IK HEB ’T! Handleiding over astma en COPD voor het basisonderwijs
Binnenkort Longfonds
Inhoudsopgave
Inhoud handleiding 3. ............. Doelstellingen en uitgangspunten 4. ............. Opdrachten bij het prentenboek 11............ Avontuur op Long Eiland 13............ Opdrachten bij de dvd: het activiteitencircuit 16............ Kinderen met astma: praktische tips voor in de klas 18............ Achtergrondinformatie astma en COPD 20............ Avonturenmiddag Ik heb ‘t! 21............ Overige informatie 22............ Bijlagen en kopieerbladen
Doe ook mee aan de nul- en eindmeting Voordat u met het lespakket Ik heb ‘t! begint, kunnen de kinderen vanaf groep 5 een korte test doen (www.astmafonds.nl/lespakket). Deze test meet wat zij vooraf weten over astma en COPD. Dit geeft u en henzelf inzicht in de beginsituatie. Na afloop van het project kunt u vervolgens een meting doen van het resultaat. Daarmee ontdekt u wat de kinderen ervan hebben opgestoken (de eindmeting). Deze vindt u op www.astmafonds.nl/lespakket.
Onderdelen lespakket Ik heb ‘t! Prentenboek Ik heb ‘t! van Gerard van Midden en Noëlle Smit voor groep 1 t/m 5. Een vrolijk, filosofisch boek over zoeken, vinden, vriendschap en wat het betekent om astma te hebben. De hoofdpersonen zijn het jongetje Pier en Hop, de kangoeroe. Dvd/cd (dualdisc), op de dvdzijde staat het verhaal Avontuur op Long Eiland in vijf delen (duur: ruim 26 minuten). Aan dit verhaal is voor de bovenbouw een track toegevoegd over COPD (duur: ruim 6 minuten). Op de cd-zijde staan vier liedjes (ingezongen en soundmix). De bladmuziek kunt u downloaden via internet: www.astmafonds.nl/lespakket. Tip: Een dualdisc bestaat uit een dvd-zijde en een cd-zijde. Avontuur op Long Eiland kunt u projecteren via een dvd-speler en met behulp van een beamer of televisie. Als u beschikt over de juiste programmatuur kunt u de dvd ook via de computer afspelen. Als u de disc omdraait, kunt u de liedjes beluisteren via een cd-speler of de computer.
2
Overzichtsposter van Long Eiland met verschillende plekken die te maken hebben met astma en COPD. Dat zijn: een heuvellandschap (inspanningsastma); een grasland (pollenallergie); een boomhut (ongezond binnenmilieu en huisstofmijt); een krater (schadelijke invloed van sigarettenrook); een bloemenveld met kat (overgevoeligheid voor geuren en allergie voor dieren); de weg naar de hangbrug (negatieve invloed van stress); een pier (COPD). Deze onderwerpen komen uitgebreid aan bod in het lespakket. Handleiding voor de leerkracht met leerlingmateriaal bij het prentenboek, de dualdisc en de poster.
Op de website van het Astma Fonds (www.astmafonds.nl) vindt u naast algemene informatie over astma en COPD, ook verschillende downloads die horen bij dit lespakket: nulmeting, eindmeting, bladmuziek, liedteksten, werkstukpakket, spreekbeurtpakket, ouderbrief, persinformatie. U kunt deze informatie vinden op: www.astmafonds.nl/lespakket
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Doelstellingen en uitgangspunten
Kijk ook eens op www.astmafonds.nl
Het lespakket Ik heb ‘t! kent de volgende doelstellingen en uitgangspunten. Doelstellingen: l kinderen weten en ervaren hoe de ademhaling werkt; l ze weten wat astma is, kennen de oorzaken ervan en weten wat je eraan kunt doen; l het lespakket draagt bij aan meer begrip voor kinderen met astma; l kinderen vanaf groep 6 weten wat COPD is, kennen de oorzaken ervan en weten hoe je ermee om kunt gaan. Uitgangspunten: l is geschikt voor de groepen 1 tot en met 8, met een gedifferentieerd aanbod voor kinderen van de onder-, midden-, en bovenbouw; l is flexibel van opzet: de leerkracht kan een keuze maken uit een veelvoud van werkvormen. Een minimale tijdsbesteding is twee uur, maar u kunt er ook een hele projectweek mee werken; l besteedt veel aandacht aan doen en ervaren; l is interactief en uitdagend; l in het pakket worden diverse mogelijkheden aangereikt om ouders erbij te betrekken.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Wat is astma? Astma is een nog ongeneeslijke, chronische ontsteking van de luchtwegen. Mensen met astma kunnen soms moeilijk ademhalen: zij worden kortademig, ademen ‘piepend’ of moeten hoesten. Dit komt doordat hun luchtwegen door allerlei stoffen snel geprikkeld raken. Veel mensen met astma zijn allergisch. De aanleg voor astma en allergieën is erfelijk. De een krijgt bijvoorbeeld problemen door huisstofmijt, de ander kan niet tegen (de huidschilfers van) huisdieren of bepaalde pollen. Vaak ontstaan ook klachten door niet-allergische prikkels zoals sigarettenrook, parfum en mist. Wat is COPD? COPD is een verzamelbegrip voor chronische bronchitis en longemfyseem. Beide zijn aandoeningen die lijken op astma, maar toch zijn er verschillen. Bij bronchitis wordt er in de luchtwegen teveel slijm aangemaakt en longemfyseem ontstaat doordat de longblaasjes niet meer goed werken. Daardoor zijn de longen niet in staat voldoende zuurstof af te geven aan het bloed. De belangrijkste oorzaak van COPD is roken. COPD ontstaat meestal na het veertigste levensjaar. Meer achtergrondinformatie over astma en COPD vindt u op pagina 18.
3
Onder-en Middenbouw Opdrachten bij het prentenboek
Vooraf
Bij dit lespakket hoort het prentenboek Ik heb ‘t!, dat geschikt is voor kinderen van groep 1 t/m 5. Hoofdpersonen zijn het jongetje Pier, dat astma heeft maar dat niet weet, en de kangoeroe Hop. Het prentenboek laat kinderen meevoelen met Pier en geeft zicht op wat het betekent om astma te hebben. De stijl is filosofisch en humoristisch. Thema’s in het prentenboek zijn: je niet lekker voelen, zoeken en vinden, vriendschap, helpen en beter worden. Het verhaal is geschreven door Gerard van Midden, de illustraties zijn van Noëlle Smit. Het verhaal speelt zich af op een eiland waar Pier in een zelfgemaakte hut woont. Het is nacht, maar Pier kan niet slapen omdat hij ’t benauwd heeft. Vanaf zijn balkon ziet hij Hop, de kangoeroe, die ook wakker is. Pier en Hop maken kennis met elkaar. Pier vertelt dat hij iets heeft, maar niet weet wat. Hop biedt aan om het uit te zoeken. Zij is er zeker van dat zij het zal vinden. Pier springt bij Hop op de rug en samen gaan ze op ontdekkingstocht. Onderweg gaat er van alles mis. Zo begint Pier te hijgen in de bergen, krijgt hij het benauwd in het bloemenveld en lijkt het erop dat Hop ’t toch nergens kan vinden. Maar Hop is niet zomaar een kangoeroe, hij is een super zoek-hopper die ontdekt - zonder er woorden aan te geven - dat Pier astma heeft. Als u het prentenboek Ik heb ‘t! heeft gelezen, kunnen de kinderen de inhoud verwerken met behulp
4
van de volgende opdrachten. U kunt zelf een keuze maken wat bij uw groep past. Het is aan te raden het prentenboek een vast plekje te geven in de groep, bijvoorbeeld op een projecttafel die verder aangevuld wordt met materialen over astma. Als een van de kinderen in uw groep zelf astma heeft kan hij/zij wellicht samen met zijn/haar ouder(s) iets vertellen en voorwerpen laten zien. Waar is het kind met name allergisch voor? Wat doet de dokter? Hoe zien de medicijnen eruit? Enzovoort. Gesprek Prentenboek Ik heb ‘t! Naar aanleiding van het prentenboek kunt u de volgende vragen stellen: l Welke tekening willen de kinderen nog een keer zien? Welke vinden ze het mooist? l Wat is er met Pier aan de hand? Waarom kan hij niet slapen? l Wat gaat Hop doen? Waar gaat zij naar op zoek? l Wat gebeurt er met Pier als hij de berg op loopt? En hoe voelt hij zich in het verstopgras? l Waarom wil Pier niet in de slaaphut blijven? l Waarom geeft Hop Pier een munt, een lamp, een touw en een verrekijker? l Pier wil niet aan de bloemen ruiken. Waar heeft dat mee te maken? l Waarom wordt Hop boos op Pier? l Als ze terug zijn in het huis van Pier, heeft Hop ’t opeens gevonden. Wat is het? l Hoe komt het dat Pier zich beter voelt? Wat komt er uit ’t kleed? l Wat vind je van Pier? Wat vind je van Hop? Hoe zal het verder gaan met die twee? l Zijn Pier en Hop nu vrienden? Welke tekening laat dat zien?
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Vertel tot slot dat Pier astma heeft. Dat hij het benauwd krijgt en moet hoesten als hij heel moe is, als hij in de buurt is van graspollen, een harig dier, rook, bloemen en een vloerkleed.
Pier kan niet slapen en kijkt om zich heen. Hij kraakt als een deur en hij voelt zich alleen.
Lied Pier en Hop Een liedje bij het prentenboek. Allerlei oorzaken van astma komen aan bod. Ook het gevoel van benauwd zijn komt erin voor. Laat de kinderen gebaren bij het liedje bedenken: slapen, een deur, hoog in de bergen, diep in het gras, enzovoort. Het liedje staat op de cd. Ingezongen: track 1 en soundmix: track 2. De bladmuziek en de liedteksten vindt u op de website van het Astma Fonds: www.astmafonds.nl/lespakket.
‘Ik heb ’t weer, Hop,’ roept Pier benauwd. ‘Als ik hier blijf, gaat het fout!’
1. Pier kan niet slapen en kijkt om zich heen. Hij kraakt als een deur en hij voelt zich alleen.
6. ‘Ruik eens,’ zegt Hop, ‘wat een lekkere geur.’ De bloemen zijn mooi, maar Pier kraakt als een deur.
‘Ik heb ’t weer, Hop,’ roept Pier benauwd. ‘Als ik hier blijf, gaat het fout!’
‘Ik heb ’t weer, Hop,’ roept Pier benauwd. ‘Als ik hier blijf, gaat het fout!’
Refrein: Hop zegt: ‘We gaan. Spring maar snel achterop. Ik vind wat jij hebt, of mijn naam is geen Hop!’
Hop zegt: ‘We gaan. Spring maar snel achterop. Ik vind wat jij hebt, of mijn naam is geen Hop!’
2. Hoog in de bergen hijgt Pier: ‘Niet zo snel! Ik kan echt niet harder. Begrijp je dat wel?’
‘Ik heb ’t weer, Hop,’ roept Pier benauwd. ‘Als ik hier blijf, gaat het fout!’
Refrein 3. Diep in het gras zit Pier angstig verstopt. ‘Je hebt ’t weer zeker?’ vraagt Hop. ‘Ja, dat klopt!’ 4. Pier wijst naar boven: ‘Hé, Hop, kijk eens daar! Een hut in een boom en ons bed staat al klaar.’
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Refrein 5. ‘Niet naar de draak met die rook uit zijn mond. ‘k Krijg adem tekort en dat is niet gezond.’
7. Opeens, in Piers huis, roept Hop: ‘Jippie-yes-jee! Het komt door dat kleed en dus hup: weg ermee!’
Pier kan weer slapen: gelukkig en blij. Hij ademt heel rustig en voelt zich weer vrij.
Doe-activiteit Een eigen prentenboek Voor dit prentenboekje hebben de kinderen zeven dubbelgevouwen A4-blaadjes nodig. En een gekleurd vel voor de buitenkant. Deel kopieën van het versje uit en laat het in zeven stukken knippen (zie de cijfers bij het versje). De tekst van het versje komt telkens op de linkerpagina, op de rechterpagina’s maken de kinderen bijpassende tekeningen. Ze kunnen het prentenboekje mee naar huis nemen en hun ouders erover vertellen. Leg een paar van de zelfgemaakte boekjes op de projecttafel.
5
Drama Het lied Pier en Hop verbeelden Twee kinderen spelen voor Hop en Pier. Terwijl het lied klinkt, verbeelden zij de tekst. Als de tekst van het lied bekend is, kunnen Hop en Pier de dialogen ook zelf zingen. Kringactiviteit/werkblad Als ik ren... dan word ik moe In het prentenboek Ik heb ‘t! krijgt Pier het telkens benauwd. Allerlei oorzaken liggen hieraan ten grondslag: vermoeidheid, graspollen, een harig dier, rook, bloemen en een vloerkleed. Als je astma hebt, en je weet waardoor het komt, dan kun je de oorzaken ervan proberen weg te nemen. Met deze activiteit oefenen de kinderen in ‘oorzaak en gevolg’. Begin met een kringgesprek. Wat gebeurt er: l als het regent? l als je met je fietsband door glas rijdt? l als je je schoolbeker vergeet? Ga vervolgens naar bijlage 1. Geef de kinderen een kopie, laat ze de plaatjes uitknippen en er combinaties van maken. Het linkerplaatje is telkens de oorzaak, het rechterplaatje het gevolg. Laat ze erover vertellen. Oorzaak en gevolg: hoge golven - een meisje is nat jongetje rent - hij is moe euro - meisje met een ijsje iemand rookt een sigaret - jongetje moet hoesten mevrouw spuit parfum - meisje krijgt het benauwd De rij kan aangevuld worden met eigen voorbeelden. Verhaal Kwispel en Tim In dit verhaal moet helaas een huisdier het gezin verlaten omdat een van de kinderen astma heeft. Gelukkig komt er een goede oplossing. ‘Nee! Nee! Nee!’ roept Tim. Snel slaat hij twee armen om zijn hond. ‘Ik wíl niet dat Kwispel weggaat!’ Hij duwt zijn neus in de zwarte vacht en houdt Kwispel stevig vast. De staart van Kwispel schuift van blijdschap over de grond. Kwispel geeft Tim een lik en legt zijn poot op zijn arm. Tim krabbelt hem achter zijn oren. Zie je wel! Het is de allerliefste en allerleukste hond die hij kent. ‘Lieverd, echt het is beter voor je,’ zegt mama. Ze streelt Tim over zijn haar. ‘Nie-hie-tes!’ zegt Tim. Hij hapt naar adem. Het wordt steeds moeilijker voor hem om te praten. Hij heeft bijna geen lucht. Mama zegt dat het door Kwispel
6
komt. En dat hij daarom weg moet. Maar dat kan toch niet? Kwispel is zijn allerbeste vriendje. Je allerbeste vriendje doe je toch niet zomaar weg! ‘Kom,’ zegt mama. Zachtjes trekt ze Tims armen los van Kwispel. ‘Dan gaan we even naar buiten.’ Boos schudt Tim zijn hoofd. Hij gaat niet naar buiten. Buiten, onder aan de flat, staan de vuilcontainers. Daar stoppen grote mensen alles in wat weg moet. Een keer per week worden de containers geleegd. Daarna zie je wat erin is gegaan nooit meer terug. Een traan rolt langzaam over Tims wang. ‘Geloof me,’ zegt mama. Ze zucht diep. ‘Ik vind het óók heel vervelend. Maar de dokter zegt dat het beter is. Als Kwispel weg is wordt de astma minder. Dan heb je genoeg lucht. Dan kun je weer gewoon ademhalen.’ Tim rent de woonkamer in. Hij wil niet meer naar mama luisteren. Op de bank hapt hij naar adem. Hij wordt steeds benauwder. Zeker nu hij zich zo druk maakt. Hij wil lucht én hij wil Kwispel. Waarom kan dat nu niet samen? Het is gewoon niet eerlijk. Kwispel is van hem. Hij heeft hem gekregen voor zijn verjaardag. Maar toen kreeg hij ineens ook astma. Daar had hij helemaal niet om gevraagd. En dan zegt de dokter dat Kwispel weg moet. Stomme dokter! Stomme astma! Mama komt naast Tim zitten. Ze kijkt verdrietig en slaat een arm om hem heen. ‘Rustig maar,’ zegt ze. Ze wrijft hem zacht over zijn rug. Ook Kwispel komt naar Tim. Hij legt zijn kop in Tims schoot en kijkt hem zielig aan. Tim kriebelt Kwispel achter zijn oren. Kwispel knippert met zijn ogen en snuift diep. Zo blijven ze zitten tot de telefoon gaat. ‘Oma voor jou,’ zegt mama. Tim neemt de telefoon over. ‘Kwispel moet weg,’ zegt Tim. Hij voelt dat zijn keel dik wordt en de benauwdheid weer toeneemt. ‘Ik heb het gehoord,’ zegt oma. ‘Maar hij is mijn vriendje,’ roept Tim. ‘Die kunnen we toch niet in de vuilcontainer gooien.’ ‘In de vuilcontainer?’ zegt oma. ‘Hoe kom je daar nu bij?’ ‘Daar gaat alles naartoe wat weg moet,’ zegt Tim. ‘Dat heeft mama zelf gezegd.’ Oma glimlacht. ‘Ze bedoelt dingen die we niet meer kunnen gebruiken, gekkie,’ zegt ze. ‘Kwispel niet.’ Tim snift en veegt met zijn mouw langs zijn neus. ‘Maar waar moet hij dan heen?’ vraagt hij. ‘Wat vind je ervan als Kwispel bij ons komt wonen,’ zegt oma. ‘Dan kan hij de hele dag buiten in de tuin spelen. Opa kan met hem wandelen. En jij kunt zo vaak komen als je wilt.’ Tim kan even niks meer zeggen. Dit keer is het niet van benauwdheid. Maar van blijdschap. Wat een goede oplossing! Zo blijft Kwispel toch zijn vriendje en de astma...die gaat maar met de vuilcontainer mee! Maaike Fluitsma
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Verwerking: Laat de kinderen een tekening van het verhaal maken en die op de projecttafel leggen. Het verhaal leent zich ook om uit te spelen. Doe-activiteit/werkblad Dit zijn mijn longen Nodig: ballonnen en kleine blokjes. Laat de longen op bijlage 2 zien. Als je inademt stroomt de lucht in je longen. Die zetten dan uit. Net zoals een ballon. Wie kan een ballon opblazen? Van wie is de lucht in de ballon? In het prentenboek ‘Ik heb ‘t!’ heeft Pier het benauwd, zijn adem piept. Net als een leeglopende (piepende) ballon. Laat de kinderen in tweetallen werken. Een gaat op de rug liggen en ademt rustig. De ander gaat ernaast zitten en probeert de ademhaling bij het liggende kind te voelen. Welk gedeelte van het lichaam gaat op en neer? Wat gebeurt er bij het uitademen? Houd de hand eens voor de neus/mond van het liggende kind. Wat voel je? Leg nu blokjes bij de tweetallen neer. Laat het zittende kind een zo hoog mogelijke toren van de blokjes bouwen op de buik van het liggende kind. Wat gebeurt er? Wat maakt het lastig? Laat de kinderen van rol wisselen.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Muziek en beweging Pak je hoofd Pier krijgt het benauwd als hij een berg beklimt. Met dit bewegingsliedje laten we de groep ervaren wat inspanning met hun ademhaling doet. Het lied staat op de cd-zijde van de dualdisc. Ingezongen: track 3; soundmix: track 4. De bladmuziek en liedteksten vindt u op www.astmafonds.nl/lespakket. Herhaal het lied een aantal keren, voer per keer het tempo op. Na het zingen leggen de kinderen hun handen op hun buik of op die van een ander. Wat voelen ze? Wat is buiten adem raken? Wat gebeurt er met Pier als hij zich druk maakt? Pak je hoofd, pak je oren, pak je wangen, pak je kin. Draai een rondje, rondje, rondje. Geef een kontje, kontje, kontje. En weer terug naar het begin. Pak je buik, pak je benen, pak je knieën, pak je teen. Even zwaaien, zwaaien, zwaaien. Rondje draaien, draaien, draaien. En weer stilstaan: nu meteen!
7
Doe-activiteit Ademhalen door een rietje Wat is benauwdheid? Deze activiteit laat kinderen (die dat willen!) ervaren wat het betekent om te bewegen met minder zuurstof dan normaal. De activiteit is zeker niet geschikt voor kinderen met astma. Geef elk kind een rietje en laat ze hierdoor ademhalen. Geef vervolgens een opdracht waarbij de kinderen moe worden, zoals springen of een stukje hardlopen. Vertel erbij dat ze mogen stoppen wanneer het niet prettig voelt. Wat gebeurt er? Hoe ervaren ze het ademhalen door een rietje? Laat ze erover vertellen. Werkblad Zoek de huisstofmijt Wat heeft Hop ontdekt? Dat Pier thuis benauwd wordt van het vloerkleed. Wat doet hij vervolgens? Vertel dat het kleed vol zit met beestjes, huisstofmijt. Lees de onderstaande informatie door en bepaal zelf wat u daarvan aan uw groep (op hun niveau) wilt doorgeven. Informatie De huisstofmijt is een haast onzichtbaar, spinachtig beestje van circa drie millimeter die in huisstof leeft. Met name in matrassen, kussens, gestoffeerd meubilair en tapijt. Het beestje gedijt het beste bij ongeveer
8
25ºC en een luchtvochtigheid van 50-75%. Hij leeft onder andere van menselijke huidschilfers in beddengoed. De uitwerpselen en vervellingshuidjes van de huisstofmijt zijn een belangrijke veroorzaker van astmaklachten. Je kunt huisstofmijt het best bestrijden door goed schoon te maken (het verwijderen van huidschilfers) en te ventileren (beperken van de luchtvochtigheid). Opdracht Maak een kopie van het vloerkleed van bijlage 3. Laat de kinderen op zoek gaan naar zoveel mogelijk huisstofmijten. Ze kleuren ze bijvoorbeeld rood. Oplossing: in de zoekplaat zitten acht huisstofmijten verborgen. Leg een werkblad op de projecttafel. Verhaal Het kippengroepje In dit verhaal uit de leefwereld van de kinderen gaat een klas op excursie naar de kinderboerderij. Een van de kinderen krijgt een astma-aanval als allergische reactie op de boerderijdieren. Over: vriendschap, ziek zijn en erbij horen. Sanne zit in de bus. Ze gaat met de hele klas naar de kinderboerderij. Daar zijn veel dieren. Grote en kleine. Sanne is gek op dieren. Grote en kleine. De bus stopt. ‘We zijn er!’ roept de juf. De kinderen
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Die pakt er een soort toeter uit. ‘Uitademen,’ zegt hij tegen Sanne. Dan zet hij een mondstuk tegen Sannes mond. ‘En nu inademen.’ Sanne ademt in. ‘Goed zo,’ zegt Mirthes papa. ‘De medicijnen werken altijd snel.’ Hij duwt Sanne richting het terras. ‘Jij hebt vandaag genoeg dieren gezien,’ zegt hij. ‘Rust maar even uit. Dan kunnen we straks naar de speeltuin.’ Sanne gaat zitten. Ze voelt zich al een stuk beter. ‘Willen jullie nog dieren kijken?’ vraagt Mirthes vader aan de anderen. Hassan schudt zijn hoofd. ‘Ik blijf bij Sanne,’ zegt hij. ‘Ik ook,’ zegt Job. ‘Anders is het toch niet leuk.’ Mirthe slaat een arm om haar vriendin. ‘En alleen met ons vieren kunnen we goed kakelen.’ Sanne lacht. Ook al heeft ze astma, ze hoort er toch bij. Maaike Fluitsma
Fotografie: Joost van Velsen
juichen. Sanne houdt haar rugzak goed vast. Ze mag hem niet kwijtraken. ‘Blijf goed bij je eigen groepje,’ zegt de juf streng. Sanne kijkt op haar button. Er staat een kip op. Dat is haar groepje. Samen met haar vriendin Mirthe, Hassan en Job. ‘Omdat jullie altijd zoveel kakelen,’ had de juf lachend gezegd. De papa van Mirthe is de baas van het kippengroepje. Naar hem moeten ze vandaag luisteren. Buiten telt hij de kinderen. ‘Een, twee, drie en vier,’ zegt hij. ‘We zijn er allemaal. Kom! Wij gaan eerst naar de konijnen.’ Mirthe pakt de hand van Sanne. ‘Spannend hè,’ zegt ze. Sanne knikt. Ze voelt of haar rugzak nog op haar rug zit. De konijnen zitten in een groot hok. Er mogen twee kinderen tegelijk bij. Sanne en Mirthe kijken als Job en Hassan het eerst naar binnengaan. De konijnen snuffelen nieuwsgierig aan Hassans broek. Hassan durft niet meer te bewegen. Sanne moet erom lachen. ‘Je kunt hem best aaien,’ zegt ze. Maar Hassan blijft staan waar hij staat. Job tilt het grote konijn met die lange oren op zijn schoot. Sanne wil wat zeggen maar ze moet een beetje hoesten. ‘Nu wij,’ zegt Mirthe na een poosje. Hassan komt meteen naar buiten. Job treuzelt. ‘Op-schie-ten,’ zegt Sanne. Ze heeft het benauwd en ritst haar jas open. Haar rugzak doet ze af en zet ze bij de deur van het hok. Zo kan ze beter bewegen en spelen met de konijnen. Samen met Mirthe gaat ze het hok in. Ze aait de konijnen. Wat zijn ze zacht! Wat zijn ze lief! Het neusje kriebelt op haar hand als het konijn snuffelt. ‘Wat voor dier zou jij graag willen hebben?’ vraagt Mirthe. Een poes, denkt Sanne. Of een hond. Maar ze geeft geen antwoord. Ze is te moe om te praten. Ze heeft bijna geen lucht. Ze zet het konijn neer en gaat snel naar buiten. Als het kippengroepje weer bij elkaar is lopen ze naar de pony’s. Mirthes papa vertelt er van alles over. Wat ze eten, hoe oud ze kunnen worden... Sanne luistert maar half. Ze heeft het veel te druk met ademen. Het lijkt wel of haar keel dicht zit en er geen lucht meer in kan. ‘Gaat het wel goed, Sanne?’ vraagt de papa van Mirthe. Hij kijkt haar bezorgd aan. Sanne kan niks zeggen. Als ze ademt, piept het. Ze ademt steeds sneller en korter. Ze is moe, heel moe. Ze moet ademhalen. Maar het lukt gewoon niet. Hassan en Job kijken haar met grote ogen aan. ‘Wie weet waar Sannes rugzak is?’ vraagt Mirthes papa. Hij blijft heel rustig en streelt Sanne over haar rug. Job en Hassan kijken om zich heen. ‘Bij de konijnen,’ roept Mirthe. Ze rent meteen weg. Job en Hassan rennen achter haar aan. Gelukkig waren de konijnen niet ver weg. Mirthe geeft de rugzak snel aan haar papa.
Doe-activiteit Sterke geuren Pier moet hoesten door de sterke geur van de bloemen in het veld. Welke geuren herkennen de kinderen? Een gedeelte van de projecttafel wordt nu geurtafel. (Deze opdracht kan voor een kind in de klas met astma problemen opleveren.) Vraag of de kinderen van thuis spullen mogen meenemen die ruiken: een bloem, wat afwasmiddel, zeep, enzovoort. Welke
9
Doe-activiteit Schoonmaakpolitie Voor kinderen zoals Pier is het heel belangrijk dat er in de school een schoon binnenmilieu is. Bij een slecht binnenmilieu verergeren namelijk de astmaklachten. Laat de kinderen een politiepet maken en benoem ze tot schoonmaakpolitie. Hoe schoon is de school? Is er veel stof en op welke plekken? Zijn de kasten en vensterbanken stofvrij? Geef de kinderen bijvoorbeeld een emmer en een natte doek en laat ze een kast soppen. Ook kunnen ze de klassen rondgaan om te controleren of er wel goed geventileerd wordt. Waar is het benauwd? Waar staan de ramen open? Welke klas krijgt een bekeuring, een rode kaart? Welke klas verdient een pluim? Werkblad Pier heeft ‘t! Lees en bekijk het prentenboek Ik heb ‘t! nog een keer. Kunnen de kinderen de oorzaken opzoeken waardoor Pier het benauwd krijgt? Kopieer bijlage 4 en deel ze uit. Op het werkblad zien we een aantal illustraties uit het prentenboek. Waar wordt Pier benauwd van? Zet daar een kruisje bij. Kijken naar de dvd Avontuur op Long Eiland is een dvd-verhaal over astma. Voor de inhoud verwijzen we naar pagina 12. Beoordeel zelf of u de dvd geschikt vindt voor uw groep. Bekijk deze in de onderbouw als afsluiting van het lespakket. geur vinden ze lekker? Welke vies? Wat ruikt sterk, wat minder? Ga met elkaar als speurneuzen ook in de school op zoek naar luchtjes. Laat iedereen zijn neus goed de kost geven. Wie ontdekt een parfum of aftershave bij een juf of meester? Vertel de groep tot slot dat deze geuren niet te lang op school mogen blijven. Net als Hop, ‘gooien we ze snel het raam uit’. Doe-activiteit Verboden te roken Mensen met astma hebben veel last van sigarettenrook. Daarom is het beter dat er niet gerookt wordt. Hebben de kinderen wel eens een sigaret gezien? Weten ze waar er niet gerookt mag worden? Kennen ze een bordje dat dat duidelijk maakt? Laat de kinderen kaartjes maken voor bij de voordeur die een rookverbod uitbeelden.
10
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Midden-en Bovenbouw
Avontuur op long eiland
Bij het lespakket Ik heb ‘t! hoort een dualdisc met daarop diverse onderdelen. In dit hoofdstuk krijgt u een uitleg bij de volgende onderdelen: l Dvd: Avontuur op Long Eiland; l Cd: vier liedjes (ingezongen en soundmix)
Kijken naar de dvd
Avontuur op Long Eiland is een verhaal in beeld en geluid. Hiermee start het lespakket. Het dvd-verhaal kent vier stopmomenten. De kinderen krijgen een vraag om te beantwoorden. Dit maakt het dvd-verhaal interactief. Deel 6 bevat informatie over COPD. Suggesties voor opdrachten bij de dvd vindt u op pagina 13 tot en met 15. De dvd bestaat uit zes delen: Deel 1. Welkom op Long Eiland en Heuvelzucht; Deel 2. Stuifvallei, Schrobbehoek en Opluchtingspad; Deel 3. Rookkrater; Deel 4. Geurvlakte en Schilferveld; Deel 5. Stressweg; Deel 6. Epiloog: COPD-pier.
Dvd: opzet en doel
Avontuur op Long Eiland neemt kinderen mee naar een spannende fantasiewereld waarin zij gaandeweg steeds meer informatie krijgen over astma, specifieke astmaklachten, het ontstaan van astma-aanvallen en de behandeling ervan. Kinderlongarts Bart van Ewijk geeft uitleg en de 13-jarige Mark vertelt over zijn ervaringen met astma. Avontuur op Long Eiland is een leuk en doeltreffend middel om de kennis over astma te vergroten, maar zeker ook om kinderen te laten invoelen wat het betekent om astma te hebben. Belangrijkste doel van de dvd is meer begrip te ontwikkelen voor kinderen met astma. Met welke problemen hebben zij in hun dagelijks leven te maken? Wat zijn beperkingen, waar moeten ze op letten? Maar ook: welke oplossingen zijn er en hoe kun je rekening houden met hen? Voor de kinderen uit de bovenbouw is tevens een track opgenomen over COPD. Zij maken kennis met Jan van der Zijden, een oudere man die deze ziekte heeft en erover vertelt.
Antoine Davos wacht in zijn vuurtoren op de vijf kinderen die per boot aankomen op Long Eiland. Jessica vertelt dat ze samen met vier andere kinderen een reis naar het grootste pretpark ter wereld heeft gewonnen, maar onderweg ging er iets mis! De vijf kinderen komen in de mist aan op het rotsachtige gedeelte van het eiland. Ze stappen aan land en ontdekken dat hier geen pretpark is. Teruggaan kan niet. Ze gaan op zoek naar een brug. Als ze daar aankomen, zien ze inderdaad aan de overkant het enorme pretpark. De toegangspoort is echter dicht. Aan de poort hangt een kastje, daarmee gaan de kinderen op weg. Ze moeten binnen 24 uur vier vragen beantwoorden. Fladder wijst hen de weg. De route die zij afleggen blijkt te maken te hebben met astma. Interactief werken met de dvd Tijdens de route krijgen de kinderen van Long Eiland vier vragen voorgelegd. Ook de kinderen uit uw eigen groep kunnen meedoen met het vinden van de antwoorden! Als ze goed kijken en luisteren naar de informatieve filmpjes van Mark en de kinderarts, kunnen ze achter de juiste oplossing komen. Als u van deze interactieve werkwijze gebruik wilt maken, kies dan in het dvd-menu voor Long Eiland met stops. Na elke vraag volgt namelijk een stopmoment. De kinderen van uw groep kunnen dan hun antwoord geven.
Dvd: inhoud Avontuur op Long Eiland Spelers l Antoine Davos, oude man en eigenaar van het grootste pretpark ter wereld l Puffie, de kat van Antoine Davos l Fladder, de vlinder l Vijf kinderen: Jessica, Bart, Hadia, Liana en Tom.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
11
De astmaroute
1. Heuvelzucht: inspanningsastma De kinderen lopen door de heuvels, maar Tom blijft achter. Hij heeft het benauwd. In het kastje verschijnt de eerste vraag: ‘Noem vijf dingen die astma kunnen veroorzaken.’ Er volgt een filmpje. Mark, een jongen met astma, legt uit waardoor hij last heeft van astma. Nu volgt het eerste stopmoment. De vijf kinderen van Long Eiland weten het antwoord. Het eerste lichtje van het kastje springt op groen. 2. Stuifvallei: pollenallergie De tocht gaat verder door de bergen en daarna komen de kinderen in een grasland. Hadia krijgt amper adem. De anderen mopperen op haar. Maar Tom en Bart ondersteunen Hadia. 3. Schrobbehoek: invloed van het binnenmilieu De kinderen ontdekken een boomhut om de nacht door te brengen. Tom kan echt niet slapen. Hij heeft het benauwd van de dekens en matrassen. 4. Opluchtingspad: omgaan met astma Fladder komt eraan gevlogen en Tom maakt de anderen wakker. De tweede vraag luidt: ‘Wat is de tip van Mark?’ Het filmpje begint. Nu volgt het tweede stopmoment. Tom vertelt dat hij net als Mark ook astma heeft. Omdat ze allemaal toch wakker zijn, gaan ze verder. 5. Rookkrater: sigarettenrook De kinderen komen bij de rookkrater. Hier hebben ze allemaal last van hun longen. De kinderen kruipen onder de rook door. Fladder komt op de hand van Hadia zitten en stelt de derde vraag. De kinderlongarts legt in het filmpje uit wat er met de longen gebeurt tijdens een astma-aanval. Hier volgt het derde stopmoment. Het derde lampje gaat branden. 6. Geurvlakte: reactie op geuren In een bloemenveld plukt Bart bloemen voor Hadia, maar ze krijgt het er benauwd van. Ook zij vertelt dat ze astma heeft.
12
7. Schilferveld: allergie voor dieren Puffie, de kat van Antoine Davos komt naast Tom staan, die het er benauwd van krijgt. Ze gaan weer achter Fladder aan. De vierde en laatste vraag licht op in het kastje: ‘Hoe heet het apparaat waarmee je de medicijnen tegen astma kunt inademen?’ Na het filmpje van de kinderlongarts volgt het vierde stopmoment. De kinderen weten het! Nu hebben ze nog anderhalve minuut om naar de poort van de brug te rennen. 8. Stressweg: reactie op stress Tom raakt gestrest, hij kán niet meer en wil het opgeven. Hij piept ervan. De andere kinderen herinneren zich dat stress een negatieve invloed kan hebben op de astma, maar ze balen ervan. Tom zegt dat ze mogen gaan met zijn vieren. Ze gaan en Tom blijft alleen achter. Maar... ze komen terug. Ze willen Tom niet achterlaten! Ze gaan samen of niet... Het kastje geeft een signaal: de tijd is om. Met z’n vijven komen ze uiteindelijk zwaar teleurgesteld terug bij de poort van de brug. Ze hebben het niet gehaald! Dan klinkt de stem van Antoine Davos. Hij vertelt dat hij de kinderen iets heeft willen leren over de ziekte astma. En dat hij ze kanjers vindt omdat ze elkaar als groep gesteund hebben. De kinderen mogen het pretpark in en beleven de gaafste vakantie van hun leven. 9. COPD-pier: een filmpje over COPD Na het verhaal van Avontuur op Long Eiland is een apart filmpje opgenomen over de longziekte COPD. Jan van der Zijden, een oudere man met COPD, vertelt over de beperkingen die deze ziekte met zich meebrengt, hoe hij ermee leeft en hoe deze ziekte is ontstaan. Een filmpje voor de kinderen van groep 6, 7 en 8.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Midden-en Bovenbouw
Opdrachten bij de dvd: het activiteitencircuit
Vooraf
In dit hoofdstuk vindt u een overzicht van opdrachten bij de dvd Avontuur op Long Eiland. Er zijn verschillende didactische werkwijzen mogelijk waarbinnen u deze opdrachten aanbiedt. Activiteitencircuit De meest uitgebreide mogelijkheid is een activiteitencircuit dat bestaat uit negen ‘stations’. Kies negen geschikte locaties in de school waar de kinderen ongestoord hun opdracht kunnen uitvoeren. Maak hiervan een plattegrondje zodat de kinderen weten waar de stations zich bevinden. Deel de klas op in negen groepjes. Als u het onderwerp COPD niet behandelt, vervalt het laatste station en kunt u werken met acht stations. In onderstaand schema ziet u per station welke materialen nodig zijn. Leg bij elk station ook de betreffende opdracht klaar en in de laatste ronde ook de presentatieopdracht (bijlage 5). Groep 1 begint bij station 1, groep 2 bij station 2, enzovoort. Per station krijgt elke groepje 10 minuten voor het uitvoeren van de opdracht. Op een afgesproken signaal is er 2 minuten tijd om het station goed achter te laten voor de volgende groep en op te schuiven naar het volgende station. De groepjes kunnen zelfstandig werken of worden begeleid door een ouder of een kind uit een hogere groep.
voor publiek voorbereiden: een lied, toneelspel, tekst, enzovoort. Bij deze presentatie kunt u ook ouders uitnodigen die daarvoor een toegangskaartje hebben gekocht (zie pagina 20 Avonturenmiddag Ik heb ‘t!). Laat de kinderen vooraf zelf vertellen wat ze gaan presenteren en wat dit te maken heeft met astma. Of leidt elke presentatie zelf in aan de hand van de doelstellingen per station. Let op! Als u het activiteitencircuit uitvoert, kopieer dan de cd Avontuur op Long Eiland een aantal keren. Losse activiteiten Lees eerst de omschrijving onder het kopje ‘Activiteitencircuit’. Als u deze werkvorm niet geschikt vindt, kunt u ook per dag een of twee stations inrichten en de groepjes om de beurt deze stations laten bezoeken. (De overige kinderen doen andere activiteiten buiten het project om.) De volgende dagen biedt u weer andere stations aan. Klassikale activiteiten Nog een mogelijkheid is dat u uit de circuit- en presentatieopdrachten activiteiten kiest die u klassikaal aanbiedt. Zoals bijvoorbeeld het bewegen op het lied Aerobics (station 1) of het voorlezen van het verhaal Vijf dagen Keddie (station 7).
Laat de kinderen vijf stations bezoeken, houdt dan een pauze van minimaal een half uur en laat ze vervolgens verdergaan met de overige stations. Bij het laatste station voeren ze niet alleen de opdracht uit, maar ook de presentatieopdracht. Dit is een opdracht waarbij de kinderen een presentatie
1. Heuvelzucht Onderwerp: inspanningsastma Bij flinke inspanning kan het lichaam van iemand met astma reageren met een astma-aanval.
Circuitopdracht 1: Aerobics Nodig: stopwatch (of horloge met secondewijzer), een rietje per kind, pennen en papier. Cd-speler en cd Ik heb ‘t!, lied: Aerobics, track 5. Eventueel de liedtekst van Aerobics (zie pagina 26). Bladmuziek en liedteksten zijn te vinden op: www.astmafonds.nl/lespakket.
Presentatieopdracht 1 Nodig: cd-speler en cd Ik heb ‘t!, lied: Aerobics, track 5. De kinderen presenteren bewegingen bij het lied Aerobics, die laten zien wat het betekent om ademnood te hebben, benauwd te worden. Het publiek doet de bewegingen na.
Doel: Kinderen ervaren dat zij bij inspanning meer lucht nodig hebben en sneller gaan ademhalen.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
13
2. Stuifvallei Onderwerp: pollenallergie Mensen met een pollenallergie kunnen reageren met een astma-aanval als ze pollen die in de lucht zweven inademen. Circuitopdracht 2: Pollenverwachting Nodig: computer met internetverbinding, pen en papier.
Presentatieopdracht 2 Nodig: opnameapparatuur, pen en papier.
Doel: kinderen ontdekken welke pollen er vandaag in de lucht zweven en wat dit betekent voor mensen met een pollenallergie.
De kinderen presenteren een zelf geschreven (leuk) pollenbericht. Ze kunnen het van tevoren opnemen en voor publiek afspelen of voor het publiek een presentatie geven.
3. Schrobbehoek Onderwerp: schoon binnenmilieu Veel scholen zijn van binnen ongezond voor kinderen met astma. Het is er niet schoon en de ventilatie is vaak slecht. Circuitopdracht 3: Schoonmaken Nodig: vaatdoeken, emmer, schoonmaakmiddel, pen en papier. Doel: kinderen ontdekken hoe schoon hun eigen school is en maken één plek schoon.
Presentatieopdracht 3 Nodig: pen en papier. De kinderen presenteren een rapport, bijvoorbeeld in de vorm van een krantenbericht, van het binnenmilieu van de school. Ze hebben daarbij gelet op stof en ventilatie.
4. Opluchtingspad Onderwerp: Informatie ademhaling en astma Astma is een chronische ontsteking van de luchtwegen. Veel mensen met astma zijn allergisch.
Circuitopdracht 4: Ademhaling en astma Nodig: pen en papier. Doel: kinderen bedenken vragen over ademhaling en astma. En ze ervaren dat je iemands ademhaling aan zijn buik kunt voelen, als hij gaat lachen.
Presentatieopdracht 4 Een kind speelt dat hij astma heeft en verschillende mensen ontmoet, die daar een heel eigen mening over hebben. Bijvoorbeeld: aanstellerij, niet meer sporten, angst voor besmetting. Het kind reageert er in zijn spel op en legt in eigen woorden uit wat astma is.
5. Rookkrater Onderwerp: roken Mensen met astma en COPD hebben doorgaans veel last van sigarettenrook. Zelf roken is natuurlijk slecht, maar meeroken ook! Circuitopdracht 5: Anti-rookbordjes Nodig: stevig tekenpapier, stiften. Doel: kinderen bedenken een creatief symbool om te laten zien dat je ergens niet mag roken.
14
Presentatieopdracht 5 De kinderen spelen uit hoe je op een effectieve manier aan een roker duidelijk kunt maken dat je last hebt van zijn sigarettenrook.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
6. Geurvlakte Onderwerp: reactie op geuren Sommige mensen met astma reageren astmatisch op bepaalde sterke geuren.
Circuitopdracht 6: Ik ruik, ik ruik... Nodig: een aantal geurende stoffen in washandjes, of op watjes in fotobusjes of potjes met deksel. Denk aan: mosterd, parfum, azijn, shampoo. Doel: kinderen ruiken het verschil tussen een aantal sterke geuren en kunnen benoemen wat ze ruiken.
Presentatieopdracht 6 Nodig: pen en papier. De kinderen van de snuffelpolitie nemen de groep mee naar de lekkerst en sterkst ruikende plek in de school.
7. Schilferveld Onderwerp: allergie voor dieren Als een gezinslid astma heeft, betekent dat vaak dat een huisdier uit huis geplaatst moet worden.
Circuitopdracht 7: Vijf dagen Keddie Nodig: verhaal Vijf dagen Keddie (zie pagina 32). Doel: kinderen verplaatsen zich in de gevoelens van een meisje van wie een jong katje uit huis moet, vanwege de astma van haar broertje. Werkvorm: belevingsverhaal lezen.
Presentatieopdracht 7 Nodig: pen en papier. Eventueel: verkleedspullen om dieren na te spelen. De kinderen presenteren een dialoog tussen twee dieren uit het asiel, waarvan er een het huis uit moest vanwege astma.
8. Stressweg Onderwerp: Spanning en stress Mensen met astma kunnen extra benauwd worden van stress en spanning.
Circuitopdracht 8: Help... stress! Nodig: cd-speler en cd Ik heb ‘t!, lied: Stress, track 7. Evt. een kopie van de liedtekst van Stress (pagina 33). Bladmuziek en liedteksten zijn te vinden op: www.astmafonds.nl/lespakket. Stapeltje tekenpapier en potloden. Doel: kinderen ontdekken op welke verschillende manieren je lichaam kan reageren op stress.
Presentatieopdracht 8 Nodig: cd-speler en cd Ik heb ‘t!, lied: Stress, track 7. Evt. een kopie van de liedtekst van Stress (pagina 33). Pen en papier. De kinderen zingen een nieuw couplet van het lied Stress of presenteren een eigengemaakte rap over stress.
9. COPD-pier Onderwerp: COPD COPD is een verzamelbegrip van chronische bronchitis en longemfyseem. De belangrijkste oorzaak van COPD is roken. COPD ontstaat meestal na het veertigste levensjaar. Circuitopdracht 9: Beste meneer Van der Zijden Nodig: stapeltje papier, pennen. Een envelop op A4formaat.
Presentatieopdracht 9 Nodig: A4-envelop met de brieven en mails voor meneer Van der Zijden.
Doel: kinderen formuleren een vraag, opmerking of wens voor meneer Van der Zijden, de oudere man van de dvd met COPD.
De kinderen lezen vijf brieven en/of mails voor. Deze kunnen ze opsturen naar het volgende adres: T.a.v. de heer Jan van der Zijden, p/a Astma Fonds, Postbus 627, 3800 AP Amersfoort
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
15
Kinderen met astma
Praktische tips voor in de klas
In gesprek met de ouders/opvoeders Laat u goed informeren over wat astma is. Elk kind met astma is anders. De een reageert bijvoorbeeld sterk op mistig weer, de ander heeft vooral last bij inspanning. Vraag daarom goed wat astma voor dit betreffende kind betekent en wat er van u verwacht wordt. Via de site van het Astma Fonds heeft u toegang tot diverse artikelen over dit onderwerp. Doorgaans geldt dat kinderen met astma normaal en actief kunnen meedoen op school. Een goede begeleiding begint met duidelijke afspraken. Wat is uw taak met betrekking tot medicijngebruik, het in de gaten houden wanneer het kind extra rust nodig heeft en het vermijden van prikkels. Houd elkaar op de hoogte van klachten die zich thuis en op school voordoen. Overleg over zaken waarvoor extra aandacht of aanpassingen nodig zijn, zoals gebruik van materiaal in de klas, knuffels wassen, extra schoonmaken, geen dieren. Spreek altijd af in welke gevallen de leerkracht de ouders/opvoeders opbelt of een arts raadpleegt. Begrip voor astma Vertel de andere kinderen in de klas wat astma is en praat erover. Let erop dat het kind met astma zich op zijn gemak voelt en wees alert op pestgedrag. Kinderen met astma zijn soms angstiger en onzekerder dan andere kinderen, omdat hun lijf hen regelmatig in de steek laat. Ook is hun conditie vaak minder goed, waardoor zij minder vaak winnen met sport en spel. Ze zijn vaker ziek en afwezig van school. Bij gym en zwemles kunnen de meeste kinderen met astma gewoon meedoen. Vertel wel altijd aan de gymleerkracht en de zweminstructeur dat er sprake is van astma. Als het kind niet mee kan doen, zoek dan samen naar alternatieven, zoals rustig helpen bij de gymles. Kinderen met astma kunnen gerust mee met schoolreisje. Een paar tips daarbij: l Zorg dat de begeleiders op de hoogte zijn, ook van het eventueel medicijngebruik. Spreek af wat zij doen als het kind benauwd wordt. l Informeer of er tijdens het reisje prikkels te verwachten zijn waarvan het kind last kan krijgen (dieren, bezoek aan (kinder)boerderij, bijzondere inspanning). Zo nodig kan het kind uit voorzorg extra medicijnen inhaleren. l Zorg dat het kind meer dan voldoende medicijnen meeneemt en eventueel een reserve-inhalator in een aparte tas. Hoe ziet u dat een kind benauwd wordt? Door ervaring moet u zelf de alarmsignalen van een kind met astma beoordelen. Let op de snelheid waarmee hij of zij ademt, of het ademen moeite kost en of de neusvleugels sterk op- en neergaan. Misschien stopt het kind met spelen als dat te inspannend is.
16
Voortekenen Een aantal van de volgende voortekenen waarschuwt bij veel kinderen dat ze benauwd worden: l hangerig of juist druk en onrustig; l moeilijk slapen, overdag moe; l hoesten; l verkouden; l jeuk; l slechte adem; l wallen onder de ogen, bleek. Misschien vertoont het kind nog andere voortekenen. Het belangrijkste is dat u ze leert herkennen. Informeer er ook naar bij de ouders/opvoeders. Wanneer is er sprake van een aanval? Als het kind benauwd is en de medicijnen helpen niet of niet goed genoeg, wordt dat een astma-aanval genoemd. Spreek duidelijk af wat u moet doen bij een aanval, hoe de ouders bereikbaar zijn en welke arts u eventueel kunt raadplegen. De aanval kan na nog meer medicijnen (na overleg met de arts) binnen enkele uren minder worden. Het kan ook zijn dat het kind langer last houdt van deze benauwdheid. Dan zal het langere tijd extra medicijnen nodig hebben om het astma weer ‘rustig’ te krijgen.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Wat kunt u doen als het kind benauwd is? Blijf zelf rustig. Paniek kan de astma-aanval bij het kind versterken. Het kind heeft behoefte aan beschermende ondersteuning. l Probeer het kind zo nodig te kalmeren. l Probeer een rustig plekje te vinden. Laat het kind tijdens een astma-aanval niet alleen. l Zorg dat het kind een prettige houding aanneemt, waarin hij of zij het meest ontspannen en optimaal kan ademhalen. Elk kind zal er zelf achter moeten komen welke houding de voorkeur heeft. l Praat niet teveel met het kind. Tijdens een aanval is alle energie nodig voor het ademhalen. l Geef het juiste medicijn in de voorgeschreven hoeveelheid. Geef niet meteen meer medicijnen. Belang van een schone school Helaas zijn veel scholen ongezond voor kinderen met astma. Hun luchtwegen zijn extra gevoelig voor allerlei prikkels, zoals allergische stoffen van de huisstofmijt, haren van huisdieren (via klasgenoten), planten en schimmels. Een niet toereikend budget is er soms de oorzaak van dat een school onvoldoende wordt schoongemaakt. Daarnaast kan de inrichting van de school ongunstig zijn. Open boekenplanken, overvolle klaslokalen, gordijnen, werkstukken die lang blijven hangen, toetsenborden zonder hoesjes en krijtstof veroorzaken stoffige, slecht schoon te maken klaslokalen. Andere prikkels zijn afkomstig van bijvoorbeeld luchtverfrissers en schoonmaakmiddelen. Ook vocht en slechte ventilatie kunnen klachten veroorzaken.
Ideaal voor kinderen met astma zijn schoolborden die met speciale stiften worden beschreven en de digitale schoolborden. Hebt u nog een gewoon schoolbord, gebruik dan een natte spons voor het schoonmaken ervan en schrijf daarop met antistuifkrijt. l Groene planten zullen nauwelijks problemen geven, maar ze moeten niet te stoffig worden. Bloeiende en sterk ruikende planten zijn niet aan te raden. l Zorg voor voldoende luchtverversing door ventilatie. l
Gezond binnenmilieu Het Astma Fonds maakt zich op verschillende manieren sterk voor gezonde scholen. Kijk ook eens op: www.frisse-scholen.nl Vervuiling door verkeer Ligt de school dicht bij een drukke verkeersweg, dan is hiervan hinder te verwachten in de binnenlucht van de school. Uit onderzoek is gebleken dat verkeersgerelateerde luchtvervuiling astma bij kinderen kan veroorzaken en verergeren. Daarom pleit het Astma Fonds ervoor om scholen niet binnen 300 meter van een snelweg, 50 meter van een provinciale weg of vlakbij een stadsweg te bouwen. Bevindt uw school zich binnen deze afstanden dan zijn aanvullende maatregelen gewenst, zoals een goed ventilatiesysteem met filters. Momenteel zijn er overigens nog geen ventilatiesystemen op de markt die alle vervuiling tegenhouden.
Maatregelen Ongezonde lucht op school draagt ertoe bij dat kinderen met luchtwegklachten benauwd zijn in de klas of ziek thuis moeten blijven. Stof verergert of veroorzaakt luchtwegklachten. Door de volgende maatregelen kunnen scholen de overlast binnen de perken houden: l Goed schoonmaken van de vloer is van essentieel belang. Harde vloeren zijn over het algemeen makkelijker schoon te houden. l Vegen met een bezem is over het algemeen eerder stof verplaatsen dan verwijderen; het is raadzaam om stofbindend te wissen of te stofzuigen. l Gebruik een stofzuiger met een HEPA-filter. l Vermijd open kasten. Deze verzamelen veel stof. l Vermijd overvolle vensterbanken. Kijk eens met de kinderen wat er op de vensterbank ligt. Wat kan er mee naar huis? Wat kan er weg? Wat kan achter gesloten deuren worden opgeruimd? l Kies voor lamellen of luxaflex in plaats van gordijnen. Zijn er wel gordijnen, was ze dan regelmatig of vraag ouders om dat te doen. Het worden anders stofnesten.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
17
Achtergrondinformatie
Astma en COPD
Niet-allergische prikkels Er zijn ook prikkels waarvan iedereen last kan hebben, zoals rook of bepaalde luchtjes. Mensen met astma kunnen hier zo sterk op reageren dat ze er benauwd van worden. Niet-allergische prikkels zijn bijvoorbeeld prikkelende stoffen die je inademt (schoonmaakmiddelen, uitlaatgassen), prikkelende stoffen die je inneemt (pijnstillers, toevoegingen aan voedingsmiddelen) en weersomstandigheden (mist, vochtig weer, koude lucht). Inspanning en spanning Mensen met astma kunnen ook benauwd worden door of na lichamelijke inspanning, zeker als ze de inspanning niet rustig opvoeren. Dit heet inspanningsastma. Verder kunnen stress en heftige emoties het lichaam ook op zo’n manier prikkelen dat iemand met astma er benauwd van wordt. Een luchtweginfectie bij verkoudheid of griep kan astma tijdelijk verergeren.
Astma Het opvallende aan astma is dat de benauwdheid en andere klachten optreden in aanvallen en in periodes. Een aanval komt vaak ’s nachts of ’s morgens vroeg. Meestal hebben mensen met astma tijdens korte of langere periodes geen of weinig klachten. Toch blijven de luchtwegen dan ook iets ontstoken. Vandaar dat astma een chronische aandoening is. Allergische prikkels Stoffen waarvoor mensen allergisch kunnen zijn, noemen we allergenen. Veel mensen met astma zijn allergisch voor de volgende prikkels: l de huisstofmijt in huisstof; l huidschilfers van dieren, zoals katten, honden, cavia’s en vogels; l stuifmeel of pollen van sommige soorten grassen, bomen of planten; l schimmelsporen. Sommige mensen zijn ook allergisch voor dierlijk eiwit in voedsel (vis, koemelk, noten) of voor bepaalde geneesmiddelen, maar dat komt minder vaak voor.
18
Behandeling van astma De behandeling van astma houdt in: prikkels vermijden, niet roken, voldoende beweging en medicijnen (indien nodig). Bijna alle mensen met astma gebruiken medicijnen. Sommigen kunnen volstaan met af en toe een ‘pufje’ als ze klachten hebben. Dat is het inademen van een medicijn uit een inhalator. Veel anderen hebben dagelijks een of meer medicijnen nodig. De huisarts of kinder(long)arts bekijkt welke medicatie het beste is. De meeste medicijnen tegen astmaklachten zijn om te inhaleren, dus om in te ademen. Inhalatiemiddelen werken snel en effectief. Ze geven meestal weinig bijwerkingen en het lichaam gebruikt niet meer medicijn dan nodig is. COPD COPD is een aandoening van de luchtwegen en longen en hindert de ademhaling, omdat de luchtwegen zijn vernauwd door een ontsteking. Bij een ernstige vorm van COPD zijn de longen beschadigd. COPD komt voor bij volwassenen, meestal na het veertigste levensjaar. De belangrijkste oorzaak is roken. Iemand met COPD wordt niet meer beter. Het is een chronische ziekte en de opgetreden beschadigingen zijn niet meer te herstellen. Zuurstoftekort Mensen met COPD krijgen bij lichamelijke inspanning snel last van zuurstoftekort. Hierdoor gaan zij sneller ademhalen en worden ze kortademig. Het hart moet dan extra hard werken om het lichaam te laten functioneren. De beste behandeling bij COPD is het voorkómen van klachten. Hierbij draait het hoofdzakelijk om het stop-
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
pen met roken. Daarnaast helpt het om uit de buurt te blijven van prikkelende stoffen, zoals sigarettenrook, parfum of bak- en braadluchtjes. Medicijnen De meeste mensen met COPD gebruiken medicijnen. Deze kunnen ervoor zorgen dat het hoesten vermindert, dat kortademigheid afneemt en dat de luchtwegen beter in conditie zijn. Voorbeelden van medicijnen zijn luchtwegverwijders en ontstekingsremmers. Extra zuurstof Mensen met COPD kunnen verschillende klachten hebben die wijzen op een zuurstoftekort. Een longarts kan vaststellen of extra zuurstof nodig is. De zuurstof kan via een neusbril in het lichaam komen, maar ook door een halsslangetje dat via een gaatje onder de adamsappel in de luchtpijp wordt gebracht.
aankleden en wassen kunnen op sommige momenten al teveel zijn. Wie COPD krijgt, moet leren leven met klachten en beperkingen die niet meer overgaan. Dat kan gevoelens oproepen van angst, boosheid en somberheid. Ook voelen mensen met COPD zich soms schuldig of verdrietig omdat zij hun partner of familie ermee belasten. Piepende ademhaling of hoesten, maar ook een neusslangetje kunnen gevoelens van verlegenheid en schaamte oproepen.
Leren leven met beperkingen COPD verandert je leven ingrijpend. Mensen met COPD hebben minder energie en moeten inspanning en rust over de dag verdelen. Kleine activiteiten zoals
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
19
Avonturenmiddag
Ik heb ‘t!
De kinderen van de onderbouw leggen samen met een volwassene een Pier- en Hopparcours af met een aantal spring-, zoek-, en loopspelletjes. Pier en Hop springen van hoepel naar hoepel, zoeken pittenzakjes in een grabbelton en lopen een route langs pilonnen. Welk duo is het snelst? De winnaars krijgen natuurlijk een Hop- en Pierdiploma!! Organiseer een sponsorloop voor het Astma Fonds. Tijdens ieder gesponsord rondje moeten de deelnemers niet alleen hardlopen, maar ook stukken springen, zoals Hop. Laat het publiek tegen een bepaalde inzet (bijvoorbeeld 25 eurocent) raden welk bedrag is opgehaald met de lege flessenactie. Wie er het dichtst bijzit, wint een prijs. Verstop zes vlinders in de school. Elke vlinder heeft een letter. De letters samen vormen de zin: Ik heb ‘t!. Laat de kinderen de vlinders zoeken. Kunnen ze het woord dat de vlinders samen vormen bij elkaar puzzelen? Het Astma Fonds behartigt de belangen van mensen met astma en COPD. Bijvoorbeeld door het geven van informatie, subsidiëren van wetenschappelijk onderzoek, verbeteren van de zorg en het verlenen van diensten. Wilt u met uw school ons werk steunen? Denk dan eens aan het organiseren van een Avonturenmiddag, die perfect aansluit bij het lespakket Ik heb ‘t!.
Praktische tips Voorbereiding Avonturenmiddag: Breng de school vooraf helemaal in de sfeer van het Avontuur op Long Eiland. Hang de projectposter op, richt tentoonstellingstafels in met werkjes van de kinderen, laat de kinderen slingers maken van Pier en Hop en hang deze op, maak leuke bordtekeningen. Leg het prentenboeken Ik heb ‘t! ter inzage neer. Laat de kinderen toegangskaartjes ontwerpen en verkopen aan hun ouders en opa’s en oma’s, bijvoorbeeld voor 50 eurocent per stuk. Organiseer een lege flessenactie. Laat de kinderen in de periode voorafgaand aan de Avonturenmiddag lege flessen inzamelen voor het Astma Fonds. Activiteiten Avonturenmiddag: De kinderen van de midden- en bovenbouw voeren hun presentatieopdrachten uit voor publiek. Deze horen bij het activiteitencircuit (zie bijlage 5).
20
Afsluiting Avonturenmiddag: Organiseer een kunstveiling! De kinderen kunnen al hun creativiteit kwijt in het maken van een kunstwerk bij het lespakket. Laat ze verven, plakken, een mozaïek maken bij het verhaal van Pier en Hop of het Avontuur op Long Eiland. Verzamel de twintig mooiste kunstwerken en benoem een veilingmeester. Deze doet een openingsbod. Wie biedt meer? De opbrengst gaat naar het Astma Fonds. Het Astma Fonds heeft een aantal projecten speciaal gericht op kinderen. Noodzaak? Ja, want astma is de grootste chronische ziekte onder kinderen! Circa 115.000 kinderen in Nederland hebben astma. Dit is 4,5% van de kinderen tot en met 14 jaar. Het aantal kinderen dat last heeft van astmatische klachten zoals piepen op de borst en kortademigheid ligt hoger: ongeveer 300.000 kinderen. Schoolkinderen met astma hebben een hoger schoolverzuim en bovendien een lagere kwaliteit van leven dan gezonde klasgenoten. Ons doel is het verbeteren van de kwaliteit van leven van en de zorg voor kinderen met een chronische longziekte. Bij al onze activiteiten hebben wij uw steun hard nodig! Het Astma Fonds is hoofdzakelijk afhankelijk van de financiële bijdragen van particulieren, scholen en bedrijven. Ook uw steun is van harte welkom!
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Overige informatie
Aantrekkelijke extra’s op www.astmafonds.nl/lespakket ad 2. Digitale ouderbrief Ouders/verzorgers zijn graag op de hoogte van wat hun kinderen op school doen. Om het u gemakkelijk te maken vindt u op www.astmafonds.nl/lespakket een ouderbrief. Hierin staat informatie over de inhoud van het lespakket: het prentenboek Ik heb ‘t!; de dvd Avontuur op Long Eiland; de opzet van de Avonturenmiddag met bijvoorbeeld het Pier- en Hopparcours, de eindpresentaties van het activiteitencircuit en de kunstveiling. Allemaal bedoeld om ook de ouders van de kinderen enthousiast te maken voor het onderwerp astma. Natuurlijk kunt u de ouderbrief ook gebruiken als basis voor een artikel in de schoolkrant of op uw eigen website. Of voor een leuke uitnodiging voor de Avonturenmiddag.
Dit lespakket wordt ondersteund met een aantal aantrekkelijke extra’s: 1. Spreekbeurtpakket en werkstukpakket 2. Digitale ouderbrief 3. Informatie voor de (plaatselijke) pers
Fotografie: Beeld & Design
ad 1. Spreekbeurtpakket en werkstukpakket
ad 3. Informatie voor de (plaatselijke) pers De plaatselijke media (kranten, regio-tv en radio) zijn vaak erg geïnteresseerd in wat er op scholen in hun omgeving gebeurt. Maar hoe informeert u de media? Dat kan met het persbericht op de site van het Astma Fonds. Kijk hiervoor op www.astmafonds.nl/lespakket. Het enige dat u hoeft te doen is het persbericht aan te vullen met de gegevens van uw school: naam, adres, telefoonnummer en contactpersoon. Als u het persbericht voorziet van een leuke brief (geschreven door de leerlingen zelf), maakt u nog meer kans op aandacht. Het is immers altijd leuk om op een positieve manier in het nieuws te komen.
Stimuleert u kinderen om spreekbeurten te houden? Denk dan eens aan een spreekbeurt over astma. Via www.astmafonds.nl/lespakket is kant-en-klare informatie te downloaden. Helemaal afgestemd op het niveau van de kinderen. Met praktische tips, achtergrondinformatie, leuke weetjes en aansprekende voorbeelden. Ook een spreekbeurt draagt bij aan de doelstelling van dit lespakket: meer begrip voor kinderen met astma. Natuurlijk kunnen de kinderen de informatie van het spreekbeurtpakket ook gebruiken voor het maken van een mooi werkstuk. Zeker als ze niet alleen de informatie verwerken, maar ook gebruik maken van de illustraties en foto’s. U vindt alles op de site van het Astma Fonds via www.astmafonds.nl/lespakket.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
21
BIJLAGE 1
Oorzaak en gevolg
22
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
BIJLAGE 2
Tekening van de longen
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
23
BIJLAGE 3
Huisstofmijt in het vloerkleed
24
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
BIJLAGE 4
Waardoor krijgt Pier het benauwd?
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
25
BIJLAGE 5
Circuit- en presentatieopdrachten
1. Station Heuvelzucht Dit station gaat over inspanningsastma. Als je je flink moet inspannen, kan het lichaam van iemand met astma reageren met een astma-aanval.
Circuitopdracht 1 Lied: Aerobics Iemand leest hardop voor wat de bedoeling is. l Kies een kind uit. Dat telt af (3, 2, 1, go...) en houdt op de stopwatch 1 minuut bij. l De andere kinderen leggen hun handen op hun buik en tellen het aantal ademhalingen in die minuut. l Elk kind schrijft van zichzelf het aantal ademhalingen per minuut op. l Steek een schoon rietje in je mond. Haal hierdoor adem. l Ga op het lied Aerobic actief bewegen. Je mag dansen, springen, jumpen, wat je wilt. Maar: raak elkaar niet aan. l Houd je eigen grenzen in de gaten: stop als je duizelig wordt bijvoorbeeld. l Zet de cd aan op track 5 en begin. l Als het lied klaar is, tel dan meteen weer het aantal ademhalingen per minuut. En schrijf die op. Vragen l Wat is het verschil in het aantal ademhalingen per minuut voor en na het lied? l Hoe komt dat? l Wat merkte je toen je ademhaalde door een rietje? Weetje Een kind met astma krijgt tijdens het bewegen net zoveel zuurstof binnen, als een kind zonder astma dat door een rietje ademhaalt. Wat vind je daarvan? Leg alle spullen weer klaar voor de volgende groep. Gooi de gebruikte rietjes weg in de prullenbak.
Presentatieopdracht 1 Lied: Aerobics Luister nog eens naar het lied Aerobics (track 5). Bedenk er bijpassende bewegingen bij. Oefen samen een dans in die bij het liedje past. Beeldt uit wat het betekent om ademnood te hebben. Zet track 5 aan en oefen de bewegingen op de muziek. Presenteer het lied met de bewegingen. Het publiek doet mee.
26
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Aerobics - liedtekst Ik ben graag in beweging en van springen blijf ik fit. Vandaar dat ik nu al een tijdje op aerobics zit. Soms ben ik buiten adem want het is een heel gezwoeg. Maar als ik rustig opbouw heb ik altijd lucht genoeg. Aei, aerobics is een vorm van gymnastiek. Lekker in beweging op mijn lievelingsmuziek. Springen, huppen, jumpen, buig en strekken met m’n lijf. Zo blijf ik lekker lenig en geen spier wordt strak of stijf. Al gaat het telkens sneller, ’t wordt me echt niet gauw teveel. Mijn longen staan op springen en mijn hart klopt in mijn keel!
Aei, aerobics lekker bezig zijn, fysiek. Keihard in beweging telkens sneller die muziek.
Aerobics. Spring en train. Echt een sport voor iedereen!
Strekken, buigen. Zwaar bezweet. Sneller, hoger. Top-atleet! Rooie hoofden als een clown. Warming up en cooling down.
Aerobics, bezig zijn, fysiek. Lekker in beweging op je lievelingsmuziek. Hè, hè.... !!!
Aerobics. Energiek. Super training. Top-muziek!
2. Station Stuifvallei Dit station gaat over pollenallergie. Mensen met een pollenallergie kunnen reageren met een astma-aanval als ze pollen inademen die door de lucht zweven.
Circuitopdracht 2 Pollenverwachting Welke pollen hangen er vandaag in de lucht? l Ga naar www.weeronline.nl en zoek naar de pollenverwachting voor vandaag. Kijk daarvoor bij hooikoorts. l Typ je eigen postcode of woonplaats in of die van de school. Wat is de pollenverwachting? l Vergelijk deze met andere plaatsen: Groningen, Amsterdam, Maastricht, Den Helder. Zijn de verschillen groot? l Welke pollen zijn er vandaag veel in de lucht? Welke niet? l Is het een makkelijke of moeilijke dag voor mensen met een pollenallergie?
Presentatieopdracht 2 Op de radio worden in het bloeiseizoen pollenberichten voorgelezen. Die klinken heel serieus. Schrijf samen een opvallend en leuk of grappig pollenbericht. Neem het op of lees het voor. Bedenk er ook een begin- en/of eindtune bij.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
27
3. Station Schrobbehoek Dit station gaat over een schone school. Veel scholen zijn vanbinnen ongezond voor kinderen met astma. Het is er vaak niet schoon en er is te weinig frisse lucht.
Circuitopdracht 3 Schoonmaken Neem een emmer met sop en de vaatdoeken mee en kies één plek in de school. Onderzoek hoe schoon het daar is. Hoeveel stof ligt er op de meubels, in de kast, op de vensterbank en op de vloer? Klop eens wat boeken tegen elkaar, hoeveel stof komt eruit? Kun je wat stof verzamelen? Welk cijfer geven jullie deze plek? Een 10 betekent: superschoon, een 5: niet echt schoon, een 1: supervies. Je mag natuurlijk alle cijfers daartussen geven (7 is best schoon). Beschrijf de plek op papier en zet het cijfer erbij. Laat dit papier bij het station liggen. Maak de plek goed schoon met de natte vaatdoeken. Zet schoon sop klaar voor de volgende groep.
Presentatieopdracht 3 Is jullie school schoon en is er genoeg frisse lucht? Maak samen een rapport over de school. Hoe schoon is die en hoe is de lucht? Spreek van tevoren af waar je op gaat letten, bijvoorbeeld: l staan er ramen open? l waar tocht het? l hoe is de temperatuur in de school? l zijn de vensterbanken goed opgeruimd? Gebruik ook de papieren met de cijfers van de andere groepen. Neem eventueel nog een kijkje in de school. Presenteer op een leuke manier het rapport dat jullie hebben gemaakt. Misschien kun je er een krantenbericht of nieuwsbericht van maken.
28
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
4. Station Opluchtingspad Dit station gaat over hoe de ademhaling werkt en wat astma is. Zie voor de werking van de longen ook bijlage 2. Astma is een blijvende ontsteking van de luchtwegen. Veel mensen met astma zijn allergisch.
Circuitopdracht Ademhaling en astma Bedenk met je groepje acht vragen over ademhaling en/of astma. Weten jullie met elkaar het antwoord? Zo nee, waar kan je het vinden? Zoek het op. Tijd over? Maak een kring zoals op de tekening staat. Iedereen ligt op zijn rug met de benen gesloten. En zijn hoofd op de buik van het kind achter zich. Als de kring klaar is, mag je hard gaan lachen. Wat gebeurt er?
Presentatieopdracht 4 Oefen een toneelstukje. Er kunnen vijf kinderen mee doen, minder kan ook. 1. Kind: Jij hebt allerlei onderzoeken gehad in het ziekenhuis en de uitslag was: je hebt astma. Een paar dagen later is er een verjaardag bij jou thuis. Jij gaat het bezoek uitleggen wat astma is en hoe je ermee om kunt gaan. 2. Oma: Wat heb ik nu gehoord? Heb jij astma? Je moet heel voorzichtig zijn! Niet hardlopen en dat soort dingen. Geen sport meer. En kun je nog wel de trap op? 3. Opa: Wat heb ik nu gehoord? Heb jij astma? Astma? Onzin! Dat hadden we vroeger ook niet. Die kinderen van tegenwoordig stellen zich maar aan. Een nacht onder een wollen deken en dan is het vanzelf over. 4. Buurvrouw: Wat heb ik nu gehoord? Heb jij astma? Kunnen wij het ook krijgen? Het is toch niet besmettelijk? Anders mag onze Sanne niet meer met jou spelen. 5. Buurman: Wat heb ik nu gehoord? Heb jij astma? Dat is je eigen schuld! Wat vaker sporten. En naar het strand. Frisse lucht inademen, dan heb je nergens meer last van. Presentatie: l Zet enkele stoelen neer. Er is een verjaardag. Het kind zit alleen. l Oma komt binnen. Feliciteert en begint met: ‘Wat heb ik nu gehoord? Heb jij astma?’ l Het kind geeft antwoord en kan het publiek om advies vragen. l Wat zegt oma? l Dan komt het volgende bezoek erbij, enzovoort.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
29
5. Station Rookkrater Dit station gaat over roken. Mensen met astma en COPD hebben veel last van sigarettenrook.
Circuitopdracht 5 Anti-rookbordjes Je kent vast wel dit pictogram dat laat zien: verboden te roken. Maar die kunnen vast veel leuker en origineler! Ontwerp kaartjes voor op tafel of stickers voor bij de voordeur die een rookverbod verbeelden. Er staat ook een anti-rookspreuk op.
Presentatieopdracht 5 Bedenk samen een aantal manieren hoe je duidelijk kunt maken dat je last hebt van sigarettenrook. Speel het uit voor het publiek. Een kind doet net of hij een sigaret rookt. Een ander kind komt eraan. Hij probeert de roker op verschillende manieren duidelijk te maken dat hij veel last heeft van die rook. Hoe reageert de roker daarop? Dan mag een ander kind het proberen. Wat is de grappigste aanpak? Welke zou het beste werken? Wie heeft nog tips? Praat erover met het publiek.
30
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
6. Station Geurvlakte Sommige mensen met astma reageren astmatisch op bepaalde sterke geuren.
Circuitopdracht 6 Ik ruik, ik ruik... Hoe goed is jullie reukvermogen? En wat vind je vies of lekker ruiken? Ruik aan de spullen die bij dit station horen. Wat is het volgens jou? Hoe vind je het ruiken?
Presentatieopdracht 6 Jullie groepje gaat 10 minuten als snuffelpolitie de school door op zoek naar dingen die een sterke geur hebben. In die tijd noteert een van jullie zoveel mogelijk verschillende dingen. Per ding schrijf je er ook bij hoe sterk je iets vindt ruiken: heel sterk / sterk / gewoon / een beetje / bijna niet. Ook zet je erbij hoe lekker jullie de geur vinden: een 10 is heerlijk, een 6 is gewoon en een 0 is vreselijk. Cijfers daartussenin mogen natuurlijk ook. Opmerking: Ga niet naar de schoonmaakkast met allerlei gevaarlijke schoonmaakmiddelen. Presenteer wat de snuffelpolitie ontdekt heeft. En neem een paar mensen uit het publiek mee naar de lekkerst en slechtst ruikende plek van de school.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
31
7. Station Schilferveld Dit station gaat over allergie voor dieren. Als een gezinslid (kind, vader, moeder) astma heeft, kan een huisdier vaak niet blijven.
Circuitopdracht 7 Vijf dagen Keddie Lees om de beurt drie regels voor van dit verhaal. Ik had er al een hele tijd om gezeurd, om een huisdier. En op mijn verjaardag was het zover. ‘Karlijn,’ zei mijn moeder, ‘jij mag een kitten uitzoeken, bij een familie aan de andere kant van de stad.’ Ik kon haast niet wachten. Alle andere verjaardagscadeaus maakten me niet zoveel uit. Een echt levend dier dat van jou is, dat is toch veel mooier! We konden kiezen uit drie jonge katjes. Deze zag er zo leuk uit. Met haren die alle kanten uitstonden: rood, bruin en wit. Door die haren leek hij een beetje op een cavia. Thuis moesten we steeds om hem lachen. Zoals hij parmantig op zijn pootjes rondtrippelde en dan op zijn buik ging liggen omdat hij zogenaamd iets gevaarlijks zag: een vlinder of gewoon een takje dat per ongeluk bewoog. Onze Turkse buurjongen noemde hem ‘Keddie’. Dat vonden we zo’n leuke naam. Dus vanaf toen heette hij Keddie. Keddie nam vanzelf zijn plek in, in ons huis, hoe klein hij ook was. Hij mauwde niet, hij ‘mieuwde’. En dat deed hij zodra hem iets niet zinde of als hij aangehaald wilde worden. Of als hij honger had of gewoon om te laten zien dat hij er was. De dag daarop, toen Otto en ik uit school kwamen, riepen we: ‘Keddie!’ We luisterden en we hoorden hem boven miauwen. Daar lag hij op één van de bedden, op een kussen in de zon. We gingen met hem spelen. Diezelfde avond werd Otto verkouden. Tenminste dat dachten we eerst. Maar het was astma. Daar had hij altijd al een beetje last van, maar nu was het helemaal erg. Otto had het benauwd, kon haast geen adem halen, had rode ogen en hij bleef maar niezen. Het werd erger en erger. Hij zag helemaal rood van benauwdheid. Al gauw zei mijn vader: ‘Karlijn, ik geloof dat het aan Keddie ligt.’ ‘Dat geloof ik niet!’ riep ik. ‘Zo’n klein katje!’ Maar het was toch echt waar. Dat vertelde de dokter enkele dagen later. Hij had een allergietest gedaan met Otto. ‘Honden, katten, maar ook vogels hebben stoffen op hun huid waar sommige mensen niet tegenkunnen,’ vertelde hij. ‘En vooral als zo’n dier op je bed gelegen heeft of op je kussen, dan zijn die stoffen al vlakbij je
32
neus. Logisch dat je het daar vreselijk benauwd van krijgt als je daar niet tegenkunt.’ ‘Keddie moet weg!’ zei mijn moeder, en vader was het ermee eens. ‘Als Keddie nou niet in de slaapkamer komt? Hij blijft in de keuken en ik ga nooit meer naar de keuken?’ zei Otto met zijn verstopte neus en zijn wateroogjes. We keken allemaal de dokter aan. Die schudde zijn hoofd. ‘Dat helpt niets. Jouw lichaam reageert zo sterk, het beste is dat jullie het katje uit huis plaatsen. Zelfs dan kan het nog wéken duren voor al die stoffen het huis uit zijn. Daar helpt bijna geen stofzuigen tegen.’ Dus moest Keddie weg. Na vijf dagen al. We vonden het allemaal vreselijk. Otto misschien nog wel meer dan ik. ‘Karlijn,’ zei hij, ‘ik kan er niks aan doen. En Keddie ook niet. Maar het is nou eenmaal zo.’ We hebben Keddie teruggebracht naar de familie waar hij vandaan kwam. Die wisten wel een ander gezin waar hij naartoe kon. En nu gaat het langzamerhand beter met Otto. Hij kan weer ademhalen zonder erbij na te denken en ook zijn ogen zijn bijna weer gewoon. Regelmatig schudt hij zijn hoofd: ‘Zo’n klein katje en dan zoveel effect! Je kunt het haast niet geloven.’ Dan kijkt hij mij aan. ‘Karlijn, zeg eens eerlijk. Vind je het erg?’ ‘Natuurlijk niet, joh!’ roep ik. ‘In plaats daarvan heb ik nu een nieuwe mp3-speler voor mijn verjaardag gekregen, dat vind ik ook te gek.’ Diep in mijn hart ben ik toch wel verdrietig dat Keddie weg is en dat ik nooit een ander huisdier kan hebben. Maar dat zeg ik maar niet tegen Otto. Vragen Vind je het een goede beslissing van vader en moeder dat Keddie weg moet? l Wat vind je van de reactie van Karlijn? l Waarom zegt ze niet tegen Otto dat ze het erg vindt dat Keddie weg is? l Waaraan was het te merken dat Otto allergisch was? l Waarom reageert het lichaam van Otto zo heftig op Keddie? l Heb je ook wel eens zoiets meegemaakt? l
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Presentatieopdracht 7 l Keddie had de mazzel dat hij meteen bij een ander gezin terecht kon. De meeste dieren die uit huis moeten, zitten een tijdje in het dierenasiel. l Jullie gaan een toneelstukje oefenen. l Twee dieren in het asiel (hond, kat, konijn) ontmoeten elkaar. Ze vertellen elkaar waarom ze niet meer bij mensen thuis konden wonen. In ieder geval moest een van de dieren weg vanwege astma. l Schrijf samen een gesprekje op. Wat zeggen de dieren tegen elkaar? Zijn ze boos? Zijn ze verdrietig? Hoe denken ze over hun toekomst: wat zal er nu met ze gebeuren? l Het leukste wordt het toneelstukje als de twee dieren het niet met elkaar eens zijn. De ene vindt dat de andere zich aanstelt, bijvoorbeeld. l Lees het verhaal voor of speel het uit bij de presentatie. l Je kunt de opdracht ook uitbreiden: de twee dieren maken samen een plannetje om uit het asiel weg te komen.
8. Station Stressweg Dit station gaat over spanning en stress. Mensen met astma kunnen extra benauwd worden van stress en spanning.
Circuitopdracht 8 Help... stress! Als je last hebt van spanning, merk je dat soms aan je lijf. Wie kan daar een voorbeeld van geven? Je krijgt bijvoorbeeld ergens pijn, hartkloppingen of begint te zweten. Luister eens naar het lied Stress van track 7. Doe daarna samen de volgende oefening. l l
l l l l
Eén kind houdt de tijd in de gaten: steeds 30 seconden. Het tweede kind maakt zo snel mogelijk een tekening van een huis, boom, auto, dier, mens, zon. Hij gaat door tot de 30 seconden voorbij zijn. Het derde kind tekent de tekening van het tweede kind zo nauwkeurig mogelijk na. Ook 30 seconden. Het vierde kind tekent de tekening van het derde kind na, enzovoort. Vergelijk de laatste tekening met de eerste. Lijken ze op elkaar? Hoe is het om onder tijdsdruk te werken?
Presentatieopdracht 8 Waar krijgen jullie stress van? Schrijf een aantal voorbeelden op. Maak nu samen een nieuw couplet voor het lied Stress. Oefen het een paar keer met behulp van de soundmix van het lied (track 8) en presenteer het. Je mag er ook een rap van maken.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
33
Stress - liedtekst 1
Verslapen op de dag dat je op kamp gaat. Je tas vergeten bij de gymnastiek. Voor jarige Catootje, nog altijd geen cadeautje. En nou is ook de kat nog ernstig ziek!
4
2
Vanmiddag met je moeder naar de dokter. Je ziet er als een ber(ru)g tegenop. Voor school de tafels kennen. Ze lijken je te jennen. Hoe krijg je al die reeksen in je kop?
Refrein
Refrein: Klamme handen, buikpijn. Je hart klopt in je keel. Je kunt er niet van eten. Het wordt gewoon teveel. Je zucht, je krijgt geen lucht, je zakt het liefste door de grond. Stress, stress, stress, als dat eens niet bestond!
3
De sleutel van je fiets is niet te vinden. Je nieuwe gympen al na één dag kwijt. Nou zit je in de nesten. Je broer loopt je te pesten. En morgen ook nog eens die zangwedstrijd!
Je oma hoest en proest al zeven weken. Misschien gaat dat wel helemaal verkeerd. Je ouders maken ruzie. Er is maar één conclusie. Straks gaan ze scheiden net als die van Geert.
Maar als alles alle dagen op rolletjes zou gaan, dan werd het leven oerend saai, dan was er niets meer aan!
Refrein Klamme handen, buikpijn. Je hart klopt in je keel. Je kunt er niet van eten. Het wordt gewoon teveel. Je zucht, je krijgt geen lucht, je zakt het liefste door de grond. Stress, stress, stress, is ook wel weer gezond!
9. Station COPD-pier Dit station gaat over COPD. COPD is een ziekte in de luchtwegen. De belangrijkste oorzaak is roken.
Circuitopdracht 9 Beste meneer Van der Zijden Op de dvd heb je meneer Van der Zijden gezien. Praat er met elkaar over. Wat weet je van COPD? Schrijf meneer Van der Zijden een brief of mail. Werk alleen of in tweetallen.
Wat wil je tegen hem zeggen? Of aan hem vragen? Wat zou je hem willen wensen? Doe de brief of mail in de grote envelop. Jouw brief of mail wordt misschien wel echt opgestuurd. Dat kan via het Astma Fonds.
Presentatieopdracht 9 In de A4-envelop zit een stapel brieven en mails voor meneer Van der Zijden. Lees deze door en kies er vijf uit die jullie het meest aanspreken. Welke brieven en mails zijn het leukst, best, vriendelijkst?
34
Presenteer de uitgekozen brieven en mails aan de groep. Jullie kunnen ze opsturen aan meneer Van der Zijden. Dat kan via het Astma Fonds. De leerkracht weet het adres, zie pagina 15.
Ik heb ‘t! - Handleiding Astma Fonds
Colofon Astma Fonds, Amersfoort www.astmafonds.nl
[email protected] Ik heb ‘t! Handleiding over astma en COPD voor het basisonderwijs. Projectbegeleiding Astma Fonds Christine Strous, Mara van Putten. Projectbegeleiding Nel Stoffelsen (Xplore, Hoevelaken) Handleiding Ik heb’t! Redactie: Liesbeth van ’t Hof en Nelleke Kraaikamp (Xplore, Hoevelaken) Met medewerking van: Ger Luttels, Gerard van Midden, Lynette de Ruijter en Henk Stel. Dvd Avontuur op long Eiland Animatie: Mannes van der Burg, Tom Verweij, Nachtzon Media bv. Reportages: Bettina van der Kar, Tom Verweij. Script en storyboard: Gerard van Midden, John Gruter/Nachtzon Media bv. Muziek: Gerard van Amstel. Ingesproken door: Alexander Bauwens (Antoine Davos), Moigimy Ajeki (Liana), Camille Gruter (Jessica), Salomé Gruter (Hadia), David Spies (Tom), Yoeri Sterenberg (Bart). Cd Ik heb ‘t! Liedteksten: Marian van Gog en Gerard van Midden. Muziek cd: Gerard van Amstel. Koor: Jessica van Amstel, Annemarie Boshuizen, Yolentha Denekamp, Else Koedam. Vormgeving en illustraties Avontuur op Long Eiland Richard Feld (Xplore, Hoevelaken) Illustraties prentenboek Ik heb ‘t! Noëlle Smit
Astma Fonds Postbus 627 3800 AP Amersfoort Binnenkort Longfonds
astmafonds.nl