Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
Hoe gevaarlijk is een lage dosis straling? Een korte hoge dosis radioactieve straling verhoogt de kans op kanker. Maar of dat ook voor weinig straling geldt? PA G I N A 4 - 5
In de omgeving van Fukushima werden in december 2011 de daken van de huizen ontsmet vóór de terugkeer van de bewoners. F O T O A P
Chris Stringer: de mens overleefde door toeval
Ga naar het oosten, jonge onderzoeker
‘Darwins nachtmerrie’ is juist een droomsucces
PA G I N A 6
PA G I N A 7
PA G I N A 8 - 9
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
2 Wetenschap
3
Graven in eeuwen oude knekelakker van Oldenzaal
Een graf in Oldenzaal. De bovenste twee skeletten liggen zo dicht op elkaar dat de ruggengraten vervlochten lijken te zijn. F O T O G E M E E N T E O L D E N Z A A L
In het centrum van Oldenzaal hebben archeologen sinds september vorig jaar al ruim 1.700 skeletten opgegraven. De skeletten zijn afkomstig van het voormalige kerkhof rond de St. Plechelmusbasiliek. Hier zijn tussen de achtste en de vroege negentiende eeuw naar schatting 30.000-40.000 mensen begraven. Ze bieden de mogelijkheid tot het grootste archeologische bevolkingsonderzoek in Nederland tot nu toe. Het skeletonderzoek wordt door verschillende experts uitgevoerd. DNA-onderzoek door specialisten van de Universiteit Leiden levert als het goed is inzicht op in aanwezige ziekten, verwantschappen tussen de doden en een mogelijke toestroom van buitenstaanders als Franken in het gebied. Onderzoekers van de VU in Amsterdam hopen op hun beurt
aan de hand van isotopen meer te weten te komen over diëten en herkomst van de begravenen. Fysischantropologisch onderzoek door het bedrijf Skeletloket vertelt meer over zaken als ziekten, aandoeningen en lichaamslengte van de bewoners door de eeuwen heen. Een eerste test bij 25 skeletten heeft duidelijk gemaakt dat het collageen in de botten nog goed genoeg is voor isotopenonderzoek en dat er in de kiezen goed bewaard DNA zit. Alleen in de oudste skeletten uit de achtste eeuw is nog geen bruikbaar DNA gevonden. De oudste skeletten stammen uit de tijd dat volgens historische bronnen missionaris Plechelmus, die onder bescherming stond van de Frankische hofmeier Pepijn III, een eerste kerkje stichtte. In de daaropvolgende eeuwen breidde het kerkelij-
ke domein, dat afgeschermd werd door een gracht, zich snel uit. Samen met het omliggende stadje groeide het uit tot het belangrijkste bestuurlijke en kerkelijke centrum van Twente in de Vroege Middeleeuwen. In de twaalfde eeuw begon de bouw van de huidige basiliek. Op het kerkplein, dat wordt heringericht, hebben archeologen van ADC Archeoprojecten nu fundamenten gevonden die mogelijk tot een tiende-eeuwse voorloper horen. De totale kosten van het onderzoek bedragen 1,9 miljoen euro. De gemeente Oldenzaal, die ook op zoek gaat naar moderne verwanten van de begravenen, betaalt 288.000 euro, de rest betaalt de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Theo Toebosch
Chronische stress tast receptoren in de hersenen aan Chronische stress kan leiden tot emotionele problemen, geheugenproblemen en psychische kwalen zoals depressie, angststoornissen en posttraumatische stress. Welke moleculaire veranderingen in de hersenen hiermee samenhangen is echter onduidelijk. Onderzoekers uit Buffalo hebben bij ratten ontdekt dat chronische stress een afname van de hoeveelheid glutamaatreceptoren veroorzaakt. Daardoor komen boodschappen die worden overgedragen via de neurotransmitter glutamaat minder goed over. Het verlies treedt vooral op in de prefronta-
le cortex, het deel van de hersenen dat nodig is voor het nemen van beslissingen, veel emotionele functies aanstuurt en als werkgeheugen dient (Neuron, 8 maart). Het onderzoek werd uitgevoerd bij ratten van vier weken oud. Op die leeftijd verkeren ze in hun adolescentie. De prefrontale cortex is dan nog volop in ontwikkeling. Bovendien is dit deel van de hersenen juist dan zeer gevoelig voor de inwerking van stresshormonen. Bij mensen is deze ontwikkeling pas rond het 25ste levensjaar voltooid. De dieren werden een week lang
enkele malen per dag en op onvoorspelbare tijdstippen in een stressvolle situatie gebracht en daarna onderworpen aan een geheugentest. Vergeleken met leeftijdgenoten die in die week met rust waren gelaten, presteerden de gestreste dieren veel slechter. Tegelijkertijd maten de onderzoekers een duidelijke afname van het aantal glutaminereceptoren in de prefrontale cortex. Dat het juist deze afname was die de slechte geheugenprestaties veroorzaakte bleek toen de dieren werden behandeld met een stof die de glutaminerecep-
toren blokkeert. Zonder stress deden ze het dan even slecht als de gestreste dieren. Andersom, als de onderzoekers de enzymen remden die zorgen voor het verdwijnen van de receptoren, was het geheugen van gestreste ratten even goed als dat van niet gestreste controledieren. Hiermee tonen de onderzoekers aan dat emotionele en cognitieve afwijkingen die ontstaan na chronische stress te herleiden zijn tot een afname van de glutamaatreceptoren in de prefrontale cortex. Bovendien laten zij zien dat deze achteruit-
gang in principe te stuiten is. Opvallend is dat dezelfde onderzoekers eerder aantoonden dat acute stress precies het tegenovergestelde effect heeft (PNAS, 20 juli 2009). Na een korte eenmalige blootstelling aan een stressverhogende situatie kwamen de dieren juist beter uit een geheugentest. Stress heeft dus twee gezichten: enerzijds een normale natuurlijke reactie op potentieel bedreigende omstandigheden. Maar te veel stress ondermijnt juist het vermogen hieraan het hoofd te bieden. Huup Dassen
C O L U M N H A R A L D M E R C K E L B AC H
I
Man) is dat van de klimmuur. Het speelt in een Limburgs dorp. De hoofdpersoon is met zijn maat aan het klauteren in een klimhal. Hij staat beneden en zekert zijn maat, die boven tegen de wand bungelt. Naast hen is nog een ander duo bezig. Bij dat duo heeft de klimmer de afdaling ingezet. Zodra die andere klimmer op de grond is, maakt de hoofdpersoon de zekering los – double capture slip – en zijn eigen maat valt naar beneden. Dood. Ik heb de hoofdpersoon kort daarna gesproken. Hij was er beroerd aan toe. Voor zijn geestesoog speelde de nachtmerrie zich onophoudelijk af. Hij kon er niet van slapen. Hij kon over weinig anders meer praten. Hij schaamde zich ten diepste. In zijn dorp werd hij met de nek aangekeken. Justitie besloot om hem te vervolgen. In een klimhal, zo vond justitie, moet je extra alert zijn. De hoofdpersoon was dat niet geweest. Daarom droeg hij schuld aan de dood van zijn maat. Wagenaar trad tijdens de rechtszaak als deskundige op. Hij legde aan de rechtbank uit dat het een double capture slip
De opvallend sterke magnetische velden die hier en daar op de maan bestaan, ontstonden waarschijnlijk nadat een forse planetoïde op de maan insloeg. Door deze botsing ontstond een van de grootste inslagbekkens in het zonnestelsel: het Zuidpool-Aitkenbekken op de ‘achterkant’ van de maan. Volgens Amerikaanse en Franse onderzoekers is ijzerhoudend gesteente van die planetoïde tijdens de inslag gemagnetiseerd (Science, 9 maart). De maan heeft niet, zoals de aarde, een grootschalig magnetisch veld. Toch komen aan het oppervlak plaatselijk sterk gemagnetiseerde gebieden voor die, valt af te leiden uit daar gevonden gesteenten, meer dan vier miljard jaar oud zijn. Sommige onderzoekers denken daarom dat de maan niet langer dan enkele honderden miljoenen jaren een grootschalig magnetisch veld heeft gehad. Maar dat valt weer moeilijk te rijmen met het feit dat maangesteenten te weinig ijzer bevatten om zo sterk gemagnetiseerd te kunnen worden. Meteorieten en planetoïden bevatten veel meer ijzer dan de maan en kunnen dus veel sneller – en tot wel honderdmaal zo sterk – gemagnetiseerd worden. Daarom denken Mark Wieczorek en collega’s dat het
materiaal van de magnetische gebieden afkomstig is van een planetoïde. Namelijk die welke ooit het 2.200 kilometer grote bekken tussen de krater Aitken en de zuidpool van de maan heeft gecreëerd. Dit bekken kan zijn gevormd door de inslag van een circa 200 kilometer groot object dat, vanuit het zuiden komend, met een snelheid van 15 kilometer per seconde schuin tegen de maan botste. In de tijd van deze botsing zou het magnetische veld van de maan nog voldoende sterk zijn geweest om het gesmolten materiaal van de planetoïde – dat rijk was aan ijzer en andere magnetische materialen – tijdens het afkoelen te magnetiseren. De onderzoekers wijzen erop dat de gebieden met de sterkste magnetisering langs de noordelijke rand van de inslagkrater liggen. Materiaal van de planetoïde dat ver weg werd geslingerd zou de sterke magnetisering van enkele gebieden aan de ‘voorkant’ van de maan kunnen verklaren. Als deze verklaring juist is, zou een toekomstige maansonde sporen van de ingeslagen planetoïde moeten vinden, aldus de Britse onderzoeker Gareth Collins in een begeleidend commentaar. George Beekman
De ovalen ring markeert het gebied waar het projectiel is ingeslagen op de maan. De rode vlekjes linksboven aan de ring tonen de sterk gemagnetiseerde gebieden. B E E L D S C I E N C E / A A A S
Wilde gist geeft lekkerder wijn dan de industriële stam
OPHEF & ONZIN
Abortusartikel niet geëuthanaseerd
Klimmuurdrama edereen kent de double capture slip. Niet de naam, maar het verschijnsel. Een voorbeeld: je bent aan het koken, de belastingconsulent belt en je gooit de uienschillen in de pan en de uien in de afvalbak. Het is het neveneffect van twee routines die in elkaar grijpen. Je hebt de routine voor afval weggooien en die voor eten in de pan doen. Zodra de ene routine de andere gijzelt, treedt de double capture slip op. De vorig jaar overleden hoogleraar Willem Albert Wagenaar kon een avond vullen met verhalen over double capture slips. Sommige waren amusant, andere waren vooral tragisch. Om die laatste categorie was het Wagenaar te doen. Hij gold als een expert op het terrein van calamiteiten. Double capture slips spelen daarin een griezelige hoofdrol. Want hoe groter de risico’s – denk aan ziekenhuizen, verkeerstorens, regelkamers – hoe meer ze worden afgedekt met routinehandelingen. Maar hoe meer routine, hoe makkelijker zich een double capture slip voordoet. Een geval waarover Wagenaar uitgebreid schreef (in The Popular Police
Magnetisme maan ontstaan na inslag reuzenmeteoriet
was geweest. Maar, ging Wagenaar verder, zulke missers spelen zich niet in een vacuüm af. Ze vereisen een onverwacht telefoontje van de belastingconsulent of, zoals in het klimmuurdrama, een onervaren duo dat aan het klimmen is. Zo was het inderdaad gegaan: naast de hoofdpersoon en zijn maat waren debutanten aan het klimmen. Het onervaren duo was in de problemen geraakt, ze hadden geroepen en de hoofdpersoon was te hulp geschoten. Toen de onervaren klimmer bijna beneden was, deed de hoofdpersoon wat hij als zekeraar na een veilige afdaling reflexmatig doet: de zekering van zijn maat losmaken. Wagenaars uiteenzetting mocht niet baten. De hoofdpersoon werd tot een voorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld. Wagenaar was pessimistisch over het gewicht dat hij als wetenschapper in de schaal van Vrouwe Justitia kon leggen. Te pessimistisch blijkt nu. Want kort geleden deed de Hoge Raad uitspraak in een Amsterdamse zaak die nogal lijkt op het Limburgse ongeval. Ook in de Amsterdamse zaak ging het om een klimhal, twee
Eén onverwacht telefoontje en mensen verwarren de ene routine met de andere
duo’s die met elkaar interacteren, een double capture slip en een dodelijke val. Ook hier schoof justitie de schuld in de schoenen van de zekeraar. Er was wel een belangrijk verschil: in de Amsterdamse zaak legden de rechters geen straf op. In hoger beroep werd de verdachte zelfs vrijgesproken. De rechters van het hof lieten zich duidelijk leiden door Wagenaars analyse. Ze redeneerden dat de double capture slip zich op het niveau van het ruggenmerg afspeelt en dat op dat niveau geen sprake kan zijn van nalatigheid. Justitie was het er niet mee eens en ging in beroep bij de Hoge Raad. Maar die zegt nu dus dat het hof haar vrijspraak voldoende begrijpelijk heeft gemotiveerd. Het zou Willem Albert Wagenaar deugd hebben gedaan. Op de site Recht & Bestuur van
deze krant (nrch.nl/7dj) waarschuwt een jurist dat de uitspraak van de Hoge Raad geen vrijbrief is: ‘Zekeraars kunnen vanaf nu dus niet straffeloos hun aandacht laten verslappen.’ Wat zou er gebeuren als deze waarschuwing in vetgedrukte letters wordt opgehangen in alle klimhallen? Minder ongevallen? Nee toch? De waarschuwing zegt iets over de hardnekkige voorkeur van sommige juristen voor de achterwaartse reconstructie: ze beginnen bij de calamiteit en werken vervolgens stapsgewijs naar voren in de causale keten. De eerste persoon die ze tegenkomen, geldt als verdachte. Om te snappen waarom die benadering tekortschiet, moet je Wagenaar (her)lezen. Hij is een pleitbezorger van de voorwaartse reconstructie: je begint bij de exploitanten van klimhallen, die het bijvoorbeeld toelaten dat debutanten zonder supervisie een klimmuur te lijf gaan. De voorlaatste persoon die je tegenkomt, is een ontredderde zekeraar: een seconde daarvoor raakte hij verstrikt in een double capture slip en onder aan de klimmuur buigt hij zich nu over zijn stervende maat.
Colemans bewering dat abortus tot psychische ziekten leidt wordt ‘niet gesteund door de analyse van de gegevens’. En die analyse was bovendien gebaseerd op een ‘foute methode’. Dat schrijft de hoofdredacteur van het Journal of Psychiatric Research in een al online gepubliceerde verklaring die in het maartnummer verschijnt. Vreemd genoeg blijft het daarbij. Het gewraakte artikel uit 2009, van Priscilla Coleman en collega’s, blijft bestaan. Van terugtrekken is geen sprake, terwijl nu duidelijk is dat berekeningen én conclusies onjuist zijn. Het gaat om abortus. En in de Verenigde Staten gaat het dan meteen om de strijd tussen voorstanders van vrije abortus en de Pro Life beweging, die abortus wettelijk wil verbieden. Coleman staat aan de Pro Life kant. Ze gebruikte openbare gegevens van de Amerikaanse National Comorbidity Survey en dacht aan te tonen dat vrouwen die abortus hadden gepleegd daarna vaak psychiatrisch ziek werden. Julia Steinberg van de universiteit van Californië in San Francisco en Lawrence Finer van het Guttmacher Institute in New York (noem het een pro-abortusinsti-
tuut) geloofden dat niet. Ze probeerden de berekening van Coleman na te doen. Dat lukte niet. Ze concludeerden dat Colemans berekeningen niet klopten. Daarover schreven ze vanaf eind 2010 driemaal naar het Journal of Psychiatric Research. In mei 2011 presenteerde Coleman haar resultaten nog als ‘waar’ op het congres van de American Association of Pro-Life Obstetricians and Gynecologists, maar even later kwam ze toch met een technische correctie van de cijfers. Ze handhaafde haar conclusies. Toen kwamen Steinberg en Finer op stoom. ‘We constateren dat de correctie onvoldoende is’, schrijven ze in een vorige week online gezette ingezonden brief in het Journal of Psychiatric Research. De Amerikaanse National Comorbidity Survey legt tijdens het afnemen vast of iemand ooit in haar leven, in het laatste jaar of de afgelopen maand een psychiatrische ziekte had. Coleman schreef in 2009 dat ze de psychiatrische ziek-
ten in de laatste maand had geteld. Daardoor was aannemelijk dat het ging om psychiatrische ziekten nádat een vrouw abortus had laten plegen. Steinberg en Finer toonden echter aan dat Coleman de psychiatrische ziekten in het hele leven had geteld, waardoor oorzaak en gevolg onduidelijk zijn. In een ook online geplaatste reactie verdedigt Coleman zich nog. Ze verwijst naar een meta-analyse waaruit dezelfde conclusie komt (abortus is een gevaar voor de geestelijke gezondheid). Maar hoofdredacteur Alan Schatzberg stelt vernietigend vast dat Coleman die meta-analyse zelf deed. En veel van de studies in die meta-analyse gebruiken dezelfde foute analysemethode. Wim Köhler Een Nederlandse Pro Life beweging stuurde een paar jaar geleden hardplastic foetussen naar politici en journalisten, om te laten zien hoe groot een foetus van 24 weken is die in Nederland nog geaborteerd mag worden. FOTO FOTODIENST NRC
In een wetenschappelijk artikel dat leest als een vurig pleidooi voor slow food beschrijven Italiaanse biologen de rijke biodiversiteit van de gisten in de lokale wijnproductie in het zuidoosten van Sicilië (PLoS ONE, 29 februari). Gisten vormen het hart van de wijnproductie, ze zetten de suikers van de druiven om in alcohol, maar dragen door de productie van allerlei aromatische stoffen ook in belangrijke mate bij aan de geur en smaak van de wijn. De onderzoekers onder leiding van Daniele Oliva van het wijninstituut in Palermo gingen langs bij zes kleine wijnboeren in de omgeving van de Siciliaanse stad Ragusa. Daar namen zij monsters van de most, het mengsel van gekneusde druiven dat traditioneel in betonnen bakken wordt gestort om het tot wijn te laten vergisten. In plaats commercieel verkrijgbare gist toe te voegen, zoals bij veel grote wijnproducenten gebeurd, vertrouwen de lokale boeren op spontane vergisting door giststammen die aanwezig zijn op de druivenschillen of in de vergistingsvaten die meestal al jaren in gebruik zijn en niet steriel gemaakt worden. Tijdens de spontane vergisting van druiven zijn verschillende gistsoorten na elkaar actief, schrijven de onderzoekers. Vaak zijn dat Hanseniaspora/Kloeckera en Candida, Metschniokowia, Pichia, Rhodotorula en Torulaspora. Maar de belangrijkste vergisting gebeurt uiteindelijk door Sac-
Bij spontane vergisting in de most zijn allerlei ‘wilde gisten’ actief. charomyces-stammen, die pas na een aantal dagen gaan domineren in de most. Het was dan ook die soort gist die de onderzoekers isoleerden. Na verschillende zuiveringsstappen verkregen ze 14 zuivere giststammen waarmee ze experimenteel wijn maakten van Nero d’Avola- en Frappato-druiven, typisch Siciliaanse variëteiten. Ter vergelijking maakten ze op dezelfde manier rode wijn met commercieel gebruikte giststammen. In de beoordelingstest van de wijnen door panels getrainde wijnproevers bleken twee ‘wilde gisten’ kwalitatief betere wijnen op te leveren dan de veel gebruikte industriestammen. De onderzoekers concluderen dat het zeer de moeite waard is te streven naar het behoud van de lokale biodiversiteit van giststammen. Die komt onder druk, nu Europese regels voor veilige voeding eisen dat wijnmakers steriel werken, schrijven ze. Sander Voormolen
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
44We Wetteennssch chaapp
5
W Scholieren in Omika op 21 km van de centrale van Fukushima passeren een stralingsmeter. Het getoonde dosistempo van 0,12 mSv/h komt overeen met een jaardosis van 1 mSv. Dat is een normale achtergrondstraling. F O T O R E U T E R S
Meer straling = meer kanker ST R A L I N G S G E VA A R
Hoe bereken je het best de te verwachten kankerdoden na een kernramp? Niet. Er zitten te veel aannames tussen. Karel Knip
E
en jaar geleden werd de oostkust van Japan na een aardbeving getroffen door een tsunami en raakte de verouderde kerncentrale Fukushima Daiichi in het ongerede. De koeling viel uit en er trad oververhitting en beschadiging van splijtstofstaven op. Er ontstond waterstof, dat ontplofte en een dag of tien lang verspreidden zich grote hoeveelheden min of meer vluchtige radioactieve stoffen over de omgeving. Veel van het afval woei weg over de oceaan of liep, via noodkoeling, direct de zee in. De rest belandde op de omgeving en liet er een vervuilingspatroon achter dat de kaart op de andere pagina laat zien. Die toont ook de 20-kilometerzone die binnen een dag werd geëvacueerd, en de 30-km-zone waar de bevolking binnenshuis moest blijven. Zichtbaar is dat buiten de 30km-zone toch ook veel radioactief materiaal terecht kwam. De ‘geïntegreerde dosis’ die een fictief persoon in dat gebied had opgelopen als hij er het hele jaar dag en nacht had gestaan, is hier en daar wel 150 mSv. De doorsnee Nederlander loopt jaarlijks een dosis van maar 2,5 mSv op. De waarde 150 mSv is vooral een weergave van de hoge stralingsintensiteit die er de eerste dagen en weken bestond. Die kwam van hoogactieve, maar kortlevende stoffen zoals jodium-131. Inmiddels is de stralingsdruk rond Fukushima sterk afgeno-
men; hij komt nu overwegend van cesium-137 en verder cesium-134 en strontium-90. Cesium-137 heeft een halfwaardetijd van ruim 30 jaar, wat inhoudt dat de straling jaarlijks ongeveer 2 procent afneemt. Omdat de stof ook wegzakt in de bodem kan de werkelijke afname van de stralingsdruk wel meer zijn. Op plaatsen waar vervuilde grond wordt afgegraven en vervangen is dat natuurlijk zeker zo. Vast staat dat veel Japanners buiten de zone van 20 kilometer aan ongewoon hoge straling hebben blootgestaan. Toch houden deskundigen en actiegroepen zich opvallend stil over het aantal kankerdoden dat daarvan te verwachten is. Zelfs Greenpeace rept in zijn recente Fukushima-rapport niet over stralingsdoden. Alleen het Bulletin of the Atomic Scientists kwam in september met een globale berekening: 1.000 doden, volgens fysicus Frank von Hippel. Dat is geruststellend weinig, zelfs vergeleken met de allerlaagste schatting die voor Tsjernobyl-kankerdoden is gemaakt: 9.000. In het getroffen gebied zouden tienduizenden immers sowieso kanker krijgen. Het is natuurlijk te danken aan de genoemde snelle evacuatie en het strenge advies om binnen te blijven. Ook is in Japan, anders dan destijds rond Tsjernobyl, voorkomen dat besmette melk en andere voedingswaar in het verkeer werd gebracht. Radioactief vervuilde melk heeft duizenden kinderen rond Tsjernobyl schildklierkanker bezorgd.
Factor tien ernaast Maar de voornaamste verklaring is dat het ongeluk van Fukushima beperkter van omvang was dan dat van Tsjernobyl, ook al zijn beide uiteindelijk in de hoogste ongevallencategorie van atoombureau IAEA beland. De uitworp aan radioactieve stoffen (de ‘bronterm’) was voor toonaangevende stoffen als jodium-131 en cesium-137 in Japan maar 10 of 20 procent van die in Tsjernobyl. Ze zijn in Japan ook over een betrekkelijk klein gebied verspreid. De felle, open grafiet-
brand die het kenmerk was van ‘Tsjernobyl’ stuwde radioactief materiaal kilometers hoog de lucht in en verspreidde het over heel Europa. Niet meer dan duizend kankerdoden dus, rond Fukushima? Zo zeker is dat niet. De ervaringen met ‘Tsjernobyl’ hebben geleerd dat zo’n opgave er wel een factor tien naast kan zitten. In 2006 schatte de WHO het aantal kankerdoden dat het gevolg zou zijn van ‘Tsjernobyl’ op 9.000 terwijl Greenpeace aan de hand van een WitRussische hoogleraar uitkwam op 93.000. Dat roept de vraag op: hoe kómt men tot zo’n schatting. Aan de basis staat de aanname dat elke extra dosis straling, hoe gering ook, de kans op kanker vergroot en dat er rechtevenredigheidis tussen de grootte van de dosis en de toename van de kans, een lineair verband. Dit laatste is een ervaringsfeit opgedaan bij analyse van de extra kankerdoden die vielen onder de overlevenden van de atoomaanvallen op Hiroshima en Nagasaki in 1945. In vakkringen heet het het linear no-threshold model: LNT. Uit het langlopende Japans-Amerikaanse onderzoek onder de atomic bomb survivors is gebleken dat in een evenwichtig samengestelde bevolking ongeveer 11 procent kankerdoden extra zullen vallen als die bevolking een stralingsdosis van 1 sievert oploopt (dat is een erg hoge dosis). Dit getal wordt de risicofactor genoemd, de risk factor. Het drukt uit dat er 110 extra kankerdoden zijn te verwachten als 1.000 mensen worden getroffen door een dosis van 1 sievert, maar ook dat er 110 doden zullen zijn als 100.000 mensen worden getroffen door een dosis van 0,01 sievert, dus 10 millisievert – wat een veel ‘redelijker’ dosis is. Het is de onverbiddelijke consequentie van dat lineaire verband. Het leidt ook rechtstreeks naar het handzame begrip ‘collectieve dosis’, want je zou kunnen zeggen dat een collectieve dosis van 1.000 menssievert op den duur 110 extra kankerdoden oplevert. Voor de kankerschattingen wordt steeds met die collectieve dosis gewerkt.
De stralingsbelasting zelf wordt, als het om fall-out van een kernongeluk gaat, afgeleid van de radioactiviteit van de bodem. Die wordt in becquerel per m2 uitgedrukt. Omdat elke bodem al van nature radioactief is, en vaak ook nog resten van de fall-out van bovengrondse atoomproeven draagt, mogen niet alle becquerels worden meegeteld; er moet bij een bepaalde lage waarde worden afgekapt (cut off). Met een gecompliceerde empirische methode, waarbij ook de lifestyle en voedingsgewoonten van de bewoners van de vervuilde bodem in aanmerking worden genomen, berekent men de gemiddelde stralingsbelasting. Heel globaal leidt een cesiumvervuiling van 1 kBq/m2 tot een dosis op jaarbasis van 0,01mSv.
Dreigende willekeur Dit is de methode en hij lijkt eenduidig genoeg. Maar er zijn grote moeilijkheden. De risicofactor van 11 procent geldt voor een bevolking die in korte tijd een heel hoge dosis opliep, zoals bij de atoomaanvallen. Gebleken is dat dezelfde dosis over een lange tijd uitgesmeerd tot veel minder kanker leidt. Bij een voldoende laag dosistempo wordt de risicofactor daarom vaak gehalveerd tot ongeveer 5,5 procent, maar andere aanpassingen komen ook voor. Anderzijds mag men de risicofactor vergroten voor bevolkingen die niet even-
Een scholier in Omika met een dosimeter-badge. Daarmee is na te gaan of niet te veel straling is opgelopen. F O T O R E U T E R S . T O R U H A N A I
wichtig zijn samengesteld (jongeren en vrouwen zijn extra gevoelig) of waar de medische zorg zo slecht is dat alle kanker er tot de dood voert. Willekeur ligt op de loer. Hetzelfde geldt ook voor de periode waarvoor men de extra kankerdoden berekent. Die kan 50 jaar zijn, of 70, maar ook 250, want de bodem rond Tsjernobyl en Fukushima blijft nog heel lang radioactief en zal al die tijd kanker induceren. Hoe weinig ook. Fundamenteler is de vraag welke minimale stralingsbelasting nog voor de collectieve dosis mag worden meegeteld. De WHO nam voor de Tsjernobyl-schatting van 2006 alleen gebieden in onderzoek waar de vervuiling 40 kBq/m2 of meer was. De anti-kernenergiebeweging legde de cut off bij 4 kBq/m2 en kon vervolgens half Europa en grote delen van het noordelijk halfrond meetellen. Daar zouden dan volgens de onverbiddelijke LNT-relatie meer slachtoffers vallen dan in Rusland, Wit- Rusland en Oekraïne samen. Let wel: bij een radioactiviteit van 4 kBq/m2 ontvangt een mens per jaar een dosis van 0,04 mSv, minder dan van een röntgenborstonderzoek. Toepassing van de LNT-relatie voor heel lage doses leidt tot absurditeiten. Die is er ook nooit voor bedoeld, zegt stralingsdeskundige Ronald Smetsers van het RIVM in Bilthoven. De LNT- hypothese wordt gebruikt voor het ontwerpen van beschermingsmaatregelen tegen straling. De buitenstaander komt tot de conclusie dat het berekenen van te verwachten aantallen kankerdoden au fond een zinloze exercitie is. Bijna elke uitkomst is verdedigbaar. Er komt bij dat de extra kankergevallen (schildklierkankers uitgezonderd) door een ongeval à la Tsjernobyl of Fukushima waarschijnlijk nooit in de statistieken zullen zijn terug te vinden omdat meer dan 30 procent van de mensen sowieso aan kanker sterft. Deze talrijke ‘spontane kankers’ belemmeren het zicht op de zeldzame stralingskankers.
at precies de gevolgen zijn van langdurige blootstelling aan (heel) lage stralingsdoses weet eigenlijk niemand. Veiligheidshalve gaat men ervan uit dat elk beetje extra straling (bovenop de straling die de mens al van nature ontvangt) de kans op kanker vergroot en dat er rechtevenredigheid is tussen de extra dosis en de toegenomen kans. Dat is de kern van het linear no-threshold model (LNT-model) dat in de stralingsbescherming wordt gehanteerd. Het probleem is dat de kans/dosis-relatie proefondervindelijk is bepaald voor mensen die in korte tijd heel hoge doses ontvingen. Voor lage doses wordt het eenvoudig geëxtrapoleerd. Wetenschappelijk gezien is dit onbevredigend en vanuit het bedrijfsleven wordt er geregeld op aangedrongen de LNT-relatie in te ruilen voor een aannemelijker verband. In januari gebeurde dat nog eloquent in het tijdschrift Health Physics (Siegel en Stabin). De aanname dat ook heel lage stralingsdoses gevaarlijk zijn noopt het bedrijfsleven tot kostbare beschermingsmaatregelen. Dat de LNT-hypothese inderdaad wat al te globaal is, is voor sommige typen kanker en tamelijk hoge doses ook aannemelijk gemaakt. Daar bleek het verband eerder kwadratisch (wat radiobiologen dan liever ‘lineair kwadratisch’ noemen). Wie wil kan daarin al zien dat lage doses soms relatief minder effect hebben dan hoge. Dat er beneden een bepaalde drempeldosis helemaal geen extra kans op kanker zou zijn (‘extra’ ten opzichte van de reusachtige kans die mensen toch al hebben om kanker te krijgen), is nooit aangetoond. Dat is methodologisch ook moeilijk, gezien de hoge kankerincidentie en de vaak erg grote latentietijd tussen blootstelling aan straling en de eerste tekenen van kanker. Merkwaardig genoeg ligt dit methodologische probleem weer gunstiger bij een theorie die nog verder gaat dan de drempel-theorie: die van de ‘hormese’. In beperkte kring wordt aangenomen dat heel lage stralingsdoses juist heilzaam zijn voor de gezondheid. In Nederland bracht De Groene Rekenkamer vorig jaar de vertaling uit van het boekje ‘Underexposed. What if radiation is actually good for you?’ dat Ed Hiserodt in 2005 schreef. De argumenten van Hiserodt ten gunste van het heilzame effect klinken niet onaannemelijk. Voor veel chemische stoffen wordt hormese (hormesis, in het Engels) heel gewoon gevonden. Zware metalen, vitaminen en zelfs aminozuren kunnen bij hoge opname gevaarlijk worden, maar zijn in lage dosis vaak onontbeerlijk. Het in dit verband overtuigendste voorbeeld komt van zonnestraling: in hoge dosis beschadigend, in lage dosis heilzaam en zelfs onmisbaar.
Het betoog van Hiserodt is in het kort: ja, straling beschadigt DNA en DNA-schade is altijd ongewenst want het kan tot kanker leiden. Maar DNAbeschadiging is sinds het bestaan van leven op aarde aan de orde van de dag en de cel beschikt over zeer effectieve DNA-reparatiemechanismen. En waar de reparatie tekortschiet, is er nog de apoptose: de georganiseerde celdood en -afvoer. Niks geen kanker. Het is voorstelbaar, aldus Hiserodt, dat een lage stralingsdosis de activiteit van een verdedigingsmechanisme stimuleert dat ook allerlei andere carcinogene invloeden onderdrukt. Dan krijgt een bevolking van een beetje straling juist minder kanker. Als steun daarvoor valt nog het in 1984 ontdekte fenomeen van adaptive response aan te voeren. Menselijke cellen blijken soms minder gevoelig voor een therapeutische bestraling als ze voorafgaand aan de behandeling een heel lage stralingsdosis ontvingen.
Niet aangetoond Of Hiserodts veronderstelde beschermingsmechanisme echt bestaat is niet aangetoond. Maar wel brengt zijn boekje krasse staaltjes van epidemiologisch onderzoek dat een gunstig effect van lage stralingsdoses lijkt aan te tonen. In gebieden waar de achtergrondstraling ongewoon hoog is wordt ongewoon weinig kanker geregistreerd. Onder de duizenden werknemers van een grote Amerikaanse scheepswerf die geregeld zwakke nucleaire straling opliepen kwam aanmerkelijk minder kanker voor dan onder een vergelijkbare groep Amerikaanse mannen buiten de werf. En nog veel meer voorbeelden heeft Hiserodt. Maar stralingsdeskundige Albert Keverling Buisman (ECN) heeft verschillende van zijn overtuigende voorbeelden in het Nederlands Tijdschrift voor Stralingsbescherming even overtuigend verworpen en de Nederlandse Gezondheidsraad liet zich in haar rapport Risico’s van blootstelling aan ioniserende straling (2007) ook niet onbetuigd. In gebieden met hoge achtergrondstraling worden mensen gewoon niet oud genoeg om kanker te krijgen. En de geringere kankerincidentie onder licht bestraalde werfwerknemers is waarschijnlijk te danken aan het healthy worker effect. Werkende werknemers zijn per definitie gezonder dan een willekeurige groep andere mensen. De Gezondheidsraad stuurt nog even het standpunt van de raad in 2007 toe: ‘Een stimulerend herstel effect (hormese) van lage doses ioniserende straling wordt momenteel niet algemeen aanvaard, ook niet door de commissie.’ ‘Stralingstekort. Stel dat straling eigenlijk goed is?’ van Ed Hiserodt is vertaald en bewerkt door Theo Richel. Voor 19,50 euro te bestellen via www.groenerekenkamer.nl
dosis straling
Met ‘hormese’
dosis straling
effect (kanker)
Met drempel
effect (kanker)
Lineair-kwadratisch zonder drempel
effect (kanker)
Lineair zonder drempel
effect (kanker)
Of een béétje straling ook goed kan zijn
Dosis-effect modellen voor de invloed van straling op het ontstaan van kanker
dosis straling
dosis straling
NRC 100312 / MJ
Radioactieve straling uitgedrukt in becquerels en millisieverts Radioactieve straling, formeel ‘ioniserende straling’ genoemd, ontstaat als atoomkernen uit elkaar vallen. Voor dat ‘desintegreren’ van atoomkernen is de eenheid becquerel (Bq) ingevoerd. Als in een stof 1.000 desintegraties per seconde optreden, heeft die stof een activiteit van 1.000 becquerel, dus 1 kBq. Dat zegt niets over de straling die de stof afgeeft; uiteenvallende kernen kunnen allerlei soorten straling uitzenden.
De hoeveelheid straling die een mens ontvangt van een radioactieve stof (de dosis) wordt uitgedrukt in de hoeveelheid energie (joules) die per kilo weefsel wordt geabsorbeerd, eenheid: gray (Gy). Sommige straling is extra gevaarlijk, dat wordt in de eenheid sievert (Sv) verwerkt, maar voor de bèta- en gammastraling die rond Tsjernobyl en Fukushima overheerst, mag de sievert gelijk worden gesteld aan de gray. Onder het
dosistempo verstaat men de dosis die per tijdseenheid (uur, dag, jaar) wordt opgelopen. Een dosistempo van 0,12 mSv/h levert per jaar 1 mSv op. De doorsnee Nederlander ontvangt jaarlijks een natuurlijke dosis van 2 mSv en krijgt er vaak 0,5 mSv van medische diagnostiek aan toegevoegd. Piloten en stewardessen, en werkers in de isotopenproductie, lopen veel meer op. Een CT-scan levert al gauw een dosis van 6 mSv op
Jaardosis in mSv voor omgeving Fukushima (sinds 11 maart 2011) Schatting van de dosis die een fictief persoon in de omgeving van Fuksihma in het afgelopen jaar zou hebben opgelopen. Z I E : R A D I O A C T I V I T Y. M E X T. G O . J P
30 km
20 km (evacuatiezone)
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
6 Wetenschap
7
Vlam flakkerde, maar doofde niet Homo sapiens overleefde maar net, zegt Chris Stringer. Niet door zijn superioriteit, maar door toeval en cultuur. PA L E O N TO LO G I E
Lucas Brouwers
C
hris Stringer is een verteller. Het verhaal gaat over zijn tour langs Europese musea, begin jaren zeventig. Aan het verloop van de menselijke evolutie dacht de jonge paleontoloog toen nog niet. Hij had vooral praktische zorgen. Waar slaap ik vanavond? Geven conservatoren mij wel toestemming om hun fossielen op te meten? Dat deden ze, op een enkeling die een schedel in zijn kast verstopt hield na. Stringer, tegenwoordig verbonden aan het Natural History Museum in Londen, verzamelde genoeg gegevens om te promoveren en maakte later faam als voorvechter van de Out of Africa-hypothese. De Britse paleontoloog heeft zijn laatste ideeën over het ontstaan van de moderne mens nu uitgewerkt in zijn boek The Origin of Our Species. Hij is even in Amsterdam, om over de Nederlandse vertaling te praten: Overlevers. Dat uitgerekend Homo sapiens als enige menssoort op aarde overbleef vindt Stringer niet vanzelfsprekend. Onze evolutie verliep met horten en stoten. Zelf vergelijkt hij het proces met een flakkerende kaars die soms op het punt stond om uit te doven. Dat de vlam uiteindelijk definitief aanwakkerde had niets te maken met superieure genen of grotere hersenen. Het was vooral een kwestie van cultuur en demografie. Stringer ziet bevolkingskrimp als de oorzaak van het flakkeren. Door deze bottlenecks nam niet alleen de genetische variatie van onze voorouders af, maar ging ook belangrijke kennis verloren. “Voor ons is dat moeilijk
voor te stellen. Tegenwoordig blijven goede ideeën bewaard en wordt erop voortgebouwd”, vertelt Stringer. “Maar in de Steentijd was dat anders. Mensen leefden in kleine gemeenschappen en hadden weinig contact metgroepen omhenheen. Lokaleuitvindingen konden uitsterven voordat ze wijd verbreid raakten.” Stringer noemt Tasmanië als modern voorbeeld. De Europese ontdekkingsreizigers die het eiland in de zeventiende eeuw als eerste westerlingen bezochten troffen een volk met eenvoudige technologie. De Tasmaanse aboriginals maakten geen netten, speren of boemerangs. Maar hun voorouders deden dat wel: archeologen hebben in Tasmaanse grotten visgerei en benen naalden gevonden. Het kennisverval zette in toen Tasmanië geïsoleerd raakte van het Australische continent, na de laatste IJstijd. De zeespiegel steeg, territoria en populaties krompen. “In tijden van schaarste gaan mensen conservatieve en veilige keuzes maken”, zegt Stringer. Een kleine stam besluit bijvoorbeeld om voorlopig niet meer te vissen, maar om op zeehonden te jagen. “Na een paar jaar zeehonden vangen zijn ze het hengelen verleerd.”
Groene Sahara Kenniskrimp trof ook onze Afrikaanse voorouders. “In Zuid-Afrika zijn bij Howieson’s Poort stenen pijlpunten gevonden van 65.000 jaar oud. Ze waren vrijwel zeker met oker of gom bevestigd op houten schachten.” Samengestelde wapens dus, vervaardigd met zorg en planning. Bij Howieson is zelfs primitieve
kunst gevonden, in de vorm van bekraste okerblokjes en schelpenkettingen. “Maar 5.000 jaar later is de complete Howiesoncultuur verdwenen. Pas na 40.000 jaar verschenen er weer pijlpunten in deze regio.” Zo verschoof het brandpunt van de moderne mens over Afrika. Misschien lag dat punt 200.000 jaar geleden in Ethiopië en verschoof het 120.000 jaar geleden naar het noordwesten, toen rivieren door een groene Sahara stroomden. Toen 75.000 jaar geleden de regio verwoestijnde werd juist het voorheen dorre ZuidAfrika koeler en natter. Steeds bloeide sapiens even op en verwelkte weer. Pas met het ontstaan van grote, stabiele populaties was technologische vooruitgang gegarandeerd. Stringer denkt dat Afrikaanse Homo sapiens 50.000 jaar geleden deze kennisgrens naderden. “De bevolkingsdichtheid nam toe, netwerken werden compacter. Dat had een aantal redenen. Onze voorouders leefden langer dan de meeste Neanderthalers. Die waren dood op hun veertigste. Door overleving van de grootouders bij Homo sapiens nam de kennisoverdracht tussen generaties toe. “Bovendien hadden Neanderthalers een kortere jeugd. Op hun veertiende waren ze volwassen en moesten ze mee op jacht. Onze kinderen groeien langzamer op. Ze hebben meer tijd om te leren en meer mensen om hen heen om ze te onderwijzen.” Met elke generatie kwam Homo sapiens dichter bij het kantelpunt waar kennis zich sneller opstapelt dan dat het vervalt. De kaars bleef branden. Voorheen filosofeerden antropologen over biologische of sociologische revoluties om het ontstaan van complexe gereedschappen en kunst te verklaren. Alsof er een vonk oversprong in de hersenen van onze voorouders. Plots was daar taal, religie, of het vermogen tot abstractie. Sommige onderzoekers zijn nog steeds op zoek naar die ene mutatie, of die verandering in ons brein die ons boven
onszelf liet uitstijgen. Stringer: “Tien jaar geleden had ik nog sympathie voor dit idee, maar nu zie ik die plotselinge verschijning van moderne eigenschappen niet meer. Je kunt niet zomaar een moment of een schedelkromming aanwijzen en zeggen ‘het had zo moeten zijn’. Ga 200.000 jaar terug, verander het klimaat in Afrika en ons verhaal was totaal anders verlopen.”
Goede jagers Het liep niet anders: het waren onze voorouders die de Neanderthalers verdrongen en niet andersom. Dat lag niet zozeer aan de biologische verschillen tussen sapiens en neanderthalensis, denkt Stringer: “Neanderthalers waren geëvolueerde mensen, hun hersenen waren groter dan de onze. Ze begroeven hun doden, gebruikten pigment en maakten wapens met een heft en blad. Het waren goede jagers.” Maar toen kwam Homo sapiens. “Mag ik je pen even lenen?”, vraagt Stringer. “Tussen 50.000 en 30.000 jaar geleden deed het klimaat van Europa dit.” Hij krast een hoekige lijn. “Kou en warmte wisselden elkaar af. Na één van die koudeperiodes gebeurde er dit.” Hij tekent nu twee aflopende lijnen. „Dit zijn de populaties van Neanderthalers en moderne mensen. Kijk, nu warmt het klimaat weer op.” Onze lijn kruipt mee omhoog. De Neanderthalerlijn daalt. Want het ijs trok zich terug en nieuwe voedselgebieden kwamen beschikbaar. “Ineens moesten de Neanderthalers met moderne mensen wedijveren om dezelfde dieren, dezelfde planten en dezelfde grotten”, vervolgt Stringer. De moderne mensen waren daarvoor beter toegerust. “De Neanderthalers trokken zich terug in de heuvels. Een slechte plek, zeker als het koud is en het voedsel schaars.” In het grillige Europa waren de Neanderthalers sowieso kwetsbaar. Nog vóór de eerste Homo sapiens Euro-
pa bereikten was hun genetische diversiteit gevaarlijk laag, blijkt uit een studie die onlangs verscheen (Molecular Biology and Evolution, 26 februari). Meer nog dan onze voorouders moeten de Neanderthalers hebben geleden onder kenniskrimp. In het Duitse Schöningen zijn prachtige speren van sparrenhout gevonden. Ze zijn ongeveer 300.000 jaar oud en moeten door vroege Neanderthalers vervaardigd zijn. Het zwaartepunt ligt voorin de speer, net als bij moderne toernooisperen. In een veldproef wierp een atleet een replica 70 meter ver. Wat gebeurde er met deze technologie? Slaagden Neanderthalers erin om het vakmanschap van generatie op generatie door te geven? Of werden de speren vergeten? Hoe dan ook, het verlies aan genen, technologie en mensen was uiteindelijk meer dan de Neanderthalers dragen konden. Stringer: “De kaars van de Neanderthalers flakkerde, en doofde uit.”
Neanderthaler verdween Temperatuur
-50.000 jr
-30.000 jr
-10.000 jr
Aantallen Homo Sapiens en Neanderthaler Homo Sapiens Neanderthaler
-42.000 jr
-38.000 jr
-34.000 jr
NRC 100312 / MJ
Evolutionair vergezicht Stringer staat met beide voeten in het onderzoek, en dat is te merken aan Overlevers. Meermaals verwijst hij in zijn boek naar nog niet verschenen onderzoek. Overlevers is daarmee een van de meest actuele boeken over de menselijke evolutie. Keerzijde is dat Stringer als ingewijde zelden uitstijgt boven droge toon van de wetenschap. De vele kruisverwijzingen tussen hoofdstukken maken het lezen moeilijk. Ook de structuur van het boek heeft veel weg van een wetenschappelijke publicatie. Op de historische inleiding volgen twee taaie hoofdstukken over dateringmethoden en opgravingen. Pas in de tweede helft komt Stringer los, en durft hij zijn vergezichten op onze evolutie delen. Overlevers: Hoe het komt dat wij de enige mensachtigen op aarde zijn. Chris Stringer. Uitgeverij Nieuw Amsterdam. 384 blz. €29,95
Chris Stringer met een 10.000 jaar oude schedel van een vroege Homo sapiens uit Gough’s Cave in het Verenigd Koninkrijk: “Je kunt niet zomaar een schedelkromming aanwijzen en zeggen ‘het had zo moeten zijn’.” F O T O N A T U R A L I S
WETENSCHAP IN AZIË
In Azië bloeien vele nieuwe onderzoeksinstituten op, die met succes jagen op westerse toponderzoekers. Marianne Heselmans Instituut in Singapore van de overheid en het Nederlandse Deltares, dat onderzoek doet naar het voorkomen van overstromingen. F O T O D E LT A R E S
Gras is groener in het oosten E
en klein jaar geleden kreeg de Duitse onderzoeker Jan Taplick, toen onderzoeksmanager bij het Europese Laboratorium voor Moleculaire Biologie in Heidelberg, een telefoontje uit Singapore. Of hij wilde komen praten over een vacature als onderzoeksmanager op de Nanyang Technological University (35.000 studenten). Hij ging een paar dagen logeren in Singapore en twee weken later was het contract getekend. “Zo snel gaat dat hier”, vertelt hij op een dakterras op 287 meter hoog. We kijken uit op de zee en de glanzende wolkenkrabbers die Singapore afgelopen tien jaar bouwde. Het eerste wijntje kost er 20 euro; elk volgend drankje is 8 euro. Maar Taplick klaagt er niet over. De salarissen zijn goed, de huizen op de campus zijn niet duur, de sfeer in deze voormalige Britse kolonie is open, en buiten het zakencentrum kun je ook wel drankjes krijgen voor minder dan een euro. In Aziatische steden als Singapore, Hongkong, Nanjin (China) en Seoul verrijzen razendsnel instituten voor onder meer medische implantaten, snellere computers, slimme keukens en gezelschapsrobots. De investeringen van honderden miljoenen euro’s worden gedaan door de overheden, bedrijven en rijke particulieren. En dat terwijl in Nederland en veel andere Europese landen wordt bezuinigd op de wetenschap.
Singapore als proeftuin Twintig Europese en Aziatische wetenschapsjournalisten reden vorige maand, op kosten van de EU, met de bus langs nieuwe Singaporese laboratoria, met hoge, met planten begroeide gevels. Zoals het in september geopende ‘excellente onderzoekscentrum’ voor bacterieonderzoek, bedoeld om de stedelijke waterzuivering te verbeteren en darmziektes te bestrijden. Met 72 miljoen euro wist Singapore hiervoor ‘topwetenschappers’ aan te trekken zoals de Zweed Staffan Kjelleberg, die de communicatie tussen bacteriën onderzoekt. Biotechnologie-icoon Craig Venter zit in de adviesraad. De nieuwe wetenschappelijke instituten doen vooral veel toegepast onderzoek. De onderzoekers werken
veelal aan praktische oplossingen voor de problemen van (nieuwe) grote steden, die vaak kampen met luchtvervuiling en files. Het spiksplinternieuwe Centrum voor Elektromobiliteit ontwikkelt elektrische auto’s, die binnen een paar jaar alle taxi’s in Singapore moeten vervangen. Vorig jaar november verhuisde een team van tien ervaren onderzoekers vanuit de Technische Universiteit van München (TUM) naar dit centrum. Nu werken er honderd onderzoekers en assistenten, die zijn aangesteld voor vijf jaar, op onderzoeksterreinen als nieuwe materialen, batterijen en stedelijke infrastructuur. Voor de TUm biedt het gezamenlijke centrum voor elektromobiliteit grote kansen, legt de Duitse onderzoeksleider en nanotechnoloog Harry Hoster de journalisten uit, terwijl hij ‘zijn’ elektrische auto van 2011 laat zien. “Singapore zien we als een proeftuin voor de inrichting van duurzame, Aziatische megasteden.” Oké, geeft hij toe, Singapore lijkt niet op steden als Bangkok of Jakarta (rommelig, files, vol, een stuk armer). “Maar er worden nu in Azië nieuwe megasteden gebouwd voor de rijkere middenklasse, en daar kan Singapore wel een goed voorbeeld voor zijn.” Singapore heeft al zeker tien van dit soort toegepaste centra gebouwd of gepland, allemaal ingericht met een andere, vooraanstaande buitenlandse universiteit. Er is al een centrum gebouwd met de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem (gericht op ontstekingsziektes), 12 maart opent er eentje met de technische universiteit ETH Zurich (Future Cities Laboratory) en er worden nu centra gebouwd met het befaamde Massachuchets Institute of Technology in Cambridge (VS) (gericht op het volgen van de verspreiding van infectieziekten in stedelijke milieus). Voor al deze universiteiten is dit de eerste keer dat ze zulke grote samenwerkingsprojecten aangaan. En deze centra zijn nog bescheiden vergeleken met de in aanbouw zijnde medische Lee Kong Chian School, gericht op het behandelen en gezond houden van ouderen. Voor Singapore belangrijk, omdat steeds meer Aziatische ouderen zich in
Impressie van nog te bouwen EDITT-toren (Ecological Design in The Tropics) in Singapore. ARCHITECT TR HAMZAH & YEANG
De salarissen zijn goed, wonen op de campus is goedkoop en de sfeer is open, in Singapore
Impressie van nog te bouwen Singapore University of Technology & Design A R C H I T E C T U N S T U D I O
Singapore laten behandelen. Hiervoor trok de zogeheten Lee Foundation vorig jaar 90 miljoen euro uit, met als voorwaarde dat de helft ervan naar beurzen voor briljante, armere studenten zou gaan. De Stichting is opgezet door Tan Sri Dato Lee Kong Chian die in de jaren vijftig zijn geld verdiende met rubber en banken. De overheid en nog wat andere rijke families hebben het bedrag inmiddels opgehoogd tot 362 miljoen. Het Imperial College in Londen gaat toponderzoekers leveren en helpen curricula op te zetten; in 2013 kunnen de eerste studenten beginnen. Commissaris Máire GeorgheganQuinn (Onderzoek, Innovatie en Wetenschap) van de Europese Unie (EU) zegt bij een lezing op de universiteit dat wetenschappers uit ZuidoostAzië vanaf volgend jaar ook een beroep kunnen doen op de onderzoeksbudgetten van de EU. “Voor een duurzamere samenleving moeten we samenwerken met de mensen met de beste ideeën”, verklaarde ze. “En die kunnen ook van buiten de EU komen.” Andere reden voor die belangstelling: alleen al in Singapore zijn 8.500 Europese bedrijven gevestigd. Europa zoekt ook naar een antwoord op de daadkracht in Azië. Waar veel Europese lidstaten nu bezuinigen, wil de Europese Commissie tussen 2014 en 2020 tachtig miljard euro in onderzoek gaan steken – 16 miljard per jaar. Dat is beduidend meer dan de jaarlijkse zeven miljard die de EU nu onder Europese onderzoekers verdeelt. En de papieren rompslomp rond EU-projecten zal minder worden, belooft Georghegan-Quinn ook. Deze maatregelen moeten voorkomen dat de beste onderzoeksleiders uit Europa vertrekken naar de oorden waar nu het grote geld rolt. Maar de Europese onderzoekers die in Singapore werken, zeggen niet bang te zijn voor het weglekken van talent en kennis naar Azië. Zij wijzen juist, zoals Harry Hoster, op de kansen die steden als Singapore westerse wetenschappers bieden.
Tropisch zeewater Terug in Nederland blijkt dat onderzoeksinstituut Deltares van de TU Delft al in 2006 met een universiteit
en de Singaporese overheid het Singapore Delft Water Alliance programma heeft opgezet, voor watermanagement. Inmiddels heeft de Singaporese overheid ook een NUSDeltares instituut neergezet. Het instituut bekijkt onder meer hoe Singapore natuur kan combineren met waterberging, zodat overstromingen voorkomen worden. Afgelopen vijf jaar was het onderzoeksbudget 38 miljoen euro, waarvan 12 miljoen uit Delft kwam. Regiomanager Tjitte Nauta ziet “eigenlijk alleen maar voordelen”, vertelt hij aan de telefoon vanuit Bangkok, waar Deltares nu ook bekijkt hoe overstromingen zijn te voorkomen. “We kunnen in Singapore meer onderzoek doen voor hetzelfde geld, omdat de salarissen daar tot vier keer lager liggen. Enwe kunnen er onderzoek doen dat we in Nederland niet kunnen doen, zoals het monitoren van de kwaliteit van zeewater in een tropisch gebied.” Vorige maand is afgesproken dat de Universiteit van Singapore en Deltaressamen de Zuidoost-Aziatische markt op gaan.
Ouderen Er zijn nog meer mogelijkheden voor samenwerking tussen Nederland en Singapore. De Groningse Healthy Ageing Campus bijvoorbeeld doet vergelijkbaar onderzoek als de nieuwe medische Lee Kong Chian School. Afgelopen maanden heeft Groningen van Nederlandse partijen en de EU zeker zo’n tien miljoen gekregen voor nieuwe laboratoria en mensen. “We hadden het er laatst nog over dat samenwerking met Singapore interessant zou kunnen zijn”, zegt Reint Huizinga van bureau Internationalisering in Groningen. Maar de Groningse medisch onderzoekers zijn (nog) niet door Singapore gebeld. Op het dakterras, ver boven de Singaporese zee, reageert Jan Taplick wat geprikkeld op de opmerking dat rijke onderzoeksknooppunten als Singapore nu gewoon de beste onderzoeksgroepen kopen. “Kopen vind ik niet de goede term. Veel onderzoekers werken gewoon heel graag een paar jaar hier, en dan weer daar. En Singapore is op dit moment vrij geliefd.”
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
8 Wetenschap
9
De verborgen schat van het Victo ictoriameer
Een enorme plas tussen Oeganda, Kenia en Tanzania ZUID-SOEDAN
OEGANDA
CONGO
Kampala
KENIA
Lambu Victoriameer RWANDA TANZANIA
100 km NRC 100312 / MJ
Bij de Keniaanse oever van het het Victoriameer vissen Luo in de vroege ochtend op nijlbaars en tilapia. F O T O C O R B I S
A N T R O P O LO G I E
De nijlbaarsvisserij in het Victoriameer is wel afgeschilderd als neokoloniale plundering. Maar de nederzettingen aan het meer bieden jonge Afrikanen juist veel kansen. Dirk Vlasblom
A
lles aan het Victoriameer is groot. Allereerst de oppervlakte: het is met 68.800 vierkante kilometer het grootste tropische zoetwatermeer ter wereld. Toen de Britse ontdekkingreiziger John Hanning Speke, op zoek naar de bronnen van de Nijl, het in 1858 als eerste Europeaan zag liggen, vernoemde hij deze ‘reusachtige watervlakte’ naar de machtigste vrouw op aarde, zijn koningin. In de jaren tachtig van de vorige eeuw ontstond groot rumoer rond het Victoriameer. Om de bevolking aan een goede eiwitbron te helpen, hadden de Britten er in de nadagen van hun bewind nijlbaars (Lates niloticus) uitgezet. Dat is een roofvis die één tot anderhalve meter lang kan worden. Hij richtte een ravage aan onder de inheemse Victoriacichliden. Zo’n 300 soorten verdwenen; er werd gerept van een milieuramp. Intussen heeft de nijlbaarsvisserij een grote vlucht genomen. Het leeuwendeel van de in plaatselijke fabrieken verwerkte vis wordt als gekoelde luchtvracht naar Europa geëxporteerd en hier verkocht als nijlbaarsfilet. De landing sites aan het meer trekken honderdduizenden jonge Afrikanen op zoek naar werk. In 2004 maakte de Oostenrijkse cineast Hubert Sauper – zelf geen wetenschapper – een documentaire over de sociaal-economische effecten van deze visserij-boom: Darwin’s Nightmare. Daarin laat hij het zwartst mogelijke beeld van Afrika zien: uitbuiting van vissers; ziekten en prostitutie in de nederzettingen aan het meer; honger door de verdringing van traditionele voedselbronnen; en overbevissing als gevolg van ongebreidelde export van nijlbaars. De film deed veel stof opwaaien en werd in 2007 door het IDFA-publiek uitgeroepen tot de beste documentaire in twintig jaar.
Veel vertier Antropoloog Joost Beuving had de documentaire niet gezien toen hij in 2006 besloot onderzoek te doen aan het Victoriameer. “Het idee ontstond tijdens een gesprek in de kroeg. Een vriend had jaren in Oeganda gewerkt als aids-onderzoeker. Hij kwam vaak in de vissersdorpen rond het Victoriameer, waar de aids-percentages hoger zijn dan elders, mede als gevolg van de massale arbeidsmigratie. Hij vertelde wat voor fascinerende plekken die nederzettingen zijn. Een beetje verstopt, buiten het zicht van
oever. Die dienstverlening biedt een financiële buffer voor de frequente perioden van werkloosheid. Er zijn in Lambu tweemaal meer aspirantvissers dan er plek is op de vissersboten [zie kader]. Er is dus heel veel verborgen werkloosheid. Het is een leven van eindeloos rondhangen en hopen dat je een plek aan boord krijgt.” Op termijn worden de economische vooruitzichten er niet beter op. De vangsten nemen namelijk af. Daardoor stijgen de prijzen, maar daar profiteren bemanningsleden niet van – tenzij ze een deel van de vangst onderhands verkopen. Er is dus steeds meer kapitaal nodig voor de grotere kano’s die nodig zijn om verder op het meer te vissen. Daarmee slinken de kansen om hogerop te komen in de bedrijfsketen. Tegelijkertijd blijven jongemannen toestromen uit de boerendorpen, want de landingsplaatsen aan het meer hebben de naam dat er goed geld wordt verdiend. Zo nemen de kansen op emplooi af. Toch blijven de jongemannen wachten in de landing sites. Waarom? De landingsplaats vertoont volgens Beuving grote overeenkomsten met een Afrikaanse stad: “Je kunt er een leven leiden buiten bereik van verwanten. Familiebanden en bijbehorende verplichtingen worden door jonge Oegandezen als knellend ervaren. ‘Hier valt niemand me lastig’, hoor je vaak. Verder kennen de landingsplaatsen een ruime keus aan vrijetijdsbestedingen: pool halls, bars, dancings, karaoke en videohallen waar je de laatste Nigeriaanse soaps, Aziatische vechtfilms en Britse voetbalwedstrijden kunt zien. Die gelegenheden zijn belangrijke sociale instituties voor jongeren in de visserijbranche. Als je het hun zelf vraagt, zeggen ze steevast: ‘Hier gebeurt het’.”
Leven van de nijlbaars Antropoloog Joost Beuving berekende dat rond het Victoriameer zo’n 1 miljoen mensen leven van de nijlbaarsvisserij. Een recente survey, uitgevoerd door de Lake Victoria Fisheries Organization (LVFO), suggereert dat er zo'n 50.000 boten vissen op het meer. De gemiddelde bemanning telt drie personen. Er is veel verborgen werkeloosheid en voor iedere boot zijn er zeker 6 potentiële bemanningsleden. Dat zijn bij elkaar zo´n 300.000 aspirant-vissers. Beuving hield een eigen survey onder 534 van hen. Daaruit blijkt dat circa de helft ter plekke een vrouw heeft. Dat zijn al 450.000 mensen. En visserij is niet de enige activiteit in landing sites. Er is een echte dienstensector ontstaan die groeiende aantallen mensen onderhoudt. Het is niet onredelijk aan te nemen dat er per visser gemiddeld één dienstverlener is: nettenboeters, koks, eigenaren van overnachtingsgelegenheden, restauranthouders, winkeliers, uitbaters van biljart- en videohallen. Er zijn in Oeganda, Kenia en Tanzania 1.500 geregistreerde village landings (informeel zijn het er veel meer). In Lambu wonen circa 3.500 mensen, net als in 10 procent van de grotere landings.
Een bemanning uit Lambu, Oeganda, haalt een nijlbaars binnen. FOTO JOOST BEUVING
de steden, maar heel levendig, met het nodige vertier en een heel gemengde bevolking. Mijn aandacht was meteen getrokken.” Met financiële steun van de Amerikaanse Wenner-Gren Foundation deed Beuving in de afgelopen vijf jaar in totaal een jaar veldwerk in Lambu, een nederzetting aan de Oegandese oever van het Victoriameer. Afgelopen januari sloot hij het onderzoek af. In het wetenschappelijke tijdschrift Africa analyseerde hij de nijl-
baarsvisserij als een reeks loopbanen. Die beschrijft hij aan de hand van de levensverhalen van vissers aan de onderkant van de bedrijfsketen: bemanningsleden van de tientallen duizenden houten kano’s waarmee gevist wordt op het meer. Centrale figuur in het verhaal is Soumani, een jongeman uit een boerendorp in het midden van Oeganda. Hij begon in Lambu met boten lossen, kookte voor anderen, herstelde netten, werd op den duur bemanningslid en uit-
eindelijk kapitein van een viskano. Beuving: “Loopbanen in de landing sites worden vooral bepaald door toegang tot kapitaal. Boten en uitrusting zijn duur en bedrijfskrediet is moeilijk te krijgen. Een kleine minderheid van vissers die aan externe financiering kan komen, máákt het in de nijlbaarzenbusiness, dat wil zeggen: kan een kano met buitenboordmotor aanschaffen of, beter nog, zich een plaatsje veroveren in de handel met de visverwerkende fa-
brieken. De meeste vissers hebben onvoldoende contanten om een gestaag inkomen, laat staan winst te realiseren uit deze expanderende bedrijfstak.” Toch schrikt uitblijvend succes hen niet af. “Steeds grotere aantallen vissers strijken neer in de nederzettingen aan het meer. Zij vangen de risico’s en onzekerheden op met nevenactiviteiten: kleine dienstverlening die wat geld oplevert dankzij de economische hectiek aan de meer-
Kapotte kleren Cineast Hubert Sauper houdt zijn publiek voor: kijk eens wat voor leven deze mensen leiden. Het is een onzeker bestaan, ze leven van de hand in de tand, er komen veel ziekten voor. Beuving: “Dat is allemaal waar, maar vergelijk het nu eens met het platteland waar ze vandaan komen. In Oegandese dorpen zie je mensen zonder schoenen en met kapotte kleren. Als je hen vraagt ‘wanneer heb je voor het laatst gegeten’ zeggen ze ‘gisteren’. In de landings hebben mensen schoenen aan, ze dragen kleren die heel zijn. Ze zijn
over het algemeen beter gevoed en eten vaker dan in het dorp. En er is veel meer te krijgen. Lambu heeft een kleine medische post, er zijn medicijnen verkrijgbaar. In veel dorpen in Oeganda zijn die er absoluut niet.” Al met al sterke motieven om te blijven. Beuving: “Dit is het nieuwe Afrika, dat zich onttrekt aan traditionele structuren. Het stelt jonge mensen in staat een leven te leiden dat twintig jaar geleden volstrekt onmogelijk was. De enige andere manier is naar de stad gaan. Dat is heel risicovol en ontzettend kostbaar. Een stad als Kampala begint zelfs voor ons duur te worden. ”
Exportverbod Beuving beschouwt de nijlbaarsvisserij als een economisch succes. “Het heeft geleid tot diversificatie van de uitvoer, het heeft de overheid buitenlandse deviezen gebracht en het heeft voor veel werkgelegenheid gezorgd. Een kwart eeuw geleden was Oeganda een traditionele exporteur van cash crops: koffie, thee, cacao. Tegenwoordig wisselt nijlbaars stuivertje met koffie.” Sauper zegt dat de nijlbaarsexport honger heeft gebracht aan het meer. Beuving: “In de jaren negentig is er tweemaal een exportverbod geweest. In Europa werd namelijk salmonella-infectie geconstateerd. Voor en na het verbod zijn studies gedaan naar de voedselsituatie. Je zou verwachten dat als er minder vis wordt geëxporteerd, er meer overblijft en dus meer lokaal gegeten wordt. Maar dat was niet zo. Door dat exportverbod was er minder geld, zodat mensen minder voedsel konden kopen. Voor een deel zijn vissers voor eigen voedsel gaan vissen. Op tilapia bijvoorbeeld, een grote cichlide. Nijlbaars wordt weinig gegeten. Mensen vinden het vlees niet lekker. Het is vet en het bederft snel. De meeste vissers die ik ken, hebben er tijdens de exportverboden een tijdje landbouw bij gedaan. Die wachtten tot ze weer nijlbaars konden gaan vissen.” Na vijf jaar nijlbaarsonderzoek is Beuving tot de conclusie gekomen dat ‘Darwin’s Nightmare’ een heel eenzijdig beeld geeft van wat er aan het Victoriameer gebeurt. “De film wijst op uitbuiting en uitzichtloosheid, maar landing sites als Lambu zijn juist plaatsen waar mensen graag willen zijn. Waar ze zich kunnen ontwikkelen. Waar ze vorm kunnen geven aan een eigen identiteit, wat in het dorp niet mogelijk was.”
Overbevissing van het meer is onbewezen De introductie van de nijlbaars in de jaren vijftig veranderde het ecosysteem van het Victoriameer ingrijpend. Toen biologen er in de jaren tachtig nijlbaars ontdekten, noemden ze de komst van deze rover een ecologische ramp; hij zou het meer leeg vreten. De visserij op Victoriacichliden – er verdwenen wel 300 soorten – maakte plaats voor de vangst van nijlbaars en tilapia. Tegenwoordig is er juist opwinding over de afnemende nijlbaarsstand. Wat eerst een ecologisch probleem was, wordt steeds meer voorgesteld als een economisch vraagstuk. Hoe die schaarste ontstaat, daar is het laatste woord niet over gezegd. De Oegandese overheid wijt de dalende visstand aan de visserij en probeert die te reguleren. Joost Beuving: “De mazen van de netten mogen niet te klein worden omdat je daarmee de kleine vissen eruit vangt, wat de reproductie van de nijlbaars in gevaar brengt. Er worden regelmatig raids gehouden op de vissersdorpen waarbij netten in beslag worden genomen en verbrand. Terwijl wetenschappelijk nog helemaal niet vaststaat hoe
Affiche van de film ‘Darwin’s Nightmare’ (2004) van de Oostenrijkse regisseur Hubert Sauper.
die relaties precies liggen en wat het effect is van de visserij.” Documentairemaker Hubert Sauper beweert dat door de ongebreidelde Nijlbaarsexport het Victoriameer wordt leeggevist. Recent onderzoek, onder meer van de Wageningse visserijbioloog Paul van Zwieten, laat zien dat veranderingen in de landbouw in de Oost-Afrikaanse regio minstens zo belangrijk zijn voor de visstand als de exportvisserij. Afrikaanse boeren gebruiken steeds meer kunstmest en een deel daarvan spoelt met de soms overvloedige regens in het meer. Daar komt het terecht in een ingewikkelde voedselketen die lange tijd een relatief hoge visstand mogelijk heeft gemaakt. Er zijn sterke aanwijzingen dat er inmiddels meer kunstmest in het meer terechtkomt dan de natuur aankan. Hierdoor raakt de voedselketen ontregeld en dat heeft een negatief effect op de visstand. Er is dus waarschijnlijk minder nijlbaars in het Victoriameer dan vroeger, maar dat heeft veel minder met overbevissing te maken dan Sauper suggereert.
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
Wetenschap 11 B E E L D VA N D E W E E K
0,6 mm 5
7
nrcreizen.nl
2
1
Folie dat zichzelf in een vorm vouwt
4
Die vorm hierboven (1) lijkt op een tulp. Die helemaal rechts kan een deel van een rups zijn (3). En in het midden? Het karton waar in de supermarkt de meloenen op liggen (2). Het lijken computertekeningen, maar deze rood gestippelde vormpjes bestaan echt. Elk zijn ze kleiner dan een maanzaadje. Alledrie zijn ze gevouwen van een stukje plasticfolie van 0,6 bij 0,6 millimeter. Of beter: de vormpjes vouwden zichzelf, als een ontpoppende vlinder of een bloem die opengaat. Allerlei natuurlijke vormen kunnen ermee gemaakt worden, met een simpele druktechniek. Die techniek is gisteren beschreven in Science door materiaalwetenschappers en fysici van de University of Massachusetts in Amherst (VS). De plasticfolie heeft iets weg van gelatine. Het plastic is plat bij 49 °C; in een waterbadje bij kamertemperatuur zwelt het op. En de crux: is de folie van tevoren met uv-licht beschenen, dan wordt het zwellen geremd.
6
Verkiezingskoorts in Washington DC Unieke NRC Handelsblad Academie: maak de verkiezingen mee! Op dinsdag 6 november 2012 kiest de Amerikaanse bevolking een nieuwe president. Wie gaat dit machtigste politieke ambt ter wereld bekleden? NRC Handelsblad organiseert een negendaagse studiereis naar Washington DC in de turbulente dagen voorafgaand, tijdens en vlak na de verkiezingen. Specialisten analyseren achtergronden en u wordt ondergedompeld in de verkiezingen. Sprekers U krijgt van direct betrokken prominenten alles te horen over de verkiezingen tijdens lezingen en excursies. Een unieke manier om inzicht te krijgen in de geschiedenis en cultuur van de Amerikaanse democratie. Daarnaast krijgt u inzicht in de belangrijkste aspecten die bij deze verkiezingen een rol spelen: van de kandidaten en hun campagnes tot de mogelijke gevolgen van de uitslag voor bijvoorbeeld het toekomstige economische en buitenlandse beleid. Sprekers zijn o.a. Paul Bremer III - voormalig ambassadeur in Nederland, Alexander Rinnooy Kan - voorzitter van de SER, Maarten van Rossem - historicus en Amerika-deskundige, Menno Snel bewindvoerder voor onder meer Nederland bij het IMF, Guus Valk NRC Handelsblad-correspondent in de Verenigde Staten, Michiel Vos documentairemaker en journalist en Arthur Wheelock - conservator Noordelijke barok in de National Gallery of Art.
Paul Bremer III
Alexander Rinnooy Kan
Maarten van Rossem
Guus Valk
Menno Snel
Kijk voor een uitgebreid programma en voor boekingen op nrcreizen.nl. Vragen? Mail naar
[email protected] of bel 020-7517966. Deze reis wordt uitgevoerd door IVIE, lid ANVR/SGR en Calamiteitenfonds.
De campagnes: de verkiezingen op locatie U kunt zelf ervaren hoe de verkiezingsstrijd leeft in de Amerikaanse samenleving. U bezoekt een rally in de omgeving van Washington DC, in Pennsylvania, Virginia of North Carolina en ervaart de opwinding ter plaatse. In de bus, uw rijdende collegezaal, becommentarieert Michiel Vos de markante debatten en speeches van de rivalen. In Washington DC worden op de avond van de verkiezingen vanaf 20.00 uur de stembussen gesloten: daarna zullen wij de uitslagen volgen met commentaar door deskundigen.
3
Zo’n materiaal biedt onbegrensde mogelijkheden tot knutselen. Stel dat je een microscopisch poffertje wil maken, zoals hier links bij (4). Dan laat je de bol zwellen, en de randen niet. Die randen moeten dus een flinke dosis uv-licht krijgen. Om de dosis uv op de folie lokaal te controleren, gebruikte het team uit Amherst een raster, zoals in drukwerk. De rode stippen zijn de delen die met een hoge dosis uv zijn beschenen. Grote stippen: weinig zwelling. Kleine stippen: veel. De kunst is nu om het stippenpatroon zo aan te passen, dat bepaalde vormen ontstaan. De tulp is gemaakt uit de vlakke folie daar recht boven (5). Kijk goed, het is best voor te stellen hoe dat gaat. De gebieden op folie (5) die hier rood ingekleurd zijn, zwellen het meest. De blauwe gebieden, die door de stippen een grote dosis uv gekregen hebben, zwellen het minst. Je ziet het voor je: het centrum wordt groter. De (blauwe) halve maantjes ko-
men in de verdrukking. Daar is de tulp al. De gelijkenis met natuurlijke vormen is niet toevallig. Levende weefsels krijgen hun vorm ook doordat cellen onregelmatig zwellen en vermenigvuldigen. Zo ontstaat rek en trek in het weefsel, en dan gaat het bollen en deuken. Hoe hard er gerimpeld en getrokken moet worden om de afgebeelde mini vormpjes uit een platte folie te maken, staat in de bijbehorende grafieken, zoals (6). Rood en blauw: veel druk en trek. Groen: weinig. De folie gehoorzaamde niet altijd. De Amerikanen wilden uit de gestreepte 2D-vorm (7) een meloenkarton maken. Maar meestal ontstond de rups. Waarom dat in de natuur wel goed gaat, is misschien met dit systeem te verhelderen. En verder zijn er vast apparaten waarin de zelfvormende (en weer krimpende) materialen zijn toe te passen. Hester van Santen BEELD UNIVERSITY OF MASSACHUSETTS
BOEKEN
Wat we maken evolueert ook, als het leven op aarde De Wil van Technologie. Kevin Kelly, vertaling Menno Grootveld, Pon Ruiter en Wim Scherpenisse. Maven Publishing, Amsterdam. 463 blz. € 22,50
Excursies De colleges worden afgewisseld met diverse facultatieve excursies in en rond Washington DC, zoals naar het Capitool, Arlington Cemetery, de diverse Memorials op The Mall en de immense National Gallery of Art. Buiten Washington DC bezoekt u George Washingtons Mount Vernon met een boottocht over de Potomac en kunt u Thomas Jeffersons Monticello bezoeken. Ook bezoeken wij het hoofdkantoor van het Internationaal Monetair Fonds (maximum aantal deelnemers voor dit bezoek is 75 personen).
Alles wat mensen ooit hebben gemaakt, alles wat we tot onze samenleving rekenen, alles in ons collectieve geheugen. En alles – dingen, kunst, informatie – wat we ooit nog zullen produceren, tot de laatste mens. Dat alles noemt Kevin Kelly het ‘technium’. Het boek van de Amerikaanse futuroloog gaat over hoe dat technium zich ontwikkelt. Wereldwijd en in vele vormen, van 50.000 jaar geleden tot in de verre toekomst. Het boek is visionair, het wekt discussie op, het is onderhoudend en goed ge-
Praktische informatie Reisdatum: 3 tot en met 11 november 2012 Reissom: € 2.785,- (p.p. op basis van een 2-persoonskamer) U verblijft in het comfortabele Omni Shoreham hotel, een van de ‘Historic hotels of America’. Het hotel was decor voor (feestelijke) bijeenkomsten van presidenten, wereldleiders en voor inauguraties.
nrcreizen.nl
schreven. En het lijkt alle belangrijke vragen te stellen die een mens zich in 2012 kan stellen. Zie de opmars van informatie, van verstedelijking, gengewassen, medische technologie, energieproblemen en denk: waar gaat dit naar toe? Kelly krijgt greep op die turbulente toekomst, en dat is een grote verdienste. Kevin Kelly publiceerde What Technology Wants al in 2010, het is nu in het Nederlands vertaald. Kelly, uit Californië, is schrijver en journalist. In 1993 richtte hij technologieblad Wired op. Nu schrijft hij artikelen, boeken en blogs (zoals Cool Tools, over nuttige nieuwe spullen). Het centrale idee van Kelly’s boek is dat technologie zich gedraagt als het leven op aarde. Of, in Kelly’s woor-
den, in het ‘technium’, maar dat blijft een wat loze term. Enerzijds schaart hij er ook kunst, wetten en ethiek onder, anderzijds behandelt hij bijna alleen technologie in de klassieke zin van het woord. Hoe dan ook: dat technium evolueert, stelt Kevin Kelly. En daarom kunnen we de toekomst van technologie schetsen aan de hand van de kenmerken van het leven op aarde. Het leven is in 3,5 miljard jaar steeds diverser geworden, steeds complexer en alomtegenwoordiger. En dat zien we ook bij technologie. Sterker nog: technologie is een onvermijdelijke voortzetting van de evolutie, zelfs van de toename van complexiteit op aarde die al begon bij de oerknal. Ik geloof niet dat ik eerder een boek zó goed gevonden
heb, terwijl ik het met het centrale idee van het boek oneens was. Kelly verbindt de vorming van sterren met de evolutie van een platworm en de miniaturisatie van chips. Hij betoogt dat beide processen voortkomen uit de ordening van massa en informatie, uit de vermindering van entropie. In de laatste bladzijden schrijft Kelly: “[We] vinden van God meer terug in een mobieltje dan in een boomkikker.” Al met al klinkt dat wel erg mythisch. En het deel over biologische evolutie (waarin hij ook richting en noodzakelijkheid veronderstelt) is het deel waarin hij het minst thuis is. Maar dan is er nog driekwart van het boek over, over technologische ontwikkeling. En dat is meesterlijk.
Elke paar bladzijden snijdt hij met kennis van zaken een onderwerp aan waar je een heel boek over kan lezen – en ook zou moeten lezen, denk je door de urgentie waarmee Kelly het beschrijft. Over de onafwendbaarheid van uitvindingen. Over de exponentiële verbetering van technologieën (zoals de Wet van Moore, voor chips). Over de Amish, over verstedelijking, over risicoperceptie. Of technologische ontwikkeling natuurlijke evolutie is, blijft de vraag. Dat het op evolutie lijkt is na lezing van dit boek evident. Volgens Kelly wordt technologie daarom, ondanks alle nadelen, uiteindelijk mooier en beter. Maar ook complexer en autonomer. En stoppen kan niet. Hester van Santen
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
12 Wetenschap
13
Advertentie
B R I E V E N OV E R F R AU D E
‘Damages is een geweldige advocatenserie zonder rechtbankscènes en met een manipulerende Glenn Close in een ijskoude hoofdrol.’ Dirk Limburg – NRC Handelsblad
© 2007 Sony Pictures Television Inc. and Bluebush Productions, LLC.
Dilemma
Sublieme dramaserie van de schrijvers van The Sopranos In Damages is niets wat het lijkt en vervaagt de scheidslijn tussen goed en kwaad. Patty Hewes, briljant vertolkt door Glenn Close, is de gevreesde baas van een invloedrijk advocatenkantoor in New York. Hoewel Hewes aan de goede kant van de wet staat in haar strijd tegen witteboordencriminaliteit, schrikt zij niet terug voor verregaande manipulatie, bedrog en geweld. Wanneer de jonge ambitieuze advocate Ellen Parsons in dienst treedt bij de firma, deinst Hewes er geen moment voor terug om Parsons te gebruiken om haar doel te bereiken. Zo ontstaat er een interessante psychologische strijd tussen de twee, waarbij tot het laatste moment onduidelijk blijft wie als winnaar uit de strijd zal komen. Het verhaal dat achterstevoren wordt verteld en veel onverwachte wendingen neemt, is zenuwslopend spannend en zeer verslavend.
3 seizoenen
69 00 Per seizoen
25 95
nrclux.nl/film
In de discussie over wetenschapsfraude, wordt het grijze gebied tussen integer en niet integer werken zorgvuldig vermeden. Dit is jammer, omdat alle wetenschappers wel eens worden geconfronteerd met de lastige dilemma’s die zich juist daar voordoen. Dit laat zich het best illustreren aan de hand van een voorbeeld. Stel men wil weten of een nieuwe training tegen faalangst beter is dan een standaard training. Faalangst wordt voor en na de training gemeten, en de afname in faalangst wordt vergeleken tussen de twee trainingen. Deze vergelijking wordt gedaan door middel van een statistische toets, een toets met een kans van 5 procent op een toevallig verschil. Het dilemma is als volgt: de wetenschap is gebaat bij waarheid en wil dus deze 5 procent kans op een toevallig verschil niet verhogen. De wetenschapper daarentegen is gebaat bij een verschil, want in vaktijdschriften zijn verschillen makkelijker publiceerbaar dan overeenkomsten. Daarom gaat men de data herhaald bekijken, op zoek naar een verschil. Men kan bijvoorbeeld telkens nadat een paar extra mensen de training afgerond hebben opnieuw kijken of de trainingen verschillen. Men kan ook mensen met een uitzonderlijk hoge of lage afname in faalangst wel of niet opnemen. Men kan faalangst op veel verschillende manieren meten. Men kan verschillende nieuwe trainingen geven, bijvoorbeeld een die 4 weken duurt en een die 6 weken duurt. Men kan wel of niet controleren voor achtergrond variabelen zoals sexe of leeftijd (Simmons et al., Psychological Science, 2011). In ieder van deze gevallen wordt het tot nu toe gedoogd dat alleen de uitkomsten van analyses die een verschil laten zien worden gerapporteerd. Dit heeft tot gevolg dat de kans op een toevallig verschil een veelvoud is van de 5 procent kans die wordt aangenomen. Deze praktijk is goed voor de carrière van de wetenschapper, want verschillen zijn makkelijker publiceerbaar dan overeenkomsten. Het is echter slecht voor de wetenschap, het zorgt voor een enorme vertraging in de zoektocht naar de waarheid. De oplossing voor dit dilemma is eigenlijk heel simpel, hij wordt al gehanteerd in een deel van de medische wetenschappen. Hiervoor is het nodig om een onderscheid te maken tussen exploratief en confirmatief onderzoek. In een exploratieve studie dient duidelijk vermeld te worden dat de data herhaald bekeken zijn, dat daardoor de kans op toevallige verschillen groter is dan wordt aangenomen, en dat de gevonden verschillen verder onderzocht moeten worden in een confirmatieve studie. In een confirmatieve studie dient vooraf precies gedocumenteerd te worden welke keuzes gemaakt zijn; dit on-
derzoeksvoorstel wordt online geregistreerd en is toegankelijk voor mede wetenschappers. In de publicatie kan vervolgens bewezen worden dat het gaat om een confirmatieve studie door een verwijzing naar het geregistreerde onderzoeksvoorstel. De lezer weet dat er veel waarde gehecht kan worden aan de bevindingen: de kans op een toevallig verschil is echt 5 procent. Ten slotte: stel dat de confirmatieve
onderzoeker in ons voorbeeld geen verschil vindt tussen de trainingen. De onderzoeker kan dan kiezen uit twee opties. Ten eerste in een confirmatieve publicatie rapporteren dat er geen verschil is, dit vereist natuurlijk wel dat vaktijdschriften veel meer gaan openstaan voor de
afwezigheid van verschillen. Een tweede optie is afstand doen van het recht op een confirmatieve publicatie, en de data exploreren. Deze aanpak levert een oplossing voor de lastige dilemma’s waarvoor alle wetenschappers zich wel eens geplaatst zien. Hilde Huizenga, Eric-Jan Wagenmakers, Jelte Wicherts, Ruud Wetzels, Don van Ravenzwaaij, Marjan Bakker, Denny Borsboom, Rogier Kievit, Han van der Maas. Afdeling Psychologie, Universiteit van Amsterdam
Farmacie Bij de bestrijding van fraude kan de academische wereld leren van de farmaceutische industrie, waar ik nu al zo’n 20 jaar werk, onder meer in het klinisch onderzoek. Nieuwe geneesmiddelen die daar ontwikkeld worden moeten aan de hoogste eisen voldoen. Dat heeft geleid tot internationale standaarden samengevat onder de noemers Good Laboratory Practice, Good Clinical Practice en Good Manufacturing Practice. Zeer strenge regels met betrekking tot de uitvoering van laboratoriumonderzoek, klinische studies en productie van geneesmiddelen zodat gezondheidsautoriteiten weten wat de kwaliteit is van nieuwe medicijnen en de betrouwbaarheid van het wetenschappelijke bewijs daarvoor. Basisgedachte is dat bedrijven consistente en goed gedefinieerde processen hanteren en documenteren zodat ze controleerbaar zijn. Geneesmiddelenautoriteiten als de Food and Drug Administration (FDA) in de Verenigde Staten en de European Medicines Agency (EMA) voeren inspecties uit om te controleren of die regels gehandhaafd worden. Zij checken ook de interne systemen die de bijwerkingenrapportage van bestaande middelen regelen. Ernstige bevindingen kunnen leiden tot hoge boetes, strafrechtelijke vervolging en mogelijk zelfs intrekking van de handelsvergunning. Voor alle cruciale stappen in het klinische studieproces bestaan vaststaande procedures vastgelegd in zogenaamde Standard Operating Procedures (SOPs). Zoals bijvoorbeeld processen over studieprotocolontwikkeling, omgaan met aanpassingen van dat protocol, bijwerkingenrapportage, inrichting van databases, data management, codering van bijwerkingen, bereiding en afgifte van studiemedicatie, klinisch rapport, publicatiebeleid, patiënteninformatie, de monitoring van studiesites, training van onderzoekspersoneel, documentmanagement, enzovoorts. Dergelijke regels worden in de universitaire wereld niet erg gewaardeerd. Ze worden meestal ervaren als administratieve rompslomp die geen recht doet aan verheven academische idealen. Veel klinische hoogleraren, zeker de toponderzoekers, definiëren liever zelf de regels. De bestuurders van de universitaire medische centra lijken ook niet bezig te zijn met deze materie.
A L L E DA AG S E W E T E N S C H A P E L L E N D E B R U I N Wordt in de farmaceutische industrie niet gefraudeerd? Jazeker wel. Maar mij bekende gevallen kwamen aan het licht door kritische werknemers die studies conform de protocollen van de sponsor volgden – en niet vertrouwden. Net zoals in het bedrijfsleven is een kwaliteitssysteem noodzakelijk op universiteiten, met name bij het mensgebonden onderzoek omdat dit de patiëntenzorg bepaalt. Prof. dr. Henk Jan Out VP Clinical Research, MSD, Oss Bijzonder hoogleraar farmaceutische geneeskunde, UMC St Radboud, Nijmegen
Biodiesel
Leiderschap In het artikel ‘Ethiek als sluitpost’ (Wetenschapsbijlage 24 & 25 februari) zeggen onderzoekers dat fraude naar zij vermoeden niet veel voorkomt. Mijn intuïtie zegt dat wetenschappelijke fraude veelvuldig voorkomt. In mij bekende gevallen, hebben universiteiten zwak opgetreden tegen frauderende medewerkers. Er is voor universiteiten ook een stevige prikkel aanwezig om fraudegevallen te laten lopen of onder het tapijt te vegen. Als een vermoeden van frauduleus gedrag aan het licht komt, heeft dat namelijk grote gevolgen voor de reputatie voor die wetenschapper, co-auteurs en de universiteit op zowel het onderzoeks- als onderwijsvlak. Het interne karakter van de academische omgeving versterkt het niet willen aankaarten van frauduleus gedrag. Het is een kleine wereld, omdat iedereen van een bepaalde discipline elkaar kent. In de wetenschap ben je ook zeer afhankelijk van je netwerk. De editors en reviewers die bepalen of jouw onderzoek in een tijdschrift geplaatst
wordt, zijn allen collega-wetenschappers. Ik heb ook moeite om dit stuk te schrijven, omdat ik mij realiseer dat ik me met het aanzwengelen van deze discussie impopulair maak bij mijn onderzoekscollega’s. Als integriteitsonderzoeker voel ik de morele plicht dit thema toch uit te diepen. De Vereniging van Nederlandse Universiteiten (VSNU) heeft als branchevereniging in 2005 een gedragscode voor wetenschappers opgesteld om de integriteit te borgen. Als wetenschapper wist ik niet van het bestaan van deze gedragscode. Wetenschappelijk onderzoek laat echter zien dat het hebben van een gedragscode niet voldoende is om fraude tegen te gaan. Het gaat juist om de implementatie van een dergelijke code. In mijn visie begint deze implementatie met voorbeeldgedrag van leidinggevenden, in dit geval de hoogleraren. Volgens de onderzoekers in het artikel zijn de hoogleraren steeds minder beschikbaar op de werkvloer, omdat zij bezig zijn met het binnen halen van financiering. Er is dus een andere prioritering nodig, waarbij het trainen van hoogleraren in integer leiderschap voorop staat. Dergelijk leiderschap zorgt ervoor dat wetenschappelijk integriteit in de academische setting gaat leven, bijvoorbeeld als onderdeel van vergaderingen, begeleidingsmomenten, trainingen en jaargesprekken. Bewust inzetten van integer leiderschap moet de start zijn voor de implementatie van wetenschappelijke integriteit. Karianne Kalshoven Amsterdam Center for Integrity and Leadership
BRIEVEN
RKIN BEWE
O G FOT
DIEN
C ST NR
Taal die rondgaat
E
en paar maanden geleden zat, voor iedereen zichtbaar, in Groningen iemand die zich Stroopwafel noemde te twitteren met ene Grunninger Kouke te Gouda. Ze zijn inmiddels onvindbaar, maar je kunt er nog steeds over doormijmeren. Zeker nu het lente wordt, want dan ‘wordt ’t broen weer gruin’, zeggen de Groningers, doelend op jonge groene sprietjes in bruine aarde. Wat hebben ze daarboven toch met omkeringen? Het valt op, doordromend, hoe makkelijk het zou zijn om een cyclisch klinkerdialect te ontwerpen. Een dialect waarbij je elke klinker zou uitspreken als de volgende klinker in het alfabet: els dih vulgindih klonkir on’it elfebit, dus, met een beetje stemloze i. (Aannemende dat de stemloze e meeschuift, als in ‘doe is normaal man’.) Spreek zulk kunstdialect hardop uit met wat noordelijke lijzigheid en het klinkt al alsof het echt bestaat. Een streek verderop kunnen de mensen dan, heel hip, nog verder gaan en elke klinker uitspreken ils dôh valgond’ klunk’r unt ilfôbot, waarbij ze de tamelijk stemloze ô alleen uitspreken als het zo uitkomt in de zin en in hun mond. Voor je het weet verstaat niemand ze meer, alleen hun dialectgenoten. De Ieren en de Schotten wekken weleens de indruk alsof ze het ook zo hebben gedaan. De Britten als geheel hebben trouwens zoiets doorgemaakt: de Great Vowel Shift, de grote klinkerverschuiving. Time werd rond 1400 nog uitgesproken als ‘tiem’, see als ‘see’ (met een [e:]), say als ‘sai’. Toen ging de boel schuiven. Achteraf lijkt ’t een drama: gedichten rijmen niet meer, tijdreizigers verstaan elkaar niet meer en niemand weet waardoor het kwam. Misschien is het begonnen bij jonge vrouwen. Uitspraakveranderingen beginnen namelijk altijd bij jonge vrouwen, meldde de New York Times laatst nog maar eens. De rest van de samenleving lacht die jonge vrouwen er eerst om uit, waarna iedereen de veranderingen overneemt. Aanleiding voor het NYT-artikel (getiteld ‘They’re, like, way ahead
of the linguistic currrrve’) was het tamelijk nieuwe taalmodeverschijnsel vocal fry (exploratief beschreven in Journal of Voice, 14 september 2011 online). Vocal fry is de neiging om aan het eind van een woord of zin met een lage stem hortend en stotend te grommen of te kreunen, alsof het niet meevalt om die lage toon nog te halen. Het is moeilijk te omschrijven, maar op YouTube zijn inmiddels filmpjes te zien van modebewuste jonge vrouwen die het doen, en omdat het uit Amerika komt doen we het hier over een paar jaar ook allemaal. Misschien nu al. Brigitte Kaandorp doet het in haar prachtige lied ‘Ik heb een heel zwaar leven’ (ook op YouTube) en een collega hoorde in de bus naar de Utrechtse Uithof dat de studenten er klinken
Uitspraakveranderingen beginnen bij jonge vrouwen. De rest lacht ze uit. En doet ze dan na
alsof hun stemmen kapot zijn van het in de disco naar elkaar schreeuwen. Maar dat is dus waarschijnlijk gewoon mode. Doen alsof je er erger aan toe bent dan je bent.
W
aar doet dat aan denken? Ja, aan het Poldernederlands natuurlijk. Dat vindt Jan Stroop, de taalkundige die het Poldernederlands vlak voor de millenniumwisseling ontdekte, ook meteen. Jonge vrouwen die massaal platter begonnen te praten dan volgens hun afkomst te verwachten viel – de ei en ij als aai gingen uitspreken, de ui als au, de au of ou als aaau. Je hoort het eigenlijk nooit meer. Nee, zegt Stroop behulpzaam, het valt namelijk niet meer op, doordat nu iedereen het doet op tv en radio. Niet alleen meer jonge vrouwen. Hoewel er nog wel iets van een generatiekwestie speelt. Vergelijk Jeroen Pauw maar eens met Paul Witteman. Pauw noemt zichzelf Paaauw;
Witteman noemt zichzelf Paul. En ja, Stroop ziet óók de overeenkomsten tussen de Britse grote vowel shift en onze eigen polderversie, waarin de ij eveneens een aai wordt. Sterker nog, legt hij uit: oorspronkelijk was onze tijd ook ‘tied’, net als het Engelse time eerst ‘tiem’ was. Wij spelden tijd met dubbel i (een lange, dubbele klinker immers), waarvan de tweede i een krulletje kreeg – dat was, in schrift, de ij. En ook de Britten hadden een periode waarin ze hun time als ‘tijm’ uitspraken, tussen de ‘tiem’ en de ‘taaim’ in. Hoe dan ook, zegt Stroop, als er ergens een klinker begint te schuiven, schuift de hele boel mee. Dat moet wel, anders zijn de woorden niet meer uit elkaar te houden. Hij stuurt Poldernederlandse klinkerschema’s op waarin te zien is hoe de klinkers elkaar achterna rennen: de ee wordt ei, de ei wordt aai; de eu wordt ui (‘luik!’), de ui wordt au; de oo wordt ou, de ou wordt aaau. Het gaat allemaal de aa-kant op; iedereen doet zijn mond dus steeds verder open. Maar de klinkers moeten wel afstand tot elkaar houden; in theorie is het misschien zelfs mogelijk, zegt Stroop desgevraagd, dat de klinkers zover doorschuiven dat ze weer op het oorspronkelijke patroon uitkomen. Waarmee we weer terug zijn bij het begin van dit stukje, zoals journalisten dat altijd zo graag willen. Althans bijna. Nog even over broen en gruin dan. Dat de klinkers van die kleuren in het Gronings stuivertje hebben gewisseld is toeval, zegt Stroop: ze hebben niks met elkaar te maken. Broen is gewoon het oude woord voor bruin dat niet, via bruun, met de Hollandse mode is meegegaan naar bruin. En in het oosten des lands heet groen gruun; in Groningen werd dat gruin, weet Stroop, door dezelfde ‘Groningse diftongering’ die van Groninger koek ‘Grunninger kouke’ maakte. En nu we toch weer rond zijn: Grunninger Kouke en Stroopwafel twitterden destijds dat ze buren waren geweest, in Groningen of Gouda. Als de herinnering niet bedriegt, waren het jonge vrouwen.
In ‘Schaf de biodiesel af’ (wetenschapsbijlage, 3 maart) stelt Martijn Katan dat biobrandstof het beste zo snel mogelijk afgeschaft kan worden. Want met de huidige ‘eerste generatie’-biobrandstoffen zoals palmolie en sojadiesel is de CO2-winst marginaal. De uitstoot kan zelfs toenemen door het gebruik van kunstmest, zwaar landbouwmateriaal en het ontginnen van bos- en veengronden voor plantages. Als we Katans bezwaren lezen, ligt de conclusie om ermee te stoppen voor de hand. We kunnen ze echter ook lezen als criteria: we zouden alleen biobrandstoffen moeten gebruiken als ze leiden tot een lagere CO2-uitstoot, niet ten koste gaan van de voedselproductie, het tropisch regenwoud, etc. Wie de door Katan gewraakte EUrichtlijn over biobrandstof goed doorleest (in 2020 moet 10 procent van wat we tanken biobrandstof zijn), ziet dat dit percentage alleen bindend is gegeven een aantal voorwaarden, zoals dat de productie van biobrandstof duurzaam moet zijn en plantages geen landbouw voor voeding mogen verdringen. Aan die voorwaarden voldoen veel eerste generatie biobrandstoffen niet en het begint er-
op te lijken dat ook de beloftes van de tweede generatie vaak te rooskleurig zijn, althans voor grootschalig westers verbruik. Een interessante vervolgstap zou overigens zijn om de opgedane lessen niet alleen op biobrandstoffen te betrekken, maar op alle soorten brandstof, inclusief olie, gas en kolen. Dat kan leiden tot minder verbruik en tot betere mogelijkheden om de kosten en baten van verschillende energiebronnen tegen elkaar af te wegen. Auke Pols filosofisch onderzoeker aan de Technische Universiteit Eindhoven
Biodiesel (2) Jammer dat Katan niet ingaat op de tweede generatie biobrandstof
die van plantenafval wordt gemaakt. Daarin gaat DSM daar nu net een hoop geld in investeren. Is die tweede generatie bio brandstof ook zo slecht voor ons milieu en voor de voedselsituatie in de wereld? Of is dit nu juist een slim idee waarmee het milieu kan worden geholpen? Julius op de Beke Tervuren
Elsevier (4) Sedert eind januari hebben bijna 8.000 wetenschappers besloten hun medewerking aan Elsevier tijdschriften te staken. Aanleiding was de openlijke steun die Elsevier gaf aan een wetsontwerp – de Research Works Act – dat de ver-
plichte open toegang tot medische artikelen ongedaan wilde maken. Elsevier heeft zijn publieke steun aan het wetsontwerp nu ingetrokken. In de media heeft deze stap ruim aandacht gekregen. Veel minder aandacht was er voor de aankondiging dat de prijs van zijn wiskundetijdschriften het komend jaar gebaseerd zal zijn op elf dollar per gepubliceerd artikel. Daarmee, zo claimt Elsevier, worden ze goedkoper dan de meeste concurrenten. Om die claim te toetsen moet het aantal abonnementen van een tijdschrift bekend zijn, en dat is niet het geval. Een oproep aan bibliotheken om aan een centraal punt door te geven welke wiskundetijdschriften van Elsevier ze in abonnement hebben, geeft snel een betrouwbare indruk van het totale aantal. Bij een tijdschrift met bijvoorbeeld 300 abonnementen en een prijs van elf dollar per gepubliceerd artikel ontvangt Elsevier 3.300 dollar voor zo’n artikel. Daar komen nog de inkomsten uit de losse artikelverkoop van 30 dollar per stuk bovenop. Dat brengt de prijs van een dergelijk artikel ruim boven de top in de open access markt, die op 3.000 dollar staat. Leo Waaijers Rotterdam
Advertentie
DOE MEE EN WIN 100.000 EURO
Inschrijven? KIJK OP
ACADEMISCHEJAARPRIJS.NL
Verras een breed publiek met jouw onderzoek!
treffers zijn de gecombineerde rubrieksadvertenties in NRC Handelsblad en nrc next. Uw advertentie wordt ongewijzigd in beide dagbladen geplaatst.
treffers Treffer opgeven Particulier via: www.zadkinemedia.nl
De brieven onder nummer kunt u sturen naar:
Zakelijk via: e-mail
[email protected] Telefoon 010-4066888
Tuinlaan 90, 3111 AW Schiedam onder vermelding van br.o.nr. (nummer advertentie)
Voor meer informatie: www.nrcmedia.nl/adverteren/service/
Abonnementen: 088-5720572 Bezorgingen: 088-5720555
vakanties & reizen binnenland
Unieke vakantiehUizen b e lv i l l a . n l 088 - 202 12 12
Te huur sfeervol vakantiehuis. Entre Deux Mers. Ruimte binnen en buiten. 10 personen. Zwembad 6 x12 Vrij: weken 23-34 en 38 ev Vakantiehuiszuid-Frankrijk.nl tel. 06.25060925
overijssel Boerderijappartementen.nl 2, 4 en 8 pers. bij Ommen mw vanaf € 80,- 0546-671703 Kun je blind ook professor worden? Met aangepaste lesprogramma’s en hulpmiddelen kan blind en slechtziend talent de eerste stappen zetten naar een toekomstige carrière.
www.steunbartimeus.nl
Kleinschalig en kwaliteit Dordogne, au pied du château Unieke belevenissen bij Biron, comfort chalets, verw. www.kasteelovernachtingen.nl zwembad. T.+33.553.579.608. NL gespr. www.castelwood.fr Boerderijtjes en landhuizen Boek nu bij Fi vakantiehuizen Dordogne: te huur prachtig nrc.fi.nl of bel 020-4285999 18e eeuws landhuis met zwembad in paradijselijke Vakanties & Dagtrips setting. www.chassenat.com met “a LOT of TASTE”. Uw droomvakantie, Bekijk www.smaakreis.nl schitterend domein. PARIJS: vakantie-apparte9.4 waardering bij Zoover menten in het centrum www.brisebois.fr Tel: 010 - 2653659 DORDOGNE: groene kleine www.city-apartments.nl camping aan speelriviertje. Karakteristieke huizen & Verhuur van stacaravans, wijn- en culinaire reizen 072- Huurtenten en kampeerpl. 5116111 www.cazebonne.nl www.chatonniere.com
Geef op 4004040 of doneer online
Rivièra Vence t.huur villa na 27/8 Zwembad info 0653131459 www.janssencs.nl Familiepark Village Le Chat voor een super vakantie! speciale aanbieding! www.villagelechat.com Aan de voet van de Pyreneeën Frans voorjaar, Luxe vakantievilla’s en appartementen met zwembad in sfeervolle kamers, (h)eerlijk eten www.loustal.eu Zd.-Frankrijk.Tel.0228-526 626 www.beausite.nl GROOTS LANDHUIS 16 personen, 4 uur van Breda www.canchy.com
texel VOORJAAR OP TEXEL in Landgoed Hotel Tatenhove! Uniek gelegen, comfortabel, aantrekkelijke arrangementen 0222-317274 www.hoteltatenhove.nl Uw chalet op Loodsmansduin op Texel www.chaletcentrumtexel.nl tel: 06-12227881
Adverteren? Mail naar
[email protected] www.zadkinemedia.nl
noord-holland
Vakantiewoning Dordogne, Landelijk, mooi en zeer rustig gelegen op eigen terrein (5ha). Omgeving Bergerac. 2 slpk, 5 slppl, badk. keuken-woonkamer Zwembad. pw Eur. 475,tot Eur 1000,Inl. Tel.06 12080820
BASIC TRAVEL Huizen & villa’s in heel Frankrijk 050-5265100 www.basic-travel.com Provence/Luberon villa 4-6 p. pr.zwembad,privacy,natuur. www.labergerie-fr.com
vakantiehuizen frankrijk ****WWW.GITES.NL**** Vakantiehuizen voor levensgenieters! Authentieke huizen door heel Frankrijk.
ROME, Venetië, Florence, Lucca, Verona, Napels: vak. appartementen en kamers in het centrum: 010 - 2653659 www.city-apartments.nl
TOSCANE, Umbrië, Marche, Amalfi-kust, eiland Ischia Charm. woningen met zwemb. of aan zee: 010 - 2653659 www.city-apartments.nl
Vakantiehuizen in Italië www.dimore-italiane.nl 0228-526626
Sicilië of Sardinië met eigen auto,14 dagen voordelig & verzorgd v.a. 875 p.p. www.eilandenreis.nl
Agriturismo, sfeervolle villa’s huizen, apt. Italië, 0529-432745 WWW.ITREIZEN.NL, SGR
WWW.TRITT.NL De mooiste vakantiewoningen in TOSCANA Tel. 078-7370122
Treffer opgeven Particulier via: www.zadkinemedia.nl
De brieven onder nummer kunt u sturen naar:
Geselect. villa’s, landhuizen en vakantiewoningen. Tel. 0598372679 WWW.LABREVA.NL
Luxe villa’s en sfeervolle huizen met zwembad 0725116111 www.cazebonne.nl
Zakelijk via: e-mail
[email protected] Telefoon 010-4066888
Tuinlaan 90, 3111 AW Schiedam onder vermelding van br.o.nr. (nummer advertentie)
Voor meer informatie: www.nrcmedia.nl/adverteren/service/
Abonnementen: 088-5720572 Bezorgingen: 088-5720555
DIMORE ITALIANE
WEG v.h. MASSATOERISME prive villa’s/appartementen incl. auto. JACOBOS.NL 075 6120390
Het mooiste van Toscane Umbrië en Sicilië. WWW.ETRURIA.NL
www.elisabeth-travel.nl: kastelen, villa's, cottages, herenboerderijen en app. in Italië
Mooie vakantiehuizen/apt. Toscane, Umbrië, de Marken www.homes2remember.nl
Cultuur, natuur, golf, lekker eten, stedenbezoek www.huisinveneto.nl Zon, zee, bergen,privezwembad. www.casa-copera.nl www.zadkinemedia.nl
Texelvakanties.nl
WEG v.h. MASSATOERISME Portugal, Azoren en Madeira. Privé villa’s/app incl auto. JACOBOS.NL 075 6120390 Groot aanbod fly-drives, steden, Azoren, Madeira en Algarve girassolvakanties.nl 020 4280555 ANVR/SGR
waddenzee Hotel Prins Hendrik ligt tussen de twee prachtige natuurgebieden De Schorren en De Bol, op loopafstand van de Waddenzee. Meer info www.prins-hendrik.nl of bel 0222-363020
Neem uw eigen voertuig mee DJOSER rondreizen IJsland 14 naar IJsland ! Kijk voor dgn v.a. € 1995,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400 vaarschema en tarieven op www.smyril-line.nl of bel met
[email protected] Generaal Agent Troll Travel www.zadkinemedia.nl 078-6198525.
LENTEKRIEBELS KRETA, SAMOS, LESBOS, KYTHIRA, PELOPONNESOS, CORFU, KEFALONIA, CHIOS, LEFKAS, EPIROS, PILION, ITHAKI 13, 20, 23, 27, 28, 30 april 8/15d va € 349/449 Inclusief vlucht en woning anvr/sgr WWW.ROSSHOLIDAYS.NL 024-642 48 48
Hotel Eeserhof is hét 4-sterren hotel gelegen in het Drentse dorpje Ees, vlakbij de toeristische plaats Borger.
2 nachten: € 125,3 nachten: € 185,4 nachten: € 225,7 nachten: € 375,-
pp pp pp pp
Dorpsstraat 2, 9536 PD Ees • Tel. 0599-234227 • www.hoteleeserhof.nl •
[email protected]
limburg 3 dagen genieten in een prachtig ****hotel in LIMBURG voor maar € 109,50 p.p. Ook Dinnershowarrangementen. Gratis kleurenfolder? 0478-511466 of www.asteria.nl
DJOSER rondreizen Griekenland 14-20 dgn v.a. € 1595,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
Rustig Kreta, Kos, Lesbos & Eilandhoppen op maat! Brochure aanvragen? 0206759862 Interfact-travel.nl
WEG v.h. MASSATOERISME Privé villa’s/app incl auto. JACOBOS.NL 075 6120390
All-in workshopvakanties hotel direct aan het strand www.griekenlandaanzee.nl
italië
TM & © Warner Bros. Entertainment Inc. (s12)
LA PALMA en LANZAROTE Huisjes, vlucht en auto SGR 0165-364522 yaizatravel.nl
SARDINIË, CORSICA, ELBA De actue le tarie ven vindt u op onze webs ite!
ierland
WESTKUST kl. groep 8 dgn gegarand.vertr. 29 april & in mei Halfpension 1195 p.p. single toeslag slechts 45! 020-3300877 www.hetvliegendenijlpaard.nl
rusland Rusland groot aanbod groepsreizen en cruises marcopoloreizen.nl 020 6238368 ANVR SGR
MOBY Lines Europe WIESBADEN Tel. +49-611-14 020 DE VRIENDELIJKE VEERBOTEN Fax 0611-14 022 44
BO EK EN M OB Y, AR EN ! EN BE SP
www.mobylines.nl
ITALIË OP ZIJN BEST rondreizen, agriturismo, B&B hotels, fly&drive, huizen (SGR) WWW.MINERVAREIZEN.NL Idromeer een fantastische locatie direct aan meer schitt.uitzicht zeilen,surfen,bergen,cultuur Tel: 0620082025 www.idro.nl of lagodidro.nl
Agriturismo, vak.huizen+zwemb op wijnlandgoed
frankrijk Bretagne & Normandie 2012 Aantrekkelijke vak.huizen in Betaalbare, karakteristieke Z.-Frankrijk. Tel:026-3519198 huizen! liberte.nl 024-3739986 www.drome-vakantiehuizen.nl
mongolië
vietnam Vietnam, Laos, Cambodja! 27 dagen. Vanaf ? 2240,-WWW.IKITRAVELS.NL
Portucasa Fantastische vakantiehuizen in de Algarve www.portucasa.nl ( lid sgr)
WWW.VAMONOS.NL. Van Halong Bay naar Mekong. Individuele rondreizen op maat. Brochure? 020-6735353 SGR
Vak.huizen in prachtig N.Port. +zwemb, nabij golf(SGR) www.Myvacationhome.nl
www.MYVACATIONHOME.nl (sgr) Adverteren? Mail naar
[email protected] of surf naar onze website www.zadkinemedia.nl
DJOSER rondreizen Transsiberië Express 23 dgn v.a. € 2895,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
indonesië ANTARIN ondersteunt uw eigen reis. Hotels, autohuur, cursussen, trein/vliegtickets. 020-6275085 www.antarin.net DARI-JAVA: Indonesië reizen op maat Avontuurlijk en voordelig (SGR) www.dari-java.nl
oman
DJOSER rondreizen Vietnam/ WWW.ALADINTRAVEL.NL Cambodja 23-27 dgn v.a. Dé Oman specialist vervult uw reiswensen. Tel. 050-5494382 € 2095,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
www.zadkinemedia.nl
thailand
china 15 prachtige Chinareizen! TOZAI Travel – www.tozai.nl Telefoonnr. 020-626 22 72
258,-
VNC ASIA TRAVEL Groepsreis China 4 & 14/5 In april definitief vertrek! Ook Reizen op maat www.vnc.nl 030-2311500
3-dgse vliegreis Htl Petit Palace Tres CrucesHHH met ontbijt
stedentrips.nl
DJOSER rondreizen Thailand/ Laos 15-28 dgn v.a. € 1695,Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
nepal DJOSER rondreizen Nepal 23 dgn v.a. € 1695,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
turkije
Unieke vakantiehUizen
Istanbul 322,-
v.a.�
Mallorca, Costa’s, Barcelona, Madrid en binnenland. Fly-drives en Paradores. Mundicolor.nl 020 6851711
3-dgse vliegreis Htl Tulip CityHHHH met ontbijt
stedentrips.nl
Andalucia 5 fraaie bungalows in rustig natuurgebied €350/w BARCELONA, Madrid en WWW.CARRAMOLO.EU Sevilla: vakantie-app. in het centrum.Tel: 010 - 2653659 ARDANZA Cultuur & Natuur www.city-apartments.nl reizen in Spanje. Fly&Drive. Op Maat,Groepen,Bijzondere La Taha Sfeervolle routes & accommodaties.SGR vakantiehuizen in Spanje www.ardanza.nl 035-6912275 www.taha.nl ( lid sgr)
TICO REIS CONSULT Wíj kennen de plekjes! Indiv. reizen naar Namibië, Zuid-Afrika,Botswana sgr 020-7887777 www.tico.nl
méér dan 70 steden en méér dan 1000 hotels
Historicus heeft zijn hart verpand aan Istanbul en wandelt al jaren met kleine groepen door deze prachtige stad. Vertrek 29/4 of 6/5 053-4324675 www.konstantinopel.org
nambië WWW.VAMONOS.NL. Woestijnen en wildparken. Fly-drives door Namibië en Zuid-Afrika. Brochure? 020-6735353 SGR
Adverteren? Mail naar
[email protected] Of surf naar onze website www.zadkinemedia.nl
TICO REIS CONSULT Wíj kennen de plekjes! Indiv. reizen: Brazilië, Argentinië, Chili, Bolivia, Peru, Ecuador Colombia en Antarctica sgr 020-7887777 www.tico.nl
DJED REIZEN: Gevarieerde, kleinschalige Egypte reizen. Ook reizen op maat vanaf 2 personen. Gegarandeerd wekelijks vertrek. Brochure? 070-3815533 WWW.DJED.NL DJOSER rondreizen Egypte 8-25 dgn v.a. €995,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
Ontspan in klein pension aan zee of wandel,vaar met ons mee: WWW.SARANDA.NL
Beeldhouwen en schilderen in kasteeltje in Spa 28-4 t/m 4-5 www.jeroenspijker.nl
cuba WWW.VAMONOS.NL. Van West naar Oost. Fly-drives op maat door alle delen van Cuba. Brochure? 020-6735353 SGR
tanzania
Gevraagd: Opstappers voor zeilreis naar de Azoren met 42 ft. Scherp jacht (Oceanis). Tegen zeer redelijke prijs. Separate heen- en terugreis. Vertrek:24/6 vanuit Nederland. Vertrek Azoren: 12/8 Reisduur ca. 16 dagen. Een uitdaging voor zeilers die grenzen willen verleggen. Zeilervaring gewenst Voor meer info: Mail:
[email protected]
fietsvakanties
WWW.VAMONOS.NL. Galápagos en jungle en Andes. Individuele rondreizen door alle delen van Ecuador. Brochure? 020-6735353 SGR
antarctica
TICO REIS CONSULT armenië Wíj kennen de plekjes! Laos Al 8 jaar specialist in reizen Vietnam, Maleisie, Cambodja, naar Armenië. Tel. 0521-380382, Borneo 020-7887777 www.armeniaholiday.com www.tico.nl
DJOSER rondreizen Ecuador/ Galapagos 21-30 dgn v.a. € 2395,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
costa rica DJOSER Wandelreizen wereldwijd Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
noord-amerika Zeilen ANTARCTICA 22 dgn. 4 reizen dec.’12 – mrt.’13 V.a. € 5800 T. 010-2810990 www.barkeuropa.nl
japan 25 prachtige Japanreizen! TOZAI Travel – www.tozai.nl Telefoonnr. 020-626 22 72
verenigde staten DJOSER rondreizen Verenigde Staten 12-30 dgn v.a. € 2295,Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
Adverteren? Mail naar
[email protected] of surf naar onze website www.zadkinemedia.nl
Adverteren? Mail naar
[email protected] www.zadkinemedia.nl
opleidingen & cursussen OPEN DAG C. SUTHERLAND 28 april Amsterdam, opleiding Osteopathie www.college-sutherland.nl of bel 06-23888413 NLP CERTIFIED Practitioner opleiding incl. Transact. Analyse 24 vrij- en zaterdagen Start 13 april (t/m dec.) Plata Opl. T 071-5234844 www.plataopleidingen.nl
TA-OPLEIDING Transactionele Analyse 2-daagse training TA 101 Internationaal certificaat 26 en 27 maart a.s. Plata Opl. T 071-5234844 www.plataopleidingen.nl
HBO-studie Creative Writing Open dag vrijdag 23 maart www.artez.nl/creativewriting
PASSEND ONDERWIJS Themamiddag met presentaties | workshops gratis voor het onderwijs woensdag 4 april (15.30u) Plata Inst. T 071-5234844 www.ikpasindeklas.nl
De 100 mooiste fiets- en wandelreizen in Europa individueel . bagagevervoer. charmante verblijven www.vostravel.nl Tel . 074 2778382
Geld verdienen met je stem ? Workshop STEMACTEREN www.stemacteren.nl
Aktiva Tours individuele zeilvakanties fietsreis: Donauradweg 8-d v/a AMORGOS ZEILVAKANTIES € 299,- www.aktivatours.nl Cursus, flottielje of meezeilen www.amorgos.nl/0365218210 creatieve vakanties
Gat in markt! Word Organizer Cursus Professional Organizer www.organizingworks.nl
Beeldhouwvakantie? Kom naar de Achterhoek! www.hetoosterhof.nl
Symposium 14 april 2012 ***REISLEIDER WORDEN*** OPVOEDEN DOE JE SAMEN Spoedcursus met baangaranVoor ouders en professionals tie. WWW.REISLEIDING.NL Zie: www.stibco.nl of bel IVOR 013-5801312
verre reizen met kinderen
culinaire vakanties KUNST, KOKEN in de Ardèche, 070-3557260, www.kookvakantie.nl www.zadkinemedia.nl
Ontdek de wereld met je kinderen! Kijk op WWW.KIDSREIZEN.NL
studie/taalreizen
wandelvakanties www.HTWANDELREIZEN.nl Met 31 verschillende Nepal trektochten de specialist!
KWALITEIT in Taalreizen, jong en volw., High School, Stages, KLOOSTERWANDELING Collegejaar. Tel:010-47.77.455 Op verhaal komen in de WWW.INTERLANGUAGE.NL Stilte van klooster In glooiend Z Limburg Spaans in Spanje & Italiaans Gulpen-Vaals-Aken in Italië & Frans in Fr. leren Lang weekend van www.tricolore.nl 070-3836666 29 maart – 1 april All in € 295. Info Spaans, Engels, Frans, Duits www.dewandelmaat.nl en Italiaans leren wereldwijd Bel 024-3888666 DJOSER Wandelreizen WWW.STUDYTRAVEL.NL wereldwijd Brochure? Infomiddag zaterdag 24 maart www.djoser.nl of 071-5126400
kunstvakanties
groepsaccomodaties
Beeldhouwen en schilderen in Sfeervolle boerderij in Land van Maas & Waal tot 25 pers. kasteeltje in Spa 28-4 t/m 4-5 0487501672 www.kleingrut.nl www.jeroenspijker.nl
IK WIL UW GOUD EN ZILVER
ZOEK UW ZILVER €800,- p/kg
er gram €41,- p jngoud. basis fi
Potma Edelmetaal
contactadvertenties relatiebemiddeling De kans op liefde is groter dan u denkt Bij Mens & Relatie slaagt 3 van de 4 Bel voor meer informatie: 0800-0230595 (landelijk)
www.mens-en-relatie.nl erkend AVR / SinglesKeurmerk / Geschillencommissie
WWW.MATCH4ME.NL
Dating voor hoger opgeleide singles (HBO/WO) dating - chat - blogs - en meer
Mr. Annelies Penning
Met succes je levenspartner vinden doe je zo: www.anneliespenning.nl Kijk ook eens onder Bijeenkomsten! Let op: sommige cliënten staan op Websearch. Relatiebemiddelaar Hella Smeets sinds 1989 voor deskundige, succesvolle bemiddeling. Vrijblijvende info: 0800-3337979 www.alerte.nl
InterDuo relatiebemiddeling voor WO/HBO’ers de beste prijs/kwaliteit 033-470.28.10 WWW.INTERDUO.NL Lid:BER
Stewardess 30j. HBO zoekt lieve, niet-dominante,reislustige en sportieve man. Br.o.nr 110032012
Kunst/cultuurliefhebber 50+, gun uzelf de kans op liefde. Bel S.v.d.Heuvel, 0294-257226 Kijk: www.ensemble-relatie.nl
www.potma-edelmetaal.nl Al 25 jaar een vertrouwd adres. Te koop gevr.: vooroorlogse batik uit Indonesië, bij voorkeur gesigneerd. Tevens gezocht foto’s en fotoalbums uit vIndonesië tot 1940. Tel.070-3461811
Pensionada, ongeb.,ac.,sl., n.r.,vitaal,aantr.,integer, Sportief,stijlvol zkt dito Vrouw ca 75 jr.,v.LAT. ZO-Ned. Br.m.tel.en svp Foto o nr 10032012
TOPPRIJS voor uw goud en zilver! T.k. gevr: (oude) gouden sieraden, gouden tientjes, Krugerranden e.a. gouden en zilveren munten, baartjes zilver en goud, muntverzamelingen etc. Kevelam Garderen 0577-461955 lid NVMH.
Adverteren? Mail naar
[email protected] www.zadkinemedia.nl
man zoekt vrouw Heer op leeftijd, wedn.,acad., sportief en gezond, met veelz.int.,zkt dito vrl.reisgezel (65+) liefst uit N.Ned. br.o.nr. 310032012
58 jarige medisch specialist met eigen psychotherapiepraktijk, weduwnaar, 1m73 lang, vriendelijk, integer en sportief,zoekt aantrekkelijke ondernemende intelligente vrouw om de kwaliteit van het leven te verhogen. Brieven graag met foto onder br.o.nr. 210032012 www.zadkinemedia.nl
onroerend goed te koop aangeboden binnenland Aangeboden een villa in de duinen, prachtig licht, ruimte rust en luxe met perfecte privacy en dat in de randstad laat u verrassen op www.villaindeduinen.nl
mededelingen Drink je teveel? Volg de succesvolle Vrij van Alcoholtraining, van De Helderheid, www.helderheid.nl Adverteren? Hét notariskantoor gespecialiseerd Mail naar
[email protected] in boedelafwikkelingen etc. Kroes & Partners notarissen Mijdrecht mr. F. Kroes EPNbijeenkomsten estate-planner Bel 0297-214540 www.notarissenkroesenpartners.nl Theosofisch genootschap Uw horoscoop op schrift en persoonlijk toegelicht www.clydehoroscopen.nl
personeel gevraagd
Als je net als ik een gelukkig leven hebt met vrienden en familie, maar je mist af en toe die ene bijzondere partner, schrijf me dan. Ik ben een charmante vrouw 66 j, spontaan, optimistisch, gastvrij en onafhankelijk. Ik zoek een zorgzame, attente man, zakelijke inslag, sportief karakter, gewoon een gezellig maatje tot 68 j Om te beginnen, als lat relatie. Reacties met foto per e-mail aan:
[email protected] Society Partnerselectie. www.partnerselectie.nl
Zilveren munten, gulden tot 1967, rijksdaalder tot 1966, zilveren tientje, zilverbaren in elk gewicht, bestek, serviezen, diamant. Horloges: Rolex, Cartier, Breitling, Omega, Patek, Panerai, Jaeger-LeCoultre, IWC, Blancpain, Audemars.
symposium
personeel
vrouw zoekt man
U ontvangt direct de hoogste contantprijs voor sieraden: armbanden, kettingen, ringen enzovoort, heel of kapot. Goudbaren in elk gewicht, tandengoud, gouden munten: krugerrand, gouden tientje, mapleleaf, 20 dollar stuk.
diversen
ecuador
TANZANIA SPECIALIST Privé reizen op maat · 055 5332550 www.exploretanzania.com
SINGLES zeilend avontuur! Pasen 6 t/m 9 april, €245 volp. Bontekoe.com T:038-3334848
zeilreis naar azoren
Kunst vd Groninger PLOEG Jan Altink & Johan Dijkstra nu op www.hofsteenge.com
tanzania
alleengaande reizen
Papestraat 28 - Den Haag, Tel. 070 -363 66 66 di. t/m za. 11.00 - 17.00 uur
curaçao
azië
Kersenbloesems in de lente. 17 dgn. Vertrek 30 maart. WWW.IKITRAVELS.NL
DJOSER rondreizen Turkije 19-22 dgn v.a. € 1295,Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
zuid-amerika
egypte
kunst vakanties
vraag & aanbod
Het beste van twee werelden…
b e lv i l l a . n l 088 - 202 12 12
overige reizen
consumenten
méér dan 70 steden en méér dan 1000 hotels
WEG v.h. MASSATOERISME Tradit. casita’s/villa’s incl. auto. JACOBOS.NL 075 6120390
mozambique
WEG v.h. MASSATOERISME Tradit. casita’s/villa’s incl. auto. JACOBOS.NL 075 6120390
WWW.BRITISHHOLIDAYS.NL 0492-351105 LID SGR oekraïne Vakantieparken, cottages, Vaarvakanties en overtochten DJOSER rondreizen Oekraïne 15 dgn v.a. €1595,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400
Prachtig gelegen vakantiewoningen v.a. €195,- p.w. 0582159154 WWW.ALPICASA.NL
DJOSER rondreizen Kenia/ DJOSER rondreizen ZuidTanzania/Kilimanjaro 22 dgn Afrika/Mozambique 18 dgn v.a. € 3095,- Brochure? v.a. € 2795,- Brochure? www.djoser.nl of 071-5126400 www.djoser.nl of 071-5126400
GEZELLIGE VAKANTIEHUIZEN
groot-brittannië
ledro- & gardameer
afrika
VILLAGRANDE.NL
canarische eilanden
japan VNC ASIA TRAVEL Groepsreis Japan 29/3 & 2/4 Gegarandeerd vertrek Ook Reizen op maat www.vnc.nl 030-2311500
Madrid
Verhuurt vakantiehuizen & villa’s. Lid SGR
ardennen
Authentieke en exclusieve vakantiehuizen in Toscane www.casebelle.nl
www.zadkinemedia.nl
europa belgië
Nr. 1 in de Ardennen 088 - 2021234
azië
Prado, Plaza’s en Paleizen…
Catalonië landelijk gelegen vakantiewon+zwemb(SGR) www.myvacationhome.nl
griekenland
drenthe
vakanties & reizen
spanje
v.a.�
IJSLAND TOURS (Anvr/Sgr) Voor de mooiste IJsland reizen in zomer, voor- en najaar, kijk op www.ijslandtours.nl.
treffers
portugal
ijsland
Appartementen, bungalows en villa’s direct aan zee! Voor informatie of GRATIS brochure tel: 0222-317 542
treffers zijn de gecombineerde rubrieksadvertenties in NRC Handelsblad en nrc next. Uw advertentie wordt ongewijzigd in beide dagbladen geplaatst.
lezing: De geheimen van de kalender. Groothandelsgeb. Stationspl. R’da zo 18/03 10:30 uur T. 010-4529878
rechtshulp
DREIGEND ONTSLAG ?
Voor de hoogste ontslagvergoeding (Gouden Handdruk) www.rechtsbijstandnederland.com
TE KOOP: Villa’s, landhuizen recreatiewoningen en woonboerderijen. Info: www.stichtingbbl.nl WWW.TWEEDEWONINGRUIL.NL Goedkoop op vakantie !
onroerend goed te huur aangeboden Op een schitterende locatie aan de Maasplassen in het Limburgse dorp Asselt, nabij Roermond en uitvalswegen, te huur aangeboden: Royale woning van circa 250 m2, recent gerenoveerd, hoog afwerkingsniveau, met grote tuin, en monumentale schuur met paardenstallen. Ideaal voor watersporters, buitenmensen of paardenliefhebbers. Eventueel als praktij/woonhuis te gebruiken. Huurprijs: € 2750,00 per maand (excl.) Op 23 en 24 maart van 14.00 tot 17.00 uur wordt een kijkdag georganiseerd. Indien u zich aanmeldt via
[email protected] ontvangt u een route beschrijving. Adverteren? Mail naar
[email protected] of surf naar onze website www.zadkinemedia.nl
16
De Kleine nrc HANDELSBLAD
.
Wetenschap
wekelijkse wetenschapspagina voor kinderen
.
onder redactie van Margriet van der heijden
Vliegtuigstrepen in een vat De 101 jaar oude ontdekking van de Schot Charles Wilson klinkt als een Harry Potter goocheltruc. Hoe werkt deze wolkenkamer? En: wat kun je ermee doen?
‘Cloud chamber’. Zo heette het met waterdamp gevulde vat dat de Schot Charles Wilson 101 jaar geleden bouwde. In het Nederlands: ‘wolkenkamer’. Dat klinkt magisch - alsof het een tovervoorwerp uit een Harry Potterboek is. Een truc om wolken mee te maken bijvoorbeeld– zodat je op het juiste moment een buitje kunt laten vallen. Maar dat is het niet. Wilson wilde in het vat onderzoeken hoe wolken ontstaan.
Hij wilde bestuderen hoe watermoleculen druppels vormen – eerst minuscuul en dan steeds groter. Maar hij vond iets anders: er doken sporen in het vat op! Op de foto's die Wilson ervan maakte – ouderwetse zwartwitfoto’s – zijn ze goed te zien. Ze lijken een beetje op de witte strepen die vliegtuigen in de lucht schrijven. Hoe kon dat? Welke minivliegtuigjes scheerden door Wilsons wolkenkamer? Wilson kwam er al snel achter: het waren onzichtbaar kleine deeltjes. Zoals ‘elektronen’. Met de wolkenkamer kon je die opsporen, snapte Wilson. Dat was belangrijk, snapte hij ook, want
zulke piepkleine deeltjes zijn de bouwsteentjes van de atomen en moleculen waaruit daarna alles is opgebouwd – mensen, dieren, planten, aarde, maan, zon en andere sterren. Niet al die kleinste bouwsteentjes schrijven strepen. Alleen deeltjes met een beetje elektrische lading doen dat. Zij geven namelijk de waterdamp op hun pad een beetje elektrische lading. Andere waterdeeltjes komen daarop af en zo ontstaat dan een mistige streep. Wilson bedacht nog iets. Als je een magneet bij de wolkenkamer houdt, maken die piepkleine geladen deeltjes een bocht. Zo kun je ze in de nevel krullen la-
ten schrijven. En daarmee kom je nog meer over ze te weten. De wolkenkamer werd zo’n succes dat Wilson er in 1927 de Nobelprijs voor kreeg. Komende zondag, 101 jaar later, gaan onderzoekers van Museum Boerhaave in Leiden Wilsons proef nog eens over doen. Vooral voor volwassenen. Maar een wolkenkamer (die in officieel Nederlands trouwens ‘nevelvat’ heet) is niet zo moeilijk na te maken, hoor. Dr. Zeepaard heeft gehoord dat scholieren op de middelbare school er ook wel eens eentje bouwen. Margriet van der Heijden
Meer: museumboerhaave.nl
FOTO MUSEUM BOERHAAVE
Waarom de spin zichzelf niet vangt
I L LU S T R AT I E I R E N E G O E D E
De hele wereld aan insecten blijft eraan vastkleven. Het spinnenweb. Maar waarom de spin zelf niet? Waarom hoef je nooit de Dierenambulance te bellen, omdat een spin hopeloos vast zit in zijn eigen web? Zuid-Amerikaanse onderzoekers hebben het nu eens goed bekeken, met video’s en van heel dichtbij. Ze zijn onder de indruk. Van hoe voorzichtig spinnen zijn. Die leven voortdurend met hun eigen gevaar, en vergeten dat nooit. Nooit trappen ze dommig in hun eigen val. Niet alle draden in een web kleven, maar die waar wel lijm aan zit, raken de spinnen héél voorzichtig aan. Ze lopen er als het ware op de puntjes van hun tenen overheen. Stapje voor stapje, poot voor poot. De kleefdraden kleven niet overál. Mooi verspreid zitten er druppel-
tjes lijm op, zoals regendruppels aan een ouderwetse waslijn hangen. Daar kun je als spin tussen stappen; een spin doet dat dan ook meestal. Acht poten, maar met geen ervan gaat hij vaak de fout in. En nooit met een paar tegelijk. De spin heeft diep respect voor zijn eigen web (het staat allemaal in Naturwissenschaften, maart 2012). Bij het bouwen en repareren ervan raakt hij wel honderdduizenden keren een kleefdraad aan. Soms ook lijm. Maar altijd met beleid, en de harige puntjes van zijn poten. Op elk al dun haartje staan nóg dunnere haartjes. Dat helpt ook. Hoe kleiner hoe beter, met kleefstof. Ga maar na. Als je verstrooid één vingertop in een plasje secondenlijm steekt, krijg je die nog wel los. Met een hele hand wordt het lastiger. Zo
krijgt de spin ook een paar dunne haartjes wel weer vrij. En dan is er nog een laatste trucje. Daar kom je pas achter als je de poten van een spin eens wast, en hem weer terugzet – terwijl hij nog een beetje verbaasd uit de acht ogen kijkt. De kans dat hij blijft kleven is opeens gróter. Want een schoongewassen spin mist een stofje dat hij zelf maakt. Tegen zijn eigen kleefstof. Anti-lijm. Het is een reservetruc, voor de spin met ongeluk. Een verstandige spin heeft daarom ongewassen poten. Frans van der Helm
DE PROEFJESFABRIEK
.............................................................
Oud zeepaard
Dr. Zeepaard als windvaan Op veel kerktorens staat een haan. Met zijn snavel wijst hij aan waar de wind vandaan komt. Een zeepaard met een mooie krulstaart zou dat ook goed kunnen, denkt Dr. Zeepaard. Nou ja. In dit proefje maak je zelf een windwijzer.
ook het draaipunt. Als de pijl dwars op de wind staat, dan duwt de wind tegen de pijlpunt (een beetje, want die is klein) en tegen de pijlstaart (veel harder, want die is groot). Zo draait de staart naar achteren, net zo lang tot de wind er niet meer tegenaan duwt (niet vanaf de ene en niet vanaf de
andere kant), maar er langs stroomt. Zo wijst de punt dus in de richting waar de wind vandaan komt. Nog iets: als je rondloopt met de pijl aan een vinger bungelend voor je? Hoe wijst hij dan? Als het goed is, snap je dat nu ook.
Margriet van der Heijden
Wat heb je nodig? - Een stuk karton, een stift, een schaar, een stuk touw, een euro, plakband en een dikke naald. Wat moet je doen? - Teken op het karton de pijl hiernaast na, maar groter (bijvoorbeeld 30 centimeter lang), en knip hem uit. - Plak midden op de punt een euro. - Zoek dan het zwaartepunt van de pijl. Dat gaat zo: prik met de naald in de pijl en laat de pijl op de naald rusten. Als de pijl niet kantelt, maar in evenwicht blijft, dan heb je het zwaartepunt gevonden. - Maak daar een gaatje, rijg het touw erdoor en hang de pijl ergens op in de wind – aan het uiteinde van een boomtak bijvoorbeeld. - Wijst hij waar de wind vandaan komt? Hoe kan dat? De munt heeft de pijlpunt zwaar gemaakt. Het zwaartepunt van de pijl is daardoor opgeschoven: het ligt dichterbij de punt dan bij de staart. Het zwaartepunt is
2€
I L LU S T R AT I E YA S S I N E S A L I H I N E
In 1953, bijna zestig jaar geleden dus, raapte mevrouw E.S.H. Nolting-Dalloyama en haar man dit zeepaard op – in Zuid-Frankrijk. Deze week lag het op Dr. Zeepaards tafel. In een dikke envelop. En nee, het is geen echt gedroogd zeepaard. Daarvoor is het te houterig, en trouwens ook héél licht. Waarschijnlijk is het de gedroogde wortel van een waterlelie, zei een vriend van Dr. Zeepaard. Die vindt zijn houterige soortgenoot in elk geval erg mooi! Heb jij ook een tak, wolk of steen gezien die lijkt op een dier? Doe dan mee en stuur een foto naar: Dr. Zeepaard NRC Handelsblad Postbus 8987 3009 TH Rotterdam of:
[email protected]
Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
‘Waar zijn de lentezangen? Waar zijn zij heen?’ John Keats (vertaling L. Antheunis)
Bladeren door echte interieurs
04 Marjoleine de Vos eet bij Ottolenghi 06 Lunch met Fokke de Jong van Suitsupply 08 Najaarsmode 2012: broekpakken en bont 20 Tot rust komen in de boerderijspa
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
3
LUX binnenkijken
a fashionable way of living
, OEGSTGEEST NOVA ZEMBLA ZORG, OEGSTGEEST VERZORGD&VERPLEEGD WONEN IN OEGSTGEEST
EXCLUSIEF WONEN IN HET ANDREAS ENSEMBLE
Wanneer met het ouder worden zelfstandig wonen niet meer gaat.
Exclusieve appartementen op een fashionable toplocatie. Heerlijk tot rust komen in een ruim appartement op een steenworp van het bruisende centrum van Amsterdam. In het Andreas Ensemble kunt u zorgeloos genieten van luxe en comfort. Geïnteresseerd? Neem direct contact op voor met een van onze makelaars voor een rondleiding en bezichtig de prachtig ingerichte model-appartementen. Vraagprijs vanaf € 495.000,- v.o.n.
In onze stijlvolle, huiselijke Zorg of verpleging op maat, zorgvilla’s persoonlijke bieden wij kleinschaligheid u de mogelijkheidenom te wonen aandacht, ongedwongenheid en leven zoals thuisdegewend was. zijn daarbij vooru ons kernwoorden.
Telefoon: 071-515 0230 www.novazemblazorg.nl
www.andreasensemble.nl
Van De Steege makelaars 020-435 70 40 Ramon Mossel makelaardij 020-305 26 62
PROFITEER NU ALS SNELLE SNELLE,BESLISSER BESLISSER. Zeer succesvolle verkoop gaande. Excellente appartementen op exclusieve urbanisatie. Toplocatie: op 10 minuten van het strand en Puerto Banus, Marbella. Excellente ruime 2-slk appartementen met luxe afwerking in een exclusieve urbanisatie. Toplocatie: op 10 Direct bewoonbaar, prijzen en tot Puerto -50% én Banus, halveringMarbella. BTW. Profiteer nubewoonbaar, nog van deze unieke Royal Residence is BTW. minuten van het strand Direct prijzenkans. tot -45% én halvering buitenland partner van Qualis. Profiteer nú nog van deze unieke kans. Royal Residence is buitenland partner van Qualis. Nog o.a. zéér bijzondere 2-slk appartementen: Prijs nu vanaf €319.000,-- (voorheen €583.668,--) Vraagprijs: € 319.000,Telefoon NL:0492 0413-820313 Telefoon: 517349 www.royal-residence.nl www.royal-residence.nl
DE VELUWE IN UW EIGEN RECREATIEWONING… Midden tussen de bossen, heidevelden en zandverstuivingen ligt Bospark Ede. Deze diversiteit aan landschappen wordt ook wel aangeduid met ‘de kroonjuwelen van Ede’. Het typische familiepark heeft vele faciliteiten voor zowel jong als oud. Op het park staan prachtige chalets tot 75m2. Nog enkele modelwoningen te koop met een korting tot maar liefst € 20.000,Kom DIT WEEKEND de sfeer proeven tijdens de Open Huis Dagen!
Bospark Ede | Zonneoordlaan 47 te Ede 06 2366 3560 of 0318 457 420 | www.bosparkede.nl
Uw huis succesvol verkopen? Kies dan voor NRC Huizen. In 3 stappen plaatst u zelf uw advertentie in NRC Weekend, nrc.next en op nrc.nl Kijk op nrchuizen.nl
Hier adverteren? Kijk op nrchuizen.nl
Thijs Wolzak kijkt elke week binnen op een bijzondere plek. Deze week bij Tefaf-deelnemer Bernadette van Gelder. Huis: De oudste resten van haar huis in het centrum van ’s Hertogenbosch dateren uit 1590, zegt Bernadette van Gelder. Toen ze het drie etages tellende pand 37 jaar geleden samen met haar man kocht, stripte ze het om het vervolgens opnieuw in te delen. Van Gelder is de enige juwelier-antiquair in het Westen gespecialiseerd in traditionele juwelen uit India. Een familiebedrijf dat ze drijft samen met haar dochters Fleur en Noëlle. Drie keer per jaar bieden ze hun juwelen op kunstbeurzen aan: vanaf volgende week weer tijdens Tefaf in Maastricht.
De rest van het jaar maken de Van Gelders inkoopreizen naar India of ontvangen ze, op afspraak, relaties bij Bernadette van Gelder thuis. Bijvoorbeeld in haar bibliotheek, op de eerste etage. „In deze twee kamers bestudeer ik de juwelen en bekijk ik de films die ik op reizen maak.”
naam erop is zestig jaar oud. Voor elk van zijn dertien kinderen liet mijn vader zo’n stoel maken.” Van Ikea: „Een trapje. Ik heb het in hetzelfde donkerrood laten schilderen als de leren wanden van mijn bibliotheek.”
Interieur: „Ik houd van Nederlandse meubels uit de zeventiende eeuw. Indiase juwelen en de Gouden Eeuw – twee werelden bezwangerd van rijkdom.”
Bij brand meenemen: „Dat ligt er aan waar in huis ik dan ben. Uit deze kamers zou ik de zes antieke houtsnijwerkjes met musicerende vrouwen meenemen die ik ooit in India kocht.”
Bijzonderheid: „Die stoel met mijn
www.vangelderjewellery.com
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
4 LUX verhaal van de week
5
Thuiskok Marjoleine de Vos bezoekt in Londen Yotam Ottolenghi, de Israëlische kok die van broccoli iets opwindends weet te maken. foto’s Richard Learoyd
Zo heerlijk Ottolenghi
H
è, wat ruik ik? Ik snuif discreet in het volle Londense restaurant waar aan lange tafels mensen met z’n tweeën of in groepjes zitten te eten, te drinken en te praten. Naast me zitten twee Aziatische meisjes, ze drinken thee en eten aantrekkelijk ogend brood dat ze in olijfolie dopen. Kool, denk ik ineens. Aan een tafel verderop zitten twee elegante jonge vrouwen met grote kleurige borden voor zich. Broccoli. Dat is het. Broccoli. Ook Ottolenghi kan niet veroorzaken dat broccoli niet stinkt. Maar wel dat het goed smaakt: overal zie je mensen verrukt hapjes broccoli nemen. Het restaurant bestaat uit een winkel waar koekjes en taartjes en spectaculaire salades gekocht en meegenomen kunnen worden, achterin kan gegeten worden. Er is veel wit, kleur komt van bloemen en van de groentegerechten natuurlijk. Als je aan Ottolenghi denkt, denk je aan spattende kleuren. En aan spattende smaken. Dit eten is het vrolijkste ter wereld. Ottolenghi is de Italiaanse achternaam van een joodse jongen uit Jeruzalem, Yotam Ottolenghi (1968). Hij studeerde filosofie en literatuurwetenschap in Tel Aviv en besloot toen naar de Cordon Bleu-kookopleiding in Engeland te gaan om zichzelf duidelijk te maken dat koken, hoe leuk ook, niet écht iets voor hem was. Dat maakte hij zichzelf niet duidelijk. Integendeel, in Londen ontmoette hij leeftijdgenoot Sami Tamimi, ook uit Jeruzalem maar uit het Palestijnse gedeelte, en net als Yotam gefascineerd door koken. Ze raakten aan de praat en aan de kook en na een paar jaar, in 2002, openden ze als zakenpartners hun eerste winkel in de Londense wijk Notting Hill. Inmiddels zijn er vier van zulke winkels, waarvan die in Islington met zijn lange tafels het meest op een restaurant lijkt. En er is sinds een jaar een echt restaurant: Nopi, in SoHo. Een mooie ruime zaak, waar mooie mensen komen ontbijten, lunchen en dineren. Het is er echt grote-stads, niet stijf maar wel smaakvol, met uiterst vriendelijke bediening en een informele sfeer, maar niets geen informeel gerommel in de bediening of het eten. Ik ben er ’s ochtends geweest, voor mijn bezoek aan de zaak in Islington in Noord-Londen. Het was nog iets te vroeg voor de lunch, maar op de ontbijtkaart staat naast
allerlei echt ontbijterige dingen, fruit en toast en zelfgemaakte croissants, eieren met chorizo, een gerecht dat ik ken uit het geweldige Ottolenghi, the cookbook, ‘Cauliflower and cumin fritters with lime yoghurt’.
Deegflapbaksels Het Ottolenghi kookboek is het fijnste kookboek in jaren, het verscheen in 2008 en is nu in het Nederlands vertaald. ‘Bloemkoolbeignets’ heten die ‘fritters’ nu en ze zijn in alle talen heerlijk: kruidige deegflapbaksels met komijn en groene peper erin, en stukjes bloemkool en stukjes sperzieboon (die staan niet in het boek, maar die kunnen er dus voortaan ook heel goed in), een verrukkelijke limoenyoghurt erbij en een eenvoudige salade van rucola, munt en citroensap. Dit is zó Ottolenghi denk ik tevreden terwijl het personeel mij nog maar eens van een glas gratis mineraalwater voorziet. Wat is dan ‘zó Ottolenghi’? Citroen of limoen. Knoflook. Yoghurt. Veel verse kruiden. Groenten. En een uitgesproken, mediterrane smaak. Eten waar je een goed humeur van krijgt. Eten zonder allerlei strenge opvattingen erbij over wat je ‘mag’ en vooral over wat je niet mag. Bij Ottolenghi eet je voor je plezier, uit de kookboeken kook je voor je plezier (al eerder verscheen in Nederland het geheel uit groentegerechten bestaande Plenty). Aubergine met granaatappel en saffraanyoghurtdressing. Sperziebonen en peultjes met hazelnootsinaasappeldressing. Lamskoteletjes met walnoten, vijgen en geitenkaassalade. Sinaasappel-polentataart. Als ik later op de middag Yotam Ottolenghi en Sami Tamimi spreek in hun zaak in Islington zegt Ottolenghi dan ook: „Voor ons geen minimalisme. Wij gebruiken alle ingrediënten die voorhanden zijn.” Ik begin over Noma, het wereldberoemde restaurant in Kopenhagen dat de filosofie van Nordic Food propageert: alleen eten wat uit de buurt komt en in het seizoen is. „Noma is is haute cuisine en niet eten voor elke dag”, zegt Ottolenghi, die duidelijk de prater is van de twee. „Maar we hebben wel hetzelfde gevoel: dat we ons eigen eten maken. Eten van bij ons. En wij komen nu eenmaal uit het Midden-Oosten.” Zo is het. En wie het gevoel mocht hebben gekregen dat de mediterrane keuken al weer een poosje op zijn retour was, weggedrukt door ‘eten van bij ons’, die schiet weer helemaal terug in de mediterrane stand als hij of zij zich even in de Ottolenghi-wereld stort. Die gaat groenten kort koken en dan even grillen en ze dan oppeppen, zodat zoiets als broccoli, symbool voor dul vegetarisch eten, een felbegeerd gerecht wordt. In Islington zit iedereen zowat aan de broccoli. Het is niet aan te slepen, bevestigen de geestelijke vaders van de opwindende smaken. Over dat vegetarische gesproken: ze zijn geen vegetariërs. De restaurants en winkels verkopen ook vis- en vleesgerechten. Zoals gezegd is dit geen keuken van verboden. Ze doen moeite om goed vlees en goede vis te
Yotam Ottolenghi
krijgen, zeggen Ottolenghi en Tamimi, maar het is niet zo dat de complete biografie van elk varkentje op de kaart staat. „De mensen vertrouwen wel dat wij moeite doen om goede spullen te krijgen, denk ik”, zegt Yotam. Of ze er wel eens aan gedacht hebben om helemaal met vlees te stoppen? vraag ik met in gedachten de krachtige dieren-zijn-slecht-voor-het-milieubeweging. Ze schieten in de lach. „Dat zou bussiness-suicide zijn!” En nee, ook los daarvan: „Dat is niet waar wij in geloven.” Ze willen gewoon ‘middle-of-the-road’ zijn, geweldige dingen doen met groenten en af en toe heerlijk vlees of goede vis serveren. „ Als mensen hun boodschappen in de supermarkt willen of moeten kopen, gaan wij niet zeggen dat dat niet mag, en dat alleen die ene speciale burghul goed genoeg is voor ons gerecht.” Ik voel mijn schouders ontspannen. Hoe heerlijk om koks nu eens niet te horen zeggen dat het geen enkele zin heeft om iets te maken als je niet de aller-, allerbeste ingrediënten hebt weten te veroveren. „Ik wil dat de mensen echt thuis gaan koken”, zegt Ottolenghi. „Natuurlijk maken ingrediënten veel verschil. Maar ik probeer de recepten zelf ook altijd uit met supermarktspul, daarmee moeten ze ook smaken. Wij zijn niet het River Café, dat hier ook in de stad zit, en dat fantastisch is hoor. Maar zij denken heel anders. Daar krijg je de beste ingrediënten, waar zo min mogelijk aan gedaan is. Zo doen wij het niet.” De dames River Café, Ruth Rogers en Rose Gray (die een paar jaar geleden overleed) zijn ook in hun kookboeken de strengste meesteressen die je je kunt indenken – geen ansjovis of hij komt uit het zout, geen kip of ze heeft aan yoga gedaan, broccoli uitsluitend als het ‘purple sprouting’ is, een soort die je in Nederland nergens kunt krijgen, en zonder een voorraadje palmkool in je moestuin hoef je aan menig gerecht niet te beginnen. Maar evenzogoed, ook de Ottolenghi-keuken werkt met ingrediënten die niet iedereen zo makkelijk zal kunnen krijgen: baby-spinazie, zeekraal, ster-anijs, haloumi (een mediterrane geiten- of schapenkaas) of mograbia (een couscousvormige pasta). In een gemiddelde Nederlandse supermarkt ligt het meestal niet. Zelfs een bosje dille kan al een opgave zijn buiten de grote steden. Laat staan een specifieke gedroogde Mexicaanse pepersoort. Nu maak ik een erg achterlijke indruk. Kun je al die dingen in Nederland dan niet online krijgen? Dat is hier groot, zegt Yotam, die wel eens speelt met de gedachte om zelf ook een internetwinkel op te zetten. Die dan, jazeker, ook in het buitenland actief zou zijn. Maar dat is toekomstmuziek. In de nabijere toekomst verschijnt eerst nog een boek, het Jeruzalem kookboek. Vol smaken en kleuren. En tot die tijd gaan we gewoon fijn zelf koken. Dat is de bedoeling van deze fantasierijke heren. Yotam Ottolenghi en Sami Tamimi: Ottolenghi, Het kookboek, Fontaine uitgevers, 304 blz, 29,95 euro
Ottolenghi Ottolenghi is de naam van een keten delicatessenwinkels in Londen waar je gerechten van Sami Tamimi, Yotam Ottolenghi en andere inventieve koks uit hun team kunt kopen om mee te nemen. Soms kunnen ze ook ter plaatse gegeten worden. Ottolenghi is in Londen en daarbuiten een begrip. Het meest opvallend zijn de reusachtige (en heerlijke) meringues die in de etalages staan, en ook verder zijn ze zeer sterk in koek en gebak. Daarnaast zijn de uitbundige groentegerechten een ongelooflijk succes. Yotam Ottolenghi heeft een wekelijkse receptenrubriek in the Guardian – zie guardian.co.uk/profile/yotamottolenghi
Het kookboek R ECEPT
Geroosterde aubergine met saffraanyoghurt Voor 4 personen 3 aubergines olijfolie 2 el geroosterde pijnboompitten pitten van een ½ granaatappel 20 basilicumblaadjes klein plukje saffraandraadjes 3 el warm water 180 g Griekse yoghurt 1 teentje knoflook 2,5 el citroensap 3 el olijfolie
Week de saffraan vijf minuten in het warme water. Doe de yoghurt, de knoflook, het citroensap, de olijfolie en een snufje zout in een kom. Roer goed door en giet er het saffraanwater bij. Zet koud weg. Verwarm de oven voor op 220 graden. Snijd de aubergines in plakjes of in stukken van ongeveer gelijke grootte. Leg ze op een bakplaat, kwast ze royaal in met olijfolie en bestrooi ze met peper en zout. Rooster de aubergine tussen de 20 en de 35 minuten, tot ze licht goudbruin zijn. Laat ze afkoelen tot kamertemperatuur, giet er de saus over en bestrooi de aubergines met granaatappelpitten en pijnboompitten. Garneer het geheel met de basilicumblaadjes. NB Zowel de saus als de aubergines kunnen van tevoren gemaakt worden en blijven een paar dagen goed in de ijskast. Laat de aubergines wel op kamertemperatuur komen voor serveren.
Er zijn twee kookboeken tot nu toe verschenen: Plenty, dat vorig jaar in het Nederlands vertaald werd, en Ottolenghi, het kookboek dat nu in Nederlandse vertaling (van Hennie Franssen en Kien Seebregts) is verschenen bij uitgeverij Fontaine. Plenty bevat uitsluitend groentegerechten (heel aantrekkelijke zoals de auberginekroketten, de knoflooktaart, de pompoen met limoen en groene peper), Ottolenghi is een algemeen kookboek. Veel top-groentegerechten, koude en warme, maar ook vlees en vis (een van mijn favorieten is de sint-jakobsschelpen met zeekraal, saffraanaardappelen en aïoli) en een royale hoeveelheid brood, cakes, taarten, meringues en sauzen. Het is een inspirerend kookboek dat enorm zin geeft in koken en waarvan je voelt: dit is zó nu. Zo vandaag. Zo Ottolenghi.
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
6 LUX lunchen met Fokke de Jong
7
‘Amerika omarmt ons’ Eigenaar Fokke de Jong van Suitsupply, legt bij een bagel uit wat het verschil is tussen zijn pakken en die van Armani. ‘3000 dollar.’
De rekening
tekst Rinskje Koelewijn foto’s Bob van der Vlist
N
a een uur en drie kwartier buigt Fokke de Jong (38) zich over de kleine tafel in de brasserie van het Conservatorium Hotel in Amsterdam en zegt: „En toch heb ik het gevoel dat je de rode lijn niet te pakken hebt.” De bagels met zalm en het papieren puntzakje met biologische chips dat erbij zat zijn op, de thee en koffie ook. Al die tijd heeft de eigenaar en oprichter van mannenmodeketen Suitsupply achterover geleund in zijn stoel gezeten, één been bungelend over de leuning. Lichtgebruind, staalblauwe ogen, zijn donkerblonde haar jongensachtig in de war. Zijn portefeuille, zijn sleutelbos, zijn iPad, zijn laptop en zijn tas liggen verspreid over de grond en de stoel en tafel naast ons. Fokke de Jong lijkt nonchalant. Maar hij is het niet. Eigenlijk wist ik dat al toen hij nog maar net zat, zijn oren spitste en de ober riep. Die muziek, zei hij, kan die iets zachter? Dat kan niet, zei de ober. Het Conservatorium Hotel is nog maar net geopend. De brasserie is al in bedrijf, maar in de rest van het gebouw zijn de bouwvakkers nog bezig. De muziek komt net niet boven het gehamer en geboor uit. De ober haalde verontschuldigend zijn schouders op. De muziek is voorgeprogrammeerd en volledig computergestuurd, zei hij. Hij kon er niets aan veranderen. Fokke de Jong knikte ten teken dat hij het begreep. En schudde daarna zijn hoofd omdat hij het niet begreep. „Details zijn zo belangrijk”, zei hij. In zijn winkels – het zijn er inmiddels veertig – klinkt alleen muziek die door de eigen huis-dj is samengesteld. „Het moet niet overheersen, maar wel energiek klinken. Een beetje clubachtig, je moet erdoor willen dansen.” Zeven kwartier later kijkt hij me aan als een leraar economie die denkt dat ik mijn huiswerk niet heb gedaan. Bijna begin ik hem te vertellen wat ik tot nu toe heb opgestoken, tot ik bedenk dat het misschien beter is als hij zelf vertelt wat hij in zijn verhaal rood vindt, en wat niet. Suitsupply is de draad. Niet Fokke de Jong. Elke persoonlijke vraag wimpelt hij af. Hij zegt dat hij het onderscheid tussen persoonlijk en privé onzin vindt. „Dat loopt bij mij door elkaar.” Zoon van een dierenarts en een medisch secreta-
Brasserie Conservatorium Hotel Van Baerlestraat 27, Amsterdam 2 tea choice 2 salmon bagel 2 coffee
8,00 26,00 8,50
totaal
42,50 ‘Iedereen bij Suitsupply moet een neurose in het dna hebben. Het gaat om de details.’ In alle winkels liggen de stropdassen in dezelfde kleurvolgorde.
CV resse, oudste van drie kinderen (zijn zus is huisarts, zijn broer paardenfluisteraar). Hij was nog rechtenstudent toen hij begon met pakken te verkopen. Eerst alleen aan corpsleden, later vanuit een pand langs de A4 bij Hoofddorp. Nu zijn er winkels in Londen (3), Milaan (1), New York (bijna 2) en binnenkort één in Shanghai. Het merk is, zegt Fokke de Jong, volwassen geworden. Zoals hij geen gesjeesde student meer is, maar een gescheiden vader van twee kinderen, en CEO van een bedrijf dat dit jaar 100 miljoen euro omzet wil maken.
3.000 dollar Laten we beginnen met de ‘unique selling points’ van zijn pakkenmerk, en daarmee, wellicht, die van hem. Wat is het verschil tussen een pak van Suitsupply en een Armanipak? 3.000 dollar. Zo stond het vorig jaar in de Amerikaanse Wall Street Journal. De krant liet twee ontwerpers (ze zijn ook docenten van designacademies) een aantal pakken blind testen. Daaronder: een pak van Armani (3.625 dollar), van H&M, van JCrew en een iets duurder exemplaar uit de collectie van Suitsupply (614 dollar). De conclusie: de pakken van Fokke de Jong kunnen zich qua kwaliteit, afwerking en stofgebruik meten met die van Armani. Alleen de prijs verschilt. Allebei de ontwerpers zetten het Suitsupply-pak op nummer 1. Het artikel verscheen nog voor de eerste winkel van Suitsupply in New York open was. Kun je je een betere introductie in Amerika wensen? „Amerikanen pikken het direct op als ze zien dat je vernieuwend bent, als je iets met bezieling maakt, als het authentiek is. Dat vinden ze gaaf en dat omarmen ze. Niet voor niets gaan Nederlandse artiesten en ondernemers zo gauw ze kunnen naar de VS.”Het was een gok om naar Amerika te gaan. „Het is lastig om daar de markt te zien. Kijk je op straat, dan zie je eigenlijk nauwelijks mannen in een goedzittend pak. Pakkenwinkels zie je er niet, hooguit een afdelinkje in een grotere winkel. Ja, of de tailors op Madison die er al honderd jaar zitten. Establisheden stoffig.”Maar daartussen? Niets. Hij noemt het het dilemma van de schoenenverkoper in de woestijn waar iedereen slippers draagt. „Je boort of een
heel grote markt aan. Of je hebt geen markt.” Aan de verkoop via de website merkte hij dat er in de VS wel belangstelling was. „Elke dag gingen er wel doosjes die kant op.” En nu hij er eenmaal zit, weet hij dat er een niche voor betaalbare pakken is. „Zoals je er de health freaks tegenover de superdikken hebt, zijn er de joggingbroekdragers en de pakkenliefhebbers. En die zijn dan meteen supergeïnteresseerd. Die willen meteen trunk-advisement. We mogen hun hele garderobe samenstellen. Schoenen, sokken, das, overhemden. Alles.” Oké, herhaal ik. Een pak van Suitsupply ziet eruit als een maatpak, maar is veel goedkoper. Om het te bewijzen trekt Fokke de Jong zijn donkerblauwe jasje uit. De voering is dieprood. Hij laat me de mouwkoppen voelen. Niet gevuld met schuim of watten, maar zo genaaid dat het de schouders accentueert. „Weet je hoe een jasje meestal in model wordt gebracht?” Dat weet ik niet. „Door de binnenkant te plakken. Er wordt een soort geraamte in gezet.” Zo moet het niet, begrijp ik. In zijn jasje zit op strategische plekken wat katoen en paardenhaar genaaid, waardoor de stof het lichaam volgt. De revers, de kragen, de knoopsgaten zijn handgenaaid. „Ik loop probleemloos in een maat 50 de deur uit”, zegt Fokke de Jong. Maar voor sommige mannen moeten de mouwen ingenomen, de broek uitgelegd, de tailleband versteld. Dat gebeurt ter plekke in de winkel. In elk filiaal zit, goed zichtbaar van buitenaf, een kleermaker. Meestal jonge, Turkse mannen (zelf ook in pak) die het kleermakersvak van huis uit kennen. „In Londen hadden we zo’n ouderwets bord neergezet dat vroeger op treinstations hing, met van die omklappende bordjes die aankomst- en vertrektijden aangeven. Kon iedereen zien hoe laat het pak was ingeleverd bij de tailor, en hoe laat het dezelfde dag nog klaar zou zijn.” Hij glundert. Het ging precies zoals hij had gedacht. In alle Britse kranten stond een foto van dat bord. Fokke de Jong vertelt nog een keer hoe het kan: mooie pakken leveren voor weinig geld (rond de 250 euro). „Suitsupply is producent én verkoper.” Hij heeft de „keten tussen maker en koper korter gemaakt”. Geen kleding-
beurzen, vertegenwoordigers of tussenhandelaren. In zijn bedrijf geen drie of vier managementlagen „die zich achter hun laptop verschuilen zonder de adem van de markt en de consument in hun nek”.
Gastcolleges Fokke de Jong heeft weleens gastcolleges gegeven op Nyenrode, voor de managers in opleiding die ouder waren dan hijzelf. „Op het bord schreef ik het woord: ondernemen. En vroeg aan de studenten wat dat was. Ze kwamen met: marktverkenning, productontwikkeling, marketing, strategie. Toen vroeg ik: wat heb je dit weekeinde ondernomen? Toen zeiden ze: stappen, squashen, studeren. Juist. Ondernemen is dus: iets doen.” Hij is ook gewoon begonnen, met een dozijn dozen in een leegstaand pand bij een benzinestation. „Ik had 10.000 euro eigen geld erin zitten. Dan spring je door elke hoepel die je wordt voorgehouden.” Achteraf, zegt hij, lijkt alles strategie. Hij zou nu kunnen zeggen dat het opzet was om de eerste winkel in Amsterdam niet in de PC Hooftstraat te openen. Dat hij in Londen expres niet in Bondstreet of Savile Row is gevestigd, of in New York op Fifth Avenue. De waarheid is dat hij eerst het geld niet had om een winkelpand te huren in winkelstraten, en later het geld er niet meer aan hoefde uit te geven. Want de a-typische locatie van zijn winkels is nu onderdeel geworden van zijn tegendraadse imago. „New Yorkers vinden het te gek dat onze winkel op de eerste verdieping zit op Broome street. We zijn een destination locatie. Onze klanten zijn geen voorbijgangers, ze moeten gericht naar ons toe komen.” Niet-mainstream, non-systematic, er niet bijhoren, uitdager zijn van de gevestigde merken. Dat klinkt naar Apple. Steve Jobs. Fokke de Jong knikt. „Bij ons gaat het ook om de bezieling achter het product.”Niet alleen hijzelf, nee, alle Suitsupply-werknemers hebben die speciale „neurose in het dna”. Alle werknemers, ook die uit Amerika en Engeland, en ook de parttimers moeten een master of sales volgen aan de Suitsupply academie. Het gaat, zegt Fokke de
Jong, om de details. „Hoe de winkel is ingericht, met hoekjes en nisjes. Je moet er hebberig worden. Het personeel moet iets uitstralen wat onze doelgroep aantrekt. Ze worden niet afgerekend op hoeveel ze verkopen, maar op hoe hun service is.”Kijk rond in een van de winkels om te zien wat hij bedoelt. De verkopers zijn tussen de 25 en 35, slank, strak in het pak, en extreem hulpvaardig. Ze hebben allemaal een iPad. „Ze scannen je creditcard en zien in één oogopslag je maat, wat er al in je kast hangt en wat er de vorige keer vermaakt moest worden.”De jasjes, de overhemden en stropdassen liggen, of de winkel nou in Milaan of Shanghai staat, gerangschikt volgens een vast kleurenpatroon van grijs, blauw en bruin. „Dat geeft het meeste contrast.” Bij binnenkomst gaf Fokke de Jong me twee enorme fotoboeken. Het zijn de gebundelde reclamecampagnes die fotograaf Carli Hermès voor Suitsupply fotografeerde sinds de oprichting in 1998. Voorin een paginagrote foto van Fokke de Jong zelf. In zwart-wit. ‘Wij vinden het systeem niet goed, maar we functioneren erin’, staat er in het Engels bij. Hij geeft, zegt hij, nauwelijks geld uit aan marketing of reclame. Het enige wat hij doet is zich twee keer per jaar met de fotograaf afzonderen in een ver land om campagnes te bedenken en te fotograferen. „Daar komt alles samen. De inspiratie, de creativiteit, het ontwerpen, de kunst.” Mannen in pak die olympische sporten beoefenen (2008), mannen die eruit zien als maffiosi, en mannen in pak met blote vrouwen. Vooral de Shameless-campagne uit 2010 zorgde voor ophef. Foto’s waarop een vrouw overdwars over een keukenblok ligt, met een man achter haar. Een man die terloops een keurende blik werpt onder een vrouwenrokje. Dat was niet tegendraads meer, dat was porno. Fokke de Jong is er nog steeds trots op. Hij begrijpt niet waar mensen zich druk over maken. Op die billboards langs de snelweg stond toch niks onfatsoenlijks? „De vrouwen zijn niet naakt. Het is je eigen fantasie die er iets seksueels van maakt.” Maar, eerlijk is eerlijk. „Voor de Amerikaanse markt zou ik zo’n campagne niet snel maken.” Hoeft ook niet. Binnenkort gaat de tweede winkel in New York open. En de derde in Chicago. En de vierde in Washington.
Geboren 6 oktober 1973 in Drachten Opleiding vwo / rechten (niet afgemaakt) Eerste baan Afwasser in restaurant de Librije, daarna heb ik nooit meer een serieuze dienstbetrekking gehad Burgerlijke staat ongehuwd Huis in Loosdrecht Favoriete boek Mijn persoonlijkheid is uitstekend uit dit stuk en uit mijn onderneming op te maken, daar voegt een lijstje weinig aan toe. Favoriete film idem Favoriete muziek idem Laatste vakantie idem Onmisbaar idem
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
8 LUX mode
9 Zeven Parijse shows 1. Yves Saint Laurent De laatste collectie van Stefano Pilati voor het huis was glamorous, en hard. Strakke broeken tot hoog in de taille met leren tops met brede mouwen; breedgeschouderde jassen en jasjes van leer, of van zwarte wol, met leren kragen; jurken van metaal als strakke maliënkolders. Ietwat lieflijker waren de zijden jurken en rokken met een dessin van een lelie, en kettingen in de vorm van een om de hals gebogen lelie.
Leer en lelies
2.Givenchy Dat de peplum, een uitstaand schootje, dit voorjaar een trend is, is grotendeels te danken aan Riccardo Tisci, de ontwerper die sinds 2005 aan het huis is verbonden. In zijn voorjaarscollectie voor vrouwen had een aanzienlijk deel van de outfits er een. In zijn najaarsshow, die werd bijgewoond door Kanye West, Sean Combs en Alicia Keys, bleven de uitstulpingen beperkt tot de achterkant waar ze een frivool accent gaven aan strenge jasjes, die werden gecombineerd met rijlaarzen en rijbroeken. Naast de stoere en energieke outfits (vaak van leer) waren er zijden lingeriejurkjes, geïnspireerd op het werk van Guy Bourdin, een Franse fotograaf die bekend stond om zijn erotische modefotografie.
De Parijse vrouwenmodeweek voor najaar 2012 stond in het teken van jubilea, en van afscheid.
3. Chloé In haar tweede show voor Chloé kwam Claire Wright Keller met een prettige, draagbare, meisjesachtige collectie: korte jasjes in pasteltinten; gedessineerde joggingbroeken; een cool kledingstuk dat het midden hield tussen een sportbroek en de beruchte broekrok; aangename truien; robes-manteaux en jurken van kant.
tekst Milou van Rossum foto’s Peter Stigter
E
n toen reed, afgelopen woensdagochtend om vijf over tien, een complete stoomtrein de modetent in. De laatste dag van de vrouwenmodeweek in Parijs was Louis Vuitton-dag. ’s Ochtends was de spectaculaire show van de vrouwencollectie voor najaar 2012, ’s avonds werd in het Musée des Arts Décoratifs een grote tentoonstelling geopend over Louis Vuitton, de Fransman die het huis in 1854 oprichtte, en Marc Jacobs, de Amerikaanse ontwerper die nu vijftien jaar artistiek directeur van het huis is. Jacobs is een van de vele namen die werden genoemd als opvolger van John Galliano bij Dior. Een half jaar geleden leek het bijna zeker dat hij zou gaan. Maar in oktober liet de ontwerper weten het enorm naar zijn zin te hebben bij Louis Vuitton. Waarom zou hij ook weggaan? Niet alleen de enorme tent in de buurt van het Musée du Louvre, waar de show werd gehouden, was voor de gelegenheid opgetrokken, ook de locomotief en de wagon, die antiek leken te zijn, waren speciaal gemaakt. Jacobs bedenkt het, zo lijkt het, en het komt er. Ja, bij Dior zou hij haute couture kunnen maken, maar de in kleine oplage gemaakte, kostbare stukken die hij voor Louis Vuitton ontwerpt, komen daar erg dicht bij in de buurt. De vrouwenmode van Jacobs, de eerste ontwerper die prêt-à-porter voor het huis heeft gemaakt, heeft van Louis Vuitton een modemerk gemaakt, al draait het huis nog steeds vooral op tassen, waarvoor Jacobs overigens ook verantwoordelijk is. Het treinscenario van de show gaf de mogelijkheid nog meer tassen te laten zien dan normaal. De modellen kwamen een voor een de
2
trein uit en zodra een model aan haar rondje op de catwalk begon, kwam uit de backstage ruimte een kruier tevoorschijn, die achter haar aanliep met twee of drie tassen in zijn handen; krokodillenleren koffers, kloeke dokterstassen, tassen van (langharig) bont, tassen die net zo uitbundig met stenen waren versierd als de jassen die de modellen droegen. Een zeker zo gelukkige verbintenis als die tussen Louis Vuitton en Marc Jacobs is die tussen Lanvin en Alber Elbaz. Na een minder gelukkige periode bij Yves Saint Laurent wist de ontwerper bij Lanvin van zijn eigen stijl een succes te maken. Lanvin verkoopt natuurlijk tassen en schoenen, maar het draait bij de vrouwenlijn om jurken: zorgvuldig geplooide, elegante exemplaren, die prettig frivool zijn, en vaak ook iets geestigs hebben. Tien jaar is Elbaz nu verbonden aan Lanvin, een jubileum dat uitbundig werd gevierd. Voorafgaand aan de show vol feestjurken waren er taartjes en champagne, na afloop beklom Elbaz het podium en hief – een tikje onzeker, maar innemend – Que sera, sera aan, begeleid door een band die was samengesteld uit kennissen van Elbaz. Waarna achter hem de doeken werden opgetrokken en het feest begon. Maar de vrouwenmodeweken voor najaar 2012 stonden niet alleen in het teken van jubilea. Er werd ook afscheid genomen. In Milaan liet Raf Simons zijn laatste collectie voor Jil Sander zien. Dat Simons weg zou gaan, was geen verrassing; al maanden gingen geruchten over een overstap naar Yves Saint Laurent dan wel Dior. Wel een verrassing was dat niet Simons zelf, maar het modehuis de samenwerking beëindigde. Het heeft oprichter Jil Sander weer binnengehaald.
Tranen De Duitse Sander verkocht haar bedrijf in 1999 aan Prada. Ze zou aanblijven als ontwerper, maar stapte snel op na ruzie met Prada-baas Patrizio Bertelli. In 2003 kwam ze terug, om na een paar seizoenen weer weg te gaan. De collecties die ze liet zien, waren niet heel opzienbarend. Het huis is sindsdien twee keer in andere handen over gegaan. De reden voor de wisseling is niet bekendgemaakt. Zo emotioneel als het afscheid van Simons was – na een minutenlange staande ovatie kwam hij met betraand gezicht weer terug de
zaal in – zo koeltjes was dat van Stefano Pilati, die maandagavond zijn laatste collectie voor Yves Saint Laurent liet zien. Ook hij kreeg, na een glamorous, maar opmerkelijk harde collectie, een staande ovatie, maar die leek vooral een beleefde geste. Net als Simons was Pilati zeven jaar in dienst. Maar in tegenstelling tot Simons, van wie met name de laatste collecties enorm werden geprezen en soms een grote invloed hadden op het modebeeld, was Pilati niet onverdeeld succesvol. Hij kwam met een aantal goed verkopende tassen en schoenen, en afgelopen jaar stegen de inkomsten van het huis nog aanzienlijk, maar zijn collecties werden zelden laaiend enthousiast ontvangen. De in 2008 overleden Saint Laurent was evenmin erg te spreken over zijn werk. „Sommige dingen die hij doet zijn goed, andere zijn niet zo goed”, zei hij in 2005. Pilati was een van de weinige ontwerpers die niet werden uitgenodigd voor het gala ter gelegenheid van de opening van de grote Parijse tentoonstelling over Saint Laurent in 2010. Pilati wordt opgevolgd door Hedi Slimane, die tussen 1997 en 2000 als mannenontwerper was verbonden aan Yves Saint Laurent. Daarna ging hij naar Dior Homme , waarvan hij een groot succes maakte. De laatste vijf jaar werkte hij als fotograaf. En wat gaat er gebeuren bij Dior? Een berichtje op de site van de Britse Vogue, waarin een anonieme bron beweert dat op de burelen van Dior een boeket voor Haider Ackermann is bezorgd, veroorzaakte even een beetje opwinding op Twitter, maar het huis heeft nog altijd geen nieuwe vrouwenontwerper benoemd. De klassieke, op de Diorstijl uit de jaren vijftig gebaseerde collecties van Bill Gaytten, de voormalige assistent van Galliano die sinds diens ontslag verantwoordelijk is voor de vrouwencollecties, mogen dan bij de modepers bepaald geen succès fou zijn, de omzetten in de Dior-boetieks namen het afgelopen jaar flink toe. Eerder verschenen artikelen over de vrouwenshows voor najaar 2012 in Milaan en Parijs zijn terug te lezen op nrc.nl/mode.
4. Haider Ackermann Ackermann, geboren in Colombia, opgegroeid bij Franse ouders en opgeleid in Amsterdam en Antwerpen, is een van de geliefdste ontwerpers van het moment. Ackermann is vooral bekend om zijn draperieën in stof en vooral leer, maar in zijn collectie voor najaar 2012 – uitgevoerd in paars, blauw zwart en de kleuren van herfstbladeren – zaten ook ogenschijnlijk simpeler stukken, zoals elegante broekpakken en sluike jurken. 5. Lanvin De jubileumshow begon met sterke, frisse jurken van dik, felgekleurd materiaal met opstaande volants, gevolgd door een serie zwarte jurkjes , hier en daar gedeeltelijk van leer of bont (erg veel gebruikte materialen dit seizoen), en ten slotte een serie uitbundige feestjurken versierd met ruches, dessins, stenen, bont, kant en/of sieraden.
1
3
6. Hermès Christophe Lemaire is opgegroeid in de jaren zeventig, en hij heeft daar duidelijk nog steeds een zwak voor. Ook zijn derde collectie voor Hermès refereerde veelvuldig aan de periode: er waren outfits in de sportief-elegante gauchostijl, en sets waarin verschillende folkloristische dessins waren verwerkt. Prachtig, maar het allersterkst waren Lemaires mannelijke pakken, ruim gesneden jassen en de ogenschijnlijk simpele, maar superdeluxe joggingpakken. 7. Louis Vuitton Gedessineerde broekpakken en jurken en rokken met broeken eronder: het moet wel heel raar lopen willen dat geen grote trends worden. Ze waren bij een heleboel modehuizen te zien, en ook bij Louis Vuitton. Rijkelijk voorzien van borduursels, stenen, kralen en glitterknopen, en dankzij grote, ronde kragen , romantische hoeden en weglopende jaspanden in de sfeer van de belle époque.
4
5
6
7
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
11
LUX vraag & aanbod
10 LUX stijl
Lieve Pieter U verkeert in dubio? Pieter Kottman weet raad. Stuur uw vragen naar
[email protected]. De vragen worden anoniem afgedrukt.
WI NKELTEST
SCHOONH EI D
Chanel in de kringloopwinkel
Spuitbussexappeal voor meisjes
In een scharrige tweedehandswinkel in Parijs staat een Hermèstas van reptielenhuid voor 11.000 euro. Wat
Hoe ziet het eruit
Ruim zevenhonderd vierkante meter tweedehands designerkleding en -accessoires, verspreid over vijf boetieks, naast en tegenover elkaar gelegen op de Rue de la Pompe in Parijs. De inmiddels beroemde winkels werden in 1979 opgericht door Nicole Morel, destijds pr-dame in de modewereld. Reciproque is een inbrengwinkel waar deftige dames uit de buurt (het dure zestiende arrondissement) hun spullen afleveren. Authentieke Parijse chic dus.
Als een kringloopwinkel. De eenvoudige kledingrekken staan onpraktisch dicht op elkaar en hangen net iets te vol om ze fatsoenlijk te kunnen uitpluizen. De fragielste kledingstukken hangen in plastic zakken. De muren hebben een oubollige gele tint, op de vloer ligt goedkoop laminaat en in de gammele pashokjes hangen de gordijnen – die nét niet helemaal dicht kunnen – met spelden aan elkaar.
Wat hebben ze
En Français, want de vriendelijke, oudere dames in het grootste filiaal spreken vrijwel geen Engels. Als ze ontdekken dat ik bar weinig Frans spreek, laten ze me met rust en zetten het met z’n tweeën op een kletsen. De verkoopsters op de klantloze schoenenafdeling tref ik gierend van het lachen aan terwijl ze lieslaarzen passen. Dit maakt de drempel om te passen bijzonder laag. Nooit eerder probeerde ik zo onbekommerd het ene na het andere designerstuk. Een wijde pantalon van Givenchy, twee Chloé-broeken, een mohair vest van Dries van Noten en een geruite rok van Yves Saint Laurent blijken stuk voor stuk te groot, te klein, te kort of te lang. Als ik na een uur met lege handen naar huis ga, word ik evengoed vriendelijke uitgezwaaid.
Monique Snoeijen Axe deodorant, Anarchy For Her, 4,49 euro
SCHOON MOEDER
Een goede vriendin (49) van me is drie jaar geleden haar baan kwijt geraakt maar heeft sinds enkele maanden gelukkig weer iets nieuws gevonden. Probleem is echter dat ze het daar helemaal niet naar haar zin heeft, het werk is saai en er moet veel overgewerkt worden. Wat haar nog het meeste dwars zit, is het feit dat er door de meeste collega’s op de werkvloer gerookt wordt, ook door haar werkgeefster. Ze heeft het meerdere malen ter sprake gebracht en men gaf haar gelijk, maar in de praktijk is iedereen het al snel weer vergeten. Ik geef haar weinig kans op een andere baan. Is er een oplossing?
Sinds kort word ik (single op leeftijd) liefdevol benaderd door een wat gezette lady. Ik val op slanke types, dus struikel ik over die 15 kilo te veel. Ik heb al voorzichtig gemeld dat een beetje lijnen goed is voor de gezondheid (zij heeft een hoge bloeddruk) en dat – als zij even doorzet – die pillendoos wel in het vuur kan. Is niet aangeslagen. Heeft u nog een tactische manier om mijn probleem duidelijk te maken?
Mijn schoonmoeder bemoeit zich regelmatig met de opvoeding van mijn kinderen. Hoe laat ze naar bed moeten, hun tafelmanieren en woordgebruik – op vele terreinen dringt ze haar opvattingen op. En niet alleen als ze op haar kleinkinderen past, maar ook als ze bij ons op bezoek is. Mijn man vindt dat ik mijn mond moet houden. Ik wil er graag wat van zeggen.
Is het een conditio sine qua non? In dat geval zou u een eind moeten maken aan althans de amoureuze relatie. Met haar in zee gaan om haar te veranderen is onzinnig. Een tussenoplossing is dat u haar ronduit zegt dat voortzetting van de relatie afhankelijk is van haar bereidheid af te vallen. Wie weet, vindt ze u die moeite waard. Maar het riekt wel een beetje naar een ontbindende clausule in een koopcontract die met liefde en hartstocht niet veel heeft uit te staan. Bedenk bovendien dat de kilo’s er ook zo weer aanzitten. U moet er vanuit gaan dat zij blijft zoals ze is. Durf uzelf dus de vraag te stellen hoe cruciaal het overgewicht is voor een goed liefdesleven. Als het niet doorslaggevend is, blijft de vraag hoe u haar gezondheid (en daarmee het esthetische en seksuele genoegen dat u in haar schept) gunstig zou kunnen beïnvloeden.
Iemand met overgewicht wijzen op de risico’s daarvan is contraproductief: die kent de persoon in kwestie maar al te goed. Uw vriendin wordt er alleen maar onzeker van, waardoor ze wellicht nog meer gaat eten. U moet de kwestie positief behandelen. Doe de boodschappen, van de caloriearme soort. Kook. Laat haar wennen aan de geneugten van gezond eten. Stel een fietsvakantie voor. Zeg haar dat u met haar wilt gaan tennissen, squashen, zwemmen. Leuk! Neem een abonnement op de sportschool en doe daar samen de ronde langs de apparaten. Motiveer haar door het geringste gewichtsverlies op te merken en te zeggen dat het haar goed staat. Doe dat alles spelenderwijs en met de nodige nonchalance. Concentreer u op de eigenschappen die maken dat u met haar verder wilt, ondanks haar overgewicht.
Tenzij u een abominabele moeder bent – dat oordeel is aan u – hebt u het volste recht, zo niet de plicht uw schoonmoeder tot de orde te roepen. Wat zij doet, is even klassiek als ongepast. Wat het vermoeden versterkt, dat niet u maar uw schoonmoeder fout zit, is de stellingname van uw echtgenoot. Die typeert het watje dat moeders wil nog steeds als wet beschouwt. De oplossing ligt bij hem. Hij is een watje, behandel hem dan ook zo. Hij zal u dankbaar zijn: eindelijk lijkt u een beetje op zijn moeder. Zeg hem, dat u, ongeacht zijn oordeel, zijn moeders gedrag onacceptabel vindt en dat uw ergernis een gegeven is waarmee hij rekening heeft te houden, of hij het er nu mee eens is of niet. Zeg hem vervolgens dat u hem graag de tijd en ruimte biedt aan haar bemoeienis op zijn manier paal en perk te stellen. Spreek een periode af, bijvoorbeeld drie maanden. U stelt hem in het vooruitzicht dat, als de bemoeienis naar uw oordeel te weinig afneemt, u zelf met uw schoonmoeder zal praten. Eventuele brouille, zo benadrukt u, neemt u dan op de koop toe. U vraagt hem vervolgens wanneer u haar weer eens gezellig zal uitnodigen.
Voor wie Koopjesjagers met een voorkeur voor Franse chic. Maar ook verzamelaars, want bijzonderheden hangen er genoeg. Nathalie Wouters
Reciproque 89, 92, 93, 95 en 101 Rue de la Pompe, Parijs Reciproque.fr
MODEBLI KJ ES
Peter Stigter
GEZETTE LADY
Er zijn drie oplossingen: weggaan, eisen dat er niet meer gerookt wordt (dat is tenslotte verboden op de werkvloer, uw vriendin heeft de wet aan haar kant), of accepteren dat er gerookt wordt. Ze zal dus een keuze moeten maken. Aangezien ze het niet naar haar zin heeft en de baan saai vindt, zou ik zeggen: zoek een andere baan. Maar gezien haar leeftijd lijkt het me verstandig om de huidige baan pas op te geven als ze een nieuwe gevonden heeft. U geeft haar weinig kans, maar misschien blijkt het deze keer minder moeilijk. Het is een poging waard. Intussen kan ze haar strijd tegen het roken op de werkvloer, zonder dat ze meteen naar de rechter stapt, vriendelijk maar beslist voortzetten: kijken of er niet een speciaal rookhol gecreëerd kan worden, zoals in veel bedrijven, of een andere tussenoplossing. Als haar dat lukt, krijgt ze misschien ook meer plezier in haar werk.
Team Peter Stigter
Het grootste, twee verdiepingen tellende pand hangt tjokvol dameskleding in bijzonder goede staat, voor slechts een fractie van de originele prijs: variërend van 90 euro voor een rok van Sonia Rykiel, tot 11.000 euro voor een Hermès-tas van reptielenhuid. De kleding is afkomstig uit diverse tijdperken: een bijna antiek Chanel-pakje (1.380 euro) hangt naast een overhemdjurk van Givenchy (368 euro) uit 2007. Op de begane grond hangen voornamelijk Franse ontwerpers. De kelder is ingeruimd voor Italianen (D&G, Missoni, Gucci), Amerikanen (Donna Karan, Calvin Klein) en Japanners (Comme des Garçons, Issey Miyake). Daarnaast is er een flinke schoenenafdeling . De vier aanzienlijk kleinere winkels staan in het teken van respectievelijk sieraden uit het hoogste segment (Bulgari, Van Cleef & Arpels), herenkleding (veel klassieke pakken en overhemden), feestkleding (cocktailjurken van Chanel en glitterschoenen van Manolo Blahnik) en damesaccessoires.
Hoe word je geholpen
Hele roedels middelbare schooljongens spuiten drie maal daags hun onzekerheid weg met deodorant. Dat doen ze het liefst met een merk dat associaties oproept met mannelijkheid en sexappeal. En geen deodorantmerk doet dat zo effectief als Axe. ‘Voorkom voortijdige zweetlozing’, is het motto. En wat ‘het Axe effect’ vermag, was goed te zien in het al weer jaren oude spotje waarin een jongen op het strand argeloos deo opspuit en vervolgens onder de voet wordt gelopen door een massatrek van honderden vrouwen in bikini. Ze komen overal vandaan: uit de zee, vanaf de rotsen, uit de bergen – in hun ogen dezelfde blik: woeste begeerte. Het is opvallend dat het übermannenmerk Axe nu een deodorant voor meisjes heeft gemaakt: Anarchy For Her. Een geschikte testplek voor deze roze, maar stoere spuitbus is een gymlokaal van een middelbare school waar een groep meisjes uit 4 vwo (type: lang haar, korte Uggs, skinny jeans) net korfbal heeft gehad. Anarchy For Her ruikt naar appel en dat vinden de leerlingen „lekker zoet en fris”. Of ze hem ook gaan kopen, weten ze nog niet. „Jammer dat Axe nu niet meer iets alleen van jongens is”, whatsappt een van hen. En de campagne die zo expliciet op seksuele aantrekkingskracht is gericht, wat vinden ze daarvan? „Slim.” Om er in een volgende whatsapp aan toe te voegen: „Tja, de vierde klas hè?”
ROKEN OP DE WERKVLOER
OPVALLEN D
De nieuwe bijbaan van Jean Paul Gaultier
Jas als cape
Het is voor een modeontwerper met een eigen label heel gebruikelijk om iets naast de deur te doen: een eenmalige collectie voor een grote keten, de creatieve leiding over een oud modehuis of een sportmerk, het aankleden van een fles champagne of water, het ontwerpen van colablikje. Jean Paul Gaultier, tot vorig jaar verantwoordelijk voor de vrouwenlijn van het superchique Hermès, heeft een wel heel bijzondere nevenactiviteit gevonden. Hij is benoemd tot creative director van Coca-Cola light. Gaultier zal, zo liet het frisdrankmerk weten, „ zijn creatieve flair en geniale gevoel voor mode op sensationele manier terug laten komen in een limited edition-collectie”. Daarnaast zal hij retailconcepten en reclamecampagnes ontwikkelen. Ah, daarom lagen die blikjes bij de laatste show op de stoelen.
Showlocaties herkende je tijdens de internationale modeweken aan de drommen mensen voor de deur die hun jas als een cape over hun schouders hadden geslagen. Vrouwen – en een enkele modieuze man – droegen hun wollen jassen, trenchcoats, motorjacks of colberts zonder armen in de mouwen. Het zal iets te maken hebben met de fotografen die bij modeshows hun lenzen op de outfits van genodigden richten: capes vallen een beetje open, waardoor de onderliggende kleding beter in beeld komt. In upper class kringen draperen oudere dames hun mantels al decennialang over de schouders. Nu zijn het vooral de modeprofessionals die hun mouwen negeren: de trend heeft de straat nog niet bereikt. Het is ook geen bijster praktische manier van dragen, bij een beetje wind glijdt de jas van de schouders. De Amerikaanse ontwerper Phillip Lim heeft er iets op gevonden: op zijn jassen zit een riempje, waardoor ze ook als cape gedragen kunnen worden.
Gaultier vorige week na zijn show in Parijs. Milou van Rossum
Nathalie Wouters
ETSY WEBVLIJT
Schoonmaak Via etsy.com zijn miljoenen zelfgemaakte producten te koop, van oorbellen uit België tot tafelkleden uit Indonesië. Lux maakt een keuze uit het aanbod. Deze week: schoonmaak, naar aanleiding van de tiende week schoonmaakstaking, een record ten opzichte van 2010. Het jaar waarin de schoonmakers negen weken hebben gestaakt.
Maker Umbu, Bazel, Zwitserland. De prijs van deze stalen magneet is 10,23 euro. ‘Entirely swiss made, ready for your fridge.’
Maker Julie Cline, Magna, Utah, VS. Deze diva handschoenen kosten 10,14 euro. ‘Manicure stays perfect, your cuteness will shine!’
Maker Marine Biochic, Port Aransas, Texas, VS. Prijs van de vloerwisserovertrek is 6,27 euro. ‘Make cleaning, fun, ecofriendly and pet safe.’
Maker Jessica Roebuck, Lincoln, Engeland. De manchetknopen zijn te koop voor 12,32 euro. ‘Fun whilst having a classic vintage look and feel.’
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
13
12 LUX beeld
Genieten mag weer De autosalon van Genève ademt optimisme: veel dure pk-monsters én veel automeisjes. Wie graag autoshows bezoekt, kan niet om de beurs van Genève heen. Elk jaar, begin maart, verzamelt zich de autowereld aan de boorden van het Lac Léman voor een evenement dat in nieuwswaarde en mondiale uitstraling zijn weerga niet kent. Shows als Detroit, Tokio en zeker Parijs of Frankfurt zijn dan wel groot, het veel compactere Genève heeft altijd de meeste wereldprimeurs en conceptcars. Wie als autofabrikant Genève aandoet, móet iets nieuws of spannends te melden hebben. Anders kun je net zo goed wegblijven, zeggen de Zwitserse organisatoren nog net niet hardop. Een opmerkelijke revival op de beurs is die van mooi (en soms schaars) geklede dames naast de auto, de automeisjes. Tijdens de crisis van enkele jaren terug was het soberheid troef en vond de auto-industrie het blijkbaar geen pas geven om mooie vrouwen naast de auto’s te zetten, maar dat tij lijkt gekeerd. Tijdens de persdag wemelde het in elk geval van de ‘car girls’. Vooral bij, dat moet gezegd, de Italiaanse merken. Wat dat betreft regeert ex-premier Silvio Berlusconi over zijn politieke graf heen; zijn opvolger Mario Monti komt als meer dan zakelijk voor de dag, maar Berlusconi vond altijd dat mooie vrouwen het imago verbeteren van Italië en de producten van het land. Op de stands van Alfa Romeo, Lamborghini, Abarth en bijvoorbeeld die van het designbureau Giugiaro werd dan ook een meer dan gemiddeld aantal fotografen waargenomen. De Maserati Gran Turismo Sport (een wereldprimeur) had al even charmant gezelschap, terwijl het Franse brommobielmerk Bolère veel aandacht trok door naast een vrij kleurloos modelletje een wel heel vlammend automeisje neer te zetten. Er zijn ook merken die niet aan de modellenwedstrijd meedoen. „Het moet wel een doel dienen”, zegt een Opel-woordvoerder. „Wij leveren gezinsauto’s, dan staat het wel heel raar om daar een oogverblindend fotomodel bij te zetten.” Bovendien gaat inmiddels één op de drie nieuwe auto’s naar een vrouw. Ook zijn er automerken die een man als model gebruiken. Mini bijvoorbeeld, bij de nieuwe John Cooper Works. Of het Indiase Tata, dat bij het prototype voor een stadsautootje – de Megapixel – twee lustig knipogende mannen neerzette. De beurs ademt verder optimisme, na twee redelijk ingetogen jaren. Elektrische auto’s staan er wel, maar hun doorbraak lijkt opnieuw weer voor minstens een jaartje – en waarschijnlijk langer – te zijn uitgesteld. Zuinige en schone modelletjes zijn er verder genoeg, maar des te opvallender is daardoor het aantal spannende auto’s en pk-monsters in Genève. Ferrari durft het aan een F12 Berlinetta te lanceren met maar liefst 740 pk. BMW oogst lof met de wonderschone vierdeurs 6 Grand Coupé, Rolls-Royce meldde vorig jaar het recordaantal van ruim 2.300 auto’s te hebben verkocht en toont een uiterlijk gewijzigde Phantom. Bentley durft het eindelijk aan een prototype te tonen voor een SUV, de EXP 9 F. Niet echt moeders mooiste, maar het is Bentley’s eerste crossover en de eerste kopers hebben zich al gemeld. Die uitbundigheid is illustratief voor het optimisme onder de exposerende fabrikanten. Maar ja, de autowereld is dan ook gewend om drie jaar vooruit te kijken. De meeste van de nu in Genève getoonde prototypen en conceptcars komen immers niet vóór 2015 op de markt. tekst Guus Peters foto’s Pieter E. Kamp
Mini John Cooper Works: Een rallyauto voor de gewone weg; Minii vertaalt ve zijn rallysuccessen naar deze John Cooper Works, die met 218 pk echter niet al te uitbundig gemotoriseerd ge is.
Peugeot 4008: Een wereldprimeur van Peugeot is deze vierwielaangedreven 4008. Hij wordt overigens niet leverbaar in het vlakke Nederland. Citroën gaat de auto wel leveren, als louter voorwielaangedreven C4 Aircross.
Lamborghini Gallardo: Lamborghini lanceerde in Genève de Aventador J. Dankzij een twaalfcilinder goed voor 700 pk en een topsnelheid van 300 km/h.
Italdesign/Giugiaro: ItalDesign, het ontwerpbureau van de befaamde tekenaar Giugiaro, is altijd aanwezig op Genève. Hier een studie naar een tweezits sportcoupé in de befaamde Martini-kleuren.
BMW 6 Gran Coupé: Na Mercedes-Benz (CLS) en Audi (A7) kon BMW niet achterblijven met een grote, vierdeurs coupé. Het is deze wonderschone 6 Gran Coupé geworden. Het topmodel heeft 450 pk en vierwielaandrijving.
Alfa Romeo Mito: De succesvolle Alfa Romeo was in Genève voor het eerst te zien met de 0,9 liter tweecilinder motor van 85 pk. Lancia en Fiat pasten deze ‘Engine of the Year’ al eerder toe.
Abarth 500: Abarth is het sportieve merk van de Fiat Groep; het maakt uitbundige versies van de Fiat 500, zoals deze ‘turismo’, met een tot 160 pk opgevoerde motor.
Bolloré Bluecar: Het Franse Groupe Bolloré produceert deze, volledig elektrisch aangedreven vierzits stadsauto, de Bluecar.
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
15
LUX drinken
14 LUX eten
Standaardglas
OVER DE TONG
Twee glazen wijn per dag is gezond. Maar wat voor glazen, vraagt Harold Hamersma. Regelmatig ga ik in Nederland ‘op wijnreis’. Af en toe om een vaderlandse wijngaardenier te bezoeken. Maar veel vaker om een voordracht te houden over Wijnreis door mijn lichaam, mijn boek over de positieve effecten van wijn drinken. Mijn tournee heeft mij gebracht in businessclubs, in een zaal waar belangenverenigingen van nierpatiënten en hun artsen verzameld waren en in bibliotheken. En dit is nog maar een kleine greep uit mijn tournee van het afgelopen jaar. Met het aankondigen van al mijn optredens zou Meta de Vries – God hebbe haar ziel – hele radioblokken van Lekker Weg hebben kunnen vullen. Iedereen wilde het nieuws horen over hoe gezond het drinken van wijn wel niet was. Regelmatig deed ik deze optredens in samenwerking met de plaatselijke wijnhandel. Een dergelijke reis loopt nu eenmaal echt gesmeerd als iedereen een goed glas in de hand heeft. Een maand of twee geleden hield ik mijn voordracht bij een boekhandel in Oosterhout, waar de volgende dag Connie Palmen zou komen voorlezen. „In dat geval kun je die aangebroken flessen rustig laten staan hoor”, heb ik de wijnman nog geadviseerd.
Hoe dan ook, in de aanloop naar mijn vertellingen is er gewoonlijk eerst sprake van geroezemoes in het publiek. Wijn maakt de tongen los. Daarna is er veelal een aandachtig luisterend publiek dat vervolgens vaak letterlijk in gejuich uitbarst bij de eerste conclusie: „Jazeker, dames en heren…Wijn drinken is gezond…” Er wordt dan geproost. Er wordt op schouders geslagen. Er worden tweets verzonden: ‘Hoor dat #wijndrinkengoedis van @haroldhamersma. Neem er nog één!’ Kort daarna kun je gewoonlijk weer een speld horen vallen als ik de ontbindende voorwaarden toelicht. Bijvoorbeeld als ik informeer over de richtlijnen die door de Gezondheidsraad zijn gepubliceerd. Ondanks dat er geen eenduidige definitie bestaat van ‘matige alcoholconsumptie’, geeft de raad wel raad: mannen mogen maximaal twee standaardglazen per dag drinken en vrouwen één. Deze richtlijnen zijn overgenomen door de Nederlandse Hartstichting, het Nederlands Huisartsen Genootschap, het Trimbos Instituut en het Voedingscentrum. Opvallend is dat het KWF Kankerbestrijding een ruimere marge hanteert: maximaal drie standaardglazen voor mannen en twee voor vrouwen. Grappig, omdat ik tijdens een uitzending van Pauw & Witteman van een woordvoerder van Stichting Alcohol Beleid toegebeten kreeg dat iedere drup alcohol die een mens binnen krijgt kanker kan veroorzaken. Nu kom ik het begrip ‘standaardglas’ vaak tegen in medische en wetenschappelijke publicaties. Wat is dat eigenlijk? Staat dat ook bij mij in de kast? Ik heb een glas waar ik een
driekwartliter fles wijn in kan leeg schenken zonder dat het overloopt. Groot succes tijdens proeverijen. Helaas hanteren geleerden andere normen. Een glas bier, wijn of gedistilleerd zoals die bijvoorbeeld in café of restaurant worden geschonken, bevatten evenveel alcohol: ongeveer 10 gram. Zo bevat een bierglas van 250 ml voor 5 procent van zijn volume alcohol = 12,5 ml pure alcohol. Omdat 1 ml alcohol slechts 0,8 gram weegt bevat het bierglas 12,5×0,8= 10 gram pure alcohol. Ga ik echter de grens over dan blijkt de Nederlandse standaard weer geen standaard te zijn. Dat kan ik opmaken uit de Sensible Drinking Guidelines die ik op internet vind en waar de internationale richtlijnen van nationale overheden en de WHO, de World Health Organisation, zijn gerangschikt. Afhankelijk van waar op de wereld de drank vloeit, varieert het gewicht aan pure alcohol in een standaardglas volgens de officiële instanties tussen 8 en 14 gram. Een eenvoudig rekensommetje leert dus dat je in sommige landen bijna het dubbele mag drinken, terwijl dit dan nog steeds als ‘safe’, ‘responsible’, dan wel als ‘low-risk’ wordt bestempeld. Bij onze zuiderburen is het voor de gretige drinker het beste toeven. Bij ‘België’ lees ik: ‘There are no government guidelines.’
1
Verhit het water in de onderste kan met de gasbrander
2
Het hete water stijgt op naar de bovenste kan
6
De koffie is klaar
3
Doe koffie bij het hete water en zet na veertig seconde de gasbrander uit
rEvolution-wijnglas
KO RT
Revolutie Of er nu wel of geen standaardglas bestaat, er is wel een universeel wijnglas. Dat schrijven Huib Edixhoven en Evelijn van Heuven in hun nieuwe boekje Smaakstof. Het duo afficheert het Riedel chiantiglas als zodanig en roemt dit model: „Omdat het een helder glas is zonder tierelantijnen, met een poot en een lekkere grote kelk die een beetje tulpvormig toeloopt.” Verre van standaard is het rEvolution-wijnglas van de Tsjechische ontwerper Martin Jakobsen. Een glas zonder voet, maar wel met een steeltje. „Sommige mensen geloofden niet in het revolutionaire concept. Maar iedereen die het uitprobeerde, was verrast”, laat Jakobsen weten. „Inschenken, ruiken en drinken gaat veel handiger dan bij een standaardglas.” Helaas waren we er net achter (zie hiernaast), dat een standaardglas niet bestaat. Smaakstof (Carrera Culinair, 9,95 euro) rEvolution 25,00 euro, vinice.nl
4
Meng de koffie door het water, niet roeren
5
Binnen een halve minuut trekt de koffie door het filter naar beneden
Koningin van de filterkoffie Koffiefanatici met weinig haast omarmen een negentiende-eeuwse uitvinding: de ‘sifon’ of vacuüm zetmethode. ‘Het is als een scheikundeles op tafel.’
VAN DE KAART
Ronald Hoeben eet lendebiefstuk bij De Salentein in Nijkerk.
tekst Ebele Wybenga foto’s Nalundgaard / Flickr
Uitgestorven klasse In Frankrijk logeerden we in een dorpje, dat er ’s avonds uitgestorven bij lag. Althans leek te liggen, want op de vraag aan onze hospita waar men hier zoal at, verwees ze ons naar de achteringang van het dorpscafé, die leidde naar een afgeladen eetzaal waar de serveersters zich in het zweet liepen om de bestellingen bij te houden. In zo’n gedrang is eten een aangenaam groepsvermaak, in tegenstelling tot de landerige of juist gewijde sfeer die je in Nederlandse provinciale eethuizen zo vaak treft. Dan ontstaat er een soort gezelligheidsdeficit dat door keuken en bediening zal moeten worden aangevuld, terwijl de vraag: waarom zitten we hier? en de gedachte aan zaken waar ik liever naartoe was gegaan, zich onweerstaanbaar opdringen. Bij De Salentein in Nijkerk is het op een dinsdagavond vrijwel uitgestorven. In de enorme eetzaal-met-centrale-leestafel zitten welgeteld acht gasten. Gelukkig is de jonge ober vrolijk, dat scheelt. De Salentein is geen ‘gewoon’ restaurant, het is een gelijknamig landgoed met twee restaurants – grillrestaurant El Portillo en het Koetshuis, waar wij zitten – plus nog wat bijgebouwen in trouwlocatiesfeer. Het geheel is eigendom van Volkswagenimporteur Pon, wiens Argentijnse wijnen (Salentein en Callia) hier uiteraard geschonken worden. We starten dan ook met een aangenaam, bruisend Argentijns aperitief (6 euro) bij de soundtrack van Saturday Night Fever en gerookte vliegtuigamandelen die op tafel staan. Een erwtensoepje met roggebrood en gerookte paling heeft de rol van amuse, het is de voorbode van een calorie-
rijke reeks gerechten die het driegangenmenu van 42,50 euro vormen, waar een wijnarrangement van 28,50 euro bij geschonken kan worden. Ossenstaartterrine met serranoham, truffel, eendenlever en aardappelmayonaise is – vooral door die aardappelmayonaise – een behoorlijk vet ensemble, en dan hebben we de eendenlever erin nog niet eens kunnen detecteren. De ‘uitsmijter’ (gegrild briochebrood met eendenlever, zwezerik en kwartelei) is een geslaagde poging om een kerstdiner op een boterhammetje te concentreren, die wel een ongegeneerd lekker gerechtje oplevert. De Salentein kan bogen op ‘eigen’ Black Angus runderen, die op of direct naast het landgoed grazen. Daarvan komt de prima gegrilde lendebiefstuk met gebakken lof, tuinboonrepen, ‘dikke frieten’ en bearnaisesaus. De frieten zijn mooi van kleur, strak gesneden en dito gestapeld maar missen het onontbeerlijke krokantje. Uiteraard kan er een voorbeeldige match gemaakt worden met Argentijnse malbec. Ronduit slordig (aan de drukte kan het niet liggen) is het feit dat de bediening er in de laatste minuut achter komt dat de vis van de dag geen rog, maar zeeduivel is, geserveerd op een druk plein van gebakken bloemkool, snijboon, kappers, biet en coquilles. Gezelligheid op het bord is geen medicijn voor saaie restaurants, maar het helpt gelukkig wel. Een beetje.
8-
De Salentein Putterstraatweg 7-9, Nijkerk 033-2454114
De opstelling op de bar oogt als een rij zandlopers. Koperkleurige halogeenlampen schijnen omhoog in glazen bollen. Als een dirigent houdt de barman zijn borrelende vaten in de gaten. In Japan is het sinds een paar jaar een populair verschijnsel: de sifonbar. Hier wordt koffie gezet volgens een procedé dat al in de eerste helft van de negentiende eeuw werd gebruikt: de ‘sifon’ of vacuüm zetmethode. Sifon slaat op de glazen buis waardoor heet water omhoog wordt gedrukt om zich op de juiste temperatuur met koffie te vermengen. De vacuüm zetmethode zorgt ervoor dat de koffie daarna door een filter weer omlaag trekt. Na Japanners en Amerikanen hebben ook Nederlandse koffieconnaisseurs deze manier van koffiezetten herontdekt, niet alleen voor buiten de deur maar ook voor op de keukentafel. ‘Siphon: Crisp & Pure’ staat op een bord boven de toonbank van Two for Joy. Het is een van de zetmethoden voor filterkoffie die dit Amsterdamse koffiehuis aanbiedt. De sifon zetmethode levert lichte koffie op met een langdurige smaak. Geen bittere, donkere bak, maar een ‘clean cup’, helder als thee. „Een slok sifonkoffie heeft dezelfde intensiteit van begin tot eind. Het overdondert je niet zoals espresso dat doet”, zegt barista Panajiotis Petropoulos van Two for Joy. „Ik drink bijna geen espresso meer.”Hij maakt sifonkoffie aan tafel klaar met zijn gasten erom heen, een schouwspel dat door alle handelingen makkelijk tien minuten kan duren. „Het is als een scheikunde-
les op tafel.”Is er veel vraag naar? „Soms een week niet, soms vijf keer op één zaterdag.” Sifonkoffie maken is een beetje onhandig en vereist veel discipline van een barista, zegt Thijs Gerbrandy van de Espressofabriek in Amsterdam. „Maar voor de klant is het een mooie gimmick omdat het er cool uitziet.” Thuis demonstreert Gerbrandy hoe hij koffie zet met een sifonapparaat van het Japanse merk Hario. „Licht gebrande koffie met een fruitige toon is ervoor geschikt.” In de onderste bol verhit Gerbrandy water met een gasbrandertje. Het water komt op een constante temperatuur, net niet kokend, langs het filter omhoog in het bovenste glas. Als het water boven is doet hij de koffie erbij en zet hij een timer aan. „Mengen, niet roeren!”, waarschuwt hij. Na precies veertig seconden haalt hij de hittebron weg. De koffie trekt binnen een halve minuut naar beneden. Plotselinge bubbels onderin geven aan dat het proces voltooid is. „Nu moet je slurpen”, zegt Gerbrandy nadat hij het brouwsel even heeft laten afkoelen. De eerste slok verrast: een zuivere smaak die lang blijft doorspelen in de mond.
Rolls-Royce In tweedehands winkels en op Marktplaats kom je ze regelmatig tegen: sifonkoffiezetters van tientallen jaren oud, van de Engelse fabrikant Cona. Geen keukenapparaten maar objecten voor midden op tafel. „De Cona is de Rolls-Royce van de vacuüm zetmethode”, zegt
Jan Vlak van A. GEZANG & CO in Den Haag, leverancier van professionele filtratietechniek. Het familiebedrijf importeert sinds de jaren dertig Cona-koffiezetters, zegt Vlak. „Het is een slowfoodapparaat dat traditioneel zijn enthousiastelingen vindt bij de oudere generatie die minder gehaast door het leven gaat.” De laatste jaren merkt Vlak dat een nieuwe groep interesse in het apparaat heeft gekregen. „Snelle jongens van tussen de twintig en vijfendertig die met het verrichten van hocuspocushandelingen het maken van een kopje koffie willen verheffen tot een kunst.” Maar Vlak is blij met elke enthousiaste gebruiker. „De groep liefhebbers zal klein blijven.” Het huidige model Cona Coffee Maker is ontworpen door de Britse graficus Abram Games en sinds 1962 ongewijzigd in productie. Uniek aan de Cona is de glazen stop die dient als filter, door de fabrikant gepatenteerd in 1910. Het voordeel is dat glas geen smaak aanneemt, waardoor je er meer mee kan maken dan koffie alleen. De Japanse concurrent Hario gebruikt een onhandig filter van stof dat nat en gekoeld moet blijven om te voorkomen dat er smaken in opdrogen. „Naar believen kun je met een Cona ook thee of glühwein zetten. Het is een multifunctioneel apparaat voor extractie”, zegt Jan Vlak. De importeur kent zelfs een restaurant dat er kreeftensoep mee trekt. De Cona Coffee Maker is te koop vanaf 144 euro. De Hario Siphon is te koop vanaf 75 euro.
Sifons in beeld Een gelikt Amerikaans demonstratiefilmpje: vimeo.com/8977253 De werking van de vacuüm zetmethode in detail: coffeegeek.com/guides/ siphoncoffee Japanse Sifon bar met halogeenlampen: vimeo.com/5859251 De geschiedenis van Cona: gezang.nl/pagina5.html
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
16 LUX wonen
17
IN TRANSIT
Britten beleefd? Ivo Weyel ergert zich in Londen.
Sold out Londen en ik, het wil maar niet lukken. Elke keer dat ik er ben, doe ik weer mijn best. Maar ik heb het niet met die stad, ze is te groot, te uitgestrekt, er is geen centrum, de metro is ingewikkeld en daarbij voortdurend haperend met trajecten die ineens uitvallen waardoor ik vorige week moest overstappen en het overzicht helemaal verloor. Daarbij staat niemand meer keurig in de rij, zoals het Engelsen toch betaamt, maar vecht zich net als in Calcutta een weg de metro in voordat de uitstappers zijn uitgestapt. Engelsen beleefd? Niet die ik tegen kom. Sta ik voor de kassa van de Royal Academy of Arts voor de David Hockney-tentoonstelling, kijkt de kassameneer me aan of ik niet goed snik ben als ik om een kaartje vraag. „Sold out”, zegt hij en kijkt over mijn schouder en roept: „Next.” Blijkt dat je die kaartjes van tevoren had moeten reserveren. Spontaan dingen doen in Londen kan blijkbaar niet. Terug in het hotel vraag ik de conciërge of hij dan misschien kaartjes kan regelen. „Of course”, zegt hij, en duikt onder de balie. Hij overhandigt me het kaartje en zegt: „Veertig pond.” „Veertig pond?”, herhaal ik stomverbaasd, want aan de museumkassa waren ze veertien pond. Hij vertelt dat die natúurlijk (met nadruk op natúurlijk, alsof de hele wereld dat weet behalve ik) al lang zijn uitverkocht en dat hij in al zijn bereidwilligheid voor de hotelgasten met veel moeite een paar tickets op de zwarte markt op de kop heeft weten te tikken waarvoor hij veertig pond heeft moeten betalen, dus dat ik vooral niet moet denken dat hij daar zelf iets aan verdient. Ik vind dat sleazy, iets dat je verwacht bij de conciërge van een schimmig hotel in Las Vegas en niet in een veelsterrig Londens etablissement. „Take it or leave it”, zei hij ongeduldig, terwijl hij met zijn vingers op de balie trommelde. Ik dacht aan het beste dat Engeland ooit voort heeft gebracht, de humor van Monty Python, en dan met name de ultieme vloek uit de Holy Grail: „I don’t want to talk to you, you empty-headed animal food trough wiper. I fart in your general direction. Your mother was a hamster and your father smelt of elderberries. Now go away or I shall taunt you a second time.” Ik ken die vloek uit mijn hoofd, maar ik sprak hem niet uit. Daar ben ik te beleefd voor.
Levende interieurs Het woontijdschrift apartamento maakt school met rommelige interieurs. ‘Niet perfectie maar realiteit is ons uitgangspunt.’ tekst Arjen Ribbens
E
en slaapkamer met een onopgemaakt bed. Een uitpuilende garderobekast met daarvoor een wasmand vol strijkgoed. Een keukentafel vol kranten en de restanten van een ontbijt. De nieuwe, 328 pagina’s dikke catalogus van het Duitse verzendhuis Magazin.com opent met een fotoreportage over een opmerkelijk rommelig interieur. Waar zijn de meubels en andere huishoudelijke producten die het bedrijf wil verkopen? Als ze al op de foto’s te zien zijn, dan ingebed in de alledaagse realiteit van een levendig huishouden. Uit een toelichting in de catalogus blijkt dat het verzendhuis zich heeft laten inspireren door het woontijdschrift apartamento, dat net als drie andere internationale tijdschriften geprezen wordt om zijn authenticiteit: „Een jonge generatie van tijdschriftenmakers neemt nieuwsgierig, kritisch, creatief en moedig het heft in handen, in plaats van zich te laten leiden door
Op verzoek koos Marco Velardi, hoofdredacteur van apartamento, zijn favoriete pagina’s uit zijn tijdschrift: „Het is een beetje politieke selectie: het laat zien hoe gevarieerd onze aanpak is en wat onze beeldtaal is. En volgende week maak ik vermoedelijk weer een andere keuze, want eigenlijk zijn alle pagina’s me even lief.”
doelgroepenonderzoek en verkoopcijfers.” Apartamento is een Engelstalig interieurtijdschrift dat in Milaan en Barcelona wordt gemaakt. In de acht tot nu toe verschenen nummers stonden fotoseries van rommelige maar sfeervolle huishoudens. Reportages waarbij het lijkt alsof de fotograaf door de achterdeur naar binnen is geglipt en met de camera in zijn telefoon stiekem wat opnamen heeft gemaakt. De smoezelige, soms onscherpe foto’s wekken de indruk dat het tijdschrift het leven op zijn staart trapt. In New York mag de lezer bijvoorbeeld even binnengluren bij actrice Paz de la Huerta (bekend van de tv-serie Boardwalk Empire), die zo te zien net is opgestaan en in ondergoed op een bedbank ligt waaronder een grote verzameling pumps staat. De garderobekamer bij styliste Zoe Bedeaux lijkt op een uitdragerij. En bij het fascinerende interview met Enzo Mari, de grand old man van het Italiaanse design, staan geen foto’s van zijn producten, maar wordt de lezer getrakteerd op de ogenschijnlijke chaos in zijn studio en de afgebladderde kastjes in zijn keuken. „Niet perfectie maar realiteit is ons uitgangspunt”, zegt Marco Velardi, de Italiaanse hoofdredacteur van apartamento. „Opgeruimde interieurs bestaan alleen maar in het hoofd van onze moeders.” Samen met ontwerper Omar Sosa en fotograaf Nacho Alegro zette Velardi het blad vier jaar geleden op. „We zijn vrienden, liefhebbers van tijdschriften. Ons uitgangspunt was niet kritiek op bestaande woonbladen. We wilden vooral laten zien hoe wij tegen de wereld
aankijken en hoe een interieur iemands persoonlijkheid kan verbeelden.”
Invloedrijk Wat begon als een cultblad voor liefhebbers is inmiddels uitgegroeid tot een invloedrijk blad met een oplage van 25.000 exemplaren. Een tijdschrift dat staat voor een mentaliteit die aan terrein wint. Verzendhuis Magazin.com is zeker niet het enige grote bedrijf dat lessen trekt uit apartamento. En ondanks de nog altijd relatief kleine oplage is het opvallend hoeveel grote namen zich aan het blad verbinden – als medewerker (regisseur Miranda July, ontwerper Javier Mariscal, fotograaf Juergen Teller), maar ook als adverteerder (Vitra, iittala, Alessi). De makers proberen niet hebberig te zijn, zegt hoofdredacteur Velardi, die onlangs werd aangesteld als art director bij het Italiaanse meubelmerk De Padova. „De winst die we maken investeren we weer. De redacteuren verdienen hun geld met andere activiteiten. We prijzen ons gelukkig dat we worden begrepen. We zien het blad vooral als een kans om met interessante mensen te kunnen werken.” Ontwerper Bertjan Pot gebruikt apartamento als lesmateriaal op de Design Academy Eindhoven. Hij noemt het een „heel actueel blad”en „een reality checkvoor de designwereld”.„apartamento is een tijdschrift dat zich afzet tegen design op sokkels en tegen de drang om je met nieuwe producten te onderscheiden.” In de bekende grote woonbladen staan zijn lampen en meubels vaak afgebeeld. Toch ergert Pot zich in bladen als Eigen Huis & Interieur en Elle
Wonen vaak aan de overgedesignde interieurs met het nieuwste van het nieuwste. „Wonen daar wel echt mensen in?, vraag ik me altijd af. Apartamento is een tijdschrift dat lezers niets probeert te verkopen. Het is een blad over delen. Heel gul deelt het ervaringen over wonen. De getoonde interieurs zijn van mensen die tevreden zijn met wat ze hebben. Hun bank oud? Met een paar kussens uit de kringloopwinkel kan hij best nog even mee.” Luidt die houding niet het einde van design in? Zeker niet, zegt Pot. Elke designtrend is een reactie op de vorige, doceert hij. Neem de minimalistische kroonluchter met 85 kale peertjes die Rody Graumans in 1992 voor het designlabel Droog ontwierp. Die was, zegt Pot, een reactie op het cleane marmer en rvs van het Italiaanse design dat destijds zo in zwang was. „Grappig is dat zo’n statement tegen statusdesign uiteindelijk zelf ook die status krijgt.” Pot noemt apartamento een blad dat hem als ontwerper scherp houdt. „Waar gaat design over? Over goede dingen maken voor iedereen.” Voor het vierde nummer van apartamento deed de in Schiedam werkende ontwerper de lezers een behangontwerp cadeau. In het blad zaten vier prints met daarop twee aardappels, vergezeld van een handleiding. Door die prints uit te vergroten van A5- naar A4-formaat en ze vervolgens te vermenigvuldigen, konden lezers aardappelbehang maken.
Bloemen Tijdschriftenmaker Roelof Mulder (onder andere Frameen Forum) heeft ook alle acht nummers van
apartamento in de kast staan. „Bij andere woonbladen komt bij een fotoshoot een vrachtwagen met meubels, bloemen en kussentjes voorrijden. Daar leukt een stilist zo’n interieur dan mee op. In apartamento gebeurt dat niet. Daarin zie je geen ontworpen, maar organisch gegroeide interieurs. Dus niet zo zeer mooie, als wel echte interieurs. Vaak word ik daar vrolijk van; ik zie oude meubels die ik nog nooit eerder heb gezien.” Mulder prijst de redactie om zijn onafhankelijkheid. De grote internationale bedrijven die in apartamento adverteren krijgen op de redactiepagina’s geen poot aan de grond. Mulder: „Dat is in de grote publieksbladen heel anders. Om de adverteerders te plezieren worden hun producten op de redactionele pagina’s zo goed mogelijk in beeld gebracht.” Mulder plaatst apartamento in wat hij de Big Brother-trend noemt. „Met social media tonen we alles aan elkaar. Voyeurisme wordt steeds interessanter gevonden. Apartamento is een statement. De kopers zijn creatieve mensen die in het blad kunnen zien hoe andere creatieve mensen wonen. Zonder glamour en zonder luxe. Heel geruststellend, kortom.” Dat verlangen naar authenticiteit manifesteert zich ook op andere terreinen, zegt Mulder. „Waarom kopen jonge muziekliefhebbers bijvoorbeeld weer langspeelplaten? Niet alleen klinken ze beter dan mp3-bestanden, maar lp’s zijn ook interessanter en echter.” apartamento (12 euro per nummer) wordt gedistribueerd door Bruil & Van de Staaij, www.bruil.info Zie ookapartamentomagazine.com
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
18 LUX vrije tijd
SUPER DELUX Koraalvaas Koraalstructuren zoals ze te vinden zijn rond de Gili-eilanden voor de kust van het Indonesische Lombok. Ook voor zijn vierde samenwerkingsverband met aardewerkfabriek Koninklijke Tichelaar Makkum heeft ontwerper Roderick Vos (1965) zich laten inspireren door de natuur. De Gili-vaas is in vijf verschillende richtingen te kantelen en leverbaar in glanzend wit en jadegroen. Te koop à 390 euro in de fabriekswinkel in Makkum en via de webshop www.tichelaar.nl
19
Studentenhanden te huur De klusstudent kan tuinieren, verhuizen en schilderen. ‘Wij vullen de ruimte tussen de Pool en de professional.’
Chris Veul (27) Studeert hbo bouwkunde in Rotterdam Werkt als verhuizer en tuinman „Soms is het alleen sjouwen. En soms willen mensen dat we ze helpen uitpakken, gaatjes boren, de schilderijtjes ophangen. Ook goed. Mijn halve inboedel heb ik door het verhuiswerk. Banken, stoelen, bureaus, lampen. Mensen willen ervan af. Zeker als ze kleiner gaan wonen. En voor een studentenwoning is het perfect.”
tekst Rinskje Koelewijn foto’s Lois Cohen
TEFAF-app Past de Picasso boven de bank? En staat die antieke stoel goed op kantoor? The European Fine Art Fair in Maastricht (van 16 t/m 25 maart) heeft voor haar zilveren jubileum een app ontwikkeld met een Try Out-functie. Voorwerpen van de kunstbeurs kunnen daarmee virtueel thuis worden uitgeprobeerd en de resultaten kunnen op Facebook en Twitter worden gedeeld. De app biedt gebruikers ook een interactieve plattegrond en audioen video-informatie over 180 kunstwerken op de beurs. De app is gratis te downloaden op tefaf.com/mobile en in de iTunes AppStore.
Designvogels Fladderen er mussen en koolmezen in de tuin met een voorliefde voor design? Vervang de vetbol of het pindazakje door een ‘Dish of desire’ van Frederik Roijé (1978). Omdat iedere vogel zijn eigen voorkeursmenu heeft, maakte de Nederlandse ontwerper diverse ‘bird feeders’, met één tot vier voerborden. Meer informatie op roije.com
O
p een dag stond hij bij me op de stoep. Vincente Juarez van Leeuwen heette hij. Hij droeg werkschoenen met stalen neuzen, een werkbroek en een bodywarmer en vroeg wat hij de komende drie uur voor me kon betekenen. Ik had Vincente gewonnen. In een opwelling had ik het goede antwoord gemaild op een prijsvraag van MijnStudent. Met de prijsvraag introduceerde MijnStudent zichzelf begin dit jaar in Amsterdam. In Utrecht, Den Haag en Zwolle zijn er al sinds 2006 verhuis,-, klus,- en computerstudenten. De vraag was: wat is het gekste dat Utrechtse verhuisstudenten ooit vervoerden voor een klant. Het antwoord was zo op internet te vinden: een klavecimbel. Mijn prijs: drie uur gratis de beschikking over een klusstudent. Na de aanvankelijke vreugde volgde paniek. Want wát laat je zo’n jongen doen? De mensen die ik raad vroeg, bleken allemaal een to do lijstje paraat te hebben: badkamerplafond witten, plinten schilderen, keukenkastjes vastzetten, schilderijen ophangen, boekenkastje vastzetten. Allemaal dingen die ze of niet zelf konden, of waar ze maar niet aan toe kwamen. En allemaal dingen die mij thuis ook blijven liggen. Het grootste obstakel tussen mij en mijn student blijkt de handige man thuis. Die muren, die plinten, en die paar gaatjes in de muur, daar heb ik toch geen klusser voor nodig? Dat kan hijheus wel zelf doen. Ooit. Met moeite bereik ik een compromis. De klusstudent zal niet binnen klussen, maar buiten. Ik informeer bij Gerhard te Velde, oprichter en directeur van MijnStudent of zijn studenten misschien ook iets konden in de tuin. Per ommegaande krijg ik antwoord. Tuinstudenten kunnen „bladblazen, onkruid trekken, eenvoudig sloopwerk verrichten of de tuin leegtrekken”. Een schuurtje uitmesten, zoals ik voorzichtig had geopperd, zou ook geen probleem zijn. Mijn student trok dus zijn handschoenen aan en verdween naar buiten. Het kantoor van MijnStudent is zeker geen
smoezelige studentenkamer. Het is gevestigd op de benedenverdieping van een voormalige MTS-school in de Utrechtse wijk Kanaleneiland. Twintigers achter de computer, de telefoon en de vergadertafel. „Twaalf fte’s houden het kantoor draaiend”, zegt Gerhard te Velde (28). Dat betekent: hij heeft acht fulltimers en vijf parttimers in dienst. Zij koppelen de klanten aan de handige studenten in hun bestand. „We werven ze bij de faculteiten bouwkunde of informatica, bij studentenhuizen. Slimme mensen, die kunnen meedenken met de klant.” De klusstudent vult, zegt Gerhard te Velde, de ruimte tussen de Pool en de professional. „We zijn duurder dan de beunhaas en de handige buurman, maar wij werken wit. Vakwerk laten we over aan de professional. Wij leveren losse mankracht. Je huurt een paar uur handige handen.” Zelf werkte Gerhard te Velde naast zijn studie sociologie als tuinman. Met alleen een briefje in de bus in de betere wijken, wierf hij al tweehonderd klanten. Hij maakte geen complete tuinontwerpen of bloeischema’s. „Gewoon de terugkerende klussen. Schoffelen, wieden, snoeien.”Tuinieren leerde hij van zijn „opa en van Google”. Hij blij: „Fijn om fysiek bezig te zijn, na al die uren college en studeren.”De klanten ook blij: „Die zijn verrast dat ze hun klusser kunnen verstaan, dat hij met twee woorden spreekt en met ze mee kan denken. Vaak zijn het mensen die zelf ook gestudeerd hebben, of die studerende kinderen hebben. Ze vinden het leuk om ons over de vloer te hebben.” In 2006 maakte Gerhard te Velde van zijn bijbaantje een bedrijf, samen met Joren Harmanny („sinds groep twee van de basisschool mijn vriend”) richtte hij MijnStudent op. En nu hebben ze ruim 5.000 klanten. Een paar honderd studenten doen nu de tuin, de verhuizing, het schilder- en het opruimwerk, voor 24,50 per uur (de student houdt er zelf iets minder dan een tientje aan over). Voor de klanten die
hun archief willen reorganiseren zijn er kantoorstudenten en voor mensen met computerproblemen zijn er computerstudenten. Bastiaan Waagmeester (21) is student geschiedenis in Utrecht en heeft in het verleden zoveel „gegamed en gecomputerd” dat hij een halve techneut is. Wat hem het meest wordt gevraagd? „Printer installeren. Draadloos internet instellen, fotobestanden ordenen.” Soms is hij al na tien minuten klaar. „Ik word per uur betaald. Dan maak ik de computer nog even helemaal schoon, of haal het stof uit het toetsenbord. Ik heb weleens een boekenkast staan uitruimen om de tijd vol te maken. Ook geen probleem.”
Achter de voordeur Tegenover het kantoor van MijnStudent in Utrecht staat een complex met seniorenwoningen. Gerhard te Velde: „Daar werken we vaak. Woning leeghalen. Gereed maken voor de volgende bewoner. En dan sluiten we ook de wasmachine en de televisie aan én programmeren de televisiezenders.” Dat vindt Gerhard te Velde belangrijk. „Mijn hart ligt achter de voordeur.” Hij mag er uit zien als een manager (jasje, overhemd, geen dasje), hij kan klinken als een manager als hij het heeft over de Gouden Regels van de klusstudent (meedenken, er netjes uitzien, beleefd communiceren) of over de trainingen die elke klusstudent moet volgen. Maar, zegt hij, hij is ook socioloog en een ondernemer van deze tijd. „Mijn generatie gelooft niet meer in werken om het werken zoals mijn vader en grootvader deden.” Zijn vader was dominee in Kampen. Zijn generatie heeft ook gebroken met het ‘greed is good’principe van de jaren negentig. „Ik merk dat de studenten van nu iets willen betekenen voor de samenleving. Er is minder geld voor gezondheidszorg, de samenleving vergrijst, ouderen vereenzamen. Ik denk: hoe kan ik én een gezond bedrijf runnen én een nuttige bijdrage leveren aan deze maatschappij.”
Bastiaan Waagmeerster (21) Studeert geschiedenis in Utrecht Werkt als computerstudent „Als het moet, kan ik hele netwerken aanleggen. Maar vaker zijn het de kleine klusjes waar ik voor kom. En soms komen mensen als ik klaar ben met hun gloednieuwe iPad of Mac aanzetten. Hadden ze bij andere mensen gezien dat die daar foto’s op hadden staan, maar zelf hebben ze geen idee hoe dat moet. Dan halen we hem samen uit de verpakking en geef ik ze nog een uurtje uitleg.”
Marjan Broekhuizen (20) Studeert sociale geografie en planologie in Utrecht Werkt als kantoor- en caterstudent „Om het weekeinde werk ik in de Universiteitsbibliotheek in de binnenstad. Ik loop rond, vul het papier in de printers bij, help studenten met de computers en zorg dat alles netjes blijft. Door de week zit ik vaak zelf in de bieb. Vijf minuten van mijn huis. Prima studieplek.”
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
21
LUX auto
20 LUX reizen Opwarmen in de broodoven, afkoelen in de wei, de huid zuiveren met aarde. Een dagje in de boerderijspa.
In ‘de hooioven’ zit de gast onder een doek, daaronder blaast stoom door hooi heen.
ACHTER HET STUUR
‘Met een beetje respect wordt het veel draaglijker in het verkeer’
tekst Monique Snoeijen foto Peter Molle
Hooi, klei en rust
Guido van Woerkom (1955), hoofddirecteur ANWB.
Lars van den Brink
Wat was uw eerste auto? „Een koningsblauwe Renault 5 TL. Ik was er apetrots op, eindelijk gemotoriseerd vervoer voor mijn eerste, echte baan als secretaris.” En de droomauto van uw jeugd? „Ik droomde niet echt over auto’s. Wel dat ik er graag een wilde. Ik hoefde ook geen bijzondere auto, liever eentje die bij mijn budget paste. Die nuchterheid zat er toen al in.” Wat rijdt u nu? „Audi A8. Een heerlijk, comfortabele auto zonder veel uiterlijk poeha.”
Stagiaire Esther Noorman, Carolijn Goes, manager bij Mini in een BMW M5, en secretaresse Willemijn Brauckmann bij BMW Nederland in Rijswijk.
In hoeveel keer afrijden heeft u uw rijbewijs gehaald? „In twee keer. Ik zakte omdat ik dacht nog even snel achteruit in te kunnen parkeren.” De beste chauffeurs: mannen of vrouwen? „Wat is de beste? In de Formule 1 rijden geen vrouwen. Maar vrouwen rijden meestal wel iets beheerster.”
TEST BMW M5
Sporthart
Z
es jaar geleden molk ze nog de koeien, nu staat ze naakte Randstedelingen in te smeren met klei – nadat ze eerst hun mobiele telefoon heeft afgepakt. Marinka Steggink runt samen met haar dochters in het Twentse Nutter een boerderijspa. Een boerderijspa is, het woord zegt het al, een spa in een boerderij. Soms vangt Steggink flarden gesprekken op van gasten die voor de deur staan. In hun stem klinkt teleurstelling. „Is het hier? Op de website zag het er heel anders uit.” Aan de buitenkant oogt de familieboerderij uit 1645 eenvoudig; geen opgepoetste toestand, een kaal erf waar een gure wind waait. Maar als de gasten door de tochtige deel lopen en de glazen deur opendoen is hun teleurstelling meestal wel verdwenen. Onder de antieke balken bevindt zich een eigentijdse spa die niet onderdoet voor wufte wellnessgelegenheden in de stad. Vorig jaar ontving de boerderijspa de Wellness Award 2011 voor de „unieke combinatie van plattelandsbeleving en lichaamsbehandeling”. Melkveehouders Marinka en Frans Steggink stonden zes jaar geleden voor de keuze wel of niet investeren in hun melkstallen. Hun dochters hadden weinig zin het bedrijf over te nemen, dus waar deden ze het nog voor? In die tijd lazen ze in een boerenvakblad dat twee ondernemers bezig waren een concept voor een boerderijspa te ontwikkelen, gebaseerd op de theorieën van Paul Haslauer, een wellnessondernemer uit Oostenrijk. Tegelijkertijd werden ze door een lokale horecaondernemer benaderd om in hun lege stal boerderijlodges (zie kader) te maken. Frans en Marinka Steggink vertrokken naar Oostenrijk voor een spoedcursus en een jaar later was hun kleine kuuroord geopend. Nu loopt dochter Steggink met een stapel schone handdoeken door de spa: „Laatst hoorde ik een meisje zeggen: ik heb een auto van mijn vader gekregen. Toen dacht ik: nou, ik heb mooi een spa van mijn vader gekregen.”
De M van BMW staat voor ‘Motoren’. In de nieuwe M5 zit een indrukwekkend sterk hart. Slapen in boerderijlodges In de boerderijspa van de familie Steggink in Nutter kunnen gasten ook overnachten. Hun slaapgelegenheid maakt deel uit van Droste’s boerderijlodges. In lege schuren, stallen en agrarische bijgebouwen op het Twentse platteland zijn moderne studio’s en appartementen gevestigd. Ze hebben allemaal een licht interieur met veel grenen hout, rvs keukens en bubbelligbaden. Sommige lodges hebben een infraroodsauna. Het uitzicht is vaak prachtig. (www.boerderijlodges.nl)
In de boerderijspa van de familie Steggink kunnen de gasten opwarmen in de broodoven, stomen in het hooi, ontgiften in de kruidenoven, afkoelen in de wei en de huid zuiveren met aarde. De warme lunch is met producten uit de streek.
Sommelier Geduldig en uitvoerig geeft Marinka Steggink uitleg over de behandelingen –met de toon van een sommelier die aan tafel informatie opsomt over de wijn. Bijvoorbeeld als ze haar gasten de koepelvormige ‘broodoven’binnenleidt om „op te warmen”. De broodoven is een koepelvormige ruimte waar het ongeveer 40 graden is en waar luie stoelen rond een ouderwetse broodoven staan. In die wit gestucte broodoven staat een elektrisch oventje. Daar legt Steggink een speltbroodje in. En dit is wat ze vertelt: „Spelt is een oergraan dat al in de Bronstijd werd gegeten. Het zit vol eiwitten, vitaminen en mineralen. Bij het afbakken komen enzymen vrij die heel goed zijn voor de luchtwegen.”Elke student scheikunde leert in het eerste jaar dat enzymen bij een temperatuur van 70 graden kapot gaan, maar wat kan het schelen. De zon schijnt naar binnen, het ruikt steeds lekkerder naar brood en het cynisme dommelt langzaam in. In de kruidenoven, een ‘milde sauna’, staat een koperen ketel water met kruidenaroma’s te stomen. De waterdamp daalt via het koperen dak, langs de houten wand neer op de rug van de bezoeker. Op de grond liggen sparrentakken. Steggink vertelt: „De kruiden zuiveren de luchtwegen. En door met blote voeten over de sparrentakken te lopen, stimuleer je voetreflexen.” De hooioven is een plastic stoel die verstopt zit in wilgentakken, tegen de leuning papieren kussens gevuld met hooi. Steggink: „Het is geknakt hooi uit geselecteerde gebieden in de Alpen. Het hooi is geoogst boven de 1.000 meter grens. Alleen daar is hooi van de hoogste kwaliteit te vinden. Door het hooi blaast stoom en zo komt coumarine vrij. Die stof zorgt ervoor dat het bloed iets verdund wordt.
Zo kan het bloed goed door heel het lichaam spoelen en worden zelfs de kleinste haarvaatjes gezuiverd.” Op internet heb ik gelezen dat coumarine in een hoge dosering ook wordt gebruikt in rattengif, als ratten van dat gif eten sterven ze aan inwendige bloedingen. Maar het zou flauw zijn daar nu over te beginnen, want het is heerlijk warm en broeierig in deze hooiovenstoel en het uitzicht over de weilanden van het Springendal is prachtig. De kleioven is een sprookjesachtige badcel voor twee personen met bruine en gouden mozaïektegeltjes. Steggink geeft een schoteltje met bolletjes klei in verschillende kleuren, elke kleur is voor een ander lichaamsdeel. De rug van de gasten smeert zij in, de rest moeten ze zelf doen. „Dit is verzegelde aarde”, vertelt ze. „Heel vroeger gaf een medicijnman met zijn zegelring een echtheidstempel aan deze klei die ziektes kon genezen en wonden helen. De klei komt van over de hele wereld en wordt gehaald uit de geologische oorsprongslagen. Door de stoom en de warmte wordt de klei vloeibaar en trekt zo alle giftige stoffen uit de huid.” Boeren – staan die niet vooral bekend om hun nuchterheid? Hoe is dat te rijmen met geknakt alpenhooi en verzegelde aarde? „Boeren staan dicht bij de natuur”, zegt Steggink. „We werken hier met eeuwenoude producten.” Waar dat goed voor is? „Kijk naar de gasten”, zegt Steggink. „Na een paar uur kijken ze heel anders uit hun ogen.” Dat heeft trouwens ook te maken met de rust in haar spa, zegt ze. Tussen de behandelingen door liggen de gasten op dagbedden te niksen en krijgen ze hapjes en sapjes. Nergens hangt een klok. Alleen Steggink weet hoe laat het is. En dat rust een heilzame werking heeft, weten boeren al eeuwenlang, zegt Steggink. „Als een koe moet kalveren dan kun je er wel om heen gaan springen, maar dan zal het dier weer opstaan en gaan lopen. Met rust kom je veel verder.” boerderijspa.nl, behandelingen vanaf 59 euro
Niemand minder dan Norbert Reithofer – hoger hebben ze niet bij de BMW Group –was onlangs in Nederland. De bestuursvoorzitter werd door premier Rutte ontvangen in zijn Torentje en reed daarna door naar Rotterdam om het startschot te geven voor een grote e-mobilitypraktijktest, met BMW’s ActivE. Dat zijn volledig elektrisch aangedreven 1 Serie coupés die, kan ik u melden, verrassend goed rijden. Hoe die praktijktest ook uitvalt, BMW streeft ernaar om in 2020 5 tot 10 procent van zijn nieuw verkochte auto’s met een elektromotor te leveren. Onderzoek heeft BMW echter geleerd dat 65 procent van de Nederlanders wel een bijdrage wil leveren aan een schoner milieu, maar dat dat niet ten koste mag gaan van rijplezier en evenmin van de portemonnee. BMW heeft het begrip rijplezier altijd hoog in het vaandel gehad – ‘Freude am Fahren’ was lange tijd een gevleugelde slagzin in reclame-uitingen en. Goed beschouwd is de M5 een zoveelste exponent van dat streven naar fijne rijmachines. Sowieso zijn de M-typen het summum van elke BMW-modelreeks: omnipotente spitsspelers, het summum als het gaat om motorvermogen, uitrusting en sportiviteit. BMW maakt sinds 1985 M-versies van de 5 Serie (voor de kenners: het begon met de E28), waarbij het voorlaatste model een beetje ‘over the top’ begon te raken. Die had een waanzinnig klinkende tiencilinder motor (gebaseerd op BMW’s Formule 1-machine), maar zat zó vol regelende elektronica dat zelfs de grootste fan verzuchtte dat het wel een beetje minder had gemogen. Die boodschap kwam over in München: de nieuwe M5 heeft gewoon – nou ja, gewoon – weer een vijfliter achtcilinder, die dankzij een dubbele turbo aan een vermogen komt van 560 pk. Daarmee overschrijdt de M5 ruimschoots de nog altijd legendarische ‘100 pk per liter motorinhoud’-grens. In de M5 wordt die motor gekoppeld aan een zeventraps-automaat. Dat lijkt een tikje vreemd, voor wie bedenkt dat BMW momenteel (tijdelijk zelfs standaard zonder meerprijs) een nagelnieuwe achttraps-automaat aanbiedt op zowel de 1-, 3- als 5 Serie. De bak in de M5 is
echter voorzien van een dubbele koppeling, wat beter pas bij het gespierde karakter van B MW’s snelste sedan. De perfect schakelende automaat kent drie standen: Eco/Comfort, Sport en Sport Plus. Die keuzemogelijkheden zijn er ook voor het onderstel, de response van de motor en de besturing, dus kunnen elektronicaliefhebbers in de M5 ook nog op verheugend veel knopjes drukken. Het is wel verwarrend dat de automaat in de stand D (‘Drive’) moet staan om de motor uit te zetten, maar alles went. De prestaties zijn indrukwekkend; met name de sprint naar 100 km/uur is met 4,3 seconden knap rap; sneller dan de nieuwe Porsche 911, om maar eens iets te noemen.
Cockpit De zitpositie is goed. Zoals in elke BMW staat het stuur niet helemaal recht, maar storend wordt dat nooit. Het dashboard is als een cockpit om de bestuurder heen gebouwd en die vergelijking doet extra opgeld door het head-up display; de uit de luchtvaart afkomstige techniek waarbij de gereden snelheid en andere gegevens op de vooruit worden geprojecteerd. Werkt goed in de M5, maar van mij had het wat minder groot en vooral wat minder kleurrijk gemogen. Met name ’s avonds is het nu iets te veel kermis en dat is weer in flagrante tegenspraak met het uiterlijk van de M5. De vluchtige toeschouwer zal niet eens doorhebben dat hier de non-plus-ultra 5 Serie staat, zo ingetogen is de auto vormgegeven. De bredere wielkasten, de speciale wielen en het M-logo op het kofferdeksel, ze vallen nauwelijks op. Zo ziet de M5-rijder het graag. Een minstens zo grote verdienste is dat je de M5 niet altijd tot op de grens hoeft te rijden. Hij is ook zeer geschikt om, na een lange werkdag, zijn bestuurder in alle rust naar huis te brengen. Transmissie in de comfortstand, besturing wat lichter, onderstel vergevingsgezind. Cruisend met een licht illegale 125 km/uur toont de M5 dan zijn grote hart. Dat hij dat heeft is niet zo vreemd; een sporthart is per definitie groter dan gemiddeld.
Onder de kap Merk/type BMW M5 Motor 5,0 liter achtcilinder Vermogen 561 pk/412 kW Topsnelheid 250 km/uur (elektronisch begrensd) Brandstoflabel E Testverbruik 1 op 5,8 Vanafprijs 132.285 euro (gereden versie 141.093 euro)
Voor hetzelfde geld Mercedes-Benz E-klasse 63 AMG aut. 136.900 euro Porsche Panamera 4.8 S PDK aut. 134.400 euro Volkswagen Phaeton 4.2 4Motion 134.190 euro Audi S6 130.180 euro 2×Volvo S60 3.0 T6 (à 67.695) 135.390 euro
Wat is het stomste dat u ooit in of met een auto hebt gedaan? „Op de eerste rotonde in Engeland na de ferry rechtsom rijden. Kwam ik opeens een andere auto tegen. De rest van de reis ging dat goed.” Te hard rijden of toch maar te laat komen? „Op tijd weggaan en even opbellen als je te laat dreigt te komen. Ik rij met chauffeur, die houdt de aanrijtijden wel goed in de gaten.” Wat is uw grootste ergernis achter het stuur? „Het ongeduld van veel mensen. Met een beetje respect en compassie wordt het allemaal een stuk draaglijker in het verkeer.” Wat is het grootste bedrag dat u ooit aan een auto hebt uitgegeven? „40.000 euro voor een Audi A6.” Als ik minister van Verkeer was dan zou ik… „…zorgen voor betere aansluitingen tussen wegen en openbaar vervoer. En dan wat verder van de steden af.” Guus Peters
Guus Peters Guido van Woerkom
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
NRC Weekend Zaterdag 10 maart & Zondag 11 maart 2012
SC RYPTO
SU DOKU
Horizontaal: 2. Hij maakt nare grappen, dat heb je met die pestacteurs (7) 5. Zo’n klopper is natuurlijk rechtsdraaiend (8) 7. Mop om over te schrijven op de wc (8) 10. Acceptatie door een weigerachtige veilingmeester (3+3+2+4+2) 13. Gedwongen zijn de biljartavond te annuleren (4+4+6) 14. Rigide wetgevers (5+2+6) 16. Het punt waar je je neus in kunt steken (6) 18. Opwekkende drank (6)
6
3 8
9
1 9 2
7
Opfrisbeurt
1 LEVENSLI ED
5
3
Monique Snoeijen schrijft de soundtrack van haar leven. Deze week: autorijden.
6
Verticaal: 1. Voeten vormen de basis voor broodbeleg (6) 3. Lekkernij waarvan je een sensationeel dikke kop krijgt (16) 4. Communistische kweekplaats (9) 6. Ingang waar recidivisten gebruik van maken (9) 8. Beladen familielid van de aangeklede aap (7) 9. Klassieke cryptogrammenmaker (5) 11. Rondvaart (6) 12. Elektronica die wordt ingenomen (6) 15. Dit muziekinstrument brengt een klaterend geluid voort (6) 17. Zonder je relatie op stap (3) Drie inzenders van een goede oplossing krijgen een boekenbon van 20 euro. Oplossingen moeten uiterlijk a.s. woensdag om 9 uur in het bezit zijn van de Scryptogram-redactie. Per brief, briefkaart: postbus 8754, 3009 AT Rotterdam; per fax: 010-406 6306; per e-mail:
[email protected]
23
LUX liefde en zo
22 LUX puzzel
8 7 4 5
Oplossing scrypto van 3 maart: Horizontaal: 1. sidderaal; 7. op hoge poten; 8. kom tot de kern; 9. verroest; 10. love; 11. fenomeen; 13. gaste; 14. veeg; 15. De Ploeg; 17. knalpotten; 18. leenheren. Verticaal: 1. schemergebied; 2. De Grote Roerganger; 3. expeditieafdeling;
4. aftakelingsproces; 5. landrovers; 6. koekoek; 12. berging; 16. omtrek. De boekenbonnen zijn toegekend aan: W. Vonk, Hardenberg; mr. C. Teerink, Rijswijk; Michelle Batterink, Putten. J. J. Steenhuis
Plaats de cijfers 1 tot en met 9 zo in het diagram dat elk cijfer precies één keer voorkomt in elke rij, kolom, de negen vetomrande 3x3 vakken, én de vier grijze 3x3 vakken. Rechts: de oplossing van vorige week zaterdag. © Peter Ritmeester PZZL.com
1 7 6 2 3 1 9 4 5 8
8 3 1 5 6 4 2 7 9
5 9 4 2 7 8 1 6 3
1 7 6 8 2 5 9 3 4
9 5 8 4 3 6 7 1 2
333
4 2 3 1 9 7 5 8 6
3 4 5 7 8 2 6 9 1
2 8 9 6 5 1 3 4 7
6 1 7 9 4 3 8 2 5
332
Ik heb een afspraak met Jan. En Jan, zo heb ik mij laten vertellen, is een rustige en lieve man die al heel wat vrouwen een opfrisbeurt heeft gegeven. Want denk maar niet dat ik de enige ben met amaxofobie. Naar schatting lijdt een half miljoen Nederlanders er aan, mannen ook hoor. Als gevolg van onze aandoening hebben we last van hyperventilatie, trillende handen en zweetaanvallen. Maar we klagen niet. Omdat we ons schamen. Daarom houden we ons groot: nee joh, geen probleem, natuurlijk kom ik naar je brainstormsessie/bruiloft/verjaardag op het platteland. Ik ga gewoon eerst op de fiets, dan met de trein, twee keer overstappen, daarna een streekbus en tot slot nog een kwartiertje lopen. Vind ik heerlijk. Lekker lezen onderweg en muziek luisteren (en vooral niet denken aan het feit dat je er met de auto in een wip geweest was en dat je dan niet door de regen had hoeven sjouwen met die weekendtas). Dat ik mij nu toch tot Jan heb gewend om van mijn rijangst af te komen, heeft te maken met de zomervakantie. Ik heb een appartement geboekt op een klein, rustig Grieks eiland. En een huurauto.
Want zonder auto gaan mijn dochters op een klein, rustig Grieks eiland dood van verveling. Dat weet ik nog van vorig jaar. En nee, de huidige verkering (in bezit van rijbewijs) gaat niet mee. Ik vind: vakantie is voor alle betrokkenen bedoeld om te ontspannen. Mijn dochters zouden stijf van de zenuwen staan, want stel je voor dat het leuk wordt, hoe vertellen ze dat aan hun vader? Of ik zit tien dagen opgescheept met twee pubers die zich slap van meligheid door de dag dweilen omdat de huidige verkering een zwembroek blijkt te hebben – en erger: die ook aantrekt als hij gaat zwemmen! Ik stelde mezelf gerust dat snelwegangst op zo’n eilandje onzin is, eenvoudigweg omdat er geen snelweg is. Maar nu heb ik op de website reiservaringen gelezen van bezoekers die ook ooit verbleven in ons appartement met zeezicht. Die vertellen vooral over „de levensgevaarlijke” weg daar naartoe, geen snelweg maar een steil en slingerend bergpad dat niet geschikt is voor „bange rijders”. „Omhoog rijden is een kwestie van durven”, schrijft iemand. „Bij de eerste steile bocht naar links lijkt het net alsof je stil valt. Houd de vaart erin!”
Terwijl Jan me laat zien waar de alarmlichten zitten, vertelt hij me dat ik gerust fouten mag maken. Iedereen maakt fouten. Als ik een paar minuten later een fietspad blokkeer, vindt Jan dat niet erg. „Je had niet de intentie dat te doen.” En weet je, zegt Jan als ik vaart probeer te maken op een invoegstrook, jij bent niet de enige die geen ongeluk wil maken. Niemand wil een ongeluk maken. Ik kijk in mijn spiegels (en weet niet zeker wat ik zie, maar ach, Jan zit naast me, zijn voet op de hulppedalen) en zet mijn knipperlicht aan. Denk eraan, zegt Jan, je knipperlicht is geen toverstafje. Ik voeg in en probeer niet te denken aan bloederige botsingen, maar aan het sprookjesachtige wereldbeeld van Jan waarin alle mensen „communiceren en anticiperen”. Dit keer moet het lukken. Als het niet voor nu is, dan wel voor later. Over 25 jaar ga ik met pensioen, dan gaan de kinderen al lang niet meer mee op vakantie en is de huidige verkering zo hoogbejaard dat zijn rijbewijs waarschijnlijk ingetrokken is. Dan wil ik de wereld doorkruisen en al die dingen doen die ik in dit leven nog doen moet – luid zingend, met ware doodsverachting en enorm opgefrist.
Luistertip Luistertip bij deze column: Car Wash van Rose Royce Doe mee aan het samenstellen van een Spotify-speellijst met liedjes over autorijden. Voeg uw eigen liedje toe via nrc.nl/autorijden of beluister de speellijst.
Advertentie
Jan vertelt me dat ik gerust fouten mag maken
Zonnepanelen op je dak, goed geregeld! Reserveer nu, en wij doen de rest
DE GROTE LIEFDE VAN ...
Grafisch vormgever Eveline Veldt (1981) vertelt over haar grote liefde.
‘Ik dacht: Dit is hem’
tekst Sandra Heerma van Voss Haar blozende meisjesgezicht verhult een sterk mens. Pas als ze gaat praten begrijp je hoe ze het doet: een bruiloft plannen, een koophuis verbouwen en met haar zus een koffiezaak runnen. Verliefd was ik altijd wel, maar op afstand. Ik deed er niks mee. Op school trok ik veel met jongens op en achteraf denk ik dat sommigen misschien wel meer wilden, maar ik was niet ontvankelijk voor dat soort signalen. Het hele spel van flirten en verleiden was niks voor mij. Ik dacht: als het zo moet, doe ik alsof ik niks zie. Uitgaan deed ik om met een vriendin naar bandjes te luisteren en daarna lekker te dansen. Achteraf hoorde je dan dat mensen iemand gevonden hadden om ‘mee te bekken’, maar ons overkwam nooit iets. Jongens dachten eerder dat we zusjes waren, of misschien lesbisch. „Thuis sloeg soms wel de twijfel toe. Dan keek ik in de spiegel en dacht: mankeer ik soms iets, is er iets mis? Maar mijn vader zei altijd: het kan lang duren voor je iemand tegenkomt die echt van je houdt. Zoiets is zeldzaam. „Ik deed jong eindexamen havo en vervolgde met het Grafisch Lyceum en de Haagse kunstacademie. Een bijna organische keuze was dat, ik wist dat het grafisch ontwerp moest worden – terwijl ik nu iets totaal anders doe. Als bijbaantje werkte ik in het Lucent Danstheater in Den Haag, koffie schenken en gasten opvangen in zo’n suf gilet. De borrel met collega’s na afloop was het leukste. „Op een avond zat ik met een van hen nog even op het Plein, en toen kwam er een jongen langslopen: ene Michiel, die ook bij het Lucent had gewerkt en er zelfs even bedrijfsleider was geweest. Mijn collega stelde ons aan elkaar voor, liep weg om even sigaretten te halen, Michiel ging zitten en ik dacht: 'Dit is ’m.' Hij had nog nauwelijks iets gezegd en hij had raar lang haar, maar ik zag meteen z’n binnenste. Hij was zichzelf, hij
‘ Michiel, maart 2008
www.zonzoektdak.nl Vraag vrijblijvend de offerte aan.
straalde een enorme rust uit. Dat vond ik prettig. „In de twee jaar daarna dacht ik nog wel terug aan hoe leuk we gepraat hadden, maar ik zei het tegen niemand. Als Michiel in het theater langskwam om met ons mee te borrelen ontweek ik hem als de ziekte. Ik had een scharrel, mijn eerste, met een jongen die te veel blowde – bepaald geen succes, maar ik vond dat ik mezelf ‘ergens overheen moest helpen’. Intussen bleven collega’s zeggen: ‘Weet je wíe leuk zou zijn voor jou? Michiel!’ Zij hebben ons gekoppeld. „Op een dag vond ik een e-mail: ‘Kom je een keer bij me eten. Dit wordt een korte mail, meer een soort sms. Michiel.’ Dat was het. Ja leuk, mailde ik terug, en een paar dagen later stond ik in zijn appartement: alles zwart-wit-grijs, met basgitaren aan de muur en een soort bar als keuken. Bij het opendoen zat er een streepje tandpasta op z’n wang, heel schattig. Ik wreef het weg. We aten en kletsten en zopen veel te veel wijn en rosé die avond, maar van zoenen kwam het niet. „Daarna ging het opeens snel. Michiel ging drie weken met vrienden op vakantie en tot mijn verbazing miste ik hem, ik keek elke dag uit naar zijn sms’je. Bij z’n terugkeer zei hij: ‘Ik heb een hotel geboekt. Wij gaan een weekend naar Antwerpen’, en toen we daar aan de Vlaamse stoof zaten zei hij: ‘Ik ga met jou trouwen’. ‘Waar haal je dát nou vandaan?’ zei ik, en dacht: ‘Dit is het moment om nog heel hard weg te hollen.’ Maar dat deed ik niet. Een paar maanden later zegde ik mijn studentenkamer op en verhuisde ik m’n spullen naar zijn flat. We waren toch al elke nacht samen.’
’
Hoeveel weken nog? Vier? En dan tachtig mensen een hele dag vermaken… Best stressvol. Ze kiest een simpele jurk, weet ze al. Michiel kocht zijn pak in Italië.
De mooiste verwencruises door de Middellandse Zee
Harriët Pennycook, VCK cruisekenner sinds 2001: “De cruisekenners van VCK Travel weten het zeker: er is een cruise voor iedereen. Dus ook voor u! Graag laten wij u kennis maken met Oceania Cruises en Silversea Cruises; twee rederijen met exclusieve schepen die de vergelijking met uw favoriete luxe boutique hotel met gemak kunnen doorstaan. Wilt u meer weten over deze of een van de vele andere cruises? Neem dan contact op via 020-6800878 voor een persoonlijk advies op maat!”
De Middellandse Zee met Oceania Cruises
De zonnige Middellandse Zee met Silversea Cruises
Cruisen aan de Franse en Italiaanse kust
12-Daagse reis met de Regatta Vertrek: 27 juli 2012 - v.a. € 2.099,- p.p.
13-Daagse reis met de Silver Spirit Vertrek: 5 mei 2012 - v.a. € 3.099,- p.p.
8-Daagse reis met de Silver Spirit Vertrek: 3 sep 2012 - v.a. € 2.799,- p.p.
Prijzen per persoon o.b.v. een 2-persoons hut
Deluxe buitenhut (cat. C2) Buitenhut met veranda (cat. A2) Penthouse Suite (PH2)
van
voor
€ 3.763 € 4.120 € 4.977
€ 2.099 € 2.599 € 3.049
Prijzen per persoon o.b.v. een 2-persoons hut
Vista Suite Veranda Suite Midship Veranda Suite
van
voor
€ 4.449 € 5.648 € 5.998
€ 3.099 € 3.440 € 3.640
Prijzen per persoon o.b.v. een 2-persoons hut
Vista Suite Veranda Suite Midship Veranda Suite
van
voor
€ 5.699 € 6.299 € 6.599
€ 2.799 € 3.099 € 3.299
Inclusief: Alle maaltijden (ontbijt, lunch, diner, snacks), frisdranken tijdens de cruise, entertainment, havengelden, KLM retourvlucht, luchthavenbelasting en transfers. Exclusief: Persoonlijke uitgaven, overige dranken, fooien, verzekeringen, reserveringskosten en bijdrage Calamiteitenfonds.
Inclusief: Alle maaltijden (ontbijt, lunch, diner, snacks), alle dranken aan boord gedurende de gehele dag, entertainment, havengelden, belastingen, fooien, transfers, vluchten en luchthavenbelasting. Exclusief: Persoonlijke uitgaven, verzekeringen, reserveringskosten en bijdrage Calamiteitenfonds.
Inclusief: Alle maaltijden (ontbijt, lunch, diner, snacks), alle dranken aan boord gedurende de gehele dag, entertainment, havengelden, belastingen, fooien, transfers, vluchten en luchthavenbelasting. Exclusief: Persoonlijke uitgaven, verzekeringen, reserveringskosten en bijdrage Calamiteitenfonds.
Extra bij VCK Travel: U ontvangt een onboard credit van $ 500 per hut!
Extra bij VCK Travel: U ontvangt een onboard credit van $ 1.000 per suite!
Extra bij VCK Travel: U ontvangt een onboard credit van $ 500 per suite!
Kijk op www.vcktravel.nl/nrc voor alle informatie over deze en vele andere aanbiedingen. Bel onze cruisekenners op 020-6800878 of mail naar
[email protected]
Tarieven en arrangementen onder voorbehoud van wijzigingen en beschikbaarheid.
Sla er een willekeurige advertentie op na en het zal u meteen opvallen dat het woord ‘luxe’ te pas en te onpas gebruikt wordt. Vanzelfsprekend is het maken van een cruise op zich al bijzonder comfortabel, maar de cruisekenners van VCK Travel bieden u graag reizen die net wat extra’s hebben. Speciaal voor lezers van NRC selecteerden wij drie reizen naar de Middellandse Zee. Of u nu met de intieme Regatta van Oceania Cruises vaart of met de moderne en stijlvolle Silver Spirit van Silversea Cruises – uw vakantie zal onvergetelijk worden. Het enige nadeel van deze kleinere schepen; de reizen zijn erg populair en daarom snel volgeboekt. Wees er daarom snel bij!
Member of the VCKGROUP