Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie & Recht op reguliere arbeid Notitie afbouw ID- en WIW-banen
Afdeling Maatschappelijke Zorg gemeente Dinkelland, mei 2011
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING
3
HOOFDSTUK 1 SITUATIE GEMEENTE DINKELLAND
6
1.1 1.2
6 7
Situatieschets Noodzaak afbouw WIW/ID
HOOFDSTUK 2 VOORSTEL AANPAK AFBOUW ID- EN WIW-BANEN
9
2.1 2.2 2.3 2.4
9 9 9 11
Vooraf Ontzien ID/WIW’ers 60 jaar of ouder Scenario’s Vervolg
2
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
INLEIDING
Periode voor 2004 Voor de inwerkingtreding van de Wet Werk en Bijstand (WWB) konden gemeenten gebruikmaken van het Besluit in- en doorstroombanen (ID) en de Wet inschakeling werkzoekenden (WIW)1. Dit besluit en deze wet hadden tot doel het re-integreren van langdurig werklozen op de arbeidsmarkt. Eerst via gesubsidieerde arbeid en later via uitstroom naar reguliere arbeid.
ID Via het ID-besluit werden bijstandsklanten aan het werk gesteld bij reguliere werkgevers, veelal instellingen met een publieke taak (sectoren cultuur, zorg en welzijn, onderwijs, sport en maatschappelijke dienstverlening). De bijstandsklant ging in dienst bij een werkgever (reguliere arbeidsovereenkomst) en deze werkgever werd voor het “productieverlies” van de bijstandsklant via de toekenning van een loonkostensubsidie door de gemeente gecompenseerd. Gemeenten hadden geen relatie meer met de ex-bijstandsklant maar alleen nog maar met de werkgever in de rol van subsidieverlener.
WIW Via de WIW konden gemeenten aan bijstandsklanten een dienstbetrekking aanbieden naar burgerlijk recht. De collectieve arbeidsvoorwaardenregeling (CAR-UWO) is voor deze categorie werknemers niet van toepassing. Wel is er voor de WIW-ers een aparte CAO vastgesteld. De doelgroep en doelen van de WIW waren identiek aan die van de ID. Ook bij de WIW’ers werd gebruik gemaakt van de inzet van een loonkostensubsidie voor het “productieverlies”. WIW’ers waren niet altijd in dienst van de gemeenten maar werden ook in dienst gesteld bij bijvoorbeeld een aan de gemeente gelieerde stichting die de WIW’ers vervolgens bij andere werkgevers detacheerde. Anders dan bij de ID-regeling bleven de gemeenten bij de WIW wel een relatie behouden met de ex bijstandsklant. Deze was immers veelal in dienst van de gemeente.
Bekostiging ID- en WIW tot eind 2003 De ID- en WIW banen werden tot eind 2003 gefinancierd uit middelen die beschikbaar kwamen via het Besluit in- en doorstroombanen en de Wet inschakeling werkzoekenden.
Vanaf 2004 Wet werk en bijstand Per 1 januari 2004 zijn met de inwerkingtreding van de WWB de ID- en de WIW komen te vervallen. In de invoeringswet WWB (artikel 14, lid 2) is een voorziening getroffen die erin voorziet dat de werknemers met een WIW-dienstbetrekking deze dienstbetrekking ook na 1 januari 2004 kunnen behouden. In beginsel konden de WIW-dienstbetrekkingen gewoon worden voortgezet. Op basis van artikel 4 van de Invoeringswet WWB worden besluiten, genomen op grond van het ID-besluit, aangemerkt als besluiten op grond van de WWB. Hiermee hielden ook de ID’ers na 1 januari 2004 hun rechtspositie zoals deze gold voor de inwerkingtreding van de WWB. Samengevat had de inwerkingtreding van de WWB als zodanig geen gevolgen voor de arbeidsverhouding van de WIW’er en ID’er.
1
Ex-banenpoolers.
3
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
Voor de gemeenten had het wel financiële gevolgen. Daar waar de gemeenten voor de inwerkingtreding van de WWB de loonkostensubsidies van de WIW’ers en ID’ers bekostigden uit de middelen die voortvloeiden uit het Besluit ID en de Wet WIW moesten gemeenten deze nu bekostigden uit het re-integratiebudget. Dit budget ontvingen gemeenten voor de reintegratie van hun bijstandsklanten terwijl de ID’ers en WIW’ers formeel geen bijstandsklanten meer waren van de gemeenten. Ondanks dat er voor de ID’ers en WIW’ers met de inwerkingtreding van de WWB niets veranderde was er toch wel een omslag in denken en visie op de bemiddeling van bijstandsklanten naar reguliere arbeid. Deze visie wordt gekenmerkt door het bieden van een tijdelijke inkomens- en re-integratievoorzieining aan bijstandsklanten (vangnet). Het langdurig subsidiëren van arbeid staat op gespannen voet met het in algemene zin aanvaarde uitgangspunt dat een bijstandsuitkering in beginsel zo kort mogelijk moet duren. Het einddoel is reguliere arbeid zonder structurele inzet van loonkostensubsidie. Het inzetten van een structurele loonkostensubsidie is nou juist “onbedoeld” een kenmerk geworden van de ID’ers en WIW’ers. Een groot aantal ID’ers en WIW’ers zitten al jaren “gevangen” in deze regelingen. Deze omslag in denken en visie begint steeds meer effect te hebben op de ID’ers en WIW’ers. Het doel van de het ID-besluit en de Wet WIW was om klanten via een tijdelijke loonkostensubsidie regulier aan het werk te krijgen. In de praktijk komt hier veelal weinig tot niets van terecht. Veel ID’ers en WIW’ers blijven gevangen in deze regelingen zonder perspectief op reguliere arbeid en een “eerlijke” kans op de arbeidsmarkt. Er zijn werkgevers die een goedkope arbeidskracht wel lucratief vinden terwijl andere werkgevers, ondanks dat ze dat graag zouden willen, de mogelijkheid niet hebben om deze medewerkers zonder loonkostensubsidies in dienst te nemen. Gemeenten hinken vaak nog op twee gedachten. Aan de ene kant vinden zij dat deze medewerkers een eerlijke kans op de arbeidmarkt verdienen en als volwaardige medewerker behandeld moeten worden. Een tijdelijke loonkostensubsidie prima maar dat moet dan wel leiden tot een reguliere baan! Aan een loonkostensubsidie kleeft namelijk toch altijd iets van minderwaardigheid. Aan de andere kant hebben gemeenten liever dat iemand aan het werk blijft met loonkostensubsidie dan dat die persoon thuis zit met alle mogelijke negatieve gevolgen die dat tot gevolg kan hebben. Dat kan namelijk wel het gevolg zijn van het stoppen met het beschikbaar stellen van een loonkostensubsidie. Ook zijn deze personen veelal in dienst van maatschappelijke instellingen en verrichten zij goed en eervol werk voor de samenleving. De druk op gemeenten nam na de inwerkingtreding van de WWB steeds meer toe om de ID en WIW af te bouwen. Niet alleen vanwege de visie op participatie en de tijdelijkheid van een inkomensvoorziening maar vooral ook vanwege de financiele middelen. Gemeenten ontvangen van het Rijk middelen die zij kunnen inzetten voor de re-integratie van bijstandsklanten, het zogenaamde W-deel van het participatiebudget. Uit dit budget worden ook de loonkostensubsidies van de ID’ers en WIW’ers bekostigd. Op dit budget is in de afgelopen jaren al stevig door het Rijk bezuinigd. Ook is aangekondigd dat de komende jaren verder op dit budget bezuinigd zal worden. Vele gemeenten hebben in de afgelopen jaren de ID en WIW banen afgebouwd. Gemeenten als Maastricht, Rotterdam en Eindhoven hebben in 2004 en 2005 al een start gemaakt met de afbouw. Maar er zijn ook gemeenten die deze problematiek onlangs hebben opgepakt, bijvoorbeeld de gemeenten Den Haag, Nijmegen en Apeldoorn. Maar ook dicht bij huis zijn gemeenten bezig met de afbouw van de ID- en WIW-banen, onder andere de gemeenten Enschede, Oldenzaal en Losser.
4
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
Ook de gemeente Dinkelland heeft begin 2005 opdracht gegeven aan Activa om middels een objectieve analyse inzicht te verstrekken in de uitstroomkansen en de loonwaarde van de ID/WIW werknemers. Echter de stap naar het daadwerkelijk afbouwen van de ID- en WIWbanen is door de gemeente Dinkelland nog niet eerder gezet. Uit de Divosa-monitor, die in juni 2010 is gepresenteerd, is op te maken dat gemiddeld genomen gemeenten in 2009 de uitgaven aan ID-banen en Wiw-banen teruggebracht hebben tot 15% van hun uitgaven. In 2008 was dit nog ongeveer 21%. In 2004, bij de invoering van de WWB, was dit landelijk 55%. In grote gemeenten ligt het percentage hoger dan in kleinere gemeenten. De gemeente Dinkelland besteedt in 2011 ongeveer 69% van haar re-integratiebudget aan 12 ID- en Wiw-banen. Ook de gemeente Dinkelland ontkomt er niet aan om, net als vele gemeenten, de ID- en WIW-banen direct af te bouwen. In deze notitie treft u hiertoe een voorstel aan. Maar alvorens in te gaan op het voorstel met betrekking tot de wijze van afbouw treft u eerst informatie over de redenen die ten grondslag liggen aan de wens van afbouw van de ID- en WIW-banen. In deze inleiding is daar een inkijk ingegeven maar de redenen gaan veel verder dan alleen de financiële onhoudbaarheid van deze banen.
Annette Nijhuis Hoofd Maatschappelijke Zorg
5
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
HOOFDSTUK 1
GEMEENTE DINKELLAND
1.1 Situatieschets Ook de gemeente Dinkelland heeft gebruik gemaakt van het ID-besluit en de Wet WIW en op basis hiervan (ex)bijstandsklanten een ID- of WIW-baan aangeboden. Deze klanten kregen een arbeidsovereenkomst bij een externe werkgever, gingen in dienst bij een detacheerder die hen vervolgens detacheerde bij een andere werkgever of kwamen in dienst van de gemeente Dinkelland. Deze banen hadden allen gemeen dat de gemeente Dinkelland, aan de werkgever die een ID’er of WIW’er in dienst nam, een loonkostensubsidie toekende. De hoogte van de loonkostensubsidie voor werkgevers in de private sector is gemaximeerd op 50% van 120% van het wettelijk minimumloon, verhoogd met 25% werkgeverslasten. Voor werkgevers in de publieke sector geldt een maximum van 80% van 120% van het wettelijk minimumloon, verhoogd met 25% werkgeverslasten. Niet alle werkgevers krijgen dezelfde loonkostensubsidie. Dat verschilt per werkgever en is onder andere afhankelijk van het onderhandelingsresultaat, de financiële ruimte die de werkgever zelf heeft, de arbeidsproductiviteit van de ID- of WIW’er en de omvang van de arbeidsovereenkomst. Deze loonkostensubsidie had tot doel om de werkgever tijdelijk te compenseren voor het verlies aan arbeidsproductiviteit. De ID’ers en WIW’ers waren vaak langdurig werkloos en hadden in de beginperiode meer ondersteuning en tijd nodig om te groeien in de functie die hen werd aangeboden. Maar wat bedoelt was als een tijdelijke loonkostensubsidie kreeg al snel het karakter van een structurele loonkostensubsidie. De gemeente Dinkelland heeft vanaf 2004 reeds de ID- en WIW banen afgebouwd maar deze afbouw is vooral het gevolg van natuurlijke verloop in plaats van gedwongenheid. Op zich niets op tegen, natuurlijk verloop is altijd beter dan gedwongenheid. Enig nadeel is dat de afbouw hierdoor op zeer marginale wijze heeft plaatsgevonden. Het aantal ID- en WIWbanen bedroeg in 2005, 15 en momenteel is dat aantal 12. Deze 12 ID/WIW’ers zijn volgens de informatie die wij tot onze beschikking hebben bij de volgende werkgevers in dienst: Één persoon is in dienst van de gemeente Dinkelland. Deze gaat per 1 januari 2012 met vervroegd pensioen; Twee personen zijn in dienst van Activa die deze personen vervolgens heeft gedetacheerd bij Stichting Heemkunde Denekamp en Stichting Twents College; Twee personen zijn in dienst bij de Bibliotheek; Twee personen zijn in dienst bij Stichting Sterrenkunde; Twee personen zijn in dienst bij Fitis LKS die ze detacheert bij de gemeentewerf en de gemeente Oldenzaal; Één persoon is in dienst bij de Willibrordusschool en één persoon bij de basisschool de veldkamp; en Één persoon is in dienst bij het Twents Carmel College. Behalve met de persoon die in dienst is bij de gemeente Dinkelland hebben we met de andere ID/WIW’ers als gemeente geen directe relatie. Deze personen zijn net als alle andere werknemers in Nederland op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst van een werkgever. Wij hebben als gemeente alleen een relatie met de werkgevers waar wij een loonkostensubsidie aan uitbetalen voor het in dienst nemen van de ID/WIW’er.
6
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
1.2 Noodzaak afbouw WIW/ID De noodzaak om de WIW/ID af te bouwen heeft zijn oorsprong in een aantal ontwikkelingen, namelijk: 1. De WIW/ID-banen sluiten onvoldoende aan op het beleid van de gemeente Dinkelland om mensen doelgericht met behulp van re-integratievoorzieningen toe te leiden naar reguliere arbeid; 2. De WIW/ID banen staan haaks op de vernieuwde visie op participatie van de gemeente Dinkelland; 3. De financiële druk op de middelen voor re-integratie is door deze banen enorm en niet langer houdbaar; en 4. Het risico van een blijvend en mogelijk stijgend tekort op onze gebundelde uitkering doordat we onvoldoende middelen hebben voor het investeren in onze bijstandsklanten. 5. Recht op re-integratie en recht op reguliere arbeid.
Ad 1
De ID/WIW-banen zijn veelal voor onbepaalde tijd aangegaan en kennen onvoldoende doorstroom naar reguliere ongesubsidieerde arbeid (reguliere banen). Dit heeft onder andere te maken met het karakter van de regelingen van oudsher, met name de ID-banen, waar de doorstoomdoelstelling pas in de loop van de tijd is ontstaan. Het beleid en doelstelling van de gemeente Dinkelland, verwoord in de visie op participatie, is om mensen te bemiddelen naar reguliere arbeid. Gesubsidieerde arbeid kan worden ingezet maar is altijd tijdelijk van aard. Deze visie is een afspiegeling van de landelijke trend. De ID/WIW-banen staan haaks op dit beleid en visie omdat zij (onbedoeld) in de afgelopen jaren het karakter hebben gekregen van structurele/reguliere banen die overeind worden gehouden middels loonkostensubsidies.
Ad 2
De visie op participatie van de gemeente Dinkelland maakt onderscheid tussen arbeidsmarktparticipatie en maatschappelijke participatie. Met arbeidsmarktparticipatie wordt economische zelfstandigheid en het kunnen voorzien in het eigen inkomen bedoeld (zonder structurele loonkostensubsidie). Maatschappelijke participatie is het voldoende geschoold zijn en sociaal zelfredzaam en/of maatschappelijk actief. De gemeente Dinkelland vindt meedoen belangrijk en wil dat iedereen een kans krijgt (en neemt) om mee te doen in de samenleving. De gemeente ondersteunt mensen die (nog) niet zonder hulp in staat zijn zelfstandig te participeren in de samenleving. Ook vindt de gemeente Dinkkelland participatie een maatschappelijke verantwoordelijkheid van alle betrokkenen: burgers, overheid, maatschappelijke organisaties en werkgevers.
Ad 3
Zoals eerder gemeld besteedt de gemeente Dinkelland in 2011 ongeveer 69% van haar re-integratiebudget aan 12 ID- en Wiw-banen. Het betreft een bedrag van rond de € 171.000. In totaal heeft de gemeente Dinkelland in 2011 een bedrag van € 248.609,-- beschikbaar voor re-integratie van haar bijstandsklanten. Dat betekent dat na aftrek van het budget voor de ID/WIW banen er een bedrag overblijft van € 77.609,-- voor de re-integratie van 108 klanten (WWB en WIJ). Doordat het budget voor re-integratie in de komende jaren verder zal afnemen zal er in de toekomst, indien we de ID/WIW niet afbouwen, helemaal geen middelen meer overblijven voor de re-integratie van onze bijstandsklanten.
Ad 4
Momenteel wordt jaarlijks een gemiddeld bedrag van € 14.250,00 per ID/WIW’er geïnvesteerd. Voor een bijstandsklant is in 2011 een gemiddeld bedrag van € 719,00 beschikbaar voor re-integratie. Dit bedrag is fors onvoldoende om een bijstandsklant naar reguliere arbeid te bemiddelen. Omdat we onvoldoende middelen hebben voor de re-integratie van onze bijstandsklanten en deze middelen in de toekomst alleen maar minder
7
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
worden, wordt het risico gelopen dat het aantal bijstandsklanten alleen maar zal toenemen en daarmee ook het tekort op onze gebundelde uitkering. Een deel van dit tekort komt rekening van de gemeente Dinkelland.
Ad 5
Naast het feit dat wij vinden dat elke bijstandsklant recht heeft op een reintegratievoorziening die perspectief biedt en op maat van de klant is, is het recht op re-integratie ook bij wet geregeld. Dit recht loopt door de financiële beperkingen gevaar. Ook staan wij op het standpunt dat iedereen recht heeft op een volwaardige reguliere baan. Wij snappen dat bepaalde werknemers in de beginfase wat extra investering en ondersteuning nodig hebben om toe te groeien naar deze volwaardige baan maar het kan niet zo zijn dat deze werknemers voor altijd veroordeeld blijven tot gesubsidieerde arbeid. De gemeente Dinkelland heeft jarenlang haar verantwoordelijkheid genomen, nu wordt van de werkgevers gevraagd deze verantwoordelijkheid volledig over te nemen!
8
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
HOOFDSTUK 2
VOORSTEL AANPAK AFBOUW ID- EN WIW-BANEN
2.1 Vooraf In de inleiding en hoofdstuk 1 is voornamelijk inzicht gegeven in de achtergrond van de ID/WIW, de landelijke ontwikkeling op het terrein van de afbouw van ID/WIW-banen, de situatie in de gemeente Dinkelland en de redenen die ten grondslag liggen aan het voorstel om de ID/WIW-banen af te bouwen. In dit hoofdstuk zal een voorstel worden gedaan voor de te bewandelen route met als doel de ID/WIW-banen volledig af te bouwen. Omdat zorgvuldigheid en maatwerk in dit proces voorop staan, wordt ervoor gekozen de afbouw in stappen uit te voeren. De aanpak gaat in stappen tot 1 juli 2012. De gemeente stelt één regeling voor om te komen tot de afbouw van de ID/WIW. Achterliggende gedachte hierbij is het rechtsgelijkheidsbeginsel in een dergelijk traject. Daarom wordt uitgegaan van één generieke maatregel om subsidiekorting toe te passen. Vanuit het reguliere gemeentelijk subsidieproces kunnen eventuele oplossingen worden geboden om de negatieve effecten van de afbouw op te pakken. Dit kan per gesubsidieerde instelling verschillen en is maatwerk. Het gaat immers ook om de afbouw van banen die een maatschappelijk belang dienen. 2.2 Ontzien ID/WIW’ers 60 jaar of ouder Voorgesteld wordt om alle ID/WIW’ers die per 1 januari 2012, 60 jaar of ouder zijn te ontzien. Dat betekent dat deze personen tot aan hun pensioen in dienst blijven bij hun huidige werkgevers en deze werkgevers hiervoor een loonkostensubsidie zullen blijven ontvangen. Wel zal het gesprek worden aangegaan met deze werkgevers om de mogelijkheden te onderzoeken de loonkostensubsidie te verlagen. Het ontzien van deze groep ID/WIW’ers heeft van doen met hun kansen op de arbeidsmarkt. Deze zijn gezien hun leeftijd zeer marginaal dan wel nihil. Het gaat in totaal om 4 personen. Één persoon die in dienst van de gemeente is gaat per 1 januari 2012 met vervroegd pensioen. Dat betekent dat er nog 7 ID/WIW’ers overblijven waar de afbouw effect op gaat hebben. 2.3 Scenario’s De afbouw van de ID/WIW-banen kan in de praktijk op verschillende manieren zijn uitwerking hebben en het gevolg hiervan kan per ID/WIW’er sterk verschillen. Het kan voorkomen dat de ene ID/WIW’er niet wordt ontslagen terwijl bij een andere dat wel het geval is en hij/zij in de WW2 terecht komt. Ook is het mogelijk dat de ID/WIW’er wordt ontslagen maar dat de ID/WIW’er nog voordat hij/zij recht heeft op een WW-uitkering een nieuwe reguliere baan vindt. Op de volgende pagina’s zijn twee scenario’s beschreven, inclusief de manier waarop wij daar als gemeente mee om zullen gaan. Uitgangspunt bij de uitwering van deze scenario’s is dat we de huidige werkgever extra willen stimuleren de ID/WIW’er in dienst te houden en indien dat niet mogelijk is de ID/WIW’er, aanvullend op de verantwoordelijkheid die de huidige werkgever daarin heeft, willen ondersteunen en motiveren een nieuwe baan elders te vinden. De werkgever willen we stimuleren door extra maanden loonkostensubsidie toe te kennen (zie het 1ste scenario) indien de ID/WIW’er niet wordt ontslagen en indien ontlag niet uit kan blijven dan willen we de ID/WIW’er stimuleren om ook zelf opzoek te gaan naar een reguliere baan en indien dit lukt hem/haar daarvoor een premie (bonus) toe te kennen (zie 2de scenario). Ook willen we andere werkgevers in de regio stimuleren om de ID/WIW’ers, die ontslagen worden bij hun huidige werkgevers, regulier in dienst te nemen. Ook voor deze werkgevers hebben we een premie in petto. Als gemeente zullen we er, binnen de mogelijkheden die we tot onze beschikking hebben, alles aan doen om te voorkomen dat deze ID/WIW’ers uiteindelijk in de bijstand terecht komen. Daarmee nemen we echter niet de verantwoordelijkheid van de huidige werkgever 2
Werkloosheidswet.
9
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
over. Deze werkgever is als hoofdverantwoordelijke als eerste aan zet om er alles aan te doen om te voorkomen dat zijn werknemer (ID/WIW’er) uiteindelijk in de WW terecht komt. Bijvoorbeeld door hem/haar niet te ontslaan dan wel van werk naar werk te bemiddelen. Hieronder treft u de uitwerking van de twee scenario’s aan, inclusief ons voorstel met betrekking tot hoe hiermee om te gaan door de gemeente Dinkelland. 1ste Scenario:
Resultaat:
ID/WIW’er blijft in dienst van de huidige werkgever de ID/WIW’er wordt niet ontslagen maar blijft in dienst van de huidige werkgever.
Gevolgen voor werkgever: De werkgever behoudt tot en met 30 juni 2012 de volledige loonkostensubsidie die de werkgever maandelijks in 2011 ontving voor de ID/WIW’er. Per 1 juli 2012 ontvangt de werkgever geen loonkostensubsidie meer (0%). De werkgever ontvangt een eenmalig bedrag van € 5.000,--. Dit bedrag dient de werkgever te investeren in scholing en opleiding van de ID/WIW’er. Gevolgen voor ID/WIW’er: Arbeidsrechterlijk zijn er geen gevolgen voor de ID/WIW’er. Hij/zij blijft in dienst van de werkgever. De ID/WIW ontvangt via de werkgever een bedrag van € 5.000,-- voor scholing en opleiding. Per 30 juni 2012 wordt de ID/WIW’er ontheven van zijn status van ID/WIW’er en wordt hij een volwaardige werknemer. De ID/WIW’er blijft wel zijn “oud” arbeidsrechten houden tenzij hij/zij iets anders overeenkomt met zijn werkgever. Deze variant heeft de voorkeur van de gemeente Dinkelland.
2de Scenario
Voor ID/WIW’er is er geen plek meer bij de huidige werkgever
Resultaat:
de ID/WIW’er wordt ontslagen.
Gevolgen voor werkgever: Het is maar de vraag of de werkgever de ID/WIW’er zomaar kan ontslaan. Er is namelijk sprake van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Indien ontslag wel mogelijk is dan zal er waarschijnlijk sprake zijn van een ontslagvergoeding die de werkgever dient uit te betalen aan de ID/WIW’er. Of ontslag mogelijk is en de eventuele ontslagvergoeding is afhankelijk van een groot aantal factoren en zal per ID/WIW’er verschillen. Dit is iets tussen de werkgever en de ID/WIW’er. De gemeente staat hier buiten. De werkgever behoudt tot en met 31 december 2011 de volledige loonkostensubsidie die de werkgever maandelijks in 2011 ontving voor de ID/WIW’er. Vanaf 1 januari 2012 tot en met 31 maart 2012 wordt de loonkostensubsidie die de werkgever maandelijks in 2011 ontving met 50% gekort. Per 1 april 2012 wordt de loonkostensubsidie volledig stopgezet (0%). De loonkostensubsidie eindigt in ieder geval direct op het moment dat de werkgever geen loon meer uitbetaald aan de ID/WIW’er. De werkgever heeft dan namelijk geen loonkosten meer voor de ID/WIW’er. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn indien de ID/WIW’er door het ontslag al per 1 november 2011 in de WW komt dan wel indien de ID/WIW’er op bijvoorbeeld 1 januari 2012 een nieuwe baan aanvaardt.
10
Iedereen heeft recht op ondersteuning bij re-integratie en recht op reguliere arbeid
Gevolgen voor ID/WIW’er: Hij/zij wordt ontslagen door de huidige werkgever. In samenwerking met het UWV en de werkgever en in overleg met de ID/WIW’er wordt een outplacement-traject aangeboden (traject van werk naar werk). Dit traject wordt op maat aangeboden en heeft een duur van maximaal 1 jaar. De ID/WIW’er heeft inspraak in de wijze waarop dit traject vorm te geven. De gemeente is bereid om een bedrag van maximaal € 5.000,-- (exclusief BTW) in dit traject te investeren. Wel stelt de gemeente als voorwaarde dat ook de werkgever en het UWV een investering plegen. Voorkeur heeft een financiële investering vanuit het UWV en de werkgever maar indien dit niet mogelijk is dan worden afspraken gemaakt over welke investeringen door deze partners dan wel gepleegd kunnen worden. Ook het UWV heeft er namelijk alle belang bij dat de ID/WIW’er van werk naar werk wordt bemiddeld en de werkgever heeft daarin ook een verantwoordelijkheid en belang. Vooraf vindt een gedetailleerde analyse op persoonsniveau (afstand tot de arbeidsmarkt) van de ID/WIW’er plaats, inclusief een loonwaardebepaling. Indien het traject van werk naar werk geen resultaat oplevert zal de ID/WIW’er uiteindelijk een beroep moeten doen op een WW-uitkering. Dit heeft tot gevolg dat hij/zij er qua salaris op achteruitgaat en met werkloosheid zal worden geconfronteerd. In het ergste geval belandt hij/zij na verloop van tijd (ook dit kan per ID/WIW’er sterk verschillen) in de bijstand. Premies Aan de “nieuwe” werkgever die de ID/WIW’er regulier in dienst neemt wordt een bedrag van € 5.000,-- uitgekeerd. Dit bedrag wordt uitgekeerd nadat de exID/WIW’er minimaal 6 maanden aaneengesloten regulier in dienst is bij deze “nieuwe” werkgever zonder dat de ex-ID/WIW’er een beroep hoeft te doen op een WW-uitkering dan wel een eventuele WWB-uitkering. Dit bedrag van € 5.000,-- mag de werkgever inzetten ter compensatie van de loonkosten of voor de bekostiging van scholing en opleiding van de ex-ID/WIW’er. Indien de ID/WIW’er voor 1 juli 2012 op eigen kracht een “nieuwe” reguliere baan vindt dan ontvangt de ID/WIW’er een eenmalige premie van € 2.239,00. Dit bedrag is een nettobedrag en wordt pas uitgekeerd nadat de ex-ID/WIW’er minimaal 6 maanden aaneengesloten regulier aan het werk is bij de nieuwe werkgever (dit mogen ook meerdere werkgevers zijn) zonder een beroep te doen op een WWuitkering of een eventuele WWB-uitkering. Dit bedrag wordt niet uitgekeerd indien het een reguliere baan betreft bij de werkgever waar de ID/WIW’er nu in dienst is. Met “op eigen kracht” wordt niet bedoeld dat de ID/WIW’er geen ondersteuning mag ontvangen van derden, waaronder de gemeente, bij het vinden van een baan. Het gaat erom dat de ID/WIW’er de baan uiteindelijk zelf vindt (het eerste contact daarvoor met de werkgever legt). Het bedrag van € 2.239,00 is het maximale bedrag dat wij als gemeente op basis van de huidige wetgeving kunnen toekennen. Deze premie wordt uit het participatiebudget (re-integratiebudget) bekostigd. 2.4 Vervolg Direct nadat dit voorstel door het college en de raad is vastgesteld zal hier uitvoering aan worden gegeven. Te zijner tijd zal een gedetailleerde planning worden opgesteld met betrekking tot de activiteiten die uitgevoerd dienen te worden, inclusief de datum van uitvoering. Belangrijk is echter dat nadat het college en de raad dit voorstel hebben vastgesteld de werkgevers die momenteel een ID’er of WIW’er in dienst hebben direct over de afbouw van de loonkostensubsidie worden geïnformeerd. Zij kunnen op hun beurt vervolgens hierover hun ID/WIW’ers (werknemers) informeren en alvast voorbereidingen treffen voor de afbouw. Wij zullen direct na bekendmaking van de afbouw (in ieder geval voor 1 oktober 2011) met deze werkgevers in gesprek gaan en informeren naar de door hen genomen besluiten. Wordt de ID/WIW’er regulier in dienst genomen of volgt er ontslag? Op basis hiervan worden verdere afspraken gemaakt.
11