ICD-implantatie U heeft deze folder gekregen omdat u in aanmerking komt voor behandeling met een ICD, voluit een inwendige cardioverter defibrillator. Deze folder geeft informatie over wat een ICD is, hoe deze werkt en wat er komt kijken bij een implantatie (het aanbrengen van de ICD) en de controles. Verder worden zoveel mogelijk vragen beantwoord die te maken hebben met de periode na de implantatie: hoe te leven met een ICD.
Neem altijd uw vens verzekeringsgege wijs mee! en identiteitsbe
Waarom een ICD? Bij u bestaat een verhoogd risico op snelle hartritmestoornissen uit de hartkamers. Het normale hart klopt in rust 70 keer per minuut. Wanneer we sporten kan de hartslag wel 140 per minuut worden. Snelle hartritmestoornissen gaan meer dan 200 per minuut, en soms wel sneller dan 300 per minuut. Aan deze ritmestoornissen kan iemand overlijden. Een ICD kan een einde maken aan een ritmestoornis door tijdens de ritmestoornis een shock te geven waardoor de ritmestoornis stopt en het normale hartritme weer gaat kloppen. Een ICD voorkomt een ritmestoornis helaas niet. De cardioloog heeft in overleg met u besloten om u te behandelen met een ICD en deze bij u te implanteren.
2
ICD-implantatie
Hoe werkt een ICD precies? Een ICD bestaat uit twee onderdelen: ‘het kastje’ (pulsgenerator) en de draden (electroden) die het ICD-kastje verbinden met het hart (zie plaatje op de vorige pagina). Het kastje is een kleine computer. Wanneer we dit kastje openmaken zien we onder andere twee belangrijke onderdelen: een batterij en de computer zelf. De batterij levert de stroom, niet alleen voor de shock, maar ook voor de computer om te kunnen werken. Net als een batterij voor bijvoorbeeld een zaklantaarn. De computer van de ICD doet al het werk. Wat doet die computer? Allereerst houdt de computer de hele dag het hartritme in de gaten. Dus als de hartslag 70 per minuut gaat ontstaat er in het hart 70 keer per minuut een klein elektrisch stroompje. Dit stroompje loopt via de ICD-draad naar de ICD. De computer in de ICD ziet dat, telt en denkt “70 per minuut, dat is prima een rustige, normale hartslag. Ik hoef niets te doen”. Is de hartslag daarentegen te hoog, bijvoorbeeld 200 slagen per minuut, dan kan de ICD op verschillende manieren de ritmestoornis stoppen: (1) Anti-tachycardie-pacing (overpacen) – ATP (2) Shock Anti-tachycardie-pacing (ATP) Bij deze methode gaat de ICD iets sneller het hart stimuleren dan de snelheid van de ritmestoornis. In het geval van een ritmestoornis van 200 per minuut, bijvoorbeeld met 210 slagen per minuut. De ICD doet dit kortdurend en stopt daarmee de ritmestoornis. Het voordeel van deze methode is dat u er weinig van zult merken. Lukt het niet om met deze methode de ritmestoornis te stoppen dan zal de ICD altijd de tweede vorm van therapie toepassen: het geven van een inwendige shock (stroomstoot).
3
Shock Bij hele snelle ritmestoornissen, boven de 250 slagen per minuut, genaamd kamertachycardieën of kamerfibrilleren, werkt ATP meestal niet en zal de ICD direct met een stroomstoot de ritmestoornis stoppen. Het nadeel van een stroomstoot krijgen is dat dit door de mensen die bij kennis blijven als zeer onaangenaam wordt ervaren. Verder kan de ICD op verschillende manieren worden ingesteld met behulp van een computer. Deze instellingen zijn specifiek voor iedere patiënt. Pacemaker De ICD heeft ook een ingebouwde pacemaker. Wanneer iemand een te lage hartslag krijgt kan de pacemaker dit voorkomen door het hart te gaan stimuleren. De pacemaker kan aan of uit worden gezet met dezelfde computer, zoals hiervoor beschreven. Onterechte shock Het is ook mogelijk dat de ICD onterecht een shock toedient. De ICD moet namelijk een einde maken aan kamerritmestoornissen. Maar soms zijn er boezemritmestoornissen en daar hoeft de ICD geen shock voor te geven. De ICD zal dan ook kijken of het om kamerritmestoornis of boezemritmestoornis gaat. Soms beoordeelt de ICD de ritmestoornis verkeerd en geeft dan op een ongevaarlijke ritmestoornis een shock. Toch is dit een ingebouwde veiligheid van de ICD; je kunt beter een onterechte shock krijgen dan een situatie waarbij de ICD geen shock geeft terwijl het wel had gemoeten. Dus bij iedere twijfel geeft de ICD toch een shock.
4
ICD-implantatie
Bi-ventriculaire ICD Bi betekent twee. En ventriculair betekent kamer. Een bi-ventriculaire ICD is dan ook een ICD die naast bovengenoemde behandelingen ook de beide hartkamers tegelijk kan doen samentrekken. Bij hartfalen is het immers vaak zo dat delen van het hart te laat samentrekken (dissynchronie) en dit gaat met conditievermindering gepaard. Door dit “tegelijk laten samentrekken” van de kamers (synchronie) kan de conditie verbeteren. Helaas werkt dit niet bij iedere patiënt met hartfalen. Bij het plaatsen van een bi-ventriculaire ICD worden drie draden in het hart geplaatst. Voornamelijk het plaatsen van de derde draad naar de linker kamer is een speciale techniek. Daardoor duurt de implantatie van een bi-ventriculaire ICD aanmerkelijk langer dan een “gewone” ICD. Het geheugen De ICD heeft een geheugen en slaat behandelingen op. Zo kan bij de controle precies gezien worden hoe het apparaat werkt, of er ritmestoornissen zijn geweest, of de ICD heeft moeten ingrijpen en of deze dat goed heeft gedaan.
De implantatie van een ICD Implantatie Het aanbrengen of implanteren van een ICD gebeurt op de afdeling cardiologie van Rijnstate Arnhem verdieping A4 vleugel 1, de hartkatheterisatiekamer. U wordt in uw bed naar deze afdeling gebracht, zodat u ook na de ingreep weer in bed naar de verpleegafdeling kan worden gebracht. Op de hartkatheterisatiekamer wordt u op een smal bed gelegd. De plaats waar de ICD wordt aangebracht wordt schoongemaakt en u krijgt steriele lakens over u heen ter voorkomen van een infectie.
5
De ingreep zelf gebeurt onder plaatselijke verdoving. U krijgt dus geen algehele narcose. Wel krijgt iemand, zo nodig, (extra) rustgevende medicijnen via de van tevoren ingebrachte infuusnaald. U mag niet gegeten en gedronken hebben. De ICD zal namelijk ook getest worden en hierbij bestaat een kleine kans dat u moet overgeven. Wanneer u nuchter bent kunnen we complicaties als verslikken voorkomen. De ICD wordt meestal onder het linkersleutelbeen onder de huid geïmplanteerd. De implantatie duurt anderhalf uur. Na de plaatselijke verdoving wordt er een snee in de huid gemaakt van 6-7 cm onder het sleutelbeen. Daarna wordt een ruimte (de pocket) gemaakt onder de huid waar later de ICD zal komen. Vervolgens wordt de sleutelbeenader benaderd en worden via deze ader 1-3 draden (elektroden) naar het hart gebracht. Het aantal elektroden is weer afhankelijk van de soort ICD die wordt geïmplanteerd. Als de draden op de goede plaats liggen wordt de functie getest en daarna worden de draden aan de borst vastgemaakt. Vervolgens wordt de ICD aangesloten. Dit gebeurt met een schroevendraaier wat door de patiënt duidelijk is te horen. De ICD wordt onder de huid geplaatst. Tot slot wordt de shockfunctie getest. Dit gebeurt door u kort te laten slapen. Dit is dus geen echte narcose, maar het slapen zorgt ervoor dat u niets van de test voelt. Daarna wordt de huid dichtgehecht.
Complicaties en risico’s Over het algemeen zijn de risico’s op complicaties bij implantatie laag. Vanzelfsprekend stellen wij alles in het werk om dit zoveel mogelijk te voorkomen. Enkele complicaties die kunnen optreden zijn een onderhuidse bloeding van de wond, een verplaatsing van een draad, een klaplong of een infectie van de ICD. Een bloeding van de wond geeft ook weer een verhoogde kans op infecties van de ICD en kan daarnaast pijnlijk zijn. Meestal ruimt het lichaam de
6
ICD-implantatie
bloeding zelf op. Soms wordt besloten om de bloeding weg te halen. Bij het verplaatsen van een draad moet meestal opnieuw geopereerd worden en de draad weer teruggeplaatst. In het geval van een klaplong wordt door de longarts de lucht die tussen de long en de borstkast is terechtgekomen afgezogen met een drain. Als een ICD infecteert is dit een ernstige zaak en kan dit eigenlijk alleen opgelost worden door de ICD te verwijderen en later een geheel nieuwe ICD te implanteren. Sommige mensen zijn bang dat zij bij de test komen te overlijden. De kans hierop is nagenoeg nul.
De periode na de implantatie Na de ICD implantatie wordt u opgehaald door de verpleegkundige van de afdeling. Op de wond zit een wondverband. Als u zich goed voelt mag u weer eten en drinken. De verpleegkundige observeert u en controleert uw bloeddruk, pols, temperatuur en de wond. Indien u pijn heeft aan de wond, dan krijgt u hiervoor een pijnstiller. Omdat de elektrode(n) zich nog in het hart moet(en) vastzetten, is het verstandig dat u uw arm en schouder aan de kant waar de ICD is geïmplanteerd, ontziet. Dat betekent dat u tot 2 uur na ingreep bedrust heeft. U mag uw arm 4 weken niet boven schouderhoogte brengen, tot aan de eerste poliklinische, controle. U mag de eerste 24 uur niet op de zijde van de ICD liggen. Voorbereiding om naar huis te gaan Wanneer u naar huis mag wordt bepaald door het tijdstip waarop de implantatie plaats vindt. Indien de implantatie in de ochtend is, dan is het ontslag op dezelfde avond. Als de implantatie ‘s middags plaats vindt dan is dit de volgende dag. Na de implantatie wordt een röntgenfoto gemaakt van hart en longen om te controleren of de elektrode(n)van de ICD goed ligt. Indien alle controles goed zijn, mag u naar huis. U heeft nog een afsluitend gesprek
7
met de verpleegkundige waarin zij u zal informeren over; de eerste controleafspraak, wondverzorging en zo nodig over het herstarten van de antistollingsmedicijnen. Ook krijgt u instructies mee voor thuis. - - - - -
een ontslagbrief, geschreven door de arts, voor uw huisarts; een kaartje met telefoonnummers waarop staat wat te doen bij een Shock; een kaart met uw medicijnen en eventueel de trombosedienstkaart; een polikliniekafspraak met de cardioloog-electrofysioloog (8-10 weken); een polikliniekafspraak met de technicus (2 weken). Bij deze afspraak ontvangt u uw ICD-identiteitsbewijs.
Controle Twee weken na de ingreep wordt de ICD/CRTD op de polikliniek cardiologie door een technicus doorgemeten op het correct functioneren van het systeem. De uitnodiging voor deze afspraak, krijgt u thuis gestuurd enkele dagen na het ontslag uit het ziekenhuis. Bij deze afspraak ontvangt u uw ICDidentiteitsbewijs. Halfjaarlijkse controle Twee maanden na de ingreep vindt op de polikliniek de controle plaats van uw ICD door de technicus in combinatie met de controle door de cardioloog-elektrofysioloog. Hierna zal deze controle, mits er geen bijzonderheden zijn, elk half jaar plaatsvinden. Het ene half jaar treft u de physician assistent (PA) aan tijdens de controle en het andere halfjaar de technicus en de cardioloog-elektrofysioloog. Voor deze controle krijgt u een aantal weken voor de datum een uitnodiging thuisgestuurd.
Apparaten en situaties Onderverdeeld in: - Veilig - Pas op - Niet-doen
8
ICD-implantatie
Persoonlijke apparaten Veilig Draadloze vaste telefoontoestellen, semafoon, persoonlijke alarmsystemen, kopieerapparaat, fax, computer, printer, organizer, wifi netwerk, elektrische deken, warmtekussen,elektrische scheerapparaten, föhn, elektrische tandenborstel, radiogestuurde klokken en horloges, thermoplast (ontharing). Pas op Mobiele telefoon, Ipod: houd tenminste 15 cm afstand van uw ICD. Tip: draag de telefoon aan de andere kant van uw lichaam dan waar uw ICD zich bevindt. Draag de telefoon niet in het borstzakje van uw overhemd. Niet-doen Lichaamsvetweegschaal, elektrolyse (ontharing), magnetische matrassen/ stoelen, massagestoel.
Huishoudelijke apparaten Veilig Mixer, blender, elektrische blikopener, wasdroger, wasmachine, elektrisch mes, elektrische ovens, gasoven, vaatwasser, keukenmachine, broodrooster, broodbakmachine, magnetron, stofzuiger, verplaatsbare radiator, naaimachine, waterbed, draadloze deurbel, apparaten voor ongediertebestrijding. Pas op Inductieoven en inductiekookplaat: houdt tenminste 30 cm afstand met de ICD. Niet-doen Geen.
9
Gereedschap Veilig Motoren met bougies in auto’s. Pas op Voor alle volgende apparaten dient u een ruime afstand te houden: Apparatuur voor booglassen, draadloos gereedschap op batterijen, kleine reparatie aan motoren, kettingzagen, boormachines, elektrische schroevendraaiers, heggenscharen, generatoren met hoog vermogen, decoupeerzagen, grasmaaiers, bladblazers, sneeuwruimers, soldeerbouten. Draaitafel: hang er niet overheen in het bijzonder als de machine opstart. Niet-doen Buig niet over draaiende elektromotoren (bijv. de wisselstroomdynamo van een auto). Elektrische boor- en zaagmachines die op en tegen de schouder gehouden worden (i.v.m. trillingen).
Apparaten voor amusement Veilig Radio, televisie, videorecorder, CD/DCD speler, whirlpool/bubbelbad, laser tag pistool, afstandsbediening, camera, videospelletjes, amateur radio-antenne. Pas op Magnetische bingotoebehoren, CB/politiescanners, afstandsbedieningen met antennes ( houdt hiervoor 90 cm afstand) en fruitautomaten. Niet-doen Geen
Reizen en milieu Veilig Security scan: detectiescan met behulp van radiogolven.
10
ICD-implantatie
Pas op Beveiligingspoortjes op een luchthaven. Het poortje zelf heeft geen invloed op uw ICD. Er bestaat een kans dat het alarm afgaat omdat een ICD metalen onderdelen bevat. U kunt uw ICD kaart tonen en vragen om handmatig fouilleren. Magnetische staven die gebruikt worden bij luchthavenbeveiliging: houdt u hierbij 30 cm afstand. Niet-doen Geen
Medische behandelingen Vertel altijd aan andere artsen, tandartsen, specialisten of therapeuten dat u ICD drager bent. Veilig CT scan, röntgenapparatuur, elektrocardiogram (ECG), echogram. Pas op Elektrocauterisatie, hoogenergetische straling, tandartsboor (de voedingskabel van de apparatuur mag niet op de borst liggen). Niet-doen Diathermie, hittecoagulatie, (tijdens een operatie dient uw ICD tijdelijk uitgezet te worden), MRI (Magnetisch Resonantie Imaging: sterke warmteontwikkeling wat schade aan de elektrodes kan aanrichten), bestraling, vergruizer, MET/APS (vorm van pijnbestrijding bij artrose/reuma).
Diversen Veilig Luchtzuiveringsinstallatie, elektrische onzichtbare omheining, apparatuur voor huisarrest, leugendetector, tatoeages, statische elektriciteit. Zonnebaden,
11
zonnebank, intimiteit en seks, pretparken en achtbanen. Pas op Magnetische velden, hoogspanningsdraden (90 cm afstand), stereoluidsprekers die deel uitmaken van een grote stereo-installaties (30 cm afstand). Elektronisch beveiligingspoortjes tegen diefstal in winkels: veilig indien u er in een normaal tempo doorheen loopt. Niet tussen de poortjes stil blijven staan. Televisie- radiotorens, brandstofcelsystemen, radiofrequentiezenders. Niet-doen Bruidscorsages met magneetje, scheepsradar, machines voor industrieel gebruik: zoals krachtstroomgeneratoren. Thaise massage, botsauto’s.
Sport Veilig Cardio fitness: loop band, fietsen, steps, cross trainer. Fietsen, wandelen. Pas op Voorzichtigheid bij het trainen van de borst- en schouderspieren. Zwemmen en snorkelen: alleen in groepsverband of onder toezicht. Wintersport: overleg met de cardioloog of u zich op grote hoogte mag begeven. Tennis en badminton. Niet-doen Powerplate (trilplaat bij fitness), roei ergometer: te veel spanning op de elektrodes. Contactsporten: hockey, handbal, basketbal, volleybal, voetbal, rugby, boksen, judo, karate. Roeien, scuba-duiken, hanggliding, parachute springen, abseilen.
12
ICD-implantatie
Veelgestelde vragen Arm optillen U mag de eerste 4 weken uw arm waar de ICD is geïmplanteerd niet boven uw hoofd bewegen om de kans op verplaatsing van de ICD en de elektroden zo klein mogelijk te maken. U mag uw arm wel bewegen. Autorijden en rijbewijs Wettelijk is bepaald dat u niet mag autorijden gedurende 2 maanden na implantatie of na een shock- afgifte van de ICD. Hiervoor moet u na ICD implantatie een nieuw rijbewijs aanvragen die aangeeft dat u een ICD drager bent (code 100/101). Wanneer de eerste twee maanden zonder problemen zijn verlopen krijgt u een formulier mee voor het aanvragen van het nieuwe rijbewijs. Voor actuele en praktische informatie: www. stin.nl/autorijden. Douchen Wanneer er na 5 dagen geen ontsteking is en de huid gaat genezen mag u douchen of weer in bad. Fietsen Fietsen is geen bezwaar. Realiseert u zich wel dat wanneer u tijdens het fietsen een shock krijgt, u kunt vallen en zich bezeren. Het wel of niet fietsen is dus een persoonlijke keuze. Sauna Wat betreft de ICD mag u in een sauna. Het is verstandig om met uw cardioloog te bespreken of dit vanwege de hartziekte kan. Patiënten met hartfalen kunnen een sauna slecht verdragen. Vakantie buitenland U kunt zonder probleem op vakantie, ook naar het buitenland. De website van STIN heeft nuttige informatie over dit onderwerp.
13
Wanneer werken Brengt u dit ter sprake bij uw cardioloog tijdens de eerste poli controle. Deze vraag behoort zeker ook bij de bedrijfsarts thuis. Wat te doen bij een shock, piep of trilsignalen Wanneer u zich goed voelt en geen klachten heeft, kan u dit op de eerst volgende werkdag telefonisch doorgeven aan de afdeling Hartfunctie: 088- 005 7466. Zij zullen zo mogelijk voor diezelfde dag een afspraak voor u realiseren bij de cardioloog en/of de technicus. Wanneer u zich niet goed voelt of bij twijfel Neemt u contact op met Rijnstate Arnhem: 088-005 6117. Zij brengen u in contact met uw behandelend cardioloog of dienstdoende cardioloog. Wanneer u een shock krijgt en u komt niet bij kennis is het advies aan de omstanders om 112 te bellen. Wond wassen In het begin is het verstandig het litteken alleen af te spoelen totdat het litteken helemaal is genezen. Eventueel de wond droog deppen in plaats van droog wrijven. Contact opnemen als er iets met de wond is: 088-005 6117. Zij brengen u in contact met de cardioloog die de ICD bij u heeft ingebracht of bij afwezigheid met de dienstdoende cardioloog. Zwemmen U mag zwemmen. Het is verstandig dit niet alleen te doen.
14
ICD-implantatie
Nawoord Wij hopen dat deze folder de meeste van uw vragen beantwoordt. Mocht u echter in de folder uw vraag niet beantwoord zien stelt u deze dan vooral. Wij doen ons best om een passend antwoord te geven.
Informatie: namen, telefoonnummers en adressen Afdelingen: Afdeling Hartfunctie: 088- 005 7466 (tijdens kantooruren: 8.00 tot 16.30 uur) Afdeling Eerste Hart Hulp: 088-005 6117 (buiten kantooruren) ICD verpleegkundigen: De ICD-verpleegkundigen zijn werkzaam op de polikliniek Hartrevalidatie. Zij vormen een intermediair tussen patiënt, cardioloog, technicus en andere verpleegkundigen. Zij streven naar een juiste en eenduidige informatievoorziening naar de ICD patiënt en zijn/haar familie. Het dragen van een ICD kan leiden tot psychische problemen. Ook hierbij willen zij u helpen door naar u te luisteren en/of te verwijzen naar de juiste hulpverlening. De ICD- verpleegkundige is op maandag telefonisch bereikbaar van 13.00 uur tot 15.00 uur. Telefoonnummer: 088-005 8888, pieper 3810. Ons e- mail adres :
[email protected].
Meer informatie over de ICD-verpleegkundigen is te vinden op onze website www.rijnstate.nl/ICD
15
Patiëntenvereniging STIN Stichting ICD-Dragers Nederland, Postbus 48, 3620 AA Breukelen Internet: www.Stin.nl
Bij Rijnstate kunt u telefonisch en voor de meeste specialismen via www.rijnstate.nl uw afspraak maken. Rijnstate, uw ziekenhuis in de regio Arnhem, Rheden en De Liemers. @rijnstate facebook.com/rijnstate
Rijnstate Postbus 9555 6800 TA Arnhem T 088 - 005 8888 E
[email protected] www.rijnstate.nl
076348/2016-05 Uitgave: Afdeling Marketing & Communicatie Rijnstate, 2016
Nederlandse Hartstichting Postbus 300 2501 CH Den Haag Informatielijn: 0900 3000 300 (lokaal tarief ) Internet: www.hartstichting.nl