VERENIGING VOOR GRENSARBEIDERS VZW
Oktober 2010 2010 / 4
VVG-NIEUWS
driemaandelijkse uitgave afgiftekantoor: 3930 Hamont-Achel
Verantwoordelijk uitgever: Diederik Verweyen, Achel Statie 58, 3930 Hamont-Achel
2. ARREST HOF
VAN BEROEP TE ANTWERPEN MBT DE AANVULLENDE CRISISBIJDRAGE EN DE FISCALE AFTREKBAARHEID VAN DE IN NEDERLAND BETAALDE PREMIE VOOR DE PARTICULIERE ZIEKTEKOSTENVERZEKERING
HOF VAN BEROEP geeft grensarbeiders GELIJK !!! 1. BESTE
2.1. Eindelijk ! - Op 7 september 2010 heeft het Hof van Beroep te Antwerpen in haar arrest de grensarbeiders gelijk gegeven in de zaak die op 21 november 1997 werd gestart. Eindelijk !
GRENSARBEIDER,
- Op de zitting van 7 september 2010 heeft het Hof van Beroep te Antwerpen in haar arrest de grensarbeiders gelijk gegeven in de zaak die de VVG op 21 november 1997 (!!!) is gestart. - Deze zaak gaat over het onderworpen zijn aan de Belgische aanvullende crisisbijdrage en tegen het niet fiscaal kunnen aftrekken van de in Nederland betaalde premie voor de particuliere ziektekostenverzekering. Het Hof heeft de argumentatie van onze advocaten volledig gevolgd. Deze argumentatie werd trouwens enorm versterkt door de – voor ons positieve opmerkingen die de Europese Commissie in 2006 over deze zaak heeft gemaakt. - Over de inhoud van het arrest en hoe de procedure verder loopt kunt u lezen onder 2.
2.2. Waar gaat het over ? - Tot 1 januari 2003 waren in België wonende grensarbeiders in België (woonstaat) belastingplichtig. Dit was zo geregeld in het dubbelbelastingverdrag met Nederland van 1970. Vanaf 1 januari 2003 zijn grensarbeiders – op enkele uitzonderingen na belastingplichtig in Nederland (werkland). - Grensarbeiders zijn sociaal verzekerd in Nederland (werkland). Dit is zo geregeld in de Europese Verordeningen 1408/71 en 883/2004.
- In de juridische procedure betreffende de belastingvermindering voor personen ten laste heeft de Rechtbank van Eerste Aanleg te Hasselt een negatief vonnis geveld. In deze zaak gaan we in hoger beroep bij het Hof van Beroep te Antwerpen. Meer hierover kunt u lezen onder 3. In dit VVG-nieuws komen aan de orde: 2. Arrest Hof van Beroep Antwerpen mbt de aanvullende crisisbijdrage en de fiscale aftrekbaarheid van de in Nederland betaalde premie voor de particuliere ziektekostenverzekering. 3. Juridische procedure betreffende de belastingvermindering voor personen ten laste. 4. Najaarmeetings 5. Bureau Belgische zaken 6. Uitspraak Europees Hof van Justitie mbt aanvullende gemeentebelastingen. 7. Europees Hof van Justitie : Nederland mag bijdrage voor ziektekosten vragen aan buiten Nederland wonende gepensioneerden en uitkeringsgerechtigden.
2010 / 4 VVG-nieuws oktober 2010
De aanvullende crisisbijdrage (ACB) - In België wordt sinds aanslagjaar 1993 de ACB van 3 % op (o.a.) de personenbelasting geheven. Ze dient om de overheidsfinanciën – doch specifiek de sociale zekerheid op orde te brengen. De Belgische staat beschouwt deze inkomsten als fiscale inkomsten en gezien grensarbeiders in België belastingplichtig zijn, dienen ze ook de ACB te betalen. - De VVG is het hier niet mee eens. (De ACB is sinds 2004 afgeschaft)
www.vvgvzw.be
1
een tweede maal in België omdat de ACB er wordt aangewend om de sociale zekerheid te verlichten. - Het onderworpen zijn aan de ACB vormt dan ook een belemmering van het vrij verkeer van werknemers en is dus in strijd met artikel 39 EG-verdrag (vrij verkeer van werknemers). - Gezien de grensarbeiders de ACB dienen te betalen, worden zij gelijk behandeld met de belastingplichtigen die in België sociaal verzekerd zijn. Hiermee is het gelijkheidsbeginsel geschonden. Uit rechtspraak van het Grondwettelijk Hof kan worden opgemaakt dat het gelijkheidsbeginsel niet enkel een gelijke behandeling bij een gelijke situatie vereist, maar eveneens een ongelijke behandeling in een ongelijke situatie. Gezien de grensarbeider in Nederland sociaal verzekerd is, verkeert hij duidelijk in een ongelijke situatie in vergelijking met een belastingplichtige die in België sociaal verzekerd is, en toch wordt hij gelijk behandeld. De ACB is dan ook in strijd met art. 10 en 172 van de Grondwet.
De fiscale aftrekbaarheid van de in Nederland betaalde premie voor de particuliere ziektekostenverzekering - In Nederland zijn werknemers die een inkomen boven de loongrens hebben, of ambtenaar zijn, niet verplicht ziekenfondsverzekerd. Zij dienen zich – op vrijwillige basis – particulier te verzekeren. Zij doen dat bij een Nederlandse zorgverzekeraar omdat zij zich in België niet kunnen aansluiten bij een mutualiteit. In tegenstelling tot de verplichte ziekenfondspremie is de in Nederland betaalde premie voor de ziektekostenverzekering in België niet fiscaal aftrekbaar. - Het Belgische ministerie van financiën heeft hiervoor twee argumenten: het is geen verplichte verzekering en de premie is niet betaald aan een Belgische sociale zekerheidsinstantie. Ook hiermee is de VVG het niet eens. (Sinds 1 januari 2006 is in Nederland een nieuw stelsel voor de ziekteverzekering in werking getreden. Iedereen is nu verplicht verzekerd)
De fiscale aftrekbaarheid van de in Nederland betaalde premie voor de particuliere ziektekostenverzekering - Verplicht ziekenfondsverzekerden zijn in Nederland verzekerd bij een ziekenfonds. Diegenen die niet verplicht verzekerd zijn verzekeren zich in bijna alle gevallen bij een Nederlandse ziektekostenverzekeraar. - Het is logisch dat iemand die niet wettelijk ziekenfondsverzekerd is, zich aansluit bij een particuliere ziektekostenverzekeraar. Net zoals de ziekenfondsen zijn de particuliere ziektekostenverzekeraars uitvoeringsorganen voor de AWBZ en is de standaardpakketpolis bij de particuliere ziektekostenverzekeraar identiek aan het wettelijk ziekenfondspakket. Beide pakketten sluiten naadloos aan de inhoud van de AWBZ aan. - Men kan dus stellen dat zowel de particuliere ziektekostenverzekeraar als het wettelijk ziekenfonds deel uitmaken van het Nederlandse sociale stelsel en als het Nederlandse equivalent van de Belgische mutualiteiten kunnen worden beschouwd. - Volgens de Belgische wetgeving kan de grensarbeider zich niet aansluiten bij een Belgisch ziekenfonds. De voorwaarde stellen dat fiscale aftrek alleen mogelijk is als een bijdrage aan een erkend Belgisch ziekenfonds wordt betaald, vormt een ernstige belemmering van het vrij verkeer van werknemers en is dus in strijd met artikel 39 EG-verdrag (vrij verkeer van werknemers). - Dat alleen wettelijk verplichte bijdragen aftrekbaar zijn, is een irrelevante eis, want ook in België betaalde niet verplichte aanvullende verzekeringen zijn fiscaal aftrekbaar.
2.3. Onze argumenten - Naar aanleiding van de negatieve financiële gevolgen voor Belgische grensarbeiders van een wijziging in het Nederlandse sociaal-fiscaal stelsel in 1994, heeft de VVG een juridisch onderzoek laten uitvoeren door Mr. Van der Graesen en Mr. Robben van het advocatenkantoor Geyskens&Vandeurzen uit Beringen. - Resultaat van dit onderzoek was dat grensarbeiders werd geadviseerd bezwaar aan te tekenen tegen de Belgische belastingaanslag en specifiek tegen het onderworpen zijn aan de aanvullende crisisbijdrage en tegen het niet fiscaal kunnen aftrekken van de in Nederland betaalde premie voor de ziektekostenverzekering. - De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het door de VVG in 1997 uitgebrachte boek “Grensarbeid… Een Grenze(n)loos Probleem”. De aanvullende crisisbijdrage (ACB) - Uit het onderzoek blijkt de ACB geen eigenlijke ‘belasting’ betreft, maar een sociale zekerheidsbijdrage die berekend wordt op de verschuldigde inkomstenbelastingen. De bevoegde minister van financiën verklaarde destijds zelf dat “een belangrijk deel rechtstreeks zal worden toegewezen aan de sociale zekerheid.” De ACB moet dus worden gezien als een sociale zekerheidsbijdrage. - De Europese Verordening 1408/71 bepaalt dat men slechts in één land sociaal verzekerd is, nl het werkland. - Gezien de Belgische grensarbeider in Nederland sociaal verzekerd is, is het in België onderworpen zijn aan de ACB in strijd met Europese Verordening 1408/71. - Doordat de grensarbeider aan de ACB wordt onderworpen betaalt hij in tweede landen sociale bijdragen: éénmaal in Nederland omdat hij daar rechtstreeks aan de sociale wetgeving is onderworpen en 2010 / 4 VVG-nieuws oktober 2010
2.4. Het tussenarrest van het Hof van Beroep van 29 november 2005 - Op 30 oktober 2005 is er gepleit geweest bij het Hof van Beroep te Antwerpen. Onze advocaat heeft toen onze argumenten uitgebreid toegelicht en gevraagd prejudiciële vragen te stellen aan het Europees Hof van Justitie te Luxemburg (HvJ). - In het tussenarrest van het Hof van Beroep heeft het Hof de wens van onze advocaten overgenomen en de zaak naar 2
het HvJ gestuurd. De prejudiciële vragen die aan het HvJ worden gesteld, zijn volledig identiek aan de vragen die onze advocaten in het verzoekschrift hadden opgenomen.
De fiscale aftrekbaarheid van de in Nederland betaalde premie voor de particuliere ziektekostenverzekering - Het gemeenschapsrecht, en meer in het bijzonder artikel 39 EG, verzet zich tegen het feit dat een Lid-Staat het verzoek tot belastingaftrek van een verzekeringspremie voor ziektekosten weigert voor een werknemer die gebruik maakt van het recht op vrij verkeer van werknemers wanneer een gelijkaardige belastingaftrek wel openstaat voor ingezetenen van de woonstaat die geen gebruik maken van dit recht. - Artikel 39 EG en de derde richtlijn schadeverzekering verzetten zich er tegen dat een woonstaat de fiscale aftrek van de bijdragen voor de ziekteverzekering onder meer afhankelijk stelt van de voorwaarde dat de ziekteverzekering wordt gesloten bij een door de woonstaat erkende mutualiteit.
2.5. Beschikking van het Europees Hof van Justitie (HvJ) - In de beschikking van 6 oktober 2006 heeft het HvJ het prejudiciële verzoek niet-ontvankelijk verklaard. - De rechter van het Hof van Beroep te Antwerpen heeft het reglement voor de procesvoering van het Europees Hof van de Europese Gemeenschappen “aan zijn laars gelapt”. - Het HVJ verantwoordt haar beslissing: * In de eerste plaats wordt het feitelijke kader van het prejudiciële verzoek onvoldoende omschreven. * In de tweede plaats wordt noch de inhoud van de nationale regeling noch de aard van de aanvullende crisisbijdrage uiteengezet. * In de derde plaats blijkt niet, om welke redenen twijfel bestaat over de uitlegging van het gemeenschapsrecht en waarom het nodig is prejudiciële vragen aan het Hof te stellen. In het bijzonder wordt niet toegelicht in hoeverre, gelet op de feiten van het hoofdgeding, de gevraagde uitlegging van de verordening en artikel 39 EG noodzakelijk lijkt om het hoofdgeding te beslechten… - Deze niet-ontvankelijkverklaring leidt tot grote vertraging van deze zaak en tot grote frustaties binnen het bestuur van de VVG.
2.7. Het (tussen)arrest van het Hof van Beroep van 7 september 2010 - Na de beschikking van het HvJ hebben onze advocaten en de advocaten van de Belgische Staat synthesebesluiten uitgewisseld. Hierin werden uiteraard de - voor ons positieve - opmerkingen van de Europese Commissie meegenomen. - Op 6 oktober 2008 hebben onze advocaten bij het Hof van Beroep een verzoekschrift ingediend om een pleitdatum vast te stellen, “aangezien partijen uitvoerig hebben geconcludeerd in deze zaak, en geïntimeerde (= advocaat van het ministerie van financiën) evenwel nalaat om haar samenwerking te verlenen tot het aanvragen van een pleitdatum”. - Uiteindelijk is op 7 juni 2010 bij het Hof van Beroep te Antwerpen gepleit en heeft het Hof in haar arrest van 7 september de grensarbeider zowel voor wat betreft de aanvullende crisisbijdrage als voor wat betreft fiscale aftrek van de in Nederland betaalde premies voor de particuliere ziektekostenverzekering in het gelijk gesteld. - Inhoudelijk gezien heeft het Hof de argumentatie van onze advocaten evenals de opmerkingen van de Europese Commissie volledig gevolgd.
2.6. Opmerkingen van de Europese Commissie - Toch een (groot) lichtpunt. - De Europese Commissie, die naast de 27 lidstaten kan reageren op het prejudiciële verzoek, heeft haar werk wel gedaan en op 23 maart 2006 haar opmerkingen gemaakt. - Deze opmerkingen klonken als muziek in onze oren… want de Europese Commissie concludeert als volgt:
2.8. Subsidiaire aanslag De aanvullende crisisbijdrage (ACB) - Verordening nr. 1408/71 is van toepassing op een door een nationale wetgever opgelegde aanvullende crisisbijdrage die een alternatieve financiering beoogt van de sociale zekerheid. - Artikel 39 EG staat een Lid-Staat niet toe om een natuurlijke persoon – die woont in deze eerste Lid-Staat (de “woonstaat”), maar zijn beroepswerkzaamheid (nagenoeg) volledig in een andere Lid-Staat verricht – te onderwerpen aan een heffing zoals de ACB. Van belang hierbij is het feit dat, voor wat betreft sociale zekerheid, de betrokkene niet in zijn woonstaat, maar in de werkstaat bijdrageplichtig is, terwijl alle andere ingezetenen van de woonstaat die onderworpen zijn aan de aanvullende crisisbijdrage, bijdrageplichtig zijn aan de sociale zekerheid in deze laatste staat. 2010 / 4 VVG-nieuws oktober 2010
- Volgens de wet van 22 december 2009 dient de belastingadministratie een nieuwe aanslag te vestigen, rekening houdend met het arrest van de rechter. “Nu de aanslag dient te worden vernietigd in zoverre een aanvullende crisisbijdrage ten laste van eisers in voorziening werd geheven en de door eisers in voorziening in Nederland betaalde premies voor de particuliere ziektekostenverzekering niet als beroepskost in aftrek van hun belastbare inkomsten werd gebracht, behoort het de heropening van de debatten te bevelen teneinde aan verweerder in voorziening de mogelijkheid te bieden om binnen de zes maanden vanaf dit arrest een subsidiaire aanslag aan het Hof ter beoordeling voor te leggen.” - De belastingdienst dient de nieuwe (subsidiaire) aanslag binnen de zes maanden voor te leggen aan de rechter van 3
het Hof van Beroep. Doel hiervan is dat de rechter beoordeelt of de nieuwe aanslag wel conform de uitspraak is. - Het ministerie van financiën kan nog in cassatie gaan. Wij hopen dat het gezond verstand primeert zodat het ministerie niet naar het Hof van Cassatie gaat. - De debatten worden geopend op de zitting van 21 maart 2011 om 17uur.
3. JURIDISCHE PROCEDURE BETREFFENDE DE BELASTINGVERMINDERING VOOR PERSONEN TEN LASTE
3.1. Waar gaat het over ? - In België wordt de belastingvermindering voor personen ten laste berekend bij de echtgenoot met het hoogste belastbare inkomen. Indien het hoogste inkomen in Nederland belast is en dus in België vrijgesteld is, levert deze belastingvermindering geen financieel voordeel op. - Wij zijn van mening dat de wijze waarop deze belastingvermindering wordt berekend in strijd is met het dubbelbelastingverdrag met Nederland. Volgens ons laat dit dubbelbelastingverdrag niet toe dat deze vermindering op het vrijgestelde inkomen wordt berekend.
2.9. En nu ? - We moeten de zitting van 21 maart 2011 afwachten. - Met onze advocaten hebben we afgesproken dat we na deze zitting samen bekijken hoe de verschillende zaken het best kunnen worden afgehandeld. Er zijn in totaal 130 verzoekschriften ingediend bij diverse rechtbanken. - Daarna krijgt iedereen die via de VVG een verzoekschrift bij een rechtbank heeft ingediend een persoonlijk bericht toegezonden.
3.2. Vonnis van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Hasselt - In haar vonnis van 9 september 2010 heeft de rechter de grensarbeider ongelijk gegeven. Zij is van mening dat België zelf mag bepalen hoe de vrijstellingsmethode en dus de berekening van de belastingvermindering voor personen ten laste wordt berekend. - Zij antwoordt niet rechtsreeks op het argument van onze advocaten dat uit artikel 23 van het dubbelbelastingverdrag dient te worden opgemaakt dat de buitenlandse inkomsten uit de belastbare grondslag in zijn geheel geweerd moet worden, behalve voor wat de berekening van het tarief op de overige in België belastbare inkomsten betreft. - Zij wijst in haar vonnis erop dat men in Nederland kan genieten van een kinderkorting, combinatiekorting en een aanvullende kinderkorting en dat het niet de bedoeling is dat België een bijkomende belastingvermindering toekent.
2.10. Enkele opmerkingen van de VVG - Uiteraard zijn we erg blij met de uitspraak van het Hof van Beroep. - Toch is er ook teleurstelling omdat deze zaak veel te lang heeft aangesleept. We hadden gehoopt dat door een positieve uitspraak in een pilot-zaak uiteindelijk alle grensarbeiders van die uitspraak zouden kunnen genieten en dat is nu niet het geval. - Tijdens deze zaak zijn we tegen een slecht functionerende overheid gelopen: enerzijds kent de rechter het reglement van het Europees Hof van Justitie of past het in elk geval niet toe, anderzijds was er de slechte samenwerking met de advocaat van de Belgische Staat, wat (bewust) tot vertraging heeft geleid… - Tegelijkertijd met het starten van de juridische procedures in 1997 hebben we ook met parlementsleden rond tafel gezeten om hen te overtuigen van ons gelijk en gevraagd de Belgische regelgeving aan te passen. Hun laksheid heeft ertoe geleid dat duizenden grensarbeiders ten onrechte honderden (voor sommigen gaat het over duizenden) euro’s teveel aan de Belgische fiscus hebben betaald…
3.3. In hoger beroep - Ondanks het negatieve vonnis, menen we toch voldoende argumenten te hebben om in hoger beroep te gaan. - De discussie zal gaan of de in Nederland behaalde inkomsten in België principieel belastbaar zijn of principieel vrijgesteld zijn. - Het ministerie van financiën gaat uit van de eerste redenering: de Nederlandse beroepsinkomsten zijn principieel belastbaar en maken deel uit van de Belgische belastinggrondslag zodat er ook belastingverminderingen op aangerekend kunnen worden. - Onze advocaten gaan uit van de tweede redenering: het dubbelbelastingverdrag (DBV) heeft voorrang op het intern recht. Dit heeft concreet tot gevolg dat indien het DBV de heffingsbevoegdheid over de Nederlandse beroepsinkomsten aan Nederland toewijst, deze beroepsinkomsten reeds in eerste instantie aan de Belgische belastingheffing onttrokken zijn, nog voordat het Belgisch intern recht op deze inkomsten fiscale bewerkingen kan toepassen. De aan Nederland toegewezen inkomsten maken geen deel uit van de Belgische
ADVISEER OOK JE COLLEGA’S OM AAN TE SLUITEN! Zodat ook hij of zij op de hoogte is van de ontwikkelingen m.b.t. grensarbeid Word lid door € 19 over te schrijven op rekeningnummer 784-5898365-15 op naam van Vereniging Voor Grensarbeiders v.z.w.
2010 / 4 VVG-nieuws oktober 2010
4
belastinggrondslag, zodat er ook geen belastingverminderingen op aangerekend kunnen worden. - Het is dus aan de rechter van het Hof van Beroep te Antwerpen om uit te maken wie er gelijk heeft.
4. NAJAARMEETINGS - Traditioneel zijn er binnenkort weer onze najaarmeetings. Samen met het Bureau Belgische Zaken (BBZ) te Breda wordt de inhoud van deze meetings gestalte gegeven.
3.4. Circulaire van 12 maart 2008 - Op 12 maart 2008 heeft de Belgische belastingdienst circulaire Ci.RH.331/575.420 uitgevaardigd om tegemoet te komen aan de bezwaren van de Europese Commissie die eerder (mede na een klacht van de VVG) had gesteld dat België een eind dient te maken aan de discriminatie bij fiscale tegemoetkomingen die verband houden met de persoonlijke en de gezinssituatie van inwoners met buitenlandse inkomsten. - Met deze “ingewikkelde” circulaire probeert de Belgische belastingdienst in een aantal gevallen toch nog een bijkomende belastingvermindering toe te kennen. Hoe deze vermindering effectief wordt bepaald is zeer arbitrair. - Daarbij bepaalt de circulaire dat de belastingplichtige geen recht op aanvullende belastingvermindering heeft, zelfs indien zijn gezinstoestand niet in aanmerking werd genomen in het buitenland, wanneer de totaal te betalen belasting (Belgische en buitenlandse) lager is dan wat in België had moeten worden betaald wanneer enkel Belgische inkomsten zouden zijn verworven. - Deze circulaire is trouwens onwettelijk omdat de inhoud ervan gewoonweg niet in de fiscale wetgeving is opgenomen. - Deze circulaire is overbodig en volstrekt onnodig om het probleem op te lossen indien de redenering van onze advocaten wordt gevolgd, namelijk de vrijgestelde buitenlandse inkomsten effectief niet opnemen in het Belgische belastbare inkomen.
1. Donderdag 18 november Café feestzaal “De Peel” Norbertinessenlaan 7 Aanvang 19.30
3910 Neerpelt
2. Vrijdag 19 november Zaal “Den Bond” – lokaal 5 Korte Begijnenstraat 24-26 Aanvang 19.30
3910 Turnhout
3. Donderdag 2 december 3620 Lanaken-Neerharen O.C. Parochiezaal Neerharen Kasteelstraat 32 Aanvang 19.30 4. Vrijdag 3 december Café “de Club” Cesenaticolaan 2 Aanvang 19.30
9060 Zelzate
Op de agenda staan o.a.: 1. Het Hof van Beroep te Antwerpen geeft grensarbeiders gelijk! Hoe ziet de afwikkeling eruit ? 2. Voortgang juridische procedures mbt de belastingvermindering voor personen ten laste. 3. Op 1 mei 2010 is de Vo 883/2004 in werking getreden. Het BBZ legt uit wat de gevolgen in de praktijk zijn. 4. Perikelen omtrent het grensarbeiderspensioen. 5. Is de Vereniging Voor Grensarbeiders echt een doorn in het oog van de Nederlandse Tweede Kamercommissie voor onderwijs? 6. Zijn er wijzigingen in de Nederlandse belastingwetgeving op komst? ….
3.5. Bezwaarschrift - Belastingplichtigen die een bezwaarschrift hebben ingediend worden soms uitgenodigd door de belastingdienst om hun klacht te bespreken. - Wij adviseren om aan dit verzoek gevolg te geven en van tevoren contact op te nemen met de VVG.
Deze meetings zijn zeker de moeite waard ! 5. BUREAU BELGISCHE ZAKEN - Het Bureau Belgische Zaken (BBZ) dat in Breda gehuisvest is, speelt een enorm belangrijke rol in het voorlichten van grensarbeiders in de Belgisch-Nederlandse situatie op het gebied van de sociale zekerheid. - Soms kan het BBZ ook een bemiddelende rol spelen tussen de grensarbeider en de overheidsinstelling. - Reeds jaren hebben het BBZ en de VVG nauwe contacten. - Het BBZ heeft een nieuw relatiebeheersysteem. U kunt zich in dit relatiebeheersysteem laten opnemen. Zo wordt u door het BBZ automatisch geïnformeerd d.m.v. hun nieuwsbrieven, mailings etc… - U dient hiervoor contact op te nemen met het BBZ :
Inlichtingen: Diederik Verweyen: tel. 011/641622 Luc Moris: tel. 011/621381 VVG, Haverstraat 65, 3930 Hamont-Achel
www.vvgvzw.be e-mail:
[email protected]
2010 / 4 VVG-nieuws oktober 2010
5
zorgverzekeraar, postactieven moeten zich aanmelden bij het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) en zich aanmelden bij een ziekenfonds in het woonland en betalen in Nederland een bijdrage over hun inkomsten. Indien zij zich niet aanmelden, wordt door CVZ een bestuurlijke boete opgelegd. - Van Delft e.a., die in diverse landen buiten Nederland wonen, hadden zich voor 2006 bij diverse particuliere ziektekostenverzekeraars verzekerd tegen ziektekosten. - Vanaf 1 januari 2006 dienen zij zich plots aan te melden bij een ziekenfonds in hun woonland en een bijdrage te betalen aan het CVZ. - Zij zijn van mening dat ze niet (aan het CVZ) bijdrageplichtig zijn als ze zich niet bij een buitenlands ziekenfonds aansluiten. - De Centrale Raad van Beroep die deze zaak in hoger beroep behandelt, heeft het HvJ vragen voorgelegd over de verenigbaarheid van de Nederlandse regeling met de Europese regels. - Volgens het HvJ staat noch verordening 1408/71 noch artikel 21 VWEU (vrijheid van reizen en verblijven voor Europese burgers) in de weg aan een nationale regeling die bepaalt dat – ook als geen aanmelding heeft plaatsgevonden bij de ziekenkas van het woonland - een bijdrage ingehouden wordt op het pensioen. Dus de Nederlandse wetgeving is niet in strijd met het Europees recht. - Nog volgens het HvJ moet artikel 21 VWEU aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een dergelijke nationale wettelijke regeling voor zover deze een ongerechtvaardigd verschil in behandeling tussen ingezetenen en niet-ingezetenen teweegbrengt of inhoudt voor wat betreft het behoud van de globale dekking tegen ziektekosten die ingezetenen en niet-ingezetenen hadden in het kader van voor de inwerkingtreding van die wetteling regeling. Het is aan de nationale rechter om dit te onderzoeken. Volgens het HvJ zal de nationale rechter bij dit onderzoek rekening moeten houden met een aantal relevante elementen: • Zijn op grond van de wet van 2006 verzekeringsovereenkomsten die door ingezetenen waren afgesloten eveneens van rechtswege geëindigd; • Heeft die eindiging van rechtswege dezelfde gevolgen gehad voor ingezetenen en niet-ingezetenen; • Is de verzekeringsmaatschappijen een acceptatieplicht opgelegd voor niet-ingezetenen; • Hebben de verzekeringsmaatschappijen zich ertoe verbonden, op verzoek van de Nederlandse regering, ervoor te zorgen dat de globale dekking voor en na 2006 behouden bleef, en zo ja gold die verbintenis alleen voor ingezetenen of ook voor niet-ingezetenen. - Wordt vervolgd...
BUREAU VOOR BELGISCHE ZAKEN Rat Verleghstraat 2 Postbus 90151 4800 RC Breda Tel. 076/5485840 Fax. 076/5485809 www.svb.nl/bbz
[email protected]
6. UITSPRAAK EUROPEES HOF
VAN JUSTITIE M.B.T. DE AANVULLENDE GEMEENTEBELASTINGEN
- Op 1 juli 2010 heeft het Europees Hof van Justitie (HvJ) België veroordeeld in de zaak Dijkman-Lavaleije (C233/09). - Het HvJ heeft geoordeeld dat het Europeesrechtelijk beginsel van het vrije verkeer van kapitaal zich verzet tegen een Belgische regeling, waarbij een aanvullende gemeentebelasting verschuldigd is op de personenbelasting die geheven wordt op roerende inkomsten van buitenlandse oorsprong. - Deze rechtspraak is enkel relevant voor Belgische ingezetenen die hun vermogen belegd hebben bij een buitenlandse bank, waardoor er geen (bevrijdende) roerende voorheffing kan ingehouden worden (zij hebben evenmin gebruik gemaakt van een Belgische tussenpersoon). Deze belastingplichtigen zijn dan gehouden deze (buitenlandse) roerende inkomsten in België aan te geven, waardoor deze worden belast aan een tarief, gelijk aan de roerende voorheffing (meestal 15 % of 25 %), verhoogd met de aanvullende gemeentebelasting. - Dit laatste is in strijd met het beginsel van vrije verkeer van kapitaal. - Grensarbeiders die hun buitenlandse roerende inkomsten aangeven in hun belastingaangifte en over deze inkomsten aanvullende gemeentebelastingen betalen kunnen met dit arrest bezwaar indienen bij de belastingdienst.
7. EUROPEES HOF
VAN JUSTITIE : NEDERLAND MAG BIJDRAGE VOOR ZIEKTEKOSTEN VRAGEN AAN BUITEN NEDERLAND WONENDE GEPENSIONEERDEN EN UITKERINGSGERECHTIGDEN
- Op 14 oktober 2010 heeft het Europees Hof van Justitie (HvJ) arrest gewezen in de zaak Van Delft e.a. (C-345/09). - Voor het ingaan van het nieuwe Nederlandse zorgstelsel per 1 januari 2006, had men in Nederland twee categorieën van verzekerden: de verplicht ziekenfondsverzekerden en diegenen die zich verzekerden bij een particuliere ziektekostenverzekeraar. - Bij het invoeren van het nieuwe zorgstelsel op 1 januari 2006 valt iedereen onder het verplichte zorgstelsel. - Ook buiten Nederland wonende en in Nederland verzekerden vallen onder dit nieuwe stelsel. Zij hebben conform de verordening 1408/71 recht op verstrekkingen in het woonland, op kosten van Nederland. Actieven dienen zich aan te sluiten bij een Nederlandse
2010 / 4 VVG-nieuws oktober 2010
6