IAB-Info Nummer 2 19 januari – 1 februari 2004
16e jaargang
Inhoud I.A.B.-mededelingen Algemene ledenvergadering van het IAB De Algemene Vergadering van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten vindt plaats op zaterdag 17 april 2004, in het Tentoonstellingspark van Brussel (Heizelpaleizen), Auditorium 2000. Tijdens deze Algemene Vergadering zal worden overgegaan tot de invulling van enkele mandaten.
«De adviserende rol van de notaris, de accountant en de belastingconsulent bij de oprichting van vennootschappen» Tijdens deze studiedag worden de voornaamste aandachtspunten bij het Wetboek van vennootschappen naar aanleiding van de oprichting en de eerste levensjaren van een vennootschap door deskundige sprekers toegelicht. Programma en praktische informatie vindt u op pagina 3. Om u in te schrijven voor deze studiedag kan u het inschrijvingsformulier in bijlage bij dit nummer gebruiken.
Stage Voordrachten stagiairs Voordrachten voor de Nederlandstalige stagiairs van het tweede en het derde jaar in 2004.
Vennootschapsrecht Actieplan Europese Commissie aangaande modernisering vennootschapsrecht en corporate governance in de Europese Unie Op 21 mei 2003 stelde de Europese Commissie haar actieplan inzake de modernisering van het vennootschapsrecht en de verbetering van de Corporate Governance voor aan de Raad en het Europees Parlement.
Aanpassing statuten tot 6 februari 2004 Het is nog niet te laat om de statuten van uw vennootschap te laten aanpassen aan het Wetboek van vennootschappen, maar u moet er wel werk van maken.
Fiscaliteit Fiscale Amnestie De fiscale amnestie is op 1 januari 2004 in werking getreden en geldt tot 31 december 2004. Maar rond de eenmalige bevrijdende aangifte (EBA) hangt nog een waas van onzekerheid. Misschien zou het beter zijn het begin van de zomer af te wachten vooraleer te beslissen.
I.A.B.-mededelingen Algemene ledenvergadering van het IAB : zaterdag 17 april 2004 De Algemene Vergadering van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten vindt plaats op zaterdag 17 april 2004, in het Tentoonstellingspark van Brussel (Heizelpaleizen), Auditorium 2000. Overeenkomstig artikel 23, § 1 van het Koninklijk Besluit van 2 maart 1989 tot vaststelling van het huishoudelijk reglement van het Instituut der Accountants meldt de voorzitter van het Instituut dat tijdens deze Algemene Vergadering zal worden overgegaan tot de verkiezing van de volgende mandaten : 1. Voorzitter De voorzitter wordt verkozen voor een periode van drie jaar, eindigend na de Algemene Vergadering van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten in april 2007. 2. Ondervoorzitter De ondervoorzitter wordt verkozen voor een periode van drie jaar, eindigend na de Algemene Vergadering van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten in april 2007. 3. Twaalf leden van de Raad, zes Nederlandstalige leden en zes Franstalige leden De leden van de Raad worden verkozen voor een periode van drie jaar, eindigend na de Algemene Vergadering van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten in april 2007. De Algemene Vergadering zal eveneens moeten voorzien in de aanstelling van twee Nederlandstalige en twee Franstalige plaatsvervangende Raadsleden ingeval een mandaat van Raadslid zou openvallen. Deze aanstelling gebeurt in functie van het aantal behaalde stemmen. 4. Twee commissarissen-titularissen, één Nederlandstalige en één Franstalige en twee plaatsvervangende commissarissen, één Nederlandstalige en één Franstalige De commissarissen-titularissen en de plaatsvervangende commissarissen worden verkozen voor een periode van een jaar, eindigend na de Algemene Vergadering van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten in april 2005. 5. Twee effectieve en twee plaatsvervangende leden met de hoedanigheid van accountant en/of belastingconsulent, zowel voor de Nederlandstalige als voor de Franstalige Commissie van Beroep van het Instituut Overeenkomstig artikel 7 van de Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten, is elke kamer van de Commissie van beroep mee samengesteld uit twee leden met dezelfde hoedanigheid of met dezelfde hoedanigheden als het lid dat voor de Commissie van Beroep voorkomt.
Dit betekent dat, – indien een lid met de hoedanigheid van belastingconsulent voorkomt voor de Commissie van Beroep : enkel leden met de hoedanigheid van belastingconsulent of leden met de dubbele hoedanigheid van accountant én belastingconsulent kunnen zetelen in de Commissie van Beroep; – indien een lid met de hoedanigheid van accountant voorkomt voor de Commissie van Beroep : enkel leden met de hoedanigheid van accountant of leden met de dubbele hoedanigheid van accountant én belastingconsulent kunnen zetelen in de Commissie van Beroep. – indien een lid met de hoedanigheden van accountant én belastingconsulent voorkomt voor de Commissie van Beroep : enkel een lid met de dubbele hoedanigheid van accountant én belastingconsulent mag zetelen in de Commissie van Beroep. Bijgevolg zullen er, met het oog op de verkiezing van het wettelijk vereiste aantal kandidaten met de wettelijk vereiste hoedanigheid(heden), bij deze verkiezingen voor elke kamer van de Commissie van Beroep maximum zes personen verkozen worden, waarvan minimum twee met de dubbele hoedanigheid van accountant én belastingconsulent. Overeenkomstig artikel 7 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen, zal het mandaat van de leden van de Commissie van Beroep eindigen na de Algemene Vergadering van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten die zal plaatsvinden in 2010. Kandideren doet u per aangetekend schrijven, gericht aan de Voorzitter van het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten, Livornostraat 41 te 1050 Brussel. Wij herinneren u eraan dat de kandidaturen uiterlijk 30 dagen vóór de Algemene Vergadering die zal plaatsvinden op 17 april 2004, ingediend moeten worden. De postdatum geldt als bewijs. Overeenkomstig artikel 23, § 2 van het K.B. van 2 maart 1989 tot vaststelling van het huishoudelijk reglement van het Instituut der Accountants moet iedere kandidatuur door ten minste tien leden gesteund zijn; deze tien leden moeten allen de kandidatuurstelling ondertekend hebben. Teneinde een juiste administratieve behandeling van de kandidaturen te verzekeren, vragen wij u om het mandaat waarvoor de kandidatuur gesteld wordt nauwkeurig te omschrijven.
«De adviserende rol van de notaris, de accountant en de belastingconsulent bij de oprichting van vennootschappen» Studiedag IAB – Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat op woensdag 18 februari 2004
Tijdens deze studiedag worden de voornaamste aandachtspunten bij het Wetboek van vennootschappen naar aanleiding van de oprichting en de eerste levensjaren van een vennootschap door deskundige sprekers toegelicht. Programma 09u00
Onthaal en koffie
09u50
Verwelkoming en algemene inleiding Johan DE LEENHEER, Voorzitter IAB
10u05
Handelen namens een vennootschap in oprichting: algemene principes en bijzondere fiscaalrechtelijke aandachtspunten Olivier CAPRASSE Advocaat, Professor ULg Hilde PELGROMS Adviseur Juridisch Departement KFBN, Belastingconsulent
10u35
Het financieel plan, de inbreng en de quasi-inbreng Gérard DELVAUX Accountant, Bedrijfsrevisor
11u05
Pauze
11u35
Vennootschap en huwelijksvermogensrecht Johan DU MONGH Advocaat, Professor K.U.Leuven
11u55
Registratierechten en inbreng Eric SPRUYT Notaris, Professor EHSAL
12u45
Lunch
14u00
Specifieke professionele bekwaamheidsvereisten en administratieve formaliteiten Philippe ERNST Advocaat, Professor UA
14u20
Sterkmaking en volmacht bij oprichting van vennootschappen Bernard TILLEMAN Professor KULAK – K.U.Leuven
14u50
Openbaarmaking van de oprichtingsakte. Het artikel 69 van het Wetboek van vennootschappen Jan VAN BAEL Notaris, Docent U.A. en K.U. Brussel
15u20
Pauze
15u50
Het uitwerken van de statuten. Bespreking van enkele bijzondere clausules : Vruchtgebruik op aandelen Luc WEYTS Notaris, Buitengewoon hoogleraar K.U.Leuven Directiecomité Pierre NICAISE Notaris, Lector aan de UCL Directeur van « Centre d’études Jean Renauld » Patrick DE WOLF Advocaat, Lector aan de UCL Vertegenwoordiging en bestuur Bernard TILLEMAN Professor KULAK – K.U.Leuven
17u00
Slotwoord door de Heer Karel TOBBACK, Voorzitter van de KFBN
Praktisch : Datum : 18 februari 2004 Duur : van 9.00u tot 17.15u Plaats : Tentoonstellingspark van Brussel (Heizelpaleizen), Auditorium 2000 Een wegbeschrijving wordt u toegestuurd bij de bevestiging van uw inschrijving. Er is parkeergelegenheid in de onmiddellijke nabijheid van de Heizelpaleizen. Talen : Nederlands – Frans (simultaanvertaling) Toegangsprijs : H 150 – H 100 (IAB-stagiairs). Syllabus, lunch en koffie inbegrepen. Bedrag over te maken op rekeningnummer 191-1582742-56 (KBC-Bank), met mededeling «Studiedag 18/02/04 + naam deelnemer» Inschrijvingen en inlichtingen : De inschrijvingen lopen t.e.m. 6 februari 2004. Stuur het inschrijvingsformulier in bijlage bij dit nummer terug naar : Kristien Michiels, tel. : 02/543 74 90, fax : 02/543 74 91, e-mail :
[email protected]. Uw inschrijving wordt bevestigd bij betaling. Attest permanente vorming : wordt ter plaatse overhandigd.
Stage Voordrachten stagiairs Voor de Nederlandstalige stagiairs van het tweede en het derde jaar worden in 2004 de volgende voordrachten georganiseerd. Data en onderwerpen van de voordrachten voor de eerstejaars worden later meegedeeld. 24/01/2004 2e jaar stagiair-accountants Bijzondere Mandaten 3e jaar stagiair-accountants Deontologie 31/01/2004 2e jaar stagiair-belastingconsulenten – 3e jaar stagiair-accountants Registratierecht 07/02/2004 2e jaar stagiair-belastingconsulenten – 2e jaar stagiair-accountants Lokale en regionale belastingen 28/02/2004 2e jaar stagiair-belastingconsulenten – 2e jaar stagiair-accountants Fiscale procedure 13/03/2004 2e jaar stagiair-accountants IAS 20/03/2004 2e jaar stagiair-belastingconsulenten Internationale belastingen
Vennootschapsrecht Actieplan Europese Commissie aangaande modernisering vennootschapsrecht en corporate governance in de Europese Unie Op 21 mei 2003 stelde de Europese Commissie haar actieplan inzake de modernisering van het vennootschapsrecht en de verbetering van de Corporate Governance voor aan de Raad en het Europees Parlement. De hierin vooropgestelde maatregelen moeten enerzijds de algehele efficiëntie en het concurentievermogen van de bedrijven in de EU verbeteren, en er anderzijds toe bijdragen dat de rechten van aandeelhouders en de bescherming van derden worden versterkt. Dit laatste met het oog op het herstel van het beleggersvertrouwen binnen de Europese Unie. Hierna worden de voornaamste initiatieven uit het actieplan kort toegelicht. 1. Jaarlijkse verklaring inzake corporate governance Beursgenoteerde ondernemingen moeten ertoe worden verplicht om een betere informatieverstrekking over corporate governance te verschaffen door bij hun jaarverslagen en jaarrekeningen een coherente en beschrijvende verklaring te voegen van hun corporate governance-structuur en hun corporate governance-praktijken (via richtlijn op korte termijn). 2. Versterking van de rechten van aandeelhouders De Europese Commissie stelt een aantal maatregelen voor die de rechten van de aandeelhouders moeten versterken. Zo moeten aandeelhouders van beursgenoteerde ondernemingen vóór de algemene vergadering langs elektronische weg toegang hebben tot de relevante informatie. Eveneens moet een reeks andere rechten van aandeelhouders (recht om vragen te stellen, resoluties in te dienen, te stemmen in absentia, langs elektronische weg deel te nemen aan algemene vergaderingen) in beursgenoteerde ondernemingen worden verbeterd. (via richtlijn op korte termijn) 3. Modernisering van de raad van bestuur – Belangenconflicten in hoofde van bestuurders belast met het dagelijks bestuur moeten worden behandeld door niet bij het dagelijks bestuur betrokken bestuurders of onafhankelijke bestuurders (via aanbeveling op korte termijn); – invoeren van minimumnormen om te kunnen vaststellen wanneer niet meer van onafhankelijke bestuurders kan worden gesproken. Meer bepaald zal bijzondere aandacht worden besteed aan het aantal mandaten dat tegelijkertijd mag worden uitgeoefend door onafhankelijke bestuurders (via aanbeveling op korte termijn); – uitwerken van minimumnormen voor de oprichting, de samenstelling en de rol van benoemings, belonings- en auditcomités (via aanbeveling op korte termijn); – uitwerken van een passende regeling met betrekking tot de informatie in de jaarrekening over het beloningsbeleid van bestuurders, gedetailleerde informatie in de jaarrekening over de salarissen van individuele bestuurders, voorafgaandelijke goedkeuring door de aandeelhoudersvergadering van aandelen- en aandelenoptieplannen waaraan bestuurders deelnemen en met betrekking tot een passende verantwoording in de jaarrekening van de kosten van dergelijke plannen voor de onderneming (via aanbeveling op korte termijn); – bevestiging in het EU-recht van de collectieve verantwoordelijkheid van alle leden van de raad van bestuur voor financiële en essentiële niet-financiële overzichten (o.a. corporate governanceverklaring); – oprichting van een Europees corporate governance forum, onder voorzitterschap van de Europese Commissie, ter bevordering van de coördinatie en de convergentie van de nationale corporate governance-codes en de procedures die de lidstaten hebben ingevoerd om de naleving en de bekendmaking ervan te controleren en te handhaven. Dit forum, dat één of twee keer per jaar zou kunnen bijeenkomen, zal bestaan uit vertegenwoordigers van de lidstaten, Europese regelgevers (incl. Committee of European Securities Regulators), emittenten en beleggers, andere marktdeelnemers en academici.
4. Instandhouding en wijziging van het kapitaal De Commissie is van oordeel dat een vereenvoudiging van de Tweede Richtlijn 77/91/EEG van 13 december 1976 met betrekking tot de oprichting van de naamloze vennootschap, alsook de instandhouding en wijziging van haar kapitaal zou bijdragen tot de verhoging van de efficiëntie en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven, en dit zonder afbreuk te doen aan de bescherming van de aandeelhouders en de schuldeisers. Een voorstel om de Tweede Richtlijn in die zin te wijzigen wordt bijgevolg beschouwd als een prioriteit op korte termijn. Bovendien moet, aldus de Commissie, worden onderzocht in hoeverre een regeling die niet zou zijn gebaseerd op het begrip wettelijk kapitaal kan fungeren als een alternatief voor de regeling inzake de instandhouding van het kapitaal. Op dit vlak kan worden gedacht aan de vereiste dat elke betaling van dividenden of andere uitkeringen telkenmale moet worden voorafgegaan door een solvabiliteitstest. Eveneens moet worden nagegaan in welke mate een alternatieve regeling voordelen zou kunnen bieden ten opzichte van de voorschriften van de Tweede Richtlijn. In het kader van de modernisering van de Tweede Richtlijn moeten de lidstaten er eveneens toe worden verplicht om – althans in beursgenoteerde ondernemingen – uitstotingsrechten (het recht van een meerderheidsaandeelhouder om de minderheidsaandeelhouder(s) ertoe te verplichten zijn/hun participatie aan hem over te dragen) en uitkooprechten (het recht van de minderheidsaandeelhouder(s) om de meerderheidsaandeelhouder ertoe te verplichten zijn participatie aan hem over te dragen) in te voeren, mits bepaalde drempels worden bereikt. 5. Herstructurering en mobiliteit van ondernemingen De toenemende integratie van de interne markt leidt ertoe dat ondernemingen steeds meer grensoverschrijdende activiteiten ontplooien in de Europese Unie. Het spreekt voor zich dat hierdoor een groeiende behoefte ontstaat aan rechtsinstrumenten die tegemoet komen aan de behoeften van de praktijk op het vlak van grensoverschrijdende fusies en de internationale zetelverplaatsing. De Commissie is dan ook voornemens om op korte termijn een nieuw voorstel van Tiende Vennootschapsrichtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies in te dienen, evenals een voorstel van Veertiende Vennootschapsrichtlijn betreffende de verplaatsing van de zetel van de ene lidstaat naar de andere. Bovendien wenst de Commissie bepaalde verplichtingen die zijn neergelegd in de Derde Vennootschapsrichtlijn (fusies van naamloze vennootschappen) en de Zesde Vennootschapsrichtlijn (splitsingen van naamloze vennootschappen) te versoepelen in specifieke gevallen waar zij overbodig zijn. Op middellange termijn zullen de nodige initiatieven terzake worden genomen. 6. Andere initiatieven – De Commissie zal op korte termijn een haalbaarheidsstudie laten uitvoeren over de eventuele invoering van de Europese besloten vennootschap, die vooral zou tegemoet komen aan de behoeften van de kleine en middelgrote ondernemingen. – De Commissie is voornemens het huidige wetgevingsproces betreffende de Europese coöperatieve vennootschap, de Europese vereniging, de Europese onderlinge maatschappij en de Europese stichting actief te steunen. – De versterking van de openbaarmakingsverplichtingen voor alle juridische entiteiten met beperkte aansprakelijkheid. Een samenvatting van de reacties op het Actieplan is terug te vinden op de website van de Europese Commissie (http://europa.eu.int/comm/internal_market/en /company/company/modern/governance-consult-responses_en.htm).
Aanpassing statuten tot 6 februari 2004 Het is nog niet te laat om de statuten van uw vennootschap te laten aanpassen aan het Wetboek van vennootschappen maar u moet er wel werk van maken. De Wet van 7 mei 1999 houdende het Wetboek van vennootschappen is in werking getreden op 6 februari 2001. Overeenkomstig artikel 24 van de overgangsbepalingen moeten de bestaande vennootschappen hun statuten aanpassen aan het Wetboek van vennootschappen binnen drie jaar na de inwerkingtreding hiervan. Deze termijn verstrijkt dus op 6 februari 2004. Zolang de statuten niet zijn aangepast, zal elke statutaire clausule die verwijst naar bepalingen die door de wet van 7 mei 1999 opgeheven zijn of waarvan de nummering door dezelfde wet gewijzigd werd, met behulp van de als bijlage toegevoegde concordantietabel, gelezen worden als een verwijzing naar de nieuwe nummering van deze teksten. Deze overgangsbepalingen voorzien ook in sancties : als de statuten niet binnen voormelde termijn van drie jaar werden aangepast, kan iedere belanghebbende de ontbinding van de vennootschap voor de Rechtbank van Koophandel vorderen. In voorkomend geval kan de rechtbank aan de vennootschap een termijn toestaan om haar toestand te regulariseren. De leden van het Instituut mogen dus niet meer talmen om hun cliënten-vennootschappen aan te sporen hun situatie te regulariseren. Wat de professionele vennootschappen betreft die door de Raad van ons Instituut vóór 29 juni 1999 – dus vóór de inwerkingtreding van de wet van 22 april betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen – zijn erkend en waarvan de statuten nog verwijzen naar de wet van 21 februari 1985 op de hervorming van het bedrijfsrevisoraat, moet deze gelegenheid te baat worden genomen om de statuten tevens in overeenstemming te brengen met deze wet van 22 april 1999. Gevolg van deze laatste statutenwijziging : de belanghebbende vennootschappen van accountants die dat wensen, zullen, mits ze aan de daartoe gestelde voorwaarden voldoen en als ze dat verzoek nog niet hebben gedaan, om hun inschrijving op de lijst van de belastingconsulenten kunnen verzoeken.
Fiscaliteit Fiscale amnestie : wachten tot de zomer om van de EBA te profiteren ? De fiscale amnestie is op 1 januari 2004 in werking getreden en geldt tot 31 december 2004. Maar rond de eenmalige bevrijdende aangifte (EBA) hangt nog een waas van onzekerheid. Misschien zou het beter zijn het begin van de zomer af te wachten vooraleer te beslissen. Sinds 1 januari en tot 31 december 2004 kunnen de Belgen die belang hebben bij de eenmalige bevrijdende aangifte (de fiscale amnestie), tenminste in theorie, bij hun bankier of bij de fiscus naargelang het geval, het geld of de fondsen aangeven waarvan de belastingadministratie geen kennis heeft. En dat, mits betaling van een boete van 9 % of 6 % naargelang het geval. Dat heeft de eenmalige bevrijdende aangifte (EBA), de politiek correcte naam voor de fiscale amnestie, te bieden. Juridische onzekerheid Eén van de redenen die bepaalde belastingplichtigen nog doet aarzelen om gebruik te maken van de fiscale amnestie, heeft betrekking op het feit dat het Arbitragehof over zes maanden – vanaf de inwerkingtreding van de EBA – beschikt om een uitspraak te doen en de wet eventueel op te schorten wegens discriminatie, zowel tussen de «begenadigden» onderling als tussen «begenadigden» en plichtsgetrouwe belastingplichtigen. En dan hebben we het nog niet over een eventueel beroep ingesteld door de Europese autoriteiten. Daarenboven moeten nog een aantal andere hindernissen uit de weg worden geruimd, inzonderheid betreffende de draagwijdte van de fiscale amnestie. De amnestie zou met name ook moeten gelden voor de niet-aangegeven nalatenschappen. Maar deze belastingen vallen onder de bevoegdheid van de Gewesten. Om de belastingplichtigen te garanderen dat geen rechtsvervolgingen zullen worden ingesteld, moeten de drie Gewesten een amnestiedecreet (of -ordonnantie) goedkeuren. En dat is nog niet gebeurd. In Vlaanderen is er nog altijd geen politieke meerderheid voor dergelijk decreet. Eén der partijen heeft immers laten weten dat ze tegen de uitbreiding van het toepassingsgebied van de fiscale amnestie tot de successierechten gekant is. Met andere woorden : het is goed mogelijk dat, in Vlaanderen, de nalatenschappen slechts na de gewestelijke verkiezingen van 13 juni eerstkomend kunnen worden geregulariseerd. De Waalse en Brusselse Parlementen van hun kant zullen waarschijnlijk nog een aantal weken nodig hebben om dergelijke regelgevingen goed te keuren. En het ziet er niet naar uit dat ze er voor februari, zelfs maart, mee klaar zijn. Ondertussen is het best mogelijk dat er een fiscale amnestie met verschillende Gewestelijke snelheden ontstaat. Zijn deze onzekerheden van zodanige aard dat ze het succes van de EBA zouden kunnen schaden ? Het lijdt echt geen twijfel dat de kandidaten voor fiscale absolutie wel zullen wachten en deze teksten zullen willen zien alvorens zich opnieuw de fiscale maagdelijkheid aan te meten. Ook al om hun persoonlijke situatie uitgebreid te bestuderen. En om het nog ingewikkelder te maken, wijzen we erop dat het, na het arrest van het Hof van Cassatie van 23 oktober 2003, moeilijk zal worden om de opbrengst van, zelfs een lang vervlogen, fiscale fraude te repatriëren buiten het kader van de EBA. Aangezien de financiële tussenpersonen, ingevolge dit arrest, zouden kunnen worden aangeklaagd wegens het witwassen van de opbrengst van fraude, met inbeslagname van de bewuste sommen tot gevolg, zullen ze voortaan wel veel voorzichtiger zijn. Een argument dat voor de EBA kan pleiten : waarom zou u, nu de Beurs bijna vier jaar futloos is, per slot van rekening geen premie van 6 % of 9 % betalen om uw geld op de grote dag te kunnen gebruiken en u te wapenen tegen ieder fiscaal onderzoek ?
Nog een reden om voor de fiscale amnestie te kiezen : de Europese richtlijn tot hervorming van de spaarfiscaliteit die in zekere zin aan de oorsprong van de EBA ligt. De inwerkingtreding van deze richtlijn voorziet, vanaf 1 januari 2005, in een automatische informatie-uitwisseling (voor 12 landen) met betrekking tot vastrentende vermogens die Europeanen in landen waarvan ze geen inwoner zijn aanhouden of in een, eveneens automatische, inhouding van een voorheffing op in België, Luxemburg of Oostenrijk geïnde interesten. Met andere woorden : de Belgische fiscus zal vernemen dat u nietaangegeven geld in het buitenland hebt. In het geval van Luxemburg bijvoorbeeld, zult u later aan een hogere roerende voorheffing worden onderworpen dan degene die in België geldt. Met de aangekondigde afschaffing van de effecten aan toonder en de reeds bestaande anti-witwaswet, ziet het er naar uit dat het tijdperk van het zwarte geld in België voorgoed is verstreken. Of toch bijna. Volgens sommigen zou de inwerkingtreding van de richtlijn (die onderworpen is aan de goedkeuring van gelijkwaardige maatregelen in derdelanden zoals Liechtenstein, de Kanaaleilanden, Andorra, Monaco, San Marino alsook de Britse en Nederlandse gebieden van de Antillen) op de volgende Ecofintop van juni 2004 opnieuw worden uitgesteld, bij gebrek aan akkoord met één van deze landen. In dat geval zou de fiscale amnestie bijgevolg kunnen worden verlengd tot na 31 december 2004. Als we daaraan toevoegen dat de oppositiepartijen sterk gekant zijn tegen de fiscale amnestie, zal het u niet verbazen dat sommige belastingplichtigen moeilijk een beslissing kunnen nemen voor de afloop van de verkiezingen van juni dit jaar. Dat zou kunnen verklaren waarom de EBA pas na de zomer succes zou oogsten (als ze al succes oogst).
(501/NB I.A.B.)
© 2004 Alle rechten voorbehouden. Noch deze publicatie, noch gedeelten ervan mogen worden gereproduceerd of opgeslagen in een retrieval systeem, en evenmin worden overgedragen in welke vorm of op welke wijze dan ook, elektronisch, mechanisch of door middel van fotokopieën, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De auteurs, de redactie en de uitgever streven naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie waarvoor ze echter niet aansprakelijk kunnen worden gesteld. Verantwoordelijke uitgever: J. De Leenheer, IAB, Livornostraat 41, 1050 Brussel (tel. (02) 543 74 90, e-mail:
[email protected]) IAB-publicatie, in samenwerking met Kluwer uitgevers, Ragheno Business Park, Motstraat 30, 2800 Mechelen.