HYGIËNEREGELS VOOR DE KEUKEN
Richtlijnen voor: Economen Koks Hulppersoneel keuken Hulppersoneel onderhoud
door Luk Wullaert Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) -‐ voor Roeland vzw Krijgslaan 18 -‐ 9000 Gent -‐ www.roeland.be
INHOUD
1. Werkkledij en persoonlijke voorwerpen 1.1 Waaruit bestaat de werkkledij en de werkuitrusting? 1.2 Persoonlijke voorwerpen 1.3 Bijzondere aandachtspunten 2. Verzorging 2.1 Algemene verzorging 2.2 Handhygiëne 2.3 Handschoenen 3. Hygiëne in de werkruimte 3.1 Eten en drinken 3.2 Verboden op de werkplek 3.3 Onaanvaardbaar zijn... 3.4 Bijzondere aandachtspunten 3.4.1 Wondjes 3.4.2 Proeven 3.4.3 Gebruik van zakdoeken
1. WERKKLEDIJ EN PERSOONLIJKE VOORWERPEN
1.1 WAARUIT BESTAAT DE WERKKLEDIJ EN DE WERKUITRUSTING? een broek (bij voorkeur met lange pijpen) een T-‐shirt (bij voorkeur met lange mouwen en in een lichte kleur) gesloten schoenen (geen teenslippers!) Roeland zorgt voor een haarnetje en katoenen schorten. Geen juwelen (ringen, oorringen, piercings, halskettingen, armbanden, festivalbandjes, vriendschapsbandjes, uurwerken, …). Geen kunstnagels, nagellak, nagelpiercings of andere versieringen. 1.2 PERSOONLIJKE VOORWERPEN Handtassen, GSM, MP3… en persoonlijke voorwerpen horen niet thuis in het keukencomplex. 1.3 BIJZONDERE AANDACHTSPUNTEN. Vervang de werkkledij indien nodig (afhankelijk van de bevuilingsgraad). De werkkledij wordt door de verantwoordelijken van Roeland gewassen en onderhouden. Voorzie voldoende propere kledij. Het haarkapje wordt zo gedragen dat alle haren onder het haarkapje zitten. Geen paardenstaarten of los hangende haarlokken mogen vanonder het haarkapje verschijnen. Het hoofddeksel wordt door iedereen opgezet bij het betreden van het keukencomplex. Het hoofddeksel enkel afnemen tijdens de middagpauze en op het einde van de werkdag bij het verlaten van het keukencomplex. Gooi het hoofddeksel weg in de afvalemmer na de dagtaak. Andere hoofddeksels dan die voorzien door Roeland worden niet toegestaan. Vaatdoeken (keukenhanddoeken) worden uitsluitend gebruikt voor het afdrogen na de afwas. Voor het reinigen van werkbladen en keukenapparatuur worden wegwerppapier of wegwerpdoekjes gebruikt. Warme recipiënten neemt men vast met pannenlappen. Bij het afgieten van aardappelen en deegwaren kan een vaatdoek eenmalig gebruikt worden; deze daarna onmiddellijk in de linnenmand deponeren.
2. VERZORGING
2.1. ALGEMENE VERZORGING Een goede dagelijkse persoonlijke hygiëne is vereist, hygiëne begint immers bij jezelf! Zorg voor: Een verzorgd uiterlijk. Een verzorgde haartooi. Zuivere handen. Vingernagels kort geknipt, vrij van nagellak en of kunstnagels. Propere nagelranden. Discreet gebruik van make-‐up en reukwaren is toegestaan.
2.2. HANDHYGIËNE
Mooi, maar niet in de keuken!
Wanneer handen wassen? Bij aanvang van het werk, na een pauze Bij het aanvatten van een nieuwe taak Na toiletgebruik Na het aanraken van bevuilde voorwerpen Na niezen, neussnuiten Na het wegdoen van de vuilnisbakken Hoe en waar handen wassen? Het wassen van de handen dient te gebeuren volgens de afgesproken procedure en gebeurt steeds in de daartoe voorziene handwasbakjes, nooit in de spoelbakken. Ook nog… Onder handenwassen bedoelt men zowel het wassen zelf onmiddellijk gevolgd door de desinfecteren. Op het einde van de dag kan men de handen inwrijven met een handcrème.
Hoe moet men de handen wassen?
De handen, polsen, eventueel de onderarmen nat maken onder stromend lauw warm water; Zeep nemen in de handpalmen (bacteriedodende). De handen goed inzepen door de handpalmen tegen mekaar te wrijven evenals de voorarm en dit minstens gedurende 20 seconden.
De handruggen wassen.
Tussen de vingers wassen; Onder de nagels wassen, de vingertoppen in de handpalm wrijven of gebruik maken van een nagelborsteltje. Overvloedig afspoelen met stromend water.
Handen en polsen goed drogen met wegwerppapier.
Hoe moet men de handen desinfecteren? Goed gewassen en droge handen (zie hierboven) ruim voorzien van desinfecterende gel. De handen goed desinfecteren door de handpalmen tegen mekaar te wrijven. De handruggen desinfecteren.
Tussen de vingers desinfecteren. Het desinfecteren van de handen duurt zolang totdat de gel is opgedroogd. Nooit gedesinfecteerde handen afspoelen!!! Nooit gedesinfecteerde handen afdrogen!!!
2.3. HANDSCHOENEN Wanneer wegwerphandschoenen dragen? Bij het aanraken van voeding die niet meer dient opgewarmd te worden (bv. broodjes, rauwkost, garnituren…) Bij portioneren van de koude gerechten Bij wondjes aan handen of vingers Wanneer wegwerphandschoenen vervangen? Regelmatig vervangen van de wegwerphandschoenen is nodig. Zeker bij: het verlaten van de werkzone (pauze) het veranderen van werk het aanraken van rauwe producten en afgewerkte producten het versnijden van verschillende soorten beleg Ook wanneer men handschoenen draagt blijft een goede handhygiëne belangrijk. Vóór het aantrekken van de handschoenen, worden de handen eerst gewassen en vervolgens ontsmet met desinfectans. Vanaf dan worden er enkel nog activiteiten gedaan waarvoor het dragen van handschoenen vereist wordt.
3. HYGIËNE IN DE WERKRUIMTE 3.1 ETEN EN DRINKEN. In de werkruimten wordt niet gegeten of gedronken. Uitzondering: water en frisdrank mag doorlopend gebruikt worden, maar enkel op de voorziene plaats. Er worden zeker geen glazen meegenomen naar de werkruimte, enkel koffiekoppen en bekers. 3.2 VERBODEN IN DE WERKRUIMTE. Bloemen en planten. 3.3 ONAANVAARDBAAR ZIJN: Niezen en hoesten boven voedingsmiddelen. Nagelbijten, neuspeuteren en neus afvegen met de handen. Gezicht en mond aanraken. Krabben in het haar. Handen afvegen aan de werkkledij. Het gebruik van kauwgom (kauwen). 3.4 BIJZONDERE AANDACHTSPUNTEN. 3.4.1 Wondjes en wondverzorging. Een wonde is de ideale plaats voor micro-‐organismen. Om besmetting van voedingsmiddelen te voorkomen is het belangrijk wonden aan de handen, vingers of voorarmen goed te verzorgen en af te schermen met een waterdicht verband en eventueel wegwerphandschoenen. Enkel zichtbare pleisters worden toegestaan in de keuken. 3.4.2 Proeven. Bereide voeding wordt nooit met de blote hand aangeraakt. Het proeven gebeurt met proper materiaal zoals een lepel of vork. Eenmalig gebruiken. 3.4.3 Gebruik van zakdoeken. Tijdens de werkzaamheden worden wegwerpzakdoeken van de papierrol of de plukdozen gebruikt. Na gebruik worden de zakdoekjes direct weggegooid en de handen gewassen en gedesinfecteerd. Gebruikte zakdoeken die in de broekzak of ergens anders in de kleding worden meegedragen, kunnen als besmettingsbron fungeren en iedere keer dat ze worden aangeraakt de handen besmetten.
Roeland vzw Taalvakanties en dagkampen, jeugdtoneel en stadsbezoeken Krijgslaan 18, 9000 Gent Huishoudelijk reglement betreffende persoonlijke hygiëne versie 2 op 31/05/2011