamleider-assessor (niet de eigen teamleider van de cursist). De afzonderlijke beoordelingen worden met elkaar vergeleken en gezamenlijk wordt een eindcijfer voor sociale effectiviteit 2 vastgesteld. Tijdens de afname van sociale effectiviteit 2 mogen geen hulpmiddelen gebruikt worden; een schrijfblok en pen is aanwezig in de ruimte. De cursist moet jas, tas en andere meegebrachte, spullen achterlaten bij de surveillant. De hertoets voor dit onderdeel bestaat uit het opnieuw afleggen van een video assessment. De cursist kan vooraf oefenen en krijgt naar aanleiding hiervan gerichte adviezen van een trainer mondelinge communicatie.

Februari 2006

4. Toetsen

28

4.1.5 Hertoets Om vast te stellen of voor een of meer onderdelen van Communicatieve vaardigheden een hertoets moet/kan worden gemaakt geldt het volgende: Eindresultaat

Deelresultaat

Hertoetsmogelijkheid

Eindcijfer 5 of lager

Onderdelen met 5 of lager Onderdelen met 6 Onderdelen met 7 of hoger

Verplichte hertoets Vrijwillige hertoets Geen hertoets

Eindcijfer 6

Onderdelen met 6 of lager

Vrijwillige hertoets

Eindcijfer 7 of hoger

Februari 2006

Geen hertoets

5. Lesrooster, -tijden en -locaties

5

29

Lesrooster, —tijden en —locaties

Vanaf de startdag bent u volledig in opleiding voor de startopleiding E klantbehandeling ondernemingen. Voor het lesrooster betekent dit gemiddeld twee of drie lesdagen per week, afgewisseld met studiedagen. Daarnaast zijn er dagen voor toetsen, hertoetsen, conferenties, terugkomdagen en dergelijke.

5.1

Lesrooster

Het lesrooster dat u op de startdag krijgt geldt in principe voor de hele opleidingsperiode. Wijzigingen worden zoveel mogelijk voorkomen, maar we kunnen ze niet helemaal uitsluiten. Zo staat bijvoorbeeld op het moment dat u met de opleiding begint nog niet voor alle data vast welke docenten, trainers en locaties beschikbaar zijn. Periodiek krijgt u daarom een geactualiseerd lesrooster. Van noodzakelijke wijzigingen in vastgestelde data krijgt u zo snel mogelijk bericht. De cursist brengt zijn kantoor tijdig op de hoogte van de roosterwijzigingen.

5.2

Roostervrije perioden

In het lesrooster zijn roostervrije perioden vermeld. Dit zijn de vaste perioden gedurende de opleiding voor vakantie en verlof. Om organisatorische en praktische redenen kunnen we van deze perioden alleen afwijken om zeer dringende redenen en uitsluitend op schriftelijk verzoek. Deze regel geldt ook voor de stageperiode. Wanneer u meent voor een uitzondering in aanmerking te komen, dan moet u via uw kantoor een verzoek indienen bij de opleidingscoördinator E ondernemingen van B/CKC. Jaar 2006/2007 Voorjaar Mei Zomer Herfst Kerst Voorjaar Mei

5.3

27 februari t/m 3 maart 2006 1 t/m 5 mei 2006 10 juli t/m 18 augustus 2006 23 oktober t/m 27 oktober 2006 25 december t/m 5 januari 2007 19 februari t/m 23 fébruari 2007 30 april t/m 4 mei 2007

1 week 1 week 6 weken 1 week 2 weken 1 week 1 week

Lestijden

Een reguliere lesdag bestaat uit twee dagdelen Daarbij gelden in principe de volgende lestijden: • ochtenddeel: 09.30 - 12.30 uur • middagdeel: 13.00 - 16.00 uur In overleg met de docent en afhankelijk van de leslocatie kunnen afwijkende lestijden vastgesteld worden. De minimale lesduur per dag blijft in ieder geval zes uur. Bij bijzondere onderdelen van de opleiding kan een lesdag uit drie dagdelen bestaan. Dit komt bijvoorbeeld voor bij conferenties.

Februari 2006

5. Lesrooster, -tijden en -locaties

30

Alle (parttime) docenten geven op de lesdag in de eerste pauze de namen van de cursisten, die wel op de deelnemerslijst staan maar op dat moment niet aanwezig zijn, door aan het Cali Centre van B/CKC. De opleidingscoördinator van het kantoor van de betrokken cursist wordt door een e-mail van B/CKC van de afwezigheid op de hoogte gebracht en beschikt daarmee over actuele verzuiminformatie van zijn medewerker (ster). Deze maatregel lijkt overbodig omdat de medewerker-cursist zijn/haar absentie al verplicht moet doorgeven aan zijn/haar werkgever. In de praktijk blijkt echter dat dit niet altijd gebeurt. De verzuimmelding door de docent is dus een aanvullende maatregel die op verzoek van de regio's wordt uitgevoerd.

5.4

Leslocaties

Het uitgangspunt voor leslocaties is dat zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van leslokalen bij B/CKC in Utrecht of bij belastingkantoren in de regio's. Leslocaties buiten Utrecht reserveren we zoveel mogelijk in de regio waar de cursisten van een lesgroep woonachtig zijn. Bij de groepsindeling houden we hiermee al rekening. Daarmee kunnen we echter niet voorkomen dat cursisten soms behoorlijke afstanden naar leslocaties moeten reizen.

Februari 2006

Bijlage 3 Belastingdienst

Aan MTB

Belastingdienst Directie HR Belastingen

Van

Inlichtingen

Datum 22-12-2014 Auteur

memo

Evaluatie Studiedecanaat

Inleiding In het MTB-overleg van 19 mei 2014 heeft het MT Belastingen ingestemd met de inrichting van het centraal studiedecanaat Belastingen (hierna: Decanaat). In de inrichtingsnota is opgenomen dat het Decanaat het doel heeft tijdig een realistisch persoonlijk opleidingsplan af te spreken met interne en tijdelijke medewerkers die in het ITI-traject de ADAC-opleiding waarschijnlijk niet binnen twee jaar gaan halen. Met de interne medewerkers voor wie op of na 1 mei 2014, terugplaatsing of ontslag dreigt, wordt in deze lijn een gesprek aan gegaan om te kijken of er nog een realistisch opleidingsplan mogelijk is. Uitgangspunt blijft het afronden van de studie binnen twee jaar. In het MTB is tevens aan de directeuren verzocht, de studenten die met een studievertraging te maken krijgen, zich te laten melden bij het Decanaat. Met ingang van mei 2014 is het Decanaat operationeel. Medewerkers met een (dreigende) studievertraging worden aangemeld, met de medewerkers worden gesprekken gevoerd en studieadviezen afgegeven. In deze evaluatie wordt de voortgang van de werkzaamheden binnen het Decanaat beschreven. De evaluatie richt zich op de medewerkers die in het kader van ITI, de ADAC opleiding volgen. De evaluatie is opgebouwd uit de organisatie van het Decanaat, een cijferoverzicht, ervaringen vanuit de gesprekken, conclusies en aanbevelingen.

Organisatie Studiedecanaat Het Decanaat wordt gevormd door: de teamleider 1-IR vakgroep Leren & Ontwikkelen (voorzitter), twee 1-IR-adviseurs Leren & Ontwikkelen, een teamleider MKB en een teamleider PDB, een onderwijsdeskundige van B/CKC Het Decanaat wordt administratief ondersteund door een HR-ondersteuner.

Pagina 1 van 6

Procedure Medewerkers die in het kader van de ITI-werving de ADAC opleiding volgen en studievertraging (dreigen) op te lopen, worden bij de postbus van het Decanaat aangemeld, middels een standaard aanvraagformulier. De leidinggevende wordt gevraagd om input te geven. Het aanvraagformulier is te vinden op de intranetpagina van de directie HR. Het Decanaat beoordeelt of de medewerker uitgenodigd wordt voor een gesprek. Medewerkers waarvan op basis van de informatie bij de aanvraag, de verwachting is dat zij de studie succesvol binnen de regelgeving van ITI zullen afronden, krijgen direct een schriftelijk advies. De overige medewerkers krijgen een uitnodiging voor een gesprek. Het gesprek met de medewerker wordt altijd uitgevoerd door twee leden van het Decanaat. De uitkomsten van alle gesprekken worden besproken in het Decanaat. Hierna wordt een advies geformuleerd. Het schriftelijke (bindend) advies wordt verzonden aan de leidinggevende. Aan de leidinggevende wordt verzocht op basis van het bindende studieadvies, de benodigde besluiten te nemen.

Escalatie Indien een student zich niet kan vinden in het advies dat door het Decanaat is afgegeven, is escalatie mogelijk bij een Commissie:

De Commissie wordt juridisch ondersteund door een HR-adviseur Rechtspositie, en administratief ondersteund door het directiesecretariaat van HR/Belastingen. De medewerker kan zijn bedenkingen op het advies, schriftelijk, richten aan het Decanaat via de betreffende postbus. Het Decanaat legt de bedenkingen voor aan de Commissie van bedenkingen. De Commissie kijkt of het afgegeven bindend advies van het Decanaat op de juiste wijze tot stand is gekomen en of het Decanaat in redelijkheid tot haar advies heeft kunnen gekomen. De Commissie stelt een oordeel vast. Dit oordeel wordt schriftelijk medegedeeld aan de medewerker diens leidinggevende en het Decanaat.

Toetskader Het Decanaat hanteert het toetskader zoals dat in het MTB van 16 december 2013 is vastgesteld.

Het toetskader bepaalt dat: • de studie in twee jaar moet zijn afgerond. • de student per vak maximaal één herkansing krijgt • de student 16 uur scholingsverlof per week krijgt.

Pagina 2 van 6

Met studenten die dat nodig hebben, kunnen individuele maatwerkafspraken worden gemaakt over extra maatregelen die zijn geaccordeerd door het MT Belastingen in december 2013. Met medewerkers die de studie niet binnen de ITI regels kunnen afronden en die wel de potentie hebben voor een hogere functie, mogen met de gebruikelijke studiefaciliteiten de studie vervolgen.

Cijferoverzicht per 1 december 2014 Aantal sestart 407 Aantal gestopt 97 (24%) Aantal aanmeldingen Decanaat Adviezen Decanaat 57 positief (84%) 28 ne.atief (31 %) 4 lopende zaken Aantal bedenkingen 17 Uitkomst Commissie 15 bevestiging advies Decanaat Bedenkingen L2 aanvullend gesprek met Decanaat *) *) De aanvullende gesprekken hebben niet geleid tot een herziening van het oorspronkelijke advies

De totale uitval, ca. 25%, laat geen significante afwijking zien ten opzichte van andere (deeltijd) opleidingen binnen Belastingen. Ten opzichte van landelijke cijfers van de hogescholen (ca. 30%), scoren studenten van de Belastingdienst zelfs iets beter. Opvallend is het hoge aantal (negatieve) adviezen in Den Haag. Van de 26 negatieve adviezen zijn er 17 uit Den Haag. Op de 28 negatieve adviezen zijn 17 bedenkingen ontvangen. Ook hier valt het grote aandeel (13) uit Den Haag op. Van de medewerkers die moeten stoppen met de opleiding, is er geen duidelijk verschil tussen interne medewerkers en extern geworven medewerkers. De voor ITI geworven medewerkers zijn ca. 52% interne medewerkers en 48% externe medewerkers. Van de medewerkers die na een bindend advies van het Decanaat zijn gestopt, is 55% intern en 45% extern geworven.

Belangrijkste ervaringen vanuit de gesprekken De uitval zoals die nu naar voren komt is niet opvallend ten opzichte van uitval bij gelijksoortige opleidingen. In het algemeen valt op dat studenten relatief laat aan de bel trekken. Vaak wordt al niet meer aan het vastgestelde toetskader voldaan. Uit de gesprekken blijkt dat veel studenten de studie enigszins onderschat hebben. Werken en studeren is zwaar. Dat vraagt om een goede planning en de discipline om de planning te volgen, zowel op het werk als ook privé. Het Decanaat constateert dat bij de medewerkers die vertraging oplopen in de studie, in de regel onvoldoende of geen studieplanning is gemaakt. Daarnaast zijn de verwachtingen die men van het Decanaat heeft vaak niet in lijn met waar het Decanaat voor staat opgesteld.

Pagina 3 van 6

Veel studenten die zich melden bij het Decanaat, gaan er van uit dat zij extra herkansingen krijgen, extra studieverlof en dat er door het Decanaat een individueel opleidingsplan wordt opgesteld. Ook de onbekendheid met het toetskader komt vaak terug. Voor de meeste studenten die bij het Decanaat verschijnen, geldt dat de achterstand die is opgelopen niet meer binnen de gestelde termijn is in te halen. De ervaring binnen onze organisatie is dat als studenten meerdere examens niet halen, die achterstand niet meer ingelopen kan worden zonder de studieduur te verlengen. Veel studenten hebben van de hogeschool een positief studieadvies ontvangen. Het advies van de Hogescholen geeft aan, dat zij verwachten dat de student binnen 2 jaar de propedeusefase succesvol zal afronden. Dat is een andere norm dan die wij hanteren, i.c. de eis dat de gehele opleiding in 2 jaar wordt afgerond. Tenslotte valt het hoge percentage uitval in Den Haag bij de hogeschool InHolland op. Onderzocht is hoe dit valt te verklaren, onder meer door navraag bij InHolland door B/CKC. Een duidelijke reden is niet aan te geven. Het betreft een specifieke groep die consequent lager scoort dan vergelijkbare groepen. Andere studenten bij InHolland met dezelfde vakken en docenten scoren beter.

Toetscommissie Van de 28 negatieve adviezen die het Decanaat heeft gegeven, zijn 17 bedenkingen ontvangen en afgedaan. Van de uitspraken van de commissie geldt dat in alle gevallen de adviezen van het Decanaat zijn bevestigd. In twee situaties is, in het kader van de zorgvuldigheid, aan het Decanaat gevraagd, aanvullende informatie op te vragen bij de leidinggevende en de medewerker uit de nodigen voor een extra gesprek. Beide casussen hebben niet geleid tot een aanpassing van het oorspronkelijke advies. Bij DGBel is ook een bezwaar op het ontslag naar aanleiding van een afgegeven advies ontvangen. Ook in deze situatie heeft de arbeidsjurist het advies van het Decanaat bevestigd.

Positionering In MTB van 19 mei 2014 is het volgende besloten: Centraal studiedecanaat Belastingen Het MT Belastingen heeft ingestemd met de inrichting van het centraal studiedecanaat Belastingen. Het doel van dit Decanaat is tijdig een realistisch persoonlijk opleidingsplan af te spreken met interne en tijdelijke medewerkers die in het ITI-traject de AD-AC-opleiding waarschijnlijk niet binnen twee jaar gaan halen. Extra herkansingen behoren tot mogelijk maatwerk. Uitgangspunt blijft het afronden van de studie in twee jaar tijd. (MTB Weekbericht 19 mei 2014, Kenmerk 14.21.04) In de praktijk blijkt dat ook incidenteel studenten van andere opleidingen aangemeld worden bij het Decanaat. Voor het lijnmanagement en (B/CKC)docenten is ook niet altijd helder waar het Decanaat voor staat opgesteld. Pagina 4 van 6

De waarde van het Decanaat is vooral voor de grote groep medewerkers die de ADAC opleiding volgen binnen het ITI-traject. Voor alle overige opleidingen geldt dat de voortgang van studie via de eigen managementlijn geborgd lijkt. Het is daarom raadzaam het huidige decanaat, zich te laten richten op de medewerkers die de ADAC volgen in het ITI-traject, en dit te communiceren naar alle betrokkenen.

Uitvoering Na het besluit van 19 mei 2014 in het MTB is het decanaat onmiddellijk van start gegaan met de uitvoering van haar taken. De eerste fase van de uitvoering heeft een aantal opstartproblemen gekend. Met als gevolg dat de doorlooptijd van besluiten langer was dan gewenst. Ook de behandeling van de bedenkingen die werden ontvangen lieten langer op zich wachten dan gewenst. Inmiddels zijn maatregelen genomen om de behandeltijd van de aanvragen beter te beheersen. Zowel het decanaat als de bedenkingencommissie vergaderen volgens een vast schema. Het vergaderschema en alle overige informatie over de werkwijze van het decanaat en bedenkingencommissie, staan op de intranetsite van Belastingen (Servicepunt Belastingen)

Conclusies r De uitval van de opleiding is in lijn met de percentages van gelijksoortige opleidingen. ir Medewerkers die het niet redden hebben in de regel een onvoldoende planning gemaakt. ir Voor de medewerkers die uitvallen en hun leidinggevenden, is onvoldoende bekend wat duaal studeren vraagt aan planning en discipline. ir Medewerkers en hun leidinggevenden, zijn onvoldoende op de hoogte van de regels die gelden bij de opleidingen voor het ITI-traject. r Bedenkingen op de adviezen van het Decanaat, hebben nog niet geleid tot herziening van het advies. ir Voor het lijnmanagement en docenten bij het CKC is niet altijd duidelijk voor welke opleidingen het Decanaat staat opgesteld.

Pagina 5 van 6

Aanbevelingen • Het door het MTB ingestelde Decanaat, als tijdelijke organisatie handhaven voor medewerkers die in het kader van het ITI-traject de ADAC of ADBE opleiding volgen. Voor alle andere opleidingen geldt dat het reguliere traject wordt gevolgd, d.w.z. de lijn bewaakt in samenspraak met B/CKC en HR-adviseurs de voortgang van de opleiding. • De regelgeving, de rol en de positionering van de leidinggevende in het proces van ontwikkeling van medewerkers kan nog explicieter onder de aandacht worden gebracht. Onderzoek de mogelijkheden hiervoor in het leiderschapsprogramma bij B/CKC en of de inrichting van een decanaat hiervoor noodzakelijk is. • Zorg voor heldere en makkelijk toegankelijke informatie over opleidingen voor zowel de medewerker als voor de leidinggevende op de intranetpagina HR/Belastingen onder het Servicepunt Belastingen. Hierin moet ten minste aandacht zijn voor faciliteiten, toetskader en studiedruk. (Aanbeveling inmiddels gerealiseerd). • Zorg al bij de selectieprocedure voor bovengenoemde informatie over de opleidingstrajecten.

Pagina 6 van 6

In deze brief reageer ik op uw verzoek van 15 januari jl. waarin u ten behoeve van uw cliënt, , allerlei informatie van mij vraagt

Recommend Documents