HOOFDSTUK I: OPENBARE WEGEN

AFGEKONDIGD op 10 mei 1996 (en derhalve van kracht vanaf 15 mei 1996) gecoördineerde versie nav wijziging politieverordening goedgekeurd in gemeenteraad 03 december 2002 en wijziging politieverordening goedgekeurd in gemeenteraad 12 april 2005 Plan van de Algemene Politieverordening: Hoofdstuk 1: Openbare wegen. Hoofdstuk 2: Openbare voorzieningen. Hoofdstuk 3: Markten, braderijen en ambulante activiteiten. Hoofdstuk 4: Openbare rust. Hoofdstuk 5: Openbare veiligheid. Hoofdstuk 6: Openbare zindelijkheid en - gezondheid en afvalverwijdering. Hoofdstuk 7: Bevoegdheden van de burgemeester en ambtshalve optreden. Hoofdstuk 8: Slot- en overgangsbepalingen. HOOFDSTUK I: OPENBARE WEGEN Plan: 1: Definities 2: Vrijwaring van het algemeen gebruik 3: Veiligheid op de openbare weg 4: Aanbrengen van tekens van openbaar nut en huisnummering. 5: Gaafheid en reinheid van de openbare weg AFDELING 1. BETEKENIS VAN SOMMIGE IN DEZE VERORDENING VOORKOMENDE TERMEN Artikel 1 Tot de openbare weg behoren, voor de toepassing van deze verordening, niet alleen de rijbaan, het fietspad en het trottoir, maar eveneens : de gelijkgrondse en verhoogde bermen naast de weg, de middenbermen, de greppels en de grachten en de openbare parkeerplaatsen en fietsstallingen. Tot het openbaar domein behoort elk onroerend goed dat een openbare bestemming heeft, zelfs als het niet de algemeenheid van de burgers betreft en ook als het beheer ervan in concessie is gegeven. Tot de weguitrusting behoren: de nutsleidingen onder of boven de grond, de riolering, de vaste en tijdelijke verkeerstekens en bebakeningsmiddelen, de verkeersdrempels, de dranghekken, het straatmeubilair en alle voorwerpen van openbaar nut die zijn geplaatst op of langs de openbare weg. Onder aanduiding van een voorwerp of obstakel wordt de signalisatie ervan verstaan door afspanlinten, reflecterende stoffen, verkeerstekens of andere middelen die deze voorwerpen of obstakels en hun preciese ligging en omvang voor de weggebruikers zichtbaar moeten maken. AFDELING 2. HET ALGEMEEN GEBRUIK VAN DE OPENBARE WEG Sectie 1: Algemene regels. Artikel 2 Het is verboden de openbare weg geheel of gedeeltelijk, zelfs voor een korte tijd, op welke wijze ook, te onttrekken aan zijn openbare bestemming, tenzij in de gevallen, voor de duur en volgens de voorwaarden bepaald door of krachtens de Wet of deze verordening. Dit verbod geldt eveneens voor de uitoefening van de ambulante handel. Artikel 3 Het is verboden de openbare weg te beschadigen, te bevuilen, geheel of gedeeltelijk onbruikbaar te maken, te beschilderen, of op gelijke welke wijze ook, onveilig te maken voor de weggebruikers of aangelanden. Artikel 4 Het is verboden enig deel van de weguitrusting geheel of gedeeltelijk weg te nemen, te bedekken, te verplaatsen, te beschadigen, te bevuilen of anderszins ondoelmatig of onveilig te maken. Artikel 5 Het is verboden de voetgangers te hinderen of hen te beletten normaal van de voetpaden of van het voor hen bestemde deel van de openbare weg gebruik te maken. Sectie 2: Bijzondere gevallen. Artikel 6 Het Schepencollege stelt de nadere voorwaarden vast en kent vergunningen toe voor: 1) de plaatsing op de openbare weg of op het openbaar domein van terrassen, uitstalkramen, reclameborden en dergelijke; 2) de aanleg door particulieren op het openbaar domein van bloembakken en gevel- of tegeltuintjes. De overtreding van de aldus vastgestelde voorwaarden of van die in het gemeenteraadsbesluit van 5 maart 1996 houdende reglement op de aanleg van tegeltuintjes is strafbaar. Artikel 7 Het gebruik van het openbaar domein door woonwagens van trekkende personen gebeurt overeenkomstig de voorwaarden die de burgemeester voor elk geval bepaalt in acht genomen de vereisten van openbare rust, veiligheid en gezondheid en in acht genomen de normale bestemmingen van het terrein. AFDELING 3. VEILIGHEID OP DE WEG 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

1

Artikel 8 Het is verboden het verkeer van voertuigen, van ruiters of geleiders van dieren of van voetgangers op de openbare weg onveilig te maken. Dit verbod geldt eveneens voor het laten bestaan van natuurlijke toestanden, zoals de overgroeiing van de openbare weg door bomen of struiken, waaraan men kan verhelpen. Artikel 9 Bermen die, in uitvoering van een verkavelingsplan of anderszins, eigendom zijn gebleven van een openbaar bestuur of van een sociale bouwmaatschappij, maar die niet zijn aangelegd als trottoir mogen door de aangelanden worden onderhouden, verhard, bezaaid of beplant. Het is evenwel verboden er muren, palen, tuinhuisjes, bakken, aanhangwagens, afsluitingen of uit het verkeer genomen motorvoertuigen te plaatsen of te handhaven of er andere hindernissen voor het verkeer of voor de voetgangers te maken of te handhaven. Het Schepencollege kan hierop, in het algemeen of individueel, afwijkingen toestaan. De aangelande moet steeds al de voorwaarden van deze vergunning naleven. Artikel 10 Het is verboden om zonder noodzaak in de grensstrook tussen een privaat erf en de openbare weg afsluitingen, palen, bomen, struiken, hagen, reclameborden en soortgelijke voorwerpen te handhaven die door hun wijze van plaatsing, hun afmetingen of hun groei het verkeer kunnen onveilig maken nadat men door de wegbeheerder of het stadbestuur is aangemaand daar een eind aan te stellen. Artikel 11 Het is verboden, zelfs onopzettelijk, de normale waterafvoer door het beken- en grachtenstelsel en door de riolering onmogelijk te maken, te vertragen, te verstoren of abnormaal te versnellen. Artikel 12 Het is verboden riooldeksels en -roosters van de waterontvangers en deksels van nutsleidingen te openen, tenzij men daartoe bevoegd is of in geval van volstrekte noodzaak, en mits het gevaar wordt aangeduid en afgebakend. Artikel 13 Mortel en cement mogen niet rechtstreeks op het wegdek of op het plaveisel worden gemengd of uitgestort. AFDELING 4 AANBRENGEN VAN TEKENS VAN OPENBAAR NUT EN VAN HUISNUMMERS. Artikel 14 De eigenaars, bewoners en gebruikers moeten dulden dat de bevoegde overheid op de langs de openbare weg gelegen private eigendommen verkeerstekens, straatnaamborden, openbare verlichting of andere tekens met een openbaar nut aanbrengt, herstelt, onderhoudt, vervangt, wegneemt of aanvult. Diezelfde personen zijn verplicht het aan hun perceel toegekende huisnummer aan te brengen en dat te onderhouden en doelmatig te houden, zodat het vanop de openbare weg gemakkelijk kan worden gezien. Desnoods kan het ambtshalve worden aangebracht. Het is verboden huisnummers, straatnaamborden of andere tekens van openbaar nut te beschadigen, weg te nemen of anderszins ondoelmatig te maken. AFDELING 5 GAAFHEID en REINHEID VAN DE OPENBARE WEG Artikel 15 Het is verboden de weguitrusting te beschadigen of delen ervan weg te nemen. Het is eveneens verboden schade toe te brengen aan de private eigendommen die langs de openbare weg zijn gelegen als die schade een gevaar kan opleveren voor de openbare orde, veiligheid of gezondheid. Het is tevens verboden om, zonder daartoe behoorlijk te zijn gemachtigd, graszoden, aarde, stenen of materialen weg te nemen op plaatsen, die tot het openbaar domein behoren [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 16 Het is verboden de openbare weg te bevuilen. Het is eveneens verboden de gebouwen en erven langs de openbare weg te bevuilen als de gevolgen daarvan zich tot de openbare weg of een openbare plaats uitstrekken. Dit artikel is eveneens toepasselijk op het plassen op of langs de openbare weg. Daarenboven zijn zij strafbaar, die nalaten bevuilde straten of doorgangen te reinigen, waardoor de openbare veiligheid in het gedrang komt [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 17 Het is verboden op de openbare weg publiciteitsborden, private wegwijzers en soortgelijke voorwerpen te plaatsen of aan te brengen buiten de gevallen waarin dat door of krachtens de reglementering terzake is toegestaan. Deze onwettig geplaatste of gehandhaafde borden of voorwerpen worden van ambtswege weggenomen. De personen die er een eigendomsrecht op doen gelden, moeten die voorwerpen afhalen ter plaatse waar ze bewaard worden [opgeheven ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 03/12/2002]. 1. Tijdelijke constructies voor publicitaire doeleinden zijn al die constructies voor publicitaire doeleinden die niet worden aangebracht op voor- of zijgevels, muren, omheiningen, bouwwerken, monumenten en / of andere langs de openbare of in de nabijheid daarvan liggende opstanden. a. Tijdelijke constructies moeten worden geplaatst op minstens 0,75 meter van de rand van de rijbaan, niet in de onmiddellijke nabijheid van kruispunten en niet in of op rotondes. 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

2

b.

Het voetpad moet steeds een vrije doorgang van 1 m behouden, behalve wanneer de straat verkeersvrij werd gemaakt. In dat geval moet er ten behoeve van de hulpdiensten een brandgang van 4 m zijn. c. De aankondigingen mogen maximaal één maand op voorhand uithangen en moeten binnen de twee werkdagen na het einde van de feestelijkheden of manifestatie weggenomen worden. Indien deze termijn overschreden wordt, dan valt deze overtreding onder het belastingsreglement op het weghalen en verwijderen van afvalstoffen gestort of achtergelaten op niet – reglementaire wijze. d. De constructie moet stevig geplaatst zijn. Bij de aanvraag van tijdelijke constructies op openbaar domein moet een limitatieve lijst zitten met het aantal aankondigingen en de locaties waar aankondigingen zullen worden geplaatst. Alle aankondigingen die op andere locaties staan, worden beschouwd als aankondigingen zonder vergunning [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 03/12/2002]. 1. Het is verboden om, zonder voorafgaandelijke toelating van de bevoegde overheid, straten, pleinen of enig ander deel van de openbare weg of domein te belemmeren, hetzij door er materiaal, steigers of om het even welke andere voorwerpen achter te laten, hetzij door er uitgravingen te doen. 2. Het is verboden om voorwerpen op de openbare weg achter te laten of te plaatsen, die gevaar opleveren of die door hun val of uitwasemingen kunnen schaden [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 18 Alle daken die boven de openbare weg uitkomen moeten voorzien zijn van dakgoten. HOOFDSTUK II. DE OPENBARE VOORZIENINGEN. Plan: 1: Algemene bepalingen. 2: Voetbalstadions. 3: Openbare parken. AFDELING 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 19 §1 De openbare voorzieningen, zoals begraafplaatsen, sportterreinen, sportlokalen, wijken ontmoetingscentra, zwembaden, scholen, parken, stadions, openluchtrecreatieve verblijven, afvalbakkenterreinen, telefooncellen, oefenterreinen voor leerling-bestuurders, wachthuisjes en speelpleinen, ook als het beheer ervan niet door de overheid zelf wordt waargenomen, mogen slechts worden betreden en mogen slechts worden gebruikt door de beoogde gebruikersgroepen en voor het doel waarvoor zij bestemd zijn, op de tijdstippen en voor de tijdsduur die nodig zijn voor een normaal gebruik en overeenkomstig de gebruiksvoorwaarden die ter plaatse of in de gebruikscontracten zijn gepreciseerd. §2 Het publiek mag slechts aanwezig zijn op de voor hen bestemde plaatsen. §3 De installaties, meubelen, toestellen, werktuigen, machines, en de overige uitrusting mogen slechts worden gebruikt op een normale gebruikswijze, voor het doel waarvoor zij bestemd zijn, door personen die gerechtigd zijn er gebruik van te maken en overeenkomstig de gebruiksvoorwaarden. Elke beschadiging moet aan de beheerders van de voorziening of aan het stadbestuur worden gemeld. Voertuigen moeten worden geparkeerd of gestald op de daartoe bestemde plaatsen en op een wijze die niemand hindert of die de voorzieningen kan bevuilen of beschadigen. Het binnenbrengen van gevaarlijke voorwerpen is verboden. §4 Het is verboden over de afsluitingen te klauteren of eraan te hangen. §5 Het is verboden deze openbare voorzieningen te bevuilen. §6 Behoudens afwijking verleend door het Schepencollege, is het verboden andere dieren dan blindegeleidehonden binnen te brengen in de openbare gebouwen. §7 Het is verboden om stedelijke of landelijke afsluitingen, uit welke materialen ook gemaakt, opzettelijk te beschadigen of te bevuilen [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 20 De toegang tot en het gebruik van openbare voorzieningen is verboden en wordt geweigerd aan personen die kennelijk dronken zijn, die door wangedrag het rustig genot van de voorzieningen door andere personen hinderen of die de instructies van het toezichthoudend personeel weigeren na te leven of dat personeel hinderen in de uitoefening van hun taak. AFDELING 2 VOETBALSTADIONS OPENBARE SPORTINFRASTRUCTUUR [gewijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 21 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

3

Ter gelegenheid van voetbalwedstrijden is het in de stedelijke stadions verboden er: 1. dranken aan te bieden in de fles of in een glas of in een ander breekbaar of hard recipiënt, behoudens afwijking toegestaan door de burgemeester; 2. flessen, glazen of andere harde recipiënten mee te nemen op en naar de plaatsen bestemd voor het volgen van de wedstrijd; 3. alcoholhoudende dranken binnen te brengen die niet ter plaatse zijn verkocht door personen die handelen in overeenstemming met de wetgeving op de accijnzen op dranken; 4. wapens, nepwapens, stokken, vlaggenstokken, stenen, flessen, glazen, biljartballen, vogelpikpijltjes, boksijzers, of om het even welke voorwerpen binnen te brengen die niet onmiddellijk noodzakelijk zijn voor de houder en die gebruikt kunnen worden om te slaan, te kwetsen, te verdoven of te bedwelmen, om het publiek schrik aan te jagen of om het normaal verloop van de wedstrijd te verstoren; 5. de installaties te bevuilen of te beschadigen of ze te gebruiken op een wijze die niet noodzakelijk is en die schade kan veroorzaken; 6. voetzoekers, vuurwerk en alle soortgelijk tuig of materiaal dat vuur kan doen ontstaan of een ontploffing - hoe gering ook- kan veroorzaken, binnen te brengen of te gebruiken; 7. zich elders te bevinden dan op een plaats waar men zich volgens de toegangsvoorwaarden of volgens het toegangsbewijs of volgens de aanwijzingen van politieambtenaren of van stewards mag bevinden; 8. andere mensen aan te vallen, te doen schrikken, uit te dagen of op te hitsen; 9. de openbare orde daadwerkelijk te storen; 10. zich in het stadion te bevinden niettegenstaande dat door een maatregel, stadionverbod geheten, van een politieoverheid, van een officier van bestuurlijke politie of van een ander bevoegd persoon of bevoegde instantie is verboden, 11. geen gevolg te geven aan de aanwijzingen van de stewards. Het is de gemeentepolitie en de rijkswacht toegestaan naar aanleiding van voetbalwedstrijden gebruik te maken van bewaking via camera's, in overeenstemming met de wetgeving terzake, voorzover alleen bevoegde personen de beelden kunnen zien en mits de opgenomen beelden achteraf vernietigd worden tenzij ze als bewijsmiddel worden aangewend [gewijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 21bis Het is verboden om, in of rond een hippodroom, weddenschappen af te sluiten of aan te nemen buiten de daartoe bestemde ruimte [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. AFDELING 3. OPENBARE PARKEN Artikel 22 Onverminderd de eventuele toepassing van het Bosdecreet is het in de openbare parken verboden: 1. zich te ontdoen van om het even welk voorwerp of van een stof , tenzij in de afvalbakken; 2. zonder toestemming te varen, te zwemmen of voorwerpen of stoffen in het water te gooien; 3. in de bomen te klimmen of de bloemen en planten plat te trappen, uit te doen of af te knakken; 4. nesten te roven of te verstoren of broedsel te storen; 5. zijn hond toe te laten andere personen te hinderen of waterwild of andere dieren op te jagen; 6. de stilte te storen, bijvoorbeeld door zonder noodzaak te blijven roepen of gebruik te maken van transistorradiotoestellen; 7. te kamperen of te overnachten, tenzij met toelating; 8. vuren aan te leggen. HOOFDSTUK III. MARKTEN, BRADERIJEN en AMBULANTE ACTIVITEITEN. Plan: 1: De wekelijkse markt 2: Gelegenheidsmarkten 3: Ambulante activiteiten AFDELING 1. DE WEKELIJKSE MARKT Artikel 23 Tot de markt worden enkel de personen toegelaten die door het stadbestuur zijn aangenomen in overeenstemming met de wetgeving terzake. Artikel 24 De toegelaten marktkramers moeten zich opstellen op de plaats, op de wijze en in de volgorde bepaald door de aangestelde van het stadbestuur, marktleider geheten. De marktleider kan een marktkramer verwijderen en vervangen als die volgens de reglementering terzake op de markt niet mag staan, als die de door het stadbestuur bepaalde voorwaarden niet naleeft of de goede orde op de markt stoort. Artikel 25 De verkoopwagens, tenten en kramen moeten zo worden geplaatst dat het publiek ongehinderd tussen de rijen door kan wandelen, dat hulpdiensten zo weinig mogelijk worden gehinderd en dat de woningen, handelszaken en openbare gebouwen toegankelijk kunnen blijven. Artikel 26 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

4

Het is verboden bevoorradingswagens en andere wagens en voertuigen die voor de verkoop niet strikt noodzakelijk zijn op de markt te laten staan. AFDELING 2. GELEGENHEIDSMARKTEN. Artikel 27 Gelegenheidsmarkten op de openbare weg, zoals avondmarkten of kerstmarkten en braderijen, mogen slechts worden gehouden met toelating van het schepencollege. De inrichters en deelnemers moeten zich schikken naar de voorwaarden die aan de toelating kunnen zijn verbonden, onverminderd de federale reglementering terzake. Het stadbestuur kan deelnemers weigeren als hun aanwezigheid een gevaar kan betekenen voor de openbare rust, veiligheid of gezondheid. Deze moeten zich op de eerste vordering verwijderen. Artikel 28 De opstelling van kramen, tenten en andere soortgelijke elementen moet zodanig zijn dat de voertuigen van hulpdiensten vrije doorgang hebben. De obstakelvrije breedte moet minstens drie vier meter bedragen. AFDELING 3. AMBULANTE ACTIVITEITEN. Artikel 29. Ambulante activiteiten met gebruikmaking van kramen, karren, voertuigen, tafels of die op een andere wijze een deel van de openbare weg of het openbaar domein, zelfs tijdelijk, innemen zijn onderworpen aan een voorafgaandelijke toelating van het schepencollege of, in dringende gevallen, van de burgemeester. De toelating wordt geweigerd indien de uitoefening van de ambulante activiteit het normaal gebruik van het openbaar domein onmogelijk maakt of in erge mate vermindert of een gevaar oplevert voor de openbare rust, veiligheid of gezondheid. HOOFDSTUK IV. OPENBARE RUST Plan: 1: Manifestaties 2: Cafés en evenementen 3: Enkele bijzondere aspecten van de openbare rust AFDELING 1: MANIFESTATIES Artikel 30 Het is verboden op de openbare weg, zonder vergunning van de burgemeester: 1. betogingen of volksvergaderingen in open lucht te organiseren, te leiden of uit te lokken of er op een andere wijze aan deel te nemen dan vreedzaam en ongewapend; 2. optochten met meer dan vijf vier- of meerwielige voertuigen te vormen of er aan deel te nemen. Artikel 31 Het is verboden af te wijken van het parcours dat de burgemeester aan een betoging of optocht heeft opgelegd. Artikel 32 Het is verboden om ter gelegenheid van een staking of een ander sociaal conflict de normale afwikkeling van het verkeer dat van de openbare weg gebruik maakt en dat vreemd is aan de actie of de desbetreffende bedrijven onmogelijk te maken of sterk te hinderen. De burgemeester kan afwijkingen toestaan. Artikel 33 Het is verboden openbare plechtigheden aan monumenten, begraafplaatsen of herdenkingsplaatsen te storen of de daarbij gehouden toespraken en muziekuitvoeringen te storen of belachelijk te maken. AFDELING 2 CAFÉS EN EVENEMENTEN Artikel 34 §1. De uitbating van herbergen, met inbegrip van het gratis verstrekken van de daarmee gewoonlijk gepaard gaande goederen en diensten en zelfs als slechts bepaalde personen mogen aanwezig zijn, is verboden tussen één uur en acht uur 's ochtends. Op zaterdag en zondag en op een wettelijke feestdag (zoals bedoeld in de Arbeidswet) wordt dit evenwel vastgesteld op drie uur in plaats van op één uur. Deze bepaling geldt ook op de hotels, behalve op hun geldig ingeschreven gasten en op de restaurants als deze laatste geen volle maaltijd verstrekken. Tijdens de sluitingstijd mag er geen publiek worden toegelaten, mag er geen drank worden verstrekt en mag er geen muziek worden gemaakt of uitgezonden. §2. De sluitingstijd is niet van toepassing op de laatste zondag van augustus, de zaterdag daaraan voorafgaand en de maandag, de dinsdag en de woensdag die daarop volgen, noch op oudejaarsnacht. De sluitingstijd is evenmin van toepassing ter gelegenheid van plaatselijke kermissen en van bijzondere evenementen, waarvan de tabel wordt vastgesteld door het Schepencollege. Afwijkingen ter gelegenheid van plaatselijke kermissen kunnen beperkt worden tot het gedeelte van het grondgebied dat samenvalt met de vroegere gemeenten Beveren-Leie, Desselgem, Sint-Eloois-Vijve of Waregem. § 3. De burgemeester kan voor bijzondere gelegenheden of om bijzondere redenen een afwijking op het sluitingsuur verlenen. §4. Als daar bijzondere redenen voor zijn, kan de burgemeester ambtshalve of op verzoek van elke belanghebbende, voor een of meer bepaalde of bepaalbare cafés of aan cafés die op een bepaalde plaats zijn gelegen een specifiek sluitingsuur bepalen dat, in de ene of de andere zin, afwijkt van de voorgaande bepalingen. 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

5

§5. De uitbaters moeten actief meewerken aan de naleving van het sluitingsuur. Zo moeten zij bijvoorbeeld de aanwezigen herinneren aan het sluitingsuur en hen ertoe bewegen de inrichting te verlaten. §6. Zolang er daadwerkelijk publiek aanwezig is in een herberg mogen de toegangen niet gesloten zijn. Artikel 35 §1. Het inrichten of houden van feesten, van evenementen of van concerten, met uitzondering van private feesten en van huwelijksfeesten is onderworpen aan dezelfde beperkingen en aan dezelfde mogelijkheden van afwijkingen als in de voorgaande artikelen is voorzien voor de herbergen. §2. Het inrichten van of houden van feesten, evenementen of concerten in open lucht of in een tent is daarenboven onderworpen aan een voorafgaandelijke machtiging van de burgemeester. Deze machtiging moet tenminste een maand op voorhand worden aangevraagd. Artikel 36 Elke herberg en elke openbare plaats waar de openbare rust wordt verstoord of waar de sluitingstijd niet wordt nageleefd kan door de politiediensten ontruimd worden. De lokalen kunnen gesloten en de toegangen zo nodig verzegeld worden. Artikel 37 §1. Elke elektronische versterker van de muziek voortgebracht in een herberg, op een openbaar evenement of concert moet uitgerust zijn met een geluidsniveaubegrenzer die het voortgebrachte geluidsniveau automatisch begrenst tot de waarde die, geval per geval, door de burgemeester of zijn gemachtigde wordt bepaald op basis van een meting die door de gemeentepolitie of door een deskundige wordt uitgevoerd. Deze maximumwaarde kan door de burgemeester worden aangepast telkens de omstandigheden dit vereisen. Zolang die voorafgaande meting niet is uitgevoerd of niet is kunnen uitgevoerd worden is de maximumwaarde vastgesteld op 90 dB(A) [gewijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. §2. Bij overschrijding van deze norm gedurende meer dan dertig seconden moet de geluidsniveaubegrenzer automatisch de elektronische versterker uitschakelen of tot het toegestane niveau beperken. Bij uitschakeling mag deze ten vroegste dertig seconden na de uitschakeling terug worden ingeschakeld. §3. De meetmicrofoon moet geplaatst zijn op de plaats waar het grootste geluidsniveau optreedt. §4. De geluidsniveaubegrenzer, de aansluitingen en de meetmicrofoon moeten beveiligd zijn tegen elk onoordeelkundig of frauduleus gebruik en tegen sabotage. De geluidsniveaubegrenzer moet ten alle tijde verzegeld zijn. §5. Er mag slechts muziek elektronisch worden versterkt als de geluidsniveaubegrenzer in werking is overeenkomstig de voorgaande bepalingen. §6. De politieambtenaren moeten steeds in de gelegenheid worden gesteld de naleving van dit artikel na te gaan. §7. De burgemeester kan een herberg sluiten of een evenement verbieden om de enkele reden dat er geen geluidsniveaubegrenzer is geplaatst overeenkomstig de voorgaande bepalingen. §8. Als blijkt dat de geluidsniveaubegrenzer niet functioneert overeenkomstig de voorgaande bepalingen, kan de burgemeester voorschrijven dat er een nazicht zal worden verricht door een door hem aangeduide of erkende deskundige, en dit op kosten van de uitbater of inrichter. Deze laatsten zijn verplicht dit nazicht mogelijk te maken. Artikel 38 De uitbaters van herbergen en de inrichters van een evenement in een zaal moeten erover waken dat de in- en uitgangsdeuren slechts bij het binnen- en buitengaan van bezoekers opengaan en dat de ramen en klapramen dicht blijven. AFDELING 3 ENKELE BIJZONDERE ASPECTEN VAN DE OPENBARE RUST Artikel 39 Het is verboden op een openbare plaats spelen te organiseren of er georganiseerd of spontaan aan deel te nemen als deze spelen een gevaar opleveren voor de voetgangers, de weggebruikers of andere aanwezigen. De burgemeester kan afwijkingen toestaan. Artikel 40 Het aanbrengen van verkiezingsborden is verboden op de openbare weg en op het openbaar domein. Deze bepaling is niet van toepassing op de borden die door het gemeentebestuur worden ter beschikking gesteld, mits men blijft binnen de voorziene ruimte [opgeheven ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 03/12/2002]. Voor verkiezingspubliciteit in de sperperiode geldt: 1) Voor verkiezingspubliciteit hoeft geen stedenbouwkundige vergunningen aangevraagd te worden. 2) Opschriften, affiches, beeld – en fotografische voorstellingen, vlugschriften en plakbrieven van de verschillende lijsten en/of kandidaten, worden op de stedelijke borden aangebracht door de betrokken lijsten en/of kandidaten op de voor de betrokken lijst voorziene plaatsen. 3) Geen enkel ander deel van het openbaar domein dan vermeld onder 2) mag, op welke wijze dan ook, gebruikt worden voor kiespropaganda. 4) Elke vorm van visuele kiespropaganda op private domeinen is verboden als het vrije uitzicht op het kruisend of tegenliggend verkeer erdoor belemmerd wordt 5) Het beschadigen, overplakken, geheel of gedeeltelijke onzichtbaar maken van de kiespropaganda van de andere kandidaat of een andere lijst is verboden. 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

6

6) Alle publiciteitsborden moeten uiterlijk de veertiende kalenderdag na de dag van de verkiezingen verwijderd zijn [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 03/12/2002].. Artikel 41 Het is verboden op de officiële aanplakborden van het gemeentebestuur affiches aan te brengen, te overplakken, af te rukken of onleesbaar te maken. Gaat het om borden voor kiespropaganda dan mogen affiches voor een lijst enkel aangebracht worden binnen de aangeduide ruimte [opgeheven ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 03/12/2002]. 1) Een erkende aanplakker van de stad zorgt voor de officiële aanplakkingen aan de officiële borden. De affiches worden hiervoor tegen betaling afgegeven in het stadhuis. 2) Het is verboden op de officiële aanplakborden van het stadsbestuur affiches aan te brengen, te overplakken, af te rukken of onleesbaar te maken. 3) De in strijd met de bepalingen van artikel 17, 40 en 41 aangebrachte zaken worden door de verantwoordelijke uitgever of de plaatser weggenomen, op het eerste verzoek van de burgemeester. Zoniet gebeurt de verwijdering van ambtswege (door de stadsdiensten of door de politie), op kosten van de verantwoordelijke [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 03/12/2002]. Artikel 42 Het is verboden de openbare orde te verstoren ter gelegenheid van openbare bijeenkomsten, de normale afwikkeling van deze openbare manifestaties te verhinderen, te hinderen of te bemoeilijken, zich te bevinden op een andere plaats dan waar men zich volgens zijn toegangsbewijs mag bevinden, of op deze plaatsen voorwerpen binnen te brengen die niet noodzakelijk zijn voor de drager ervan en die van aard zijn om te hinderen, te kwetsen of de openbare orde te verstoren. Het is op deze openbare bijeenkomsten tevens verboden de hulpdiensten en de politiediensten te hinderen. Het is de gemeentepolitie en de rijkswacht toegestaan naar aanleiding van openbare bijeenkomsten gebruik te maken van bewaking via camera's, in overeenstemming met de wetgeving terzake, mits dit ter plaatse voor eenieder wordt aangeplakt en voorzover enkel bevoegde personen de beelden kunnen zien en mits de opgenomen beelden achteraf vernietigd worden tenzij ze als bewijsmiddel worden aangewend [gewijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 43 Het is verboden de openbare rust te verstoren door op of langs een openbare weg of een openbare plaats mensen lastig te vallen of aan het schrikken te brengen. Artikel 43bis Het is verboden om de openbare rust te verstoren door het maken van nachtgerucht of nachtrumoer [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. HOOFDSTUK V. OPENBARE VEILIGHEID Plan: 1: Veiligheid in publieke plaatsen 2: Rampenbestrijding 3: Bereikbaarheid van sommige gebouwen door hulpdiensten 4: Enkele aspecten van de openbare veiligheid. AFDELING 1. VEILIGHEID IN PUBLIEKE PLAATSEN. Artikel 44 Deze afdeling is toepasselijk op alle voor het publiek of voor bepaalde categorieën van het publiek toegankelijke plaatsen, ook als voor de aanwezigheid een uitnodiging, toegangsbewijs of een lidmaatschap is vereist, met uitzondering van: - de exploitaties die onderworpen zijn aan voorwaarden opgelegd door of krachtens de reglementering betreffende de milieuvergunning; - de gebouwen, plaatsen of activiteiten die onderworpen zijn aan een uitgewerkte federale of gewestelijke reglementering die ook het veiligheidsaspect omvat. Artikel 45 Al wie een voor het publiek toegankelijke inrichting, bestendig, periodiek of occasioneel, uitbaat, laat uitbaten, gebruikt of ter beschikking stelt of een publieke activiteit inricht of laat inrichten in een dergelijke plaats is verplicht ervoor te zorgen dat de veiligheid van het publiek, van de voorbijgangers en van de omwonenden gewaarborgd is: - a) onder het oogpunt van bouwkunde, elektriciteit en gastoevoer, verwarming, verluchting, organisatie, inrichting en aankleding van de lokalen, de gangen en de aanhorigheden; - b) onder het oogpunt van organisatie van de activiteiten en de personeelsbezetting; - c) onder het oogpunt van de organisatie van de voorwaarden voor hulpverlening bij eventueel ongeval, schadegeval, brand, instorting, paniek of een rampspoedige gebeurtenis. - d) onder het oogpunt van de organisatie van het normaal te verwachten verkeer van voertuigen. Publieke activiteiten die niet kunnen plaats vinden met naleving van deze voorwaarden, mogen niet gehouden of moeten stopgezet worden.

7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

7

Het feit dat het stadbestuur in voorkomend geval een vergunning, toelating of machtiging verleent voor het inrichten van de activiteit ontslaat niemand van de door dit artikel bepaalde verantwoordelijkheden. Dit artikel is eveneens toepasselijk op activiteiten onder een tent. Artikel 46 §1 Elke plaats waar een openbare activiteit plaats vindt moet voorzien zijn van voldoende, aangeduide, vindbare, bereikbare, obstakelvrije en bruikbare uitgangen en nooduitgangen om een snelle effectieve evacuatie van de aanwezigen mogelijk te maken. Behalve in de cafés moet de breedte van de totaliteit der uitgangen en bruikbare nooduitgangen gelijk zijn, in centimeter, aan het aantal aanwezige personen. De burgemeester kan hiervan een afwijking verlenen voor een termijn van niet langer dan een jaar, telkens verlengbaar met ten hoogste dezelfde termijn. Voor de toepassing van deze paragraaf gelden draaideuren en draaipaaltjes niet als uitgang of nooduitgang. Vindt de publieke activiteit plaats op meerdere verdiepingen dan moeten de trappen voldoen aan de breedteregels voor de uitgangen en nooduitgangen, waarbij roltrappen of draaitrappen of andere niet-rechte trappen niet meegeteld worden. §2 Elke publieke plaats moet bovendien voorzien zijn van een voldoende elektrische verlichting en, met uitzondering van de cafés en de tenten, van een noodverlichting die de evacuatie toelaat van de aanwezigen in het geval de normale verlichting uitvalt. §3 Behalve in de cafés moeten brandbestrijdingsmiddelen aanwezig zijn, in goede staat van onderhoud en regelmatig gekeurd. Het bewijs van goedkeuring moet aan het stadbestuur of aan de brandweer worden vertoond. §4 Behalve in de cafés moeten de elektrische installatie en de verwarming gekeurd zijn door een daartoe erkend organisme. Het keuringsbewijs moet aan het stadbestuur vertoond worden. §5 Het plaatsen van natuurlijke kerstbomen binnen voor het publiek toegankelijke gebouwen, lokalen en plaatsen wordt verboden, behoudens indien de kerstboom is behandeld met een brandvertragend product dat de ontsteking voorkomt en de branduitbreiding beperkt en de houder van de natuurlijke kerstboom het bewijs levert van de vereiste behandeling [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005].. Artikel 47 In de gebouwen of lokalen waar een openbare bijeenkomst plaats heeft mag de bekleding van wanden, plafonds en daken niet worden uitgevoerd in materialen die gemakkelijk branden of die bij brand giftige gassen afgeven. Bekleding en meubilair moeten door hun aard en door hun plaatsing zodanig zijn dat ze geen gevaar opleveren voor het publiek. De inrichting moet zodanig worden opgevat dat de verspreiding van geluid naar buiten toe maximaal beperkt wordt. De lokalen waarin dit niet op een effectieve wijze kan bereikt worden, mogen niet gebruikt worden tussen 23 en 7 uur. De burgemeester kan hiervan, ten occasionele titel, een afwijking verlenen. Artikel 48 De inrichter die toelating heeft of vraagt om een publieke activiteit te organiseren moet alle gevraagde inlichtingen verschaffen en medewerking verlenen aan het toezicht vooraf en op het ogenblik van de activiteit door het stadbestuur en door politieambtenaren. AFDELING 2.RAMPENBESTRIJDING. Artikel 49 Het is verboden op enigerlei wijze de hulpverlening bij rampspoedige gebeurtenissen te hinderen of te bemoeilijken. De politiediensten kunnen openbare plaatsen waar de openbare veiligheid in het gedrang komt doen ontruimen. AFDELING 3. BEREIKBAARHEID VAN SOMMIGE GEBOUWEN VOOR HULPDIENSTEN Artikel 50 Onder "gebouwen" wordt voor de toepassing van deze afdeling verstaan, ook als ze door particulieren worden beheerd,: 1) ziekenhuizen, verzorgingsinstellingen, rusthuizen, bejaardentehuizen, serviceflats en soortgelijke instellingen; 2) sportterreinen, sportzalen en sportstadions; 3) scholen; 4) feestzalen, danszalen en dansscholen; 5) paardenrenbanen, 6) appartementsgebouwen met meer dan tien woongelegenheden en/of kantoren en winkels 7) hotels en logementhuizen; 8) alle gebouwen en lokalen waar meer dan vijftig mensen kunnen bijeenkomen. Artikel 51


8

De uitbaters, directieleden, syndici, beheerders, eigenaars en andere verantwoordelijken zijn verplicht erover te waken dat deze gebouwen, opritten, toegangen, parkeerterreinen, binnenpleinen en aanhorigheden steeds bereikbaar en toegankelijk zijn voor de hulpdiensten en dat er voldoende ruimte vrij is voor het rijden, manoeuvreren en parkeren van de voertuigen van de hulpdiensten. Daartoe zijn deze personen verplicht op de toegangswegen, pleinen en parkeerterreinen die onder hun gezag vallen het verloop van het voertuigenverkeer te regelen door middel van verkeerstekens en, zo nodig, door andere doelmatige middelen. Eenieder is verplicht deze verkeerstekens na te leven en de aangeduide verkeersregeling te volgen. Bovendien is het verboden om, op welke wijze ook, het vlotte verkeer van de voertuigen van hulpdiensten rond de bedoelde gebouwen belemmeren of te hinderen. De voertuigen die zodanig geparkeerd zijn, stilstaan of achtergelaten zijn dat zij de toegang voor de hulpdiensten belemmeren of hinderen kunnen door de beheerder van het terrein of door een politieambtenaar worden verplaatst of getakeld. AFDELING 4. ENKELE BIJZONDERE ASPECTEN VAN DE OPENBARE VEILIGHEID Artikel 52 Als een bouwwerk of een afsluiting of een bouwkraan of een soortgelijke constructie dreigt in te storten of neer te vallen of een ander gevaar oplevert voor het publiek dan zijn de eigenaar en de bewoner verplicht onverwijld de nodige herstellingen uit te voeren of andere doelmatige maatregelen te nemen. Ook het nalaten of weigeren gehoor te geven aan de aanmaning van de administratieve overheid om gebouwen, afsluitingen of constructies, die bouwvallig zijn, te herstellen, af te breken of te slopen, wordt strafbaar gesteld [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 52bis Het is strafbaar om ongevallen te veroorzaken bij mens of dier, door ouderdom, bouwvalligheid, gebrek aan herstelling of onderhoud van gebouwen, of door een belemmering of werk, op of nabij de openbare weg of openbare plaatsen, zonder de voorgeschreven of gebruikelijke voorzorgsmaatregelen te nemen of waarschuwingstekens te plaatsen [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 53 Het is verboden loos alarm te geven of te veroorzaken, waardoor hulpdiensten nutteloos moeten uitrukken, waardoor paniek of opschudding kan ontstaan of waardoor nachtgerucht wordt veroorzaakt. Artikel 53bis Het is verboden om op onvoorzichtige wijze enig voorwerp op iemand te werpen, dat die persoon kan hinderen of bevuilen. Het is tevens verboden om stenen of harde of andere voorwerpen, die kunnen bevuilen of beschadigen, tegen voertuigen, gebouwen of afsluitingen te werpen, of in tuinen of besloten erven [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 53ter Het is verboden om op bepaalde plaatsen vuurwapens af te schieten of enig vuurwerk af te schieten, zonder voorafgaandelijke toelating. Bovendien worden de in beslag genomen vuurwapens of stukken vuurwerk verbeurd verklaard [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 53quater Het is verboden om andermans roerende eigendommen opzettelijk te beschadigen of te vernielen, ook voor de gevallen, buiten de omschrijvingen in het SWB boek II, titel IX, hoofdstuk II [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 53quinquies De daders van feitelijkheden of lichte gewelddaden, mits zij niemand gewond of geslagen hebben en mits de feitelijkheden niet tot de klasse van de beledigingen behoren, en in het bijzonder zij die opzettelijk, doch zonder het oogmerk om te beledigen, enig voorwerp op iemand werpen, dat hem kan hinderen of bevuilen, zijn strafbaar [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 54 Al wie een dier onder zich heeft moet ervoor zorgen dat dit dier geen gevaar of overmatige hinder oplevert voor andere mensen. Op het eerste verzoek van een politieoverheid of van een politieambtenaar moeten de geleiders of verantwoordelijken hun hond verwijderen van plaatsen met een grote volkstoeloop. Het is verboden dieren te tergen of op te hitsen. Dieren die een gevaar kunnen opleveren voor andere mensen of voor het verkeer of die andere mensen op de openbare weg of op een openbare plaats aan het schrikken kunnen brengen moeten achter doelmatige afsluitingen of aan de leiband gehouden worden. Artikel 55 De houder van een verdwenen dier is verplicht daarvan onverwijld kennis te geven aan het stadbestuur en bovendien aan een politiedienst als het dier een gevaar kan opleveren voor het publiek of voor het verkeer. De houder is verplicht alles te doen wat in zijn mogelijkheden ligt om zijn dier terug te vinden. 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

9

Hij die een dier vindt of aantreft dat een gevaar kan opleveren is verplicht daarvan onverwijld kennis te geven aan een politiedienst. Artikel 55bis Het is verboden om een ander dier dan vermeld in artikel 538 van het SWB (paarden, of ander trek- of lastdieren, hoornvee, schapen, geiten of varkens) kwaadwillig te doden of zwaar te verwonden, hetzij op openbaar domein, hetzij op private eigendom. Het is tevens verboden om dieren of vee te doden of te verwonden, door het laten rondzwerven van kwaadaardige of woeste dieren, of door snelheid, het slecht besturen of het overmatig laden van voertuigen, paarden, trek-, last- of rijdieren. Ook zij die, door onvoorzichtigheid of gebrek aan voorzorg, onopzettelijk dezelfde schade veroorzaken door het behandelen of gebruiken van wapens of door het werpen van harde voorwerpen of van om het even welke stoffen [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 56 Geen kamers mogen worden verhuurd in een logementhuis dan mits voorafgaandelijke kennisgeving aan de burgemeester. De burgemeester kan de verhuur verbieden indien blijkt dat de bouw, de inrichting, aankleding, het beheer of de organisatie van het logementhuis niet alle waarborgen bieden op het gebied van voorkoming van brand, ontploffingen of risico voor verstikking of op het gebied van de eventuele evacuatie. Dit artikel is eveneens toepasselijk op de verhuring van panden met meer dan één studentenkamer. Artikel 57 Het is verboden om zonder noodzaak de mobiliteit en de veiligheid op de openbare weg of op een openbare plaats van andersvalide personen te hinderen of in het gedrang te brengen. HOOFDSTUK VI. , OPENBARE ZINDELIJKHEID en -GEZONDHEID en AFVALVERWIJDERING Plan: 1: Hygiëne en netheid 2: Geluidsoverlast 3: Lijkbezorging en begraafplaatsen 4: Voedingsmiddelen 5. Verwijdering van huishoudelijke afval AFDELING 1. HYGIENE en NETHEID. Artikel 58 Het is verboden de volksgezondheid op welke wijze dan ook in gevaar te brengen of ziekten te verspreiden of situaties tot stand te brengen of in stand te houden die ziekten kunnen veroorzaken of het ontstaan of de verspreiding ervan kunnen bevorderen of die de gezondheid van een of meer burgers kunnen aantasten. Artikel 59 Onverminderd de toepassing van het Afvalstoffendecreet is het verboden afval, verpakkingen, sigarettenpeuken, vuil, rottende stoffen of niet meer gebruikte voorwerpen of het overblijfsel van reinigingen achter te laten of er zich van te ontdoen op een andere dan een reglementair toegelaten wijze. De bewoners en gebruikers zijn verplicht gevolg te geven aan een bevel van de burgemeester om aan een toestand die gevaar kan opleveren voor de hygiëne een einde te stellen. Artikel 60 Het is verboden om op om het even welke openbare of private plaats, zonder redelijke noodzaak, stoffen of voorwerpen te leggen of zich te laten ophopen die de volksgezondheid kunnen schaden, inzonderheid omwille van hun uitwasemingen of omdat zij tot voedsel of tot biotoop kunnen dienen voor schadelijke insecten of ongedierte. Artikel 60bis Het nalaten van herstellings- en reinigingswerken uit te voeren aan ovens, schoorstenen of fabrieken waar vuur gebruikt wordt, is strafbaar [toegevoegd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 61 De braakliggende gronden waarop vuil of afval wordt gestort op een wijze die de volksgezondheid in gevaar kan brengen, moeten door de gebruiker of de eigenaar op het eerste verzoek van het stadbestuur worden opgekuist, zelfs al is het sluikstorten door een derde persoon gebeurd. Hetzelfde geldt met dergelijke gronden die vervuilen doordat het onkruid er niet beheerst wordt. Artikel 62 Ingeval van overbevolking van een woongelegenheid, zijn de eigenaars en de bewoners verplicht gevolg te geven aan een bevel van de burgemeester dat deze woongelegenheid niet door nog meer personen mag worden bewoond. Indien vastgesteld wordt en uit een deskundigenverslag blijkt dat een woongelegenheid niet voldoet aan elementaire hygiënische eisen dan zijn de eigenaars en de bewoners verplicht gevolg te geven aan een verbod van de burgemeester dat er nog verder in gewoond wordt vanaf een in het verbod bepaalde datum, die niet vroeger kan zijn dan 45 dagen na de betekening van de beslissing. Zo nodig wordt deze woning verzegeld. Artikel 63 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

10

Woonwagenbewoners en andere trekkende personen dienen het terrein waar zij verblijven net te houden en de afval te verzamelen en te verwijderen op de door de reglementering terzake bepaalde wijze. Voor hun drinkwatervoorziening dienen de woonwagenmensen zich te wenden tot het stadsbestuur. Artikel 64 De aansluiting van woningen of gebouwen op het rioleringsnet gebeurt door het stadsbestuur of door de bewoners op het tijdstip, de wijze en met de materialen die het stadsbestuur bepaalt en onder haar toezicht. Artikel 65. De meester van een hond of hij die het dier onder zich heeft moet het vuil verwijderen dat door die hond wordt achtergelaten. AFDELING 2. GELUIDSOVERLAST Artikel 66 Het is verboden, zonder noodzaak en buiten redelijkheid, geluid voort te brengen of dat zich te laten voortbrengen dat hinderlijk kan zijn voor de omwonenden, de voorbijgangers, of de deelnemers aan een activiteit op de openbare weg. Voor het afschieten van vreugdeschoten kan de burgemeester vergunning verlenen. Artikel 67 Geen installatie om muziek en/of teksten uit te zenden langs de openbare weg mag worden aangebracht of, als ze reeds aangebracht is, worden gehandhaafd, tenzij met toestemming van de burgemeester. Op de openbare weg mag geen muziek uitgezonden noch mogen berichten omgeroepen worden via een geluidversterkende installatie, tenzij met toelating van de burgemeester. Geen terras mag worden gebruikt aan de achterkant van cafés en andere horecazaken dan mits toestemming van het schepencollege. AFDELING 3. LIJKBEZORGING EN BEGRAAFPLAATSEN Artikel 68 Elke overledene moet begraven, gerepatrieerd of gecremeerd worden. Behoudens toestemming van de burgemeester gebeurt dit ten laatste op de zesde dag na deze van het overlijden. Geen teraardebestelling mag evenwel plaatsvinden dan nadat de ambtenaar van de burgerlijke stand daar kosteloos verlof voor verleend heeft. De burgemeester kan in geval van noodzaak voor de openbare orde, veiligheid of gezondheid bevelen dat de begrafenis, de repatriëring of de crematie vroeger of later moeten plaatsvinden. Artikel 69 De lichamen die gerepatrieerd of gecremeerd moeten worden, worden gekist onder toezicht van de burgemeester of zijn afgevaardigde. Artikel 70 Na het kisten mag een lijkkist niet meer geopend worden, tenzij in de wettelijk voorziene gevallen of ingevolge een gerechtelijke beslissing. Artikel 71 De begraving, de bijzetting of verstrooiing van de as op de strooiweide gebeurt op de stedelijke begraafplaats. Het gebruik van lijkkisten, foedralen of lijkwaden en producten die de natuurlijke en normale ontbinding van het stoffelijk overschot verhinderen of aanzienlijk vertragen is verboden. Artikel 72 Het vervoer van stoffelijke overschotten van personen die zijn overleden op het grondgebied van de stad naar een andere gemeente is verboden, behoudens machtiging van de burgemeester. Deze machtiging wordt slechts gegeven op voorlegging van een document waaruit het akkoord blijkt van de burgemeester van de plaats van bestemming. Stoffelijke overschotten van personen die zijn overleden buiten de stad mogen niet in de stad binnengebracht worden om er begraven of tijdelijk bewaard te worden zonder machtiging van de burgemeester. Artikel 73 Het vervoer van stoffelijke overschotten is verboden, tenzij door personen van wie het hun beroep is en in overeenstemming met de reglementering die van toepassing is op de uitoefening van het beroep van lijkbezorger of begrafenisondernemer. Het vervoer mag, behalve in dringende gevallen, uitsluitend plaatsvinden in daartoe bestemde voertuigen en in omstandigheden die een maximale hygiëne en eerbied voor de dode waarborgen. Elk heimelijk of overbodig vervoer van lijken is verboden. Artikel 74 Behoudens afwijking vastgesteld door de burgemeester zijn de stedelijke begraafplaatsen op volgende uren voor het publiek toegankelijk: 1. werkdagen: van april tot en met september: van 9u tot 19 u van oktober tot en met maart: van 9u tot 17 u 2. zon- en feestdagen: van 9u tot 17 uur. Op 1 november zijn de begraafplaatsen evenwel toegankelijk van 7u tot 18 u en op 2 november van 8u tot 18 uur. De begraafplaatsen zijn enkel toegankelijk voor de bezoekers via de hoofdingang. 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

11

Deze openingsuren gelden ook voor de aannemers die er werken komen uitvoeren in particuliere opdracht. Artikel 75 Het is op de begraafplaatsen verboden bouw-, herstelling- of aanplantingwerken uit te voeren of nieuwe graftekens te plaatsen op zaterdagen, zon- en feestdagen noch van 20 oktober tot en met 11 november. Deze bepaling geldt niet voor de werken die noodzakelijk zijn voor een begrafenis die op die dagen of in die periode plaats vindt. Artikel 76. Op de begraafplaatsen zijn alle handelingen verboden waardoor de orde of de aan de doden verschuldigde eerbied verstoord worden. Het is in het bijzonder verboden er te leuren, affiches, vlugschriften, borden en dergelijke te plaatsen of te verspreiden. De toegang is verboden voor honden en alle voertuigen, met inbegrip van fietsen, met uitzondering van lijkwagens op het ogenblik van de teraardebestelling of voertuigen van aannemers die instaan voor de bouw van vergunde graftekens. Artikel 77 Op de begraafplaatsen van de stad: a) moeten de graftekens en de aard van de gebruikte materialen overeenstemmen met voorschriften bepaald door de gemeenteraad; b) mogen de beplantingen op de graven niet hoger zijn dan 60 cm; c) gebeuren het plaatsen, verbouwen of wegnemen van graftekens, evenals van de beplantingen onder toezicht van de stedelijke overheid en binnen de door haar vastgestelde termijn; d) mag geen materiaal achtergelaten worden; e) mogen de opschriften op de graftekens, inscriptieplaten en dergelijke de welvoeglijkheid, de orde en de eerbied verschuldigd aan de doden niet verstoren. Artikel 78 Opgravingen zijn verboden, tenzij ingevolge een gerechtelijke beslissing of met toestemming van de burgemeester. Van elke opgraving wordt register gehouden. AFDELING 4 : VOEDINGSMIDDELEN Artikel 79 Het is verboden aan het publiek voedingsmiddelen ter verbruik aan te bieden of met dat doel op een openbare plaats voorhanden te hebben, die op zichzelf of door de wijze waarop zij bewaard, bereid of tentoongesteld worden een gevaar kunnen betekenen voor de gezondheid. AFDELING 5. VERWIJDERING VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN. Sectie 1. Algemene bepaling. Artikel 80 Onder huishoudelijke afvalstoffen wordt, voor de toepassing van deze verordening verstaan: - afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding, - afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld zijn bij besluit van de Vlaamse regering, - afvalstoffen die, alhoewel ze niet tot de huishoudelijke afvalstoffen worden gerekend, toch via de gemeenten worden ingezameld, zoals bijvoorbeeld het gevaarlijk huishoudelijk afval ("KGA"). Artikel 81. Onverminderd de eventuele toepassing van het Afvalstoffendecreet en de uitvoeringbesluiten daarvan is het verboden huishoudelijke afvalstoffen achter te laten of te verwijderen in strijd met deze verordening. Sectie 2: Ophaling van huis tot huis. Artikel 82. Deze sectie heeft betrekking op de afvalstoffen die periodiek aan huis worden opgehaald, inzonderheid: - de wekelijkse ophaling van huisvuil, - de periodieke selectieve ophalingen, zoals bijvoorbeeld van papier en karton, grof huisvuil, … - de jaarlijkse ophaling van grof huisvuil. [gewijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. Artikel 83 §1 Het huisvuil moet verpakt zijn in vuilzakken of andere recipiënten die door het stadbestuur worden ter beschikking gesteld of door haar aanvaard. Deze zakken of recipiënten mogen noch gescheurd, noch beschadigd zijn en moeten afdoende gesloten zijn. Snijdende of anderszins gevaarlijke voorwerpen of stoffen mogen niet op deze wijze worden verwijderd. §2 Papier en karton moeten in handige pakken worden samengebonden. §3 Het gewicht van elke zak of recipiënt of van elk pak is beperkt tot twintig kilogram. Artikel 84 De zakken, pakken, recipiënten of voorwerpen worden aan de rand van de straat geplaatst: 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

12

- vanaf 's ochtends indien de ophaling in de loop van de dag plaatsvindt; - ten vroegste om 20.00 uur de avond voordien, indien de ophaling gewoonlijk voor acht uur 's ochtends plaatsvindt. Artikel 85 De aldus op straat of op de rand ervan geplaatste zakken, pakken, recipiënten of voorwerpen mogen niet door een derde persoon worden geopend of verplaatst en mogen alleen door de erkende ophaler worden meegenomen. Hetgeen bij de ophaling niet is meegenomen, moet door diegene die het geplaatst heeft terug binnen genomen worden. Artikel 86 Huishoudelijk afval mag niet worden gedeponeerd op of naast de afvalkorven die op openbare plaatsen zijn geplaatst. Derde personen mogen hun huishoudelijk afval evenmin deponeren in particuliere afvalbakken, bijvoorbeeld van restaurants, winkels of bedrijven. Sectie 3: Openbare afvalbakken. Artikel 87 Buiten de kleine afvalbakken voor het toevallig afval van passanten, zijn er op de openbare plaatsen: - permanente afvalbakken, zoals de glasbakken of -bollen, - beurtrolbakken, zoals bijvoorbeeld de weekendcontainers, - bakken voor seizoensgebonden afval. Elke inwoner van de stad mag er afval komen deponeren overeenkomstig de bestemming van de bakken en overeenkomstig de voorwaarden die ter plaatse kunnen zijn aangeduid of die medegedeeld worden door aangestelden. Gewoon huishoudelijk afval is er niet toegelaten. Het afval mag enkel in de bak worden gestort en mag er niet naast of in de omgeving worden achtergelaten. Indien de aangestelden van het stadbestuur een afvalstof weigeren dan moet diegene die deze stoffen heeft gebracht het ook weer meenemen. Sectie 4. Afvalbakkenterreinen ("Containerparken"). Artikel 88. De verschillende afvalbakken op die terreinen zijn bestemd voor het deponeren van de daartoe bestemde afvalsoorten, zoals ter plaatse aangeduid of medegedeeld door de aangestelden. Voor sommige soorten afval, zoals bijvoorbeeld het klein chemisch afval, kan het gebruik van een bak vervangen zijn door afgifte aan de aangestelden of door een andere wijze van verzameling. De afvalstoffen mogen enkel in de daartoe bestemde bak worden gestort en mogen niet vermengd worden. Artikel 89 Het gebruik van het bakkenterrein is beperkt tot a) de inwoners van de stad; b) de openingsuren, vastgesteld door het schepencollege en ter plaatse aangegeven. Het schepencollege bepaalt ook welke afvalsoorten er mogen worden aangeboden en welke voorzorgsmaatregelen er voor sommige stoffen moeten worden genomen. De afval moet zodanig worden aangeboden dat de aangestelden er niet door kunnen gekwetst of bevuild worden. Artikel 90 Het is verboden afval uit te zoeken en mee te nemen. Artikel 91. Het is verboden op het afgebakende afvalbakkenterrein dieren binnen te brengen. Artikel 92. De aangestelden van het stadbestuur kunnen het terrein tijdelijk sluiten bij overbelasting of indien zulks voor een goed beheer noodzakelijk is. Artikel 93 Het wachtend publiek mag het normale verkeer op de openbare wegen in de omgeving van het terrein niet hinderen. De voertuigen en aanhangwagens waarmee het afval wordt aangebracht moeten zindelijk zijn, zoniet dan kunnen ze geweigerd worden zonder te mogen lossen. Op het bakkenterrein is de snelheid van voertuigen beperkt tot stapvoets rijden. Vrachtwagens of aanhangwagens met een hoogste toegelaten massa van meer dan 1 500 kilogram zijn er niet toegelaten. Binnen in het terrein moeten de bestuurders de aanwijzingen van de aangestelden opvolgen en de signalisatie naleven die is aangebracht om een vlot verkeer van de voertuigen mogelijk te maken. Inzonderheid mogen geen voertuigen worden geparkeerd, stilstaan of achtergelaten worden in de strook die bestemd is voor het rijdend verkeer. Tijdens het lossen van de afvalstoffen moeten de motoren van de voertuigen worden stilgelegd. Sectie 5. Handhaving Artikel 94 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

13

Bij grof misbruik van het afvalbakkenpark of bij herhaalde overtreding van dit reglement kan het Schepencollege aan een bepaald persoon de toegang tot het afvalbakkenterrein tijdelijk verbieden of verbieden dat afval voortgebracht in het huishouden van deze persoon nog zou worden aangeboden. Artikel 95. De aangestelden van het stadbestuur zien toe op het gebruik dat van de afvalbakken wordt gemaakt. Zij kunnen van eenieder die van de bak gebruik maakt of daartoe aanstalten maakt of die zich ter plaatse bevindt in het bezit van afvalstoffen voorlegging eisen van de identiteitskaart en uitleg vragen over de aard, de wijze van behandeling en de herkomst van een aangeboden afvalstof. Zij kunnen personen die zich daaraan onttrekken zich doen verwijderen en hen verbieden van de afvalbakken gebruik te maken. Zij kunnen het deponeren van afvalstoffen weigeren of doen stopzetten hetzij omdat zij een overtreding van deze verordening of van de Vlaamse reglementering vaststellen, hetzij omdat de bak vol is, hetzij omdat de betrokken afvalsoort op een andere wijze moet worden verwijderd, hetzij omdat zulks voor een goed beheer of om veiligheidsredenen noodzakelijk is. De gebruikers moeten de voorschriften of verboden van het toezichtpersoneel naleven. Artikel 96 De toegang tot en het gebruik van afvalbakkenterreinen en het gebruik van afvalbakken kunnen bij besluit van het Schepencollege bijkomend worden gereglementeerd door vormen van beheersing van toegang of aangeboden volume of toegankelijkheid. HOOFDSTUK VII. BEVOEGDHEDEN VAN DE BURGEMEESTER en AMBTSHALVE OPTREDEN Artikel 97 Eenieder is verplicht de besluiten na te leven die de burgemeester, in voorkomend geval, met het oog op de vrijwaring van de openbare orde, inzonderheid van de openbare zindelijkheid, gezondheid, veiligheid en rust, uitvaardigt zoals bedoeld bij artikel 133 van de nieuwe gemeentewet. Artikel 98 Als er een overtreding is vastgesteld op deze verordening dan kan de burgemeester voorschrijven dat, desnoods tegen de wil in van de burger, van ambtswege, op kosten en risico van de verantwoordelijke, de strikt noodzakelijke maatregelen zullen genomen worden die hij bepaalt en die noodzakelijk zijn ter vrijwaring van de openbare orde, veiligheid of gezondheid of om een juiste verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen te waarborgen. Een aanmaning zal aan de burger worden gericht, tenzij dit niet mogelijk of niet werkzaam is. In geval van beschadiging of bevuiling is de dader verplicht zelf te herstellen of te reinigen, zoniet dan kan dit op zijn kosten van ambtswege gebeuren. Artikel 99 In elk van de gevallen dat er op grond van deze verordening een vergunning, toelating of afwijking is verleend, is het verboden de beperkingen of voorwaarden van deze beslissing te miskennen. HOOFDSTUK VIII SLOT - en OVERGANGSBEPALINGEN Artikel 100 De bepalingen van hoofdstuk 4 betreffende de sluitingstijd der herbergen en betreffende het plaatsen van geluidsniveaubegrenzers in deze instellingen zijn niet van toepassing op de inrichtingen die vergunningplichtig zijn krachtens het Milieuvergunningdecreet. Artikel 101 De bepalingen van hoofdstuk 5 betreffende de openbare veiligheid zijn niet van toepassing op de bestaande plaatsen voor de uitoefening van een erkende eredienst. Op de andere lokalen die bestaan en gebruikt worden op het ogenblik van het van kracht worden van deze verordening worden de bepalingen ervan slechts toepasselijk na verloop van één jaar. De burgemeester kan, in geval van gemotiveerde noodzaak, een langere overgangstermijn toestaan, doch niet langer dan drie jaar. Aldus vastgesteld in de gemeenteraad van 7 mei 1996 en gewijzigd in de gemeenteraden van 03 december 2002 en 12 april 2005. De secretaris, De burgemeester-voorzitter, (w.g.) Et. Debel (w.g.) G. Carron


14

TREFWOORDENLIJST De cijfers verwijzen naar de artikelen. aanduiding: 1 aanhangwagen: 93 aanmaning: 98 aanplakbord: 41 affiche: 40; 41; 76 afsluiting: 10, 19 afval: 59; 61; 63: 80 e.v. afvalbak: 22; 86 e.v. afvalbakkenterrein: 19 afwijking: 19§6; 34 §3; 35; 39; 46; 47; 99 alarm: 53 alcoholhoudende drank: 21, 34 ambtshalve: 17; 62; 98 andersvaliede persoon: 57 ambtenaar van de burgerlijke stand: 68 e.v. ambulante activiteit: 2; 29; 76 appartementsgebouw: 50 bedrijf: 32; 86 begraafplaats: 19, 33; 68 e.v. begrafenis: 68 e.v. beek: 11 berm: 8 betoging: 30; 31 bloembak: 6 boom en struik: 8, 10, 22,3 bos: 22 bouwkunde: 45 bouwwerk: 52; 54 braakliggende grond: 61 braderij: 27 brandbestrijding: 45; 46§3; 47; 56 brandbare stof: 45; 54 brandweer: 46§3 burgemeester: 21.1; 29; 34; 35; 37; 39; 46§1; 47; 56; 59; 62; 67; 78; 97; 101 café: 34 e.v.; 67; 100 camera: 21; 42 concert: 35; 37 containerterrein: 88 e.v. crematie: 68 e.v. danszaal: 50 dakgoot: 18 deskundige: 37; 62 dier: 19§6; 22,5; 54; 55; 91 drinkwater: 63 elektriciteit: 45; 46§2 eredienst: 101 evacuatie: 45; 46§2; 56 evenement: 35; 37; 38; 45; 47 feesten: 35; 45 feestzaal: 50 gas: 45; 47 gebouw: 50; 51 geluid: 47; 66 geluidshinder: zie geluidsoverlast, lawaai en nachtgerucht geluidsmeting: 37 geluidsniveaubegrenzer: 37; 100 geluidsoverlast: 21.6; 34; 66 e.v. zie ook: geluidshinder, lawaai, nachtgerucht geluidsversterker: 37; 67 gemeentebestuur: 24; 27; 40; 48; 55; 64; 77 gemeentepolitie: 21; 37§1; zie ook: politieambtenaar [gwijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

15

gevaarlijk huishoudelijk afval: 80 geveltuintje: 6 glasbak: 83 gracht: 11 graf: 71 herberg: zie: café hygiëne: 58 e.v.; 73 hond: 22,5; 55; 65; zie ook: dier horeca: 67 hotels: 50 huisvuil: 80 e.v. hulpdienst: 25; 28; 42; 51;53 hulpverlening: 45; 49 huishoudelijke afvalstof: 80 e.v. zie ook: afval en afvalkorven huisnummer: 14 identiteitskaart: 95 insecten: 60 kamperen: 22,7; 19§1 kantoren: 50.6 kermis: 34§2 keuring: 46§3 KGA: 80 kramen: 25; 29 lawaai: 34; 47; 53; 65; zie ook: geluid, geluidsoverlast en nachtgerucht leerling-bestuurder: 19 leurhandel: zie ambulante activiteit lijkbezorging: 68 e.v. logementshuis: 50; 56 manifestatie: 30 e.v.; 42 markt: 23 e.v. milieuvergunning: 44; 100 muziek: 33; 34; 37; 67 monument: 33 mortel: 13 nachtgerucht: 53 nooduitgang: 46, zie ook: toegang nutsleiding: 12 oefenterrein voor leerling-bestuurders: 19 onkruid: 61 officier van bestuurlijke politie: 21,10 onbewoonbaarverklaring: 62 ongedierte: 60 ontploffing: 56 ontruiming: 36; 49 openbare bijeenkomst: 42; 44; 47; zie ook: evenement en publieke activiteit openbaar gebouw: 19; 20; 25 openbare gezondheid: 27; 29; zie ook: hygiëne openbare markt: 23 e.v. openbare orde: 21.9; 42; 76 openbare plaats: 39; 43 openbare rust: 27; 29; 30 e.v.; 68; 76 openbare veiligheid: 27; 29; 44 e.v.; 49; 68 openbare voorzieningen: 19 e.v. openbare weg: 1 e.v.; 15 e.v.; 32; 40; 43 openbaar domein: 1; 19 e.v.; 22 e.v. openluchtrecreatief verblijf: 19; zie ook: kamperen opgraving (van een lijk): 78 optocht: 30; 31 overbevolking: 62 overnachten: 22.7; 50; 56 paardenrenbaan: 50 park: 19; 22 e.v. 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

16

parkeerterrein: 51 plassen: 16 plechtigheid: 33 politieambtenaar en politiedienst: 21.7; 37§6; 42; 48; 49; 51; 55 zie ook: gemeentepolitie en rijkswacht [gewijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. privaat eigendom: 10; 15; 16; 51; 62 privaat feest: 35§1 privaat gebruik van de openbare weg: 2 publiciteitsbord: zie: reclamebord publiek: 19§2; 20; 34; 44; 45; 47; 52 publiek toegankelijke inrichting: 45 publieke activiteit: 45 ramen: 38 ramp: 45; 49 rampenbestrijding: 49 reclamebord: 6; 10; 17 reinheid van de openbare weg: 15 e.v. rijkswacht: 21; 42; zie ook: politieambtenaar [gewijzigd ingevolge gemeenteraadsbeslissing dd. 12/04/2005]. riolering: 1; 11; 64 riooldeksel: 12 rusthuis: 50 Schepencollege: 6; 9; 19§6; 27; 29; 34§2; 67; 89; 94; 96 school: 19; 50 signalisatie: 1; 14; 17; 51; 93 sluikstorten: 61 sluitingsuur: 34 e.v.; 47; 100 speelplein: 19 spelen: 39 sportlokaal: 19; 50 sportterrein: 19; 50 stadion: 19; 21 e.v.;50 staking: 32 steward: 21 straatnaambord: 14 studentenkamer: 56 syndic: 51 takelen: 51 tegeltuintjes: 6 tekens van openbaar nut: 14 tent: 28; 35§2; 45; 46§2; telefooncel: 19 terras: 6; 67 trap: 46§1 toegang: 34§6; 38; 46 transistorradio: 22,6 uitgang: zie: toegang uitwaseming: 60 varen: 22 veiligheid: 44 e.v. veiligheid op de weg: 8 e.v. vergadering in open lucht: 30 vergunning: 6; 22.7; 27; 29; 30; 32; 35; 54; 56; 67; 99 verkaveling: 9 verkeerstekens: 14 verkiezing: 40; 41 verluchting: 45 verstikking: 56 vervoer van lijken: 72 verwarming: 45 verzegeling: 36; 62 verzorgingsinstellingen: 50 vlugschriften: 76 7.5.1996 Algemene Politieverordening Gemeente Waregem

17

voedingsmiddel: 79 voertuigen: 9; 26; 28; 29; 45; 51; 76; 93 voetbalstadion: zie: stadion voetpad: 1, 5 voetzoekers: 21,6; 54 volksgezondheid: zie hygiëne vrachtwagen: 93 vreugdeschoten: 54; 66 vuur: 22.8 vuurwerk: 21,6 vuur: 22,8; wachthuisje: 19 wapen: 21 waterafvoer: 11 waterloop: 22 weekendcontainer: 87 weggebruiker: 3; 8; 39 weguitrusting: 1, 4, 15 wegwijzer: 17 wijkcentrum: 19 winkels: 50.6 woongelegenheid: 62 woonwagen: 7; 63 ziekenhuis: 50 zindelijkheid: 58 e.v. zwembad: 19 zwemmen: 22


18

INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk I: Openbare wegen: (artikelen 1 - 18) blz 3 Afdeling 1: Definities: (artikel 1) blz 3 Afdeling 2: Het algemeen gebruik van de openbare weg: (art 2 - 7) blz 3 Sectie 1: Algemene regels: (art 2 - 5) blz 3 Sectie 2: Bijzondere gevallen: (art 6 -7) blz 3 Afdeling 3: Veiligheid op de weg: (art 8 - 13) blz 3 Afdeling 4: Aanbrengen van tekens van openbaar nut en van huisnummers: (art 14) blz 4 Afdeling 5: Gaafheid en reinheid van de openbare weg: (art 15 - 18) blz 4 Hoofdstuk II: Openbare voorzieningen: (artikelen 19 - 22) blz 5 Afdeling 1: Algemene bepalingen: (art 19 - 20) blz 5 Afdeling 2: Voetbalstadions Openbare Sportinfrastructuur: (art 21-21bis) blz 6 Afdeling 3: Openbare parken: (art 22) blz 6 Hoofdstuk III: Markten, braderijen en ambulante activiteiten:(artikelen 23 - 29) blz 6 Afdeling 1: De wekelijkse markt: (art 23 - 26) blz 6 Afdeling 2: Gelegenheidsmarkten: (art 27 - 28) blz 7 Afdeling 3: Ambulante activiteiten: (art 29) blz 7 Hoofdstuk IV: Openbare rust: (artikelen 30 – 43bis) blz 7 Afdeling 1: Manifestaties (art 30 -33) blz 7 Afdeling 2: Cafés en evenementen (art 34 - 38) blz 7 Afdeling 3: Enkele bijzondere aspecten v.d. openbare rust (art 39 – 43bis) blz 8 Hoofdstuk V: Openbare veiligheid: (artikelen 44 - 57) blz 9 Afdeling 1: Veiligheid in publieke plaatsen: (art 44 - 48) blz 9 Afdeling 2: Rampenbestrijding: (art 49) blz 10 Afdeling 3: Bereikbaarheid van sommige gebouwen voor hulpdiensten: (art 50 - 51) blz 10 Afdeling 4: Enkele bijzondere aspecten v. d. openbare veiligheid: (art 52 - 57) blz 11 Hoofdstuk VI: Openbare zindelijkheid en -gezondheid en afvalverwijdering: (artikelen 58 - 92) blz 12 Afdeling 1: Hygiene en netheid: (art 58 - 65) blz 12 Afdeling 2: Geluidsoverlast: (art 66 - 67) blz 13 Afdeling 3: Lijkbezorging en begraafplaatsen: (art 68 - 74) blz 13 Afdeling 4: Voedingsmiddelen: (art 75) blz 14 Afdeling 5: Verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen: (art 76 - 92) blz 14 Sectie 1: Algemene bepalingen: (art 76 - 77) blz 14 Sectie 2: Ophaling van huis tot huis: (art 78 - 82) blz 14 Sectie 3: Openbare afvalbakken: (art 83) blz 15 Sectie 4: Afvalbakkenterreinen: (art 84 - 89) blz 15 Sectie 5: Handhaving: (art 90 - 92) blz 16 Hoofdstuk VII: Bevoegdheden van de burgemeester en ambtshalve optreden: (artikelen 93 - 95) blz 16 Hoofdstuk VIII: Slot- en overgangsbepalingen: (artikelen 96 en 97) blz 16


19

HOOFDSTUK I: OPENBARE WEGEN

Recommend Documents