HOUVAST Bijbellezingen voor geestelijke groei
de weg naar leven & vrede Gods geboden Een dag om te gedenken
19 De weg naar leven en vrede
deel 19
1
De weg naar leven en vrede Houvast-uitgave
Houvast Tweemaandelijks info-blad voor geestelijk en lichamelijk welzijn - extra editie In onzekere tijden is en blijft er een waarde die nooit wankelt. Gods Woord is een lamp die de weg verlicht, het hart verwarmt, de geest richt naar hogere gedachten en uitzichten. Elke dag opnieuw biedt het houvast, voor mensen van nu. Contactadres: Krekelhoek 9 9200 Dendermonde e-mail:
[email protected] Rekeningnr: 001-3997269-72 Deze houvastbrochures worden niet verkocht. Uw vrijwillige bijdrage helpt een gedeelte van de productiekosten te dragen. Medewerkers: Stefaan de Wever Frank Denbaes Riet Vijverman Léon Pollin en vrije medewerkers. Verantwoordelijk uitgever: Léon Pollin
Wanneer we bij de gebeurtenissen op de Sinaï stilstaan en naar die stenen tafelen kijken waar God met zijn eigen vinger op geschreven heeft, is dan een willekeurige dag in de week goed genoeg om aan God de eer te brengen die Hem toekomt? Toen mijn vader stierf, was hij bijna veertig jaar predikant geweest. Voordat hij predikant werd, was hij zakenman geweest. Hij was een goed christen, een methodist - en een actief kerklid. Op een dag had één van de werklui een klein ongelukje misschien sloeg hij zich op zijn vingers - en begon te vloeken. Mijn vader, die zich een beetje verantwoordelijk voelde, liep naar hem toe, sloeg zijn arm om zijn schouder en zei: Eigenlijk zouden we beter op onze woorden moeten letten en Gods naam niet misbruiken. Per slot van rekening is dit één van Gods geboden. De man antwoordde: Ja natuurlijk. Bedankt. Wij christenen worden soms wat onverschillig. Ik ben blij dat je me dat gezegd hebt. Mijn vader ging terug naar zijn kantoor, zichzelf feliciterend dat hij iemand geholpen had één van de geboden te onthouden. Maar opeens zei een stem tegen hem: Maar Vandeman, jij breekt het vierde gebod! En dit brak zijn hart. Mijn vader had namelijk de waarheid over de sabbat leren kennen. Al een paar maanden worstelde hij met tegenstrijdige gevoelens van trouw en probeerde hij een beslissing te nemen. Hij wist wat Gods Woord erover zegt. Maar er waren kerkelijke banden, zijn vrienden, zijn werk, die hem tegenhielden. En nu had hij geprobeerd iemand anders te helpen de geboden te houden, terwijl hij er zelf één van brak.
Deze brochure is een onderdeel van serie 2 uit de reeks “De weg naar leven en vrede”.
De weg naar leven en vrede
uit : “Een dag om nooit te vergeten”
deel 19
2
Bijbellezing De weg naar leven en vrede - les 19
De onveranderlijkheid van Gods geboden Heb je er al eens bij stilgestaan dat vrijheid te danken is aan wetten? Meestal ervaren we wetten als beperkingen. Maar het is dankzij wetten dat onze persoonlijke vrijheid gewaarborgd en beschermd wordt Het zijn wetten die er voor zorgen dat we ons vrij kunnen bewegen, wonen en werken waar we willen, geloven wat we willen. Het zijn wetten die er voor zorgen dat we persoonlijke bezittingen kunnen verwerven en dat deze beschermd worden. Zo is het ook in Gods bestuur. Jakobus noemt Gods wet, de "volmaakte wet, die van de vrijheid" (Jakobus 1:25). In de wet van God, zegt de Bijbel, hebben we "de belichaming van de waarheid" (Romeinen 2:20). Het is de waarheid die ons vrijmaakt, zegt Jezus (Johannes 8:32). De psalmist schrijft, "Wie Uw wet liefhebben hebben diepe vrede" (Psalm 119:165). Gods wet is een wet die ons behoedt voor de ketenen van slavernij van de zonde. Zij is de waarborg voor ons geluk en ons leven, het eeuwig leven. Een van de tien geboden van de wet herinnert ons elke week eraan dat Gods wet een wet van vrijheid is. Dit is het gebod van de Sabbat. De Sabbat herinnert ons aan het feit dat God ons verlost van de slavernij, "Want u zult in gedachten houden dat u slaaf geweest bent in het land Egypte en dat de HEERE, uw God, u vandaar uitgeleid heeft met sterke hand en uitgestrekte arm. Daarom heeft de HEERE, uw God, u geboden de dag van de sabbat te houden" (Deuteronomium 5:15). Bevrijding van onderdrukking en slavernij is ook wat God aangeeft wanneer Hij de Tien geboden uitspreekt, "Ik ben de HEERE, uw God, Die u uit het land Egypte, uit het slavenhuis, geleid heeft (Exodus 20:2). De slavernij in Egypte staat in de Bijbel symbool voor de slavernij van de zonde. Wanneer God ons bevrijdt van de zonde, bestuurt de wet van de vrijheid ons leven. Deze vrijheid is dat wat Zijn kinderen boven alles koesteren. "De geboden die hij voorschreef heb ik nageleefd, de woorden die hij sprak heb ik het meest van al gekoesterd" (Job 23:12). "De voorschriften van de HEER zijn waarachtig, rechtvaardig, geheel en al. Ze zijn begeerlijker dan goud, dan fijn goud in overvloed, en zoeter dan honing, dan honing vers uit de raat" (Psalm 19:10,11) (NBV). De weg naar leven en vrede
deel 19
3
Dat de Sabbat de dag is van de vrijheid bevestigde Jezus door op de Sabbat mensen te bevrijden van ziekte en door hen te berispen die de Sabbat tot een lastig juk maakten. (Marcus' 2:23-27; Lucas 6:1-11). Toen God alles had geschapen, zei Hij, "Het is zeer goed". De hele schepping was doordrongen van Gods liefde. Waar liefde is, heerst vrijheid. De Sabbat is een herinnering aan de volmaakte schepping. Jezus kwam om ons te verlossen van de zonde. Hij heeft ons vrijgemaakt zodat wij in vrijheid zouden wandelen en geen slaven zouden zijn van het kwade. (zie Galaten 5). De Sabbat is een herinnering aan deze bevrijding die de verlossing brengt. In die zin is de Sabbat de kern van de wet van de vrijheid, de wet die het fundament is van Gods bestuur waar liefde heerst. Dit fundament van Gods bestuur komt voort uit het wezen van God zelf, die liefde is. Het spreekt van zelf dat dit nooit kan of zal veranderen want God is onveranderlijk. Daarom zullen Gods schepselen steeds blijven samenkomen op de Sabbat om God te loven voor de heerlijke vrijheid die Hij ons door Zijn wonderbaarlijke werken van schepping, verlossing en herstel heeft gegeven (zie Jesaja 66:23). 1. Kunnen er wijzigingen aangebracht worden aan wat God doet?
Prediker 3:14: "Ik weet dat alles wat God doet, voor eeuwig blijft; niets is eraan toe te voegen, niets ervan af te doen, en God doet het opdat men vreest voor Zijn aangezicht." 2. Blijven Zijn eisen uit het verleden ook nu nog gelden? Prediker 3:15: "Wat er is, was er al, en wat er zijn zal, is er al geweest. God zoekt wat voorbijgegaan is." 3. Hoe lang blijft iets wat God gezegend heeft, gezegend? 1 Kronieken 17:27: "Nu dan, het heeft U behaagd het huis van Uw dienaar te zegenen, dat het voor eeuwig voor Uw aangezicht zal zijn; want U, HEERE, hebt het gezegend, en het zal voor eeuwig gezegend zijn." 4. Wat kan ik niet doen wanneer Hij gezegend heeft? Numeri 23:20: "Zie, ik kreeg opdracht om te zegenen: als Hij zegent, kan ik het niet keren." 5. Waarom zegende de Here de zevende dag? Exodus 20:11: "Want in zes dagen heeft de HEERE de hemel en de aarde gemaakt, de zee, en al wat erin is, en Hij rustte op de zevende dag. Daarom zegende de HEERE de sabbatdag, en heiligde die.”
De weg naar leven en vrede
deel 19
4
6. Door wie schiep God de wereld? Hebreeën 1:1, 2: "Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon, 2 Die Hij Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft." 7. Hoe groot was Jezus' betrokkenheid bij het scheppingsgebeuren? Kolossenzen 1:16: "Want door Hem zijn alle dingen geschapen die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zichtbaar en die onzichtbaar zijn: tronen, heerschappijen, overheden of machten; alle dingen zijn door Hem en voor Hem geschapen. " 8. In welke relatie staat Jezus tot de Sabbat? Mattheüs 12:8: "Want de Zoon des mensen is Heere, óók van de sabbat." 9. Wat weten wij over onze Heer? Hebreeën 13:8: "Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid.” 10. Over welke dag was Jezus bekommerd toen Hij veertig jaar vooruitzag na de kruisiging? Mattheüs 24:20: "En bid dat uw vlucht niet zal plaatsvinden in de winter en ook niet op een sabbat." De sabbat van de zevende dag wordt in het Nieuwe Testament 59 maal vernoemd. En nergens zegt de Bijbel dat God de heiligheid ervan heeft opgeheven. Daartegenover vinden we in het Nieuwe Testament slechts acht verwijzingen naar de eerste dag (zondag). Maar in geen enkel geval wordt door de Bijbel enige heiligheid aan deze dag verbonden. 11. Wat is volgens Paulus de basis van de sabbatsrust? Hebreeën 4:4: "Want Hij heeft ergens over de zevende dag als volgt gesproken: En God heeft op de zevende dag van al Zijn werken gerust " 12. Van welke geschriften geloofde Paulus alles? Handelingen 24:14: "Maar dit erken ik voor u: dat ik volgens die Weg die zij sekte noemen, op die manier de God van de vaderen dien, en dat ik alles geloof wat er in de Wet en in de Profeten geschreven staat." Met de wet en de profeten verwijst Paulus naar de geschriften van het Oude Testament
De weg naar leven en vrede
deel 19
5
13. Op welke dag ging Paulus naar het huis van aanbidding? Handelingen 13:14: "En zij gingen vanuit Perge het land door en kwamen in Antiochië in Pisidië; en zij gingen op de dag van de sabbat de synagoge binnen en gingen daar zitten." 14. Wanneer wilden de heidenen dat hij tot hen zou spreken? Handelingen 13:42: "En toen de Joden weggegaan waren uit de synagoge, drongen de heidenen erop aan dat op de volgende sabbat dezelfde woorden tot hen gesproken zouden worden." 15. Wie kwam er de volgende sabbat luisteren naar het woord Gods? Handelingen 13:44: "En op de volgende sabbat kwam bijna heel de stad samen om het Woord van God te horen." 16. Op welke dag had men een gebedsbijeenkomst? Handelingen 16:13: "En op de dag van de sabbat gingen wij de stad uit, de rivier langs, waar het gebed gewoonlijk plaatsvond; en nadat wij daar waren gaan zitten, spraken wij tot de vrouwen die er samengekomen waren.” 17. Hoe vertelt de Bijbel ons dat het samenkomen op sabbat om gezamenlijk God te aanbidden, een gewoonte was van Paulus? Handelingen 17:2: "En Paulus ging naar zijn gewoonte bij hen naar binnen en drie sabbatten lang ging hij met hen in gesprek vanuit de Schriften." 18. Hoe dikwijls sprak Paulus vanuit de Schrift tot de Joden en de Grieken? Handelingen 18:4: "En hij sprak iedere sabbat in de synagoge en probeerde Joden en Grieken te overtuigen.” 19. Hoe grondig was het onderwijs van Paulus? Handelingen 20:27: "want ik heb niet nagelaten u heel het raadsbesluit van God te verkondigen." Paulus verkondigde hen al de raad van God maar nooit zei hij iets over de heiligheid van de zondag. 20. Waaruit zouden mensen komen die verkeerde dingen spreken? Handelingen 20:30: "en dat uit uw eigen midden mannen zullen opstaan die de waarheid verdraaien om de discipelen weg te trekken achter zich aan." 21. Tot welke groep van mensen sprak hij? Handelingen 20:17: "Maar hij stuurde iemand uit Milete naar Efeze en liet de ouderlingen van de gemeente halen." De weg naar leven en vrede
deel 19
6
22. Wanneer zou dit gebeuren? Handelingen 20:29: "Want dit weet ik: dat na mijn vertrek wrede wolven bij u zullen binnenkomen, die de kudde niet sparen." Ook Petrus voorspelde de komst van valse leraren in de kerk die "verderfelijke ketterijen" zouden binnenbrengen in de gemeente. (2 Petrus 2:1) 23. Wat was de macht die Daniel in een visioen zag opkomen van plan te veranderen? Daniel 7:25: "Woorden tegen de Allerhoogste zal hij spreken, de heiligen van de Allerhoogste zal hij te gronde richten. Hij zal erop uit zijn bepaalde tijden en de wet te veranderen" 24. Welke gebeurtenis zei Paulus zou er plaatsvinden voor het einde van de wereld? 2 Tessalonicenzen 2:3: " Laat niemand u op enigerlei wijze misleiden. Want die dag komt niet, tenzij eerst de afval gekomen is en de mens van de wetteloosheid, de zoon van het verderf, geopenbaard is." 25. Hoe noemde hij degene die de leiding zou nemen in deze afval? 2 Tessalonicenzen 2:3: "Laat niemand u misleiden, op welke wijze ook, want eerst moet de afval komen en de mens der wetteloosheid zich openbaren, de zoon des verderfs..." Bestudeer zorgvuldig 2 Tessalonicenzen 2:1-12. Deze mens der wetteloosheid die zou maken dat de kerk afvallig werd zou zichzelf in de plaats van God stellen (vers 4) Deze geheimenis van de wetteloosheid was reeds werkzaam in de dagen van Paulus maar kon zich niet ten volle ontwikkelen zolang een andere macht bestond (vers 7). Merk op dat deze afvalligheid heel wat leerstellige misleidingen met zich mee zou brengen (verzen 9-12). De profetische ontwikkeling van de afval wordt bestudeerd in komende Bijbellezingen die handelen over de eindtijdprofetieën. 26. Tot wat wil God, die alle mensen wil verlossen, dat alle mensen zouden komen? 1 Timotheüs 2:4: "Die wil dat alle mensen zalig worden en tot kennis van de waarheid komen." 27. Om welke flauwe redenen verwerpen sommigen Gods geboden? Marcus 7:9: "En Hij zei tegen hen: U stelt op een mooie manier Gods gebod terzijde om u aan uw overlevering (tradties) te houden." Niet alleen van brood zal de mens leven, maar van alle woord, dat uit de mond Gods uitgaat.(Matteüs 4:4) De weg naar leven en vrede
deel 19
7
28. God slaat geen acht op de tijd dat we Hem niet kenden maar wat beveelt Hij ons nu? Handelingen 17:30: "God dan verkondigt, met voorbijzien van de tijden van de onwetendheid, nu overal aan alle mensen dat zij zich moeten bekeren." 29. Hoe zou ik moeten reageren op het horen van de waarheid? Psalm 119:60: "Ik heb mij gehaast en niet geaarzeld Uw geboden in acht te nemen." Verdieping van dit onderwerp vindt u in het supplement bij deze les.
Supplement bij deze les Een antwoord op uw vragen over “de dag des Heren”.
De sabbat is een bijzondere dag. De gedachte wordt wel eens geuit dat het er niet op aan komt welke dag van de zeven we als rustdag nemen. De Bijbel echter geeft ons nergens deze vrijheid om zomaar een dag uit de zeven te kiezen. God zegende een welbepaalde dag als herdenking van een gebeurtenis die op deze dag plaatsvond tijdens de scheppingsweek. We kunnen een dag die God niet heeft geheiligd als heilig houden. We kunnen geen zegen ontvangen van een dag die God niet heeft gezegend. De enige plaats waar enige betekenis wordt gegeven aan het heiligen van de zondag is de tradities van de mensen. Jezus vroeg, "Waarom overtreedt ook gij ter wille van uw overlevering zelfs het gebod Gods?” “Zo hebt gij het woord Gods van kracht beroofd ter wille van uw overlevering." “Tevergeefs eren zij Mij, omdat zij leringen leren, die geboden van mensen zijn" (Mattheüs 15:3, 6, 9). Exodus 16 geeft het verslag van een ervaring die God aan Zijn volk gaf om uit te maken "of het al dan niet wandelt naar mijn wet." (vers 4). Gedurende veertig jaar viel het manna nooit op de sabbatdag waardoor een duidelijk onderscheid bestond tussen de sabbat en de andere dagen. Maar sommige mensen behandelden de sabbat zoals de andere dagen door op de sabbat op zoek te gaan naar manna. Toen zei de Here, "Hoelang weigert gij mijn geboden en wetten te onderhouden?" (vers 28). Waarom zijn deze gebeurtenissen in de Bijbel opgenomen? "En deze dingen zijn gebeurd als voorbeelden voor ons, opdat wij niet zouden verlangen naar kwade dingen, zoals ook zij verlangd hebben" (1 Korintiërs 10:6). God wil ons door deze verslagen uit de geschiedenis van Zijn volk leren dat Hij het ernstig meent met Zijn geboden en dat we deze niet door tradities aan de kant mogen zetten.
De weg naar leven en vrede
deel 19
8
Het maakt wel een verschil Twee bomen in het midden van de tuin groeiden op dezelfde wijze. Maar het maakte wel een verschil van welke boom Eva de vrucht at, en het verschil wordt door ons allen vandaag nog gevoeld. Het maakte wel een verschil welk offer werd gebracht door Abel en Kaïn. De Here aanvaardde het offer van Abel maar dat van Kaïn niet. Het soort vuur dat gebracht werd bij het offeren van Nadab en Abihu maakte wel een verschil alhoewel ze bij zichzelf dachten, "is het ene vuur niet even goed als het andere" (Leviticus 10:1). David kende goed de voorschriften die God had gegeven voor het verplaatsen van de ark, maar hij verwaarloosde enige ervan wat de dood van Uzzah als gevolg had (2 Samuel 6:6,7). “Waarom moet ik mijzelf in de Jordaan onderdompelen?" vroeg de melaatse Naaman geërgerd. "Zijn de rivieren van Damascus niet veel beter?" Nee, Naaman, ze zijn niet goed genoeg. “En waarom moet ik mij zeven maal onderdompelen? Is eenmaal niet voldoende om het wonder tot stand te brengen?" Indien Naaman de specifieke aanwijzingen niet had opgevolgd dan was hij even ziek naar huis teruggekeerd (2 Koningen 5). Wanneer God specifieke instructies geeft voor het vervullen van een taak dan verwacht Hij dat we die zullen uitvoeren zoals Hij bevolen heeft. Wanneer Hij ons vraagt iets te doen op een door Hem welbepaalde manier dan is het niet Zijn bedoeling dat we daar verandering in brengen om tegemoet te komen aan wat anderen erover denken. Hij specificeert dikwijls details die voor Hem uiterst belangrijk zijn, maar die mensen van weinig belang achten en naar eigen inzicht veranderen. Al Gods richtlijnen hebben hun bedoeling. We weten niet altijd wat deze bedoelingen zijn maar onze enige veiligheid ligt in het volgen van elk woord dat van God uitgaat.
Zondagsviering vindt in de Schrift geen enkele ondersteuning. Indien Jezus een andere dag dan de zevende dag voor aanbidding had ingesteld dan zou dat toch duidelijk in de Schrift moeten vermeld staan. Het houden van de sabbat op de zevende dag was een heel belangrijk element in de godsdienstbeleving van Gods volk in het Oude Testament waarover de De weg naar leven en vrede
deel 19
9
Schrift duidelijke aanwijzingen bevat. Indien de zondag de plaats van de sabbat van de zevende dag heeft ingenomen zouden daar heel duidelijke aanwijzingen voor moeten zijn. Het woord "zondag" komt niet voor in de Bijbel. Deze dag wordt aangeduid met "de eerste dag van de week." Laat ons al de verwijzingen naar de "eerste dag van de week" in het Nieuwe Testament van naderbij bekijken. Er zijn er maar acht. Matteüs 28:1: "Laat na de sabbat, tegen het aanbreken van de eerste dag der week, ging Maria van Magdala en de andere Maria het graf bezien." Deze tekst zegt niets meer dan dat de twee Maria's op de eerste dag van de week naar het graf gingen. Niets wordt hier gezegd over de heiligheid van de zondag. De tekst toont ons dat de sabbat de dag is die vóór de zondag komt. Marcus 16:2: "En zeer vroeg op de eerste dag der week gingen zij naar het graf, toen de zon opging." Deze tekst vermeld dezelfde gebeurtenis en vermeld ook niets over de heiligheid van de zondag. Marcus 16:9: "Toen Hij des morgens vroeg op de eerste dag der week opgestaan was, verscheen Hij eerst aan Maria van Magdala, van wie Hij zeven boze geesten uitgedreven had." Hier wordt gezegd dat Jezus verrees op de eerste dag van de week, maar niets wijst erop dat de eerste dag een bijzondere dag van aanbidding wordt. Lucas 24:1: "maar op de eerste dag der week gingen zij reeds vroeg in de morgenstond met de specerijen, die zij gereedgemaakt hadden, naar het graf." Dezelfde informatie als Matteüs en Marcus. Johannes 20:1: "En op de eerste dag der week ging Maria van Magdala vroeg, terwijl het nog donker was, naar het graf en zij zag de steen van het graf weggenomen." Hier lezen we over het eerste bezoek van Maria Magdalena aan het graf "terwijl het nog donker was." Ook hier wordt niets gezegd over een verandering in het vierde gebod. Johannes 20:19: "Toen het dan avond was op die eerste dag der week en ter plaatse, waar de discipelen zich bevonden, de deuren gesloten waren uit vrees voor de Joden, kwam Jezus en stond in hun midden en zei tot hen: Vrede zij u!" Later op dezelfde dag verscheen Jezus aan de discipelen. Waarom waren ze samengekomen? De Bijbel zegt, "uit vrees voor de Joden." Niets wordt gezegd over enige heiligheid die aan deze dag verbonden zou zijn. De weg naar leven en vrede
deel 19
10
De Bijbel ondersteunt niet het houden van de zondag ter ere van Christus' opstanding. De enige Bijbelse instelling ter ere van de opstanding is de doop (zie Romeinen 6). Geen enkele ander aandenken aan deze gebeurtenis wordt door de Schrift geautoriseerd. Handelingen 20:7: "En toen wij op de eerste dag der week samengekomen waren om brood te breken, hield Paulus een toespraak tot hen en, daar hij van plan was de volgende dag te vertrekken, zette hij zijn rede voort tot middernacht." Een groep gelovigen was samengekomen "om brood te breken," wat volgens Handelingen 2:46 een dagelijkse gebeurtenis was. Terwijl ze samen waren, "hield Paulus een toespraak tot hen en, daar hij van plan was de volgende dag te vertrekken, zette hij zijn rede voort tot middernacht." Dit is het enige verslag van een godsdienstige bijeenkomst op de eerste dag van de week. Niemand zal beweren dat deze ene gebeurtenis voldoende ondersteuning geeft voor het veranderen van de sabbatsheiliging naar de zondagsheiliging.Vooral omdat over Korintië wordt gezegd dat er gedurende een jaar en zes maanden op "elke sabbat" een godsdienstige bijeenkomst werd gehouden (Handelingen 18:4, 11). Een nader onderzoek van onze tekst in Handelingen 20:7 maakt duidelijk dat zelfs hier niets gezegd wordt over een samenkomst op zondagmorgen. Het was op de eerste dag van de week maar gedurende het duistere gedeelte van de dag (lees de gehele context). Een Bijbelse dag gaat van zonsondergang tot zonsondergang en niet van middernacht tot middernacht zoals bij ons gebeurt (Genesis 1:5, 8, enz.). Deze samenkomst vond dus plaats op de zaterdagavond! Volgens het bijbelverhaal was de reden van de samenkomst het vertrek van Paulus de volgende morgen. Later vertelde hij de Efeziërs, "En nu, zie, ik weet, dat gij mijn aangezicht niet meer zien zult."(vers 25). Alles in beschouwing genomen, beseffen we dat elke poging om deze passage te gebruiken voor de opheffing van Gods duidelijke gebod, "de zevende dag is de sabbat van de HERE, uw God." (Ex. 20:10) geen enkel grond heeft om op te steunen. Op de zondag bij het ochtendgloren begon Paulus aan zijn 30 km lange voetreis naar Assos wat toont dat hij geen enkele bijzondere achting had voor die dag. 1 Korintiërs 16:2: "elke eerste dag der week legge ieder uwer naar vermogen thuis iets weg, en hij spare dit op, opdat er niet eerst na mijn komst inzamelingen moeten gehouden worden." De weg naar leven en vrede
deel 19
11
Deze tekst zegt niets over een godsdienstige samenkomst en ook helemaal niets over de verering van de zondag als een heilige dag. Volgens deze tekst is de eerste dag van de week de dag waarop men zich bezig houdt met de persoonlijke financiële zaken. Bij het begin van elke week werd het de Christenen aangewezen om iets apart te leggen. Zijn gave voor God moest niet willekeurig zijn maar gepland en berekend volgens het inkomen. Indien God de heiligheid van de sabbat had overgebracht naar de zondag of eerste dag van de week dan zou Paulus geen aanbevelingen betreffende financiële aangelegenheden hebben gegeven. We hebben nu elke bijbelse vermelding van de eerste dag van de week van naderbij bekeken! En, zoals je zelf hebt kunnen zien is er geen enkele aanwijzing voor een verandering van sabbatsviering naar zondagsviering. Een dergelijke verandering kan in de hele Schrift niet gevonden worden. "Iedere gave, die goed, en elk geschenk, dat volmaakt is, daalt van boven neder, van de Vader der lichten, bij wie geen verandering is of zweem van ommekeer." (Jakobus 1:17).
Paulus en de sabbat Sommigen hebben beweerd dat de apostel Paulus ons geleerd heeft om God's vierde gebod te negeren. Ze gebruiken twee teksten om deze bewering te ondersteunen: Romeinen 14:5, 6: "Deze immers stelt de ene dag boven de andere, gene stelt ze alle gelijk. Ieder zij voor zijn eigen besef ten volle overtuigd. Wie aan een bepaalde dag hecht, doet het om de Here, en wie eet, doet het om de Here, want hij dankt God; en wie niet eet, laat het na om de Here en ook hij dankt God." Kolossenzen 2:16, 17: "Laat dan niemand u blijven oordelen inzake eten en drinken of op het stuk van een feestdag, nieuwe maan of sabbat, dingen, die slechts een schaduw zijn van hetgeen komen moest, terwijl de werkelijkheid van Christus is." Laten we eerst even nadenken vooraleer deze teksten te bespreken. Indien Paulus de opgave van het gebod van de sabbat van de zevende dag zou hebben aanbevolen, zouden we mogen verwachten daar vele en intense discussies over te vinden in het Nieuwe Testament. "geen gering verzet en tegenspraak," (Hand. 15:2) ontstond rond de kwestie van de besnijdenis. Waar zien we ergens tekenen van een strijd over de sabbat? We vinden er geen. Wanneer de Joden de gelegenheid hadden om Paulus te beschuldigen konden ze niets vinden tegen hem! (Lees Handelingen 21:33, 34; Handelingen 24:5, 6, 12, 13; Handelingen 25:7, 18, 19, 25, 27.) Indien Paulus de sabbat had overtreden, een misdaad waarop de doodstraf stond (Exodus De weg naar leven en vrede
deel 19
12
31:14, 15; 35:2; Numeri 15:32-36), dan zouden de Joden daar zeker een ernstige zaak van gemaakt hebben. Zoals u zich zult herinneren is Paulus degene die zei dat de wet de maatstaf is waarmee iedereen zal geoordeeld worden (Romeinen 2:12), dat het degene zijn die de wet doen die gerechtvaardigd zullen worden (Romeinen 2:13), dat het breken van de wet God oneer aandoet (Romeinen 2:23), en dat de wet heilig is, rechtvaardig en goed (Romeinen 7:12). “Stellen wij dan door het geloof de wet buiten werking? " vraagt hij in Romeinen 3:31. "Volstrekt niet; veeleer bevestigen wij de wet." In handelingen 21:24 wordt Paulus door Jakobus en de ouderlingen te Jeruzalem bevestigd door de woorden "dat ook jij doet wat de wet voorschrijft." De getuigenis van Paulus zelf ondersteunt dit feit: "Ik heb noch tegen de wet der Joden noch tegen de tempel, noch tegen de keizer iets misdreven." (Handelingen 25:8). (Zie ook Handelingen 25:10; 26:22; 28:17) Wat dan is de betekenis van de twee teksten die men in vele gevallen naar voor brengt om te beweren dat de sabbat niet meer moet gehouden worden? Romeinen 14:5, 6: "Deze immers stelt de ene dag boven de andere, gene stelt ze alle gelijk. Ieder zij voor zijn eigen besef ten volle overtuigd. Wie aan een bepaalde dag hecht, doet het om de Here, en wie eet, doet het om de Here, want hij dankt God; en wie niet eet, laat het na om de Here en ook hij dankt God." Deze passage zegt eigenlijk niets over de sabbat. Een zorgvuldige lezing van de context laat ons zien dat de discussie gaat over eten of niet eten. Het vierde gebod zegt niets over eten of vasten. Dit is een geheel andere kwestie. In Bijbelse tijden was vasten voor velen een gewoonte. Marcus vertelt ons "En de discipelen van Johannes en de Farizeeën hielden hun vasten" (Marcus 2:18). De Farizeeën in Lukas 18:12 vastten tweemaal per week. Een oude Joodse verhandeling over vasten, Megillath Ta'anith, vertelt over Joden die gedurende die periode regelmatig vastten op de tweede en vijfde dag van de week, dat is op maandag en donderdag. De Didache, die later geschreven werd, waarschuwt Christenen om niet te vasten met de hypocrieten op de tweede en vijfde dag van de week, maar dit te doen op de vierde en zesde dag (Didache 8:1). Paulus zegt, "Deze immers stelt de ene dag boven de andere, gene stelt ze alle gelijk. Ieder zij voor zijn eigen besef ten volle overtuigd." Let dan op vers 6. "Wie aan een bepaalde dag hecht" is dan degene die "niet eet." en wie zich niet aan een bepaalde hecht is degene die "eet". De context maakt dus duidelijk dat Paulus hier niet de kwestie van de sabbat behandelt. De weg naar leven en vrede
deel 19
13
Kolossenzen 2:16, 17: "Laat niemand u iets voorschrijven op het gebied van eten en drinken of het vieren van feestdagen, nieuwemaan en sabbat. Dit alles is slechts een schaduw van wat komt–de werkelijkheid is Christus." Deze tekst wordt gebruikt omdat Paulus zich hier uitspreekt over feestdagen en sabbatdagen. De bewering wordt gemaakt dat Paulus hier zegt dat het vierde gebod niet langer geldig is voor de Christen. Een nadere kijk op de tekst laat ons echter zien dat Paulus hier niet verwijst naar de sabbat van de zevende dag. In vers 17 zegt hij heel duidelijk dat hij het heeft over sabbat die een schaduw is van wat komt en dat is Christus. Het gaat dus over sabbatdagen (rust -en feestdagen) die verwijzen naar het werk dat Christus doet voor de redding van de mens. Deze "schaduwen" werden ingesteld omwille van het zondeprobleem. De sabbat van de zevende dag behoort niet tot deze categorie van sabbatdagen. Zij werd ingesteld vóór de intrede van de zonde (vergelijk Genesis 2 met Genesis 3), en heeft geen inherent verband met het verlossingsproces. De sabbat van de zevende dag werd niet gegeven als een schaduw van de komende Verlosser; ze werd ingesteld als een verwijzing naar de Schepper die Zijn werk al had beëindigd. Deel uitmakende van de morele wet, en geen verband hebbende met de ceremoniële schaduwwetten is de sabbat van de zevende dag niet de dag waarover Paulus het in de tekst heeft. Wat wilde Paulus dan wel duidelijk maken? Waren er nog andere sabbatten naast de wekelijkse sabbatdag? Ja, Leviticus 23 vermeldt zeven jaarlijkse ceremoniële sabbatten. Omdat deze sabbatten verbonden waren aan vaste data kwamen ze elk jaar voor op verschillende dagen van de week. Bij deze samenkomsten hoorde een "spijsoffer" en een "plengoffer" (Leviticus 23:13, 18, 37) vandaar de woorden "eten" en "drinken" in Kolossenzen 2:16. Het woord "sabbat" betekent "rust." Een sabbat is een dag waarop men rust van zijn gewone werk. Elke jaarlijkse sabbat die vermeld wordt in Leviticus 23 wordt vergezeld met de woorden, "generlei slaafse arbeid zult gij verrichten." behalve de Grote Verzoendag. Dit was de plechtigste en meest betekenisvolle van alle jaarlijkse sabbatten. Op deze dag was bevolen, "Generlei arbeid zult gij verrichten."(vers 31)."Ieder die enige arbeid verricht op die dag, zal Ik verdelgen uit het midden van zijn volk." (vers 30). De eerste drie ceremoniële sabbatten waren schaduwen van gebeurtenissen die verbonden waren met Christus' werk op aarde. De laatste vier verwezen naar gebeurtenissen die verband hielden met Christus' afsluitingswerk in het heiligdom. De weg naar leven en vrede
deel 19
14
Om een onderscheid te maken tussen de jaarlijkse sabbatten en de wekelijkse sabbat zei God tot Mozes, “Dit zijn de feesttijden des HEREN, waarop gij heilige samenkomsten zult uitroepen... behalve de sabbatten des HEREN..." Leviticus 23:37, 38. Dit onderscheid was nog steeds gekend in de dagen van Paulus. Wanneer hij zei "en sabbat. Dit alles is slechts een schaduw van wat komt." wist iedereen waarover Paulus het had.
De Joden en de sabbat Jezus kwam dikwijls in conflict met de Joodse autoriteiten betreffende de sabbat. De strijd ging niet over de vraag of de sabbat moest gehouden worden. Jezus zei, "Ik heb de geboden mijns Vaders bewaard" (Johannes 15:10). De discussie ging over wat op de sabbat "geoorloofd" was (Matteus 12:12). De Joodse rabbi’s hadden van de sabbat een last gemaakt door honderden zelfgemaakte regels die nooit door God waren geautoriseerd. De sabbat die bedoeld was als een zegen was een sleur geworden. Indien Jezus zich naar deze menselijke tradities had gevoegd zou Hij bevestigd hebben dat menselijk gezag het recht heeft te bepalen hoe men Gods geboden moet gehoorzamen. Alhoewel Jezus' voorbeeld van sabbatsviering de woede van de Farizeeën opwekte, vinden we nergens dat Hij Gods wet overtrad of Zijn volgelingen iets in die zin onderwees. Wanneer iemand de boodschap van Christus aannam, kon men nog altijd van die persoon zeggen, zoals van Ananias, dat hij "een godvruchtig man naar de wet " was (Handelingen 22:12). De Christelijke leiders zeiden tot Paulus, "Gij ziet, broeder, hoeveel duizenden er onder de Joden gelovig zijn geworden en allen zijn zij ijveraars voor de wet" ( Handelingen 21:20). De benoeming "Joodse Sabbat" kan nergens in de Schriften gevonden worden. Nergens wordt naar de sabbat verwezen als naar de "sabbat van de Joden." De Bijbel spreekt over de sabbat als "de sabbat van de Here." God noemt het "Mijn heilige dag." Jesaja 58:13, 14: "Wanneer je je voeten rust gunt op sabbat en geen handel drijft op mijn heilige dag, wanneer je de sabbat als een dag van vreugde ziet, de dag van de HEER als een heilige dag, wanneer je hem in ere houdt door niet je gang te gaan, geen handel te drijven of zaken te bespreken, dan vind je vreugde in de HEER. De sabbat werd ingesteld bij de schepping, 2000 jaar vóór er sprake was van Joden. De sabbat werd gemaakt voor de mens. (Marcus 2:27). Merk op welke heidenen (niet-Joden) door God werden aangenomen in hun aanbidding. De weg naar leven en vrede
deel 19
15
Jesaja 56:6, 7: " En de vreemdelingen die zich bij de HERE aansloten om Hem te dienen, en om de naam des HEREN lief te hebben, om Hem tot knechten te zijn, allen die de sabbat onderhouden, zodat zij hem niet ontheiligen, en die vasthouden aan mijn verbond: hen zal Ik brengen naar mijn heilige berg en Ik zal hun vreugde bereiden in mijn bedehuis; hun brandoffers en hun slachtoffers zullen welgevallig zijn op mijn altaar, want mijn huis zal een bedehuis heten voor alle volken." Volgens dit vers kunnen alleen de heidenen die de sabbat houden en vasthouden aan Gods verbond de vreugde ervaren van de ware aanbidding. De sabbat behoort niet tot een bepaald ras of volk maar zij behoort tot God en allen die zich met Hem verbinden. De bijzondere zegen van de sabbat God zegende niet alleen de sabbat (Exodus 20:11), maar Hij belooft ook een zegen aan allen die de sabbat eren. "Welzalig de sterveling die dit doet, en het mensenkind dat daaraan vasthoudt; die acht geeft op de sabbat, zodat hij hem niet ontheiligt, en acht geeft op zijn hand, zodat zij niets kwaads doet. Laat dan de vreemdeling die zich bij de HERE aansloot, niet zeggen: De HERE zal mij zeker afzonderen van zijn volk; en laat de ontmande niet zeggen: Zie, ik ben een dorre boom. Want zo zegt de HERE van de ontmanden, die mijn sabbatten onderhouden en verkiezen wat Mij behaagt en vasthouden aan mijn verbond: Ik geef hun in mijn huis en binnen mijn muren een gedenkteken en een naam, beter dan zonen en dochters; Ik geef hun een eeuwige naam, die niet uitgeroeid zal worden." "En de vreemdelingen die zich bij de HERE aansloten om Hem te dienen, en om de naam des HEREN lief te hebben, om Hem tot knechten te zijn, allen die de sabbat onderhouden, zodat zij hem niet ontheiligen, en die vasthouden aan mijn verbond: hen zal Ik brengen naar mijn heilige berg en Ik zal hun vreugde bereiden in mijn bedehuis; hun brandoffers en hun slachtoffers zullen welgevallig zijn op mijn altaar, want mijn huis zal een bedehuis heten voor alle volken" (Jesaja 56:2-7).
Omdat God ons gevraagd heeft de Sabbat te heiligen, heeft Hij er ook voor gezorgd dat er geen verwarring aangaande deze dag zou ontstaan.
De weg naar leven en vrede
deel 19
16
Bijbellezing De weg naar leven en vrede - les 19 - deel 2
Een dag om te gedenken Voorgaande Bijbellezingen handelden over de onveranderlijkheid van Gods geboden, de wet van de vrijheid. We hebben bijzonder aandacht besteed aan het vierde gebod dat ons zegt de sabbat te gedenken. Over de geboden sprak Mozes, “En de HEERE gebood ons al deze verordeningen te houden, om de HEERE, onze God, te vrezen, ons ten goede, alle dagen, om ons in leven te houden, zoals het op deze dag is.” (Deuteronomium 6:24). Gods wetten zijn er voor ons welzijn, ‘ons ten goede’. Zij die ze onderhouden ervaren het leven waar van Christus heeft gezegd dat het met ‘overvloed’ is, het leven waarin we vrijheid ervaren van het kwaad in onszelf. Zo is het ook met het vierde gebod dat zegt de sabbat te gedenken. God heeft de sabbat gemaakt voor de mens wat betekent dat deze noodzakelijk is voor ons geluk. Deze dag komt tegemoet aan de diepste wensen van ons hart (Psalm 37:4). In het houden van dit gebod ligt een bijzondere zegen die bijdraagt tot het leven dat overvloedig is. Het houden van deze dag versterkt ons vertrouwen in Gods scheppende en verlossende kracht zodat deze ook in ons werkzaam kan zijn tot grote blijdschap en vrede.
Het houden van de sabbat heeft ook een praktische kant waarover we in de Bijbel heel wat richtlijnen vinden. Deze zijn ons gegeven zodat wij ten volle zouden mogen genieten van de zegen die aan deze dag verbonden is. 1. Door wat en wat werd de eerste dag bepaald?
Genesis 1:5: "Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag."
2. Door wat en wat werd de tweede dag bepaald?
Genesis 1:8: "Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de tweede dag.
3. Van wanneer tot wanneer zul je de sabbat vieren?
Leviticus 23:32: "...van avond tot avond, zult gij uw sabbat vieren." (NBG) In de Bijbel begint een nieuwe dag bij zonsondergang en niet om middernacht. De dag eindigt bij zonsondergang . De dag loopt dus ‘van avond tot avond.’
De weg naar leven en vrede
deel 19
17
4. Wat geeft het begin van de avond aan?
Marcus 1:32: "Toen het nu avond geworden was en de zon onderging, brachten ze bij Hem allen die er slecht aan toe waren, en hen die door demonen bezeten waren.
5. Op welk tijdstip van de dag werden de poorten van Jeruzalem voor de sabbat gesloten?
Nehemia 13:19: "Zodra het dan in de poorten van Jeruzalem donker werd, voor de sabbat, sloot men op mijn bevel de deuren, en ik beval, dat men ze niet zou openen tot na de sabbat.” (NBG)
6. Wat is geoorloofd op de sabbat?
Matteus 12:12: "Daarom is het geoorloofd op de sabbatdagen goed te doen."
7. Door wat te doen loopt men over de sabbat heen?
Jesaja 58:13: "Indien gij niet over de sabbat heenloopt door uw zaken te doen op mijn heilige dag." (NBG)
8. Op welke drie manieren wordt de sabbat benoemd?
Jesaja 58:13: "Indien gij niet over de sabbat heenloopt door uw zaken te doen op mijn heilige dag, maar de sabbat een verlustiging noemt, de heilige dag des HEREN van gewicht, en die eert door noch uw gewone bezigheden te doen, noch uw zaken te behartigen, of ijdele taal uit te slaan, dan zult gij u verlustigen in de HERE." (NBG)
9. Door welke drie dingen niet te doen op de sabbat zal men God eren?
Jesaja 58:13: "Indien gij niet over de sabbat heenloopt door uw zaken te doen op mijn heilige dag, maar de sabbat een verlustiging noemt, de heilige dag des HEREN van gewicht, en die eert door noch uw gewone bezigheden te doen, noch uw zaken te behartigen, of ijdele taal uit te slaan..." (NBG)
10. Welke belofte wordt ons dan gegeven?
Jesaja 58:14: "dan zult gij u verlustigen in de HERE en Ik zal u doen rijden over de hoogten der aarde en u doen genieten het erfdeel van uw vader Jakob, want de mond des HEREN heeft het gesproken." (NBG)
11. Hoe worden de eerste zes dagen van de week genoemd?
Ezechiël 46:1: "Zo zegt de Heere HEERE: De poort van de binnenste voorhof die naar het oosten gekeerd is, moet op de zes werkdagen gesloten blijven, maar op de sabbatdag geopend worden. Ook op nieuwemaansdag moet hij geopend worden.
De weg naar leven en vrede
deel 19
18
12. Wat moeten we op sabbat niet doen?
Exodus 20:10: "maar de zevende dag is de sabbat van de HEERE, uw God. Dan zult u geen enkel werk doen, u, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw slaaf, noch uw slavin, noch uw vee, noch uw vreemdeling die binnen uw poorten is.."
Het werk waarmee we zorgen voor een inkomen, het werk voor het onderhoud van ons huis en onze tuin, alles wat gedaan kan worden in de zes werkdagen wordt op de sabbat niet gedaan.
Het overige van het vers wijst erop dat we ook niemand anders voor ons moeten laten werken op de sabbat.
13. Maar wat in tijden waar het werk dringend moet gebeuren?
Exodus 34:21: " Zes dagen moet u arbeiden, maar op de zevende dag moet u rusten. Ook in de ploegtijd en in de oogsttijd moet u rusten."
14. Welke instructies geven een illustratie van het feit dat ook bepaalde huishoudtaken niet op sabbat moeten gebeuren?
Exodus 35:3: "Hij zei toen tegen hen: Dat is het wat de HEERE gesproken heeft. Morgen is het de rustdag, de heilige sabbat voor de HEERE! Wat u bakken wilt, bak het, en kook wat u koken wilt, en laat alles wat er overblijft voor uzelf liggen om het tot de volgende morgen te bewaren. “
15. Hoe wordt de vrijdag genoemd?
Lucas 23:54; Marcus 15:42: "En het was de dag der voorbereiding en de sabbat brak aan." "En toen het al avond geworden was, en omdat het de voorbereiding op het Pascha was, dat is de voorsabbat,...."
De vrijdag is de dag waar de nodige voorbereidingen, vb. koken en wassen worden gedaan, die nodig zijn voor de sabbat zodat de rust van de sabbat niet onderbroken wordt.
16. Wat zei Nehemia tot hen die voedsel en andere waren kochten op de sabbat?
Nehemia 13:16, 17: "Ook woonden er Tyriërs, die vis aanvoerden en allerlei koopwaar, die zij op de sabbat aan de Judeeërs en in Jeruzalem verkochten. Toen riep ik de edelen van Juda ter verantwoording en zei tegen hen: Wat is dit voor een wandaad die u verricht, waardoor u de sabbatdag ontheiligt?”
17. Wat moeten we niet nalaten te doen?
Hebreeen 10:25: "Laten wij de onderlinge bijeenkomst niet nalaten, zoals het bij sommigen de gewoonte is, maar elkaar aansporen, en dat zoveel te meer als u de grote dag ziet naderen."
De weg naar leven en vrede
deel 19
19
18. Wat voor een heilige gebeurtenis moet er op de sabbat plaatsvinden?
Leviticus 23:3: "Zes dagen mag er werk verricht worden, maar op de zevende dag is het sabbat, een dag van volledige rust, een heilige samenkomst." Het is Gods bedoeling dat op de sabbat de gelovigen samenkomen om elkaar onderling te versterken in het geloof door de bestudering van Gods Woord, door het wisselen van ervaringen, door gebed en het loven van God met muziek en zang.
19. Wat zegt Jezus over de plaats waar twee of drie vergaderd zijn in Zijn naam?
Matteus 18:20: "Want waar twee of drie in Mijn Naam bijeengekomen zijn, daar ben Ik in hun midden. "
20. Over welke daad van Jezus was de overste van de synagoge op de sabbat verontwaardigd?
Lucas 13:14: "En het hoofd van de synagoge, die verontwaardigd was dat Jezus op de sabbat genas"
21. Wat zei Jezus mag op sabbat gedaan worden met hen die door de Satan gebonden zijn?
Lucas 13:16: "En moest dan deze vrouw, die een dochter van Abraham is en die de satan, zie, nu achttien jaar gebonden had, niet losgemaakt worden van deze band op de dag van de sabbat?
In het volgen van Jezus' voorbeeld kunnen we veel wegen vinden om op de sabbatdag anderen te verlossen van Satans ketenen. We kunnen de eenzame bemoedigen, en hoop brengen aan hen die nood hebben aan troost. Tot zij die dit doen zal Jezus zeggen, "Want Ik heb honger geleden en gij hebt Mij te eten gegeven. Ik heb dorst geleden en gij hebt Mij te drinken gegeven, Ik ben een vreemdeling geweest en gij hebt Mij gehuisvest, naakt en gij hebt Mij gekleed, ziek en gij hebt Mij bezocht; Ik ben in de gevangenis geweest en gij zijt tot Mij gekomen." (Matteus 25:35).
22. Aan wat moet de sabbat ons herinneren?
Genesis 2:1, 2: "Zo zijn de hemel en de aarde voltooid, en heel hun legermacht. Toen God op de zevende dag Zijn werk, dat Hij gemaakt had, voltooid had, rustte Hij op de zevende dag van al Zijn werk, dat Hij gemaakt had.”
Doorheen de natuur, kunnen we op de sabbat dichter bij onze Schepper komen. Als een wekelijks gedenkteken van Gods volmaakte schepping, kunnen de uren van de sabbat worden doorgebracht in het aanschouwen van het werk van Zijn handen, en ook in de gemeenschap met Hem door de studie van de Bijbel en het gebed.
De weg naar leven en vrede
deel 19
20
23. Wat zegt God over hen die ongeduldig uitzien naar het einde van de sabbat?
Amos 8:5, 7: "door te zeggen: Wanneer is de nieuwemaansdag voorbij, zodat wij graan kunnen verkopen? En de sabbat, zodat wij de korenschuren kunnen openen? U maakt de efa kleiner, de sikkel groter, en u bedriegt met valse weegschalen. U koopt de geringen voor geld, en de armen voor een paar schoenen. En u zegt: Wij verkopen het kaf van het koren. De HEERE heeft gezworen bij de trots van Jakob: Nooit zal Ik al hun daden vergeten! "
24. Wat zullen we doen op de dag van de Here?
Psalm 118:24: "Dit is de dag die de HEERE gemaakt heeft, laten wij op deze dag ons verheugen en verblijd zijn."
25. Wie wordt door God gezegend?
Jesaja 56:2: "Welzalig een sterveling die zo handelt, het mensenkind dat daaraan vasthoudt; die de sabbat in acht neemt, zodat hij die niet ontheiligt, en die zijn hand ervoor behoedt om enig kwaad te doen."
26. Hoe dikwijls zullen allen die op de nieuwe aarde wonen, bijeenkomen?
Jesaja 66:22, 23: "Want zoals de nieuwe hemel en de nieuwe aarde, die Ik maken zal, voor mijn aangezicht zullen blijven bestaan, luidt het woord des HEREN, zo zal uw nageslacht en uw naam blijven bestaan. En het zal geschieden van nieuwe maan tot nieuwe maan en van sabbat tot sabbat, dat al wat leeft zal komen om zich voor mijn aangezicht neer te buigen, zegt de HERE.” (NBG)
“Door het houden of breken van de Sabbatdag, bewaren we gewillig of schenden gemeen onze laatste en beste hoop waardoor de mens zal opstaan.” Abraham Lincoln
De weg naar leven en vrede
deel 19
21
Wat kunnen we doen om de rijke zegen van de sabbat te ontvangen? Vermijd extremen. Om ten volle te kunnen genieten van de zegen van de sabbat moeten we opletten niet in extremen te vallen.
Toen Jezus op deze aarde was, leerden de Schriftgeleerden aan de mensen hoe ze de sabbat moesten houden op een uiterst wettische manier. Ze gingen zo ver dat ze Jezus beschuldigden van het breken van het sabbatsgebod. We weten echter dat Jezus nooit zoiets zou doen. Van Zichzelf zei Hij, “ik hou de geboden van Mijn Vader” (Johannes 15:9). Christus overtrad wel sommige van de door de Farizeeën opgestelde regels betreffende de sabbat. Over deze menselijke regels zei Jezus, “Want terwijl u het gebod van God nalaat, houdt u zich aan de overlevering van de mensen…En Hij zei tegen hen: U stelt op een mooie manier Gods gebod terzijde om u aan uw overlevering te houden.” (Marcus 7:8-9). Hun aanbidding van God noemde Hij nutteloos, “Maar tevergeefs eren zij Mij door leringen te onderwijzen die geboden van mensen zijn.” (vers 7).
De tradities van mensen zouden nooit Gods duidelijke geboden mogen aan de kant zetten of overschaduwen. Laten we dit in gedachten houden en enkele Bijbelse richtlijnen en activiteiten bekijken die ons gegeven zijn om ten volle de zegen van de sabbat te kunnen ervaren.
Een tijd om te aanbidden De sabbat is een dag om samen te komen en God te aanbidden. God zelf zegt dat dit altijd zo zal zijn, “En het zal geschieden dat … van sabbat tot sabbat alle vlees zal komen om zich neer te buigen voor Mijn aangezicht, zegt de HEERE” (Jesaja 66:23). Op een andere plaats zegt de Bijbel, “Zes dagen mag er werk verricht worden, maar op de zevende dag is het sabbat, een dag van volledige rust, een heilige samenkomst” (Leviticus 23:3). De heilige samenkomst is de vergadering van mensen met de bedoeling God te aanbidden. De Schriften bevatten heel wat voorbeelden die tonen dat de sabbat een dag is voor gezamenlijke aanbidding. Bijzonder zijn wel de volgende woorden, “En laten wij op elkaar letten door elkaar aan te vuren tot liefde en goede werken. Laten wij de onderlinge bijeenkomst niet nalaten, zoals het bij sommigen de gewoonte is, maar elkaar aansporen, en dat zoveel te meer als u de grote dag ziet naderen” (Hebreeën 10:24, 25). We komen niet alleen samen om de Here te aanbidden maar ook om elkaar te bemoedigen, iets wat we altijd nodig hebben. De weg naar leven en vrede
deel 19
22
Een tijd om te studeren en te luisteren naar het Woord. De Bijbel bevat verwijzingen die ons aanmoedigen om ons op sabbat te verdiepen in het Woord van God. In Lukas 4 vers 16 lezen we dat het Jezus’ gewoonte was om op sabbat naar de synagoge te gaan. Daaraan wordt het volgende toegevoegd, “En aan Hem werd het boek van de profeet Jesaja gegeven, en toen Hij het boek opengedaan had, vond Hij de plaats waar geschreven stond:…(vers 17). Op de sabbat las Jezus uit de Bijbel uit het boek van de profeet Jesaja. Hij las de profetie die een duidelijke beschrijving gaf van het werk dat Hij zou doen. Daarmee onderwees hij Zijn toehoorders vanuit de Bijbel over Zichzelf.
Het onderzoek en de uitleg van de Schriften vormen een belangrijk onderdeel in de ervaring van het aanbidden van God. Ook in de eerste gemeente kan dit gezien worden, “En op de volgende sabbat kwam bijna heel de stad samen om het Woord van God te horen” (Handelingen 13:44).
Een tijd voor gebed.
Gebed is niet alleen voorbehouden voor de sabbat, het zou een dagelijkse gewoonte moeten zijn om tot God te spreken. De sabbat biedt wel een bijzondere gelegenheid om ons bij het gebed te bepalen in samenhang met het overdenken en lezen van het Woord. De sabbat is ‘heilige’ tijd, het is een tijd door God apart gezet voor een buitengewone ervaring met Hem. God wil dat we ‘heilig’ zijn. Heiligheid is niet het voorrecht van enkelingen maar van elk kind van God. Elk kind van God wil God ‘apart’ zetten voor een bijzonder doel. Deze heiligheid, dit apart zijn voor Gods doel wordt onder andere bereikt door op een bijzondere manier tijd met God door te brengen op Zijn heilige dag. Dit besef leefde ook in de eerste gemeente: “En op de dag van de sabbat gingen wij de stad uit, de rivier langs, waar het gebed gewoonlijk plaatsvond; en nadat wij daar waren gaan zitten, spraken wij tot de vrouwen die er samengekomen waren” (Handelingen 16:13).
Een tijd voor relatie en rust. Eenvoudig gezegd is de sabbat een dag om extra dicht bij God te zijn, om hand in hand met Hem te wandelen en te praten over wat echt belangrijk is: het plan dat God met jou heeft. God heeft deze dag apart gezet voor ons om te groeien in liefde en waardering voor Hem. Je kunt iemand pas goed kennen en waarderen wanneer je tijd met hem of haar doorbrengt. Met God is het niet anders. De sabbat geeft ons de gelegenheid om ongestoord onze tijd met God door te brengen. Het drukke leven, studeren, werk, onderhoud, administratie en vele andere zaken kunnen we volledig aan de kant zetten om ons geheel te bepalen bij onze relatie met God. Het is een dag waar de zorgen van het dagelijks leven ons niet belasten – heerlijk toch? Indien er iets is wat onze De weg naar leven en vrede
deel 19
23
aandacht van Jezus aftrekt dan hoort het waarschijnlijk niet op deze bijzondere dag, het is een activiteit die we beter nalaten.
Een tijd om te geven.
God vraagt ons om te zien naar de behoeftige en ook hen te gedenken die zich inzetten om Zijn blijde boodschap aan de mensen te brengen. Wij kunnen dit onder andere doen door een deel van de rijkdom die Hij ons geeft apart te leggen om als gave aan Hem terug te geven. Wat we doen voor de noodlijdende doen we voor Hem. (zie Matteus 25:40). De sabbat is een dag om te geven. Het is een moment om onze gaven voor God te brengen. Hoewel we elke dag onze gaven voor God kunnen brengen, is het vanuit een praktisch standpunt bekeken logisch onze gaven te brengen wanneer we samenkomen op sabbat om God te aanbidden. De Bijbel zegt, “Geef de HEERE de eer van Zijn Naam, breng offers en kom voor Zijn aangezicht. Buig u neer voor de HEERE in Zijn heerlijke heiligdom” (1 Kronieken 16:29). Geven is een daad van toewijding en aanbidding.
Wanneer je bij een koning bent uitgenodigd, is het gebruikelijk een geschenk mee te brengen. Het wordt als onbeleefd beschouwd om tot een koning te komen met lege handen. Het is een groot voorrecht op audiëntie te mogen gaan. Toen de wijzen uit het Oosten Jezus gingen opzoeken, brachten zij geschenken mee. Ook de sabbat is een gelegenheid waar we bij een Koning komen en dan nog wel de Koning van het universum, en we zouden het als vanzelfsprekend moeten beschouwen een gave voor Hem mee te brengen.
Voorbereiding voor de sabbat.
Een van de meest belangrijke aspecten van het sabbatsgebod wordt samengevat in het woord, “gedenk.” De sabbat zou tijdens de week niet uit onze gedachten moeten gaan zodat we er alleen maar aan denken wanneer de zon begint onder te gaan op de vrijdagavond. We kunnen klaar zijn voor de bijzondere ervaring van de sabbatsrust voor dat dit gebeurt. Laten we enkele manieren bekijken waarop we de sabbat kunnen voorbereiden. Om werkelijk te kunnen genieten van de rust en het samenzijn met God is het goed er voor te zorgen dat we op sabbat niet moeten bezig zijn met ons onderhoud. Het strijken en wassen van kleren, het koken van eten en het afwerken van administratieve zaken kunnen op de vrijdag gebeuren. Heel wat wereldlijke zaken die ons kunnen afleiden kunnen we best op vrijdag aan de kant zetten, tijdschriften, documenten, kranten kunnen we even in de kast stoppen zodat onze gedachten vrij zijn voor gemeenschap met God.
De weg naar leven en vrede
deel 19
24
Een dag om goed te doen.
Sommige mensen zijn zodanig bezig met wat ze op sabbat beter niet doen dat ze geen oog meer hebben voor al het goede dat wel kan gedaan worden. Jezus sprak eens met een groep Farizeeën die Hem vroegen of het toegestaan was om iemand op de sabbat te genezen. Hij antwoordde, “Welk mens onder u die één schaap heeft, zal het niet, als het op een sabbat in een kuil valt, grijpen en eruit tillen? Hoeveel gaat niet een mens een schaap te boven! Daarom is het geoorloofd op de sabbatdagen goed te doen” (Matteus 12:11, 12). Vandaag zijn er nog altijd schapen die in een put vallen. Er zullen soms op de sabbat onvoorziene omstandigheden zijn die onze aandacht behoeven. Indien een zwangere vrouw op de sabbat bevalt dan kan ze niet wachten tot de volgende dag, ze moet geholpen worden. Wanneer er mensen zijn die op sabbat lijden of in nood geraken en we hebben de mogelijkheden om hen te helpen dan is het onze plicht dat te doen.
Onze tijd niet verspillen.
De sabbat is ook een dag van lichamelijke en mentale rust vooral voor hen die tijdens de week zware arbeid verrichten. De voorbereiding voor de sabbat echter bestaat ook hierin dat we zorgen niet te moe te zijn om van de dag te kunnen genieten. Dat het een rustdag is betekent niet dat we de hele dag in bed moeten doorbrengen. De dag is bedoeld om te rusten van onze eigen werken en een fijne tijd met God te hebben en met hen die Hem aanbidden. Wie uitgenodigd is door de Koning zorgt ervoor dat hij op afspraak is. Een andere manier om de zegen van de sabbat te missen is onmatigheid in eten en drinken. Wanneer we overdadig zijn, verliezen we helderheid van geest en voelen we ons lusteloos. Dit is niet bevorderlijk voor de opbouw van onze relatie met Christus. Laten we het lekker maar eenvoudig houden zodat we ten volle kunnen genieten van wat God voor ons apart heeft gezet.
Het doel is Jezus De sabbat is een gezegende tijd, een ‘geschenk van boven.’ We hebben het nodig om te rusten van ons dagelijks werk en om onze aandacht geheel te geven aan Onze Vader en Schepper. Het is een bijzondere tijd voor aanbidding, studie van het Woord, gebed, en omgang met andere Christenen. Het is ook een dag van genezing, van bemoediging en troost voor hen die lijden. De sabbat is een dag om zieken te bezoeken en hen die in de gevangenis zijn. Het is een dag om onze eigen drukke agenda aan de kant te zetten en aan anderen te denken. De weg naar leven en vrede
deel 19
25
Bovenal is de sabbat een dag waarop we alle verstrooiingen aan de kant zetten om te kunnen zitten aan de voeten van Jezus. Het is geen dag vol met regeltjes om het ons lastig te maken. De sabbat is een verlustiging omdat ze ons dichter brengt tot Hem die wij liefhebben, Jezus Christus. We kunnen dus heel wat doen om van de sabbat een bijzondere blijde en verrijkende dag te maken. God heeft deze dag bedoeld als een zegen en wanneer we ons leven inrichten naar Zijn wil door de sabbat heilig te houden, zullen we de zegen ontvangen en steeds weer uitzien naar de volgende sabbat. Zo zullen we kunnen groeien naar de gelijkenis van Hem die ons liefheeft.
Heb je nog vragen? e-mail :
[email protected]
De weg naar leven en vrede
deel 19
26
Eeuwen vertellen hun verhaal
Toen een jonge Russische tsaar jaren geleden in de tuinen van zijn paleis wandelde, merkte hij dat er op een stukje land een paleiswacht in vol ornaat op wacht stond. Hij vroeg hem wat hij bewaakte. De soldaat wist het niet; hij wist alleen maar dat er een bevel was uitgevaardigd dat er op die plek een schildwacht moest staan. De nieuwsgierig geworden jonge tsaar begon in de archieven te snuffelen. Hij ontdekte dat de grote Catherina vele hectaren zeldzame rozentuinen had gehad. En op die plek had een prachtige, zeldzame rozenstruik gestaan. Elke week mochten de boeren naar de rozen komen kijken. Maar ze had bevel gegeven dat er bij die prachtige struik een schildwacht op wacht moest staan. Het bevel was nooit ingetrokken. De rozentuinen waren lang verdwenen. Maar er stond nog steeds een schildwacht op wacht: bij een veldje onkruid! Zou het kunnen dat wij ernstig en oprecht de wacht houden over dingen die helemaal niet heilig zijn? Laten we luisteren naar het verhaal dat de eeuwen ons te vertellen hebben. Het is een troost om te weten dat er tijdens het leven van de apostelen, zolang hun persoonlijke invloed zich deed gelden, geen afvalligheid in de kerk was. Daarom is er in de Bijbel niets over te vinden. Maar het zou niet lang op zich laten wachten. Paulus zei: Want het geheimenis der wetteloosheid is reeds in werking. 2 Tessalonicenzen 2:7
Zolang de apostelen er nog waren, bleef de leer van de vroegchristelijke kerk zuiver. Maar toen kwam een tweede generatie christenen, die al een beetje verder van de leer van Christus en van de apostelen afstond en vatbaarder was voor de gevaren van populariteit en compromissen; die wat gevoeliger was voor vervolging en een beetje meer geneigd om zich met de heidenwereld te verbroederen. En het duurde niet lang voor de afvalligheid de kerk binnendrong - in de vorm van rituelen en ceremonieën waarvan Paulus of Petrus nooit gehoord hadden. Maar een oude profetie had het allemaal voorzegd: Hij zal woorden spreken tegen de Allerhoogste, en de heiligen des Allerhoogste te gronde richten; hij zal er op uit zijn tijden en wet te veranderen, en zij zullen in zijn macht gegeven worden voor een tijd en tijden en een halve tijd. Daniël 7:25
“Hij zal er op uit zijn tijden en wet te veranderen”. Er zou dus kennelijk een macht komen die met Gods wet zou durven knoeien. En dat geknoei zou met “de tijd” te maken hebben. Welk deel van Gods wet heeft met de tijd te maken? Het vierde gebod. De afvalligheid zou het op de sabbat gemunt hebben. Laten we de geschiedenisboeken van de eerste christenschrijvers er op nalezen. Want in de Bijbel is het niet te vinden. In ongeveer het jaar 132-135 vond er een joodse opstand plaats onder leiding van Bar Cocheba. Deze opstand had tot gevolg dat de joden in het Romeinse rijk uit de gunst raakten en vervolgd werden. Om daaraan te ontsnappen, zien we dat de christenen steeds minder met de joden geïdentificeerd wilden De weg naar leven en vrede
deel 19
27
worden. En aangezien zij de sabbatviering met de joden gemeen hadden, hadden velen de neiging om net te doen alsof de sabbat helemaal niet zo belangrijk was. Maar vervolging was één factor. Het verlangen om erbij te horen en populair te zijn, was net zo goed verantwoordelijk voor de onverschilligheid die niet lang daarna op pure afvalligheid zou uitlopen. De kerk zag welke tijdelijke voordelen het zou hebben om een compromis te sluiten met het heidendom. Men zou best een paar populaire gewoonten in de kerk kunnen invoeren. De heidenen zouden zich meer op hun gemak voelen in de kerk door een dergelijke samensmelting van gewoonten. Het was misschien wel een goed idee om hun feestdag in te voeren. De heidenen zouden vast wel christen worden als hun feestdag in het christendom ingevoerd werd. De eerste dag van de week was eeuwenlang door zonaanbidders vereerd. Als de zondag in de kerk ingevoerd zou worden, zouden de heidenen er vast wel achteraan komen. Zo begon de geleidelijke erosie van de zuiverheid van de kerk - een erosie waar een paar eeuwen voor nodig zouden zijn. Deze langzame ontwikkeling is in de geschriften van de vroege kerkvaders na te gaan. En wat belangrijk is, is dat geen enkele kerkelijke schrijver uit de eerste drie eeuwen het ontstaan van de zondagsviering aan Christus of aan de apostelen toeschreef. In het begin van de vierde eeuw vaardigde de Romeinse keizer Constantijn het bevel uit dat de regeringskantoren, gerechtshoven en winkels op de eerste dag van de week - “de eerbiedwaardige dag van de zon” - gesloten moesten zijn. En in diezelfde eeuw gaf het concilie van Laodicea uitdrukking aan haar voorkeur voor de zondag. Men gleed geleidelijk van de waarheid weg. Het gebeurde niet op stel en sprong of door één enkel bevel. De zondag werd eerst helemaal niet als een “rustdag” ingevoerd, maar als een “feestdag”. Eeuwenlang werden beide dagen naast elkaar gevierd, de zaterdag als de sabbat, de zondag als een feestdag. Maar toen het heidendom de kerk binnensijpelde, werd onder invloed van zowel populariteit als vervolging de zondag steeds meer en de sabbat steeds minder benadrukt. Bovendien moeten we niet vergeten dat de Bijbel in die eerste eeuwen niet voor iedereen toegankelijk was zoals nu. De leerstellingen werden mondeling overgeleverd totdat de gewone mensen nauwelijks het verschil meer wisten tussen de Bijbel en de traditie. De traditie werd steeds meer als gezaghebbend geaccepteerd. Is het dan een wonder dat de christelijke praktijken in de loop der eeuwen zo’n schokkende verandering hebben ondergaan en dat deze bijna overal zonder ernstig protest ingang vonden? Toen kwamen de middeleeuwen - lange eeuwen waarin men de waarheid voor het volk verborgen hield. De generaties kwamen en gingen terwijl maar weinig mensen ooit de waarheid kenden zoals de apostelen die geleerd hadden. Alleen de rijken hadden bijbels, weggestopt in muffige bibliotheken of vastgeketend aan kloostermuren. Toen kwam Maarten Luther en de Reformatie. Waarheden die lang verborgen waren geweest, werden één voor één herontdekt. De traditie was inmiddels gelijk met of zelfs boven de Bijbel gesteld. De weg naar leven en vrede
deel 19
28
Toen Luther zei: De Bijbel en de Bijbel alleen is onze geloofs- en leefregel, gooide hij een bom in het denken van zijn tijd. Toen kwam het concilie van Trente, het belangrijkste concilie in de geschiedenis van de kerk. Vanaf maart 1545 kwam men met tussenpozen over een periode van achttien jaar bij elkaar. Het ging erom of de traditie van de kerk met succes verdedigd kon worden tegenover deze machtige getuige van de Reformatie, die geloofde in de “Bijbel en de Bijbel alleen”. Het was een kwestie van gezag. Er werd jarenlang over gedebatteerd. Het concilie probeerde een logisch argument te vinden om het protestantse principe van de Bijbel als enige geloofsregel aan te vechten. Vele invloedrijke stemmen stelden de traditie boven de Bijbel. Maar er waren er ook die hardnekkig vasthielden aan het standpunt dat de kerk alleen de Bijbel moest navolgen. En het debat sleepte zich voort. Uiteindelijk deed een toespraak van de aartsbisschop van Reggio het getij keren; hij verschafte het nodige argument ten gunste van de traditie. Hij was van mening dat de traditie wel boven de Bijbel moest staan, omdat de kerk enkel en alleen op het gezag van die traditie de sabbat in de zondag had veranderd. Dit zijn zijn woorden: “De wettelijke voorschriften in de Bijbel zoals de Here ze leerde, hebben afgedaan bij machte van datzelfde gezag. De sabbat, de meest luisterrijke dag in de wet, is veranderd in de dag des Heren. Deze en andere soortgelijke zaken hebben niet afgedaan omdat Christus dat leerde, maar zij zijn veranderd op het gezag van de kerk.” Mans sc, Vol. 33, cols. 529, 530
De zaak was uiteindelijk beslist. Maar ziet u hoe het beslist was? Ziet u de reden waarom het concilie dit standpunt innam - de reden die de weegschaal naar de traditie liet doorslaan? Dat was het feit dat de kerk één van Gods voorschriften uit zijn wet gescheurd had - op het gezag van de traditie. In het katholieke blad Our Sunday Visitor, (11 juni 1950) lezen we dat protestanten, die deze traditie navolgen, inconsequent zijn: Kardinaal Gibbons zei het volgende: “U kunt de Bijbel van Genesis tot de Openbaring doorlezen en u zult niet één enkele zin aantreffen die de zondagsheiliging goedkeurt. De Bijbel zegt dat we de zaterdag moeten vieren, een dag die wij nooit heiligen.” The Failh of Our Fathers, 92e ed. BIz.89
De zondagsviering staat niet in de Bijbel. Het is geen bevel van Christus. Enkel een menselijke instelling. Wat jammer dat de kerk deze dag zo gewillig, zo klakkeloos en zo blindelings heeft overgenomen! Hoe kon zoiets gebeuren? Hoe was het mogelijk dat zo’n inbreuk op de waarheid niet ontdekt werd? Heeft men, zonder dat men het wist, op wacht gestaan bij een instelling die helemaal niet heilig is? Blijkbaar wel. Maar ik denk dat u zult kunnen begrijpen hoe het kon gebeuren. Sinds de tijd van de apostelen zijn er twintig eeuwen verlopen en vele daarvan waren donkere eeuwen waarin de waarheid voor de mensen verborgen gehouden werd en de traditie de overhand kreeg. Daarom is het geen wonder dat er tegenwoordig miljoenen mensen zijn die er nooit aan denken om de rustdag in twijfel te trekken. Het kon gebeuren. Het is gebeurd. We hebben gewaakt over tradities in plaats van over de waarheid. Een ontstellende vergissing. Ik weet dat De weg naar leven en vrede
deel 19
29
miljoenen mensen het als een heilig voorrecht hebben beschouwd om de zondag te vieren. Zij hebben God op die dag oprecht aanbeden en gemeend dat de zondag het ware gedenkteken was van de overwinning van onze Heer over de dood. God heeft hun toewijding aanvaard. Maar nu begint de ware betekenis van deze kwestie duidelijk te worden, nu begint men aan te voelen welke de achtergrond is van dit geknoei met de goddelijke wet. Ongehoorzaamheid is nu ondenkbaar geworden, omdat de waarheid tot ons is doorgedrongen. Dan zullen we de volgende vraag van Jezus in een nieuw licht zien: Waarom overtreedt ook gij ter wille van uw overlevering het gebod Gods? Tevergeefs eren zij Mij, omdat zij leringen leren, die geboden van mensen zijn. Matteüs. 15:3 en 9
Miljoenen houden de wacht over iets dat helemaal niet heilig is. Zij klampen zich vast aan iets dat niet in het Woord van God te vinden is. Maar er is nog een andere kant aan het verhaal. In al die eeuwen is de waarheid toch niet helemaal verloren gegaan. Er is altijd een trouwe kern geweest. Zelfs in de donkere middeleeuwen heeft een klein groepje getrouwen de fakkel van de waarheid omhoog gehouden. In de tijd van de Reformatie werd de ene waarheid na de andere ontdekt en opgepoetst. De ene hervormer na de andere gaf zijn bijdrage aan het groeiende licht en verzamelde volgelingen om zich heen. Jammer genoeg hadden deze volgelingen de neiging, om zodra hun leider ophield met zoeken naar de waarheid, zelf ook niet verder te zoeken. Daarom hebben we nu zoveel kerken. Is het niet paradoxaal dat de strijd om de waarheid levend te houden resulteerde in de verdeling van het christendom? Ja, men staat op wacht bij wat onze voorouders leerden, en men denkt er zelden aan om te vragen waarom. Maar jaren geleden heb ik mij voorgenomen om op zoek te gaan naar mensen die de wacht houden over de waarheid - ook al stort de hemel in. Blijkbaar zijn er zulke mensen. Want Johannes schrijft “dat er in de laatste dagen mensen zullen zijn die de geboden Gods en het geloof in (van) Jezus bewaren.” Openbaring 14:12 Het vuur van de Reformatie dat eeuwen geleden hoog oplaaide, is nog niet uitgedoofd. De helderste dagen liggen nog in het verschiet. In deze laatste dagen van de geschiedenis van de aarde zal het weer opvlammen en een overwinningsvuur worden. “Maar het pad der rechtvaardigen is als het glanzende morgenlicht, dat steeds helderder straalt tot de volle dag. - Spreuken 4:18 De eeuwen vertellen een treurig verhaal van compromissen, complotten en intriges. Maar zij vertellen ook een verhaal van trouw tot de dood. Eén van de meest inspirerende hoofdstukken van dat verhaal is de geschiedenis van de Waldenzen. In de Piedmont valleien van noord Italië hebben zij stand gehouden en geweigerd de waarheid geweld aan te doen. In die valleien van de Alpen vonden zij een toevluchtsoord en vereerden zij God letterlijk in de holen van de aarde. Er is daar een grot waar je alleen maar op handen en voeten kunt binnenkruipen - waar tweehonderd vijftig mensen hun leven hebben gegeven. Zij zaten in de grot gevangen terwijl de vijanden bij de De weg naar leven en vrede
deel 19
30
opening een vuur aanlegden. Maar met hun laatste adem zongen zij nog tot Gods eer. Van kleins af aan werd hun geleerd om zendelingen te zijn. Zij schreven de Bijbel met de hand over. De jonge mannen trokken erop uit, als marskramers verkleed, met de kostbare manuscripten in hun kleren verborgen, om overal de waarheid te verspreiden. Sommigen moesten het met hun leven bekopen. Maar er is een tragisch vervolg aan dit verhaal. Het laat me niet meer los, sinds ik het voor het eerst hoorde. Niet lang geleden nam een vriend van mij een groep jonge mensen mee naar één van die Piedmont valleien. Op een avond zaten ze om het kampvuur te zingen en zendingsverhalen te vertellen. Er kwamen een paar Waldenzen aan lopen, die buiten de lichtkring van het vuur in het duister bleven staan luisteren. Ze waren ontroerd toen zij jonge mensen over de wederkomst van Jezus hoorden zingen. Zij waren ontroerd dat er nog jonge mensen waren die zich erop voorbereidden om zendelingen te worden zoals zij het eeuwenlang geweest waren. Toen het zingen en de verhalen afgelopen waren, stapte een Waldenzen predikant in de lichtcirkel van het kampvuur en zei tegen mijn vriend: Jullie mogen het van ons overnemen! En hij vertelde: “Wij, Waldenzen, hebben een groots verleden achter ons. Wij zijn trots op de geschiedenis van ons volk dat gevochten heeft om het licht van de waarheid hoog op deze bergen en diep in deze dalen brandende te houden. Dit is de erfenis van ons grootse verleden, maar wij hebben geen toekomst. We hebben de leer waar we eens in geloofden, opgegeven. Hij wees naar één van Waldenzische kapelletjes in de bergen en zei: De laatste jaren hebben we niet langer meer het visioen dat we eens hadden, hoewel deze valleien toch zo vol zijn met gewijde geschiedenis. We hebben tevergeefs geprobeerd om onze jonge mensen in de kerk te houden. Naast deze kerkjes, waarop geschreven staat ‘het licht schijnt in de duisternis’, hebben we danszalen gebouwd, omdat we dachten dat we onze jonge mensen op die manier konden vasthouden. Maar ze hebben nu geen belangstelling of liefde meer voor de kerk. Hun belangstelling gaat nu uit naar de stralende lichten van de grote steden. Zij willen niet langer hier blijven. Het is een wonder dat uw kerk nog jonge mensen heeft die er belang in stellen om hier naar onze vallei te komen om onze geschiedenis te bestuderen. Onze geschiedenis ligt ons zo na aan het hart, maar het is allemaal verleden tijd. Het droevige is dat we geen moed meer hebben voor de toekomst. Jullie moeten het overnemen!” Die woorden - een droevig p.s. - laten me niet meer los. Eeuwenlang hebben de Waldenzen over de waarheid gewaakt - en die uiteindelijk toch verloren. Het is een ontnuchterende gedachte dat de kinderen van de mensen die zelfs niet door omkoping, vervolging en martelaarschap tot overgave gebracht konden worden, uiteindelijk gevallen zijn voor een leven van gemak, zodat ze zelfs danszalen naast hun kerken hebben gebouwd, en hun visioen, hun kinderen en hun hoop verloren hebben.
De weg naar leven en vrede
deel 19
31
Na eeuwen van onwankelbare toewijding moeten ze van hun eigen geschiedenis zeggen: Het is allemaal verleden tijd. Het droevige is dat we geen moed meer hebben voor de toekomst. Jullie moeten het overnemen! Dat is de roep van de Waldenzen, die ons niet meer loslaat. Iemand moet verder gaan. Iemand moet de fakkel van de waarheid, die dat eens zo trouwe volk heeft neergelegd, weer opnemen - en weer op wacht gaan staan, totdat Hij komt!
• HOUVAST De weg naar leven en vrede
deel 19
32