Ieder kind telt! Strategisch Beleidsplan 2015-2019
Vastgesteld 2015-01-19
Inhoud
Woord vooraf ............................................................................................................. 2 Hoofdstuk 1. De kern: het lerende kind en de lerende leraar ..................................... 3 Hoofdstuk 2. Het lerende kind ................................................................................... 5 2.1. Het kind .............................................................................................................. 5 2.2. De ouders ........................................................................................................... 6 Hoofdstuk 3. De lerende leraar .................................................................................. 7 3.1. De leraar ............................................................................................................ 7 3.2. De directie .......................................................................................................... 8 Hoofdstuk 4. Het bestuur als motor ........................................................................... 9 Bijlagen: Wat komt er de komende periode op ons af? .......................................................... 10 Panta Rhei: scholen en bestuurskantoor ................................................................. 13
1
Woord vooraf
Iedere Panta Rhei-school heeft zijn eigen gezicht en zijn eigen manier van werken. Dat is goed en dat willen we graag zo houden. Maar wel allemaal met hetzelfde doel: het verzorgen van uitstekend onderwijs, passend bij de talenten van ieder kind. In de vorige planperiode zijn alle scholen gestart met het traject “Ieder Kind Telt”: een groot kwaliteits- en ondersteuningstraject voor de leraren. De kennis en kunde van de leraar is namelijk van groot belang om alle leerlingen te kunnen bieden wat zij nodig hebben. Het is in veel gevallen de bepalende factor voor de stappen die de kinderen kunnen en zullen zetten in hun ontwikkeling. In dit strategisch beleidsplan is een apart hoofdstuk gewijd aan de ouders van onze leerlingen. Hun betrokkenheid bij het onderwijs vinden wij van groot belang; ouders en leraren versterken elkaar immers bij de ontwikkeling van het kind. Dit is in vogelvlucht het veranderingsproces dat binnen Panta Rhei plaatsvindt en dat in dit strategisch beleidsplan volop aandacht krijgt. Deze keer is nadrukkelijk gekozen om de komende jaren verder te gaan op de ingeslagen weg en de ingezette veranderingen op een goede manier te implementeren en borgen binnen de Panta Rhei-organisatie. Bij de uitwerking van dit strategisch beleidsplan zijn de schooldirecties, leraren, ouders, GMR, het bestuurskantoor en externe deskundigen betrokken. Het is geen “dichtgetimmerd” plan maar een weergave van ambities die ons samen voor ogen staan. Daarmee zullen we flexibel kunnen inspelen op veranderende omstandigheden. Het is een dynamisch plan met ruimte voor nieuwe beleidskeuzes. De concrete uitwerking gebeurt in de jaarplannen van het College van Bestuur en in de schoolplannen van de individuele scholen. We zijn er nog niet, maar we zijn al een heel eind op de goede weg!
Het College van Bestuur
2
Hoofdstuk 1. De kern: het lerende kind en de lerende leraar De Griekse filosoof Heraclitus heeft met zijn beeldspraak; “Panta Rhei”: alles stroomt en niets is blijvend, tot uitdrukking gebracht dat alles voortdurend in beweging en ontwikkeling is. Dat is ook van toepassing op het onderwijs. Kinderen ontwikkelen zich voortdurend en hun onderwijsbehoeften zijn aan verandering onderhevig. Het leren van kinderen is onlosmakelijk verbonden met het leren van leraren1 en het leren van onze organisatie als geheel. Ook de veranderingen in de samenleving zijn van invloed op de wijze waarop kinderen en het onderwijs zich ontwikkelen. Dit komt goed tot uitdrukking in het logo van Panta Rhei. Ons logo staat symbool voor deze ontwikkeling en verandering en de onderlinge beïnvloeding. De verschillende kleuren in het logo brengen tot uitdrukking dat het lerende kind, de lerende leraar, de ouders en de directie van de school onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden en verweven in ons onderwijs en samen de rivier vormen die voortdurend in beweging is.
Onze missie is het verzorgen van uitstekend onderwijs aan onze leerlingen. De ontwikkeling van het lerende kind staat centraal in ons beleid. We willen ervoor zorgen dat ons onderwijs past bij de talenten van het kind, en dat kinderen plezier ervaren in het leren, ook als dit moeite kost. De ouders2 zijn als eerste verantwoordelijk voor hun kind. Zij maken keuzes voor hun kind en zijn daarmee de overlegpartner voor de leraar over de invulling van de onderwijsbehoefte voor hun kind. Daarnaast is de directie3 van de school van invloed op het leren van de leerlingen en leraren. De directie draagt zorg voor de uitwerking van de kaders voor het beleid van het College van Bestuur. Uiteraard zijn er meer invloeden op het lerende kind en de lerende leraar, soms bepalend, soms onverwacht, soms meer op afstand, soms indringend dichtbij. Te denken valt aan bijvoorbeeld het overheidsbeleid, de ontwikkelingen in de buurt van de school, maatschappelijke ontwikkelingen, ontwikkelingen binnen het team, het samenwerkingsverband en andere partners van de school. Kinderen veranderen, de wijze waarop zij leren verandert en de middelen waarmee zij leren veranderen. Daarmee verandert ook de didactische en pedagogische aanpak, en zullen leraren en Panta Rhei als geheel willen blijven leren. De lerende leraar en het lerende kind zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en verweven in ons onderwijs. Leren is investeren en vraagt investeren. Panta Rhei investeert in de ontwikkeling van medewerkers, om daardoor een hoge onderwijskwaliteit te kunnen leveren. We werken aan kwaliteit en kwaliteitsverbetering als lerende organisatie, zowel in onze eigen professionele overtuiging als in de beleving van ouders, leerlingen en leraren, hierbij rekening houdend met het oordeel van de onderwijsinspectie. Onze beleidscyclus kenmerkt zich door het maken van 1
Overal waar we leraren en de mannelijke verwijzing ernaar gebruiken, bedoelen we uiteraard ook alle vrouwelijke leraren. 2 Waar ouders staat, worden uiteraard ook verzorgers van het kind bedoeld. 3
De schooldirectie bestaat uit de directeur en de adjunct-directeur
3
heldere afspraken, het boeken van resultaten, deze borgen en verantwoording hierover afleggen. In deze zin zijn we sterk aan het verzakelijken zonder het belang van goed onderwijs aan de kinderen hierbij uit het oog te verliezen. Onze ambities zijn hoog, uitdagend maar wel voldoende realistisch. Door met en van elkaar te blijven leren, kan Panta Rhei met haar kwaliteitsscholen voor ouders en kinderen het beste onderwijs garanderen. Het College van Bestuur wil voor Panta Rhei de motor zijn voor duurzame schoolontwikkeling, Scholen van Panta Rhei hebben een eigen herkenbare onderwijskundige identiteit en een eigen herkenbare levensbeschouwelijke identiteit. Vanuit deze Panta Rhei-visie vullen de scholen hun onderwijskundige en levensbeschouwelijke identiteit in op basis van de volgende kernwaarden: - Onderwijs gericht op de vorming van de gehele menselijke persoon Panta Rhei richt haar onderwijs in op het streven naar een harmonieuze ontwikkeling van het kind op alle gebieden: cognitief, creatief, cultureel, motorisch, emotioneel en sociaal. Natuurlijk willen we voor ieder kind een zo hoog mogelijk niveau bereiken. Maar bovenal willen we dat kinderen nieuwsgierig en leergierig blijven, en zo hun eigen mogelijkheden en talenten ontdekken en ontwikkelen. Welbevinden van kinderen en plezier in leren zijn voor ons belangrijk. - Ontwikkelingsgericht Panta Rhei richt zich op ontwikkeling van kinderen en van de organisatie. Niet voor niets staat het leren centraal. We bieden kinderen een veilige en stimulerende omgeving waar zij hun (sluimerende) talenten ontwikkelen, begeleiden kinderen op de weg die ze met deze talenten inslaan. We willen met elkaar leren, elkaar versterken, elkaar inspireren. - Oog voor elk kind Panta Rhei ziet ieder kind als een uniek persoon. Het ‘gemiddelde’ of ‘gewone’ kind bestaat voor ons niet. Panta Rhei heeft oog voor elke leerling: ieder kind telt. Onderwijs en vorming zijn een recht van elk kind. Het kind staat centraal in ons onderwijs. Mensen staan centraal in onze organisatie. - Wederzijds respect Binnen Panta Rhei gaan we uit van respect voor elkaar, voor elkaars levensbeschouwelijke overtuiging, voor de aarde en alles wat daarop leeft en groeit. Verschillen tussen kinderen respecteren we, ‘anders’ zijn mag. - Samenleven en samenwerken Panta Rhei is van en voor de samenleving. Zonder betrokkenheid bij elkaar en onderlinge solidariteit komen mensen, leerlingen en leraren, niet tot volle ontplooiing. Samenwerking zien wij als een groot goed: samenwerking binnen de organisatie, samenwerking met ouders, samenwerking met andere organisaties. Samenwerking vindt plaats op basis van gelijkwaardigheid, waarbij overeind blijft dat iedereen binnen de samenwerking een eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid heeft. We spelen proactief in op maatschappelijke ontwikkelingen. Kinderen leren bij Panta Rhei dat zij deel zijn van de samenleving. Binnen Panta Rhei zijn er Rooms-Katholieke, openbare en algemeen toegankelijke scholen. Op basis van de levensbeschouwelijke identiteit formuleren scholen voor de eigen school aanvullende kernwaarden. Zij geven helder en herkenbaar aan hoe zij onderwijs geven, wat hun onderwijskundige en levensbeschouwelijke identiteit is. Op die manier worden ouders goed geïnformeerd en kunnen zij binnen Panta Rhei een school vinden die goed bij hun kind en hun opvoeding past.
4
Hoofdstuk 2. Het lerende kind 2.1. Het kind Kinderen leren in interactie met hun omgeving. Te veel of te weinig stimuli belemmeren de ontwikkeling. Jonge kinderen leren “als vanzelf” kennis en vaardigheden. Wanneer kinderen naar school gaan, wordt het leren meer gericht op het (toekomstig) functioneren in onze maatschappij. Het lerende kind staat binnen Panta Rhei centraal. Wij willen bijdragen aan de ontwikkeling van het kind in de volle breedte: cognitief, sociaal, emotioneel, creatief, cultureel en motorisch. Dit gaan wij vorm geven door samenwerking met andere organisaties in een verbreed onderwijsaanbod, onder andere op het gebied van sport, cultuur en jeugdzorg. We accepteren kinderen met hun verschillende talenten en beperkingen in hun verscheidenheid en streven er naar het beste uit ieder kind te halen. We zorgen voor passend onderwijs: onderwijs passend bij de mogelijkheden en talenten van het kind. We gaan daarbij uit van wat kinderen kunnen en kunnen leren, niet van wat ze niet kunnen. Welbevinden van kinderen en plezier in leren zijn voor ons belangrijk, ook als het moeite kost. We willen dat kinderen nieuwsgierig en leergierig blijven en zo hun eigen mogelijkheden en talenten ontwikkelen. Ook voor kinderen die meer begaafd of meer getalenteerd zijn, zorgen wij voor voldoende uitdaging. Voor kinderen die op een andere manier leren, sluiten wij zo goed mogelijk aan bij de leerstijl. Wij doen dit echter niet altijd alleen: om passend onderwijs te geven, werken wij in de regio samen met en krijgen wij hulp van andere organisaties. Wanneer wij ook met hulp van andere organisaties niet in staat zijn om het kind passend onderwijs te bieden, zoeken wij, samen met de ouders, naar een school waar dit wel mogelijk is. Taal en rekenen zijn de basis voor de cognitieve ontwikkeling van kinderen. In aansluiting op de kwaliteitsagenda primair onderwijs werken de Panta Rhei scholen met de wettelijk voorgeschreven referentieniveaus4 voor taal- en rekenonderwijs. De focus ligt binnen Panta Rhei op de leerwinst, de groei en ontwikkeling die leerlingen binnen onze scholen doormaken. De toegevoegde waarde van onze scholen ten aanzien van deze ontwikkeling is voor ons belangrijk. Panta Rhei werkt in haar onderwijs aan maatschappelijke vaardigheden zoals: - probleemoplossend vermogen; - samenwerking, verbinding maken en burgerschap; - informatieverwerving en –verwerking; - brede technologische vaardigheden, zowel technische als morele aspecten. Ambities Panta Rhei biedt kinderen (binnen het profiel van de school, zo nodig met externe begeleiding) passend onderwijs dat aansluit bij de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte van het kind. Panta Rhei werkt aan het ontwikkelen van een positief en realistisch zelfbeeld van ieder kind en zorgt voor een gedragsaanpak en een veilig leerklimaat. Panta Rhei leert kinderen om te gaan met moderne vormen van technologie. Panta Rhei werkt aan de brede ontwikkeling van kinderen en zorgt voor een aantrekkelijk aanbod aan (buitenschoolse) activiteiten, op het gebied van sport, cultuur en techniek.
4
De referentieniveaus beschrijven welke basiskennis en -vaardigheden leerlingen moeten beheersen voor taal en rekenen.
5
2.2. De ouders Panta Rhei wil werken aan een optimale aansluiting tussen onderwijs en opvoeding. Ouders hebben recht op heldere informatie over de vorderingen van hun kind, de resultaten en de (grenzen in) mogelijkheden van de school. Ouders mogen kritisch zijn op de school en de informatie die zij van de school krijgen. Panta Rhei scholen stimuleren dat ouders thuis activiteiten ondernemen die bijdragen aan het leer- en ontwikkelingsproces van kinderen. Betrokkenheid van ouders bij het onderwijs is van groot belang voor het kind. Aansluiten van onderwijs op school en opvoeding thuis is een proces van samenwerking en wederkerigheid. Wat thuis gebeurt, is van invloed op het onderwijsleerproces in de klas en omgekeerd. School en ouders versterken elkaar bij de ontwikkeling van het kind. Het bespreken van gedrag, straffen en belonen, huiswerk en omgaan met digitale media zijn onderwerpen waarover ouders en school met elkaar kunnen afstemmen welke aanpak, passend binnen het schoolbeleid, wordt gehanteerd. De ouders hebben de verantwoordelijkheid voor hun kind(eren) en de school voor het onderwijs dat zij verzorgt. De communicatie tussen ouders en school gebeurt op basis van gelijkwaardigheid en wederzijds respect. Dit vraagt van beide kanten de nodige inzet om elkaar te begrijpen en samen de juiste keuzes te maken rond de ontwikkelingen van het kind. Het op deze manier samenwerken aan de ontwikkeling van het kind, noemen we educatief partnerschap. Het vergroten van de ouderbetrokkenheid en het verder vormgeven van educatief partnerschap is voor veel scholen en ouders een uitdaging voor de komende jaren. Naast educatief partnerschap rond het eigen kind hebben ouders de mogelijkheid om via de MR en GMR een belangrijke bijdrage te leveren aan het ontwikkelen, bijstellen en evalueren van het beleid van Panta Rhei en de eigen school. Open communicatie en een goede dialoog zijn hierbij de basis, waarbij we ons kwetsbaar durven op te stellen. Ambities Panta Rhei wil ouderbetrokkenheid, educatief partnerschap en openheid tussen ouders en school vergroten om samen te werken aan de ontwikkeling van het kind. Panta Rhei stimuleert ouderbetrokkenheid bij het beleid van de school. Zij betrekt ouders bij belangrijke beleidskeuzes binnen Panta Rhei/de school. Panta Rhei wil ouders stimuleren om thuis activiteiten te ondernemen die bijdragen aan de ontwikkeling van hun kind. Panta Rhei investeert in de leraar als “visitekaartje” van de school. De leraar: o heeft een open houding t.a.v. de verwachtingen en wensen van de ouders; o biedt helderheid over verwachtingen en mogelijkheden van de school; o investeert in kwalitatief hoogwaardige contactmomenten met ouders.
6
Hoofdstuk 3. De lerende leraar 3.1. De leraar De leraar is de spil van het onderwijs. Het lerende kind en de lerende leraar zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en ontwikkelen zich samen en in samenhang. De leraar leert wat nodig is om het lerende kind van passend onderwijs te kunnen voorzien. De ontwikkeling van de leerlingen in de groep en de door technologische ontwikkelingen veranderende manier van leren van kinderen is van directe invloed op de ontwikkeling van de leraar en omgekeerd. Voor de lerende leraar is voortdurende professionalisering vanzelfsprekend. Een deel daarvan vindt binnen de school plaats: teamscholing en leren van en met elkaar. Daarnaast krijgen leraren professionele ruimte binnen de kaders van de school om zich verder te ontwikkelen. Leraren werken samen binnen de school in een professionele cultuur, waarbij mensen werken vanuit resultaatgerichte afspraken en zich voortdurend verder ontwikkelen door elkaar feedback en waardering te geven, Veiligheid en vertrouwen moeten aanwezig zijn, evenals eigenaarschap van leraren voor de taken en verantwoordelijkheden voor de klas en de school. De professionele cultuur is de basis voor een lerende organisatie. Onderdelen van een goed werkklimaat zijn ook aandacht voor het ‘wij-gevoel’ binnen scholen, teambuilding en het bewaken van de balans tussen werk en privé (werkdrukbeheersing). We werken vanuit het principe van horen en gehoord worden, verantwoordelijkheid nemen en afleggen (vergelijkbaar met de onderwijskundige principes autonomie, competentie en relatie). Panta Rhei gaat uit van het landelijke beroepsprofiel met de benodigde competenties voor leraren. Beginnende leraren worden begeleid zodat zij binnen drie jaar na hun benoeming basisbekwaam zijn. Omdat scholen verschillen van elkaar, kunnen bovenop het basisprofiel specifieke competenties gevraagd worden die niet voor iedere school hetzelfde zijn. Het matchen van leraren en scholen is daarom ook onderdeel van het mobiliteitsplan. Panta Rhei stimuleert de lerende leraar om gebruik te maken van mobiliteit, intern en extern, om de eigen vaardigheden optimaal in te zetten en te ontwikkelen. Ons doel is dat mensen in onze organisatie werken met passie en plezier. Werken bij Panta Rhei willen we aantrekkelijk houden. Ambities Panta Rhei werkt aan een open werkklimaat en een professionele cultuur, waarbinnen: o veiligheid en vertrouwen aanwezig zijn; o leraren eigenaarschap tonen voor hun taken en verantwoordelijkheden; o effectief vergaderd wordt en iedereen afspraken nakomt en elkaar aanspreek; o leraren met elkaar de vakinhoudelijke dialoog aangaan. Panta Rhei werkt aan professionalisering als een continue en doelgericht proces passend binnen de kaders van Panta Rhei. Panta Rhei gebruikt moderne leermiddelen en I.C.T. in haar onderwijs en zorgt dat haar leraren de opleiding en ondersteuning krijgen om hier optimaal gebruik van te maken. Panta Rhei ondersteunt de ontwikkeling van leraren en leren van en met elkaar door: o collegiale consultatie (met kijkwijzer en feedback); o bezoeken van andere scholen; o begeleiding en ondersteuning van leraren. Panta Rhei werkt aan het aantrekkelijk houden van het beroep leraar in het algemeen en het werken bij Panta Rhei in het bijzonder.
7
3.2. De directie Iedere organisatie heeft goed leiderschap nodig. Bij Panta Rhei is de directeur5 verantwoordelijk voor zijn school en krijgt hij voldoende beleidsruimte om de kaders van het beleid uit te werken en de eigen school verder in haar ontwikkeling te brengen. Directies stellen zich proactief op: zij zijn immers een belangrijke stimulerende kracht voor de ontwikkeling van de leraren en de school. Verantwoordelijkheden willen we laag in de organisatie leggen. Dit betekent dat leraren primair te maken hebben met hun eigen directie, zowel voor het beleid van de eigen school als voor het beleid van Panta Rhei als geheel. Scholen verschillen onderwijskundig van elkaar. De directie zet de leiderschapsstijl in die de school nodig heeft om zich verder te ontwikkelen. De directie stuurt daarbij op resultaten, zowel ten aanzien van kwaliteit van het onderwijs en de opbrengsten als op de financiën en bedrijfsvoering. De directie is het gezicht van de school en werkt vanuit de identiteit van de school aan een professionele organisatie door: - onderwijskundig leiderschap (onder andere klassenbezoeken, gesprekken, professionalisering, visie en kwaliteitszorg); - het verzamelen, analyseren en bespreekbaar maken van opbrengstgegevens; - in te spelen op ontwikkelingen in de directe omgeving van de school (bijvoorbeeld op basis van gericht behoeftenonderzoek); - balans houden tussen individueel belang (van een leerling, ouder of leraar) en schoolof organisatiebelang; - het stimuleren van de ontwikkeling van de school als geheel; - goed personeelsbeleid, (bijvoorbeeld door talenten strategisch in te zetten en een functiemix te hanteren die past bij de onderwijskundige doelen van de school); - samenwerking met partners. Net als leraren faciliteren we ook directies bij het leren van en met elkaar, door intervisie en collegiale consultatie. Om te zorgen dat we ook in te toekomst goede leidinggevenden hebben, investeren we in de ontwikkeling van aankomend leiderschapstalent. We zorgen dat directies regelmatig scholing krijgen om zich zo blijvend te ontwikkelen. Ambities Panta Rhei ontwikkelt de vernieuwende kracht van goed leiderschap en stimuleert doorgroei naar leiderschap. Panta Rhei directies hebben de focus op de onderwijskundige ontwikkeling van de school en sturen op (onderwijs)resultaten. Panta Rhei directies voeren een goed HRM beleid en bouwen aan een lerende cultuur. Panta Rhei directies leren van en met elkaar in een professionele cultuur, waarbij collegiale consultatie en intervisie belangrijke onderdelen zijn.
5
Overal waar we directeur, adjunct directeur, directie en de mannelijke verwijzing ernaar gebruiken, bedoelen we uiteraard ook onze vrouwelijke directieleden.
8
Hoofdstuk 4. Het bestuur als motor Het College van Bestuur wil voor Panta Rhei de motor zijn voor duurzame schoolontwikkeling, die uiteraard alleen samen met directies en teams vorm kan krijgen. Het College van Bestuur heeft hoge ambities en geeft iedere school de ruimte om een eigen onderwijskundig profiel uit te werken, dat past bij de kinderen en buurt of wijk waar de school staat. Kwaliteit en eigentijds onderwijs staan daarbij voorop. Het College van Bestuur is daarbij faciliterend, aanmoedigend en controlerend. Zij werkt op basis van de Code Goed Bestuur. Het College van Bestuur geeft heldere kaders voor het beleid van Panta Rhei en zorgt voor de randvoorwaarden door middel van goed personeelsbeleid en een goede bedrijfsvoering. Zij werkt met een planmatige cyclus van kwaliteitszorg, op basis van een jaarlijkse (zelf)evaluatie. Het College van Bestuur gaat in gesprek met de directeur over hoe hij dit in zijn school vormgeeft door jaarlijks afspraken te maken over (onderwijs)resultaten, ontwikkelingen en voortgang van de school. Door middel van schoolbezoeken wordt de voortgang besproken. De gemaakte afspraken worden vastgelegd en regelmatig geëvalueerd. Vertrouwen, samenwerking en loyaliteit zijn sleutelwoorden binnen Panta Rhei. We regelen centraal wat moet en voordelig is en geven meer ruimte voor decentrale verscheidenheid. Het College van Bestuur bespreekt met alle directeuren in het directeurenoverleg de ontwikkeling van Panta Rhei als geheel. Daarnaast zijn er specifieke werk- of projectgroepen op relevante thema’s. Op die manier leren we binnen Panta Rhei ook op het niveau van sturing van en met elkaar. We zijn daardoor meer dan een optelsom van individuele scholen. Het College van Bestuur speelt in op maatschappelijke en soms onvoorziene ontwikkelingen die zich in de loop van het strategisch beleidsplan voordoen. Verbreding van de scholen is een belangrijk item. We werken hieraan, onder meer in een pilot Integraal kindcentrum (IKC). Het College van Bestuur is lerend, net als alle andere medewerkers van Panta Rhei. Professionaliseren van de ‘control-functie’ binnen de rol van het bestuurskantoor is daarbij belangrijk: zo ondersteunt en monitort het College van Bestuur effectief de schoolontwikkeling. Het College van Bestuur leert in interactie met haar medewerkers. Daarnaast haalt het College van Bestuur veel kennis, inzichten en vaardigheden uit diverse andere activiteiten zoals bestuurlijke visitaties, regionale en landelijke netwerkbijeenkomsten, bijeenkomsten van de PO-raad, thematische bijeenkomsten over nieuwe ontwikkelingen, congressen en scholing. De Raad van Toezicht houdt intern toezicht op het College van Bestuur, dat, ondersteund door een bestuursbureau, de organisatie als geheel leidt. Zoals de schooldirecties het boegbeeld zijn van hun school, is het College van bestuur het boegbeeld van Panta Rhei. Ambities: Het College van Bestuur stuurt op onderwijskwaliteit en duurzame kwaliteitsontwikkeling. Het College van Bestuur zorgt voor een goede bedrijfsvoering. Het College van bestuur zorgt voor een gezond HRM beleid waarbij deskundigheidsontwikkeling een speerpunt is.
9
Bijlage: Wat komt er de komende periode op ons af? Hieronder schetsen we de belangrijkste ontwikkelingen, voor zover begin 2014 bekend. Met deze schets pretenderen we niet volledig te zijn en alle ontwikkelingen hier beschreven te hebben. Deze schets is vooral bedoeld als een typering van wat er in onze directe omgeving gebeurt. Niet alle ontwikkelingen zijn direct herleidbaar vertaald in beleid, prioriteiten of activiteiten. Er is gewikt en gewogen en in het beleid voor de komende jaren zijn prioriteiten gesteld vanuit het principe: beter een beperkt aantal zaken goed oppakken dan veel zaken half uitvoeren. Passend Onderwijs De invoering van nieuwe wetgeving brengt niet alleen wijzingen in het onderwijs in de klas, maar ook andere samenwerkingspartners met zich mee. De afgelopen vijf jaren is het aantal leerlingen in speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs en met een rugzak in het reguliere onderwijs in totaal op ongeveer 6% gestabiliseerd. Met de invoering van passend onderwijs zullen er inhoudelijke en organisatorische veranderingen optreden, terwijl tegelijkertijd zorgplicht voor alle leerlingen,, een feit is. Tot welke verschuivingen dit leidt, van leerlingen die nu met rugzak of binnen het s(b)o extra onderwijszorg krijgen, is nog niet duidelijk. De complexiteit van het onderwijsproces neemt toe, en de leraar blijft de spil in de klas. Het leren in school verandert ook doordat de nieuwste generaties kinderen daadwerkelijk anders leren dan vroeger. Dit blijkt onder meer uit hersenonderzoek: de hersenen van de jongste generaties (van kinderen van ongeveer 7 jaar en jonger) worden anders opgebouwd en gebruikt. Het aantal verbindingen en gelijktijdige hersenactiviteiten is inmiddels significant hoger dan bij de generatie van 35 jaar en ouder. Dit betekent dat leren anders gaat, anders wordt verwerkt. Vanuit de overheid is er veel nadruk op “opbrengstgericht werken”, met een accent op meten en weten, en daarbij een sterke nadruk op taal en rekenen. Er wordt een Angelsaksisch (beheers)model gehanteerd, met sturing op basis van meetgegevens en regeldwang vanuit de overheid. Aan de andere kant lijkt er ook een beweging te ontstaan, waarbij meer aandacht voor creativiteit en algehele vorming van de mens (‘Bildung’) ontstaat. Dit Rijnlandse (onderwijs)model staat voor brede vorming, voor (gedeelde) verantwoordelijkheid en ambachtelijkheid. Het model staat op zichzelf niet tegenover ‘opbrengstgericht werken’, maar kijkt vooral naar type opbrengsten en naar opbrengsten ten behoeve van wie of wat. De beweging van hulp van externen naar hulp intern binnen de school zet verder door. De leraar is regisseur van alle processen rond de ontwikkeling van kinderen. Voor wat betreft ondersteuning vanuit (jeugd)zorg is de decentralisatie hiervan naar de gemeenten relevant. Een integrale visie op „Zorg voor Jeugd‟ en goede afstemming is noodzakelijker dan ooit. Kinderen krijgen vanuit medische en psychiatrische hoek steeds vaker een diagnose en daarmee een etiket. Regelmatig worden ‘nieuwe stoornissen ontdekt’ met nieuwe diagnoses en behandelwijzen. De etikettering is een uitvloeisel van het nog steeds dominante medische model in de maatschappij. Door veranderende wetgeving op passend onderwijs veranderen de geldstromen voor leerlingen met extra zorg. Door de economische crisis worden ook bezuinigingen op het onderwijs toegepast en de overheid is extra kritisch op rendement van investeringen. Het beroep leraar sterk in ontwikkeling Het beroep leraar lijkt nog steeds niet heel aantrekkelijk te zijn om te kiezen of tot de pensioengerechtigde leeftijd vol te houden. Het nationaal onderwijsakkoord zet in op het (blijven) interesseren van de beste onderwijsgevenden voor het onderwijs.
10
In het basisonderwijs zijn de meeste leraren vrouw, waarvan een groot deel parttime werkt. Onderzoek heeft aangetoond dat de cognitieve leerresultaten niet lijden onder de ‘vervrouwelijking’ van het beroep. Onderzoek naar de sociale effecten ervan is nog niet beschikbaar. De heersende opvatting lijkt te zijn dat het voor alle kinderen goed is om zowel mannelijke als vrouwelijke rolmodellen te hebben, ook in school. Met de noodzaak om ons onderwijs flexibeler in te richten, ontstaat ook de noodzaak tot maatwerk-afspraken tussen werkgever en werknemer (i-deals). Medewerkers, zeker de nieuwere generaties, vragen zelf om flexibelere contracten en maatwerk. Mobiliteit en ontwikkeling zullen steeds vanzelfsprekender worden, evenals regelmatige omscholing. De overheid zet ook in op modernisering en flexibilisering van de arbeidsvoorwaarden in het onderwijs. Om kwaliteit en opbrengsten beter te borgen, is het van belang dat er goed geschoold personeel is. De overheid zet met haar beleid sterk in op professionalisering van onderwijsgevend personeel, zeker op het gebied van omgaan met verschillen en passend onderwijs. De overheid streeft daarbij naar het verhogen van het opleidingsniveau, bekwaamheidsregistratie en peer-review. Ook wil de overheid dat de schoolleiders worden geprofessionaliseerd en de scholen een professionele cultuur hebben. De belangrijkste aspecten van het beleid van de overheid: - Hogere eisen aan studenten van lerarenopleidingen en verbetering van de kwaliteit van de lerarenopleidingen; - Lerarenregister om bekwaamheid van leraren systematisch bij te houden en te ontwikkelen. Uiterlijk 2017 start de eerste periode van vier jaar waarna herregistratie moet plaatsvinden. Leraren moeten professionele ruimte krijgen binnen de kaders van de school. Daarbij wordt ook de professionalisering een opgave voor iedere leraar, waarbij de volgende aspecten van belang zijn: - zicht op sterke en verbeterpunten; - sturing met visie en kaders vanuit de school; - ruimte voor de professional. Technologische ontwikkelingen We zitten midden in een ICT-revolutie, en dit zal het leren diepgaand beïnvloeden. Kennis is snel toegankelijkheid, en parate kennis heeft een andere waarde dan voorheen. Maar ook de verwerking van informatie gaat anders. Doordat iedereen informatie eenvoudig publiek kan maken, lopen feiten en opvattingen nog meer door elkaar (bijvoorbeeld Wikipedia). Onderwijs en leren zien er in de toekomst ongetwijfeld heel anders uit, niet alleen qua leermiddelen, maar ook op het gebied van onderwijsdoelen, werkwijze en zelfs plek van onderwijs. Vanuit het Nationaal Techniekpact 2020 wordt aandacht gevraagd voor wetenschap en technologie in het onderwijs aan kinderen vanaf de basisschool. De komende jaren zal meer duidelijkheid ontstaan over de impact die dit zal hebben op ons onderwijs. Mede door alle technologische ontwikkelingen zitten we in verschillende transities: - Van een concurrerende kenniseconomie naar een kennis-netwerk-samenleving - Van een tekstcultuur naar een beeldcultuur - Van 3G naar 4G en sneller (exponentiële toename informatiesnelheid en –dichtheid) - Van minder cursorisch leren (van a tot z), meer intuïtief en netwerkachtig, knopend leren, op basis van complexe reële situaties) - Van overnemen van wat al aan gecodificeerde kennis bestaat en vaste routines naar meer creatieve processen en vaardigheden - Van op gezette tijden op vastgestelde plekken naar meer any time, anywhere - Van lokaal naar meer globaal / internationaal
11
-
Van concurrerend naar meer samenwerkend leren Van de leraar als ‘enige ontsluiter van kennis ‘ naar de leraar als partner in de zoektocht.
Marktwerking Marktwerking is een maatschappelijk gegeven, en ook zichtbaar in onderwijs. Scholen worden met elkaar vergeleken. Ouders vragen om andere ‘diensten’ dan alleen onderwijs, zoals dagarrangementen en buitenschoolse opvang. Ouders zijn kritisch en stellen hoge eisen. Ouders hebben veel wensen (en soms eisen) ten aanzien van de invulling van het onderwijs, vragen vaker en sterker om verantwoording vanuit school, en verwachten steeds meer flexibiliteit van de school. Kinderen wisselen sneller van school zonder noodzaak vanwege bijvoorbeeld een verhuizing, omdat ouders niet tevreden zijn over het onderwijs van de school. Het primair onderwijs en de scholen krijgen van ouders landelijk gezien al jaren gemiddeld het rapportcijfer 7,5. Lokaal en regionaal wordt oudertevredenheid een belangrijke pijler voor het aantrekken en behouden van leerlingen. Vanuit het Bestuursakkoord Primair Onderwijs ligt er de opdracht om de ouderbetrokkenheid te vergroten. De uitdaging voor het onderwijs wordt meer en meer om samen met en in overleg met kritische “consumenten”, de ouders, het onderwijs gezamenlijk vorm te geven (educatief partnerschap). Zingeving Ondanks de ontkerkelijking en globalisering is de behoefte aan zingeving niet verdwenen. Sterker nog, in een samenleving die steeds complexer wordt, is de vraag naar wat werkelijk van waarde is en er toe doet, belangrijk geworden. Meer dan ooit zal op de pedagogische rol van de leraar een beroep gedaan worden. Aan die pedagogische taakstelling zijn normatieve vraagstellingen en waardengedrevenheid onlosmakelijk verbonden. De vraag naar het opvoeden roept als vanzelfsprekend de vraag naar het doel (het waartoe) van het opvoeden op. Demografische ontwikkelingen De kleinere aantallen leerlingen van nu zullen straks het nationaal inkomen voor velen moeten realiseren. Er wordt een hoge arbeidsparticipatie en arbeidsproductiviteit verwacht. Hierdoor zullen ouders meer gaan verwachten van onderwijsorganisaties en diensten daaromheen op het gebied van opvang en opvoeding van hun kind. Arbeidsmigratie over landsgrenzen kan grote impact hebben (brain drain hoger opgeleiden naar opkomende economieën, en toestroom goedkope arbeid uit zwakke economieën). Brede scholen/integraal kindcentrum Om een breed aanbod voor kinderen te realiseren is samenwerking tussen de verschillende partijen cruciaal. Dit brede aanbod kan het beste plaatsvinden in een multifunctioneel schoolgebouw is. Door de kerntaken discussie in de gemeente Leidschendam-Voorburg is hier de afgelopen tijd door deze gemeente niet in geïnvesteerd. Panta Rhei gaat met de partijen in gesprek en blijft zoeken naar mogelijkheden om hier invulling aan te geven.
12
Bijlage
Panta Rhei: de scholen en het bestuurskantoor
School
Adres
RK basisschool De Regenboog
Rouboslaan 12, 2252 TP Voorschoten
Samenwerkingsschool Essesteijn
Elzendreef 4, 2272 EB Voorburg
RK basisschool Maerten van den Velde
Dr. Van Noortstraat 90, 2266 HA Leidschendam
RK basisschool Pius X
Heeswijkstraat 2, 2275 EE Voorburg
RK basisschool De Lusthof
Lusthofstraat 7, 2271 XV Voorburg
RK basisschool Emmaus
Elstlaan 4, 2252 LC Voorschoten
RK basisschool Sint Maarten
Wijkerlaan 10, 2271 EP Voorburg
Openbare basisschool De Margriet
Dobbelaan 9, 2262 EA Leidschendam
Algemeen toegankelijke basisschool De Wegwijzer
De Tol 251, 2266 EE Leidschendam De Oude Bleijk 4-4a, 2266 CK Leidschendam
Openbare Daltonbasisschool De Tandem
Leenkamp 7-9, 2264 KW Leidschendam
Openbare basisschool Professor Casimirschool
Van Deventerlaan 16, 2271 TX Voorburg
Openbare basisschool De Parachute
Van Lodensteijnstraat 6, 2274 TZ Voorburg
Algemeen toegankelijke basisschool De Springplank
Prinsenhof 4b, 2263 EV Leidschendam
RK Basisschool Maria Bernadette
Van Ruijsdaellaan 91, 2264 TA Leidschendam
RK Basisschool De Walvis
Eendenplein 5, 2492 NZ Den Haag
Bestuurskantoor Panta Rhei
postadres: Postbus 103. 2270 AC Voorburg Bezoekadres: Overgoo 13, 2266 JZ Leidschendam T: 070-3879900; E:
[email protected]
13