2de jaargang / nummer 1 / maart 2006
Europa ‘Alles mag, als het maar veilig is’
Praktijk DOC Kaas minimaliseert watergebruik
Praktijk Zero liquid discharge bij Shell
Focus op:
Het sluiten van de waterketen
duijvelaar pompen Uw productieproces luistert uitermate nauw. De kwaliteit van water in het proces telt. De duurzaamheid van de installaties telt niet minder. Twee redenen waarom Duijvelaar Pompen werkt met roestvaststaal. We passen het toe in de meest complexe projecten. Maar de kracht van Duijvelaar Pompen reikt verder. De gehele realisatie blijft in eigen huis en wordt daarom volledig op uw wensen afgestemd. Onze eigen afdeling Electrical Engineering integreert de besturing optimaal binnen uw bedrijfsvoering. De ideale installatie voor uw productieproces wordt compleet door ons gerealiseerd. Dat mag met récht een sterk staaltje worden genoemd.
sterk staaltje
de dynamiek van water
www.dp.nl
INHOud
3
r E dAi ncttEi Or vniEEEwL
4 NieuwsDigest
Het belangrijkste nieuws uit de watersector van de afgelopen weken.
7 ‘Alles mag, als het maar veilig is’
De nieuwe Europese Hygiëne Verordening maakt een einde aan de wirwar van regels en voorschriften in de voedingsmiddelenindustrie. WaterFocus sprak Inspecteur Levensmiddelen en Voedselveiligheid Hans Beuger . Hij is erg enthousiast over het nieuwe regime.
11 ‘Hoe sluiten we de waterkringloop nu écht?’ “De Nederlandse industrie heeft de afgelopen jaren grote vooruitgang geboekt op het gebied van waterbesparing en waterhergebruik”, stelt adviseur Ronald Wielinga van SenterNovem. Veel bedrijven wisten de weg te vinden naar de talrijke overheidssubsidies.
15 Aviko ruilt afvalwater met waterschap
Aardappelverwerker Aviko in Steenderen investeerde reeds in de jaren tachtig fors in een anaërobe voorzuivering. De fabrikant gaat sinds kort een stap verder en sloot —via Waterstromen— een opmerkelijke deal.
19 Op weg naar volledige kringloopsluiting
Geen leidingwater inkopen, geen grondwater oppompen en geen gebruik maken van oppervlaktewater. Dat is het ambitieuze streven van DOC Kaas, producent van kaas en weipoeder. Dankzij een subsidie uit het Europese milieuprogramma Life is het idee zeer haalbaar.
23 Dow hergebruikt gezuiverd rioolwater
Terneuzen heeft een primeur. Dankzij Dow en Evides is het de eerste industrielocatie in Nederland waar gezuiverd rioolwater zal worden gebruikt voor de productie van industriewater.
25 Zero liquid discharge bij Shell
Het sluiten van de waterketen op fabrieksniveau is voor Shell geen probleem. “Maar of zo’n ‘zero discharge’-oplossing nodig is, hangt af van de lokale situatie.”
28 Podia Ook in deze editie biedt WaterFocus weer een podium aan spelers uit de watermarkt. Sjef Ernes van Aqua for All, Bert Welkers van Aqua Nederland en Johan van Mourik van SKIW pleiten ieder op hun manier voor meer samenwerking.
32 Carrière Twee generaties aan het woord over waterzaken.
36 Internationaal Nieuws Een overzicht van het nieuwsaanbod uit de wereldwijde watermarkt.
38 ServicePagina Agenda, ContactIndex en Colofon.
Tussen droom en daad ‘Hoe sluiten we de waterkringloop nu écht’, zo vraagt Ronald Wielinga van SenterNovem zich af in gesprek met WaterFocus. De subsidieadviseur zou graag zien dat bedrijven hun afvalwater intern zo goed zouden zuiveren dat het zó schoon is dat ze het aan de voorkant van het productieproces opnieuw kunnen gebruiken. Een mooie droom. Maar tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren. Daarin lijkt echter een kentering te komen, zo laat deze editie van WaterFocus zien. Voor de voedingsmiddelensector komt het goede nieuws uit Brussel. Inspecteur Levensmiddelen en Voedselveiligheid Hans Beuger vat het voor ons kort samen: ‘Alles mag, als het maar veilig is’. De crux zit hem in de nieuwe Europese Hygiëne Verordening die meer verantwoordelijkheid legt bij de bedrijven zélf. Die uitnodiging is bij zuivelproducent DOC Kaas niet aan dovemansoren. De directie streeft in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen naar een minimaal watergebruik en liet een ‘zelfvoorzieningsinstallatie’ bouwen. Terugverdientijd: tien jaar. ‘Het levert ons geen gouden bergen op. Maar we laten wél zien dat we staan voor duurzaam en innovatief ondernemerschap’, klinkt het in Hoogeveen. Duurzaam en innovatief ondernemerschap beperkt zich niet tot de foodsector. Shell is druk met ‘zero liquid discharge plants’ en in het Zeeuwse Terneuzen voltrekt zich een primeur bij Dow. De chemiereus laat het effluent van de plaatselijke rioolwaterzuiveringsinstallatie opwerken tot industriewater. Dat de ene branche zich kan laten inspireren door de andere blijkt in Steenderen. Daar kwam Aviko —via Waterstromen— tot een opmerkelijke deal: het ruilt afvalwater met het waterschap. Daarmee laat deze tweede editie van WaterFocus zien dat wetten veranderen en dat praktische bezwaren in de praktijk kunnen worden opgelost. Mits overheid, vragers en aanbieders elkaar weten te vinden. WaterFocus wil daaraan graag een bijdrage leveren. Marc van der Put Eindredacteur WaterFocus
4
i g E St inni tE EurwSd viEw
Nieuwsoverzicht watersector In elk nummer een overzicht van het belangrijkste nieuws uit de voorgaande weken. Wat is er gebeurt sinds de vorige uitgave van WaterFocus is verschenen?
Industrie haalt meeste waarde uit grondwater Bedrijven in Brabant en Limburg voegen per kubieke meter grondwater gemiddeld 100 euro aan economische waarde toe.Dat becijferde KPMG in opdracht van de Verenigingen Industriewater in die provincies.Vooral de voedingsmiddelen sector scoort hoog, met de frisdrank- en bierproducenten voorop. De hoogste toegevoegde waarde bedraag maar liefst 3000 euro per kubieke meter grondwater. Volgens onderzoeker Peter Blok van KPMG is het grondwater een belangrijke vestigingsfactor. De waardering is volgens hem veel hoger dan de kosten doen vermoeden. De twee industriewaterverenigingen tellen 69 leden die samen 38.500 mensen in dienst hebben. Aan het onderzoek is door iets meer dan de helft van de bedrijven deelgenomen. Veruit de grootste grondwaterverbruikers zijn de bedrijven in de voedingssector. Het verbruik varieert van 10.000 tot meer dan drie miljoen kubieke meter per jaar. De KMPG-onderzoekers hebben de bedrijven ook gevraagd hoe ze zullen reageren op een —forse— prijsverhoging. Een aantal bedrijven verwacht het waterverbruik te zullen verminderen als het grondwater even duur wordt als leidingwater. De verwachte waterbesparing blijft echter steken op 15 procent. Veruit de meeste bedrijven verwachten de grondwateronttrekking te zullen stopzetten en het water te gaan inkopen bij de drinkwaterbedrijven. Een kleine minderheid (20 procent) geeft aan te zullen overstappen op oppervlaktewater.
Heineken is met zijn brouwerij in Den Bosch één van de toonaangevende leden van de Vereniging Industriewater. (Foto: Heineken)
Botsende culturen oorzaak mislukking Waterketenbedrijf De Raad voor Ruimtelijk, Milieu- en Natuuronderzoek (RMNO) stelt in het rapport ‘Koudwatervrees’ dat het opzetten van Waterketenbedrijf Limburg is mislukt door een botsing van culturen: de bedrijfsmatige werkwijze van het drinkwaterbedrijf WML versus de overheidscultuur van gemeenten en waterschappen. Ook ontstond binnen de diverse samenwerkende instanties verzet, omdat te snel gedetailleerde inhoudelijke plannen zijn gemaakt en te weinig aandacht aan het voortgangsproces is besteed. De eerste plannen voor een Waterketenbedrijf Limburg dateren van 2001. Het project bundelde de krachten van maar liefst 47 Limburgse gemeenten, twee waterschappen, het Zuiveringsschap Limburg, Waterleiding Maatschappij Limburg (WML) en de provincie. De ambitie was om via de waterketen kosten te besparen, doelmatig en klantgericht te werken en meer milieurendement te behalen. Ruim een jaar geleden bleek er te weinig draagvlak onder gemeenten en staakten de initiatiefnemers het overleg. De raad zet in het rapport een aantal lessons learned op een rij. Een projectmatige benadering in een netwerksamenwerking roept tegenkrachten op, zo valt te lezen en een te gedetailleerd plan leidt tot ‘prikkels voor verzet’. Bovendien ontbreekt mede-eigenaarschap en ‘voelen partijen zich niet geroepen zich in te spannen als problemen ontstaan’.
Dead-end ultrafi ltratie Witteveen+Bos, Rossmark, Evides, Veolia Water en de TU Delft zetten hun onderzoek voort naar ‘dead-end’ ultrafiltratie van rwzi-effluent. De vier bedrijven en de universiteit ondertekenden daarvoor een hernieuwd contract. Het onderzoek, dat in 1998 van start ging, richt zich op verbetering van de filtreerbaarheid van het effluent. Verschillende voorbehandelingstechnieken worden hiervoor onderzocht. Daarnaast wordt de relatie tussen de filtreerbaarheid van effluent en procesparameters van membraaninstallaties uitgediept. Amsterdam heeft primeur waterketenbedrijfDe gemeente Amsterdam en het hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht (AGV) hebben de stichting Waternet opgericht, die sinds 1 januari de hele watercyclus in de hoofdstad verzorgt. Waternet vervangt de huidige DWR en het Waterleidingbedrijf en tekent voor de drinkwatervoorziening, het rioolbeheer, de afvalwaterzuivering en het waterbeheer. Het is daarmee het eerste waterketenbedrijf in Nederland. Directeur Kruize van Waternet verwacht in 2008 de eerste gezamenlijke waterrekening te versturen.De bij de oprichting aanwezige Staatssecretaris Van Geel toont zich als groot pleitbezorger van waterketenbedrijven verheugd over de geïntegreerde aanpak in Amsterdam, zeker omdat eerdere initiatieven zoals in Limburg —elders in deze rubriek—, niet goed uitpakten. De bewinds-man denkt dat één waterketenbedrijf de burger meer transparantie geeft in de waterkosten. Die transparantie zou leiden tot effi ciencyverbetering in de hele waterketen. “De wateropgave die voor de deur staat wordt nog steeds zwaar onder-schat”, zo liet de milieustaatssecretaris weten. Hij signaleerde dat waterschappen en gemeenten steeds beter samenwerken, maar dat de samen-werking met de drinkwaterbedrijven niet van de grond komt.
5
n i E u iwSd n t E ri gv Ei ESt w
Raad van State: vergunning Dumeco terecht geweigerd
Nuon wil kantoren koelen met water uit Nieuwe Meer Nuon is van plan de kantoorcomplexen aan de Amsterdamse Zuidas te koelen met water uit het nabijgelegen Nieuwe Meer. Daarvoor heeft het energiebedrijf een vergunning aangevraagd bij het Hoogheemraadschap van Rijnland. Het Nieuwe Meer is een voormalige zandafgraving met een diepte van dertig meter. Het koude water in de diepere lagen van het meer kan goed voor koeling worden benut. Nuon wil het water via een ‘aanzuigtoren’ op de bodem oppompen. Vraag is of het lozen van het opgewarmde koelwater geen problemen veroorzaakt zoals versterkte algengroei. Rijnland stelt dat de kwaliteit van het zwemwater op geen enkele manier mag worden aangetast.
Tradingfloor van Nuon in Amsterdam. (Foto: Nuon)
Nederlands-Chinees Spaans Babcock sluit testcentrum scheidingstechnologie contract in Roemenië Vier Nederlandse waterbehandelingsbedrijven hebben samen met twee Chinese partners het Sino-Dutch Multi Stage Separation Technology Centre geopend. Het nieuwe centrum biedt onderdak aan elf verschillende scheidingstechnologieën waaronder de centrifugale technologie. Naast de bedrijven Pieralisi Benelux, Aqua Industrial Water Treatment, Norit X Flow en Logisticon en hun Chinese partners South West Research and Design Institute for Chemical Industry zijn ook de overheden van beide landen betrokken bij de realisatie van het centrum. De Nederlandse overheid steunt het project onder meer via de Technological Collaboration Subsidy Scheme. Het centrum is ingericht voor scheidingtesten voor slib afkomstig van ruim tweehonderd verschillende industrieën. De gebruikers van het centrum zijn bedrijven uit de textiel-, de farmaceutische- en de voedingsindustrie. Verder biedt het centrum ondernemingen een kans scheidingsapparatuur te testen die ze willen aanschaffen voor het verwerken van gemeentelijk of industrieel afvalwater, of voor het produceren van drinkwater.
Spaans Babcock heeft een contract gesloten voor de rehabilitatie van de afvalwaterzuivering in Targu Mures in Roemenië, een stad met circa 160.000 inwoners. Met deze turnkey opdracht is 8,5 miljoen euro gemoeid. Naast het moderniseren en vergroten van de capaciteit van de huidige waterzuiveringsinstallatie gaat Babcock ook het zuiveringsrendement verbeteren zodat het effluent voldoet aan de Europese normen.
De provincie Noord-Brabant heeft slachterij Dumeco in Boxtel terecht een vergunning geweigerd voor het oppompen van drinkwater uit diepere grondlagen. Dat oordeelt de Raad van State in de beroepszaak die het bedrijf tegen de weigering had aangespannen. Volgens Dumeco leidt de uistpraak tot ‘aanzienlijke meerkosten’. Dumeco, dat sinds januari 2006 met twee andere bedrijven verder gaat als Vion Food Group, ziet zich nu gedwongen het contract met Brabant Water voor levering van drinkwater te verlengen. Deze levering kost jaarlijks 130.000 euro. Bovendien bedragen de aansluitkosten voor Dumeco eenmalig ook al 130.000 euro. Om dergelijke kosten te besparen wilde de slachterij dieper gelegen grondwater gaan onttrekken. De provincie vreest dat de bodemverontreiniging van een naastgelegen perceel zich sneller kan verspreiden door het onttrekken van grondwater op ruim honderd meter diepte, het ‘tweede watervoerende pakket’. De provincie wijst ook op een Waterhuishoudingsplan, waarin staat dat diepe grondwaterwinning ongewenst is, zeker als er alternatieven zijn. Levering van drinkwater door Brabant Water is volgens de provincie zo’n alternatief. Bij het naastgelegen bedrijf Van Geel Systems werd al eerder een bodemverontreiniging met chloorhoudende koolwaterstoffen geconstateerd. Daardoor zag Dumeco zich gedwongen om het oppompen van grondwater uit het eerste pakket, op 30 tot 60 meter diepte, te staken. Een vergunning voor het dieper oppompen op ruim 100 meter werd door de provincie geweigerd. Dumeco ging tegen die beslissing in beroep omdat het verouderd Waterhuishoudingsplan zou zijn. Volgens de Raad van State heeft de provincie zich echter te houden aan de bepalingen uit het plan en handelt de provincie terecht door daarbij rekening te houden met de Grondwaterwet.
(ingezonden mededeling)
WaterForum Online
Wilt u het nieuws in uw sector heet van de naald, neem dan een neem dan een kosteloos abonnement op WaterForum Online via de knop ‘Gratis E-mail nieuwsservice’ in het rechtermenu op www.waterforum.net.
Wateropleidingen, hét opleidingsinstituut voor waterketen en watersysteem x x x x
0EACE OF MIND
al meer dan 10 jaar vernieuwende opleidingen voor de watersector open opleidingen, maatwerk en in-company voor alle niveaus en alle sectoren kennis en vaardigheden
-ELDBANK VOOR STORINGS ONTVANGST EN AFHANDELING #ENTRALE BEWAKING VAN s 0OMPSTATIONS s 'EMALEN s /VERSTORTEN s 4ELEMETRIESYSTEMEN
Wilt u weten wat wij voor uw organisatie kunnen betekenen? Bel ons of surf naar onze website. telefoon: (030) 60 69 400 internet: www.wateropleidingen.nl
4OT TECHNISCHE OBJECTEN CENTRAAL BEWAKEN s /NTVANGT ALARMEN UIT ALLE TYPES ALARMMELDERS s 2EGISTREERT ALLE ALARMEN IN LOGBOEK s :ET ALARMEN DOOR AHV DIENSTROOSTER VAN SERVICEMONTEURS s !LARMERING MIDDELS SPRAAK 3-3 SEMAFOON s 4E COMBINEREN MET 3#!$! SYSTEMEN s ,IJNMODEM MET NOODVOEDING EN WATCHDOG FUNCTIE BEWAAKT DE 0#
!2! PRO
!DESYS LEVERT OOK TELEFONISCHE ALARMMELDERS
WWWADESYSNL 4 % INFO ADESYSNL
Kies voor de zekerheid van 100 jaar ervaring Al sinds 1897 maakt Oddesse pompen en motoren van wereldklasse. Pompen van noryl, gietijzer, edelstaal en brons. Onderwater motoren voor de Geothermie die ook bij 70˚C perfect functioneren. CTA Watertechnologie levert Oddesse producten en is actief op het gebied van bronnenservice, Hydrometrie en Geothermie. CTA werkt voor alle grote aannemers, ingenieursbureaus, provincies en waterschappen. Wilt u ook werken met dé waterspecialist van Nederland? Neem contact op met Henk van de Hoef, dé waterprof van Nederland.
specialisten van het zuiverste water Oudenhof 2, 4174 GA Hellouw, The Netherlands Tel.: +31 (0)418 - 58 11 58, Fax: +31 (0)418 - 58 11 90 E-mail:
[email protected]
t e ervviine w wi entg g Op 1 januari 2006 heeft er een stille revolutie plaatsgevonden op het gebied van voedselveiligheid en warenwetgeving. De nieuwe Europese Hygiëne Verordening biedt de voedingsmiddelenindustrie welhaast ongekende mogelijkheden voor recycling van water. Inspecteur Levensmiddelen en Voedselveiligheid Hans Beuger is erg enthousiast over het nieuwe regime, dat meer verantwoordelijkheid neerlegt bij de bedrijven en de consument beter beschermt.
‘Alles mag, als het maar veilig is’
Europa legt verantwoordelijkheid bij bedrijven
Tekst: Fanta Voogd Foto’s: Ben Wind
De ontelbare, aan de Warenwet gelieerde regeltjes in de productschapverordeningen zijn komen te vervallen en in plaats daarvan geldt één Europese verordening: Hygiëne Verordening 852/2004. Als het gaat om het gebruik van water in de voedingsmiddelenindustrie biedt de nieuwe wetgeving legio mogelijkheden. Het nieuwe uitgangspunt is dat bedrijven zelf verantwoordelijk zijn voor de voedselveiligheid. Inspecteur Hans Beuger van de Voedsel en Waren Autoriteit spreekt over een omslag in het denken van de overheid, ingegeven door de voedselcalamiteiten van de afgelopen twintig jaar, zoals BSE, dioxineschandalen en de varkens- en vogelpest. “We zijn gaan inzien dat Europa meer is dan een vrije handelszone. De overheid heeft nu meer aandacht voor de belangen van de consument. Die heeft recht op een goede bescherming én heldere informatie. Dat besef heeft geleid tot een nieuwe aanpak van voedselveiligheid en —na een paar jaar discussie— tot harmonisatie van de wetgeving.”, schetst Beuger de ontstaansgeschiedenis van de nieuwe verordening. “Tot 1 januari 2006 had elke EU-lidstaat zijn eigen regelgeving, wat het voor het bedrijfsleven erg lastig maakte goederen op de Europese markt af te zetten. Zo hadden we in Nederland te maken met de Warenwet en een groot aantal productschapsverordeningen. Dat is historisch uitgegroeid tot regelgeving met allemaal aanhangsels en een enorme hoeveelheid details. Dat behoort nu tot het verleden.” Oppervlaktewater als grondstof De algemene insteek van de nieuwe wetgeving ademt de geest van zelfregulering: bedrijven en consumenten worden steeds meer geacht zelf verantwoordelijk te dragen voor
9
t E ErvviinE w wi Entg g veiligheid, milieu en gezondheid. Er is geen bedrijfstak die ontkomt aan enige vorm van zelfregulering en zelfcontrole, bijvoorbeeld door middel van keurmerken. De kern van de Hygiëne Verordening is dat het een doelvoorschrift is: het schrijft het gewenste resultaat voor, maar niet de wijze waarop dat resultaat bereikt moet worden. Daarmee heeft water kort gezegd dezelfde status gekregen als andere grondstoffen of ingrediënten. “Het doel is een veilig product. De weg waarlangs een producent dat doel bereikt, moet hij zelf uitstippelen. In een paar woorden: alles mag, mits het veilig is”, vat Beuger samen. “Wanneer je als fabrikant in het verleden iets anders gebruikte dan drinkwater —bijvoorbeeld grondwater— dan moest je daarvoor toestemming hebben van de overheid. Daarvoor moest je analyseresultaten overleggen. Dat hoeft niet meer sinds 1 januari. Natuurlijk moet je nog altijd een vergunning aanvragen om grondwater te mogen onttrekken, en die zul je —met het oog op de verdroging— niet zo makkelijk krijgen. Maar vanuit het oogpunt van voedselveiligheid staat niets het gebruik van grondwater in de weg. In theorie is zelfs het gebruik van oppervlaktewater als grondstof in de voedingsmiddelenindustrie toegestaan. Als het maar veilig is.” Aldus Beuger die denkt dat het in de praktijk niet zo’n vaart zal lopen: “Het zuiveren van oppervlaktewater voor consumptie is daarvoor een te kostbare aangelegenheid.” De Inspecteur verwacht dat de nieuwe wetgeving vooral grote consequenties zal hebben voor het hergebruik van water in de voedingsmiddelenindustrie. Hergebruik is die sector niet vreemd, maar bij water was geen sprake van een échte recycling. Zo werd spoelwater van bijvoorbeeld kroppen sla na opvang gebruikt voor het schoonspoelen van aardappelen of het schoonspuiten van vrachtwagens. Beuger ziet het nog wel zover komen dat het water waarmee de slag gewassen is na reiniging opnieuw wordt ingezet om sla te wassen.“We hebben al gesprekken gevoerd met groenteverwerkingsbedrijven. Die hebben enorm veel water nodig. Die zijn nu al serieus bezig met ingenieursbureaus, ontwerpers en leveranciers van apparatuur, om te kijken hoe ze hun productieproces kunnen ombouwen.” Amerikaanse ruimtevaart Het lijkt wellicht wat paradoxaal. De overheid legt meer verantwoordelijkheid bij het bedrijfsleven en wil tegelijkertijd de consument beter beschermen. Om het systeem van zelfcontrole in goede banen te leiden is de voedingsmiddelenindustrie verplicht tot het werken met Hazard Analysis and Critical Control Points (HACCP), een van de Amerikaanse ruimtevaart afkomstige methode waar Beuger erg enthousiast over is. “Het gaat erom dat je op een gestructureerde wijze risico’s in je proces benoemt en vervolgens maatregelen neemt zodat die risico’s tot een aanvaardbaar niveau worden teruggebracht of worden geëlimineerd. Je moet dus eerst al je potentiële risico’s gaan bekijken”, legt de Inspecteur uit. “Dat is een leuke exercitie. Dan moet je heel creatief in
een brainstorm gaan kijken wat er allemaal fout kan gaan. Vervolgens stel je vast hoe je zo’n Critical Control Point, zo’n beheerspunt moet monitoren en wat er moet gebeuren wanneer het mis gaat. Een voorbeeld: In het productieproces staat een UV-lamp om ziekteverwekkende organismen te doden. Dat is zo’n beheerspunt. En daarom moet je je dingen afvragen als: hoe lang is de levensduur van zo’n lamp? Wat voor een preventief onderhoud vereist die? Gaat er een alarm af wanneer ze uitvalt? Als dat alarm gaat, wat moet de operator aan de lopende band dan doen? Maar ook de registratie moet je vastleggen. Die operator moet bijvoorbeeld ieder uur op een lijst aantekenen dat die UVlamp het doet.” Vele malen strenger Het laat zich raden dat zo’n gestructureerde manier van werken voor de kleinere ondernemingen een flinke klus is en daar heeft de wet in voorzien. “Dat hele denkwerk, dat werk vooraf, mag ook gebeuren door een brancheorganisatie”, verklaart Beuger. “Veel koepelorganisaties zoals die van bakkers, van slagers of de horeca hebben al hygiënecodes opgesteld. Zo’n hyiënecode is eigenlijk een soort kookboek aan de hand waarvan de bedrijven in zo’n branche moeten werken. Dat systeem van hygiënecodes is in ons land ontwikkeld en nu overgenomen door de Europese Unie.” Nederland werkt al ongeveer tien jaar met HACCP’s en volgens Beuger ziet het bedrijfsleven ze steeds minder als een verplichting van de overheid en meer als een manier om veilig voedsel te produceren. De toegenomen productaansprakelijkheid helpt daarbij: “De druk van de markt is dermate hoog, dat men het zich niet kan veroorloven om te sjoemelen. De interne controle in een bedrijf is gelukkig vaak vele malen strenger dan wat wij als overheid doen. En dat betekent dat je als toezichthouder, als overheid, veel meer naar het totale systeem kunt kijken, de vinger op de zere plek kunt leggen.”
Zó werken hygiënecodes Bedrijven en brancheverenigingen in de levensmiddelensector kunnen zélf het initiatief nemen voor het opstellen van een hygiënecode die de basis vormt onder de zelfregulering in die sector. De ontwerpen voor hygiënecodes worden besproken in het Regulier Overleg Warenwet (ROW) en daarna ter goedkeuring voorgelegd aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport die over deze definitieve versie officieel advies vraagt van de Voedsel en Waren Autoriteit. De goedkeuring wordt vervolgens gemeld aan de aanvrager en bekendgemaakt in de Nederlandse Staatscourant. De minister van VWS zendt tenslotte de code ter kennisneming aan de Europese Commissie. Wie geïnteresseerd is in een code kan deze aanvragen bij de organisatie die de code heeft opgesteld. De hygiënecodes beschrijven een standaardbedrijf en moeten worden aangepast aan de eigen bedrijfssituatie.
AquaQuest_A5_liggend
15-11-2005
09:42
Pagina 1
AquaQuest™ het boeiende spel over wereldwijd waterbeheer Hoe zorg je als leider van
Het spel kan al gespeeld worden door kinderen
een land dat jouw land
vanaf 8 jaar. En er zijn verschillende spel-
over voldoende drink-
niveaus afgestemd op diverse leeftijden. Dit
water beschikt? En hoe
leerzame en leuke bordspel is een uitgave
voorkom je overstromingen
van de Stichting AquaQuest - een initiatief
wanneer de zeespiegel stijgt? Wie zich met
van de Rotaryclub in Heemstede. De Stichting
modern watermanagement bezighoudt, krijgt
wil met het spel het belang van goed water-
onherroepelijk met deze problematiek te
beheer en de kennis daarover op speelse
maken. Ook in AquaQuest komen deze vragen
wijze uitdragen.
aan de orde. AquaQuest is een nieuw en uitdagend spel over internationaal waterbeheer
Het spel kost € 29,75 (incl. BTW). De opbrengst
en speelt zich af in een denkbeeldige wereld.
komt via de Stichting AquaQuest ten goede aan waterprojecten in ontwikkelingslanden. Kortom, AquaQuest is een ideaal relatiegeschenk om uw maatschappelijke betrokkenheid te tonen. Ga naar www.aquaquest.org en plaats uw bestellingen.
Stichting AquaQuest Postbus 660, 2100 AR Heemstede, Fax 084 - 745 9553 Website: www.aquaquest.org, E-mail:
[email protected]
VERS WATER ZUIVER HYDRON
Op zoek naar een kennispartner? Hydron Midden-Nederland is een modern (drink)waterbedrijf waar al bijna 125 jaar alles om water draait. Dankzij die jarenlange ervaring is Hydron Midden-Nederland voor veel zakelijke klanten een professionele kennispartner. Met een eigen laboratorium en een ingenieursbureau biedt het waterbedrijf een breed spectrum van diensten aan. Al onze activiteiten zijn erop gericht om voor u de beste oplossing te realiseren. Dat is zuiver Hydron. Hydron Midden-Nederland, uw kennispartner in industriewater. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met ir. Stefan Mol, Accountmanager Bedrijven, 030 – 24 87 190.
www.hydron.nl
Hydron kennispartner.indd 1
Postbus 40205 3504 AA Utrecht
20-10-2005 15:34:40
11
H Eirngt E br rv ui Eiw k
Hergebruik en innovatie. Als het gaat om water zijn dat twee belangrijke speerpunten van de overheid. Via het programma Milieu & Technologie is dan ook subsidie beschikbaar voor projecten op het gebied van waterhergebruik in het industriële MKB. In deze reportage aandacht voor de mogelijkheden voor subsidie, een nieuwe kwaliteitsbewakingsmethodiek en twee praktijkvoorbeelden uit de industrie.
Ronald Wielinga (SenterNovem) heeft vijf miljoen euro beschikbaar Tekst: Jaap van Peperstraten Foto’s: Ben Wind
‘Hoe sluiten we de waterkringloop nu écht?’ “De Nederlandse industrie heeft de afgelopen jaren grote vooruitgang geboekt op het gebied van waterbesparing en waterhergebruik”, weet adviseur Ronald Wielinga van SenterNovem. “Op dit moment is voor mij de belangrijkste uitdaging om in een bedrijf de kringloop daadwerkelijk te sluiten: hoe kun je afvalwater intern zo zuiveren dat het zó schoon is dat je het aan de voorkant van je productieproces opnieuw kunt gebruiken.” Wielenga houdt zich bij SenterNovem bezig met het programma Milieu & Technologie dat zich hoofdzakelijk richt op op het —industriële— MKB. In 2006 is in het kader van het programma vijf miljoen euro te verdelen aan subsidies. Dat bedrag gaat overigens niet exlusief op aan subsidies op het terrein van waterhergebruik. “Het programma geeft niet alleen subsidie aan het domein water, maar ook aan lucht, bodem en energie”, licht Wielinga toe. “Maar water neemt een flinke hap uit de ruif, zo’n veertig procent van de totale som. In de periode 199 – 2003 hebben we vanuit ons programma 360 projecten gehonoreerd, waarvan ongeveer 140 op het gebied van waterzuivering. Veertig van deze projecten waren daadwerkelijk gericht op waterhergebruik.” SenterNovem probeert overigens niet alleen het hergebruik van water te bevorderen, maar ook van de stoffen die er in
12
i H n tEErrgvEi bE w ruik zitten en van de energie. Volgens Wielinga is dat technisch ‘allemaal wel te doen’, maar is het de vraag of het financieel gunstig is: “Voor waterhergebruik geldt dat membraantechnologie heel belangrijk is. Omdat de prijzen van membranen de afgelopen vijf jaar zijn gedaald, verdient waterhergebruik zich sneller terug”, stelt de adviseur. Aanvraag tijdig indienen Een belangrijk criterium om voor subsidie in aanmerking te komen, is —uiteraard— de te verwachten milieuwinst. Zo wordt bijvoorbeeld de besparing of het hergebruik van water afgezet tegen de energie die daarvoor nodig is. Als deze vergelijking ongunstig uitvalt, verstrekt SenterNovem geen subsidie. Daarnaast moeten projecten innovatief zijn, is de samenstelling van het consortium van belang evenals de doortimmerdheid van het projectplan. Is aan al die voor-
waarden voldaan, dan is per project maximaal 350.000 euro subsidie beschikbaar. Het loont de moeite tijdig een aanvraag in te dienen: na beoordeling van de aanvragen verdeelt SenterNovem de subsidie volgens de formule wie het eerst komt, het eerst maalt. Pilots- en demonstraties van innovatieve, milieuvriendelijke processen, producten of diensten kunnen subsidie krijgen, maar dat geldt ook voor octrooionderzoek, marktonderzoek of het schrijven van een businessplan hiervoor. Kansrijk gebied Door gericht subsidies te verstrekken wil de overheid sturing geven aan ontwikkelingen. Het Ministerie van Economische Zaken —één van de financiers van SenterNovem— heeft vorig jaar onder andere de waterzuiveringssector uitgedaagd een innovatieprogramma waterzuiveringstechnologie te
Gezuiverd effluent te koop Het Tilburgse bedrijf Samen Stromen B.V. levert gezuiverd effluent aan bedrijven tegen een prijs die lager is dan die van drinkwater. Het initiatief van de gemeente Tilburg, Waterschap De Dommel en de Tilburgsche Waterleiding Maatschappij kwam mede dankzij een subsidie van SenterNovem van de grond. Welgeteld heeft het Tilburgse initiatief momenteel maar één klant: het bedrijf AaBe Textiles dat brandwerende textielsoorten maakt. Vanuit Waterschap De Dommel is Erik Jansen de kersverse directeur van Samen Stromen. Hij erkent dat één klant wel een beetje weinig is, maar benadrukt dat het bedrijf binnenkort actief acquisitie gaat plegen. “Ons water is welliswaar goedkoper dan drinkwater, maar bedrijven moeten doorgaans nieuwe leidingen aanleggen en soms steken organisatorische problemen die kop op. We kennen genoeg bedrijven die in ons product geïnteresseerd zijn, maar die problemen moeten wel eerst opgelost worden.” Samen Stromen is ongeveeer een half jaar volledig operationeel en is opgericht met als doelsteling ‘optimalisatie te bereiken binnen de Tilburgse waterhuishouding’. Concreet komt dit neer
op het bevorderen van hergebruik van stedelijk afvalwater door de industrie. Het bedrijf zuivert het effluent van de rioolwaterzuiveringsinstallatie tot een kwaliteit die geschikt is voor diverse toepassingen binnen de industrie. Samen Stromen kan vijftig kubieke meter water per uur leveren, maar moet daarvoor wel nog wat weerstand overwinnen. Erik Jansen: “We merken dat bedrijven aan het idee moeten wennen dat ze gezuiverd effluent aangeleverd krijgen als proceswater. Ons innovatieve karakter heeft er samen met het feit dat het kan leiden tot waterbesparing tegelijkertijd wél toegeleid dat we subsidie hebben gekregen. Die hebben we gebruikt voor de bouw van de zuiveringsinstallatie en het leidingnetwerk er omheen.” Voor een uitbreiding van de klantenkring mikt Samen Stromen in eerste instantie op een industrieterrein waar al een ringleiding voor de wateraanvoer aanwezig is. En Erik Jansen heeft meer plannen: “Vanuit de Kaderrichtlijn Water (KRW) zullen er zwaardere normen worden gesteld aan het lozen van afvalwater en wordt nazuiveren van groter belang. Weliswaar zijn die normen nu nog niet precies bekend, maar wij willen onze installatie ook onder de aandacht brengen als een proefinstallatie in relatie tot de KRW”.
Groot uitstralingseffect Pluimveeslachterij J. de Vries & Zn in het Friese Haulerwijk voert binnenkort de Water Quality Management methodiek van TNO in (zie ook ‘Waterhergebruik systematisch in kaart’ in het kader rechts op deze pagina). De verwachtingen zijn hoog gespannen. Algemeen directeur Henk Benedictus verklaart dat hergebruik van water van groot belang is voor het bedrijf dat per dag maar liefst 85.000 tot 90.000 dieren slacht. “Voor je bedrijfsvoering wil je altijd de zekerheid hebben van voldoende water van voldoende kwaliteit. Voedselveiligheid in het algemeen en beheersen van de bacteriologie in het bijzonder vereisen eerder méér dan minder water in het slachtproces. Op dit moment gebruiken wij grondwater uit eigen bron en maken daaruit proceswater. Maar in warme of droge zomers is soms onvoldoende water beschikbaar. En bedrijfsuitbreiding in de toekomst mag niet gefrustreerd worden door onzekerheid over de beschikbaarheid van voldoende water.” Ook is de pluimveeslachterij vanwege de zuiveringsheffing van het waterschap steeds meer zélf het afvalwater gaan zuiveren. Daardoor gaat er per dag 600 kubieke meter afvalwater naar de zuivering van het waterschap waar nog slechts
13
H Eirngt E br rv ui Eiw k formuleren. Daar werkt de sector inmiddels hard aan. In dit programma zou hergebruik van afvalwater als kansrijk gebied opgenomen kunnen worden. Verder zullen de eisen die vanuit de Europese Kaderrichtlijn Water worden gesteld aan het oppervlaktewater mogelijk resulteren in strengere eisen voor het te lozen afvalwater. Dat maakt dat hergebruik van proceswater bijna automatisch in beeld komt. Kennisoverdracht Kennisoverdracht maakt een belangrijk deel uit van het programma Milieu & Technologie. Het programma neemt deel aan de Stichting Kennisuitwisseling Industriële Watertechnologie (SKIW) om kennisoverdracht op het gebied van industriële watertechnologie te bevorderen. In dat kader zijn het afgelopen jaar twee brochures verschenen op het gebied van waterzuivering en waterhergebruik. De brochure ‘Het
blauwe goud’ geeft een beeld van de 1.200 innovatieprojecten op het gebied van waterzuiveringstechnologie die in de periode 1999 – 2003 met financiële steun van SenterNovem zijn uitgevoerd. In deze brochure ‘Winst uit water’ staan vijf voorbeelden van industriële waterprojecten die milieu- en financiële winst hebben opgeleverd. Twee ervan komen ook in deze editie van WaterFocus aan bod, op pagina 15 en 19. Zie ook www.senternovem.nl of e-mail:
[email protected]. Projectvoorstellen voor het programma Milieu & Technologie kunnen vanaf 1 maart tot en met 4 oktober 2006 ingediend worden. Op de website www.senternovem.nl/milieutechnologie zijn alle details en formulieren te vinden. Ook zijn op deze website de brochures ‘Winst uit Water’ en ‘Het blauwe goud’ te downloaden. Meer informatie over de aanpak van het Ministerie van Economische Zaken is te vinden op www.innovatieindialoog.nl.
Waterhergebruik systematisch in kaart Waar in je productieproces is waterhergebruik het meest lonend en hoe kun je de kwaliteit van dat water bewaken? Die vraag is te beantwoorden met een methodiek die TNO ontwikkelde, mede op basis van een subsidie van SenterNovem.
vijf procent restvervuiling in zit. “We hebben de afgelopen jaren al heel veel gedaan aan waterbesparing, maar we zijn op dat punt zo’n beetje aan het einde van de mogelijkheden gekomen”, verklaart Benedictus. “Waterhergebruik kan dus diverse problemen oplossen of voorkomen. Welke oplossing we ook kiezen: we staan permanent onder controle van de VWA. Ons proceswater wordt permanent (on line) bewaakt door waterleidingbedrijf Vitens. Ik verwacht dat als de WCM methodiek van TNO binnen ons bedrijf slaagt, dat een groot uitstralingseffect zal hebben naar de rest van de wereld.”
Naast TNO was ook de Voedsel en Warenautoriteit (VWA) betrokken bij de ontwikkeling van Water Quality Management (WQM), zoals de methodiek is gedoopt. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Europese Hygiëne Verordering op 1 januari geldt voor VWA dat er geen enkel bezwaar is tegen waterhergebruik, zolang er maar sprake is van een goede kwaliteitsborging. (zie ook ‘Alles mag, als het maar veilig is’ op pagina 7 in deze editie van WaterFocus). De WQM methodiek laat gestructureerd de mogelijkheden zien van waterhergebruik in een bedrijf, met daaraan gekoppeld kwaliteitsborging. “Bij waterhergebruik praat je in feite over het toepassen van water met een andere kwaliteit dan die van drinkwater”, aldus Willy van Tongeren die bij TNO Industrie en Techniek aan de basis stond van Water Quality Management. “De belangrijkste voorwaarde voor het hergebruik van water in de levensmiddelenindustrie is dat de
kwaliteit van het water geen nadelige invloed heeft op de veiligheid en kwaliteit van het levensmiddel. Met deze methodiek kun je bepalen welke kwaliteit je nodig hebt en hoe je die kwaliteit zeker kunt stellen”, licht Van Tongeren toe. De methodiek is volgens Van Tongeren breed in de voedingsmiddelenindustrie toepasbaar, juist omdat deze duidelijk inspeelt op die vereiste voedselveiligheid. “Met WQM zoeken we in het productieproces de kritische punten op voor de waterkwaliteit en geven we aan hoe je die waterkwaliteit kunt borgen. In een bedrijf kun je dus verschillende waterkwaliteiten hebben. Ook brengen we zo de risico’s in beeld en welke maatregelen je moet nemen als er gevaar dreigt. De methodiek beperkt zich overigens niet tot waterkwaliteit in relatie tot voedselveiligheid. Er is ook aandacht aan productkwaliteit, proceswaterfunctie en werknemersveiligheid, denk aan legionella.”
Water treatment technologies TNO Science and Industry is an internationally recognized research based knowledge and technology organisation for corporate trade and government. Our activities concern sustainable development by process innovation. Development of innovative patented water treatment technologies is one of the main activities of the Separation Technology Department. For more information please contact Albert Jansen (
[email protected]).
TNO Science and Industry Our achievements in water treatment technologies DeNutritor - Biofouling prevention Moving Bed Adsorption - Waste water effluent polishing Memstill® - Desalination of seawater using waste heat Membrane Assisted Adsorption Separation - Removal of organics, endocryne disruptors, dyes and metals Membrane Assisted Crystalisation - Water softening Pertraction - Removal of organic components Membrane Bio Reactor - High flux filtration and optimal oxygen transfer NoONO - Removal of metals Emulsion Pertraction - Selective removal of metals Catalytic Membrane Contactor - Removal of NO3- or O2
TNO.NL
15
d E P k i n trEArkvti iEjw
Aviko ruilt afvalwater met waterschap Tekst: SenterNovem Foto’s: Jeroen Dietz en Mark van Waadenoijen
Aviko in Steenderen behoort tot de wereldtop als het gaat om de verwerking van aardappels tot aardappelproducten. In de jaren tachtig investeerde het bedrijf in een anaërobe voorzuivering. Onlangs is een uitbreiding gerealiseerd voor de verwijdering van stikstof en fosfaat. Ook ruilt Aviko een deel van haar afvalwater met het waterschap, via Waterstromen.
“Afvalwaterzuivering is de enige nutsvoorziening die geen grootverbruikerstarief kent. Je betaalt vijftig euro per vervuilingseenheid, of je nu honderd of 100.000 vervuilingseenheden aanbiedt”, constateren directeur Jos Verlaat en adjunct-directeur Eef Leeuw van Waterstromen. “Voor bedrijven die een redelijk aantal vervuilingseenheden lozen, is het vaak goedkoper het afvalwater separaat te zuiveren dan het zonder meer aan te bieden aan een communale afvalwaterzuiveringsinstallatie voor het normale verontreinigingstarief. ” Die afweging maakte Aviko ook. Daarom liet het in de jaren tachtig al een eigen anaërobe voorzuivering realiseren, die ongeveer tachtig procent van de vervuiling afbreekt. Om ook het stikstof en het fosfaat uit het afvalwater te zuiveren gaf Aviko opdracht aan Waterstromen voor een uitbreiding. “Aviko had de kennis niet in huis en wilde er ook liever niet zelf in investeren. Toen hebben ze ons ingeschakeld. Wij leveren volledige ontzorging”, verklaart Verlaat. “Dat wil zeggen: we bouwen een zuiveringsinstallatie én exploiteren die vervolgens, zodat de klant geen omkijken meer heeft naar zijn afvalwater.”
Niet langer aanmodderen? Flygt neemt een grote stap voorwaarts op het gebied van slibtransport. We breiden ons programma pompen, mixers en beluchtingsapparatuur uit met een serie krachtige verdringerpompen en versnijders. Tegelijkertijd zorgen we ervoor dat we de deskundigheid en kennis in huis hebben die u van ons verlangt. Het moge duidelijk zijn waarom we dit doen: we willen dat u ons ziet als de vanzelfsprekende gesprekspartner als het gaat over het verbeteren van het rendement van uw slibbehandelingsproces. U kunt er wereldwijd op rekenen dat wij alles zullen doen om te voorkomen dat u in de modder vast komt te zitten.
Vraag het aan Flygt! www.flygt.nl – www.flygt.be
1
i n trEArkvti iEjw d E P k
Wie afvalwater van een aardappelverwerkend bedrijf wil zuiveren, denkt automatisch aan biologische afvalwaterzuivering. Het kan immers niet anders of het afvalwater zit vol met organische stoffen, die bacteriën in een anaërobe zuiveringsinstallatie omzetten in biogas. En zo is het ook. Het zuiveringsbedrijf Waterstromen gaat nu ook de stikstof met bacteriën verwijderen. Daarvoor wordt het zogeheten CANONsysteem ingezet: Completely Autotrophic Nitrogen Removal Over Nitrite’ Hierbij werken twee soorten bacteriën samen: eerst zetten aërobe bacteriën de helft van het ammonium om in nitriet, vervolgens zetten andere bacteriën het mengsel van ammonium en nitriet om in zuiver stikstof. Deze laatste stap staat ook wel bekend als anammox. Een tikje spannend vinden Verlaat en Leeuw het nog wel: “Technische problemen kun je oplossen. Als pompen of meters het niet doen, dan vervang je ze. Maar als de beestjes het niet doen, wordt het een stuk lastiger. Overigens hebben we de risico’s tot een minimum beperkt door uitgebreide pilot-proeven te doen.”
geconcentreerde stroom. Die gaan wij nu zuiveren. In ruil daarvoor zuiveren zij óns water.” Eerste resultaten Voor het neerzetten van de nieuwe installatie, die zo’n 5 miljoen euro gaat kosten, heeft Waterstromen een subsidie van 225.000 euro gekregen uit de voormalige SenterNovemregeling Energiebesparing door Innovatie (EdI). Ook heeft Waterstromen gebruik gemaakt van Groenfinanciering, een onderdeel van de Regeling Groenprojecten van de ministeries van VROM, Financiën en LNV. Deze financieringswijze, die onder andere is bedoeld voor projecten waarin ‘groene energie’ wordt geproduceerd, biedt bedrijven of instellingen de mogelijkheid om tegen een lagere dan de gangbare rente geld te lenen van een Groenfinancier. De installatie is begin dit jaar in gebruik genomen. Het is nog te vroeg om een uitspraak te doen over de afbraak van het stiktstof, maar De Leeuw is optimistisch: “De eerste resultaten zien er goed uit”.
Kunstmest Aanvankelijk was het idee om het fosfaat uit het afvalwater te verwijderen door het laten neerslaan met ijzer. Dat leidt echter tot een grote slibstroom, die slechts tegen hoge kosten te verwerken is. Uiteindelijk is een oplossing gevonden waar Leeuw en Verlaat best trots op zijn: aan het afvalwater wordt een magnesiumzout toegevoegd. Hierbij ontstaat struviet, een verbinding van magnesium met fosfaat en ammonium. “Het is een techniek die nog slechts beperkt wordt toegepast. Het struviet is mogelijk af te zetten als meststof. Er is uitgebreid onderzoek aan voorafgegaan”, stellen de twee vertegenwoordigers van Waterstromen. “Daarbij kostte het vooral moeite om de verschillende reactoren waar koolstof, fosfaat en stikstof moeten reageren, op de juiste manier achter elkaar te zetten en op elkaar aan te laten sluiten. Subsidie van SenterNovem heeft ons gestimuleerd om zoiets nieuws te proberen.” Ruil Het is de bedoeling dat de nieuwe zuiveringsinstallatie tussen de 2.500 tot 3.000 kuub afvalwater per dag gaat zuiveren. Het water dat overblijft, is dan vergaand gezuiverd. Helaas is het nog niet zo schoon dat het direct op het oppervlaktewater mag worden geloosd, maar ook daarvoor heeft Waterstromen een oplossing gevonden. Leeuw: “Dat sturen we toch nog naar de zuivering van het waterschap. Rioolwaterzuiveringsin stallaties zijn vooral goed in het zuiveren van relatief dunne afvalwaterstromen. Onze processen zijn in het bijzonder geschikt voor het zuiveren van geconcentreerde stromen. Toevallig beschikt het waterschap over één
Adjunct directeur Eef Leeuw van Waterstroom: “de eerste resultaten zien er goed uit”.
Kennis krijgt pas waarde als je er iets mee doet Daarom ondersteunt Kiwa Water Research u ook bij toepassing en onderhoud van kennis
Kiwa Water Research Kiwa Water Research is hét kennisinstituut op het gebied van water en aanverwante milieu- en natuuraspecten. Het levert wereldwijd kennis op maat aan waterbedrijven, overheden en andere spelers in de watersector. Voor de Nederlandse drinkwaterbedrijven en hun (internationale) partners voert Kiwa Water Research het gezamenlijke onderzoeksprogramma uit. Kiwa’s nauwe samenwerking met universiteiten, andere kennisinstellingen en advies- en ingenieursbureaus garandeert u actuele kennis van hoog niveau. Onderzoek en advies voor watersysteem en waterketen Kiwa heeft de expertise om gedegen onderzoek te doen en oplossingen op maat te bieden voor vraagstukken van ministeries, provincies, waterschappen en terreinbeheerders. Wij zijn hen van dienst op het gebied van grondwater, oppervlaktewater, bodem, natuur, drinkwater, infrastructuur en (afval)waterzuivering. Kiwa Industrie en Water Industriële partners krijgen via het gespecialiseerde Kiwa Industrie en Water efficiënt toegang tot waterkennis voor hún praktijk. Met bedrijven, brancheorganisaties en waterbedrijven samen ontwikkelt en implementeert Kiwa Industrie en Water innovatieve watertechnologie. Individuele partijen ondersteunt het bij dagelijkse watervraagstukken, implementatietrajecten en als troubleshooter. Daarnaast biedt Kiwa Industrie en Water een uitgebreid relatienetwerk en een platform voor uitwisseling van kennis en ervaring.
Kiwa Water Research Kiwa Industrie en Water Groningenhaven 7 Postbus 1072 3430 BB Nieuwegein Telefoon Fax E-mail Internet
+31 (0)30 606 95 11 +31 (0)30 606 11 65
[email protected] www.kiwa.nl
19
H eirngt e br rv ui eiw k
DOC Kaas wil staan voor innovatief en duurzaam ondernemen
Op weg naar volledige kringloopsluiting Tekst: SenterNovem Foto’s: DOC Kaas
Niet langer meer leidingwater inkopen, geen grondwater oppompen en ook geen gebruik maken van oppervlaktewater. Dat is het ambitieuze streven van DOC Kaas, producent van met name kaas en weipoeder. Dankzij een subsidie uit het Europese milieuprogramma Life is het idee zeer haalbaar. Met het project wil DOC Kaas echter vooral laten zien dat het bedrijf staat voor duurzaam ondernemerschap en een innovatiegerichte mentaliteit. Sinds de jaren zeventig is het niet meer vertoond, de bouw van een geheel nieuw zuivelpark. In Hoogeveen gebeurt het nu wel, net buiten de stad, aan de rijksweg A37. Het eerste bedrijf dat zich hier heeft gevestigd is DOC Kaas. Op een terrein van achttien hectare heeft de coöperatieve vereniging een zuivelfabriek neergezet, waar jaarlijks miljoenen liters melk verwerkt worden tot kaas en weipoeder. Weipoeder is het gedroogde restproduct van de kaasbereiding. Het overgrote deel van de kaas die het bedrijf maakt, is rechthoekige en (folie-)kaas. Deze wordt door handelsondernemingen gesneden en verpakt. Daarnaast worden natuurgerijpte kazen gemaakt. Haalbaarheid onderzocht Voor het productieproces op de nieuwe locatie heeft DOC Kaas 2.000 kuub water per dag nodig. Daarvan koopt het bedrijf nu nog zo’n dertig procent in als leidingwater. Projectmanager Siebe de Groot legt uit waarom dit binnen
20
i n tregrevbi erw he uik
enkele jaren tot nul zal worden teruggebracht: “We hebben op het nieuwe terrein in principe de mogelijkheid om grondwater op te pompen. De hoeveelheid is echter beperkt en de kosten zouden naar verwachting in de nabije toekomst een stuk hoger komen te liggen. Bovendien moeten we elke kuub water die we inkopen ook weer lozen. Dat kost ook geld. In het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen bestond bij de directie de wens om een zo waterefficiënt mogelijke fabriek neer te zetten. Daarom hebben we installatiebedrijf GTI en ingenieursbureau Arcadis een haalbaarheidsonderzoek naar zelfvoorziening laten uitvoeren. Dat leverde een positief resultaat op.” De sleutel voor de zelfvoorziening is het water dat vrijkomt bij de bewerking van melk tot kaas en bij het drogen van de wei tot weipoeder. Dit drogen gebeurt in twee stappen. Eerst vindt indamping plaats via koken onder vacuüm, bij een relatief lage temperatuur van circa 60°C. Hoger is niet mogelijk omdat de eiwitten in de melk dan zouden denatureren. Op deze manier wordt de wei ingedikt tot zestig procent droge stof. De restvochtverwijdering, de tweede stap, gebeurt in een droogtoren, waar het restvocht met hete lucht wordt verdampt. Uiteindelijk blijft weipoeder over met een vochtgehalte van slechts vier procent en natuurlijk heel veel water. Dat wordt, via omgekeerde osmose, opgewerkt tot leidingwaterkwaliteit en vervolgens weer ingezet in het proces, met name als wrongelwaswater
voor de kaasbereiding. Enerzijds scheelt dit inname van veel grond-, oppervlakte- en/of leidingwater, anderzijds voert DOC ook veel minder afvalwater af dan een normaal zuivelbedrijf. Loost dat 1 liter water per liter verwerkte melk, bij DOC Kaas gaat het slechts om 0,6 liter. Op termijn moet dit zelfs 0,4 liter worden. Uitgekiend waterleidingsysteem Om het systeem mogelijk te maken, heeft DOC Kaas de waterbehoefte in het hele bedrijf geminimaliseerd. In aansluiting hierop werd een uitgekiend waterleidingsysteem ontworpen en aangelegd. “In dit systeem blijven het opgewerkte proceswater en het ingekochte leidingwater strikt gescheiden”, licht De Groot toe. “Hoe effectief omgekeerde osmose ook is, honderd procent zuiver is niet te realiseren. Er blijft altijd een kleine component organisch materiaal achter. Zouden beide stromen mengen, dan ontstaat heel snel microbiële groei, door de combinatie van stikstof en fosfaten in het leidingwater en koolwaterstoffen in het opgewerkte proceswater.” Een microbiële infectie is wel het laatste waarop een zuivelfabriek zit te wachten. Om die te voorkomen. heeft DOC Kaas niet alleen zelf alle mogelijke voorzorgsmaatregelen getroffen, het wordt bij het beheersen van de waterkwaliteit ook nog eens ondersteund door waterconsultant Kiwa uit Nieuwegein. Mocht het desondanks misgaan, dan zijn de roestvrijstalen leidingen
21
H Eirngt E br rv ui Eiw k
met natronloog of salpeterzuur te reinigen. “Waren de leidingen van koper of plastic, dan zouden ze daartegen niet bestand zijn. Dan zouden we alles na een calamiteit opnieuw moeten aanleggen”, aldus De Groot. Break-even-point bijna bereikt De Hoogeveense kaasproducent gaat overigens niet alleen slim om met water, maar ook met de koude en warmte erin. Water van 14°C uit het kaasproces wordt bijvoorbeeld gebruikt om de vrijkomende wei af te koelen. Daarmee stijgt de temperatuur van dit water, maar die is altijd nog laag genoeg (30°C) om de condensors van de indampinstallatie af te koelen. Warm water uit deze condensors wordt onder andere ingezet om de drooglucht van de weipoedertoren voor te verwarmen, de kaasmelk voor te verwarmen op die momenten dat geen wei aanwezig is (bij elke opstart na reiniging) en om het waswater voor de kaasbereiding voor te verwarmen. “Het rendement van het hele systeem wordt momenteel nog beperkt door de productieduur”, vertelt De Groot. “In het begin draaide de fabriek slechts drie dagen per week, nu is dat vijf en binnenkort worden het er zeven. Door continuer te draaien, neemt het aantal spoel- en reinigingsmomenten af en springt de installatie dus zuiniger om met water. Als we zes dagen per week gaan draaien, hoeven we nauwelijks meer water in te kopen.” Ondanks dat de productie nog
niet op volle toeren draait, is het break-even-point van de extra investeringen nu, na enkele jaren, toch al bijna bereikt. “Normaal gesproken zou dat niet zo zijn”, weet De Groot, “maar in dit geval hebben we een subsidie gehad uit het Europese milieuprogramma Life. Zonder die subsidie zouden we bepaalde investeringen waarschijnlijk niet hebben gedaan.” Geen gouden bergen De terugverdientijd over de hele investering is, volgens Siebe de Groot, net zo lang als de economische levensduur van de installatie: zo’n tien jaar. “Het levert ons geen gouden bergen op. We laten echter wel zien dat we staan voor duurzaam en innovatief ondernemerschap. Het gebeurt in Nederland nooit dat een zuivelverwerkingsfabriek én verhuist én innoveert op de manier zoals wij doen. Meestal gaat het toch om verbouwingen van bestaande installaties met bekende technologie. Collega’s kijken dan ook met belangstelling en afgunst naar onze nieuwbouw. Ik krijg verder veel reacties als ik op symposia over het project vertel. Dat is een verplichting die een Life-subsidie met zich meebrengt. Via één van die symposia ben ik trouwens in contact gekomen met garnaalverwerkingsbedrijven. Die gebruiken ook veel water in hun processen en zijn heel geïnteresseerd in de manier waarop wij het water hergebruiken.”
Groeimarkt
Kennisplatform voedingsmiddelenindustrie De waterfabriek van DOC Kaas is in de ontwerpfase, tijdens de bouw en bij de ingebruikname uitgebreid tegen het licht gehouden door specialisten van Kiwa Industrie & Water. Dit nieuwe Kiwa-onderdeel richt zich op allerhande vraagstukken rondom het (her)gebruik van water bij industriële processen. Een groeimarkt, stelt Ronald Hopman van Kiwa Industrie & Water. “We zien dat industrieën —en dan met name die in de voedingsmiddelensector, de papier en de chemie— zich steeds meer interesseren voor verstandig en kwalitatief hoogstaand gebruik en hergebruik van water.. Dat varieert van onderzoek en advies rondom waterkwaliteit, waterreductie, reiniging en hergebruik van water of ondersteuning bij het ontwerp en de implementatie van nieuwe waterinstallaties tot het organiseren van netwerkgroepen, workshops en symposia. “Met twaalf grotere spelers uit de voedingsmiddelenindustrie —zoals Heineken, Campina, McCain en Unilever— hebben we een kennisplatform opgericht, waar we met regelmaat van gedachten wisselen over technologische ontwikkelingen, wetgeving en corporate beleid op gebied van water. Recent hebben deze bedrijven samen met bedrijven uit de andere netwerkgroep het initiatief genomen om het Onderzoekprogramma Industrie en Water (OPIW) vorm te geven. Het programma , waaraan circa 20 bedijven gaan deelnemen ging officieel van start op 28 februari. Het geeft een nieuwe dimensie aan Kiwa Industrie & Water als kennisinstituut op het gebied van industrie en water ”, besluit Hopman.
wetsus
centre for sustainable water technology
combining scientific excellence with commercial relevance Agora 1 P.O. Box 1113
8900 CC Leeuwarden The Netherlands
t +31 (0)58 - 284 62 00 f +31 (0)58 - 284 62 02
[email protected] www.wetsus.nl
+ALKNEERSLAG BEHEERSINGSAPPARATUUR VOOR WATERSYSTEMEN EN PROCESTECHNIEKEN #EPI 3AN
#EPI DE EERSTE VANAF EN DE BESTE MAGNETISCHE ANTI KALK APPARATUUR GEBASEERD OP SPECIAAL SAMENGESTELDE PERMANENT MAGNETEN #EPI WORDT TOEGEPAST IN INSTALLATIES VAN PRIVÏWONINGEN TOT EN MET DE ZWARE INDUSTRIE
#EPI 3AN
#APACITEITEN VAN LITER TOT M PH UITVOERING IN MEER DAN STANDAARDTYPES ROCHEMA 42!$% "6
#EPI )NTEGRAL
#EPI $IAMA Adv_Rochema_Cepi.indd 1
-ERKHOUDER &ABRIKANT 7EG EN ,AND ., $# "ERGSCHENHOEK 4EL &AX