Het statuut Het statuut, uw rechten De bepalingen omtrent de rechtspositie van de personeelsleden van de geïntegreerde politie zoals de bepalingen omtrent de anciënniteit, de mobiliteit, de evaluatie, de baremische loopbaan, de organisatie van de arbeidstijd, de verlofregelingen, het tuchtstelsel, enz., vormen samen met de nieuwe structuren de grondslagen van de politiehervorming. De nieuwe statutaire bepalingen liggen vervat in een groot aantal teksten, onder meer de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten ('Exodus-wet') en het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (genoegzaam gekend als het 'Mammoetbesluit', gezien zijn omvang, en reglementair afgekort RPPol).
Voor een overzicht van de statutaire teksten: - www.poldoc.be of PolDoc via intranet (Portal); - www.hrpol.be of hrpol.be via intranet (Portal).
De wetgeving en reglementering omtrent personeelsgebonden materies is een evolutief gegeven, onderhevig aan maatschappelijke stromingen. Het statuut en de rechtspositie van politiemensen en burgerpersoneel maken het voorwerp uit van permanent overleg tussen de overheid en vertegenwoordigers van het personeel, in casu de representatieve syndicaten.
40
Het statuut
Tot wie zich richten met vragen over de statutaire regels of de werking van de geïntegreerde politie? Het callcenter van de politie Het callcenter, dat ressorteert onder de Directie van de interne relaties (DSI), is het algemeen invalspunt voor alle vragen in verband met human resources (het personeelsstatuut, de opleiding, de statutarisering, de evaluatie, enz.) en dit voor de voltallige geïntegreerde politie. Het callcenter geeft een rechtsgeldige interpretatie van de statutaire regels. Naar gelang van het geval zal het callcenter zelf op de vraag antwoorden of, in geval van twijfel, navraag doen bij de bevoegde directie. Als de vraag te specifiek is of een technische uiteenzetting vereist, speelt het callcenter de vraag door aan de betrokken dienst, bijvoorbeeld het secretariaat van de geïntegreerde politie (SSGPI) of de Directie van de juridische dienst, het contentieux en de statuten (DSJ) van de federale politie, die de vraag dan verder afhandelt. Het callcenter heeft ook een wegwijsfunctie. De politiehervorming bracht en brengt immers heel wat structurele verschuivingen en vernieuwingen teweeg. Nieuwe diensten en nieuwe directies werden georganiseerd. Een voor de hand liggende en vaak gestelde vraag luidt dan “Wie is voor wat bevoegd?” Ook daarop vindt het callcenter een antwoord. Hoe het callcenter contacteren? Dagelijks van 9 tot 12 uur en van 13.30 tot 16.30 uur op het gratis nummer 0800 99 271 (voor de Nederlandstaligen) of 0800 99 272 (voor de Franstaligen). Fax: 02 642 60 97 E-mail:
[email protected] Per post : Directie van de interne relaties (DSI) Callcenter Fritz Toussaintstraat 8 1050 BRUSSEL
Callcenter 0800 99 271
41
Het personeel van de politie : ‘flikken’ en ‘calogs’ De geïntegreerde politie telt ongeveer 48 000 personeelsleden (op 1 februari 2007). Bij de federale politie werken 15 000 mensen, onder wie 10 000 politieambtenaren, 3800 calogs en 1200 aspiranten. De lokale politie telt tezamen ongeveer 33 000 personeelsleden. In de grootste politiezones varieert het personeelsaantal van 1500 tot 2800 mensen. In kleine(re) zones werken 50 tot 200 mensen. Het percentage calogs in een lokale politiezone bedraagt min of meer 13 %. Voor een up-to-date overzicht van de personeelsaantallen van de federale politie: www.hrpol.be. Voor een morfologisch overzicht van de lokale politiezones: www.infozone.be.
De politiediensten bestaan uit twee algemene kaders: een operationeel kader en een administratief en logistiek kader (CALog). Het operationeel kader bestaat uit politieambtenaren. De politieambtenaren zijn bevoegd voor de uitoefening van opdrachten van gerechtelijke en bestuurlijke politie. Het operationeel kader omvat naast het basiskader, het middenkader en het officierskader ook een kader van agenten van politie. De agenten van politie - voorheen ‘hulpagenten’ genoemd - hebben slechts een beperkte politiebevoegdheid. De politieambtenaren zijn ingedeeld in vier kaders en 14 graden. Het kader van agenten van politie Aspirant-agent van politie - AAP Agent van politie - AP
Het basiskader Aspirant-inspecteur van politie - AINP Inspecteur van politie - INP
42
Het statuut
Het middenkader : Aspirant-hoofdinspecteur van politie - AHINP Aspirant-hoofdinspecteur met specialiteit politieassistent - AHINP PA Aspirant-hoofdinspecteur met bijzondere specialisatie - AHINP BS Hoofdinspecteur van politie - HINP Hoofdinspecteur met specialiteit politieassistent - HINP PA Hoofdinspecteur met bijzondere specialisatie - HINP BS
Het officierskader Aspirant-commissaris van politie - ACP Commissaris van politie - CP Commissaris 1ste klasse - CP 1KL Hoofdcommissaris van politie - HCP
Daarnaast zijn er twee functionele titels voor de politieambtenaren van de federale gerechtelijke politie en die van de lokale recherchediensten : Rechercheur - RCH Gerechtelijk commissaris - GCP (uitsluitend federale politie)
De rol van de leidinggevende op elk niveau is erg belangrijk. De leidinggevende oefent niet enkel het functioneel gezag uit over zijn medewerkers, zoals omschreven in artikel 120 van de wet op de geïntegreerde politie (WGP) van 7 december 1998. De leidinggevende, hetzij een officier, een hoofdinspecteur of een calog, staat ook in voor de omkadering van zijn medewerkers (agenten, inspecteurs, calogs, …) zowel op het operationele vlak als dat van de human resources. De leidinggevende ten slotte, moet zich steeds opstellen als aanspreekpunt voor zijn medewerkers (zie ook ‘interne communicatie’, pagina 66).
Callcenter 0800 99 271
43
De personeelsleden van het administratief en logistiek kader, ook wel burgerpersoneel of calogs genoemd, hebben, in de regel genomen, geen bevoegdheid inzake bestuurlijke of gerechtelijke politie en kunnen dus geen politieopdrachten uitvoeren (bepaalde leden van het burgerpersoneel, bijvoorbeeld diegene die bij de labo's van de technische en wetenschappelijke politie zijn tewerkgesteld, vormen hierop een uitzondering). Uiteraard dragen calogs geen politie-uniform. De leden van het CALog zijn ofwel statutair benoemd ofwel contractueel in dienst genomen via een arbeidsovereenkomst van onbepaalde of bepaalde duur. Indien niet alle ambten van het administratief en logistiek kader door burgerpersoneel zijn ingenomen, kan een lid van het operationeel kader tijdelijk zo’n ambt bekleden, of er op eigen verzoek naar overgaan. In dat geval verliest hij van rechtswege zijn hoedanigheid van officier of agent van gerechtelijke en bestuurlijke politie. Wanneer hij het operationeel kader opnieuw vervoegt, herkrijgt hij zijn politionele bevoegdheden. Het burgerpersoneel is ingedeeld in vier niveaus. Elk niveau omvat meerdere graden, waaronder ten minste één gemene graad en verscheidene bijzondere graden: Niveau D Gemene graden: hulpkracht, arbeider, bediende, vakman Bijzondere graden: ICT-technicus Uitdovende graad: ploegbaas Niveau C Gemene graad: assistent (ASS) Bijzondere graden: ICT-assistent, gespecialiseerd vakman Uitdovende graad: werkleider Niveau B Gemene graad: consulent (CNT) Bijzondere graden: directiesecretaris, vertaler, fotograaf, ICT-consulent, technisch consulent, maatschappelijk assistent, boekhouder, laborant, verpleger, communicatieconsulent
Uitdovende graad: gespecialiseerd consulent Niveau A Gemene graad: adviseur (ADV) Bijzondere graden: ICT-adviseur, ingenieur, arts, tandarts, dierenarts, apotheker
44
Het statuut
Een dynamische loopbaan De politie biedt u een boeiende job, hetzij op het terrein, in het beleid, in de administratie of in de logistiek. In ruil verwacht uw werkgever van u engagement en inzet. U krijgt de mogelijkheid om u in te werken en te verankeren in uw functie. Verankeren betekent niet vastroesten. Jobvariatie binnen de politie is mogelijk. Het is een statutair recht om binnen de geïntegreerde politie uit te kijken naar een andere gelijkwaardige betrekking of naar een betrekking in een hogere graad. Met andere woorden: het is dus perfect mogelijk om zijn carrière te starten bij de lokale politie en na verloop van tijd de overstap te maken naar de federale politie, of vice versa.
De mobiliteit Jaarlijks organiseert de Directie van de mobiliteit en het personeelsbeheer van de federale politie (DSP) een aantal mobiliteitscycli. In het raam van de mobiliteit kunnen zowel operationele als administratieve en logistieke betrekkingen worden opengesteld. Zowel voor het operationeel kader als voor het burgerpersoneel worden drie mobiliteitscycli per jaar georganiseerd. Iedereen kan meedingen naar een vacante bediening mits aan de administratieve voorwaarden wordt voldaan. Die worden steeds gepreciseerd bij de publicatie van een mobiliteitscyclus.
Om op de hoogte te blijven van de mobiliteitscycli, surf naar www.hrpol.be of raadpleeg de site van de human resources via Portal (intranet). De vacatures worden ook bekendgemaakt op DailyDoc - PolDoc. De papieren versie van elke mobiliteitscyclus wordt slechts in beperkte oplage verspreid.
De baremische bevordering Op geldelijk vlak is er nog een bijkomend element dat individuele loopbaanperspectieven biedt: de baremische bevordering. Dit betekent onder meer dat operationele personeelsleden en statutair benoemde burgerpersoneelsleden elke zes jaar een sprong kunnen maken naar een hogere loonschaal (tot ze hun maximumloonschaal bereiken), mits aan de noodzakelijke voorwaarden voldaan wordt, zoals, wat de leden van het operationeel kader betreft, het volgen van een voortgezette baremische opleiding.
Callcenter 0800 99 271
45
Het nieuwe CALog-statuut De wetgever voorzag een eenheidsstatuut voor alle personeelsleden van de geïntegreerde politie. De rechten en de plichten inherent aan dit statuut gelden dus voor iedereen, zoals bijvoorbeeld het recht op mobiliteit, statutaire verloven, enz. Niettemin werd een aantal aspecten anders ingevuld voor het personeel van het administratief en logistiek kader dan voor het operationeel kader. Dit is bijvoorbeeld het geval voor het geldelijk statuut. Bovendien zijn er nuances naargelang een calog statutair benoemd is, dan wel contractueel aangeworven. De bepalingen eigen aan het administratief en logistiek kader, ook wel CALog-statuut genoemd, maakten recentelijk het voorwerp uit van enkele wijzigingen. Sinds 1 januari 2007 zijn een aantal nieuwigheden van toepassing op het CALog-statuut. In wezen gaat het om een opwaardering van dit statuut, uniek in zijn soort. De nieuwigheden zijn hoofdzakelijk gebaseerd op de principes ‘responsabilisering’ en ‘loon naar werken’. De wijzigingen betreffen enerzijds dus de loopbaan (baremische loopbaan, competentietoelage, enz.) en anderzijds een aantal punctuele statutaire aspecten. Hierbij gaat het eigenlijk om het openstellen van een aantal voordelen voor de calogs die voordien uitsluitend toegankelijk waren voor de leden van het operationeel kader (medische zorgen, premie Brussel, enz.). Hierna volgt een beknopt overzicht van de belangrijkste wijzigingen.
Het CALog-statuut met de nieuwigheden die sinds 1 januari 2007 van toepassing zijn, wordt uitvoerig uiteengezet in een brochure die beschikbaar is op de site van de human resources, hrpol.be. Voor meer info kan u terecht bij het callcenter van de geïntegreerde politie op het gratis nummer 0800 99 271.
De baremische loopbaan Het nieuwe CALog-statuut voorziet twee parallelle loopbanen voor de statutaire personeelsleden: een minimumloopbaan en een maximumloopbaan. De minimumloopbaan komt min of meer overeen met de klassieke baremische loopbaan, zoals ze er
46
Het statuut
vóór 1 januari 2007 uitzag. Het personeelslid heeft de mogelijkheid om na zes jaar loonschaalanciënniteit over te stappen naar een hogere loonschaal, op voorwaarde dat hij geen eindvermelding “onvoldoende” op de laatste tweejaarlijkse evaluatie kreeg. De maximumloopbaan is een opgewaardeerde loopbaan met meer perspectieven op geldelijk vlak. Binnen de maximumloopbaan kan het personeelslid recht hebben op een competentieontwikkelingstoelage. Om binnen deze loopbaan over te stappen naar een hogere loonschaal, geldt wel een bijkomende voorwaarde, namelijk slagen voor een gecertificeerde opleiding.
Gecertificeerde opleidingen Door het volgen van een gecertificeerde opleiding kan een personeelslid zijn kennis opfrissen en zijn bekwaamheden uitdiepen. Het soort gecertificeerde opleiding waaraan een personeelslid kan deelnemen, is afhankelijk van diens functieprofiel en wordt vastgelegd door de hiërarchische meerdere in samenspraak met het personeelslid. Slagen in een gecertificeerde opleiding is een voorwaarde om te kunnen overgaan van de minimumloopbaan naar de maximumloopbaan. Wie gedurende zijn loopbaan steeds zal deelnemen aan en slagen in de gecertificeerde opleidingen, zal zich gedurende zijn ganse loopbaan in de maximumloopbaan bevinden. Het aanbod van de gecertificeerde opleidingen vindt u op de site van de human resources, hrpol.be.
Callcenter 0800 99 271
47
Het succesvol afronden van een gecertificeerde opleiding, opent bovendien het recht op een competentietoelage.
De competentieontwikkelingstoelage Het personeelslid dat zich in de maximumloopbaan bevindt en slaagt in een gecertificeerde opleiding, zal een competentieontwikkelingstoelage ontvangen, voor zover hij geen eindvermelding “onvoldoende” krijgt bij zijn tweejaarlijkse evaluatie en voor zover de opleiding niet enkel recht geeft op de horizontale overgang naar de maximumloopbaan en voor zover het personeelslid de hoogste loonschaal van de (maximum)loopbaan niet geniet. De competentieontwikkelingstoelage zal in aanmerking worden genomen voor de arbeidsongevallenuitkering, het vakantiegeld, de eindejaarstoelage en het pensioen.
Medische bescherming De medische bescherming zoals die van toepassing is op de leden van het operationeel kader (zie pagina 74 verderop in deze brochure) zal worden uitgebreid. Vanaf 1 januari 2007 kunnen de burgerpersoneelsleden kosteloos een beroep doen op de geneesheren in de provinciale centra van de Medische dienst. Dat geldt voor consultaties bij een raadgevende arts, maar bijvoorbeeld ook voor zorgen bij de tandarts van de Medische dienst.
Toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest De toelage Brussels Hoofdstedelijk Gewest - waarop ook de leden van het operationeel kader aanspraak kunnen maken - wordt toegekend aan de CALog-personeelsleden die zich engageren voor een periode van 5 jaar.
De statutaire nota met de richtlijnen en de modaliteiten betreffende de toekenning van deze toelage, alsook het verbintenisformulier ad hoc, vindt u op de site van de human resources, hrpol.be.
48
Het statuut
De statutarisering van het burgerpersoneel De politiehervorming heeft het contractueel burgerpersoneel dat werd aangeworven op basis van een arbeidsovereenkomst van bepaalde of onbepaalde duur, met uitzondering van het personeel belast met bijkomende specifieke opdrachten zoals het hulppersoneel, de mogelijkheid geboden om via een selectieproef te worden gestatutariseerd. De eerste statutariseringsproeven vonden plaats in 2002. Tot in 2009 zullen nog selectieproeven worden georganiseerd. Om de betrokken personeelsleden op de hoogte te houden, wordt aan de hand van interne nieuwsbrieven (Infonieuws) informatie over de statutariseringsprocedures en -gevolgen verspreid naar alle diensten van de geïntegreerde politie. Statutair worden, betekent voor de leden van het burgerpersoneel dat zij hun precaire contractuele toestand verlaten en aan een statuut worden onderworpen: dit biedt werkzekerheid en de mogelijkheid tot een loopbaanontwikkeling, zoals loonsverhogingen, bevorderingen, enzovoort.
Meer info over de statutarisering vindt u op de site van de human resources, hrpol.be.
Callcenter 0800 99 271
49
De organisatie van de arbeidstijd De basisprincipes op het gebied van arbeidsorganisatie zijn van toepassing op alle personeelsleden van de federale en lokale politie, ongeacht het kader waartoe zij behoren (operationeel of administratief en logistiek kader), de graad die zij bekleden, hun wijze van tewerkstelling (statutair of contractueel) en het gekozen statuut.
De prestatienorm De personeelsleden werken volgens het stelsel van de 38-urige werkweek. Die 38 uren moeten in principe worden gespreid over 5 dagen, wat dus neerkomt op een gemiddelde dagprestatie van 7 uur en 36 minuten. Naargelang de grootte van het korps of de specificiteit van de dienst, kunnen afwijkingen worden toegestaan. Om voor het geheel van de personeelsleden te kunnen bepalen of het vereiste aantal uren werd gepresteerd, hanteert men een theoretische norm, de zogenaamde ‘prestatienorm’, die telkens een periode van 2 maanden beslaat. Het statuut voorziet in een aantal mogelijkheden tot deeltijds werken zoals de vrijwillige vierdagenwerkweek (4/5-regeling), loopbaanonderbreking, halftijdse vervroegde uittreding,... Deze arbeidsregimes zijn niet enkel van toepassing op het burgerpersoneel, maar ook op de leden van het operationeel kader, zonder dat dit de operationaliteit van de diensten in het gedrang mag brengen.
Optimale dienstverlening Een politiedienst stelt zich tot taak een optimale dienstverlening te verstrekken naar de bevolking toe en te allen tijde te kunnen voldoen aan vorderingen van de gerechtelijke en bestuurlijke overheden. Politiewerk is vaak van die aard dat het niet klokgebonden kan zijn. Bij verschillende eenheden of diensten, zoals de wegpolitie, de gerechtelijke diensten of het stressteam, is er 24 uur op 24 permanentie, ook tijdens de weekends. De algemene beschikbaarheidsverplichting waartoe het personeelslid van de politie zich verbindt, loopt als een rode draad doorheen de principes van dienstplanning en organisatie van de arbeidsprestaties. Bereikbaar en terugroepbaar zijn, is hoofdzakelijk van toepassing op leden van het operatio-
50
Het statuut
neel kader werkzaam bij politiediensten die instaan voor interventies of acties van gerechtelijke politie. Dit vergt een hoge mate van flexibiliteit en beschikbaarheid, weliswaar zonder een evenwichtig gezinsen sociaal leven in het gedrang te brengen. Bij het uitschrijven van de richtlijnen inzake arbeidstijdorganisatie werd gestreefd naar een evenwicht tussen het belang van de dienstverlening enerzijds en de belangen van de individuele personeelsleden anderzijds.
De details over de organisatie van de arbeidstijd voor het voltijds terwerkgesteld statutair personeel staan in de permanente nota DGS/DSP-19084 van 26-04-2007. Meer info vindt u op de site van de human resources, hrpol.be.
Callcenter 0800 99 271
51
De verloven De specifieke toekenningsvoorwaarden, bezoldigingsregels en verdere details met betrekking tot de verschillende verloven worden omschreven in Deel VIII van het Mammoet-besluit van 30 maart 2001 (RPPol). Het vakantieverlof Elk personeelslid, met uitzondering van de aspirant, heeft jaarlijks recht op 32 vakantieverlofdagen. Aspiranten krijgen 2 dagen vakantieverlof per maand opleiding. Het jaarlijks vakantieverlof voor het jaar X moet uiterlijk tegen 31 maart van het jaar X+1 worden opgenomen. Wie zijn verlofdagen voor het jaar X dus niet heeft opgenomen voor 1 april van het jaar X+1, is die dagen definitief kwijt. Wettelijke en reglementaire feestdagen De wettelijke feestdagen zijn: 1 januari, paasmaandag, 1 mei, O.H. Hemelvaart, pinkstermaandag, 21 juli, 15 augustus, 1 november, 11 november en 25 december. Als reglementaire feestdagen gelden: 2 november, 15 november en 26 december. De commissaris-generaal voor het personeel van de federale politie en een korpschef voor het personeel van een lokale politiezone kan daarenboven nog 2 dagen naar keuze vastleggen om een gebeurtenis te vieren of te herdenken. Omstandigheidsverlof Voor bepaalde familiale gebeurtenissen (huwelijk, bevalling, overlijden, ...) heeft het personeelslid recht op omstandigheidsverlof. Uitzonderlijke verloven De uitzonderlijke verloven, bijvoorbeeld wegens overmacht in geval van ziekte van een gezinslid of wegens deelname aan een assisenjury, worden aangerekend voor een forfaitaire duur van 7.36 uur per werkdag. Dienstvrijstellingen Een dienstvrijstelling is een machtiging die de bevoegde overheid aan een personeelslid geeft om tijdens de uren waarop het met dienst is bevolen, voor een welbepaalde duur afwezig te zijn, bijvoorbeeld voor het geven van bloed. Dit betekent niet noodzakelijk dat de duur van die afwezigheid ook als een dienstprestatie wordt aangerekend. En verder nog: bevallingsverlof, vaderschapsverlof, ouderschapsverlof, opvangverlof voor adoptie, verlof om dwingende redenen van familiaal belang, verlof voor het uitoefenen van een ambt bij een ministerieel kabinet, verlof voor opdracht van algemeen belang en ziekteverlof.
52
Het statuut
Ziekteverlof en baaldagen Wie zijn ambt om medische redenen niet kan uitoefenen, licht zo snel mogelijk en ten laatste bij de geplande aanvang van zijn dienst, de dienstchef daarover in. De hiërarchische overste kan, als hij dit gerechtvaardigd acht, een aanvraag tot medische controle richten aan de Medische dienst (DSDM). Op pagina 74 van deze brochure leest u meer over de medische zorgverlening en vindt u een overzicht van de provinciale medische centra. De politie beschikt over de mogelijkheid om spontane controles uit te voeren op de personeelsleden die een medische vrijstelling genieten. De bedoeling van deze procedure is het ziekteverzuim, meer bepaald het misbruik van het systeem, tot een minimum terug te schroeven. Vanaf de tweede ziektedag - of vanaf de eerste dag wanneer het personeelslid zijn 4 baaldagen al heeft opgebruikt - moet het personeelslid een medisch getuigschrift voorleggen, dat binnen 24 uur naar de Medische dienst moet worden verstuurd. Een uitzondering geldt dus voor de zogenaamde baaldagen. Een ziek personeelslid dat van mening is dat hij of zij niet langer dan 1 dag afwezig zal zijn, hoeft geen arts te consulteren en hoeft bijgevolg geen medisch attest voor te leggen. Hij moet zijn dienstchef wel verwittigen en mag de verblijfplaats niet verlaten. Het aantal baaldagen of afwezigheden van 1 dag zonder medisch attest, is beperkt tot 4 per kalenderjaar. Baaldagen worden niet aangerekend als een dienstprestatie, maar worden evenmin in mindering gebracht van het ziektecontingent (zie hierna). Werkdagen waarop het personeelslid met ziekteverlof is daarentegen, worden aangerekend voor een forfaitaire duur van 7.36 uur en in mindering gebracht van het ziektecontingent.
Het ziektecontingent In het personeelsstatuut wordt de opbouw voorzien van een ziektecontingent. Dit is van toepassing op de statutaire personeelsleden van het operationeel kader en van het CALog, zowel bij de federale politie als de lokale politie, maar niet op contractueel personeel.
Callcenter 0800 99 271
53
Jaarlijks, per jaar van dienstanciënniteit, verkrijgt het statutair personeelslid 30 ziektedagen. Wie dus reeds 10 jaren aan de slag is zonder één dag ziek te zijn geweest, beschikt over een ziektecontingent van 300 dagen. Contractuele personeelsleden volgen een andere regeling waarbij de ziekenfondsen tussenkomen. Het statutair personeelslid behoudt bij ziekte de volle wedde tot wanneer het ziektecontingent volledig is uitgeput. Pas dan komt het personeelslid in disponibiliteit, wat in principe tot gevolg heeft dat het personeelslid slechts 60% van de wedde krijgt. Let wel, voor wie nog geen 36 maanden in dienst is, wordt het loon niettemin gedurende 90 dagen gewaarborgd. Het kunnen beschikken over een goed opgebouwd ziektecontingent, bijvoorbeeld in het licht van langdurige afwezigheden wegens ziekte, biedt dus meer financiële zekerheid aan het personeelslid in moeilijke tijden.
Het beheer van het ziektecontingent is een verantwoordelijkheid van de Directie van de mobiliteit en het personeelsbeheer (DSP): - tel. 02 642 77 71 - fax 02 642 77 73.
54
Het statuut
De evaluatie De tweejaarlijkse evaluatie, die in werking trad vanaf 1 april 2005, moet gezien worden als hét moment bij uitstek voor een werkelijke dialoog tussen verantwoordelijke en medewerker, die voor beiden de gelegenheid biedt om zijn mening te uiten, te begrijpen en te leren. De evaluatie is de beoordeling van de beroepsbekwaamheid van het personeelslid op basis van drie evaluatiedomeinen: de overeenstemming met het competentieprofiel van de uitgeoefende functie, de houding ten aanzien van de waarden van de geïntegreerde politie en het realiseren van de doelstellingen. De evaluatie heeft niet tot doel te beoordelen op basis van punten of wil evenmin een waardering geven van het type ja/neen. Het doel van de evaluatie is dubbel: bijdragen tot de motivatie, de betrokkenheid en de verbetering van de prestaties van de personeelsleden, met name door de ontwikkeling van hun bekwaamheden te bevorderen en de doelstellingen van de organisatie te bereiken. U vindt alle informatie betreffende het evaluatiesysteem op de site van de human resources, hrpol.be. Indien u vragen heeft, kan u contact opnemen met het callcenter van de geïntegreerde politie via het gratis nummer 0800 99 271.
Callcenter 0800 99 271
55
De vakbonden Elk personeelslid van de politie heeft het recht om lid te zijn van een vakvereniging. De syndicale organisaties verdedigen de belangen van de personeelsleden. In het Hoog Overlegcomité en het Onderhandelingscomité voor de politiediensten, die regelmatig samenkomen, kunnen de vertegenwoordigers van de representatieve vakbonden hun opmerkingen en grieven kenbaar maken aan de federale overheid. Op het niveau van de federale politie bestaat er per provincie en voor het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad ook een basisoverlegcomité (BOC). Voor de lokale politie is er per politiezone één BOC dat specifieke bevoegdheden heeft zoals beschreven in de wet van 24 maart 1999 die de betrekkingen regelt tussen de overheid en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten. In een BOC zijn aanwezig: vertegenwoordigers van de verschillende representatieve vakorganisaties en vertegenwoordigers van de bevoegde overheid, eventueel aangevuld met experts. Bepaalde materies moeten onderhandeld worden, andere moeten worden besproken op het overlegcomité waaronder de zone of federale dienst ressorteert. In principe zijn de zaken die op een BOC ter sprake komen eerder 'zone- of dienstgebonden'.
De erkende en representatieve syndicale organisaties NSPV – SNPS Nationaal Syndicaat van het Politie - en Veiligheidspersoneel Syndicat National du personnel de Police et de Sécurité Generaal Bernheimlaan 18-20 – 1040 Brussel tel. : 02 644 65 00 – fax : 02 644 67 93 www.nspv.be VSOA – SLFP Vrij Syndicaat van het Openbaar Ambt – De federatie (Groep XV) Geïntegreerde politie Syndicat Libre de la Fonction Publique – La Fédération (Groupe XV) Police intégrée François Sebrechtslaan 61 – 1080 Brussel tel. : 02 660 53 77 – fax : 02 660 50 97 www.vsoa-pol.be
56
Het statuut
ACV – CSC Openbare Diensten-Politie Secteur Public-Police Helihavenlaan 21 – 1000 Brussel tel.: 02 208 24 24 – fax: 02 208 24 20 www.acv-openbarediensten.be ACOD - CGSP Algemene Centrale van de Openbare Diensten Centrale Générale des Services Publics (Admi-ILR-LRB) Fontainasplein 9-11 – 1000 Brussel tel.: 02 508 59 58 – 02 508 59 16 – fax: 02 508 59 13 www.acod-lrb.be/ACODLRB_politie.html
De erkende en niet-representatieve syndicale organisaties SYPOL.BE Syndicaat van de Belgische politie Syndicat de la police belge Geurstraat 23 – 1070 Brussel tel. : 02 538 87 84 – fax : 02 538 94 74, www.sypol.be NUOD - UNSP Federatie van de openbare diensten van de Nationale Unie Onafhankelijke Syndicaten Fédération des services publics de l’Union Nationale des Syndicats Indépendants Bisschoffsheimlaan 36 – 1000 Brussel tel. : 0475 42 95 87 – fax : 067 34 22 94 www.ovs.sic.be
Callcenter 0800 99 271
57
En er is meer ... Werken voor de overheid is vandaag de dag aantrekkelijk, en niet enkel op het vlak van de werkzekerheid. Zowel het burgerpersoneel als de politieambtenaren kunnen genieten van een aantal voordelen die de kwaliteit van het leven en van het werk zeker veraangenamen. Hieronder volgt een greep uit deze (sociale) voordelen. Er bestaan een aantal toelagen en premies waarop u misschien aanspraak kunt maken. Aan de ambtenaren (CALog en politie) die een bewijs kunnen leveren van een minimaal kennisniveau van de andere landstaal, kan een premie voor tweetaligheid worden toegekend. De taaltest wordt georganiseerd door Selor (www.selor.be). Gratis woon-werkverkeer met het openbaar vervoer (trein, tram, bus en metro). Een fietsvergoeding voor wie met de fiets gaat werken. U hebt recht op kinderbijslag vanaf de eerste dag van de maand die volgt op die waarin uw kind geboren, geadopteerd of onder pleegvoogdij opgenomen werd. Bij de geboorte of adoptie van een kind hebt u recht op kraamgeld of een adoptiepremie. ...
Meer info? Neem contact op met uw personeelsdienst/secretariaat of met het callcenter via het gratis nummer 0800 99 271 of via e-mail:
[email protected].
58
@ your Het statuut service
Respect op het werk Een zaak die iedereen aanbelangt!
Ontwerp: Caroline Chaidron
Samen, omdat we allemaal verschillend zijn
Callcenter : 0800 0800 99 99 271 271
59