HET SCHOOLJAAR , EEN VERANTWOORDING. Ruud Poortier stafmedewerker PR

07 08

INFORMATIEBULLETIN 2 CHRISTELIJK LYCEUM DELFT, GYMNASIUM, ATHENEUM, HAVO, VMBO

HET SCHOOLJAAR 2006-2007, EEN VERANTWOORDING

Van de redactie

Ruud Poortier | stafmedewerker PR

Professioneel werken in een moderne school betekent sturen en evalueren. Dat kan niet zonder planmatig handelen. Leidraad van de afgelopen jaren was de Hoofdlijnennotitie die de periode 2002-2007 beschrijft. Van dit vijfjarenplan zijn andere plannen afgeleid: sectorplannen, jaarplannen. Inmiddels is het Schoolplan 2007-2012 afgerond en goedgekeurd. Nu zijn plannen van weinig waarde als er niet na afloop wordt bekeken of de doelstellingen gehaald zijn. Deze conclusies worden op schrift gesteld en besproken. Zo verscheen in september jl. intern het Jaarverslag 2006-2007 dat ingaat op een aantal ontwikkelingen. In de eerste plaats kijkt het stuk naar de prioriteiten die we ons voor dat cursusjaar gesteld hadden; in de tweede plaats leggen we u de cijfers voor die bij die cursus horen.

Sectorbeleidsplannen Deze bestrijken twee cursusjaren: van 2006-2008. Hierover kunnen we dus alleen maar tussentijds rapporteren. Sommige onderwerpen betreffen de gehele sector Vmbo of HV, andere zijn toevertrouwd aan de kernteams, waarvan we er in elke sector vier hebben (verdeeld over onder- en bovenbouw, over locatie en over havo/vwo). In de organisatiestructuur is de directie verantwoordelijk voor de gehele school, de

Dit tweede Informatiebulletin heeft een ander karakter dan zijn voorgangers. Scholen treden steeds meer met hun resultaten naar buiten. Wij hebben ervoor gekozen dit via dit blad te doen: zo kunt u als ouder/verzorger kennismaken met de onderwerpen waarmee we in het CLD bezig zijn en met de resultaten die tot nu toe zijn behaald. Dit stuk betreft het cursusjaar 2006-2007, vanuit de visie per 1 januari 2008. In de tweede plaats sluiten we de jaarlijkse enquêtes onder ouders en verzorgers van eerstejaars af met een overzicht van vijf jaar resultaten. Ten slotte doen wij u verslag van enkele gebeurtenissen op onze locaties. Erica Dijkgraaf heeft de school verlaten. Haar opvolgster is Monique Vliegenthart die met ingang van deze uitgave tot de redactie is toegetreden. Monique zal t.z.t. de taak van stafmedewerker PR geheel overnemen. Voor veel nieuwe ouders/verzorgers en andere belangstellenden is deze editie de eerste kennismaking met het Informatiebulletin. We hopen dat we u goed kunnen bijpraten. Veel actuele(r) informatie verschijnt op onze vernieuwde website: www.chrlyceumdelft.nl

Ineke Nieuwstraten Jaap Paauwe Wilfried Sedee Monique Vliegenthart Ruud Poortier

sectordirecteuren zijn dat elk voor hun sector, samen met de teamleiders en de locatiemanagers. Onderwijs, zorg en organisatie leveren een veelheid aan onderwerpen op die in de sectorbeleidsplannen worden beschreven. In het kader van dit jaardocument kunnen wij niet volledig zijn en noemen wij de zaken die voor u als ouder/verzorger het meest interessant zijn.

lees verder op pagina 2

INFORMATIEBULLETIN 2 07-08 PAGINA 1

HET SCHOOLJAAR 2006-2007,

Vervolg van pagina 2

De sector Vmbo Zo is in 2006-2007 het nieuwe vak Sport, Dienstverlening en Veiligheid (SDV) voorbereid en per 1 augustus jl. daadwerkelijk ingevoerd. Een belangrijke ontwikkeling is de praktijkgerichte leeromgeving voor de technische vakken (het ‘techniekplein’). Ook hier leidden de voorbereidingen tot daadwerkelijke invoer in de huidige cursus. Zo krijgt praktijkleren vorm en ligt er een basis voor verdere ontwikkeling en verbreding. We hebben meegedaan aan een proefproject digitale examens (BBL, TL) en wat ons betreft zijn we klaar voor uitbreiding naar de KBL. Ten slotte zijn de vakoverstijgende projecten ontwikkeld, waarbij onderwijsassistenten zijn ingezet. We stuitten met name in de locatie Hof van Delft aanvankelijk op de hoge kosten om voor degelijke projecten goede ruimte te kunnen creëren, maar we hebben dit probleem inmiddels nagenoeg kunnen oplossen. Andere zaken staan nog in de steigers: zo is het huidige cursusjaar bedoeld om de plannen voor gedifferentieerd aanbod van lesstof en inhoudelijk sectieoverleg nader uit te werken. Dat geldt ook voor de uitwerking van ideeën over vaardigheid, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van de leerlingen. Naast onderwijs ontwikkelt de sector ook zorg: de taken van een mentor zijn vastgelegd, er ligt een notitie over herordening en vernieuwing van de remedial teaching en er wordt intensiever overlegd met basis- en vervolgonderwijs. Wat het personeel betreft zijn er twee leerlingbegeleiders geschoold. We boeken vooruitgang in het aanspreken op de eigen verantwoordelijkheid van personeelsleden. Voor de veiligheid van allen in de sector zijn we blij met het opgestelde pestprotocol. Naast de genoemde onderwerpen vragen in de huidige cursus nog de taken van lesassistenten en de zorgstructuur de nodige aandacht.

De sector Havo/Vwo In deze sector botsen twee belangrijke zaken: beleidsontwikkeling en de dagelijkse gang van zaken in de school. Er was wisseling in de schoolleiding, er was langdurige ziekte, er was een grote toename van leerlingen. Dat alles heeft veel energie gevraagd en was de oorzaak van vertraging bij de uitwerking van de plannen. Bovendien is er sprake van doorstroming bij het personeel. De cursus 2007-2008 start mede vanwege het grotere aantal klassen met 23 nieuwe docenten. Een nieuwe dagindeling probeert de drukte in het gebouw te spreiden. Naast ‘gewone’ lessen vindt onderwijs ook in projecten plaats. Het profielonderwijs in de bovenbouw is ook in het vwo ingevoerd en er is groeiende samenwerking met het bedrijfsleven; in de onderbouw is vastgelegd wat we willen met ‘doorlopende leerlijnen’. De Elektronische Leeromgeving (ELO) is geïntroduceerd en steeds meer docenten leren ermee te werken. Er is een wisseling


van ICT-coördinator geweest, waardoor dit thema nog wat onderbelicht is. Er is duidelijk behoefte aan meer capaciteit en ondersteuning. De visie op maatwerk voor begaafde leerlingen is vastgesteld en vormt de basis voor uitvoering in de huidige cursus. We mogen “universum school” zijn en dat betekende per 1 september 2007 in de bovenbouw nieuwe vakken als Natuur, Leven & Technologie (NLT) en wiskunde D. Een derde nieuw vak is Beweging, Sport en Maatschappij (BSM). Wat de onderbouw betreft vragen de toetsing, de specialisaties per leerjaar en de overgang naar de bovenbouw nog de nodige aandacht. De bovenbouw is in de huidige cursus anders opgezet: in een halfjaarrooster. De maatschappelijke stage wordt voorbereid. De schoolleiding heeft met vrijwel alle secties gesprekken gevoerd, o.a. over de onderwijsresultaten. De schoolleiding heeft een besluit genomen hoe om te gaan met excursies en werkweken; de realisering hiervan kost meer tijd dan verwacht. We gaan door met het inzetten van leerlingen bij klankborden, kwaliteitszorg, leerlingmentoraat, studieondersteuning en voorlichting. In de organisatie is de schoolleiding op verzoek van het personeel overgegaan tot sectorgesprekken waarbij ontwikkelingen aan de orde worden gesteld. Er zijn cursussen voor mentoren gegeven en de beide onderbouwteams hebben twee dagen buiten de school aan onderwijs gewerkt.

EEN VERANTWOORDING

CIJFERS

gen door naar het Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO) en het Praktijkonderwijs, typen die het CLD niet kan bieden. - Met onderwijsvernieuwing en facilitering proberen we de kwaliteit te verhogen en aantrekkelijker onderwijs te bieden.

Leerlingen 1. Aantal leerlingen Het aantal toegelaten leerlingen tot klas 1 varieert. Hiervoor zijn geen bijzondere omstandigheden aan te wijzen, het beleid is niet gewijzigd. Schooljaar 2003-2004 2004-2005 2005-2006 2006-2007 2007-2008

Totaal aantal ll. 1980 2007 2012 1969 2038

Toegelaten ll. in klas 1 391 (19,7%) 444 (22,1%) 384 (19,1%) 352 (17,9%) 439 (21,5%)

Realisering 2: - Het aantal leerlingen in het vwo neemt geleidelijk toe

2. Doelstelling is: versterking van de flanken (sterkere positie van de basisberoepsgerichte leerweg (BBL) en het vwo) Realisering 1: - Het aantal leerlingen in de BBL neemt echter getalsmatig en procentueel af. Schooljaar 2003-2004 2004-2005 2005-2006 2006-2007 2007-2008

Leerlingen in BBL 185 190 153 144 137

Percentage van totaal 9,3 9,4 7,6 7,3 6,7

Bespreking: - De afname in de BBL is een landelijke tendens: enerzijds willen ouders/verzorgers graag KBL, anderzijds stromen meer leerlin-

Schooljaar Leerlingen in vwo Percentage van totaal 2003-2004 500 25,3 2004-2005 548 27,3 2005-2006 555 27,6 2006-2007 560 28,4 2007-2008 565 27,7 Bespreking: - De invoering van een eerste klas vwo werpt getalsmatig haar vruchten af. 3. Doelstelling is: meer leerlingen in de beroepsgerichte afdelingen en in de bovenbouw TL Realisering: - De technische afdelingen (bouw, elektro, voertuigen) trekken steeds minder leerlingen. - De andere afdelingen (verzorging, uiterlijke verzorging, bovenbouw TL) zijn stabiel. Bespreking: - De verminderde belangstelling voor de technische vakken komt overeen met het landelijk beeld. - Per 1 september 2007 zijn geen nieuwe leerlingen bouwtechniek meer toegelaten. - De school stelde aan de nieuwe afdeling SDV een maximum van één groep; het vak is met 24 leerlingen zeer bemoedigend begonnen.


HET SCHOOLJAAR 2006-2007, Hoe ontwikkelen de leerlingen zich vanaf klas 3? Leerjaar

open doorstr. in %

vertraging in %

alsnog afstroom in %

vertrokken in %

2004-2005 2005-2006 2006-2007

84,7 79,5 83,0

6,7 7,5 7,2

3,8 6,6 5,3

4,9 6,3 4,2

Bespreking: - Op de locatie Delfland nemen afstroom en vertrek toe en neemt de opstroom af. Dit vraagt onze zorg. - De locatie Hof van Delft laat een hogere opstroom en een geringere afstroom zien. - Op het Molenhuispad neemt de opstroom toe, de afstroom af, maar de vertraging – zittenblijven dus – neemt toe. - Over het algemeen blijft ongeveer 90% in dezelfde leerroute en daarmee is de doelstelling gehaald. 5. Slagingspercentages Percentage geslaagde leerlingen met tussen haakjes het landelijk gemiddelde: in % 2004 2005 2006 2007

4. Doelstelling is: tweejarige onderbouw De leerlingen moeten zo snel mogelijk en in elk geval in het derde leerjaar “op hun plek” zitten. Hoe komen ze daar en hoe verloopt hun verdere schoolloopbaan? Deze leerlingen zijn op 1 september 2005 op school gekomen. Per locatie is aangegeven waar ze zich in 2006 resp. 2007 bevonden. Locatie Delfland

jaar

2005 2006 2007 Hof van Delft 2005 2006 2007 Molenhuispad 2005 2006 2007

open vertraging afstroom vertrokken doorstr. in % in % in %

85,8 86,7 72,6 73,8 76,0 79,3 81,1 82,3 79,3

3,2 geen 1,4 2,9 geen 1,2 1,6 3,8 6,0

6,5 7,7 16,4 22,3 11,2 8,5 14,1 11,8 11,4


4,3 6,6 9,6 0,9 12,8 11 2,2 2,1 3

Vmbo 97 (95) 90 (94) 93 (96) 93

Havo 97 (91) 95 (90) 97 (89) 96

Vwo 100 (94) 95 (94) 99 (93) 99

Docenten 6. Doelstelling is: werken met bevoegde en bekwame docenten Bekwaamheid laat zich niet in cijfers meten, bevoegdheid wel. Op twee na studeren alle onbevoegde docenten voor hun bevoegdheid. leerjaar 2005-2006 2006-2007 2007-2008

Totaal docenten 184 177 175

Bevoegd in % 87 87 93

Onbevoegd in % 13 13 7

Bespreking: - gezien de schaarste op de lerarenmarkt is dit resultaat bevredigend. - op het Vmbo is het aantal onbevoegde docenten hoger dan in de sector HV.

EEN VERANTWOORDING Lesuitval

Financiën

7.

9. Geconsolideerde balans (verkort, x € 1000,00 afgerond)

Lesuitval leerlingen

Niet alleen de overheid, ook de school zelf heeft de zorg zoveel mogelijk lessen te laten doorgaan. Daarom probeert het CLD lesuitval waar mogelijk te vermijden. Er is echter sprake van niet-vermijdbaar verzuim, zoals: - begeleiding docenten bij excursies en werkweken die tot het schoolprogramma behoren, - afnemen van mondelinge en individuele schoolexamens, - nascholing, - vacatures die niet kunnen worden vervuld, - ziekte. De school heeft de maatregelen om organisatorische lesuitval te verminderen aangescherpt: - in de eerste klassen worden lessen zo veel mogelijk vervangen, - aan het begin en eind van de cursus zijn lesdagen gewonnen, - het aantal vergaderingen onder schooltijd is teruggebracht, - de bezinningsdag in januari is afgeschaft. Voor een groot aantal klassen zijn betrouwbare cijfers over de lesuitval te geven. Een overzicht van gerealiseerde lessen ten opzichte van het geplande aantal (waarbij we aantekenen dat de wettelijke norm van 1040 klokuren per jaar onhaalbaar is). Havo/Vwo Klas 1 2 3 Vmbo Klas 1 2 3 4

Realisatie t.o.v. planning in % 96,8 88,7 88,7

90,1 88 93 94,7

8. Lesuitval personeel In 2006 is een verzuimpercentage van 6,5% geregistreerd. Dat is boven het landelijk gemiddelde.

Activa

2006

2005

2004

Materiële vaste activa Financiële vaste activa Totale vaste activa

2.787 2.916 5.702

2.740 2.912 5.652

2.644 3.006 5.650

Vorderingen Effecten Liquide middelen Totaal vlottende activa

858

840

718

2.234 3.092

1.530 2.370

1.257 1.975

Totale activa

8.794

8.022

7.625

4.375 799 1.603 2.017

4.365 934 1.378 0 1.345

4.021 1.070 1.140 0 1.394

Totale passiva

8.794

8.022

7.625

Solvabiliteit Liquiditeit Rentabiliteit in % Weerstandsvermogen in %

0,77 1,53 0,11 36,73

0,83 1,76 4,28 36,73

0,82 1,42 6,58 35,17

Passiva Eigen Vermogen Egalisatierekening Voorzieniningen Langlopende schulden Kortlopende schulden

Solvabiliteit: geeft aan in welke mate de school aan verplichtingen op lange termijn kan voldoen; Liquiditeit: idem op korte termijn; Rentabiliteit: winst ten opzichte van vermogen Weerstandsvermogen: eigen vermogen als percentage van alle baten.

10. Cijfers en feiten Voorzieningen: 2004 2005 2006

Onderhoud in €

Investeringen in €

Ouderbijdrage* in €

294.164 360.998 488.327

629.096 432.003 498.870

80 82 85

* Voor het tweede, derde en vierde kind bestaat een kortingsregeling. Verhouding personeelslasten t.o.v. materiële lasten: Personeel in % Materieel in % 2004 84,02 15,98 2005 82,59 17,41 2006 80,46 19,54


VAN ACHT-PLUS NAAR BIJNA ACHT - Vijf jaar enquêtes Gedurende vijf jaar hielden wij een enquête onder de ouders/verzorgers van onze eerstejaars (“brugklassers” is een achterhaalde term!). Van hen wilden we graag weten hoe zij met hun startende CLD’er dat eerste jaar en de voorafgaande voorlichting hebben ervaren. Met dit artikel sluiten we de cyclus af. Tijd voor een terugblik op héél veel antwoorden.

Ruud Poortier

| stafmedewerker PR

Met de kop en het begin van een artikel kun je direct de toon zetten. Dat stelt je als rapporteur soms voor een dilemma: schrijf je eerst het goede en daarna het slechte nieuws? Of beter andersom? Of ga je direct relativeren en laten zien dat béide boodschappen belangrijk zijn? Concreet voor ons onderzoek: zal ik schrijven “U toont hoge waardering voor onze school, hoewel dat in de loop van de jaren iets afneemt” of “De waardering door u neemt gestaag af, maar is nog steeds hoog”…? Eigenlijk moet je beide aspecten van uw uitspraak gelijkwaardig zien: u waardeert het CLD hóóg (gemiddeld 4.05 op een schaal van 5), maar u wordt ook een beetje kritischer (achtereenvolgens 4.12 – 4.14 – 4.07 – 4.00 – 3.93).

De enquête We gaven de enquêteformulieren elk jaar met het laatste rapport mee aan de eersteklassers, samen met een portvrije antwoordenvelop, die vervolgens kon worden teruggestuurd. Zo bereikten we alle ouders/verzorgers van dat jaar. Gemiddeld reageerde zo’n 40% van hen, waarbij de ontvangst uit het Molenhuispad naar verhouding altijd ruim hoger lag dan die uit de beide vmbolocaties. Met name uit Delfland kwam soms zó weinig respons, dat we ons afvroegen of we wel conclusies voor die locatie mochten trekken. Maar over het algemeen

vonden we voor de gehele school 40% een acceptabel resultaat.

De locaties De drie locaties laten elk een verschillend beeld zien: het Molenhuispad benadert – wellicht ook door het grotere aantal antwoorden – de algemene tendens van lichte achteruitgang het meeste: achtereenvolgens 4.20 – 4.13 – 4.15 – 3.97 – 3.96. Over vijf jaar gemeten vertoont de reactie op de bekendheid met de resultaten de sterkste daling: 9%. Ondanks de drie tussenrapporten, ondanks mentoren die cijferlijsten mee naar huis geven. Nu was de eerste waardering in 2003 ook wel érg hoog (4.46). Op Hof van Delft is het jaarlijks patroon veel grilliger: 4.01 – 4.17 – 3.89 – 4.27 – 4.01. Het laagste getal dateert uit 2005 toen u één jaar de locatie niet herkende in het beeld dat we in de voorlichting hadden uitgestraald. Een opmerkelijk laag resultaat van die vraag (3.31), want daarbij scoorde Hof van Delft alle andere jaren altijd ruim boven de 4! Over alle jaren komt deze locatie overigens als hoogst gewaardeerde (4.01) uit de bus. Delfland vertoont weer een andere lijn: 3.93 – 4.38 – 4.08 – 3.83 – 3.82. In 2004 rolden er allemaal hoge waarderingen uit de enveloppen en dat vertaalde zich dus in een hoge eindscore. Per vraag verschilden de jaarscores nogal, maar de pieken en dalen zouden te maken kunnen hebben met de weinige reacties uit deze locaties.

Vijf jaar vragen en uw antwoorden Evenals bij de leerlingenenquête presenteer ik u de scores in volgorde van hoog naar “laag”- laag tussen aanhalingstekens, want ook de “laagste” jaarscore is ruim en ruim voldoende (3.73 in 2007 voor uw ervaring met onze protestantschristelijke identiteit)!


1. Mijn kind voelt zich prettig op school. Voor deze uitspraak toonde u in alle jaren op alle drie de locaties de hoogste waardering, gemiddeld 4.39. We zien dat als een compliment: uiteindelijk gaat elke groep8er toch met enige onzekerheid naar de nieuwe school en het is dan fijn als de keuze wat het welbevinden betreft een goede is geweest. 2. De school informeert mij goed over de resultaten van mijn kind. Ondanks wat ik hierboven over het Molenhuispad opmerkte, staat deze stelling bij u op de tweede plaats met 4.12. Ongetwijfeld sluit dit onderwerp aan bij uw steeds luider klinkende wens via internet op de hoogte te kunnen blijven van alle cijfers. (Morele vraag: móet dat? Of mogen leerlingen de keuze hebben een slecht punt (even) voor hun ouders verborgen te houden…?). 3. Mijn kind heeft goed onderwijs gekregen. Ja, dat is uiteindelijk toch het doel van een school: gezelligheid is mooi meegenomen, maar het geven van onderwijs is onze eerste en voornaamste opdracht. U waardeert dit gemiddeld met 4.11. Hoog dus en daar zijn we blij mee. Ook hier weer sterke wisselingen in de sector Vmbo.

onder ouders/verzorgers van onze eerstejaarsleerlingen 4. Het CLD beantwoordt aan het beeld dat ik vorig jaar van de school kreeg. Hoewel de scores op de beide vmbo-locaties nogal wisselen geeft u ook hier gemiddeld een hoge waardering (4.08). We doen in woord, geschrift en website ons best u zo goed mogelijk voor te lichten en met uw reactie mogen we dus best tevreden zijn. De laatste jaren stelden we nog een aparte vraag aan ouders/verzorgers die al eerder kinderen op het CLD hadden: is uw mening veranderd? Dat geldt slechts voor een enkeling onder hen en áls de mening dan veranderd is, is dat in positieve zin. (Misschien wel logisch, anders was het tweede kind vást naar een andere school gegaan!) 5. Mijn kind heeft genoeg aandacht gekregen. Elk kind verdient aandacht: zowel de grote schreeuwer als de stille muis. Aandacht kan overal in de school: in de leslokalen, op de gang, buiten. Uw kind wordt blijkbaar gezien en u waardeert dit met 4.03. Ook hier weer schommelingen in Hof van Delft en Delfland. 6. Mijn kind is goed begeleid. “Begeleiding” is op zich een vaag woord: leerlingbegeleiding begint in de vakles, alle leerlingen hebben een mentor, sommigen komen bij een gespecialiseerde leerlingbegeleider, bij een vertrouwenspersoon, een remedial teacher. U vindt dat wij goed naar uw kind omkijken: een gemiddelde waardering van 4. 7. De school informeert mij goed over algemene schoolzaken. Zo luidt de vraag tegenwoordig, in 2003 en 2004 richtten we de vraag op de gang van zaken in de locatie. Als ouder/verzorger moet u op de hoogte zijn wat er op school speelt. Dat kunnen kleine zaken zijn als

roosterwijzigingen of grote zaken als onderwijsontwikkeling, maar de vraag is in het algemeen bedoeld. U moet dan denken aan de website, de bulletins en de brieven. Dit onderwerp stijgt in uw waardering en oogst nu gemiddeld een waardering van 3.86. 8. Het CLD maakt de protestants-christelijke identiteit waar. Deze vraag roept altijd gemengde reacties op: wat de éne ouder teveel vindt, mist de ander, waar de éne verzorger meer aandacht voor de Bijbel wil, vraag de andere juist een bredere oriëntatie. Dat komt doordat het verwachtingspatroon van een christelijke school heel verschillend kan zijn en dat de werkelijkheid soms anders wordt ervaren dan de woorden van de Schoolvisie. Een complex terrein gevangen in een simpele vraag. U reageert met 3.83. De “laagste” waardering zou op een repetitie een 8- opleveren. Als ouders hebt u het CLD een mooie beoordeling gegeven. In de inleiding sprak ik van een lichte teruggang. Uw waardering is nog steeds hoog (3.93), maar is sinds 2004 (4.14) wel dalend. Wordt u kritischer? Doen wij het “minder”? Of leren u en wij steeds realistischer om te gaan met dergelijke enquêtes? De eenvoudige vragenlijsten die wij rondstuurden, geven op díe vragen geen antwoord. Voorlopig menen we voldoende stof tot nadenken te hebben. Inderdaad: met al die gegevens moeten we wél aan het werk. Achterover leunen in de zalige wetenschap dat we in uw ogen nog steeds een 8 waard zijn, past ons niet. Daarom zijn alle enquêtes dan ook besproken in de directie en via de sectordirecteuren in

de verschillende locatiestaven. Zo kunnen uw antwoorden – én die van de examenleerlingen - gebruikt worden bij de evaluatie van ons beleid en suggesties bieden voor voortgang of verandering. Dat geldt ook voor het slot van elke vragenlijst. Uw persoonlijke woorden In toenemende mate maakte u gebruik van de mogelijkheid iets persoonlijks aan de vragenlijst toe te voegen. Om u een beeld te geven: in 2007 maakte 27,2% van de ouders/verzorgers uit Delfland, 45,5 % uit Hof van Delft en 46,2% uit het Molenhuispad van die mogelijkheid gebruik. Soms met een enkel woord van dank of kritiek, soms ook met een bijlage en/of met zeer persoonlijk getinte opmerkingen. Deze zijn altijd aan de directie doorgegeven. Twee opmerkingen die in die vijf jaar steeds weer terugkwamen: u wilt goed en direct op de hoogte gehouden worden van wat er speelt rond uw kind – en terecht. U maakt zich zorgen over de lesuitval – en dat is ook voor de school een onderwerp van aanhoudende zorg, zeker nu de arbeidsmarkt krapper wordt. Wij hopen dat u als ouder/verzorger ook in de komende jaren ook positief-kritisch met ons blijft meedenken!


DELFLAND: LEREN IN DE PRAKTIJK Leerlingen in de beroepsgerichte leerwegen van het Vmbo werken graag in de praktijk. Het CLD kiest ervoor dit op Delfland zo goed mogelijk uit te werken. De afdelingen Administratie en Zorg & Welzijn hadden al hun kantoortuin en hun zorgcentra. Inmiddels hebben de technische vakken hun eigen techniekplein en is de nieuwe afdeling SDV (Sport, Dienstverlening en Veiligheid) helemaal op de praktijk afgestemd.

Ruud Poortier

| stafmedewerker PR

“Politieagent! Beveiliger! Met sport bezig zijn!” Het zijn dromen van leerlingen die nog wel eens zouden kunnen uitkomen ook. “Goeie technici, waar vind je ze nog?” Overdreven natuurlijk, maar het geeft wel aan waar mogelijkheden voor de toekomst liggen. Wij hebben die vragen niet laten liggen. De laatste jaren is geld, tijd én energie gestoken in belangrijke vernieuwingen in de bovenbouw (klas 3 en 4), waarvan we dit cursusjaar de eerste vruchten zien rijpen.

Daarom is er in Delfland flink verbouwd: er is een aparte ruimte gerealiseerd die bestaat uit een instructielokaal, een praktijkruimte en een digitale leeromgeving. Een deurwand scheidt de eerstgenoemde ruimten, waardoor op elk gewenst moment één grote ruimte gecreëerd kan worden. Bij de entree van de ruimte bevindt zich een balie (voor o.a. de boekenuitgifte), die wisselend bemand wordt door twee leerlingen. Baliedienst betekent het beheren van het lesmateriaal (dat op school blijft) maar ook elkaar wijzen op regels, omgangsvormen en afspraken. De leerlingen en docenten maken gebruik van een videocamera, een interactieve beamer, portofoons, en ca. 20 computers. “Het is hun eigen domein, waarvoor ze zich verantwoordelijk moeten gaan voelen. Dat is het eerste leerpunt!”

Zowel SDV als het Techniekplein zijn daar al op afgestemd. Ook de samenwerking met de docenten is belangrijk: de docent is meer een coach en begeleidt de leerlingen in zijn/haar ontwikkeling van competenties en vaardigheden. Dat is voor zowel leerlingen als voor docenten in het begin wennen. Leerlingen leren om te gaan met een grote mate van vrijheid in het indelen en in de aanpak van de opdrachten die uitgevoerd moeten worden. De docenten van SDV houden eens per drie maanden een “g.r.o.w.-gesprek”waarin de leerling aan een docent zijn of haar vorderingen presenteert. Hierbij heeft de leerling de taak aan te tonen hoe en in welke mate hij/zij gewerkt heeft aan de afgesproken leer- en ontwikkellijnen. De leerling krijgt hierdoor zelf inzicht in zijn/haar vorderingen. Tijdens het gesprek wordt het resultaat besproken en vertaald naar nieuwe leer- en ontwikkellijnen voor de volgende periode. Elke leerling bouwt vanaf het begin in het derde leerjaar een portfolio op, dat na het afronden van de opleiding SDV tijdens een mbo-opleiding verder aangevuld kan worden. Voor mogelijk toekomstige werkgevers zoals brandweer, politie e.d. biedt een dergelijk doorlopende leerlijn perspectief. Er wordt al zeer belangstellend vanuit de arbeidsmarkt gereageerd.

Succeservaring bij techniek Verantwoordelijkheid SDV Slechts 64 van de 690 scholen in heel Nederland bieden dit nieuwe vak aan en het CLD is er één van. Docenten Wim Rombouts, Remco Rodenrijs en Ruben Rademaker geven er vorm aan: “Inderdaad is de opleiding Sport, Dienst-verlening & Veiligheid in de regio uniek. Van de 24 leerlingen komen er dan ook verschillende van andere scholen. De naam vertelt al waar je later terecht komt. SDV is een uitstekende voorbereiding op de mbo-opleidingen Sport en Bewegen, Vrede & Veiligheid en Facilitaire Dienstverlening. De leerlingen zijn door hun SDV opleiding al gewend aan het praktijkgericht werken, de overgang naar het mbo is een logische volgende stap. We hebben dan ook al goede contacten met de Mondriaan Onderwijsgroep.”

Leerlingen Elektro- en Voertuigentechniek herkennen dit. Bij de twee vaklokalen is een techniekplein gebouwd. Roos Weber, onderwijsontwikkelaar en samen met een aantal collega’s voor het project verantwoordelijk: “Het is van levensbelang dat je je leert te gedragen in een praktijklokaal. We beginnen daarmee al in de onderbouw, maar hier is het écht. Net als bij SDV liggen allerlei ruimten bij elkaar. De leerlingen voelen zich voor hun eigen plekje verantwoordelijk”. Sommige scholen bieden “techniek-breed” aan, maar onze school laat beide technische richtingen alleen samen de basisvaardigheden leren. Je kunt dan denken aan: meten, wegen, technisch tekenen. Daarna gaan de leerlingen zich specialiseren.

Samenwerken Of je nu bij de brandweer gaat werken of in de garage: je zult moeten samenwerken.


De ‘producten’ bij techniek zijn natuurlijk anders dan de diensten van SDV. Roos Weber wijst op zelfgemaakte gereedschapskisten. Dat is één van de eerste werkstukken. Het is niet alleen leuk je eigen werkstuk te gebruiken, het levert ook snel een yes!-gevoel op. Succes is belangrijk en zeker als je dat snel bereikt.

Investeringen Het is niet alleen het ‘menselijk kapitaal’ van de docenten dat is geïnvesteerd in deze vernieuwingen: het gebouw is flink verbouwd. Het oude timmerlokaal van vroeger bestaat niet meer, maar wij beschikken nu over veel ruimten waar leerlingen kunnen ervaren hoe het straks in de praktijk eraan toe gaat en waarin ze verantwoordelijkheden dragen die ze straks in die praktijk ook goed zullen kunnen gebruiken!

DRIE WERELDEN: WEERZIEN MET MUZIKALE TALENTEN

Ooit speelden ze samen in het kersttoneel op het Molenhuispad: Roosje op de viool, Roel achter de piano. Beiden slaagden in 1996 voor hun eindexamen. Beiden gingen hun eigen weg: Roos naar het conservatorium, Roel naar een opleiding Communicatie. Maar het muzikale bloed van Roel stroomde waar het gaan kon en zo kwam hij tóch in de muziek terecht. Beiden professionele musici aan de top, beiden op de Studium Generale op (niet: in) de schoolbank op hun oude school, het CLD.

Ruud Poortier

| stafmedewerker PR

Roem kan snel gaan: inééns was hij er. Vanvelzen, bekend van zijn optredens in De wereld draait door. Een studie Communicatie vlot niet erg als je ’t maar váág vindt en als je hoofd eigenlijk naar niets anders dan muziek staat. Roel van Velzen greep de kans die zich voordeed en wist van zijn hobby zijn beroep te maken: pianist, zanger, schrijver van teksten en muziek.

Daarmee haalde hij Roosje Dillingh in die al langer violiste in één van de toporkesten van ons land is, het Nederlands Kamerorkest. Haar loopbaan verliep anders: het was vooral hard werken om haar doel te bereiken. Zo combineerde ze destijds de vooropleiding conservatorium met de school. Wat een feest die twee samen mee te maken! Niet alleen omdat zij smakelijk over hun carrière konden vertellen en herinneringen ophalen aan hun CLD-tijd, maar ook omdat ze met elkaar, met het leerlingenforum en met de zaal een enthousiast gesprek aangingen, de lachers op hun hand kregen en ondubbelzinnig hun verschillende muzikale werelden lieten zien. De derde wereld is die van onze leerlingen. Een forum bovenbouwers die iets met muziek hebben, kon Roos en Roel bevragen en kreeg als antwoord zinnige informatie en goede tips. Doordat beiden ook echt met het panel in gesprek gingen en belangstelling toonden voor hun ambities op muzikaal gebied ontstond interactie die het geheel nog levendiger maakte. Spelen was er helaas niet bij: Roel heeft verplichtingen aan zijn manager en Roos was net bevallen van haar tweede kind. Uit het archief van de familie Faase waren echter nog fragmenten van vroeger kersttoneel te zien en op één ervan speelden ze (toch) samen!


is wennen! 10Datde STUDIUM GENERALE CLD

OUDERRAAD NU OOK OP LOCATIE

Op dinsdag 18 maart 2008 vindt de tiende Studium Generale CLD

Jos van Leusden | lid Ouderraad

plaats. Ouders, docenten, leerlingen en oud-leerlingen met een bijzondere passie stellen we tweemaal per jaar in de gelegenheid om voor een gevarieerd publiek op te treden. Deze keer betreft het Jan Schrik, docent wiskunde en Bart Pieterse, docent geschiedenis. Beiden oefenen naast hun werk een bijzondere liefhebberij uit.

Jacques Moerman | teamleider bovenbouw VWO de wiskundige beschouwingen. Mogelijk komt er aan het einde van de lezing, als de tijd het toelaat, nog een korte wiskundige uiteenzetting.

Prinsen en koningen

De Gulden Snede Jan Schrik gaat ons iets vertellen over de Gulden Snede, een bekend onderwerp in de wiskunde. Ook niet-wiskundigen hebben wel eens van dit onderwerp gehoord. Wat de Gulden Snede is, is snel uitgelegd. Er zijn niet zoveel wiskundige begrippen die buiten de wiskunde toch mensen intrigeren. In het bekende boek De Da Vinci Code wordt de Gulden Snede een aantal keren genoemd. Niet alleen in de literatuur en in de architectuur, maar ook in de natuur en in de bouwkunst speelt (speelde) de Gulden Snede een rol. En wat hebben konijnen met de Gulden Snede te maken? Deze avond leent zich niet voor uitgebrei-

Bart Pieterse bezocht al in zijn vroege jeugd kastelen aan de Loire en later in zijn studietijd kwam hij steeds meer tot het besef dat vorsten een groot deel van de geschiedenis bepaalden. Wie waren deze mensen, hoe leefden ze en wat deden ze privé? Tijdens deze Studium Generale werpt hij licht op aparte koninklijke personen, de buitenbeentjes, die misschien nog meer boeien dan de bekende vorsten. Wie heeft wel eens gehoord van de gekke koning Ludwig van Beieren, die zijn land volbouwde met sprookjespaleizen? En wie kent onze eigen prins Alexander, die zich in de negentiende eeuw afzonderde in zijn paleisje te Den Haag? Twee uiteenlopende onderwerpen op één avond, die weer het nodige los zullen maken. Leerlingen, docenten, ouders en andere belangstellenden zijn van harte welkom. Plaats: Aula van het Christelijk Lyceum Delft, Molenhuispad 1 te Delft. Aanvang 20.00 uur. Zaal open: Vanaf 19.30 uur. Voor koffie, thee of frisdrank wordt gezorgd. De toegang is vrij.


Ouders zijn het meest betrokken bij zaken op de locatie(s) van hun eigen kinderen. De school wil hier op inspelen en een ouderraad instellen met drie commissies: één voor elke locatie. Het is de bedoeling dat de drie commissies vier keer per jaar in informele sfeer bijeen komen op hun eigen locatie met een vertegenwoordiger van die locatie. Op de informele bijeenkomsten zullen onderwerpen besproken worden die op die locatie van belang zijn. Naast de locale bijeenkomsten komt de ouderraad drie keer per jaar formeel in zijn geheel bijeen, waarvan één keer met de rector. Op de gezamenlijke bijeenkomst komen onderwerpen van algemeen belang aan de orde en zullen de drie commissies elkaar informeren over locale zaken. Omdat er niet voldoende ouders in de huidige ouderraad zijn om een evenredige verdeling te kunnen maken per locatie, is er aan het begin van het schooljaar op alle locaties een wervend praatje over de ouderraad gehouden en voor geïnteresseerde ouders werd de informele ouderraadvergadering op 11 oktober op de locatie Delfland aangekondigd. Tijdens deze vergadering hebben wij uitgelegd wat de ouderraad van het CLD zoal doet. Ook is er gesproken over het werven voor de locatie Delfland, die het minst vertegenwoordigd is. Het uiteindelijke resultaat is dat 5 personen zich hebben aangemeld als lid van de ouderraad: 1 lid voor de locatie Delfland, 3 leden voor de locatie Hof van Delft en 1 lid voor de locatie Molenhuispad. Het aantal ouderraadsleden voor de locatie Delfland is te laag (2 personen) om apart bijeen te komen. Besloten is om de informele bijeenkomsten van locatie Delfland en locatie Hof van Delft voorlopig samen te houden. De locaties Hof van Delft en Molenhuispad hebben op dit moment beide een vertegenwoordiging van 5 ouders in de ouderraad.

EXPOSITIE WERKSTUKKEN HOF VAN DELFT IN DOK Frans Steginga

| docent beeldende vorming Hof van Delft

In DOK, de bibliotheek van Voorhof en Buitenhof, waren werkstukken handvaardigheid van bovenbouwleerlingen Hof van Delft tentoongesteld. Een leuk initiatief dat de bezoekers inzicht gaf in de talenten van onze handvaardigen. Op het VMBO, afdeling TL is “kunstvakken 2”, ruimtelijk vormen/handvaardigheid een keuzevak. Elk jaar kiest een behoorlijk aantal leerlingen handvaardigheid als examenvak. Onderwerpen die aan de orde komen, opdrachten die gemaakt worden, hebben vaak als uitgangspunt de beeldhouwkunst, architectuur of toegepaste vormgeving. De eerste periode van dit schooljaar zijn de leerlingen aan de slag gegaan met het ontwerpen en maken van een maquette voor een interieur. Het idee is een zgn. loft in te richten. Leerlingen kunnen individueel aan de slag, maar ook met een ander samenwerken zodat er een ‘groter’ huis ontstaat. Ze moeten letten op vormgeving, kleur, praktisch gebruik en natuurlijk moet het huis een persoonlijke noot krijgen. Ook moeten de verhoudingen zoveel mogelijk kloppen: de bewoner moet fatsoenlijk door een deur kunnen en door ramen kunnen kijken. Klas 3 is bezig geweest met het thema “Wonen”. Zij moesten in plaats van de binnenkant van een huis een ontwerp maken voor de buitenkant. Uitgangspunt was: “de ideale woning”. Hoe zou jezelf willen wonen: geld speelt even geen rol, dus ont-

werp maar raak. Maar ook hier moesten ze letten op vorm, verhouding enz. Elk jaar worden werkstukken ín de school tentoongesteld. Zo kan iedereen zien wat er gemaakt is, leuk voor de maker, voor andere leerlingen, voor ouders, kortom voor iedereen! Dit jaar ontstond het idee, om eens buitenshuis te exposeren: je bereikt een groter publiek en kunt aan nog meer mensen laten zien wat er bij ons op school gebeurt! We hebben de bibliotheek aan de overkant van onze locatie bereid gevonden het werk daar te kunnen exposeren: chapeau, geweldig dat die kans werd geboden. De medewerkers van DOK, Voorhof, waren meteen enthousiast. Naast het examenwerk van klas 4, was er een selectie van werkstukken van de derdeklassers te zien. Verder waren er foto’s van de werkende leerlingen, ontwerpschetsen, beeldmateriaal en boeken op het gebied van architectuur tentoongesteld. Vrijdag, 23 november werd de expositie, samen met een aantal leerlingen ingericht, om 17.00 uur was de opening (met, zoals het hoort, een drankje en een hapje.....). Ik heb iets verteld over het werk,

de sectordirecteur, de heer Barto, heeft daarna de tentoonstelling geopend. Tot en met zaterdag 8 december kon iedereen de werkstukken bekijken. We vinden deze primeur geslaagd en zeker voor herhaling vatbaar. Nogmaals, alle medewerkers van de bibliotheek en natuurlijk de leerlingen, bedankt! (Noot van de redactie: ook jij bedankt, Frans!)

GEBEDSKRING OUDERS Sjoukje van Woerden

| ouder

Ook in de tweede helft van dit cursusjaar komen ouders/verzorgers bij elkaar om te bidden en te danken voor de school en allen die er werken.

Er zijn twee kringen: Maandags 10.00-11.00 uur bij Hanneke Naaborg, Haantje 3, Rijswijk ([email protected]) 10 februari 19 mei

17 maart 23 juni

Donderdags 20.00-21.00 bij Sjoukje van Woerden, Voordijkshoorn 68, Den Hoorn ([email protected]) 21 februari 24 april

27 maart 5 juni


21 april

De Gulden Snede, Prinsen en Koningen

Jan Schrik en Bart Pieterse

dinsdagavond 18 maart 2008 in de aula van het Christelijk Lyceum Delft Molenhuispad 1 aanvang 20.00 uur toegang vrij

STUDIUM GENERALE CLD COLOFON

Eindredactie:

Ruud Poortier [email protected]

Tekstredactie:

Ineke Nieuwstraten Wilfried Sedee Monique Vliegenthart

Foto’s van o.a.:

P R O J E C T W E E K 2 0 0 4 P A G IFoto-redactie: NA 2

Ruud Poortier

Vormgeving/DTP:

Jaap Paauwe (CLD) Jolanda de Koning (Van de Sande)

Jaap Paauwe

Oplage:

3.000 exemplaren

Druk:

Van de Sande bv, Nootdorp

HET SCHOOLJAAR , EEN VERANTWOORDING. Ruud Poortier stafmedewerker PR

Recommend Documents