technologie
Koelen met lage luchtsnelheden markt
Digital realty trend
HP’s servertechnologie heeft grote impact op datacenters
dcw mei 2013
Make IT Easy
in samenwerking met:
advancing information transport systems
De voordelen op een rij. 1 Individuele toepassing Eén basis voor nagenoeg alle eisen die aan de netwerk- en servertechniek worden gesteld 2 Hoge belastbaarheid en variabele interieuropbouw Een belastbaarheid van maximaal 1500 kg bij een verstelling van de 19˝-montageniveaus zonder gereedschap. Alternatieve opbouwafmetingen zijn door de zijdelingse verspringing eenvoudig te realiseren (21˝, 23˝, 24˝, mogelijk) 3 Inbouw zonder gereedschap Montage van systeemtoebehoren met behulp van de nieuwe tijd besparende snap-in-technologie (o.a. bij legborden, kabelkanalen en nog veel meer) 4 Doordacht kabelmanagement Multifunctioneel dak voor zijdelingse kabelinvoer voor maximaal comfort en een vrije luchtweg voor actieve componenten 5 Snelle zijwandmontage Gedeelde zijwand met snelsluitingen en geïntegreerde sluiting met interieurvergrendeling 6 Overtuigend deurconcept Zichtdeur voor krachtige servertoepassingen met LCP-klimatisering of geventileerde deuren voor ruimteklimatisering 7 Gedeelde achterdeuren Gedeelde achterdeuren vanaf een hoogte van 1800 mm geven een optimale toegang en maximale vluchtweg 8 Intelligente toebehoren Eenvoudige en snelle selectie van systeemtoebehoren door het nieuwe TS IT-concept 9 Geïntegreerde meerwaarde in het 19 ˝-systeem Directe ruimtebesparende clipmontage van het nieuwe Rittal PDUrailsysteem aan de achterzijde in de Zero-U-Space, aan de voorzijde integratie zonder gereedschap van kabelmanagement en Dynamic Rack Control 10 Eenvoudige positionering Codering van de hoogte-eenheden en rasters in de diepte voor het eenvoudig instellen van de 19˝-niveauafstand
Make IT easy: Het nieuwe TS IT-rack
Rittal IT-Infrastructuur * Rack * Power * Cooling * Security * Global Service RITTAL bv Postbus 246 6900 AE Zevenaar Tel.: + 31 (0)316 59 16 40 www.rittal4it.nl Vind Rittal Nederland ook op:
DatacenterWorks ook online
Kijk voor alle artikelen en het laatste nieuws op www.datacenterworks.nl 4 |
(En voor datacentervideo’s op www.youtube.com/user/DatacenterWorks)
dcw colofon datac e nte rwo r ks is hét vakblad over de technische infrastructuur van datacenters.
jaargang 6, mei 2013, nr. 5
Shoot for the moon
datacenterworks verschijnt tienmaal per jaar. toezending geschiedt op abonne mentbasis en controlled circulation.
robbert hoeffnagel te l e fo o n +31 (6) 51 28 20 40 e - m a i l
[email protected] e i n d r e dacte u r Ma r ja n va n H o o r n p o sta d r e s r e dacti e
maredijk 17, 2316 vr leiden te l e fo o n 071 - 521 49 98
e - m a i l a dm i n i strati e @fenceworks.nl a dv e rte nti e - e xp lo itati e
hans potharst Commercieel Directeur te l e fo o n +31 (6) 17 44 38 16 e m a i l
[email protected] te l e fo o n +31 (0) 71 5 21 49 98 www.fenceworks.nl vo r m g ev i n g laura willemsen
grafisch ontwerp
druk
control media kopij kan worden ingezonden in overleg met de redactie. geplaatste artikelen vertegenwoordigen niet noodzakelijk de mening van de redactie. de redactie noch de uitgever aanvaarden enige aansprakelijkheid voor de inhoud van
artikelen van derden, ingezonden mededelingen, advertenties en de juistheid van genoemde data en prijzen.
fotokopie en overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk op welke wijze dan ook, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie en onder vermelding van: ‘overgenomen uit datacenterworks, vakblad over de
technische infrastructuur van datacenters’, met vermelding van de jaargang en het nummer. datacenterworks is een uitgave van fenceworks bv
De laatste jaren heeft de redactie van DatacenterWorks regelmatig artikelen gepubliceerd in de categorie ‘exotisch’. Of het nu ging om software defined networking, Xbox-technologie, supersnelle draadloze verbindingen of startups die met totaal afwijkende systeemontwerpen komen – we mogen er graag aandacht aangeven. De reden daarvan is dat het datacenter, zoals we dat de afgelopen decennia hebben gekend, gaat verdwijnen. De bekende datacentertechnieken kunnen de vraag van de business naar capaciteit en flexibiliteit niet meer aan. Twee ontwikkelingen spelen daarbij een hoofdrol. De eerste werd onlangs nog eens nadrukkelijk onderstreept door de aankondiging door HP van Moonshot. Een totaal nieuwe visie op het fenomeen ‘computerserver’.Tot voor kort was er nauwelijks onderscheid tussen servers van fabrikant X en die van fabrikant Y. Met de opkomst van mobiele processoren in serversystemen zagen we een eerste begin van deze trend. Maar nu breekt een toonaangevende hardwarefabrikant deze markt echt open: waarom differentiëren we de serverhardware niet veel meer naar type taak? Processor, storage, communicatie en dergelijke worden volkomen anders bij elkaar gebracht. Met als gevolg: maatwerk al naar gelang type software of taak die de server gaat verwerken. HP spreekt van microblades en systems-on-a-chip. En meldt ook nog even dat Moonshot tot een enorme daling van de koelbehoefte leidt en dat maar liefst 1800 (!) van dit soort servers in één rack passen. En HP kondigt nu alvast fijntjes aan dat het al die duizenden fysieke servers in de toekomst ook nog eens gaat virtualiseren! De andere ontwikkeling is DCIM. Of beter gezegd: de veel bredere trend waar DCIM deel van uitmaakt. Met de opkomst van cloud computing is de business zich zeer bewust van het feit dat ‘het ook anders kan’. We hebben genoeg van trage en dure IT-afdelingen. We eisen simpelweg 100 procent uptime. Dat gaat niet lukken als we een ratjetoe aan beheertools installeren. Het beheer moet worden gestructureerd waarbij op het hoogste niveau de availability en de performance van ‘businessservices’ centraal staan. Want dat is het enige dat de business interesseert. Alle techniek die nodig is om die businessservice goed te laten functioneren, zal op een samenhangende manier moeten worden beheerd. Tot en met de technische infrastructuur – waar DCIM de hoofdrol heeft.Vandaar dat we steeds meer ITaanbieders richting de DCIM-markt zien komen. Daar gaat zich de komende jaren een enorme strijd om de macht afspelen. Het datacenter gaat volkomen op de schop. Bereid je daarop voor. De voor ons deel van ‘de wereld’ belangrijkste aanjager daarbij is de IT-afdeling. Wie zich dagelijks bezig houdt met de technische infrastructuur van een datacenter en de ontwikkelingen op het gebied van IT niet goed volgt, bewijst zichzelf naar mijn mening een hele slechte dienst. Robbert Hoeffnagel
dcw mei | redactioneel
h o o f d r e dacte u r / u itg ev e r
3
6
10
16
14
28
20
24
34
Inhoud strategie
koeling
6
20
onderzoek
10
positie datacentermarkt amsterdam blijft sterk Amsterdam heeft, met ongeveer zeventig datacenters, een sterke positie in deze datacentermarkt. Omdat een aantal verouderde centra zal worden vervangen en de vestigingsomstandigheden voor nieuwe centra goed zijn, zal die positie sterk blijven.
management
14
tco van datacenter lastiger te berekenen Steeds meer datacentermanagers ontdekken dat hun TCO-berekeningen voor verbetering vatbaar zijn. Het berekenen van de ‘total cost of ownership’ was altijd - in elk geval op papier - redelijk overzichtelijk, maar blijkt in de praktijk steeds lastiger. Het resultaat van de berekeningen blijkt bovendien steeds vaker af te wijken van de werkelijke kosten. Hoe komt dat? En wat doen we er aan?
brandblussing
16
r&d minkels ontwikkelt pivot-roofsysteem voor watermistblussing Brandblussystemen en cold corridors: het lijkt soms lastig deze twee oplossingen met elkaar te combineren. Dankzij innovatieve features in de zojuist op de markt gebrachte Minkels ‘Next generation cold corridor’ wordt integratie van de twee echter gemakkelijk. Een mooi voorbeeld is de optionele module voor integratie met blussing op basis van watermist.
ventilatie met lage luchtsnelheden Een datazaal met in elk rack en op elke positie in een rack een optimaal klimaat voor de IT-hardware is mogelijk door te ventileren met lage luchtsnelheden. Het ‘Low speed ventilation’ concept, ontwikkeld door Low Speed Ventilation Datacenters, is energiezuinig en kostenbesparend. Wel is een integraal ontwerp van zaal en techniek noodzakelijk.
beheer
32
commscope neemt itracs over Voor een verdere uitbreiding van de oplossingen waarmee zakelijke klanten worden ondersteund met intelligentie en infrastructuurbeheer, heeft CommScope vrijwel alle onderdelen overgenomen van iTracs Corporation, een aanbieder van DCIM.
praktijk
36
schneider electric: nieuwe softwaretak voor datacenters In 2011 nam Schneider Electric Lee Technologies over. Die acquisitie vormt nu de basis voor een nieuwe businessunit binnen het Franse concern: de Mission critical services & software-divisie. Deze divisie richt zich op het ontwikkelen en aanbieden van een brede reeks van softwareproducten voor zowel grote als kleine datacenters.
en verder 39 nieuws van it room infra 40 nieuws 46 bicsi-nieuws coverfoto Begin april 2013 introduceerde HP Moonshot, een nieuwe serverlijn die door een modulair concept vooral de efficiëntie van dedicated servers aanmerkelijk verbetert. De density is zeer hoog – er kunnen maar liefst 1800 servers in één rack – terwijl analisten van IDC bevestigen dat het energiegebruik nog maar een fractie is van traditionele servers met dezelfde prestaties. “De Moonshot-server wordt door het samenstellen van verschillende losse componenten geoptimaliseerd voor de applicatie die erop gaat draaien. Je zou kunnen spreken van een vorm van ‘software defined server’”, zegt CTO David Chalmers.
dcw mei | inhoud
hp ziet grote toekomst voor microblades Begin april 2013 introduceerde HP Moonshot, een nieuwe serverlijn die door een modulair concept vooral de efficiëntie van dedicated servers aanmerkelijk verbetert. De density is zeer hoog – er kunnen maar liefst 1800 servers in één rack – terwijl analisten van IDC bevestigen dat het energiegebruik nog maar een fractie is van traditionele servers met dezelfde prestaties.
5
Nieuwe visie heeft grote impact op datacenter
HP ziet grote toekomst voor microblades begin april 2013 introduceerde hp moonshot, een nieuwe serverlijn die door een modulair concept vooral de efficiëntie van dedicated servers aanmerkelijk verbetert. de density is zeer hoog – er kunnen maar liefst 1800 servers in één rack – terwijl analisten van idc bevestigen dat het energiegebruik nog maar een fractie is van traditionele servers met dezelfde prestaties. “de moonshot-server wordt door het samenstellen van verschillende losse componenten geoptimaliseerd voor de applicatie die erop gaat draaien. je zou kunnen spreken
dcw mei | strategie
HP is weer terug bij zijn roots: de afgelopen decennia ontwikkelde het bedrijf veel technologische vernieuwingen en ook op dit moment ligt de focus bij HP weer helemaal op R&D van nieuwe computertechnologie. “We onderscheiden ons van andere partijen in de markt door sterk de nadruk te leggen op de R van Research. En dan bedoel ik échte research”, beklemtoont CTO David Chalmers.
6
“In deze tijd van mobility, social, cloud en duurzaamheid groeien datacenters als kool, maar de traditionele technische infrastructuur en economische factoren belemmeren die groei. Je kunt dus geen servers blijven ontwikkelen op de oude manier. Moonshot is een fundamenteel andere visie op servers. Geen ingebouwd moederbord, geheugen en rekenkracht meer, maar een modulair systeem gebaseerd op SoC, ‘system on a chip’.” Hij benadrukt dat het hier om een nieuwe serverlijn gaat bedoeld voor een nieuwe markt. “Moon shot komt niet in plaats van onze bestaande servers; het concept is een uitbreiding van ons portfolio – waar we wel veel van verwachten.”
soc’s en microblades
De Moonshot-server bestaat uit microblades die in een chassis met eigen koeling worden samengevoegd. De verschillende ‘cartridges’ in het chassis kunnen besturingssoftware, processoren, geheugen en DAS (direct attached storage) bevatten. DAS wint vanwege de lage latency erg aan populariteit. “Zo kan voor elke
applicatie de optimale server worden samengesteld. Dat leidt tot een minder generieke, maar juist meer op workload gerichte toepassing”, licht Chalmers toe. “Dat zorgt voor een sterke afname van de kosten.”Vrijwel elk type processor kan voor de Moonshot-servers worden meegeleverd. De fabrikanten van SoC’s zorgen voor hun eigen differentiëring, door verschillende GPU- en DSP-cores, en accelerators in te leveren. De term ‘software defined server’ is misschien wat hoog gegrepen. Er is immers geen sprake van een dynamische modificatie van de server. Chalmers beaamt dat. “Het is een statische vorm ervan; de dynamische uitvoering staat echter wel op ons verlanglijstje.” De eerste HP ProLiant Moonshot-server is uitgerust met de Intel Atom S1200 processor en is bedoeld om websites te hosten. De Moonshot 1500 is voorzien van 45 Intel-gebaseerde servers, één netwerkswitch en diverse ondersteunende componenten. De roadmap voorziet in een scala aan processors van HPpartners, waaronder AMD, AppliedMicro, Cal-
tekst: hans lamboo is hoofdredacteur van cloudworks
van een vorm van ‘software defined server’”, zegt cto david chalmers.
gehuisvest. Elke seconde gaat er 3 TB door de infrastructuur. De provider bedient 15.000 klanten uit 177 landen - waarvan 60 procent internetprofessional is en 30 procent value added reseller.Voor het overige is sprake van ‘traditionele’ hosting. “Moonshot-technologie biedt voor dedicated en cloudhosting in theorie goede mogelijkheden,” zegt Marc Burkels, manager dedicated nosting bij LeaseWeb. “Zeker de energie-efficiëntie en de schaalbaarheid van de technologie spreken ons aan, dat is iets waar we bij de
leaseweb als tester
Tot een van de testende organisaties behoort Leaseweb, wereldwijde provider van internetinfrastructuur. Het 15-jarige Leaseweb heeft zes datacenters operationeel, waaronder één in Nederland, waarin ruim 50.000 servers zijn
‘Moonshot is een fundamenteel andere visie op servers’
ontwikkeling van hostingoplossingen altijd veel aandacht aan besteden. De modulaire benadering in de Moonshot-technologie lijkt in elk geval veel flexibiliteit in het gebruik op te leveren. Dedicated hosting en cloud zijn echter wel twee verschillende werelden, met unieke eigenschappen en voor verschillende toepassingen en organisaties geschikt. Dat HP met een gesegmenteerde productroadmap voor Moonshot komt, waarin verschillende soorten hosting specifiek worden bediend, is dan ook lovenswaardig.” Burkels vervolgt: “Traditioneel gezien zijn er bepaalde redenen om voor cloud te kiezen: dat kan bijvoorbeeld een lagere kostprijs zijn of hoge eisen ten aanzien van de schaalbaarheid en flexibiliteit. Voor dedicated hosting kiezen gebruikers bijvoorbeeld omdat zij zelf de volledige controle willen houden over de onderliggende hardware. Ook hoge eisen ten aanzien van latency, bijvoorbeeld als het gaat om hostingoplossingen voor VoIP of online gaming, kunnen een reden zijn om voor dedicated hosting te kiezen. De komst van Moonshot
dcw mei | strategie
ceda, Intel en Texas Instruments. In de tweede helft van 2013 komen HP ProLiant Moonshot-servers beschikbaar die web-, cloud- en zeer grootschalige omgevingen kunnen ondersteunen en eveneens zeer geschikt zijn voor analytics en telecommunicatie. Op de rol staan verder nog Moonshot-servers voor onder meer big data, high-performance computing, gaming, financiële dienstverlening, genometrie, gezichtsherkenning en videoanalyse. “Er is een grote toename van dedicated hardware in datacenters. Veel hardware heeft geen positieve verhouding tussen opbrengst en energiekosten. Moonshot optimaliseert dat”, zegt Chambers. “De datacenters die Moonshot voor ons in de praktijk hebben getest, kunnen dat volmondig beamen.”
7
dcw mei | strategie 8
zal een aantal van de bestaande keuzeafwegingen op z’n kop zetten, daar ben ik van overtuigd. Dan kan het gebeuren dat gebruikers vanuit een cloudomgeving willen terugmigreren naar een dedicated server met een Moonshot-cartridge. Ik denk zeker dat er beweging in de bestaande gebruikers van de verschillende oplossingen kan komen.” Leaseweb heeft in eerste instantie getest met een alpha-unit van HP Moonshot, een toren waar één cartridge in kon. Op dit moment draait er een uitgebreidere versie om te testen hoe Moonshot zich gedraagt in de dagelijkse operatie. “Dan wordt gekeken hoe hij het rack ingaat, of dat prettig is voor de monteurs, of zij daarmee overweg kunnen en of er nadelen aanzitten. Een monteur moet binnen vijf minuten uit het datacenter kunnen zijn om een cartridge te wisselen. Dat betekent dat hij niet eerst zeventien schroefjes moet losdraaien. We kijken ook naar het managementsysteem, hoeveel stroom verbruikt het systeem als we er later productie op gaan draaien. Dat is de volgende stap: wat gaan klanten ermee doen. Dat testen we nu”, vertelt Burkels. Hij vindt Moonshot vanwege de modulariteit en dus schaalbaarheid bij uitstek geschikt voor
‘1800 servers in een rack en nog maar een fractie van de warmteproductie’
internet start-ups die hun eigen hosting doen, omdat ze binnen een dedicated hostingoplossing op basis van Moonshot met enkele cartridges kunnen beginnen en vervolgens gemakkelijk en snel kunnen doorgroeien. “Deze start-ups hebben vaak een krap budget, strakke deadlines en behoefte aan extreme flexibili-
teit”, zegt hij. “Wij hebben een hostingproductlijn in het prijssegment waarin ik Moon shot zie, waar klanten willen proeven van het product en het netwerk van LeaseWeb, zonder al te veel risico’s. Daar zie ik zeker potentie. En wat denk je van klanten die online gaming aanbieden? Ze kunnen vandaag 500 servers nodig hebben, twee weken later is het spel zo populair dat ze er 1500 nodig hebben, terwijl het drie weken later weer teruggaat naar 100. Moonshot is in principe in staat de performance te leveren die ze nodig hebben. Daar ligt dus een goede kans: die klanten kunnen met Moonshot efficiënt en dynamisch groeien en krimpen.” Cloud en dedicated hosting zullen vooralsnog gewoon naast elkaar bestaan. En de vraag naar dedicated servers groeit, weet Burkels. “Energie-efficiëntie blijft daarbij altijd een aandachtspunt. De eerste testresultaten zijn in elk geval veelbelovend. We hebben tijdens de testen berekend dat we tot wel 80 procent minder stroom verbruiken met Moonshot, terwijl de performance verbetert binnen het segment waarvoor die bestemd is. In die zin kan Moonshot een goede aanvulling zijn op ons palet aan hosting technologieën.”
advertentie
➔ Oog voor het milieu Milieu is een belangrijk onderwerp ook voor wat betreft uw computerruimte. Het besparen van energie staat hoog op de agenda van organisaties. Voor All IT Rooms is energiebesparing een belangrijk uitgangspunt in de ontwerpen die wij maken voor uw computerruimte of datacenter. Ook hierbij kijken wij naar de toekomst. Wij onderzoeken de mogelijke energiebesparingen. Hiervoor brengen wij de kosten en natuurlijk ook de opbrengsten in beeld, zodat er een zorgvuldige afweging gemaakt kan worden. All IT Rooms weet welke subsidies er voor u zijn op het gebied van energiebesparende maatregelen en kan deze subsidie aanvragen voor u afhandelen.
Ontdek de kracht van all it rOOms all it rooms B.v. | Lange Kleiweg 50B | 2288 GK Rijswijk | t +31(070)31 98 999 | e
[email protected] | www.allitrooms.com www.allitrooms.com
Conclusie Benelux Data Centre Dialogue-conferentie:
Positie datacentermarkt Amsterdam blijft sterk amsterdam heeft, met ongeveer zeventig datacenters, een sterke positie in deze datacentermarkt. omdat een aantal verouderde centra zal worden vervangen en de vestigingsomstandigheden voor nieuwe centra goed zijn, zal die positie sterk blijven.
10
herkenbaar beeld
Politieke stabiliteit, betrouwbare stroomvoorziening en relatieve zekerheid als het gaat om natuurrampen, blijven echter voor veel ondernemingen belangrijke factoren bij de keuze van een land of locatie voor het vestigen van een datacenter. Daarom valt de keuze (nog steeds) met grote regelmaat op een locatie in een van de westerse landen. Elvira van Bruggen MRE, real estate manager bij Digital Realty Nederland, eigenaar van vier grote datacenters in Amsterdam, herkent dit beeld en weet dat deze elementen belangrijke troeven zijn voor Amsterdam als vestigingsomgeving voor een datacenter. “Vergeet daarbij ook de goede bereikbaarheid niet.Veel klanten willen het gevoel hebben dat een datacenter goed bereikbaar is in noodsituaties. Met Schiphol in de directe nabijheid voldoet Amsterdam aan die behoefte.” Van Bruggen onthult tijdens het event, dat Digital Realty voornemens is nog dit jaar te beginnen met de bouw van een nieuw groot datacenter in de regio Groot-Amsterdam. “Onze huidige datacenters zijn zo goed als volledig verhuurd.”
amsterdam vijfde plek
Bij een onderzoek dat Digital Realty onlangs liet uitvoeren door onderzoeksbureau Campos onder 201 IT-beslissers in Europa werd gevraagd naar de favoriete locatie voor de bouw van een nieuw datacenter in de regio. In deze ranking staat Amsterdam op de vijfde plaats. Londen voert de lijst aan met 29 procent, 16 procent van de ondervraagden kiest voor Amsterdam. Ook als naar het land in West-Europa
tekst: van de redactie
dcw mei | onderzoek
Tijdens de Benelux Data Centre Dialogue, die eind april in Amsterdam is gehouden, beschouwde analist Mike Alden de marktomstandigheden voor datacenters. “In West-Europa staan ongeveer achthonderd datacenters, honderd daarvan bevinden zich in de Benelux; hiervan staan er zeventig in de directe omgeving van Amsterdam.” Dat betekent dat de regio Amsterdam-Schiphol-Hoofddorp goed is voor een fors aandeel in de totale markt van West-Europa. “Die markt is aan het veranderen,” stelt Alden. “Een datacenter bouwen is kostenintensief. Bedrijven staan nu voor de keuze: bouw ik in het Westen, of vestig ik een centrum in een van de groeimarkten?”
economische malaise
En er wordt nog steeds veel geïnvesteerd in deze sector.Wie zorgvuldig naar de datacentermarkt kijkt, ziet dat de branche zich opvallend genoeg aan de algemene economische malaise lijkt te onttrekken.Van de bedrijven die in het kader van het onderzoek zijn benaderd, Wilt u uw datacenters uitbreiden in 2013? gaf 25 procent aan hun dataja 25 centers zeker te zullen uitbreimisschien 56 den in 2013, terwijl het permisschien niet 14 centage dat tijdens het zeker niet 4 onderzoek van vorig jaar aanTabel 1 gaf in 2013 te zullen investeren
op 22 procent bleef steken. 56 procent van de ondernemingen die aan de enquête deelnamen zal ‘mogelijk’ uitbreiden in 2013 (tabel 1). De onderzoekers vroegen ook naar de plannen voor 2014. 21 procent van de deelnemers weet nu al zeker dat ze in 2014 de datacentrumcapaciteit zal uitbreiden. 57 procent geeft op deze vraag als antwoord ‘wellicht’. Opvallend is dat slechts 12 procent van de ondernemingen die zijn benaderd, aangeven noch in dit jaar, noch in 2014 verwacht uit te breiden. Van de in het onderzoek vertegenwoordigde partijen die daadwerkelijk in Nederland actief zijn, is 16 procent zeker van uitbreiding dit jaar, 48 acht het mogelijk dat er nog dit jaar wordt uitgebreid. Interessant is te kijken naar de redenen die worden aangegeven voor expansie. Security, disaster recovery en power issues zijn de belangrijkste redenen voor uitbreiding. Opvallend is dat ‘green issues’ (zoals duurzaamheid) niet hoog scoren qua belangrijkheid (tabel 2).
‘Bedrijven staan voor de keuze: bouw ik in het Westen, of in een van de groeimarkten?’
dcw mei | onderzoek
wordt gevraagd, waar beslissers hun datacentrum zouden willen bouwen of leasen, staat Groot-Brittannië bovenaan, met 37 procent, gevolgd door Frankrijk (29 procent). Nederland legt beslag op een vijfde plek, een vertaling van de 12 procent van de respondenten die aan ons land de voorkeur geeft. Alden liet in zijn analyse weten dat er ruimte is voor nieuwe centra in de omgeving van Amsterdam. “Een deel van de datacenters in dit gebied is verouderd. Dat zal leiden tot een upgrade van bestaande centra en tot het vervangen van oudere centra voor nieuwbouw.” Uit het onderzoek blijkt overigens ook dit: van alle ondervraagden geeft 75 procent aan dat de verouderde faciliteiten de reden is om te investeren in nieuwe datacenters.
11
MAIL
W
E
MAGAZIN
WHITEPAPER
EVENTS
VIDEO
ADVE
FREE PUBLICTY
FREE PUBLICTY
Minkels Next Generation Cold Corridor®
EVENTS www.minkels.com
MARKETING
ROUNDTABLESadvertentie MAIL CAMPGAGNE
GHOSTWRITING
PR
WHITEPAPERS
PR EVENTS
VIDEO
PUBLIC RELATIONS
VIDEO
WEBSITES
Met de Next Generation Cold Corridor brengt Minkels opnieuw als eerste modulair denken en energie-efficiënt datacenterdesign naar een hoger niveau. EXTREEM FLEXIBEL: Modulaire opties op basis van best practices Installatiegemak R&D gebaseerde optimalisatie van luchtstromen Brede keuze aan beveiligingsopties en (automatische) deursystemen Plug & play-integratie van sensoren Eenvoudige integratie van brandblussystemen Nieuw dakpaneel design voor hoge lichtdoorlaatbaarheid
GHOSTWRITING
MARKETING
ADVERTORIALS
MAIL CAMPAIGNS
De Next Generation Cold Corridor van Minkels is het ultieme modulaire antwoord op de alsmaar toenemende vraag van datacentergebruikers naar flexibele en modulaire oplossingen.
MAIL CAMPGAGNE
MARKETING
Hiermee worden sindsdien de luchtstromen in vele datacenters op energie-efficiënte wijze gescheiden.
EVENTS WEBSITES
GHOSTWRITING
ADVERTISING SALESLEADS
ADVERTISING Brengt modulair denken en energie-efficiënt In 2006 was Minkels de eerste datacenterleverancier in Europa die de Cold Corridor®-oplossingen commercieel introduceerde in de markt. datacenterdesign opnieuw naar een hoger niveau
VIDEO
ROUNDTABLES ADVERTISING
Resultaat door samenwerking Bel met FenceWorks 071- 5214998 voor een afspraak met uw accountmanager.
FenceWorks is uitgever van AppWorks, CloudWorks, DatacenterWorks, Infosceurity.nl/magazine, Satcomnieuws, Technalia, Verbinding en vakblad Warmtepompen.
uitbreidingsplannen voor europese datacenters.
security
disaster recovery
power issues
location specifi issues
connectivity issues
new appl/services
implement consolidation
more square footage
virtualization
outdated facilities
redundancancy
cooling issues
green issues
internal cloud
niet van enig belangrijk belangrijk belang
3
5
4
4
3
4
2
4
4
2
4
6
10
4
15
22
18
20
21
15
22
23
19
23
24
24
26
21
52
27
51
26
49
26
56
25
51
25
48
25
53
24
51
24
49
23
48
22
43
22
55
20
5
informatie van belang bij datacenterplanning
niet van enig belangrijk belangrijk belang
power reliability
datacenter management
new technology
managing expansion
cooling
green Issues
2
2
3
4
2
6
9
13
16
13
17
18
23
25
stroomverbruik stijgt minder sterk
51
48
46
50
46
47
47
45
Een opvallend aandachtspunt is het stroomverbruik. In 2007 gingen grote marktonderzoekers er nog vanuit dat het stroomgebruik van de sector in vijf jaar tijd met maar liefst 100 procent zou stijgen. In werkelijkheid bleef de toename tot 2012 beperkt tot 31 procent. “De meevallende stijging heeft niet alleen met zuiniger apparatuur, hogere temperaturen waarop servers kunnen draaien, en ander powermanagement te maken, maar zeker ook met een tragere groei van de sector dan in 2007 werd verwacht”, stelt Alden tijdens de bijeenkomst in Amsterdam.Volgens de analist is het ‘power issue’ wat minder dominant voor eigenaren van datacenters dan voorheen. “Nu wordt vooral datacentermanagement genoemd als belangrijk onderwerp van aandacht.” Uit het onderzoek dat Digital Realty presenteerde blijkt (echter) dat de betrouwbaarheid van stroomvoorziening en de beschikbaarheid van power om aan de behoefte te voldoen zeker belangrijke informatie is voor beslissingen over het datacenter, met datacentermanagement (inderdaad) als derde aspect (tabel 3). Ook hier blijkt overigens dat het thema ‘Groen’ passé is. Bij de uitbreiding van datacenters wil 54 procent van de bedrijven die in het kader van het onderzoek zijn bevraagd, gebruikmaken van een partner, ofwel voor het ontwerp en de bouw van het centrum (35 procent), ofwel om serverruimte in een ‘wholesale’ constructie af te nemen (30 procent) of zelfs beide (11 procent). Deze uitkomsten vormen overigens geen verandering van betekenis in vergelijking met het onderzoek van vorig jaar.
41
32
possible regulations
power requirements
23
40
41
zeer afgerond, daarom belangrijk uitkomst niet altijd 100%
20
Tabel 1
zeer afgerond, daarom belangrijk uitkomst niet altijd 100%
37
35
34
33
32
24
21
Tabel 2
groei zet door bij datacenters
Tijdens de Benelux Data Centre Dialogue werd duidelijk dat de groei in de datacentersector zal doorzetten, een beeld dat wordt weerspiegeld in de resultaten van het onderzoek dat Campos uitvoerde. Bernard Geoghegan, algemeen directeur van Digital Realty Europa, over de resultaten: “Ondanks de invloed van de onzekere economische situatie in Europa blijft de vraag naar datacenterruimte groot. Het onderzoek geeft aan, dat het dankzij IT en datacenters voor bedrijven mogelijk is zich aan te passen aan deze veranderende omstandigheden en zich voor te bereiden op betere economische omstandigheden. Beveiligings- en disaster recovery-eisen blijven hoog op de agenda staan, vooral tegen de achtergrond van recente wereldwijde ontwikkelingen. Het is dan ook cruciaal voor leveranciers om hun ervaring te tonen in het leveren van de juiste oplossingen.”
De branche lijkt zich opvallend genoeg aan de algemene economische malaise te onttrekken
dcw mei | onderzoek
reden voor expansie
13
Virtualisatie en energieprijzen gooien roet in het eten
TCO van datacenter lastiger te berekenen steeds meer datacentermanagers ontdekken dat hun tco-berekeningen voor verbetering vatbaar zijn. het berekenen van de ‘total cost of ownership’ was altijd – in elk geval op papier – redelijk overzichtelijk, maar blijkt in de praktijk steeds lastiger. het resultaat van de berekeningen blijkt bovendien steeds vaker af te wijken van de werkelijke kosten. hoe komt
14
“Vraag een bedrijf naar de total cost of ownership (TCO) van zijn ITdiensten en we zouden eigenlijk direct een antwoord verwachten.Waar dit antwoord voorheen redelijk nauwkeurig zou zijn geweest, zien we tegenwoordig dat het steeds vaker om een schatting gaat”, stelt Zahl Limbuwala, chief executive officer en een van de oprichters van Romonet, een Brits adviesbureau dat ‘predictive modeling tools’ heeft ontwikkeld om TCO’s te berekenen. Uit onderzoek onder klanten heeft het bedrijf vastgesteld dat de oorspronkelijke berekeningen steeds vaker geen resultaten geven die overeen komen met de werkelijkheid. Een van de belangrijkste boosdoeners: virtualisatie. Afhankelijk van het land waarin het datacenter is gevestigd, wordt de impact van virtualisatie nog eens extra versterkt door fluctuerende energieprijzen.
grotere problemen
“Problemen met TCO-berekeningen zijn niet nieuw,” meent Limbu wala. “De problemen lijken echter wel groter te worden.” De TCO van een datacenter laat zich berekenen door de belangrijkste kostenposten in acht te nemen. Dit zijn allereerst de initiële investeringen voor de
bouw van de faciliteit plus installatie van de IT-apparatuur. Daarnaast moeten de kosten worden meegenomen voor het beheer van het datacenter, evenals de energie die de faciliteit verbruikt, aangevuld met andere operationele kosten. Tot voor kort konden deze operationele kosten als min of meer constante bedragen worden opgenomen in de rekensommen. Virtualisatie gooit hier echter roet in het eten. Met in het verlengde daarvan ondemand IT-diensten ofwel cloud computing. Het probleem zit ’m hier: doordat steeds meer IT-afdelingen gebruikmaken van virtualisatie moeten ook het gebruik en het beheer van de IT-infrastructuur flexibeler worden. Hetzelfde geldt voor de investeringen die we doen in – vooral – de technische infrastructuur van een datacenter. Doordat we de IT-belasting in het datacenter nu kunnen of moeten variëren, veranderen ook de initiële kosten die we moeten maken bij de bouw van een datacenter. De koelingsbehoefte is in een gevirtualiseerde omgeving immers lastiger in te schatten, dan in een traditionele bezetting van de servers in een rack. “Afhankelijk van het land waar een datacenter is gevestigd, zijn de kosten voor energie bovendien steeds minder goed te voorspellen”, meent
tekst: hans vandam is journalist
dcw mei | management
dat? en wat doen we er aan?
‘De kosten voor energie zijn bovendien steeds minder goed te voorspellen’
meer dan één tco
Het is hierdoor niet langer mogelijk om dé TCO van een IT-service te berekenen. Althans, niet als we de TCO als een statisch gegeven beschouwen. Het is veel verstandiger om een meer dynamische vorm van TCO te hanteren. Bijvoorbeeld door een TCO vast te stellen over een periode van een jaar. “Bovendien”, adviseert Limbuwala, “is het verstandiger niet langer met een algemene TCO-berekening voor een compleet datacenter te werken. Het is veel nuttiger een TCO per component van de totale ITinfrastructuur van het datacenter vast te stellen.” Welke componenten hiervoor het beste kunnen worden gekozen, is afhankelijk van het datacenter en de eisen die de eigenaar stelt aan de financiële verantwoording.
grillig verloop
Door virtualisatie en cloud kent de belasting van de infrastructuur van een datacenter steeds vaker een grillig verloop. Om hier toch goede berekeningen op los te kunnen laten, is het van groot belang dat een datacentermanager zeer gedetailleerd weet met welke kosten hij te maken heeft. De initiële investeringen zijn hierbij redelijk gemakkelijk op een rij te zetten. Anders ligt het met de operationele kosten. Niet alleen zal – bijvoorbeeld – koeling mee moeten kunnen bewegen met de door virtualisatiesoftware gekozen systeembelastingen, maar dit zal ook
financieel-administratief moeten kunnen worden vastgelegd. “Met andere woorden, als VMware-software bepaalt dat bepaalde virtuele machines van de ene server naar de andere worden verplaatst en van het ene rack naar het andere en misschien zelfs wel van de ene zaal naar de andere, moet de koeling op alle locaties niet alleen dynamisch en volledig geautomatiseerd kunnen worden aangepast, maar moet dit administratief ook volledig en foutloos worden vastgelegd. Alleen dan kan een realistische TCO-berekening worden gemaakt”, stelt Limbuwala. Bijkomend voordeel is natuurlijk wel dat een datacentermanager die deze administratieve procedures heeft doorgevoerd, ook direct tot een goede financiële doorbelasting van het gebruik van de infrastructuur naar interne of externe klanten kan komen.
dcw mei | management
Limbuwala. De prijs voor energie is al lang niet meer enkel en alleen afhankelijk van vraag en aanbod, maar wordt steeds vaker en ook steeds ingrijpender beïnvloed door politieke besluitvorming rond vergroening van de economie, milieudoelstellingen en dergelijke. Hoe deze kosten zich ontwikkelen, is hierdoor moeilijker te voorspellen dan voorheen.
15
brandblussystemen en cold corridors: het lijkt soms lastig deze twee oplossingen met elkaar te combineren. dankzij innovatieve features in de zojuist op de markt gebrachte minkels ‘next generation cold corridor’ wordt integratie van de twee echter gemakkelijk. een mooi voorbeeld is de optionele module voor integratie met blussing op basis van watermist.
‘Next generation cold corridor’
16
Minkels was een van de eerste datacenterfabrikanten die in 2006 het oorspronkelijke Cold corridor-concept in Europa commercieel op de markt bracht. De afgelopen jaren heeft Minkels het concept van destijds verder doorontwikkeld, in lijn met de evoluerende behoeften van klanten. Na zeven jaar zag het bedrijf dat het tijd werd voor een volledig nieuw design van deze succesvolle datacenteroplossing om warme en koude luchtstromen op efficiënte wijze van elkaar te scheiden. Het nieuwe ontwerp, het design van de ‘Next generation cold corridor’, is het antwoord van het bedrijf op nieuwe behoeften in de datacenteromgeving. Modulariteit en integratie zijn de kenmerken van de oplossing om aan de huidige gebruikersbehoeften tegemoet te komen.
een uiterst flexibel systeem
“Klanten willen tegenwoordig graag uiterst flexibele oplossingen, om met de dynamische technologische ontwikkelingen in serverruimten en datacenters te kunnen meebewegen,” zegt Jeroen Hol, CEO van Minkels. “Om die flexibiliteit te bereiken, heb je datacenterproducten nodig die modulair zijn opgebouwd. Je ziet in de markt de vraag naar modulaire datacentersystemen dan ook toenemen. Wij spelen daarop in door op basis van jarenlang opgebouwde kennis op een zo gedetailleerd mogelijk constructieniveau in de oplossing modulariteit aan te brengen.
next generation cold corridor
Het nieuwe ontwerp van het Cold corridor-concept van Minkels is zeer energie-efficiënt dankzij eigen R&D-onderzoek naar de optimalisatie van luchtstromen. Opvallend is ook het nieuwe design van de dakpanelen, met een hoge lichtdoorlaatbaarheid wat het lichtniveau in een Cold corridor ten goede komt. Maar de belangrijkste nieuwe feature is: het sterke modulaire karakter. De Next generation cold corridor is recent geïntroduceerd tijdens verschillende Europese datacenterevents, onder andere in Parijs, Londen, Utrecht en Brussel. Vooral de vernieuwende ‘pivot-roof ’module kon daar rekenen op een enorme belangstelling. Voor meer informatie over de Next generation cold corridor: http://www.minkels.nl/getfile.php?id=2054
tekst: koen stegeman
dcw mei | brandblussing
R&D Minkels ontwikkelt pivot-roofsysteem voor watermistblussing
(Niels Hensen, eigenaar van ITB-Kwadraat)
dcw mei | brandblussing
‘De Next generation cold corridor van Minkels is extreem modulair opgebouwd’
17
Het modulaire Minkels upssysteem is geschikt voor stroomvermogens van 20 tot 120 kVA, heeft plug&play powermodules en is gemakkelijk te integreren met de Next generation cold corridor.
Ook vonden wij dat omwille van implementatietijd en gemak het handig zou zijn als je Cold corridor-modules kunt inzetten die kant-enklare oplossingen bieden voor specifieke gebruikersbehoeften. Bijvoorbeeld als het gaat om de integratie met een specifiek brandblussysteem.” Hol vertelt verder: “Onze Next generation cold corridor heeft die modulaire kwaliteiten in zich. Veel sterker nog dan het oorspronkelijke Cold corridor-concept, is de Next generation cold corridor volledig modulair opgebouwd, zowel op detailniveau als in toepassingsgerichte gebruiksopties. Een zeer flexibel in te zetten ‘aisle containment’ oplossing dus.”
dcw mei | brandblussing
r&d-onderzoek
18
Het basisprincipe van de energie-efficiënte scheiding van warme en koude luchtstromen in de Next generation cold corridor is hetzelfde gebleven. Een belangrijke feature in het nieuwe concept is allereerst het luchtstroommanagement, dat op basis van recent R&D-onderzoek door Minkels (zie kader) vergaand is geoptimaliseerd. “De verdere optimalisatie van luchtstromen op basis van R&D-gegevens is een significant pluspunt in de nieuwe oplossing,” zegt Vincent Liebe, senior productmanager bij Minkels. “Het belangrijkste kenmerk van de Next generation cold corridor is wat ons betreft echter de modulariteit, die op allerlei niveaus en details in de oplossing is aangebracht. Voor gebruikers betekent het dat zij de Cold corridor heel gemakkelijk en vooral ook heel snel, met een relatief korte implementatietijd, aan gebouwspecifieke omgevingsfactoren kunnen aanpassen. Ook biedt de modulariteit hen bijvoorbeeld de mogelijkheid om allerlei verschillende formaten racks met de Cold corridor te integreren. De modulaire principes maken het zelfs mogelijk eerst te beginnen met een gedeelte van de Cold corridor, om deze later pas volledig af te bouwen. Iets wat goed aansluit bij de gefaseerde uitrol die in veel datacenters plaatsvindt.”
de ervaringen van itb-kwadraat
Een van de eerste klanten waar de Next generation cold corridor inmiddels is geïmplementeerd, is het nieuwe datacenter van ITB-Kwadraat in Apeldoorn (www.itb-kwadraat.nl). Dit betreft een datacenter met een oppervlakte van 3.300 m2 en een verwachte PUE van 1,08, een zeer energiezuinige waarde dankzij een niet-mechanisch koelprincipe. Het datacenter gebruikt behalve enorme koelschachten een grote warmtewisselaar en een recirculerend binnenklimaat om volledig zonder compressor te koelen. De modulariteit van de geleverde Next generation cold corridors was voor ITB-Kwadraat een knock-out criterium in het inkoopproces. Het biedt het bedrijf de mogelijkheid gefaseerd en kostenefficiënt de noodzakelijke ‘aisle containment’ in te richten en gaandeweg allerlei specifieke details in de Cold corridor in te vullen, afhankelijk van uiteindelijke klantwensen. “De Next generation cold corridor van Minkels is extreem modulair en daarmee uiterst flexibel opgebouwd,” zegt Niels Hensen, eigenaar van ITB-Kwadraat. “Het past goed bij ons groeimodel waarin we gefaseerd en gaandeweg allerlei details willen invullen en aanpassen. Deze nieuwe Cold corridor maakt dit mogelijk. Racks hebben modulaire features,
whitepaper brandblussing & cold corridors
Voor sommige brandblussystemen kunnen Cold corridors een obstructie vormen. Ook kunnen verzekeringseisen een combinatieontwerp tot een issue maken. Volgens Patrick Timmer, lid van het R&D-team van Minkels, valt voor elke obstructie evenwel een oplossing te bedenken. Hij schreef hierover de whitepaper: Integration of the Cold Corridor with fine detection and suppression systems. De whitepaper kan gedownload worden via: www.minkels.com/ whitepaper
optionele keuzemodules
Een mooi voorbeeld van optioneel te kiezen modules zijn de modules die zorgen voor aansluiting van de Cold corridor bij verschillende typen brandblusinstallaties, zoals het type brandblussing op basis van watermist. Deze specifieke module in de Next generation cold corridor biedt een ‘pivot-roof ’ die via actieve aansturing vanuit het BMS gekoppeld is aan het brandblussysteem en via een thermische zekering automatisch openklapt bij 57 °C. Daarmee blijft de energie-efficiëntie van de Cold corridor gehandhaafd, terwijl deze de reguliere werking van het brandblussysteem niet in de weg zit. Het R&D-team van Minkels heeft over dit onderwerp, de integratie van Cold corridors met brandblussystemen, een whitepaper geschreven. Behalve modules voor brandblussingsystemen, zijn er binnen de Next generation cold corridor optioneel verschillende andere soorten modules beschikbaar. Bijvoorbeeld als het gaat om toegang en toegangsbeveiliging, ‘air tightness’ en datacenter monitoring. “Deze optioneel te gebruiken modules zullen de aansluiting van de oplossing bij specifieke klantbehoeften verder verhogen en een flexibele invulling ervan mogelijk maken”, stelt Liebe.
integratie met ups-systeem
Dankzij de modulaire constructieopbouw is het tevens een optie om een standalone-constructie voor de Next generation cold corridor te gebruiken, met dragende wandpanelen zonder racks, waarbij pas op een later tijdstip racks eraan kunnen worden toegevoegd. “Dat kan handig zijn wanneer je al wel de Cold corridor wilt plaatsen, maar nog niet precies weet wanneer en met welk soort racks je die gaat vullen.” De flexibiliteit die de modulaire benadering oplevert, is niet alleen terug te vinden in de vele formaten racks die met de Next generation cold corridor kunnen worden geïntegreerd. Ook het onlangs op de markt gebrachte Minkels ups-systeem (uninterruptable power supply) voor serverruimten binnen het mkb en corporate organisatieomgevingen – eveneens modulair opgebouwd (zie kader) – sluit naadloos aan op de
‘De optionele modules zijn gebaseerd op client best practices’ (Vincent Liebe, senior productmanager bij Minkels)
modulariteit van de Next generation cold corridor.
Een ‘pivot-roof’-module koppelt de Next generation cold corridor naadloos aan een watermist brandblussysteem, het dak klapt automatisch open bij 57 °C.
integratie minkels ups-systeem met cold corridor
Onlangs heeft Minkels een nieuwe ups-poweroplossing voor serverruimten op de markt gebracht. Dit modulaire ups-systeem is bestemd voor serverruimten binnen het mkb en corporate omgeving, om deze ruimten een ononderbroken stroomvoorziening te garanderen. De oplossing is specifiek geschikt voor stroomvermogens van 20 tot 120 kVA, heeft plug&play powermodules die gefaseerd en zeer energie-efficiënt te gebruiken zijn, en is gemakkelijk te integreren met de Next generation cold corridor. Het ups-systeem is oorspronkelijk door Minkels’ moederorganisatie Legrand ontwikkeld onder de naam Archimod ups-systeem. Deze oplossing wordt wereldwijd door Legrand op de markt gebracht en gebruikt binnen missiekritische omgevingen, waaronder chirurgieafdelingen in ziekenhuizen en de landingsbanen van vliegvelden. De ontwikkelafdeling van Minkels heeft de ups-oplossing voorzien van datacenterbehuizing, waardoor dit ups-systeem naadloos te integreren is met de Next generation cold corridor en andere modulaire oplossingen van Minkels.
dcw mei | brandblussing
zoals uitneembare tussenpanelen en uitwisselbare sloten, zodat klanten racks gemakkelijk aan elkaar kunnen koppelen.Voor ons waren de vele modulaire mogelijkheden doorslaggevend om voor dit Cold corridorontwerp te kiezen.” ITB-Kwadraat heeft inmiddels Next generation cold corridors voor het complete datacenter besteld. Minkels heeft de modulariteit tevens laten terugkomen in optioneel te kiezen modules. “Deze modules hebben we gebaseerd op concrete ervaringen en behoeften van klanten, op ‘client best practices’. De modules bieden plug&play antwoorden op allerlei gebruikerspecifieke situaties. Veel van de modulaire principes die in de Next generation cold corridor nu gestandaardiseerd zijn verwerkt, werden al eens succesvol in projectvorm bij klanten van ons toegepast. Als maatwerkoplossing dus. Doordat we deze principes in het nieuwe ontwerp van de Cold corridor modulair hebben ingebracht, is het mogelijk dat een brede groep klanten er nu plug&play gebruik van kan maken. Het was het juiste moment om met dit concept te komen. Er was een variëteit aan klantspecifieke oplossingen beschikbaar met een breed spectrum aan toepassingsmogelijkheden, om van de nieuwe Cold corridor een zeer compleet en vernieuwend product te kunnen maken” zegt Liebe.
19
Ventilatie met lage luchtsnelheden
dcw mei | koeling
Integraal koelprincipe voor datacenters
20
De verhoogde vloer met rechts de inblaaszijde van de luchtkoelers.
een datazaal met in elk rack en op elke positie in een rack een optimaal klimaat voor de ithardware is mogelijk door te ventileren met lage luchtsnelheden. het ‘low speed ventilation’ concept, ontwikkeld door low speed ventilation datacenters, is energiezuinig en
Boersema Installatie Adviseurs ontwerpt datacenters waarbij het principe van ventileren met lage luchtsnelheden een grote rol speelt. Mede door de specialistische kennis van luchtbewegingen en drukverschillen ontstaan datacenters waar de dagelijkse aandacht niet voortdurend gericht is op koeling en lucht, maar op de core business in IT. Bij het toegepaste ‘Low speed ventilation’ concept van Low Speed Ventilation Datacenters staat de IT-hardware in datacenters centraal. Storage- en serverapparatuur vragen een omgeving waarin het lijkt of ze alleen op de wereld zijn en niet worden gehinderd door de buren. Die benadering leidt tot een techniek waarbij de lucht met lage snelheden aan de ruimte wordt toegevoerd en er geen belemmeringen zijn voor die lucht om naar een bepaalde positie toe te stromen. Er zijn geen noemenswaardige drukverschillen in het datacenter. De luchtverdeling over de zaal wordt niet ingeregeld en ook niet bijgeregeld tijdens
Inregelen niet nodig
de exploitatiefase. Elke serverpositie is gegarandeerd van voldoende lucht; er zijn dus geen hotspots.
buitenluchtkoeling
Low speed ventilation maakt gebruik van een dubbele wand aan een of meer zijden van de computerzaal. Die dubbele wand vormt het transportkanaal voor de lucht. Als gekozen wordt voor direct buitenluchtgebruik worden in de buitengevel van dit kanaal buitenluchtroosters met regelbare luchtkleppen geplaatst voor de aanvoer van buitenlucht. De luchtkleppen in de retour zorgen voor de menging van retour- en buitenlucht tot de gewenste inblaastemperatuur. De industriële luchtkoelers zijn voorzien van fijnfilters (F9) die jarenlang meegaan. Gekozen kan worden voor cold-containment, voor hot-containment of geen containment. Bij cold-containment wordt de lucht onder de verhoogde computervloer gebracht en bij hotcontainment direct in de serverruimte. Ook als geen gebruik wordt gemaakt van direct buitenlucht en een gesloten (recirculatie)systeem wordt toegepast, blijven de voordelen van Low speed ventilation bestaan.
Vrije-luchttoevoer vanuit de vloer bij cold-containment.
dcw mei | koeling
tekst: kees boersema is directeur van boersema installatie adviseurs
kostenbesparend. wel is een integraal ontwerp van zaal en techniek noodzakelijk.
21
Cold-containment.
Hot-containment.
De luchtcorridor en de filterzijde
dcw mei | koeling
van de luchtkoelers.
22
De industriële luchtkoelers werken met gekoeld water. De dimensionering hiervan betekent dat het koelen gebeurt met een hoge watertemperatuur. Hierdoor zijn er vele energiezuinige methoden van koudelevering mogelijk. Ook kan warmte aan gebouwen of processen in de omgeving worden geleverd. Door de lage luchtweerstand over het koelerblok en de fijnfilters (samen een kleine 20 – 30 Pa) is de levensduur van de ventilatormotoren twee keer zo lang als die van ventilatoren in standaardkoeloplossingen. Om de luchtvochtigheid binnen gestelde grenzen te houden wordt, als dat nodig mocht zijn, de warme retourlucht in de luchtcorridor bevochtigd. De bevochtiging gebeurt met hoge-drukverneveling. Low speed ventilation is efficiënt en energiezuinig, zowel in deellast als bij een volledig volle computerruimte. Bij direct buitenluchtgebruik in een gematigd klimaat en een zaaltemperatuur van 25 °C is een PUE van 1,07 haalbaar. Als de belasting in de ruimte groeit,
alfa laval academy
Op 4 september 2013 staat de Alfa Laval Academy in het teken van Low speed ventilation. Nadere informatie of opgave via:
[email protected].
kan het aantal luchtkoelers meegroeien, zonder overlast in de computerruimte en zonder inregelwerkzaamheden. Er is geen compartimentering of dergelijke nodig om ook in deellast een stabiele en energiezuinige luchthuishouding te realiseren.
besparing op capax en opex
De integrale benadering resulteert in een lagere investering in het gebouw en de mechanische en elektrische voorzieningen. Bij nieuwbouw kan tot wel 20 procent worden bespaard op de investeringskosten. Maar ook in bestaande datacenters is in veel gevallen een upgrade naar een Low speed ventilation oplossing mogelijk. Vergeleken met datacenters op basis van traditionelere koeloplossingen is dan een besparing van circa 30 procent realistisch. De beschikbaarheid van de installaties en ITapparatuur is in een datacenter van groot belang. Een ontwerp volgens het beschreven principe gaat uit van beschikbaarheid: robuust met componenten van industriële kwaliteit. Boersema Installatie Adviseurs beheert de kennis over Low speed ventilation en engineert voor de klant een oplossing-op-maat. Oplossingen kunnen ook turnkey worden ontworpen en geleverd door partners van Low Speed Ventilation Datacenters.
De luchtcorridor en de filterzijde van de luchtkoelers.
Indien direct buitenluchtgebruik wordt toegepast:
Schematische plattegrond met aan
toestroom via gevelroosters naar de luchtcorridor.
de rechterzijde de luchtcorridor.
advertentie
Feel the Power, Gain the Insight Raritan’s Intelligent Rack PDUs provide you with the flexibility and insight to easily manage all your rack power needs. Choose from the broadest portfolio of intelligent rack PDUs: Capacity from 1.4 kVA to 55.4 kVA, 12-100A 4-54 locking outlets
Highest ambient temperature (60 °C, 140 °F)
Leverage the industry’s deepest capability set:
Plug-and-play environmental sensors
Remote unit-level and individual outlet-level kWh metering with ISO/IEC +/- 1% accuracy
Plug-in USB web cameras
Wi-Fi or wired networking
Circuit breaker metering and monitoring
Monitor and manage real time energy usage with Power IQ ® software which supports virtually every intelligent rack PDU on the market.
Call us on 010 284 4040 or visit www.raritan.eu/Power to learn more and explore all your PDU options.
© 2013 Raritan Inc.
24 6
dcw mei | management
Duidelijke criteria opstellen is van levensbelang
Een colocatieruimte kiezen bij de beoordeling van colocatieruimte zijn er vele factoren waarmee je rekening moet houden en tal van valkuilen die je wilt vermijden. carrie higbie van siemon belicht de complexe besluitvorming waarmee colocators te maken hebben. hoe kan de colo-
Veel bedrijven maken voor hun complete datacenter of hun disasterrecovery-locaties steeds vaker gebruik van een colocatieruimte en staan voor de uitdaging om de juiste ruimte te vinden voor deze kritische diensten. Het kiezen van een colocatieruimte verschilt in wezen niet veel van het kiezen van een huis. Je hebt een vast aantal criteria en vervolgens ga je op huizenjacht, of in dit geval colocatiejacht. Deze markt wordt hoe langer hoe concurrerender waarbij in hoog tempo de ene na de andere colocatie wordt gebouwd. Contracten worden steeds lastiger te ontcijferen en te vergelijken.
criteria opstellen
Bij het selecteren van ruimte is het eerste en belangrijkste wat een organisatie moet doen een aantal duidelijke criteria opstellen die aan geven wat er van de ruimte wordt verlangd. Kopers gaan er ten onrechte vanuit dat bij colo's alles in hun contract is inbegrepen. De werkelijkheid is dat je krijgt waar je om vraagt en dat je krijgt waar je voor betaalt. Je krijgt bijvoorbeeld geen Tier 4-ruimte voor dezelfde prijs als Tier 2. Een bedrijf moet weten welke diensten naar de site worden verplaatst en wat er voor deze diensten nodig is op het gebied van redundantie en uptime. Tier-niveaus zijn van belang voor sommige bedrijven en minder van belang voor andere die alleen maar in hun basisbehoeften willen voorzien. Wanneer we het met de medewerkers van een colocatiesite hebben over Tier-niveaus, is het van belang om te weten welke definitie van Tier zij hanteren. Tiers zijn oorspronkelijk geclassificeerd door het
Uptime Institute. Maar er zijn veel nieuwe definities, waarvan sommige gefundeerd zijn en andere minder. De procedure om een datacenter te laten 'certificeren' op een Tier-niveau is duur. Als dit voor een organisatie belangrijk is, zijn er diverse Tier-niveauopties beschikbaar. Maar het is van belang om te weten wie de accreditatie heeft verleend. Zo nemen sites die zeggen dat ze geaccrediteerd zijn voor een Tier-niveau van de Telecommunications Industry Association (TIA) het niet zo nauw, want zoiets bestaat niet. In plaats van te vragen om een bepaald Tier-niveau, is het belangrijker precies te weten welke redundantie is vereist. Ten aanzien van softwarefailover kiezen sommige bedrijven ervoor meerdere lagere Tier-faciliteiten te gebruiken in plaats van een Tier 3- of Tier 4-faciliteit. Sommige colo's zijn ‘ontworpen voor’ een bepaald Tier-niveau, terwijl de apparatuur echter nog niet is geïnstalleerd, omdat er eerst vraag moet zijn naar dit niveau van redundantie. Daarom is het ook van belang na te gaan wat er werkelijke operationeel is op het moment van de contractonderhandelingen.
locatiekeuze
Autonomie van informatie is ongetwijfeld van invloed op de locatiekeuze. In tal van landen is het verplicht om vertrouwelijke gegevens in het land zelf te bewaren. In sommige landen is het zelfs verplicht om ze binnen een staat in het land zelf te bewaren. Alleen dit al vormt een probleem voor de cloud. Het is heel lastig om de locatie van informatie in een cloudomgeving te garanderen, tenzij deze omgeving speciaal is
dcw mei | management
tekst: carrie higbie, global director data centre solutions & services, siemon
datacenterruimte optimaal worden benut en beheerd?
25
dcw mei | management
lokaal talent
26
gebouwd voor deze informatie. Omdat veel clouds zich in colocatiefaciliteiten bevinden, zijn er veel opties om informatie binnen een staat of land op te slaan. Als gegevensonafhankelijkheid van ondergeschikt belang is, zijn er andere factoren waardoor locatie een belangrijke rol speelt. Latency en beschikbaarheid van diensten zijn hier twee voorbeelden van. Als een bedrijf dat op zoek is naar ruimte, bijvoorbeeld actief op de aandelenbeurs handelt, ligt de locatie betrekkelijk vast omdat afstand latency creëert en latency kost nu eenmaal geld. Ook als diensten, zoals ISPverbindingen, niet in voldoende mate aanwezig zijn of als deze niet betrouwbaar of snel genoeg zijn om de benodigde gegevens over te brengen, zal de locatie uiteraard niet voldoen. Als het vastgoed dichter bij kritische services heel duur is, wat bij locaties in de buurt van aandelenbeurzen vaak het geval is, kan een bedrijf ervoor kiezen datacenterlocaties te splitsen op basis van functionaliteit. In dit voorbeeld is er dan één locatie vlak bij de beurzen waar aandelen worden verhandeld, terwijl andere onderdelen van de organisatie en andere toepassingen worden ondergebracht op een andere datacenterlocatie, waar de kosten lager zijn. Net zoals bedrijven bezig zijn om ruimte te evalueren, moeten ze ook de ruimte die door cloudservices wordt gebruikt, evalueren aan de hand van dezelfde criteria. Het lastigste is om de zekerheid te krijgen dat de cloud op dezelfde plaats blijft. Dit is een van de redenen waarom hybride-cloudinitiatieven worden ontwikkeld. Simpel gezegd gaat het om zeggenschap over kritische applicaties.
Een andere factor die bij locatie van belang is, is de beschikbare talentpool.Vaak kunnen colocatie-eigenaren deskundige ondersteuning bieden. Als deze optie niet beschikbaar is, moet er naar en van de locatie worden gereisd en moeten de reiskosten bij de beoordeling worden betrokken. Bij kritische diensten moet de tijdsduur ook een punt van overweging zijn. Daar staat tegenover dat als een beroep wordt gedaan op lokaal talent, er wel voldoende keuze moet zijn. Universiteiten met IT-opleidingen of andere bedrijven met IT-organisaties kunnen een bedrijf helpen om lokaal talent te vinden. De site moet ter plekke worden geïnspecteerd om een aantal praktische selectiecriteria te kunnen beoordelen. Je kunt de situatie vergelijken met een appartementencomplex met een aantal goede huurders en een aantal minder gewenste huurders. Sommige colocatiefaciliteiten laten hun huurders doen wat ze willen in hun kooien. Als één huurder geen goede huurder is, kan de luchtvoorziening naar de volgende kooi worden geblokkeerd, kan voeding een probleem worden, kunnen brandbare deeltjes en stof in de ruimte binnendringen, om maar een paar mogelijke problemen te noemen. Het is cruciaal om te weten hoe de faciliteit het toezicht op zijn kooien regelt. Het laatste waar een organisatie op zit te wachten is dat zijn apparatuur het laat afweten omdat de kooi ernaast de complete ruimte onder de vloer heeft volgebouwd met kabels en dozen. En dat gebeurt echt. Beheer van kabelgoten en ruimte is cruciaal. Ruimteplanning moet ook deel uitmaken van een risicobeoordeling. Dit garandeert dat de site niet toestaat dat er verticale kooien en koude-warmegangen in stand worden gehouden in gedeelde ruimten. Hulp bij ruimteplanning en -ontwerp kunnen ook helpen om zelf veroorzaakte problemen te voorkomen. Colo's die beschikken over ontwerpresources, leveren een toegevoegde waarde die erkenning en respect verdient, op voorwaarde dat ze zich inspannen om iets te ontwerpen dat tegemoetkomt aan de behoeften en specificaties van de koper. Als dit niet mogelijk is, kunnen leveranciers ongetwijfeld resources leveren om te helpen met het ontwerp en het genereren van een stuklijst.
energiekosten
Verder is van belang hoe energiekosten worden verrekend en verdeeld. De meeste colocatiefaciliteiten hebben een bedrag in gedachten wanneer ze de huurprijzen voor een ruimte vaststellen. Het is mogelijk dat sommige bestaande huurders minder betalen voor hun energie, omdat het colocatiecentrum in het initiële contract geen bepaling heeft opgenomen die het mogelijk maakte eindgebruikers meer in rekening te brengen toen de energieprijzen stegen of het energiegebruik toenam. Dus moeten nieuwere huurders de site in financieel opzicht overeind houden via excessieve tarieven. Energie in rekening brengen is problematisch omdat colocatiesites meestal geen vergunning hebben om energie te kopen of te verkopen. Voordat het contract wordt ondertekend, is het verstandig inzicht te hebben in hoe de energie wordt gedistribueerd, toegekend en in rekening wordt gebracht. Dit voorkomt verrassingen. Nadat er een shortlist is opgesteld, is het van belang ruimte A te beoordelen ten opzichte van ruimte B in een procedure waarbij appels met appels worden vergeleken. Dit is gemakkelijker als de koper ook de-
gene is die de criteria bepaalt. Het is niet ongebruikelijk dat er een contract wordt opgesteld voor alleen de vloerruimte. Voor beveiliging wordt soms een extra tarief in rekening gebracht en voor monitoring ook nog eens. De koper moet vooraf weten wat gewenst is en dit kunnen afzetten tegen de kosten voor de ruimte. In de meeste gevallen is het gunstig specifieke verzoeken om inlichtingen te laten beantwoorden door de eigenaren van de colocatiesite na de voorlopige beoordelingsronde. Bedenk tot slot dat het mogelijk is kritische diensten te verdelen over meerdere sites.
global director
Carrie Higbie, global director of data centre solutions and services van Siemon Company, is bijna dertig jaar werkzaam in de computer- en netwerkindustrie. Higbie participeert in de IEEE, TIA en verschillende consortiums voor de acceptatie van normen, is voormalig directeur van de BladeSystems Alliance en zit in de raad van bestuur. Ze is betrokken bij het IDC-panel van bedrijfsexperts, het Uptime Institute, talrijke panels en groepen op het gebied van groene gebouwen, de Ethernet Alliance, PMI, Share en diverse andere branchepanels. Higbie heeft als consultant, projectmanager en leidinggevende bij Fortune 500-bedrijven veel ervaring opgedaan met alle aspecten van netwerken en applicatieontwikkeling en heeft gedoceerd aan de universiteit. Zij heeft een MBA en MSBA, is een gezien spreker tijdens branche-events en heeft wereldwijd een aantal artikelen en whitepapers gepubliceerd. Zij is tevens een experts in TechTarget’s forums Searchnetworking, SearchEnterpriseVoice en SearchDataCenters en is lid van de raad van advies. De directeur is RCDD/NTS en heeft in de loop van de jaren 38 branchecertificeringen behaald. Ze heeft één patent op het gebied van telecommunicatie en één patent is aangevraagd.
Innovatieve UPS oplossingen
Newave draagt zorg voor de onderbrekingsvrije stroomvoorziening van organisaties en bedrijven. Dat doen we al jaren op basis van kwaliteit, energie zuinigheid, lage explotatiekosten en een excellente service.
www.newavenergy.nl
‘Digital service efficiency’ geeft ICTroom grip op prestaties van datacenters
dcw mei | management
Methodiek koppelt klant aan operationele kosten
28
om grip te krijgen op het functioneren van een datacenter is het belangrijk dat alle investeringen, operationele kosten en alle verbruik van grondstoffen en energie volledig kunnen worden doorbelast aan de uiteindelijke gebruiker van de diensten van een datacenter, aldus gert jan spinhoven van ictroom. dat is makkelijker gezegd dan gedaan. want hoe doen we dat precies? voor dit doel is een speciale meetmethodiek ontwikkeld –
De manier waarop we naar het datacenter kijken, is de laatste jaren ingrijpend veranderd. ICTroom ontwerpt, bouwt en beheert al ruim twaalf jaar datacenters en computerruimten. Wij zien inmiddels een belangrijke verschuiving in de benadering van kosten- en budget allocatie optreden. Voorheen werd een vrij strikte scheiding aangehouden tussen de ITinfrastructuur (zeg maar: alle IT-apparatuur die in de racks is geplaatst) en de technische infrastructuur (power, koeling, racks en dergelijke). De IT-laag valt dan veelal weer uiteen in een applicatielaag, een middlewarelaag en de hardware. Tegenwoordig kijken we hier anders naar. IT is van cruciaal belang voor het succes van een bedrijf. Daarbij is IT echter geen doel, maar vooral een middel om de business beter te laten functioneren. Daarom denken we steeds meer in termen van ‘businessservices’, ofwel de diensten die de business helpen om bepaalde zakelijke doelstellingen te realiseren. Deze diensten zijn in de regel gebaseerd op een of meer IT-systemen. En deze IT-systemen zijn weer opgebouwd uit applicaties, servers, storage, netwerkcomponenten, maar ook power, koeling, brandblussystemen en dergelijke. Om een businessservice optimaal te laten functioneren zullen al deze individuele technische systemen en componenten dus eveneens uitstekend moeten presteren. Dit kan alleen als het beheer daarvan volledig op elkaar is afgestemd. Door DCIM (datacenter-infrastructuurmanagement) te koppelen aan oplossingen voor IT-servicemanagement is dit probleem technisch goed op te lossen.
businessservice
Een businessservice kost echter ook geld. En heeft impact op het milieu. Op papier zijn dit soort kosten redelijk snel uit te rekenen. Neem de belasting die een businessservice op de on-
derliggende infrastructuur heeft. Bepaal vervolgens welk deel van de totale kosten van zo’n component door de businessservice waarvan we de kosten willen berekenen, aan de businessservice zijn door te berekenen. Op die manier kunnen we tamelijk snel tot een redelijk beeld van de kosten per businessservice komen. Althans: in theorie. De praktijk is veel weerbarstiger. We hebben te maken met initiële kosten ofwel de investeringen die nodig zijn voor het aanschaffen van een product of faciliteit. Daarnaast hebben we te maken met operationele uitgaven. Denk aan de kosten voor koeling, voor verbruiksartikelen en dergelijke. Ook willen we nog eens weten wat de milieuimpact van een businessservice is, terwijl we natuurlijk te maken hebben met de vraag hoe efficiënt we een bepaalde businessservice kunnen aanbieden. Deze laatste vraag is interessant voor zowel commerciële datacenters (hostingfirma’s, colo’s, cloudproviders en dergelijke) als interne datacenters. De eerste willen hun (externe) klanten laten zien dat zij een efficiënt en concurrerend product aanbieden, de tweede groep wil naar zijn (interne) klanten aantonen dat intern regelen van een businessservice een betere optie is dan uitbesteden, terwijl de interne klant tevens zeker wil weten dat er vanuit maatschappelijk verantwoord ondernemen geen imagoproblemen kunnen optreden doordat bepaalde diensten of producten een (te) forse milieubelasting kennen.
sustainability office
Het Amerikaanse eBay worstelt ook met deze problematiek. De kritiek op het energiegebruik van datacenters baart natuurlijk deze grootverbruiker van IT zorgen. Daarom is dit bedrijf goed gaan nadenken hoe het grip op dit probleem kan krijgen. Daarbij wil het een
meting kunnen doen van de kosten, de prestaties en de milieueffecten van de IT-infrastructuur. In het geval van eBay per transactie. Deze moedermaatschappij van de Nederlandse Marktplaats concurreert in dat opzicht uiteraard met traditionele winkels. Een meetmethodiek heeft daarnaast als voordeel dat als eenmaal duidelijk is welke kosten en andere componenten een rol spelen, er mogelijkheden ontstaan om deze componenten te beïnvloeden en dus tot een efficiëntere operatie te komen. Dat is goed in de concurrentiestrijd met traditionele winkels, maar levert eveneens een betere en veelal goedkopere datacenteroperatie op. In afbeelding 1 is een schematische weergave van de meetmethodiek te zien. Dit schema geeft de stappen weer die in de visie van eBay doorlopen moeten worden. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen – zeg maar – algemene of standaardmeetwaarden en een aantal bedrijfsspecifieke criteria. Interessant is dat eBay goed heeft nagedacht over de vraag welke functionaris binnen een bedrijf verantwoordelijk is voor bepaalde maatregelen en meetwaarden. Veel bedrijfsspecifieke aspecten moeten worden aangepakt op C-level binnen de eigen organisatie. Interessant is ook om te zien dat eBay behoefte ziet aan een ‘sustainabi-
dcw mei | management
tekst: gert jan spinhoven is manager sales & marketing bij ictroom
digital service efficiency geheten.
29
2. Voorbeeld van een dashboard dat inzicht geeft in de digital service efficiency.
lity office’. Deze afdeling werkt bij eBay inmiddels met dashboards als weergegeven in afbeelding 2.
stappen
Welke stappen moeten we doorlopen als we de digital service eficiency-methode gaan volgen? Allereerst is het belangrijk vast te stellen dat de vier stappen die eBay aangeeft niet een eenmalig project vormen. Er is een groot aantal variabelen die kunnen worden gemeten en verbeterd. We moeten deze cyclus continu doorlopen. Deze vier stappen zijn: Stel vast welke businessservices aan de interne of externe klant of klanten wordt geleverd. Bij eBay gaat het om twee primaire services: kopen en verkopen. Bij andere bedrijven zal het in de regel om een groter aantal businessservices gaan. Vaak zal er zich onder deze primaire businessservices een reeks van andere services bevinden die noodzakelijk zijn om de primaire businessservices te laten functioneren. Al deze businessservices moeten hië-
dcw mei | management
1
30
rarchisch in kaart worden gebracht. Reken uit hoeveel energie de primaire businessservices gebruiken. Het gaat hierbij zowel om het energiegebruik dat volledig aan een businessservice en haar onderliggende technische componenten is toe te schrijven, als om ‘shared’ energiegebruik. In dat geval gaat het om het energiegebruik van een component dat de businessservice deelt met een andere service. In dit laatste geval zal dus een verdeling van het energiegebruik van de component over de diverse services moeten worden vastgesteld. Het energiegebruik moet worden uitgedrukt in kilowattuur. Bepaal de interne rekeneenheden. Het is belangrijk de route in kaart te brengen die de software die nodig is voor een bepaalde businessservice door alle lagen van het datacenter heen aflegt. Op basis hiervan kan worden vastgesteld hoe een bepaalde businessservice wordt geleverd. Hierbij zal een interne rekeneenheid moeten worden vastgesteld die gebruikt kan worden om de belasting te kun-
2
3
nen vaststellen die elke businessservice op alle lagen van het datacenter veroorzaakt. Dit is een redelijk complexe stap, aangezien we het hier niet alleen hebben over watts als rekeneenheid voor IT-systemen, maar bijvoorbeeld ook over het aantal SQL-queries als het gaat om databases, datawarehouses en bijvoorbeeld over business-intelligence en de communicatie tussen applicaties onderling. Leg vast waar de stuurvariabelen zitten. Aan welke knoppen kunnen we nu precies draaien om tot een betere score ten aanzien van de digital service efficiency te komen? Dit is in belangrijke mate maatwerk per organisatie. Door echter vast te stellen welke stuurvariabelen beschikbaar zijn, kan grip worden verkregen op de kosten, het prestatieniveau en de ‘carbon footprint’.
4
DSE is de eerste meetmethodiek die C-level medewerkers én technische professionals van een organisatie de tools geeft hun investeringen in de technische én de It-infrastructuur te beoordelen en te optimaliseren. Doordat de methodiek kijkt naar de effectiviteit van een businessservice gaat deze aanpak ook veel verder dan eerdere methoden die vooral op het optimaliseren van het energiegebruik zijn gericht. Milieu-impact en prestaties van de infrastructuur kunnen hiermee direct worden gekoppeld aan het zakelijke succes van de organisatie. Daarmee zetten we opnieuw een forse stap vooruit naar het verder optimaliseren van het datacenter. 1. Schematische weergave van de digital service efficiency-meetmethode van eBay.
Onderzoek Emerson Network Power:
IT is vooral dienstverlener en geen ‘game changer’ uit een nieuw rapport van emerson network power blijkt dat bijna de helft van alle cio’s zichzelf beschouwt als it-dienstverlener of kostenplaats en niet als ‘game changer’ of strategisch innovator. het bijblijven bij nieuwe technologie is een barrière geworden, die verhindert dat bedrijven actief profiteren van de snelle ontwikkelingen binnen de informatiemaatschappij. · Slechts 10 procent van de CIO’s ziet zichzelf als een drijvende kracht achter de concurrentiepositie van hun organisatie, terwijl 15 procent zichzelf als zakelijk partner en 26 procent als invloedrijk medewerker ziet. · CIO’s in Zuid-Amerika beschouwen zichzelf relatief vaak als ontwikkelaar van bedrijfsstrategieën of als game changer, terwijl CIO’s uit de Verenigde Staten zichzelf juist relatief weinig zo zien. · De CIO’s hebben 40 punten aangegeven waarvan zij vinden dat die erg of buitengewoon belangrijk zijn voor hun rol als IT-manager binnen hun organisatie. Zij geven aan dat ze als gevolg hiervan het grootste gedeelte van hun tijd bezig zijn met het leveren van diensten, en niet zozeer met het plannen voor de toekomst. “Als voormalig CIO ken ik zowel de eisen van deze functie als de cruciale rol die de CIO kan spelen bij het ondersteunen en vormgeven van de bedrijfsstrategie”, zegt Steve Hassell, voormalig CIO van Emerson en tegenwoordig topman van Emerson Network Power’s Avocent.“Het kan moeilijk zijn om uit de tredmolen van de dagelijkse werkzaamheden te stappen, maar trends als sociale media, mobiliteit en gegevensgestuurde besluitvorming zullen het belang van de IT voor het aantrekken en bedienen van klanten doen toenemen. Emerson gaat zich op korte termijn bezighouden met een aantal van deze uitdagingen en oplossingen introduceren die de complexiteit van de bedrijfsmiddelen verminderen en het beheer ervan verbeteren. Dat is de sleutel om de overgang van dienstverlener tot zakelijk leider vloeiend te laten verlopen.”
Ga voor het volledige rapport naar www.EmersonNetworkPower.com/CIOtopics.
dcw mei | onderzoek
tekst: van de redactie
Het rapport van Emerson Network Power heeft als titel ‘De CIO van de toekomst: een game changer worden’. Het benadrukt het belang van budgetteren voor innovatie als een manier om binnen organisaties een strategischere rol in te nemen. Het rapport is gebaseerd op een onderzoek onder 560 CIO’s en IT-managers van bedrijven met vijfhonderd of meer medewerkers in de Verenigde Staten, Zuid-Amerika, Europa en Azië. Enkele highlights uit het rapport zijn: · CIO’s uit Azië (79 procent) en Zuid-Amerika (78 procent) lopen voorop in de verwachting van een significante wijziging in hun rol de komende vijf jaar. Minder dramatische wijzigingen worden verwacht in de Verenigde Staten en Europa, waar ongeveer de helft van de CIO’s verwacht dat hun rol de komende vijf jaar sterk zal veranderen.
31
Eaton noemt ups van cruciaal belang bij virtualisatie gevirtualiseerde omgevingen zijn continu aan verandering onderhevig en nemen
tegelijkertijd in complexiteit toe. dit brengt nieuwe uitdagingen met zich mee, stelt eaton.
32
Het beheren van de energie-infrastructuur binnen een virtueel platform is van vitaal belang voor het verhogen van de levensduur en betrouwbaarheid van IT-toepassingen. Eaton heeft daarom een aantal oplossingen ontwikkeld die ervoor zorgen dat de beschikbaarheid van gevirtualiseerde omgevingen verder wordt verbeterd en die bovendien gegevensverlies voorkomen tijdens langdurige stroomstoringen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van power-managementsoftware. De intelligent powersoftware van Eaton integreert naadloos met toonaangevende virtuele platformen van onder meer VMware, Microsoft, Citrix en Redhat. Hierdoor kunnen alle ups-systemen (uninterruptible power supplies) en ePDU’s (intelligente stroomverdelings eenheden) in het virtuele netwerk worden bekeken in één en dezelfde applicatie, met inbegrip van het complete netwerk, de fysieke server en de opslaginformatie. De software helpt bovendien bij het minimaliseren en zelfs elimineren van uitval van bedrijfskritische processen in geval van een stroomonderbreking. Tijdens een plaatselijke stroomuitval bijvoorbeeld, zal de intelligent powersoftware een onmiddellijke live migratie activeren. Hierdoor worden virtuele machines van de getroffen server eenvoudig verplaatst naar een andere, nog wel actieve (back-up) server op het netwerk. Zo wordt downtime voor-
komen en de kwaliteit van data gewaarborgd. Ook kan tijdens een langdurige stroomuitval een gecontroleerde en correcte afsluiting van hypervisors en hun guests worden geactiveerd. De software zorgt ervoor dat virtuele machines worden afgesloten of in slaapstand gaan, geeft de hypervisor een signaal om af te sluiten en schakelt bovendien automatisch de fysieke servers af.
• Door de ups en netwerkkaart met de gratis Intelligent powersoftware van Eaton te integreren, kunnen de ups-systemen en daarop aangesloten apparatuur overal en altijd bekeken, worden gemonitord en beheerd. • Naadloze integratie met toonaangevende virtuele platformen van onder meer VMware, Microsoft, Citrix en Redhat. • Rechtstreekse migratie van gevirtualiseerde
tekst: van de redactie
dcw mei | energiemanagement
zeker op het gebied van de juiste stroombescherming en -beheer.
omgevingen om automatisch en transparant te migreren naar servers die tijdens stroomstoringen niet getroffen zijn, via systemen als VMware vMotion en Microsoft Live Migration. • De software meet het stroomverbruik om de effectiviteit van het verbruik (PUE) te helpen berekenen, een breed toegepaste rekenmethode om de stroomefficiëntie van datacenters te meten. • Ontvangt realtime statusupdates van de ups of ePDU. • De nieuwe ups-bundels, die voorbereid zijn voor virtualisatie, combineren een aantal van de populairste ups-systemen met een netwerkkaart en software in één handig totaalpakket.Verkrijgbaar voor de volgende ups-modellen van Eaton: EX ups, 5PX ups en 9PX ups.
advertentie
Al 25 jaar een voorsprong in techniek APAC is een krachtige combinatie van drie zelfstandige opererende bedrijven, verbonden door hun vergaande specialisatie en hoge kwaliteitsnormen. APAC Airconditioning BV is dé specialist op het gebied van datacenterkoeling en koeling van computerruimtes. De missie van APAC is om met behulp van slimme technieken energiezuinige producten en installaties te leveren die bijdragen aan een beter milieu.
www.apac.nl
34
dcw mei | behuizing
Nieuwe ‘cold section’ van Schäfer IT-Systems
Flexibel en multi-inzetbaar schäfer it-systemen heeft de nieuwe generatie ‘cold section’ behuizing voorgesteld. de behuizing met grote dakelementen en schuifdeuren dient ter doelgerichte afscheiding van de koude en warme luchtpassages tussen de rijen serverkasten.
tekst: van de redactie
dakpanelen zonder frame
De cold section-dakelementen zijn als dakpanelen zonder frame uitgevoerd en hebben daardoor een maximale lichtdoorlating. Vanwege deze grote dakpanelen is er in de koude-warme luchtstraten geen additionele verlichting noodzakelijk. De dakpanelen worden met een slot tegen optillen beveiligd.Voor de verhoging van het dak wordt gebruikgemaakt van sandwichpanelen van 100 of 200 mm hoog. Deze panelen kunnen eventueel ook op locatie in hoogte en breedte worden aangepast. De schuifdeuren zijn van veiligheidsglas voorzien en openen en sluiten zich via een onderhoudsvrije railconstructie. Deze is mechanisch zo geconstrueerd, dat de deuren zich na het openen automatisch sluiten en in gesloten toestand automatisch dicht blijven. Hierdoor kunnen de schuifdeuren niet meer onbedoeld open blijven staan. De geleiding van de schuifdeuren geschiedt door speciale geleiders die aan de racks worden bevestigd.Voordeel hiervan is dat er geen rails meer op de (verhoogde) vloer bevestigd hoeven te worden.
Alle componenten van de behuizingsoplossing zijn in de standaardkleuren zwart en lichtgrijs verkrijgbaar. Deze behuizing is ook voor andere merken kasten geschikt en kan bijvoorbeeld bij de Skyline-behuizingen worden toegepast.
niet-merkgebonden
“Ons behuizingsconcept biedt de datacenterexploitant de grootst mogelijke flexibiliteit. Het concept is, naast onze klassieke SP en PX-kastuitvoeringen, ook uitermate geschikt voor onze nieuwe IS-1-racks. Onze oplossing is niet merkgebonden, maar is ook van toepassing voor behuizing van rackrijen van andere fabrikanten”, zegt Peter Wäsch, sales manager bij Schäfer IT-systemen.
dcw mei| behuizing
De nieuwe generatie ‘cold section’ behuizing garandeert de gecontroleerde stroom van koude lucht uit de verhoogde vloer of zijkoelers naar de hot spots in de kast en van verwarmde lucht weer terug naar de koeling. Met deze voordelige uitbreiding die naast de IT-racks van Schäfer ook toe te passen zijn op kasten van een ander merk, kan de benodigde hoeveelheid energie voor het koelen aanzienlijk worden verminderd.
35
Asset monitoring sluit aan bij infrastructuurbeheer
CA Technologies en RF Code integreren DCIM
ca technologies en rf code gaan nauw samenwerken. de twee bedrijven hebben besloten de asset monitoring-technologie van rf code te integreren met ca’s dcim-oplossing.
36
Grote belangstelling voor nieuwe oplossingen voor datacentermanagement tijdens de internationale gebruikers conferentie CA World 2013 eind april in Las Vegas.
beter inzicht krijgen
De integratie van de technologie van beide bedrijven maakt het datacentermanagers mogelijk om zowel informatie te verzamelen en vast te leggen over omgevingsvariabelen in het datacenter, maar ook gegevens
tekst: robbert hoeffnagel
dcw mei | trend
Dat hebben de twee bedrijven bekend gemaakt direct na de door vele duizenden klanten en partners bezochte internationale gebruikersconferentie CA World 2013, die eind april in Las Vegas werd gehouden. RF Code was hier met een informatiestand aanwezig.
over de systemen en apparaten - door RF Code consequent ‘assets’ genoemd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de RFID-sensoren van RF Code. Het resultaat, zo stellen de twee bedrijven, biedt datacentermanagers een goed inzicht in de status van de technische en de IT-infrastructuur van het datacenter. Dit verbeterde inzicht is vooral bedoeld om tot een betere capaciteitsplanning en een nauwkeurige diagnosestelling bij eventuele problemen te komen. Daarnaast helpt de integratie bij het verbeteren van het beheer van zowel de technische infrastructuur als de IT-infrastructuur. “Onze CA DCIM-software was al geschikt voor het in realtime integreren, analyseren en rapporteren over een brede reeks van gegevens die datacentermanagers nodig hebben voor het monitoren en beheren van hun almaar complexer wordende datacenters. Hierdoor kunnen zowel de efficiency als de prestaties van hun datacenter verder verbeteren”, zegt Terrence Clark, general manager van CA’s activiteiten op het gebied van DCIM, energiemanagement en sustainability. “We werken nu nauw samen met RF Code om maximaal gebruik te kunnen maken van de innovatieve sensortechnologie die deze aanbieder heeft ontwikkeld. Onze klanten kunnen hierdoor een nog beter inzicht krijgen in hun infrastructuur.”
Overspanningsbeveiliging voor Cat. 6A netwerken
realtime digitale kaarten
De gegevens die de sensoren verzamelen worden verwerkt door de software. Het kan hierbij gaan om realtime metingen van temperaturen, vochtigheid, luchtdruk, luchtstromingen, maar kunnen bijvoorbeeld ook betrekking hebben op het detecteren van vocht in een ruimte. Deze data worden geanalyseerd en daarna gevisualiseerd door CA DCIM in de vorm van een realtime digitale kaart van de onder beheer zijnde computerzalen.Vervolgens kan de software hierop acties ondernemen, zoals het waarschuwen van beheerders als een grenswaarde wordt overschreden. “CA Technologies is de eerste aanbieder van DCIM-software die onze assetmanagementsoftware en onze beheertools voor omgevingsfactoren heeft geintegreerd”, zegt Mitch Medford, chief executive officer van RF Code. “Onze gezamenlijke oplossing is erg interessant voor iedere IT-manager en datacentermanager die de kosten wil verlagen, maar de dienstverlening juist wil verbeteren.” DEHNpatch Cat. 6A Overspanningsbeveiliging, geïntegreerd in een patchkabel ter voorkoming van Return Loss. - Geschikt voor alle bestaande protocollen zoals GigaBit Ethernet, PoE, ATM, VoIP - Hoogst haalbare transmissie specificaties in “Channel link” - Class EA volgens ISO/ IEC 11801 - Cat. 6A volgens ANSI/ TIA/ EIA
Conduct Nederland • Stockholm 31 2993 LM Barendrecht (t) 0180-531120 • (f) 0180-531121 •
[email protected] www.conduct.nl
Anz Cat. 6A_NL_90x270.indd 1
06.04.11 10:54
Hoofdrol voor eerder overgenomen Lee Technologies
Schneider Electric: nieuwe softwaretak voor datacenters
37
multidisciplinair
Dit op serviceproviders gerichte team bestaat uit zowel technici als accountmanagers die gezamenlijk oplossingen ontwikkelen en aanbieden aan commerciële datacenters. De oplossingen waar dit soort bedrijven behoefte aan hebben, wijken vaak sterk af van die van zogeheten enterprisedatacenters. Daarom bestaat deze afdeling ook uit gespecialiseerde solution architects, projectmanagers, maar ook specialisten op het gebied van logistiek en supply chain, zodat snel en effectief op de wensen van commerciële datacenters kan worden ingespeeld. Schneider Electric’s Mission critical services & software-divisie richt zich op het plannen, ontwerpen, aanbesteden en onderhouden van datacenters, maar heeft ook veel expertise in huis die bedoeld is voor het operationeel beheer van datacenters. Hierbij wordt gewerkt vanuit een aanpak waarbij de gehele levenscyclus van een datacenter centraal staat. Dit wil zeggen dat de bekende Roce-aanpak wordt gevolgd. Roce staat voor ‘return of capital employed’ en vormt een aanpak die gericht is op het effectief besteden van beschikbare financiële middelen tijdens elke fase van de levenscyclus van een datacenter. De diensten en producten die deze divisie aanbiedt, zijn bedoeld voor zowel grote als kleinere datacenters.
dcim-oplossing
Hoewel het portfolio van deze divisie veel breder is, speelt DCIM een belangrijke rol binnen de nieuwe activiteiten. Schneider Electric introduceerde eerder dit jaar al StruxureWare datacenter operation for colocation, een DCIM-oplossing bedoeld voor commerciële datacenters, managed serviceproviders, hostingbedrijven en clouddatacenters. De DCIM-applicatie maakt het mogelijk de technische infrastructuur en de beschikbare ruimte in een datacenter te optimaliseren door realtime statusupdates te geven over de capaciteit van het datacenter. Denk hierbij aan energiegebruik, koeling en beschikbare ruimte. Met StruxureWare datacenter operation for co-location worden eventuele knelpunten opgespoord. Deze DCIM-oplossing geeft bovendien inzicht in het gebruik dat individuele klanten maken van de voor hen gereserveerde capaciteit. Doordat de DCIM-oplossing hen de mogelijkheid geeft de kosten voor energie en support in rekening te brengen, kunnen zij het datacenter besturen alsof het om een bedrijf gaat met een eigen financiële verantwoordelijkheid.
kenmerken
Datacentermanagers kunnen met de nieuwe oplossing het energiegebruik, de koeling en de beveiliging monitoren, beheren, analyseren en optimaliseren. Als uitbreiding op de bestaande DCIM-software van Schneider Electric biedt StruxureWare datacenter operation for colocation de volgende kenmerken: - Space- en cage-management: gebruikers kunnen een plattegrond opstellen zodat zij weten waar zij apparatuur van klanten kunnen plaatsen. Hierbij kunnen zij gebruikmaken van tekengereedschap en tools voor het modelleren van het energiegebruik, zodat racks en
tekst: hans vandam is journalist
dcw mei | datacentermanagement
Lee Technologies is een specialist op het gebied van software voor wat wel genoemd wordt ‘datacenter lifecycle management’. Deze twee jaar geleden overgenomen activiteiten zijn nu volledig geïntegreerd met de oplossingen van Schneider Electric op het gebied van energiemanagement. Daarnaast is een apart team van specialisten opgezet dat zich volledig gaat richten op de specifieke eisen en wensen van aanbieders van colocatie-, hosting- en clouddiensten.
in 2011 nam schneider electric lee technologies over. die acquisitie vormt nu de basis voor een nieuwe businessunit binnen het franse concern: de mission critical services & software-divisie. deze divisie richt zich op het ontwikkelen en aanbieden van een brede reeks van softwareproducten voor zowel grote als kleine
cages optimaal over het datacenter kunnen worden verdeeld. Het is ook mogelijk de opstellingen in 3D te visualiseren. - Geïntegreerde facturatie: organisaties kunnen facturatie- en andere klantgegevens vanuit een CRM-systeem importeren naar het DCIM-systeem. Hierdoor kunnen per klant alle relevante gegevens over bijvoorbeeld het energiegebruik van de IT-apparatuur en de gewenste mate van afscherming (afgesloten racks, cages enzovoort) in kaart worden gebracht. Hierdoor kunnen zij per klant een beeld krijgen van de impact van de apparatuur op de exploitatie van het datacenter. Op basis van deze gegevens kunnen zij ook volledig geïntegreerde facturen opstellen voor de verkochte en daadwerkelijk gebruikte energie. - Planning voor onderhoud: datacentermanagers kunnen per klant of bijvoorbeeld cage alle vereiste en daadwerkelijk uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden volledig documenteren. Ook kunnen zij onderhoudsschema’s opstellen waardoor redundantie gegarandeerd blijft tijdens onderhoud. - Daadwerkelijk energievgeruik per cage: de oplossing kan per cage meten hoeveel energie een klant gebruikt. Dit kan worden afgezet tegen de verkochte hoeveelheid energie. - Rapportage over beschikbare ruimte: de software geeft een overzicht van de beschikbaarheid van ruimte, waardoor de datacentermanager altijd inzicht heeft in de ruimten die voor klanten beschikbaar zijn, welke ruimten in gebruik of gereserveerd zijn en welke ruimten intern worden gebruikt. - Computer aided design (cad)-integratie: cad-tekeningen kunnen worden omgezet in een DCIM-model zodat alle cad-informatie intact blijft voor toekomstig gebruik.
- Geavanceerde energiemodellering: gebruikers kunnen gedistribueerde, redundante ups’en modelleren, zodat zij een goed beeld hebben van de verdeling van het werkelijke energiegebruik over het datacenter. StruxureWare datacenter operation for co-location kan worden geïntegreerd met de andere DCIM-oplossingen van Schneider Electric voor het monitoren, besturen, analyseren en optimaliseren van de power, koeling, beveiliging en energievoorziening in het datacenter.
dcw mei | datacentermanagement
datacenters.
38
Siemon mikt op highdensity patching siemon heeft een lc bladepatch duplex-glasvezeljumper geïntroduceerd. deze jumper is bedoeld voor highdensity-glasvezelpatching. dankzij een speciaal mechanisme hoeft geen clip meer te worden ingedrukt tijdens het installeren en verwijderen van de kabel. hierdoor wordt onderbreking of beschadiging van
dcw mei | bekabeling
Met de LC BladePatch duplex-glasvezeljumper stelt Siemon highdensity-glasvezelpatching op een hoger plan te hebben gebracht. Dit is te danken aan een aantal belangrijke features waarvoor overigens patent is aangevraagd. Het belangrijkste is het push-pullontwerp van de connector waarmee de clip op afstand nauwkeurig kan worden bediend. Dat betekent een grote verbetering bij het installeren en verwijderen van kabels in toepassingen met de hoogste densiteit, stelt het bedrijf. De roterende clip voorkomt potentiële connector- en vezelscha-
40
de tijdens polariteitsveranderingen, terwijl duidelijk wordt aangegeven dat er een polariteitsverandering heeft plaatsgehad. Bovendien heeft de nieuwe jumper een kleinere diameter dan voorheen. Dit vergt minder ruimte in kabelgoten, wat een gunstige invloed heeft op luchtstroming en energie-efficiëntie. Bovendien wordt daardoor het kabelbeheer vergemakkelijkt.
bladeservers
“De LC BladePatch is iets volstrekt nieuws op het gebied van highdensity-glasvezelpatching. Dankzij het push-pullmechanisme kan de kabel eenvoudig vanuit de vingergreep aan het eind van de connector met trekontlasting worden verwijderd zonder dat op een standaard LC-clip moet worden gedrukt waarbij de aangrenzende connectors mogelijk worden los geduwd”, zegt Robert Carlson, vicepresident global marketing van Siemon. “Deze duplexjumper is een ideale oplossing voor de huidige highdensity-bladeserver-, SAN- en switchomgevingen, of het nu gaat om Cisco, Brocade, Juniper, Enterasys of een ander geavanceerd highdensity-systeem.”
De LC BladePatch is leverbaar met Siemon XGLO OM3 en OM4 50/125 multimode en OS2 singlemode (UPC) glasvezel met OFNR, OFNP- en LS0H-constructies en is ideaal voor zeer snelle 10 Gb-glasvezeltoepassingen over grote afstanden en geavanceerde backbones. De duplex-jumper is voorzien van een superieure connectorpolijsting die voldoet aan strenge Telcordia- en ISO/IEC-eindvlakspecificaties en die ruimschoots beantwoordt aan alle Ansi/TIA- en ISO/IEC-vereisten op het gebied van ‘insertion loss’ en ‘return loss’. De jumper is geschikt voor gebruik met elke standaard duplex LC-adapteropening of LC SFPmodule (small-form pluggable) en is in de fabriek gecontroleerd op nauwkeurige optische prestaties. de LC BladePatch wordt gedurende twintig jaar gegarandeerd voor optimale seriële 10GbE-transmissie indien geïnstalleerd in een gekwalificeerd XGLO-systeem.
Meer informatie over de Siemon LC BladePatch duplex-jumpers op: http://www.siemon.com/lcbladepatch
tekst: van de redactie
aangrenzende glasvezelconnectoren in highdensity-omgevingen voorkomen.
it room infra: de vereniging voor de technische infrastructuur van computerruimtes en datacenters.
activiteiten 2013
7 juni: Tweede deelnemersoverleg 7 juni: Ledenborrel 12 november: IT Room Infra event 11 december: Ledenbijeenkomst bij een datacenter
IT Room Infra, de branchevereniging voor de technische infrastructuur van computerruimtes en datacenters, organiseert onder andere het jaarlijkse IT Room Infra event en de ledenborrel. Over de aankomende ledenborrel informeert Harm Wijsman, branchemanager, in de column hiernaast. Naast de medewerkers van FHI bestaat IT Room Infra uit een stuurgroep, voor het event een programmacommissie en uit de leden. Op vergaderingen hoort u mij het weleens zeggen: “IT Room Infra staat voor haar leden en wordt bestuurd door haar leden. Het is dan wel gek dat u hier alleen de columns van Harm Wijsman en mij ziet. Vindt u het leuk een keer een gastcolumn te schrijven? Uw mening te geven over de branche? Ik daag u graag uit! Bent u de volgende columnschrijver? Mail mij op
[email protected] Arthur Singendonk Voorzitter stuurgroep IT Room Infra
gaat u mee skiën met it room infra?
IT Room Infra is een bijzonder netwerk waar leveranciers en integrators lid van zijn om als collectief de markt te benaderen met een gezamenlijke boodschap. Het event in De Kuip is het jaarlijkse hoogtepunt. Sinds vorig jaar is de ledenborrel in het leven geroepen om op een informele manier de band tussen de leden te versterken. Daarnaast is dit ook de gelegenheid om de mensen te bedanken die de afgelopen jaren IT Room Infra hebben geholpen door een lezing of een locatie voor een ledenbijeenkomst te verzorgen. 7 juni vindt de tweede ledenborrel plaats bij de Skidôme in Rucphen. Na de bespreking over het IT Room Infra event zijn alle gasten vanaf 12.30 van harte welkom voor een lunch. Na de lunch gaan de lange latten onder en legt een instructeur de basistechnieken van het skiën uit. De gevorderde skiër kan zelf de piste verkennen. Voor degene die zich er niet aan willen wagen is er een alternatief in de vorm van ice-karten. Het belangrijkste onderdeel van deze middag, de borrel, vindt plaats in ‘De Nederlandse Alp’. Wilt u weten wat er in de markt speelt? Dan is dit de plaats waar u van de laatste en toekomstige ontwikkelingen kunt kennisnemen. Als u bij de borrel bent geweest, weet u precies wat er in de markt speelt. Welke projecten eraan komen en wat de technieken van de toekomst zijn . Naast leden en genodigden zijn alle gebruikers, zoals datacentermanagers, van harte welkom. Voor meer informatie of aanmelden: neem contact op via: e.hazeleger@f hi.nl
contactgegevens it room infra: FHI, federatie van technologiebranches Eline Hazeleger (
[email protected]) Telefoon: (033) 465 75 07 Internet: www.itroominfra.nl
dcw mei | it room infra
Branchevereniging IT Room Infra
41
R&M introduceert UTP-bekabeling voor 10 Gbps De Zwitserse fabrikant van bekabelingsystemen R&M introduceert een UTP-oplossing voor 10 Gbps over dunne installatie- en patchkabels. Het gaat om een complete Cat. 6A UTP-oplossing die als onderdeel van het R&Mfreenet-systeem wordt gelanceerd. R&M stelt dat 10GbE-apparatuur al snel werkelijkheid wordt in plaats van een toekomstvisie voor kantoorautomatisering. R&M is op basis van zijn ervaring met afgeschermde bekabeling erin geslaagd onafgeschermde bekabeling voor hoge snelheid netwerkapplicaties te optimaliseren. Datasnelheden via onafgeschermde bekabeling kan hiervoor van 1 Gbps naar 10 Gbps worden verhoogd.
foutgevoeliger bij hogere tranmissiesnelheid
Netwerken worden foutgevoeliger naarmate de transmissiesnelheid van applicaties toeneemt. De kans op fouten neemt bij 10 Gbps zelfs exponentieel toe en een te groot aantal bit-errors veroorzaakt op zijn beurt
een flinke vertraging van het netwerk. De fabrikant heeft daarom alle onderdelen van zijn systeem laten testen door onafhankelijke instanties om verbindingen van hoge kwaliteit te kunnen garanderen. Deze testen zijn uitgevoerd voor zowel de transmissiecapaciteit als de levensduur bij intensief dagelijks gebruik. R&M geeft een systeemgarantie van 25 jaar af op basis van zijn volledig geautomatiseerde productie en 100 procent kwaliteitstesten van elke Cat. 6A connectiemodule.
Datacentermedewerkers zien salaris stijgen door gebrek aan goed personeel Datacentermedewerkers zagen hun salarissen het afgelopen jaar met gemiddeld 8,9 procent stijgen. Medewerkers in de sector verdienden vorig jaar in Nederland gemiddeld 68.800 euro. Dit meldt ISPam.nl op basis van de Global Data Center Salary White Paper.
dcw mei | nieuws
De forse salarisstijging wordt vooral veroorzaakt door een gebrek aan geschikt technisch personeel. Door het lage aanbod zijn bedrijven bereid meer te betalen voor medewerkers. Maar liefst 60 procent van de datacentereigenaren ziet het tekort aan goed personeel als het grootste probleem in de sector. Alleen in de Verenigde Staten is het salaris in de datacentersector harder gestegen dan in Nederland. Medewerkers in de VS zagen hun salaris afgelopen jaar gemiddeld met 11,9 procent stijgen. Datacentermedewerkers verdienen in Australië en Nieuw-Zeeland het meest. De Verenigde Staten, Zwitserland en Oostenrijk vullen de top 5 aan. In deze landen verdienen datacentermedewerkers gemiddeld meer dan 100.000 dollar per jaar.
42
Google investeert 300 miljoen in Belgisch datacenter Het datacenter van Google in het Belgische Saint-Ghislain krijgt een flinke upgrade. Google investeert 300 miljoen euro om het datacenter uit te breiden. In 2007 werd begonnen met de bouw van het datacenter, dat in totaal 250 miljoen euro heeft gekost. De locatie opende in 2010 haar deuren en was het eerste datacenter ter wereld dat geen waterchillers inzette. Het da-
tacenter maakt gebruik van vrije koeling. Associated Press meldt dat de upgrade die het datacenter nu krijgt Google helpt te voldoen aan de groeiende vraag naar online diensten. Het datacenter heeft op dit moment 120 werknemers in dienst. Google claimt dat de locatie ‘één van de meest energieefficiënte datacenters van zijn soort is’.
Overname levert volledig geautomatiseerd beheerplatform op
CommScope neemt iTracs over
voor een verdere uitbreiding van de oplossingen waarmee zakelijke klanten worden ondersteund met intelligentie en infrastructuurbeheer, heeft commscope vrijwel alle
iTracs, voorheen een besloten vennootschap die was gevestigd in Tempe, Arizona, is een aanbieder van oplossingen voor het beheer van fysieke infrastructuren. De software van het bedrijf is geïmplementeerd in een aantal zeer grote datacenters. Meer dan een derde van de klanten behoort tot de Global 500/ Fortune 500, waarbij iTracs alleen al bij één klant bijna 150.000 m2 beheert.
tekst: van de redactie
infrastructuurbeheer
Dankzij de overname versterkt CommScope zijn positie in infrastructuurbeheer en kan het bedrijf hiervoor één uitgebreid en geautomatiseerd platform bieden. “Samen met iTracs kunnen we ondernemingen een zo breed en goed mogelijke portfolio bieden, waarmee ze de infrastructuur van hun datacenter kunnen ontwerpen, beheren, bewaken en plannen”, zegt Jan Honig, sales director Netherlands bij CommScope Enterprise Solutions. “iTracs CPIM (converged physical infrastructure management) wordt gebaseerd op de oplossing imVision van CommScope. Hierdoor bieden we onze klanten zowel uitstekende documentatie voor netwerk- en stroominfrastructuur als toonaangevend assetmanagement. Dit open architectuurplatform, gecombineerd met visuele 3D-modellering, ongeëvenaard in het DCIM-marktsegment, biedt een volledige visuele weergave van het gehele fysieke ecosys teem, zoals energiegebruik, warmtecondities, netwerkconnectiviteit en stroomverbindin-
gen. Daarnaast kunnen aanvullende statistieken worden geïntegreerd, zoals serverprestaties en opslagcapaciteit.” DCIM is een snel groeiende oplossing voor infrastructuurbeheer waarmee de strategische waarde voor de onderneming wordt verbeterd. iTracs biedt een CPIM een holistische weergave van het volledige fysieke ecosysteem en een dynamisch inzicht in de manier waarop een wijziging of storing van één apparaat in het ecosysteem van invloed is op de prestaties van alle andere apparaten en condities in de omgeving.Via het platform kunnen gebruikers deze dynamiek doorlopend bekijken, interpreteren, beheren en optimaliseren in een realtime gevisualiseerd 3D-omgeving.
bedrijfsconnecticviteit
Dankzij de uitgebreide ervaring van iTracs met intelligente infrastructuur krijgt CommScope diepgaand inzicht in bedrijfsconnectiviteit”, stelt Honig. “iTracs begrijpt beter dan wie ook de onderlinge verbindingen en afhankelijkheden in de fysieke laag en de wijze waarop deze onderlinge relaties moeten worden beheerd om de prestaties van de logische laag te optimaliseren. We zien ernaar uit om het bekroonde softwareportfolio van iTracs te combineren met de wereldwijde reikwijdte, de uitgebreide expertise en het portfolio voor datacenteroplossingen van onszelf. De voordelen en synergie van twee leiders die samen oplossingen van wereldklasse willen bieden, zijn interessant voor onze klanten en kunnen
een nieuwe norm stellen voor de huidige en toekomstige mogelijkheden van DCIM.” De op opensystemen gebaseerde allianties en samenwerkingsverbanden van iTracs zijn essentieel voor de toekomst. Het bedrijf probeert dan ook deze relaties te respecteren en uit te breiden om klanten de meest uitgebreide DCIM-oplossing op de markt te bieden. “iTracs combineert ongeëvenaarde kennis van interconnectiviteit met toonaangevende visualisatiemogelijkheden in een open beheerplatform. Zodoende zijn klanten niet gebonden aan één leverancier en worden ze niet beperkt door eigendomsrechten”, vertelt Elizabeth A. Given, president en CEO van iTracs. “We bieden eigenaren en exploitanten van infrastructuur holistisch inzicht op basis waarvan ze actie kunnen ondernemen. Zo kunnen ze in hun hele netwerk met meerdere leveranciers betere beslissingen nemen die op kennis zijn gebaseerd. Beslissers kunnen hun IT-middelen op een proactieve manier afstemmen op de veranderende behoeften van het bedrijf: cloud, big data en andere baanbrekende technologische ontwikkelingen benutten, bedrijfscontinuïteit maximaliseren, en de bedrijfswaarde van de volledige investering in infrastructuur benutten. Nu we onderdeel uitmaken van CommScope, willen we een ongeëvenaard portfolio van open, intelligent infrastructuurbeheer ontwikkelen waarmee de bedrijfswaarde voor ondernemingen wereldwijd sterk verbetert.”
dcw mei | beheer
onderdelen overgenomen van itracs corporation, een aanbieder van dcim.
43
Schneider Electric StruxureWare
slaat brug tussen IT, facilitair en directie Schneider Electric introduceert StruxureWare for datacenters v2.0: een geïntegreerde suite met DCIM-software om datacenters over diverse domeinen te beheren. Organisaties zijn met de software in staat een ideale balans te bewerkstelligen tussen een hoge beschikbaarheid en de piekefficiëntie door de gehele levenscyclus van een datacenter. StruxureWare is ontworpen om de prestaties van een datacenter te integreren met de zakelijke doelstellingen en levert op een nieuw niveau inzichten aan directies van een bedrijf. De software beschikt nu over de volgende nieuwe functionaliteiten: - gespecialiseerde applicaties die facilitair managers ondersteunen bij het uitgebreid monitoren en beheren van datacenters; - extra powercapping-mogelijkheden om het energiegebruik op serverniveau nauwkeuriger te kunnen reguleren en een maximum te stellen aan de hoeveelheid energie die IT-apparaten of racks kunnen gebruiken; - StruxureWare Portal maakt de KPI’s (key performance indicator) voor de business en het datacenter duidelijk zichtbaar. Het is daarnaast mogelijk op maat gemaakte overzichten te tonen aan verschillende aandeelhouders.
dcw maart | nieuws
de struxureware for datacenters-suite bestaat uit:
44
• Resource advisor voor het opsporen en beheren van het energiegebruik en de energiekosten; • Datacenter operation voor het beheren van datacenterassets, operationele en kapitaalkosten. De functionaliteit beheert ruimte- en cagemanagement voor diverse huurders en regelt een nauwkeurige doorbelasting per huurder; • Datacenter expert voor het monitoren van het energiegebruik, de koeling en beveiliging binnen datacenters; • Power monitoring expert voor het uitgebreid monitoren van de stroom en het analyseren van de kwaliteit van stroom; • Cooling monitoring expert voor het geavanceerd monitoren en automatiseren van koelinstallaties.
“Datacenteromgevingen vertrouwen traditioneel op geïsoleerde beheertools voor IT- en facilitaire afdelingen. Directies krijgen hiermee geen eenduidig inzicht. Bovendien is het hiermee zeer lastig om de fysieke infrastructuur te optimaliseren, zonder dat er extra kosten aan verbonden zijn en het ten koste gaat van de efficiëntie”, zegt Paul Bron, vicepresident van de IT business van Schneider Electric Nederland. “Met StruxureWare for datacenter v2.0 leveren we een holistische aanpak voor het beheer van datacenters. Deze DCIM-aanpak integreert IT-, facilitaire afdelingen en directies met elkaar. Hierdoor kunnen organisaties de juiste keuzes maken op basis van de informatie die de diverse afdelingen met elkaar delen.”
technische aspecten
Application programming interfaces (API’s) en EcoStruxure-webdiensten maken het delen van gegevens tussen de verschillende applicaties mogelijk en verbeteren de nauwkeurigheid en beschikbaarheid van data. Deze componenten integreren ook naadloos met applicaties van andere toeleveranciers. Daarnaast is een asset-alignmentfunctionaliteit beschikbaar die voldoet aan de geldende wet- en regelgeving. De functionaliteit levert een auditsysteem om datacenters te monitoren en te beheren en levert input voor het financiële beleid van de organisatie. De service-assurancefunctionaliteiten garanderen de beschikbaarheid van een dienst. Hiermee kunnen datacentermanagers problemen die betrekking hebben op de beschikbaarheid van systemen eenvoudig oplossen door integratie over verschillende afdelingen en geautomatiseerde impactanalyses. Facilitair managers krijgen dankzij verschillende, nieuwe applicaties uitgebreide ondersteuning door gebouwbeheersystemen en door monitoring en beheer van utiliteiten, stroom en de stroomdistributie. Datacenterbeheerders kunnen het energiegebruik op serverniveau reguleren met power-cappingmogelijkheden, ofwel het instellen van een maximum voor het energiegebruik van een server. Hiermee kunnen datacentermanagers de operationele kosten van een datacenter verlagen, terwijl ze het gebruik van bestaande servers optimaliseren. Bovendien kunnen ze investeringen in nieuwe apparatuur uitstellen. IT- en facilitair managers zijn ook in staat de stroom, het energiegebruik, de koeling en de beveiliging te monitoren, aan te sturen, te analyseren en te optimaliseren. Dit kan voor het volledige gebouw tot op het niveau van individuele IT-systemen – van de vloer, cages, racks tot servers en virtuele machines. Kijk voor meer informatie over de DCIM-oplossingen van Schneider Electric op www.apc.com/struxureware/nl/nl/.
Raritan en Koning & Hartman intensiveren samenwerking Raritan en Koning & Hartman kondigen aan hun samenwerking te intensiveren. De oplossingen van Raritan en de datacenteroplossingen van zowel Koning & Hartman als zijn partner Schroff sluiten volgens de bedrijven naadloos op elkaar aan. De IT-infrastructuurproducten van Schroff en Koning & Hartman bieden maatwerkoplossingen voor duurzame en efficiënte IT-omgevingen. Raritan is leverancier van powermanagement, infrastructuurmanagement, KVM (keyboard, video, mouse) en seriële oplossingen voor serverruimten en datacenters in alle soorten en maten. De combinatie van een geoptimaliseerde datacenterinfrastructuur met de mogelijkheid tot het monitoren en bewaken van de essentiële parameters moet leiden tot een bedrijfszekere en verantwoorde investering in een datacenteromgeving.
Your cooling our business
De stark verbeterde compacte oplossing voor rekencentranatuurlijk met Cat.6A
DCCS2 Data Center Compact Solution Edition 2
www.western.nl 033 247 78 00 Hoevelaken
Plug & Play-oplossing met zeer hoge pakkingsdichtheid
geringer installatiewerkzaamheden/kosten door voorgecon fectioneerde 6-voudige RJ45-trajecten of glasvezel LC-D-trajecten resp. E2000DC-trajecten
installatiefouten uitgesloten, daar voorgeconfectioneerd en gemeten incl. meetprotocol ook voor ultra short links
geen overvolle kabeltrajecten en geringe brandlast door gebruik van DCCS-installatiekabels
www.metz-connect.com
‘88 procent van de grote Europese bedrijven breidt voor 2015 zijn datacenter uit' Maar liefst 88 procent van de grote Europese bedrijven gaat zijn datacenter waarschijnlijk of zeker uitbreiden in 2013 en 2014. 25 procent van de bedrijven weet zeker dat het zijn datacenter dit jaar nog gaat uitbreiden. Dit blijkt uit een onderzoek dat in opdracht van Digital Realty is uitgevoerd door het onafhankelijk onderzoeksbureau Campos Research & Analysis. De belangrijkste reden voor uitbreiding blijkt de noodzaak van beveiliging te zijn. Ook disaster recovery en verbeteringen aan zowel beschikbaarheid als betrouwbaarheid van de stroomvoorziening spelen een belangrijke rol. Efficiënt energiegebruik blijkt eveneens een prioriteit te zijn voor bedrijven.
bestaande bedrijvenparken
als favoriete locatie, 24 procent noemt Parijs en 21 procent kiest voor Frankfurt.Voor meer dan tweederde van de respondenten (68 procent) heeft het uitbreiden van datacentercapaciteit in eigen land de voorkeur. Iets minder dan de helft van de respondenten (46 procent) heeft het plan om op tenminste twee locaties uit te breiden. Aan het onderzoek namen 201 respondenten deel uit het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Spanje en Ierland. De Nederlandse en Ierse respondenten zijn allen werkzaam bij bedrijven met ten minste een jaaromzet van 250 miljoen euro en minimaal duizend medewerkers. De respondenten uit de overige landen werken bij bedrijven met een minimale jaaromzet van 500 miljoen euro en een personeels omvang van minimaal tweeduizend medewerkers.
Bestaande bedrijvenparken zijn populaire locaties voor het vestigen van een nieuw datacenter. 29 procent van de respondenten noemt Londen
advertentie
JAARLIJKSE
JAARLIJKSE
besparing
Reductie
26.514
100.533 kg
Compromisloos besparen door duurzame koelaanpak in bestaande computerruimtes en datacenters www.profITbox.nl
T 088 77 66 300
iPad-app geeft IT-manager inzicht in infrastructuur CA Technologies heeft CA Clarity Playbook gelanceerd. Het gaat hier om een iPad-app waarmee een IT- of datacentermanager inzicht kan krijgen in de stand van zaken rond zijn projecten. Belangrijke voorwaarde hierbij is wel dat binnen de IT-afdeling gebruik wordt gemaakt van een pakket voor portfoliomanagement, zoals Clarity van CA zelf of pakketten van andere aanbieders. De iPad-app werkt namelijk als een SaaS-oplossing die gebruikmaakt van de gegevens die vastliggen in een dergelijk programma voor portfoliomanagement.
lossingen voor businessservices. Die businessservices worden opgebouwd met cloudservices, IT-applicaties, allerlei middleware-software en maken daarbij uiteraard volop gebruik van de technische infrastructuur van een of meer datacenters. Elke laag in dit model moet niet alleen uitstekend kunnen worden beheerd, is de visie van het bedrijf, maar al die beheerpakketten moeten ook goed met elkaar samenwerken. Alleen dan kunnen datacenter- en IT-managers grip krijgen op de prestaties en de kosten van het datacenter.
De lancering van de iPad-app had plaats tijdens de internationale conferentie ‘CA World 2013’ die in april in Las Vegas werd gehouden. Aan deze conferentie namen meer dan vijftig bedrijven uit de Benelux deel, zowel IT-afdelingen als wederverkopers. De app is bedoeld om snel inzicht te krijgen in de stand van zaken rond projecten, de mate waarin activiteiten binnen de budgettaire afspraken blijven, hoe de beschikbare mensen en middelen worden benut en dergelijke. Daarmee hoopt CA Technologies CIO’s en IT-managers en tool in handen te hebben gegeven waarmee zij snel inzicht krijgen in de stand van zaken en direct de impact kunnen zien van verzoeken van de business voor nieuwe projecten of budgettaire veranderingen. De technische infrastructuur van het datacenter is voor het bedrijf de laatste jaren steeds belangrijker geworden. Het levert nu bijvoorbeeld ook een eigen DCIM-pakket dat een andere aanpak kent dan de DCIM-pakketten van aanbieders die hun ‘roots’ in de power, koeling en andere typische datacenterproducten hebben liggen. CA Technologies levert beheerop-
ICTroom bouwt nieuwe serverruimte De Brauw Advocatenkantoor De Brauw Blackstone Westbroek heeft een volledig nieuwe serverruimte laten ontwerpen en bouwen door ICTroom. Hiermee is de hoge beschikbaarheid van de IT-omgeving opnieuw gewaarborgd. De nieuwe ruimte is recentelijk in gebruik genomen. Het kantoor van De Brauw Blackstone Westbroek is gevestigd in The Rock, een imposant gebouw aan de Zuidas van Amsterdam. De oude serverruimte ondervond hinder door
storingen in onder andere het koelsysteem en besloten werd gerenommeerde partijen uit de markt voorstellen te laten doen voor de bouw van een nieuwe serverruimte. Michael Lugten, teammanager ict, vertelt dat al snel voor ICTroom werd gekozen. “Het voorstel sloot het beste aan bij wat wij zochten. We hebben de regie volledig in handen van ICTroom gelegd. Zij hebben alle betrokken partijen aangestuurd. Wij hebben geen ervaring met het opzetten
van een datacenter, dus was het bijzonder prettig dat uit handen te kunnen geven. Ik ben blij dat we dat hebben gedaan. Het is een geweldige ruimte geworden.” Met de ingebruikname beschikt De Brauw en Blackstone over een high-availability IT-omgeving die de wereldwijde dienstverlening van het kantoor maximaal ondersteunt. Meer informatie op www.ictroom.nl
40 en 100 Gbpstransmissies komen eraan In lijn met de bekende wet van Moore neemt ook de snelheid van datatransmissie over bedrijfsnetwerken en internet gestaag toe. Omdat 40 en 100 Gbps-transmissies misschien wel sneller gemeengoed worden dan menigeen nu denkt, staat daarover in BicsiI News een uitgebreid artikel. Verder ook aandacht voor tv-signalen over twisted-pair en het toenemend belang van projectmanagement. 40 en 100 Gbps vandaag en morgen
RCDD en ESS Kiofumi Tomonaga werkt al ruim vijftien jaar als systeemengineer in de ict-industrie en is ook lid van de Japanse Bicsistuurgroep. Hij bespreekt in zijn artikel ‘40 en 100 Gbps-transmissies, vandaag en morgen’ in Bisci News de ontwikkeling van deze netwerktoepassingen vanaf de IEEE 802.3ba-standaard in 2010 tot de huidige stand van zaken. In het begin konden die enorm hoge datatransmissies alleen maar over glasvezels worden verstuurd. Inmiddels zijn er echter ook IEEE-werkgroepen die zich bezighouden met dezelfde toepassingen over traditionele 4-paars koperbekabeling. Tomonaga gaat in zijn artikel diep in op de glasvezeloplossingen. Wie meer wil weten over 40 Gbps over twisted-pair bekabeling, kan te rade gaan bij het Bicsi-Benelux stuurgroeplid RCDD Gert-Jan Roozeboom. Het bedrijf R&M, waar hij technisch manager West-Europa is, introduceerde onlangs een speciaal voor 40 Gbps geoptimaliseerde utp-oplossing.
communications projectmanager, sinds 2012 een nieuwe wereldwijd erkende Bicsi-titel, waar deze vereniging uiteraard de opleidingen voor verzorgd.
Bicsi-activiteiten en contactpersonen
Als u meer wilt weten over Bicsi kunt u binnenkort deelnemen aan één van de onderstaande evenementen, of contact opnemen met de Nederlandse vertegenwoordigers van deze vereniging voor netwerkprofessionals. • 11 juni: Bicsi United Kingdom Conference & Exhibition • 25 juni: Bicsi Italian Conference & Exhibition in Milaan • 15-19 september: Bicsi Fall Conference & Exhibition in Las Vegas
dcw mei | bicsi
Meer uit Bicsi News
48
De maart/april-editie van Bicsi News bevat zoals elke uitgave veel meer diepgaande, technische artikelen. Dit keer onder andere over het distribueren van tv-signalen via twisted-pair bekabeling en de ins en outs van cloudgebaseerde telefonie. Vanwege de toenemende complexiteit van geïntegreerde netwerktoepassingen en de eveneens toegenomen afhankelijkheid daarvan, wordt tevens het projectmanagement bij ict-projecten belangrijker. Volgens Christopher Hobbs RCDD en RTPM is projectmanagement een mix van kunst en wetenschap. Hij belicht het belang van duidelijke projectdoelstellingen en het feit dat projectmanagers moeten leren leven met de altijd aanwezige aannames en risico's die hun projectplanning en financiën beïnvloeden. RTPM is overigens de afkorting voor registered tele-
RCDD Joop Ierschot van Deerns, via
[email protected]
RCDD Gert-Jan Roozeboom van R&M, via
[email protected].
DaaROm VERTROUwEN klaNTEN OP TE CONNECTIVITY Al vanaf het begin werken we samen met de leidende fabrikanten van actieve componenten. Op die manier zijn we in staat oplossingen te ontwikkelen die in-line zijn met de bekabelingstrends van de toekomst. We investeren in duurzame lokale bronnen. Daardoor zijn wij in staat om wereldwijd een technische aan-huis-service te leveren, zoals bij internationale datacenter projecten. Houdt uw Datacenter flexibel en efficient met de infrastruktuur van TE Connectivity!
www.datacenteragility.com
UNIVERSal CONNECTIVITY PlaTfORm (UCP): • Ideaal voor Data Center omgevingen met “Mixed Media” • Plug & Play: koper- en glasvezel in een paneel • Spaart tijd und plaats door verhoogde Rack-Efficiency • Benut vrije ruimte naast, boven en onder de eigenlijke 19” ruimte • Optimeert het kabelmanagement d.m.v. gehoekte Patchpanelen • Voor toepassingen voorbij de 100G www.datacenteragility.com/products
313886NL
Data Center Infrastruktuur
EVERY CONNECTION COUNTS Tyco Electronics Nederland BV Rietveldenweg 32, 5222 AR ‘s-Hertogenbosch
T: +31 73 6246211 E:
[email protected]
KRONE, AMP NETCONNECT, TE connectivity logo and TE Connectivity are trademarks
Eindelijk, een efficient-gerichte business case voor de DCIM waar u echt naar op zoek bent. Zes manieren waarop StruxureWare for Data Centers software de operationeleen energie-efficiency verbeterd.
1
2
3
Monitor energie-index wereldwijd
Identificeer buitensporige capaciteit
Rapporteer energieverbruik en -kosten
Informatie waarmee u goed op de hoogte bent van mogelijkheden of risico’s in de energiemarkt.
Spoor niet-gebruikte of overbodige capaciteit op en bepaal welke apparaten kunnen worden uitgezet of elders kunnen worden gebruikt.
Verzamel, analyseer en rapporteer uw energiekosten en –verbruik op macroof microniveau.
4
5
6
Toon PUE van uw gehele IT/facilities-omgeving
Doorbereken van energieverbruik
Simuleer effecten van fouten in systemen
Genereer real-time meetwaardes voor de effectiviteit van uw energieverbruik en tal van andere prestaties.
Dankzij details over het energieverbruik kunt u de kosten voor het gebruik van het datacenter exact doorbereken aan de verschillende business units.
Identificeer belangrijke IT-consequenties van energie-uitval en falen van koeling.
Energie-efficiënte beschikbaarheid Organisaties zijn gericht op het verlagen van hun kosten en energieverbruik, terwijl ze meer capaciteit nodig hebben. Datacenter- of facility managers moeten daarom de beschikbaarheid van systemen dusdanig beheren, dat het binnen de wetgeving past en voldoet aan de eisen en wensen op het gebied van OPEX. Om aan alle eisen te kunnen voldoen, heeft Schneider Electric™ StruxureWare™ for Data Centers software geïntroduceerd. Hiermee kunt u het monitoren van uw energieverbruik goed structureren en volledig automatiseren. Waardoor u altijd een compleet inzicht hebt in al uw datacenterfuncties.
> Visualiseer wijzigingen/capaciteitscenario’s
Alle informatie op ieder gewenst moment
> Behoud altijd de hoogste beschikbaarheid
Onze datacenter infrastructure management (DCIM-)software geeft een compleet overzicht van uw infrastructuur. Of het nu op gebouwniveau is of serverniveau. Hierdoor kunt u de uptime van uw systemen monitoren en beschermen. En de effecten van verplaatsingen, veranderingen, uitbreidingen in het datacenter simuleren en analyseren, zodat u weet wat de kosten hiervan zijn, welke capaciteit u nodig heeft en wat de gevolgen voor het energieverbruik zijn. Op deze manier bent u er zeker van dat zowel IT als facility uw datacenter op ieder moment kunnen aanpassen aan veranderende behoeften. Terwijl het datacenter altijd beschikbaar blijft en energie-efficiënt is.
> Bekijk en beheer uw energieverbruik
Business-wise, Future-driven.™ How Data Centre Management Software Improves Planning and Cuts Operational Costs”
> Executive summary
Contents
Verbeter het functioneren van uw datacenter
Compleet inzicht in uw datacenter: > Bekijk uw huidige PUE/DCiE en de gegevens uit het verleden
> Space en cage management in faciliteiten met meerdere huurders > Verbeter ‘life-cycle services’ van planning tot onderhoud APC by Schneider Electric -producten, -oplossingen, en -diensten zijn integraal onderdeel van het IT-portfolio van Schneider Electric.
Dowload uw gratis white paper en bekijk de tien realistische scenario’s waar DCIM ertoe doet. U maakt kans op een iPad mini. Bezoek www.SEreply.com
Key Code 34411p
©2013 Schneider Electric. All Rights Reserved. Schneider Electric, APC, StruxureWare, and Business-wise, Future-driven are trademarks owned by Schneider Electric Industries SAS or its affiliated companies. All other trademarks are the property of their respective owners. www.schneider-electric.com • 998-1187091_NL_C