I N H O U D
V A N
D
I
T
N U M M E R
Van de redaktie *
124.
UIT HEDEN EN VERLEDEN VAN KINROOI
Uit een bijzonder zwarte tijd... "Het zwarte boekje" Een domein weer in de aktualiteit: WALBORG - Een kasteelruïne en zijn laatste bewoners Molenbeerselse berichten uit de eerste wereldoorlog (vervolg) Meditatie van een lijnvisser Pelgrimstocht van Kinrooi naar Rome anno 1787 Familiekroniek Kraewinkels Molenrecht te Kessenich Van meer dan een halve eeuw gel éden.. Geplogenheden bij overlijden en begrafenis Kurieus... (Bidprentje van Peter Silkens) Perikelen rond de tram Maaseik-Weert (vervolg en slot) Jaak Boonen (1875-1944) "Drie mensen" (gedicht)
125. 130. 138. 142. 145. 146. 148. 150. op
152. en 153. 157. 158.
Bij wat romantische muziek (vervolg) *
159.
WAAT MAAG PET IN GODSHIERENAAM BETEIKENE ?
Euver boumspek en mörge pèère...
163.
a AANWINSTEN HEEMBIBLIOTHEEK
165.
* NIEUWE PUBLIKATIES
^7.
« VRAAG- EN ANTWOORDRUBRIEK
170.
86/02 Naamgeving waterplassen Maas (vraag)
170.
86/03 Santiago De Compostela (vraag)
170.
* TENTOONSTELLINGEN
171.
* KONGRESSEN - JAARVERGADERINGEN STUDIEDAGEN AANSTAANDE VRIJDAG 20 JUNI OM -20.00 UUR: LAATSTE LEDENVERGADERING VOOR DE VAKANTIE IN "BUURTHUIS HEES" AAN DE SCHOOLSTRAAT TE HEES -KESSENICH! *
173.
UW UITNODIGING EN DE AGENDA VOOR DEZE BIJEENKOMST IS AFGEDRUKT OP BLAD - 175. KRINGWERKING ZIJDE 178 IN DIT NUMMER. LEES EERST BLADZIJDE 178 !!! - ARCHIVARIS PETER ROOST KOMT SPREKEN OVER ONZE BUURGEMEENTE THORN ! Verslag van de 48ste ledenvergadering van vrijdag 11 april 1986
175.
* UIT ONZE LEDENFAMILIE
176.
* MUSEUMNIEUWS "Molenmuseum Molenbeersel" en eerste » KOMENDE AKTIVITEITEN VAN ONZE KRING
177. Officiële aktiviteiten
opening 177. 178.
Uitnodiging 49e ledenvergadering op vrijdag 20 juni 1986 178. Uitnodiging vergadering "Kieke nao vreuger" op dinsdag 26 augustus 1986 178. Uitnodiging werkbezoek aan St.-Truiden, Kolen en Zoutleeuw, 23 augustus 178.
Van de redaktie
Uit heden en verleden van Kinrooi
UIT EEN BIJZONDERE ZWARTE TIJD.,
H E T
Z W A R T E
BOEKJE...
Van Mevrouw Mia Rutten-Greefkens, zijn enige dochter, kregen wij inzage van de luttele "persoonlijke bezittingen", zoals men dat in het gevangeniswezen pleegt te noemen, haar en haar man bezorgd nadat vader in de gevangenis te Brussel was gestorven. Niet veel natuurlijk; in hoofdzaak enkele aandoenlijke papieren.
Over hulp aan geallieerde piloten tussen 1940 en 1944 heeft Jozef Bussels een boek laten verschijnen in 1981. Het heet "De doodstraf als risico" en uit de inhoud, die gans Limburg be-r strijkt, blijkt maar al te zeer hoe waar dit was .. Het .Geistinger "geval", met als hoofdfiguren pastoor Alfons Overman en Pieter Greefkens wordt behandeld blz. 23-33. (1) Het lijkt goed dat er studies en boeken verschijnen rond de veelal tragische gebeurtenissen tijdens en na de oorlog: steeds meer verdwijnen er kroongetuigen en "mensen die het meemaakten" en de geschiedenis van de oorlog tegen de vijand, later de bezetter, is in honderden details nog onvolledig of ver- vervrongen weergegeven.. Het blijkt overduidelijk uit wat men nu op touw zet : verhalen over Oost-fronters, het verzet, terreur in Limburg, televisie reeksen van ene De Wilde en anderen .. Om dan nog niet te spreken van de triestige tijd : die van een soms regelrechte burgeroorlog in 1944-1946 en nog later ..
125.
Pieter Greefkens ° 24.11.1861 + 15.08.1941
KAN DE GESCHIEDENIS NU OF ZELFS OOIT GESCHREVEN WORDEN ? Het zal wel altijd een "kleur" hebben en het is ook uiterst moeilijk de verschillende brokjes van de puzzel bijeen te brengen. Dit is waar voor lang gèleden, wat dan toch een afgesloten periode heet : denk aan de bokkerijders. Het is, zelfs met nog heel wat getuigen bij de hand, misschien nog moeilijker voor wat een veertigtal jaren geleden is Dan zijn er immers remmen : begin van legendevorming; eerzucht van mensen die er belangrijker uit willen komen dan het was. . ; overgeërfde atavismen; misschien levende verwijten.. Dit alles om u voor nu en voor het vervolg met deze soort geschiedenissen te waarschuwen ! In afwachting -zo hopen wij toch- dat ooit "waarheid" bovendrijft en ook geschreven wordt (maar dan vooral aan de hand van echte "bewijzen") mag en moet verzameld rond "het geval " Overman-
Greefkens; pastoor Spitz; Theo Brouns en zo heel wat meer nog. Op bijzonderheden gaan wij nu en hier niet in ... PIETER GREEFKENS Pieter Greefkens is in duitse gevangenschap bezweken ®p 15 augustus 194T. Na een gevangenschap van veertig dagen en de terdoodveroordeling op 9 augustus (samen met de pastoor die op 13 november werd vrijgelaten). PIETER GREEFKES (2) Pieter waas in Amerika gewéès, woe ze mét van diej mesjiene wirke; zeöbbe dao ouch houte kirke en driej kier zoe dikke birke en e soort van buffel-véès . . Pieter zach tét en wèè lachdje és ter kaldje van veugelkeszact, van boumbókse, troet oppedaot met polfer: dèt kan gei kwaot.. Détter looch, waas waat wéé dachte.. Pieter looch neet, wiste we later.. Héè haaj wirkelik veul gezeen veur der mét tant Bil wól zeen die gare verkocht métte streen aanne steinwèèch toe noch vol gater
"Nónk Pieter" "Tant Bil"
Den tram dèé veel dao stil, de masjinist ging e pötje drinke van dèt beer van naober Vïncke woe oppe stoep de mèèchtjes hïnke en gart Jang zeuktj nao zene bril. Zoe ging dèt in Röstige tieje: men haaj tiet of men pakdje hum zich; oppe rèt dao haardje men de zicht, men vènj déttet gèt kos lieje.. Pieter waas ene groete man: drooch inne perséssie den hemel, waas biej kirk- en biej sjoel-gewemel, wos raot veur rópsen en memel : jao, ne man dèè van alles kan.
Dao veel zwaore sjeem euver 't lant: de ielènj van oorloch en striet.. En dêèn Amerikaanen tiet bekans vergèète, oet jeucht zoe wiet sjreef ouch Pieters naam in het zant..
126 .
Pieter was inderdaad in zijn jonge ja- ren iri Amerika geweest. Ook een broer van hem, terwijl zijn zus Anna als zuster van liefde daar praktisch haar hele leven doorbracht, vooraleer zij op haar oude dag terugkwam om te Maaseik te sterven. Hij was er een. twaalftal jaren geweest en het mo et gezegd dat hij er vaak nog vol van was. Zijn kennis van het Engels is hem trouwens fataal geworden.. Het waren ten slotte twee oude mensen die in die zomer werden opgepakt: de pastoor was er toen 73 en Pieter, zijn voorzitter van de kerkfabriek was bijna 80 ! Met zijn gezondheid ging het overigens maar "stilaan": pillekes en zo. . HET ZWARTE BOEKJE ... _____________________ Wij komen aan onze bijdrage : "het zwarte boekje".. Had hij het in Amerika geleerd ? Waarschijnlijk. Pieter droeg altijd zo'n zwart "kalpinke" met zich mee, en een potloodje. Hij noteerde zo wat hij dacht dat moest onthouden worden.. Een gelukkige gedachte (ik wou dat meer mensen dat deden ! ..) Het is met hem mee de gevangenis ingegaan op 5 juli 1941. Een medegevangene heeft er nog een tekening ingezet in inkt, dus kopieerbaar. Zijn eigen heel korte notities kunnen niet gereproduceerd; een tachtigjarige met een stomp potloodje; ziek; allicht soms de kluts kwijt: terdoodveroordeeld !.. We geven de tekst hier getrouw weer: wie goed Engels kent zal zelfs merken hoe het Engels zich hier en daar doorzet. . Intrede in het belgische . juli 8 JULI 12 bezoek ontvangen van Jef Henkens bracht brood 1 hemd'1 neusdoek 12 ontvangen naamloos 50 gram tabak (onleesbaar) en zeep 13 bezoek van Martinus en Lisken de groeten van de brigadier der gendarmen te Hasselt
127.
Eerste bladzijde van het dagboekje van P. Greejkens
14 geweegt 81 kgr 15 stortbad genomen aangezwollen in den el boog 16 bij den doctoor bezoek van Jules arm nog altijd dik zeer dikke hand 17 hand niet beter 19 hand beter 19 had bezoek van broeder Henkens 20 zondag bezoek van Henry Dreesen 17 in verhoor geweest op kommandatuur 21 bezoek van Liza Overman 21 stortbad genomen bij doktoor bezoek van Mme Claps 22 bezoek van Martinus 22 brief van Maria 24 bezoek van Henry Overman x J. Rutten 26 bezoek van Jef Henkens 27 zondag bezoek van Liza Neele en kleine druiven van eenen vriend uit Rothem order van morgen te vertrekken naar Brussel 20 man
28 naar Brussel vert. 9 u aank. 12 geen middag alleen in cel 29 in celule met 3 den ganschen dag gezeten in nr. 336 30 Woensdag viziet bij doctoor terwijl anderen wandelen ganschen dag gezeten en fransch gazet gelezen 31 eene halve uur in den gang gestaan dan naar den Haubtmann drie kwartier ver eenen anderen gang gestuurd ieder op toer bij den Haubtmannn nix uitgericht AUGUSTUS 1 meest den ganschen dag gezeten kwartier gewandeld heb op den stoel geslapen en heb pijn in de zij eenen scheut in de zij 2 nog altijd de scheut een dag zonder eind kwartier wandeling 3 zondag mis scheut in de rug was gedaan maar nu erg in den arm een langen dag in de sel 's morgens mis geen wandeling 4 om 8 uren wandeling \ uur en gimnastik heb veranderd van cel nu met twee walen katholiek goede jongens 5 wandeling namiddag gewogen 2 k meer als Officiële mededeling uil de gevangenis Hasselt zonder jas goed bed slecht geslapen arm dik gezwollen jicht in de beenen dikke voeten boys maakten een goed bed redelijk geslapen 6 visit bij den docter hij sprak van hospitaal kreeg een nieuwen matras en 1 deken er bij. 3 uren promenade vonnis. TEr dood veroordeeld nu 7 8 uren promenade Ik ben niet uitgeweest konden wij nog daartegen inbrengen Ik niet fel geslapen op die nieuwe matras te vraagde vermoedelijke ontlasting geen dik gevuld geen doktoor gezien geen nieuws gevolg petitie indienen binnen 3 dagen namiddag werd een man zot, hij werd weg voor Gratie Heb Seline nog gezien in gebracht het uitgaan. 8 heb goed geslapen jicht wat weg den arm 10 Zondag geene mis den ganschen dag beter voeten nog altijd dik geen nieuws gezeten en gelegen. Heb aanvraag voor 9 's morgens voor het eeten bericht van naar kwijtschelding der straf geschreven door huis te gaan, maar den oto in en naar het Barbier cellehroer haden eenen goeden krijgsgerecht, wij troffen Seline Henkens als kouden midag. getuige ook den engel ander was daar, recht 11 's morgens een gansch dik been, kan niet tegen mij getuigd het verhoor heeft eenen gaan, om 9 uren heeft een soldaat mij in hal ven dag geduurd onder het requisitorium den arm genomen naar den do gebracht heeft Mr. Pastoor geslapen. Op het leste is en naar het militairen hospitaal gebracht de jury teruggetrokken en de rechter las het daar wilde ze mij ook niet daar geweest tot midag. het hart en den rug onderzog en gedaan 12 niets meer gehoord van doctor, maar mijn been is erger 128.
heb bezoek van Martinus te huis alles goed, hebben eene petitie en gestuurd bij ton Falkenhausen Hebben mij beloofd dat ik morgen den doctor zal hebben 13 Geen nieuws geen doctor Bij midag een stuk worst ieder kreeg een pak van winterhulp 1 doos sardinnen 1 doos vleesch 2 stukken peperkoek I K kristalizer suiker 1 doos con- fi tuur 14 Geen bezoek van doctor Een brief van Maria alles dik gezollen voeten beenen arm dik en doet pijn mijne stem klinkt niet meer 15 .......................................................... Slechte nacht laat ................... Geene mis om 5 uren kwam bericht naar huis maar na lang wachten kwam bericht tot morgenvroeg hier blijven en dan naar het hospitaal. Vandaag voor de eerste maal ingespuit.
"Vandaag voor de eerste maal ingespuit" Met deze schamele woorden eindigt het kort rel aas.. Een "document humain" zeggen de geleerden . "Mijne stem klinkt niet meer" "Slechte nacht".. Het was een zwarte nacht voor de fami lie. Ook voor het dorp waar hij - en dat is geen frase - "alom" geliefd was. Het bidprentje is, voorzichtig, erg sober gehouden.. ***
Ik zie hem, in betere tijden, nog tussen zijn ongewoon gewas staan : dat "veugelkeszaod", wat -zei hij tegen de op de tram wachtende studenten - door de amerikanen geplant en gezaaid werd als andere oogstdreigde te mislukken .. Ik zie hem nog aan Luurs kepèlke de hemel dragen in de processie en met zijn witgehandschoende hand op het "los land" een hoop aarde grijpen om mijn in brand geschoten wierookvat te doven. De snoterkop van een "naoliezige koerjaong" was heel ver
129 .
schrikt (het was het kostbaar "zilveren" wierookvat !) en er zou weil erg gegrommel komen .. na de processie .. Ik vertelde moeder naderhand van die buitengewone "tegenwoordigheid van geest" want daar znu ik in geen honderd jaar aan gedacht hebben.. Pieter wel.. Maar die was ook in Amerika geweest !
DONAAT SNIJDERS, o.s.c. VOETNOTEN ________________________________ _ (1)
J. Bussels. De doodstraf als risico 1981 - p. 23-33 . -
(2)
Uit : "Van vreuger" van D. Snijders 1975.
EEN BLIK OVER DE M AAS HONDERD METER BUITEN ONZE GRENZEN : EEN DOMEIN WEER IN DE AKTUALITE IT :
W A L B 0 R 6
EEN KASTEELRUINE EN ZIJN LAATSTE BEWONERS (1)
(Van onze verslaggever)
In Ohé en Laak OHE EN LAAK - De eigenaars van Kasteel Walburg in Ohé en Laak. de dames Vencken uit Meerssen, hebben gisteren aan een reportageteam van Gewest tot Gewest van de NOS de toegang tot het terrein geweigerd om tv-opnamen 4e maken, Het team wilde een reportage maken van de ontgrindingen in het 800 inwoners tellende Maasdorpje. Daarvoor werden interviews met inwoners afgenomen en zouden opnamen van Kasteel Walburg worden gemaakt Dat werd echter door de eigenaars geweigerd
edert 1633 zijn er veel jaren vervlogen en is er veel water door de Maas gegaan. Driehonderddrieenvijftig jaar geleden schaakte de heer van Stevensweert, Herman Frederik van den Bergh, de zestienjarige abdis Josina Walburgis van Leeuwenstein-Wertheim-Rochefort.. tot haar groot genoegen uit de abdij van Thorn en bouwde hij het kasteel Walborg aan de Maasoever. Over deze romantische en schandaal-veroorzakende geschiedenis hebben wij breedvoerig verhaald in "Uchteravondvertellingen I": "De abdis die zich graag liet schaken" (2).
Dames jagen Nosteam kasteelterrein af Monument Het kasteel komt voor op de momumentenlijst. Vorig jaar werd het complex door de dames Vencken voor 1,4 miljoen aan Stevol BV uit Nijmegen
verkocht om het terrein kunnen ontgrinden. Tot werkzaamheden plaatsvinden mogen dames Vencken nog van grond gebruik maken.
te de de de
Jachtgeweer
Iaat toch ook niet iedereen uw huis binnen”, was het commentaar van een van de dames toen om de reden van weigering werd gevraagd. Dat het tv-t«am mei een jachtgeweer van de terreinen zou zijn verwijderd leek haar onwaarschijnlijk. Bij na- vraag bieek daar ook bij de politie niets van bekend. Het tv-team maakte toch nog haar opnamen. Vanaf de Hompesche molen werden met een telelens shots van het kasteel gemaakt. „XJ
Van aan de Spaanjerd keken wij tot aan de tweede oorlog op dat kasteel en meester Juul Poukens schreef erover in zijn "Van Nu en straks"-verhalen, zoals een Ophovens jongetje dat zag en waarnam: (3) "Waar is de tijd, dat Waiborg aan gene kant de Maas bewaakte; Walborg, als een op wachtliggende leeuw met vooruitgestoken poten; Walborg met zijn typisch uiterlijk, zijn witgekalkte muren, zijn blauwleien dak, zijn kenmerkende schoorstenen, zijn vele vensters met kleine ruitjes. "Walborg" zegden onze mensen; in de annalen van Ohé en Laak staat "Walburg" en ik heb ook wel eens ergens gelezen dat het "Malberg" zou zijn. Wie er meer over wil weten, zou het aan Jan Geer- kens moeten vragen.
130.
Ik weet er juist zoveel van als alle die van
weinigen zullen ze ooit gezien hebben en
boven de zestig er over weten te vertellen:
wanneer mijn vader of mijn moeder zaliger me
driehonderdvijfenzestig vensters,
vertelden dat die van Walborg protestanten
tweeënvijftig deuren, twaalf poorten - een
waren en dat de dominee van Stevensweert hun
lusttuin met veel bomen en heesters, een
pastoor was, dan vroeg ik hoe protestanten er
groentetuin met grote serren van bloemen en
uit zien en of die meer dan vier poten hebben
groenten, een boomgaard met duizend
.
fruitbomen: appelen, peren, kersen, noten, pruimen, abrikozen, zelfs appelsienen, citroenen en vijgen. Die appelsienen werden niet rijp, ze bleven groen, wrang en werden rot; ook de citroenen en vijgen. Op Walborg was een ijskelder, waar ijs in bewaard werd en wanneer iemand de mizerère had, liep men daar ijs halen om het, volgens dokters raad, de lijder op zijn buik te leggen, die dan 's anderendaags of zo dood was. Het domein Walborg strekte zich uit vanaf Roosteren tot voorbij Stevensweert en Maasbracht. Het werd bewoond door een gravin, "de gravin van Walborg". Ik heb ze nooit gezien, ik heb ze me zelfs nooit kunnen voorstellen, maar ik heb altijd gedacht dat ze verschrikkelijk groot moet geweest zijn en dat het geen mens was gelijk een ander. Daar waren ook "Freules" op Walborg; Milke Vandoren van Maaseik, die per fiets reed, en "bonjour" zei, ging die elke week pianoles geven; aan het Wit Paard werd overgehaald met de privé- pont van Walborg en ook weer teruggebracht . Die freules heb ik ook nooit gezien en toch reed de koets van Walborg hier herhaaldelijk voorbij: met het veer werden ze overgezet; twee zwarte paarden er voor met pluimen op hun kop, een koetsier op de bok en een lakei, rechtstaande op de achtertrede; die waren in groene livrei met koperen knopen en ze hadden zwarte, glimmende hoge hoeden op. Dat was een teken dat de gravin of de freules binnen zaten, maar de gordijntjes waren dan toegeschoven. Soms zaten koetsier en lakei nevens elkander op de bok, dan was het spul van binnen leeg. Ik heb ze nooit gezien en
131 .
Zo zagen het onze Ophovenaren. Lang. Eigenlijk een paar eeuwen lang. Er huisde adel die zich opvolgde: na van den bergh: Van Limburg-Bronkhorst-Stirum; van Hompesch, met als voornaamste telg Rei nart Vincent, die de molen liet bouwen die zijn naam draagt en met wie Walborg zijn hoogste glorie beleefde. Dat was rond 1700. Hij was het die daar aan de Maas op grote voet leefde. Hij hield er zowaar een soort hofhouding op na. Hij verrijkte het kasteel met die beroemde en beruchte prachtige paardenstal voor 24 paarden, met kribben uit artistiek bewerkte natuursteen, waarboven zich een rij van witte glanzende tegels bevond.. In die stal stonden er verder 24 houten pilaren waarop het mooi bewerkte plafond rustte. Verleden jaar zag ik nog de prachtige vloer. Het was niet voor niets nóg onderwerp van de gesprekken in mijn jeugd. De mensen zeiden daarbij dat 't "oos Hier nao de ouge stêèken waas": paarden huisvesten op zo'n prachtige vloeren, terwijl de meeste mensen het nog moesten doen met een... lemen vloer... De geweldige molen was in 1722 voltooid, door een kaarsrechte laan verbonden met het kasteel, ruim een kilometer verder. In 1733 stierf deze grote bouwheer zonder nakomelingen. Er kwam een zijtak te wonen, die zich van Heyden-Hompesch noemde; door huwèl ijken verder de familie de Riedesel d'Eisenbach. Ene Karei van die naam is de geschiedenis ingegaan als een soort "germaanse ridder- boer", die er letterlijk op de klompen bijliep.. Hij was daarom een zeer populaire figuur. Hij overleed in 1855 en
ligt begraven op één van de twee "protestantse" kerkhofjes te Stevensweert. Hij was twee keer getrouwd, met ene de Riggé, die in 1875 overleed. Er bestaan niet zoveel foto's van de familie en van het kasteel; wat geen verwondering baart: het bestond nog niet af nauwelijks. De op zich prachtige tekeningen -veelal gemaakt om de heren te believenzijn, evenmin als die vroegere oude kaarten betrouwbaar. . Men kijkt zich bijvoorbeeld de ogen uit op een prachtige gravure van van Afferden, die de indruk wekt of men een klein Versailles aanschouwt daar aan de Maasboorden.
Zo komen wij stilaan bij onze bekende "freules", waar meester Poukens over vertelt, dochters van het echtpaar de HompeschRürich en de Riedesel d'Eisenbach, inderdaad eerder "Pruisen" te noemen.
Adolph-Marie Charles Frangois de HompeschRu'rich 1834-1893. x Barones de Riedesel d’Eisenbach 1840-1910. 3 kinderen: zoon: 5 jaar gestorven 2 dochters: 1. Karla Josephina Her- mine Eleonore Arnaille 2. Renée Eleonore Frederica Arnaille Joséphe Frangoise x De Seters
132.
Het kasteel was eigendom van de barones, zodat de volksmond wel gelijk had met de bewering dat "de graaf er zomaar bijliep", ingetrouwd. Hij was ridder van de Johannieterorde, maar toen hij na zijn huwelijk overging tot het protestantisme wilde zijn familie hem niet eens meer erkennen. Zelfs zijn stervende moeder wilde hem niet ontvangen. Hij schreef artikelen tegen al wat katholiek was. De kleine protestantse "gemeente" in Stevensweert vond in hem een groot weldoener. Hij restaureerde de protestantse kerk in 1864 en overleed in 1893. Zijn vrouw in 1910.
Hun enig zoontje is in 1867 op vijfjarige leeftijd overleden. Hij ligt te Stevensweert begraven met een franse tekst op zijn steen (al wat toen deftig heette sprak., natuurlijk Frans). Aandoénlijk is het graf daar van de gouvernante van het kind, Eleonora Fabricius. Wat ik nog nooit heb gezien: ze heeft zelfs TWEE grafstenen: één in 't Frans en één in haar moedertaal: het Duits. Zij stierf op Walborg in 1877 in de leeftijd van 59 jaar.
Karla (met een hele rits verdere namen erachteraan) van Hompesch-Rürich huwde tweemaal en overleefde haar beide echtgenoten. Zij stierf te Obbicht in 1918. "Men" zegt: in eerder armelijke omstandi gheden. De jongere Renéé (etcetera) trouwde met de gepensioneerde generaal-majoor de Seters in 1914. Zij waren toen allebei "laatbloeiers".
Het was met de grote dagen van Walborg al een tijdje gedaan. Vijf jaar na dit huwelijk verkocht de Seters, op 21 februari 1919 het hele bezit. Heel spoedig kreeg hij daar spijt over en... kocht hij alles weer terug. Met grote verliezen was hij evenwel, wegens geldgebrek, weer verplicht tot verkoop!..
Hij was blijkbaar geen gemakkelijk heerschap: om de herinnering aan Walborg te laten verdwijnen nam hij zich zelf voor het archief te laten vernietigen; iets wat gelukkig ten slotte op het nippertje vermeden werd.
Wij zijn aan de laats ten toe: de twee overgebleven meisjes. Het kasteel verdween voor een groot deel: uitverkocht! Waardevolle stukken werden stuksgewijze verhandeld, uitgebroken, te gelde gemaakt. In het huis van mijn grootvader te Geistingen belandde zo een trap met sierlijke spijlen... Met het landhuis als zodanig ging het onherroepelijk bergaf. Tussen 1919 en 1924 verdwenen steeds sneller schoorsteenmantels, binnendeuren, hele vloeren, meubelen. Hoeveel en wat precies is onbekend. Er bleef in 1925 niet veel méér over dan de grote achterbouw en de monumentale schuur, die wij er in onze jeugd nog wisten. De grote vleugels, de "vooruitgestoken leeuwepoten" werden met de grond gelijk gemaakt: er kwam vee. Het grote park werd deels wildernis, deels fruitaanplanting.
Het middenstuk bij de vorige foto's is hier duidelijker en groter weergegeven op de foto links. Hier zijn blinden en een rijker dak, waarbij de talrijke
schoorstenen beslist opvallen. Rechts vertrekt, opzij van de hoofdvleugel, de koets waar meester Poukens het over heeft.
Hier ziet U de binnenkoer, van buitenuit gezien (U merkt het torentje, rechts van de paardenstallen). De buitenmuur telde drie poorten in de gewitte muren (met rondboog): U ziet er twee volledig en een in aanzet. Rechts hiervan is dan de geweldige schuur en de boerderij.
oude
boerderij van
Als mijn generatie weg is, zullen alleen de oude kaarten overblijven. 135 .
Walburg
Hier de voorzijden, naar de Maas toe gekeerd. De op deze foto, met de Maas in de rug genomen, grote vleugel rechts, vertoont een goede geleding van brede vensters met hardsteen omlijst. De schouwen waren zwaar: het is hier te zien. Vooraan is het bekende "prieel". De korresponderende vleugel links op de foto is veel bescheidener.
geen "kasteel" meer verwoest. Er zul len alleen ruïnes verdwijnen.
Op het ogenblik dat wij dit uitschrij ven rest nog alleen een troosteloze aanblik op de laatste resten van de binnenkoer: men herkent nog wel iets met de vorige foto's voor ogen uit be tere dagen.. (Muurresten paardenstallen; onderste stuk van de beroemde W.C.'s.. stukje van de boerderij..)
Wij wilden het neg even vastleggen.. Voor nu en voor het nageslacht.. Dat er nog en weer eens een plas bij zal hebben. . N O T E N (1) De tekst komt in hoofdzaak uit de publikaties van mijn konfrater Willem Sangers; de schaarse en daarom wel kostbare foto's uit diverse publikaties . (2) Donaat Snijders, "IJchteravondver- tellingen I" - Een Maaslands verhalenboek met een eerste reeks van vijfentwintig, Geistingen, 1979. (3) Oorspronkelijk verschenen in "'t Bazuintje", jrg. 2, nr. 10. Heruitgegeven door de Geschied- en Heemkundige Kring Kinrooi, "Alleen voor mensen van boven de zestig.. Van Nu en Straks", Kinrooi, 1979. (Nog verkrijgbaar op het sekretariaat aan de prijs van 60,-fr., exkl. verzendingskosten) .
De verwoesting werd bespoedigd door beschieting in 1944. Ook dit -zo laat het zich maar al te zeer aanzien- zal binnen afzienbare tijd door de grijpgrage baggermolens weggegraven worden.. Nee, er wordt dan W A L B O R G
(4) Donaat Snijders, "Nimmersti1", Geistingen, 1983, blz. 10.
(4) voor M. Maessen van Ohë en Laak
Vuil blekt een muur van 't slot, voorgoed verlaten. Verwoest. Een windvaan kwarsend in de wind. Er groeit wild gras door spleten en door gaten en langs de schuurmuur, levenloos en blind. Hier schreden heren ooit, waar freules zaten en kant-gekleed liep er een spelend kind, stil hopend dat de groten het vergaten en het kon lópen, haren in de wind. Toen leefde '"t Huis" hier aan de eeuwige stroom, waarover schepen stil, blankzeilig gleden naar verre oorden: Venlo, Rotterdam. Het puin ligt vaal. Het is verdwenen droom, met heimwee naar een rozerood verleden, dat ging. En dat helaas nooit wederkwam. DONAAT SNIJDERS 137 .
MOLENBEERSELSE BERICHTEN UIT DE EERSTE WERELDOORLOG
(vervolg)
In het vorige nummer van dit tijdschrift publiceerden we het eerste deel van deze "Molenbeerselse berichten uit de eerste wereldoorlog". Wie kan ons foto's bezorgen van Molenbeerselse "oud-strijders" (in bruikleen)? Bestaat een foto met alle oudstrijders van Molenbeersel? We zullen ze graag opnemen bij deze bijdrage!
Nummer 7 - juni 1917 Een landbouwer uit de gemeente moest de Mof zijn paard afstaan voor 1.300,-fr. Hij kocht een os in de plaats en betaalde hem 1.700,-fr. -Onlangs werd hier het huwelijk ingezegend van Petronella Bakkers (dochter van Jengsken uit de Groezen) met Willem Moonen (zoon van Doorken uit het Broek). Voorbeelden strekken: enige dagen later volgde de zuster van de bruid, Catharina, het voorbeeld en trad in het huwelijksbootje met Mathieu Cuypers van Kinrooi . -Een drietal inwoners ener naburige Hollandse gemeente, aangelokt dorr de hoge daglonen, waren naar het Moffen- land vertrokken. En inderdaad, zij verdienden er van 7 tot 10 mark per dag, doch konden met geld in de hand nergens aan eten geraken. Weldra kwamen ze terug thuis, half dood van de uitgestane ellende en zwerende dat men ze niet meer zou beet hebben. Een goede les, voorwaar ! -Twee zonen van de heer T., het alom geacht gemeenteraadslid, zijn ook gelukkig over de moordende draad geraakt; weldra zullen ze hun drie dappere broeders op het front komen vervoegen. Vijf broeders, die naast mekaar voor Koning en Vaderland tegen de snode o- verweldiger strijden, wat een prachtig voorbeeld ! Deze laatste ontvluchting beet de Mof bitter in de neus. E.V.E. en de dienstdoende burgemeester werden te Maaseik, desaangaande voor de krijgsraad gedagvaard. Ze kwamen er met de schrik af.
Nummer 8 - jul i 1917 Rond de 70 kinderen uit het Walenland zijn alhier bij de mensen gehuisvest. Het is diep aandoénlijk te zien hoe die arme schaapjes zich verheugen weer eens 'n buikje vol te krijgen. Velen lopen reeds mee naar school en leren vlaams dat het klinkt, terwijl onze bengels er ook een mondvol waals doorheen slaan. Prachtig voorbeeld van vaderlandsliefde ! -Onze bekende dorpsgenoot Baens Theodoor (Veltjes Door), wiens vrouw deze winter gestorven is, trad voor de tweede maal in 't huwelijksbootje, op zestigjarige leeftijd, met een jeugdige dochter (24 jaren) van Segers Nielke uit Kinrooi, die bij hem als meid diende. Heeft Baens niet altijd gezegd dat hij "ne vieze" was ? -De tram Maaseik-grens loopt nog altijd, ofschoon weinig regelmatig. -We zijn er fier over weer 1.000 mark boete gekregen te hebben. Jos B... en Jaak M..., beiden broeders van twee onzer dappere mannen van de vuurlijn, trokken de sperdraad over en zijn op weg om u een handje toe te steken de pruis te "zwaarsen". -Daar gaan er hem zoveel lopen dat de Mof er van vervaard wordt; daarom is hij nu bezig langs de ganse grens de sperdraad nog een goede meter te verhogen. Allemaal niets gekort, Mofje lief ! -Enige personen stonden hier aan de draad te praten met de bewoners van de
138 .
overkant, iets wat de Pruis tot dan toe toegelaten had, toen eensklaps een paar pinhel men te voorschijn sprongen en alle gevankeilijk meenamen. Zeker weer kwestie om de lui wat geld af te troggelen. Zulke vuige plannetjes vindt alleen een Mof uit. -Moffen in burger gekleed schooien de huizen af en trekken niet zelden de grens over om maar al te kopen wat eetbaar is. De hollandse wacht heeft reeds enige van die "smausen" de grens over gedreven.
Nummer 9 - augustus 1917 _______________ Overlijdens: de oudste dochter van Mathijs Van Deur (Vazen), zuster van onze vriend en wapenbroeder Jan Van Deur die we onze innige deelneming aanbieden. De vrouw van Hendrik Baens (Zooie Rieks- ke) die negen minderjarige kinderen achterlaat; het jongste, slechts vier weken oud, wordt door de liefdadige Wwe Steensels verpleegd, van de anderen wilde zich de zwaarbeproefde vader niet schei den.
139 .
De vrouw van Johannes Akkermans (Makke Henske). De Wwe Denier (Truye Jen). Mathijs Se- gers (Hubus Ties op de Manestraat), Monne Berbke. Jan Gielen (Boumer Jan, echtgenoot van Huuskes Trui). Math. Ti- rium (op Donker) . Geboorten: een zoon bij Mathieu AritsDriesser (Smeetsstraat). Een zoon bij P. Peltzers-Truyen (aan de kerk). Een zoon bij Lamb. Keyers-Verheyden. Een dochter bij Jan Coolen-Smeets. Een dochter bij Wi1h. Brouns. -Geen week gaat er voorbij of er komen in ons dorp vluchtelingen aan uit alle hoeken van 't overweldigd vaderland, die dan meestal gelukkig de grenzen o- ver geraken. Helaas, allen gelukt het niet de dodende sperdraad met goed gevolg te overschrijden; zo bleef er op 13 juni een reeds bejaard heer uit Luik aan dood. Diezelfde dag werden vijf jongelingen bij de grens door de Moffen aangehouden en meegevoerd. -Er gaat ook haast geen dag voorbij of er worden bij deze of gene huiszoekin-
gen gedaan, natuurlijk zonder gevolg, want de mensen zijn die domme Mof te plat af. De woningen gans op de grenzen gelegen, doet hij ontruimen. Zo móest Meu- len (Heibloem) verhuizen en heeft een onderkomen gevonden bij Hoeser Ties; Jacob Aendekerk moest bij zijn schoonmoeder (Schreven) gaan inwonen. -De Moffen, zowel "veldezels" als stumpers van soldaten, die hier langs de grens rondlopen, zijn echte "armoe- pensen". Ze leven hoofdzakelijk van wat hun de hollandse smokkelaars, na voorafbetaling over de draad werpen. De officieren vertonen zich als het ware broed van die ikzuchtige vermetele Pruisische kuituur: een hoop verwaande zotten, kale praalhanzen, stijve domkoppen, die zelfs hun eigen soldaten erger behandelen dan slachtvee.
Ook trekken deze met ganse benden de grens over. Van 25 juni tot 8 juli kozen er niet minder dan 25 het hazepad en van achter komen er nog! Vijf kwamen er hier uit Brussel aan, alle gebrekkige kerels: twee met een ferme bult, de derde was een hinkepoot, de vierde had een paardenvoet, nummer vijf miste drie vingers aan de linkerhand. Ge kunt u geen denkbeeld vormen hoe blij die mannen waren zich op het hollands grondgebied te bevinden en hoe diep ze er van overtuigd zijn dat gans "groszes Deutschland" naar de knoppen is ! -Op 12 juni werd de hofstede van Theod. Baens, langs de steenweg van Molenbeersel naar Kinrooi, gans door de brand vernield. Zelfs geld en klederen bleven in de vlammen; alleen het paard en twee varkens konden gered worden. De brand brak uit terwijl de echtgenoten Baens om voeragie waren. -Daar de Mof verboden had nog na 7 uur te tappen, trokken enige jongens van 1 t Winkel op Pier van Transvaal af, denkende daar op de hei vrij spel te hebben. Maar de Mof had lont geroken; hij kwam de kaartpartij onderbreken en begon andere troef te spelen. Pier kreeg 500 mark boete en zijn klanten
elk 25 mark. Maar goed dat er aan de baggenhandel nog een centje vast zit. -Bij Kunnen de slachter, waar de bevoorrading van het steunkomiteit zijn waren huisvest, stal men drie hespen en andere levensmiddelen. Een paar Moffen zouden het gedaan hebben !
Nummer 10 - september 1917 ______ Men meldt ons het overlijden van: Johannes Henckens, landbouwer (Vlaaster Jan), Elisabeth Stevens (Slichte Bet- je), Renier Voorter (Klokke Nierke). -Het hooigras werd geveild en gepacht aan 1.000 tot 1.500,-fr. de hektare. -De Moffen hebben ellendige armoede (Goddank!) en bedelen de mensen af voor alles wat maar enigszins eetbaar is; ze zijn op niets vies gevallen. Echt zwijnenras !
Nummer 11 - oktober 1917 De oogst valt nogal mee en hadden we er alleen mee te delen dan viel er hoegenaamd geen klagen, doch helaas ! De mof eist het leeuwenaandeel, en waren onze boerkens hem niet veel te plat, wat zou er ons overkomen. Ofschoon het koren in 't algemeen goed in heeft, dorst de pruis slechts vier vaten van de tien hopen: de mof ziet beteuterd langs zijn neus en de boer lacht in zijn vuist. -Onzeggelijk is het met welke gulhartigheid de lieve kleintjes uit 't Walenland hier behandeld worden; men zou haast denken dat er de eigen kinderen voor achteruit moeten staan. Maar ze hebben ook zo'n verleidelijke manier om zoentjes te geven en onze stuurse boerenvrouwen als mamaatje te betitelen, dat ze onweerstaanbaar zijn. -Een Pruis die 't leven moe was -en hoeveel zijn er zo niet?- dacht een werkdadig middel uit om zich van die last te ontdoen, Hij ging met het hoofd op de geëlektriseerde draad liggen. Dit hielp want toen men hem vond was zijn
140 .
gen gedaan, natuurlijk zonder gevolg, want de mensen zijn die domme Mof te plat af. De woningen gans op de grenzen gelegen, doet hij ontruimen. Zo móest Meu- len (Heibloem) verhuizen en heeft een onderkomen gevonden bij Hoeser Ties; Jacob Aendekerk moest bij zijn schoonmoeder (Schreven) gaan inwonen. -De Moffen, zowel "veldezels" als stumpers van soldaten, die hier langs de grens rondlopen, zijn echte "armoe- pensen". Ze leven hoofdzakelijk van wat hun de hollandse smokkelaars, na voorafbetaling over de draad werpen. De officieren vertonen zich als het ware broed van die ikzuchtige vermetele Pruisische kuituur: een hoop verwaande zotten, kale praalhanzen, stijve domkoppen, die zelfs hun eigen soldaten erger behandelen dan slachtvee.
Ook trekken deze met ganse benden de grens over. Van 25 juni tot 8 juli kozen er niet minder dan 25 het hazepad en van achter komen er nog! Vijf kwamen er hier uit Brussel aan, alle gebrekkige kerels: twee met een ferme bult, de derde was een hinkepoot, de vierde had een paardenvoet, nummer vijf miste drie vingers aan de linkerhand. Ge kunt u geen denkbeeld vormen hoe blij die mannen waren zich op het hollands grondgebied te bevinden en hoe diep ze er van overtuigd zijn dat gans "groszes Deutschland" naar de knoppen is ! -Op 12 juni werd de hofstede van Theod. Baens, langs de steenweg van Molenbeersel naar Kinrooi, gans door de brand vernield. Zelfs geld en klederen bleven in de vlammen; alleen het paard en twee varkens konden gered worden. De brand brak uit terwijl de echtgenoten Baens om voeragie waren. -Daar de Mof verboden had nog na 7 uur te tappen, trokken enige jongens van 't Winkel op Pier van Transvaal af, denkende daar op de hei vrij spel te hebben. Maar de Mof had lont geroken; hij kwam de kaartpartij onderbreken en begon andere troef te spelen. Pier kreeg 500 mark boete en zijn klanten
elk 25 mark. Maar goed dat er aan de baggenhandel nog een centje vast zit. -Bij Kunnen de slachter, waar de bevoorrading van het steunkomiteit zijn waren huisvest, stal men drie hespen en andere levensmiddelen. Een paar Moffen zouden het gedaan hebben !
Nummer 10 - september 1917 _______ Men meldt ons het overlijden van: Johannes Henckens, landbouwer (Vlaaster Jan), Elisabeth Stevens (Slichte Bet- je), Renier Voorter (Klokke Nierke). -Het hooi gras werd geveild en gepacht aan 1.000 tot 1.500,-fr. de hektare. -De Moffen hebben ellendige armoede (Goddank!) en bedelen de mensen af voor alles wat maar enigszins eetbaar is; ze zijn op niets vies gevallen. Echt zwijnenras !
Nummer 11 - oktober 1917 De oogst valt nogal mee en hadden we er alleen mee te delen dan viel er hoegenaamd geen klagen, doch helaas ! De mof eist het leeuwenaandeel, en waren onze boerkens hem niet veel te plat, wat zou er ons overkomen. Ofschoon het koren in 't algemeen goed in heeft, dorst de pruis slechts vier vaten van de tien hopen: de mof ziet beteuterd langs zijn neus en de boer lacht in zijn vuist. -Onzeggelijk is het met welke gulhartigheid de lieve kleintjes uit 't Walenland hier behandeld worden; men zou haast denken dat er de eigen kinderen voor achteruit moeten staan. Maar ze hebben ook zo'n verleidelijke manier om zoentjes te geven en onze stuurse boerenvrouwen als mamaatje te betitelen, dat ze onweerstaanbaar zijn. -Een Pruis die 't leven moe was -en hoeveel zijn er zo niet?- dacht een werkdadig middel uit om zich van die last te ontdoen. Hij ging met het hoofd op de geëlektriseerde draad liggen. Dit hielp want toen men hem vond was zijn
140 .
schedel gans doorgebrand en zijn zwijnenogen hingen hem tot onder zijn kinnebakken.
rijst, gerst of havermout in de maand, wat erwten en bonen, een beetje suiker en een handvol koffie... hoepel daar maar mee op !
-De genaamde Eng... van Bree, die alhier in 1 t Broek aan de draad dood bleef, stond aan 't hoofd van een geduchte dievenbende. De gemeente Bree had zijn hoofd op prijs gesteld en 1.0, -fr. uitgeloofd aan wie hem dood of levend overleverde. De Duitsers hadden hun grenswachten last gegeven hem bij de eerste gelegenheid neer te schieten. Eng... hield zich vooral in de bossen schuil en randde onmeedogenloos alle voorbijgangers aan.
-Onlangs trokken op 'nen viezen keer 12 feldgrauen met eens de grens over en zopen zich te Str... bijna te bersten van plezier de spuigaten uit te zijn. Konden ze dat maar allemaal klaar spelen !
-Onze naburige Hollandse bevolking heeft het ook niet meer te breed en zij is voor verschillende eetwaren op rantsoen gesteld. - (Allerlei): Jaak Janssen, van Molenbeersel, bevindt zich nu in het I.M.I.O.H. (Tehuis voor oorlogsinvalieden) te Sainte-Adresse.
Nummer 12 - november 1917 Het spreekt van zelf dat geen enkel inwoner van onze gemeente gedacht heeft aan kermis vieren. Hard werken en voor onze jongens bidden, dat zijn de enigste bezigheden van de brave bevolking. Maar de Mof had het anders voorzien en daar we steeds een sterke grenswacht hebben, zocht hij er wat moed en vrolijkheid in te blazen bij deze gelegenheid. 's Zondags 's namiddags dan kwam de "kapelle" van Maaseik af met een hele stoet staakrechte, dikneuzige en breedmuilige officieren, schreeuwbont gekleed -men had op voorhand alle varren met dubbel keten moeten vastleggen- dikopgevulde, sterk bepoederde "frau- lein" en een paar kale jonkheden, waarvan we voor 't ogenblik maar liever zwijgen, om de feestelijkheid bij te wonen en op te luisteren. Dat er geen Molenbeerselaar te verre of te na te zien was, spreekt van zelf. -Onze hollandse geburen klagen stenen uit de grond omdat ze zo streng gerantsoeneerd zijn. Luister maar: een half pond brood per dag en per kop; 1 ons
141 .
Nummer 13 - december 1917 Niettegenstaande de strenge grensbewaking, trekken nog gedurig Mofse weglopers naar Holland. Een Duits officier, die een ronde deed langs de grens in 't Broek, zocht tevergeefs naar een post van 15 man door een "Veldezel" -lees feldwebel- aangevoerd. Zelfs zijn schreeuwen als een speenvarken, zijn "gesakker" als een helleduivel of zijn urenlang turen door de verrekijker, brachten hem niets verder: zijn mannen hadden het naar Stramproy afgestapt. -De tramlijn Maaseik-Weert is terug in bedrijf. Volgens men ons schrijft loopt de tram van Maaseik tot aan de grens, waar de reizigers moeten overstappen op de tram die hun van daar naar Weert brengt. Uiterst strenge maatregelen worden toegepast. Zo bijvoorbeeld is het de garde van de ene tram onder de zwaarste bedreigingen verboden te spreken tot die van de andere tram. -Het is bijna onmogelijk een pas te bekomen om zich, al was het maar voor een paar uren en om reden van familiezaken, naar de ene of andere naburige Hollandse gemeente te begeven. Toch is er onze zeer eerw. Heer Pastoor nog i geslaagd -waarschijnlijk omdat hij Hollander is- een viertal dagen bij zijn achtbare zusters te mogen gaan doorbrengen ter gelegenheid van Weert kermis. -Uit een brief van 6 november knippen wij: de mensen zijn hier, Goddank, nog goed gezond, hebben genoeg te werken en ook genoeg te eten, ofschoon alles peperduur is. Zo bijvoorbeeld: een ei 65 centiemen, een vet zwijn van 1.700 tot 1.800 frank, een goede koe rond de 2.500,-fr.
Wat een boerenmens moet aankopen is ook zo ijselijk duur: kolen 120,-fr. de 1.0 kg., koffie 40,-fr. de kg., een gewoon kostuum 200,-fr., een paar schoenen 150,-fr. en zo verder, alles wat men maar nodig heeft. 't Spreekt van zelf, dat onze goede boeren niet meer kopen dan dat wat ze hoogst nodig hebben en dat er zuinig en karig geleefd wordt in afwachting dat de tijden weer verbeteren. -Men meldt ons het overlijden van M.B. Verstappen; Fransen Pieter-Johannes; de vrouw van Mathys Kunnen (Jepkes Tieske) -Ofschoon het wel streng verboden is zonder toelating van de mof zijn eigen varkske te kelen, weet menig boerke daar toch wel een steeltje aan te passen. Zo lapte het hem ook Mathijs S. (Hubes Ties), maar de mof kreeg er kennis van en kwam den armen Ties 't varken uit de pot halen. Waren die verwenste Pruisen maar niet zo sterk, he! Ties ? -Einde oktober werd een veulen geveild van 4 maanden voor 1.600 frank. -De Mof rekende uit dat een boerengezin, uit acht personen bestaande, maandelijks recht behield op 61 kg. graan.
Waarlijk niet te veel om brood te bakken !
(Allerlei): Onze wakkere strijdmakker, Thomas Rachels van Molenbeersel, die zich voor een paar maanden inscheepte om ons heldhaftig koloniaal leger te vervoegen, laat ons weten dat hij welvarend te Durban, in Afrika, is aangekomen om vandaar de reis voort te zetten. Zijn nieuw adres luidt: Thomas Rachels, onderofficier van de Openbare Macht, Belgische koloniaal troepen, Bèlgisch Congo, langs Dar-es-Salam. (Briefwisseling): Wij zijn eindelijk zo gelukkig onze makkers van Molenbeersel de adressen te kunnen meedelen van hun twee wapenbroeders, krijgsgevangen in Duitsland: -Kunnen Jacob, 14e linie, Kriegsgefan- genen nr. 136, Stammlager, Parchim, Deutschland. -Royens Theodoor, 2 Bat on 5 cie, nr. 568, Mannschaftsgefangenenlager, Truppenübungsplatz, Alten-Grabow, Deutsch- 1 and. De Maeseyckenaar zal die twee vrienden niet vergeten !
MEDITATIE VAN EEN LIJNVISSER Morgen ga ik vissen...! Op voorhand verheug ik me reeds in een dag zonder woorden en cijfers, die in hun fantazieloze eentonigheid een formele uitspraak doen over het wel en het wee van de Vlaamse boerenstand. Geen kriepende deuren, geen raam dat open en toe moet naargelang de onbekende willekeur van kollega’s en ook geen lift die vlak vóór je neus vertrekt terwijl je door het spionnetje nog juist kunt zien hoe een juffrouw, met de rug naar je toe en het gelaat in de spiegel, haar lippen wat bijwerkt. Naar het waarom daarvan kun je raden, net zoals naar d e vele andere waaroms die tussen het leven van elke dag een vraagteken plaatsen. 142 .
Morgen is dat uit. Geen woorden, geen telefoon, een ganse dag alleen met jezelf en met alleen maar wat rode pieren naast je in een potje. Mijn zonen alle vier hebben zich vandaag op een bijzonder toegewijde wijze ingespannen om in onze tuin, hetzij onder de bessenstruiken, hetzij onder de bloeiende prinsessebonen, te zoeken naar de vetste en roodste eksemplaren van de door vissen meest gegeerde pierenvariëteiten die er in onze hof voorkomen. Ten einde elke ontsnapping te voorko men, hadden ze de pieren met een dikke koord aan elkaar geregen zodat ze, bij mijn thuiskomst, met gezichten als zonnen, me een sliert pieren lieten bewonderen, waarvan ze zeker waren dat ze me zou bevallen. Ik heb ze dan maar met dankbaarheid aanvaard terwijl ik hen verzekerde dat geen vis, te land of ter zee of waar ook ter wereld, aan hun lokaas zou kunnen weerstaan. Toen ze sliepen heb ik een nieuw potje pieren gevangen, terwijl ik diep in mijn binnenste een schuldgevoel gewaar werd omdat ik mijn kinderen bedrogen had. Vissers hebben over 't algemeen een gevoelig geweten, net zoals jagers trouwens en andere stropers. Ook mijn vrouw heeft haar aandeel gehad in de voorbereiding. Deze morgen heeft ze kempzaad gekookt, zodat ik nu met bewondering kan kijken naar de witte kiempjes die uit het harde zwarte zaad komen kruipen.
Tenslotte trek ik naar het bos en vul er mijn blikken doos met grote strijdlustige bosmieren. Ze kijken me gloeiend kwaad aan en bijten me kwaadaardig in mijn kuiten. Met de zalige zekerheid dat het morgen dé dag zal zijn, leg ik me te bed en ik sluimer in met het beeld van de wonderbarevisvangst voor ogen. In mijn droom komen ze één na één naar me toe: de grote wilde snoek die als een "meteoor" door het water flitst, het frele rietvoorntje met zijn zilveren maliënkolder, de groen-gele baars met vinnen als een vlag op een schip, de brasem die er uitziet alsof hij gans zijn le ven tussen twee zware stenen werd plat gedrukt. Ze komen naar me toe en vechten als wilden om toch maar eerst aan het aas van mijn angel te geraken. De dobber zwalkt in wilde kolkingen over de stroom en verdwijnt opeens met een forse ruk in de diepte. Ik zet me schrap en wil de lijn intrekken, doch mijn handen zijn machteloos. Het monster trekt me het water in. Ik voel de koude stijgen rond mijn benen, mijn borst, mijn keel. Wanneer ik op het punt sta helemaal in het water teverdwijnen, word ik wakker. Ik ben nat van het zweet.
* * *
De wekker loopt af. Vier uur. De laatste jaren heb ik regelmatig met heimwee teruggedacht aan de tijd, reeds lang geleden, toen ik nog de moed had om vier uur 's morgens op te staan alleen maar om de zon te zien opgaan en te kontroleren of onze leraar latijn geen zever vertelde wanneer hij in de klas beweerde dat de "aurora musis arnica" is. In die tijd werkte ik meest- .al nog pro deo, ik schreef namelijk gedichten. Ik zal dus weer eens de zon zien op gaan .
143 .
Ik werp de lijn uit in de rivier. Over het water drijven grijsgrauwe mistslierten, restanten van de verfomfaaide kleren van geesten en heksen die de ganse nacht over de rivier hebben gedanst. In het oosten strijkt de dageraad met haar roze vingers' over het blanke gezicht en het zwarte haar van het slapende Sneeuwwitje. Iets van de geest van Homeros, Vergilius en Andersen komt over me, maar gelijktijdig ook het gevoel van machteloosheid om uitdrukking te geven aan die wereld zonder... geld en ekonomie. De lucht trekt open en over de rode wolkenbanken heen zoekt het licht zijn weg naar het westen, het zuiden en het noorden. Kleine witte wolkjes troepen boven mijn hoofd samen tot de huif van een wijtewagen. Koeien loeien aan de overzijde van de Maas. Zo hun boter niet mag ingevoerd worden, dan kan het overwaaien van hun geloei geen kwaad voor de veiligheid van onze inlandse melkproduktie. Geërgerd zet ik deze "ekonomische gedachte" van me af. Ze past niet in deze serene sfeer van beroepsloze mijmering. Een snok aan mijn dobber. De spanning wipt als een aap in mijn leden. Weer 'n snok. M'n handen trillen van verwachting: zal ie groot of klein zijn? De dobber schiet de diepte in. Ik ruk even. Ik voel de weerstand in mijn vingertoppen terwijl mijn hart enkele onverwachte kloppingen heeft. Zachtjes haal ik in tot de witvis in een zilveren schittering aan de oppervlakte verschijnt. Voorzichtig haal ik helnnaar de oever toe. Nu het schepnet. Terwijl ik de lijn met de linkerhand vasthoud tracht ik met de rech ter het schepnet onder de vis te schuiven. Eindelijk is het gelukt. Ik trek de angel uit zijn bek en duw hem voorzichtig in het leefnet dat ik terug in de rivier leg na het achter een steen te hebben vastgesjord. Ik veeg
mijn kleverige handen af aan het gras, doe drie verse bosmieren aan de angel en werp de lijn weer in. De dobber drijft rustig. Achter de dijk ontwaken de geluiden van de dag. Ik hoor gerinkel van melkemmers uit de nabije hoeve en over de weg dokkert een wagen. Ik zie alleen de schuddende kop van het paard en 't hoofd van 'n man met 'n pijp ervoor. De vis in het leefnet spartelt. Ik kijk even. Het is 'n mooie dikke vis... Zou hij er ooit aan gedacht hebben dat het vandaag zijn dag zou worden? Wellicht heeft hij al die jaren maar gezwommen en gespeeld en gevreten wat er voor zijn neus kwam, precies of er nooit een einde zou komen aan het dartele spel van zijn leven. Ben ik ook niet 'n beetje "vis", zo nu en dan? En hoe lang zal mijn spel duren? En als je eenmaal de hand van de Grote Visser om je borst voelt, wat zal Hij dan van je zeggen ? Nee, nu geen zware gedachten ! De zon stijgt. Ze vlamt op mijn blote kop, op mijn armen en benen. Naast me bruist het water van een beek die met een kleine waterval in de rivier valt. Over de stroom tuffen schepen tot aan de rand geladen met kiezel. De schaduw van de kerktoren aan de over kant kringelt over de lichte golfjes. De zware tonen van de middagklok waaien open over het water en over de ritselen de tarwevelden achter de dijk. Ik open mijn boterhammenzak, eet, mijmer en geniet. Ik wuif naar de man in de zeilboot die voorbijkomt. Hij zit op het achterdek, de handen onder het hoofd, alleen met het water en de glooiende dijken. Hij groet terug. Wij zijn broers, van de rustige eenzaamheid. Weer werp ik de hengel uit... JAAK VANDEWEERDT (Geistingen, 1962)
PELGRIMSTOCHT VAN KINROOI NAAR ROME ANNO 1787
Of er vandaag de dag in de biechtstoel nog penitentie gegeven wordt laat ik in het midden. Toen wij jong waren kregen we wel eens vijf onze vaders en vijf weesgegroeten te bidden, voor penitentie. Onze ouders moesten al wat meer bidden, maar onze voorouders kwamen er soms maar bekaaid af. Je hebt zeker al gehoord dat bepaalde lieden voor penitentie op tocht moesten naar St.-Jacob van Compostella in Spanje. Een Roomse reis als je het me vraagt, honderd en meer jaren geleden ging het allemaal te voet, door onherbergzame streken, temidden van vele gevaren.
Welnu, in een archiefstukje uit 1787 ont dekten we dat een inwoner uit Kinrooi op pelgrimage trok naar... Rome. Ook niet bij de deur als je het me vraagt. Op 7 februari 1783 maakte Maria Haemers, weduwe, (haar man heette Hendrik Bosmans) haar testament. Hier gaan de bepalingen van dat testament : 1)
Vijf stuiver aan de kerk van Kessenich.
2)
Aan Maria Bosmans, de nagelaten dochter van haar zoon Peter Bosmans, de som van 50 gulden.
3)
Aan haar zoon Joannes Bosmans 100 gulden.
4)
Aan haar dochter Elisabeth Bosmans 60 gulden.
5)
Aan haar zoon Mathias Bosmans 100 gulden.
6)
Aan haar zoon Hendrik Bosmans 200 gulden.
7)
Aan haar zoon Wilhelmus Bosmans, al haar goederen.
Dit testament werd opgesteld ten huize van Maria Haemers te Kinrooi. Getuigen waren: Joannes Teuwen en Maxi- miliaan Van de Walle. Het testament werd overgemaakt aan notaris Eggelen. In een bijgevoegde nota lezen we: "Mathias Bosmans heeft op 12 april 1787 de som van 200 gulden ontvangen uit handen van Wilhelmus Bosmans, hem door zijn moeder vermaakt voor de bekostiging van een pelgrimsreis naar Rome".
14b.
Rest nu nog alleen de vraag waarom Mathias Bosmans zo nodig naar Rome wou. Het kan ook dat het hier gewoon gaat over de inlossing van een 'belofte'. Of dat Mathias Bosmans zo godsdienstig was dat hij de paus, het hoofd van de katholieke kerk, wel eens in levende lijve wou zien. Van Kinrooi te voet naar Rome. Zal het hem ooit iemand nadoen? MET KALABAS, PALSTER EN SCHARPE. Men kon in de Middeleeuwen op bedevaart gestuurd worden, zowel wegens mondelinge beledigingen als uit hoofde van man- of doodslag, lezen we in een oud artikel. Alles hing af van de omstandigheden van de zaak, van de plaatselijke gebruiken en van de ... rechters. In vele gevallen kon het slachtoffer de pelgrimstocht afkopen. Hij die rijk was (denk maar aan de lo- telingen) had altijd een voetje voor. Wie geen losgeld kon betalen ondernam de opgelegde tocht voorzien van kalebas, palster (staf) en scharpe (reiszak). Geen van de boetelingen mocht terugkomen zonder behoorlijke getuigschriften te kunnen voorleggen, zoniet werd hij voor 33 jaar of voor 99 jaar (zeg maar voor altijd) uit het land verbannen . Uit de overlevering weten we dat een ander persoon uit Kinrooi, een voorouder van de stam Symkens, op bedevaart 'moest' naar het verre St-Jacob van Compostella in Spanje. Het blijkt dat hiervan nog een en ander terug te vinden is in het familiearchief.
NIKOLAES OP 't BROEK UIT VUCHT.
FAMILIEKRONIEK KRAEWINKELS
In 'Maaslandse Sprokkelingen’ (oktober 1980) staat het verhaal van Nikolaes Op 't Broek uit Vucht die op 14 april 1840 zijn Rometocht aanvatte, samen met zijn metgezel Willem Peeters. Roger Janssen schrijft in de inleiding: "Van in het begin gold zo een pelgrimage als een boetedoening, die spontaan doch meestal opgelegd en met dwang werd aanvaard. Zowel kerkelijke als burgerlijke rechtbanken verwezen de veroordeelden naar het een of ander bedevaartoord. Als voornaamste zijn bekend: Rocamadout (Rutsemedouwe), SintJacob in Com- postelle Spanje), Vandöme (Loire), Kevelaer, O.L.Vrouw van Loretto en Rome enz..."
icie
Wellicht was Mathias Bosmans door dezelfde gedachte bezield als Nikolaes Op 't Broek uit Vucht waar die zegt: "Toen ik nauwelijks de ouderdom van 20 jaren bereikt had werd ik zo door godsdienstigheid of eerder nog door nieuwsgierigheid gedreven, dat ik het besluit nam om Rome te zien, kost wat kost, ik zou onze H.Vader de Paus Gregorius XVI bezoeken, al moest ik daardoor ook het leven derven".
PIET HENKENS
Gesprek in de Hees met een oud-brikkebakker: "Water, gank mich toch gauw! Gèèf mich mer ene gooje borrel!" "Dan motj gèè toch waal met eur jao- re 'n iezere gestel höbben?" "Det is het noe zjust: ich ben bang det het geit rossen..!"
De familiegeschiedenis van dit Maaslandse geslacht werd geschreven in 1971, toen de Kraewinkelsen hun eerste familievergadering hielden. In dit fraai uitgegeven familieboek lezen we dat de oudste gekende stamvader een zekere Godefridus Krouwinkel was, die ca. 1636 te Maaseik woonde. Hij had liefst twaalf kinderen, maar dan wel uit twee huwelijken : zijn eerste vrouw was een zekere Anna en zijn tweede heette Mechtildis van Kempen. Slechts twee van de acht zonen huwden te Maaseik en van deze twee stammen ook alle Kraewinkelsen af die men in alle hoeken van Limburg en ook daarbuiten kan aantreffen. Merkwaardig in de familiegeschiedenis is de vondst van een muntstuk, dat te GeistingenOphoven gevonden werd en waarop naast het randschrift "Rechen Pfenninge van Dawanus Kraewinkel" ook het familiewapen of beter het huismerk geslagen werd. Het toont ons een aardteken of wereldbol met band en kruis en stelt het overwinnende kristen- dom voor. Men zou hieruit kunnen besluiten dat onze Dawanus Kraewinkel een
146 .
zeer godvruchtig man was, maar ook en met meer zekerheid dat hij handelaar is geweest. Het was vroeger immers gebruikelijk dat sommige landeigenaars die ook in de stad een winkel hielden hun eigen munt lieten slaan. Denken we maar aan Willem van der Meer van Tongeren, die méér dan 200 jaar geleden zijn arbeiders met eigen gemaakt geld uitbetaalde, geld dat uiteraard alleen geldig was in zijn eigen winkel. Het is ook mogelijk en zelfs niet uitgesloten dat het alleen maar pasmunt of kleingeld was, dat bij gebrek aan wisselgeld in gebruik genomen werd. Er zijn trouwens nog grootwarenhuizen die een soort rekenmunt, uit plastiek gemaakt, gebruiken bij de terugbetaling van het leeggoed. De Kraewinkelsen waren dus gewiekste zakenlui en handelaars, maar dat zijn ze niet altijd gebleven. Ze hebben zelfs zeer uiteenlopende beroepen uit- geoefent, gaande van landbouwer en dagloner tot herbergier, koperslager en loodgieter. In de 18de eeuw waren Pieter, Theodoor en Leonard Kraewinkels kerkmeester en burgemeester te Ophoven. Eén van hen, nl. Pieter had weinig of geen geluk in het leven, want in 1754 liet Baron Filip van Waas Hendrik Molenaers radbraken, Pieter Paesen hangen en Pieter Kraewinkels onthoofden. Dit wrede vonnis heeft onze bloeddorstige edelman ook geen geluk gebracht, want enkele jaren later werd hijzelf door een jongeman koelbloedig neergeschoten en zijn zuster stierf, zoals onze Pieter, onthoofd door de guillotine te Parijs.
Waar komt deze eigenaardig klinkende familienaam Kraewinkels nu vandaan ? Wel, van een plaatsnaam en het bewijs hiervoor is het Kraewinkelshof te Ophoven, een oud laat- of cijnshof. Reeds in 1506 werd het door een zekere Johannes, die men Kraewinkels noemde, voor het leenhof van Kuringen verheven. Het woord "winkel" moet men hier niet zien in de betekenis van een opslagplaats of ruimte waar men handel drijft. Maar als een stuk land waar vermoedelijk veel kraaien neerstreken. Ook elders in ons land en in Europa zijn zulke plaatsnamen gekend en de familienaam kan dan ook op verschillende plaatsen ontstaan zijn. Bekend voor ons zijn de families Krahewinkel in Saksen en Van Kraaiwinkel in Brabant. Dit Brabants geslacht heeft het in de loop der tijden niet slecht gedaan, want het werd in de persoon van Barthelemy Van Kraaiwinkel door Karel II in 1687 in de a- delstand verheven. Deze Barthelemy was de kleinzoon van Jan Van Kraaiwinkel, die soldaat was bij de lijfwacht van Keizer Karel V. Tot dit geslacht behoorde ook Jan Frans Van Kraaiwinkel, die in 1779 een leenhof kocht te Geetbets. Over al deze edele en minder edele takken hebben de afstammelingen van Bella Bruystens en Jacobus Antonius Kraewinkels op hun familiereünies reeds dikwijls nagekaart.
FRANCIS G00LE en PIET SEVEREYNS
147 .
MOLENRECHT TE KESSENICH
Meer dan honderd jaar geleden publiceerde ene G.D.F. in de eerste jaargang van "De Maasgouw", 1879, nr. 77 d.d. 24.04.1879, een vondst uit het rijksarchief van Maastricht. Het is niets 'bijzonders' wanneer we dit stuk vergelijken met andere uit de 17 eeuw, maar omdat P.Bouveroux er in zijn degelijk en uitvoerig artikel 'Over de dwangmolens der heerlijkheid Kessenich" (Verzamelde Opstellen, Hasselt, 1943) geen gewag van maakt, al weet hij veel te melden over de betrokken molen, meenden wij dat het stuk, na zoveel tijd, nog de moeite waard is om het te vermelden. Ziehier dan de tekst van het artikeltje:
Oc 't Provinciaal Archiei bevindt zich een
drij vaet buydels meel; item is het kooren
dubbel klein folioblad van den volgenden
geweest 4 vat, soo sal hij leveren 6 vaet
inhoud:
meeis; item offt is geweest een melder, daer van sal hij leveren 9 vaet meeis, end
Extract uyt de Landtrechten offte ordre van
alsoo naer pondt belanck des koorens.
rechten der bancke Kessenich, gere- formeert offt gerenouveert by den Wel Eedelen Heer Walraeven van Waes Heer zu Kessenich etc. geexcopieert door Joannes Servatij, alwaar onder andere in fine stondt het naervolgende: Dit syn de Landtrechten end moolen- rechten des Landts. Kessenich dienen verkleert te worden op het jaer gedingh.
Item dat kooren en meel sal all streeck moeten syn en dat met densel- ven vaet gemeten. Item offt geviel dat die ingesetene laeten offte nabueren hun maete offt soo veel meeis niet en hadden offt hebben dat sij den
Item dat is dat moolen recht.
molenaar gelevert hebben, soo magh men als die
Item wij is van den irigesetenen lae- ten die
laeten voors, die kerre met dat peerdt binden
zelfs zien kooren draeght offt dede draegen,
aen eenen tuyn, al wes den molenaer hunne maet
offte voer offte dede vaeren voor sijn handt
lievert als voors. is sonder mesdoen aen den
in de moolen, soo sal den Molenaer maelen om
Landtheer van Kessenich.
dat twintighste deel.
Item die mollichter cuyp offte kist sal vier
Item, haelt den molenaer dat kooren bij de
voet staen van het raet.
laeten undt wederbrenght, doo magh den
Item is noch dat moolen recht dat het kooren
molenaer daer aff mollich- teren dat sestiende
magh liggen 2 daegen en een nacht wanneer die
deyl, soo oock dat moolenrecht offt den molder
meulen en conde gemaelen offte verlegen met
wildt soo magh hij halden eenpeerdt met een
ijse; waer dan niet gemaelen, offt die molen
karren ende haelen dat kooren bij de laeten,
niet en ginck offt geen mael water en hadde, soo
en hij sal hebben een Eycker gebrandt vat bij
mogen die laeten voors. het kooren op laeden en
de karre want wij offt wij den molenaer niet
maelen dan waer sij connen en mogen.
en gelooff- den den laeten voors, soo ist den
Item offt die laeten hun kooren moesten
molenrecht dat men sal meeten dat kooren
gelden, soo sullen sij des versoecken aen den
metten vat voors, en leveren dat kooren op
molenaer, en vercoupt hij t' als den merckt
zijn karre.
soo sullen sij dat kooren aen hem gelden als hij dat oock gemaelqn kan; maer en heeft hij geyn kooren, offt hij niet gemaelen en kan, soo mogen die laeten het kooren gel-
Item, sal den molenaar dat alsoo maelen, offt des koorens is geweest 2 vat dat hij daer uyt sal leveren 148
den en laeten maelen, waer sij konnen offt
ligeert ende verbonden" was voor
mogen.
kapitale sommen aan Jonkheer Charles de
Item is noch dat moolen recht offt de laeten
Bourlain en Matheus Bocholt, en dat
buyten moeien jaer en dagh, soo magh den
deze, wegens gebrek der in-
molenaar die laeten doen dae- gen met dagh en
terestbetalingen, bij gerechtelijke
dagh recht, en dwingen die persoonen met dagh
verkooping of uitwinning van 28 Sep-
recht daer te moeten coemen en betaelen hem
tember 1663, den molen met alle apen
heel en sijn gansch mollichter die sij hem
dependentien, tevens ook den hof genoemd
ontvoert hebben.
Grouwels, "met alle sij- ne aanclevende gerechtigheyt", gelegen te Uffelsen en
Item offt geviel dat eenige van die laeten
mede hypothecair verbonden, overdroegen
buyten moeien eens offt tweemael, offt drijwerf
aan den land- scholtis Carolus Crol,
offt meer offt min, als hij die luyden gehelpen
admodiateur van 't Graafschap Horn. G.D.F.
offte gemaelen kan, als dat verklaert staet, soo magh den meulder henen gaen offt die weder te moolen coomen, en mollichteren gans alle die molchter die hij meynt dat die persoonen offt laeten hem ontvoert hebben, sonder mesdoen aen Heer offte jemandt, ende soo verre als die laeten buyten hebben gemaelen geen saecke en hebben tegen den meulenaer.
Et
signatum
secretarius
erat: der
JOANNES
Heerlyckheyt
SERVATIJ, Kessenich
tot Hunsel. Copia. Deze copia of afschrift had tot onderteekening: P.DREESENS, secretarius liberi territorij de Kessenich.
Zoo als blijkt uit het hoofd van dit
Nog enkele toelichtingen : * het gaat duidelijk over de banale of dwangmolen van Uffelsen, onder Waleram of Walraaf II van Waes en wel in de 17e eeuw. De molen werd door hem verheven (kwam rechtens in zijn bezit) voor de hertog van Gulik in 1639. *
het molchter was het maanloon in 'natura'. Het bedroeg, gelijk elders, 1/20 als men het graan zelf naar de molen bracht; 1/16 als de molenknecht het met de 'molenkar' kwam ophalen en het meel weer kwam thuisbezorgen.
*
de molenkar wordt vermeld en ook het geijkt vat dat de knecht bij zich moest hebben ('gebrandt' betekent hier geijkt). Hij moest een 'gestreken' maat afleveren. Een 'malder' is hierbij een vaste maat volgens het aangewende 'vat', in dit geval 'Maas- eiker maat'. In principe is een 'malder 1 een hoeveelheid graan die ineens kan gemalen worden. Het vat kent verschillende maten, variërend van 23 tot 26 liter. Bijgevolg is een 'malder' zes vat, dus iets tussen 138 en 156 liter; laten we zeggen : rond de 150 liter. Van 2 vat koren moet de klant 3 vaten meel krijgen; van 4 vat moet dat 6 vaten meel geven; van 1 malder dus 9 vaten meel.
afschrift, is dit molenrecht, dat in ieder jaargeding aan de ingezetenen moest voorgehouden worden,^van oude herkomst en werd in de 17 eeuw hernieuwd of wellicht, als slecht costumier zijnde, in schrift gebracht door of op last van den heer van Kessenich, Jan Walraf van Waes. Deze had die rijksheerlijkheid verheven in 1689 voor het leenhof van den Hertog van Gulik, van welken zij roerende was. Uit bij mij berustende afschriften van 't Gichtboek van Kessenich, on- derteekend door Joseph Buren, secretaris der bank, en gecollationneerd door zijn opvolger P. Dreessens bovengemeld, blijkt verder dat de ban- of dorpsmolen in 1663 "verob-
149.
* Grouwelshof onder Uffelsen hoeft men niet meer te gaan zoeken: volgens P. Bouveroux werd het in 1840 afgebroken. De Uffelse molen, lang een twistpunt tussen Nederland en België vanwege bewateringen .. staat daar nog wat verweesd langs de rechtgetrokken
beek: een schaduw van wat deze bekende molen ooit is geweest. Over eigenaars en twisten ... kan men terecht bij P. Bouveroux. DONAAT SNIJDERS, o.s.c.
VAN MEER DAN EEN HALVE EEUW GELEDEN,..
GEPLOGENHEDEN BIJ OVERLIJDEN EN BEGRAFENIS Als iemand in de parochie overleden was, werden zo spoedig mogelijk de pastoor en de koster verwittigd. Dat was zó te Molenbeersel en ongetwij feld overal in het omliggende.. De hele buurtschap was van de treurige gebeurtenis vlug op de hoogte. Vrouwen die enigszins de tijd hadden, gingen de dode even groeten en de familie wat troost bieden. De koster, of één van zijn zoons, luid den de klokken. Driemaal na elkaar, met een minuutje tussenpoos tussen het gebeier. Het nieuws liep als een vuurtje door het dorp. Velen konden wel gissen wie -zoals dat heet- het tijdelijke met 't eeuwige had verwisseld. De mensen uit de wijk kregen dan een aantal opdrachten te vervullen, die bij zulk geval noodzaak worden. Maar de vrouwen waren nochtans eerst aan de beurt: zeven ongehuwde meisjes (mêègdje), van hoofd tot voeten omhangen met een zwarte folie, trokken in de vroege morgen, in een lange rij en hardop biddend naar de kerk. Daar werd voor de zielerust van de gestorvene een lange reeks Onze-Vaders en een lange reeks litanieën gebeden. * # * Was de aflijvige iemand van enig aanzien, dan werd vaak beroep gedaan op een nonnetje om het lijk "af te leggen". Tenminste als het zustertje niet te ver moest gaan.
's Avonds kwamen alle mannen uit de buurt in het sterfhuis samen om de ro zenkrans te bidden. De schaars verlichte huiskamer was spoedig eivol en niet zelden te klein. In het halfduister bromden de zware stemmen vele rozenhoedjes. Zolang de dode "boven d'aarde" lag, werd dat herhaald, maar de eerste avond reeds moest er geloot worden om de taken te verdelen : twee mannen kregen de opdracht bij de dode te waken vier mannen moesten de lijkbaar dragen. (Was hêt sterfhuis te ver uit de dorpskom, dan moest gezorgd worden voor kar en paard om 't lijk tot aan de kerk te voeren). andere mannen werden aangeduid om, de dag van begrafenis, de klokken te luiden vier mannen kregen de moei lijkste taak: het graf delven anderen werden er mee belast de familie in de naburige dorpen te verwit tigen Bij het waken waren enkele traditionele gebruiken in acht te nemen : in de nabijheid van de aflijvige b 1 i j ve n er op letten dat de brandende kaarsen naast het bed niet uitdoofden en ze desnoods vervangen de haard of de kachel mochten, bij koud weer, gestookt woraen de wakers kregen een grote kan koffie, om te voorkomen dat ze insliepen
en... dikwijls stond er een stoop jenever voor ze gereed. (Er werd verteld dat ze ooit de sterke drank duchtig door het keelgat hadden gegoten en dan de angst op het lijf kregen, spoken meenden te zien, vreemde geluiden schenen te horen., en nog erger dingen...!) * * * Over het klok-luiden op de begrafenisdag, wil ik nog iets grappigs vertellen . Mijn vader en ikzelf waren 's avonds gaan bidden in de woning van een overleden buurman, ergens in de richting van de beek. Na de ceremonie werd er geloot om de opdrachten. Vader haalde een toegeplooid papiertje uit de toegestoken hoed en las -tot zijn niet geringe verbazing- "Loeien". Het stond daar in mooi "klassiek" schrift: "Loeien". Die het geschreven had moet zeker van mening zijn geweest dat de "pappenheimers" van zijn wijk, niet zouden gesnapt hebben wat "luiden" beduidde... Vader kon zich de dag van begrafenis niet vrij maken en liet een plaatsvervanger "loeien"., de klok luiden, bedoel ik..
deed zich voor wanneer ze door de dikke zandlaag hadden gegraven en ze plotseling op een keiharde, rosse grondlaag stieten, die weerbarstig bleek voor een gewone schup. Ik herinner me dat de del vers zich dan niet verder inspanden, in zoverre dat de kist nauwelijks één meter onder de grond kwam te liggen. Er zijn, op zekere dag, klachten gekomen hierover (van hogerhand?). Voortaan kwam de veldwachter meten met de duimstok of de kuil de vereiste diepte gekregen had. De delvers bedienden zich van dan af, van een houweel of een oude aaks, om de harde ijzerlaag te breken. *
*
*
Een aantal mannen werden er mee belast de familie in de naburige dorpen te verwittigen. Dat kon onmogelijk anders dan mondeling geschieden. Brieven schrijven werd niet gedaan, telefoneren ging toen nog niet, evenmin als telegrams zenden en wie bezat een fiets ? Dus., te voet naar Kessenich, of naar Beek, of Hunsel, of Tongerlo.. Het was niet altijd een lachertje..! *
*
#
Toen ik nog heel jong was, heb ik zo dikwijls toegekeken als men een dode in het graf liet zinken. Aan weerszijden ervan stonden twee mannen met dikke koorden ("zeile"), die ze onder de kist schoven. Met z'n vieren hieven ze de doodkist omhoog en lieten die dan zachtjes in de kuil zakken. (De cowboys van de Far-West deden hetzelfde met hun dode makkers., zoals we nogal eens zien op T.V.)
Wie aan de echtheid van mijn verhaaltje mocht twijfelen..: na zoveel jaren heb ik, bij groot toeval, het bewuste papier teruggevonden in een kerkboek dat mijn vader toebehoorde, (zie afbeelding) . * * * De grafdelvers kregen het moeilijkste werk op te knappen. Zo'n kuil graven is zwaar labeur. Zij moesten er vooreerst goed voor oppassen dat de mulle bovenlaag niet in de put neerstortte. Een groter probleem 151 .
Wie destijds op het dwaze idee is gekomen verandering te brengen in dit eenvoudig gebruik, is mij een raadsel. Was men (?) van oordeel dat twee mannen evengoed de karwei aankunnen als vier? In elk geval kwamen er verder geen koorden meer aan te pas. Een dikke plank, ongeveer 50 cm. breed, zou de touwen vervangen. De delvers plaatsten die in het graf met een uiteinde in de uiterste hoek, waar de voe-
ten van de dode zouden rusten. Het andere einde, waar een handvat aan zat, stak aan de overzijde boven de grond uit. De kist werd op de plank getild. Ze schoof met een plotse ruk naar beneden. De twee mannen trokken de plank uit de kuil... het lijk plofte neer op de bodem... Akeli g..! * * * De priester maakte een laatste zegenend gebaar over de dode en keerde dan met zijn koorknapen terug naar de sa- kristie... Maar de fami1 del eden, wenende vrouwen en zwijgzame mannen, gingen weer de kerk binnen om de kruisweg te doen. De koster las uit een beduimeld boekje bij elke statie het passieverhaal voor. Daarna kwamen alle rouwenden in de middenbeuk, met wijd uitgestrekte armen God om erbarmen smeken over de mens die ze even tevoren ter aarde hadden bestel d. * * * Nu zijn al die gebruiken meestal verdwenen en vergeten... Vóór een paar weken zat ik bij het bed van een stervende. De aalmoezenier van de kliniek kwam hem nog eens zegenen en hem een troostwoord in het oor spreken .
Daarop zei tot de wenende echtgenote, van de ijlende man: "Als hij dood is, zal het huis hier alles voor U regelen. U moet enkel een hemd meebrengen, een boordje en dasje.. De begrafenisonder- nemer die aangeduid wordt, draagt zorg voor de kleinste details..." Zo gebeurde het ook, met uitzondering van de kerkelijke plechtigheid die -op aanvraag van de naastbestaanden- uiterst ontroerend overkwam.. In vroeger tijden was zoiets haast onmogelijk. Immers., begrafenisondernemers.. wie had daar, op de buiten, ooit van gehoord ?? De buurtgemeenschappen waren destijds zeer gesloten kringen, waar iedereen elkeen kende en -al waren er soms vetes tussen de bewoners- als er ergens echte nood heerste, dan waren helpende handen tot alles bereid. Bij een sterfgeval bijvoorbeeld, stonden vrouwen, zowel als mannen, gereed om hulp te bieden. Nu zijn vele vriendschappelijke rela ties -ook bij dorpsmensen- door allerlei omstandigheden verkild, zoniet uitgedoofd. Men kan het alleen maar betreuren.... MAARTEN JOZEF BOON
K U R I E U S , . . Verkleinde weergave van een interessant "doodsprentje"; een genealogisch dokumentje, zoals we’er meerdere kennen uit Duitsland. De tijden zijn veranderd, voor de doodsprentjes.. (Ingezonden: Donaat Snijders)
ook
PERIKELEN OP EN ROND DE TRAM MAASEIK - WEERT
(vervolg en slot)
In dit nummer het slot van de "perikelen" zoals ze "Joe Benfon" zrich herinnerde. Qp onze oproepen in vorige nummers van dit tijdschrift, ontvingen we nog een aan tal reakties; deze komen vanaf het volgende nummer aan bod. Oude foto's van de tram in onze dorpen blijven welkom en., worden terug bezorgd !
"NOE KRIEG ICH NOCH VIEF SEIMTIEME!" Wat kostte zo'n reisje Maaseik-Kinrooi of Maaseik-Molenbeersel? Ik weet 't niet zo precies meer, maar in de prijs werden toch nog centiemen vermeld. Het stukje van 0,05 fr. had nog een zekere waarde. Op de Maaseiker kermis kon je, in de twintiger jaren, nog 'n lekker ritje maken op de prachtige paardjesmolen voor 0,10 fr. en een partij "beugelen" kon je overal spelen voor hetzelfde bedrag.
Eén van de tramkondukteurs was bijzonder tuk op een paar centjes "drinkgeld" en hij had er een geraffineerd handje van weg, om dat te bemachtigen.. Zo nam hij zeer dikwijls ruimschoots de tijd om een geldstukje van 0,05 fr. op te diepen uit het rammelend kleingeld in de lederen tas, die op zijn buik bengelde. Dat maakte sommige reizigers zenuwachtig en die zeiden dan tenslotte: "Och., laot mër zitte!" Ik heb -in verband met dit truukje- het volgende "incidentje" meegemaakt..
De “tramhalt" te Kinrooi, aan het huidige gemoderniseerde vijfwegen kruispunt, met de tram komende uit de richting Molenbeersel. De "wachtzaal" is blijkbaar leegge stroomd voor de fotograaf.. Waren het allemaal klanten voor de tram..? (Verzameling: Geschied - en Heemkundige Kring Kinrooi) 153 .
Een geboren Kinrooi naar, oudstrijder 19141918, was na de oorlog als beroepsmilitair te Brussel blijven wonen. Hij kwam nu voor een verlofperiode naar zijn familie in Kinrooi afgezakt, nam aan de Bospoort de tram en betaalde vóór 't Ven, zijn reistiketje. De kondukteur scharrelde heftig in zijn geldtas en gebaarde niet te vinden wat hij zocht. De reiziger wachtte.. Hij had bij 't leger geleerd wat geduld is! Eindelijk zei hij: "Noe krieg ich noch vief sentieme!" De kaartjesknipper sloeg rood aan. Hij had blijkbaar gerekend op: "Laot mèr zitte..!" Hij grijnsde met brede mond en brabbelde kwaadweg, zodat iedereen 't moest horen: "Jao.. jao.. noch vief sentieme.. Hè woentj al te lang in Brusselt.. Hè wèt neet mier dèt wièj e knepke zegge.. Hiej.. dao is dien vief sentieme.. Brusselèr!" * * *
Onder de oorlog 1914-1918 waren we totaal onderworpen aan de bezetter., zelfs wat de betaalmiddelen betrof: we betaalden met Duits geld., plakten Duitse postzegels op de zeldzame brieven (die onderworpen waren aan censuur..')
Na 1918 werden de Marken toch ingewisseld tegen Belgisch geld (1 Mark= 1,25 fr.).. Maar kleine muntstukken kwamen traag weer in omloop. Een heel aantal verdween trouwens ter oorzake van de inflatie. Het stukje van 0,01 fr. (et eurtje) was al geen betaalmiddel meer. De "cent" (0,02 fr.) bleef nog even in omloop. Het "knepke"(0,05 fr.) -in Sint-Truiden "e solleke" en in Oostende "enen alve klute"heeft nog lang stand gehouden. In mijn beperkte verzameling munten vind ik nog twee "knepkes"; het ene draagt als uitgiftedatum 1895, het andere 1925. Ik heb me onlangs laten vertellen dat jongelui, bij slager of bakker, tegenwoordig de hand niet meer uitsteken als ze nog 5 fr. moeten terugkrijgen! 0 tempora, o mores !
DE STAKING De meest bewogen en in zekere mate dramatische geschiedenis van de buurttram Maaseik-Weert was zeker de staking in de twintiger jaren. Dramatisch in die zin, dat er klappen werden uitgedeeld en dat er sommige ak- ties uit de hand liepen, in zoverre dat ze voor de rechtbank van Tongeren beslecht werden. Waarom die staking uitgebroken is, weet ik niet. Misschien voor 'n beter loon? Misschien ook voor betere werkomstan- di gheden?
Eerste slachtoffers van de staking waren de naar Maaseik schoolgaande jongeren. Fietsen hadden ze niet., en ‘s morgens acht a tien kilometer te voet gaan en na de studietijd nog evenver terug., was geen pretje.. En de steenweg was toen voorwaar allesbehalve een spiegelgladde "macadam"! De staking werd geen groot sukses. Men moet er om te beginnen rekening mee houden dat er van sterke vakbonden in 1920 nog geen sprake was en dat de bazen nog oppermachtig waren. Toch bestond er in Limburg reeds een soort "werkmansvereniging" met als leider Eerwaarde Heer Habraken. Hij was de voorloper van Pater Anecetus van Rekem, halfbroer en beschermer van de overleden Minister van Staat August Cool.
Vermelden we ook nog dat de "Ollanders" niet meededen met de stakers en dat de tram vrij regelmatig bleef lopen van Weert tot de grens in Stramproy en omgekeerd. En dit gaf aanleiding tot gewelddaden en strafbare feiten. Natuurlijk waren de Belgen woest op hun kollega's van over de grens. Het geharrewar begon aan "de Paal"., met wat o- ver en weer gejouw en bedreigingen. Toen de staking echter zonder resultaat bleef aanslepen, moest er ain gene zijde van de "Paal", om de beheerders serieus te kunnen dwingen tot toegevingen, wat gebeuren. 154 .
Een paar stakers waren langs omwegen op Hollands grondgebied geraakt en ze hadden zich verstopt opgesteld in de nabijheid van de wisselsporen, waar de lokomotief afgehaakt werd en moest ma- neuvreren. Op het ogenblik dat de Weerter machinist daarmee bezig was, werd hij onverhoeds besprongen door de stakers. Zij sloegen hem "buiten westen" en wierpen hem op de berm. Als de bliksem klommen ze op de loko, gaven veel stoom en spoorden richting Molenbeersel. Ze reden de herstelplaats binnen en verwijderden enkele vitale onderdelen uit de machine. Ze kraaiden viktorie !!! Maar dit kon niet ongestraft blijven. Hoe de hele historie verder evolueerde weet ik niet met zekerheid. Wel herinner ik mij dat personeelsleden werden afgedankt en sommigen daarvan later veroordelingen opliepen. Hun aanvoerder (als we hem zo mogen noemen) kreeg evenwel een mooie kans om zijn "maatschappelijke" stand weer vrij goed te herstellen. Hij werd later zelfs een gekend gemeenteambtenaar. Maanden na de staking, toen alles weer rustig was geworden, bleek de vader van één der "belhamels" zo stoutmoedig, aan die halte te Molenbeersel, een Weerter beheerder uit te schelden, telkens die zijn hoofd aan 't eerste klas- secoupé liet kijken. Dat eindigde ook al op een rechtszaak te Tongeren. Getuigen werden opgeroepen en moesten herhalen welke vreselijke verwensingen de welgedane administrateur naar zijn kop geslingerd werden. De nijdige druktemaker werd veroordeeld en moest voortaan zijn bek houden, als hij het dikke, ronde gezicht van K.... uit Weert in de eersteklaswagen ontdekte..!
DE STOOMFLUIT ALS SIGNAAL VOOR SLUWE DOUANIERS Het is begrijpelijk dat de smokkelhandel te Molenbeersel welig bloeide. Sinds mensengeheugenis trouwens. De grens met Nederland is er kilometerslang. 155 .
Vóór vijftig jaar lag de grensstrook daar als een "no-man's-land".. verlaten bijna, met hier en daar een bosje dennen of struiken, een smalle weg, 'n zeldzaam stukje akkergrond. Anderzijds hadden v*ele huisgezinnen 't toen erg moeilijk om "rond te komen". Ze boerden op een kleine hoeve met één koetje, een paar geiten, een varkentje en een troepje kippen. Wat er 's middags en 's avonds op tafel kwam, was dikwijls maar magere kost. En als de boekweitoogst, of de aardappeloogst mislukte, was armoede troef ! Een kleine bijverdienste die de smokkelarij kon opleveren was welkom., en wildstropen bracht wat vlees in de pot! Smokkelen zat velen in 't bloed en er waren altijd wel een paar goederen de moeite waard om klandestien verhandeld te worden. Toch waren er in Molenbeersel een heel aantal tolbeambten. Aan de "Paal" stond het douanekantoor, het"werkterrein" van de brigadier-ontvanger. Hij had een paar van zijn mannen buiten staan -of zitten- gelast met de gebrulikelijke kontrole op voertuigen en koopwaren die over de grens moesten. Verder had hij te doen met de administratieve rompslomp, onder andere "passavants" (geleibrieven) uitreiken, de beurtrol van zijn ondergeschikten opstellen, statistieken bijhouden en dies meer. De doaniers stonden onder zijn toezicht maar hij was tenslotte helemaal gebonden aan zijn kantoorwerk. In feite werden de tolbeambten gevolgd en gekontro- leerd door een officier, namelijk een 1uitenant. In de jaren 1922-1925(7) werd die post bekleed door een ietwat oudere man, die niet kon fietsen en dus per tram naar Molenbeersel reisde. Zo kwam het bijvoorbeeld al, dat de brave "kommiezen" op hun nachtelijke tochten niet veel te vrezen hadden van enige kontrole : hun luitenant sliep lekker te Maaseik., hun brigadier had dringend nachtrust nodi g. Maar ook overdag hadden sommige "ambtenaars" (zo werden ze ook vaak genoemd) een middeltje uitgekiend om aan
dienstklopperij te ontsnappen. Zij bedachten de machinisten van de tram met flinke fooien en zodra één van hen gemerkt had dat de luitenant te Maaseik "aan boord" was gestapt, gaf hij tussen de "Lossing" en de beek een afgesproken hels fluitsignaal, net of er een kudde koeien de rails versperde. De dienstverzakende kommies greep ijlings zijn kepie, knoopte zijn uniformjas dicht, sprong op zijn fiets en eer het luitenantje van de tram was gestapt, was de tolbeambte al een heel eind op weg naar zijn standplaats. Daar wierp hij zijn fiets in een gracht, of tussen de struiken en keek uit naar smokkelaars. Zó vond de officier hem. "Ach, luitenant", zei de man, "wat een verrassing. Ik sta hier al zo lang... maar ik heb nog geen mens gezien.
Straks wandelde ik tot aan dat paadje ginds.. Ik meende er sporen te vinden van kal verhoeven.. Ze waren niet vers meer.. Toch moeten we hier opletten!" En de luitenant onderzocht de hele omtrek, maar vond niets wat hem verdacht voorkwam. Nochtans prees hij de stiptheid en de waakzaamheid van zijn bediende, wie hij bovendien nog een spoedige promotie voorspelde. Hij kon onmogelijk vermoeden dat hij bij de neus werd genomen, noch dat hij precies te doen had met de uitvinder van de bedrieglijke afspraken met de trammachinisten. * * * Die bedrieger had trouwens nog andere pijlen op zijn boog, die met de stoomfluit van de tram niets te maken had-
Afdruk van een oude prentbriefkaart van het vroegere grenskantoor ("Zolkantoor") te Molenbeersel (gebouw rechts op de foto). Deze kaart werd ons bereidwillig ter beschikking gesteld door ons lid Pierre Verheyen van Molenbeersel ter illustratie van deze bij drage. Waarvoor beste dank! De achterzijde,van deze kaart draagt de poststempel 23 januari 1912; ze werd ge adresseerd aan Mr. Leon Van Hoey, 18 Avenue Dailly, Schaerbeeck, Bruxelles.
den, maar die ik -tot slot van deze geschiedenis- toch wil vertellen. Op een bepaald ogenblik (in 1925-26?) had de veesmokkel zulke dimensie aangenomen, dat de Nederlanders besloten daar een eind aan te stellen. Men vroeg zich af hoe het Godsmogelijk was zo gemakkelijk door de mazen van de grensposten te kunnen geraken. De fameuze tolbeambte Van B..., die zo hoog stond aangeschreven bij zijn 1uitenantje, moet er voor iets tussen hebben gezeten. Hij kon immers de smokkelaars inlichten wanneer (tenminste aan Belgische zijde) "de baan vrij was". De Hollandse kommiezen hadden echter lont geroken. Op een nacht had een versterkt peloton zich verdekt opgesteld en een bende smokkelaars werd betrapt,
toen ze een groot aantal kalveren over de grens joegen, richting België. Onder de gevangenen bevond zich douanier Van B Hij heeft een tijdje in de bajes gezeten en werd stante pede geschorst en uit zijn ambt ontzet. De luitenant, die zo hoog met hem opliep, is niet lang meer in dienst gebleven. Hij werd opgevolgd door ene Van E , een strenge man, die wél kon fietsen en ook bij nacht op kontrole trok. De stoomfluit van de tram werd alleen nog gebruikt om vertrek en aankomst aan te kondigen of als er een hindernis te bespeuren was op het spoor. Signalen voor sluwe kommiezen waren niet meer nodig..!! JOE BENFON
JAAK BOONEN (1875 - 1944) Op het nieuwe kerkhof te Opitter lezen we op een grafsteen: Bid/voor de ziel van/ Dr. Jaak Boonen/geboren te Opitter/den 10 september 1875/overleden te /Schoten hofop/Hemelvaartsdag/18 mei 1944/en zijne echtg./A.M.Cath./Reuten/geb.te Ton- gerlo/den 24 januari 1884/overleden te/Schotenhof op/12 november 1958.
Het is goed mogelijk dat Jaak Boonen te Opitter zelf niet erg meer bekend is. Hij heeft slechts zijn jeugd doorgebracht in zijn geboortedorp. Reeds in zijn kollegetijd wierp hij zich op als een gevierd en knap redenaar in de Vlaamse strijd, die in zijn jeugdjaren voorgoed losbrandde. Na zijn middelbare studies trok hij naar de Leuvense universiteit, waar hij in de jaren 1897-1901 wijsbegeerte en 157 .
letteren studeerde en de titel behaalde van dokter in de germaanse filologie. Dan was hij een tijdje leraar, om in 1905 te Brussel hulpbibliothecaris te worden in de Kamer van volksvertegenwoordigers. De toen dertigjarige bezorgde in 1905 een bloemlezing "VAn Onzen Tijd-proza en poëzie uit Noord en Zuid", een boek van 408 bladzijden, dat voor die
tijd veruit de beste Nederlandse bloem lezing mocht heten, die er toen voorhanden was. Boonen ontplooide een grote aktiviteit, met bijdragen in meerdere Nederlandse en Vlaamse tijdschriften, ondermeer een zeer goede verhandeling over de Brusselse dichter Prosper van Langen- donck in "Dietsche Warande en Belfort", april 1905. In een volgende fase bezorgde hij, perfekt tweetalige, een aantal vertalingen uit het Frans van werken van René Bazin en andere toen veelgelezen auteurs. Later ging zijn voorkeur uit naar meer folkloristisch-getinte dorpsvertellingen, zoals de bundels "Allerlei Mensen", "Amusante Typen-schetsen uit het Vlaamse volksleven", "Boer Hannes- Baas Klits", "Geldjan", "Klok, klok- Een lustige broeder", "De lijdensgeschiedenis van pastoor Teevaert", "Naar Leuven", "Wraak-De koemeester", "De vliegende man" en zijn twee beste: "Van plezante mensen" en "Het slijk der aarde"; vertellingen, waarin de mensen van Tongerlo en Opitter zich moesten herkennen.
Het zou de moeite lonen de naast verdwenen dorpsverhalen van Jaak Boonen, zo typisch voor de tijd rond 1900, nog eens op te sporen. Een zoektocht in diverse plaatselijke boekerijen leverde tot dusver niets op: men heeft met alles wat "oude spelling" heette wel huisgehouden, dikwijls op onverantwoorde wijze.. De verhalen van Boonen zijn geen grote literatuur. Ze zijn wel typisch afgekeken van de mensen van bij ons. Zodanig zelfs dat hij eerder gevreesd dan bemind was om die verhalen. Overigens doet nog menig verhaal de ronde rond deze vroegere bewoner van de Ophover villa "Buitenzorg". Man en villa zijn sinds jaren verdwenen.. Wij komen daar allemaal nog wel eens op terug.
DONAAT SNIJDERS
De eerste wereldoorlog inspireerde hem tot "De Belgische soldaat. Zijn werk, zijn geest, zijn ziel". Zonder vaste bronnen van inkomsten geraakt na de oorlog, ging het hem financieel slecht. Jarenlang woonde hij te Ophoven, waar hij en zijn talrijk gezin moeizaam aan de kost kwamen. Hij schreef nog wel voor kranten, maar van een regelmatig schrijversbestaan kwam niets meer in huis. Rond 1940 verhuisde hij naar Schoten, waar hij tegen het einde van de tweede wereldoorlog overleed. Zijn oudste zoon, Edgar, geboren te Tongerlo in 1912, vestigde zich als advokaat te Antwerpen, waar hij huwde met de dichteres Liesbeth van Thillo. Ook hij was in zijn jonge jaren een bekend redenaar in de Vlaamse studenten- bewegi ng.
D R I E
M E N S E N
Ze zaten op een bank langs de groene waterkant ze keken naar het water waarop de bootjes varen. Ze zaten op een bank ze lazen niet in de krant alleen maar kijken naar 't water waarop de golven spelevaren. Drie mensen op een bank ze keken over de waterkant ze lazen en spraken niet alleen maar kijken, anders niets. (1967) BROEDER HERMAN, o.s.c.
BIJ WAT ROMANTISCHE MUZIEK
(vervolg)
160
Waat maag dét in godshiêrenaam beteikene EUVER BOUMSPEK EN MORGE PEERE...
WAT ONS NOG TE WACHTEN STAAT IN ZOMER EN H E R F S T . ,
Dit is een kort verhaal over betere tijden dan de winter. De bloei zal weer aan de bomen komen en als een der eerste toont de heulenteul in de haag weer tekenen van leven.
heulenteul waar wij vroeger de klaptoeten uit maakten.. en die overal de mestkuilen vochtig hield het woord fleer of vlier(struik) is eveneens bekend, maar de heulenteul was wel ouder. Het middelnederlands kent het woord hollender. In het Duits is het Holunder. De waarschijnlijke uitleg is: heul als hol en
De rest van het fruit komt veel later. Bij die vinden we heel oude soorten zoals de 'baaskes', een heel oud soort pruim. Bij de appelen de 'zeutappele' (zo zoet omdat ze half wild zijn). Men griffelde en entte vroeger niet voor niets om betere, hartelijker en vooral zich beter bewarende soorten te kweken.
verder teer wat betekent struik of boom. Denk aan Appelterre wat niets met Frans te maken heeft maar alles met ter of teer = boom. Stam
en
trouwens
takken het
zijn
zachte
hol;
het
was
merg
wat
wij
eruit stieten voor onze klaptoet.
Het jonge struikachtige gewas is eerst aan de beurt : de kroonsjele vooral en de miemerte. kroonsjel is de kruisbes. Het woord van bij ons is een wisselvorm, zoals men dat heet van kroezel = ineenge- kruld, wegens de fijne haartjes op de bes, die de indruk kunnen geven of de bes ineengeschrompeld is. Denk aan kroezelhaar. Het oude Nederlands kende de vorm kroezel voor de bes. Kiliaen vermeldt de kroezel (bezie). In het Duits is het Krauselbeer.
Alle soorten van "biere" trouwens leunen aan bij_het Duitse woord: die Bee- re = bes, bezie.
163 .
Het kenmerk van wild en van half-wild is trouwens : kleinere vrucht en zoetere ofwel zeer wrange smaak. Men den- ke(mensen boven de zestig!) aan de wilde kerseboom van nonk Belz en de beroemde pereboom in Hoezers wei aan de beek : een monument (dat helaas zoals zoveel verdwenen is..). Men had de 'ossekop' : een dikke soort van panappel, zeer geschikt overigens voor 'in de krollemol' .. Dus ook Bak- appel. Voor dit laatste bestond het heerlijk woord 'boumspek' = spek wat van de boom kwam : heerlijk die gebakken appelsju- ve, al of niet met spek erbij.. Intussen waren, met de kroonsjele, ook en vooral de 'miemerte' rijp of toch zo 'ongeveer., want we zaten (let op dat woord !) er bijtijds aan. Het is wel kurieus dat dat vlugge wegratten en wegritsen ZITTEN wordt genoemd, waar het vlug en staande- beens
Hoe men precies aan de nu bij ons
geschiedde..
verdwenen 'maosbiere' kwam voor
Maar goed: miemerte en let op die begin-
bosbessen ? Dat moas kan ik nergens
M.
vinden. Heeft het plaatselijk woord iets
Wie in diverse woordenboeken onder de M
te maken met 'het Maos' de veldnaam waar
zoekt zal ons woord voor
ik ze lang geleden nog vond als kind??
aantreffen..
1
aalbes' niet
Wel onder de W. in het Maastrichts spreekt
woord geeuwhonger wat niets met
men van Wiemer en dat zit dan zo: Wiemer
geeuwen te maken heeft, maar met dat
komt van wiember komt van wijnbeer of
ga of gee= plots (opkomend) men sprak
wijnbes.
vroeger bij voorbeeld ook over de ga-
Ook het Rijnlands kent het zo: in Aken
dood, dit is de plotse, onvoorziene
is het wimel.
dood. Ga- of gèè-riep betekent dus:
Hoe WIJ van die w op een m gekomen zijn?
plots, te plots rijp.
Het is mij een raadsel. De trossen zien er inderdaad uit als minidruiventrossen en ze hebben een helle wijnkleur. Onze huidige 'wijnmakers' kennen het vruchtje overigens zeer goed.
ER komen vroege 'ougstappels' en 'sint Jacobspéérè' en de oeroude soorten 'waterpèére' en 'smaotpèèrè de waterpêère zijn trouwens buitengewoon waterachtig en dus flets van smaak. de smaotpéère hebben inderdaad -met een beetje verbeelding- da smaak in zich van smout of raapolie: het goedkope vervangmiddel van echt vet.. Beide dienen vooral voor het maken van de wintervoorraad 'OOFTE'
Er waren latere soorten: de nu weer gezochte 'binneruudjes' die hun naam niet gestolen hadden, de renetten renet is een winter-appelsoort. In het Frans reinette. Ook hier bedriegt de schijn. De naam is zeer Waarschijnlijk afgeleid van de rieviernaam de Rijn. Wetenschappelijk gesproken poma rena- na = rijnse appel. DE volksetymologie of woordafleiding heeft zich daar later meester van gemaakt en er het Franse woord reine = koningin in gezien .
Duits Obst. A.N.: ooft. Hoe ge die goed moet maken: daar heb ik een gedicht aan gewijd.. Ge moet dat recept maar eens lezen.. Het vraagt wel even inspanning: een keer of
De echte "wintjerpéère hebben hun naam niet gestolen evnemin alf de beroemde "keuleman" of 'keulemenkes', naam afgeleid van een kweker van dit soort late appelen.
drie de oven in na het baksel.. De muizen op zolder zijn verwoede liefhebbers..
We zitten al vroeg aan het fruit, vooral aan de 'vergéèriepdje' vruchten.
Ik wens u een sappige, 'moörge" péér. mörg = overrijp, week, zelfs: melig of op de rand van.. en dat is dan een 'MURWE' peer in het algemeen beschaafd..
dat is in deftig Nederlands de vóór de tijd rijpe, 'verkraadsjelde' peren of appelen, hier zit het verdwenen oude woord gaa of gee in: bewaard in het
FILOLOGUS
Aanwinsten heembibliotheek
Ook in dit nummer een lijst met aanwinsten van de heembibliotheek. Al deze boeken zijn aanwezig in onze heembibliotheek, weertersteenweg 241 te Ki nrooiMolenbeersel (boven de Gemeentelijke drukkerij). Onze openingsuren zijn van 08.00 h tot 12.0 h en van 13.00 h tot 17.00 h en dit op elke werkdag. Via deze weg willen we ook iedereen die ons boeken of andere materialen schonk nogmaals bedanken. Gedichten : Op zachte Vooizekens / Alice Nahon. - Antwerpen: De Nederlandsche Boekhandel, 1924 . Het kleine Brouwersblad, het jaar van het bier / z.a. - Tijdschrift . Pastoor Dr. Jan Spitz (1887-1945); Herdacht te Ophoven, 6 april 1986 / z. a . - Ophoven; gelegenheidsuitgave, 86. Pastoor Jan Spitz; Herdenkingsdienst 1986 / z.a. - Ophoven; Pastoor Spitzwerkgroep, 1986 . Het leven van Peerke Donders / Jozef Boon . - Hilversum; N.V. Paul Brands, 1930 . Frans Theelen / z.a. - Hasselt; Huldecomité, 1960 . -
Hendrik van Veldeke; zijn werk en zijn leven / J. Droogmans . - Hasselt; St. Quintinus, z.j. De dorpspastoors / August Snieders . Antwerpen; Voor God en Volk, 1925 . De kraaien zullen het uitbrengen / August Snieders . -Antwerpen; Voor God en 't volk, 1926 . Oorlogsboek van het Davidsfonds , 14- 18 / z.a. - Brugge; J. Houdmont; z.j. Proeve tot een bibliografie van de gemeente Maaseik / Peter Paumen . - Maaseik; P. Paumen, 1986 . Geschiedenis en oudheidkunde tegenover techniek en wet / z.a. - overdruk De Maaseiker kroniek Caris /R. Janssen . - Hasselt, Cult. Aangelegenheden, 1986 . Vijf monumenttochten in Vlaanderen / z.a. - Koning Boudewijnstichting . De heilige Machutus ; Bisschop en Belijder / R. De Groodt. - Mechelen; Godenne, 1919 . Competitie en spelreglement / z.a. Belgische Beugel bond . Samenvoegingen van gemeenten en gemeentenwapens / Lieve Viaene-Awouters . Brussel; Gemeentekrediet, 1977 . -
Het ontstaan van de Maatschappelijke werken in Limburg in het kader van het Sociaal-Economisch gebeuren van de 19e eeuw / Georges Vols .- Hasselt; A.C.W., z.j. -
Numismatiek; munten, penningen en medailles / z.a. - Kredietbank, z.j. -
Herman Linnebank / Donaat Snijders . Antwerpen, Standaard, 1952 . -
Op stap ; lekker uit in eigen land / Geert Hüsstege. - M & P Weert, 1985 .
Belgische Folklore, enkele overleveringen en gebruiken / Henri Liebrecht . Brussel; Cöte d'or, z.j. -
Archeologie in praktijk ; methoden en technieken voor de (amateur-)archeoloog / K.J. Steenhouwer en A.H.C. Warringa. - Weesp; Fibula, 1985 . -
Lakwerk uit het verre Oosten / W.G. De Kesel . - Gent; Rechta vit., z.j. Folkloristische tijdspiegel voor België / André Ver Eist. - Brussel; Mer- tens, z.j. -
Centrum voor Scriptophilie; 4de openbare veiling / z.a. - Antwerpen, 1938 .
Levende houtwallen. Verborgen lenteleven in onze weilanden en houtwallen/ J. Bosselaers. Hoeselt; Stichting Limburgs Landschap;z.j. -
165 .
Zonen van Icarus; ontwikkelingsschets
van het vliegwezen / P.R.O. Pelier . - Utrecht: het Spectrum, z.j. Verenigingen van Kinrooi / z.a. -Kinrooi, gemeente, 1986 . Verenigingen zetten zich in voor monumenten. 27 projekten; een korte voorstelling : z.a. - Brussel ; Koning Boudewijnstichting, 1986 . Drossaert Kroniek 1985 en 1986 / L.J.J. Aendekerk . - 1985 . -
Uit het verleden van Maasmechelen / z.a. - Maasmechelen ; Gem. Culturele raad, 1980 . 5 pentekeningen van Opoeteren / Kris Nauwelaerts . Geschiedenis van het Oudgemeentehuis van Kinrooi en Ophoven . Jacob Panhausen van Opoeteren; Abt van Steinfeld / T.J. Gerits . - Opoeteren, gemeente, 1975 . -
Ruzie tussen het Moldersambacht de Brouwers en de Backers, 't Antwerpen ten jare 1720-1753 / K. en P. Lemmens . Heemkundekring de Root, 1985 . -
Wurfeld en zijn Sint-Laurentiuskerk / s. de Traipont . -
Bosch in het Prado. Een psychologische benadering../ José Raets . - Maaseik; V.V.V.- 1986 . -
Limburg alaaf, carnaval in BelgischLimburg / z.a. - GEnk; P.V.T.L., 1975 .
Het leven van den H. Willebrord of de bestiging van het Christendom in de Noordelijke Nederlanden / F.J.P. Van Etten . Amsterdam; F.H.J. Bekker, 1889 . -
Munten en muntvondsten / z.a. Amsterdam; J. Schulman b.v., 1983 . -
Marguerite Bervoets; een heldin 19141918 / A. Fontaines. - Brussel; Vanderlinden, 1951 . Groote mannen van Limburg / H.C. Melis . - Antwerpen: L. Opdebeek, 1982 . Geschiedenis der Middeleeuwen / FL. De Pratere . - Gent; W. Si ffer, 1983 . Kunstgeschiedenis / J. De Keyser en F.J. De Waele . - Antwerpen; De Standaard, 1938 . Stokkem, vroeger en nu/ J. Venken . Stokkem, 1976 . Schets van Maaseik vroeger, nu en straks / J.C. Claessens. - Maaseik, 1970 . -
Opoeteren vroeger / Davidsfonds Opoeteren, 1974 . -
Kunst en toerisme in Limburg / Albert Dusar . - Hasselt; P.V.T.L., 1967 . -
De geschiedenis van Smeermaas / Frans Meertens . - Eigenbilzen, Teejaa, 74 . Buchenwald, Dachau, Belsen etc. / Z. L. Smith . - Gent; Fiat; z.j. Het bouwbedrijf in de Lage Landen tijdens de Middeleeuwen / A.L.J. Van de Wal le . - Antwerpen; De Nederlandsche Boekhandel, 1959 . Oude gevels te Maaseik / M. Hendrickx Overdruk van Gemeentekrediet . Samenstelling : M. Donné en J. Laveaux.
Nieuwe publikaties
Een studie over de Geistinger taal... EPAARTE KAL Zopas verscheen, in zeer beperkte oplage en 'pro manuscripto' als eigen uitgave een nieuw werk van Donaat Snijders. In 260 bladzijden geeft hij een kleine stude over het Oostneder- frankisch waartoe zijn moedertaal, het Geistinger plat behoort. Men kan erin kennis maken met de eigenaardigheden van dit Limburgs dialekt of plat. Hij neemt de idee van minderwaardigheid weg, die zolang heeft gekleefd aan alles wat 'plat' heette, maar wat in feite veel ouder is dan het Algemeen Nederlands, dat een kunstmatige taal is. Bovendien is het vele generaties DE moedertaal geweest. Dat dit, met alle vervlakking die het dialekt de laatste tijden kent, nog lang zo zal blijven is zijn vaste overtuiging. Waarom ook niet, als men maar zorgt ook verderafwonenden te verstaan en te woord te kunnen staan? Hij beschouwt dit werk, vrucht van jarenlang noteren, als een soort 'sluitstuk' van zijn vele bijdragen over zijn geboortedorp, op geschieden heemkundig, literair en poëtisch vl ak. In plaats van een zoveelste 'woordenboek' samen te stellen, met massa's dingen die men ook in het Algemeen Nederlands aantreft, gaf de auteur er bewust de voorkeur aan het 'epaarte' daaruit te lichten: het duidelijk zich onderscheidende als Maaslands en zelfs Geistingers. Het werd zo een ruime 'woordenlijst', alfabetisch gerangschikt en omvang- rijker geworden dan de steller zelf oorspronkelijk dacht.. Het 'oud' plat is er, wellicht voor de laatste maal, in opgevist; er staat ook 'nieuw' plat in, want deze taal is levend en dus aan veranderingen onderhevig.
een soort woordenboek, wat het toch is. Zijn aandacht gaat zeer bijzonder naar de levende gezegden en uitdrukkingen, meer dan naar de 'losse woorden'. Want hier speelt het plat juist zijn grote en onnavolgbare levende rol. Er is geen gevaar voor, maar met de dialekten zou een enorme bron van fantasie en zeggingskunst verloren gaan. Niemand minder dan een Guido Gezelle heeft dit een eeuw geleden al bewezen. Geleerde apparatuur is evenzeer bewust vermeden: de samensteller zegt dat hij wilde schrijven voor zijn dorpsgenoten in een schrijfwijze overigens die zo dicht mogelijk staat bij het Algemeen Nederlands waaraan de lezer gewend is. Zo is het een boek 'om mee naar bed te gaan', en eens goed te lachen of begrijpend te knikken. Het is ook mogelijk de kroedwes of het boonder en de vrecht of den tuut en zo achteraf op te zoeken of de bladzijden1ange lijst rond het woord 'vot' na te speuren.. Of ‘met de zeve méèchdjes gaon' en zo van die verdwenen dingen.. De auteur liet zeventig exemplaren aanmaken: niet veel. Genoeg, dacht hij, om de liefhebbers te gerieven. Die zullen er dan ook wel zijn onder zijn dorpsgenoten of ouddorpsgenoten. Of 'vrienden' van het Maaslands plat. U haalt er een stuk historie mee in huis, want als er iets blijvend is, zegt de auteur, dan is het het monument van de TAAL. Mensen gaan en komen, maar hun taal blijft leven..
* * *
Waar het kon heeft de auteur wat uitgelegd, voor zover dat mogelijk is in Tot uitputting is deze studie verkrijgbaar bij de auteur: Pelserstraat 33 te Maaseik, bij Jan Henckens-Snijders, Geistingen 19 te Geistingen, bij de 'Geschied- en Heemkundige Kring Kinrooi' Weertersteenweg 241 te Molenbeersel- Kinrooi, tegen afhaalprijs van 400,-Bfr. 167 .
Bestelling over de post uitsluitend door storting van 450,-Bfr. op P.C.rekening : 000-0988620-93 van Donaat Snijders, Maaseik. (Niet buitenland vanwege de hoge posttarieven),
FEESTGIDS "SINT-CATHARINA" Onze "buren" van het Nederlands Limburgse Stramproy vieren feest op zondag 6 juli: het internationaal Oud-Limburgs Schuttersfeest ! We komen er elders in dit nummer nog op terug. Op de valreep ontvingen we een exemplaar van de "Feestgids St.-Catharina", een lijvig boekwerk van maar liefst 224 bladzijden. In deze, bij ieder O.L.S. gebruikelijke uitgave, vinden we onder andere een aantal "voorwoorden" door de beide gouverneurs, de beide Limburgse bisschoppen, de burgemeester en de pastoor van Stramproy, de beschermheer, voorzitter van de inrichtende schutterij Sint-Catharina, e.a.m. L. Jans, president van de Oud-Limburgse Schuttersfederatie, schrijft een "Ten afscheid.." (Hij wordt opgevolgd door dhr. L. Stals van Weert-Swartbroek). Verder enkele geschiedkundige bijdra gen: "Stramproy, de parel van Limburg" en "Schutterij St.-Catharina". Uiteraard bevat deze gids ook heel veel praktische gegevens voor zowel deelnemer als bezoeker: volgorde van de optocht, de korpsprijzen, de juryleden, een overzicht van de verschillende wedstrijden, enz. Een "Schets van het huidige Stramproy" vormt het sluitstuk van deze interessante uitgave. Deze feestgids wordt op zondag 6 juli te koop aangeboden aan de prijs van 2,50 gulden en is tevens verkrijgbaar bij de Rabobank te Stramproy.
En nog andere uitgaven... Voor de liefhebbers (verzamel aars) vermelden we nog dat, als publicitaire ondersteuning van het O.L.S., twee folders werden uitgegeven: -• "Stramproy, parel van Limburg" - "Oud-Limburgs Schuttersfeest Stramproy: een feest voor iedereen" Verder een mooi uitgevoerde affiche en een raamaffiche en zelfs een plaatje waarop de schutters worden bezongen. Beide folders kunnen verkregen worden op ons sekretariaat. Voor verdere bijzonderheden kan men steeds terecht bij Wiel van Lierop (public relations 0LS) Bergerrothweg 21 te Stramproy.
BROCHURE "VAKANTIEZOEKTOCHT KINROOI" Ieder laatste weekend van MEI tot en met SEPTEMBER 1986 worden er "Molenweekends" georganiseerd langs de "Molenroute Kinrooi". De plaatselijke molens kunnen dan ook bezocht worden. Vertrek is mogelijk in elk kerkdorp. Als hoofdprijzen zijn enkele reizen te winnen. De prijzenpot bedraagt 20.000 frank. Vanzelfsprekend kan deze vakantiezoektocht ook op andere dagen gedaan worden. Een deelnamebrochure is verkrijgbaar bij de V.V.V.-Infodienst Kinrooi, Weer- tersteenweg 241 te Molenbeersel. Prijs 50,-fr. per stuk.
GRATIS FOLDER VOOR DE WANDELINGEN KONING BOUDEWIJNSTICHTING In elke provincie hebben opnieuw wandelingen plaats, ingericht door de Ko- ning Boudewijnstichting. Voor Limburg werd Kessenich-Geistingen uitgekozen omdat daar twee bekroonde projekten zijn (de Berg te Kessenich en de Luurs- kapel te Geistingen). Over deze wandeling verschijnt een prachtige geïllustreerde folder die gratis zal worden aangeboden aan de wandelaars. Tevens is er aan deze wan-
deling een zoektocht verbonden waarmee geldprijzen te winnen zijn (beschikbaar gesteld door de Nationale Loterij). Begin van de wandeling: "De Borg" aan de Kerkstraat 6 te Kessenich, elke za terdag en zondag vanaf 13.30 uur tijdens de periode van zaterdag 5 juli tot en met zondag 7 september 1986.
MOLENVERSJES BIJ "MEULEKEUKSKES" Na het "Meuledröpke" (flesje kruidengenever) worden er nu ook "Meul ekeukskes" gebakken om de toeristen die Kinrooi bezoeken aan te bieden. Aanvankelijk werden de koekjes los verkocht, maar vanaf dit seizoen zullen ze in een aangepaste verpakking te verkrijgen zijn. Er is echter meer.. Bij een doos koekjes wordt er ook een vignet afgeleverd met de adressen van de drie bakkers uit onze gemeente waar de koekjes verkrijgbaar zijn. Verder staat er ook volgend vers op dat wat zegt over de samenstelling van deze koekjes, echter zonder alle geheimen prijs te geven. Bij elk vignet wordt er tevens één "molenversje" gevoegd. Tevens werd er een plakboekje uitgegeven door de V.V.V.Infodienst Kinrooi waar alle versjes kunnen worden ingekleefd. Het vers op hef vignet en de molenversjes werden geschreven of verzameld door onze voorzitter E.H. Donaat Snijders . Hierna geven we de tekst van enkele van deze versjes die betrekking hebben op onze dorpen.
00STHAM TIJDENS DE OORLOG 40-45 Gedurende de tweede wereldoorlog hield "Meester Henri Jamar", toenmalig hoofdonderwijzer in Oostham en bekend als geschiedkundige-folklorist, een dagboek bij, waarin hij het alledaagse leven van een dorp in een donkere periode optekende. 169.
Vraag- en antwoordrubriek Tot kort voor zijn overlijden werkte Henri Jamar aan de uitgave vari deze notities. Ze zijn verder gerangschikt en uitgeschreven door zijn kleinzoon Mare Bertrands, en verschijnen eind juni '86 in boekvorm met ongeveer 200 foto's en authentieke dokumenten. De voor-intekenperiode loopt van 10 mei tot en met 29 juni (datum van de voorstelling van het boek door de Heemkundige Kring SintLucia, Oostham). De uitgave kost dan 595,-fr. Daarna betaalt U 695,-fr. Bestellen door overschrijving op rekening: 068-0766410-40 t.n.v. voornoemde Kring, Heppense Steenweg 53, 3969 Ham (Oostham).
V R A G E N 86/02 NAAMGEVING WATERPLASSEN MAAS Onlangs verscheen in het weekblad "Kinders Klökske" een oproep van een lezer om namen te geven aan de waterplassen langs de Maas, aan het watersportcen- trum "De Spaanjerd" te Ophoven. Wij herhalen deze vraag in ons tijd schrift en doen een oproep tot onze leden om suggesties over te maken. Daarna kunnen we een aanbeveling sturen aan ‘t gemeentebestuur om de waterplassen aan een passende naam te helpen. Werner Smet, Venlosesteenweg 133, 3688 Kessenich - tel. 011/566.799 -
86/03 SANTIAGO DE COMPOSTELA
Een diepgaand onderzoek in Vlaanderen omtrent de historiek van de bedevaart naar Sint-Jacobs-in-Galicië stelt zeer bijzondere problemen. Over het algemeen ontdekt men gegevens over dit onderwerp slechts zeer sporadisch en bij toeval en dan noteert men meestal de ontdekte informatie niet omdat men deze als te beperkt ervaart. Dit heeft tot gevolg dat één onderzoe ker of zelfs een team nooit in staat zal zijn voldoende materiaal te verzamelen om een relevant beeld te verkrijgen over het bedevaartverschijnsel in onze gewesten.
GESCHIEDENISPRIJS 1986 VAN HET GEMEENTEKREDIET Een bedrag van 50.000,-fr. wordt ter beschikking gesteld voor een onuitgegeven werk dat een originele en belangrijke bijdrage vormt tot de plaat selijke, gewestelijke of provinciale geschiedenis van België. Het volledige reglement is ter inzage op ons sekretariaat. Kandidaturen worden ingediend vóór 1 oktober 1986. Voor bijkomende inlichtingen kan men terecht bij het "Geschiedeniskomitee van het Gemeentekrediet", Pacheco- laan 44 te 1000 Brussel. Telefoon: 02/214.46.17 of 02/214.48.13.
Het Studiegenootschap verbonden aan 1 t Vlaams Genootschap van Santiago de Compostela doet dan ook een dringende oproep tot alle archiefonderzoeken om alle gege vens te willen helpen verzamelen die verband houden met de bedevaart naar Sint-Jacobs. De volledige bronver- wijzing, liefst met een integrale transcriptie of een fotokopie, kan bezorgd worden aan ons sekretariaat dat zal doorzenden aan het Studiegenootschap . Bij de verwerking van de gegevens zal de identiteit van de ontdekker steeds vermeid worden. Sekretariaat Geschied- en Heemkundige Kring Kinrooi, Weertersteenweg 241 te 3688 Kinrooi - Tel. 011/863.856
Tentoonstellingen
TENTOONSTELLING OVER HET"SCHUTTERSWEZEN" TE STRAMPROY In het kader van het Oud-Limburgs Schuttersfeest, dat op zondag 6 juli plaats heeft te Stramproy, wordt een gelegenheidstentoonstelling georganiseerd in het gemeentehuis te Stramproy. De opening heeft plaats op dinsdag 24 juni om 15.00 uur. Iedereen kan er ver der terecht tot en met zaterdag 5 juli KUNSTTENTOONSTELLING TE KESSENICH Het kultureel tijdschrift "Ter Eiken" organiseert tijdens de kermisdagen een kunsttentoonstelling met deelname van Kessenicher kunstenaars. Deze tentoonstelling gaat door in "De Borg", Kerkstraat 6 te Kessenich op zaterdag 4 juli, zondag 5 juli en maan dag 6 juli aanstaande. Openingsuren: zaterdag van 14 tot 21 uur, zondag van 9.30 tot 12 uur en van 14 tot 21 uur, maandag van 16 tot 21 uur.
verschrijving van 500,-fr.+100,-fr. (verzendingskosten) op rekeningnummer 008-8966000-25 van de Kulturele Dienst A.S.L.K. Voor verdere inlichtingen kan men terecht op het nummer: 02/213.71.68.
TENTOONSTELLING "PATROONHEILIGEN VAN AMBACHTEN EN BEROEPEN" _ De Heemkring Houthalen-Helchteren organiseert in het domein Hengel hoef (in het oude kasteel), een tentoonstelling over "Patroonheiligen van ambachten en beroepen". Er wordt getracht met oude volksdevotievoorwerpen, beelden en prenten (uit de kollektie van Fons Claes, Heusden), de patroonheiligen van ambachten en beroepen in het licht te stellen. Deze tentoonstelling is toegankelijk van 13 juli tot 17 augustus 1986 van 10 tot 12 uur en van 14 tot 18 uur (op zondagen tot 19 uur).
TENTOONSTELLING "GOED VAN GLAS" De A.S.L.K. nodigt uit tot een bezoek aan deze tentoonstelling m.b.t. de glasschilderkunst in België' in historisch perspektief. Plaatfc: Galerij A.S.L.K., Kreupelenstraat 12 te Brussel. Alle dagen van 10 tot 18 uur, ook op zon- en feestdagen, van 15 mei tot 13 juli 1986. De toegang is gratis. Een rijk geïllustreerde katalogus (met gl asramengids) wordt te koop aangeboden in de A.S.L.K.-galerij . Deze katalogus kan ook verkregen worden door o~ 171.
EERSTE TENTOONSTELLINGEN IN HET "MOLENMUSEUM" TE M0LENBEERSEL Reeds vóór de officiële opening van ‘t "Molenmuseum" op 26 juli aanstaande, zal een mini-vakantiesalon" worden ingericht in de polyvalente tentoonstellingsruimte van de "Zorgvlietmolen" aan de Oudekerkstraat te Molenbeersel . Dit vakantiesalon heeft plaats op 28 en 29 juni 1986.
Ter gelegenheid van de "Molenfeesten", organiseert "Studiekring Ons Molenheem' een molententoonstelling op 26 en 27 juli 1986. Op 30 en 31 augustus 1986 gaat er een tentoonstelling door met werk van een plaatselijk kunstenaar (verdere gegevens ontbreken nog op dit moment). Op 27 en 28 september 1986 worden de eerste resultaten getoond van het pro- jekt "Heemkundig Onderzoek Molenbeer- sel" van onze Kring. Dit betreft vooral een boerderij-onderzoek.
eerste instantie betekent dit: opsporen van interessant materiaal en het noteren om het, in een latere fase van de voorbereidingen, te kunnen ophalen bij de eigenaars. Dit werk is thans bezig en zal ook tijdens de maanden juli en augustus verder gezet worden. Een aantal inwoners van Kinrooi reageerden ook reeds op onze vorige oproepen en persberichten voor het beschikbaar stellen van oude foto's en andere meer. Heel konkreet zal er gewerkt moeten worden vanaf de volgende voorbereidende vergadering. Deze heeft plaats op DINSDAG 26 AUGUSTUS 1986 om 20.00 uur in "De Limburger" aan de Breeërsteen- weg te Ki nrooi. Buiten de mensen die zich reeds hebben aangemeld om mee te werken, zijn ook anderen van harte welkom op 26 augustus . Bezit U materiaal dat interessant kan zijn voor onze tentoonstelling? Geef dan even een seintje aan ons sekretariaat: Weertersteenweg 241 te 3688 Molenbeersel-Kinrooi, telefoon: 011/ 863.856. Met onze beste dank aan iedereen voor de fijne medewerking !!
ONZE TENTOONSTELLING "KIEKE NAO VREUGER TE KINROOI" ! _____________ _ De laatste voorbereidende vergadering voor onze vierde tentoonstelling "Kie- ke nao vreuger", ditmaal in oud-Kin- rooi tijdens de komende Allerheiligen- dagen, had plaats op 22 april laatstleden. Inmiddels is een werkgroep gevormd van ongeveer twintig mensen die willen meehelpen aan deze Organisatie. In
Samenstelling
rubriek:
Mathieu
Kunnen
Kongressen - Jaarvergaderingen - Studiedagen
OUD-LIMBURGS SCHUTTERSFEEST OP 6 JULI! De eerste zondag van van juli is ieder jaar opnieuw dé hoogdag voor onze schutterijen uit beide Limburgen én voor de vele duizenden toeschouwers, sympathisanten van het schutterswereldje, liefhebbers van traditie, folklore, geschiedenis, heemkunde..! Het "Oud-Limburgs Schuttersfeest" is hét groot verbroederingsfeest voor onze beide Limburgen. Dank zij hun overwinning in 1985 werd de órganisatie dit jaar in handen gegeven van schutterij Sint.-Catharina te Stramproy. Zij hebben niets aan het toeval overgelaten: een jaar lang allerlei voorbereidingen, honderden medewerkers die op 6 juli in de weer zul len zijn, een grote promotiekampagne voor dit enige Limburgse gebeuren, kortom: onze buurgemeente Stramproy zal op zondag 6 juli te klein zijn om de ongeveer 50.000 bezoekers te ontvangen .. of toch ook weer niet!? Er is inderdaad gezorgd voor een 43 ha groot parkeerterrein en men heeft de beschikking over een ruim 7 ha groot feestterrein, met aparte afdelingen voor alle wedstrijden, terwijl daarnaast eet-, drink- en feesttenten zijn geplaatst, want schutters zijn goede drinkers en eters! Uiteraard wensen wij onze acht deelnemende schutterijen van Kinrooi heel veel sukses en citeren uit het voorwoord van burgemeester Drs. F. Beckers van Stramproy: "..Waar komt de symboliek van het O.L. S. als feest van de beide Limburgen, van België en Nederland, beter tot uit drukking dan juist in Stramproy? Het dorp, met de schutters van Sint-Catha- rina, zal er een prachtig feest van proberen te maken, waar gestreden wordt om de hoogste schutterseer, waar gelachen, gezongen en gedanst wordt, waar
173 .
het Limburgs vloeien, waar hoogtij viert.
gerstenat rijkelijk zal de folklore kleurrijk
In dat Stramproy heet ik U namens de gehele bevolking als gast van harte welkom en wens U een genoegelijk verblijf toe dat U zal prikkelen om terug te komen!"
12.30 uur: ceremoniële opening met begroeting door de autoriteiten, inspektie van de schutterijen door de autoriteiten, vlaggenparade begeleid door fanfare Sint-Willibrordus en een massale vendel groet. 13.00 uur: openingstoespraken, gevolgd door het openingsgebed door Pater Willem Sangers . 14.00 uur: vertrek van de optocht van de 151 schutterijen door de straten van Stramproy. Tevens aanvang van verschillende wedstrijden . 16.15 uur: korpsschieten 5 eerste ronde.
aanvang
17.00 uur: beoordeling overige wedstrijden 17.30 uur: ereschoten door personali- tei ten -
19.15 uur: kaveling
19.30 uur: bekendmaking prijswinnaars optocht en terreinwedstrijden 1986
21.30
uur:
huldiging
winnaar
0LS
(Zie ook enkele andere rubrieken in dit nummer voor verdere bijzonderheden in verband met het O.L.S. 1986).
OUD LIMBURGS SCHUTTERSFEEST STRAMPROY EEN FEEST VOOR IEDEREEN
DERDE "MOLENFEESTEN" TE MOLENBEERSEL ZATERDAG 26 EN ZONDAG 27 JULI 1986 !!!
Zorgvlietmolen: van 13.00 tot 18.00 uur "molententoonsteiling" Keijersmolen: om 14.00 uur vrij podium met optredens voor jong en oud. Vanaf 20.00 uur dansavond en verkiezing van "Molenprins" en "Molenprinses".
(Samenstelling rubriek: Mathieu Kunnen)
MOLENFEESTEN MOLENBEERSEL 26-27 JULI
Ook dit jaar heeft de "Werkgroep Molen- zorg en Molenmuseum Molenbeersel" weer een grandioos programma uitgedokterd voor deze derde editie van de "Molenfeesten Molenbeersel"! *
ZATERDAG 26-27 JULI
Keijersmolen: vanaf 14.00 uur gezinsnamiddag met onder andere "hoger-1ager", play-back, luchtkussen, vlaamse kermis en volksspelen.. Zorgvlietmolen: om 17.00 opening van het "molenmuseum" molententoonstel1ing
uur en
Keijersmolen: vanaf 20.00 uur tiroleravond met de blaaskapellen "Zorgvl ietmuzikanten" en de "Maasgalmkapel" Toegangsprijs: 50,-fr. Breugeliaanse gerechten verkrijgbaar, barbecue, streekbieren... *
Z0NDAG_27_JULI:
Keijersmolen: om 11.00 uur eucharistieviering, opgeluisterd door het zangkoor "Sint-Leendert Molenbeersel". Keijersmolen: vanaf 12.00 uur breuge1iaanse gerechten, barbecue, wijnbar, streekbieren.. Zoals vorige jaren de suksessen: bokeskook, bloodworst met appeleprutsj, heissbein met zauerkraut en spek en eieren!
REEDS TWINTIG PROCENT LEDENWINST !! Inderdaad, dank zij wat inspanningen kunnen we nu reeds twintig procent ledenwinst noteren bij onze kring ! Fantastisch en., hartelijk dank aan iedereen die meehielp deze groei te bewerkstel 1i gen. Alle nieuwe leden hartelijk welkom. We kunnen nog steeds nieuwe leden gebruiken., vooral ook om de kosten te drukken en het abonnementsgeld op het huidige, lage peil te kunnen handhaven. Daarom durven we nogmaals hopen op uw inzet. Laat dit tijdschrift zien aan uw familieleden, vraag ons sekretariaat een proefnummer voor de geïnteresseerden, geef eventueel 'n geschenk-abonnement bij bepaalde ge- 1egenheden.. Tijdens de voorbije maanden is het ons opgevallen dat vooral uitgeweken Kinrooienaren ons tijdschrift niet kennen doch ook dat vooral deze mensen zeer groot interesse hebben in alles wat te maken heeft met hun geboortedorp! Kent U namen en adressen van uitgeweken dorpsgenoten, familieleden..? Bezorg ze ons zodat we een proefnummer en informatie in verband met onze kring kunnen toezenden. Met onze beste dank !!
174 .
Kringwerking
VERSLAG VAN DE ACHTENVEERTIGSTE LEDENVERGADERING VAN DE GESCHIED - EN HEEMKUNDIGE KRING KINROOI, GEHOUDEN OP VRIJDAG 11 APRIL 1986 OM 20.00 UUR IN "BUURTHUIS HEES TE KESSENICH-HEES
Vóór deze 1 edenvergadering ontvingen alle leden het tweede nummer, vijfde j aargang van ons driemaandelijks heemkundig tijdschrift "Dao raostj gët!". Hierin was ook de uitnodiging on de agenda van deze ledenvergadering opgenomen. * ELS REYNDERS -
*
AANWEZIGEN :
FRANS PARREN - WILLY MEERTEN - ANITA FRANSSEN -
LIL IANNE KUNNEN - TRUIJS CRAEGHS - MATH IE IJ NA US - TON BR IELS - RENIER SNIJDERS - LEO VERSTAPPEN - MATHIEU KUNNEN - ELISABETH GHIJSEN - ELS HEYMANS - HENRI HEYMANS - MIET HEYMANS - JEAN HOEKEN - KRIS KOOLEN - MARIE-LOUISE MOORS - MIA REYNDERS - JGS SMEETS - WERNER SMET - DONAAT SNIJDERS - MIA VANDERSTEGEN GUILLAUME VAN LOON - MATTHIEU WIEERS
VERONTSCHULDIGD:THEO BEYNSBERGER - HENRI NEYENS - JAN VAN DER STEEN - PIERRE VAN IMMISSEN - THEO BOSMANS - HUBERT HEYMANS - RENE RAETS MARIET MAESSEN - MATHIEU HENKENS - MARLEEN DONNE - MARIEJOSEE VOORTMANS - JO LAVEAUX
!. WELKOMSTWOORD DOOR DE VOORZITTER ln zijn openingswoordje stelt de voorzitter vast dat het "weer" hetzelfde is als beschreven in het verslag van de vorige vergadering, maar dat de agenda- punten verschillend zijn. Hij heet iedereen hartelijk welkom voor een ongetwijfeld interessante uiteenzetting met betrekking tot Kessenich. Voorzitter Snijders blikt ook even te rug naar onze namiddaguitstap naar Genk. Dit werd, voor wat betreft het gebodene absoluut een meevaller! Het werd een soort verbroeden ng met de Heemkring "Heidebloemke Genk" die ons op een fijne wijze ontvingen en begeleidden. Voor de deelnemende bestuursleden werd het tevens een namiddag van heel veel praktische gegevens uitwisselen. 2. GOEDKEURING VERSLAG VAN DE 47ste LEDENVERGADERING
3. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN Verbond voor Heemkunde: 11de gouwdag op 10 mei te Genk. Mathieu Kunnen en Jean Hoeken zullen hieraan deelnemen. Uitnodiging voor de 12de Inter!imburgse monumentendag te Stevensweert. 4. VOORDRACHT DOOR LID FRANS PARREN In zijn voordracht: "De Berg te Kessenich vroeger en nu", belicht Frans Parren aan de hand van literatuur, gevonden voorwerpen, dia's over de berg, de kerk en Kessenich in 't algemeen, het ontstaan, situatie, funktie, bouwgeschiedenis, plannen in verband met restauratie, renovatie en animatie van "de Berg". Een interessante voordracht die met applaus wordt afgerond. b.
Dit verslag werd gepubliceerd in het tijdschrift, jrg.5, nr. 2, bl z 118- 1 2 1 . Dit 17 punten tellende verslag wordt doorgenomen en zonder opmerkingen eenparig goedgekeurd.
175 .
V RAGE NKWA RTIERTJ E
De gestelde vragen hebben allemaal betrekking op het thema van de voordracht. 6. ALLERLEI Werner Smet deelt mee dat Michael Prinsen afgevaardigde is van onze Kring in
de kommissie "Molenmuseum Molenbeersel" en dat dit weinig zin meer heeft omdat betrokkene niet meer in Kinrooi verblijft. Aangezien niet onmiddellijk een vervanger wordt gevonden, wordt beslist dit verder te bespreken tijdens een volgende bestuursvergadering. JEAN HOEKEN Notulist
Uit onze ledenfamiSie * ______________________________________ ZILVEREN HUWELIJKSJUBILEUM ______________ Op 6 april 1986 vierde ons steunénd lid burgemeester Theo Schoofs en zijn echtgenote Wendeline Lemmens, hun 25jarig huwelijksjubileum. Langs deze weg wensen we de familie Schoofs-Lemmens nogmaals van harte proficiat !
van laureaat, geslagen met de beeltenis van Koningin Elisabeth, voor meer dan veertig jaar in dienst staan van het Rode Kruis. Met onze felicitaties ! * OVERLIJDEN
_________ _________
Te Weert overleed op 11 mei 1986 Fiel Gofers, echtgenote van ons lid en goede vriend Jaak van Dael van Stramproy. Een onverwacht heengaan van een sympathieke vrouw bij wie we zo dikwijls over de vloer kwamen, een hartelijk iemand, altijd nieuwsgierig naar hetgeen we uitspookten op heemkundig gebied, altijd klaar staande met een goede Limburgse borrel en "doe maar of je thuis bent en schenk maar in!" Met verschillende bestuursleden en le den hebben we op 16 mei afscheid van haar genomen. Een veel te vroeg afscheid.. Fiel werd geboren op 28 mei 1932.. Op haar bidprentje lezen we zeer toepasselijk: "Zij hield van deze streek, de natuur en spelende kinderen. Fiel, moge je nu rust vinden, bij de Schepper. Rust waar je zo lang naar hebt gezocht. Dit beeld van haar willen wij in onze herinnering blijven vasthouden". Fiel, onze dank voor alles en rust zacht.. Aan Jaak en familie onze gevoelens van innig meeleven bij dit verlies.
* ______________________________________ HUWELIJK _________________________________ Op 16 mei 1986 traden ons lid Marianne Stals en Ludo Vanreyten, beiden van Molenbeersel, in de Sint-Leonarduskerk te Molenbeerse!, in het huwelijksbootje. Marianne was anderhalf jaar in dienst van de V.V.V.-Infodienst Kinrooi(BTK) en als zodanig één van onze buren op het sekretariaat. Ludo Vanreyten zorgt telkens opnieuw voor een goede verzorging van onze persartikel en in het maandblad "De Zwetser" waar hij uitgever van is. Aan het jonge paar: goed heil !! *
* PERSONEEL
_____
Wij wachten nog steeds op de eventuele goedkeuring van het aangevraagde D.A. C.-projekt.. Niettemin zal ons sekretariaat tijdens de vakantiemaanden op werkdagen normaal geopend zijn.
ONDERSCHEIDING
Ons lid Jaak Arits van Molenbeersel ontving enige tijd geleden de medaille
Samenstelling rubriek: Mathieu Kunnen
'
Museumnieuws ÖFFICIELE OPENING "MOLENMUSEUM MOLENBEERSEL" EN DE EERSTE AKTI VI TE I TEN
Onder impuls van de "Werkgroep Molenzorg en Molenmuseum Molenbeersel" en dank zij de dringende instandhoudingswerken met steun van de Rijksdienst voor Monumenten- en Landschapszorg, de provincie Limburg en het gemeentebestuur Kinrooi, is de "Zorgvlietmolen" aan de Oudekerkstraat te Molenbeersel reeds totaal van aanschijn veranderd ! Kom U eens vergewissen van de stand van zaken ! Op zaterdag 28 juni en zondag 29 juni aanstaande, telkens van 13.00 uur tot 18.0 uur, heeft er een "Mini-vakantiebeurs" plaats in de polyvalente tentoonstellingsruimte in de molen. Een ideale gelegenheid om vóór de vakantie nog allerlei folders te raadplegen en informatie te verzamelen. Wie nog geen konkrete plannen heeft kan alvast enige ideeën opdoen. Op het gelijkvloers van de molen wordt een toeristische tentoonstelling opgezet die eer, bezoek meer dan waard zal zijn. Verder is er een speciale stand ter gelegenheid van het "JAAR VAN HET BIER" en de plaatselijke souvenirs "Meule- dröpke" en "Meulekeukske" zijn natuurlijk ook verkrijgbaar. De opbrengst van dit mini-vakantiesalon komt ten goede aan het molenmuseum. De toegangsprijs bedraagt 20,-fr. (beneden 16 jaar gratis toegang). Deze aktiviteit is ook een goede gelegenheid om met heel het gezin deel te nemen aan de grote "Vakantiezoektocht" langs de "Molenroute Kinrooi". Hieraan zijn voor 20.000,-fr. prijzen verbonden. Eeri deelnarnebrochure kost slechts 50,-fr. Men kan starten aan het begin van de molenroute te Ophoven of in één van de kerkdorpen van Kinrooi. Deel nameformulieren zijn verkrijgbaar bij de V.V.V. Infodienst Kinrooi, op het vakantiesa
lon, bij de receptie Maree en in het V.V.V.-kantoor aan waters porteen trurn de Spaanjerd te Ophoven.
OFFICIEEL OPENING MOLENMUSEUM De officiële opening heeft plaats ter gelegenheid van de "Molenfeesten'' te Molenbeersel, namelijk op zaterdag 26 juli 1986 om 17.00 uur, uiteraard in de "Zorgvlietmelen", Oudekerkstraat 12 te Molenbeersel. Aansluitend heeft een receptie plaat-, in de feesttent aan de Keijersmolen in de Smeetsstraat . "Studiekring Ons Molenheem" organiseert ter gelegenheid van deze opening en de molenfeesten, een "molententoonstel ling" in de Zorgvlietmolen.
STICKER "KINROOI MOLENGEMEENTE" Onlangs werd de sticker: "Kinrooi rnolengemeente"uitgegeven. Deze sticker kost 20,-fr. De opbrengst hiervan zal ten goede komen van het molenmuseum. Verkrijgbaar in het molenmuseum, tijdens de mol en fees ten en bij de V.V.V.- Infodienst Kinrooi, Weertersteenwea 241 te 3688 KinrooiMolenbeersel. Telefoon: 011/866.180. Op dit adres zijn ook alle verdere inlichtingen verkrijgbaar met betrekking tot het molenmuseum, de aktiviteiten a l daar en de komende molenfeesten.
Samenstelling rubriek: Werner Smet
177 .
¥ T
Komende aktiviteiten van onze kring
U I T N O D I G I N G E N ! !
!
* We nodigen U vriendelijk uit op onze laatste ledenvergadering vóór de vakantieperiode. Deze heeft plaats op VRIJDAG 20 JUNI om 20.00 uur in "Buurthuis Hees" aan de Schoolstraat in de Hees te Kessenich. A G E N D A
* Alle medewerkers en medewerksters aan onze tentoonstelling "Kieke nao vreuger te Kinrooi", nodigen we langs deze weg vriendelijk uit op de eerstvolgende voorbereidende vergadering. Deze heeft plaats, in "DE LIMBURGER", Breeërsteenweg te Kinrooi op DINSDAG 26 AUGUSTUS 1986 om 20.00 uur. Uiteraard zijn nieuwe medewerkers eveneens van harte welkom !
1. Welkomstwoord door de voorzitter. 2. Ingekomen stukken en mededelingen. 3. Bespreking onze eventuele deelname aan een viering "150 jaar parochie Molenbeersel" in 1987. 4. VOORDRACHT: DE ABDIJ IN HET VORSTENDOM TH0RN door ons lid, archivaris PETER ROOST van Thorn . 5. Vragenkwartiertje 6. Allerlei Peter Roost is zeer zeker geen onbekende voor veel van onze leden. Integendeel zelfs! We kennen hem als iemand die altijd paraat staat om te helpen bij allerlei opzoekingen, inlichtingen te geven, zelfs ongevraagd bepaalde van zijn vondsten door te spelen omdat die misschien interessant kunnen zij n voor andere leden. Deze verdienstelijke archivaris van onze buurgemeente Thorn komt ons tijdens deze vergadering meer vertellen over Thorn en de abdij. Voor de pauze zal hij iets vertellen over de stichting van de abdij, levenswijze van de bewoonsters en nadere bijzonderheden meedelen over énkele markante figuren die met de abdij verbonden waren. Na de pauze komen onder andere aan bod: de verhouding met het Heilig Roomse Rijk, de landrechten, instellingen die in het vorstendom Thorn gefungeerd hebben en de Franse tijd. Gezien de historische bindingen van onze gemeente met Thorn, zijn we van mening dat het andermaal een leerrijke avond zal worden. We hopen U dan ook in grote getale te mogen begroeten !!
* Vanaf nu kan U inschrijven voor.... ONZE JAARLIJKSE DAGREIS/WERKBEZOEK !!! Voor ons jaarlijks werkbezoek gaan we het dit jaar niet te ver van huis zoeken. Het zal daarom niet minder interessant zijn ! Op ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1986 bezoeken we SINT-TRUIDEN, KOLEN en ZOUTLEEUW. Zoals gebruikelijk vertrekt de autobus aan de grens te Molenbeersel (om half negen) met haltes te Molenbeersel aan de kerk, Kinrooi kruispunt, Drietak, Kessenichrijkswacht, Geistingen, Ophoven aan de kerk en Maaseik aan de Eikerpoort.
178 .
Het programma ziet er uit als volgt: Bezoek aan de ABDIJ van KOLEN; gids is één van de zusters. Bezoek aan de FESTRAETSSTUDIO te Sint-Truiden, w.o. het grootste uur- werk ter wereld, het wondere schip, de slingerproef van Foucault en "de jaarlijkse beweging van de aarde rond de zon". Gezamenlijk middagmaal in restaurant "Riddershof" te Sint-Truiden. Licht middagmaal: koude schotel met friet, kroketten of brood. Prijs: 180,-fr. per persoon. Dit is ter plaatse door iedereen persoonlijk te betalen (dus niet inbegrepen in de deelnemingsprijs) •• Bezoek aan het PROVINCIAAL MUSEUM VOOR RELIGIEUZE KUNST te Sint-Truiden en de tentoonstelling "Handschriften uit de abdij van Sint-Truiden". Met gids van het museum. Bezoek aan de SINT-LEONARDUSKERK te Zoutleeuw met als gids E.H. Vandeputte. Daarna (vooral voor de dames) gelegenheid voor een boemel langs de winkels te Sint-Truiden (de mannen weten wel iets beter te doen..) en voor degenen die het wensen misgelegenheid.
PEELNAMEPRIJS ER PERSOON Zoals steeds hebben we de deelnameprijs weer zo laag mogelijk gehouden : 300,-fr. per persoon. Hierin is begrepen het autobusvervoer, de verschil” lende toegangsgelden en de vergoedingen voor de gidsen. Niet inbegrepen dus het middagmaal en fooi chauffeur. ANNULERINGSKOSTEN Bij laattijdige annulering van de inschrijving, zien we ons verplicht een gedeelte van de betaalde som in te houden. Bij verhindering, na inschrijving, verwittig dan onmiddellijk ons sekretariaat (tel. 011/863.856) of tracht alsnog een plaatsvervanger te vinden !! HOE INSCHRIJVEN ? SCHRIJF ONMIDDELLIJK ÏN OM HET ZEKER NIET TE VERGETEN !! Uw inschrijving is eerst dan definitief als we uw overschrijving van het deel- namebedrag in ons bezit hebben ! 300,~fr. per deelnemer kan overgemaakt worden op rekening: 7352222717-47 ten name van Geschied- en Heemkundige Kring Kinrooi, Middenstraat 2, 3688 Kinrooi met vermelding "Reis St.Truiden". Kontante betaling is mogelijk tijdens de eerstvolgende ledenvergadering op 20 juni of op het sekretariaat. Uw inschrijving moet in ons bezit zijn TEN LAATSTE OP'10 AUGUSTUS 1986 !!! Inschrijvers ontvangen nog een persoonlijk bericht met vertrekuur en opstapplaats . Wij wensen alvast iedereen heel aangename uitstap ! Samenstelling rubriek: Mathieu Kunnen
Het vertrek te Sint-Truiden voorzien we omstreeks 19 a 19.30 uur zodat iedereen tijdig terug thuis kan zijn. Gezien het betrekkelijk vroeg vertrekuur 1 s avonds, leek het ons niet wenselijk nog een gezamenlijk avondmaal te gebruiken.
Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, mikrofilm, fotokopie of op welke andere wij ze ook, zonder voorafgaande1ijke scbrifte1ijke toestemming van de uitgever en van de auteur(s).