Dames en heren, Ik wil u allen welkom heten op het derde Maatschappelijk Congres van VluchtelingenWerk Nederland. Omdat de gemeenteraadverkiezingen niet ver meer weg zijn, focussen we dit jaar vooral op vluchtelingenbeleid in gemeenten. Ik ben mede namens het landelijk bestuur dan ook blij met de aanwezigheid vandaag van gemeentelijke functionarissen, mensen van organisaties waar we landelijk en regionaal mee samenwerken. En uiteraard medewerkers en vrijwilligers van VluchtelingenWerk uit het hele land. Ook ben blij met onze keynotespeakers: Pieter Winsemius, en later vandaag Hans Spekman én een column van Prem Radhakishun. De aankomende gemeenteraadsverkiezingen zijn een perfect moment om de toekomst van vluchtelingen in uw gemeente veilig te stellen en hen te helpen echt mee te doen in de samenleving. Gemeenten spelen namelijk een belangrijke rol in de uitvoering van het Vluchtelingenverdrag. Moet uw gemeente investeren in een goede start voor vluchtelingen? Is dat nuttig en noodzakelijk? Ja! En dat vind ik niet alleen; maar – dat wist u misschien nog niet – u vindt dat ook! Dat hebben we onderzocht in onze IntegratieBarometer 2012. Bijna alle gemeenten zien de noodzaak vluchtelingen te begeleiden bij hun integratie in onze complexe maatschappij. Wel bleek uit dit onderzoek dat lokale politici zich zorgen maken of die ondersteuning in de toekomst nog kan worden geboden. De aanstaande gemeenteraadsverkiezingen zijn een geschikt moment om deze zorgen om te zetten in vertrouwen; om concreet beleid te maken om de positie van vluchtelingen in de toekomst te versterken. Vluchtelingen? Wie zijn dat ook alweer? Waarom zijn ze hier? Ik denk dat ik u niet hoef uit te leggen dat dit mensen zijn die familie, vrienden, huis en haard moesten achterlaten vanwege oorlog, politiek geweld, hun seksuele geaardheid, afkomst of religie. Ze waren hun leven niet meer zeker. Kijk nog even naar deze foto's uit onze campagne, waaruit blijkt dat je niet aan iemands gezicht kunt zien dat hij of zij vluchteling is. Waarom wil ik bij de term “vluchteling” stilstaan. Als wij steeds vaker moeten uitleggen wat het betekent om vluchteling te zijn, dan geldt dat vast ook voor u. U moet tenslotte uw beleid verantwoorden aan de inwoners van uw gemeente.
Ik maak me grote zorgen over het draagvlak voor vluchtelingen. Het lijkt inmiddels of de term “vluchteling” synoniem staat voor “gelukszoekers” of “profiteurs”, terwijl vluchtelingen initiatiefrijke overlevers zijn! Vroeger kwam het voor dat de fanfare uitrukte als er een vluchteling in een gemeente kwam wonen, maar nu stuiten vluchtelingen soms op verzet én moeten vrijwilligers van VluchtelingenWerk uitrukken om een buurt voor te bereiden om de komst van een gezin goed te laten verlopen. Als ik vertel dat we vluchtelingen op weg helpen, krijgen wij – en waarschijnlijk ook u – al snel te horen dat veel Nederlanders het moeilijk hebben en dat onze aandacht naar die groep moet gaan. Ja, natuurlijk zie ik ook dat veel Nederlanders het moeilijk hebben en daar moet ook zeker aandacht voor zijn. Maar laten we ons even verplaatsen in de vluchteling en alles wat hij of zij heeft moeten de doorstaan. Gruwelijkheden en soms zelfs marteling. En slechts enkele duizenden van die vluchtelingen mogen een veilig en nieuw bestaan in Nederland opbouwen. Daar kunnen ze wel wat hulp bij gebruiken. Die ondersteuning is ook hard nodig. Om dat te laten zien, stuurden onze collega's in Noord Nederland een aantal gemeenteraadsleden een brief. Een brief in het Farsi. Of ze even dít wilden regelen, aan dát hadden gedacht, of ze zús niet waren vergeten en ook graag binnen de gestelde termijn wilden reageren. Er kon om gelachen worden, maar de boodschap was glashelder: zonder ondersteuning red je het niet. Ook niet in Nederland. Wethouder Andrée van Es van Amsterdam maakte vorig jaar op dit congres heel duidelijk hoe complex de Nederlandse samenleving is, hoeveel een vluchteling moet regelen, en hoe belangrijk maatschappelijke begeleiding daarbij is. Ze typeerde het als volgt: “Een vluchteling die naar een gemeente wordt uitgeplaatst heeft meer contact met de gemeente en andere instanties dan een gemiddelde inwoner in twintig jaar.” VluchtelingenWerk is vaak de luis in de pels van het overheidsbeleid op het gebied van asiel en integratie. Maar laat ik hier nu eens nu complimenten uitdelen. Ondanks al onze zorgen over de asielprocedure zijn er gelukkig ook veel asielzoekers die al binnen de 8-daagse procedure een positieve beslissing krijgen op hun asielaanvraag. En compliment twee: als iemand mag blijven, is de periode die een vluchteling in een asielzoekerscentrum moet wachten op een woning korter dan in het verleden. Allemaal zeer positief. Toch hebben deze positieve ontwikkelingen een negatieve uitwerking in de
gemeenten. Het kan namelijk zo zijn dat iemand die vandaag asiel aanvraagt over vier maanden bij u op de stoep staat. Hij of zij spreekt dan nog vrijwel geen woord Nederlands, maar moet wel zo snel mogelijk meedoen. Terwijl de Rijksbijdrage aan gemeenten om een vluchteling maatschappelijk te begeleiden wordt verlaagd, wordt het beroep dat op deze begeleiding wordt gedaan groter en groter. We zien in de praktijk dat onze vrijwilligers steeds meer taken krijgen en het werk als zwaarder ervaren. Het is eigenlijk gek. Decennia lang heeft de begeleiding van vluchtelingen niet ter discussie gestaan. Maar nu met alle decentralisaties die op het bordje van gemeenten komen plus alle bezuinigingen die boven de markt hangen, blijkt uit enquêtes onder gemeenten dat veel gemeenten nu al fors bezuinigen op de uitgaven voor welzijn en maatschappelijke dienstverlening, inclusief VluchtelingenWerk. Hoe gemeenten met vluchtelingen omgaan, blijkt in de praktijk heel verschillend te zijn. Word je als vluchteling uitgeplaatst naar gemeente A dan krijg je goede begeleiding, terwijl je in gemeente B onder het mom van “eigen verantwoordelijkheid” (of tegenwoordig: “participatiemaatschappij”) bijna volledig aan je lot wordt overgelaten. In gemeente A worden je inrichtingskosten omgezet in een gift en in gemeente B wordt je jarenlang maximaal op je bijstand gekort. Gemeente A probeert je serieus naar werk te begeleiden, en gemeente B laat zich afschrikken door jouw taalachterstand en laat je in de bijstand verpieteren. In Brabant sprak ik laatst een vrijwilliger van Afghaanse afkomst. Enkele familieleden van haar waren in andere gemeenten gehuisvest. Zij vertelde dat al haar familieleden met andere regels te maken hadden. Ze waren allemaal in Nederland, maar hadden het gevoel alsof ze in verschillende landen met verschillende wetten waren terechtgekomen. Dit toont aan dat volstrekte willekeur in onze omgang met vluchtelingen op de loer ligt. 1000 euro per vluchteling krijgen gemeenten vanaf 2014 voor maatschappelijke begeleiding. Wij zullen in Den Haag het belang van maatschappelijke begeleiding blijven benadrukken. Zolang de Rijksoverheid dit bedrag niet verhoogt, vraag ik u het bedrag aan te vullen. Zo krijgen vluchtelingen een start die ze verdienen. En ik weet dat u bij deze investering in vluchtelingen op termijn ook baat heeft. Gemeenten krijgen er vooral taken bij, maar er is er ook eentje afgegaan. Inburgering. Dat is nu de eigen verantwoordelijkheid van vluchtelingen. Dat klinkt heel stoer en voor bijvoorbeeld hoog opgeleide Syriërs is het wellicht geen probleem. Maar elke dag zien wij in praktijk dat wanneer je hier net
bent, de taal nog niet machtig bent, dat begeleiding bij inburgering hard nodig is. We zien dat het nu niet goed gaat: mensen die reeds in maart hun verblijfsvergunning hebben ontvangen, hebben steeds nog geen brief over hun inburgering van DUO gekregen. Daardoor kunnen ze nog geen lening voor hun inburgering aanvragen en feitelijk dus niet starten. Haal je de inburgeringstermijn niet, dan krijg je een boete van 1250 euro. Veel gemeenten trekken dus hun handen af van de inburgering. VluchtelingenWerk voelde zich genoodzaakt om in dit gat te springen. Vanuit onze kennis en ervaring met vluchtelingen denken we dat wij een béter programma kunnen aanbieden met naast de taalles een koppeling aan een taalcoach. Niet met alleen e-learning, maar gewoon klassikaal van mens tot mens. Niet iedereen op één hoop, maar maatwerk per persoon. Niet één ochtend in de twee weken, maar een intensief programma. Vorige maand deed minister Asscher van Sociale Zaken de aftrap van ons nieuwe project Startbaan, waarmee we 600 vluchtelingen aan een baan gaan helpen. Daar sprak hij onder meer met Firaz, een arts uit Irak. Om hem in een klasje te zetten met analfabeten zou niet goed zijn. Samen met VluchtelingenWerk organiseerde hij een maatwerkoplossing, vond zelf via Facebook een taalcoach, haalde al snel zijn inburgeringsexamen, mocht studeren met behoud van uitkering en loopt nu co-schappen in een ziekenhuis. Gelukkig ziet het er naar uit dat we uit de crisis aan het opkrabbelen zijn. Dat is ook heel belangrijk voor vluchtelingen, want in deze crisis is overduidelijk geworden dat vluchtelingen een van de meest kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt zijn. De arbeidsparticipatie van vluchtelingen is al heel laag. Onder autochtone Nederlanders heeft 65 procent een baan, onder vluchtelingen is dat slechts 36 procent. Omdat vluchtelingen veelal werken (en werkten) met tijdelijke of flexibele contracten, vlogen ze er als eerste uit. Terwijl werk erg belangrijk is voor vluchtelingen. Het geeft een gevoel van eigen waarde, ze horen erbij, en kunnen iets terugdoen. Ondanks de krappe arbeidsmarkt wil VluchtelingenWerk kansen creëren voor vluchtelingen. Daarom zijn we gestart met een aantal nieuwe projecten om vluchtelingen aan het werk te krijgen. We hopen dat we ook op u kunnen rekenen door vluchtelingen ruimte te bieden een opleiding, leer/werktraject of stage te doen. En liever nog: leer-werkplaatsen bieden of vluchtelingen in dienst te nemen. Vandaag gaan we in de workshops in op een aantal belangrijke zaken rond vluchtelingen die zich afspelen binnen gemeentegrenzen. Gemeentelijk
vluchtelingenbeleid, arbeidsparticipatie, maar ook wat we kunnen betekenen voor uitgeprocedeerde asielzoekers, en hoe om te gaan met integratieproblematiek rond Somalische vluchtelingen. Het is daarbij absoluut niet de bedoeling dat de mensen van VluchtelingenWerk en de uitgenodigde sprekers en deskundigen alleen maar gaan zenden; we willen ook vooral van u horen wat uw ervaringen en oplossingen zijn. Dus laat van u horen! Uw ervaringen en ideeën nemen we mee in onze individuele begeleiding aan vluchtelingen, maar ook in onze collectieve belangenbehartiging in Den Haag. Vanuit elke workshop behandelen we in de laatste plenaire sessie een stelling. Iedereen krijgt dan een stemkastje en dan gaan we zien hoe de vlag erbij staat. Hopelijk zijn we aan het einde van de dag helemaal geïnspireerd en vol energie om ons in te zetten voor de vluchtelingen die bescherming in ons land hebben gekregen. Ik wens u een goed en inspirerend congres toe. Dorine Manson Algemeen directeur VluchtelingenWerk Nederland